Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord Uitgangspunten & uitvoeringsagenda Definitief concept - april 2012
Auteur: Gemeente Leiden, Afd. Sociaal en Economisch Beleid Versie : definitief concept
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
Inhoudsopgave Samenvatting 3 Vooraf 5 Deel I: Beleidsvisie 7 1. Inleiding
2
8
2. Verantwoordelijkheden & algemene uitgangspunten
10
3. Genotmiddelen: gebruik, gebruikers en gevolgen
12
4. Preventiepiramide & ambitiebepaling
16
Deel II: Integrale beleidsagenda
19
5. Integraal beleid: de vier pijlers
20
6. Uitvoeringsagenda
23
7. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Voorlichting, bewustwording en educatie’
25
8. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Inrichting van de omgeving’
27
9. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Regelgeving en handhaving’
32
10. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Signalering, advies en ondersteuning’
35
11. Overkoepelende onderwerpen…
37
12. Effectmeting en evaluatie
38
13. Financiën
40
14. Actieoverzicht
43
Samenvatting Deze beleidsvisie is opgesteld als actualisatie
visie. Deze acties vormen gezamenlijk de uit
van de beleidsvisie ‘Iedereen Telt 2005-2009
voeringsagenda voor de komende jaren op het
Zuid- Holland Noord’ om de gezondheid van
gebied van verslavingspreventie. Om (overmatig)
jongeren te beschermen, door middel van een
alcoholgebruik effectief te voorkomen is een
regionale aanpak. De beleidsvisie vormt de basis
inzet op meerdere schaalniveaus nodig: zowel
voor een uniform, gemeenschappelijk beleid om
op regionaal niveau door bestuurders en regio-
alcoholgebruik bij jongeren zoveel mogelijk te
naal werkende partners als op lokaal niveaus
voorkomen en, waar wel alcohol gedronken
door de inzet van individuele gemeenten.
wordt, overmatig gebruik tegen te gaan. In de regio’s Zuid-Holland Noord en Midden Holland
De effectmeting van het beleid gebeurt via de
is voor het onderwerp alcoholmisbruik een
Jongerenpeiling van de GGD. Daarnaast zijn er
gezamenlijk Bestuurlijk Overleg Alcoholmatiging
indicatoren die de uitvoering van het beleid
(BOA) in het leven geroepen, waarin bestuur-
monitoren. In 2015 zal het uitgevoerde regio-
ders uit diverse sectoren samenwerken op het
nale beleid en de stand van zaken bij individu-
gebied van alcoholmatiging, van voorlichting
ele gemeenten geëvalueerd worden door de
en educatie (vooral via de GGD HM en Brijder
RDOG (voorbereid door de werkgroep BOA,
Verslavingszorg) tot handhaving (Openbaar
waarin het huidige Bestuurlijk Overleg Alcohol-
Ministerie, politie).
matiging zal opgaan en die onder de RDOG zal opereren).
In deze beleidsvisie wordt er voor gekozen de meeste aandacht te richten op de doelgroep
Voor het financieren van activiteiten zijn finan
jeugd en jongeren; zij ondervinden de meeste
ciële middelen nodig. In de regio Zuid-Holland
gezondheidsschade door (overmatig)
Noord is een budget van €429.000,- beschik-
alcoholgebruik.
baar, afkomstig uit de decentralisatie uitkering
Twee ambities zijn geformuleerd:
van het Rijk. Subsidiëring vindt plaats door
1. v erminderen van alcoholgebruik onder
de Gemeente Leiden vanuit haar rol als
de 16 jaar. 2. voorkomen van overmatig alcoholgebruik tussen 16 en 18 jaar.
centrumgemeente. Ten opzichte van 2011 verschilt deze inzet en verdeling van middelen weinig. Grotere
Om de gestelde ambities te bereiken is het van
verschuivingen zullen vanaf 2013 plaatsvinden.
belang deze te vertalen in concrete beleidsdoel-
Voor de Halt-leeropdracht wordt financiering
stellingen. Deze zijn vervat in de volgende vier
uit de regionale middelen gezien als overgangs-
pijlers in de beleidsvisie:
financiering, gemeenten moeten vanaf 2014
1. Voorlichting, bewustwording en educatie.
zelf middelen vrijmaken voor de bekostiging van
2. Inrichting van de omgeving.
deze leeropdracht. Belangrijker is dat door het
3. Regelgeving en handhaving.
effect van het beleid en de inzet op de voorkant
4. Signalering, advies en ondersteuning.
(voorlichting, educatie etc.) minder jongeren in aanmerking zullen komen voor de Halt-leer
Op basis van deze pijlers zijn verschillende lokale
opdracht. Om die reden worden vanaf 2014
en regionale acties geformuleerd in de beleids
middelen verschoven naar de voorkant.
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
3
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
Daarnaast stijgen ook de middelen voor deskundigheidsbevordering . Hier kan dan ook goed een snelle doorverwijzing naar de huisarts en zorgverzekeraar ingebed worden. Aangezien gemeenten hun eigen beleid in 2013 vaststellen, is er op termijn minder geld nodig voor beleidsadvisering aan gemeenten. Daarnaast worden door het BOA handreikingen geschreven die gemeenten kunnen gebruiken. In hoofdstuk 13 staat een tabel met overzicht van de besteding van de middelen van 2012 t/m 2015.
4
Vooraf Totstandkoming beleidsvisie
BOA en deze beleidsvisie zijn op elkaar afgestemd
In december 2010 is gestart met het ontwikke-
en komen daarom overeen.
len van deze regionale beleidsvisie verslavings-
Het BOA heeft, samen met de regionaal werken-
preventie. De visie is tot stand gekomen in
de instellingen, een stimulerende rol met betrek-
nauwe samenwerking tussen bestuurders en
king tot de uitvoering en verankering van het
ambtenaren in de regio met verschillende porte-
beleid uit de beleidsvisie, zeker in de komende
feuilles (veiligheid, handhaving, gezondheid,
maanden. Het uitdragen van de uniforme bood-
jeugd etc.) en de instellingen die actief bezig
schap ‘geen alcohol onder de 16 en zo min
zijn met het voorkomen van verslavingen en
mogelijk onder de 18’ is daarin een belangrijke
alcoholproblematiek. Op deze wijze is een inte-
taak. Daarnaast zal een aantal acties uit deze
grale visie ontstaan die inhoudelijk richting
beleidsvisie door de werkgroep BOA (de toekom-
geeft aan het regionale verslavingspreventiebe-
stige nieuwe vorm van het BOA, opererend onder
leid en ook aan dat van individuele gemeenten.
de RDOG) BOA uitgevoerd worden. Waar
Uiteindelijk is deze beleidsvisie ontstaan. De
bestuurlijke inzet gewenst is, zullen bestuurders
beleidsvisie vormt de basis voor een uniform,
van de RDOG en/of van de werkgroep BOA zelf
gemeenschappelijk beleid om alcoholgebruik bij
ook een actieve rol spelen.
jongeren zoveel mogelijk te voorkomen en, waar wel alcohol gedronken wordt, overmatig
Vaststelling & uitvoering beleidsvisie
gebruik te voorkomen. Wil dit beleid echt effec-
Het BOA heeft in december 2011 ingestemd met
tief zijn dan vraagt dit een gezamenlijke inzet
deze beleidsvisie die door de Gemeente Leiden is
van bestuurders, ambtenaren zowel in de diver-
voorbereid. In maart 2012 is de beleidsvisie ter
se overlegvormen in de regio Holland Rijnland
advisering voorgelegd aan de Veiligheidsregio
als in individuele gemeenten.
Midden Holland (zowel het DB als het AB) en de RDOG (Bestuurscommissie ZHN). Beide gremia
Relatie met visie en werkplan Bestuurlijk
hebben een positief advies gegeven op de inhoud
Overleg Alcoholmatiging (BOA)
van de beleidsvisie en ondersteunen daarmee de
Deze beleidsvisie is meerdere malen besproken
visie. De Gemeente Leiden zal de beleidsvisie,
in het BOA, waarin burgemeesters en wethou-
voorzien van beide adviezen voor zienswijzen
ders van verschillende gemeenten in de regio
sturen naar de andere gemeenten in Zuid-Holland
Zuid-Holland Noord zijn vertegenwoordigd. Dit
Noord. De Gemeente Leiden verzamelt de ziens-
leidde tot een nota met integraal beleid op het
wijzen van de gemeenten en stuurt deze, voor
gebied van verslavingspreventie.
zover het gaat over het beleidskader dat in de
Het BOA heeft zich daarnaast tot doel gesteld
visie geschetst wordt, naar de Veiligheidsregio en
richting te geven aan de uitvoering van bepaal-
RDOG. Vervolgens wordt de visie voor dat onder-
de onderdelen van het beleid: op publiek draag-
deel daar vastgesteld. Het College van B&W in
vlak, op regionaal in te zetten acties, op het
Leiden en de gemeenteraad van Leiden zal de
bieden van handreikingen aan gemeenten om
financiële paragraaf vaststellen omdat dat tot
alcoholmatigingsbeleid op te zetten. De activi-
haar bevoegdheid hoort. Het College zal bij de
teiten en doelstellingen van het BOA staan
vaststelling van het voorstel aan de raad ook de
beschreven in de visie en het werkplan van het
zienswijzen van de andere gemeenten over de
BOA. De doelstellingen en ambities van het
verdeling van de financiële middelen betrekken.
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
5
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
6
DEEL 1: BELEIDSVISIE
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
7
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
1. Inleiding Belang van gezondheid
Actualisatie huidig beleid
Gezondheid van jongeren is een groot goed
Eerder beleid was vastgesteld in de beleidsvisie
voor de maatschappij als geheel en is een
‘Iedereen Telt 2005-2009 Zuid-Holland Noord’
belangrijke voorwaarde voor de ontplooiing
(beleid gericht op preventie van alcoholschade
van jongeren zelf. Zij lopen risico’s op een
bij jongeren). De horizon van deze beleidsvisie
verminderde gezondheid door verleidingen
is inmiddels verlopen en het perspectief van
als alcohol, softdrugs, fast food etc.
deze beleidsvisie was voornamelijk gericht op
De gemeenten in Zuid-Holland Noord willen
de preventieve kant. Een actualisatie van het
beleid voeren om deze gezondheidsschade
huidig beleid biedt de kans om het beleid inte-
zoveel mogelijk te voorkomen. In dit hoofdstuk
graler te maken, waarbij meerdere sectoren
wordt beschreven waarom juist nu nieuw
betrokken zijn. Als bijvoorbeeld alleen jongeren
beleid noodzakelijk is. Vervolgd wordt met
op school horen dat alcohol ongezond is en zij
het schetsen van de verdeling van rollen,
het gemakkelijk naast school kunnen kopen
taken en verantwoordelijkheden en een aantal
omdat een supermarkt onvoldoende controleert
uitgangspunten (hoofdstuk 2). Dat hoofdstuk
op alcoholverkoop aan 16-minners, dan worden
wordt afgesloten met een vooruitblik op de rest
verschillende signalen afgegeven.
van de beleidsvisie.
Daarnaast is samenwerking in de regio nood zakelijk om het zgn. ‘waterbedeffect’ te voor
Toenemende aandacht voor alcohol
komen. Het is van belang gezamenlijk te
matiging in de regio
bepalen wat wel en niet mag en waar dus op
In de regio’s Zuid-Holland Noord en Midden
gehandhaafd wordt. Op deze manier wordt
Holland is voor het onderwerp alcoholmisbruik
voorkomen dat jongeren naar een gemeente
een gezamenlijk Bestuurlijk Overleg Alcohol
kunnen gaan waar bijv. handhaving minder
matiging (BOA) in het leven geroepen ,
‘streng’ is (het voorkomen van ‘dranktoerisme’).
1
waarin bestuurders uit diverse sectoren samenwerken op het gebied van alcoholmatiging,
Nieuw landelijk beleid
van voorlichting en educatie (vooral via de GGD
In mei 2011 is de landelijke Nota Gezondheids-
en Brijder) tot handhaving (Openbaar Ministerie,
beleid van het Ministerie van Volksgezondheid,
politie). De visie van het BOA is om met
Welzijn en Sport verschenen. Ook is er een
gezamenlijk en integraal beleid de alcohol
wijziging van de Drank- en Horecawet op komst
problematiek in de regio Zuid-Holland Noord
(verwachte volledige inwerkingtreding in juli
aan te pakken. Ook is er in de regio een toene-
2013). Gemeenten moeten zich voorbereiden
mende aandacht voor gezondheid. Er wordt in
op deze wijzigingen. Daarnaast kent het nieuwe
2012 op regionaal niveau gewerkt aan een
landelijke beleid een aantal speerpunten:
algemene nota volksgezondheid. Het beleid in
• Mensen zijn zelf verantwoordelijk voor hun
2
deze beleidsvisie wordt daarmee afgestemd.
leefstijl. Jongeren worden wel ondersteund omdat zij hierbij nog ‘geholpen’ moeten
Opdrachtgevers voor het Bestuurlijk Overleg zijn de Veiligheidsregio Hollands Midden, Regionale Dienst Openbare Gezondheidszorg Hollands Midden (waar de GGD deel van uitmaakt) en de intergemeentelijke samenwerkingsorganen Holland Rijnland en Midden Holland.
1
De regionale beleidsvisie wordt alleen opgesteld voor de gemeenten die deel uitmaken van de regio Zuid-Holland Noord. Zie ook noot 1.
2
8
worden. Leefstijlbrede interventies: jongeren worden weerbaar gemaakt tegen alle ver leidingen die in het leven bestaan, minder specifiek gericht op inhoudelijke thema’s.
• Gebruik effectieve leeftijdscontrolesystemen
satie van de jeugdzorg. De verwachting is dat
in horeca en winkels.Aanscherping
deze ontwikkelingen ook van invloed zullen
maatregelen tegen drankgebruik onder
zijn op gezondheidsbeleid. Dit moet in 2015
jongeren, bijv. invoering mogelijkheid tot
bekeken worden.
beboeting als een jongere onder de 16 in het bezit is van alcohol. • Focus op sport & bewegen, minder op andere specifieke leefstijlthema’s. De rol van de rijksoverheid bestaat uit het scheppen van goede voorwaarden voor gemeentelijk beleid: landelijke regelgeving, voldoende financiering, voldoende voorzieningen in de justitiële en (verslavings)zorgsector. Kader voor besteding middelen Deze nieuwe beleidsvisie biedt een kader voor de besteding van de beschikbare regionale middelen op het gebied van verslavingspreventie. Deze zijn afkomstig uit de Decentralisatie Uitkering Maatschappelijk Opvang en Verslavingszorg die Leiden namens de regio Zuid-Holland Noord van het Rijk ontvangt. Van de totale uitkering is in 2012 € 429.000,gereserveerd voor verslavingspreventie (de totale uitkering bedroeg in 2011 circa € 5,7 miljoen en wordt grotendeels besteed aan voorzieningen voor de opvang van daken thuislozen en verslaafden). Deze beleidsvisie geeft aan waar deze regionale middelen voor verslavingspreventie de komende jaren aan besteed zullen worden. Besteding geschiedt door middel van subsidiëring via de Gemeente Leiden. Horizon Deze beleidsvisie geeft een kader voor de besteding van de regionale middelen voor de jaren 2012 t/m 2015. Dan wordt er bekeken of er aanleiding is om het beleid te actualiseren en/of aan te passen. Het sociale domein is zeer in beweging, bijvoorbeeld door de decentrali
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
9
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
2. Verantwoordelijkheden & algemene uitgangspunten Rol van gemeenten & samenwerking
terreinen draagvlak is voor een integrale aanpak
met partners
van alcoholproblematiek in de regio. Het BOA
De verantwoordelijkheid van gemeenten beperkt
heeft tot doel om binnen enkele jaren goed
zich tot een aantal onderwerpen met een wette-
integraal beleid neer te zetten op het gebied
lijke basis. Gemeenten hebben verantwoordelijk-
van alcoholmatiging. Deze beleidsvisie draagt
heden en beïnvloedingsmogelijkheden van het
hieraan bij en geeft hier mede richting aan
Rijk gekregen via de Wpg, via de Wmo, via de
(naast het werkplan en de visie van het BOA
Drank- en Horecawet, via de Wet op de Ruimte-
zelf).
lijke Ordening, de Algemene Wet Bestuursrecht
Het BOA zal, zoals het nu bestaat, waarschijnlijk
(subsidiëring van instellingen). Andere wetten
op termijn opgeheven worden. Op het moment
leggen verantwoordelijkheden neer bij andere
van schrijven van deze beleidsvisie is de ver-
organen, zoals de provincie voor de uitvoering
wachting is dat het BOA ‘omgevormd’ wordt
van de Wet op de Jeugdzorg en verzekeraars
in een werkgroep die opereert onder de
voor de uitvoering van de Zorgverzekeringswet.
RDOG. In de uitvoeringsagenda (deel van
Dit betekent dat de bevoegdheden van de
deze beleidsvisie) wordt een aantal acties
gemeente beperkt zijn tot het stellen van
geformuleerd waarin het BOA (in de nieuwe
gemeentelijke regels, sturing via subsidie
vorm van de werkgroep) een rol heeft.
afspraken en ruimtelijke ordening. Gemeenten
De rollen van het BOA kunnen onderverdeeld
kunnen daarnaast ook afspraken maken met
worden in twee typen: 1) bestuurlijke acties
andere organisaties over onderwerpen waar de
(dus door de bestuurders zelf) en 2) begeleiden
gemeente niet direct een verantwoordelijkheid
van uitvoering van acties door uitvoerende
voor heeft. De sturende mogelijkheden van
instellingen. Bijv. een bestuurder haakt aan
gemeenten zijn beperkt, maar er zijn toch
wanneer dit wenselijk is. In het vervolg van
mogelijkheden om regie te voeren en initiatieven
deze beleidsvisie wordt, waar het gaat om
voor samenwerking te nemen. Het gaat hier
toekomstige acties, daarom gesproken
bijvoorbeeld om afspraken met supermarkten,
over de ‘Werkgroep BOA’ in plaats van
slijterijen, zorgverzekeraars etc. De markt is hier
het ‘BOA’.
leidend in en gemeenten kunnen commerciële bedrijven slechts tot op zekere hoogte sturen
Algemene uitgangspunten voor
en regels opleggen (en hierop handhaven).
goed beleid
Bijvoorbeeld: gemeenten kunnen supermarkten
In de beleidsvisie zullen de doelstellingen
niet verbieden alcohol te verkopen, maar wel
meer uitgewerkt worden met in te zetten
afspraken met hen maken over hoe op leeftijds-
instrumenten. Dit gebeurt onder meer door
grenzen gecontroleerd wordt. Dergelijke
gebruik te maken van de resultaten van
afspraken versterken het gemeentelijke beleid.
de werkgroepen die door het BOA Hollands Midden zijn ingesteld. Er zijn echter ook
Rol van het BOA
algemene richtlijnen op te stellen om beleid
In de inleiding van deze beleidsvisie is al
en beleidsinstrumenten zo doelmatig en
aandacht besteed aan de rol van het BOA.
doeltreffend in te zetten. Deze zijn:
De oprichting van het BOA geeft aan dat er
• Beleid sluit aan bij lokaal, regionaal en
vanuit de verschillende gremia en beleids
10
landelijk beleid en ontwikkelingen.
• Activiteiten en voorzieningen die op basis
worden deze keuzes doorvertaald naar twee
van het beleid uitgevoerd gaan worden,
ambities voor deze beleidsvisie. Hoofdstuk 5
hebben een regionaal karakter. Daarnaast
geeft een beschrijving van de vier pijlers
werken uitvoerders samen om tot een
waarop ingezet gaat worden om de ambities
optimale afstemming van activiteiten te
te bereiken, welke zijn afgeleid van de landelijke
komen om zo overlap te voorkomen. Ook
Handreiking Gezonde Gemeente van
bestaande activiteiten kunnen gebruikt
het Centrum voor Gezond Leven.
worden om alcohol onder de aandacht te
Om het beleid concreet te maken wordt er
brengen van jongeren en hun omgeving.
per pijler aangegeven wat de acties zijn die
• Preventieactiviteiten richten zich op universele
uitgevoerd moeten worden om het beleid
en/of selectieve preventie
voor die pijler vorm te geven (Deel 2 van
(verantwoordelijkheid gemeente). Daarnaast
deze beleidsvisie).
wordt gekeken naar samenwerking met partners die andere vormen van preventie uitvoeren. Deze zijn immers ook onderdeel van de keten. • Het beleid is integraal en betrekt meerdere beleidsterreinen. • De beleidsvisie geeft een kader voor regionaal en lokaal beleid en geeft heldere keuzes voor de inzet van de regionale middelen uit de decentralisatie uitkering. • Er wordt aandacht besteed aan monitoring, verantwoording en evaluatie. • Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met beleidsinstrumenten waarvan de effectiviteit bewezen is. Deze punten worden in acht genomen bij het beleid in deze beleidsvisie. Opbouw van de beleidsvisie (leeswijzer) Om goede beleidskeuzes te maken is het van belang zicht te hebben op de doelgroepen van beleid (wie willen we met ons beleid bereiken?) en op de problematiek die we op willen lossen (wat zijn de consequenties als we geen beleid uitvoeren?). Dit inzicht wordt gegeven in hoofdstuk 3, waarbij ook een keuze wordt gemaakt voor een focus op de doelgroep jongeren (en hun omgeving) en voor een focus op het genotmiddel alcohol. In hoofdstuk 4
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
11
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
3. Genotmiddelen: gebruik, gebruikers en gevolgen 3.1 Doelgroepen
de schade door (overmatig) alcoholgebruik bij
Verslavingspreventie is een breed begrip dat
jongeren tussen van 16 en 17 jaar is aanzienlijk
betrekking kan hebben op meerdere bevol-
groter dan schade bij volwassenen. De gezond-
kingsgroepen en op het voorkomen van meer-
heidsschade door alcoholgebruik is zo ernstig
dere soorten verslavingen aan verschillende
dat in deze beleidsvisie wordt ingezoomd op
genotmiddelen. Zo kan verslavingspreventie
het genotmiddel alcohol.
gaan over het überhaupt voorkomen van hard-
Doelstelling van het beleid is om het gebruik
en softdruggebruik bij jongeren, over het ver-
van genotmiddelen, waaronder met name
helpen van een verslaving aan sigaretten bij
alcohol, zodanig te matigen dat jongeren zich
volwassenen om hart- en vaatziekten te voorko-
volledig kunnen ontplooien omdat verslavingen
men of over het voorkomen van het afglijden
en de fysieke gevolgen van genotmiddelen
van jongeren naar criminaliteit door een teveel
gebruik voorkomen worden.
aan alcohol of drugs. Deze voorbeelden laten
De keuze die hier gemaakt wordt om in te
zien dat verslavingspreventie een breed begrip
zoomen op de doelgroep ´ jongeren´ past bij
is. Om effectief te kunnen zijn is het belangrijk
de keuze die het huidige kabinet maakt voor
keuzes te maken. Om dit te doen wordt eerst
een focus op jongeren (VWS, Gezondheid
gekeken naar de verschillende doelgroepen:
Dichtbij, mei 2011, p. 23).
De volgende doelgroepen worden Ad 2 Volwassenen (18 tot 64 jaar)
onderscheiden: 1. Jeugd/jongeren (tot 18 jaar)
3
Volwassenen zijn in deze beleidsvisie een
2. Volwassenen (18 tot 64 jaar)
belangrijke doelgroep, omdat zij in gezins
3. Ouderen (65+)
verband het gedrag van jongeren (kunnen)
4. Mensen met een complexe problematiek.
beïnvloeden en daarmee de ontwikkeling van een verslaving een halt kunnen toeroepen.
Ad 1 jeugd/jongeren (tot 18 jaar)
Zelf kunnen zij ook verslavingen hebben, die in
In deze beleidsvisie wordt ervoor gekozen de
sommige, maar niet in alle gevallen aan het licht
meeste aandacht te richten op de doelgroep
komen omdat meer complexe problematiek
jeugd en jongeren, passend bij de visie die
ontstaat (schulden, huiselijk geweld etc.).
het BOA heeft uitgesproken.
Gemeenten hebben een breed vangnet voor
Jongeren, in vergelijking met ouderen of
dergelijke situaties, waarbij instanties als
volwassenen, ondervinden de meeste gezond-
schuldhulpverlening, maatschappelijk werk,
heidsschade door (overmatig) alcoholgebruik,
GGD, jeugdzorg etc. een belangrijke rol spelen.
omdat zij geestelijk en lichamelijk nog in
Deze beleidsvisie richt zich naast de preventie
ontwikkeling zijn. Door alcoholgebruik op
bij jongeren ook op het vroegtijdig signaleren
jonge leeftijd kan hersengroei belemmerd
en aanpakken van verslavingen bij ouders,
worden en hersenen kunnen zelfs ernstige
omdat zij een belangrijke voorbeeldfunctie
schade oplopen. Deze schade is het grootst
hebben voor hun kinderen.
bij jongeren onder de 16 jaar, maar ook
Het ontmoedigen van genotmiddelengebruik door volwassenen wordt hier gezien als een
Dit betekent niet dat deze leeftijdsgrens strikt is. Bijvoorbeeld ook jongeren ouder dan 18 jaar kunnen beïnvloed worden door een bepaalde aanpak.
3
12
verantwoordelijkheid van volwassenen zelf. Onder de volwassenen worden ook jong
volwassenen verstaan in de leeftijdscategorie
3.2 Gebruik en effecten van genotmiddelen
vanaf 18 tot 23 jaar (dit zijn onder meer
Genotmiddelen zijn psycho-actieve stoffen die
studenten). Hiervoor geldt hetzelfde principe.
door mensen worden gebruikt om zich beter te voelen. Veel, zo niet alle, genotmiddelen
Ad 3 Ouderen (65+)
hebben op termijn een verslavend effect.
Voor ouderen bestaat een breed spectrum aan
Er zijn verschillende soorten genotmiddelen.
gemeentelijke voorzieningen, dat onder invloed
Tabak en alcohol zijn daarbij de meest bekende,
van de Wmo in 2007 op gemeentelijk niveau is
samen met koffie en thee (cafeïne). Andere
geïntensiveerd. Gemeenten voorzien in onder-
genotmiddelen zijn softdrugs (marihuana, hasj
steuning en begeleiding van ouderen die dit
etc.) maar ook harddrugs (heroïne, cocaïne).
nodig hebben, bijvoorbeeld via ontmoetings
Recentelijk is een opkomst van het zeer
activiteiten in de wijk. Veel ouderen zijn in
verslavende middel GHB waarneembaar.
beeld bij gemeenten en organisaties in de wijk.
Daarnaast stijgt de verkoop van energy drinks
Daarnaast hebben gemeenten een individuele
explosief (toename van 30% per jaar).
verantwoordelijkheid rond ouderengezondheids
Verslavingen blijven niet beperkt tot ver
zorg vanuit de Wet publieke gezondheid (Wpg).
slavingen door genotmiddelen. Er zijn nog
Ondersteuning en activiteiten richten zich over
meer zaken waar men verslaafd aan kan raken
het algemeen op bewegingsstimulering en
door het veel te doen. Hierbij valt te denken
het voorkomen van depressies en is veelal
aan gameverslavingen en gokverslavingen.
intensiever in wijken waarin meer ouderen met gezondheidsachterstanden wonen.
Er blijkt samenhang te zijn tussen roken (weke-
Gezien dit brede spectrum aan activiteiten
lijks), cannabisgebruik (ooit) en alcoholgebruik
gericht op ouderen vanuit de Wmo en Wpg
(afgelopen maand) bij jongeren tussen de 12
zijn ouderen geen specifieke doelgroep van
en 16 jaar. Jongeren die in de afgelopen maand
beleid voor de beleidsvisie verslavingspreventie.
alcohol dronken, hebben een bijna 7 keer zo grote kans om te roken en een bijna 9 keer
Ad 4 Mensen met een complexe problematiek
zo grote kans om cannabis te gebruiken als
Mensen met een complexe problematiek
niet-drinkende jongeren (Volksgezondheid
zijn in deze beleidsvisie bijvoorbeeld dak- en
Toekomst Verkenning, RIVM, 2010). Er bestaat
thuislozen en/of mensen die in de maatschap-
nog onduidelijkheid over de mate waarin
pelijke opvang verblijven. Dit zijn groepen
genetische factoren een rol spelen in de ont-
die door gemeenten ondersteund worden
wikkeling van een verslaving. Ook opvoeding
via de Wet maatschappelijke ondersteuning
en omgeving speelt hierbij een belangrijke rol.
(Wmo). Vaak hebben zij al een of meerdere
Cijfers geven geen uitsluiting over de precieze
verslavingen en veelal hebben zij ook een
verhouding tussen de invloed van genen versus
chronische psychiatrische problematiek.
de invloed van opvoeding en omgeving.
Deze groep is de doelgroep van beleid in het ‘Regionaal Kompas 2008-2013 Zuid-Holland
Gevolgen van (overmatig) gebruik
Noord: Op volle kracht vooruit’.
Gevolgen van gebruik zijn te onderscheiden
De maatregelen in het Regionaal Kompas
in fysieke gevolgen (zowel op de korte als
geven een brede dekking en behoeven
lange termijn) en maatschappelijke gevolgen.
geen bijstelling.
Alcohol heeft duidelijke fysieke gevolgen,
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
13
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
te weten effecten op hersenfuncties, op de
dat overmatig alcoholgebruik de Nederlandse
lever en op de maag. Voorbeeld hiervan is
maatschappij in 2001 ca. € 2,56 miljard kostte
dat als iemand langdurig gemiddeld meer dan
(o.a. voor verslavingszorg, productiviteitsverlies,
25 glazen alcohol per week drinkt, die persoon
misdrijven/overtredingen etc.).5
het risico loopt op hersenbeschadiging. Het hersenvolume kan bij overmatige drinkers
Alcoholgebruik in Zuid-Holland Noord
met wel 15% krimpen. Voor jongeren onder
Een aantal kenmerken van alcoholgebruik door
de 23 jaar is ieder alcoholgebruik schadelijk,
jongeren in Zuid-Holland Noord is hieronder
omdat pas op 23-jarige leeftijd de hersenen
op een rijtje gezet 6:
volledig volgroeid zijn.
• In Zuid-Holland Noord is alcoholgebruik door jongeren sinds 2003 van 57% afgenomen
Bingedrinking door jongeren levert, naast lan-
tot gemiddeld 47% in 2008. Dit was in
ge termijn gevolgen, ook acute gevolgen op:
1998 51% (jongeren van 12 – 17 jaar).
• Afname van het denkvermogen
Deze trend is zichtbaar in alle delen van
• Grotere kans op black-outs en
Zuid-Holland Noord.
4
alcoholvergiftiging
• Na een stijging sinds 1998 van 23% naar 35% in 2003 is er na 2003 een sterke
• Acute schade aan alle organen die rechtstreeks met de alcohol in
afname te zien in het alcoholgebruik
aanraking komen
onder jongeren in Zuid-Holland Noord
• In korte tijd een stijging van de bloeddruk
van 12-14 jaar van 35% naar 21%.
• Hartaandoeningen en herseninfarct
Ditzelfde beeld is zichtbaar bij jongeren van 15-17 jaar, alleen het beeld is minder sterk
doordat het bloed minder goed stolt
(resp. 1998 74%, 2003 78%, 2008 72%).
• Nierfalen door uitdroging van het lichaam Op de langere termijn heeft overmatig alcoholgebruik ook maatschappelijke gevolgen,
voornamelijk geconsumeerd in thuissituaties
bijvoorbeeld omdat jongeren gaan spijbelen,
en in uitgaansgelegenheden. De alcohol
voortijdig hun school verlaten, waardoor ze
consumptie in sportkantines is relatief laag
zich niet optimaal kunnen ontplooien en eerder
(voor 16-17 jarigen 13% in sportkantines
een beroep doen op het sociale vangnet.
tegenover 79% in uitgaansgelegenheden
Overmatig alcoholgebruik leidt ook tot meer
en 76% in thuissituaties).
overlast op straat en kan gevoelens van
• Jongeren op het VMBO drinken gemiddeld
onveiligheid oproepen bij medeburgers.
meer en eerder dan jongeren op
Een ander gevolg is ook huiselijk geweld dat
de HAVO/op het VWO.
vaak voorkomt als gevolg van alcoholmisbruik.
• Landelijk is het percentage alcoholdrinkers
Dit leidt ook tot een grotere vraag naar
onder 12-17 jarige leerlingen in het voort
maatschappelijke ondersteuning, jeugdzorg.
gezet onderwijs afgenomen van 58% in 2003
De maatschappelijke kosten van overmatig
naar 51% in 2007. Deze afname wordt
alcoholgebruik zijn hoog. KPMG heeft berekend
volledig verklaard door de afname onder
4
14
• In Zuid-Holland Noord wordt alcohol
Bingedrinking wordt omschreven als: zoveel drinken dat het bloedalcoholgehalte tot 0,8 promille stijgt. Dit komt bij mannen neer op 6 glazen in 2 uur en bij vrouwen op 4 glazen in 2 uur. Het effect van stapeling kan echter ook ontstaan als meerdere glazen over langere tijd worden gedronken.
STAP, 2010, Factsheet ‘De maatschappelijke kosten en schade van alcoholgebruik’.
5
6
Cijfers zijn afkomstig uit de Jeugdpeilingen die door de GGD Hollands Midden in 1998, 2003 en 2008 zijn uitgevoerd.
12-14 jarige leerlingen. Het percentage alcoholdrinkers onder 15-17 jarigen is gelijk gebleven (Trimbos-instituut, 2007). Risicofactoren alcoholgebruik In de literatuur wordt een aantal risicofactoren voor (overmatig) alcoholgebruik genoemd. In bovenstaande is al aangegeven dat het schooltype een invloed heeft. De belangrijkste risicofactoren bij jongeren die over het algemeen worden genoemd, zijn: oplopende leeftijd, autochtone of westers-allochtone etniciteit, positieve houding van ouders ten opzichte van alcoholgebruik en de aanwezigheid in het gezin van een stiefouder of alleenstaande ouder.
Hersenscan van een 15-jarige jongen
Hersenscan van een 15-jarige jongen
'drinkt niet'
'drinkt veel, vaak en is jong begonnen'
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
15
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
4. Preventiepiramide & ambitiebepaling In het vorige hoofdstuk hebben we inzicht
bereikt worden en zich bewust worden van
gekregen in het gebruik van genotmiddelen
de gevolgen van bijvoorbeeld alcoholgebruik.
door jongeren en in de schadelijke effecten
Dit kan bijvoorbeeld door het geven van
daarvan. Hieruit blijkt dat alcoholgebruik het
voorlichting op scholen, maar ook door het
meest schadelijk is voor de ontwikkeling van
beperken van de fysieke beschikbaarheid
jongeren, met name bij jongeren onder de 16
van alcohol. Preventie is universeel als er geen
jaar. Aandacht voor andere genotmiddelen mag
onderscheid gemaakt wordt in het type
niet ontbreken, maar de ambities van het beleid
jongeren dat bereikt wordt (onderzoek laat
richten zich in eerste instantie, vanuit de doel-
zien dat als er wel specifieke aandacht is voor
stelling om gezondheidsachterstanden bij jon-
bepaalde groepen jongeren dat dit niet leidt tot
geren te voorkomen, op preventie van
bewustwording maar tot een averechts effect
schadelijk alcoholgebruik.
omdat jongeren juist nieuwsgierig worden).
7
Dit gebeurt wel als er sprake is van selectieve De preventiepiramide
preventie. Dan richten instrumenten zich op
De preventiepiramide is een instrument dat de
specifieke groepen jongeren, bijvoorbeeld
keuzemogelijkheden voor gemeentelijk beleid
jongeren waarbij een of meer risicofactoren
weergeeft, omdat het verschillende vormen
(zie hierboven) aanwezig zijn. Beleid gericht
van preventie onderscheidt. De piramide wordt
op verschillende leeftijdsgroepen leidt niet
hieronder uitgelegd voor het onderwerp alcohol
automatisch tot selectieve preventie: als beleid
en jongeren.
zich richt op alle jongeren van 15 en 16 dan spreken we over universele preventie voor die leeftijdscategorie. Zorggerel. prev.
Geïndiceerde preventie vindt plaats als er sprake is van een hoog risico op een bepaalde ziekte, zoals een alcoholverslaving, of waar er al sprake
Geïndiceerde preventie
is van problematisch drinken, maar waar nog geen verslaving aanwezig is. De (figuurlijke) ‘indicatie’ houdt dan in dat een jongere aan-
Selectieve preventie
spraak kan maken op hulp (ofwel zorg) die vergoed wordt in een (aanvullende) de zorg verzekering en is bedoeld om ernstigere
Universele preventie
gezondheidsschade te voorkomen. Wanneer er sprake is van een hoog risico wordt bepaald door de rijksoverheid die aangeeft wanneer er
Universele preventie vindt plaats als alcohol
recht is op (preventieve) behandeling uit de
gebruik door alle jongeren, met name
Zorgverzekeringswet. Dit gebeurt veelal door
jongeren onder de 16 jaar, ontmoedigd wordt.
middel van het invullen van een vragenlijst.
Het universele karakter van de preventie moet
Er is sprake van zorggerelateerde preventie
ertoe leiden dat zoveel mogelijk jongeren
als zorgverlening plaatsvindt bij iemand die al een aandoening heeft en is preventie die
7
16
RIVM,2009, Van Amsterdam et al. Ranking van drugs, p.87. Alleen het drug ‘crack’ is schadelijker.
gericht is op het voorkomen van complicaties,
het verergeren van de ziekte en het voorkomen
12-13 jarigen was dit in 2003 27% en in 2008
van verdere beperkingen in bijv. de mobiliteit.
14 %, voor 14-15 jarigen was dit in 2003 57 %
Dus ook bijvoorbeeld het voorkomen van
en in 2008 45 %). De regio Zuid-Holland Noord
de ontwikkeling van ernstige psychiatrische
wil deze daling door laten zetten:
problematiek door een alcoholverslaving. Ambitie 1: het percentage jongeren onder de 16 in Zuid Holland Noord dat alcohol gebruikt daalt de komende jaren verder. In 2015 is dit percentage voor jongeren van 12 en 13 jaar naar 10 % en voor jongeren van 14 en 15 jaar naar 40 %. 89
Wpg en Zorverzekeringswet In de Wpg en in de Zorgverzekeringswet is geregeld dat universele en selectieve preventie gemeentelijke taken zijn en dat geïndiceerde en zorggerelateerde preventie een ver antwoordelijkheid zijn van zorgverzekeraars,
Ambitie 2: voorkomen overmatig alcoholgebruik tussen de 16 en 18 jaar
uitgevoerd door zorgverleners. Het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik door jongeren,
Op het gebied van selectieve preventie wil
onderwerp van deze beleidsvisie, beperkt zich
de regio Zuid-Holland Noord voorkomen dat
daarom tot universele en selectieve preventie.
jongeren die wettelijk wel alcohol mogen
Echter, het is lastig een duidelijk onderscheid te
drinken, hier onverantwoord mee omgaan.
maken tussen selectieve en geïndiceerde pre-
Dit om de ontwikkeling van verslaving zoveel
ventie, er is hier sprake van een grijs gebied.
mogelijk te beperken, alsook om gezond
Later in deze beleidsvisie, waar we spreken over
heidsschade (die immers ook in deze leeftijds
de pijlers rond alcoholgebruik, zullen we nog
categorie nog voorkomt) zoveel mogelijk
op dit onderscheid terugkomen.
te voorkomen. De maatstaf voor overmatig alcoholgebruik voor jongeren tussen de 16
Hieronder worden twee ambities geformuleerd,
en 18 jaar ligt lager dan de norm voor alcohol-
een gericht op universele preventie, de tweede
gebruik door volwassenen. Voor volwassenen
gericht op selectieve preventie. In de volgende
zijn deze normen (www.stap.nl):
hoofdstukken worden deze uitgewerkt en van
• maximaal twee standaardglazen per dag
acties voorzien.
voor een vrouw • maximaal drie standaardglazen per dag
Ambitie 1: v erminderen alcoholgebruik onder de 16 jaar
voor een man • minimaal twee dagen per week geen
Op het gebied van universele preventie heeft
alcohol drinken (om het gevaar van
de regio Zuid-Holland Noord de ambitie om
de gewoonte in voorkomen)
alcoholgebruik onder de 16 jaar zoveel mogelijk
• niet drinken bij vermoeidheid of als reactie
te voorkomen. Immers, alcoholgebruik onder
op spanningen/persoonlijke problemen
de 16 leidt tot meer hersenschade dan bijvoorbeeld alcoholgebruik tussen de 16 en 18 jaar. Het huidige (landelijk en regionaal) beleid heeft
9
ertoe geleid dat er sinds 2003 een daling zichtbaar is in het aantal jongeren in Zuid-Holland Noord onder de 16 dat alcohol gebruikt (voor
Cijfers zijn gebaseerd op de Jongerenpeiling die iedere vijf jaar door de GGD wordt uitgevoerd. De volgende peiling wordt in 2013 uitgevoerd.
8
Het is zinvol om de ambities uit het werkplan van het Bestuurlijk Overleg Alcohol en de ambities uit deze beleidsvisie op elkaar af te stemmen, bij voorkeur gelijkluidend te laten zijn. Dit leidt tot algemene ambities waar in de gehele regio overeenstemming over bestaat.
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
17
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
Cijfers laten ook voor oudere jongeren een
Het beleid zal zich met name richten op
daling in alcoholgebruik sinds 2003 zien (van
alcoholgebruik, maar waar aangesloten
78% naar 72% in 2008). De vraag is echter in
kan worden bij beleid rond alcohol, zal ook
hoeverre ook overmatig alcoholgebruik bij deze
het voorkomen van schade door andere genot-
groep is gedaald.
middelen en verslavende zaken onderwerp
Er is een stijging te zien in het gemiddeld aantal
van het beleid zijn.
glazen dat door jongeren tussen de 15 en 17 per week wordt gedronken in Zuid-Holland Noord (resp. 1996 5,0 – 2003 6,0 – 2008 8,8). Van belang is in ieder geval om dit gemiddeld aantal glazen per week terug te dringen en deze stijgende trend om te buigen in een neerwaartse. Uiteindelijk zal dit ook leiden tot minder alcoholgebruik over het algemeen in deze leeftijdscategorie. Ambitie 2: In 2015 is het gemiddeld aantal glazen dat jongeren tussen de 15 en 17 drinken in Zuid-Holland Noord afgenomen naar 5,0 glazen gemiddeld per week.10 Samenvattend zal het beleid zich richten op twee doelgroepen jongeren, te weten de jongeren onder de 16 en de jongeren van 16 tot 18 jaar. De regio Zuid-Holland Noord richt zich voor deze twee groepen op respectievelijk universele en selectieve preventie. Andere vormen van preventie zijn de ver antwoordelijkheid van andere actoren, echter een goede afstemming met hen is belangrijk. Zoals al beschreven, is de gezondheidsschade voor andere doelgroepen in verhouding tot de gezondheidsschade bij jongeren minder. Ook ziet de regio Zuid-Holland Noord het als verantwoordelijkheid van volwassen inwoners zelf om niet overmatig alcohol te gebruiken, wat aansluit bij de lijn die de rijksoverheid kiest. Daarnaast zijn er voor volwassenen en ouderen voldoende voorzieningen om in te grijpen als het alcoholgebruik overmatig dreigt te worden (bijv. via de Wmo of via de Zorgverzekeringswet). Bron: Scholierenpeiling Trimbosinstituut (cijfers 2003) en GGD Jongerenpeiling (cijfers 2008)
10
18
DEEL 2: INTEGRALE BELEIDSAGENDA
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
19
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
5. Integraal beleid: de vier pijlers Om de gestelde ambities te kunnen bereiken is
fysieke gevolgen van alcoholmisbruik dienen
het van belang deze te vertalen in concrete
hierin aandacht te krijgen (zie paragraaf 3).
beleidsdoelstellingen. Deze doelstellingen
De aanpak van VWS in de landelijke nota
richten zich op verschillende beleidssectoren
gezondheidsbeleid Gezondheid Dichtbij uit
om uiteindelijk tot integraal beleid te komen.
mei 2011 focust zich op deze pijler (p. 25).12
De afstemming van activiteiten op verschillende terreinen leidt immers tot een effectiever beleid
2. Inrichting van de omgeving
(VTV, 2010). Bijvoorbeeld: voorlichting geven
Bij de inrichting van de omgeving gaat het om
aan ouders en jongeren over alcoholgebruik
het beperken van de fysieke beschikbaarheid
leidt tot betere resultaten als er ook minder
van alcohol. Op deze manier worden jongeren
alcohol voor jongeren beschikbaar is (zoals op
minder in de verleiding gebracht om alcohol
schoolfeesten of op sportverenigingen).
te gebruiken (omdat alcohol minder dichtbij
Hierbij wordt nadrukkelijk gekeken naar
verkrijgbaar is). Beleidsterreinen die hierbij
de raakvlakken met andere beleidsterreinen,
betrokken zijn, zijn ruimtelijke ordening
zoals onderwijs, jeugd/jeugdzorg en sport,
(bestemmingsplannen), sport (alcoholgebruik
economie/horeca. Van belang is ook de conti-
op sportverenigingen), evenementen etc.
nuïteit in de activiteiten die op de verschillende beleidsterreinen worden uitgevoed.
3. Regelgeving en handhaving
De integraliteit van beleid wordt weergegeven
Op basis van de Drank- en Horecawet hebben
via vier pijlers waarin de diverse doelstellingen
gemeenten de mogelijkheid om de landelijke
vervat zijn:
regels voor alcoholverkoop en -verstrekking
11
aan te vullen. Dit gebeurt in de lokale Drank- en 1. Voorlichting, bewustwording en educatie
Horecavergunning. In feite gaat het hier ook
Door het geven van voldoende voorlichting en
om regulering om zo de beschikbaarheid van
educatie over de gevolgen van (overmatig)
alcohol te beperken.
alcoholgebruik wordt de bewustwording
Daarnaast kunnen gemeenten in de Algemene
hierover vergroot. Voorlichting en educatie
Plaatselijke Verordening (APV) beperkingen
richten zich bij voorkeur ook op de omgeving
stellen aan het gebruik van alcohol in de open-
van jongeren. Hierbij wordt voornamelijk
bare ruimte (bijvoorbeeld het aanwijzen van
gedacht aan de voorbeeldfunctie die ouders
gebieden waarin het nuttigen van alcohol
van jongeren hebben. Ouders beïnvloeden
verboden wordt, ofwel waar het verboden is
het gedrag van kinderen door hun eigen drink-
alcoholhoudende drank te gebruiken of aan
gedrag en door de opvoeding, waaronder het
gebroken flessen, blikjes en dergelijke met
stellen van grenzen. Ook scholen spelen een
alcoholhoudende drank bij zich te hebben).
belangrijke rol omdat jongeren op scholen
Openings- en sluitingstijden zijn ook een
bij elkaar komen (belangrijke vindplaats van
vorm van regelgeving waarmee de gemeente
jongeren) en op school gezamenlijk geïnfor-
kan sturen op alcoholgebruik, zij het op
meerd kunnen worden. Maatschappelijke en
een meer indirecte manier (omdat niet
De indeling in aandachtsgebieden is ontleend aan de Handreiking Gezonde Gemeente van het landelijke Loket Gezond Leven, www.loketgezondleven.nl.
11
20
Dit betekent overigens niet dat er in de landelijke nota gezondheidsbeleid geen aandacht wordt besteed aan de andere pijlers.
12
alleen alcoholgebruik ontmoedigd wordt, maar
3 heeft tot doel om alcoholgebruik te beperken
ook andere consumpties).
en schade door alcoholgebruik te voorkomen.
Voldoende handhaving op de regels uit de
Pijler 4 heeft tot doel om bij schadelijk alcohol-
Drank- en Horecaverordening en uit de APV zijn
gebruik dit te signaleren en goede ondersteu-
van belang om de regelgeving effectief te laten
ning te bieden om het gebruik terug te dringen.
zijn. Ook al gaat van het alleen stellen van regels al een preventief effect uit, dit zal echter
Tabel met beleidsdoelstellingen
geringer dan wanneer regelgeving gecombi-
De in paragraaf 3 beschreven ambities kunnen
neerd wordt met handhaving.
ingevuld worden voor de verschillende pijlers.
Bij de stap Regelgeving en Handhaving spelen
Hieronder is dit gedaan in tabelvorm. Hierbij
Gemeentelijke Opsporingsambtenaren (GOA’s),
zijn elementen uit bovenstaande paragrafen
Politie, OM, Bureau Halt en de Voedsel en
(risicofactoren, effectiviteit van alle pijlers geza-
Warenautoriteit (VWA) een belangrijke rol. Tot
menlijk, beperkingen gebruik andere genotmid-
slot is er een overlap met de inrichting van de
delen etc.) samengevoegd. Basis blijven echter
omgeving waar het gaat om het op basis van
de twee ambities die geformuleerd zijn en de
regelgeving toestaan van de vestiging van bij-
indeling in pijlers zoals die beschreven is.
voorbeeld cafés of snackbars. Ook kan gekeken worden naar de mogelijkheden voor samenwerking met andere bedrijven die alcohol verkopen, zoals supermarkten en slijterijen (bijv. inzet van leeftijdscontrolesystemen). 4. Signalering, advies en ondersteuning Als alcoholgebruik overmatig wordt is het van belang voldoende aanbod te hebben om hier iets aan te doen. In eerste instantie is het vroeg signaleren van overmatig gebruik belangrijk: er moet kennis en oog zijn voor de signalen die duiden op overmatig alcoholgebruik. Dit kan gebeuren door verschillende instanties zoals Jeugdzorg, maatschappelijk werk, scholen, huisartsen etc. Als er sprake is van een hoog risico is er sprake van geïndiceerde preventie, waarbij er veelal een taak ligt voor de eerstelijnsgezondheidszorg. Hierbij kan ook gekeken worden naar de samenwerking met zorgverzekeraars. Pijlers 1 en 2 hebben tot doel om (overmatig) alcoholgebruik bij jongeren te voorkomen en jongeren niet in de verleiding te brengen. Pijler
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
21
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
Pijler
Ambitie 1 (universele preventie: verdere daling % jongeren onder de 16 dat alcohol gebruikt)
Ambitie 2 (selectieve preventie: stabilisering aantal jongeren tussen de 16 en de 18 dat overmatig alcohol gebruikt)
Beleidsterreinen
1. Voorlichting, bewustwording en educatie
Alle jongeren onder de 16 jaar en hun ouders krijgen voorlichting en educatie over de schadelijke effecten van alcoholgebruik op jonge leeftijd en over de regelgeving omtrent alcoholgebruik. Zoveel mogelijk wordt aangesloten bij bestaande voorlichtingsactiviteiten.
Doelstelling gelijk aan ambitie 1. In wijken waar veel jongeren met een hoog risico (lage sociaal-economische status) wonen, wordt gekeken welke mogelijkheden er zijn om voorlichting en educatie daar te intensiveren.
Jeugd (& hun ouders) Onderwijs Gezondheidsbeleid
2. Inrichting van de omgeving
3. Regelgeving en handhaving
Ouders krijgen ondersteuning bij het stellen van grenzen (onderdeel van de algemene opvoedingsvaardigheden) als zij dit nodig hebben. Aandacht wordt besteed aan de voorbeeldfunctie van ouders. Ook hierbij wordt zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande voorzieningen.
Jeugd Maatschappelijke ondersteuning
Doelstellingen gelden ook voor andere genotmiddelen en zaken die verslavend kunnen werken (gamen, gokken). Hiervoor wordt zoveel mogelijk aangesloten bij bestaande activiteiten.
Jeugd Onderwijs Gezondheidsbeleid Maatschappelijke ondersteuning
Op plaatsen waar jongeren onder de 16 jaar in aanraking met alcohol kunnen komen, worden maatregelen getroffen om de beschikbaarheid/ verkrijgbaarheid van alcohol zoveel mogelijk te verminderen. Mogelijke ‘vindplaatsen’ van alcohol zijn: sportverenigingen, jongerencentra, buurthuizen, scholen/schoolfeesten, snackbars.
Sport Jeugd/jongerenwerk Onderwijs Ruimtelijke Ordening (bestemmingsplannen) Economie/horeca
Op plaatsen waar jongeren tussen de 16 en de 18 in aanraking kunnen komen met alcohol, worden maatregelen getroffen om gebruik zoveel mogelijk te ontmoedigen, bij voorkeur via het niet verstrekken van alcohol. Mogelijke ‘vindplaatsen’: zie bij ambitie 1.
Waar gewerkt wordt aan het verminderen van de ‘vindplaatsen’ van alcohol, wordt ook gekeken naar de mogelijkheden om de beschikbaarheid/verkrijgbaarheid van andere genotmiddelen te beperken. Aangesloten wordt bij de acties die specifiek voor alcohol worden ingezet.
Economie
Het aanpassen/opstellen van gemeentelijke regelgeving waarin invloed uitgeoefend kan worden op jongeren onder de 16 jaar om alcoholgebruik te voorkomen. Basis hiervoor zijn met name de APV en de gemeentelijke Drank- en Horecaverordening (hieronder valt ook vergunningverlening)
Naast het aanpassen van regelgeving om alcoholgebruik in het algemeen te voorkomen, wordt ook gekeken naar mogelijkheden om het gebruik van sterke drank door jongeren tussen de 16 en 18 te ontmoedigen.
Veiligheid & Openbare Orde Juridische Zaken
Versterking handhaving op alcoholgebruik onder de 16 jaar op basis van de bestaande en/of toekomstige regelgeving.
Versterking handhaving op overmatig alcoholgebruik door jongeren tussen de 16 en 18 jaar op basis van bestaande en/of toekomstige regelgeving.
Handhaving (GOA’s) PolitieBureau Halt
Inzichtelijk wordt gemaakt welke mogelijkheden voor regelgeving en handhaving er voor gemeenten zijn op Economie het gebied van andere genotmiddelen. Specifiek wordt gekeken naar mogelijkheden en komende beleidswijzi- Handhaving (GOA’s) gingen rond softdruggebruik (coffeeshops) Politie
4. Signalering, advies en ondersteuning
22
Voldoende deskundigheid bij professionals om alcoholgebruik bij jongeren onder de 16 en om overmatig alcoholgebruik bij jongeren tussen de 16 en de 18 te signaleren en hier actie op te ondernemen (bijv. waar nodig door kunnen verwijzen naar de juiste behandelaar).
Gezondheid Maatschappelijke Ondersteuning Verslavingszorg Eerstelijns gezondheidszorg
Voldoende ondersteuning door professionals om overmatig alcoholgebruik bij ouders en andere volwassenen te signaleren en hier actie op te ondernemen.
Gezondheid Maatschappelijke Ondersteuning Verslavingszorg Eerstelijns gezondheidszorg
6. Uitvoeringsagenda In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe het
integrale aanpak op zowel regionaal als lokaal
beleid op de vier pijlers omgezet wordt in
niveau is de aanpak in de regio Eindhoven
concrete acties. Deze acties vormen gezamenlijk
onder de titel ‘Laat je niet flessen’ (www.ljnf.nl).
de uitvoeringsagenda voor de komende jaren
Het BOA heeft een belangrijke taak waar het
op het gebied van verslavingspreventie.
gaat om het creëren van publiek en bestuurlijk
De uitvoeringsagenda bestaat uit een aantal
draagvlak voor een integrale aanpak van
acties die of algemeen van aard zijn, ofwel
(overmatig) alcoholgebruik door jongeren.
specifiek dienen ter uitvoering van een van de benoemde pijlers.
ACTIE 1: Alle partners op regionaal niveau
1. Regionaal en lokaal beleid en
dragen de uniforme regionale boodschap van een gezamenlijk alcoholmatigingsbeleid actief uit en stimuleren gemeenten en instellingen om zich bij deze uniforme boodschap aan te sluiten.
de vier pijlers Zoals in hoofdstuk 1 en het werkplan van het Bestuurlijk Overleg Alcoholmatiging is aange geven, beperkt veel alcoholproblematiek zich
Naast het BOA is er een aantal regionale organi-
niet tot de gemeentegrenzen. Er is sprake van
saties actief die allen een eigen bijdrage leveren
een zgn. waterbedeffect, maar ook bij alcohol-
aan het alcoholmatigingsbeleid. Voorbeelden
misbruik in het verkeer, bij grootschalige evene-
hiervan zijn de GGD Hollands Midden, de Politie
menten, ´uitgaansmigratie´ naar andere
Hollands Midden, het Openbaar Ministerie,
gemeenten. Integrale regionale samenwerking
Bureau Halt en Brijder Verslavingszorg. Ook
is daarom gewenst en leidt tot meer effecti
scholen, voornamelijk middelbare scholen en
viteit. Daarnaast geven gemeenten aan behoef-
ROC’s, hebben een regionale functie. Naar de
te te hebben aan informatie-uitwisseling.
activiteiten van deze instellingen wordt waar
Uniformiteit en gezamenlijkheid leidt tot minder
nodig in deze beleidsvisie verwezen. Zij leveren
regionale verschillen en tot een eenduidige en
immers door hun activiteiten ook een bijdrage
heldere boodschap op het gebied van alcohol-
aan de uitvoering van het beleid.
gebruik door jongeren. Het Bestuurlijk Overleg Alcohol heeft een belangrijke taak in het uit
De regionale samenwerking is alleen effectief
dragen van deze algemene boodschap.
als ook individuele gemeenten hun verantwoor-
De regionale aandacht voor alcohol wordt
delijkheid nemen en actief beleid voeren om
opgenomen in de regionale nota volksgezond-
het alcoholgebruik bij jongeren te beperken.
heid waar op het moment van schrijven aan
Lokale verantwoordelijkheden zijn onder meer:
gewerkt wordt. Op deze manier wordt over
ruimtelijke ordening, subsidiëring van instel
eenstemming en draagvlak voor een regionale
lingen, regelgeving rond paracommerciële
aanpak bevestigd.
organisaties, deskundigheidsbevordering van
Uniformiteit in dit beleid leidt tot nog meer
professionals, de Drank- en Horecaverordening.
effectiviteit, omdat dezelfde regels gelden en
Gemeenten hebben via onder andere hun
er geen verschillen tussen gemeenten bestaan
veiligheidsbeleid, lokale gezondheidsbeleid,
(dus bijv. dat de verkrijgbaarheid van alcohol
jeugdbeleid, Wmo-beleid, ruimtelijke ordening
door jongeren op dezelfde manier beperkt
van het rijk eigen verantwoordelijkheden
wordt). Een voorbeeld van een dergelijke
gekregen. Het is van belang, dat waar het
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
23
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
gaat om alcoholmatigingsbeleid, gemeenten
Beleid op de vier pijlers: uitvoeringsagenda
vanuit hun eigen verantwoordelijkheden
In hoofdstuk 5 zijn vier pijlers, ofwel aandachts-
dezelfde keuzes maken op deze diverse
gebieden beschreven. Een gezamenlijke inzet,
terreinen. Gemeenten leggen daarbij wel
dus zowel op regionaal niveau als op lokaal
hun eigen accenten omdat er duidelijk sprake is
niveau, op de vier pijlers leidt tot een integrale
van een lokale dynamiek. De manier waarop
aanpak met als doel het voorkomen van
individuele gemeenten de activiteiten invulling
alcoholgebruik tot 16 jaar en verminderen van
geven bepalen zij ook zelf.
alcoholgebruik bij jongeren tot 18 jaar. De vier pijlers zijn de volgende:
Deze beleidsvisie geeft aan wat er op regionaal
• Voorlichting, bewustwording en educatie
niveau gaat gebeuren om alcoholgebruik t
• Inrichting van de omgeving
e beperken, maar geeft tevens aan wat er in
• Regelgeving en handhaving
individuele gemeenten in Zuid-Holland Noord
• Signalering, advies en ondersteuning
moet gebeuren om het totale beleid effectief
Per pijler wordt in de volgende hoofdstukken
te laten zijn.
het concrete beleid beschreven. Dit gebeurt aan de hand van de volgende aspecten:
24
ACTIE 2: Gemeenten in Zuid-Holland Noord
• Activiteiten op regionaal niveau
leggen hun beleid op het gebied van alcoholmatiging uiterlijk in 2013 in beleid vast. Basis voor dit beleid is deze regionale beleidsvisie waarin aangegeven wordt welke uniforme lokale acties ondernomen dienen te worden om het alcoholmatigingsbeleid effectief te laten zijn, waarbij ook rekening gehouden wordt met lokaal maatwerk. De RDOG (met ondersteuning van de werkgroep BOA) monitort de voortgang in gemeenten.
• Uitvoering op lokaal niveau • Relatie met projecten uit het BOA13 In de hoofdstukken 7 en 8 wordt ingegaan op enkele algemene aspecten, zoals financiën, jongerenparticipatie, communicatie, monitoring en evaluatie. In het werkplan van het BOA is een aantal thema’s opgenomen dat specifieke aandacht verdient waarover handreikingen in de maak zijn. De projecten zijn allen eind 2009/begin 2010 gestart en hebben op het moment van schrijven van deze beleidsvisie nog niet allemaal tot een handreiking geleid. Gemeenten gebruiken de handreikingen om alcoholmatigingsbeleid vorm te geven.
13
7. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Voorlichting, bewustwording en educatie’ 7.1 Activiteiten op regionaal niveau
Noord activiteiten te houden worden alle
Activiteiten op het gebied van voorlichting,
jongeren in de regio bereikt. Van belang is
bewustwording en educatie voor jongeren en
ook om te kijken naar de rol die basisscholen
hun omgeving zijn van groot belang omdat
spelen in deze pijler. Via scholen kunnen ook
daarmee voorkomen wordt dat jongeren
gemakkelijk ouders betrokken worden in de
(overmatig) alcohol drinken. Daarnaast moet
activiteiten (vanuit hun rol als ‘grenzensteller’
er voldoende aandacht zijn voor diverse onder-
en vanuit hun voorbeeldfunctie). Onderzoek
werpen: kennis over de schadelijke gevolgen
van de Universiteit Utrecht laat zien dat een
van alcoholgebruik (onder de 16 jaar) (voorl
voorlichting op middelbare scholen effectief is
ichting) en handvatten hoe om te gaan met
als deze zich zowel richt op de jongeren als op
de verleiding om alcohol te drinken (educatie).
de ouders, die geholpen worden bij het stellen
Dit geldt ook voor het gebruik van andere
van grenzen en als de activiteiten meerdere
genotmiddelen, zoals (soft)drugs, energy drinks
jaren herhaald worden. Van belang is ook dat
of andere verslavende zaken zoals gamen en
tijdig wordt begonnen met de voorlichting over
gokken. Voor deze onderwerpen wordt zoveel
alcohol, bij voorkeur al op het basisonderwijs.
mogelijk aangesloten bij de voorlichtingsactiviteiten over alcohol. Hieronder wordt aange
Veel middelbare scholen en ROC’s besteden in
geven waar deze activiteiten aan moeten
hun reglementen al aandacht aan de beschik-
voldoen om zo effectief mogelijk te zijn.
baarheid van alcohol op bijv. schoolfeesten. Ook met de scholen die dit nog niet gedaan
Meer aandacht voor weerbaarheid
hebben, kunnen dergelijke afspraken gemaakt
In de landelijke preventienota Gezondheid Dicht-
worden (zie pijler 2).
bij (Ministerie van VWS, mei 2011) wordt een belangrijke rol toebedeeld aan het weerbaar
Het is ook belangrijk om niet alleen op scholen,
maken van jongeren. Jongeren moeten geholpen
maar ook op andere vindplaatsen van jongeren
worden om verleidingen van alcohol, maar ook
voorlichtingsactiviteiten te organiseren, zodat
van andere genotmiddelen en verslavende zaken
jongeren op meerdere plaatsen de boodschap
te weerstaan. Voorlichting richt zich dan,
horen. Daarbij gaat het met name om contac-
naast informatie over schadelijke effecten, ook
ten met jongerenwerk, sportverenigingen etc.
meer op bewustwording van manieren waarop
Afstemming van de boodschap (uniformiteit) is
jongeren ‘nee’ kunnen zeggen tegen bijvoor-
hierbij essentieel.
beeld alcohol. Dit vergt een nieuwe focus van de voorlichtingsactiviteiten die de afgelopen
Samenvattend kan de volgende actie geformu-
jaren zijn gehouden, en dus een verandering
leerd worden:
van de inrichting van die activiteiten. Scholen als belangrijkste vindplaats Scholen spelen een belangrijke rol in het leven van jongeren: in principe gaan alle jongeren naar school. Door in ieder geval op alle middelbare scholen en ROC’s in de regio Zuid-Holland
ACTIE 3: Op alle basisscholen, middelbare scholen en ROC’s in de regio Zuid-Holland Noord worden voorlichtingsactiviteiten gehouden waarbij niet alleen de jongeren betrokken wordt maar ook de ouders en waarbij aandacht is voor de gevaren van alcoholgebruik (en andere verslavende zaken) en er steeds meer aandacht is voor weerbaarheid in het algemeen.
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
25
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
7.2 Uitvoering op lokaal niveau Kernboodschap in het beleid van individuele gemeenten is het zoeken naar aansluiting bij andere activiteiten. Op het gebied van Maatschappelijke Ondersteuning, Jeugdbeleid en Onderwijs worden
ACTIE 4: Gemeenten brengen in kaart waar professionals in contact komen met jongeren en hun ouders waar ook voorlichting, bewustwording en educatie rond alcohol en genotmiddelen plaats kan vinden en leggen de aandacht voor voorlichting, bewustwording en educatie rond dit onderwerp zoveel mogelijk via subsidiëring vast.
afspraken gemaakt met partners die de keuze van jongeren om te drinken beïnvloeden.
7.3 Handreikingen uit het BOA
Dit zijn onder andere maatschappelijk werkers
Voor de pijler ‘Voorlichting, bewustwording
die bij gezinnen thuis komen, medewerkers
en educatie’ ligt er een relatie met het project
van de Centra voor Jeugd en Gezin (CJG’s), de
‘Ondersteuning van ouders: achter de voor-
JeugdPreventie Teams die in verschillende
deur’. De handreiking biedt een overzicht
gemeenten actief zijn, organisaties die
van kansrijke projecten waarbij ouders
opvoedingsondersteuning geven. Dit kan door
een centrale of belangrijke rol spelen.
het maken van een analyse van de activiteiten
De voorbeeldprojecten komen zowel uit
waarin hulpverleners in contact komen met
gemeenten uit de regio Zuid-Holland Noord,
jongeren en/of hun ouders (dit kan ook via
maar ook uit andere gemeenten in den lande.
websites, bijvoorbeeld via het virtueel CJG,
In de handreiking wordt daarnaast de rol
www.cjg(gemeente).nl of voor de jongeren:
van ouders meer uitgebreid beschreven,
www.hoezitdat.info). Op die momenten is het
met specifieke aandacht voor de voorbeeld
van belang dat de professionals ook het onder-
functie van ouders. Benadrukt wordt dat
werp alcohol bij jongeren zelf of bij hun ouders
gemeenten voor de benadering van ouders
(voorbeeldfunctie) onder de aandacht brengen,
goed moeten kijken de lokale situatie,
zodat zij niet alleen via de school gewezen
meer concreet bijvoorbeeld naar het type
worden op de schadelijke effecten van alcohol.
ouders dat men wil bereiken.
Ook het stellen van grenzen en ondersteuning hierbij is een aandachtspunt. Aandacht voor alcohol wordt geborgd in subsidieafspraken met uitvoerende instellingen. Voorwaarde voor een goede uitvoering van dit beleid is dat professionals (hulpverleners etc.) zelf ook voldoende kennis hebben van de gevolgen van alcoholgebruik en voldoende de signalen die overmatig alcoholgebruik bij ouders of bij jongeren herkennen om hier goed op in te spelen. Hierop wordt nog ingegaan bij de beschrijving van beleid bij de pijler vier: ‘Signalering, advies en ondersteuning’.
26
8. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Inrichting van de omgeving’ Bij deze pijler zijn de plaatsen van belang waar jongeren alcohol kunnen verkrijgen, kopen en/ of consumeren. Het gaat om deze vindplaatsen: • Scholen • (Sport)verenigingen • Evenementen • Verkooppunten van alcohol, waaronder: • Supermarkten & slijterijen
ACTIE 5: GGD en Brijder maken, voor zover dit nog niet is gebeurd, afspraken met scholen in de regio Zuid-Holland Noord over hoe zij omgaan met alcohol en andere verslavende middelen en de aandacht die ze daaraan besteden (bijv. in voorlichting, in de kantine, op schoolfeesten), met als doel de verkrijgbaarheid van alcohol en andere verslavende middelen zoveel mogelijk te beperken. De werkgroep BOA heeft hierbij een ondersteunende rol.
• Horecagelegenheden • Thuis
8.2 Uitvoering op lokaal niveau
• Hokken en keten
(Sport)verenigingen
Voor al deze vindplaatsen wordt hieronder kort
Verenigingen zijn verplicht om een bestuurs
beschreven welke instrumenten gemeenten
reglement te hebben waarin schenktijden
inzetten om de beschikbaarheid van alcohol te
worden bepaald die voor het publiek duidelijk
verminderen. In sommige gevallen gaat het om
moeten zijn. Daarmee kan voorkomen worden
het instrument regelgeving, hiervoor wordt ver-
dat er alcohol wordt geschonken op tijden
wezen naar paragraaf 4.
dat er veel jeugd aanwezig is (bijv. tijdens wedstrijden, jeugdavonden, toernooien).
8.1 Activiteiten op regionaal niveau
Gemeenten worden geacht de aanwezigheid
Scholen
en inhoud van bestuursreglementen te toetsen.
Zoals al in de vorige paragraaf is beschreven
Daarnaast bestaan er vaak subsidierelaties
hebben middelbare scholen en ROC’s een regio-
tussen gemeente en verenigingen. In de
nale functie. De GGD en Brijder hebben een
subsidievoorwaarden wordt aandacht voor
belangrijke rol in het leggen van contact met
gezondheid en, dus de beperkte beschikbaar-
scholen om afspraken te maken over voorlich-
heid van alcohol, opgenomen. Dit kan uit
ting en de beschikbaarheid van alcohol op bijv.
gebreid worden met eisen rond het niet
schoolfeesten. De GGD doet dit voor het basis-
verkopen/schenken van alcohol aan jongeren
onderwijs en middelbare scholen, Brijder voor
(vergelijkbaar met de bestuursreglementen).
ROC’s. Waar er nog geen afspraken zijn kan de
Veel gemeenten kennen een Nota Paracom
werkgroep BOA een ondersteunende rol spelen
mercie, veelal gericht op het voorkomen van
in het voeren van het gesprek met scholen. Dit
oneerlijke concurrentie tussen verenigingen
alleen voor zover er niet al afspraken hierover
(zonder winstoogmerk) en horecaonder
gemaakt zijn. De werkgroep BOA ondersteunt
nemingen (met winstoogmerk). De nota bevat
hierbij de uitvoerende instellingen.
over het algemeen richtlijnen voor de exploitatie van kantines in verenigingen. De beschikbaarheid van alcohol voor jongeren wordt via deze Nota Paracommercie beperkt door in de nota aandacht te schenken aan het gezondheidsaspect. Tot slot kan een convenant afgesloten worden met (sport)verenigingen. Dit is bijvoorbeeld in de Gooi-en Vechtstreek
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
27
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
gebeurd. Dit geeft een krachtige signaal af dat
ACTIE 7: In het gemeentelijke evenementen-
ook (sport)verenigingen zich verantwoordelijk
beleid is aandacht voor het onderwerp alcohol & jongeren en wordt aangegeven hoe de gemeente hiermee om wil gaan. Zo mogelijk worden instrumenten (aantal tappunten en openingstijden) door gemeenten in overleg met organisatoren van evenementen ingezet (bijv. opnemen in evenementenvergunning).
voelen voor de jongeren die bij hen komen. Bekeken moet worden of dit op lokaal niveau of op regionaal niveau moet plaatsvinden: er zijn veel kleine (sport)verenigingen met een lokale uitstraling maar ook grotere (sport)verenigingen met een regionale functie. Een combinatie van de vier hierboven genoem-
Verkooppunten van alcohol
de instrumenten leidt tot het meest uniforme
Momenteel kunnen alleen ondernemers beboet
en effectieve beleid op het gebied van de
worden als zij alcoholverkoop aan 16-minners
beperking van alcohol op (sport)verenigingen.
toestaan. De verwachting is dat per 1 januari
Overleg met verenigingen is op dit punt zeker
2012 wettelijk bepaald wordt dat ook jongeren
noodzakelijk, waarbij de belangen van vereni-
zelf een boete kunnen krijgen als zij onder de 16
gingen in het gesprek meegenomen moeten
alcohol kopen of in het bezit zijn van alcohol.
worden (bijv. inkomsten uit baromzet).
Dit komt door de ophanden zijnde wijziging van de Drank- en Horecawet (zie paragraaf 4.1).
ACTIE 6: Gemeenten zetten een combinatie van instrumenten (Nota Paracommercie, bestuursreglement, subsidievoorwaarden, convenant) in om de beschikbaarheid van alcohol op (sport)verenigingen voor jongeren te beperken. Overleg met sportverenigingen is hierbij essentieel om tot goede resultaten te komen.
Supermarkten, slijterijen Op basis van de Drank- en Horecawet is het voor bedrijven die alcohol verkopen (super markten, horecagelegenheden, slijterijen) niet toegestaan zwakalcoholhoudende dranken te verkopen aan jongeren onder de 16 jaar als zij de leeftijd van de koper niet hebben gecontro-
Evenementen
leerd. Uit onderzoek van de Universiteit Twente
Binnen het evenementenbeleid besteden
blijkt dat het jongeren onder de 16 jaar zeer
gemeenten aandacht aan het gezondheids
gemakkelijk alcohol kunnen kopen in detail
aspect en zij houden hier rekening mee.
handel.14 Er zijn diverse mogelijkheden om op
Elementen hierin zijn het aantal tappunten
leeftijd te controleren, zoals het inrichten van
(‘bijzondere omstandigheid, art 35 Drank- en
speciale alcoholkassa’s en het inzetten van
Horecawet) en de openingstijden van tap
leeftijdscontrolesystemen. Technologische
punten en horecagelegenheden. Een rol van
ontwikkelingen leiden tot steeds geavanceer-
betekenis speelt daarin ook de grootte van
dere leeftijdscontrolesystemen die door ver
het evenement en daarmee de economische
kopers van alcohol ingezet kunnen worden.
betekenis van het evenement voor stad.
Ook kunnen supermarkten en slijterijen alcohol-
De Veiligheidsregio heeft in de stroomlijning
houdende en andere verslavende producten,
van veiligheid rond evenementen aangegeven
zoals energy drinks en sigaretten, anders aan-
ook aandacht te willen besteden aan advisering
bieden (bijv. op lagere schappen). In de Drank-
over alcohol. Universiteit Twente, maart 2011, ‘Beschikbaarheid van alcohol voor jongeren onder de 16. Minutenwerk’.
14
28
en Horecawet is opgenomen dat een winkelier
zelf ook een belang in omdat vermindering van
verplicht is om op het schap een duidelijke
alcoholgebruik door jongeren ook leidt tot een
scheiding aan te brengen tussen frisdranken
vermindering van overlast in de gelegenheid of
en (zwak)alcoholhoudende dranken (art. 18).
daarbuiten (op straat).
Gemeenten maken met ondernemers afspraken
Daarnaast heeft de gemeente mogelijkheden
over de inzet van dit soort instrumenten.
op het gebied van regelgeving, bijvoorbeeld via
Er kunnen slechts afspraken gemaakt worden,
de Drank- en Horecaverordening. Gemeenten
omdat gemeenten niet de bevoegdheid hebben
kunnen de verkoop van alcohol hierin beperken
om winkeliers beperkingen en/of beleid op
voor bepaalde typen zaken (het zgn. vergun-
te leggen. Slijterijen en supermarkten doen
ning- en verlofstelsel). Verschillende typen hore-
mee vanuit het gemeenschappelijke ver
cagelegenheden zijn avondwinkels, snackbars,
antwoordelijkheidsgevoel voor een leefbare
afhaalzaken. Gemeenten hebben van het Rijk
en gezonde stad. Van belang is altijd om in
beleidsvrijheid gekregen om aan verschillende
gesprek met ondernemers de individuele eco-
typen horecagelegenheden verschillende eisen
nomische belangen van ondernemers niet uit
te verbinden voor de verkoop van alcohol.
het oog te verliezen, of zelfs om belangen van beide kanten bespreekbaar te maken. Door middel van mystery guests kunnen gemeenten en uitvoerende instellingen bekijken in hoeverre supermarkten en slijterijen meedoen aan het alcoholmatigingsbeleid van gemeenten.
ACTIE 8: Gemeenten maken afspraken met horecaondernemers, supermarkten en slijterijen over de manier waarop zij omgaan met de verkoop van alcohol en met leeftijdscontroles met het doel ook deze partners hun verantwoordelijkheid op dit onderwerp te laten nemen.
Ook in eerste instantie kunnen mystery guests ingezet worden om de in supermarkten en
Thuis
slijterijen te bekijken hoe er met de verkoop
Als ouders alcohol in huis hebben, wordt de
van alcohol omgegaan wordt, zonder dat er al
verleiding om alcohol te drinken voor jongeren
afspraken gemaakt zijn. Op deze wijze wordt
groter. Deze wordt nog groter als ouders
de problematiek in kaart gebracht. Mystery
alcohol drinken waar jongeren bij zijn. Ouders
guests kunnen ook gebruikt worden voor
moeten bekend zijn met de gevolgen van
andere verkooppunten van alcohol.
alcoholgebruik door jongeren en met de mogelijkheden die zij in hun opvoeding hebben om
Horecagelegenheden
alcoholgebruik bij jongeren zoveel mogelijk
Voor horecagelegenheden geldt in zekere zin
te voorkomen. Hiervoor wordt verwezen naar
hetzelfde als voor supermarkten en slijterijen: in
de beschrijving van de inzet op het gebied van
overleg met horecaondernemers kan veel
voorlichting, bewustwording en educatie (para-
bereikt worden: veel horecaondernemers reage-
graaf 1.1) en activiteiten op het gebied van
ren goed op gesprekken met de gemeente over
opvoedingsondersteuning (zie actie 4).
het schenken of verkopen van alcohol aan jongeren.15 Vaak hebben horecaondernemers hier
Hokken en keten Hokken en keten zijn ontmoetingsplekken van
Ervaringen hiermee zijn opgedaan in het project Hijsen en Slikken dat door de GGD in de Gemeente Leiden in het verleden is uitgevoerd.
15
veelal jongeren die zij in schuren, caravans,
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
29
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
kassen en zolders creëren. Het is een plek die
in keet zelf, is soms voor publiek uit de omge-
jongeren zelf beheren, waar ze samenkomen
ving geopend en heeft soms een naar
voor de gezelligheid en om te drinken. Niet elke
permanentie neigend karakter. De buurtkeet
keet is hetzelfde, bij de ene keet ligt de nadruk
komt het meeste voor en lijkt een
op alcoholverkoop en bij de andere keet staat
alternatief voor een buurthuis of jeugdhonk.
het samenzijn met vrienden centraal. Om een
Commerciële keet: (Bijna) bedrijfsmatig van
reëel beeld te krijgen van eventuele hokken en
opzet, verkoop drank met winst, is voor
keten wordt er onderscheid gemaakt tussen
publiek geopend en heeft waarschijnlijk een
drie vormen die een keet kan aannemen.
permanent karakter. De commerciële
Huiskamerkeet: niet bedrijfsmatig, er wordt
keet lijkt het meest op een illegale kroeg.
gratis verstrekt of bezoekers nemen hun eigen drankjes mee, de keet is niet voor publiek
In de tabel hieronder staat een beschrijving van
geopend (niet openbaar) en heeft geen perma-
de verschillende keten in het licht van regelge-
nent karakter. Dit is de kleinschalige keet, waar
ving, en dit geeft dus ook de mogelijkheden
strijdigheid met de Drank- en Horecawet niet
van gemeenten aan om iets aan de keet te
aan de orde is.
doen. Waar er strijdigheid is met bestemmings-
Buurtkeet: niet bedrijfsmatig, verkoop drank
plan, bouwveiligheid, brandveiligheid en de
met kleine winst vaak voor investeringen
Drank- en Horecawet is handhaving mogelijk.
Strijdig met bestemmingsplan
Strijdig met bouwveiligheid?
Strijdig met brandveiligheid?
Strijdig met DHW?
Huiskamerkeet
Nee
nee
Waarschijnlijk niet
Nee
Buurtkeet
mogelijk
mogelijk
mogelijk
Mogelijk
Commerciële keet
Ja
ja
ja
Ja
ACTIE 9: Gemeenten waarin sprake is van hokken en keten geven in hun beleid aan hoe zij omgaat met die hokken en keten in de gemeente. Hierbij worden de belanghebbende partijen (zoals brandweer, politie etc.) betrokken.
benaderen (zie ook onder het kopje ‘sportverenigingen’). Ruimtelijke ordening Gemeenten hebben een belangrijk instrument in handen om de vestiging van bedrijven,
30
Bredere lokale inzet
waaronder detailhandel (supermarkten en
Reclamebeleid
slijterijen) en horecagelegenheden te beperken
Via het eigen reclamebeleid gaan gemeenten
of juist te stimuleren, namelijk via bestemmings-
reclame-uitingen voor alcohol (en andere ver
plannen. Gemeenten maken bewust een
slavende middelen) tegen. Ook stimuleren
beleidskeuze om alcoholverkoop via bestem-
gemeenten andere partijen om dergelijke
mingsplannen (hogere horecacategorieën).
reclame-uitingen niet te voeren en bijvoorbeeld
Hierbij zijn aspecten als de nabijheid van
andere sponsoren dan drankproducenten te
scholen en andere vindplaatsen van jongeren
van belang. Vergelijkbare keuzes kunnen
verstrekkers van groot belang. Instrumenten zijn
gemaakt worden voor de vestiging van coffee-
aanpassing van regelgeving gecombineerd met
shops (beperken beschikbaarheid softdrugs) en
handhaving en sanctionering. Daarnaast wordt
voor de vestiging van snackbars (beperken
gemeenten geadviseerd integraal beleid te
beschikbaarheid fast food).
maken. Een van de voorgestelde wijzigingen van de Drank- en Horecawet is het aanpassen
ACTIE 10: Gemeenten geven in beleid aan
van de Drank- en Horecaverordening door er
welke keuzes zij maken ten aanzien van de ruimtelijke ordening en de vestiging van horecaondernemingen, waaronder snackbars, coffeeshops etc. en welke keuzes zij maken ten aanzien van het eigen reclamebeleid.
een gedeelte over paracommerciële alcohol verstrekkers aan toe te voegen. De handreiking evenementenbeleid beoogt aanvullend te zijn om het bestaande evenementenbeleid van gemeenten vanuit het perspectief
8.3 Handreikingen uit het BOA
van alcoholmatiging. De handreiking helpt
Een viertal thema’s is door het BOA benoemd
gemeenten, en daarmee organisatoren van
die te maken hebben met de pijler ‘Inrichting
evenementen, om systematisch naar het
van de omgeving’:
aspect ‘alcohol’ te kijken teneinde de risico’s
1. H okken en keten
van alcohol te minimaliseren.
(& hangplekken en zuipschuiten)
Op het moment van schrijven is er nog geen
2. Paracommerciële alcoholverstrekkers
handreiking over het onderwerp regelgeving.
3. Aanpak evenementen
De wijziging van de Drank- en Horecawet zal
4. Harmonisatie regelgeving gemeenten
hierop van invloed zijn en ook werkt de VNG
(incl. wijzigingen Drank en Horecawet)
in 2012 aan modelverordeningen voor
Van het thema hokken en keten is een hand
de implementatie van de wijzigingen van
reiking beschikbaar. Daarin wordt onder andere
die wet die behulpzaam kunnen zijn voor
ingegaan op de verschillende typen hokken
dit onderwerp.
en keten en de manier waarop gemeenten inzicht kunnen krijgen in welke hokken en keten er in de eigen gemeente zijn. Dit vergt namelijk een specifieke aanpak. Daarnaast is er ook een handreiking gemaakt over hangplekken & zuipschuiven en hoe hiermee om te gaan. Geconcludeerd wordt dat dit een relatief nieuw thema is waar nog niet veel over bekend is. Van belang is om in eerste instantie te bekijken of het een probleem in de eigen gemeente is, bijvoorbeeld door samen te werken met jongerenwerk en politie. In de handreiking over paracommerciële alcoholverstrekkers wordt geadviseerd bestuurlijke durf te tonen. Bestuurlijk draagvlak is voor alcoholmatigingsbeleid gericht op deze
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
31
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
9. Uitvoeringsagenda bij de pijler ‘Regelgeving en handhaving’ 9.1 Landelijk niveau: wijziging Drank- en
9.2 Activiteiten op regionaal niveau
Horecawet & Regeling Halt
In de regio Zuid-Holland Noord zijn er verschil-
Voordat overgegaan kan worden naar beleid op
lende actoren actief die handhavingstaken uit-
regionaal niveau is het van belang aandacht te
voeren, waarbij een belangrijke rol is weggelegd
besteden aan de ontwikkelingen omtrent de
voor de politie.
Drank- en Horecawet. Op het moment van
Het regionale Korpsbeleidsplan 2008-2011
schrijven ligt de wijziging van deze wet voor bij
geeft richting aan de strategische aanpak
de Eerste Kamer voor goedkeuring. De belang-
om de doelstellingen van de Politie Hollands
rijkste voorgestelde wijzigingen zijn:
Midden te bereiken. Het Korpsjaarplan 2011 is
• Strafbaar stellen van het in bezit hebben
een afgeleide van het Kopsbeleidsplan en geeft
van alcohol door jongeren onder de 16 jaar
antwoord op de vraag hoe de Politie Hollands
(in de openbare ruimte), boetemogelijkheid.
Midden de doelstellingen, zoals geformuleerd in
• Decentralisatie van het toezicht op de
het korpsbeleidsplan wil bereiken. Elk politie
Drank- en Horecawet, waaronder het toezicht
district kent een eigen jaarplan, dat is afgeleid
op de verkoop van alcohol, naar individuele
van het korpsbeleidsplan. Er zijn vier districten
gemeenten (een onderdeel is ook het toezicht
in de politieregio Hollands-Midden. De drie
op de inrichtingseisen van horecagelegen
districten Duin- en Bollenstreek, Rijn- en Vecht-
heden). Voorheen werd dit toezicht uitgevoerd
streek en Leiden en omstreken liggen in de
door de Voedsel- en Warenautoriteit.
regio Zuid-Holland Noord. Het vierde politie district, Gouwe IJssel valt niet onder de regio
Naast de Drank- en Horecawet bestaat ook
Zuid-Holland Noord (en dus niet in het bereik
de ministeriële regeling Halt. Via deze wet is het
van deze nota). Daarnaast vindt ook algemene
mogelijk om bepaalde jongeren die bepaalde
afstemming op het gebied van fysieke veiligheid
strafbare feiten plegen geen aantekening op
(en rampenbestrijding) plaats in de Veiligheids-
hun strafblad te geven en voor te leiden aan
regio Hollands Midden, bestuurd door de
het Openbaar Ministerie, maar om hen naar
burgemeesters van de regio Hollands Midden.
Bureau Halt te sturen voor een zogeheten
32
Halt-afdoening. Dit is een leerstraf waarbij
Halt-maatregel
jongeren en hun ouders op een andere dan
Wettelijk is bepaald dat jongeren die schade
strafrechtelijke manier geconfronteerd
veroorzaken door bijvoorbeeld overmatig
worden met het gebeurde. Onderdeel van
alcoholgebruik onder bepaalde voorwaarden
de Halt-afdoening zijn de vergoeding van
geen strafrechtelijke vervolging krijgen
eventuele schade, een leer- en/of taakstraf
maar een zgn. Halt-maatregel (zie hierboven).
en/of activiteiten met een pedagogische
De afgelopen jaren is in een aantal regio’s
strekking (art 1c.). Halt-afdoeningen bestaan
geëxperimenteerd met een uitbreiding van
voor leerplicht, vuurwerk en andere delicten
de Halt-maatregel met een zogeheten leer
waarbij al dan niet schade wordt veroorzaakt
opdracht. Deze leeropdracht vormt een uit
(waaronder delicten gepleegd onder invloed
breiding van de pedagogische activiteiten die al
van alcohol; Regeling Halt, art. 2).
deel uitmaken van de standaard Halt-maatregel
Het Ministerie van Justitie financiert de Halt
en hebben een meer preventief karakter. Deze
bureaus met een jaarlijkse subsidie.
wordt uitgevoerd door Brijder.
ACTIE 11: de RDOG in samenwerking met
Gemeenten hebben een aantal plaatsen waarin
Brijder (als uitvoerder van de leeropdracht) maakt afspraken met de Politie en de Veiligheidsregio over de manier waarop in de regio Zuid-Holland Noord omgegaan wordt met alcoholproblematiek en -overlast door jongeren, waaronder het doorverwijzen naar het regionale Bureau Halt.
ze regelgeving en/of beleid kunnen opnemen om overlast te voorkomen. Dit zijn: • Integraal Veiligheidsplan: Op basis van de Gemeentewet (regierol veiligheid) zullen gemeenten verplicht worden om allen een eigen Integraal Veiligheidsplan te maken. • Handhavingsbeleid
Toezichtstaak Drank- en Horecawet
• Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
Zoals hierboven beschreven worden gemeenten
Hierin kunnen bepaling omtrent verschillende
naar verwachting in 2012 geconfronteerd met
onderwerpen worden opgenomen:
een toezichtstaak op de verkoop en aankoop van
• Instellen van alcoholvrije gebieden;
alcohol. Daarnaast wordt er in 2012 door de
• Verstrekken van vergunningen voor
RDOG bekeken in hoeverre er regionaal samengewerkt kan worden voor de uitvoering van de toezichtstaak die gemeenten in de gewijzigde Drank- en Horecawet krijgen. De wijzigingen 16
evenementen (zie ook hoofdstuk 3 ); • Bepalen van sluitingstijden voor horecagelegenheden (en terrassen); • Voorwaarden voor algehele sluiting van
van de Drank en Horecawet zullen op regionaal
horecagelegenheden.
niveau bekeken worden en ook worden via de
• Drank- en Horecaverordening
RDOG voorstellen gedaan voor het goed uitvoeren van deze wet. Deze beleidsvisie, waarin een
ACTIE 13: Gemeenten geven in hun beleid aan
aantal wijzigingen van de wet al is verwerkt, is
welke regelgeving en beleidsinstrumenten zij inzetten om vorm te geven aan de pijler ‘regelgeving en handhaving’, waarbij zij kijken naar de mogelijkheden in het Integraal Veiligheidsplan, het handhavingsbeleid, de APV en de Drank- en Horecaverordening en de invoering van de Halt-leeropdracht.
hier een voorbeeld van. ACTIE 12: De RDOG bekijkt de mogelijkheden om in regionaal verband de nieuwe toezichtstaak die gemeenten krijgen in het kader van de gewijzigde Drank- en Horecawet uit te voeren.
9.4 Handreikingen uit het BOA 9.3 Uitvoering op lokaal niveau
Op het gebied van regelgeving en handhaving
In hoofdstuk 3 is al aangegeven wat gemeenten
wordt op het moment van schrijven gewerkt
met regelgeving kunnen doen om de beschik-
aan de volgende handreikingen:
baarheid van alcohol te verminderen (Nota
• Harmonisatie regelgeving gemeenten
Paracommercie, bestemmingsplannen, subsidie-
(incl. wijzigingen Drank en Horecawet)
overeenkomsten, reclamebeleid etc.).
• Halt maatregel alcohol
Op gemeentelijk niveau is vaak ook veel
• Versterking handhaving
aandacht voor het voorkomen van overlast,
In paragrafen 8.4 is al aandacht besteed aan
met vaak als oorzaak overmatig alcoholgebruik.
het thema harmonisatie regelgeving. Actie 13 geeft richting aan de invoering van de Halt-leer-
Dat dit kan is nog niet zeker, omdat Gemeentelijke Opsporings ambtenaren (GOA’s), de voor de hand liggende uitvoerder van het toezicht, vooralsnog alleen binnen de eigen gemeentelijke grenzen mag opereren.
16
opdracht. Voor 2012 en 2013 zijn hier regionale middelen beschikbaar. Na die tijd bekostigen de
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
33
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
34
individuele gemeenten de Halt-leeropdracht uit
gewerkt aan een handreiking handhaving.
eigen middelen voor de jongeren uit de eigen
Hierin worden de gevolgen van de wijziging
gemeente die deelnemen aan een Halt-leer
van de Drank- en Horecawet meegenomen.
opdracht voor alcoholmisbruik.
De vaststelling van de wijzigingen door
Er wordt op het moment van schrijven nog
de Tweede Kamer laat nog op zich wachten.
10. U itvoeringsagenda bij de pijler ‘Signalering, advies en ondersteuning’ Het aandachtsgebied ‘signalering, advies en
problematiek de basis is, zal de professional
ondersteuning’ richt zich met name op die
door moeten kunnen verwijzen naar gespeciali-
jongeren en gezinnen waarin al meer alcohol
seerde zorg waarin de alcoholproblematiek ver-
gedronken wordt en waarin zich gemakkelijk
minderd wordt. Hiervoor bestaan effectieve
een alcoholproblematiek ontwikkelt. Ouders in
programma’s, zowel voor jongeren als voor vol-
deze gezinnen hebben vaak extra onder
wassenen.
steuning nodig om goede grenzen aan het
Op regionaal niveau wordt met Zorg & Zeker-
alcoholgebruik van hun kinderen te stellen.
heid (de verzekeraar met het grootste aantal
Signalering en een adequate doorverwijzing
verzekerden in de regio Zuid-Holland Noord)
zijn dan van belang, ook om de ontwikkeling
gesproken over een betere aansluiting van
van gerelateerde problematiek (ziekteverzuim,
(gezins)ondersteuning vanuit bijv. maatschappe-
schulden) voor te zijn.
lijk werk op het zorgaanbod. De gemeentelijke
Tot slot is het ook van belang om alcohol
verantwoordelijkheid beperkt zich tot het
problematiek bij andere volwassenen (zonder
ondersteunen van het gezin en het tijdig
kinderen) of ouderen te signaleren en hier
signaleren en doorverwijzen. Onderdeel daar-
adequaat mee om te gaan. Ook voor hen is een
van is ook dat professionals weten naar wie
optimale deelname aan de samenleving van
ze het beste kunnen doorverwijzen en dat ze
belang. Activiteiten op het gebied van signa
kennis hebben van de signalen die duiden op
lering, advies en ondersteuning zijn niet allen
alcoholproblematiek. Hier is ook een verband
voorbehouden aan volwassenen met kinderen,
met de Halt-leeropdracht waarin ook ouders
maar ook inzetbaar voor volwassenen zonder
betrokken worden en alcoholproblematiek
kinderen. Dit is zeker het geval als er sprake is
bij hen gesignaleerd kan worden.
van een hoog risico op een verslaving. 10.1 Activiteiten op regionaal niveau In het algemeen geldt dat goede hulp aan een gezin begint met goede signalering en
ACTIE 14: De RDOG maakt afspraken met verzekeraar Zorg & Zekerheid over het aanbod aan eerstelijnsgezondheidszorg die zich richt op het voorkomen van een verslaving (geïndiceerde preventie).
een goede analyse van de situaties, gevolgd door goed advies (of verwijzing) en/of goede professionele ondersteuning van het huis houden of gezin. Dit is ook zo waar er sprake is van een alcoholproblematiek en/of alcoholverslaving. Professionals die in een gezin actief zijn moeten in staat worden gesteld om
ACTIE 15: In de uitvoering wordt een relatief groot deel van de inzet besteed aan de uitvoering van deze pijler door middel van het ondersteunen van instellingen bij signalering, advies en ondersteuning (bijv. trainingen van professionals over wat signalen zijn van alcoholproblematiek).
een goede analyse van de situatie te maken, en naast andere signalen, ook de signalen
10.2 Uitvoering op lokaal niveau
van overmatig alcoholgebruik oppikken.
Aansluiten op de gesprekken die op regionaal
Belangrijke vraag daarbij is of de alcoholproble-
niveau gevoerd worden, zou het nuttig zijn op
matiek het gevolg is van andere oorzaken of
lokaal niveau aandacht te besteden aan des
dat de alcoholproblematiek juist leidt tot andere
kundigheidsbevordering van professionals die
problemen. Zeker in het geval dat de alcohol-
bij gezinnen thuis komen. In verschillende
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
35
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
gemeenten kunnen dit verschillende organi
Ook van de zorgverzekeraar wordt dus inzet
saties zijn, variërend van thuiszorg medewer-
verwacht om zorgverleners voldoende middelen
kers, jongerenwerk en maatschappelijk werkers,
(kennis, vaardigheden) te geven om goed te
tot medewerkers van jeugdzorg of consulenten
acteren bij alcoholproblematiek.
van MEE. Met de instellingen (en professionals) waarmee de gemeente uitvoeringsafspraken
ACTIE 16: Gemeenten brengen in kaart waar
heeft kunnen wellicht afspraken gemaakt
professionals in contact komen met jongeren
worden over welke deskundigheidsbevordering
en hun ouders en onderstrepen daar het belang
professionals kunnen krijgen. Deze richt
van een goede signalering van alcoholproble-
zich dan op kennis van signalen van alcohol
matiek incl. de daarvoor benodigde kennis.
problematiek en van zorgaanbod waarnaar
Waar mogelijk nemen zij dit onderwerp ook
doorverwezen kan worden.
op in subsidieafspraken.
Eerstelijnszorgverleners, zoals huisartsen en
36
eerstelijnspsychologen, kunnen overigens ook
10.3 Handreikingen uit het BOA
alcoholproblematiek signaleren in contact met
Er zijn momenteel geen thema’s benoemd
hun cliënten. Echter eerstelijnszorgverleners
door het BOA die betrekking hebben op
worden niet door de gemeente gefinancierd.
dit aandachtsgebied.
11.Overkoepelende onderwerpen In bovenstaande paragrafen is aandacht
is bezig met het opzetten van communicatie-
besteed aan wat er op de verschillende inhou-
instrumenten om dit vorm te geven. Daarbij
delijke gebieden (pijlers) moet gebeuren om
wordt gekeken naar goede voorbeelden in den
verslavingspreventiebeleid zo integraal mogelijk,
lande, bijvoorbeeld de campagne ‘Laat je niet
en dus zo effectief mogelijk te laten zijn. Van
flessen’, een initiatief van 21 gemeenten in Zuid-
belang is ook om nog kort aandacht te beste-
Oost Brabant (www.ljnf.nl). Of ‘Drinkt het tot je
den aan meer algemene onderwerpen die van
door’ van de GGD West-Brabant
belang zijn om de effectiviteit van beleid te ver-
(www.wineenschoolfeest.nl).
hogen. Dit zijn: 1. Communicatie & rol van het BOA
Hier wordt verwezen naar Actie 1 die aan het
2. Jongerenparticipatie
begin van dit document is verwoord.
Deze twee onderwerpen worden hieronder 11.2 Jongerenparticipatie
uitgewerkt.
Omdat dit beleid met name gericht is op jongeren, 11.1 Communicatie
is het van belang dat activiteiten en beleid
Het feit dat bestuurders uit diverse gremia (Veilig-
aansluiten bij hun leefwereld en omgeving.
heidsregio, Sociale Agenda Holland Rijnland,
Dit geldt bijvoorbeeld voor gerichte communi-
RDOG) hebben aangegeven gezamenlijk de
catie over de algemene regionale aanpak van
schouders te willen zetten onder een integraal
alcoholpreventie, maar ook voor het opstellen
alcoholmatigingsbeleid geeft aan dat er bestuur-
van regelgeving voor drankgebruik in de open-
lijk draagvlak is voor een aanpak van de alcohol-
bare ruimte. Van belang is dat die regelgeving
problematiek in de regio Zuid-Holland Noord.
ook daadwerkelijk leidt tot geen/minder
Dit is een sterke boodschap. Van belang is dan
alcoholgebruik door jongeren. Jongeren kunnen
om deze boodschap uit te dragen naar andere
dus een belangrijke bijdrage leveren in beleids-
bestuurders, gemeenten en organisaties in de
ontwikkeling op lokaal niveau. Ook voor de
regio. Zij kunnen zich dan aansluiten bij de alge-
uitvoering van beleid kunnen jongeren ingezet
mene boodschap van het BOA en hiernaar ver-
worden, bijvoorbeeld in gesprekken met
wijzen, mocht dat nodig zijn. Ook presenteert de
horecaondernemers om overlast te beperken,
regio zich met deze boodschap als een eenheid
of om zelf voorlichting te geven. Op deze
richting provincie, rijk (Ministerie van VWS).
manier wordt ook de aansluiting bij jongeren
17
van beleidsuitvoering gewaarborgd. Dezelfde boodschap, in een iets gewijzigde
Elke gemeente kan individueel kijken op welke
vorm, namelijk dat de regio hard werkt aan
manieren en wanneer jongeren het best betrok-
het terugdringen van alcoholgebruik onder
ken kunnen worden. Dit is afhankelijk van
jongeren, is een sterke boodschap voor jongeren
de lokale situatie: een aantal gemeenten in
zelf, hun ouders, scholen etc. Aandacht voor
de regio heeft immers al vaste methoden
communicatie door het BOA is daarom van
voor jongerenparticipatie.
belang. Op het moment van schrijven is het BOA
Aan het Bestuurlijk Overleg Alcoholmatiging nemen overigens ook gemeenten uit de regio Midden Holland deel. Deze beleidsvisie gaat echter alleen over beleid in de regio Zuid-Holland Noord.
17
ACTIE 17: Alle partners en gemeenten maken bij beleidsontwikkeling en/of –uitvoering gebruik van de ervaringsdeskundigheid van jongeren zelf.
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
37
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
12. Effectmeting en evaluatie
Effectmeting
regionaal beleid beïnvloed kunnen worden. Dit
Het meten van de effecten van het beleid
zijn bijvoorbeeld de fysieke en psychosociale
gebeurt via de Jongerenpeiling van de GGD.
ontwikkeling van jongeren zelf, de ruimte die
Deze is in 2008 voor het laatst gehouden. De
scholen bieden om aandacht aan gezondheid
Jongerenpeiling is een vragenlijst aan jongeren
te besteden, drinkgedrag buiten de regio etc.
uit de gehele regio Zuid-Holland Noord over verschillende onderwerpen, waaronder alcohol-
Daarnaast zijn er indicatoren die de uitvoering
gebruik. Andere onderwerpen zijn seksueel
van beleid monitoren. Deze indicatoren geven
gedrag, (soft)drugsgebruik, gewicht etc. De
dan niet het alcoholgebruik van jongeren weer,
cijfers die uit de Jongerenpeiling komen, zijn
maar wel aspecten die leiden tot een verminde-
gebruikt voor de ambities die in de uitgangs-
ring van het gebruik door jongeren. Indicatoren
puntennotitie zijn geformuleerd. Deze cijfers
die gebruikt zullen worden voor het monitoren
zullen ook gebruikt worden om de effecten
van deze beleidsvisie zijn:
van het beleid te meten. Echter, het is niet
• Aantal scholen met een actief
mogelijk om het directe verband tussen het
alcoholmatigingsbeleid (bijvoorbeeld)
beleid en de percentages alcoholgebruik te
• Aantallen gegeven cursussen en andere
leggen. Ook andere factoren die niet door
38
voorlichtingsactiviteiten
• Aantal partijen waar afspraken mee is
Evaluatie
gemaakt (supermarkten, slijterijen,
In 2015 wordt door de werkgroep BOA een
sportverenigingen, andere (para)commerciële
tussenstand opgemaakt. Daarbij wordt gekeken
organisaties, politie etc.)
naar het uitgevoerde regionale beleid en naar
• Aantal gebruikte leeftijdscontrolesystemen
de stand van zaken bij individuele gemeenten.
• Aantal doorverwijzingen naar Bureau Halt
Waar gemeenten nog weinig tot geen actie
op basis van alcohol (dit wordt tweejaarlijks
hebben ondernomen, worden zij hierop aange-
bekeken. Deze cijfers dienen ook om
sproken. In 2015 wordt bekeken in hoeverre
de instroom in volgende jaren te
bijsturing van het beleid noodzakelijk is, ook
kunnen inschatten).
gelet op eventuele gewijzigde omstandigheden
• Aantallen gemeenten met een integraal en
of andere (landelijke) ontwikkelingen.
vastgesteld alcoholmatigingsbeleid De indicatoren worden jaarlijks bijgehouden vanaf 2012. Dit omdat een aantal indicatoren op dit moment nog niet gemeten wordt. Continuïteit van beleid is belangrijk. In 2012 en
ACTIE 18: De RDOG monitort de uitvoering van deze beleidsvisie via de genoemde indicatoren, door een inventarisatie bij gemeenten om inzicht te krijgen in de begin situatie en door middel van een evaluatie van het beleid in 2015.
2013 wordt gestart met de uitvoering van het regionale beleid dat in deze uitvoeringsagenda is opgenomen. Van individuele gemeenten vergt het inzet en tijd te werken aan een eigen lokale en integrale aanpak van alcoholmatigingsbeleid, voornamelijk door de vele beleidsterreinen die erbij betrokken zijn. Het is dus van belang om gemeenten voldoende tijd te geven om aan hun beleid te werken. Doelstelling is dat eind 2013 alle gemeenten in hun beleid aandacht aan alcoholmatiging besteden. Het jaar 2013 sluit goed aan bij het feit dat alle gemeenten eind 2013 een lokale nota gezondheidsbeleid opgesteld dienen te hebben. Om het effect van beleid goed zichtbaar te laten zijn is het van belang dat inzichtelijk is wat de beginsituatie van de individuele gemeenten is. Dit is een actie die uitgevoerd wordt door de werkgroep BOA (zie actie 17).
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
39
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
13. Financiën In deze beleidsvisie is aangegeven wat het BOA
en 2013. Daarbij is bestuurlijk draagvlak voor de
en haar regionale partners in Zuid-Holland
uitvoering van deze acties nodig, alsook betrok-
Noord willen doen om problematiek door
kenheid van de uitvoerende instellingen. Bij-
(overmatig) alcoholgebruik bij jongeren te voor-
voorbeeld voor het maken van afspraken met
komen. Dit voorkomt zowel fysieke als sociale
middelbare scholen in de regio wordt de GGD
schade bij jongeren, met alle gevolgen van dien
betrokken en voor het maken van afspraken
(zie hoofdstuk 3). Door middel van het uniforme
met ROC’s wordt Brijder betrokken. Er is een
en integrale beleid dat in voorgaande hoofd-
duidelijk verband tussen de acties 3 en 5.
stukken is geformuleerd wordt dergelijke schade en problematiek voorkomen.
Voor het financieren van activiteiten zijn finan
Er zijn verschillende beleidsinstrumenten die
ciële middelen nodig. In de regio Zuid-Holland
ingezet worden om de beleidsdoelstellingen te
Noord is jaarlijks een budget van € 429.000,-
halen. Voorbeelden hiervan zijn:
(prijspeil 2012) beschikbaar. Dit budget maakt
• het aanpassen van regelgeving,
onderdeel uit van de Decentralisatie Uitkering
zoals de Drank- en Horecaverordening
Maatschappelijke Opvang. Van belang is een
of bestemmingsplannen
weloverwogen verdeling van deze middelen.
• het maken van afspraken, bijvoorbeeld
Deze middelen zijn nodig voor de uitvoering
met horecaondernemers en evenementen
van de regionale acties 3, 11, 15, 17, 18 en 19.
organisatoren
Deze richten zich respectievelijk op: voorlich-
• het inzetten van financiële middelen
ting, educatie en bewustwording op scholen
bijv. op handhaving of op voorlichting etc.
voor jongeren en hun ouders, voorkomen van
• monitoring, evaluatie en bijsturen van beleid
recidieven door jongeren die overlast veroorzaken door overmatig alcoholgebruik, signalering
Van belang is om op dit punt aan te geven hoe
& doorverwijzing, deskundigheidsbevordering,
de acties die op regionaal niveau uitgevoerd gaan
beleidscoördinatie en jongerenparticipatie.
worden vorm krijgen. Individuele gemeenten zijn
Daarnaast is het van belang gemeenten goed te
zelf verantwoordelijk voor het organiseren van
ondersteunen bij het ontwikkelen van het eigen
de benodigde middelen om het eigen beleid op
beleid (bijv. advisering); dit geldt met name in
te stellen en uit te voeren.
de eerste periode waarin gemeenten zelf beleid
Op regionaal niveau is gebruik van het instru-
ontwikkelen (actie 2).
ment ‘regelgeving ‘ niet aan de orde. Dit is een
Door al deze activiteiten te financieren wordt
actie die gemeenten zelf uitvoeren, daarnaast
regionaal bijgedragen aan de doelstellingen van
stelt de werkgroep ‘regelgeving’ van het BOA
het beleid uit deze beleidsvisie. Het beschikbare
een handreiking over dit onderwerp op.
bedrag van € 429.000,- is beperkt maar in principe voldoende om deze activiteiten te kunnen
40
Inzet instrumenten
financieren. Meer middelen zullen hoogstwaar-
Voor het maken van afspraken is bestuurlijke en
schijnlijk, als zij weloverwogen ingezet worden
ambtelijke capaciteit benodigd. Dit geldt voor
(bijv. waar draagvlak is voor deze inzet), leiden
de acties 1, 5, 11, 12, 14 en 18. Dit zijn acties
tot betere resultaten. Om deze reden wordt hier
die opgenomen moeten worden in de plannen
hiervoor een actie opgenomen, in aanvulling op
voor de werkgroep BOA voor in elk geval 2012
de andere reeds geformuleerde acties. Er wordt
dan gezocht naar aanvullende financiering,
Algemeen: beleidsadvisering en -ondersteuning
bijv. via landelijke subsidiestromen of andere
voor gemeenten en voor het BOA, monitoring,
beleidsterreinen. Tot slot is van groot belang
jongerenparticipatie & communicatie van de
dat de middelen niet minder worden.
uniforme boodschap.
Hieronder wordt beschreven hoe de middelen
Ten opzichte van 2011 verschilt deze inzet en
de komende jaren verdeeld zullen worden.
verdeling van middelen weinig. Grotere verschuivingen zullen vanaf 2013 plaatsvinden.
ACTIE 19: Er wordt regionaal gezocht naar aanvullende middelen voor de financiering van de regionale activiteiten uit deze beleidsvisie. Er wordt dan gekeken naar bijv. landelijke subsidies en naar financieringsstromen van gerelateerde beleidsvelden.
In 2013 zal de Halt-leeropdracht grotendeels worden ingevoerd in de regio. De verwachting is dat, omdat de middelen voor voorbereiding niet meer nodig zijn, deze middelen direct ingezet worden voor de uitvoering van de Halt-leer-
Verdeling middelen
opdracht zelf. De rest van de verdeling van de
In 2012 en verder zullen de volgende grote
middelen blijft hetzelfde als in 2012.
clusters activiteiten met de regionale middelen gefinancierd worden:
In 2014 hebben gemeenten een start gemaakt
Voorlichting, bewustwording en educatie,
met de uitvoering van hun eigen alcohol
gericht op jongeren én hun ouders. Deze activi-
matigingsbeleid dat zij in 2013 hebben vast
teiten vinden plaats op zowel het basisonder-
gesteld. Daarin wordt ook gekeken naar
wijs, als het middelbaar onderwijs en op de
de financiering van de Halt-leeropdracht.
ROC’s. Daarnaast is er een open spreekuur voor
Meerdere gemeenten hebben aangegeven
mensen met vragen over alcohol en andere
middelen te willen vrijmaken voor de
genotmiddelen. Dit zijn activiteiten zoals die
bekostiging van deze leeropdracht.
benoemd zijn in hoofdstuk 7 over de pijler
Financiering uit de regionale middelen wordt
‘Voorlichting, bewustwording en educatie’.
dan gezien als overgangsfinanciering.
Voorbereiding invoering Halt-leeropdracht
Belangrijker is dat door het effect van
(uitvoeringsafspraken maken met oa. politie)
het beleid en de inzet op de voorkant (voor
en bekostiging Halt-leeropdracht zelf. Er is niet
lichting, educatie etc.) minder jongeren in
meer geld beschikbaar dan de 11% van de
aanmerking zullen komen voor een Halt-leer
totale middelen zoals die in de tabel hieronder
opdracht omdat er überhaupt minder alcohol
aangegeven is. De Halt-leeropdracht is een
gedronken wordt. Om die reden worden vanaf
activiteit die onderdeel uitmaakt van de uit
2014 middelen verschoven naar de voorkant.
voeringsagenda van pijler 3 ‘Regelgeving en
Door meer in te zetten op de voorkant (met
handhaving’ in hoofdstuk 9.
name via pijler 1), wordt verwacht dat er uit
Deskundigheidsbevordering van professionals
eindelijk ook minder jongeren overmatig
die in contact komen met jongeren en hun
alcohol drinken, waardoor ook minder Halt-
ouders. Dit is het grote cluster in de uitvoering
afdoeningen en Halt-leeropdrachten gevolgd
van regionale activiteiten rond de vierde pijler
zullen worden. Dit betekent dat de middelen die
‘Signalering, advies en ondersteuning’ in
nodig zijn voor Halt minder zullen zijn. Het ont-
hoofdstuk 10.
staan van het probleem (alcohol drinken of over-
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
41
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
matig alcohol drinken) wordt door een grotere
Aangezien gemeenten hun eigen beleid in 2013
inzet op de voorkant überhaupt voorkomen.
vaststellen, is er op termijn minder geld nodig
Meer inzet op de voorkant richt zich op het
voor beleidsadvisering aan gemeenten. Door
bereiken van alle leerlingen, zowel op het basis-
het BOA zijn en worden er tevens handreikin-
onderwijs, als op het middelbaar onderwijs en
gen geschreven die gemeenten kunnen gebrui-
het beroepsonderwijs. Ook is er aandacht voor
ken. Ook is er in 2011 een regionale
het vergroten van de weerbaarheid van jongeren
Volksgezondheid Toekomst Verkenning (rVTV)
in het algemeen (als basis voor het ‘nee’ kunnen
verschenen, en verschijnt er in 2012 ook nog
zeggen tegen alcohol).
een regionale nota volksgezondheid. Landelijk
Daarnaast stijgen ook de middelen voor des-
is er via de diverse instituten (Centrum voor
kundigheidsbevordering. Het gaat hierbij om
Gezond Leven, Trimbos etc.) kennis beschikbaar.
een vermeerdering van de activiteiten die inge-
In principe bieden deze stukken gezamenlijk
zet worden bij instellingen alcohol als onder-
(incl. deze beleidsvisie) een goede basis voor het
werp op de agenda te houden, hier aandacht
maken van eigen gemeentelijk beleid. Gemeen-
aan te besteden, bijvoorbeeld door professio-
ten kunnen ten slotte gebruik maken van
nals te trainen in het herkennen van alcohol.
elkaars ervaringen. Wel is er uit de algemene
Hier kan dan ook goed een snelle doorverwij-
middelen nog inzet nodig voor jongerenpartici-
zing naar de huisarts en zorgverzekeraar in
patie, communicatie en monitoring. Deze wordt
ingebed worden. Uiteindelijk leidt een goede
dan ook gecontinueerd. Voorstel is om dit uit
deskundigheid en (vroeg)signalering tot een
de regionale middelen te blijven bekostigen.
adequate en zo vroeg mogelijke behandeling van alcoholproblematiek, waardoor ergere pro-
In 2015 wordt de situatie van 2014 gecontinu-
blematiek (waaronder bijv. overlast) voorkomen
eerd en verder versterkt. In 2015 vindt tevens
wordt. Deze middelen ondersteunen actie 16
een evaluatie plaats.
van gemeenten en bieden zo een basis voor het
In de tabel hieronder worden deze keuzes
maken van goede afspraken met instellingen.
schematisch weergegeven. De percentages
Het is zinvol als alcohol bij die instellingen al op
zijn gebaseerd op de door de instellingen
de agenda staat en er al mee gewerkt wordt.
ingediende subsidieaanvragen voor 2012.
Verdeling regionale middelen tbv verslavingspreventie 2012-2015 Cluster
Actie
2012
2013
2014
2015
Voorlichting, preventie, educatie (pijler 1)
3
42 %
44%
49%
50%
Handhaving/Halt leeropdracht (pijler 3)
11
11%*
11%*
0%
0%
Deskundigheidsbevordering (pijler 4)
15, 17
31 %
33%
41%
42%
Algemeen
Overhead, 18, 19
16%
12 %**
10 %**
8 %**
100 %
100%
100%
100%
Totaal***
* In 2012 valt deze 11% uiteen in een deel ‘voorbereiding invoering Halt-leeropdracht’ en de uitvoering van de Halt-leeropdracht zelf. In 2013 wordt het gehele bedrag besteed aan de uitvoering van de Halt-leeropdracht. ** M iddelen worden in mindering gebracht op de werkzaamheden voor beleidsondersteuning aan individuele gemeenten. Gemeenten kunnen altijd zelf deze ondersteuning inkopen bij de GGD. *** Bij het totaal wordt in 2012 uitgegaan van de beschikbare € 429.000,-.
Subsidiëring vindt plaats door de Gemeente Leiden vanuit haar rol als centrumgemeente.
42
14. Actieoverzicht In bovenstaande hoofdstukken zijn acties
alcoholmatigingsbeleid te voeren. Hieronder
beschreven die zowel op regionaal als op
worden deze acties nog eens schematisch
lokaal niveau ingezet worden om een effectief
samengevat.
Beschrijving
Pijler
Trekker
Andere betrokkenen
Wanneer?
ACTIE 1
Alle partners op regionaal niveau dragen de uniforme regionale boodschap van een gezamenlijk alcoholmatigingsbeleid actief uit en stimuleren gemeenten en instellingen om zich bij deze uniforme boodschap aan te sluiten.
Algemeen
RDOG-werkgroep BOA Alle instellingen die Continu te maken hebben met jongeren & alcohol; individuele gemeenten
ACTIE 2
Gemeenten in Zuid-Holland Noord leggen hun beleid op het gebied van alcoholmatiging uiterlijk in 2013 in beleid vast. Basis voor dit beleid is deze regionale beleidsvisie waarin aangegeven wordt welke uniforme lokale acties ondernomen dienen te worden om het alcoholmatigingsbeleid effectief te laten zijn, waarbij ook rekening gehouden wordt met lokaal maatwerk. De RDOG (met ondersteuning van de werkgroep BOA) monitort de voortgang in gemeenten.
Algemeen
Gemeenten
Instellingen in de gemeenten die te maken hebben met jongeren & alcohol
Uiterlijk in 2013
ACTIE 3
Op alle basisscholen, middelbare scholen en ROC’s in de regio Zuid-Holland Noord worden voorlichtingsactiviteiten gehouden waarbij niet alleen de jongeren betrokken wordt maar ook de ouders en waarbij aandacht is voor de gevaren van alcoholgebruik (en andere verslavende zaken) en er steeds meer aandacht is voor weerbaarheid in het algemeen.
Pijler 1
GGD: basisonderwijs & middelbare scholen Brijder: ROC’s
Basisonderwijs Middelbare scholen ROC’s
Uiterlijk in 2013
ACTIE 4
wGemeenten brengen in kaart waar professionals in contact komen met jongeren en hun ouders waar ook voorlichting, bewustwording en educatie rond alcohol en genotmiddelen plaats kan vinden en leggen de aandacht voor voorlichting, bewustwording en educatie rond dit onderwerp zoveel mogelijk via subsidiëring vast.
Pijler 1
Gemeenten
Instellingen in de gemeenten die te maken hebben met jongeren & alcohol
In 2013 in beleid opgenomen
ACTIE 5
RDOG/GGD en Brijder maken, voor zover dit nog niet is gebeurd, afspraken met scholen in de regio Zuid-Holland Noord over hoe zij omgaan met alcohol en andere verslavende middelen en de aandacht die ze daaraan besteden (bijv. in voorlichting, in de kantine, op schoolfeesten), met als doel de verkrijgbaarheid van alcohol en andere verslavende middelen zoveel mogelijk te beperken. De werkgroep BOA heeft hierbij een ondersteunende rol.
Pijler 2
RDOG/GGD (met medewerking van de werkgroep BOA)
Middelbare scholen ROC’s
Afspraken in 2013 gemaakt
ACTIE 6
Gemeenten zetten een combinatie van instrumenten (Nota Paracommercie, bestuurs reglement, subsidievoorwaarden, convenant) in om de beschikbaarheid van alcohol op (sport) verenigingen voor jongeren te beperken. Overleg met sportverenigingen is hierbij essentieel om tot goede resultaten te komen.
Pijler 2
Gemeenten
(Sport)verenigingen in de gemeente
In 2013 in beleid opgenomen
ACTIE 7
In het gemeentelijke evenementenbeleid is aandacht voor het onderwerp alcohol & jongeren en wordt aangegeven hoe de gemeente hiermee om wil gaan. Zo mogelijk worden instrumenten (aantal tappunten en openingstijden) door gemeenten in overleg met organisatoren van evenementen ingezet (bijv. opnemen in evenementenvergunning).
Pijler 2
Gemeenten
Evenementenorganisatoren, Politie
In 2013 in beleid opgenomen
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
43
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
44
ACTIE 8
Gemeenten maken afspraken met horecaondernemers, supermarkten en slijterijen over de manier waarop zij omgaan met de verkoop van alcohol en met leeftijdscontroles met het doel ook deze partners hun verantwoordelijkheid op dit onderwerp te laten nemen.
Pijler 2
Gemeenten
Horecaonder nemers (bijv. via ondernemers vereniging)
Uiterlijk in 2013 in beleid opgenomen welke afspraken gemaakt gaan worden
ACTIE 8
Gemeenten waarin sprake is van hokken en keten geven in hun beleid aan hoe zij omgaan met die hokken en keten in de gemeente. Hierbij worden de belanghebbende partijen (zoals brandweer, politie etc.) betrokken.
Pijler 2
Gemeenten
Jongerenwerk, Politie, Brandweer
In 2013 in beleid opgenomen hoe men met hokken en keten om wil gaan.
ACTIE 10
Gemeenten geven in beleid aan welke keuzes zij maken ten aanzien van de ruimtelijke ordening en de vestiging van horecaondernemingen, waaronder snackbars, coffeeshops etc. en welke keuzes zij maken ten aanzien van het eigen reclamebeleid.
Pijler 2
Gemeenten
-
In 2013 keuzes in beleid opgenomen
ACTIE 11
De RDOG in samenwerking met Brijder (als uitvoerder van de leeropdracht) afspraken met de Politie en de Veiligheidsregio over de manier waarop in de regio Zuid-Holland Noord omgegaan wordt met alcoholproblematiek en –overlast door jongeren, waaronder het doorverwijzen naar het regionale Bureau Halt.
Pijler 3
RDOG (voorbereid door de werkgroep BOA) ism Brijder
Politie, Veiligheidsregio, Bureau Halt
Voorbereiding invoering Halt-afdoeningalcohol + leeropdracht in 2012, uitvoering in alle gemeente in 2013 ev.
ACTIE 12
De RDOG bekijkt de mogelijkheden om in regionaal verband de nieuwe toezichtstaak die gemeenten krijgen in het kader van de gewijzigde Drank- en Horecawet uit te voeren.
Pijler 3
RDOG (voorbereid door de werkgroep BOA)
Gemeenten
Voor medio 2012
ACTIE 13
Gemeenten geven in hun beleid aan welke regelgeving en beleidsinstrumenten zij inzetten om vorm te geven aan de pijler ‘regelgeving en handhaving’, waarbij zij kijken naar de mogelijkheden in het Integraal Veiligheidsplan, het handhavingsbeleid, de APV en de Drank- en Horecaverordening en de invoering van de Halt-leeropdracht.
Pijler 3
Gemeenten
Horecaonder nemers, detaillisten, Veiligheidshuis
In 2013 in beleid opgenomen
ACTIE 14
De RDOG maakt afspraken met verzekeraar Zorg & Zekerheid over het aanbod aan eerstelijnsgezondheidszorg die zich richt op het voorkomen van een verslaving (geïndiceerde preventie).
Pijler 4
RDOG (voorbereid door de werkgroep BOA) ism GGD en/of Brijder
Zorg & Zekerheid
Afspraken in 2013 gemaakt
ACTIE 15
In de uitvoering wordt een relatief groot deel van de inzet besteed aan de uitvoering van deze pijler door middel van het ondersteunen van instellingen bij signalering, advies en ondersteuning (bijv. trainingen van professionals over wat signalen zijn van alcoholproblematiek).
Pijler 4
Uitvoerende instellingen
Instellingen die te maken hebben met jongeren en hun ouders
ACTIE 16
Gemeenten brengen in kaart waar professionals Pijler 4 in contact komen met jongeren en hun ouders en onderstrepen daar het belang van een goede signalering van alcoholproblematiek incl. de daarvoor benodigde kennis. Waar mogelijk nemen zij dit onderwerp ook op in subsidieafspraken.
Gemeenten
Instellingen die te maken hebben met jongeren en hun ouders
In 2013 in beleid opgenomen
ACTIE 17
Alle partners en gemeenten en maken bij beleidsontwikkeling en/of –uitvoering gebruik van de ervaringsdeskundigheid van jongeren zelf.
Gemeenten, GGD, werkgroep BOA en Brijder hebben een adviserende rol, GGD heeft ook een ondersteunende rol.
Jongerenorganisaties (bijv. JongerenPanels)
Continu
Algemeen
ACTIE 18
De RDOG monitort de uitvoering van deze beleidsvisie via de genoemde indicatoren, door een inventarisatie bij gemeenten om inzicht te krijgen in de begin situatie en door middel van een evaluatie van het beleid in 2015.
Algemeen
RDOG
Gemeente Leiden, GGD, Holland Rijnland
Beginsituatie: 2012-2013 Evaluatie: 2015
ACTIE 19
Er wordt regionaal gezocht naar aanvullende middelen voor de financiering van de regionale activiteiten uit deze beleidsvisie. Er wordt dan gekeken naar bijv. landelijke subsidies en naar financieringsstromen van gerelateerde beleidsvelden
Algemeen
RDOG
GGD, Gemeente Leiden, Holland Rijnland
Uiterlijk inzicht in mogelijkheden in 2013
Regionale Beleidsvisie Verslavingspreventie Zuid-Holland Noord
45