Brabantlaan 1
Ontwerp Besluit
Postbus 90151 5200 MC ’s-Hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15
[email protected] www.brabant.nl Bank ING 67.45.60.043 Postbank 1070176
Onderwerp
Reglement "Samenstelling en werkwijze bestuurscommissies voor de inrichting van het landelijk gebied van de provincie Noord-Brabant"
Nummer
Directie
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant
ROH
overwegende: dat met de inwerkingtreding van de Wet inrichting landelijk gebied op 1 januari 2007 (Stb. 2006, 666) de grondslag van een aantal Landinrichtingscommissies is vervallen; dat door ons bij besluit van dd-mm-jjjj is bepaald dat een aantal commissies voor de inrichting van het landelijk gebied het werk van de opgeheven Landinrichtingscommissies zullen voortzetten; dat wij het wenselijk achten dat wij ten aanzien van een aantal zaken met betrekking tot samenstelling en werkwijze een uniforme regeling voor voornoemde, en nog in te stellen, commissies voor de inrichting van het landelijk gebied vaststellen; gelet op: artikel 81 van de Provinciewet;
Besluiten
vast te stellen als volgt het reglement “Samenstelling en werkwijze bestuurscommissies voor de inrichting voor het landelijk gebied”: Het provinciehuis is vanaf het centraal station bereikbaar met stadsbus, lijn 61 en 64, halte Provinciehuis of met de treintaxi.
Artikel 1
Algemeen
Nummer
Dit reglement is van toepassing op door gedeputeerde staten van NoordBrabant ingestelde bestuurscommissies Inrichting Landelijk Gebied.
Artikel 2
Begripsomschrijvingen
In dit reglement wordt verstaan onder: a. Gedeputeerde Staten: Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant; b. Reconstructiewet: Reconstructiewet concentratiegebieden; c. Wilg: Wet inrichting landelijk gebied; d. gebiedsgericht beleid: gericht op de verbetering van de kwaliteit van het landelijk gebied, in elk geval tav natuur, recreatie, landschap, landbouw, sociaaleconomische vitaliteit, milieu, water en leefbaarheid voor zover het betreft de inrichting, gebruik en beheer van daarvoor specifiek in aanmerking komende delen van het landelijk gebied, met inbegrip van de reconstructie, bedoeld in artikel 4 van de Reconstructiewet; e. commissie: bestuurscommissie ex artikel 81 van de Provinciewet voor de inrichting van het landelijk gebied; f. reconstructie: voorbereiding, vaststelling en uitvoering van een onderling samenhangend complex van maatregelen en voorzieningen ter verwezenlijking van de doelstellingen van de Reconstructiewet; g. reconstructiecommissie: reconstructiecommissie als bedoeld in artikel 6 van de Reconstructiewet, ingesteld voor de Provincie Noord-Brabant door Provinciale Staten van Noord-Brabant bij besluit van ddmm-jjjj; h. reconstructieplan: reconstructieplan als bedoeld in artikel 11 van de Reconstructiewet; i. inrichtingsplan: inrichtingsplan als bedoeld in artikel 17 Wilg; j. gebiedscommissie een door Gedeputeerde Staten van NoordBrabant ingestelde commissie met vergelijkbare taken en bevoegdheden als een reconstructiecommissie.
2/2
Artikel 3
Commissie
Nummer
Gedeputeerde staten stellen een commissie in, indien zij dit noodzakelijk achten voor de inrichting van het landelijk gebied. Voordat zij hiertoe overgaan, kunnen zij de betreffende reconstructiecommissie(s) vragen hierover advies uit te brengen.
Artikel 4
Samenstelling
1. Gedeputeerde Staten beslissen bij de instelling van een commissie over de samenstelling hiervan. 2. Bij de instelling van de commissie zullen Gedeputeerde Staten erop toezien dat alle in het betreffende gebied betrokken belangen van enig gewicht voldoende en op een juiste manier vertegenwoordigd zijn. 3. Gedeputeerde Staten kunnen gedurende de instellingstermijn de samenstelling of het aantal leden van de commissie wijzigen. 4. De leden van de commissie hebben stemrecht. Gedeputeerde staten benoemen in een commissie drie, vijf of zeven stemgerechtigde leden. 5. Gedeputeerde Staten benoemen een onafhankelijk voorzitter. 6. Gedeputeerde Staten voegen een provinciaal adviseur toe aan de commissie. 7. Gedeputeerde Staten stellen een secretaris aan. 8. Gedeputeerde Staten kunnen adviseurs op grond van hun deskundigheid uitnodigen in de commissie zitting te nemen. 9. De voorzitter, de provinciaal adviseur, de secretaris en de adviseurs hebben geen stemrecht.
Artikel 5
Zittingsperiode
1. De leden, waaronder de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter van de commissie, worden voor een periode van vijf jaar benoemd door Gedeputeerde Staten. Een lid kan na afloop van zijn zittingsperiode terstond maar maximaal éénmaal worden herbenoemd. Bij zwaarwegende redenen kunnen Gedeputeerde Staten ertoe besluiten om een lid voor een derde periode te herbenoemen. 2. Degene, die in de commissie de plaats inneemt van een lid, wiens zittingsduur nog niet verstreken was, heeft zitting tot het einde van die duur.
3/3
Artikel 6
Benoeming en beëindiging lidmaatschap
Nummer
1. Gedeputeerde Staten kunnen een commissie opheffen. Opheffing zal niet geschieden voordat de commissie en de betreffende reconstructie- of gebiedscommissie(s) hierover advies is gevraagd. 2. De voorzitter en de leden kunnen te allen tijde ontslag nemen door een schriftelijke kennisgeving aan gedeputeerde staten. 3. Gedeputeerde Staten kunnen te allen tijde een lid of voorzitter, anders dan op eigen verzoek, gemotiveerd ontslag verlenen. 4. In het tijdvak liggende tussen het ontstaan van een vacature en de voorziening daarin wordt de commissie geacht volledig te zijn samengesteld. In dit geval zullen gedeputeerde staten bezien of de belangen, die door het ontslagen lid vertegenwoordigd werden, voldoende zijn meegewogen in de adviezen van de commissie.
Artikel 7
Nadere eisen leden en voorzitter
Bij de benoeming van de leden en voorzitter kunnen Gedeputeerde Staten nadere eisen stellen met betrekking tot het functioneren van de leden en de voorzitter en de evaluatie van het functioneren.
Artikel 8
Vervanging voorzitter
De commissie benoemt uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter. In voorkomende gevallen behoudt de plaatsvervangende voorzitter zijn stemrecht.
Artikel 9
Taak
1. De commissie heeft tot taak het inrichtingsplan uit te voeren, voor het deelgebied waarvoor de commissie is ingesteld. 2. Voor de uitvoering van deze taak ontvangt de commissie van gedeputeerde staten de volgende bevoegdheden, genoemd in de Wilg: 34 lid 3, 35, 38, 41, 44, 45, 65, 66, 68, 75 en 81, alsmede de bevoegdheid om aanvragen voor subsidies, vergunningen en ontheffingen in te dienen, voor zover dit noodzakelijk is ter uitvoering van de van gedeputeerde staten verkregen opdracht. 3. De commissie heeft verder tot taak om advies uit te brengen aan Gedeputeerde Staten over: a. de uitgangspunten van de herverkaveling of wijziging hiervan; b. de ingebrachte zienswijzen op een in procedure gebracht inrichtingsplan, ruilplan en lijst der geldelijke regeling; c. het in delen in uitvoering nemen van het inrichtingsplan ( artikel 37 lid 1 Wilg); 4/4
d. het aanpassen of wijzigen van het in uitvoering zijnde inrichtingsplan.
Artikel 10
Nummer
Relatie met reconstructieplan
1. De commissie neemt bij de uitvoering van haar taak het betreffende reconstructie- en/of gebiedsplan in acht. 2. Indien zij, bij de uitvoering van haar taak, voornemens is van het reconstructieplan, dan wel gebiedsplan af te wijken, treden zij hierover in overleg met de betrokken reconstructie- en of gebiedscommissie(s).
Artikel 11
Besluitvorming
1. De commissie kan geen besluiten nemen, indien niet tenminste de helft van de stemgerechtigde leden aanwezig is. 2. Besluiten van de commissie worden schriftelijk en ondertekend door de voorzitter en de secretaris uitgebracht en ter kennisname toegezonden aan gedeputeerde staten. 3. Indien niet bij eenparigheid van stemmen tot een besluit kan worden gekomen, worden besluiten bij meerderheid van stemmen genomen. Eventuele afwijkende standpunten kunnen op verzoek van het lid of de leden die een afwijkend standpunt hebben ingenomen, in het besluit tot uitdrukking worden gebracht. 4. De besluiten worden, zodra ze zijn geformuleerd, schriftelijk aan de leden van de commissie voorgelegd. 5. De besluiten, die niet staande de vergadering worden vastgesteld, worden in een volgende vergadering aan de commissie ter vaststelling aangeboden.
Artikel 12
Leden van Gedeputeerde Staten
1. Een lid van gedeputeerde staten kan desgewenst een vergadering van de commissie bijwonen. 2. Gedeputeerde Staten krijgen alle vergaderstukken toegezonden. In geval van oplegging van geheimhouding geldt de toezending ook voor de vergaderstukken waarbij geheimhouding is opgelegd.
Artikel 13
Vergaderfrequentie
1. De commissie vergadert zo vaak de voorzitter dat nodig acht of indien ten minste een derde van het aantal leden van de commissie daarom schriftelijk, en met opgave van redenen hebben verzocht. In het laatste
5/5
geval wordt de vergadering binnen een maand na indiening van het verzoek gehouden. 2. Gedeputeerde Staten kunnen de voorzitter van de commissie verzoeken een vergadering bijeen te roepen.
Artikel 14
Nummer
Werkwijze
1. De voorzitter stelt, na overleg met de secretaris, de agendapunten vast. 2. De voorzitter roept de leden op ter vergadering. 3. De agenda en de daarbij behorende stukken worden aan de leden en de adviseurs toegezonden, tenminste tien dagen voor de dag van de vergadering. 4. Na beëindiging van de werkzaamheden van de commissie wordt haar archief gedeponeerd in het provinciale archief.
Artikel 15
Subcommissies
De commissie heeft de mogelijkheid tot het instellen van een of meer subcommissies. Deze subcommissies beschikken niet over besluitvormende bevoegdheden.
Artikel 16
Openbaarheid
1. De vergadering van de commissie wordt in het openbaar gehouden. 2. De commissie kan besluiten haar vergadering, of een gedeelte daarvan, achter gesloten deuren te houden. 3. De deuren worden in ieder geval gesloten, wanneer in de vergadering aangelegenheden worden behandeld, die tot specifieke personen herleidbare belangen betreffen. 4. De commissie kan omtrent het in besloten vergadering behandelde en omtrent de inhoud van de stukken, die aan de commissie worden overgelegd, geheimhouding opleggen. Zij wordt in acht genomen totdat de commissie haar opheft.
Artikel 17
Orde
De voorzitter kan de commissie voorstellen om aan een commissielid, dat door zijn gedraging de geregelde gang van zaken belemmert, het verdere verblijf in de vergadering ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het lid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de voorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het lid
6/6
bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de commissievergadering worden ontzegd.
Artikel 18
Nummer
Sprekers
Op uitnodiging van de commissie kan een ieder ter vergadering toelichting en informatie verstrekken.
Artikel 19
Verslag
1. De secretaris maakt van de vergadering van de commissie een verslag op hoofdlijnen, dat na overleg met de voorzitter aan de leden en de adviseurs van de commissie wordt toegezonden. 2. Het verslag wordt in een volgende vergadering aan de commissie ter vaststelling aangeboden. 3. Na vaststelling wordt het verslag door de voorzitter en de secretaris ondertekend. Na ondertekening wordt het verslag tevens toegezonden aan Gedeputeerde Staten.
Artikel 20
Verantwoording
1. De commissie brengt jaarlijks verslag uit aan gedeputeerde staten over de verrichte werkzaamheden en de besluiten die zij heeft genomen in het kader van de gedelegeerde bevoegdheden. 2. Het inhoudelijke verslag wordt voorzien van een financiële verantwoording. 3. Dit verslag wordt uiterlijk voor 1 maart van het volgend kalanderjaar bij gedeputeerde staten ingediend. 4. De reconstructiecommissie krijgt tegelijkertijd een afschrift van het verslag.
Artikel 21
Vergoeding
Gedeputeerde Staten besluiten of de leden, de voorzitter en adviseurs recht hebben op een vergoeding. Vaststelling van eventueel te ontvangen vergoeding geschiedt op grond van de “Verordening rechtspositie gedeputeerden, statenen commissieleden” van de Provincie Noord-Brabant.
Artikel 22
Nadere regels
De commissie stelt zo nodig nadere regels op betreffende haar werkwijze en doet daarvan mededeling aan Gedeputeerde Staten.
7/7
Artikel 23
Afwijkingsbevoegdheid
Nummer
Gedeputeerde staten kunnen in bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van dit reglement.
Artikel 24
Titel
Deze regeling wordt aangehaald als : “Samenstelling en werkwijze bestuurscommissies voor de inrichting van het landelijk gebied.”
8/8
Toelichting
Nummer
Met de inwerkingtreding van de herverkavelingstitel van de Reconstructiewet concentratiegebieden en Wilg is de juridische grondslag van de landinrichtingscommissies vervallen. In het besluit “Instelling van bestuurscommissies voor de inrichting van het landelijk gebied” van Gedeputeerde Staten d.d. …worden voor een aantal landinrichtingsprojecten bestuurscommissies ingesteld. Onderhavig reglement is voor deze commissies van toepassing maar ook voor alle nog in te stellen commissies die met dezelfde taak en opdracht zullen worden ingesteld. Omdat deze commissies werkzaam zijn in een al bestaande context, is in dit reglement een aantal onderwerpen, dat afwijkt van de voormalige landinrichtingspraktijk, expliciet en gedetailleerd opgenomen. Daarnaast wordt in de artikelsgewijze toelichting ook ingegaan op de verschillen met de landinrichtingspraktijk.
Artikelsgewijze toelichting
Besproken worden alleen die artikelen die eventueel enige toelichting behoeven. Artikel 3 Het is expliciet niet de bedoeling dat voor elk inrichtingsproject een bestuurscommissie wordt ingesteld. Gedeputeerde staten zullen eerst bezien of partners in de streek, zoals gemeenten, waterschappen of particuliere initiatieven het project kunnen en willen dragen. Indien dit niet het geval is, kunnen Gedeputeerde Staten besluiten tot het instellen van een commissie. Afhankelijk van het soort project kunnen gedeputeerde staten ook besluiten tot het instellen van een platform in de zin van artikel 8 van het reglement van de reconstructiecommissie. Hiertoe zullen zij de betreffende reconstructiecommissie vragen. Artikel 4 Zoals bij de toelichting bij artikel 3 is aangegeven, behoeft niet voor elk project een commissie ingesteld te worden. Daarnaast hebben Gedeputeerde Staten de mogelijkheid om over de samenstelling van de commissie te beslissen en indien noodzakelijk te wijzigen als de situatie of de fase waarin het project zich bevindt dit vereist. Deze mogelijkheid hiertoe bestond reeds onder de Landinrichtingswet, doch hiervan werd zelden gebruik gemaakt.
9/9
In tegenstelling tot de huidige praktijk is er geen sprake meer van verplichte voordrachten door belanghebbende organisaties en instanties, noch van instemming met voorgedragen leden door voornoemde belanghebbenden. Gedeputeerde staten nodigen zelf de beoogde leden uit voor de commissie. Daarnaast voegen gedeputeerde staten een provinciaal ambtenaar als adviseur toe. Dit kan onder andere geschieden op grond van de complexiteit of schaal van de problemen in het betreffende gebied of indien provinciale belangen in het geding zijn. Primaire optie voor de positie van secretaris zijn ambtenaren van de Dienst Landelijk Gebied en/of de provincie.
Nummer
Met betrekking tot de genoemde adviseurs wordt in eerste instantie gedacht aan medewerkers van het Kadaster of de Dienst Landelijk Gebied. Ook kunnen door adviseurs belangen van een geringere waarde worden behartigd, zoals ook onder het regime van de Landinrichtingswet gebeurde. Artikel 7 Dit artikel geeft gedeputeerde staten expliciet de mogelijkheid het functioneren van de commissie nader te omschrijven en te evalueren. Hierbij kan gedacht worden aan het opstellen van profielschetsen, het houden van evaluatiegesprekken etc. Artikel 9 Het tweede lid van dit artikel bevat de kern van de reden van het bestaan van een commissie. De leden van de commissie worden geacht vanuit kennis van het gebied en met steun van hun achterban tot integrale afwegingen te komen. Artikel 10 Met betrekking tot de relatie van de bestuurscommissies met de reconstructiecommissies is hier opgenomen dat zij in ieder geval in overleg zal treden met de betrokken reconstructiecommissie(s) over de uitvoering van het project in het geval zoals in dit artikel beschreven. Artikel 13 Bij een commissie van vijf leden dient een derde van het aantal leden als twee gelezen te worden. Artikel 16 De commissie komt bijeen in openbaarheid, tenzij anders wordt besloten. Hierbij kan het voorbeeld uit de praktijk genoemd worden zoals in de landinrichtingscommissie Sint-Oedenrode gehanteerd wordt, waarbij elke vergadering een openbaar en een besloten gedeelte kent. 10/10
In ieder geval wordt de vergadering achter gesloten deuren gehouden, wanneer privacy-gevoelige zaken worden behandeld.
Nummer
Artikel 21 Gedeputeerde Staten hebben de bevoegdheid te besluiten de leden van een bepaalde commissie een vergoeding ter beschikking te stellen conform de in dit artikel genoemde provinciale verordening. Voornaamste criterium zal het aantal uren zijn dat de leden beschikbaar dienen te zijn voor de commissie.
’s-Hertogenbosch,
Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant,
,
voorzitter
,
secretaris
11/11