Regelwijzer
Versie: 6 december 2011
Inleiding
Het Grafisch Lyceum Utrecht hecht waarde aan zorgvuldigheid. Waar mensen met elkaar samenwerken bieden duidelijke afspraken, regelingen en procedures helderheid en houvast. Onze Regelwijzer biedt alle regelingen en procedures waarmee wij een zorgvuldige omgang en samenwerking tussen studenten, medewerkers in het gebouw borgen.
Naast de Regelwijzer geven de Onderwijs- en Praktijkovereenkomst, de Studiewijzer, de Wegwijzer en het Algemeen Examenreglement richting aan de afspraken over de inhoud en inrichting van het onderwijs en de examinering. Naast de Regelwijzer geven de WEB, de CAO BVE, De Arbeidsomstandigheden Wet, de Wet BIO, De Wet Verbetering Poortwachter en de Personeelswijzer richting aan de afspraken met medewerkers over de inhoud en inrichting van het onderwijs en de examinering.
In het Studentenstatuut en het Medewerkersstatuut beschrijven wij hoe wij in het Grafisch Lyceum Utrecht met elkaar omgaan. De Klachtenregeling en de Klokkenluidersregeling bieden onze studenten en medewerkers rechtszekerheid en zorgvuldigheid in de omgang met klachten, klokkenluiders. De regelingen Calamiteiten en Bedrijfsnoodplan bieden aanwijzingen hoe te handelen in bijzondere situaties. Het Grafisch Lyceum zet met de Regelwijzer weer een stapje in het kwaliteitssysteem. We staan altijd open voor suggesties ter verbetering. Het College van Bestuur
Betty Heimans Voorzitter College van Bestuur
2
Pagina Algemene Inleiding DEEL I
2
REGELINGEN RECHTSBESCHERMING Inleiding
4
Hoofdstuk I: Studentenstatuut artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel
1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8: 9:
Algemene bepalingen Algemene rechten Gedragscode Toelating Onderwijs Studiebegeleiding Aan- en afwezigheid Studievoortgang en examens Disciplinaire maatregelen, schorsing en verwijdering
6 7 11 14 16 18 19 21 22
Hoofdstuk II: Medewerkersstatuut artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel
1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8:
Algemene bepalingen Algemene rechten Gedragscode Onderwijs Studiebegeleiding Ziek- en beter melden Bekwaam zijn en blijven Disciplinaire maatregelen
24 25 28 31 32 33 34 35
Hoofdstuk III: Klachtenregeling artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel
1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8: 9: 10: 11:
Algemene bepalingen Bereik Bemiddeling Klacht Bezwaar Beroep Landelijke klachtencommissie Intrekken van klacht Klachtencommissie Begrippenlijst Vaststelling
36 37 37 37 38 38 40 40 40 41 44
Hoofdstuk IV: Klokkenluidersregeling artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel artikel
1: 2: 3: 4: 5: 6: 7: 8: 9:
Algemene bepalingen Commissie integriteit Melding misstand Behandeling melding Standpunt Melding aan voorzitter RvT Standpunt voorzitter RvT Rechtsbescherming Inwerkingtreding
47 47 48 49 49 50 50 51 51
3
DEEL II
REGELINGEN BIJZONDERE SITUATIES
Hoofdstuk V: Calamiteitenregeling
Hoofdstuk VI: Bedrijfsnoodplan
4
Inleiding
Het Grafisch Lyceum Utrecht hecht aan goed onderwijs in een prettige sfeer. In onze missie geven wij uitdrukking aan onze eigen, kenmerkende identiteit. In onze opdracht spreken wij onze ambitie uit. In onze inspiratie benoemen wij onze bronnen. In onze onderwijsvisie verwoorden wij ons vakmanschap, hoe we leren en werken. Missie Het Grafisch Lyceum Utrecht is een toonaangevende opleider voor de grafi media en een vakkundig opleidingsinstituut met oog voor maatschappelijke ontwikkelingen die het onderwijs mede ten goede komen. Het Grafisch Lyceum Utrecht is een kleinschalige, creatieve en veilige school met ervaren vakdocenten die betrokken zijn bij de studenten. Het Grafisch Lyceum kan bogen op een rijke traditie van honderd jaar Grafisch Onderwijs. Met behulp van modern en actueel onderwijs gaan onze studenten de échte grafi mediawereld in. Opdracht Het Grafisch Lyceum Utrecht heeft de maatschappelijke opdracht om in te spelen op de vraag naar vakmensen in de grafi mediabranche. De school speelt op innovatieve wijze in op de veranderende markt vanuit een rijke historie en ervaring aan vakmanschap en visie. Het Grafisch Lyceum Utrecht heeft de ambitie om leren leuk en uitdagend te maken. Wij stimuleren studenten om hun eigen creativiteit te gebruiken in een aantrekkelijke, afwisselende, praktijkgerichte leeromgeving. Wij willen onze studenten met een goed resultaat de school zien verlaten. Dat kan een diploma zijn, een startkwalificatie, een plek op de arbeidsmarkt of in het vervolgonderwijs. Inspiratie Wij willen vooral dat onze studenten hun talenten maximaal leren aanspreken. Onze dagelijkse drive is om samen het beste in onze studenten te ontdekken en dat aan de oppervlakte te brengen. Wij willen onze studenten voorbereiden op een eigenstandige positie in de samenleving, als sociaal en maatschappelijk zelfredzame jonge mensen. Studenten die het Grafisch Lyceum Utrecht verlaten, hebben niet alleen een vak geleerd maar ook gewerkt aan hun vermogen om zich te blijven ontwikkelen. Onderwijsvisie Specifiek voor ons onderwijs is onze visie op leren. Leren zien wij als een combinatie van denken, doen en reflecteren. Dit is voor iedere student anders, daarom houden wij rekening met verschillen in leerstijlen en leervaardigheden. Onze opleidingen zijn beroeps- en resultaatgericht: door zoveel mogelijk uit te gaan van de praktijk sluiten onze opleidingen goed aan op de uiteindelijke beroepen. De onderwijsteams zijn verantwoordelijk voor een student vanaf het moment van aanmelding tot en met de examinering. Schooluitval proberen we zoveel mogelijk te voorkomen, hierbij neemt de studieloopbaanbegeleiding een belangrijke plaats in.
5
Deel I
REGELINGEN RECHTSBESCHERMING
Hoofdstuk I
Studentenstatuut
Studenten hebben recht op goed onderwijs in een prettige en veilige leeromgeving. Daarvoor zijn afspraken nodig waar iedereen zich aan te houden heeft. Dat is in het studentenstatuut vastgelegd. Overal waar in dit studentenstatuut “hij” staat, kan ook “zij” gelezen worden.
Artikel 1
Algemene bepalingen
1. Inleiding Dit studentenstatuut bevat regels, rechten én plichten van de studenten van het Grafisch Lyceum Utrecht. Het studentenstatuut geeft naast een beschrijving van de rechten, plichten en gedragsregels op school ook mogelijke disciplinaire maatregelen die het Grafisch Lyceum Utrecht kan opleggen. In hoofdstuk 4 in de Regelwijzer vind je de klachtenregeling.
Doelstelling Studentenstatuut Het studentenstatuut levert een bijdrage aan het onderwijs en de sfeer door te beschrijven wat we van elkaar kunnen verwachten en hoe we met elkaar omgaan. Voor het leveren van goed onderwijs en begeleiding biedt het studentenstatuut gedragsregels en disciplinaire maatregelen. Het biedt zekerheid en duidelijkheid. Het bevordert de rechtsbescherming van onze studenten en voorkomt conflicten. Bij de rechtsbescherming gaat het om het recht op een veilige school, gelijke behandeling en privacybescherming. Het wijst de weg naar de vertrouwenspersoon.
1.1.
Voor wie
Het studentenstatuut geldt voor elke student en extraneus van het Grafisch Lyceum Utrecht. Het studentenstatuut is tevens bindend voor alle medewerkers van het Grafisch Lyceum Utrecht. Bij minderjarige studenten is het studentenstatuut tevens van belang voor hun ouders/verzorgers.
1.2.
Samenhang
Het Studentenstatuut hangt samen met: • • • • •
De onderwijsovereenkomst en/of examenovereenkomst De BPV-overeenkomst (Praktijkovereenkomst) De Studiewijzer De Wegwijzer Het Algemeen Examenreglement
6
Artikel 2 2.1.
Algemene rechten
Vrijheid van meningsuiting
Elke student heeft recht op vrije meningsuiting zoals vastgelegd in de grondwet. De vrijheid van meningsuiting houdt op waar een ander door een meningsuiting wordt gekwetst of gediscrimineerd. De student mag opbouwende kritiek leveren op een personeelslid of de organisatie, mits daarbij de regels van het normaal maatschappelijk verkeer worden gehanteerd. De student mag opbouwende kritiek leveren op het Grafisch Lyceum Utrecht gericht op het verbeteren van het onderwijs en/of de organisatie. De vrije meningsuiting mag het onderwijs niet belemmeren en mag niet kwetsend of discriminerend zijn.
2.2.
Informatie
Elke student heeft recht op juiste, tijdige en volledige informatie over kwesties die het directe belang op onderwijs raken vanuit de positie als student. Elke betrokken medewerker is verantwoordelijk voor het ter beschikking stellen van de informatie.
2.3.
Inspraak
De school stimuleert de studenten om actief betrokken te zijn bij de menings- en besluitvorming over kwesties binnen de school, waarmee ze direct te maken hebben. Studenten hebben recht op medezeggenschap. De student heeft actief en passief kiesrecht voor de Studentenraad, volgens het geldende reglement. De schoolleiding stelt de gekozen studenten in de gelegenheid om de vergaderingen van de Studentenraad bij te wonen. In het reglement van de Studentenraad zijn de onderwerpen waarop de Studentenraad, advies- en instemmingsrecht heeft, vastgelegd. Studenten hebben het recht om via de studenten in de Studentenraad voorstellen en suggesties te doen over alle zaken in en om school. De Studentenraad kan vervolgens naar eigen inzicht deze voorstellen en suggesties doorspelen naar het College van Bestuur dat hier binnen twintig schooldagen op dient te reageren.
2.4.
Vrijheid van vergaderen
Studenten hebben het recht te vergaderen over zaken die de school aangaan en daarbij gebruik te maken van de faciliteiten van het Grafisch Lyceum Utrecht. Daartoe dienen ze een week van tevoren een verzoek voor een vergaderruimte in bij de begeleider van de studentenraad, vergezeld van een agenda. De schoolleiding kan de vergadering beëindigen, of in het geheel niet door laten gaan indien de vergaderende groep studenten zich niet aan gemaakte afspraken houdt.
2.5.
Privacy en gegevensverstrekking
2.5.1. Van alle studenten worden gegevens door de school geregistreerd. De geregistreerde gegevens dienen correct en volledig te zijn. De geregistreerde gegevens betreffen personalia, informatie over de vorige schoolloopbaan, informatie over de aard en het verloop van de huidige schoolloopbaan evenals informatie over vervolgonderwijs dan wel werkzaamheden. Als de student van mening is dat de gegevens onjuist, onvolledig of verouderd zijn, kan de student een voorstel tot aanpassing doen . Dit betreft niet zijn studievorderingen. 2.5.2. Uitgangspunt is dat de gegevensregistratie, het koppelings- en toegangsbeleid en de verstrekking van gegevens aan buitenstaanders de privacy van de studenten niet meer aantast dan nodig is voor het kunnen functioneren van de school binnen de wet- en regelgeving van de overheid (Wet Bescherming Persoonsgegevens). Dit betekent onder meer dat de school gegevens zorgvuldig beheert, alleen rechtstreeks betrokken medewerkers toegang tot de gegevens hebben en externe instellingen alleen gegevens krijgen als de school daartoe verplicht is, dan wel dat deze verstrekking in het persoonlijk belang van de student is (ter beoordeling aan de directie).
7
2.5.3. De student heeft het recht kennis te nemen van de over hem in de registratie opgenomen gegevens. Daarvoor dient de student een schriftelijk verzoek in bij de administratie. Het Grafisch Lyceum Utrecht stelt binnen vier schoolweken de gegevens beschikbaar. Kosten die hiervoor gemaakt worden, zijn voor rekening van de student. 2.5.4. Er dient een foto van ieder ingeschreven student te zijn. De student is verplicht zich hiervoor te laten fotograferen, dan wel een pasfoto ter beschikking te stellen. Het fotoarchief valt onder de bepalingen van Artikel 2.5. 2.5.5. Indien een student betrokken is bij een strafbaar feit en de politie de school medewerking verzoekt bij de opsporing respectievelijk vervolging, kan de school besluiten inlichtingen aan de politie te vertrekken in het belang van het justitieel onderzoek. De school betracht hierbij de grootst mogelijke terughoudendheid. 2.5.6. Het is verboden om afbeeldingen, videobeelden of geluidsopnamen van studenten, docenten of andere gebruikers van Het Gebouw te maken en/of te publiceren als daar vooraf geen toestemming toe gegeven is door de betreffende persoon. (Uitzondering: het cameratoezicht van het GLU) 2.5.7. Wanneer een student zijn opleiding beëindigt of afbreekt worden bij uitschrijving alle gegevens over de betreffende student vernietigd, met uitzondering van de gegevens die nodig zijn op grond van wettelijke voorschriften, voor aanbevelingsdoeleinden en voor het bijhouden van een alumnibestand.
2.6.
Gelijke behandeling
2.6.1. Studenten worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. 2.6.2. Elke vorm van discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke en seksuele voorkeur, ras, geslacht is niet toegestaan. Discriminerende uitingen, handelingen of gedragingen zijn onacceptabel en kunnen leiden tot disciplinaire maatregelen. Dit geldt ook voor kwetsend gedrag, zoals intimiderend, agressief of pestgedrag. 2.6.3. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan specifieke maatregelen nemen om gelijke behandeling mogelijk te maken, bijvoorbeeld om gelijke kansen mogelijk te maken voor studenten met een functiebeperking.
2.7.
Studeren met een functiebeperking
2.7.1. Een functiebeperking is een aandoening die de studievoortgang kan vertragen. Het zijn vaak structurele, chronische aandoeningen. Functiebeperkingen kunnen o.a. zijn zintuiglijke beperkingen zoals slechtziendheid, slechthorendheid of een motorische beperking; dyslexie (met dyslexieverklaring), dyscalculie, een spraakbeperking, autisme, ADHD of epilepsie tot een psychische aandoening als een fobie, depressie, faalangst of een chronische ziekte als M.E.,reuma, zware RSI of zware migraine (vastgesteld door een bevoegd arts). 2.7.2. De student is zelf verantwoordelijk om tijdens de intake de school te informeren over de beperking. Een functiebeperking hoeft een succesvolle afronding van de opleiding niet in de weg te staan. De student is als eerste zelf verantwoordelijk voor de voortgang van de opleiding. De opleiding helpt de student met een functiebeperking bij het zoeken naar oplossingen die de student kunnen helpen bij de studieloopbaan. De opleiding zal –binnen de grenzen- rekening houden met de functiebeperking,. Naast de ondersteuning vanuit school heeft de student –net als iedere andere student- een eigen (inspannings)verplichting. 2.7.3. De student is zelf verantwoordelijk om de school te informeren over de hulpvraag met betrekking tot de functiebeperking. De student neemt daartoe contact op met de studieloopbaanbegeleider. De student kan ook gebruik maken van het inloopspreekuur van het SAC (Studieloopbaan en Advies Centrum). De student heeft recht op extra begeleiding
8
als hij/zij gediagnotiseerd is en daar extra gelden aan verbonden zijn (zoals nu de rugzakjes). 2.7.4. Een medewerker van het SAC zal samen met de student in kaart brengen waar de beperkingen liggen en waar mogelijk ondersteuning nodig is. Het SAC kan de student informeren over het aanvragen van voorzieningen, zoals: - ruimtelijke aanpassingen die zorgen voor een betere toegankelijkheid, een eigen parkeergelegenheid - onderwijsvoorzieningen zoals extra begeleiding - toetsvoorzieningen zoals een vergroot lettertype en een verlenging van de tijdsduur van de toets - voorzieningen die de toegankelijkheid vergroten.
2.8.
Veilige school
2.8.1. De student heeft recht op een goed, veilig en gezond schoolklimaat. Dit recht geeft de student ook de plicht zich zo te gedragen dat er voor hemzelf en voor anderen sprake is van een goed en veilig schoolklimaat. In het geval van mishandeling, bedreiging, diefstal, aanranding of een andere overtreding van de wet, zal de school aangifte doen bij de politie. 2.8.2. De rechten en plichten inzake een goed en veilig schoolklimaat zijn ook van toepassing op personen van buiten die (tijdelijk) in de school aanwezig zijn. 2.8.3. De school treft alle benodigde maatregelen om de veiligheid van de gebouwen en de daarin aanwezig apparatuur en andere onderwijsmiddelen te garanderen. Het Grafisch Lyceum Utrecht heeft daartoe een calamiteitenplan en houdt ontruimingsoefeningen. Studenten van het Grafisch Lyceum Utrecht dienen maatregelen en aanwijzingen met betrekking tot de veiligheid op te volgen. 2.8.4. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan aanvullende regels stellen betreffende kleding in verband met het onderwijs daar waar de veiligheid in het geding is (praktijkvakken e.d.) en voor wat wenselijk is op de beroepspraktijkvormingsplaats.
2.9.
Vertrouwenspersoon
2.9.1. De student heeft er recht op als volwaardig persoon behandeld te worden. De student kan van zijn medestudenten en medewerkers van het Grafisch Lyceum Utrecht verwachten dat zijn levensbeschouwelijke en maatschappelijke overtuiging gerespecteerd wordt. In het contact met en onder de studenten wordt geen onderscheid gemaakt op grond van ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, seksuele geaardheid, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst of andere status. 2.9.2. De student kan bij gevoelens van onveiligheid een beroep doen op de vertrouwenspersoon, als de student het idee heeft dat iemand over zijn / haar grens is gegaan. De student bepaalt zelf waar de grens ligt. Vormen van ervaren grensoverschrijdend gedrag kunnen zijn: discriminatie, pesten, machtsmisbruik, agressie of seksuele intimidatie. De student kan met zijn verhaal, klacht of melding over grensoverschrijdend gedrag terecht bij onze mannelijke of vrouwelijke vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon kan de student opvangen, emotionele ondersteuning geven, samen met de student mogelijke oplossingen / vervolgstappen onderzoeken, informatie geven over externe hulpverlening en klachtrecht, doorverwijzen naar hulpinstanties, nazorg geven.
2.10
Bescherming van bedrijfsgegevens
2.10.1. De student heeft in het kader van de beroepspraktijkvorming de verplichting tot geheimhouding - zowel gedurende de periode waarop de beroepspraktijkvorming overeenkomst betrekking heeft als daarna - van alles dat direct of indirect verband houdt met de belangen van het bedrijf dat de beroepspraktijkvorming verzorgt en met name alles
9
wat behoort tot het bedrijf, de bedrijfsvoering en de relaties; alles genomen in de ruimste zin. 2.10.2. In de Klokkenluidersregeling (Hoofdstuk 5) beschrijft het Grafisch Lyceum Utrecht waar en op welke wijze de student melding van een vermoeden van misstanden kan doen en hoe de verdere behandeling daarvan plaatsvindt. Dit conform de Code Goed bestuur in de BVE sector. Onder missstanden worden ernstige onregelmatigheden verstaan als fraude, het bewust overtreden van de wettelijke regels en bepalingen en het in gevaar brengen van de volksgezondheid. De regeling legt vast dat medewerkers, ouders of studenten die hun melding te goeder trouw doen, daardoor niet worden benadeeld.
10
Artikel 3
Gedragscode
Het Grafisch Lyceum Utrecht wil studenten stimuleren tot integer gedrag en hen tevens beschermen tegen ongewenst gedrag. In onze organisatie leren en werken we op basis van wederzijds respect. Respect als kernbegrip in de omgang met elkaar, wat bedoelen we daarmee?
3.1
Toon respect voor de ander
Behandel de ander zoals jezelf behandeld wilt worden. Heb respect voor zijn of haar persoon, gedachtewereld, lichamelijke en psychische eigenheid. Daar hoort bij dat verschillen tussen mensen worden geaccepteerd. Respect heeft ook betrekking op bezittingen die de ander of de organisatie toebehoren.
3.2.
Toon respect voor jezelf
Respect voor de ander betekent niet dat je jezelf moet wegcijferen. Integendeel, als je iets dwars zit, spreek je dan uit. Spreek de ander, waar nodig, aan op zijn of haar gedrag. Als je meent dat de ander jouw grens overschrijdt, is het ook jouw verantwoordelijkheid om dat te signaleren en aan de orde te stellen. Is de drempel te hoog om dat rechtstreeks te doen, vraag dan een ‘derde’ zoals een medestudent, een docent, een collega, een vertrouwenspersoon of een leidinggevende om advies.
3.3.
Aanspreekbaarheid
Van studenten en medewerkers wordt verwacht dat zij elkaar aanspreken op de verantwoordelijkheid voor een sfeer van respect. Pesten, (seksuele) intimidatie, discriminatie, agressie, geweld en andere vormen van grensoverschrijdend gedrag zijn binnen onze school niet toelaatbaar. Wij hebben ieder voor zich en tevens gezamenlijk de verantwoordelijkheid om grensoverschrijdend gedrag te voorkomen, te signaleren en er tegen op te treden.
3.4.
Wat verwachten we van studenten?
Het Grafisch Lyceum Utrecht verwacht van studenten dat: • • • •
3.5.
zij zij zij zij
een constructieve instelling hebben; met elkaar omgaan op basis van respect in houding, woord en gedrag; zich verantwoordelijk voelen voor elkaar, het gebouw en de omgeving; gemaakte afspraken nakomen.
Wat verwachten we in het bijzonder van studenten?
Het Grafisch Lyceum Utrecht verwacht van studenten dat: • • • •
3.6.
zij bijdragen aan een goede sfeer op school; zij inzet en motivatie tonen bij het te volgen leertraject; zij zelf verantwoordelijkheid nemen voor het behalen van resultaten en de voortgang van het eigen leerproces; zij zelf initiatieven nemen om eventuele problemen die optreden tijdens het leertraject, of in de relatie met anderen binnen de school, op te lossen.
Huisregels Het Gebouw
Wij vinden het belangrijk dat onze school een prettige, open en toegankelijke omgeving vormt waarin iedereen zich veilig voelt. Aangezien we met veel mensen in een gebouw leren en werken, gelden er huisregels voor alle gebruikers van Het Gebouw. 3.6.1.
De tien huisregels van onze school 1. Toon respect en krijg het ook weer terug 2. Stoor anderen niet met jouw gedrag
11
3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Gebruik geen (verbaal) geweld en intimideer of discrimineer niet Gebruik je mobiele telefoon of MP3-speler niet tijdens de les De enige plek waar je mag eten en drinken is de kantine Gooi je afval in de daarvoor bestemde afvalbakken Roken doe je buiten onder de overkapping en je peuken gooi je in de peukenbak Wees zuinig op ons gebouw en de inventaris; beklad of bekras niets Maak geen bende van het lokaal. Berg jassen en/of tassen tijdens de les op en laat geen rommel achter 10. Druggebruik of onder invloed zijn van drugs of alcohol in school of omgeving is verboden. 3.6.2.
Om een prettig, rustig en schoon studie- en werkklimaat in en rond Het Gebouw te bevorderen, zijn er verder de volgende regels: • schakel de motor van je brommer of scooter uit op het binnenplein; • parkeer je auto niet op het binnenplein • maak alleen gebruik van de hoofdingang aan de Vondellaan en van de ingang op het binnenplein; • blijf in de pauze niet op de trappen, in de gangen hangen; • gedraag je rustig. Ga alleen een lokaal in als daar een docent aanwezig is; • ruim ook in het studentenrestaurant je eigen rommel op; • houd de ingangen en gangen vrij om anderen ongehinderd door te laten; • maak geen oneigenlijk gebruik van het brandalarm. • het beschadigen van wat dan ook is strafbaar en de herstelkosten verhalen we op de dader(s).
3.6.3.
Studenten van het Grafisch Lyceum Utrecht zijn en blijven zelf verantwoordelijk voor hun spullen. Als de student iets kwijtraakt, kan de student het Grafisch Lyceum Utrecht hiervoor niet aansprakelijk stellen.
3.7.
Gebruik van ICT-faciliteiten
Studenten van het Grafisch Lyceum Utrecht kunnen gebruik maken van de ICT-faciliteiten van de school. De school stelt voldoende faciliteiten beschikbaar in verhouding tot het aantal studenten. De ICT-faciliteiten zijn alleen bestemd voor school gerelateerde doeleinden. 3.7.1.
Regels voor het gebruik van de schoolcomputers: 1. Het is verboden te eten, te drinken of te roken in de lesruimtes 2. De programmatuur mag je alleen voor onderwijsdoeleinden gebruiken 3. Je mag geen programma’s kopiëren, behalve als de school die daarvoor speciaal ter beschikking stelt 4. Toegangscodes voor apparatuur en programmatuur zijn strikt persoonlijk 5. Je mag geen veranderingen aanbrengen in de hardware Bij vandalisme volgen disciplinaire maatregelen. 6. Je bent zelf verantwoordelijk voor jouw producten en door jou aangeschafte onderwijs(ondersteunende) programmatuur. Bij verlies of beschadiging kun je het Grafisch Lyceum Utrecht niet aansprakelijk stellen 7. Meld het aan je docent als je merkt dat er iets mis is met een computer 8. Het is verboden beeldmateriaal te vervaardigen dat pornografisch materiaal bevat, extreem geweld laat zien of anderszins; dit geldt ook voor het bezoeken van websites waarop dergelijk materiaal getoond wordt. 9. Het verspreiden van materiaal dat kan aanzetten tot geweld of haat leidt tot onmiddellijke verwijdering van school. De afdeling ICT beschikt over de mogelijkheid en bevoegdheid om achteraf na te gaan welke websites je bezocht hebt, en welke bestanden je uitgewisseld of gecreëerd hebt.
12
3.7.2.
3.8.
Regels voor het gebruik van de server: 1. Elke student krijgt een loginnaam en wachtwoord voor de centrale fileserver. Bij die loginnaam hoort een map op de server waarop je schoolopdrachten kunt opslaan. 2. Deze map is niet privé. De school heeft altijd het recht om de inhoud van de map te bekijken en ongewenste data en programmatuur te verwijderen 3. Het is niet toegestaan om in je eigen map op de server programmatuur en spelletjes op te slaan die niet door jou gemaakt zijn. Als dergelijke programmatuur wordt aangetroffen, kan de school de hele inhoud van de map wissen. 4. De school kan de datacapaciteit van de map op de server en de mailbox veranderen. 5. Aan het einde van een studiejaar schoont de school de server op waarbij alle studentenmappen worden leeggemaakt. Maak dus bijtijds een back-up!
De noodzaak van de dialoog!
Deze gedragscode bevat normen voor onderlinge omgangsvormen. Het is belangrijk om over deze normen, en de waarden die daarmee verbonden zijn, met elkaar in gesprek te gaan en te blijven. Van medewerkers, leidinggevenden en studenten, wordt verwacht dat zij daaraan een actieve bijdrage leveren. Alleen dan blijft gewenst gedrag stevig verankerd, kan ongewenst gedrag bestreden worden en kan in gezamenlijkheid op nieuwe vragen een passend antwoord gevonden worden.
3.9.
Naleving
De schoolleiding is verantwoordelijk voor toepassing, invoering en gebruik van de gedragsregels. Het naleven van de regels in de gedragscode is allereerst de eigen verantwoordelijkheid. De schoolleiding komt pas in beeld wanneer grenzen worden overschreden en/of voorschriften worden overtreden. In dat geval kunnen er disciplinaire maatregelen worden genomen. Het niet naleven van de regels in de gedragscode kan leiden tot wettelijk of disciplinaire maatregelen zoals beëindiging van de onderwijsovereenkomst, al dan niet op staande voet. Als een student de regels overtreedt, mag het Grafisch Lyceum Utrecht vragen naar zijn legitimatie om te controleren of hij ingeschreven staat bij het Grafisch Lyceum Utrecht.
13
Artikel 4 4.1.
Toelating
Voorlichting
De (kandidaat-)student heeft recht op realistische voorlichting over de opleidingen die het Grafisch Lyceum Utrecht biedt en het beroepenveld waarvoor de school opleidt. De (kandidaat-)student krijgt begeleiding bij het maken van een opleidingskeuze binnen de grafi media beroepen. 4.1.1. Het Studie- en Advies Centrum begeleidt (kandidaat) studenten met hun studiekeuze. Het SAC is betrokken bij het aanmeldproces van nieuwe studenten en adviseert studenten die twijfelen over hun studiekeuze. Het SAC onderhoudt contacten met de decanen van aanleverende vmbo-scholen. Ook is het SAC op de hoogte van de doorstudeermogelijkheden aan het hbo. Studenten die twijfels hebben over hun studiekeuze kunnen bij SAC terecht voor een studiekeuzegesprek, maar ook voor een beroepskeuzetest of oriëntatietraject. De student kan – naast doorverwijzing - ook zelf het SAC benaderen. 4.1.2. De opleiding kan de student verplicht doorverwijzen naar het SAC, bijvoorbeeld omdat de studieresultaten van de student tegenvallen.
4.2.
Toelating
4.2.1. Toelating bestaat uit: a. aanmelding/voorlopige inschrijving Zodra het Grafisch Lyceum Utrecht een ingevuld aanmeldingsformulier ontvangt, krijgt de kandidaat-student een thuisopdracht, vragenlijst en uitnodiging. Tijdens deze voorbereidende fase wordt de datum voor een intakegesprek vastgelegd. b. de intake Tijdens het intakegesprek wordt gekeken naar de thuisopdracht, affiniteit en motivatie van de kandidaat-student, het beeld dat hij heeft van de opleiding en het beroep en tot slot het doorstroomdossier en portfolio van de aanmelder. c. toelating tot een opleiding of toelating tot het examen Er wordt een positief of negatief plaatsingsadvies gegeven. Bij een positief plaatsingsadvies wordt de student ingeschreven bij het Grafisch Lyceum Utrecht. Bij twijfel vindt er eventueel een second opinion plaats. 4.2.2. Voor iedereen die een opleiding van het Grafisch Lyceum Utrecht wil volgen, geldt dat het Grafisch Lyceum Utrecht zich inspant om een passend aanbod te bieden. 4.2.3. Bij de toelating worden de artikelen 8.2.1 (inschrijving) en 8.2.2 (nadere vooropleidingseisen) van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs nageleefd. 4.2.4. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan een numerus fixus hanteren. 4.2.5. Indien het Grafisch Lyceum Utrecht een kandidaat-student niet toelaat, krijgt hij uiterlijk binnen 10 schooldagen na de afronding van de intake hierover schriftelijk bericht. Dit met vermelding van de reden, de mogelijkheid bezwaar in te dienen en de mogelijkheid een gesprek aan te vragen met de decaan. 4.2.6. Op de toelatingsprocedure en in het bijzonder op het besluit tot weigering van toelating is het klachtrecht van toepassing. 4.2.7. Het recht op deelname aan de door het Grafisch Lyceum Utrecht georganiseerde opleidingsactiviteiten wordt opgeschort, indien niet voldaan is aan alle bekostigingsverplichtingen binnen 10 schooldagen na aanvang van de opleidingsactiviteiten. Indien de startdatum van de onderwijsovereenkomst ligt na de aanvangsdatum van de opleidingsactiviteiten, wordt het recht op deelname aan de door het Grafisch Lyceum Utrecht georganiseerde opleidingsactiviteiten opgeschort, indien niet
14
voldaan is aan alle bekostigingsverplichtingen binnen 10 schooldagen na de sluiting van de onderwijsovereenkomst.
4.3.
Financiën
Aan het volgen van een opleiding van het Grafisch Lyceum Utrecht zijn kosten verbonden. De student heeft recht op juiste en tijdige informatie over opleidingskosten. De opleidingskosten bestaan uit : 1. Door de overheid vastgestelde kosten: -Lesgeld voor BOL-studenten gefactureerd door DUO(Dienst Uitvoering Onderwijs); of -Wettelijk Cursusgeld voor BBl/BOL-deeltijd studenten van 18 jaar of ouder gefactureerd door het Grafisch Lyceum Utrecht aan de student of het leerbedrijf; 2.
Door het Grafisch Lyceum vastgestelde kosten: -Leermiddelen en materialen: dit zijn kosten die noodzakelijk zijn om de opleiding te kunnen volgen en een diploma te halen. Hieronder vallen bv. boeken, syllabi, readers, licenties, lesbrieven, vakkleding. Deze kosten zijn zo laag mogelijk. De aanschaf is verplicht, anders kan de student de opleiding niet volgen. -Excursies: deze kosten zijn verplicht indien de excursies vallen onder de onderwijsprogrammering (850/300-klokuren) in de Studiewijzer. De aanvullende schoolverzekering is tijdens de excursie van toepassing. Voor verplichte excursies vraagt het Grafisch Lyceum Utrecht een bijdrage aan de student. Indien de student de bijdrage niet kan betalen, biedt het Grafisch Lyceum Utrecht een vervangend programma.
15
Artikel 5
Onderwijs
5.1.
Deugdelijk onderwijs De student heeft recht op het volgen van goed onderwijs, overeenkomstig het kwalificatiedossier, de Studiewijzer (Onderwijs en Examen Regeling GLU) en de onderwijsovereenkomst van de opleiding.
5.2.
Medewerkers De opleiding en voeren de opleidingsactiviteiten worden uitgevoerd zoals beschreven en vastgelegd in de Studiewijzer van de opleiding en de daarvan afgeleide studiehandleidingen, inclusief het stageboek.
5.3.
Redelijke verdeling
5.3.1. De opleiding zorgt voor een redelijke verdeling van de opleidingsactiviteiten m.b.t. de kerntaken, werkprocessen en competenties over de opleidingsactiviteiten: projecten, cursussen, trainingen en beroepspraktijkvorming. 5.3.2. De opleiding zorgt voor een redelijke verdeling van de opleidingsactiviteiten m.b.t. Nederlands, Rekenen, Leren, Loopbaan & Burgerschap en de Moderne Vreemde Taal. 5.4.
Lesrooster
5.4.1. Het onderwijs is goed georganiseerd met een deugdelijk lesrooster per periode dat tijdig, minimaal 1 week van te voren, wordt gepubliceerd. Het lesrooster dient zoveel mogelijk te worden aangehouden. Indien dit niet mogelijk is, wordt de roosterwijziging tijdig gepubliceerd en/of de student tijdig geïnformeerd. 5.4.2. Onderwijzend personeel die de opleidingsactiviteiten volgens het lesrooster uitvoeren zijn tijdig aanwezig. 5.5.
Opleidingsactiviteiten
5.5.1. onderwijzend personeel zorgt voor een goede presentatie en duidelijke uitleg van de leerstof, een goede begeleiding van projecten en verzorging van cursussen en trainingen. Daar hoort bij: -goede start en opdrachtverstrekking bij projecten -goede begeleiding van projecten -goede inhoudelijke inleidingen bij de cursussen -aansluiting van de uit te voeren opdrachten / casussen bij de introductie en / of inleidingen bij de cursussen en trainingen -het gebruiken van geschikt materiaal dat past bij de cursussen en trainingen -het leren reflecteren op geleverde prestaties en ontwikkelde vaardigheden -het bespreken van de prestatie of ontwikkeling -redelijke spreiding van huiswerk, opdrachten, toetsen, prestaties 5.5.2. De student dient zijn uiterste best te doen om de opleiding met succes af te ronden. De student dient de opleidingsactiviteiten daadwerkelijk te volgen en de opgedragen leeractiviteiten, opdrachten en huiswerk uit te voeren, tenzij dit om dringende redenen (met onderliggende bewijsstukken) redelijkerwijs niet van de student verwacht kan worden. 5.5.3. De student stelt het onderwijzend personeel in staat de onderwijstaak goed uit te voeren, zowel binnen als buiten de lestijd. De medewerker kan de student uit de opleidingsactiviteit verwijderen als deze de opleidingsactiviteit naar het oordeel van de medewerker verstoort. 5.5.4. De student dient bij het onderwijzend personeel die naar zijn oordeel het onderwijs niet goed verzorgt, dit zelf bij de desbetreffende medewerker aan de orde te stellen. Indien dit naar het oordeel van de student niet tot kwaliteitsverbetering leidt, dan kan de student dit
16
eerst aan de orde stellen bij de klassenvertegenwoordiger, die het ter sprake brengt tijdens het overleg met de teamleider . Deze probeert om tot een voor beide partijen bevredigende oplossing te komen. 5.5.5. Indien de student van oordeel is dat hij niet gehoord wordt, kan de student een klacht indienen volgens de Klachtenregeling. 5.5.6. Het Grafisch Lyceum Utrecht bewaakt de kwaliteit van de opleidingen en evalueert regelmatig de opleidingsactiviteiten. De student wordt hier op passende wijze bij betrokken in het kader van de kwaliteitszorg. 5.6.
Beroepspraktijkvorming
5.6.1. Beroepspraktijkvorming is voor iedere student een verplicht onderdeel van het programma. De duur van de stage staat in de Studiewijzer van de opleiding. 5.6.2. De student zoekt een passende stageplaats. Het Grafisch Lyceum Utrecht bemiddelt bij het vinden van een passende stageplaats. Bij voorkeur bestaat er geen (familie)relatie tussen de student en de stage biedende organisatie. 5.6.3. De beroepspraktijkvormingsovereenkomst die het Grafisch Lyceum en de student voor aanvang van de stage afsluiten met de praktijk biedende organisatie regelt de rechten en plichten van de betrokken partijen. 5.6.4. De student is gehouden aan het stageboek. De student dient de documenten uit het stageboek in te leveren bij de medewerkers, zoals beschreven in het stageboek. 5.6.5. De student heeft tijdens de stage recht op begeleiding door het Grafisch Lyceum Utrecht en door de praktijkopleider van de praktijk biedende organisatie. De student heeft de plicht deze begeleidingsactiviteiten goed te laten verlopen. 5.6.6. Voor de student is het Bureau Bedrijf Contacten van het Grafisch Lyceum Utrecht het aanspreekpunt voor alle zaken rondom de stage.
17
Artikel 6
Studiebegeleiding
6.1.
Visie op studiebegeleiding De student heeft recht op passende studiebegeleiding. De studiebegeleiding maakt integraal onderdeel uit van de opleidingsactiviteiten vanuit de visie van het Grafisch Lyceum Utrecht “studiebegeleiding levert een bijdrage aan het succesvol afronden van de opleiding tot beroepsbeoefenaar en burger. Hiertoe wordt de student individueel gevolgd, begeleid en gecoacht in de ontwikkeling van zijn competenties waarbij specifieke hulp geboden wordt bij belemmering van het leerproces”.
6.2.
Passende studiebegeleiding
6.2.1. De student wordt in zijn leerproces tijdens de opleidingsactiviteiten altijd begeleid door de docent, instructeur,studieloopbaanbegeleider. 6.2.2. De studieloopbaanbegeleider helpt de student om de studie succesvol af te sluiten. Daartoe voert de student meerdere keren per jaar een individueel gesprek met de studieloopbaanbegeleider waarin het Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP) van de student centraal staat. De student kan ook andere onderwerpen met de studieloopbaanbegeleider, zoals persoonlijke omstandigheden, bespreken indien deze de studie belemmeren. De student is verantwoordelijk voor het eigen leerproces. De studieloopbaanbegeleider bespreekt de studievoortgang met de student en begeleidt de student bij het maken van keuzes. 6.2.3. Voor specifieke begeleidingsvragen kan de student een beroep doen op de specialisten van het Studie- en Advies Centrum van het Grafisch Lyceum Utrecht. 6.2.4. Voor gespecialiseerde begeleidingsvragen kan de student verwezen worden naar specialisten buiten het Grafisch Lyceum Utrecht zoals Bureau Jeugdzorg, RIAGG, Schuldhulpverlening. Kosten verbonden aan gespecialiseerde hulpverlening buiten de school zijn voor rekening van de student. 6.2.5. De student is verplicht zijn best te doen om de begeleidingsactiviteiten goed te laten verlopen. De student is tevens verplicht extra voorbereidings- of begeleidingsactiviteiten te volgen als de opleiding dat nodig vindt. 6.2.6. Voor begeleidingsvragen rondom grensoverschrijdend gedrag kan de student een beroep doen op de vertrouwenspersonen van het Grafisch Lyceum Utrecht.
18
Artikel 7
Aan- en afwezigheid
7.1.
Aanwezigheid student De student is verplicht alle lessen en opleidingsactiviteiten bij te wonen. Het rooster geeft aan op welke tijd de student waar verwacht wordt.
7.2.
Aanwezigheid medewerker De student heeft er recht op dat de les en / of opleidingsactiviteit door gaat. De student heeft er recht op dat medewerkers aanwezig en beschikbaar zijn bij de geprogrammeerde opleidingsactiviteiten. Bij afwezigheid van de docent waarbij de opleidingsactiviteiten niet vervangen kunnen worden, kan de student in het open leercentrum zelfstandig studeren. De student kan zich wanneer een docent niet tijdig aanwezig is, wenden tot de teamleider. Het lesuur vervalt als de teamleider geïnformeerd is en de docent meer dan 20 minuten te laat verschijnt. De student gaat het eerstvolgende lesuur weer na of de docent aanwezig is.
7.3.
Bijzonder verlof student Bijzonder verlof is verlof in verband met een huwelijk, begrafenis, de viering van religieuze festiviteiten, enz. De student die gebruik wil maken van bijzonder verlof, kan minimaal twee dagen van te voren per mail een verzoek indienen bij zijn teamleider. Deze zal de student antwoorden of hij toestemming krijgt. De teamleider zal verzoeken tot bijzonder verlof alleen onder zeer belangrijke omstandigheden toekennen. Als de student toestemming krijgt, geeft de teamleider de geoorloofde absentie door aan het Servicepunt.
7.4.
Vrijstelling van opleidingsactiviteiten De schoolleiding kan de student vrijstelling geven van het volgen van opleidingsactiviteiten.
7.5.
Vakantierooster De student wordt uiterlijk in de eerste week van het schooljaar schriftelijk geïnformeerd over de voor dat schooljaar vastgestelde vakanties en vrije dagen. Het Grafisch Lyceum Utrecht geeft geen vrij buiten de schoolvakanties (mits bijzonder verlof (zie 7.3).
7.6.
Ziekte Als de student door ziekte verhinderd is opleidingsactiviteiten te volgen, moet de student dit zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk op de eerste ziektedag vóór 10.00 uur melden aan het Servicepunt. De student meldt zich ook weer beter bij het Servicepunt.
7.7.
Herhaalde ziekmelding Bij herhaalde ziekmelding of langdurige ziekte kan het Grafisch Lyceum Utrecht aan de student vragen om een bewijs van zijn arts te overleggen waarop staat dat hij door ziekte het onderwijs niet kan volgen. Indien nodig en haalbaar kan de studieloopbaanbegeleider via het Studie en Advies Centrum aanpassingen of voorzieningen aanvragen en/of een inhaaltraject overeenkomen.
7.8.
Zwangerschap De student die de studie moet onderbreken vanwege zwangerschap dient zich via de studieloopbaanbegeleider gedurende het zwangerschapsverlof (tijdelijk) uit te laten schrijven. Daarbij maakt de student afspraken over mogelijk terugkomst en het weer oppakken van de studie.
7.9.
Te laat komen De student verschijnt op tijd bij de opleidingsactiviteiten, tenzij sprake is van overmacht, dit ter beoordeling aan de docent. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan een sanctie opleggen.
7.10.
Afwezigheid tijdens de beroepspraktijkvorming Voor afwezigheid tijdens de beroepspraktijkvorming zijn bepalingen opgenomen in de beroepspraktijkvormingsovereenkomst (Praktijkovereenkomst). De beroepspraktijkvorming maakt deel uit van het onderwijsprogramma, dus gelden de wettelijke regels voor verzuim.
19
7.10.
Ongeoorloofd verzuim
7.10.1 Is de student één of twee dagen afwezig, dan belt de verzuimmedewerker (of docent/SLB’er) naar huis. 7.10.2. Bij niet toegestane afwezigheid (spijbelen, te laat komen, eerder of extra vakantie nemen) van de leerplichtige student krijgt de leerplichtige student opeenvolgende waarschuwingsbrieven en verplichte gesprekken met de studieloopbaanbegeleider. 7.10.3. Bij niet toegestane afwezigheid van de niet-leerplichtige student gedurende 20% van de opleidingsactiviteiten in twee weken tijd, krijgt de student een waarschuwingsbrief en een verplicht gesprek met de studieloopbaanbegeleider. Indien de kwalificatie plichtige student in vier weken tijd nog steeds 20% afwezig is, meldt het Grafisch Lyceum Utrecht dit aan het Verzuimloket. Dit kan tot gevolg hebben dat het RMC (Regionaal Meld- en Coördinatiepunt) ingrijpt. 7.11.
Melding aan Bureau Leerplicht Indien de student op wie de Leerplichtwet 1969 van toepassing is, zonder geldige reden les- of praktijktijd heeft verzuimd en dit verzuim plaatsvond op drie achtereen volgende schooldagen, dan wel het verzuim gedurende een periode van vier opeenvolgende schoolweken meer dan 1/8 deel van het aantal uren les- of praktijktijd bedraagt, geeft het Grafisch Lyceum Utrecht hiervan onverwijld kennis aan Burgemeester en wethouders van de gemeente waar de student zijn woon- of verblijfplaats heeft.
7.12.
Melding aan DUO Indien de student valt onder de werking van hoofdstuk II van de Wet op de Studiefinanciering 2000 of onder de werking van de Wet Tegemoetkoming Onderwijsbijdrage en Schoolkosten (WTOS), stelt het Grafisch Lyceum Utrecht vast of de student gedurende een aaneengesloten periode van tenminste 5 schoolweken zonder geldige reden niet aan het onderwijs heeft deelgenomen. Het Grafisch Lyceum Utrecht is gehouden daarvan aantekening te maken en ervan melding te doen aan DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs) conform de WTOS, artikel 4.12 en de in de WEB (Wet Educatie en Beroepsonderwijs), artikel 8.1.7 genoemde voorwaarden
7.13.
Melding aan derden Als het Grafisch Lyceum Utrecht daartoe verplicht is door wet- en regelgeving, of bij overeenkomst, zal het Grafisch Lyceum Utrecht gegevens over de afwezigheid van de student doorgeven aan de desbetreffende instantie (te denken valt aan de leerplichtambtenaar, de Gemeente, de Inspectie, DUO en de kinderbijslag).
7.14.
Disciplinaire maatregelen tegen niet toegestane afwezigheid De schoolleiding van het Grafisch Lyceum Utrecht stelt vast welke disciplinaire maatregelen opgelegd worden tegen niet toegestane afwezigheid van studenten. Daarbij hanteert het Grafisch Lyceum Utrecht de Leerplichtwet en de afspraken met de Gemeenten. In geval van een meerderjarige student kan de school contact met zijn ouders opnemen. Met minderjarige, leerplichtige studenten neemt de school altijd contact op met de ouders.
20
Artikel 8
Studievoortgang en examens
8.1.
Studievoortgang De student bespreekt regelmatig met de studieloopbaanbegeleider de voortgang.
8.2.
Onvoldoende leerprestaties Bij onvoldoende leerprestaties krijgt de student een inspanningsverplichting om ondersteunende opleidingsactiviteiten te volgen.
8.3.
Dwingend advies De student met blijvend onvoldoende leerprestaties krijgt van de schoolleiding een dwingend advies om de opleiding te beëindigen. De schoolleiding kan de student adviseren een andere opleiding te gaan volgen.
8.4.
Examinering Het Grafisch Lyceum Utrecht is verplicht de student en examendeelnemer (extraneus) in de gelegenheid te stellen het examen af te leggen zoals vastgesteld in de Studiewijzer van de opleiding.
8.5.
Diplomering
8.5.1. Het Grafisch Lyceum heeft de eisen waar de student aan moet voldoen om deel te mogen nemen aan het examen beschreven in de Studiewijzer. 8.5.2. De student is in de Studiewijzer geïnformeerd over de eisen waaraan de student moet voldoen om de opleiding met een diploma af te ronden. 8.5.3
De student die heeft voldaan aan de eisen, ontvangt een diploma.
8.5.4. Het Grafisch Lyceum Utrecht publiceert en geeft toelichting op de Studiewijzer voor aanvang van de opleiding. 8.6.
Algemeen examenreglement en Handboek Examinering De gang van zaken bij de organisatie, de voorschriften, het verloop en de beoordeling van het examen liggen vast in het Algemeen Examenreglement en het Handboek Examinering.
8.7.
Klachtrecht Op de examinering is het klachtrecht van toepassing.
21
Artikel 9
Disciplinaire maatregelen, schorsing en verwijdering
9.1.
Ontoelaatbaar gedrag Indien de student zich gedraagt op een manier die in strijd is met de regels van het Grafisch Lyceum Utrecht kan het Grafisch Lyceum Utrecht disciplinaire maatregelen treffen.
9.2.
Redelijkheid en billijkheid Bij het opleggen van een disciplinaire maatregel ziet het Grafisch Lyceum Utrecht toe op een redelijke verhouding tussen de zwaarte van de disciplinaire maatregel en de overtreding waarvoor de maatregel wordt opgelegd. Het Grafisch Lyceum Utrecht informeert de student voor welke overtreding het Grafisch Lyceum Utrecht de straf oplegt. Bij de praktische vormgeving van de straf houdt het Grafisch Lyceum Utrecht rekening met de mogelijkheden en leeftijd van de student. Dit in relatie met de visie van het Grafisch Lyceum Utrecht op begeleiding van studenten.
9.3.
Informatie Indien de student leerplichtig is, informeert het Grafisch Lyceum Utrecht de ouders van de student over de disciplinaire maatregel. Bij zwaardere disciplinaire maatregelen informeert het Grafisch Lyceum Utrecht de ouders en betrekt ze bij de beroepsprocedure.
9.4.
Nadelige gevolgen De eventuele nadelige gevolgen van een disciplinaire maatregel voor de student zijn altijd voor eigen rekening en risico van de student.
9.5.
Dossier Van overtreding van de schoolregels en alle disciplinaire maatregelen legt het Grafisch Lyceum Utrecht verslag in het dossier van de student.
9.6.
Examenfraude Voor maatregelen met betrekking tot onregelmatigheden of fraude bij toetsing zijn aparte regels opgenomen in het Algemeen Examenreglement.
9.7.
Lichte vormen van straf Lichte vormen van straf zoals uit de les sturen, extra opdrachten en taken, corrigerend gesprek, tijd voor tijd inhalen, schriftelijke berisping en het ontzeggen van de toegang tot Het Gebouw of opleidingsactiviteiten voor korte tijd, kunnen opgelegd worden door de medewerker die de overtreding van de student heeft geconstateerd of de teamleider.
9.8.
Zwaardere disciplinaire maatregelen Zwaardere disciplinaire maatregelen zijn schorsing en verwijdering. De schoolleiding beslist over het opleggen van zwaardere disciplinaire maatregelen. Aanleiding voor een schorsingof verwijdering besluit kunnen zijn: -bedreiging door student, ouders, verzorgers -herhaalde les- of ordeverstoring -wangedrag tegenover medestudenten en/of medewerkers -diefstal, beroving, afpersing, vernieling -belediging, bedreiging, geweldpleging -gebruik van alcohol of drugs tijdens schooltijden -handel in drugs of gestolen goederen -bezit van wapens of vuurwerk -niet nakomen van de geheimhoudingsverplichting van art. 2.10 -enige ander misdrijf of strafbare poging daartoe in de zin van het Wetboek van Strafrecht. Het Grafisch Lyceum Utrecht zal altijd aangifte doen van vermeende wetsovertreding.
22
9.9.
Schorsing
9.9.1.
De schoolleiding kan de student gedurende een periode van maximaal vijf schooldagen schorsen wegens ernstige overtredingen.
9.9.2. De schoolleiding kan de in het eerste lid genoemde termijn eenmaal met maximaal vijf schooldagen verlengen. 9.9.3. De schorsing zal mondeling dan wel schriftelijk aan de student medegedeeld worden. Schriftelijke schorsing gebeurt gemotiveerd bij aangetekend schrijven waarin ook de duur van de schorsing staat. 9.9.4. Mondelinge schorsing wordt onmiddellijk schriftelijk bevestigd als bedoeld in het derde lid. 9.9.5. Op het besluit tot schorsing is het klachtrecht van toepassing. 9.10.
Verwijdering
9.10.1. De student kan door de directeur onderwijs, met inachtneming van het bepaalde in artikel 8.1.3 lid 6 van de WEB, worden verwijderd, als hij: • met regelmaat de voorschriften van het Grafisch Lyceum Utrecht overtreedt, ook nadat de student reeds door de schoolleiding schriftelijk is berispt en is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn handelen of nalaten; • met regelmaat zonder toestemming van het Grafisch Lyceum Utrecht de opleidingsactiviteiten niet volgt, ook nadat de student reeds door de schoolleiding schriftelijk is berispt en is gewezen op de mogelijke consequenties van zijn handelen of nalaten; • zich schuldig heeft gemaakt aan ernstig wangedrag. • verwijdering op grond van leerprestaties is onder bepaalde voorwaarden toegestaan. 9.10.2. Het voornemen tot definitieve verwijdering wordt de student gemotiveerd bij aangetekend schrijven medegedeeld door de directeur onderwijs. Bij dit schrijven is een uitnodiging gevoegd voor een gesprek als bedoeld in het volgende lid. 9.10.3. De student, en bij de leerplichtige student zijn wettelijke vertegenwoordiger, heeft het recht zijn reactie binnen vijf schooldagen mondeling toe te lichten. 9.10.4. Binnen tien schooldagen na dagtekening van het voornemen tot definitieve verwijdering verzendt de directeur onderwijs gemotiveerd bij aangetekend schrijven zijn besluit. De directeur onderwijs stuurt een afschrift van dit besluit naar de inspectie. 9.10.5. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan de student gedurende de procedure tot verwijdering de toegang tot het Grafisch Lyceum Utrecht ontzeggen, tenzij deze maatregel in termen van voortgang van de opleiding een onomkeerbare situatie veroorzaakt. In die gevallen geeft de directeur onderwijs aan hoe de voortgang van de opleiding kan worden gerealiseerd, al dan niet met gebruik van de faciliteiten van het Grafisch Lyceum Utrecht. 9.10.6. Indien het een leerplichtige student betreft, kan verwijdering niet geschieden dan nadat de student een toezegging heeft gekregen dat hij elders wordt toegelaten of nadat hij van de leerplicht is vrijgesteld. Indien aantoonbaar gedurende acht weken zonder succes door het Grafisch Lyceum Utrecht gezocht is naar een andere onderwijsinstelling waar de student ingeschreven kan worden, kan de directeur onderwijs tot verwijdering overgaan. 9.10.6. Op het besluit tot verwijdering is het klachtrecht van toepassing.
23
Hoofdstuk II
Medewerkerstatuut
Medewerkers hebben recht op het uitvoeren van de werkzaamheden in een prettige omgeving. Daarvoor zijn afspraken nodig waar iedereen zich aan te houden heeft. Dat is in het medewerkerstatuut vastgelegd. Overal waar in dit medewerkerstatuut “hij” staat, kan ook “zij” gelezen worden.
Artikel 1
Algemene bepalingen
1. Inleiding Dit medewerkerstatuut bevat regels, rechten en plichten van de medewerkers van het Grafisch Lyceum Utrecht. Het richt zich op het versterken van de professionaliteit en het verhogen van de kwaliteit van de dienstverlening van de organisatie. Het Grafisch Lyceum Utrecht wil een stimulerende werkomgeving creëren voor haar medewerkers waarin professionaliteit leidend is en het normaal wordt gevonden elkaar aan te spreken op competenties en inzet voor dienst- c.q. teamdoelen. We willen medewerkers die zich (mede)verantwoordelijk voelen voor het eigen functioneren en een loopbaan ambieren die afgestemd is op de doelstellingen van de organisatie. Elders (hoofdstuk 4 ) in de Regelwijzer vind je de Klachtenregeling.
1.1.
Doelstelling Medewerkerstatuut
Het medewerkerstatuut levert een bijdrage aan het onderwijs en de sfeer door te beschrijven wat we van elkaar kunnen verwachten en hoe we met elkaar omgaan. Het medewerkerstatuut biedt gedragsregels voor het leveren van goed onderwijs en begeleiding. Het biedt zekerheid en duidelijkheid. Het bevordert de rechtsbescherming van medewerkers en voorkomt conflicten. Bij de rechtsbescherming gaat het om het recht op een veilige school, gelijke behandeling en privacybescherming. Het wijst de weg naar de vertrouwenspersoon.
1.2.
Voor wie
Het medewerkerstatuut geldt voor elke medewerker van het Grafisch Lyceum Utrecht.
1.3.
Samenhang
Het medewerkerstatuut hangt samen met: • • • • •
De De De De De
CAO BVE Arbeidsomstandigheden Wet WEB, Hoofdstuk 4 Personeel Wet BIO De Wet Verbetering Poortwachter Personeelswijzer
24
Artikel 2 2.1.
Algemene rechten
Vrijheid van meningsuiting
Elke medewerker heeft recht op vrije meningsuiting zoals vastgelegd in de grondwet. De medewerker hanteert de regels van het normaal maatschappelijk verkeer. Opbouwende kritiek richt zich op het verbeteren van het onderwijs en/of de organisatie van het Grafisch Lyceum Utrecht. De vrijheid van meningsuiting houdt op waar een ander door een meningsuiting wordt gekwetst of gediscrimineerd. De vrije meningsuiting mag het onderwijs niet belemmeren en mag niet kwetsend of discriminerend zijn (zie art. 3 gedragscode medewerkersstatuut). 2.2. Informatie Elke medewerker heeft recht op juiste, tijdige en volledige informatie over kwesties die het directe belang en het onderwijs raken vanuit de positie als medewerker. Elke betrokken medewerker is verantwoordelijk voor het ter beschikking stellen van de informatie.
2.3.
Medezeggenschap
De school stimuleert de medewerkers om actief betrokken te zijn bij de menings- en besluitvorming over kwesties binnen de school, waarmee ze direct te maken hebben. Medewerkers hebben recht op medezeggenschap. De medewerker heeft actief en passief kiesrecht voor de Ondernemingsraad (OR) volgens het geldende reglement. De schoolleiding stelt de gekozen medewerkers in de gelegenheid om de vergaderingen van de OR bij te wonen. In het Professioneel Statuut en het (voorlopig) reglement van de Ondernemingsraad zijn de onderwerpen waarop de Ondernemingsraad, advies- en instemmingsrecht heeft, vastgelegd.
2.4.
Vrijheid van vergaderen
Medewerkers hebben het recht te vergaderen over zaken die functie, opleiding en onderwijs aangaan en daarbij gebruik te maken van de faciliteiten van het Grafisch Lyceum Utrecht. Vergaderruimtes kunnen worden gereserveerd via de receptie, de collegezaal via het roosterbureau.
2.5.
Privacy en gegevensverstrekking
2.5.1. Van alle medewerkers worden gegevens door de werkgever geregistreerd. De geregistreerde gegevens dienen correct en volledig te zijn. De geregistreerde gegevens betreffen personalia, burgerlijke staat, informatie over de vorige loopbaan, bekwaamheid en bevoegdheid en het verloop van de huidige loopbaan evenals informatie over werkzaamheden. Alle medewerkers van het GLU dienen bij indiensttreding een verklaring van goed gedrag in te leveren. De medewerker is zelf verantwoordelijk voor het doorgeven van de wijzigingen in de persoonlijke omstandigheden. Als de gegevens in de ogen van de medewerker onjuist, onvolledig of verouderd zijn, heeft de medewerker het recht de betreffende gegevens - bij gegronde reden - te doen wijzigen. 2.5.2. Docenten zijn zelf verantwoordelijk voor het onderhouden van hun bekwaamheid gedurende hun loopbaan. Docenten zijn zelf verantwoordelijk voor het doen opnemen van bewijzen van deelname aan deskundigheidsbevordering in het persoonlijk bekwaamheidsdossier (zie Wet BIO). 2.5.3. Uitgangspunt is dat de gegevensregistratie, het koppeling- en toegangsbeleid en de verstrekking van gegevens aan buitenstaanders de privacy van de medewerkers niet meer aantast dan nodig is voor het kunnen functioneren van de school binnen de wet- en regelgeving van de overheid (Wet bescherming Persoonsgegevens). Dit betekent onder meer dat het Grafisch Lyceum Utrecht gegevens zorgvuldig beheert, alleen rechtstreeks betrokken medewerkers toegang tot de gegevens hebben en externe instellingen alleen gegevens krijgen als het Grafisch Lyceum Utrecht daartoe verplicht is, dan wel dat deze verstrekking in het persoonlijk belang van de medewerker is.
25
2.5.4. De medewerker heeft het recht kennis te nemen van de over hem in de registratie opgenomen gegevens. Daarvoor dient de medewerker een schriftelijk verzoek in bij de administratie. Het Grafisch Lyceum Utrecht stelt binnen vier werkweken de gegevens beschikbaar. 2.5.5. Er dient een foto van iedere medewerker te zijn. De medewerker is verplicht zich hiervoor te laten fotograferen, dan wel een pasfoto ter beschikking te stellen. Het fotoarchief valt onder de bepalingen van Artikel 2.5. 2.5.6. Indien een medewerker betrokken is bij een strafbaar feit en de politie de school medewerking verzoekt bij de opsporing respectievelijk vervolging, kan de school besluiten inlichtingen aan de politie te vertrekken in het belang van het justitieel onderzoek. De school betracht hierbij de grootst mogelijke terughoudendheid. 2.5.7. Het is verboden om afbeeldingen, videobeelden of geluidsopnamen van medewerkers, studenten of andere gebruikers van Het Gebouw te maken en/of te publiceren als daar vooraf geen toestemming toe gegeven is door de betreffende persoon. 2.5.8. Wanneer een medewerker ontslag neemt worden alle gegevens over de betreffende medewerker vernietigd binnen de wettelijke termijnen, met uitzondering van de gegevens die nodig zijn op grond van wettelijke voorschriften, voor aanbevelingsdoeleinden en voor het bijhouden van een relatiebestand.
2.6
Gelijke behandeling
2.6.1. Medewerkers worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. 2.6.2. Elke vorm van discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke en seksuele voorkeur, ras, geslacht is niet toegestaan. Discriminerende uitingen, handelingen of gedragingen zijn onacceptabel. Dit geldt ook voor kwetsend gedrag, zoals intimiderend, agressief of pestgedrag. 2.6.3. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan specifieke maatregelen nemen om gelijke behandeling mogelijk te maken, bijvoorbeeld om gelijke kansen mogelijk te maken voor medewerkers met een functiebeperking.
2.7
Veilige school
2.7.1. De medewerker heeft recht op een goed, veilig en gezond schoolklimaat. Dit recht geeft de medewerker ook de plicht zich zo te gedragen dat er voor hemzelf en voor anderen sprake is van een goed en veilig schoolklimaat. In het geval van mishandeling, bedreiging, diefstal, aanranding of een andere overtreding van de wet, zal de school aangifte doen bij de politie. 2.7.2. De rechten en plichten inzake een goed en veilig schoolklimaat zijn ook van toepassing op personen van buiten die (tijdelijk) in de school aanwezig zijn. 2.7.3. De school treft alle benodigde maatregelen om de veiligheid van de gebouwen en de daarin aanwezig apparatuur en andere onderwijsmiddelen te garanderen. Het Grafisch Lyceum Utrecht heeft daartoe een calamiteitenplan (zie hst. 6 Regelwijzer) en houdt ontruimingsoefeningen. Medewerkers van het Grafisch Lyceum Utrecht dienen maatregelen en aanwijzingen met betrekking tot de veiligheid op te volgen. 2.7.4. Het Grafisch Lyceum Utrecht kan regels stellen betreffende kleding in verband met het onderwijs daar waar de veiligheid in het geding is (praktijkvakken e.d.).
2.8
Vertrouwenspersoon
2.8.1. De medewerker heeft er recht op als volwaardig persoon behandeld te worden. De medewerker kan van zijn studenten en overige medewerkers van het Grafisch Lyceum
26
Utrecht verwachten dat zijn levensbeschouwelijke en maatschappelijke overtuiging gerespecteerd wordt. In het contact met medewerkers en studenten wordt geen onderscheid gemaakt op grond van ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, seksuele geaardheid, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst of andere status. 2.8.2. De medewerker kan bij in de volgende gevallen een beroep doen op de vertrouwenspersoon: als de medewerker het idee heeft dat iemand (student, ouder, medewerker, praktijkbegeleider, medegebruiker gebouw) over zijn /haar grens is gegaan. De medewerker bepaalt zelf waar de grens ligt. Vormen van ervaren grensoverschrijdend gedrag kunnen zijn: discriminatie, pesten, machtsmisbruik, agressie of seksuele intimidatie. De medewerker kan met zijn verhaal, klacht of melding over grensoverschrijdend gedrag terecht bij onze mannelijke of vrouwelijke vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon kan de medewerker opvangen, emotionele ondersteuning geven, samen met de medewerker mogelijke oplossingen / vervolgstappen onderzoeken, informatie geven over externe hulpverlening en klachtrecht, doorverwijzen naar hulpinstanties, nazorg geven.
2.9
Bescherming van bedrijfsgegevens
2.9.1. De medewerker neemt bij vertrouwelijke informatie die uit hoofde van zijn functie vertrouwelijk te zijner kennis is gekomen, de geheimhouding in acht die in het maatschappelijk verkeer betamelijk is (zie CAO BVE 2007-2008; art. H-32). 2.9.2. In de Klokkenluidersregeling (hst. 5) beschrijft het Grafisch Lyceum Utrecht waar en op welke wijze de medewerker melding van een vermoeden van misstanden kan doen en hoede verdere behandeling daarvan plaatsvindt. Dit conform de Code Goed bestuur in de BVE sector. Onder missstanden worden ernstige onregelmatigheden verstaan als fraude, het bewust overtreden van de wettelijke regels en bepalingen en het in gevaar brengen van de volksgezondheid. De regeling legt vast dat medewerkers, ouders of studenten die hun melding te goeder trouw doen, daardoor niet worden benadeeld.
27
Artikel 3
Gedragscode
Het Grafisch Lyceum Utrecht wil medewerkers stimuleren tot integer gedrag en hen tevens beschermen tegen ongewenst gedrag. In onze organisatie werken en leren we op basis van wederzijds respect. Respect als kernbegrip in de omgang met elkaar, wat bedoelen we daarmee?
3.1.
Toon respect voor de ander
Behandel de ander zoals jezelf behandeld wilt worden. Heb respect voor zijn of haar persoon, gedachtewereld, lichamelijke en psychische eigenheid. Daar hoort bij dat verschillen tussen mensen worden geaccepteerd. Respect heeft ook betrekking op bezittingen die de ander of de organisatie toebehoren.
3.2.
Toon respect voor jezelf
Respect voor de ander betekent niet dat je jezelf moet wegcijferen. Integendeel, als je iets dwars zit, spreek je dan uit. Spreek de ander, waar nodig, aan op zijn of haar gedrag. Als je meent dat de ander jouw grens overschrijdt, is het ook jouw verantwoordelijkheid om dat te signaleren en aan de orde te stellen. Is de drempel te hoog om dat rechtstreeks te doen, vraag dan een ‘derde’ zoals een collega, een vertrouwenspersoon of een leidinggevende om advies.
3.3.
Aanspreekbaarheid
Van medewerkers wordt verwacht dat zij elkaar aanspreken op de verantwoordelijkheid voor een sfeer van respect. Pesten, (seksuele) intimidatie, discriminatie, agressie, geweld en andere vormen van grensoverschrijdend gedrag zijn binnen onze school niet toelaatbaar. Wij hebben ieder voor zich en tevens gezamenlijk de verantwoordelijkheid om grensoverschrijdend gedrag te voorkomen, te signaleren en er tegen op te treden.
3.4.
Wat verwachten we van medewerkers?
Het Grafisch Lyceum Utrecht verwacht van medewerkers en studenten dat zij: • • • •
3.5.
een constructieve instelling hebben; met elkaar omgaan op basis van respect in houding, woord en gedrag; zich verantwoordelijk voelen voor elkaar, het gebouw en de omgeving; gemaakte afspraken nakomen.
Wat verwachten we in het bijzonder van medewerkers?
Het Grafisch Lyceum Utrecht verwacht van medewerkers dat zij: • • • • •
•
een voorbeeldfunctie vervullen voor studenten; zich in de breedste zin van het woord verantwoordelijk en dienstverlenend opstellen tegenover studenten, opdrachtgevers en elkaar; een bijdrage leveren aan de missie en doelen van het Grafisch Lyceum Utrecht; werken aan hun professionele ontwikkeling; geen liefdesrelatie aangaan met een collega binnen dezelfde organisatorische eenheid (team of dienst) of een student. Een liefdesrelatie dient te worden gemeld aan de leidinggevende van beide partijen; een professionele houding tonen:
o o o o o o o o o o
betrokken, betrouwbaar, doelgericht en transparant; communiceer open en direct, spreek met elkaar, niet over elkaar; creëer een sfeer waarin jijzelf en anderen optimaal kunnen presteren; kom beloftes na, wees klantgericht, flexibel en aangenaam in de omgang; ontvang je een klacht, zorg dan voor een correcte afhandeling; wees loyaal aan het GLU, bepreek kritiek op beleid, beslissingen of collega’s met je leidinggevende; kleed je correct, op de werkzaamheden afgestemd en zie er verzorgd uit; zorg dat je optimaal in staat bent je werk te doen; houd je aan de huisregels en de regels voor gebruik van ict-faciliteiten, gebruik telefoon, e-mail en internet niet voor privé doeleinden, houd je aan de etiquette; verricht nevenfuncties (al dan niet betaald) alleen voor zover die niet in strijd zijn met de belangen van het Grafisch Lyceum Utrecht en in je vrije tijd;?
28
o o o o o 3.6.
dien inzichtelijke declaraties in met een aantoonbare relatie tot het verrichte werk; meld giften of relatiegeschenkenaan leidinggevenden), accepteer ze niet boven een waarde van € 50; wees integer in de uitoefening van je functie, laat je niet beïnvloeden of onder druk zetten om dingen te doen die je niet kunt delen met je leidinggevende of collega’s; ga in gesprek met een collega die afspraken of regels schendt, meld ernstige zaken bij je leidinggevende, meld calamiteiten; wees een ambassadeur van het Grafisch Lyceum Utrecht.
Wat verwachten we in het bijzonder van leidinggevende medewerkers?
Het Grafisch Lyceum Utrecht verwacht van leidinggevenden dat zij:
• • • • • • 3.7.
een omgeving scheppen waarin medewerkers hun taak, opdracht kunnen vervullen; samen met hun medewerkers zorgen voor innovatieve onderwijstrajecten; zich verantwoordelijk tonen voor het welzijn van hun medewerkers en studenten; komen tot gedragen besluiten; medewerkers stimuleren werk te maken van hun professionele ontwikkeling; redelijke eisen stellen aan medewerkers.
Huisregels Het Gebouw (art. 3 Gedragscode medewerkersstatuut)
Wij vinden het belangrijk dat onze school een prettige, open en toegankelijke omgeving vormt waarin iedereen zich veilig voelt. Aangezien we met veel mensen in een gebouw leren en werken, gelden er huisregels voor alle gebruikers van Het Gebouw. 3.7.1.
De tien huisregels van onze school 1. Toon respect en krijg het weer terug 2. Stoor anderen niet met jouw gedrag 3. Gebruik geen (verbaal) geweld en intimideer of discrimineer niet 4. Gebruik je mobiele telefoon of MP3-speler niet tijdens de les 6. Gooi afval in de daarvoor bestemde afvalbakken. 7. Rook buiten onder de overkapping en gooi peuken in de peukenbak 8. Wees zuinig op ons gebouw en de inventaris; beklad of bekras niets 9. Ruim het lokaal op, laat geen rommel achter 10. Druggebruik of onder invloed zijn van drugs of alcohol in de school of omgeving is verboden.
3.7.2.
Medewerkers van het Grafisch Lyceum Utrecht zijn en blijven zelf verantwoordelijk voor de hen door het GLU ter beschikking gestelde, alsmede de door hen zelf meegebrachte spullen. Als de medewerker iets kwijtraakt, kan de medewerker het Grafisch Lyceum Utrecht hiervoor niet aansprakelijk stellen. Het GLU kan een schadevergoeding opleggen voor het onzorgvuldig omgaan met eigendommen van de school.
29
3.7.3.
Gebruik van ICT-faciliteiten
Medewerkers van het Grafisch Lyceum Utrecht kunnen gebruik maken van de ICT-faciliteiten van de school. De school stelt voldoende faciliteiten beschikbaar in verhouding tot het aantal studenten. De ICT-faciliteiten zijn alleen bestemd voor school gerelateerde doeleinden. Regels voor het gebruik van de ict-faciliteiten: 1. Eet, drink, rook niet in de lesruimtes 2. Gebruik programmatuur, email en internet alleen voor werk gerelateerde doeleinden 3. Houdt op internet werk en privé zoveel mogelijk gescheiden 4. Toegangscodes voor apparatuur en programmatuur zijn strikt persoonlijk 5. Breng geen veranderingen aan in de hardware 6. Je bent zelf verantwoordelijk vo or jouw producten en door jou aangeschafte onderwijs(ondersteunende) programmatuur. Bij verlies of beschadiging kun je het Grafisch Lyceum Utrecht niet aansprakelijk stellen 7. Meld via de helpdesk (tel nr. 555) en/of intranet als je merkt dat er iets mis is met een computer 8. Het vervaardigen van beeldmateriaal dat pornografisch materiaal bevat, extreem geweld laat zien of anderszins aanzet tot haat en/of disccriminatie is verboden; dit geldt ook voor het bezoeken van websites waarop dergelijk materiaal getoond wordt. Alleen de leidinggevende kan toestemming geven tot onderwijs gerelateerde uitzonderingen. 9. Het verspreiden van materiaal dat kan aanzetten tot geweld of haat leidt onmiddellijk tot disciplinaire maatregelen. De afdeling ICT beschikt over de mogelijkheid en bevoegdheid om achteraf na te gaan welke websites je bezocht hebt, en welke bestanden je uitgewisseld of gecreëerd hebt. 10. Bespreek vooraf met je leidinggevende welke verantwoordelijkheden je hebt bij (social) mediagebruik als je communiceert uit naam van de school, het team of de opleiding.
3.8.
De noodzaak van de dialoog!
Deze gedragscode bevat normen voor onderlinge omgangsvormen. Het is belangrijk om over deze normen, en de waarden die daarmee verbonden zijn, met elkaar in gesprek te gaan en te blijven. Van medewerkers, leidinggevenden en studenten, wordt verwacht dat zij daaraan een actieve bijdrage leveren. Alleen dan blijft gewenst gedrag stevig verankerd, kan ongewenst gedrag bestreden worden en kan in gezamenlijkheid op nieuwe vragen een passend antwoord gevonden worden.
3.9.
Naleving
Medewerkers zijn zelf verantwoordelijk voor toepassing, invoering en gebruik van de gedragsregels.Het naleven van de regels in de gedragscode is allereerst de eigen verantwoordelijkheid. De schoolleiding komt pas in beeld wanneer grenzen worden overschreden en/of voorschriften worden overtreden. Er kunnen binnen het wettelijk kader maatregelen getroffen worden. Op getroffen maatregelen is het klachtrecht van toepassing.
30
Artikel 4
Onderwijs
4.1.
Deugdelijk onderwijs Alle medewerkers dragen aantoonbaar bij aan de missie en visie van het Grafisch Lyceum. Onze studenten hebben recht op goed onderwijs, overeenkomstig met het kwalificatiedossier, de Studiewijzer (onderwijsexamenreglement) en de onderwijsovereenkomst van de opleiding.
4.2.
Medewerkers Onderwijsgevende medewerkers verzorgen de opleiding en voeren de opleidingsactiviteiten uit zoals beschreven en vastgelegd in de Studiewijzer van de opleiding en de daarvan afgeleide studiehandleidingen, inclusief het stageboek.
4.3.
Redelijke verdeling
4.3.1. Het Grafisch Lyceum hanteert artikel F5 van de CAO BVE. De werknemers van een team verdelen de werkzaamheden binnen het team zoveel mogelijk in onderling overleg. De teamleider inventariseert per schooljaar welke taken (werk) en middelen (geld) beschikbaar zijn. Het team komt in overleg tot een verdeling van de werkzaamheden. Uiteindelijk stelt de teamleider de werkzaamheden vast. Mocht het team niet tot een werkbare verdeling komen, dan deelt uiteindelijk de teamleider de taken toe. 4.3.2. De opleiding zorgt voor een redelijke verdeling voor de studenten van de opleidingsactiviteiten m.b.t. de kerntaken, werkprocessen en competenties over de opleidingsactiviteiten: projecten, cursussen, trainingen, workshops en beroepspraktijkvorming. De opleiding zorgt tevens voor een redelijke verdeling van de opleidingsactiviteiten m.b.t. Nederlands, Rekenen, Leren & Loopbaan & Burgerschap en de Moderne Vreemde Taal. 4.4.
Werkrooster
4.4.1. Het onderwijs is goed georganiseerd met een deugdelijk lesrooster per periode dat tijdig, minimaal 1 week van te voren, wordt gepubliceerd. Het lesrooster dient zoveel mogelijk te worden aangehouden. Indien dit niet mogelijk is, wordt de roosterwijziging tijdig gepubliceerd en / of de medewerker tijdig geïnformeerd. 4.4.2. Docenten en medewerkers die opleidingsactiviteiten volgens het lesrooster verzorgen zijn tijdig aanwezig. 4.4.3. Het ondersteunend en beheerspersoneel (OBP) begint de werkdag tussen 7.30 en 9.30 Afwijkingen in overleg met leidingevende. 4.5.
Aanwezigheid De docent is- binnen zijn eigen invloedsfeer - er verantwoordelijk voor dat de les en/of opleidingsactiviteit door gaat. De docent is tijdig aanwezig bij de les en/of opleidingsactiviteit. Bij afwezigheid van de docent zorgt de opleiding voor vervanging. De student heeft er recht op dat medewerkers aanwezig en beschikbaar zijn bij de geprogrammeerde opleidingsactiviteiten.
4.6.
Opleidingsactiviteiten
4.6.1. Medewerkers zorgen voor een goede presentatie en duidelijke uitleg van de leerstof, een goede begeleiding van projecten en verzorging van cursussen en trainingen. Daar hoort bij: -goede start en opdrachtverstrekking bij projecten -goede begeleiding van projecten -goede inhoudelijke inleidingen bij de cursussen -aansluiting van de uit te voeren opdrachten / casussen bij de introductie en / of inleidingen bij de cursussen en trainingen
31
-het gebruiken van geschikt materiaal dat past bij de cursussen en trainingen -het leren reflecteren op geleverde prestaties en ontwikkelde vaardigheden -het bespreken van de prestatie of ontwikkeling -redelijke spreiding van huiswerk, opdrachten, toetsen, prestaties 4.6.2. De medewerker spreekt de student er op aan dat deze de medewerker in staat stelt de onderwijstaak goed uit te voeren, zowel binnen als buiten de lestijd. De medewerker kan de student uit de opleidingsactiviteit verwijderen als deze de opleidingsactiviteit naar het oordeel van de medewerker verstoort. 4.6.3. Indien de medewerker naar het oordeel van de student het onderwijs niet goed verzorgt, dan stelt de student dit bij de desbetreffende medewerker aan de orde . De medewerker voert in redelijkheid het gesprek met de student. Indien dit niet tot kwaliteitsverbetering leidt, dan kan de student dit eerst aan de orde stellen in het klassenvertegenwoordigersoverleg, bij de studieloopbaanbegeleider en vervolgens bij de teamleider. Deze probeert om tot een voor beide partijen bevredigende oplossing te komen. 4.6.4. Indien de medewerker van oordeel is dat hij niet gehoord wordt, kan de medewerker een klacht indienen volgens de Klachtenregeling. 4.6.5. Het Grafisch Lyceum Utrecht bewaakt de kwaliteit van de opleidingen en evalueert regelmatig de opleidingsactiviteiten. De medewerker wordt hier op passende wijze bij betrokken in het kader van de kwaliteitszorg.
Artikel 5
Studiebegeleiding
5.1.
Visie op studiebegeleiding De docent is verantwoordelijk voor de studiebegeleiding. De studiebegeleiding maakt integraal onderdeel uit van de opleidingsactiviteiten vanuit de visie van het Grafisch Lyceum Utrecht “studiebegeleiding levert een bijdrage aan het succesvol afronden van de opleiding tot beroepsbeoefenaar en burger. Hiertoe wordt de student individueel gevolgd, begeleid en gecoacht in de ontwikkeling van zijn competenties waarbij specifieke hulp geboden wordt bij belemmering van het leerproces”. De student heeft recht op passende studiebegeleiding.
5.2.
Passende studiebegeleiding
5.2.1. De medewerker betrokken bij het primair proces begeleidt de student in zijn leerproces tijdens de opleidingsactiviteiten vanuit zijn functie als docent, instructeur, onderwijsassistent. 5.2.2. De studieloopbaanbegeleider helpt de student om de studie succesvol af te sluiten. Daartoe voert de studieloopbaanbegeleider meerdere keren per jaar een individueel gesprek met de student waarin het Persoonlijk Ontwikkeling Plan (POP) van de student centraal staat. De studieloopbaanbegeleider kan ook andere onderwerpen zoals persoonlijke omstandigheden met de student bespreken indien deze de studie belemmeren. De studieloopbaanbegeleider bespreekt de studievoortgang met de student en begeleidt de student bij het maken van keuzes. De student is verantwoordelijk voor het eigen leerproces. 5.2.3. Voor specifieke begeleidingsvragen kan de medewerker de student verwijzen naar de specialisten van het Studie- en Advies Centrum van het Grafisch Lyceum Utrecht. 5.2.4. Voor begeleidingsvragen rondom grensoverschrijdend gedrag kan de medewerker een beroep doen op de vertrouwenspersonen van het Grafisch Lyceum Utrecht.Artikel
6
32
Ziek- en beter melden 6.1.
Visie op verzuim
6.1.1. Het Grafisch Lyceum Utrecht gaat uit van de kracht en de mogelijkheden van de medewerkers. Het GLU investeert in medewerkers die hun verantwoordelijkheid nemen. De verzuimbegeleiding is een samenspel tussen medewerker en leidinggevende. Het GLU besteed aandacht aan preventie, interventie en re-integratie. 6.1.2. De verzuimende medewerker is zelf verantwoordelijk voor zijn of haar herstel of terugkeer in het werk en wordt daar op aangesproken. Samen met zijn leidinggevende werkt de medewerker aan een zo snel mogelijke terugkeer in de organisatie. De medewerker is verantwoordelijk voor de eigen gezondheid en dient alle maatregelen te nemen die het hervatten van de werkzaamheden mogelijk maken. 6.2.
Ziekte
6.2.1. Medewerkers melden zich telefonisch ziek bij de direct leidinggevende en sturen een email naar
[email protected]. 6.2.2. In het contact met de direct leidinggevende spreekt de leidinggevende met de medewerker af wanneer het volgende contactmoment is. Medewerker en leidinggevenden houden zich beiden aan het afgesproken contactmoment. 6.2.3. Medewerkers melden zich telefonisch beter bij de direct leidinggevende voordat ze met de werkzaamheden starten en sturen een email naar
[email protected]. 6.2.4. Bij ziekte tijdens een vakantie in het buitenland, dient de medewerker na de ziekmelding ook een doktersverklaring van een arts ter plaatse te kunnen overhandigen. 6.3.
Langdurig ziek, verzuim
6.3.1. Bij langdurige ziekte volgt de medewerker de procedure die is vastgelegd in het verzuimprotocol. Samen met de arbodienst kijken we vooral naar wat nog wel kan in plaats van naar wat niet meer kan. 6.3.2. De medewerker is verplicht gehoor te geven aan de uitnodiging van de medewerker van de Arbo-dienst, de arbeidsdeskundige of de bedrijfsarts.
33
Artikel 7
Bekwaam zijn en blijven
7.1.
Functies en taken Het Grafisch Lyceum Utrecht hanteert een eigen functieboek. In het functieboek zijn alle functieomschrijvingen met de bijbehorende bevoegdheden, kaders en verantwoordelijkheden opgenomen.
7.2.
Bekwaamheidseisen Voor het onderwijspersoneel gelden de bekwaamheidseisen van de Wet BIO (Beroepen in het onderwijs). Docenten zijn zelf verantwoordelijk voor het onderhouden van hun bekwaamheid gedurende hun hele loopbaan. Het Grafisch Lyceum Utrecht heeft de verantwoordelijkheid onderwijsgevenden hiertoe in staat te stellen.
7.3.
Functioneringsgesprekken
7.3.1. De medewerker voert jaarlijks een gesprek met de direct leidinggevende over het werk, de werksfeer, de uitvoering van het werk en de ontwikkelingsmogelijkheden met het doel de kwaliteit van het werk te verbeteren. (regeling functioneren en beoordelen). De medewerker maakt aanvullend een POP (persoonlijk ontwikkeling plan). 7.3.2. De onderwijsgevende bespreekt in het functioneringsgesprek met de leidinggevende de zeven bekwaamheidseisen en de ontwikkeling van de benodigde competenties. 7.4.
Beoordelingsgesprekken De medewerker voert tweejaarlijks een gesprek met de direct leidinggevende over het werk, de werksfeer, de uitvoering van het werk en de ontwikkelingsmogelijkheden waarbij de leidinggevende zijn oordeel uitspreekt over het functioneren van de medewerker. Voor onderwijsgevenden komen de eisen die de wet BIO stelt aan de orde. Een medewerker kan, wanneer hij het niet eens is met de procedure, een bezwaar indienen bij de interne geschillencommissie.
7.5.
Deskundigheidsbevordering
7.4.1. Docenten hebben bij een volledige aanstelling binnen de jaartaak recht op minimaal 59 uur deskundigheidsbevordering (zie CAO BVE). 7.4.1. Medewerkers van de ondersteunende afdelingen bespreken met hun direct leidinggevende hun wensen op het gebied van deskundigheidsbevordering. 7.4.3. Medewerkers zijn verplicht deel te nemen aan team- en GLU-brede studiedagen. 7.4.4. Medewerkers met een vooropleiding op minimaal hbo-niveau die zonder bevoegdheid lesgeven, zijn verplicht binnen 2 jaar aan de eisen van de Pedagogisch Didactische Aantekening (PDA) te voldoen. Het Grafisch Lyceum Utrecht faciliteert het behalen van de PDA. 7.4.5. Medewerkers zonder vooropleiding op universitair of hbo-niveau die zonder bevoegdheid lesgeven, zijn verplicht deel te nemen aan het scholingstraject dat het Grafisch Lyceum Utrecht hen aanbiedt. 7.6.
Vergoedingen en regelingen
7.6.1
Medewerkers kunnen een beroep doen op vergoedingen en regelingen, zoals persoonlijke hulpmiddelen, ouderschapsverlof, onbetaald verlof, taakverlichting en arbeidsduur, BAPOregeling, FPU en Keuzepensioen, met pensioen gaan, jubileumgratificatie, fietsplan, tegemoetkoming reiskosten, OV-abonnementen. Het initiatief hiertoe ligt bij de werknemer.
34
7.6.2
Medewerkers zijn zelf verantwoordelijk voor het bijhouden van op hen betrekking hebbende informatie over werknemersverzekeringen bij ziekte (ZW), werkloosheid (WW) en arbeidsongeschiktheid (WAO, WIA, Wajong, WAZ) en over regelingen bij zwangerschap, adoptie en pleegzorg (WAZO), op, zoals persoonlijke hulpmiddelen, ouderschapsverlof, onbetaald verlof, taakverlichting en arbeidsduur, BAPO-regeling, FPU en Keuzepensioen, met pensioen gaan, jubileumgratificatie, fietsplan, tegemoetkoming reiskosten, OVabonnementen.
Artikel 8
Disciplinaire maatregelen
8.1.
Plichtsverzuim Indien noodzakelijk kan het Grafisch Lyceum Utrecht naar de medewerker een maatregel treffen binnen het kader van de wet en de CAO BVE.
8.2.
Dossier Van genomen maatregelen legt het Grafisch Lyceum Utrecht verslag in het dossier van de medewerker.
8.3.
Klachtrecht Op het besluit tot het treffen van een maatregel is det klachtregeling (hst. 4 Klachtenregeling Regelwijzer) van toepassing.
35
Hoofdstuk III
Artikel 1 1.1.
Klachtenregeling
Algemene bepalingen
Doelstelling klachtenregeling
De klachtenregeling biedt studenten, medewerkers en relaties van het Grafisch Lyceum Utrecht de mogelijkheid om klachten in te dienen. De klachtenregeling voorziet in de bescherming van de belangen van de klager en de aangeklaagde tijdens het onderzoeken en afhandelen van de klacht. 1.2. Positie studenten en medewerkers Geen enkele student of medewerker van het Grafisch Lyceum Utrecht mag in zijn of haar positie in de school worden geschaad doordat hij of zij als klager, raadgever, vertrouwenspersoon, of gehoord persoon, betrokken is bij de klachtbehandeling. Iedere student of medewerker die betrokken is in een klachtenprocedure, dient redelijkerwijs loyaal mee te werken, tenzij zwaarwichtige redenen zich hiertegen verzetten.
1.3.
Vertrouwelijkheid
Het Grafisch Lyceum Utrecht informeert de betrokkenen, mondeling en/of schriftelijk, over de voortgang. De klachtbehandeling vindt vertrouwelijk plaats. Alle betrokkenen bij de melding en behandeling van de klacht zijn verplicht tot geheimhouding van wat zij vernemen tijdens de klachtbehandeling. Uitgezonderd hiervan is wanneer er sprake is van meldplicht of van vermeend strafbare feiten. Het CvB wordt hiervan terstond op de hoogte gesteld. Het Grafisch Lyceum Utrecht doet altijd aangifte.
1.4.
Minderjarige studenten
Het Grafisch Lyceum Utrecht informeert de ouders van minderjarige studenten over een ingediende klacht, bezwaar, beroep tenzij naar oordeel van het Grafisch Lyceum Utrecht het persoonlijke belang van de student zich daartegen verzet. Indien de ouders van een minderjarige student een klacht, bezwaar, beroep indienen informeert het Grafisch Lyceum Utrecht de student, tenzij naar oordeel van het Grafisch Lyceum Utrecht het persoonlijk belang van de student zich daartegen verzet.
1.5.
Openbaarheid
Het CvB publiceert de klachtenregeling op intranet. Het CvB informeert alle belanghebbenden van het bestaan van de klachtenregeling.
1.6.
Evaluatie
De klachtenregeling wordt jaarlijks geëvalueerd door het CvB en de klachtencommissie. Indien evaluatie niet lijdt tot voorstellen tot wijziging, is de klachtenregeling geacht te zijn verlengd.
1.7.
Wijziging van de klachtenregeling
Het CvB kan de klachtenregeling wijzigen of intrekken, met instemming van de OR.
1.8.
Overige bepaling
In gevallen waarin de klachtenregeling niet voorziet, beslist het CvB.
36
Artikel 2
2.1.
Bereik
Individueel klachtrecht
Het Grafisch Lyceum erkent het individueel klachtrecht van studenten en medewerkers waarbij elke student of medewerker de mogelijkheid heeft een klacht te uiten en te doen onderzoeken, zo dat de klacht binnen redelijke termijn met voldoende aandacht behandeld wordt met waarborging van de in redelijkheid te verlangen bescherming van de belangen van de klager en de aangeklaagde.
2.2.
Terreinen
De klachtenregeling betreft algemene klachten, rechtspositionele klachten, klachten over grensoverschrijdend gedrag en klachten over de examens. De klachtenregeling geldt voor alle leden van het Grafisch Lyceum Utrecht, zowel studenten als medewerkers.
2.3 Klachtencommissie Het Grafisch Lyceum heeft een klachtencommissie en is daarnaast aangesloten bij een landelijke klachtencommissie.De klachtencommissie van het GLU is tevens de Commissie voor Bezwaar en Beroep inzake de Examinering conform de eisen van de Wet Educatie Beroepsonderwijs(WEB). De klachtenregeling geeft de samenstelling en werkwijze van de klachtencommissie en dient in samenhang gezien te worden met het Studentenstatuut en het Medewerkersstatuut.
Artikel 3 3.1.
Bemiddeling
Bemiddeling
De teamleider is de eerstaangewezen persoon om elke klacht mee te bespreken, op het gebied van het onderwijs, de examinering, de omgangsvormen en de rechtspositie. Het is het streven om elke klacht billijk, naar redelijkheid af te handelen. Als de klacht naar oordeel van de klager onvoldoende is afgehandeld, dan kan de student of medewerker een officiële klacht indienen.
Artikel 4 4.1.
Klacht
Indienen van de klacht
4.1.1. Het klachtenformulier is gepubliceerd op intranet en ligt bij het Servicepunt. 4.1.2. De klager vult het formulier volledig in en gooit het volledig ingevulde formulier in de postbus van het bestuurssecretariaat en/of verstuurt het naar:
[email protected] 4.1.3. Anonieme klachten worden niet in behandeling genomen. 4.1.4. Bij een onvolledig ingevuld formulier spreekt het bestuurssecretariaat de klager hierop aan en krijgt de klager 5 werkdagen tijd om de ontbrekende informatie aan te vullen. 4.1.5. Bij een onvolledige klacht, of het overschrijden van de termijn van 5 schooldagen, neemt het Grafisch Lyceum Utrecht de klacht niet in behandeling en stelt de klager hiervan schriftelijk (per email) op de hoogte.
4.2.
Klacht behandeling
4.2.1. Het Grafisch Lyceum Utrecht wijst een functionaris aan die de klacht in behandeling neemt en het bestuurssecretariaat stelt de klager daarvan op de hoogte. 4.2.2. De functionaris die de klacht behandelt kan de klager horen. 4.2.3. De functionaris handelt binnen 15 schooldagen na het indienen van de klacht de klacht schriftelijk (per email) af. 4.2.4. Gedurende de klachtbehandeling blijft het besluit waartegen de klacht is ingediend, geldig. 4.2.5. De functionaris die de klacht behandelt informeert het bestuurssecretariaat schriftelijk (per email) over de klachtafhandeling.
37
Artikel 5
5.1.
Bezwaar
Bezwaar aantekenen
5.1.1. De klager die van mening is dat de klacht niet goed is afgehandeld, kan bezwaar maken. 5.1.2. De klager dient binnen 10 werkdagen na ontvangst van de schriftelijke klachtafhandeling bezwaar aan te tekenen. 5.1.3. De klager kruist daartoe op het klachtenformulier aan dat de klager bezwaar maakt tegen de afhandeling van de klacht en geeft een toelichting op de daartoe bestemde ruimte. 5.1.4. De klager gooit het klachtenformulier waarop de klager bezwaar maakt in de postbus van het bestuurssecretariaat en/of verstuurt het naar:
[email protected] 5.1.5. Bij het overschrijden van de indieningtermijn van 10 schooldagen, neemt het Grafisch Lyceum Utrecht het bezwaar niet in behandeling en stelt de klager hiervan schriftelijk (per email) op de hoogte.
5.2.
Bezwaar behandeling
5.2.1. Het Grafisch Lyceum Utrecht wijst een functionaris aan die het bezwaar in behandeling neemt en het bestuurssecretariaat stelt de klager daarvan op de hoogte. 5.2.2. De functionaris die het bezwaar behandelt kan de klager horen. 5.2.3. De functionaris handelt binnen 15 schooldagen na het indienen van het bezwaar, het bezwaar schriftelijk (per email) af. 5.2.4. Gedurende de behandeling van het bezwaar blijft het besluit waartegen het bezwaar is ingediend, geldig. 5.2.5. De functionaris die de klacht behandelt informeert het bestuurssecretariaat schriftelijk (per email) over de klachtafhandeling.
Artikel 6 6.1.
Beroep
Beroep aantekenen
6.1.1. De klager die van mening is dat het bezwaar niet goed is afgehandeld, kan beroep aantekenen. 6.1.2. De klager dient binnen 10 schooldagen na ontvangst van de schriftelijke afhandeling van het bezwaar, beroep aan te tekenen. 6.1.3. De klager kruist daartoe op het klachtenformulier aan dat de klager beroep aantekent tegen de afhandeling van het bezwaar en geeft een toelichting op de daartoe bestemde ruimte. 6.1.4. De klager gooit het klachtenformulier waarop de klager beroep aantekent in de postbus van het bestuurssecretariaat en/of verstuurt het naar:
[email protected] 6.1.5. Bij het overschrijden van de indieningtermijn van 10 schooldagen, neemt het Grafisch Lyceum Utrecht het beroep niet in behandeling en stelt de klager hiervan schriftelijk (per email) op de hoogte.
6.2.
Beroep behandeling
6.2.1. Het bestuurssecretariaat zorgt dat de klachtencommissie van het Grafisch Lyceum Utrecht het beroep in behandeling neemt en het bestuurssecretariaat stelt de klager daarvan op de hoogte. 6.2.2. De klachtencommissie meldt het beroep aan het College van Bestuur, als zij daartoe aanleiding ziet. 6.2.2. De klachtencommissie onderzoekt het beroep en is daarbij bevoegd die informatie in te winnen die zij nodig meent te hebben om tot een advies aan het College van Bestuur te kunnen komen. 6.2.3. De klachtencommissie stelt de klager, de aangeklaagde en het College van Bestuur
38
6.2.9.
binnen 10 schooldagen na ontvangst van het beroep schriftelijk in kennis van het onderzoek en de datum van de hoorzitting. De aangeklaagde kan schriftelijk verweer indienen tegen het ingestelde beroep. De klachtencommissie kan één of meer zittingen houden, waarop zij mede op basis van het reeds eerder bedoelde onderzoek, de klager en de aangeklaagde en zo nodig anderen hoort. Betrokkenen worden afzonderlijk gehoord. Indien de klager, de aangeklaagde of andere betrokkenen niet gehoord wil worden of zonder bericht afwezig is, wordt het beroep van de klager dan wel het verweer van de aangeklaagde als “niet-betwist” behandeld. Gehoorden krijgen binnen 5 werkdagen na de zitting een afschrift van het verslag van het hoorgesprek toegezonden. De klager en de aangeklaagde kunnen zich tijdens het horen laten bijstaan door maximaal 1 raadgever. De kosten hiervan komen voor rekening van de persoon die zich laat bijstaan. Medewerkers kunnen zich niet door direct-leidinggevenden laten bijstaan. De zitting vindt plaats achter gesloten deuren.
6.3.
Advies klachtencommissie over het beroep
6.2.4. 6.2.5.
6.2.6.
6.2.7. 6.2.8.
6.3.1. De klachtencommissie brengt schriftelijk advies uit aan het College van Bestuur binnen 20 schooldagen na ontvangst van het beroep. De klager en de aangeklaagde ontvangen binnen dezelfde termijn hiervan een afschrift. 6.3.2. De klachtencommissie geeft een beargumenteerd oordeel of het beroep gegrond, gedeeltelijk gegrond of ongegrond is bevonden. Het advies bevat alle relevante informatie. 6.3.3. Het advies betreft tevens aanbevelingen over een zorgvuldige wijze van behandeling en eventueel opvang van de klager en de aangeklaagde. 6.3.4. De voltallige klachtencommissie neemt het advies. De leden onthouden zich niet van stemming, noch stemmen zij blanco.
6.4.
Uitspraak door het College van Bestuur
6.4.1. Het College van Bestuur doet binnen 10 schooldagen na ontvangst van het advies door de klachtencommissie schriftelijk een uitspraak over de afhandeling van het beroep. 6.4.2. Basis voor de uitspraak van het College van Bestuur is het advies van de klachtencommissie. Bij afwijking van het advies geeft het CvB een motivering voor deze afwijking. 6.4.3. Het bestuurssecretariaat deelt terstond de uitspraak schriftelijk mede aan de klager, de aangeklaagde en de klachtencommissie. 6.4.4. Het College van Bestuur draagt verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de uitspraak. 6.4.5. Gedurende de behandeling van het beroep blijft het besluit waartegen het beroep is ingediend, geldig.
6.5.
Verlenging van termijnen
6.5.1. Indien blijkt dat geldende termijnen niet haalbaar zijn voor - het uitbrengen van een advies door de klachtencommissie; - het doen van een uitspraak door het College van Bestuur; mogen de termijnen verlengd worden met maximaal: -een termijn van 10 schooldagen voor de klachtencommissie; -een termijn van 10 schooldagen voor het College van Bestuur. De klager en de aangeklaagde worden hierover schriftelijk geïnformeerd. 6.5.2. Het bestuurssecretariaat bewaakt de procedure, de termijnen en archiveert de stukken. De uitspraak van het CvB wordt gearchiveerd in het desbetreffende studenten- c.q. het medewerker dossier. De klachtencommissie verwijdert na vijf jaar de dossiers.
39
Artikel 7
7.1.
Landelijke klachtencommissie
Landelijke klachtencommissie onderwijs PO, VO, BVE en HBO
Het Grafisch Lyceum Utrecht is aangesloten bij de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. De klager die van mening is dat het beroep niet goed is afgehandeld door het CvB van het Grafisch Lyceum Utrecht, kan zich wenden tot de Landelijke Klachtencommissie Onderwijs. Informatie hierover is te vinden op: www.onderwijsgeschillen.nl
Artikel 8 8.1.
Intrekken
Intrekken van klacht, bezwaar en beroep
De klager kan de ingediende klacht, het ingediende bezwaar of beroep ten allen tijde intrekken. De klager doet dit schriftelijk via de postbus van het bestuurssecretariaat, of per email:
[email protected] . Het bestuurssecretariaat maakt een proces-verbaal op van het intrekken van de klacht c.q. het bezwaar c.q. het beroep en stuurt binnen 5 schooldagen een afschrift van het proces-verbaal aan de klager en de aangeklaagde.
Artikel 9 9.1.
De klachtencommissie
Taak, benoeming en samenstelling
9.1.1. De klachtencommissie onderzoekt het beroep en adviseert het CvB omtrent de afhandeling. 9.1.2. De klachtencommissie kent 3 leden en 3 plaatsvervangende leden. 9.1.3. Het College van Bestuur benoemt de leden van de klachtencommissie. 9.1.4. Eén lid wordt voorgedragen door het CvB, één door de OR. Deze beide leden zoeken een onafhankelijke externe voorzitter. Eén van de interne leden voert het secretariaat. 9.1.5. De leden worden benoemd voor een periode van drie jaar. Bij tussentijds aftreden benoemt het CvB een opvolger voor de duur die nog te vervullen is. De leden van de klachtencommissie zijn éénmalig herbenoembaar, dus tot een maximum van zes jaar. 9.1.6. Leden van de klachtencommissie zijn aantoonbaar materiedeskundig. Minimaal één lid beschikt over juridische en rechtspositionele kennis. Minimaal één lid beschikt over kennis met betrekking tot de examinering. Minimaal één lid beschikt over kennis op sociaal-emotioneel gebied. 9.1.7. Indien een lid van de klachtencommissie op enigerlei wijze betrokken is bij het beroep, neemt zijn vervanger de plaats in. 9.1.8. De secretaris roept de klachtencommissie bij elkaar.
9.2.
Bevoegdheden
9.2.1. De klachtencommissie kan informatie en advies inwinnen bij deskundigen, intern en extern. 9.2.2. De klachtencommissie doet jaarlijks verslag aan het CvB over werkwijze en bevindingen. 9.2.3. De klachtencommissie waarborgt de anonimiteit van betrokken.
40
Artikel 10 Begrippen De klachtenregeling gebruikt de volgende begrippen:
• • • •
•
•
•
•
• •
•
• •
•
•
•
•
Aangeklaagde Ieder die deel uitmaakt van het Grafisch Lyceum Utrecht tegen wie een klacht is ingediend. Agressie en geweld (Non)verbaal pesten, psychisch of fysiek lastigvallen, bedreigen of aanvallen van anderen. BBL Beroeps Begeleidende Leerweg. Bemiddelaar Een persoon die met instemming van de klager en de aangeklaagde door een gesprek probeert te bemiddelen en ondersteunt in het zoeken van een oplossing. Bemiddelingsgesprek Gesprek waarbij met behulp van een bemiddelaar klager en aangeklaagde met elkaar in contact gebracht worden om tot overstemming te komen. Beroep Vragen van een voorziening tegen een besluit over een bezwaar, bij een andere bestuurslaag dan die het besluit over het bezwaar genomen heeft. Beroep betreft onder andere beslissingen m.b.t. de examinering ex artikel 7.5.2 van de WEB. Beroepspraktijkvorming Onderwijs dat plaatsvindt in de praktijk van het beroep, dus in een bedrijf of een organisatie, op grond van een beroepspraktijkvormingsovereenkomst (Praktijkovereenkomst). Beroeps Praktijk Vormings overeenkomst (Praktijkovereenkomst) De overeenkomst die tussen het Grafisch Lyceum Utrecht, de student en de praktijk biedende organisatie wordt gesloten voor de realisering van de beroepspraktijkvorming, waarin wederzijds de rechten en verplichtingen zijn vastgelegd, zoals bedoeld in artikel 7.2.9 van de WEB. Bestuurder Het College van Bestuur van het Grafisch Lyceum Utrecht (GLU). Bevoegd gezag Bevoegd gezag zoals bedoeld in artikel 1.1.1 onder de letter w van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB). Bezwaar Aangeven dat je het niet eens bent met een genomen besluit en vragen van een voorziening tegen dit besluit bij een andere bestuurslaag dan die het besluit genomen heeft. BOL Beroeps Opleidende Leerweg. College van Bestuur (CvB) Het College van Bestuur van de onderwijsinstelling in de zin van artikel 9.1.4. van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB). Contactpersoon De medewerker die door Het College van Bestuur is aangewezen om klachten, bezwaar en beroep te ontvangen en door te sturen naar de betreffende bestuurslaag. Bij het Grafisch Lyceum Utrecht is het bestuurssecretariaat de contactpersoon. Directeur Onderwijs De directeur onderwijs is verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs van het Grafisch Lyceum Utrecht. Discriminatie Het in enigerlei vorm doen van uitspraken over, het verrichten van handelingen jegens of het nemen van beslissingen over personen die beledigend zijn vanwege hun ras, godsdienst, geslacht, levensovertuiging of seksuele voorkeur, dan wel het maken van enig negatief onderscheid op basis van deze actoren. Docent Medewerker die een onderwijstaak heeft.
41
•
• • •
•
• •
•
•
• • •
•
•
•
•
•
• • • •
Examendeelnemer / extraneus Degene die uitsluitend bij het Grafisch Lyceum Utrecht is ingeschreven voor het afleggen van het examen. Geschil Een verschil van mening / interpretatie tussen twee partijen over een bepaald punt. Gegrond Op juiste overwegingen berustend. Grafisch Lyceum Utrecht Grafisch Lyceum Utrecht, een onderwijsinstelling, zoals bedoeld in artikel 1.3.1 van de WEB, of diens College van Bestuur. Handboek Examinering Het Handboek Examinering beschrijft de examenprocessen voor de opleidingen in het Grafisch Lyceum Utrecht. Het geeft tevens kaders voor het exameninstrumentarium. Het Gebouw Naam van het schoolgebouw waarin het Grafisch Lyceum Utrecht gevestigd is. Inspectie De inspecteur die belast is met het toezicht op het onderwijs als bedoeld in artikel 5.1 van de WEB. Intake Gesprek en/of toets na de aanmelding van de kandidaat-student om vast te stellen welke leerweg, opleiding of deel van de opleiding het best past. Kandidaat-student Persoon die bezig is met de procedure van inschrijving en/of intake bij de school, die nog geen onderwijs- of beroepspraktijkvormingsovereenkomst heeft afgesloten. Klager Een ieder die deel uitmaakt van het Grafisch Lyceum Utrecht en een klacht indient. Klacht Een schriftelijk ingediende en gemotiveerde klacht. Klachtencommissie Adviescommissie van het CvB gericht op het onderzoeken en beoordelen van beroepszaken. Klachtencommissielid Interne of externe leden van de klachtencommissie die zijn aangesteld op basis van hun aantoonbare specifieke deskundigheid. Klachtenregeling Regeling die de procedures rondom klachten, betreffende o.a. de bejegening, het onderwijs en de examinering, regelt. Leden van het Grafisch Lyceum Utrecht Studenten van het Grafisch Lyceum Utrecht (GLU) en/of hun wettelijke vertegenwoordigers en personen die werkzaamheden verrichten voor het Grafisch Lyceum Utrecht en/of op een andere manier betrokken zijn bij het Grafisch Lyceum Utrecht, op het moment dat het probleem / de situatie zich heeft voorgedaan. Medewerker Persoon die aan het Grafisch Lyceum Utrecht verbonden is in een onderwijzende of ondersteunende rol op basis van een arbeidsovereenkomst, of personen die op een andere basis in opdracht van en onder verantwoordelijkheid van het Grafisch Lyceum Utrecht werkzaamheden verrichten. Melding Er is sprake van een melding als een lid van het Grafisch Lyceum Utrecht een probleem inbrengt. Een melding kan uitmonden in het indienen van een schriftelijke klacht. Onbetwist Onaangevochten. Ondernemingsraad De Raad als bedoeld in de Wet op de Ondernemingsraden. Onderwijsinstelling Het Grafisch Lyceum Utrecht (GLU). Onderwijs- en Examen Regeling
42
•
•
• •
•
•
•
• •
•
• • • •
•
•
•
Regeling per opleiding waarin opgenomen: het onderwijs- en examenprogramma, de examenprogrammering en het examenreglement van de opleiding (Studiewijzer). Onderwijsovereenkomst Overeenkomst tussen een student en het Grafisch Lyceum Utrecht waarin wederzijds rechten en plichten met betrekking tot het leren op school zijn vastgelegd volgens artikel 8.1.3 van de WEB. Ongelijke behandeling Het op directe of indirecte wijze maken van onderscheid tussen mensen op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke overtuiging, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele gerichtheid, burgerlijke staat, arbeidsduur, leeftijd, handicap of chronische ziekte. Ongewenst gedrag Gedragingen zoals vermeld onder agressie, geweld en discriminatie, intimidatie. Ontvankelijk De klacht, het bezwaar, het beroep komen in aanmerking voor behandeling door de aangewezen functionaris c.q. bestuurslaag. Opleiding Het geheel aan opleidingsactiviteiten afgeleid van het kwalificatiedossier die bij succesvolle afronding een MBO-diploma opleveren. Ook: het team dat deze opleidingsactiviteiten organiseert en uitvoert. Opleidingsactiviteiten Alle tot de opleiding behorende activiteiten in het kader van het onderwijs en de begeleiding die door en/of onder verantwoordelijkheid van de opleiding worden georganiseerd en verzorgd. Ouders De ouder(s), voogd(en)/andere wettelijke vertegenwoordiger(s) of verzorger(s) van studenten / extranei bij minderjarige studenten. Personeel Alle medewerkers in dienst van of werkzaam binnen het Grafisch Lyceum Utrecht. Praktijkovereenkomst De overeenkomst die tussen het Grafisch Lyceum Utrecht, de student en de praktijk biedende organisatie wordt gesloten voor de realisering van de beroepspraktijkvorming, waarin wederzijds de rechten en verplichtingen zijn vastgelegd, zoals bedoeld in artikel 7.2.9 van de WEB. Proeve van bekwaamheid Examen in een realistische of gesimuleerde beroepscontext, waarmee wordt vastgesteld of de student beroepsbekwaam is. Raadgever Een persoon die de klager of aangeklaagde op diens verzoek bijstaat. School Het Grafisch Lyceum Utrecht, ingesteld om Mbo-onderwijs te verzorgen volgens de WEB. Schooldag Alle werkdagen (Maandag t/m vrijdag) behalve werkdagen die in de schoolvakanties vallen. Schoolleiding Met de schoolleiding wordt bedoeld: College van Bestuur, Directeur Bedrijfsvoering, Directeur onderwijs en/of de teamleiders. Schorsing Het aan de student ontzeggen van de toegang tot alle gebouwen en opleidingsactiviteiten van het Grafisch Lyceum Utrecht gedurende een bepaalde periode. Seksuele intimidatie Elke vorm van seksuele (getinte) aandacht die tot uiting komt binnen of in samenhang met de onderwijssituatie in (non)-verbaal of fysiek gedrag dat door bepaald(e)(e) perso(o)n(en) als ongewenst, grensoverschrijdend gedrag wordt beschouwd. Servicepunt Een organisatorische eenheid van de school vooral gericht op de administratieve ondersteuning bij de begeleiding van studenten en kandidaat-studenten.
43
•
•
•
•
•
•
•
•
• • •
Student Persoon die bij het Grafisch Lyceum Utrecht is ingeschreven op grond van een onderwijsovereenkomst, eventueel gecombineerd met een praktijkovereenkomst, zoals bedoeld in artikel 8.1.1 van de Wet Educatie en Beroepsonderwijs (WEB). Studentenstatuut Document waarin de wederzijdse rechten en plichten van student en Grafisch Lyceum Utrecht vastgelegd zijn; het studentenstatuut maakt integraal onderdeel uit van de onderwijsovereenkomst. Studie Advies Centrum (SAC) Een organisatorische eenheid van de school vooral gericht op ondersteuning bij de begeleiding van studenten en kandidaat-studenten. Studieloopbaanbegeleider Docent, aangewezen door de schoolleiding, om een student of een groep studenten gedurende een periode te begeleiden bij de studievoortgang, bij het persoonlijk functioneren en op sociaal-emotioneel gebied. Teamleider Persoon die verantwoordelijk is voor de dagelijkse gang van zaken binnen een team van het Grafisch Lyceum Utrecht en daartoe gemandateerd is door de bestuurder. Toezicht Het toezicht op de kwaliteit van het onderwijs en de examinering, uitgeoefend door de Inspectie van het Onderwijs. Vertrouwenspersoon De vertrouwenspersoon is aanspreekpunt voor studenten en/of medewerkers met name bij grensoverschrijdend gedrag waaronder seksuele intimidatie, racisme en discriminatie. Verwijdering Het definitief uitsluiten van het volgen van alle opleidingen die door de school verzorgd worden. WEB Wet Educatie en Beroepsonderwijs, Stb. 501, 31 oktober 1995. WSF Wet Studiefinanciering 2000. WTOS Wet Tegemoetkoming Onderwijsbijdrage en Schoolkosten.
Artikel 11
Vaststelling
Het Studentenstatuut en de Klachtenregeling is met instemming van de OR vastgesteld door het CvB van Grafisch Lyceum Utrecht op 01-11-2011. B. Heimans
M. Adhar
Voorzitter
Voorzitter
College van Bestuur
Ondernemingsraad
Utrecht d.d 6 december 2011
Utrecht d.d……………………………
44
Hoofdstuk IV
Klokkenluidersregeling
Klokkenluidersregeling Grafisch Lyceum Utrecht versie 8 oktober 2009
Doel en werking klokkenluidersregeling
Algemeen Deze regeling richt zich op de medewerkers van het GLU, op de studenten/ouders/verzorgers en op externe relaties zoals stagebedrijven en leveranciers. In deze regeling wordt beschreven waar en op welke wijze meldingen van een vermoeden van misstanden kunnen worden gedaan en hoe de verdere behandeling daarvan plaatsvindt Conform de Code Goed bestuur in de BVE sector heeft het Grafisch Lyceum Utrecht een klokkenluidersregeling opgesteld. Deze regeling biedt de mogelijkheid om (dreigende) misstanden intern te melden, zodat deze kunnen worden voorkomen of rechtgezet. Onder missstanden worden ernstige onregelmatigheden verstaan als fraude, het bewust overtreden van de wettelijke regels en bepalingen en het in gevaar brengen van de volksgezondheid. De regeling legt vast dat medewerkers, ouders of studenten die hun melding te goeder trouw doen, daardoor niet worden benadeeld. De Klokkenluidersregeling is uitdrukkelijk niet bedoeld voor persoonlijke klachten. Hiervoor is de algemene klachtenregeling. Melding van een misstand vindt plaats bij de direct leidinggevende (voor medewerkers) of de directeur onderwijs (bij ouders en leerlingen/deelnemers). Indien niet op voorhand helder is waar de melding zou moeten plaatsvinden kunnen medewerkers, ouders en leerlingen/deelnemers hierover de vertrouwenspersoon raadplegen. Deze kan aangeven wat de passende weg is om de vermoede misstand te melden en kan eventueel optreden als procesbewaker bij de klokkenluidersregeling. De vertrouwenspersoon kan daarnaast optreden als raadsman (zie artikel 8 van dit reglement). Zowel de melding van een misstand als het onderzoek dat naar aanleiding van deze melding plaatsvindt, zal in vertrouwelijkheid en met de grootst mogelijke zorgvuldigheid en integriteit plaatsvinden.
45
Inhoudsopgave:
Artikel 1 Definities Artikel 2 Commissie Integriteit (CI) Artikel 3 Melding misstand Artikel 4 Behandeling melding Artikel 5 Standpunt Artikel 6 Melding aan de voorzitter van de Raad van Toezicht Artikel 7 Standpunt voorzitter Raad van Toezicht Artikel 8 Rechtsbescherming Artikel 9 Inwerkingtreding
46
Artikel 1 1.1.
Algemene bepalingen
Doelstelling klokkenluidersregeling
De klokkenluidersregeling biedt studenten en medewerker van het Grafisch Lyceum Utrecht rechtsbescherming bij het ter goeder trouw melden van (een vermoeden) van een misstand.
Definities: In deze regeling wordt verstaan onder: -
betrokkene: degene die al dan niet in dienst werkzaamheden verricht ten behoeve van het Grafisch Lyceum Utrecht, een leerling/deelnemer die als zodanig is ingeschreven of een ouder/verzorger van een minderjarige leerling/deelnemer;Grafisch Lyceum Utrecht: (GLU)
-
de voorzitter van het College van Bestuur: de voorzitter van het College van Bestuur van het Grafisch Lyceum Utrecht-
-
de voorzitter van de Raad van Toezicht: de voorzitter van de Raad van Toezicht van het Grafisch Lyceum Utrecht;
-
Commissie Integriteit:(CI) het secretariaat van de commissie fungeert als meldpunt integriteit
-
leidinggevende: degene die direct leiding geeft aan de werknemer;
-
een misstand: een op redelijke gronden gebaseerd vermoeden of wetenschap van een vermoeden van onregelmatigheden van algemene, operationele en financiële aard, waaronder: a. een (dreigend) strafbaar feit; b. een (dreigende) grove schending van wet- en regelgeving of beleidsregels; c. een (dreigend) groot gevaar voor de volksgezondheid, veiligheid of milieu; d. een (dreiging van) bewust onjuist informeren van publieke organen of personen die belast zijn met de uitvoering van of het toezicht op de naleving van wettelijke regelingen; e. een (dreigende) verspilling van overheidsgeld; f. een schending van binnen de Stichting geldende gedragsregels; g. (een dreiging van) het bewust achterhouden, vernietigen of manipuleren van informatie over deze feiten of andere feiten die GLU kan schaden.
Artikel 2 Commissie Integriteit 2.1
Samenstelling en taak
De Commissie Integriteit (CI) is samengesteld uit de directeur bedrijfsvoering (voorzitter) een vertrouwenspersoon en een medewerker P&O (zie 2.3). In het geval een CI-lid zelf persoon in kwestie is, treedt automatisch de aangewezen vervanger in zijn plaats. De Commissie Integriteit (CI) heeft tot taak: - het adviseren aan het CvB over integriteitbeleid en integriteitkwesties; - het ontwikkelen van integriteitbewustzijn en kennis en instrumenten voor het integriteitbeleid binnen het GLU en het ter beschikking stellen hiervan; - alert te reageren op integriteitschendingen en op strijdig gedrag met de
47
integriteitscode (zie hiervoor het GLU-intranet); - te coördineren bij levering diensten vanuit het integriteitbeleid; - het bespreken van (vermoedelijke) integriteitschendingen en andere actualiteiten op het gebied van integriteit; - het uitvoeren in opdracht van CvB van interne onderzoeken met betrekking tot vermoeden van misstanden Het secretariaat van de Commissie Integriteit fungeert als meldpunt integriteit.
2.2
Geheimhoudingsplicht
De leden van de Commissie Integriteit en alle bij een vermoeden van misstand betrokken personen zijn verplicht tot geheimhouding van alle informatie inzake meldingen, (te) doorlopen procedures, opdrachten en onderzoeken voor zover regelingen dit vereisen en voor zover dit in het belang is van bescherming van de klokkenluider(s) en andere betrokken personen.
2.3
Samenstelling en bereikbaarheid Commissie Integriteit
De volgende personen vormen de Commissie Integriteit: voorzitter
directeur bedrijfsvoering
secretariaat
personeelsfunctionaris
lid
vertrouwenspersoon
Als vervangende leden zijn aangewezen in dezelfde volgorde: voorzitter
directeur onderwijs
secretariaat
personeelsfunctionaris
De CI is bereikbaar : e-mail :
[email protected] [email protected]
Artikel 3 Melding misstand 1. werknemer De werknemer meldt een misstand intern bij zijn leidinggevende. Indien hij melding aan zijn leidinggevende niet wenselijk acht kan hij melding doen bij de directeur onderwijs of, als hij melding daar niet wenselijk acht, bij de voorzitter van het College van Bestuur.
48
2.
Student en ouder/verzorger
De student en/of zijn ouder/verzorger meldt een misstand intern bij de teamleider onderwijs. Indien hij melding bij de teamleider onderwijs niet wenselijk acht kan hij melding doen bij degene die hij verantwoordelijk acht voor het voorkomen dan wel aanpakken van een (vermoedelijke) misstand.
Artikel 4 Behandeling melding 1.
In geval van mondelinge melding legt degene bij wie de misstand is gemeld, de melding met datum waarop deze ontvangen is, schriftelijk vast en laat de vastlegging voor akkoord tekenen door de betrokkene, die daarvan afschrift ontvangt.
2.
In geval van een schriftelijke melding wordt door degene bij wie de misstand is gemeld een ontvangstbevestiging verzonden.
3.
Degene bij wie de misstand is gemeld, draagt ervoor zorg dat de voorzitter van het College van Bestuur onverwijld op de hoogte wordt gesteld van de gemelde misstand en de datum waarop de melding is ontvangen. Tevens zorgt hij ervoor dat de voorzitter van het College van Bestuur een afschrift ontvangt van de vastlegging van de melding, dan wel de schriftelijke melding en de naar aanleiding daarvan verstuurde ontvangstbevestiging.
4.
De voorzitter van het College van Bestuur stuurt een ontvangstbevestiging aan betrokkene. In de ontvangstbevestiging wordt gerefereerd aan de oorspronkelijke melding.
5.
Onverwijld wordt een onderzoek naar aanleiding van de melding van de misstand gestart.
6.
Zowel de betrokkene die de misstand meldt als degene aan wie de misstand is gemeld, behandelen de melding vertrouwelijk. Zonder toestemming van de voorzitter van het College van Bestuur wordt geen informatie verschaft aan derden binnen of buiten het GLU. Bij het verschaffen van informatie zal de naam van de betrokkene niet worden genoemd en ook overige informatie zo worden verstrekt dat de anonimiteit van de betrokkene (voor zover wettelijk mogelijk) gewaarborgd blijft.
Artikel 5 Standpunt 1.
Binnen een periode van acht weken na het moment van melding wordt betrokkene door of namens de voorzitter van het College van Bestuur schriftelijk op de hoogte gebracht van een inhoudelijk standpunt omtrent het gemelde vermoeden van een misstand. Daarbij wordt aangegeven tot welke stappen de melding heeft geleid.
2.
Indien het standpunt niet binnen acht weken kan worden gegeven, worden de
49
Betrokken partijen door of namens de voorzitter van het College van Bestuur hiervan schriftelijk in kennis gesteld en wordt aangegeven binnen welke termijn men een standpunt tegemoet kan zien.
Artikel 6 Melding aan de voorzitter van de Raad van Toezicht 1.
Betrokkene kan een misstand, in afwijking van het bepaalde in artikel 4 melden bij de voorzitter van de Raad van Toezicht indien: a. hij het niet eens is met het standpunt als bedoeld in artikel 5; b. hij geen standpunt heeft ontvangen binnen de termijnen als genoemd in artikel 5 c. de termijn bedoeld in artikel 5, lid 2, gelet op alle omstandigheden onredelijk lang is en betrokkene daartegen bezwaar heeft gemaakt bij de voorzitter van het College van Bestuur, doch deze daarop niet een kortere, redelijke termijn heeft aangewezen; d. de misstand de voorzitter van het College van Bestuur betreft; e. men in redelijkheid kan vrezen voor tegenmaatregelen als gevolg van een interne melding; f. maatregelen die zijn genomen naar aanleiding van een eerdere melding van een soortgelijke misstand, of een herhaling van een eerder melding.
2.
In geval van een mondelinge melding van een misstand legt de voorzitter van de Raad van Toezicht deze melding schriftelijk vast, met de datum waarop deze ontvangen is, en laat die vastlegging voor akkoord tekenen door de betrokkene, die daarvan een afschrift ontvangt. In geval van een schriftelijke melding stuurt de voorzitter van de Raad van een ontvangstbevestiging aan de betrokkene die het vermoeden van een misstand heeft gemeld. Als de betrokkene het vermoeden van misstand al eerder heeft gemeld, dan wordt in de ontvangstbevestiging gerefereerd aan de oorspronkelijke melding. Onverwijld wordt een onderzoek naar aanleiding van de melding van de misstand gestart. Betrokkene die de misstand meldt en degene aan wie de misstand is gemeld behandelen de melding vertrouwelijk. Zonder toestemming van de voorzitter van de Raad van Toezicht wordt geen informatie verschaft aan derden binnen of buiten het GLU. Bij het verschaffen van informatie zal de naam van de betrokkene niet worden genoemd en ook overigens de informatie zo worden verstrekt dat de anonimiteit van de betrokkene (voor zover wettelijk mogelijk) gewaarborgd is.
3.
4. 5.
Artikel 7 Standpunt voorzitter Raad van Toezicht 1.
Binnen een periode van acht weken na het moment van melding wordt betrokkene door of namens de voorzitter van de Raad van Toezicht schriftelijk op de hoogte gebracht van een inhoudelijk standpunt omtrent de gemelde misstand. Daarbij wordt aangegeven tot welke stappen de melding heeft geleid.
2.
Indien het standpunt niet binnen acht weken kan worden gegeven wordt de
50
betrokkene door of namens de voorzitter van de Raad van Toezicht hiervan schriftelijk in kennis gesteld en aangegeven binnen welke termijn hij een standpunt tegemoet kan zien. 3.
De voorzitter van de Raad van Toezicht maakt het standpunt naar aanleiding van de melding bekend aan de voorzitter van het College van Bestuur, nadat hij daarvoor van betrokkene toestemming heeft ontvangen. Afhankelijk van zijn bevindingen kan de voorzitter van de Raad van Toezicht de voorzitter van het College van Bestuur adviseren over de afwikkeling van de melding.
Artikel 8 Rechtsbescherming 1.
De betrokkene die, met inachtneming van de bepalingen van deze regeling, een misstand heeft gemeld, wordt op geen enkele wijze benadeeld als gevolg van het melden daarvan.
2.
Betrokkene heeft het recht om over een misstand raad te vragen aan een vertrouwenspersoon of raadsman.
3.
Als raadsman kan fungeren iedere persoon, die het vertrouwen van betrokkene geniet. Deze persoon is verplicht tot geheimhouding.
4.
De raadsman als bedoeld in het vorige lid die in dienst is van het Grafisch Lyceum Utrecht, wordt door het GLU op geen enkele wijze benadeeld als gevolg van het fungeren als zodanig krachtens deze regeling.
Artikel 9 Inwerkingtreding Deze regeling treedt in werking op de dag volgend op de dag waarop goedkeuring is verkregen door de Raad van Toezicht.
Aldus vastgesteld, door het College van Bestuur d.d. 8 oktober 2009
met instemming van de Medezeggenschapsraad d.d. 3 november 2009
en met goedkeuring door de Raad van Toezicht d.d. 13 oktober 2009
51
Deel II
Regelingen Bijzondere situaties
Hoofdstuk V
Calamiteitenregeling
1.1.
Doelstelling calamiteitenregeling
De calamiteitenregeling biedt studenten en medewerkers aanwijzingen tot zorgvuldig handelen, waarbij een ieder weet wat er van hem of haar verwacht wordt.
52