OCenW-Regelingen
Regeling spaarverlof primair onderwijs (po)
Bestemd voor:
b. fre: formatierekeneenheid
• het bevoegd gezag van scholen en centrale diensten val-
c. betrokkene:
lend onder het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en/of deel II van de Wet op het voortgezet
degene die is aangesteld in de formatie met uitzon-
onderwijs.
dering van personeel dat is benoemd: 1.
voor vervanging van afwezig personeel ten
2.
voor een termijn van 6 maanden of korter;
3.
in een functie als bedoeld in artikel 173
laste van het Vervangingsfonds;
Algemeen verbindend voorschrift Datum: 5 juni 2003
(I-S102a) van het Rpbo;
Kenmerk: AP/A&A-2003/24734
4.
Datum inwerkingtreding: zie artikel 19
in een functie als bedoeld in titel 15 (hoofdstuk I-T) van het Rpbo.
Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t.
d. centraal financieel arrangement:
Juridische grondslag: zie ’Gelet op:’ in de tekst
het orgaan dat belast is met de uitvoering van dit
Relatie tot eerdere mededelingen: hangt samen
besluit; e. spaarverlof:
met OCenW-Regeling AB/A&A-1999/53786 van 12 mei 2000 (Uitleg Gele katern 2000, 14)
het verlof in verband met arbeidsduurverkorting,
Informatie verkrijgbaar bij:
bedoeld in artikel 32 (I-C41), zevende lid, van het
CFI/ICO/PO, tel. 079-3232.333
Rpbo; f. spaarperiode: de periode waarin het spaarverlof wordt opgebouwd; g. verzilveringstarief: de geldswaarde per fre ten behoeve van spaarverlof,
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
bedoeld in artikel 123, tweede lid, onderdeel e, van Gelet op:
de Wet op het primair onderwijs; artikel 120, twee-
• artikel 32 (I-C41), zevende lid, van het
de lid, onderdeel d, van de Wet op de expertisecentra en artikel 235, tweede lid, onderdeel d, van deel
Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel
II van de Wet op het voortgezet onderwijs;
Besluit Artikel 2 Artikel 1 Begripsbepalingen 1.
Verzoek aan bevoegd gezag 1.
Betrokkene verzoekt het bevoegd gezag om te kunnen
2.
Betrokkene dient zijn verzoek in bij het bevoegd gezag
sparen voor spaarverlof.
De in deze regeling gebruikte begrippen hebben dezelfde betekenis als zij hebben in het Rpbo, voor
vóór 1 februari van het schooljaar voorafgaande aan
zover in deze regeling niet anders is bepaald. 2.
a. Rpbo: Rechtspositiebesluit onderwijspersoneel
NUMMER 16 •
het schooljaar waarin begonnen wordt met sparen.
In deze regeling wordt verstaan onder:
10 • 18 juni 2003
3.
Bij het verzoek maakt betrokkene tevens kenbaar over welke periode en hoeveel uren hij wenst te sparen.
Primair onderwijs
4.
Het gedeelte van de betrekkingsomvang bedoeld in
4.
artikel 113 (I-P80), eerste lid, onder a en b, van het Rpbo blijft buiten beschouwing voor de vaststelling van de omvang van het spaarverlof. 5.
6.
Op basis van een medische verklaring dan wel indien het derde lid tot onbillijkheden leidt voor de werknemer, kan van het derde lid worden afgeweken.
5.
In afwijking van het tweede lid kunnen betrokkene en
Aan het verzoek wordt slechts dan voldaan, indien de
bevoegd gezag op een later moment, doch uiterlijk 1
formatie naar het oordeel van het bevoegd gezag hier-
juli 2003, afspraken maken over verlenging van de
toe toereikend is.
spaarperiode wanneer deze op 1 augustus 2003 ver-
Het bevoegd gezag deelt zijn beslissing over het ver-
strijkt.
Regeling spaarverlof primair
zoek van betrokkene aan betrokkene mede uiterlijk
onderwijs (po)
vóór 1 maart voorafgaand aan het schooljaar waarin
Artikel 5
betrokkene wenst te gaan sparen. 7.
In het Decentraal Georganiseerd Overleg kunnen nade- Vormen van verlof re voorwaarden voor het deelnemen aan het spaarver-
1.
lof worden overeengekomen, welke voorwaarden wor-
De betrokkene kan het spaarverlof opnemen: a. als sabbatsverlof, in een aaneengesloten periode van
den neergelegd in de Collectieve arbeidsovereenkomst
verlof van ten hoogste 1659 uren of;
primair onderwijs.
b. als seniorenverlof, wanneer betrokkene 52 jaar of ouder is, in een periode van verlof evenredig verdeeld over het schooljaar van tenminste 40 uren per
Artikel 3
schooljaar, of ten hoogste 830 uren per schooljaar
Spaarperiode
bij een normbetrekking. Indien betrokkene ook
1.
De spaarperiode bedraagt tenminste vijf jaren en voor
reeds gebruik maakt van de Regeling bevordering
een betrokkene die op 1 augustus 1998 50 jaar of ouder
arbeidsparticipatie ouderen en/of jaarverlof geldt dit
was, tenminste vier jaren.
maximum voor het spaarverlof, de Regeling bevor-
2.
De spaarperiode bedraagt ten hoogste twaalf jaar.
dering arbeidsparticipatie ouderen en het jaarverlof
3.
De spaarperiode vangt aan bij het begin van het schooljaar en eindigt bij het einde van het schooljaar,
4.
tezamen. 2.
met dien verstande dat bij aanvang van de benoeming,
en betrokkene afspreken dat het verlof, in afwijking
als bedoeld in artikel 156 (I-R108) van het Rpbo, de
van het eerste lid onder a, op de volgende wijze wordt
periode ingaat op de eerste dag na de zomervakantie.
opgenomen:
De opbouw van het spaarverlof in het schooljaar
a. als gespreid sabbatsverlof, in meerdere periodes van volledig verlof in periodes van minimaal één school-
geschiedt naar evenredigheid per kalendermaand. 5.
Op verzoek van betrokkene kunnen het bevoegd gezag
week;
In afwijking van het vierde lid kan de spaarperiode op
b. als deeltijdverlof, in evenredig over het schooljaar
een ander tijdstip aanvangen ingeval betrokkene niet bij het begin van het schooljaar is benoemd en hij in
verdeelde periodes van tenminste 40 uren per
zijn vorige dienstverband al spaarde voor het verkrij-
schooljaar, of ten hoogste 830 uren per schooljaar
gen van spaarverlof.
bij een normbetrekking door een betrokkene jonger dan 52 jaar. Indien betrokkene ook gebruik maakt van jaarverlof geldt dit maximum voor het spaarver-
Artikel 4 Verlenging en onderbreking spaarperiode 1.
lof en jaarverlof tezamen. 3.
Met inachtneming van de maximale spaarperiode kan
ner dan de normbetrekking, wordt het aantal uren,
het bevoegd gezag in overeenstemming met betrokke-
genoemd in het eerste en tweede lid, met uitzondering
ne op diens verzoek de spaarperiode tweemaal verlen-
van het in het eerste lid, onder b en tweede lid, onder
gen met minimaal 2 jaar per verlenging. Alleen wan-
b, aangegeven aantal van 40 uren naar evenredigheid verminderd.
neer betrokkene reeds 11 jaar heeft gespaard, kan de spaarperiode met 1 jaar worden verlengd. 2.
Indien betrokkene werkzaam is in een betrekking klei-
4.
Het bepaalde in het eerste lid, onder a, is niet van toe-
Betrokkene dient het verzoek tot het verlengen van de
passing indien het sparen is onderbroken door het
spaarperiode bij het bevoegd gezag in vóór 1 februari
gestelde in artikel 8, eerste lid.
van het laatste schooljaar van de overeengekomen spaarperiode. 3.
Artikel 6
Met inachtneming van artikel 2, vijfde en zevende lid,
kan de spaarperiode, na een onafgebroken periode van Opname spaarverlof drie schooljaren, eenmaal worden onderbroken, met dien verstande dat de onderbreking niet tijdens een
1.
Het spaarverlof wordt opgenomen in het schooljaar aansluitend aan de spaarperiode.
schooljaar kan plaatsvinden.
Primair onderwijs
NUMMER 16 •
11 • 18 juni 2003
2.
Artikel 8
Bevoegd gezag en betrokkene kunnen afspreken dat
het spaarverlof op een later tijdstip wordt opgenomen, Sparen tijdens ziekte of periodes van buitengewoon
3.
verlof
jaar na de spaarperiode.
1.
4.
doordat hij wegens ziekte geheel of gedeeltelijk ver-
het spaarverlof deelt betrokkene aan het bevoegd
hinderd is zijn arbeid te verrichten, bouwt spaarverlof
gezag mede in welke vorm hij het spaarverlof wil
op gedurende ten hoogste twaalf maanden na de
Ingeval betrokkene in aanmerking wil komen voor de
kalendermaand waarin de verhindering is ontstaan. 2.
toepassing van het seniorenverlof of het deeltijdverlof uren per jaar hij verlof wenst op te nemen en op
zaamheden daadwerkelijk volledig heeft hervat. 3.
Indien betrokkene zijn volledige werkzaamheden her-
welke wijze hij deze uren wil verdelen binnen een
vat na afloop van de in het eerste lid vastgestelde ter-
schooljaar.
mijn, wordt het opbouwen van spaarverlof hervat
Het bevoegd gezag deelt zijn beslissing over het ver-
vanaf de eerste dag van de kalendermaand waarin de
zoek van betrokkene mede vóór 1 maart van het
laatste dag van de in het tweede lid genoemde termijn
schooljaar waarin de spaarperiode eindigt. 6.
De in het eerste lid vastgestelde termijn eindigt, indien betrokkene ten minste vier weken zijn werk-
deelt hij het bevoegd gezag tevens mede voor hoeveel
5.
De betrokkene die geheel of gedeeltelijk verlof geniet,
Vóór 1 februari van het schooljaar voor de opname van
opnemen.
Regeling spaarverlof primair onderwijs (po)
de verlofopname begint uiterlijk in het vijfde school-
In afwijking van het derde en vijfde lid kunnen
valt. 4.
betrokkene en bevoegd gezag op een later moment, doch uiterlijk 1 juli 2003, afspraken maken over de verlofopname in het schooljaar 2003/2004.
De spaarperiode wordt opgeschort zolang betrokkene lang buitengewoon verlof geniet voor het geheel van zijn werkzaamheden.
5.
Indien betrokkene lang buitengewoon verlof geniet voor een deel van zijn werkzaamheden, spaart betrokkene voor het spaarverlof in verhouding tot zijn oor-
Artikel 7
spronkelijke betrekkingsomvang.
Actuele waarde 1.
De actuele waarde is de tegenwaarde in geld van het
Artikel 9
door de betrokkene gespaarde aantal uren op het 2.
moment dat de spaarperiode eindigt.
Opschorting opname spaarverlof
De actuele waarde wordt als volgt berekend:
1.
op de eerste dag van het spaarverlof geheel of gedeel-
A = het totaal aantal gespaarde uren dat bestaat uit
telijk verlof geniet in verband met ziekte of arbeidson-
T + G waarbij: T = het totaal aantal uren dat is gespaard tot het
geschiktheid. 2.
Behoudens het eerste lid wordt voor betrokkene die
schooljaar waarin de actuele waarde wordt
spaarverlof geniet en die tevens, gerekend vanaf de
vastgesteld;
eerste ziektedag vier weken verlof geniet wegens ziek-
G = het, naar evenredigheid, in het schooljaar
te of arbeidsongeschiktheid, het spaarverlof opge-
gespaarde aantal uren tot de eerste van de
schort voor zolang het verlof wegens ziekte of arbeids-
maand voorafgaand aan de maand waarin de actuele waarde moet worden vastgesteld.
ongeschiktheid duurt. 3.
F = het verbruik van fre’s behorende bij de functie
Betrokkene die tijdens het spaarverlof voor een gedeelte van zijn betrekking verlof geniet wegens ziekte of
waarin de betrokkene is aangesteld als bedoeld in
arbeidsongeschiktheid, geniet, te rekenen van de eer-
artikel 112 (I-P78) van het Rpbo.
ste ziektedag, na vier weken zijn spaarverlof over dat
V = het verzilveringstarief op het moment dat de
gedeelte van zijn betrekking waarvoor hij arbeidsge-
actuele waarde moet worden bepaald; 3.
Het spaarverlof wordt opgeschort, indien betrokkene
(A : 131) x (F x 8,11%) x V waarbij:
schikt is.
Indien de financiële positie van het Centraal financieel 4.
Indien betrokkene tijdens het spaarverlof lang buiten-
arrangement een volledige vergoeding van de actuele
gewoon verlof geniet voor een deel zijn werkzaamhe-
waarde voor de herbezetting niet toelaat, wordt het spaarverlof van alle betrokkenen zodanig verminderd
den, wordt het spaarverlof volledig opgenomen. 5.
dat over het verminderde spaarverlof een vergoeding
Bij volledig lang buitengewoon verlof wordt het spaarverlof opgeschort.
kan worden gewaarborgd die is gebaseerd op het op dat moment van toepassing zijnde verzilveringstarief.
Artikel 10
De formele vaststelling van de vermindering vindt plaats in de Sectorcommissie Onderwijspersoneel
Beëindiging dienstverband
(SCOP) op basis van een advies van een door de SCOP
1.
aan te wijzen externe actuaris.
NUMMER 16 •
12 • 18 juni 2003
Bij beëindiging van het dienstverband in verband met het aanvaarden van een andere dienstbetrekking bin-
Primair onderwijs
Artikel 13
nen het onderwijs, bij vrijwillige beëindiging van het dienstverband dan wel bij onvrijwillige beëindiging
Overlijden of blijvende volledige arbeidsongeschiktheid
van het dienstverband in verband met de opheffing
1.
Wanneer betrokkene is overleden of bij beëindiging
van de instelling of betrekking kan betrokkene kiezen
van het dienstverband van betrokkene op grond van
tussen:
blijvende volledige arbeidsongeschiktheid wordt 70
a. het opnemen van spaarverlof vóór de beëindiging
procent van de actuele waarde uitgekeerd aan de nabe-
van het dienstverband, ongeacht het feit dat de spaarperiode nog niet is voltooid,
staanden van betrokkene dan wel aan betrokkene. 2.
b. het ontvangen van 70 procent van de actuele waarde, of c. het beheer van het spaarverlof door het Centraal
Bij aanstelling bij dezelfde werkgever na beëindiging
Regeling spaarverlof primair
van het dienstverband wegens gedeeltelijke arbeidson-
onderwijs (po)
geschiktheid blijft het spaarverlof geheel gehandhaafd. 3.
Bij aanstelling bij een andere werkgever aansluitend
financieel arrangement dan wel door het instellings-
aan de beëindiging van het dienstverband op grond
bestuur teneinde op enig moment het sparen te her-
van blijvende arbeidsongeschiktheid is artikel 10, eer-
vatten, met dien verstande dat betrokkene uiterlijk
ste lid, onder b of c dan wel het tweede lid, of artikel
binnen een opeenvolgende termijn van vijf jaren
11, onder c, van overeenkomstige toepassing op
kenbaar moet maken dat hij dit spaarverlof wil
betrokkene.
handhaven. 2.
Onder uitsluiting van het eerste lid kan de betrokkene
Artikel 14
die zijn dienstverband beëindigt in verband met het aanvaarden van andere dienstbetrekking binnen het
Inzet spaarverlof voor employability
onderwijs er voor kiezen de actuele waarde door het
1.
Indien betrokkene het (gespreid) sabbatsverlof
Centraal financieel arrangement dan wel door het
opneemt voor een studie en/of activiteiten die bijdra-
instellingsbestuur over te laten dragen aan de nieuwe
gen aan het verhogen van de inzetbaarheid op de
werkgever.
arbeidsmarkt van betrokkene, worden de kosten van deze studie dan wel activiteiten in de vorm van een scholingstoelage door de werkgever voor 50 procent vergoed tot een maximum van € 1361,-.
Artikel 11 Aanvaarding van een dienstverband buiten het onderwijs
2.
De kosten van deze scholingstoelage komen ten laste van het schoolbudget.
Bij beëindiging van het dienstverband op verzoek van betrokkene in verband met het aanvaarden van een betrekking buiten het onderwijs kan betrokkene met het
Artikel 15
vervallen van de andere mogelijkheid kiezen tussen:
Verzilvering van fre’s
a.
Voor zover het bevoegd gezag voor vervanging van de
het opnemen van spaarverlof vóór de beëindiging van
het dienstverband, ongeacht het feit dat de spaarperio- betrokkene spaart via de verzilvering, dient het aantal fre’s b.
de nog niet is voltooid,
dat hiervoor in aanmerking komt, te worden verzilverd
het ontvangen van 70 procent van de actuele waarde,
volgens de formule:
of c.
de aanspraken op spaarverlof door het Centraal finan-
TVF = (A : 131) x (% van F) waarin:
cieel arrangement dan wel door het instellingsbestuur laten overdragen aan zijn nieuwe werkgever buiten het onderwijs.
TVF = te verzilveren fre’s; A = het aantal uren dat een betrokkene in het betreffende schooljaar spaart volgens de verzilvering;
Artikel 12
% = het gemiddeld herbezettingpercentage, waarbij het
Ontbinding dienstverband anders dan wegens lichame-
volgende percentage geldt voor:
lijke of psychische gebreken
Onderwijzend personeel en directie: 8,11%;
Bij beëindiging of ontbinding van het dienstverband op
Onderwijsondersteunend personeel: 5,68%;
grond van onbekwaamheid of ongeschiktheid dan wel
F = het verbruik van fre’s behorende bij de functie waarin
onverenigbaarheid van karakters of bij beëindiging van
de betrokkene is aangesteld (artikel I-P78 van het
het dienstverband op staande voet ontvangt betrokkene 70 procent van de actuele waarde.
Rpbo). De aldus berekende uitkomst wordt op rekenkundige wijze afgerond op twee decimalen.
Primair onderwijs
NUMMER 16 •
13 • 18 juni 2003
Artikel 16
Artikel 21
Administratieplicht
Bekendmaking
Ten behoeve van de uitvoering van deze regeling legt het
Deze regeling zal met de toelichting in Uitleg OCenW-
bevoegd gezag in zijn administratie vast:
Regelingen worden geplaatst. Van deze plaatsing zal mede-
a.
deling worden gedaan in de Staatscourant.
het aantal door betrokkene in het desbetreffende schooljaar te sparen uren;
b.
de functie en de daarbij behorende maximumschaal van betrokkene;
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen,
c.
de overeengekomen spaarduur.
M.J.A. van der Hoeven
Regeling spaarverlof primair onderwijs (po)
Artikel 17 Overgangsregeling voor (voortgezet) speciaal onderwijs Het personeel dat is benoemd aan een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs en door wetswijziging komt te
Toelichting
vallen onder de decentrale collectieve arbeidsovereenkomst van het voortgezet onderwijs kan er voor kiezen om: a.
Inleiding vóór de beëindiging van het dienstverband het spaarverlof op te nemen, ongeacht het feit dat de spaarpe-
b. c.
riode nog niet is voltooid, dan wel
Bij de verlaging van de algemene arbeidsduur (adv) is een
70 procent te ontvangen van de actuele waarde, dan
regeling getroffen waarbij het voor het personeel mogelijk
wel
is hieraan invulling te geven door:
de actuele waarde van het spaarverlof door het
a)
Centraal financieel arrangement dan wel door het instellingsbestuur laten overdragen aan zijn nieuwe werkgever.
minder te gaan werken door de adv in het jaar zelf op te nemen (jaarverlof), of
b)
het aantal adv-uren te sparen om zodoende de gespaarde uren op een later tijdstip op te nemen (spaarverlof).
Doelstelling van de regeling spaarverlof primair onderwijs is dat betrokkenen sparen voor een langere periode van
Artikel 18
verlof (sabbatsverlof). Uit arbeidsmarktoverwegingen is in
Intrekking regeling Spaarverlof
de CAO, Sector Onderwijs (PO, VO), 2003 afgesproken de
De regeling spaarverlof (Uitleg OCenW Regelingen 14, 24
mogelijkheden voor flexibilisering van de regeling spaar-
mei 2000, kenmerk AB/A&A-1999/53786) wordt ingetrok-
verlof PO te verkennen. Deze verkenning heeft geresul-
ken.
teerd in afspraken tussen Centrales en Werkgeversorganisaties over flexibilisering van de regeling spaarverlof. Het betreft afspraken over:
Artikel 19
• de mogelijkheid dat bevoegd gezag en betrokken werk-
Inwerkingtreding
nemer afspraken maken over andere vormen waarin het
Deze regeling treedt in werking met ingang van de derde
verlof kan worden opgenomen (gespreid sabbatsverlof,
dag na de datum van uitgifte van Uitleg OCenW-
deeltijdverlof);
Regelingen waarin deze regeling is geplaatst en werkt
• verruiming van de opnametermijn (van 3 naar 5 jaar);
terug tot en met 1 augustus 1998.
• verruiming van de verlengingsmogelijkheden (van 1 naar 2 keer). • In onderhavige regeling zijn deze afspraken verwerkt.
Artikel 20
Daarnaast is de regeling redactioneel aangepast om de
Citeertitel
leesbaarheid te vergroten. Met deze wijzigingen zijn
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling spaarverlof
geen inhoudelijke wijzigingen beoogd.
primair onderwijs. Het spaarverlof geeft inhoud aan het zevende lid van artikel 32 (I-C41) van het Rpbo. Na datum van decentralisatie van titel 3 (hoofdstuk I-C) van het Rpbo naar de decentrale CAO-PO, ligt de juridische basis voor de regeling spaarverlof in artikel G22, lid 7 van de CAO-PO gelden. Artikel 32 (I-C41), lid 7 Rpbo wordt in deze regeling nader uitgewerkt in de vorm van een verlofspaarregeling, waar-
NUMMER 16 •
14 • 18 juni 2003
Primair onderwijs
bij de jaarlijkse adv (maximaal 131 uur) wordt opgespaard
De Stichting Spaarfonds/Sabbatsverlof voor het onderwijs
en in principe wordt opgenomen in de vorm van (zie arti-
is het orgaan dat het centraal financieel arrangement voor
kel 5):
deze regeling uitvoert.
• sabbatsverlof, waarbij de gespaarde adv in één keer
Uit de definitie van betrokkene blijkt dat alle werknemers
wordt opgenomen gedurende een lange aanééngesloten
in het primair onderwijs met een vaste aanstelling recht
verlofperiode;
hebben adv-uren te sparen voor spaarverlof.
• seniorenverlof, waarbij de jaarlijks toegekende en even-
Dit geldt zowel voor onderwijsgevend als voor onderwijs-
tueel de opgespaarde adv, na het bereiken van de leef-
ondersteunend personeel en directiepersoneel. De regeling
Regeling spaarverlof primair
tijd van 52 jaar, wordt opgenomen in de vorm van een
geldt bovendien voor tijdelijke werknemers met een aan-
onderwijs (po)
reductie van de arbeidsduur.
stelling van ten minste zes maanden.
Bevoegd gezag en betrokkene kunnen afspreken dat hiervan wordt afgeweken. Zij kunnen afspreken dat het verlof
De regeling is niet van toepassing op personeel dat is aan-
wordt opgenomen in de vorm van gespreid sabbatsverlof
gesteld voor tijdelijke vervanging van afwezig personeel
of deeltijdverlof (zie artikel 5, tweede lid).
ten laste van het Vervangingsfonds of voor de voorziening in een vacature voor een termijn van 6 maanden of korter. Evenmin geldt de regeling voor personeel dat is aangetrok-
Financiële gevolgen
ken in het kader van de Regeling in- en doorstroombanen voor langdurig werklozen (I/D-banen, tot 1 januari 1999 de Regeling extra werkgelegenheid voor langdurig werklozen)
De betrokkene in de zin van deze regeling werkt voor een
(artikel 173 (I-S102a) Rpbo) en voor de leraren in opleiding
bepaalde duur meer uren dan waarvoor hij is aangesteld.
(LIO) (titel 15 (I-T Rpbo)).
Op deze wijze spaart de werkgever fre’s uit. De uitgespaarde fre’s worden tegen een speciaal tarief verzilverd. De financiële middelen die hierdoor vrijkomen dienen gere-
Artikel 2 Verzoek aan bevoegd gezag
serveerd te worden om te zijner tijd de vervanger van de verlofganger te betalen. De werkgever kent daardoor geen
Betrokkene maakt voor 1 februari van het desbetreffende
directe financiële gevolgen.
schooljaar waarin begonnen wordt met sparen aan de werkgever de wens kenbaar om aan het spaarverlof deel te nemen. Betrokkene geeft bij de aanvraag spaarverlof aan:
Overleg
• de gewenste spaarvariant (51, onderscheidenlijk 131 uur); • de gewenste spaarperiode. Over deze regeling heeft overleg plaatsgevonden met de
De spaarvariant die wordt gekozen moet altijd in goed
werkgevers in het kader van het Werkgeversberaad en met overleg met het bevoegd gezag tot stand komen. de centrales van overheids- en onderwijspersoneel in de Sectorcommissie Onderwijspersoneel.
Bij een deeltijdbetrekking wordt de omvang van het spaarverlof naar evenredigheid van de normbetrekking toegepast.
Artikelsgewijs
Bij de vaststelling van de omvang van het spaarverlof blijven de volgende delen van de betrekkingsomvang buiten beschouwing:
Artikel 1
Begripsbepaling
a.
uren boven de normbetrekking; of
b.
tijdelijke uitbreiding van de betrekkingomvang of
In dit artikel is een aantal definities opgenomen, dat wil
benoeming:
zeggen definities die een systematische of redactionele ver-
1. in verband met vervanging of
eenvoudiging mogelijk maken. Dit artikel voorkomt dat bij
2. in verband met een tijdelijke voorziening in een
tal van in deze regeling gehanteerde begrippen moet wor-
vacature voor ten hoogste één jaar.
den verwezen naar een of meer artikelen van het Rpbo. Waar in deze regeling het ontbreken van een verwijzing naar het Rpbo tot onduidelijkheid zou kunnen leiden, is in Voor elke gekozen spaarvariant geldt dat er pas gespaard afwijking van het onderhavige systeem, uitdrukkelijk een
kan worden, indien de formatie dit toelaat. In het
dergelijke verwijzing opgenomen. In de regeling is gebruik Decentraal Georganiseerd Overleg kunnen nadere voorgemaakt van de nieuwe nummering van het Rpbo, de oude waarden voor het deelnemen aan spaarverlof worden overnummering is tussen haakjes toegevoegd.
eengekomen, welke voorwaarden worden vastgelegd in de Collectieve arbeidsovereenkomst primair onderwijs.
Primair onderwijs
NUMMER 16 •
15 • 18 juni 2003
Het bevoegd gezag toetst het verzoek aan de eisen en voor- Na afloop van de spaarperiode kan betrokkene opnieuw waarden en deelt betrokkene zo spoedig mogelijk, maar
adv-uren gaan sparen. Wanneer betrokkene ervoor kiest
uiterlijk 1 maart voorafgaand aan het schooljaar waarin de
dit in het schooljaar aansluitend op de afgelopen spaarpe-
betrokkene wil beginnen met sparen zijn besluit mede.
riode te doen, wordt de betrokkene ingeroosterd voor de jaartaak inclusief de te sparen adv-uren. Het verlof wordt ook volgens dit rooster opgenomen. Enerzijds heeft dit tot
Artikel 3 Spaarperiode onderwijs (po)
gevolg dat betrokkene een iets kortere verlofperiode heeft. Anderzijds hoeven er in verhouding minder extra uren te
Regeling spaarverlof primair
De spaartermijn wordt in overleg tussen betrokkene en
worden gewerkt in de periode dat geen verlof wordt geno-
het bevoegd gezag bij aanvang van het sparen op verzoek
ten. De spaarperiode start gewoon aan het begin van het
van betrokkene bepaald op minimaal 5 jaar en maximaal
schooljaar.
12 jaar. Voor de betrokkene die op 1 augustus 1998 50 jaar of ouder is, geldt een minimale duur van 4 jaar.
Het vijfde lid regelt dat het sparen alleen lopende een schooljaar kan aanvangen indien er sprake is van een nieu-
Het vooraf vastleggen van de spaartermijn is gewenst van-
we dienstbetrekking en betrokkene in de oude dienstbe-
wege de planning van het middelenbeheer. Voor de uit-
trekking reeds spaarde voor spaarverlof. Opbouw vindt
voerder van de beleggingstaak moet duidelijk zijn op welk
evenredig naar kalendermaand plaats. Betrokkene heeft
moment liquide middelen beschikbaar moeten zijn. Ook
geen afdwingbaar recht om te sparen. Of er gespaard kan
voor de werkgever is het van belang de spaartermijn te
worden, is namelijk afhankelijk van de schoolsituatie.
weten in verband met de planning van toekomstige vervanging. De spaartermijn gaat in beginsel bij aanvang van enig
Artikel 4 Verlenging en onderbreking spaarperiode
schooljaar in en eindigt bij het einde van een schooljaar. Degenen voor wie op grond van artikel 156 (I-R108) van het In overleg tussen betrokkene en bevoegd gezag, kan met Rpbo de benoeming ingaat op de eerste dag na de zomer-
inachtneming van de maximale spaartermijn van 12 jaren,
vakantie worden voor het spaarverlof beschouwd als
op verzoek van betrokkene, de overeengekomen spaarter-
waren zij vanaf de aanvang het schooljaar benoemd. Dit
mijn tweemaal, met minimaal 2 jaar per verlenging wor-
betekent dat zij bij een volledige benoeming eenzelfde
den verlengd. Alleen wanneer de betrokkene al 11 jaar
aantal uren sparen op jaarbasis als degenen die vanaf het
heeft gespaard, kan de spaarperiode met 1 jaar worden ver-
begin van het schooljaar voor een volledige benoeming
lengd.
zijn aangesteld.
Om de spaarders van wie de spaarperiode per 1 augustus 2003 verstrijkt, ook in de gelegenheid te stellen gebruik te
Om duidelijkheid te geven in de wijze waarop het spaar-
maken van de uitgebreide verlengingsmogelijkheden, is
verlof in een schooljaar wordt opgebouwd, is in het vierde
voor hen een uitzondering gemaakt t.a.v. de termijn waar-
lid bepaald dat dit geschiedt op basis van een evenredige
binnen moet worden aangegeven dat zij hun spaarperiode
opbouw per kalendermaand. Dit betekent dat als een
willen verlengen. Deze spaarders kunnen tot uiterlijk 1 juli
betrokkene bijvoorbeeld 120 uur per jaar spaart, hij per
2003 met hun bevoegd gezag afspreken de spaarperiode te
kalendermaand (120 gedeeld door 12 maanden) 10 uur aan
verlengen.
spaarverlof opbouwt. Het moment waarop daadwerkelijk het aantal uren ’extra’ wordt gewerkt om het spaarverlof
De overeengekomen spaartermijn kan eenmaal worden
op te bouwen, is dus niet relevant. Dit geldt omgekeerd
onderbroken. Deze onderbreking kan plaatsvinden, nadat
ook in de bijzondere situaties (artikelen 8 t/m 11) waarbij
3 aaneengesloten schooljaren is gespaard. Wanneer betrok-
tussentijds de actuele waarde moet worden vastgesteld. Zie kene vervolgens het sparen hervat, moet alsnog de overhiervoor het bedoelde onder letter G van de formule waar-
eengekomen spaartermijn worden vol gemaakt. Alleen de
bij de actuele waarde wordt berekend (artikel 7).
jaren waarin daadwerkelijk wordt gespaard, tellen mee
In de situatie waarbij de betrokkene op basis van artikel
voor de spaarperiode, de onderbreking telt dus niet mee
156 (I-R108) van het Rpbo is aangesteld op de eerste school-
voor de spaarperiode. Voor hervatting gelden de voorwaar-
dag kan het vanwege administratieve verwerking noodza-
den, zoals genoemd in artikel 3.
kelijk zijn dat het te sparen aantal uren voor dat betreffen- De spaartermijn kan, met uitzondering van die gevallen de schooljaar fictief dient te worden opgehoogd. Op deze
waar sprake is van een medische verklaring, niet lopende
wijze vindt uiteindelijk een gelijke opbouw aan uren
een schooljaar worden onderbroken.
plaats. De verhoging is afhankelijk van de periode die geldt vanaf 1 augustus en de datum van aanstelling.
NUMMER 16 •
16 • 18 juni 2003
Primair onderwijs
Artikel 5 Vormen van verlof
Om de spaarders van wie de spaarperiode per 1 augustus 2003 verstrijkt, ook de gelegenheid te bieden gebruik te
Standaardvormen voor de opname van het spaarverlof zijn
maken van de nieuwe verlofvormen, is voor hen een uit-
het sabbatsverlof en het seniorenverlof. De keuze van de
zondering gemaakt t.a.v. de termijn waarbinnen afspraken
vorm waarin het verlof wordt opgenomen, moet altijd in
moeten worden gemaakt over verlofopname. Deze spaar-
goed overleg tussen de werknemer en het bevoegd gezag
ders kunnen tot uiterlijk 1 juli 2003 afspraken maken met
tot stand komen, waarbij een evenwichtige afweging dient
hun bevoegd gezag over de opname van het spaarverlof.
te worden gemaakt van het belang van de school en het
Het spaarverlof kan, ongeacht de vorm waarin het wordt
Regeling spaarverlof primair
belang van de werknemer.
opgenomen, ook in het jaar voorafgaand aan (pre)pensio-
onderwijs (po)
Betrokkene kan het bevoegd gezag verzoeken het verlof op nering worden opgenomen, mits dit binnen de termijn van te kunnen nemen in een andere vorm dan bovengenoem-
vijf jaar na afloop van de spaarperiode valt.
de vormen, te weten in de vorm van gespreid sabbatsverlof of deeltijdverlof. Het bevoegd gezag beslist of de situatie op de school dit toelaat (zie artikel 6, vijfde lid).
Artikel 7 Actuele waarde
Bij gespreid sabbatsverlof kan de gespaarde adv binnen het Het verzilveringstarief van fre’s ten behoeve van spaarvertijdvak van vijf aaneengesloten schooljaren in meerdere
lof bedraagt voor het schooljaar 2002/2003 € 234,36 en voor
periodes van minimaal één schoolweek worden opgeno-
het schooljaar 2003/2004 € 250,08.
men. Hierbij geldt dat er in die week of weken volledig verlof wordt genoten. Indien er een aantal verlofuren
De actuele waarde vertegenwoordigt een formule waarmee
resulteert waarvoor geen hele week verlof kan worden
een bedrag wordt berekend dat:
opgenomen, dan worden deze aansluitend dan wel vooraf-
• mede van belang is bij het vaststellen van het geldbe-
gaand aan een van de verlofperiodes opgenomen.
drag dat de werkgever verkrijgt als de verlofganger met verlof gaat,
Bij seniorenverlof en deeltijdverlof is de minimaal vereiste
• als uitgangspunt dient om een uitkering te berekenen in
omvang 40 uur per schooljaar, zowel voor voltijders als
geval van bijzondere situaties zoals bij beëindiging van
voor deeltijders.
het dienstverband in geval van arbeidsongeschiktheid
Bij (gespreid) sabbatsverlof geldt dat er maximaal een
(zie hiervoor de artikelen 11 tot en met 14) dan wel
onderbreking mag zijn van 1659 uur, hetgeen gelijk staat
• de waarde van het spaarverlof bepaalt bij overgang naar
aan één schooljaar. Dit maximum wordt ook naar evenre-
een andere werkgever binnen dan wel buiten het onder-
digheid verminderd ingeval van een deeltijd aanstelling.
wijs (minimale waarde-overdracht).
De maximale omvang van seniorenverlof en deeltijdverlof, eventueel gecombineerd met BAPO en/of jaarverlof,
De volgende verduidelijkingen gelden voor de in de formu-
bedraagt 50% van de betrekkingsomvang op (school)jaarba-
le gehanteerde uitgangspunten:
sis (= 830 uur bij een normbetrekking).
F = betreft het verbruik van de fre’s bij de functie op het moment dat de actuele waarde moet worden vastgesteld.
Artikel 6 Opname spaarverlof
V = de waarde van het verzilveringstarief op het moment
Het verlof wordt in beginsel in het schooljaar volgend op
De formule wordt aan de hand van een voorbeeld als volgt
de overeengekomen spaartermijn opgenomen. Vóór 1
verduidelijkt.
dat de actuele waarde moet worden vastgesteld.
februari van het schooljaar waarin voor het laatst wordt gespaard, meldt betrokkene dat deze het verlof-saldo wil
Voorbeeld
benutten, en in welke vorm betrokkene het verlof wil
Betrokkene beëindigt het dienstverband per 15 januari
opnemen.
2004 en is tot die datum als leraar werkzaam in een LA
Bij de aanvraag van seniorenverlof of deeltijdverlof geeft
functie. Betrokkene heeft vanaf 1 augustus 1998 per jaar 51
betrokkene aan:
uur gespaard.
• de gewenste omvang per jaar (minimaal 40 uur);
Uitwerking:
• het gewenste opnamepatroon binnen het schooljaar.
A = T = 255 uur (51 uur x 5 jaar) +
Vóór 1 maart deelt het bevoegd gezag zijn beslissing aan betrokkene mede.
G = 21 uur (51 uur x 5 maanden (augustus tot januari) : 12)
In overleg tussen betrokkene en het bevoegd gezag kan
F = 179 (verbruik fre’s leraarsfunctie schaal LA)
een later tijdstip worden overeengekomen, echter uiterlijk
V = stel € 250,08 ( op peildatum 1 augustus 2003)
in het vijfde schooljaar volgend op de overeengekomen spaartermijn.
Primair onderwijs
NUMMER 16 •
17 • 18 juni 2003
formule: ((255 + 21) : 131) x (179 x 8,11%) x € 250,08 =
sluitende jaar weer 4 weken zijn werkzaamheden volle-
€ 7648,75
dig heeft hervat, gaat de opbouw van het spaarverlof verder vanaf 1 maart (derde lid).
Indien in uitzonderlijke omstandigheden de financiële
Bij volledig lang buitengewoon verlof wordt het sparen
positie van het CFA een vergoeding gebaseerd op 100% van
volledig opgeschort.
de actuele waarde van de voor de herbezetting tijdens ver-
Bij gedeeltelijk buitengewoon verlof wordt het aantal uren
lof ingelegde middelen niet toelaat, vindt een verminde-
gespaard over het aantal uren van de oorspronkelijke
Regeling spaarverlof primair
ring van de verlof-saldi plaats. Deze vermindering is zoda-
betrekkingsomvang.
onderwijs (po)
nig dat over het resterende verlof-saldo een vergoeding van 100% van het verzilveringstarief kan worden gewaarborgd dat geldt in het schooljaar waarin de vermindering plaatsvindt.
Artikel 9 Opschorting opname spaarverlof
In de bestuurlijke ”Overeenkomst tussen minister van OCenW, de Vereniging Nederlandse Gemeenten,
In de situatie dat er sprake is van het opnemen van spaar-
Besturenorganisaties en de Sectorcommissie Onderwijs en
verlof geldt bij ziekte of arbeidsongeschiktheid het volgen-
Wetenschappen over de invoering van spaarlof in het pri-
de:
mair onderwijs” is de procedure voor vermindering
• als betrokkene geheel of gedeeltelijk ziek of arbeidson-
geschetst. Het bestuur van het CFA stelt vast dat de finan-
geschikt is op het moment dat het spaarverlof ingaat,
ciële positie dusdanig is, dat tot vermindering moet wor-
wordt het spaarverlof volledig opgeschort (eerste lid);
den overgegaan. De formele vaststelling van de verminde-
• het spaarverlof wordt bij gehele of gedeeltelijke ziekte
ring vindt vervolgens plaats in de Sectorcommissie
of arbeidsongeschiktheid die aanvangt tijdens de verlof-
Onderwijspersoneel op basis van een advies van een door
periode, na 4 weken opgeschort voor de omvang van het
de SCOP aan te wijzen externe actuaris.
ziekteverlof (tweede lid). Betrokkene maakt na 4 weken alleen gebruik van het spaarverlof voor het aantal uren waarvoor deze arbeidsgeschikt is. Het verbruik van het
Artikel 8
verlof-saldo wordt in deze situatie overeenkomstig aangepast (derde lid).
Sparen tijdens ziekte en periodes van buitengewoon verlof
Als er sprake is van (gedeeltelijk) buitengewoon verlof
Bij ziekteverlof (zwangerschapsverlof) of arbeidsongeschikt moet het spaarverlof worden opgenomen alsof er geen tijdens de opbouw van het spaarverlof geldt het volgende:
sprake is van buitengewoon verlof. Bij volledig lang bui-
• een betrokkene bouwt spaarverlof op gedurende de
tengewoon verlof wordt het spaarverlof opgeschort.
periode van 12 maanden aansluitend aan de kalendermaand waarin sprake is van geheel of gedeeltelijk ziekteverlof, met andere woorden: voor een betrokkene die
Artikel 10 Beëindiging dienstverband
bijvoorbeeld op 15 oktober van een jaar ziek wordt, stopt de opbouw van het spaarverlof per 1 november
Artikel 10, eerste lid regelt welke mogelijkheden een
van het daarop volgende jaar (eerste lid);
betrokkene heeft bij ontslag in verband met het aanvaar-
• de termijn die in het eerste lid is vastgesteld eindigt als
den van een betrekking binnen het onderwijs, vrijwillig
betrokkene ten minste 4 weken daadwerkelijk volledig
ontslag of onvrijwillig ontslag in verband met de opheffing
zijn dienst heeft hervat, met andere woorden: voor de
van de instelling of de betrekking. Betrokkene heeft dan
betrokkene die op 15 oktober ziek is geworden, en op 20 de keuze uit drie (elkaar uitsluitende) mogelijkheden: november van hetzelfde jaar weer volledig aan het werk a.
het verlof wordt, voorafgaande aan de beëindiging van
is gegaan en die op 17 december van het betreffende
de dienstbetrekking opgenomen, ongeacht het feit of
jaar nog volledig werkzaam is, vervalt vanaf dat moment de onder het eerste lid vastgestelde termijn
de minimale spaartermijn is vol gemaakt; b.
(tweede lid); • als een betrokkene beter wordt nadat de onder het eer-
procent van de actuele waarde; c.
het verlof-saldo in uren blijft staan (slapend tegoed)
ste lid vastgestelde termijn voorbij is, begint de periode
teneinde dit bij heraanstelling bij de nieuwe werkge-
van sparen conform het derde lid vanaf de kalender-
ver binnen het onderwijs te laten herleven. Om de vijf
maand waarin de laatste dag valt van de periode van 4
jaar meldt betrokkene aan de laatste werkgever of aan
weken waarin de betrokkene weer volledig zijn werk-
de uitvoerder van het CFA of deze nog van het slapen-
zaamheden heeft hervat, met andere woorden: voor de
de tegoed gebruik wenst te maken. Indien deze mel-
betrokkene waarvoor bijvoorbeeld op 1 december van
NUMMER 16 •
betaling van een genormeerd bedrag, gelijk aan 70
ding achterwege blijft, vervalt het tegoed.
enig jaar op grond van het eerste lid het spaarverlof is
In het tweede lid is geregeld dat een betrokkene die ont-
stopgezet en die op bijvoorbeeld 13 maart van het aan-
slag neemt in verband met het aanvaarden van andere
18 • 18 juni 2003
Primair onderwijs
dienstbetrekking binnen het onderwijs onder uitsluiting
In de voorgaande artikelen is dus geregeld wat er in geval
van het eerste lid er voor kan kiezen de actuele waarde
van de aangegeven bijzondere omstandigheden mogelijk
door het Centraal financieel arrangement dan wel door het is. De uitkering van 70 procent van de actuele waarde is instellingsbestuur over te laten dragen aan de nieuwe
een bruto uitkering, hierover moet nog loonheffing wor-
werkgever. Het aantal verlofuren dat betrokkene mee-
den betaald. Voor de financiering van de werkgeverslasten
neemt naar de nieuwe werkgever en waarop hij derhalve
ontvangt de werkgever een tegemoetkoming uit het fonds
aanspraak heeft, is gelijk aan het aantal uren waarop de
van 1,3% van de actuele waarde van het verloftegoed.
actuele geldwaarde is gebaseerd.
In artikel 4 is aangegeven dat het mogelijk is het sparen te
Regeling spaarverlof primair
onderbreken. In de situatie dat een betrokkene na verloop
onderwijs (po)
van tijd afziet van het sparen, bestaan er geen mogelijkhe-
Artikel 11 Aanvaarding van een dienstverband buiten het onderwijs
den om het gespaarde verlof te verdisconteren, met andere woorden: de ingelegde gelden voor het spaarverlof zijn niet opeisbaar. De regeling voorziet niet in een financiële reservering ten bate van de spaarder die leidt tot een op
Artikel 11 betreft vrijwillig ontslag in verband met het aan- geld waardeerbare aanspraak jegens zijn bevoegd gezag. vaarden van een functie buiten het onderwijs. Hier bestaan Betrokkene spaart namelijk uren en geen geld. drie (elkaar uitsluitende) voor zich sprekende mogelijkheden. Voor onderdeel c geldt echter dat de aanspraak op het spaarverlof kan worden overgedragen aan de nieuwe werkgever buiten het onderwijs als die werkgever ook een rege-
Artikel 14 Inzet spaarverlof voor employability
ling spaarverlof kent en die regeling wederzijdse herbezettingsreserve-overdracht tegen dezelfde voorwaarde moge-
De voor vergoeding op grond van dit artikel in aanmerking
lijk maakt.
komende kosten zijn de uitgaven in verband met studie en/of andere activiteiten die bijdragen aan de ’employability’ van betrokkene tijdens het (gespreid) sabbatsverlof. Het
Artikel 12 Ontbinding dienstverband anders dan wegens lichamelijke of psychische gebreken
voor deze scholingstoelage beschikbare budget wordt vanaf
Artikel 12 gaat over onvrijwillig ontslag in verband met
Artikel 15 Verzilvering van fre’s
schooljaar 2003-2004 versleuteld in het schoolbudget.
onbekwaamheid- of ongeschiktheid, onverenigbaarheid van karakters en ontslag op staande voet. In die gevallen
Artikel 15 bepaalt via een formule hoeveel fre’s er per
vindt betaling plaats van een genormeerd bedrag, gelijk
betrokkene die spaart via de verzilvering, moet worden
aan 70 procent van de actuele waarde.
gereserveerd voor de verzilvering. De uitkomst wordt per betrokkene rekenkundig op 2 decimalen afgerond. In de toetredingsvoorwaarden van het CFA is aangegeven
Artikel 13 Overlijden of blijvende volledige arbeidsongeschiktheid
op welke wijze schoolbesturen die zich wensen aan te sluiten bij het CFA, de verzilvering dienen af te dragen. Het specifieke verzilveringstarief voor spaarverlof is gebaseerd
Artikel 13 handelt over wat gebeurt met het spaarverlof
op de gemiddelde personeelslast (inclusief sociale lasten).
ingeval van overlijden of bij ontslag wegens blijvende
Uit de via verzilvering gereserveerde middelen moeten te
ongeschiktheid op grond van ziekte of gebreken.
zijner tijd de salariskosten van de vervanger, inclusief de
Bij deze omstandigheden vindt betaling plaats van een
over het salaris verschuldigde sociale lasten worden beko-
genormeerd bedrag, gelijk aan 70 procent van de actuele
stigd.
waarde. Ingevolge het tweede lid blijft bij (her)aanstelling bij de huidige werkgever, overeenkomstig de restcapaciteit van
Artikel 16 Administratieplicht
betrokkene, het verlof tegoed volledig gehandhaafd. Volgens het derde lid zijn bij ontslag op grond van ziekte
De werkgever registreert ten behoeve van de uitvoering
of gebreken en heraan-stelling bij een andere werkgever
van deze regeling:
dezelfde (elkaar uitsluitende) mogelijkheden van toepas-
• de door betrokkene in het betreffende schooljaar te spa-
sing, genoemd in de artikelen 10, onder b of c dan wel tweede lid of artikel 11, onder c.
ren uren; • de functie en de daarbij behorende maximumschaal van betrokkene; • de overeengekomen spaarduur.
Primair onderwijs
NUMMER 16 •
19 • 18 juni 2003
Artikel 17 Overgangsregeling voor (voortgezet) speciaal onderwijs Betreft een artikel voor het personeel dat is aangesteld aan een school voor (voortgezet) speciaal onderwijs. Door wetswijziging bestaat de kans dat personeel dat gebruik maakt Regeling spaarverlof primair
van het spaarverlof als aangegeven in onderhavige regeling
onderwijs (po)
overgaat naar het voortgezet onderwijs. Met de werknemersorganisaties zijn binnen de Regeling spaarverlof voortgezet onderwijs hierover nadere afspraken gemaakt. Bij overgang naar de nieuwe werkgever kan het gespaarde aantal uren worden meegenomen onder de in artikel 1.2 onder b van de Regeling spaarverlof VO aangegeven voorwaarden. Betrokkene verzoekt daarom de actuele waarde van het spaarverlof door het CFA dan wel door het instellingsbestuur over te dragen aan zijn nieuwe werkgever. Betrokkene kan er ook voor kiezen om het opgespaarde verlof uit te laten betalen naar 70 procent van de actuele waarde dan wel vóór de overgang het spaarverlof op te nemen, ongeacht het feit dat de spaarperiode nog niet is voltooid. Ten slotte wordt ter informatie aangegeven dat het mogelijk is dat afhankelijk van de ontwikkeling van het nettorendement van het CFA op de gereserveerde middelen, ruimte ontstaat om bonussen aan de werknemer toe te kennen. De voorwaarden voor toekenning van eventuele verlofbonussen zijn echter geen element van deze ministeriële regeling maar onderdeel van de tripartiete overeenkomst. In het DGO worden hierover afspraken gemaakt.
De minister van onderwijs, cultuur en wetenschappen, M. J. A. van der Hoeven
NUMMER 16 •
20 • 18 juni 2003
Primair onderwijs