REISGIDS
Handboek voor het opzetten van een lokaal duurzaam energiebedrijf Concept versie
Amsterdam, 10 februari 2011
2
Inhoudsopgave Voorwoord Quotes Deel 1: Reis en reisgenoten op 10 februari 2011 1.1 Route reis 1 februari 2011 1.2 Reis naar initiatieven op 10 februari 2011 1.2.1 Heerhugowaard: Stad van de Zon 1.2.2.Leeuwarden: zon op appartmenten VVE 1.2.3 Goutum, Biomassa bij Nije Bosma Zathe 1.2.4. Biddinghuizen: Windpark Kubbeweg BV 1.2.5 Amsterdam Oosterdokseiland: aardwarmte 1.3 Initiatiefnemers aan het woord Deel 2: Concept reisgids 2.1 Geschiedenis en actualiteit 2.2 Stappenplan 2.3 Technieken 2.3.1 Warmte 2.3.2 Elektriciteit 2.4 Financiering 2.5 Algemene vraagstukken en knelpunten 2.6 Lijst met initiatieven in binnen-‐ en buitenland 2.7 Parelverhalen Deel 3: Na de reis op 10 februari 2011 3.1 13 april uitreiking P-‐NUTS Awards 3.2 Plannen, ideeën, inzichten
3
Voorwoord Lokaal duurzame energie opwekken en afnemen – het kan (al lang)! Vandaag gaan we op reis. Langs mooie inspirerende voorbeelden van lokale duurzame energiebedrijven. Om te bekijken wat er al is, om de reisgenoten te leren kennen en om ook het speelveld alvast te verkennen en hier en daar wat tactieken te bespreken. Leven op eeuwige energie. Onafhankelijk van fossiele energie en zonder de internationale conflicten en de vervuiling die met het opwekken, transporteren, gebruik en conflicten gepaard gaat. Het wereldwijde energievraagstuk lost op! Over 100 jaar zijn de huidige voorraden fossiele energie op (inclusief uranium). Een wereldwijd vraagstuk vraagt om een wereldwijde aanpak, op lokaal niveau! Om kosten te besparen, vanwege gezondheid van mens, dier en milieu of om onafhankelijk te zijn. Energie produceren én afnemen. Met je buren, met de Vereniging van Eigenaren, met andere bedrijven op je bedrijventerrein, als school, winkelier of ziekenhuis. De mogelijkheden zijn legio. De voorbeelden ook. Voor je ligt het concepthandboek voor een lokaal duurzaam energiebedrijf dat – aangevuld met vragen en opmerkingen uit de praktijk, van jullie, in april 2011 uitkomt. Met alle informatie die nodig is om een lokaal duurzaam energiebedrijf succesvol op te richten. Graag vragen we iedereen die dit concept in handen krijgt mee te denken met wat er in de versie van april 2011 moet komen. Er zijn er nu 40 van gemaakt. In april 2011 drukken we er 1.000! Wat is eigenlijk een lokaal duurzaam energiebedrijf (LDEB)? Zie de definitie elders in dit boek (in “2.8 Parelverhalen”)! Maar geef vooral je mening! Hoeveel “LDEB’s “ zijn er eigenlijk? Wij denken dat er ongeveer 100 waren in 2010. Netjes verdeeld over de vier energiebronnen zon, wind, aardwarmte en biomassa. Om het wereldenergievraagstuk op te lossen zijn er voor Nederland waarschijnlijk nog 400 “kapitaalintensieve” LDEB's nodig die elektriciteit uit zeewind halen en warmte diep uit de aarde. En nog eens 500 LDEB's die mest en andere biomassa gebruiken. En nog eens 10.000 LDEB's die lokaal elektriciteit halen uit zonnedaken. En nog eens 15.000 die kleinschalig warmte van het dak of uit de aarde halen. Dus worden er de komende veertig jaar zo’n 25.000 LDEB’s opgericht om zo'n 16 miljoen Nederlanders van energie te voorzien. Dus werk aan de winkel! Goede reis! Pauline Westendorp Projectleider – Wij krijgen Kippen
[email protected]
4
QUOTES “Wij willen het snipperhout dat voorheen van Texel werd afgevoerd nu houden om daarmee een woonwijk te verwarmen”, Brendan de Graaf “We gaan niet alleen ons eigen bedrijf verduurzamen, maar ook een school, een zwembad en een sporthal” Leon Ammerlaan – tuinder uit Pijnacker “Het zijn burgers of bedrijven, en ze willen allemaal graag de energievoorziening in hun eigen hand houden.” Jan Schouw, ondernemer “Prosumeren als nieuw fenomeen is wat deze beweging van duurzame energiebedrijven mogelijk maakt.” Herman Wijfels “Met het opraken van fossiele bronnen worden mensen steeds creatiever en zo komen er technische en financieringsmogelijkheden om lokaal duurzame energie op te wekken ” Gerwin Verschuur, Directeur, Energiebedrijf Thermo Bello BV, Culemborg “Het mijnwater project brengt de verbondenheid en respect voor het mijnwater ook weer helemaal terug“ Riet de Wit, wethouder Heerlen “Als burgers meer betrokken raken kan je duurzame energievoorzieningen veel efficiënter opzetten. En als je betrokken raakt wordt je bewuster en neem je een rol in de kringloop van energievoorziening.” Edgar Wortmann “Onze inwoners hebben opeens veel meer belangstelling om energieprojecten tot uitvoering te brengen “, Siebe Terpstra, wethouder Ferwedariel “We willen graag op lange termijn maatschappelijk meerwaarde creeren”, Bert Krikke, Triodos Bank “Deze bedrijven delen binnen hun initiatieven de winsten” …? “Ik doe een beroep op uw ondernemerschap en rentmeesterschap dat u deze doelen stevig omarmt“ Ernst Vuyk, Organisatie voor Duurzame Energie (ODE)
5
Deel 1 Reis en Reisgenoten 10 februari ‘11 6
1.1 Route reis 10 februari 2011 Route 08.45 09.00 10.00
Ontvangst Bagels&Beans Parnassusweg 218, Amsterdam Vertrek naar Heerhugowaard Aankomst Heerhugowaard Stad van de Zon presentatie en architectuurwandeling Zonneboilers voor tapwater en zonnecellen tbv elektra Reint Mellema, Citymarketing 11.15 Vertrek naar Leeuwarden In bus: lunch 12.45 Aankomst Leeuwarden Zonnestroominstallatie door Vereniging Van Eigenaren; Technische hobbels (rijksmonument), organisatorische en financiële hobbels (Job Swens) 14.00 Vertrek naar Goutum, Nij Bosma zathe (koeienmest) 14.15 Aankomst Goutum, Nij Bosma zathe Jan Bloemerd, Energie uit biomassa (koeienmest) 15.30 Vertrek naar Windpark Kubbeweg BV 16.45 Aankomst Kubbeweg Gert-‐Jan van Tilburg van Windpark Kubbeweg BV 18.00 Vertrek naar Amsterdam Oosterdokseiland 19.00 Aankomst Oosterdokseiland Diner La Place 20.00 Bezoek aardwarmte centrale: warmte koude opslag Bjorn Kouwenhoven (Cofely) 21.00 Afsluiting
Wie gaan we bezoeken Lokale opwekkers van duurzame energie voor wonen, werken en vervoer. Het ideale lokale duurzame energiebedrijf voldoet aan onderstaande punten: § Lokale bron, productie en afzet § Meerdere afnemers § Duurzame bron (aarde, wind, zon of biomassa) § Energie voor verwarming, elektriciteit of vervoer § Rechtspersoon is opgericht/bedrijf is in werking § Kostendekkend met winstpercentage voor continuïteit (subsidies als SDE,VAMIL toegestaan) § Afnemers hebben 51% van de zeggenschap over het energiebedrijf
Selectie van de belangrijkste bewezen technieken Warmte:
zonneboiler, warmtepomp, plantaardige olie, bio-‐enthanol, biogas (uit riool of compost), afvalcentrale, geothermie; Elektriciteit: direct gebruik van zon, zonnepaneel (PV), windmolen klein en groot, plantaardige olie, bio-‐ethanol, biogas (uit riool of compost); Vervoer: elektriciteit, plantaardige olie, bio-‐ethanol, biogas (uit riool of compost), biodiesel.
7
1.2 TE BEZOEKEN INITIATIEVEN 10 FEBRUARI 2011
!""#!$%&'((#)* (++&*,-..
1.2.1 Heerhugowaard: Stad van de Zon
!"#$%&'()%*+,*&-(,%' .),$/'%++0&%$11),*
Verk
De gridstructuur van de polder van Heerhugowaard is de basis voor de stedelijke ontwikkelingen van de stad. De artistimpression met rode, groene, blauwe loper is de brug van verleden naar heden en de kapstok (visie) voor alle structuurplannen. De verkeersstructuur laat zien dat de Middenweg, oorspronkelijk dé ontsluiting van Heerhugowaard voor gemotoriseerd verkeer nú de belangrijkste ontsluiting is voor langzaam verkeer vanuit de Stad van de Zon naar het Stadshart. Dit betreft een zeer 'duurzame' ontwikkeling en een hoop (fossiele) energie-‐ besparing, omdat de bewoners eerder met de fiets in het Stadshart zijn dan met de auto. Waarom ligt het carré van de Stad van de Zon diagonaal in de gridstructuur van de polder? Dat heeft te maken met zongericht 1 verkavelen, om zoveel mogelijk gebruik te kunnen maken van zon-‐ en licht! !""#$%&'())#*+,%-* ./)*01)20*"0,'2 Scholen kunnen over 20 jaar zeer eenvoudig worden herontwikkeld in eengezinswoningen en appartementen. Het Park en Strand van Luna hebben alles te maken met duurzaam ! ./"*"3-450&"6-"*0#%-7089:0$";/)#"07"/< recreëren in de eigen stad in plaats van h3et Noordzeestrand (beperkt zeer het autoverkeer naar de kust), koolzuurassimilatie, waterkwaliteit, de drie windmolens.! @";#")/-"&"6-"*0#%-708A:0$";/)#"07"/< Ambities: § Stedenbouwkundige kwaliteit § Sociale kwaliteit § Balansrood, groenenblauw § Waterkwaliteit geschikt om in te zwemmen § Gesloten grondbalans § CO2 emissie neutrale wijk !"#$%&"'()*+,'%)-""'+.
!"#$%&&"'+
!"#$%&&"')
!"#$%&&"'(
!"#$%&&"'*
/%%#0+.112
• •
#%-70=>:::0('2-2&"2 1''#?-"2-2&"2
• • • • •
()/"# #";#")/-"'"1"#B0"20B/#)2* 6'B ()2*"3+ "20C-"/BD)*"2 #";#")/-"1"01''#?-"2-2&"2
Latere ambities: § Het“systeem”Heerhugowaard is in 2030 CO2 neutraal § CradletoCradle(C2C)filosofie § Heerhugowaard duurzaam koploper
PV zonnepanelen in de Stad van de Zon: § European Sun Cities project: § doel is CO2-‐reductie § implementatie van PV § PV: Photo Voltaïc zonne panels (van zonlicht naar electriciteit) § Sun Cities project 5 MegaWatt § Aandeel Stad van de Zon 3,75 MW § Het carré “Stad van de Zon” (2,45 MW) is grootste PV-‐ woningbouwproject ter wereld 8
P
B
T
L
S
Hoe wil Heerhugowaard haar doelstelling bereiken 2030? Gebruik maken van de energie die in Heerhugowaard zelf is op te wekken. Denk daarbij aan: • Windenergie • Zonne-‐energie • Warmte koude opslag • Geo-‐thermie • Biogas
!"#$%&'()*+,(&,( &%$&%&)-,&$$ én / én scenario
Trias energetica + Roadmap 2011: 6% duurzame / alternatieve energie • 2012:100 % slimme energie meters -‐ (in ieder huis) • 2013: EPL : > 9,5 standaard -‐ (Energie Prestatie op Locatie) • 2020: 25% PV op alle daken • EPC : -‐30% vergeleken met wettelijk vereist -‐ (Energie Prestatie Coëfficiënt) • Zongerichte verkaveling: > 80% • C2C : + 30% -‐ wettelijke vereiste • WKO 5% per jaar -‐ (Warmte/Koude Opslag) • 90 MW Windenergie (+) • Gebouwde omgeving 50% zuiniger • Specifieke project afspraken
9
1.2.2. Leeuwarden: zonnestroom op appartementen 15 kW zonnestroom-‐installatie op gemeenschappelijk dak van appartementengebouw
Inleiding 10 bewoners van het appartementengebouw Wilhelminastate (rijksmonument) willen gezamenlijk, als beheersvereniging Doorzon van de Wilhelminastate (hierna: ‘Doorzon’), een zonne-‐energiesysteem van 14,9 kW plaatsen op het dak van het gebouw. Hiervoor heeft Doorzon een SDE subsidie toegekend gekregen. De stroom zal geleverd worden aan de gemeenschappelijke voorzieningen, en verrekend worden met de eigenaren. De verwachte jaaropbrengst van het zonnestroomsysteem ligt onder het gemiddelde jaargebruik van de gemeenschappelijke ruimte. Eventueel tijdelijk overschot aan zonnestroom zal teruggeleverd worden aan het net, en gesaldeerd worden met stroomafname op momenten dat er geen zonnestroom geproduceerd wordt.
Probleem: teruglevering energie te hoog Bij nader onderzoek blijkt dat de kans bestaat, dat deze teruglevering hoger zal zijn dan het door de energiebedrijven gehanteerde maximum van 5.000 kWh. Voor dit overschot zal het energiebedrijf in het gunstigste geval € 0,09 per kWh betalen. Dit is ong. € 0,14 per kWh minder, dan bij saldering. Hierdoor dreigt Doorzon een deel van de opbrengst voor de zonnestroom mis te lopen, waardoor het gehele project in gevaar komt. Directe levering aan de appartementen van de deelnemers is te duur, of (buitenom) niet toegestaan. Omdat de eigenaren geen eigen dak hebben, en vanuit het gemeenschappelijke dak dus niet terug kunnen of mogen leveren aan de verschillende zelfstandige appartementen, kunnen zij geen gebruik maken van de salderingsruimte van 5 000 kWh per deelnemer. Daarmee zijn bewoners van woningen zonder eigen dak achtergesteld ten opzicht van bewoners van woningen met een eigen dak.
Oplossing De oplossing wordt gezocht in een virtuele saldering per deelnemer. Daarbij zal per deelnemer een evenredig deel van de vanuit het gezamenlijk systeem teruggeleverde stroom gesaldeerd worden met het eigen stroomgebruik van die deelnemer. Door de opbrengst te salderen met het gebruik van de 10 eigenaren van de deelsystemen ontstaat een salderingsruimte van 50.000 kWh per jaar ipv 5.000 kWh per jaar. Voorbeeld: eigenaar A heeft in 2011 een stroomgebruik van 3 500 kWh. Eigenaar A bezit 15% van het gemeenschappelijke zonnestroomsysteem. Het gemeenschappelijke zonnestroomsysteem levert in 2011 7 000 kWh terug aan het net. Daarvan is 15% van eigenaar A: 1 050 kWh. Het energiebedrijf verrekent deze 1 050 kWh met de afname van eigenaar A en brengt 3 500 – 1 050 = 2 450 kWh in rekening Essent heeft aangegeven dit experiment met Doorzon niet aan te willen gaan. Greenchoice heeft toegezegd dit experiment wel te willen doen. Daartoe zullen VvE bewoners over moeten stappen op Greenchoice. Andere optie is samenwerking met het distributiebedrijf. Dit wordt nog onderzocht. Het risico ligt bij de interpretatie van de fiscus: als deze meent dat hier sprake is van levering, dan zal over de gesaldeerde stroom energiebelasting betaald moeten worden, waardoor het project alsnog onrendabel wordt. De Gemeente heeft daarom besloten garant te staan voor de eventuele heffing van de energiebelasting over de via het net ‘zelf-‐geleverde’ stroom. De gemeente ondersteunt het project, omdat het probleem van Doorzon een algemeen probleem zal worden voor woningbouw met gemeenschappelijke daken, en omdat de oplossing de weg kan openen naar grootschalige uitrol van zonne-‐energie in de gestapelde bouw en met name bij woningbouwcorporaties. 10
Status Voor het zonnestroomsysteem van de Stichting Doorzon is een subsidie toegekend. AgentschapNL is akkoord gegaan met een naamswijziging in Beheersvereniging Doorzon. Doorzon heeft een offerte ontvangen voor realisatie van het systeem. Financiering komt van de bewoners zelf. De gemeente heeft zich garant gesteld voor eventuele verliezen door het niet mogen zelfleveren via het net. Het energiebedrijf Essent heeft zich bereid verklaard met Doorzon dit experiment aan te gaan. Mochten de onderhandelingen fout lopen, dan heeft Greenchoice aangegeven dit project over te willen nemen. Daartoe zullen de deelnemers dan wel over moeten stappen op Greenchoice. Kosten Het betreft de installatie van een 14,9 kW zonne-‐energiesysteem. De kosten voor het gehele systeem zijn € 62 000,-‐. Het systeem wordt gefinancierd door de deelnemers zelf. Inkomsten bestaan uit SDE (€ 0,325 / kWh) en teruglevering / verminderde eigen vraag (€ 0,225 / kWh). Er wordt door de SDE uitgegaan van een opbrengst van 0,85 kWh / W. Het systeem van Doorzon moet dus per jaar 12.665 kWh opbrengen. Dit resulteert in jaarlijkse inkomsten van ong. € 7 000,-‐. Hiermee kan in 15 jaar het systeem (incl. rente) afbetaald worden. Bij onvoldoende eigengebruik (te grote ongelijktijdigheid van opwekking van zonnestroom en vraag vanuit het huis) kan de teruglevering hoger worden dan 5000 kWh per jaar Bij 0 eigengebruik zal Doorzon voor maximaal 7.665 kWh geen € 0,225 / kWh ontvangen maar € 0,053 / kWh. Daarmee loopt zij mogelijk maximaal ong. € 1.300,-‐ per jaar mis. Over de totale looptijd kan dit oplopen tot maximaal € 19.500 (meer dan 30% van de projectkosten) Projectleiding FourStar: Sjoerd Hoekstra (voorzitter Doorzon) Installateur: Klaas Hoekstra (The Sunfactory) Gemeente / regio: Job Swens (aanjager 50 MW Sinnestream Fryslan) Betrokken partijen Beheersvereniging Doorzon van de Wilhelminastate, The SunFactory, Gemeente Leeuwarden, Essent, Enexis, Greenchoice Rol gemeente / regio Ondersteuning bij het vinden van een oplossing voor mogelijke overmatige teruglevering. Garantiestelling voor btw en energiebelasting bij zelflevering via het net. Doel voor gemeente Oplossen van problemen met regelgeving bij plaatsing van zonne-‐energiesystemen op gemeenschappelijke daken.
11
1.2.3. Goutum: Biomassa bij Nije Bosma Zathe
12
Wat is mestvergisting? Mestvergisting vindt plaats in een afgesloten tank of silo. In de vergister wordt de mest gedurende een bepaalde tijd vergist. Bij het vergisten van de mest zetten de van nature aanwezige bacteriën de organische stof om in brandbaar biogas. Dit gas wordt opgevangen in een gaszak boven in de vergister. Het biogas bestaat voor het grootste deel uit methaan (60%). Dit brandbare gas is te gebruiken voor opwekking van elektriciteit. Dit wordt gedaan met een warmtekrachtkoppelinginstallatie (wkk) die het omzet in warmte en elektriciteit. De stroom kan men gebruiken op het eigen bedrijf. De stroom die overblijft wordt teruggeleverd aan het elektriciteitsnet als groene stroom. Temperatuur De meeste vergisters voor veehouders zijn mesofiele vergisters. De vergisters worden verwarmd tot 37 graden Celsius, dit om het vergistingsproces sneller te laten verlopen. De mest verblijft bij mesofiele vergisters van 15 tot 40 dagen in de vergister. Bij thermofiele vergisting wordt de vergister verwarmd tot 55 graden Celsius. Daardoor verloopt het proces nog sneller, dit heeft als voordeel dat de mest korter in de vergister hoeft te blijven (10 – 20 dagen). Op deze manier kan er meer mest vergist worden, en is er meer energieproductie. Digestaat Na vergisting blijft vergiste mest over, ook wel digestaat genoemd. Door de afbraak van de organische stof bevat het digestaat circa 25% minder organische stof dan de oorspronkelijke mest. De mest wordt dunner maar alle mineralen (stikstof, fosfaat, kalium enz.) blijven in het digestaat aanwezig. Door het vergisten wordt een deel van de organisch gebonden stikstof omgezet in minerale stikstof hierdoor is de stikstof in de mest sneller opneembaar voor de plant. Hierdoor lijkt de vergiste mest meer op kunstmest en kan het een besparing in het kunstmest gebruik geven. Vergister op Nij Bosma Zathe Op Nij Bosma Zathe is een propstroomvergister aanwezig. Bij een propstroomvergister wordt aan de voorkant van de tank de mest ingepompt en aan de achterkant er weer uit. De mest beweegt zich als een prop door de tank. Hierdoor is de verblijftijd van de mest in de tank goed te sturen. De vergister heeft een inhoud van 80 m3. De mest heeft een verblijftijd van ongeveer 28 dagen. Per jaar kan er ruim 1000 m3 mest vergist worden, wat resulteert tot 63.000 KWh Onderzoeken op Nij Bosma Zathe Co-‐vergisting Op Nij Bosma Zathe zijn verschillende onderzoeken gedaan met betrekking tot mestvergisting. Onder andere een onderzoek over co-‐vergistingsproducten. Zoals in de tabel hieronder te zien is, is dat de biogasproductie met co-‐producten vele malen hoger is dan alleen met mest. Hierbij worden mest en co-‐producten vermengt, en gezamenlijk vergist. Onderstaand een grafiek van co-‐vergistingsproducten. Een deel ervan is op Nij Bosma Zathe uitgetest.
13
Niet alle producten die in de tabel staan mogen gebruikt worden als co-‐vergistingsproduct. Het co-‐vergistingsproduct moet op de zogenaamde Witte Lijst staan. Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) heeft een Witte Lijst opgesteld met schone co-‐producten. Deze producten mogen wel worden toegevoegd aan de mest. Brandstofcel Op Nij Bosma Zathe is er ook een proef geweest met de brandstofcel. De brandstofcel is een andere optie voor de langere termijn in plaats van een gasmotor om elektriciteit uit biogas te produceren. Een brandstofcel heeft een rendement van 55%. Voor een gasmotor met generator ligt dat op hooguit 38%. Het zal echter nog wel 5 tot 10 jaar duren voor dergelijke cellen economisch rendabel zijn voor de praktijk. Toekomstplannen mestvergisters Nij Bosma Zathe Nij Bosma Zathe is op zoek naar een hoger rendement van de energie uit de mestvergister. Bij traditioneel mestvergisten wordt alleen de groene stroom benut (ca 35-‐38% benutting). Nij Bosma Zathe wil dit rendement verhogen door ook de resterende energie te benutten. Er zullen op Nij Bosma Zathe drie mestvergisters bij komen van elk 1100 m3. De eerste vergister zal de opgewekte stroom met een wkk aan het elektriciteitsnet leveren, en met de warmte die de wkk opwekt zal gebruik worden om alle drie vergisters op temperatuur te houden. De tweede vergister zal een deel van het opgewekte biogas via Essent leveren aan de woonwijk Techum, wat dicht bij Nij Bosma Zathe ligt. Het andere deel zal gebruikt worden om met de wkk stroom op te wekken. Deze stroom wordt ook geleverd aan het elektriciteitsnet. De warmte die bij de opwekking van stroom vrijkomt gaat ook naar de woonwijk Techum, wat dan gebruikt wordt om de huizen te verwarmen. Dit wordt gedaan, omdat de warmte die wkk opwekt, anders niet gebruikt wordt, dus krijgt de wkk nu een hoger rendement. 14
Van de derde vergister zal het biogas wat er geproduceerd wordt, opwaarderen naar autogas. Dit wordt dan geleverd aan een Delta Oil tankstation wat dicht bij Nij Bosma Zathe ligt. Hier kan dan autogas getankt worden. Deze plannen worden uitgevoerd als de MEP-‐ subsidie op groene stroom toegekend wordt. Als dit niet het geval is, dan gaat de geplande uitbreiding van de drie mestvergisters niet door. Mestvergisting project North Sea Bio Energy Dit project wordt medegefinancierd door: ·∙ Senter Novem ·∙ Provinsje Fryslân ·∙ Interreg Project "North Sea Bio Energy" ·∙ Samenwerkingsverband SNN ·∙ En door het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I)
15
1.2.4. Biddinghuizen: Windpark Kubbeweg BV Persbericht, augustus 2005: Biddinghuizen krijgt grootste particuliere windmolenpark van Nederland De ondernemers aan de Kubbeweg in Biddinghuizen slaan op dinsdag 23 augustus de eerste paal van het grootste particuliere windmolenpark in Nederland. Aan de Kubbeweg zullen in totaal 17 molens verrijzen, en die zijn goed voor 34 megawatt. Dat is genoeg om 25.000 huishoudens per jaar van stroom te voorzien (de gemeente Dronten telt 15.000 huishoudens). Tot nu toe waren zulke grote windmolenparken alleen mogelijk in samenwerking met energiebedrijven. De eerste paal Wie: Op ludieke wijze alle ondernemers van de Kubbeweg Wat: Slaan van de eerste paal van het windmolenpark Wanneer: Dinsdag 23 augustus Hoe laat: 14:45 uur Waar: Kubbeweg 17, Biddinghuizen Na tien jaar van voorbereidingen en onderhandelingen is het zover; de bouw van de zeventien windmolens in Biddinghuizen gaat van start. Aan weerszijden van de Kubbeweg is een ontsluitingsweg aangelegd waarover het materiaal aangeleverd kan worden. De bouw belooft een heel spektakel te worden, want de 70 meter hoge molens moeten op zeker 350 vrachtwagens vervoerd worden. Het is de planning dat de molens op 1 januari 2006 volop draaien. Groene stroom te koop Het is de bedoeling dat als de molens met de wieken in de wind De cijfers op een rij: staan, iedereen zich kan inschrijven voor de groene stroom van het Windmolentype: Vestas V80 Kubbewegpark. Via de website van het windpark is dat zo geregeld. Naast windmolenbezitters worden de boeren dus samen ook een Aantal: 17 energiebedrijf. En dat is mogelijk dankzij de liberalisering van de Parkvernogen: 34 megawatt energiemarkt. Huishoudens: 25.000 per jaar Mensen die stroom gaan kopen van het windpark aan de Kubbeweg zijn altijd verzekerd van stroom, ook als het niet waait. Dat is te Ashoogte: 70 meter danken aan de Windunie, een particuliere coöperatie van Beton: 5.500 kuub windmoleneigenaren. De Windunie heeft namens haar leden een contract bij de reguliere energiebedrijven en die zorgen dat er altijd Staal: 600 ton stroom is. Wat uniek is aan het windmolenpark van de Kubbeweg is dat de spanning direct op het Heipalen: 272 stuks (4 km) hoogspanningsnet wordt geleverd. Kabels: 40 kilometer Alle andere particuliere windmolenparken in Nederland leveren via kabels de spanning aan een onderstation van een energiebedrijf. Eén van die onderstations staat bijvoorbeeld langs de Dronterweg tussen Lelystad en Dronten. Maar de ondernemers van de Kubbeweg vonden de aansluitingskosten voor dat station veel te hoog en daarop besloten zij een eigen onderstation te bouwen. Eerst gaat de spanning naar een transformator, die maakt de spanning geschikt voor het hoogspanningsnet. De spanning wordt omgezet van de 23 kiloVolt die de molens leveren naar 150 kiloVolt die er op de hoogspanningskabels staat). Daarna gaat de spanning door het onderstation, die het doorgeeft aan de hoogspanningskabels en tenslotte komt het bij ons uit het stopcontact. 16
Interview Frits Iordens, Windpark Kubbeweg Oprichting windpark Kubbeweg Elf jaar voor de officiële opening van het windpark ontstonden de eerste ideeën aan de Kubbeweg om iets met windenergie te gaan doen. In 1995 wilde Gert Jan van Tilburg, een van de bewoners, zijn 'kleine' solitaire Lagerweij molen vervangen door een grotere. Dat kon toen nog, maar daar ging zijn voorkeur niet naar uit. Vanuit zijn functie bij de Stichting Ontwikkeling Windenergie vond Van Tilburg dat gemeentes een visie moesten ontwikkelen over windmolenlocaties en lijnopstellingen, om zo de wildgroei aan turbines tegen te gaan. De gemeente Dronten heeft dat als eerste opgepakt. Van Tilburg polste een aantal buren en die bleken enthousiast. "Ik vergeet het nooit," vertelt oud-‐ buurman Jan Wybe Schurer. "Gert Jan was aan het uien rooien en ik ging eens kijken hoe het ging. Toen begon hij erover en zei dat het prachtig zou zijn als de hele weg een molen achter in het land kon zetten. Zo is het begonnen." Na de eerste brainstorm waren ook de andere bewoners aan de weg meteen overstag. Schurer: "Die eenheid en eensgezindheid binnen de club dat is van essentieel belang, anders wordt het nooit wat." Na het ontstaan van het idee zijn de twaalf agrariërs van de Kubbeweg tien jaar bezig geweest met de voorbereiding, de vergunningen aanvragen, de ontheffingen regelen, de aanpassingen van het bestemmingsplan en de bezwaarprocedures. Uiteindelijk stonden in juni 2006 de molens met de wieken in de wind en werd het park officieel geopend. Net als het park werd dat groots aangepakt met twee dagen feest. Uiteindelijk zijn er 17 molens geplaatst. Techniek De techniek is als volgt. Zie ook plaatje. Aan de kubbeweg liggen een aantal boerderijen met een lap grond aan de achterkant. Helemaal achteraan dat land zijn twee rijen met windmolens geplaatst. Een ondergrondse kabel verbind de molens aan elkaar en deze kabels leiden naar een onderstation wat ze ook zelf hebben laten plaatsen. Via dit onderstation wordt de energie omgezet in elektronen en gaan ze het net op. De energie wordt dus verkocht en komt in dit geval terecht bij Essent. Volgens Frits is er een verkeerd beeld over LDEB. Nl dat de energie zelf gebruikt moet worden, maar het kan ook naar het net geleverd worden. Welke partijen zijn betrokken geweest bij de oprichting? Stichting ontwikkeling windenergie. Deze partij is de projectontwikkelaar geweest. Een van de boeren had al een klein molentje en is de geestelijke vader van dit project. Welke rol heeft de lokale overheid gespeeld bij de totstandkoming van windpark Kubbeweg? Bij het moment van oprichting speelde duurzaamheid nog niet zon belangrijke rol als ze dat nu doet. De gemeente speelde ook nog geen rol toen windpark Kubbeweg in de startblokken stond. De gemeente heeft niet gestimuleerd maar is wel belangrijk geweest aangezien zij subsidies hebben gegeven en een participatieregeling hebben gestart tegelijkertijd. Wat zijn jullie missie en visie? Missie en visie is afkomstig uit landbouwbelang en niet uit duurzaamheid. Het idee is om de akkerbouwbedrijven te versterken. Boeren hebben vaak lappen met grond, die niet altijd optimaal worden benut. Door het plaatsen van een windmolen op hun land kunnen ze ook aan de molen verdienen. Zo hebben ze extra inkomsten. En aangezien je niet van boeren een flinke investering kan vragen, is de investering volledig door de bank gefinancierd. Wat zijn de doelstellingen? Doel is windmolens onderhouden en vervangen door nieuwe. Het is niet mogelijk om het project uit te breiden en dat is ook niet het streven. Dus de continuïteit is het belangrijkste doel. 17
Welke organisatievorm kenmerkt windpark Kubbeweg? Organisatievorm is een B.V. aangezien een rechtspersoon nodig is om overeenkomsten te sluiten en subsidies te verkrijgen. Tevens was dit ook de meest geschikte vorm aangezien de boeren als aandeelhouders fungeren. Hoe is windpark Kubbeweg gefinancierd? De financiering is 100% door de bank gefinancierd. 17 molens hebben 45 miljoen gekost samen. Wat is hun visie op winst maken? Visie op winst maken. Alle boeren zijn aandeelhouder zoals te zien is op het plaatje. De winst die Kubbeweg maakt wordt als dividend aan de aandeelhouders verstrekt. Dus niet om nieuwe molens te plaatsen. Welke investering(en) hebben jullie moeten plegen? Er is 45 miljoen euro in de molens geïnvesteerd. Wat moet ik me voorstellen bij de terugverdientijd van zo’n investering? De terugverdientijd van deze molens is ongeveer 9 jaar. Er wordt ook al winst gemaakt. Wat maakt windpark Kubbeweg nou succesvol? Het succes ligt hem voornamelijk in het open gebied waarin de windmolens gevestigd zijn. Beschikbaarheid is tevens een belangrijke term in de windenergie. Dit betekend dat als het waait, de molens ook daadwerkelijk kunnen produceren. Dit is ook een belangrijke succesfactor. Wat staat het succes van windpark Kubbeweg in de weg? Terreinruwheid. Dit is de hoeveelheid obstakels in het gebied, zoals (in oplopende ruwheid) water, grasland, graanakker, verspreide bebouwing, bomen, huizen en flats en de dichtheid ervan. De terreinruwheid heeft een remmende werking op de wind.
18
1.2.5 Amsterdam Oosterdokseiland: aardwarmte
19
20
21
22
Naam project Initiatiefnemer
Korte geschiedenis/context
Oosterdokseiland Amsterdam De BV Ode: een BV met daarin een belegger, de gemeente Amsterdam en de ontwikkelaar Bouwfonds MAB. Lokaal warmte en koude opwekken ten behoeve van kantoor, bibliotheek en appartementen De gemeente Amsterdam nam in het stedenbouwkundig programma van eisen voor het Oosterdokseiland strenge milieunormen opgelegd. Het project is een mix van openbare functies (Openbare Bibliotheek Amsterdam en Conservatorium van Amsterdam), commerciële functies (hotel, kantoren, winkels en leisure) en woonfuncties (sociale woningen en luxe woningen). De gemeente wilde voor het Oosterdokseiland een duurzame energieoplossing met een substantiële energiebesparing: 30% t.o.v. de energieprestatie-‐eisen die in die tijd (jaar 2000) golden.
Organisatiestructuur energiebedrijf
Eigenaar van de systemen is Cofely Energy Outsourcing BV Cofely BV is ook exploitant.
Doel
Vraag naar energie Bron van energie Warmte uit de aarde, plantaardige olie Korte technische schets Warmte-‐ en koudebronnen, afleverstations, warmtepompen en een verwarmingsketel, leidingen tussen afnemers, bronnen en van en naar de energiecentrale. Om pieken in het verbruik op te vangen wordt een ketel ingezet op plantaardige olie welke 10% van de warmte kan realiseren. Bijkomend voordeel van deze brandstofketel is een vermindering van explosiegevaar waardoor de ketel in een ruimte op de begane grond geplaatst kan worden. De energietarieven zijn gemiddeld 5% tot 10% lager dan de stadsverwarmingtarieven elders in Amsterdam. De eindgebruikers hebben duurzame verwarming en koeling. Uiteindelijk is 180.000 m2 vloeroppervlak aangesloten op het Warmte koude systeem. Totale investeringskosten Financiers nvt (via Cofely) Exploitatiebegroting Exploitatie Bankier Status
Cofely BV installatie gereed, gebouwen deels in gebruik, deels in aanbouw Beheer
Eigendom netwerk Eigendom apparatuur Aandeel van de investering bij eindgebruikers Planning
Cofely BV Cofely BV Geen
Communicatie Belangrijkste tip Overige opmerkingen
Borg dat een duurzame installatie niet alleen op papier duurzaam is, maar zich in de praktijk bewijst. Kies een structuur welke die zekerheid geeft www.cofely.nl
Meer info op site Contactpersoon met naw gegevens
Aanbesteding 2005, realisatie 2007
Bjorn.Kouwenhoven@Cofely-‐gdfsuez.nl
23
1.3 Initiatiefnemers aan het woord Inleiding Op de volgende pagina’s staan de uitgewerkte interviews die elf initiatiefnemers binnen het “Wij krijgen Kippen” project met Arjen Schamhart van Greenwish en Siward Zomer februari 2011 hebben gehad. Deze projectbeschrijvingen hebben verschillende doelen. 1. het geeft initiatiefnemers een doel en een duidelijke houvast waar op te richten om het project tot en succes te maken. 2. het geeft een beter beeld van hoe initiatiefnemers beter ondersteund kunnen worden op de broedkampen en in het proces. In de bulletpoints onder de beschrijvingen staan de vragen en drempels waar initiatiefnemers nog mee worstelen. Door deze informatie aan iedereen mee te geven kunnen initiatiefnemers elkaar vinden zodat ze elkaar kunnen ondersteunen. “Wij krijgen Kippen” is bedoeld als een groot broedkamp voor duurzame initiatieven met als doel elkaar te versterken om zo de initiatieven tot een succes te laten komen. Kennisdeling is essentieel voor het succes van alle projecten. Veel initiatiefnemers hebben dezelfde vragen, we kunnen nu samen op zoek gaan naar de antwoorden. Als u vragen ziet waar u het antwoord op heeft, nodigen wij u uit die initiatiefnemers daar te ondersteunen met uw kennis.
24
1. Naam: WeteringDuurzaam Initiatiefnemer: Maartje Romme heeft het initiatief genomen om de Weteringbuurt te verduurzamen. In de Weteringbuurt is een al lang bestaande buurtvereniging actief en wonen veel creatieve mensen. Het is belangrijk een voorbeeld voor duurzaam samenleven in een stadswijk te ontwikkelen. Het nemen van verduurzamingsmaatregelen lijkt weliswaar makkelijker op het platteland, maar: “duurzaam” kan ook in de stad! De buurt bestaat uit naar schatting 800 huishoudens. Droom: Een duurzame samenleving, te beginnen in de Weteringbuurt, en te beginnen met praktisch maatregelen als: energie besparen, energie opwekken, produceren duurzaam voedsel en duurzaam vervoer. Dit is bewust een ruim geformuleerd doel, waar geen beperkende deeldoelstellingen bij horen. Doel voor 2012: 10 procent van de huishoudens schakelt over op een vorm van eigen duurzame lokale energie. Nog eens 10 procent van de huishoudens zit in de “contemplatiefase”.. Stand van zaken: Project verkeert in idee-‐fase. Techniek en invulling, procedures…: alles is nog nader te bepalen. De wens van Maartje is om dit geheel binnen het project verder te concretiseren. Wensen voor broedkamp: • Er zijn een aantal hobbels te nemen: bestuurlijk (gemeente en monumentenzorg) en technologisch. Voor het broedkamp zou het goed zijn als hier inhoudelijke informatie over beschikbaar is. • Er is behoefte aan knowhow en mogelijkheden voor overleg over financieringsconstructies. • Procesbegeleiding is welkom, waarbij het accent moet liggen op het samenwerken aan iets moois: het moet namelijk vooral ook inspirerend zijn. Het is belangrijk om een SWOT analyse in kaart brengen.
25
2. Naam: Zuidas Solar Challenge Initiatiefnemer: Benno Schwarz Droom: Elkaar versterken om het grote doel te bereiken. Benno wil de versnelling van de implementatie in de toepassing van zonne-‐energie en wil aantonen dat het nu al rendabel is. Daarbij moet men niet alleen kijken naar financieel rendement, maar ook het maatschappelijke rendement. Doel voor “Wij krijgen Kippen”: Binnen een jaar 3.000 panelen op de Zuid As te plaatsen (0,5 MW in een jaar dat is voor elke 10 personen die op de Zuid As werkt/woont een paneel). Stand van zaken: 18 Januari 2011 aftrap gehad met directeuren van bedrijven op de Zuid-‐As. Benno trekt het initiatief met drie andere mensen en wordt ondersteund door een groep van 15 mensen die ook belangstelling hebben. Wensen voor broedkamp: Hoofdvragen duidelijk krijgen: • Hoe werkt een coöperatie in relatie met een energie bedrijf. Financiering van zonnepanelen. Welke energiebedrijven zijn er geïnteresseerd? Moet nog nagedacht worden over rechtspersoon. • De belangrijkste vragen die hij heeft worden nog door hem op papier gezet voor het broedkamp. Ideaal resultaat “Wij krijgen Kippen”: Alle voorstanders voor duurzame energie moeten samen komen en zich richten op het gemeenschappelijke doel en zich niet richten op het onderuithalen van andere initiatieven. Bijvoorbeeld bij het aandragen van dit project werden er gelijk andere oplossingen aangedragen zoals het licht uitdoen op kantoor na acht uur s’avonds, dat zou een grotere impact hebben. Benno vertaalde dit direct naar een nieuwe challenge voor zijn gesprekspartner. Symbolisch toch geld in de concrete projecten stoppen om ze een boost te geven als stimulering. Er zijn genoeg initiatieven die krachten bundelen en ondersteunen, zoals Zonvogel, ODE. Er moet echt concreet wat gaan gebeuren binnen “Wij krijgen Kippen”. Bijvoorbeeld een blauwdruk hoe je een initiatief kan starten zonder subsidie. Deze blauwdruk kan iedereen gebruiken tegen beperkte kosten en omvat een businessmodel met een computerprogramma.
26
3. Naam: Nieuwe Nuts in de Pijp Initiatiefnemer: Coen de Graaf Droom: Bijdragen aan een duurzamere maatschappij door een nieuwe manier van samenwerken. Waarin mensen mee denken in het proces en ieders talenten benutten. Doel voor “Wij krijgen Kippen”: Collectief energie inkopen met ongeveer 200 woningen in de Pijp en energie besparende maatregelen nemen. Mogelijk ook aanschaffen van elektriciteit opwekkende systemen. Ook ontwikkelt Coen een lange termijn visie. Binnen 1,5 jaar wil Coen dat er concreet samenwerkingsverband is opgezet wat toegankelijk is voor alle bewoners van de Pijp. Stand van zaken: Er is een eerste plan wat hij verder gaat uitwerken. Coen is nu nog de enige drager en wil binnen een aantal maanden een team hebben staan, ondertussen wil hij kennis over de mogelijkheden op het gebied van energiebesparing en –opwekking opdoen. Wensen voor broedkamp: Wil onderzoeken wat de ondersteuning kan zijn van “Wij krijgen Kippen”. Wil weten wat de precieze bedoeling is van het broedkamp. Coen heeft in de oriëntatiefase kennis nodig: • Welke specifieke know-‐how kan hij krijgen voor bijeenkomsten van bewoners? • Technisch inhoudelijke know-‐how: Welke mogelijkheden voor besparen zijn er? Welke mogelijkheden zijn er voor energie opwekking? Hoe meet je de gebruikte energie van de buurt? • Hij heeft geen ervaring met het schrijven van een projectplan en wil graag begeleiding, maar wil het wel zelf doen. • Wetten en regelgeving, vergunningen, hoe het gaat met saldering. • •
27
4. Naam: Voorbeeldproject Mister Green Initiatiefnemer: Florian Minderop Droom: Mensen stimuleren en enthousiasmeren CO2-‐neutraal te leven. Meer concreet gaat het om compleet CO2-‐neutraal energie op te wekken en te gebruiken waarbij een elektrische auto de rol van opslag medium vervult. Het moment waarop elektriciteit opgewekt wordt is namelijk veelal niet gelijk aan het moment waarop we het gebruiken. Droom Wij krijgen Kippen: Florian woont in een CO2-‐neutraal huis met PV-‐panelen om elektriciteit op te wekken, heeft een oplaadpaal voor zijn elektrisch auto en kan zijn huis loskoppelen van het elektriciteitsnetnet. Daarmee is het een voorbeeld project voor zijn droom. Florian is geïnspireerd door de Gewoonboot. Weg: gewoon doen, zelf investeren, in netwerken oplossingen vinden. Stand van zaken: Project verkeert in idee-‐fase. Techniek en invulling, procedures alles is nog nader te bepalen. De wens van Florian is om dit geheel binnen het project verder te concretiseren. Wensen voor broedkamp: • Technische kennis, business case ontwikkelen en kennis opdoen over financiële constructies. • Leren van praktijkvoorbeelden. Best Practises; voorbeeld: de Power Router: een bestaand product dat Florian graag in het echt wil zien. Ook om ervaringen uit te wisselen. Wil ook participeren in coöperatie om het te verwezenlijken. Issue: Florian woont op dit moment in een huurhuis. Het is niet duidelijk of de eigenaar van het pand aan het project wil meewerken.
5. Naam: Evergreenergy Initiatiefnemer: Jeroen Kruisheer en Robbie Ramdien Droom: Overal zonnepanelen op daken in Nederland. Zonne energie is de energie van de toekomst. Nederland is dicht bebouwd, er zijn veel daken beschikbaar voor zonnepanelen. De gedachtengang is dat panelen voor de kleine beurs toegankelijk zijn. Doel voor Wij krijgen Kippen: Het is afhankelijk van Rochdale (woning corporatie) voor wat er te realiseren valt, als die akkoord is gaat het snel. Na 1,5 jaar hebben Jeroen en Robbie een business case, de bottlenecks zoals Rochdale zijn overwonnen en we zijn aan het werk. Een gedeelte van de huurders hebben PV op hun dak. Dit zijn ongeveer 100 huishoudens. Stand van zaken: Ze zijn nog goed aan het uitzoeken om te kijken of het allemaal mogelijk is. Het staat nog niet geheel vast, omdat het op het gebied van rechtsvorm nog alle kanten op kan. Ze neigen naar B.V. omdat ze ook met huurders te maken hebben. Er zijn twee woonwijken al gebouwd. Er komt nog een 3e evergreen waar we graag onze panelen op hebben. Wensen voor broedkamp: • Ondersteuning bij haalbaarheids onderzoek. • Wat zijn de beperkingen van de huurwet bij het leasen van PV aan huurders? • Hoe verrekenen we de betalingen van de klant met de eigenaar van de panelen? • Welke rol speelt Alliander? • Hoe gaat het met de afschrijvingen en leaseconstructie bij zonne-‐panelen? • Is leasen een oplossing voor ons probleem? • Zit er bij de gemeente geld uit de verkoop van NUON gelden dat ze zouden kunnen benutten? • Ze zouden graag sparren over de marketing kant van het project? 28 • Zoeken een sparringpartner om te focussen. • Zien graag iemand van Urgenda op het broedkamp.
6. Naam: EnergieHerbergen Initiatiefnemer: Joris Spuesens Droom: Klimaat-‐ en mobiliteitsproblemen oplossen door een geïntegreerd netwerk van oplaadpunten voor kleinschalig elektrisch vervoer. Joris wil een bijdrage leveren aan de doorbraak van (overkapte) elektrische fietsen voor woon-‐werkverkeer en langere afstanden door EnergieHerbergen te creëren. Dat zijn oplaadpunten voor elektrische voertuigen die bij voorkeur gevoed worden met duurzame energie (zonnepanelen, kleine stadswindmolens). Joris wil bestaande stallingen uitbreiden met zonnepanelen erop en nieuwe stallingen neerzetten met deze voorziening. Deze oplaadpunten komen bij horeca, kantoren, sportclubs en/of culturele instellingen in de buurt van verkeersknooppunten (P+R, stations etc). Met faciliteiten waar mensen kunnen werken en ontspannen terwijl hun fiets aan de lader staat. Exploitanten van deze locaties kunnen instaan voor sociale controle, beveiliging en onderhouden van de EnergieHerbergen, op basis van een financieel gezonde business case (omzet uit verhuur voertuigen, reparaties, horeca etc). Doel voor Wij krijgen Kippen: Zoveel mogelijk mensen enthousiast maken voor het project, zodat zij zelf EnergieHerbergen gaan aanvragen bij hun stadsdeel/gemeente, of zelf een EnergieHerberg willen aanschaffen/adopteren. Zsm een werkende pilot van de grond tillen in Stadsdeel Zuid, vermoedelijk bij voetbalclub ASV Arsenal. Joris verwacht dat binnen 1,5 jaar voldoende partners en exploitanten inhaken om de EnergieHerbergen levensvatbaar te maken. Stand van zaken: Er is overleg geweest met de Dienst Infrastructuur Verkeer en Vervoer (DIVV) van gemeente Amsterdam die elementen uit het bedrijfsplan voor de EnergieHerbergen wil opnemen in het Meerjarenplan Fiets (momenteel is een nieuw plan in ontwikkeling). DIVV wil het plan verbinden aan transferia (P+R), maar Joris vindt dat die te ver uit het centrum liggen en dat er te weinig zijn. Hij zoekt (extra) locaties op strategische knooppunten in het Stadsdeel Zuid. Diverse leveranciers van stallingen/straatmeubilair zijn benaderd en hebben interesse getoond. Wensen voor broedkamp: • Joris wil bij de broedkampen duidelijk krijgen wat realistische doelen zijn voor het project. • Hij zoekt een sparringpartner voor het uitwerken van business case, projectplan en haalbaarheidsstudie. • Hij zoekt ondersteuning bij het opzetten en uitvoeren van een marktonderzoek. Eventueel met de hulp van studenten of stagiaires. • Hij wil contact maken met Stadsdeel Zuid om de pilot uit te voeren. • Joris zoekt technische kennis over zonnepanelen en kleine (stads)windmolens. • Wie kan het project mede dragen (met name technische uitvoering en exploitatie)? • Joris zoekt investeerders, opdrachtgevers en/of partners.
29
7. Naam: (nog geen naam) Initiatiefnemer: Loes Knotter Droom: Groen vervoer, groene stroom opwekken voor elektrisch vervoer. Doel voor Wij krijgen Kippen: Nieuwe vervoersdienst die in het gat springt tussen dure taxies en openbaar vervoer dat niet iedereen bereikt. Stand van zaken: Loes zit nog in de idee fase. Ze wil iets doen met duurzame mobilitieitsconcepten, maar hoe dat precies ingevuld wordt ligt nog helemaal open. Ideeen zijn bijvoorbeeld een digitale informatie dienst voor reizigers. Als het plan daar is zal Loes een haalbaarheidsstudie maken. Wensen voor broedkamp: • Wil weten op verschillende niveaus wat de Duurzame energie potentie van stadsdeel zuid is. Na te vragen bij de gemeente zoals buurt, stadsdeel, straat, woningblok. • Loes wil weten wat de bedoeling is van “Wij krijgen Kippen” bij de ondersteuning van het project? • Bij community initiatief kun je het zelf organiseren.
8. Naam: Kop Zuidas Solar Power Initiatiefnemer: Maarten van Asperen Droom: Om ons appartementencomplex waarin eigenaren en huurders wonen, af te sluiten van de elektriciteit voorziening van buitenaf. Er komen meerdere gebouwen in dat gebied met meerdere en grotere dakoppervlaktes. Het zou mooi zijn om die daken hier in te betrekken. Dit zou dan fase twee zijn na ‘WIJ KRIJGEN KIPPEN. Doel voor Wij krijgen Kippen: Binnen 1,5 jaar wil ik zonnepanelen op het appartementencomplex en stadsdeelkantoor van Amsterdam Zuid hebben. Als plaatsing op het stadsdeelgebouw praktische bezwaren oplevert dan plaatst hij alleen panelen op het appartementencomplex. Stand van zaken: Binnen de VVE vindt het bestuur het project interessant. Over drie maanden is er een leden vergadering en het zou mooi zijn om dan een plan te presenteren. Op het moment ligt het initiatief nog bij Maarten eventueel samen met Benno Schwarz. Ook het stadsdeel is er enthousiast over. In eerste instantie wordt er nagedacht over zon, maar wind wordt niet uitgesloten omdat het een kansrijke locatie is. Het appartementencomplex is nieuw en is al goed geïsoleerd, daarom is er geen winst te boeken bij besparing, overigens is er ook een WKO. Wensen voor broedkamp: • Zou graag meer weten over de constructie waarin opgewekt wordt en geleverd wordt aan VVE en individuele bewoners, wat kost dat, wat levert het op, kan het, mag het? Moet je met een leverancier in zee of moet je zelf een organisatie voor opzetten? • Technische kennis, organisatorische kennis. Hoe regel je het installatietechnisch en hoe gaat de afrekening ervan? • Zou graag een sparringpartner hebben voor het schrijven van het projectplan.
30
9. Naam: Stichting de Groene Juliana Initiatiefnemer: Marjo Kroese Droom: Zo’n mooi mogelijke woonomgeving om zo prettig mogelijk te wonen met betaalbare duurzame energie. Doel voor Wij krijgen Kippen: Mensen gaan meedoen met het idee dat je lokaal duurzame energie kan produceren. We willen samen een plan maken. Na 1,5 jaar ligt er een plan en is 20% van het plan gerealiseerd. Hoofdrichting is zonnepanelen, hoewel besparing van elektriciteit ook aandacht zou krijgen. Stand van zaken: Marjo staat aan het beginpunt. Groep van Juliana heeft al veel goodwill door eerdere projecten. Er zijn nu 15 mensen bij het project betrokken en er zijn al zo’n 60 mensen bekend met de Groene Juliana. In de wijk staan totaal 435 woningen waarvan veel huurwoningen; ongeveer 90%, waarvan 60% vrije sector. Wensen voor broedkamp: • Behoefte aan iemand die mee kan denken aan de berekening voor het plan dat je burgers kan aanbieden. • Behoefte aan knowhow over technische mogelijkheden. • Installateur die verstand heeft hoe je zonnepanelen op het dak plaatst. Om een verhaal te maken tegenover verhuurder. • Iemand die kan helpen bij de financiën om een verhaal te kunnen houden tegenover de huurder. • Hoe zit het met de juridische consequenties als er beschadigingen komen aan het dak? Wie is verantwoordelijk?
31
10. Naam: Duurzaam Immen Hof Initiatiefnemer: Nienke Stoop Droom: Leven met respect voor de natuur en de sociale omgeving . Deze waarden niet alleen uitdragen in woorden maar ook in daden. Omgeving voor de kinderen creëren zodat ze hier dagelijks voorbeelden van tegenkomen. We moeten leren om onafhankelijk te zijn. De cycli van de natuur terugzien in het dagelijks leven. Opwekken van energie bedrijf zit in haar bloed, haar vader (Adriaan Stoop) heeft de Dordtse petroleum maatschappij (later Shell) opgericht. Nienke vindt dat we niet alles hoeven in te leveren om een gezonde kringloop te ondersteunen. Het is niet of een gezonde levensstijl of winst maken, maar het is én én. Haar droom wil ze op lange termijn realiseren door: 1. In de harde kern van de wijk, een groep van betrokken bewoners creëren. Deze vormen een draagvlak voor grotere ontwikkelingen. Een intrinsieke motivatie losmaken in de bewoners van de wijk. 2. In kaart brengen van het verbruik van gas, elektra, vervoer en afval. 3. Besparingen, slimme apparaten slimme netwerken. 4. Energie opwekken, zon of inkoop op een groter project, dit is Zutphen aan ZET, Zutphense Energie Transitie. Die willen 500 huishoudens van duurzame stroom voorzien. Doel voor Wij krijgen Kippen: Aan het eind van het project moet een haalbaarheidsstudie gedaan zijn, zodat Nienke weet wat mogelijk is. Haalbaarheid aan de technische kant en aan de financiële kant. Ze wil aantonen dat het kan, met minimale middelen de overstap naar duurzame energie te maken. Stand van zaken: Nienke is nu in kaart aan het brengen wat het verbruik is in de buurt. Deze buurt heeft een aantal oudere huizen, sommige uit 1890 die monumenten zijn, 20 huishoudens, uitbreiding naar 40, vier openbare gebouwen (twee scholen, soort centrum, buurthuis). Er zijn nu twee mensen bij het project betrokken. Twintig huishoudens die grenzen aan het hof en willen meedoen, het maximum kan oplopen tot veertig. Er is contact met de Provincie en W & E adviseurs over de plannen. Wensen voor broedkamp: • Hoe zet je een Lokaal Duurzaam Energie Bedrijf op? • Hoe werk je met rekeningmodellen, hoe werk je met financieringsmodellen om het financieringsgedeelte duidelijk te krijgen en het van de grond te krijgen? • Wat zijn de noodzakelijke zekerheden voor de financier van de zonnepanelen? • Hulp bij het proces, (Hoe krijg je informatie in kaart. Kan je het uitbesteden aan studenten of bedrijven, maken van een stappenplannen en dergelijke.) • Nienke heeft geen kennis van de zakelijke kant en zou daar meer over willen weten of ondersteuning krijgen. Technische zaak is voor later. Verder helder krijgen van haar idee. • Wat zijn de voorwaarden om energie te produceren op monumenten?
32
11. Naam: Uniqergy Initiatiefnemer: Christiaan Brester Droom: Motivatie van mensen richting geven. Wordt enthousiast waar het mogelijk is om duurzame oplossingen te realiseren. Duurzaamheid is rendabel geworden waardoor goed rentmeesterschap bereikbaar is geworden voor iedereen. De kunst is om de wil te verduurzamen en te vertalen in makkelijk uitvoerbare oplossingen met een positieve som. Doel voor Wij krijgen Kippen: Concreet project nog te ontwikkelen, o.a. tijdens de reis. Zie “Stand van zaken” voor geschiedenis. Stand van zaken: Christiaan is bedrijfskundige, politicoloog en antropoloog. Is ‘ondernemer’ in Ontwikkelingssamenwerking, o.a. oprichter Fairfood en Happy Gift. Christiaan heeft een nieuw gebouwde woonboot met duurzame oplossingen en is daarmee energie neutraal. Heeft met succes SDE aangevraagd. Is met opgedane kennis aan de slag gegaan en heeft in verschillende wijken huishoudens voorzien van PV. Door deze grotere groepen te organiseren werd het mogelijk om prijsreducties te onderhandelen van wel 30%. Christiaan deed een EPA-‐cursus en is nu een erkend EPA-‐adviseur. Hij heeft businesscases beschikbaar voor particulieren en VVE’s. Zijn eigen business case als bedrijf is echter nog niet rond. Hij wil namelijk niet op provisiebasis werken, maar onafhankelijk advies blijven geven. Interessant gegeven: veel winst is te maken door hele voor de hand liggende maatregelen op besparingsgebeid, m.n. isoleren. Wensen voor broedkamp: • Meeste punten al aan Maarten Bruns doorgegeven. • Ambtenaar van Welstand: wat zijn de regels? hoe werkt het? hoe mee om te gaan? • Waternet: hoe valt beleid te rijmen met praktische omgang met initiatieven? Hij stuit steeds op juridische weerstand. • Milieujurist: wat is er veranderd sinds 1/1/2011 • Waarschuwende oneliner: Als je een hamer hebt, zie je alleen spijkers!
33
Vragen/ behoeftes per categorie Financieel • Wat zijn de noodzakelijke zekerheden voor de financier van de zonne-‐ panelen? • Hoe werk je met rekeningmodellen, hoe werk je met financieringsmodellen om het financieringsgedeelte duidelijk te krijgen en het van de grond te krijgen? • Iemand die kan helpen bij de financiën om een verhaal te kunnen houden tegenover de huurder. • Behoefte aan iemand die mee kan denken aan de berekening voor het plan dat je burgers kan aanbieden. Wettelijk • Milieujurist: wat is er veranderd sinds 1/1/2011 • Waternet: hoe valt beleid te rijmen met praktische omgang met initiatieven? Veel juridische weerstand. • Ambtenaar van Welstand: wat zijn de regels? hoe werkt het? hoe mee om te gaan? • Wat zijn de voorwaarden om energie te produceren op monumenten? Techniek • Installateur die verstand heeft hoe je zonnepanelen op het dak plaatst. Om een verhaal te maken tegenover verhuurder. • Behoefte aan knowhow over technische mogelijkheden. • Technische kennis, organisatorische kennis. Hoe regel je het installatietechnisch en hoe gaat de afrekening ervan?
• •
• •
•
•
•
•
• • •
Joris zoekt investeerders, opdrachtgevers en/of partners. Zit er bij de gemeente geld uit de verkoop van NUON gelden dat ze zouden kunnen benutten? Hoe gaat het met de afschrijvingen en leaseconstructie bij zonne-‐panelen? Hoe verrekenen we de betalingen van de klant met de eigenaar van de panelen? Er is behoefte aan knowhow over financieringsconstructies.
Hoe zit het met de juridische consequenties als er beschadigingen komen aan het dak? Wie is verantwoordelijk? Wat zijn de beperkingen van de huurwet bij het leasen van PV aan huurders? Wetten en regelgeving, vergunningen, hoe het gaat met saldering.
Joris zoekt technische kennis over zonne-‐panelen en kleine windmolens. Zien graag iemand van Urgenda op het broedkamp. Technisch inhoudelijke know-‐how: Welke mogelijkheden voor besparen zijn er? Welke mogelijkheden zijn er voor energie opwekking? Hoe meet je de gebruikte energie van de buurt?
34
Procesmatig • Hulp bij het proces: Hoe krijg je informatie in kaart. Kan je het uitbesteden aan studenten of bedrijven, maken van een stappenplannen en dergelijke. • Hoe zet je een Lokaal Duurzaam Energie Bedrijf op? • Zou graag een sparringpartner hebben voor het schrijven van het projectplan. • Zou graag meer weten over de constructie waarin opgewekt wordt en geleverd wordt aan VVE, wat kost dat, wat levert het op, kan het, mag het? Moet je met een leverancier in zee of moet je zelf een organisatie voor opzetten? • wil weten wat de bedoeling is van ‘“WIJ KRIJGEN KIPPEN” bij de ondersteuning van het project? • Zoeken een sparringpartner om te focussen. • Ze zouden graag sparren over de marketing kant van het project • Is leasen een oplossing voor ons probleem? • Welke rol speelt Alliander? • Ondersteuning bij haalbaarheids-‐ onderzoek. • Leren van praktijkvoorbeelden. • Best Practices; voorbeeld: de Power Router: een bestaand product dat Florian graag in het echt wil zien. Ook om ervaringen uit te wisselen. Wil ook
•
• • •
•
•
•
•
•
•
Wil weten op verschillende niveaus wat de Duurzame energie potentie van stadsdeel zuid is. Na te vragen bij de gemeente zoals buurt, stadsdeel, straat, woningblok. Wie kan het project mede dragen? Wil contact maken met Stadsdeel Zuid om de pilot uit te voeren. Zoekt ondersteuning bij het opzetten en uitvoeren van een marktonderzoek. Eventueel met de hulp van studenten of stagiaires. Zoekt een sparringpartner voor het uitwerken van business case, projectplan en haalbaarheidsstudie. Joris wil bij de broedkamp duidelijk krijgen wat de realistische doelen zijn voor het project.
participeren in coöperatie om het te verwezenlijken. Geen ervaring met het schrijven van een projectplan wil graag begeleiding, maar wil het wel zelf doen. Welke specifieke know-‐how is er te krijgen voor bijeenkomsten van bewoners? Procesbegeleiding is van belang, waarbij het doel en de middelen duidelijk onderscheiden moeten worden: het moet namelijk wel leuk blijven. Het is belangrijk om SWOT in kaart brengen. Wil weten wat de precieze bedoeling is van het broedkamp.
35
deel 2: concept reisgids 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7
Geschiedenis en actualiteit Stappenplan Technieken 2.3.1 Warmte 2.3.2 Elektriciteit Financiering Algemene vraagstukken en knelpunten Lijst met initiatieven in binnen-‐ en buitenland Parelverhalen
36
2.1 Geschiedenis en actualiteit Historisch perspectief van energie in Nederland Energievoorzieningen in Nederland waren tot 1960 voornamelijk decentraal. Daarna is de energiewereld drastisch veranderd. Tussen 1960 en 1975 ging ons land voor de productie van warmte en elektriciteit over van ongeveer “80% kolen” naar “80% aardgas”. Werd in 1960 het grootste deel van de elektriciteit door lokale energiebedrijven opgewekt en diende het net als stabilisator, vanaf 1975 werden enorme centrale aardgaselektriciteits-‐ centrales gebouwd. Het elektriciteitsnet dient sindsdien vooral als centrale stroomleverancier aan huishoudens. In de jaren ‘90 fuseerden de meeste regionale energiebedrijven tot wat nu de drie grote Nederlandse spelers zijn: NUON, Essent en Eneco. In 2009 zijn twee van deze giganten verkocht aan buitenlandse reuzen. Samengevat: de energievoorziening was aanvankelijk decentraal georganiseerd. In korte tijd -‐1960 tot 1975-‐ gingen we van steenkool over op aardgas. Tegelijkertijd kwam de centralisatie: eerst naar grote centrales, later geconsolideerd in grote energiebedrijven. Fase van ontwikkeling, voorbeelden van lokale energie Het Rijk, provincies en gemeentes hebben ambitieuze doelstellingen op het gebied van duurzame energie. Nederland wil 20% duurzame energie in 2020 en 5% in 2010. Het aandeel duurzaam in het binnenlandse energieverbruik is in 2008 3 ½ procent. Bijna tweederde van dit duurzame energieverbruik is afkomstig uit biomassa en ongeveer een derde uit windenergie. Omdat de bouw-‐ en traditionele energiebedrijven het in de jaren van 2000 tot 2005 niet grootscheeps oppakten, nemen steeds meer lokale partijen zoals gemeentes, bedrijven en particulieren het heft in eigen hand en richtten lokale energiebedrijven op. Voorbeelden: ·∙ het gemeentelijke Afval Energiebedrijf in Amsterdam dat energie opwekt uit afval ·∙ een lokaal warmtenet in handen van particulieren en bedrijven in Culemborg. ·∙ een lokaal “smart grid” elektriciteitsnet in een vakantiepark in Bronsbergen.
37
Waarom is er nu zoveel aandacht voor lokale energie?
http://www.slow-energy.nl/news/vanaf-2011-100-miljoen-beschikbaar-voor-nieuweduurzame-energie-subsidies De Pers 26 mei 2010: Energieraad 16 april Lokale energieopwekking http://www.energiebespar Energie Decentraal is de 2010: ingindewijk.nl/Duurzametoekomst Iedere Duurzame energie: energie.asp gemeente wordt een Wijffels bekritiseert Essent 'bestuurlijke elite' 24 september 2010 http://www.depers.nl/eco http://www.energieraad.nl Energie Overheid: nomie/481747/Iedere/newsitem.asp?pageid=21 Provincies actualiseren gemeente-wordt-een849 Essent.html duurzame energie scenario’s Persbericht Stichting Slow http://www.energieoverhe Studiecentrum voor Energy oktober 2010: id.nl/2010/09/provinciesEindelijk structurele bedrijf en overheid: actualiseren-duurzameaanpak van lokale Lokaal Duurzaam energie-scenarios/ duurzame energie Energiebedrijf. Een goed projecten idee?! Congres, 11 5 mei 2010 Joop.nl: http://www.slowLokale duurzame februari 2010, Holiday energy.nl/pdf/SE-persenergieproductie rukt op okt-2010.pdf Inn Leiden http://www.joop.nl/opinie http://www.sbo.nl/congre s/detail/artikel/lokale_duu ssen/lokaal-duurzaam rzame_energie_productie energiebedrijf/event_hom _rukt_op/ e
38
Er zijn een aantal aanleidingen te noemen voor de enorme aandacht voor lokale energie: § Men wil leveringszekerheid: Rusland draaide de gaskraan naar Europa dicht in 2006 en in 2009. § Het Nederlandse aardgas is op rond 2028. De Nederlandse aardgasreserves bedroegen eind 2006 ruim 1.400 miljard kubieke meter. Met het huidige winningtempo van ongeveer 70 miljard kubieke meter per jaar zijn de reserves binnen twintig jaar uitgeput.1 § De prijs van olie is hoog en instabiel, is nu rond de $100. De olieprijs bereikte in 2008 een piek van bijna 150 dollar per vat. Het Internationale Energy Agentschap (IAE) verwacht dat de olieprijzen na 2013 zullen oplopen. De mondiale vraag naar energie groeit tot 2030 met 45 procent. Lokale duurzame energie heeft een vaste prijs, doordat de investering bekend is. § Veel provincies en gemeenten krijgen als ex-‐aandeelhouder de beschikking over miljoenen euro’s -‐ na de verkoop aan RWE en Vattenfall. Deze gelden worden deels bestemd voor decentrale energie. § CO2 en fijnstof ed: het klimaatvraagstuk en de gezondheidsaspecten van fossiele energie worden wereldwijd serieus genomen, mede dankzij bijvoorbeeld de Olympische Spelen in China. Lokale duurzame energie is schoon. § Crisis: lokale werkgelegenheid wordt gestimuleerd door lokale opwekking. § Fun: het is fijn om te douchen op door de zon verwarmd -‐ gratis warm water. § Techniek en onderwijs: het uitzoeken van de optimale techniek voor smart grids is een interessant onderwerp voor technici. § Efficiency: de warmte die vrijkomt bij decentrale elektriciteitsproductie kunnen we veel beter en met minder transportverliezen lokaal gebruiken (Moderne, centrale kolencentrales met een elektrisch rendement van 45% verliezen 55% warmte.) § Uit bijvoorbeeld mest, plantaardige producten en afval uit de voedselindustrie kan biogas gemaakt worden. Zo wordt bespaard op het transport van grondstof naar centrale energiebedrijven en op het transport van energie naar de klant. § Stabiliteit voor het net: een groot aantal lokale installaties geeft meer stabiliteit aan het energienet. Omdat elektriciteit zich moeilijk laat opslaan, moet opgewekte stroom direct afgenomen worden. Afnemers willen zekerheid over stroom uit hun stopcontact. Een fijnmazig netwerk van een groot aantal regionale centrales heeft een stabiliserend effect op het net en de continuïteit van de energielevering. Uitval van een grote centrale is moeilijker op te vangen dan uitval bij een decentraal energiebedrijf. § Veiligheid: Lokaal energie opwekken is veiliger doordat ze schoon zijn en aanslagen op kleine energiebedrijven niet veel zin zullen hebben. § Flexibiliteit: de economische levensduur van decentraal gebruikte apparatuur is meestal 10 à 15 jaar. Bij centrale installaties is dit 30 jaar. De ontwikkelingen in energie gaan snel. Installaties die nu nog niet rendabel zijn, kunnen dat over 5 jaar wel zijn. Het voordeel van decentrale energieopwekking is dat je niet 25 jaar aan verouderde technieken vastzit. § Bewustzijn: decentrale energie biedt een grote kans voor energiebewustzijn met als gevolg energiebesparing: autolichten laat je niet branden als je weet dat je accu leegloopt. Als energie weer dichter bij de mensen wordt opgewekt, zullen mensen ook bewuster zijn van hun energieverbruik en ook bewuster energie gebruiken: onderzoek wijst uit dat bewustzijn twintig procent energiebesparing oplevert. 1 Dat meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek in februari 2008. Ook zijn de gemakkelijk winbare energievoorraden in Europa rond het jaar 2050 op. Dit betekent dat we, als we niets doen, grotendeels afhankelijk worden van energiebronnen van andere continenten. (Door het opraken van het aardgas mist Nederland overigens een inkomstenbron van ruim €9 miljard per jaar. Een nieuwe “cash cow” zou welkom zijn.)
39
2.2 Stappenplan Een algemeen geldend stappenplan om een lokaal duuraam energiebedrijf op te zetten is moeilijk te maken. Hieronder worden de meest logische volgorde van stappen doorlopen. Bepaal de vraag naar energie • Elektriciteit • Warmte & koeling • Brandstof voor vervoer Beoordeel de mogelijke energiebronnen • Zon • Wind • Aarde • Biomassa (hout, GFT, koolzaadolie, bio-‐ethanol,biogas bijvoorbeeld uit riool etc.) • Overige bronnen Bekijk wat de stand van de techniek is om uit de bron energie te maken • Zonneboiler • Zonnepaneel (PV) • Direct gebruik zon • Windmolen • Warmtepomp • Geothermie • Biomassatechniek • Afvalcentrale Oprichting Bedrijf • Bepaal mogelijke doelen van je bedrijf (bijvoorbeeld NDSM-‐werf A’dam: energieneutraal; MTV: klimaatneutraal; Zonneterp: zelfvoorzienend; onbewoond eiland: autarkie). Thermo Bello heeft de volgende drie doelen: 1. Warmtelevering in de wijk EVA-‐Lanxmeer zonder onderbreking door het duurzaam beheren en optimaliseren van installatie voor de productie van warmte en een warmtenet tegen kosten die lager of gelijk zijn aan een concurrerende wijze van warmteopwekking; 2 Het ontwikkelen, beheren en optimaliseren van toepassingen van duurzame energie en energiebesparing in Culemborg. 3. Het vergaren en verspreiden van kennis over lokale energiewinning en energiebesparing.) www.thermobello.nl • Schrijf een ondernemingsplan met daarin een verfijning van 1. De vraag naar energie en de beperking van de vraag 2. De keuze voor bron en techniek 3. Investeringen en Exploitatie 4. Subsidies en fondsen 5. Risico’s en afdekken risico's 6. Juridische vorm 7. Organisatie 8. Communicatie 9. Planning Bron: www.nieuwenuts.wikispaces.com feb 2011 40
2.3 Technieken
Energie wordt gebruikt voor wonen, werken en vervoer. Je huis en je werkplek worden verwarmd, soms gekoeld, je kookt, doucht en je gebruikt elektriciteit voor allerhande apparatuur. Tussen je huis en je werk heb je energie nodig om je te verplaatsen: brandstof voor je vervoermiddel. Over brandstof voor vervoer is een heleboel te zeggen, maar graag verwijzen we naar het boekje www.opgewekt.nu/?p=252. Op de volgend pagina’s worden twee onderwerpen behandeld: warmte (verwarming, tap water, koeling en koken) en elektriciteit. Per onderwerp wordt eerst algemene informatie gegeven over kengetallen. Vervolgens wordt gekeken hoe je allereerst zo min mogelijk kan gebruiken (want dat scheelt weer opwekken) en vervolgens worden de verschillende technieken van opwekken kort toegelicht. Op de laatste pagina per onderwerp staan de recente subsidies vermeld.
41
2.3.1 Warmte Kengetallen over warmte Veel organisaties en particulieren maken gebruik van gas voor verwarming, warm water en een kooktoestel. In dit document staat een overzicht van ons verbruik en de mogelijkheden om energie te besparen en op een schonere manier op te wekken. Kantoren en bedrijven hebben vaak ook een grote koelbehoefte.
Een gemiddeld huishouden verbruikt per jaar aan gas (m3 staat voor “kuub”): Verwarmen 1300 m3 € 845 Warm water 400 m3 € 260 Koken 50 m3 € 35 Totaal 1750 m3 €1.140
Hoogte gemiddeld gasverbruik per jaar naar type eindgebruiker: Woningen: Vrijstaande woning 2400 m3 € 1.560 Twee onder een kap 1800 m3 € 1.170 Flat/etagewoning 1100 m3 € 715 Grootverbruikers: Ziekenhuis 700.000 m3 €70.000 Verpleeghuis 170.000 m3 €17.000 Kantoor (3333 m2) 50.000 m3 €32.500 (15 m3 gas per m2 pj) School (2000 m2) 30.000 m3 €19.500 (15 m3 gas per m2 pj) Winkel (300 m2) 5.000 m3 € 3.250 (17 m3 gas per m2 pj)
Voor grootverbruikers geldt er bij een afname van meer dan 170.000 m3 gas per jaar het lagere grootverbruikerstarief van +/-‐ €0,23 in plaats van €0,60 per kuub gas.
Ontwikkeling gasprijs in Nederland en Europa voor particulieren
42
Welke gebruiker ben ik en welke techniek kan ik kiezen? In deze tabel staat summier uitgelegd wat op de volgende bladzijdes wordt behandeld. Gebruiker
Mogelijke technieken
Gezinswoningen
Gestapelde woningen
Scholen
Bedrijven terrein
Ziekenhuis
Winkel
Kantoor
Opmerking
Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp Pelletketel Micro WKK Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp + WKO Pelletketel WKK Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp + WKO Pelletketel WKK Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp + WKO Pelletketel WKK Geothermie Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp + WKO Pelletketel WKK Geothermie Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp Pelletketel Micro-‐WKK
Bij een warmtepomp heb je geen radiatoren meer maar vloerverwarming, dit doe je dus alleen als je een nieuw huis bouwt of grondig verbouwt. Een WKK is een Warmte Kracht Koppeling en wordt ook wel een HRe ketel genoemd. Bij meerdere woningen kan je gezamenlijk warmte opslaan in een “thermosfles” van bijvoorbeeld 1.000 liter of in de aarde. WKO betekent Warmte en Koude opslag en is interessant vanaf 15 woningen. Goede behandeling van ventilatielucht bespaart geld en veel minder zieke kinderen. Per 15 februari 2011 start een nieuwe subsidie voor scholen in de provincie Noord Holland.
Energie besparen Zonneboiler Warmtepomp met warmte/koude opslag Pelletketel Micro-‐WKK
Een zonneboiler voor spoelwater voor de bedrijfskantine bespaart geld.
Slimme deuren besparen energie en tevreden klanten en personeel.
43
Minder warmte gebruiken In een slecht geïsoleerd huis wordt per jaar gemiddeld € 1800 aan gas verbruikt. In een goed geïsoleerd nieuwbouwhuis is dat € 800 per jaar.
Kosten en besparingen per jaar (bij isolatie van 50 m2 oppervlak). maatregel Isoleren van een schuin dak -‐ verwarmde zolder Vervanging van enkel glas door HR++ glas Isoleren van de buitengevel Isoleren van zoldervloer -‐ onverwarmde zolder Isoleren van een schuin dak -‐ onverwarmde zolder Isoleren van bestaande muren Isoleren van de vloer van de begane grond Isoleren van de bodem van de kruipruimte Isolatie naden en kieren Hotfill op de (af)wasmachine Warmte terugwinnen douchewater “Passief bouwen”: bouwen opdat de zon in de winter binnen komt en in de zomer niet!
Besparing per jaar € 350 € 250 € 170 € 170 € 150 € 120 € 100 € 70 € 50 € 250 € 325 7% meer kosten
Terugverdientijd 3 jaar -‐ zelf doen 12 jaar-‐ laten doen 20 jaar-‐ laten doen 3 jaar -‐ zelf doen 6 jaar -‐ zelf doen 5 jaar -‐ laten doen 4 jaar -‐ zelf doen 13 jaar laten doen 4 jaar -‐ zelf doen 1 jaar -‐ zelf doen 5 jaar 5 jaar 80% besparing
Meer informatie energiebesparen: www.energiebesparingsverkenner.nl www.lage-‐energierekening.nl www.milieucentraal.nl www.technea.nl www.passiefbouwen.nl www.warmbouwen.nl (voor als isolatie niet mogelijk of niet gewenst is).
44
Technieken voor het opwekken van warmte: 1. uit zon Wat is een zonneboiler ?
Een zonneboiler bestaat uit een paneel die het licht opvangt en de warmte afgeeft aan een vloeistof. Via een leiding gaat die vloeistof naar het oplsagvat (een “thermosfles” van 90 liter). De leiding loopt door het voorraadvat en geeft zijn warmte af aan het kraanwater dat daarin zit. Het is ook mogelijk deze boiler te integreren in de zonnecollector op het dak. Voordelen: • Een zonneboiler bespaart circa de helft van de energiekosten voor warm water. • Voor het plaatsen van een zonneboiler is meestal geen vergunning nodig. • De levensduur is circa 25 jaar en ze zijn vrijwel onderhoudsvrij. Nadelen: • Bij zonneboilers heb je altijd nog een naverwarmer nodig, zoals bijvoorbeeld een CV-‐ ketel. Deze zorgt ervoor dat het warme water altijd de juiste temperatuur heeft, ook als de zon niet schijnt. • De zonnecollector kan niet te ver geplaatst worden van de boiler ivm warmteverlies in de leidingen. • Vooral rendabel bij vervanging van de CV-‐ketel, omdat een nieuwe inregeling van radiatoren nodig is. Kosten: Prijs standaard zonneboiler: circa € 2000 -‐ € 3500 exclusief installatie en BTW. Een standaard zonneboiler bespaart een tweepersoons huishouden ongeveer 200 m3 aardgas per jaar, of €110. Meer informatie zonneboiler: www.solarstart.nl www.hollandsolar.nl/zonnewarmte.html www.zonneboiler.goedbegin.nl
45
Technieken voor het opwekken van warmte: 2. uit biomassa Wat is een pelletkachel?
Een pelletkachel brandt op korrels van samengeperst hout met een hoge energiewaarde. De kachel heeft bovenin een “laadvak” voor de houtpellets. De kachel wordt om de paar dagen bijgevuld en schoongemaakt. Dit kan handmatig, of bij grotere systemen mechanisch. Naast warm tapwater kan ook de centrale verwarming hiermee verwarmd worden. Hierbij is vaak wel een extra voorraadvat met water nodig (“thermosfles”). Er zijn ook pelletketels. Deze hebben meer vermogen, maar geen zichtbare vlammen en ze geven hun warmte af aan het waterbuffervat in plaats van de omgeving (vergelijkbaar met een CV ketel). Voordelen: • • • •
Besparing op energiekosten CO2 neutraal Makkelijk te installeren Gebruiksvriendelijk en geautomatiseerd
Nadelen: • •
Handmatige bijvulling Schoonmaken van de as-‐lade
Kosten: Prijzen zijn afhankelijk van het benodigde vermogen. Pelletkachel: circa €2000, Pelletketel: circa €4500 Prijzen voor zak pellets: € 5,-‐ (15 kg zak) of € 190,-‐ (500 kg). Besparing: t.o.v. gaskachel 40 % en t.o.v. een elektrische kachel: 400%. Meer informatie pelletkachel: www.pelletkachel.nl www.pelletshop.be www.pellethandel.com www.pelletkachel.org
46
Wat is een Warmte Kracht Koppeling (WKK) ? Een CV-‐ketel produceert warmte, waarvan een deel verloren gaat. Door de CV-‐ketel te vervangen door een warmtekrachtkoppeling (WKK), kan deze afvalwarmte ingezet worden voor het opwekken van een beperkte hoeveelheid elektriciteit. Deze kleinschalige toepassing van WKK wordt ook wel micro-‐WKK genoemd. Naast micro-‐ WKK zijn er ook varianten die grootschaliger werken, zoals mini-‐WKK (utiliteitsbouw), WKK (tuinbouw, ziekenhuizen) en grootschalige WKK (stadsverwarming, industrie). Voordelen: • • •
Levert zowel warmte als ook elektriciteit. De micro WKK ketel bespaart circa 20 % energie en een kosten besparing van €400 per jaar. Als brandstof voor de WKK wordt nu meestal aardgas gebruikt, maar ook andere brandstoffen als biogas en biomassa kunnen worden gebruikt, vooral voor de grotere systemen.
Nadelen: • •
Als hij voor elektriciteitsopwekking is bedoeld, blijft er in de zomer weer te veel warmte over. Omdat de stroomopwekking bij een WKK relatief gering is, wordt een WKK uit financieel oogpunt meestal pas aangeraden als het gasverbruik hoger is dan 1.600 m3 per jaar.
Kosten: De prijs van een micro-‐WKK is nu circa €10.000 euro. Uiteindelijk verwacht men dat de prijs van een micro-‐WKK gelijk zal komen aan die van een CV ketel. Het rendement van grotere systemen bepaalt voor een groot deel de prijs. Meer informatie WKK: www.microwkk.nl www.biowkk.eu www.intertechbv.com www.energ.nl
47
Technieken voor het opwekken van warmte: 3. uit de aarde Je kan de warmte en de koelte van de aarde gebruiken om met verschillende technieken je huis of bedrijf te voorzien van verwarming en koeling. Grofweg zijn er twee mogelijke systemen: • “Bodemwarmtepompen” die warmte en koeling halen uit de aarde. Dit kan van 1 meter tot circa 150 meter diepte, eventueel in combinatie met een “Warmte Koude Opslag” (WKO). • Diepe geothermie (een pijp naar meer dan 500 meter diepte, voor woonwijken en bedrijventerreinen). Wat is een warmtepomp ?
Verschillende warmtepompsystemen Een warmtepomp onttrekt warmte uit de omgeving (bodem, water of lucht). De warmtepomp warmt dit extra op naar 40 graden en geeft deze warmte weer af aan vloer-‐ of wandverwarming of aan een boiler. Bij lucht/lucht-‐warmtepompen en lucht/water warmtepompen wordt de warmte gehaald uit de lucht en afgegeven aan de luchtverwarming of aan een boiler. Deze warmtepompboilers leveren warm tapwater.
Bij bodem/water en water/water warmtepompen wordt de warmte gehaald uit de bodem of uit oppervlaktewater of grondwater. Deze warmte wordt vervolgens afgegeven aan een boiler, die het gebruikt voor tapwater én ruimteverwarming. Deze combi-‐warmtepomp kan in de zomer ook zorgen voor koeling!
48
Warmte Koude opslag (WKO of ook wel KWO) Voor grotere gebouwen wordt vaak gebruik gemaakt van Warmte Koude Opslag in diepere lagen van de aarde (circa 150 meter diep). De techniek wordt gebruikt om gebouwen te verwarmen en te koelen. In de zomer gebruikt men het koele grondwater om gebouwen te koelen, het opgewarmde water slaat men op in de bodem totdat het in de winter wordt gebruikt om gebouwen te verwarmen. Het koelen met grondwater kan direct. Voor verwarming wordt een warmtepomp op de bron aangesloten. In de praktijk zijn met deze techniek besparingen van 95% op koeling en 40-‐50% op verwarming mogelijk.
Voordelen: • De combiwarmtepomp kan zowel verwarmen als koelen. • Gelijkmatigere verwarming/koeling van het huis en tevens gezonder doordat er minder stof wordt verspreid. • Een warmtepomp geeft 25 tot 50% energiebesparing tov een CV ketel.
49
Nadelen: • Alleen rendabel in combinatie met vloer-‐ of wandverwarming. • Door relatief hoge aanschafprijs van vloerverwarming eigenlijk alleen rendabel bij grondige verbouwing of nieuwbouw. • Tragere reactie dan CV systeem bij temperatuur aanpassingen. • Voor grotere systemen is een vergunning nodig. Kosten: Prijs voor warmtepompboiler: circa €2.500. Terugverdientijd 8 -‐ 10 jaar. Prijs voor individuele combiwarmtepomp: € 5.000 -‐ € 9.000. Terugverdientijd 6 -‐ 10 jaar. Hier komen de kosten voor aanleg van vloer-‐ of wandverwarming nog bij. Terugverdientijd meerkosten collectieve warmtepomp: circa 6 jaar. Meer informatie warmtepomp en warmte koude opslag: www.warmtepomp.startpagina.nl www.warmtepomp-‐info.nl www.senternovem.nl/kompas_warmtepomp_in_bouwproces www.senternovem.nl/bodemplus/bodembeheer/ondergrond/wko
50
Wat is geothermie ? Geothermie, ook wel aardwarmte genoemd, is de onttrekking van warmte en koeling uit de diepere lagen van de aarde. Deze warmte is bijvoorbeeld 70 graden en kan direct zonder naverwarming gebruikt worden voor verwarming van woningen en kantoren.
Voordelen: • De warmte is, in tegenstelling tot zon-‐ en windenergie, altijd beschikbaar. • Aardwarmte kan gebruikt worden om te verwarmen, maar ook voor de opwekking van elektriciteit. • De technische levensduur van een geothermische put bedraagt 30 tot 100 jaar. • Het systeem heeft weinig plaats nodig en veroorzaakt na de realisatie ook geen hinder of overlast voor de omgeving. Er is geen afval, geen geluidshinder of andere emissies. Nadelen: • Zeer hoge investeringskosten en pas financieel rendabel op langere termijn en met subsidie. Kosten: De totale investeringen inclusief distributienet voor de warmte zijn berekend. Hierbij zijn de kosten voor ongeveer 6.000 woningen ongeveer €50 miljoen incl BTW. De kosten en baten per jaar per gebruiker zijn met een geothermiesysteem iets voordeliger dan die van een woning met een CV ketel (ongeveer €800 per jaar) alleen de CO2 uitstoot is beduidend minder.
Meer informatie geothermie: www.geothermie.nl www.nlog.nl/nl/home/geothermy.html 51
Een voorbeeld van combinatie van technieken. De kas als warmtebron De verwachting is dat de Energieproducerende Kas op jaarbasis gemiddeld een hoeveelheid energie produceert die gelijkwaardig is aan 25 m3 aardgas per m2 kasoppervlak. Deze energie kan worden gebruikt voor de verwarming van scholen, winkels, kantoorpanden of bedrijven. Er wordt warm water geoogst met een temperatuur van ongeveer 26°C. Deze moet middels een warmtepomp worden bijverwarmd tot 40°C.
Warmtedrager en warmtetransporteur is (grond)water dat in verbinding staat met de thermische massa in de grond en de warmtewisselaars in de kas. De warmtewisselaars leveren warmte van circa 26 graden aan de watervoerende zandlaag in de bodem (aquifer). Hierin wordt de zonnewarmte opgeslagen. Voorzien zijn een koude bron (van 8 °C), een warme bron (van 26°C) en een lauwe bron (van 18°C). De kas heeft ook een koeltoren die in de zomer gebruikt kan worden voor koeling. De Energieproducerende Kas en de warmteafnemende bebouwing moeten dicht bij elkaar staan. Meer informatie kas als warmtebron www.kasalsenergiebron.nl www.zonneterp.nl
52
Subsidies voor schone warmte De subsidieregeling Duurzame Warmte is bedoeld voor particulieren en de non-‐profit sectoren ondernemingen die investeren in bestaande woningen. § De regeling Duurzame Warmte loopt in principe door t/m 2011 en u kunt t/m december 2011 uw subsidieaanvraag indienen. § Het totale budget bedraagt € 60 miljoen. § Per jaar worden budgetten vrijgegeven. § Voor 2011 is het budget voor de regeling nog niet beschikbaar gesteld. De publicatie voor de openstelling wordt medio februari verwacht. Tot die tijd neemt Agentschap NL wel aanvragen in behandeling, maar zal ze geen subsidie verlenen. Na publicatie zal voor alle categorieën (zonneboilers, warmtepompen, lucht/water-‐ warmtepompen en micro-‐wkk's) weer voldoende budget beschikbaar zijn. Zonneboilers. Voor de aanschaf van kleine zonneboilers met een collectoroppervlak t/m 6 m², welke voldoet aan de gestelde normen, bedraagt de subsidie € 200 per GigaJoule (GJ). Met ingang van 19 mei 2010 bedraagt de subsidie voor zonneboilersystemen met een oppervlak groter dan 6 m² € 125 met een maximum subsidie van €1.500 per woning. Water-‐warmtepompen. De subsidie bedraagt tot en met 10 kWth (warmtevermogen) €500 per kWth en als het vermogen van de installatie groter is dan 10 kWth is de subsidie nog hoger. Rekenvoorbeeld: het warmtevermogen van een warmtepomp bedraagt 15 kWth. De subsidie bedraagt dan (10 x € 500 + 5 x 250) = € 6.250. Lucht/Water warmtepompen. Met ingang van 19 mei 2010 bedraagt de subsidie €2.000 per lucht/waterwarmtepomp. Micro-‐WKK's. Het subsidiebedrag voor deze micro warmtekrachtketels bedraagt €4.000 per installatie. Voor bedrijven Ook zijn er subsidies voor bedrijven die willen investeren in duurzame energie, namelijk de MIA (milieu-‐investeringsaftrek), de Vamil (versnelde afschrijving milieu investering) en de EIA (energie-‐investeringsaftrek). Meer informatie subsidies http://regelingen.agentschapnl.nl/content/duurzame-‐warmte-‐voor-‐bestaande-‐woningen http://regelingen.agentschapnl.nl/content/energie-‐investeringsaftrek-‐eia www.energiesubsidiewijzer.nl www.meermetminder.nl http://www.slow-energy.nl/news/vanaf-2011-100-miljoen-beschikbaar-voor-nieuweduurzame-energie-subsidies
53
2.3.2 Elektriciteit Elektriciteitsverbruik is vooral afhankelijk van de grootte van het huishouden of bedrijf. Hieronder de gemiddelde bedragen voor huishoudens en grootverbruikers. Dit geeft een huishouden jaarlijks uit aan elektriciteit: personen 1 2 3 4 € per jaar €525 €770 €900 €1035 kWh 2400 3500 4100 4700 Voor grootgebruikers is dit: Supermarkt: 0,35 miljoen kWh of 470 kWh per m2 per jaar. School: 0,1 miljoen kWh of 50 kWh per m2 per jaar. Kantoor: 0,4 miljoen kWh of 100 kWh per m2 per jaar. Verpleeghuis: 0,4 miljoen kWh of 60 kWh per m2 per jaar. Ziekenhuis: 7 miljoen kWh per jaar. Voor grootverbruikers geldt een grootverbruikerstarief voor elektriciteit. Hoe meer je gebruikt, hoe goedkoper het wordt. Ontwikkeling elektriciteitsprijs in Nederland en Europa
54
Welke gebruiker ben ik en welke techniek kan ik kiezen? In deze tabel staat summier uitgelegd wat op de volgende bladzijdes wordt behandeld.
Mogelijke technieken
Gebruiker
Gezinswoningen
Gestapelde woningen
Scholen
Bedrijven terrein
Ziekenhuis
Winkel
Kantoor
Energie besparen Windmolen Zonnepaneel Micro-‐WKK
Opmerking Energiebesparing kan al 10% kostenbesparen op uw energierekening.
Energie besparen Windmolen Zonnepaneel WKK op Biomassa
Koop een aandeel in een grote windmolen en ontvang 10% winstuitkering!
Energie besparen Windmolen Zonnepaneel WKK op Biomassa
Laat ouders een zonnepaneel adopteren. Laat omliggende particulieren de stroom afnemen die op jouw dak. Koop een aandeel in een windmolen elders of installeer een educatieve kleine windmolen. Maak een energiebedrijf binnen de beheersclub van het bedrijventerrein. Laat omliggende particulieren de stroom afnemen die op jouw dak of met jouw windmolen wordt geproduceerd.
Energie besparen Windmolen Zonnepaneel WKK op Biomassa Energie besparen Windmolen Zonnepaneel WKK op Biomassa
Zorg dat het elektriciteitsnet de backup faciliteit is en niet andersom.
Energie besparen Windmolen Zonnepaneel WKK op Biomassa
Naast een goed gevoel is het investeren in schone energie ook goed voor het imago van uw winkel.
Energie besparen Windmolen Zonnepaneel WKK op Biomassa
Gebruik van aanwezigheidsverlichting en daglicht bespaart tot 50% op uw energiekosten.
55
Elektriciteitsbesparing Verbruik per elektrisch apparaat Apparaat Gem. kosten Elektrische boiler (90 liter) € 420,-‐ Airco € 88 -‐ € 385,-‐ Waterbed € 45 -‐ € 220,-‐ Wasdroger € 130,-‐ Verlichting € 120,-‐ Koel/vrieskast 2-‐deurs € 100,-‐ Diepvrieskist € 85,-‐ Koelkast met vriesvak € 65,-‐ Vaatwasmachine € 65,-‐ CV-‐pomp (moderne ketel) € 60,-‐ Kooktoestellen € 15,-‐ € 115,-‐ Wasmachine € 50,-‐ Computer € 30,-‐ Televisietoestel € 30,-‐ Video € 25,-‐ Koffiezetapparaat € 20,-‐ Stofzuiger € 10,-‐ Audioapparatuur € 10,-‐
Verbruik in kWh 1900 400 -‐ 1750 200 -‐1000 600 540 460 380 290 290 270 55 -‐ 530 230 140 140 105 80 50 50
Verlichting en energiekosten: • • •
Eén gloeilamp kost per jaar: Eén spaarlamp kost per jaar: Eén LED-‐lamp kost per jaar:
€ 46 € 17 € 3
Passief licht en aanwezigheidsdetectie Passief licht maakt het mogelijk om op iedere gewenste plek te kunnen genieten van puur daglicht zonder gebruik te hoeven maken van kunstmatige (elektrische) verlichting. Aanwezigheidsverlichting kan een besparing opleveren van circa 25 % en heeft een terugverdientijd van circa 2 jaar.
Meer informatie energiebesparen: www.energiebesparingsverkenner.nl www.slimlicht.nl www.hier.nu www.lage-‐energierekening.nl www.milieucentraal.nl
56
Technieken voor opwekken van elektriciteit: 1. Uit wind Wat is een windmolen ? Een windmolen wekt energie op doordat draaiende wieken een generator aandrijven. Hoe groter de wieken en hoe hoger de mast, hoe meer energie de windmolen kan opwekken. De hoeveelheid wind is natuurlijk het meest bepalend voor de energieopbrengst. Vanaf windkracht 2 (3 meter per seconde) begint de turbine te draaien en ongeveer bij windkracht 6 (12-‐13 meter per seconde) wordt het maximale vermogen van de turbine geleverd. Voordelen: • • • •
Wind is een onuitputtelijke bron van energie en is schoon. De middelgrote windmolens Skystream en Montana zijn qua kosten-‐baten vergelijkbaar met zonnepanelen. Nog lonender is het om een (aandeel in) een grote windmolen te nemen. De winstuitkering bedraagt circa 10% van de investering. Windmolens verdienen zich in een half jaar energetisch terug en de zeer grote windmolens economisch na 8 jaar.
Nadelen: •
• • • • •
De rotor van sommige windturbines maakt een zoevend geluid en ook de generator en de tandwielkast kunnen hoorbaar zijn. Door nieuwe technieken is deze geluidsproductie sterk afgenomen. Als de zon schijnt veroorzaakt een draaiende rotor bewegende schaduwen. Bij een lage zon kan dat hinderlijk zijn voor omwonenden. Plaatsing van windmolens is maar voor een beperkt aantal gebouwen geschikt, bij voorkeur op een plat dak en hoogbouw. Vooral plekken met veel wind en weinig zon. Met alle draaiende onderdelen onderhoudsgevoeliger dan zonnepanelen. De meeste kleine windmolen zijn qua kosten en baten niet lonend. Voor het plaatsen van een (grote) windturbine zijn minimaal twee vergunningen nodig: de milieuvergunning en de bouwvergunning. Het beleid ten aanzien van het afgeven van vergunningen en de criteria die men daarvoor hanteert, verschillen per gemeente.
Kosten:
Type windturbine Investering Euro’s Vermogen kW
Rotor diameter
Energy Ball
4324
0.5
1.00
64
0
Ampair
8925
0.6
1.70
235
15
Passaat
9239
1.4
2.00
578
0
Skystream
10742
1.8
3.70
2109
24
Airdolphin
17548
1.0
1.80
393
63
Montana
18508
5.0
5.00
2691
4
Turby
21350
2.0
2.00
247
115
WRE 030
30862
3.0
2.50
404
15
WRE 060
39162
485
7
6.0
3.30
Jaarproductie kWh Eigen verbruik kWh
Informatie: http://provincie.zeeland.nl/milieu_natuur/windenergie/kleine_windturbines/index 57
Voorbeelden:
Skystream, 15 m hoog 2200 kWh per jaar genoeg voor eenpersoonshuishouden € 11.000 excl. BTW
Fortis Montana, 15 m hoog 2700 kWh per jaar ruim genoeg voor eenpersoonshuishouden € 18.500 excl. BTW
Nordex, 80 m hoog 2,5 megawatt per jaar voor 1900 huishoudens € 1.900.000 excl. BTW
Enercon, 70 m hoog 1.8 megawatt per jaar voor 1400 huishoudens € 1.600.000 excl. BTW
Meer informatie windmolens: www.windenergie.nl www.wind-‐energie.startpagina.nl http://provincie.zeeland.nl/milieu_natuur/windenergie/kleine_windturbines/index
Technieken voor opwekken van elektriciteit: 2. uit zon Wat is een zonnepaneel ?
Een zonnepaneel zet zonlicht om in elektriciteit. Een zonnepaneel systeem bestaat uit panelen, een bevestigingssysteem en omvormers. De omvormer stopt u in uw stopcontact, waardoor de door u opgewekte stroom direct het elektriciteitsnet in gaat.
58
Voordelen: • Zonlicht is een onbeperkte, hernieuwbare bron van energie, die geen schade toebrengt aan het milieu. • De methode met zonnepanelen is vrijwel overal toe te passen, op platte of hellende daken, in luifels of nokken. • Zelfs bij bewolkt weer wordt er stroom geleverd. • Levensduur van 25 jaar en onderhoudsvrij. Ze verdienen zich in 15 jaar economisch terug en energetisch na 8 maanden. Nadelen: • •
Een zonnepaneel kan niet al het zonlicht omzetten in elektriciteit. Het rendement van een zonnepaneel ligt op dit moment rond de 20%. Hoge aanschafkosten, nu nog met een terugverdientijd van meer dan 25 jaar (zonder subsidies).
Kosten: Terugverdientijd zonnepanelen zonder subsidie: circa 15 jaar. Kosten per paneel van 220 Wp: €660,00, prijs per Wp = €3,00 Een zonnesysteem met een vermogen van 1.000 watt-‐piek (8 m2 panelen) levert jaarlijks circa 900 kWh op. Dat bespaart circa 200 euro per jaar aan elektriciteitskosten. De kosten van zo’n zonnesysteem bedragen, inclusief de installatie, zo’n 4.000 euro.
2 voorbeelden zonnesysteem voor grootverbruikers: Systeem 1 betreft een installatie van ongeveer 50 m2 op een schuin dak of 85 m2 op een plat dak met een vermogen van 7 kWp, totale kosten ca € 21.000, wat een jaarlijkse besparing van 6.000 kWh electriciteit oplevert. Systeem 2 betreft een installatie van ongeveer 25 m2 op een schuin dak of 170 m2 op een plat dak met een vermogen van 3,5 kWp, totale kosten ca € 11.000, wat een jaarlijkse besparing van 3.000 kWh electriciteit oplevert. “BoerENbuur”: Er zijn verschillende proefprojecten gestart, waarbij uw zonnepanelen op andere daken worden gelegd en de daar opgewekte stroom van uw eigen rekening wordt afgetrokken. Meer informatie zonnepanelen: www.zonnepanelen-‐leveranciers.nl www.zonnepanelen.nl www.top50solar.nl www.zonne-‐energie.pagina.nl www.solarstart.nl
59
Technieken voor opwekken van elektriciteit: 3. Uit biomassa Hoe werkt een Warmte Kracht Koppeling (WKK) voor elektriciteit? Een CV-‐ketel produceert warmte, waarvan een deel verloren gaat. Door de CV-‐ketel te vervangen voor een warmtekrachtkoppeling, kan deze afvalwarmte ingezet worden voor het opwekken van een beperkte hoeveelheid elektriciteit. Deze kleinschalige toepassing van WKK wordt ook wel micro-‐WKK of HRe genoemd. Naast micro-‐WKK zijn er ook varianten die grootschaliger werken, zoals mini-‐WKK (utiliteitsbouw), WKK (tuinbouw, ziekenhuizen) en grootschalige WKK (stadsverwarming, industrie). Deze maken in eerste instantie elektriciteit, waarbij warmte het bijproduct is. Voordelen: • Levert zowel warmte als ook elektra. • De micro WKK ketel zal in totaal circa 20 % energie besparen en een kosten besparing van 400 euro per jaar. • Als brandstof voor de WKK wordt nu meestal aardgas gebruikt, maar ook andere brandstoffen als biogas en biomassa als plantaardige olie of GFT afval kunnen worden gebruikt (voor de grotere systemen). Nadelen: • Als hij voor elektra wordt gebruikt, blijft er in de zomer veel restwarmte over. • Omdat de stroomopwekking bij een WKK relatief gering is, wordt een micro WKK uit financieel oogpunt meestal pas aangeraden als uw gasverbruik hoger is dan 1.600 m3 per jaar. Kosten: Het rendement van de WKK bepaald voor een groot deel de kostprijs. De prijs van een micro-‐WKK is nu circa 10.000 euro. Uiteindelijk verwacht men dat de prijs van een micro-‐WKK gelijk zal komen aan die van een CV ketel. Voorbeeld: WKK met Biogasinstallatie voor grootverbruik: Brandstof: GFT afval Vermogen: 345 kW elektrisch vermogen en 424 kW thermisch vermogen. Beknopte beschrijving: Biomassa wordt verzameld in een luchtdichte silo waar de totale massa verwarmd en omgeroerd wordt. Door een vergisting ontstaat er biogas. Dit biogas wordt verbrand in een WKK-‐motor die gekoppeld is aan een generator op biogas. Hierdoor wordt er groene elektriciteit geproduceerd en op het net gezet. De gasmotor levert ook duurzame energie in de vorm van warm water van ca 80°C. Hiermee kan de verwarming van woningen en bedrijven gerealiseerd worden waardoor de kosten van het dure aardgas bespaard worden.
60
Zeecontainer met biovergister
WKK op biogas
Economisch rendement van deze installatie De investering van een biogasinstallatie met WKK heeft een aantrekkelijk economisch rendement en een relatief korte terugverdientijd, vooral voor bedrijven die zelf over vergistingsmateriaal kunnen beschikken. Inkomsten en voordelen: • MilieuEnergiePremie (MEP) á 9,7 eurocent per geproduceerd kWh. Deze prijs is vast en wordt gedurende 10 jaar door het ministerie contractueel gegarandeerd. • Verkoopprijs elektriciteit aan energiebedrijf, afhankelijk van dag-‐ of nachttarief, á 3 eurocent tot 6 eurocent per geleverde kWh. De prijs is afhankelijk van de marktwaarde van elektriciteit en kan nog aanzienlijk oplopen. • Investeringsaftrek in de vorm van belastingvoordeel. E.e.a is afhankelijk van de persoonlijke situatie. • Besparing op inkoop van elektriciteit omdat uw huidige prijs hoger is dan de kosten van de productie van eigen stroom. • Besparing op de inkoop van aardgas omdat de warmte van de installatie gebruikt kan worden voor eigen woning en bedrijf en eventueel ook verkocht kan worden aan derden (buren). • Terwijl de technische levensduur van de installatie op ca 15 jaar ligt is het rendement zo aantrekkelijk dat de installatie vaak al in ca 8 jaren kan worden afgeschreven. Meer informatie WKK: www.magicboiler.nl www.microwkk.nl www.biowkk.eu www.intertechbv.com www.energ.nl 61
Subsidies voor elektriciteit De kostprijs van duurzame energie is in de meeste gevallen hoger dan die van grijze energie. De productie van duurzame energie is dan ook niet altijd rendabel. De SDE vergoedde het verschil tussen de kostprijs van grijze energie en die van duurzame energie over een periode van 12 of 15 jaar. Deze regeling is echter sinds eind 2010 gesloten. In 2011 wordt de SDE omgevormd naar de SDE+. Momenteel wordt gewerkt aan de verdere uitwerking van de SDE+. Het is het voornemen van de minister om de SDE+ uiterlijk 1 juli 2011 open te stellen. Meer informatie over de SDE zie: http://regelingen.agentschapnl.nl/content/stimulering-‐duurzame-‐energieproductie-‐sde Soms wordt er nog wel door provincie of gemeentelijk een subsidies gegeven, in Amsterdam bijvoorbeeld zie www.zonopjedak.nl voor huiseigenaren en in de provincie Noord Holland bijvoorbeeld voor scholen (start 15 februari 2011). Zie ook www.energiesubsidiewijzer.nl en meermetminder.nl Ondernemers die investeren in schone energietechnieken kunnen gebruik maken van de Energie Investering Aftrek (EIA). Ondernemers betalen hierdoor minder inkomsten-‐ of vennootschapsbelasting. Ga voor meer informatie naar het rekenvoorbeeld op de EIA website: http://regelingen.agentschapnl.nl/content/energie-‐investeringsaftrek-‐eia Meer informatie subsidies: http://regelingen.agentschapnl.nl/content/stimulering-‐duurzame-‐energieproductie-‐sde http://regelingen.agentschapnl.nl/content/energie-‐investeringsaftrek-‐eia www.energiesubsidiewijzer.nl www.meermetminder.nl www.zonopjedak.nl http://www.slow-energy.nl/news/vanaf-2011-100-miljoen-beschikbaar-voor-nieuweduurzame-energie-subsidies
2.4 Financiering voor warmte en elektriciteit
62
Hoewel de prijzen van duurzame technieken de afgelopen jaren zijn gedaald, lopen initiatiefnemers nog altijd aan tegen hoge investeringskosten. Gegeven de beperkte subsidiemogelijkheden voor bijvoorbeeld zonnestroom, zoeken initiatiefnemers naar nieuwe organisatie-‐ en financieringsvormen om projecten toch van de grond krijgen. Hieronder staat een overzicht van verschillende constructies die in de Nederlandse markt te vinden zijn op het gebied van zonne-‐energie.
Groenfondsen Verschillende banken (Rabobank, ASN, Triodos) hebben groenfondsen. Deze fondsen lenen geld uit aan door de overheid goedgekeurde milieuprojecten onder de zogenaamde Regeling Groenprojecten. Het doel is om goedkoop geld beschikbaar te maken voor innovatieve duurzaamheidsprojecten. Wordt vervolgd…..
63
2.5 Algemene vraagstukken en knelpunten
Deze reisgids is een aanzet voor het handboek dat zich verder zal ontwikkelen tijdens het “Wij krijgen Kippen” project. Omdat elk duurzaam energie project anders is en verschillende project-‐specifieke kenmerken heeft zal dit handboek voornamelijk een meta-‐analyse worden van al bestaande lokale duurzame energie bedrijven (LDEB). Het volgende is een voorlopige analyse gebaseerd op het vooronderzoek om verschillende initiatieven in Nederland te lokaliseren. Uit deze voorlopige analyse blijkt dat er verschillende succesfactoren meespelen bij het opzetten van een lokaal duurzaam energie bedrijf die allemaal terug te voeren zijn naar de basis van lokaliteit. Hieronder staan deze succesfactoren beschreven en achterin de gids is ruimte vrijgelaten voor u om over dit punt na te denken en dit voor uw project specifieke kenmerken in te vullen. Dit betekent niet dat uw project alle succesfactoren nodig heeft om te slagen. Er zijn voorbeelden waar in het begin maar één factor aanwezig was en waar het project toch is afgerond met succes. Het doel is om u te laten nadenken over welke succesfactoren er in uw lokale omgeving zijn en hoe u deze kunt benutten. Verder worden er enkele uitdagingen behandeld. Er is hier nadrukkelijk gekozen voor de term ‘uitdaging’ omdat het niet zozeer een negatieve factor hoeft te zijn. In elke belemmeringen die op uw pad komt zit ook een kans om uw project sterker te maken. Succesfactoren Lokale identiteit De legitimiteit van een LDEB valt en staat met het idee dat mensen bij dit bedrijf hebben. De grote winst van een LDEB dat het de opwekking van energie weer bij de mensen thuisbrengt. Het creëert draagvlak voor duurzame energie projecten als men zich kan identificeren met de opwekte energie als iets dat van hun is. Een belangrijk aspect hierin is de manier waarop leden participeren in het LDEB, een ander gerelateerd aspect is hoe potentiele participanten en andere mensen in de omgeving dit duurzame energie bedrijf ervaren. Het is daarom ook belangrijk dat dit aspect in de communicatie naar de omwoners en participanten veel aandacht krijgt. Texel is hier een mooi voorbeeld van. Eilanders hebben in de regel al een mentaliteit van zelfredzaamheid, op deze manier kan men zich dus identificeren met duurzame energie die hun meer onafhankelijk maakt van het vaste land. Het is dus belangrijk in het opzetten van uw project hoe u de mensen verbindt met uw project, hoe u hen het gevoel geeft dat dit ‘hun energie’ is. Lokale bronnen Staar je niet blind op een techniek. Volgens de eerste wet van thermodynamica blijft energie altijd behouden. Met andere woorden: energie is overal. Techniek is een middel om de energie die er is in je omgeving om te zetten in bruikbare energie; het is dus geen doel. Dit betekent dat u in uw omgeving goed moet kijken welke bronnen van energie er zijn en hoe het mogelijk is om deze te benutten. Een goed voorbeeld hiervan zijn de oude steenkoolmijnen in Heerlen. Uit een oude steenkoolmijn wordt water gepompt dat in de mijn verwarmd is tot 30 graden Celsius door grondwarmte. Op het eerste gezicht zou je denken dat de energie uit de mijn ‘op’ is, maar als men verder kijkt zit er in die mijn nog een andere bron van energie, namelijk warmte. Kies dus de techniek die bij uw lokale energie bronnen past en zoek niet de bronnen bij uw techniek. 64
“Lokaal Oliemannetje” Wat terugkomt in de verschillende initiatieven in Nederland is dat er een duidelijke persoon of groep personen is die drager is van het project. Door duidelijke herkenbaarheid van personen wordt communicatie tussen actoren in het project makkelijker. Er zijn voorbeelden waar in het begin geen van de genoemde succesfactoren voorkwam, maar waar een groepje mensen of juist één persoon de juiste toevalligheden en mogelijkheden herkende en toch het project tot een succes wist te brengen. Het is daarom aan te raden om een duidelijke voorman/vrouw te hebben in het project, die representatief is voor het initiatief. Hij of zij zal het aanspreekpunt zijn voor gemeente, omwonenden en andere belanghebbenden. Sterk platform van lokale kennis en partners Kijk goed in je lokale omgeving wat er al is aan sociale, technische en organisatorische waarde en benut deze talenten. Het project “Wij krijgen Kippen” is hier al een aanzet toe, waar een groep mensen met dezelfde interesse samen gebracht is om kennis te delen in het Stadsdeel Amsterdam Zuid. Elk project heeft echter andere kennis nodig en er zijn andere mensen en instanties bij betrokken. Het is daarom verstandig om goed na te gaan welke kennis u in de buurt heeft en hoe u die kan benutten. Dit zijn niet alleen personen, je kan hier creatief in zijn. Zo kunt u bijvoorbeeld scholen, verenigingen en bedrijven in uw buurt in het project betrekken en kijken naar wat hun waarde in het project kan zijn en deze op een inventieve manier gebruiken. Hiermee wordt niet bedoeld dat iedereen zo maar bij het project betrokken moet worden en altijd maar mee moet praten omdat ze misschien wel een waarde hebben. Het komt vaak naar voren dat een project succesvol is omdat de actoren in het netwerk van het project duidelijk weten wat hun taak is en hoe zij kunnen bijdragen aan het project. Doordat iedereen weet wat ze moeten doen en waarom ze daar zijn, versterk je het netwerk en behoud je de betrokkenheid en motivatie. Voordat u actoren bij uw project betrekt moet u goed bedenken wat de waarde van de actoren is en wat de relatie van die actoren is tussen u en anderen in dat netwerk. Een sterk netwerk met de juiste betrokkenheid en motivatie versterkt de slagkracht van uw projectgroep. Lokale verbintenis tussen mensen Een project kan breder gedragen als je de focus van energie los laat. Energie en techniek zijn soms een ‘ver van mijn bed show’ voor mensen. Een succesfactor die vaker terugkomt is als de meerwaarde van het project benadrukt wordt. De meeste initiatieven gaan niet over één huis, één gezin of één bedrijf, vaak worden gezinnen of bedrijven in de omgeving verbonden. Het is daarom belangrijk dat er in uw communicatie naar de mensen toe deze meerwaarde duidelijk is. Het is aan u om na te denken wat uw project aan meerwaarde brengt voor omgeving van waar u het project wil uitvoeren. Een goed voorbeeld hiervan is het project ‘Boer zoekt Buur.’ Dit is een project waarin mensen konden investeren in een zonnepaneel die bij een boer op het dak zou komen. De investering was 250 euro waarvoor de mensen 300 euro aan boeren producten zouden krijgen die zij op konden halen het gehele jaar door. De aantrekkingskracht van dit project was niet zo zeer de verduurzaming van het boeren bedrijf, maar meer het samenwerken aan een herstelde relatie tussen burgers en boeren.
65
Deze herstelde relatie zorgde hier voor vervolgprojecten. In dit geval hebben de burgers gezamenlijk een PV installatie aangeschaft voor de energie bij hen thuis. Echter dit hoeft niet alleen op het gebied van energie te zijn. Uw project kan de eerste stap zijn tot meer samenwerking tussen bedrijven of bewoners van een buurt. Uitdagingen Financieel aspect Met duurzame energie is het lastig voorspellingen doen, de opbrengsten zijn soms zo veranderlijk als het weer. Wat je participanten van je project biedt is vaak een ruwe schatting. Dit brengt een onzekerheidsfactor met zich mee dat voor een drempel zorgt. Het is daarom essentieel om veel aandacht te besteden aan een goede financiële onderbouwing waarin je duidelijk de onzekerheden communiceert naar de participanten en hoe je deze ingedekt hebt. Vaak schuift men met de terugverdientijd van de investering. Men schetst dan een gunstig scenario geschreven op basis van boven gemiddelde weersomstandigheden, gemiddelde weersomstandigheden en mindere weersomstandigheden. In deze scenario’s zal de terugverdientijd de variabel zijn. Als je kunt aantonen dat zelfs met het mindere scenario’s de terugverdientijd acceptabel is dan heb je een sterke case. Overigens moet men hier twee kanttekeningen maken. Ten eerste, als men praat over terugverdientijd, dan denkt men enkel in een financieel kader. Als men kijkt naar de aanschaf van een auto praat men ook nooit over de terugverdientijd, dit zou onzinnig zijn aangezien hij op moment van aankoop al minder waard is. Men beoordeelt een auto op de extra waarde die het levert, namelijk vrije mobiliteit en/of statussymbool. Als men praat over enkel terugverdientijd van duurzame energie, dan doet men tekort aan de extra waarde die lokale opgewekte duurzame energie toevoegt, namelijk de vrijheid van de energiemarkt, energie autonomie en schonere energie. Het is dus aan te raden om de term ‘verdienmodel’ te gebruiken, waar je de opbrengsten ruimer verwoordt en niet enkel in cijfers. Dit helpt u een sterkere case te maken dat kan rekenen op grotere acceptatie van het project. Ten tweede, de perceptie dat de schatting van een energie rekening uit duurzame energie meer onzekerheden met zich meebrengt als met fossiele brandstof is onjuist. Waar de onzekerheid van duurzame energie bij het weer ligt, zijn de onzekerheden van fossiele brandstoffen afhankelijk van de stabiliteit van geopolitieke ontwikkelingen. Zoals de huidige onrusten in het Midden Oosten bewijzen, zijn ook deze ontwikkelingen net zo voorspelbaar als het weer. Een andere reden waarom er veel aandacht besteed moet worden aan het financiële aspect is omdat u ook moeten nadenken over de financiële duurzaamheid. Alleen het project realiseren is niet genoeg, men moet ook denken aan exploitatie kosten, eventuele overheadkosten, of te wel, alles wat er bij komt kijken als men een solide business case gaat uitwerken. Dit hoeft u niet alleen te doen, achter in deze reisgids staan elf initiatieven die meedoen met “Wij krijgen Kippen” en wat hun doelen, vragen en behoeftes zijn. Wij dagen u uit om contact te maken met die initiatiefnemers waarmee u denkt dat uw project tegen dezelfde drempels oploopt. U kunt zich dan aan elkaar verbinden als sparringpartners om zo een meer solide business case te maken.
66
Wettelijke belemmeringen Een uitdaging waar duurzame energie projecten tegen aan lopen is het Nederlandse poldermodel. Door het poldermodel hebben veel mensen en instanties de mogelijkheid van beïnvloeding van het proces. Een aanvraag voor verandering in het bestemmingsplan, waar elke omwonende inspraak heeft in het proces, is hier een goed voorbeeld van. Het poldermodel hoeft niet perse tot pessimisme te leiden maar creëert ook kansen. Omdat men bewust is van de vele actoren die invloed kunnen hebben in het proces dwingt het de initiatiefnemer om contact te maken met beleidsmakers en omgeving en zo goed mogelijk over het project te communiceren. Als goede communicatie naar buiten een belangrijke focus is vanaf het begin van het proces kan dit niet alleen draagkracht creëren maar ook medestanders waar men weer sociale, technologische en organisatorische waarde uit kan putten zoals boven beschreven in het stukje ‘Sterk platform van lokale kennis en partners’. Een andere wettelijke belemmering voor het financieel solide maken van uw project is saldering. Saldering is vastgelegd in de Energiewet van 1998, wat betekent dat kleingebruikers die, zolang ze minder dan 5000 kWh invloeden op het net, alleen energie belasting hoeven te betalen over het verschil tussen onttrokken energie en ingevoede energie. Dit geldt alleen voor producenten die achter de meter produceren, dus bij je eigen huis. Het is nog een wettelijke belemmering om projecten voor de meter uit te voeren. Op het moment werkt de duurzame energie lobby aan verandering van deze wet. Ook zijn er projecten uitgevoerd waarbij externe partijen zoals Alliander (netwerk beheerder), Greenchoice (Duurzaam Energie Bedrijf) of lokale overheid (bv Leeuwarden) garant staan voor de energie belasting die betaald zou moeten worden over energie dat opgewekt is voor de meter.
67
!"3/-"30$%'+%&'5""6'I>1>N>' C&%36.%81E2%3"F%'T.%7#"&/ +J.&/132' :"$%3.&67%I%#/ A1&&%91I%& -1&.&6%&'12'-41 M1&6%#3%%2' MVG')31&$0.W S"&%36jG'S$3.W2'S' D"&J#"' *14"#%'C&%36.%'k%3-%3/"/.%#'(*Ck,' RJI%3$J3% 5J.70%%7$%37' a.W'T170"'A"$9%' S$"/'I"&'/%'K1& Y%&&%0%3-.&/' \.W&-"$%3231W%8$'
+%#l'
+%&'5""6 +%&'5""6 +%&'5""6' +%&'5""6 +%I%&$%3G'p1$911N/ +%I%&$%3G'p1$911N/ C.&/91I%&' C.&/91I%&' C.&/91I%&' C&789%/%' k%3-%3/%3"/.%#' )1%7' )31&.&6%&' )31&.&6%&' 5%%39J61-""3/' 5%%39J61-""3/' 5%%3#%&' 5%&6%#1 )31&.&6%& Y"0%3.4 Y%343"/%' *%%J-"3/%&' *%#j7$"/' \""7$3.89$ a""#/-.W4' a113/'51##"&/' R77' c1;%3/"0 S.;"3/' S&%%4' S&%%4' O% M%U%#' O%%&%&/""#' O%#%' O%#%' O%#%' O%#%' O%#%' O%#%' O%#%' O%#%' :""#-.W4 A%%' A%I%&""3 A%%-1#/%' AJ$29%&<'
*189%0 R17$%39%77%#%&
Zijldijk
:"30$%H%/3.WN'C&%81'+%#l'TO'
T%%$7$%3K-""6' T%&%/%&'*%%J-%& T%36%3/%&' T3%/"' T3%/"' T3%/"' D"7$3.8J0 DJ#%0H136'
C&%81G'$-%%'6%0%%&$%&'%&'/3.%'-1&.&6813213"F%7'(+J-1G':11&H31&'%&'O./10%7,'I%3/JJ3K"0%&'/%'-"30$%I113K.%&.&6>'
RI%39%./
\.U
C&%81':"30$%H%/3.WN'T>O>
c%7$-"30
%$.+*%"(+#/-0*1,21$3 4$15'5"6 71$'$-1"* 89):+1%'$% ;*+$ 4$15'5"6(@A(#":=2""0+B?"*/("$(+$?"*$"#"*C(D(#+:"$/E(%+%':"(-')'-1%"1%(FA(#"3'G'HI( "63"3.789%'1&/%3&%0%37 :.&/ +113H3""4'.&'/%'$1%2"77.&6'I"&'/JJ3K"0%'K1&&%B%&%36.%'.&'/%'!89$%391%4'L'*.%0%37 !89$%391%4'D%&$3J0'I113'M%89&1#16.%'!DM #%/%& A1& %&%36.%'J.$'"NI"# 5OD'631%2 PQ'6%0%%&$%&'%&'P'-"$%3789"22%& 5OD')31%2 !NI"# O%3%&.6.&6'+JJ3K""0'S1%7$%34-"3F%3'.7'%%&'.&.F"F%N'I"&'%&'I113'H%$3144%&'H%-1&%37'J.$'9%$'S1%7$%34-"3F%3 TJ36%37 TJ36%37 TJ36%37 O%389.##%&/ +%'!0%#"&/%3'C&%36.%'D1E2%3"F%'V>!>(!CD,'.7'%%&'H%/3.WN'/"$'.7'126%3.89$'0%$'"#7'/1%#'/%'!0%#"&/%3'%&%36.%6%H3J.4%37'/JJ3K""0'126%-%4$%'7$3110'%&'81Q'6%8102%&7%%3/'6"7'$%'#%I%3%&'$%6%&'""&$3%44%#.W4%'$"3.%I%&> TJ36%37 I%34189$%'""&/%#%&='#%/%&=HJ36%3 O%389.##%&/ R&K%'C&%36.%'.7'9Z$'#14"#%'/JJ3K"0%'%&%36.%H%/3.WN'I"&'!07$%3/"0>' TJ36%37 TJ36%37="&/%3'[&"&8.%37 TJ36%37 :.&/ 5%$'6%0%%&$%#.W4%'H%/3.WN'-%4$'%#%4$3.8.$%.$'%&'-"30$%'12'J.$'"NI"#'J.$'/%'3%6.1>' RI%39%./ RI%39%./=6%0%%&$%'!07$%3/"0 RI%39%./ !NI"# b&.F"F%N'I"&'4J&7$%&""37<'-"30$%'%&'41J/%'127#"6'0%$'-"30$%2102' T%/3.WN7$%33%.& RI%39%./ T%/3.WN !"3/-"30$% R2%&H"3%'T.%HG'81&7%3I"$13.J0'%&'"22"3$%0%&$%&'-%44%&'%.6%&'-"30$%'%&'41J/%'12>' RI%39%./ T%/3.WN T%/3.WN !"3/-"30$%G'H.10"77" c%7$-"30$%'I"&'-"$%3789"2'#%I%3$'-"30'-"$%3'""&'-1&.&6%&' RI%39%./ !"3/-"30$% :"30$%'41J/%'127#"6'1&/%3'7$"F1&'%&'$-%%'-11&$13%&7 1I%39%./ 1I%39%./ 1I%39%./'I%34189$'""&'T3"H"&$':"$%3!"3/-"30$% a"$JJ3I%3%&.6.&6'%U2#1.$%%3$'91J$1I%&'I113'Q'.&7$%##.&6%&G'.7'114'1&/%391J/'91J$-"##%& RI%39%./ 1I%39%./'%&'H%/3.WI%& +%#$"'M>'C&%36j'TO T.1G'51J$ A1&&%2"&%#%&'K136%&'I113'%#%4$3.8.$%.$'12'H1%3/%3.W T%/3.WN TJ36%37 T%/3.WN A1& Y"7<'K1&&%B%&%36.%'%&'%&%36.%127#"6'$HI'I%3-"30.&6'%&'41%#.&6' b&&1I"F%&%$-%34' 0%%3/%3%'TO'%&'c"H1H"&4 A1& :.&/01#%&7'I"&'C&%81G'%#%4$3.8.$%.$' RI%39%./ #%/%&=%&%81 C&%81 :.&/ D1##%8F%N'-"30$%'41J/%B7j7$%%0'0%$'`'H31&&%&'%&'%%&'3.&6#%./.&6>'Y1%#%&'%&'I%3-"30%&'0.//%#7'4#.0""$2#"N1&/7>' )%0%%&$%'T3%/" S$"/74"&$113G'D"7.&1'%&'D9"77Z$9%"$%3='1I%39%./ 5j/3%81'T>O> !"3/-"30$% ?hh'-1&.&6%&'I113K.%&'I"&'-"30$%'41%#.&6'%&'-"30'$"2-"$%3 RI%39%./ C&% %&%81 !"3/-"30$% S"0%&-%34.&67I%3H"&/'I"&'%&'I113'/%'.&-1&%37'I"&'/%'6%0%%&$%'D"7$3.8J0>' TJ36%37 TJ36%37'412%&'2"3F8.2"F%7 TJ36%37 O%389.##%&/ :"30$%&%$'I"&'2"3F8J#.%3%&'%&'H%/3.WI%&G'-"30$%2102'9""#$'-"30$%'J.$'/3.&4-"$%3-.&&.&6>' TJ36%37 TJ36%37 TJ36%37 !"3/-"30$% :"30$%8%&$3"#%
:YR'%&'-"30$%2102
<"-0$1"= 631$%'-.&/01#%&7 K1&&%2"&%#%& RI%& 0.U &&H 631$%'-.&/01#%&7 RI%& :YRG'-"30$%2102 :YRG'-"30$%2102'%&':YY :"30$%2102 :YR 1I%& K1&&%2"&%#%& 4"7G':YR :.&/01#%& :YRG'-"30$%2102 :YRG':"30$%2102
--->-"30$%.&/%#l>'
I."'-%H7.
%$9;2<==--->"2%#/113&>=70"3$7.$%>/-7d./ef`fgfh --->.&N10.#>=2JH#.79=2"6%7=hiiiQ=4-123%7%&$"F%.&N10."3&9%0#>22$ 9;2<==--->231W%8$>I310>=/18#.H=Q^?_T%%7$%3K-""6>2/N />/%>H1%3@0.&I> +.34'/%'T1%3 9;2<==9%&3.8J791%I%>810= .&N1@9%&3.8J791%I%>810 N"0.#.%'91%N&"6%# 9;2<==--->K1&&%$%32>= K1&&%$%32@U7`"##> 9;2<==--->431%$%&-.&/>= I."'-%H7.$% 9;2<==--->9j/3%81>=3%N%3%&F%7=f .&N1@9j/3%81> 9;2<==--->813213"$%>%&%81>=VSCc_kb*CS=:CTSbMCS=-H7D13213"$%=kb*CS=T3189_:1#N7#""3_Q^^i>2/N 9;2<==--->8"#13.%%&%36.%> 8"#13.%Q^f^@60".#>810 D%%7'O.77%3 --->$9%301H%##1> $9%301H%##1@60".#>810 )%3-.&'O%3789JJ3
>1%" "#'1:'?*"/ (-+$%'-%)"*/++$ 9;2<==9"6%&-.&/>=2"6%?>9$0#5"6%&-.&/@9%$&%$> 9;2<==--->"K%8>= .&N1@"K%8> 9;2<==--->9I8631%2>= .&N1@9I8631%2>' .&N1@/JJ3K""071%7$%34-"3F%3> :.##%0'5"0%#7 --->"0%#"&/%&%36.%> .&N1@"0%#"&/%&%36.%> X>'Y.%-.%$'='S>'M-.84#%3' --->1&K%%&%36.%> .&N1@1&K%%&%36.%> \"381'T11&% 9;2<==/%21$>"NI"#%&%36.%H%/3.WN>=H.W#"6%&=/%N]Q^"%H]Q^H3189J3%__I`>2/N .&N1@"NI"#%&%36.%H%/3.WN> --->&/70> .&N1@&%-&36>
!"3/-"30$%'H%/3.WN'-13/$'6%I130/'/113'6%0%%&$%'+%&'5""6G'/%'%&%36.%H%/3.WI%&'C&%81'%&'C>Ra'T%&%#JU'%&'-1&.&6813213"F%7'S$"%/.1&G'O%7F"'%&'5""6':1&%&> h'.&.F"F%N&%0%37 ""3/-"30$%'/%&'9""6'I>1>N !"3/-"30$% !"3/-"30$%8%&$3"#% 9;2<==--->""3/-"30$%/%&9""6>=81&$"8$= I."'-%H7.$% S"0%&-%34.&6'-.W4H%-1&%37'-.W4H%-1&%37'T.%7#"&/G'm2%&HJ36'%&'51%I%'T.%7#"&/'I113'#14"#%'%&%36.% \.U \.U \.U !"3/-"30$% 0.U 9;2<=="2.>&.&6>810=[#%7=-"aj:f&D3OO0;C4NjhjN*^n0`AS/2o+mg+j`Y!J&V-:hCp?pMJ.!V!W1-\##26+0hR93kQ1Bq.oV%%anhQ2jW\BiD60.r0C=C&%36.%8112%3"F%T.%7#"&/ .&N1@"3/1/%63""N>810 !3/1'/%')3""NG'.>7>0> :"30$%'J.$'K%%-"$%3'-13/$'6%#%I%3/'""&'iP^'-1&.&6%&>'O%7F"'.7'%.6%&""3>' D13213"F% D13213"F%G'H%/3.WN7#%I%&G'1I%39%./ D13213"F%' :"$%3-"30$% :"30$%2102 9;2<==--->I%7F">=+%&5""6S89%I%&.&6%&=RI%3O%7F"=!8FI.$%.$%&C&p31W%8$%&=p"6%7=:"30$%J.$K%%>"72U 789%I%&.&6%&@I%7F"> *J8j'S"J&/%37 A1&&%2"&%#%&'K136%&'I113'%#%4$3.8.$%.$'12'f^^'-1&.&6%& d C&%81 A1& A1&&%2"&%#%& 9;2<==K"4%#.W4>%&%81>=/JJ3K""01&/%3&%0%&=p31W%8$%&=A1&&%2"&%#%&=p"6%7=:"$%3.&67%O%#/G+%&5""6>"72U9;2<==K"4%#.W4>%&%81>=/JJ3K""01&/%3&%0%&=p31W%8$%&=A1&&% I."'-%H7.$% C%&'.&.F"F%N'I"&'H%-1&%37'J.$'/%'-.W4'/%'51I%&'='/%':132'$%'+%I%&$%3>':.W'H%I13/%3%&'9%$'12-%44%&'I"&'7$3110'0%$'H%9J#2'I"&'K1&&%2"&%#%&> HJ36%37 HJ36%37 K1& K1&&%2"&%#%& 9;2<==--->K1&&%91I%&>= .&N1@K1&&%91I%&> :1&.&6%&'12'-41G'C77%&$ %77%&$'-"30$% !"3/-"30$% :YRG'-"30$%2102 9;2<==--->%77%&$>=81&$%&$=2"3F8J#.%3=231/J8$%&=-"30$%=1I%3.W77%#>9$0# A-%0H"/'-13/$'I%3-"30/'/113'%%&':YY'12'/.%3#.W4'I%$ RI%39%./ RI%39%./ RI%39%./ !NI"# H.1':YY' 9;2<==--->$1&6%#3%%2>=dH.1B%&%36.%8%&$3"#% .&N1@K3.>='%.&/91I%&@/%%3&7>'("/I.%7HJ3%"J7, c.&6'#%./.&6<'+%'.&7$"##"F%'4"&'fhG??'\:'""&'41%#I%3016%&'#%I%3%&'.&'/%'K10%3G'.&'/%'-.&$%3'4"&'%%&'%I%&'6311$'I%3016%&'""&'-"30$%'6%#%I%3/'-13/%&>' !"3/-"30$% :YRG'-"30$%2102 9;2<==--->4-1H3"H"&$>=.&/%U>292d"8e23L23eQ^ :"30$%=41J/%'J.$'H1/%0'.&'810H.&"F%'0%$'H1/%07"&%3.&6G'!38"/.7'.70'+CD'I"&'O1#4%3':%77%#7' RI%39%./ RI%39%./G'C77%&$G'O:'+CD O1#4%3':%77%#7'+CD !"3/-"30$% :YRG'-"30$%2102' --->7"&%36j> 7"&%36j@7$3.W2B7> :"30$%'43"89$'12'/.%3#.W4'I%$' d 51SM='%8171& !NI"#'(/.%3#.W4'I%$, :YY 9;2<==--->%8171&>==231/J8$%&B%&B"8FI.$%.$%&=231/J8$%&= .&N1@%8171&> +%'#%/%&'H%7$""&'J.$'/%')%0%%&$%'k%3-%3/%3"/.%#G'9%$'H%/3.WN7#%I%&'%&'/%'.&-1&%37'I"&'k%3-%3/%3"/.%#>'*Ck'/1%$'1>0>'0%7$I%36.7F&67231W%8$%&>'' *Ck 7JH7./.%'3%6%#.&6%&G'231I.&8.%'N3.%7#"&/G' *Ck !NI"#'(0%7$,G'1>"> :YY 9;2<==--->#14"#%B%&%36.%>= .&N1@%4-"/3""$>810 9J61'H3J.&70" D1##%8F%I%'-"30$%I113K.%&.&6' --N'7%&$%3&1I%0' SY:'D%3F[8"F%'TO A1& K1&&%'H1.#%37'pO'-"30$%'2102 9;2<==--->K1&&%-1&.&6>=I113H%%#/%&>9$0sRJI%3$J3% .&N1@K1&&%-1&.&6> /37>':>D>\>'C&6#%H%3$ :1&.&6813213"F%'9%%l'231W%8$'0%$'o'K1&&%8%##%&'2%3'-1&.&6>'+%'-1&.&6%&'-"3%&'.&'fgoQ'"#'""&6%7#1$%&'12'81##%8F%I%'-"30$%G'7.&/7'Q^^g'/J7'114'12'%#%4$3">' D13213"F% A1& K1&&%2"&%#%&G'K1&&%H1.#%37 9;2<==--->/%9J.70%%7$%37>=fi? .&N1@/%9J.70%%7$%37>' \%7$I%36.7$%3'$HI'%#%4$3.8.$%.$'%&'-"30$%' #.I%7$184'3%7%"389':"6%&.&6%& !NI"#'(0%7$, :YY --->&.WH170"K"$9%> .&N1>#.I%7$1843%7%"389@-J3> f^P?'-1&.&6%&'9%HH%&'.&'$1$""#'f>h^^>^^^':";2.%4'I%3016%&'""&'K1&&%8%##%&'12'9J&'/"4%&>'R14'.7'%3'i'\:'""&'-.&/01#%&7'%&'g^'9%8$"3%'H17'6%2#"&$'$HI'%&%36.%>' RI%39%./ T%/3.WN TJ36%37 :.&/'%&'A1& K1&&%2"&%#%&G':.&/01#%&7 9;2<==--->9%%39J61-""3/>=b&-1&%37=p31W%8$%&Bf=S$"/BI"&B/%BA1&>9$0 2>I"&/%3""3$@9%%39J61-""3/> \%I3>'p>'I"&'/%3'!"3$ D112%3"F%I%'I%3%&.6.&6'I"&'HJ36%37<'*"6%3-%j'%&'O%7$"7'-.&/01#%&7'231/J8%3%&'%#%4$3.8.$%.$' TJ36%37 #%/%& HJ36%37 :.&/ :.&/01#%&7 9;2<==--->4%&&%0%3-.&/> .&N1@4%&&%0%3-.&/> :.0'T"3$'S$112 )%0%%&$%'I%34112$'7.&/7'Q^^o'-"30$%'J.$'0.W&%&'""&'$-%%'H%/3.WI%&' 1I%39%./ 1I%39%./ 1I%39%./ !"3/-"30$% :YR'(0.W&%&, --->0.&%-"$%3231W%8$>.&N1'' W>-%.W%37@9%%3#%&> X>:%.W%37 Warmtebedrijf Hengelo :"30$%'""&'-1&.&6%&'%&'H%/3.WI%& 3"#""$%"(J"$3":+ 3"#""$%"(J"$3":+(K'*#%"$"%(J"$3":+(;L1I%39%./ H.10"77"'%&'3%7$-"30$%' ""3/6"7=H.18%&$3"#%G'3%7$-"30$% --->-"30$%&%$9%&6%#1> -"30$%&%$@9%&6%#1> S0"3$'63./'51164%34 S#.00%'%#%4$3.8.$%.$'%&'-"30$%'&%$-%34 RI%39%./'%J CVG')"7J&.% C77%&$G'CDaG'YC\!G'5V\rb A1&G:.&/G'!"3/-"30$% K1&&%2"&%#%&G'K1&&%H1.#%3G'""3/-"30$%G'-.&/01#%&7G'5cC'4%$%#' 9;2<==--->21-%30"$89.&68.$j> p1-%3\"$89.&6D.$j@4%0">810 T%%491%I% T%%491%I%<'%#%4$3"'J.$'K1&&%B%&%36.%G'6%[&"&8.%3/'/113'HJ3%&'.&'3J.#'I113'I1%/7%# T%/3.WN TJ36%37 T%/3.WN A1& K1&&%2"&%#%& --->H%%491%I%> .&N1@H%%491%I%> Y117'%&'\1&.tJ%'I"&'/%3'*"" /%'*189$' :.&/01#%&7'.&'9"&/%&'I"&'2"3F8J#.%3%&'%&'H%/3.WI%&'-%44%&'%#%4$3.8.$%.$'12>' \""$789"2'C81-.&/'CI1#12 2"3F8J#.%3%&'412%&'2"3F8.2"F%'.&'0""$789"2 :.&/ :.&/01#%&7 9;2<==--->%81-.&/>=.&/%U>292d12F1&e810_81&$%&$L$"74eI.%-L./ePLb$%0./eh^ .&N1@%81-.&/> AJ./#"&/%&' \%7$'I"&'Q^^'41%.%&'#%I%3$'-"30$%'%&'%#%4$3"'I113'-1&.&6%&>' RI%39%./ C77%&$'-"30$%'HI C77%&$ T.10"77" O%36.7$%3 9;2<==KJ./#"&/%&>#.I%>"//7.$%>=/%BKJ./#"&/%&=I113K.%&.&6%&=7$"/7I%3-"30.&6 .&N1@/%KJ./#"&/%&> R36"-13#/' O%36.7$%3'I%3-%4$'810217$'$1$'H.16"7G'-""3'%#%4$3.8.$%.$'%&'-"30$%'I"&'6%0""4$'-13/$'.&'%%&':YY>'R&$-.44%#""3G'#%I%3"&8.%3G'%.6%&""3'%&'%.&/6%H3J.4%3'.7'/%K%#N/%'2"3FW>' ' T.10"77" +316%'H.1I%36.7$%3 9;2<==--->136"-13#/>810==.&/%U_>9$0# .&N1@136"-13#/> S"22.'\""7$3.89$'TO c%7$-"30$%'p"2.%3N"H3.%4'I%3-"30$'-1&.&6%&'%&'4"&$13%& C77%&$'S"22.'\""7$3.89$'TO c%7$-"30$% -"30$%8%&$3"#% --->7"22.>810 \.##'\"&"6%3'C>'/%'O3.%7 O%7F"':%7$#"&/ :"30$%'J.$'6%7#1$%&'4"7'I113'-1&.&6%&' 6%0%%&$%&G'K136.&7$%##.&6G'I%7F"'-%7$#"&/ O%7F" A1&'""3/-"30$% 4"7G':YR 9;2<==--->I%7F">=:%7$#"&/=+18J0%&$7=Y#.0""$H3189J3%]Q^5116%#"&/>2/N -%7$#"&/@I%7F"> a113/B51##"&/7%'C&%36.%'D1E2%3"F%'(a5CD,' D112%3"F%I%'I%3%&.6.&6G'126%3.89$'/113'5OD'%&'a113/-%7$>'+1%#'.7'P^]'/JJ3K"0%'%&%36.%'.&'Q^?^>'TJ36%37'I"&'Qh'6%0%%&$%&'4J&&%&'0%/%B%.6%&""3'-13/%&'I"&'81E2%3"F%'/.%'%&%36.%'J.$'/%'%.6%&'3%6.1'12-%4$'J.$'9J.7IJ.#G'-.&/BG'K1&&%B'%&'H.10"77"B%&%36.%>' I%3789.##%&/%'136"&.7"F%7'%&'H%/3.WI%& *%/%&G'6%0%%&$%&G'CVG'H%/3.WI%& O%389.##%&/ 0.U 9;2<==--->&9%8>= .&N1@&9%8> k3%/')"3/&%3 M3"&7213$H%/3.WN'bMD'51##"&/' p31/J8%%3$'H.16"7'J.$'3%7$"NI"#'/"$'I3.W410$'H.W'/%'3%.&.6.6.&6'I"&'I3"89$-"6%&7'/.%'1#.%'%&'I%;%&'I%3I1%3%&'$HI'/.%K%#N/%'3%.&.6.&6>'b&'%%&'I%36.7$%3>' CA'231I.&8.%'a5'%&'k3.%7#"&/ 3%"8$13'6%0""4$'/113<'p"tJ%7'J.$'9%$'k3.%7%'T"#4 !NI"#-"$%3 .&/J7$3.%#%'H.13%"8$13 9;2<==--->.$891##"&/>810=.&/%UQ>9$0# .&N1@.$891##"&/> :"30$%H%/3.WN' O""&7$%3'%&'!Sa'6%H3J.4%&'\""7-"$%3'I113'-"30$%'41J/%'127#"6' 6%0%%&$%'c1;%3/"0G'p31I.&8.%'A5G'%&%81G'%1&G'&J1& .&.F"F%N&%0%37 :"30$%H%/3.WN'Cnp*RbM!MbC'a>O> :"$%3-"30$% :YRG':"30$%2102 9;2<==--->-"30$%H%/3.WN>= I."'-%H7.$% T.10"77"'C&%36.%D%&$3"#%' T.10"77"'(91J$'%&'631%&'"NI"#'I"&'%%&'91I%&.%37H%/3.WN,'K136$'I113'-"30$%'%&'%#%4$3"' 6%0%%&$%'S.;"3$'%&'TCS'TO TCS'TOG'91I%&.%37H%/3.WN 51J$G'"NI"# :YY --->H%7HI> c16.%3>+.%$%3%&@7.;"3/B6%#%%&> c16.%3'+.%$%3%& :.%3%&'C&%36.%'TO C&%36.%H%/3.WN'I113'?^^'-1&.&6%&'.&'S&%%4>':"30$%'%&'41J/%'127#"6'.&'/%'H1/%0>'+%'-"30$%2102>''!2"3$%'TO'1&/%3'-1&.&6813213"F%>' :1&.&67F89F&6'/%':.%3%& .&.F"F%N&%0%3 :1&.&67F89F&6'/%':.%3%& !"3/-"30$% :YRG'-"30$%2102 9;2<==--->/%-.%3%&>=.&/%U>292d2"6eogL7JHe??f +%8%&$3"#%'"NI"#-"$%3KJ.I%3.&6'.&'231%N231W%8$'S&%%4'"NI"#-"$%3KJ.I%3.&6'.&'231%N231W%8$'S&%%4 ?Q'9J.791J/%&7'/1%&'231%N'0%$'%&%36.%'J.$'"NI"#-"$%3 *"&/J7$3.%'&%0%&'114'/%%#'""&'9%$'231W%8$G':1&.&67F89F&6'+%':.%3%&G':1&.&67F89F&6'p"$3.01&.J0G')%0%%&$%'S&%%4G'V&.I%37.$%.$':"6%&.&6%&'%&'c1%/.6%3 b&.F"F%N&%0%37 *"/J7$3.% !NI"#-"$%3 H.1I%36.7$%3' --->#"&/J7$3.%> .&N1@#"&/J7$3.%> SJ&&j$10 4"7'0%$'-"0$%41J/%'%&'-44'#%I%3$''""&'$-%%'"&/%3%'2"&/%& T%/3.WN p31I.&8.%'*.0HJ36 c"%61%/'TO A1& )3%%&213$4"7<':YRG'-"30$%2102'%&':YY--->7J&&j$10> .&N1@3"%231/J8%>'%&'.&N1@7J&&j$10> +93>'X>'c"%0"4%37 M%U%#C&%36.%' D112%3"F%I%'I%3%&.6.&6'126%3.89$'/113'HJ36%37<'.&4112G'I%34112'%&'231/J8F%'I"&'631%&%'%&%36.%'$HI'%%&'1&"u"&4%#.W4'M%U%#G'12'631%&%'%&%36.%'I"&')3%%&891.8%' ' #%/%&G'M%U%# )3%%&891.8% :.&/'%&'A1& :.&/01#%&G'K1&&%2"&%#%& --->$%U%#%&%36.%> .&N1@$%U%#%&%36.%> +COR' C&%36.%H%/3.WN'I"&'6%0%%&$%'(P^],G'Q'1&$-.44%#""37'%&'813213"F%'/"$'-"30$%'%&'41J/%'#%I%3$'""&'fQ`h'-1&.&6%&>' RI%39%./ 1I%39%./G'813213>L'H%/3.WN 1I%39%./G'813213>L'H%/3.WN !"3/-"30$% :YR'%&'-"30$%2102 --->/%I1BI%%&%&/""#> .&N1@/%I1BI%%&%&/""#> T1%3'C&'TJJ3' O%3789.##%&/%'231W%8$%&'1>">'5%&3.8J791%I%<'K1&&%2"&%#%&'6%[&"&8.%3/'/113'HJ3%&' T1%3'%&'TJJ3 4#"&$%&'412%&'""&/%#%& )3%%&891.8% A1& A1&&%2"&%#%& 9;2<==--->H1%3%&HJJ3>= "&&%>7FW4%#@8183%"F%> !&&%'SFW4%# +%#$"':.&/' D1E2%3"F%I%'I%3%&.6.&6'$HI'-.&/'12'#"&/' HJ36%37 #%/%&'C&%81'a%-'C&%36j :.&/ :.&/01#%&7 --->/%#$"-.&/> .&N1@/%#$"-.&/> )%3$BX"&'I"&'/%3'O"#4 C%&/3"6$'/JJ3K"0%'%&%36.% D112%3"F%I%'I%3%&.6.&6'$HI'-.&/'%&'K1&'%/>' HJ36%37 #%/%& :.&/'%&'A1& :.&/01#%&7'K1&&%2"&%#%& 9;2<==--->%%&/3"6$B-.&/>= I."'-%H7.$% \%%3-.&/' D1E2%3"F%I%'I%3%&.6.&6'$HI'-.&/'12'#"&/' HJ36%37 #%/%& )3%%&891.8% :.&/ :.&/01#%&7 9;2<==--->0%%3-.&/>= 0"33j7891#$%&@0%%3-.&/> '\"33j'S891#$%& a113/%&-.&/' D1E2%3"F%I%'I%3%&.6.&6'$HI'-.&/'12'#"&/' HJ36%37 #%/%& d :.&/ :.&/01#%&7 9;2<==--->&113/%&-.&/>136=
[email protected] !&/3.%7'M"/%0" :.&/I16%#' :.&/01#%&7'0%$'K%#v%I%3.&6' HJ36%37 #%/%& K%#Nd :.&/ :.&/01#%&7 :.&/I16%#> .&N1@-.&/I16%#> +.84'I"&'C#4 A%%J-.&/' D1E2%3"F%I%'I%3%&.6.&6'$HI'-.&/'12'#"&/' HJ36%37 #%/%& :.&/ :.&/01#%&7 9;2<==--->K%%J-.&/>= .&N1@K%%J-.&/> /%'K1&I16%# +%'A1&I16%#'.7'%%&'81E2%3"F%I%'I%3%&.6.&6'I113'K1&&%B%&%36.%>'+%'#%/%&'K.W&'7"0%&'%.6%&""3'I"&'K1&&%B%&%36.%'.&7$"##"F%7> HJ36%37 #%/%& )3%%&891.8%='A%#N A1& A1&&%2"&%#%& 9;2<==--->K1&I16%#>= .&N1@.&7&%$>136 p%$%3'I"&'O#.%$ C812"34':""#-.W4 S$13$2#""$7'K136$'I113'H.16"7'%&'%#%4$3.8.$%.$'J.$'K1&&%2"&%#%& :.&/G'K1&G'"NI"# -.&/01#%&7G'K1&&%2"&%#%&G'7$13$6"7 9;2<==--->%812"34-""#-.W4> \%%-.&/' :.&/01#%&7'12'K%%'(0%$'""&/%%#91J/%37,' S%"-.&/'D"2.$"#'p"3$&%37'TO #%/%&'(\%%-.&/'H.%/$'114'4#%.&%'H%#%66%37'/%'016%#.W49%./'10'$%6%&'/%K%#N/%'81&/.F%7'$%'2"3F8.2%3%&>, :.&/ :.&/01#%&7 9;2<==0%%-.&/> .&N1@0%%-.&/> :.##%0'S0%#.4 )311$'51#$9J.K%& fP^^'-1&.&6%&'-13/%&'I%3-"30$'12'2%##%$7 C77%&$=')%0%%&$%'A%I%&""3 C77%&$'=')%0%%&$% C77%&$ 51J$ p%##%$4%$%# p1#/%3-.W4' :"30$%'%&'%#%4$3"'J.$'H.16"7' %77%&$'-"30$%=')%0%%&$%'A%%-1#/% %77%&$'-"30$%=')%0%%&$%'A%%-1#/% %77%&$ !NI"#'(0%7$, :YY 9;2<==--->%&%36.%$%89>.&N1=H.1-44=2/N=Q+Ca^h^g_K%%-1#/%>2/N -.0>-%7$%&/132@%77%&$> :.0':%7$%&/132 T31&7H%36%&' O"4"&F%2"34'0%$'K1&&%2"&%#%&G'%%&'%#%4$3.8.$%.$7&%$'%&'"88Jw7G'.&.F"F%N'*."&/%3>' T%/3.WN \.U *."&/%3 A1& K1&&%2"&%#%&'%&'"88Jx7 9;2<==--->126%-%4$>&J=-2B81&$%&$=J2#1"/7=Q^f^=^?=^g_^fhQB#."&/%3BH3189>2/N I."'-%H7.$% +JJ3K"0%'%&%36.%8%&$3"#%'12'H"7.7'I"&'H.1I%36.7F&6<'5%$'I1137$%#'I"&'/1327H%#"&6%&'A.W#/.W4'.7'10'%%&'y/1327%.6%&y'81E2%3"F%I%' :%342#""$7'M12/132%&' %&%36.%8%&$3"#%'$%'6""&'H1J-%&'-""3I"&'/%'12H3%&67$%&'-%%3'&""3'/%'/1327H%-1&%37'$1%I#1%.%&> TJ36%37' HJ36%37 T.10"77" H.1I%36.7$%3 9;2<==44&&>I"&0%%3&""3H%$%3>="6%&/"=-%342#""$7B$12/132%&B.&BJ.$I1%3.&6 *189%0'C&%36.% +%'*189%0%&%36.%'.7'%%&'HJ36%3.&.F"F%N'I113'9%$'123.89$%&'I"&'%%&'81E2%3"F%I%'I%3%&.6.&6'0%$'"#7'/1%#'10'7&%#'.&'1&K%'%.6%&'%&%36.%H%91%l%'$%'6""&'I113K.%&> #%/%& O%3789.##%&/ \.U 9;2<==--->#189%0%&%36.%>&%$=231W%8$%& .&N1@#189%0%&%36.%>&%$ 'zD1E2%3"F%I%'O%3%&.6.&6'I113'A1&&%B%&%36.%'.&'R17$%39%77%#%&'V!{ %$'/132'R17$%39%77%#%&'I1#/1%&/%'K1&&%B%&%36.%'12'$%'-%44%&'10'"##%'.&-1&%37'I"&'/JJ3K"0%'K1&&%B%&%36.%'$%'4J&&%&'I113K.%&> HJ36%37 #%/%& %&%U.7 K1& K1& 9;2<==--->9%77%#&%&%36.%>= .&N1@9%77%#&%&%36.%> c1H'+%4%&7G
Arnhem Centraal WKO
T%%$7$%3K-""6' 5%&3.8J791%I% C&%36.%D10H.&"F%'T%36%3/%&'(CDT,='A1&&%$%32 +%'Y31%$%&' S$"/74"&$113G'D"7.&1'%&'D9"77Z$9%"$%3 T3%/"7%'231W%8$'a.%J-':1#N7#""3 D"#13.% M9%301'T%##1
!3&9%0'
&''#()*+,"-% -.&/01#%&2"34'5"6%&-.&/' !89$%391%47%'A1&&%BC&%36.%'D1E2%3"F%G'!A%D 5OD O%3%&.6.&6'+JJ3K""0'S1%7$%34-"3F%3 !0%#"&/%3'C&%36.%'D1E2%3"F%' R&K%'C&%36.% !NI"#'C&%36.%'T%/3.WN' a+S\B-%3NG'Y.&%F789'a113/' TO'R/%'R17$%3/147%.#"&/' AJ./H31%4G'c:Ab
!"#""$%" !"#$%&'()*+,' !89$%391%4 !#40""3 !0%37N113$ !0%#"&/' !07$%3/"0' !07$%3/"0' !07$%3/"0' !07$%3/"0' !2%#/113&
2.6 Lijst met initiatieven in binnen-‐ en buitenland
68
2.7 PARELS LOKAAL DUURZAME ENERGIEBEDRIJVEN Bron: AgentschapNL, augustus 2009. Lokaal duurzame energie is wereldwijd op de kaart gezet door het Duitse parlementslid Hermann Scheer, ook wel de “Al Gore van Europa” genoemd. Maar Scheer gaat een stap verder dan zijn Amerikaanse collega. Volgens Scheer geeft lokaal duurzame energievoor-‐ ziening leveringszekerheid, veel minder uitstoot van CO2 en fijnstof èn inkomen voor de lokale bevolking. Wereldwijd. Lokale duurzame energie dus kan een deel van de oplossing zijn van een heleboel wereldproblemen, zoals het energievraagstuk, de financiële crisis en geopolitieke spanningen. Wat is een lokaal duurzaam energiebedrijf? Er zijn verschillende benamingen te vinden voor een lokaal duurzame energiebedrijf in de literatuur en de praktijk. § LEB: lokale energiebedrijven (SenterNovem) § Nieuwe Nuts: een duurzame nutsvoorziening uit lokale bronnen in -‐zoveel als gewenst-‐ eigendom van de eindgebruikers (InnovatieNetwerk). § GEB: gemeentelijk energiebedrijf § DEB: duurzaam energiebedrijf § DOM: duurzame ontwikkelingsmaatschappij § LEO: Lokale Energie Ontwikkeling § ESCO: energy service corporation (EU) § Energiemaatschappij ( NEWNRG) § Gemeenschappelijk Duurzame Energiedienstenbedrijf (GDEB van Builddesk) Uit deze namen en definities blijkt een verschil in initiatief, eigendom en exploitatie. Wie doet wat? Een gemeente die het lokale energie bedrijf opzette (GEB), of een op winst gerichte projectontwikkelaar (DOM) of een groep particulieren (Nieuwe Nuts of Energiemaatschappij). Daarnaast kan gevarieerd worden in het begrip energie, gaat het om energie voor wonen, werken en vervoer? En wat is “lokaal”, is dat in een straal van 5 kilometer, 30 kilometer, een stad of een land? De volgende definitie van een lokaal duurzaam energiebedrijf wordt in dit document gehanteerd: een organisatie die lokaal energie produceert voor wonen, werken en vervoer uit lokale duurzame bronnen voor lokale huishoudens en/of (een) bedrijventerrein(en). Denk bij “lokaal” aan een straal van 60 kilometer. Duurzame bron voldoet aan de definitie in het “Protocol duurzame energie” van SenterNovem.
69
Het ideale lokale duurzame energiebedrijf voldoet aan onderstaande sterren: 1. Lokale bron 2. Lokale productie 3. Lokale afzet 4. Meerdere afnemers 5. Duurzame bron (aarde, wind, zon of biomassa) 6. Afnemers hebben 51% van de zeggenschap over het energiebedrijf 7. Energie voor verwarming 8. Energie voor warm tapwater 9. Energie voor koken 10. Energie voor koeling 11. Energie voor elektriciteit 12. Energie voor brandstof voor vervoer 13. Rechtspersoon is opgericht/bedrijf is in werking 14. Business case (minimaal kostendekkend, subsidies als SDE en VAMIL toegestaan). Een aantal parels van lokale duurzame energiebedrijven in Nederland: Naam project
Biomassa-‐installatie Beetsterzwaag
Initiatiefnemer Doel
Natuurvereniging De Alde Delte en Dienst Landelijk Gebied Ministerie LNV 1. Landschapsonderhoud betaalbaar te houden 2. Houtsingels onderhouden 3. Warm water en verwarming verzorgen voor een revalidatiecentrum en een school 4. CO2 besparen en daarmee klimaatverandering tegengaan 5. Werkgelegenheid creëren Korte geschiedenis/context Dienst Landelijk Gebied (DLG) regio Noord te Groningen voert sinds oktober 2004 het Interreg IIIB North Sea Bio Energy project uit, een Europees project met partners uit België, Duitsland, Nederland en Schotland. Het noodzakelijke onderhoud van de houtsingels en houtwallen werd door hoge kosten vaak niet meer uitgevoerd in Zuidoost Friesland. Subsidies verdwenen terwijl het onderhoud wel wettelijk verplicht bleef. Met de plaatsing van een houtoven die het snoeihout verbrandt en warm water levert aan een school en een revalidatiecentrum is een oplossing gevonden voor twee problemen. De exploitatie van deze biomassa-‐installatie is in handen van agrarische natuurvereniging De Âlde Delte uit Opsterland. Organisatiestructuur De natuurvereniging heeft hiervoor een vennootschap opgericht onder de naam energiebedrijf Delta T. Bio Energy BV. De eveneens door de natuurvereniging opgerichte stichting BOOM zorgt voor een continue aanvoer van houtsnippers uit het gebied rondom Beetsterzwaag. Vraag naar energie Revalidatie Friesland heeft 65 bedden en een grote polikliniek, een sporthal en een zwembad. School Lyndesteyn geeft speciaal onderwijs aan gehandicapten. Jaarlijks gasverbruik van deze instellingen was 400.000 m3. Totale warmtebehoefte is ruim 3.000.000 kWhth per jaar. De instellingen betalen een marktconforme prijs. Bron van energie
Hout: 4100 kubieke meter houtsnippers per jaar. Dit hout voorziet in principe in 80% van de warmtevraag, want de totale warmteproductie is 2.600.000 kWhth per jaar. In de winter 2008/2009 was dit zelfs bijna 100%. 70
Korte technische schets
Snoeihout van de houtwallen tussen de weilanden wordt verbrand in een oven. Deze oven met een vermogen van 1 MW verwarmt water tot ongeveer 90 graden Celsius. Een buizenstelsel van 500 meter lengte brengt dit water naar het revalidatiecentrum en de school. In de retourbuis is het water nog 70 graden. Als opslag voor de houtsnippers is een hal gebouwd van 15 bij 30 meter. In dit gebouw kan ongeveer 1000 m3 worden opgeslagen. Deze oven is geschikt om houtsnippers te verwerken met maximaal 60% water. 1 kubieke meter houtsnippers levert ongeveer 680 kWh (is vergelijkbaar met ongeveer 75 m3 aardgas). Als backup blijven de bestaande gasketels in de twee instellingen behouden. Totale investeringskosten €800.000 ex BTW Financiers
Exploitatiebegroting
Eigen bijdrage boeren Interreg IIIB North Sea Bio Energy Provincie Friesland A7 zone Landstad Fryslan Fonds Gemeente Opsterland LTO –projectenfonds
Exploitatie Bankier Status Eigendom netwerk
Besloten Vennootschap Triodos Beheerfase Natuurvereniging
Eigendom apparatuur Natuurvereniging Aandeel van de investering Geen aandeel bij de school of instelling bij eindgebruikers Planning
Start 2005, oplevering januari 2008
Communicatie Belangrijkste tip Overige opmerkingen
Een brochure is te vinden op: www.project.vrom.nl/doclib/203_Beesterzwaag.pdf Prijs is marktconform en vastgelegd in een contract tussen de twee instellingen en de BV. Het project levert extra werkgelegenheid op, stimuleert innovaties en biedt landbouwers nieuwe perspectieven. Meer info op site www.project.vrom.nl/project.asp?code_prjt=10867&code_prgm=31 Contactpersoon met naw Dienst Landelijk Gebied, Dirk de Boer,
[email protected] gegevens Agrarische Natuurvereniging, Frans Postma Delta T. Bio Energy BV, Beetsterweg 10 B, Beetsterzwaag
71
Naam project Initiatiefnemer Doel
Windpark De Locht, Kerkrade Gemeente Kerkrade De gemeente wilde een actief klimaatbeleid voeren en wilde ook de lokale gemeenschap betrekken in dit proces. Korte geschiedenis/context Particulieren of bedrijven kopen een participatie van €2.625 in de maatschap. Het Triodos Groenfonds financiert de rest. Het rendement is rond de 8 ½ % gedurende 10 jaar. Particulieren zijn ondernemer, dus hebben recht op EIA. Organisatiestructuur Maatschap ter Exploitatie van Windpark de Locht. Eigenaren zijn alle 160 energiebedrijf participanten. Grotendeels zijn dat omwonenden, de rest is aan andere geïnteresseerden verkocht, waaronder werknemers van Evelop (de ontwikkelaar). Vraag naar energie 3500 kWh per huishouden (gemiddelde in Nederland) Bron van energie Wind Korte technische schets
10.000.000 kWh per jaar uit twee Nordex N90 windmolens van 2,5 MegaWatt. De elektriciteit wordt via het net (van Enexis) door Greenchoice geleverd. Totale investeringskosten €5.725.000 Financiers Inwoners van Kerkrade Exploitatiebegroting Exploitatie Bankier Status
Evelop Beheer Triodos Bank Beheer
Eigendom netwerk Eigendom apparatuur Aandeel van de investering bij eindgebruikers Planning
Enexis Maatschap Grotendeel eigendom van omwonenden
Communicatie
Elk jaar een jaarvergadering met de 160 eigenaren. Er zijn een aantal grootaandeelhouders die vaker per jaar worden geraadpleegd. Er is ook een onderwijsprogramma voor de kinderen van de lagere school opgezet.
Belangrijkste tip Overige opmerkingen Meer info op site Contactpersoon met naw gegevens
Hetzelfde model wordt herhaald (met obligaties) in Burgervlotbrug www.ecowind.nl
[email protected]
Start ongeveer 2000, eerste levering elektriciteit in juli 2006.
72
Naam project Initiatiefnemer Doel
Greenportkas van Sunny Tom, Venlo Joep Raemakers, SunnyTom Tomaten telen, uitputting van fossiele brandstoffen tegengaan en de uitstoot van CO2 verminderen. Uiteindelijk doel: een economisch verantwoorde belichte tomatenteelt gerealiseerd met een 20% lager energieverbruik en een 20% lagere CO2 emissie Korte geschiedenis/context Door de alsmaar stijgende energierekening van het bedrijf ging teler Joep Raemakers de ontwikkelingen rondom alternatieve energie op de voet volgen. Hij bedacht dat er winst viel te behalen als hij zelf energie zou weten te oogsten. Hij heeft met een aantal partners de Greenportkas ontwikkeld, een kas van ongeveer 9000 m2 waar 1. efficiënter met CO2 wordt omgegaan, waardoor de tomatenproductie hoger is dan in normale teelten. 2. Het geheel van kas en gebouwen veel minder CO2 uitstoot. 3. Ondergrondse opslag van laagwaardige warmte jaarlijks miljoenen kubieke meter gas bespaart. 4. Hoogwaardige warmte uit de WarmteKrachtKoppeling wordt geleverd aan de Zorggroep Noord-‐ en Midden-‐Limburg en de Mytylschool, die beide aan de andere kant van de weg tegenover de kas liggen. Deze gebouwen hoeven zo veel minder gas te verstoken, wat aanzienlijk scheelt in de exploitatie. Organisatiestructuur BV energiebedrijf Vraag naar energie per jaar
Warmtelevering sinds 2009
Bron van energie Korte technische schets
Zon (en aardgas voor de WKK) 's Zomers wordt via een warmtewisselaar overtollige warmte uit de Greenportkas in het grondwater opgeslagen op een diepte van ongeveer negentig meter. De lokale grondwatertemperatuur stijgt daarmee van 6°C tot 25°C. ‘s Winters wordt die warmte weer uit het grondwater gehaald om de kas te verwarmen, zodat er over het gehele jaar geen opwarming van de grond plaats vindt. Dit systeem kan ook worden ingezet om tijdens de warmste maanden van het jaar de kas te koelen, als dat voor de optimale groei van het gewas nodig is. De kas wordt dan gekoeld met koud grondwater. Er zijn in de bodem daarom zowel een koude als een warme buffer aangelegd. De WKK installatie heeft een vermogen van 4,2 megawatt en levert elektra, CO2 en hoogwaardige warmte voor de Zorggroep en de Mytylschool. Totale investeringskosten €2,5 miljoen euro ex BTW Financiers Velen Partners Wageningen UR Exploitatiebegroting Exploitatie door Bankier
Sunnytom Rabobank
Status Beheerfase Eigendom netwerk Sunnytom Eigendom apparatuur Sunnytom Aandeel van de investering 100% Sunnytom bij eindgebruikers Planning Realisatie 2008 Meer info op site www.greenportkas.nl Contactpersoon met naw Joep Raemakers, Sunny Tom,
[email protected] gegevens
73
Naam project Initiatiefnemer Doel
Thermo Bello Een aantal bewoners en bedrijven uit de wijk 170 woningen en 5 bedrijven van duurzame verwarming voorzien (zonder onderbreking) tegen kosten die lager of gelijk zijn aan een concurrerende wijze van warmteopwekking. En in de toekomst uitbreiden (zowel aan meerdere gebouwen leveren als andere soorten energie opwekken zoals bijvoorbeeld koeling, warm tap water en elektra). Het vergaren en verspreiden van kennis over lokale energiewinning en energiebesparing.
Korte geschiedenis/context De kans deed zich voor, dat de verwarmingsinstallatie uit 2004 van drinkwaterbedrijf Vitens, gelegen midden in de wijk Eva-‐Lanxmeer, door de wijk kon worden overgenomen. De installaties voor de productie van warmte en het warmtenetwerk was eigendom van het drinkwaterbedrijf Vitens. De Raad van Bestuur van Vitens besloot in 2006 zich te concentreren op haar kerntaak – de winning en levering van drinkwater -‐ en alle niet-‐kerntaken af te stoten. De in het jaar 2000 afgesloten Raamovereenkomst Warmtevoorziening Lanxmeer tussen het Drinkwaterbedrijf Gelderland (in 2002 overgenomen door Vitens), de Gemeente Culemborg en de Bewonersvereniging Eva Lanxmeer, kortweg de BEL, kwam hiermee te vervallen. In deze raamovereenkomst werden de ecologische doelstellingen gedefinieerd en de onderlinge afspraken ten aanzien van de ontwikkeling en exploitatie van een collectieve warmtevoorziening vastgelegd. Na het besluit van Vitens om het warmtenet in Lanxmeer af te stoten werd het allereerst aangeboden aan de gemeente Culemborg. Deze zag af van overname met het argument dat exploitatie van energievoorzieningen niet strookt met de doelstellingen van de gemeente. Daarna werd de BEL als de tweede partner van de raamovereenkomst benaderd, met de vraag of zij interesse hadden om de installaties voor de productie van warmte en het leidingnetwerk ten behoeve van distributie van warmte van Vitens over te nemen. Deze kans hebben enkele bewoners en bedrijven met beide handen aangegrepen. En nadat de initiatiefgroep de buurt een jaar intensief informeerde over de kans, werd het besluit tot overname met grote meerderheid van stemmen genomen. Op 1 april 2009 werd de formele overdracht van Vitens aan Thermo Bello bekrachtigd. Organisatiestructuur energiebedrijf
Thermo Bello BV heeft bij de start in 2009 drie aandeelhouders (de oprichters). Na een jaar (in 2010) gaan de aandelen voor 100% over naar de Stichting Administratiekantoor (SAK). Er is dan een Raad van Commissarissen (toezicht) en een (in)formele vereniging van wijkbewoners die betrokken zijn bij de instandhouding en ontwikkeling van Thermo Bello.
Vraag naar energie
Warm water tbv verwarming: 10.125 Gigajoule per jaar.
Bron van energie
Grondwater, toch al opgepompt t.b.v. drinkwater. Elektriciteit voor warmtepomp. Gas voor 2 gasketels bij piekvraag en als backup.
74
Korte technische schets
Het warmtestation is een onderdeel van het Vitens drinkwater pompstation. Dit pompstation voorziet de regio Culemborg van drinkwater. De warmteproductie -‐ circa 9000 GJ per jaar wordt verzorgd door een elektrisch aangedreven warmtepomp (vermogen 750 kWth). De benodigde warmte wordt onttrokken uit de drinkwatervoorraad. De warmte wordt afgegeven aan het warmtenetwerk voor de verwarming van woningen en bedrijven. De warmte is vooral geschikt voor vloer-‐ en wandverwarming en minder geschikt voor luchtverwarmingen en niet geschikt voor warm tapwater. Het geleverde water heeft een temperatuur van maximaal ca. 50 °C, maar doorgaans rond 40 °C. In het station staan ook twee gasketels (2x 500 kWth, ca 2000 GJ/jaar) voor bijverwarming bij koud weer en om warmte te produceren bij uitval van de warmtepomp (service of storing). Totale investeringskosten Aanschaf van de tweede hands warmte-‐installatie en leidingen voor €150.000. Financiers
Exploitatiebegroting
Het benodigde kapitaal voor de aankoop van het warmtenet werd verkregen door de storting van kapitaal in de BV (door de oprichters), risicodragende leningen van particuliere en zakelijke afnemers (die het recht geven op certificaten van aandelen) en een lening van de bank. Een gemeentegarantie verlaagt de bankrente met 2%. Inkomsten en kosten liggen rond de €250.000 per jaar.
Exploitatie Bankier Status Eigendom netwerk
Door Thermo Bello BV Rabobank Beheer en uitbreiding Thermo Bello
Eigendom apparatuur Thermo Bello Aandeel van de investering 25% bij eindgebruikers Planning Eerste gesprekken met Vitens in 2006, overname in 2009. Communicatie Veel informatiesessies en nieuwsberichten in verschillende uitgaven in de buurt verspreid. Een zeer informatieve website met alle informatie: www.thermobello.nl Belangrijkste tip Overige opmerkingen Meer info op site Contactpersoon met naw gegevens
Kosten per Gigajoule €20,19. Vastrecht €280 per jaar. www.thermobello.nl Gerwin Verschuur, Culemborg
75
Naam project Initiatiefnemer
Vakantiepark Bronsbergen te Zutphen. Mensen van het Europees project “More Microgrids” nodigden Liander uit om mee te doen aan het “More Microgrid”project”. Doel Test met lokaal elektriciteit opwekken, autonoom kunnen zijn. Korte Bij de bouw 200 vakantiehuisjes in het vakantiepark Bronsbergen zijn op 108 van de geschiedenis/context huisjes reeds hele daken vol zonnecellen geplaatst. Toen nog niet met het idee om er een autonoom netwerk van te maken. In het kader van een Europees project met zeven kleine autonome netwerken werd Bronsbergen een testlocatie van Liander, het netwerkbedrijf dat vroeger ContiNuon heette. Liander heeft een van de vakantiehuisjes opgekocht, containers met accu’s in de tuin gezet en in het huis regel apparatuur geplaatst. Organisatiestructuur Liander is eigenaar van het de installaties, het net, de het vakantiehuisje met alle energiebedrijf apparatuur, de zeecontainers en de accu’s. De zonnepanelen zijn eigenaar van Nuon, die contractueel heeft vastgelegd dat de particuliere eigenaren van de vakantiehuisjes deze voor €1 kunnen overnemen na een aantal jaar exploitatie. Vraag naar energie Bron van energie Korte technische schets
Zon Er ligt in totaal een vermogen van 315.000 Wattpiek op de 108 vakantiehuisjes. 720 loodzuur accu-‐batterijen zijn opgeslagen in vier zeecontainers. De loodzuuraccu’s werden door Sunlight, partner in het Europese project. (In een volgend project zou waarschijnlijk met lithium ion accu’s gewerkt worden, die efficiënter zijn en dus minder oppervlakte nodig hebben). Deze zijn aangesloten op het net in het Transformatorhuisje. Met intelligente regelingen wordt de spanningskwaliteit gehandhaafd. Een besturingssysteem zorgt dat het park automatisch los geschakeld kan worden van het net. Het is mogelijk om een paar uur los van het net te kunnen functioneren. Bij hele zonnige dagen kan het 24 uur achter elkaar. Naar schatting leveren de zonnepanelen (0,8 maal 315.000 is) 250.000 kWh per jaar. Dit is ongeveer2300 kWh per huisje per jaar.
Totale investeringskosten
Het project om een onafhankelijk net te maken kostte ongeveer €500.000 (inclusief de uren van Liander)
Financiers 50% door de Europese Unie (EU projects More Microgrids) en 50% van Liander Exploitatiebegroting Exploitatie Liander Bankier Nvt Status Beheerfase Eigendom netwerk Liander Eigendom apparatuur Liander, behalve de zonnepanelen, waar het eigendom binnenkort overgaat van Nuon naar de particulieren. Aandeel van de investering bij eindgebruikers
Nul
Planning Communicatie Belangrijkste tip
2004 tot 2009 Zonnepanelen en de accu’s zijn de beperkende factor, zorg voor een juiste combinatie van de vraag. Overige opmerkingen Meer info op site Contactpersoon Naam project
http://www.olino.org/wp-‐content/uploads/2009/10/bronsbergen.pdf
[email protected] Afval Energie bedrijf van de Gemeente Amsterdam
76
Initiatiefnemer Afval Energie bedrijf van de Gemeente Amsterdam Doel Energie uit afval halen Korte De Afvalenergiecentrale uit 1993 leverde al jaren stroom met een rendement van 22% geschiedenis/context voor bijvoorbeeld stadsverlichting, metro, tram, muziektheater en stadhuis. In 2003 is besloten tot een uitbreiding van de activiteiten van het AEB door de bouw van een Hoog Rendement Centrale. Deze centrale die wereldwijd zeer hoog wordt aangeschreven werd in augustus 2007 in gebruik genomen, maar is sinds een belangrijk onderdeel sneuvelde nog niet volledig in gebruik. Deze HR Centrale zet brandbaar restafval helemaal om in duurzame elektriciteit en bouwstoffen van hoge kwaliteit. De Hoogrendement Centrale verhoogt het netto elektrisch rendement van de oude centrale tot 30%. Op deze wijze evolueert de afvalverbrander tot een afvalgestookte energiecentrale. De HR Centrale is gebaseerd op een nieuw concept van “roosteroven”technologie, dat vooral gericht is op het maximaliseren van de elektriciteitsproductie. Het AEB is van mening dat een afvalenergiecentrale die alleen gericht is op ‘verwijdering van afval’ de maatschappij onvoldoende toegevoegde waarde oplevert. De maatschappelijke bewustwording leidt tot een toenemende aandacht voor nuttige toepassingen. Om op lange termijn maatschappelijk draagvlak te verwerven, dienen afvalenergiecentrales zich te ontwikkelen van centrales voor ‘verwijdering van afval’ tot centrales voor ‘volledig hergebruik’. Daarnaast is de centrale uitgerust met de meest moderne rookgasreiniging zodat de uitstoot van kwalijke stoffen nihil is. Behalve energie levert het afval ook bouwstoffen en allerlei metalen, waaronder koper, lood, zink, tin, zilver, goud en zelfs platina. De hoeveelheid zilver die de AEB uit het onbrandbare deel van het afval – de bodemassen -‐ haalt is 10 procent van de Nederlandse behoefte. Hiermee is het AEB een van de grootste “mijnen” van Europa! Organisatiestructuur Het Afval Energie Bedrijf komt voort uit de in 1885 opgerichte Stadsreiniging energiebedrijf Amsterdam. In 1993 is een voor die tijd zeer efficiënte Afval Energie Centrale in gebruik genomen: 100 % eigendom van Gemeente Amsterdam, juridisch ondergebracht in een speciaal opgerichte naamloze vennootschap: NV AVI. De aandelen staan op de balans van de gemeentelijke dienst “Afval Energie Bedrijf”. Het College vervult de aandeelhoudersrol. De Gemeenteraad wordt in staat gesteld wensen en bedenkingen te uiten over bepaalde beslissingen. Vanaf 1 januari 2004 opereert het Afval Energie Bedrijf als zelfstandige partij op de elektriciteitsmarkt. Vraag naar energie De jaarlijkse productie van de nieuwe en de oude centrale is 1.000.000.000 kWh elektriciteit en 250.000 GJ warmte per jaar. Dit voldoet ruimschoots aan de vraag van zeventig gemeentelijke organisaties. Het overige wordt verkocht op de ‘over-‐the-‐counter’ (OTC) markt. Bron van energie Afval Korte technische schets
Totale investeringskosten
De Afvalenergiecentrale uit 1993 heeft een vermogen van 67 MW en levert jaarlijks 530.000.000 kWh elektriciteit en 150.000 GJ warmte. De nieuwe HR Centrale uit 2007 heeft een vermogen van 57 MW en levert 420.000.000 kWh elektriciteit per jaar en 100.000 GJ aan warmte. Daarmee komt het Afval Energie Bedrijf in totaal in op een vermogen van 125 MW. De centrale uit 2003 kan jaarlijks 850.000 ton afval + 25.000 ton slib verwerken. De HR Centrale heeft een capaciteit van 530.000 ton afval +75.000 ton slib. Dat brengt het Afval Energie Bedrijf in totaal op 1.400.000 ton afval + 100.000 ton slib per jaar. Ongeveer 600.000 ton afval is afkomstig uit de regio Amsterdam, de rest komt ook uit Nederland. Afvalenergiecentrale (1993) € 450 miljoen ex BTW HR Centrale (2004) € 370 miljoen ex BTW Totaal €820 miljoen ex BTW
77
Financiers
Leningen: Een gewone lening (af te lossen in 10 jaar). Groenfinanciering voor een bedrag van € 80 miljoen met een looptijd van eveneens 10 jaar. • Europese Investerings Bank (EIB) in Luxemburg heeft een lening van € 170 miljoen verleend. Subsidies • Een EU 5e-‐kaderprogramma subsidie • De MEP-‐regeling (nu SDE geheten) levert gedurende een periode van 10 jaar een bijdrage per gerealiseerde kWh om het opwekken van duurzame energie uit (ondermeer) afval verder te stimuleren • Het CO2-‐reductieplan Provincie Noord-‐Holland Exploitatiebegroting Omzet €110 miljoen per jaar ex BTW. Exploitatie Afval Energiebedrijf Bankier Via gemeente Amsterdam • •
Status Optimalisatiefase Eigendom netwerk Gemeente Eigendom apparatuur Gemeente Aandeel van de investering bij eindgebruikers
100%
Planning 1998 – 2009 Communicatie Belangrijkste tip Overige opmerkingen Meer info op site
http://biodata.asp4all.nl/andreas/2007/09012f97802d2698/09012f97802d2698.pdf www.afvalenergiebedrijf.nl/bijlagen/meer%20waarde%20uit%20afval.pdf Contactpersoon met Peter Simoes,
[email protected] , naw gegevens
78
Deel 3 Na de reis 3.1 P-‐NUTS Awards 13 april 2011 3.2 Plannen, ideeën, inzichten
79
3.1 P-‐NUTS Awards 13 april 2011 De P-‐NUTS Awards worden uitgereikt omdat we vinden dat de koplopers op het gebied van lokale duurzame energiebedrijven erkenning verdienen. De voorzitters van de P-‐NUTS Awards Jury, Herman en Herma Wijffels, zullen op 13 april 2011 deze "erkenning" uitdelen in de vorm van een P-‐NUTS Award en een geldprijs, aan de mensen die al jaren voor oplopen. Dat kunnen grote partijen zijn, vorig jaar was bijvoorbeeld de gemeente Heerlen genomineerd en ook bijvoorbeeld Alliander, of kleine lokale partijen zoals Texel Energie en de Natuurvereniging in Beetsterzwaag. Maar ook partijen met een goed idee dingen mee naar de “Mooiste Idee Award”. Zie de link voor de uitreiking van de Awards in 2010 door Herma en Herman Wijffels. http://www.new-energy.tv/overig/inleiding_herman_wijffels_bij_p_nuts_awards.html De inschrijving voor de P-‐NUTS Awards 2011 is gestart! Graag willen wij u uitnodigen uw ‘lokale duurzame energie’ project aan te melden een mee te dingen naar de P-‐NUTS Awards 2011’. De inschrijving sluit op 20 maart 2011. Wat zijn P-‐NUTS Awards? De koplopers op het gebied van lokale duurzame energie verdienen erkenning, daarom zullen de voorzitters van de P-‐NUTS Awards Jury"erkenning" uitdelen. Dit gebeurt (in aansluiting) op het congres ‘Succesvol Exploiteren van uw Lokale Duurzame Energiebedrijf’ van congresorganisatie IIR op 13 april 2011. De P-‐NUTS Awards 2011 (naamgeving onder voorbehoud): 1. InnovatieNetwerk -‐ Nieuwe Nuts Award 2. Mooiste burgerinitiatief 2. ABN AMRO -‐ Mooiste ondernemersinitiatief 3. Mooiste overheidsinititatief 4. WIJ KRIJGEN KIPPEN -‐ Mooiste Idee Award 5. IIR Conferenties -‐ Publieksprijs De eerste vier awards zijn voor reeds bestaande projecten. De 5e award wordt toegekend aan het meest veelbelovende plan of idee. De 6e award wordt toegekend door het publiek. Het kan dus zijn dat uw project met twee awards beloond wordt! Inschrijven kan vanaf 1 februari 2011 tot en met 20 maart 2011. Lees op www.p-nuts.nu alles wat nodig is om uw project in aanmerking te laten komen voor een P-‐NUTS Award 2011 en doe mee! Voor de genomineerden van de P-‐NUTS Awards is een gratis kaart voor de eerste congresdag, beschikbaar. Het P-‐NUTS Award programma vindt plaats van 13:00 tot ongeveer 18:00. De toegangsprijs voor dit deel is ook voor niet-‐genomineerden gratis! Wel graag aanmelden via
[email protected] De doelgroep van de P-‐NUTS Awards zijn alle professionals (gemeenten, corporaties, bedrijven) en particuliere initiatieven die een lokaal duurzaam energiebedrijf hebben opgezet of daar een mooi idee voor hebben. Zoals gezegd: een organisatie kan meerdere awards winnen. Naast eeuwige roem worden er ook (geld)prijzen ter beschikking gesteld door de sponsors, hierover later meer!
80
3.2 Plannen, ideeën, inzichten opgedaan tijdens reis
81
82