F O R U M VO O R K AT H O L I E K O N D E R W I J S JA A R G A N G 2
>
NUMMER 2
>
JUNI 2003
reflexief De authentieke leraar PA G I N A 4
De onvergetelijke leraar PA G I N A 6
Wat zou u doen? PA G I N A 1 0
Ethiek van de leraar, niet voor de leraar PA G I N A 1 2
De leraar van de toekomst PA G I N A 1 6
Eigenlijk was ik graag bij het toneel gegaan PA G I N A 1 8
Leren is een feest PA G I N A 2 0
De katholieke school voorbij PA G I N A 2 2
De kracht van spiritualiteit PA G I N A 2 4
Op zoek naar verhalen en gebeurtenissen
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
TEN GELEIDE
De authentieke leraar In vervolg op eerdere nummers over ‘De nieuwe leerling’ en ‘Het nieuwe leren’ deze keer een themanummer over de leraar. De authentieke leraar nog wel. Wat is authenticiteit? En waarom is authenticiteit zo belangrijk voor een leraar?
We hebben de mond vol van leerlinggericht onderwijs, onderwijs afgestemd op de leefwereld van de leerling. Maar we vergeten wel eens dat de rol van de leraar cruciaal is en blijft voor het slagen daarvan. Daarbij gaat het er niet alleen over hoe de leraar het leerproces integreert in de leefwereld van de leerling, maar ook: met welk perspectief? Leerlingen ervaren hun leefwereld als waardevol of minder waardevol, zinvol of niet zinvol, goed of minder goed.
Maar hoe zit het met de leraar zelf? Brengt hij in wat hij waardevol vindt of niet, zinvol of niet, goed of niet? Als er één beroep is, waar dit belangrijk is, dan is dat het leraarschap. De leraar is, hoe dan ook, ook opvoeder, voorbeeld.
foto nieuwe puzzel volgt
En wanneer een leraar authentiek is, zichzelf is en ruimte neemt voor zijn persoonlijke waarden, wordt hij een goede leraar, een onvergetelijke leraar.
Is authentiek zijn genoeg? Het inleidend artikel probeert een antwoord te formuleren op die vraag. We schetsen enkele situaties waarin de vraag naar authenticiteit aan de orde is en vroegen docenten en leerlingen te reageren. Frank Seller ging in gesprek met vier toekomstige leraren. Marc Vermeulen is van mening dat onderwijs meer en meer midden in de maatschappelijke turbulentie vorm moet krijgen. Cees Klaassen houdt een pleidooi voor een ethiek van, niet voor, de leraar. Daarnaast veel aandacht voor cursussen en methoden die helpen om een authentieke leraar èn schoolleider te worden.
DE REDACTIE
PA G I N A 2
(vanavond volgt een nieuwe foto van marc, de cd was beschadigd)
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
INHOUD PA G I N A 4
PA G I N A 1 8
Wilbert van Walstijn
Frank Seller
De authentieke leraar
Leren is een feest
Inleidend artikel. De authentieke leraar verenigt de rollen
Het samenwerkingsorgaan beroepskwaliteit leraren (SBL)
van expert, ingenieur, moreel voorbeeld en agoog in zich en
heeft een handleiding ontwikkeld waarmee een docent zijn
kan zo ‘onvergetelijk’ worden.
eigen digitale portfolio kan produceren. Twee portfoliomakers aan het woord.
PA G I N A 7
Wat zou u doen?
PA G I N A 2 0
Reacties van leraren en leerlingen op enkele reële,
Marc Vermeulen
onalledaagse schoolsituaties waarin authenticiteit wordt
De katholieke school voorbij
gevraagd.
De hoogleraar ‘aanpak lerarentekort’ ziet nieuwe perspectieven voor het bijzonder onderwijs.
PA G I N A 10
Thom Geurts
PA G I N A 2 2
Ethiek van de leraar, niet voor de leraar
Lia van Aalsum
Een gedachtewisseling met Cees Klaassen over de morele
De kracht van spiritualiteit
dimensie van het lerarenberoep naar aanleiding van de
Ervaringen van docenten die de leergang ‘Leven is geboren
resultaten van een onderzoek
worden; oog krijgen voor spiritualiteit’ volgden.
PA G I N A 1 2
PA G I N A 2 4
Frank Seller
Laura van Gennip en Wil Kuijpers
Stappen vooruit naar het eigen leraarschap
Authentiek leiderschap
Vier studenten van de lerarenopleiding voor voortgezet
Veranderkundigen van Gennip en Kuijpers over het belang
onderwijs werken op maandag als onderwijsassistent.
van terugkijken voor goed schoolleiderschap.
Hoe zien zij hun toekomstige rol als docent. PA G I N A 2 7 PA G I N A 1 6
Colofon
Bert ten Berge s.j. Geloven in de school In deze rubriek gaat Bert ten Berge op zoek naar de inspira-
ACHTERZIJDE
Bezinning
tie van mensen in het onderwijs. Dit keer interview met Marlies Klooster, directeur van een basisschool.
Reflexief
F O R U M VO O R K AT H O L I E K O N D E R W I J S
Reflexief = ‘door reflectie kennend’, synoniem van bespiegelend. Dat laatste is afgeleid van het substantief ‘reflex’ wat ondermeer weerschijn, weerspiegeling, spiegelbeeld betekent. Reflexief is op zoek naar de achtergronden bij actuele ontwikkelingen in onderwijs en samenleving, signaleert trends en tendensen en probeert deze te duiden vanuit een kritische èn katholieke invalshoek. PA G I N A 3
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
De authentieke leraar “Aan mijn oud-leraar
WILBERT VAN WALSTIJN
Het is al ontzettend lang geleden, dat ik bij jou zat in jouw klas. (uit: Jan van Luyn, Een school:
Wat je me leerde ben ik vergeten.
met mensen onderweg
Maar ik draag nog bij me, wie je was”
Ervaring leert dat, wanneer mensen hun toevlucht nemen
De onvergetelijke leraar
tot nadenken over de toekomst, hieraan veelal twee motie-
In het debat over het eigene, het authentieke van het leraar-
ven ten grondslag liggen: òf onzekerheid voert de boven-
schap treden er ruwweg twee zienswijzen naar voren.
toon, doordat er veel veranderd is in de periode die achter
Volgens de ene zienswijze is de leraar een ‘leermeester’ in
ons ligt; òf men woelt om verandering, omdat er in de
levenservaring en in kennis. In die rol heeft de leraar de
periode die achter ons ligt te weinig is veranderd.
status van een ‘beschaver’, een ‘cultuurdrager’ die zijn
Hieraan moest ik denken toen in de prachtige aula van het
kennis, ervaring en verhaal kwijt wil aan de leerling. In het
d’Oultremontcollege in Drunen naar schatting zo’n 150
primair onderwijs is deze leraar vooral een generalist, in het
personen bijeen waren om op uitnodiging van scheidend
voortgezet onderwijs een specialist als vakdocent; in beide
rector Nol Steenbergen te debatteren over de toekomst van
onderwijssoorten is hij een talent voor de klas.
het leraarschap.
Volgens de andere zienswijze is de leraar een ‘manager’ of
Toegepast op het debat over de toekomst van het leraar-
‘regisseur’ van leerprocessen, een ‘coach’ of procesbegelei-
schap, kan men zich de vraag stellen welk van deze twee
der van een zelfstandige leerling. Zowel in het primair
hierboven genoemde motieven het meest van toepassing
onderwijs als in het voortgezet onderwijs is deze leraar - om
is. Ook na de discussie in Drunen ben ik er nog niet uit, valt
met Jan Siebelink te spreken - van zijn plaats voor de klas
het moeilijk hierover uitsluitsel te geven, anders dan dat
verdreven; hij doceert niet meer.
beide motieven in het debat inderdaad weer duidelijk
Meer en meer bekruipt mij het gevoel hier toch met een
aanwezig waren.
schijntegenstelling te maken te hebben. Waarom zou de ‘onvergetelijke leraar’ aan wie lang na het bereiken van de
Dragers van het eerste motief maken zich zorgen over de
pensioengerechtigde leeftijd nog briefjes geschreven wor-
ontwikkelingen rond het beroep van de leraar. Het beroep
den of over wie met eerbied door de oud-leerlingen op de
van leraar is in aanzien gedaald; de leraar kampt met een
schoolreünie gesproken wordt, niet beide kwaliteiten in zich
afbladderend imago omdat zijn intellectuele habitus en
verenigen? Sterker nog: de leraar kan pas onvergetelijk wor-
bagage door alle veranderingen die plaats hebben gevon-
den doordat vele kwaliteiten in zijn persoon zijn verenigd.
den te licht wordt bevonden. Zij vragen zich bezorgd af:
Ligt bijvoorbeeld niet al het meest kenmerkende hierin, dat
waar moet dat naar toe: naar een vakloze procesbegeleider?
de leerling de leraar met zijn kennis en ervaring ontmoet als
Dragers van het andere motief, vinden juist dat er nog een
persoon vanwege zijn geestdrift, of vanwege zijn gevoelige
wereld te winnen is. Het onderwijs - zo menen zij - is nog te
aard, of vanwege zijn aardige omgang? Een leraar moet
weinig leerlinggericht. De leraar is nog te veel eigenaar van
zichzelf zijn, wat zo veel wil zeggen als dat hij authentiek is
het leerproces dat in de klas plaatsvindt. Eén van de stellin-
ook in de professionele rollen die uitgeoefend moeten wor-
gen die in Drunen aan de muur gespijkerd stond, luidde dan
den in alledaagse en concrete, maar toch steeds wisselende
ook: De docent moet zo flexibel zijn dat hij dat onderwijs
situaties. Door de beroepsrol heen moet steeds de persoon
geeft wat de leerling vraagt.
zichtbaar zijn die echt en oprecht is, die geen imitatie is.
PA G I N A 4
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Hoe men ook denkt over de professionele eisen die aan het
Wie van dichtbij naar de praktijk toekijkt, ziet dat de verschil-
leraarschap te stellen zijn, altijd speelt het leraarschap zich
lende benaderingen en visies afsplitsingen zijn van wat in
af in een pedagogische relatie. Het gaat eerder om ‘vrucht-
praxis verenigd is. Elke afsplitsing vertegenwoordigt een
baar contact tussen zielen dan tussen breinen’, schreef Wil
eigen wijze van denken waaraan een eigen waardepatroon
Derkse vorig jaar in ‘Pleidooi voor een Onderwijswende’.
ten grondslag ligt. Aanhangers van de te onderscheiden
Ook in Drunen werd hieraan gerefereerd met de stelling:
wijzen van denken of culturen roepen de eigen cultuur
‘Een goede relatie is het fundament van het leerproces’.
natuurlijk ‘tot beste’ uit.
Veelal is de pedagogische relatie tussen leraar en leerling
Laat ik in navolging van de Leuvense hoogleraar pedago-
getekend door omgang waarin waarden en opvoedkundige
giek Leirman VIER CULTUREN VAN EDUCATIE onder-
doelen impliciet blijven. Maar soms wordt de omgang
scheiden. Elke cultuur is te presenteren vanuit de haar dra-
onderbroken, omdat een opvoedende intentie manifest
gende theorie en mensvisie met het daaraan verbonden
wordt; de leraar is zich in zo’n situatie bewust van een
waardepatroon. Leirman onderscheidt achtereenvolgens:
waarde en brengt deze op dat moment in het geding. Het
De educatie van rationele ontwikkeling waarmee een
artikel ‘Wat zou u doen?’ elders in dit nummer schetst enke-
leerconcept van kennisontwikkeling en cognitieve
le situaties waarin dat zou kunnen gebeuren.
informatieverwerking is verbonden. De mens is hier
Het gevaar is dat het professionele handelen van de leraar
een kennend en rationeel wezen: HOMO SAPIENS.
steeds meer beheerst wordt door routines, door protocollen
De educatie van handelingsbekwaamheid vergt een
of standaarden. Dit gaat ten koste van één van de belang-
leerconcept dat stoelt op competent handelen d.m.v.
rijkste authentieke rollen die van leraren verwacht wordt: hij
het ontwikkelen van vaardigheden. In de mensvisie
is een waarderende persoon, met persoonlijke idealen,
van deze cultuur is de HOMO FABER te herkennen.
opvattingen en gevoelens. Het zijn juist deze waarden die
De educatie van de zedelijke ontwikkeling is verbon-
een verweer bieden tegen standaarden, tegen de alledaagse
den met een leerconcept dat waardeoverdracht,
routine en automatismen. Waarden breken daarop in en
waardeverheldering of waardeontwikkeling in het
bieden ruimte voor reflectie op wat in een bepaalde situatie
onderwijs accentueert. De met deze cultuur verbon-
als belangrijk en wenselijk geldt.
den mensvisie is de HOMO VIATOR.
Een leraar moet zichzelf zijn, wat zo veel wil zeggen als dat hij authentiek is
De educatie van de communicatieve ontwikkeling Geen reincultuur, maar een mengcultuur
stoelt op een leerconcept van ervaringsleren dat
Gewoonlijk worden in het onderwijsdebat scherpe scheids-
leerlingen in staat moet stellen te komen tot com-
lijnen getrokken die tegenstellingen suggereren. Dat mag
municatie over eigen en andermans ervaringen,
voor het debat verhelderend zijn, in de praktijk is er geen
gevoelens en gedachten. De mensvisie in deze
sprake van een reincultuur, maar is een mengcultuur het
cultuur is bekend onder de naam: HOMO
kenmerkende. Dat geldt ook voor de authentieke rollen die
DIALOGALIS.
deel uitmaken van het arsenaal van de professionele leraar.
Ve r v o l g o p p a g i n a 6
PA G I N A 5
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Ve r v o l g v a n p a g i n a 5
Uit de vier culturen van educatie is een palet aan authentieke rollen van de leraar af te leiden.
Cultuur
Wat
Rol van de leraar
Rationalisering
Deskundige, informant, trainer
Handelingsbekwaamheid
Planner, procesbegeleider, ingenieur
Morele
Gewetensvolle voorganger en
ontwikkeling
voorbeeld, inspirator
Communicatieve
Communicator,
ontwikkeling
partner, facilitator, agoog
De opeenvolgende maatschappijvisies en al dan niet weten-
De redactie van Reflexief heeft leraren een aantal situaties voorgelegd met de vraag: wat zou u doen? Leerlingen vroegen we hoe ze zouden
schappelijk gefundeerde theoretische opvattingen brengen steeds weer de behoefte aan onderwijsvernieuwing op
willen dat leraren reageren.
gang. Dit leidt tot onderscheidingen, tot accentueringen en opdelingen van de werkelijkheid die zelf één en ongedeeld
Het gaat om ongewone situaties,
is. De benadering van of dit of dat is vals. De authentieke leraar zal alle rollen in zich kunnen verenigen: die van
die zich in iedere school voor kunnen doen.
expert, van ingenieur, van moreel en spiritueel voorbeeld, en die van agoog. Juist in de vermenging van al die rollen
Het zijn situaties die om meer vragen
zal de leraar onvergetelijk kunnen worden. Hoewel de leraar voor de klas op zich zelf is teruggeworpen,
dan de alledaagse routine, om meer
hoeft hij er toch niet alleen voor te staan. Docenten kunnen elkaar steunen en zich gesteund weten door schoolbeleid.
Ethiek van bruikbaarheid
dan wat gebruikelijk of protocol is. Situaties dus waarin
“Leraren hebben meer weg van connaisseurs dan van deskundigen”, zegt orthopedagoog Luc Stevens. Daarmee bedoelt hij dat het bij het leraarschap meer gaat om moeilijk te formaliseren en op schrift te stellen kennis, dan om een persoonlijk verworven kunst die sterk aan ervaring en commitment aan specifieke contexten gebonden is. Daarom mag alles wat van buitenaf het functioneren van de leraar voorschrijft of in standaarden vat, niet verhinderen dat de leraar als persoon en als persoonlijkheid de leerlingen tegemoet kan blijven treden. Van leraren is bekend dat zij op voorgestelde vernieuwingen reageren vanuit een sterk ontwikkelde ‘ethiek van bruikbaarheid’. Vernieuwingen die in de eigen context als praktisch en bruikbaar worden beoordeeld hebben een duidelijk grotere kans van slagen. Daarom is het raadzaam de vernieuwing van het onderwijs niet zo in te richten dat de leraar gedwongen wordt om te kiezen tussen de ene of de andere rol, de ene of de andere beroepsstandaard, maar te respecteren dat elke beroepsbeoefenaar voor de klas een mix van rollen op persoonlijke maat en aard zal toesnijden. PA G I N A 6
‘authenticiteit’ gevraagd wordt.
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
zou u doen? Wat zou u doen wanneer...?
Een van uw leerlingen onder de blauwe plekken en met een wond aan het voorhoofd in uw klas komt. Al eerder had u ernstige vermoedens dat hij thuis wordt mishandeld.
Enkele leerlingen een ernstig verkeersongeluk met dodelijke afloop hebben gezien en er in het eerste lesuur over blijven praten.
U bezig bent voor de leerlingen nieuwe stof te behandelen en een van de leerlingen stilletjes begint te huilen, na enige tellen uitgroeiend tot een fikse huilbui.
U al langere tijd docent bent en u ziet in een ooghoek dat proefwerkopgaven uit uw tas worden gehaald. U heeft niet goed gezien wie de proefwerkopgaven uit uw tas hebben gehaald, maar hebt wel een sterk vermoeden.
De schoolleiding heeft besloten tot plaatsing van een internetfilter. Aanleiding is de populariteit van de site White Pride World Wide. De scholieren uiten hierover hun ongenoegen tijdens uw les. Het verzet neemt toe en de groep gaat over tot een boycot van een zoekopdracht die u hen heeft opgegeven.
U na de pauze onderweg bent naar uw klas om verder te gaan met het project de Tweede Wereldoorlog. Binnen gaat het er heftig aan toe. Boven het tumult uit hoort u de leuze roepen: ‘Joden aan het gas’.
Leerlingen lopen te schelden en vormen scheldwoorden waarin vaak het woord ‘kanker’ voorkomt. U weet dat er in die klas een leerling is bij wiens ouder zojuist kanker is geconstateerd.
Een leerling die een oplopende ruzie heeft met de conciërge, hem toeschreeuwt: “Ik steek je dood, ik maak je af”.
Enkele leerlingen steeds opnieuw een homoseksuele docent op school pesten. Deze docent lijdt eronder, maar durft het niet bespreekbaar te maken.
Reactie van leraren
lende tranen zie. Ze doet duidelijk moeite om niets te laten merken aan de rest.
Het is maandag Het derde lesuur. De gecombineerde 5 en 6-atheneumgroep
Verdriet doet me altijd wel iets, zeker bij jeugd. Ik trek een
is, na veel luidruchtige verhalen over het weekend, eindelijk
papieren zakdoekje uit m’n tas, ga bij haar staan, en vraag:
aan het werk. Ik verdeel mijn aandacht zo goed en kwaad
“Gaat het? Wil je misschien even naar het toilet, wat water
als het kan over de twee groepen. Met onbewust, misschien
drinken?”. Ze schudt nee en probeert krampachtig de schijn
toch wat nadruk op de naderende schoolonderzoeken van
te wekken dat er niets loos is. Als de bel gaat, laat ik haar
de 6e. Dat A.. wat stil is, valt me aanvankelijk niet op. Ze is
even blijven. De deur is open. “Wil je ergens over praten?”,
nu eenmaal niet zo’n drukke praatster. Ik had wel gezien dat
vraag ik zo aardig mogelijk. De aanvankelijke reactie is
de wat ‘baziger’ typjes achter haar haar wat ‘toebeten’, maar
terughoudend. Het was niets bijzonders, ze “zakte er even
dat ze zelf rustig verder werkte. Tot ik, zo’n 10 minuten voor
doorheen”. Ik kijk haar met een vriendelijk vragende blik
het einde een wat rood aangelopen gezicht en grote bigge-
aan, “Weet je het zeker?”. Langzaam komt het verhaal op
Ve r v o l g o p p a g i n a 8
PA G I N A 7
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Ve r v o l g v a n p a g i n a 7
gang. Het blijkt inderdaad een opeenstapeling van gebeurtenissen te zijn. Twee maanden geleden is oma overleden. En nu heeft ze gehoord dat haar peetoom kanker heeft. Dat hoor je zo vaak, het maakt haar bang. En dan was het ook nog even ‘stressen’ met het schoolwerk en dan meiden achter haar….
De zakdoekjes en het intussen gehaalde bekertje water doen hun werk, ook de hand die ik in een troostend gebaar op de hare leg. Ik zeg iets in de trant van dat het leven er inderdaad wat oneerlijk en ‘hard’ uitziet en dat ik me goed kan voorstellen hoe ze zich moet voelen. Op de moeilijkste vragen heb ik ook geen antwoord. Ik stel haar voor dat ze altijd bij me kan binnenlopen als ze ergens mee zit. Een luisterend oor, een zakdoekje en een bekertje water zijn er altijd. Ook voor haar. Ze glimlacht door haar laatste tranen heen. “Ik ga maar eens, meneer, de pauze is bijna om en u heeft nog geen koffie gehad...” Ze reikt me de hand, bedankt me en huppelt bijna de deur uit. “Het beste ermee”, roep ik nog, maar ze is de gang al in. A. HERMENS, DOCENT FRANS
Reactie van leraren
D2M Al voordat het schooljaar begonnen was, had ik een zekere
fragiel en heel erg brutaal. Ze luisterde nergens naar, deed
spanning in mijzelf opgebouwd. Als ik alleen al vertelde aan
precies die dingen die ik juist verboden had en als ik er haar
collega’s dat ik deze groep had, werd ik bestookt met aller-
op aansprak werd ze agressief en vervelend. Ik kon haar niet
lei onheilspellende verhalen. Maar hé, kom op nou, ik was
bereiken ondanks dat ik toch zo vreselijk goed mijn best
een ervaren docente, ik zou dat toch wel even doen. Nee, ik
deed. Ik kreeg steeds meer een hekel aan deze groep. Ik
zou het wel beter doen, gewoon heel streng zijn, niets
vond dat ze hier niet thuishoorden. Het was uitschot, som-
dulden, de botte bijl ….
migen half crimineel. Wat moest ik daar nu mee? De groep voelde mijn onmacht en reageerde daarop. Het ging bergaf-
DE START De eerste lessen gingen stroef. Ik kreeg geen
waarts. Wat betreft prestaties had ik geen klagen, ze leerden
medewerking, de leerlingen waren brutaal en uitdagend en
altijd hun lessen goed en probeerden ook echt de stof te
ik speelde de strenge juf en hanteerde alle gedragscodes. Ik
snappen.
was ervan overtuigd deze groep voor me te kunnen winnen
PA G I N A 8
op mijn manier. Ik worstelde met alle vreemde namen:
DE AANVARING Op een gegeven moment ging het goed
Feyza, Massoudah, Tugba, Elham … Ik probeerde ze meteen
mis. Een leerlinge wilde liever naar muziek luisteren dan
goed uit te spreken. Ik vind dat heel belangrijk.
naar mij en dus nam ik haar cd-speler in beslag. Dit was de
Er was een klein aantal jongens in deze groep en twee ervan
afspraak die wij docenten hadden gemaakt. Na de les kwam
waren moeilijk aanspreekbaar. Wat een klieren!! Ook waren
ze bij me en ‘eiste’ haar walkman terug. Ze begon te vloeken
er twee opvallende meisjes die me handenvol problemen
en te tieren en schold me uit voor alles en nog wat. Hevig
bezorgden. Een ervan was een zittenblijfster, explosief, klein,
overstuur liepen we beiden weg. Zij naar buiten, ik recht-
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
streeks naar de schoolleiding. Ze was haar boekje ver te
Reactie van leerlingen
buiten gegaan en ze kwam er bij mij NOOIT meer in!!
Het roepen van leuzen VAKANTIE, DE BEZINNING Door de verwikkelingen in
De leraar komt binnen, doet de deur stevig dicht en zegt, als
D2M kwam ik met mezelf in de knoop. Wat deed ik toch ver-
het hopelijk doodstil is, heel vriendelijk “goedemorgen”,
keerd? Zeker, ik ben best een strenge juf, ik doe mijn werk
maar kijkt vooral niemand aan. Hij loopt naar het bord toe
en probeer open te staan voor de leerlingen en verwacht
en schrijft heel groot op het bord: JODEN AAN HET GAS.
daar ook iets voor terug. Ook nu had ik dat geprobeerd en
De stemming in de klas slaat waarschijnlijk om. Vanaf dit
het was niet gelukt. Waarom? Op een gegeven moment
moment besteedt de docent ongeveer 4 lessen aan het
besefte ik dat ik de leerlingen zag als de andere partij. We
thema ‘Joden aan het gas’. Zorg dat de leerling in de
communiceerden niet. Waarover zouden we eigenlijk ook
komende lessen met een flinke dosis voorkennis de meest
moeten of kunnen praten? Voor de leerling als individu inte-
gruwelijke films, documentaires, etc. ziet, waarin de leerlin-
resseerde ik me niet zo. Waarom zou ik ook, ik had het veel
gen bijna aan den lijve worden geconfronteerd met de
te druk met overleven. Opeens bedacht ik me dat ik de leer-
gruwelijke omstandigheden waaronder de joden hebben
lingen niet echt kende. Waar kwamen ze vandaan, wat
moeten leven. Ben dan als docent absoluut niet bang om de
waren hun ervaringen, hoe was het thuis? Allemaal vragen
confrontatie aan te gaan met de ouders van leerlingen, die
waar ik geen antwoord op wist.
enigszins geschokt zijn door de inhoud van de lessen. Want nadat de docent de ouders duidelijk heeft gemaakt, dat het
DE OMMEKEER Na de vakantie besloot ik de dingen
thuis oh zo brave zoontje of dochtertje samen met wat
anders aan te pakken. Ik hanteerde nu het ‘laat maar waai-
andere leerlingen de woorden; ‘Joden aan het gas’ in de
en’ beleid. Ondertussen probeerde ik wel les te geven en
mond nam, zullen de ouders het opeens stukken beter
regels te hanteren. Ik vond natuurlijk niet alles goed. Tijdens
begrijpen.
de lessen kletste ik eens wat met de leerlingen, vroeg naar
ROB VAN DRUNEN, VWO 5-LEERLING
persoonlijke dingen, zei er iets van als ze er leuk uitzagen. De leerlingen vonden de verandering in mij een herademing: “Juf, wat heeft u goede zin”, “Juf, kunnen we nou iets
Reactie van leerlingen
leuks doen?” en als ik dan spontaan “Ja, natuurlijk” riep, waren ze stomverbaasd. Ik ging zelfs weer in gesprek met
Emotionele gebeurtenis
het meisje dat er bij mij NOOIT meer in zou komen.
Zelf heb ik wel eens meegemaakt dat, toen ik met een groepje naar school fietste, er een ongeluk gebeurde. Het was een aanrijding tussen een motor en een personenwagen. We
SITUATIE NU Volgens mij heb ik nu een normale relatie
hoorden een klap schuin achter ons en naast ons, op het wegdek, kwamen een stuk van de
met deze groep. Ik geef gewoon les, de meeste leerlingen
motor en de helm van de motorrijder neer. De motorrijder lag naast zijn motor op de grond.
werken hard en de sfeer is goed. Natuurlijk zijn het nooit
Gelukkig stond de motorrijder op en stapten er twee mensen uit de personenwagen, geen
normale lessen, maar ik stel nu andere dingen voorop. Nu
dodelijke afloop dus, gelukkig.
vind ik allereerst de sfeer belangrijk en dan pas wat ze
Toen we op school kwamen hadden we het er met z’n allen over. We hadden het er over dat
leren. Want ik weet nu, alles wat ik deze kinderen mee kan
we die klap in ons hoofd steeds opnieuw hoorden. Maar we waren blij dat er geen doden
geven, of het nou Engels is of iets anders, dat is meegeno-
gevallen waren.
men en het draagt bij tot een leuke les. Ik heb van deze leer-
Als het een ongeluk met dodelijke afloop was geweest had ik het denk ik fijn gevonden om
lingen onverwacht heel veel geleerd. Zelfs het meisje dat
er over te praten; of met de hele klas, of met de mensen die het ook hadden zien gebeuren.
onbewust de ommekeer in mij veroorzaakte, bezoekt mijn
Ik denk dat het in ieder geval helemaal fout is om dit totaal te negeren en de leerlingen
lessen weer. Ze heeft nog steeds een grote invloed op de
meteen aan de slag te zetten. Ook denk ik dat bij het praten in de klas de leraar van wal
groep, maar als ik boos op haar word, wisselen we een blik
moet steken; bijvoorbeeld door een soortgelijk iets wat hij misschien zelf heeft meegemaakt
van verstandhouding. Ze lacht naar me alsof ze wil zeggen:
of gelezen, te vertellen. Ik denk dat de leerlingen dan een stuk makkelijker mee praten. Als
“Ik weet wel dat ik het niet goed doe, maar het is zo moei-
ze dan niet meepraten, hebben ze er waarschijnlijk ook geen behoefte aan en dan kan de
lijk”. En daarna gaat het weer beter.
leraar gewoon met zijn les beginnen.
D2M, ik had het niet willen missen!!!
ILSE VAN GAAL, HAVO 4-LEERLINGE
ALICE VAN LAARHOVEN, DOCENTE ENGELS PA G I N A 9
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Ieder jaar doet een aantal universitaire instellingen onderzoek naar onderwijs dat door het onderwijsveld zelf is aangevraagd. Het ministerie van OCenW heeft een budget vrijgemaakt om het onderwijsveld zelf een vinger in de pap van het onderzoek te geven. Het gaat om kortlopend onderzoek dat binnen een jaar wordt afgerond met een concluderend rapport, meestal in de vorm van een brochure. Een aantal van deze onderzoeken is in de afgelopen jaren gericht op de pedagogische opdracht van de school. Bij veel van deze onderzoeken is dr. Cees Klaassen van de KUN betrokken geweest. Momenteel rondt hij de rapportage af van een onderzoek naar de ethiek van de leraar. De aanvrager was de NKSR. Het gaat in dit onderzoek om twee vragen. Waar kom je als leraar in je werk ethiek tegen? Hoe kun je leraren helpen om in school de ethische kant van hun werk op te pakken? Deze tweede vraag gaat over een instrument. Vooruitlopend op de eindrapportage sprak Thom Geurts met Klaassen.
THOM GEURTS
Gevoelens laten onmiskenbaar zien dat er iets van waarde in het geding is!
Ethiek van de leraar, niet voor de leraar Kern van het lerarenberoep
optreden. Het gaat bij dit beroepsethos dus om de manier
“De ethiek van de leraar is een belangrijk aandachtspunt bij
waarop leraren in concrete situaties kunnen handelen. Aan
de pedagogische opdracht van de school. Deze ethiek komt
een abstract debat tussen ethici hebben we niet zoveel. Het
niet van buitenaf maar is onlosmakelijk verbonden met de
gaat me om de competentie om voorkomende situaties op
kern van het lerarenberoep. Het gaat bijvoorbeeld om de
te kunnen pakken. Het beroepsethos is, zeg maar, contextu-
manier waarop je leerlingen benadert. Of om de morele vor-
eel. Nog een andere opmerking vooraf. Een belangrijk mis-
ming van leerlingen. De leerlingbegeleiding. En bij de bij-
verstand. Ethiek speelt zich niet helemaal tussen de oren af,
drage die de school kan leveren aan democratisch burger-
is niet totaal cognitief. Okay, je moet natuurlijk op een
schap. De schoolcultuur. Wat te denken van de voorbeeld-
bepaald moment een ethische conclusie kunnen trekken en
functie van de docent. Dat zijn zo wat aandachtspunten van
deze conclusie kunnen beargumenteren. Een goede redene-
het beroep, die als het ware roepen om een ethische bena-
ring opstellen is onontbeerlijk. En je dus ook laten gezeggen
dering. Die je niet goed oppakt zonder die ethische benade-
door de argumenten van anderen. Maar we moeten die
ring. Dat ‘oppakken’, daar gaat het me nu om. ‘Oppakken’ is
redeneerkant niet overdrijven. Bij ethiek speelt veel meer.
handelen, iets doen. Dan gaat het niet om een lijst met
Het gaat ook om het goed verstaan van gevoelens. Een
geboden en verboden, maar een competentie: een manier
ervaring van onrecht is veel meer dan een sluitende conclu-
van omgaan met de ethische kanten in het beroep. Wat
sie naar aanleiding van een logische afweging. Deze erva-
komt er bij deze competentie allemaal kijken? Daar ligt de
ring heeft een stevige gevoelslading. We kunnen woedend
hoofdvraag. Als je dat helder hebt, dan weet je waarop de
zijn in zo’n ervaring van onrecht. Gevoelens laten onmisken-
school bij de leraar mag rekenen, wat je van bijdrage van
baar zien dat er iets van waarde in het geding is! Alles van
de leraar mag verwachten, en hoe je leraren zou moeten
waarde doet een beroep op ons gevoel. En het motiveert
toerusten om deze kant van het beroep goed te kunnen
ons ook. Want ethiek is gericht op handelen. Niet zomaar op
oppakken”.
weten. Je moet waarden en normen afwegen met het oog op de vraag wat je behoort te doen”.
“Voor de helderheid een paar opmerkingen om misverstan-
PA G I N A 1 0
den uit de weg te ruimen. Eerst dit: de ethiek van de leraar
Geen voorgekookte afsprakenlijst
is situationeel. Een leraar moet geen dikke boeken over
“En dan is er nog iets. We moeten ethiek niet beperken tot
ethiek lezen. Hij (of zij) moet in een concrete situatie ethisch
normen. We moeten er vooral niet voor terugdeinzen om
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
ook de waarden op te sporen die ons denken en onze erva-
sie te hanteren. In het proces is alles gericht op de ontwik-
ringen organiseren. Waarden zijn de principes die het han-
keling van competenties om die onvervreemdbare eigen
delen van mensen zin geven. Het gaat me dan niet aller-
positie, het beroepsgeweten, recht te doen en te leren han-
eerst om allerlei filosofische en abstracte debatten over con-
teren”.
‘De dood in de pot is ethiek
cepten als vrijheid, rechtvaardigheid en zo meer. Zulke debatten gaan al te vaak over de concrete werkelijkheid
“Hoe doe je dat nu, dat beroepsgeweten ontwikkelen en
heen. Mijn stelling is dat waarden hun betekenis juist ontle-
voor de school beschikbaar maken, ontsluiten. Het gaat om
nen aan die concrete situaties. Als we het hebben over de
een model dat je kunt opvatten als een stappenplan of een
ethiek van de leraar, dan moeten we het ook over waarden
ladekast. Al naargelang de concrete situatie op school erom
hebben, maar dan wel over wat waarden betekenen in con-
vraagt. De verschillende onderdelen kunnen in een willekeu-
crete beroepssituaties. Maar de allerbelangrijkste opmer-
rige volgorde worden opgepakt. Het zijn dan bouwstenen
king vooraf is wel deze. De dood in de pot is ethiek die de
van een open traject. Als deze bouwstenen worden afgewik-
leraar buiten spel zet. Een voorgekookte afsprakenlijst die
keld in de volgorde van het model, dan wordt het model
de leraar als een spoorboekje moet hanteren. De leraar is
gebruikt als een stappenplan. Het is maar net hoe de situa-
geen blind en dom verlengstuk van een code die door ande-
tie in de school is.”
ren achter een bureau is bedacht. Elke leraar heeft een per-
“Wat willen we bereiken? Het doel dus. Het gaat er ons om
soonlijk geweten, zeg maar een beroepsgeweten. Niemand
de ethische dimensie van het beroep hanteerbaar te maken
pakt dat af, en niemand kan daaromheen. De leraar bepaalt
voor de leraar. Dat doen we door de ethische dimensie aan
zelf wat zij (of hij) in een concrete situatie behoort te doen.
te wijzen, leraren daarop te laten reflecteren. We willen lera-
Leraren willen geen ‘ethiek voor de leraar’, maar een ‘ethiek
ren ook ondersteunen in hun bezinning op het schoolkli-
van de leraar’, hun eigen ethiek met het keurmerk van de
maat. En op het terrein van de waardedimensie onderlinge
eigen werksituaties en de eigen werkervaringen. Het gaat
collegialiteit ontwikkelen. We willen leraren een vocabulaire
juist om het sterk maken en het inschakelen van de leraar
geven om de ethische kant van beroepservaringen te
als een vrije en competente beslisser. Dan is de betekenis
bespreken en uit te wisselen.”
die de leraar buiten spel zet’
van elders opgestelde formele en gedistantieerde codes heel gering. Ze werken zelfs averechts. Die maken leraren monddood. Ze hebben het gevoel dat hiermee hun
De bouwstenen (of stappen)
beroepsgeweten wordt onteigend. We moeten geen ethiek
1.
Bespreken van waarden in het onderwijs
voor de leraar, maar van de leraar”.
2.
Inbrengen van persoonlijke waarden, als neerslag van beroepservaringen
3.
Problematische situaties in het kader van ethische beoordelingsschema’s brengen.
Een ethosprocedure
Deze beoordelingsschema’s zijn divers, al naargelang de verschillen in de samenle-
“Om zo’n ethiek van leraren te ontwikkelen hebben we een
ving. Zij vertegenwoordigen de pluraliteit in de samenleving. Je kunt bij ethiek bij-
ethos-procedure gemaakt. Een pakket met activiteiten die
voorbeeld letten op het resultaat of op de instelling waarmee iemand een handeling
leraren in de context van de school samen kunnen door-
verricht. En dat maakt heel wat uit. Ook de waardesystemen wisselen. Je moet hier-
lopen. Nog een paar opmerkingen vooraf. Ik wil er nadrukkelijk op wijzen dat het me gaat om een procesbenadering.
van weten. 4.
Kern is natuurlijk het vermogen om een voorkomende situatie te analyseren. Wat is
Het proces is belangrijker dan het product. Het product dat
het ethisch dilemma waarvoor een situatie me plaatst? En welk ethisch oordeel kan
je maakt als je de procedure van ons model doorloopt geldt
ik in dat dilemma vellen? En met welke argumenten kan ik het onderbouwen?
voor een concrete situatie. Maar die verandert steeds. De
5.
Bespreken van de docent als rolmodel
ethiek van de leraar blijft gebonden aan werkcontexten. Dan
6.
Ontwikkelen van een persoonlijke professionele code
moet je bij elk resultaat weer vooruit kijken naar verbeterin-
7.
Toetsing van de persoonlijke professionele code aan de codes van anderen
gen of naar aanpassingen aan nieuwe situaties. Het gaat
8.
Bezinning op het schoolklimaat
erom dat we flexibel blijven en geen genoegen nemen met
9.
Trekken van consequenties over het pedagogisch schoolbeleid, een pedagogische
resultaten. Producten zijn slechts tijdelijk onderdeel van het
effectrapportage op schoolniveau
proces. Hier komt de kritiek op officiële codes weer terug. Die lopen dood op de weerstand van docenten. Officiële codes maken hen onmondig om de ethische beroepsdimen-
Ve r v o l g o p p a g i n a 1 2
PA G I N A 1 1
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Stappen het
Ve r v o l g v a n p a g i n a 1 1
En de school? “Via dit ethosmodel kun je in school een permanente communicatie opzetten om de waardedimensie van de school te ontwikkelen en ook nog eens te laten aansluiten bij beleid. Op die manier worden latente waarden van het lerarenberoep manifest. Uit communicatie van deze waarden ontstaat
FRANK SELLER
Studenten van de lerarenopleiding voor voortgezet
een wij-ruimte: de school als waardevolle school, als
onderwijs kunnen op een aantal scholen al tijdens hun
waardegemeenschap. Niet als kadaverdiscipline of als een
studie hun eigen toekomstige rol verkennen en sterke en
monoliet systeem. Want dat staat haaks op de professionele
zwakke punten van hun leermeesters uit hun eigen
autonomie van de leraar. Waar het om gaat is dat de school
middelbare-schooltijd afzetten tegen hun eigen toekomst.
als communicatiegemeenschap een op elkaar betrokken diversiteit waarborgt”.
“Dan de schoolleider. Die heeft een bijzondere rol. Hij of zij
Op maandag werken vier studenten van de Hogeschool van
moet deze waardecommunicatie mogelijk maken. Gidsen en
Utrecht in het Niels Stensen College als onderwijsassistent.
coachen. Voorwaar niet gering. Ook leraren motiveren.
MARJOLEIN en GIJS zijn betrokken bij lessen voor en
En verbinding met beleid mogelijk maken. Ook moet de
rond het vak aardrijkskunde en DEMIAN en PAULUS zijn
schoolleider leraren vanuit deze beroepsdimensie laten
actief bij biologie. Zijn ze geïnspireerd door de discipline of
deelnemen aan beleidsontwikkeling. We hebben het dan
door het vak of door een samenhang van die twee? Zien ze
wel over een communicatieve en agogische vaardigheid die
zichzelf voortborduren op voorbeelden uit hun eigen school-
veel schoolleiders node missen. Schoolleiders zijn hierop
tijd of is hun gedrag een reactie daarop? Vragen, vragen en
doorgaans slecht toegerust. Waar leer je dit als school-
voorzichtige antwoorden.
leider? Terwijl het toch zo’n belangrijk stuk van hun dagelijks werk is”.
“Aardrijkskunde is een heel inspirerend vak”, zeggen Gijs en Marjolein bijna in koor. Ze zijn net terug van een vakexcur-
“En dan de lerarenopleidingen. Daar zouden leraren moeten
sie van een week naar het Zwarte Woud en hebben op
oefenen om deze ethische dimensie van hun beroep te han-
school een maandag gemist. Maar de school is in hun bele-
teren. Voorbereiden door oefenen. Maar in feite gebeurt dat
ving niet echt weggeweest. “Zo’n omgeving is natuurlijk
niet. Dat is zorgelijk. Daarom is het voor veel leraren zo
heel anders dan ons Nederlandse landschap, al is het niet
moeilijk deze beroepsdimensie serieus te nemen. Ik hoop
echt spectaculair of zo. Ik merk dat ik anders naar het land-
dat we met onze ethosprocedure de lerarenopleidingen wat
schap kijk dan ik eerst had gedacht en ook anders dan ik
in handen geven”.
van mezelf had verwacht. Wat je daar ziet, daar doe je nu meteen iets mee in je beleving en je houdt het op een andere manier in je herinnering vast. Je wilt er straks over kunnen vertellen en het in de praktijk kunnen gebruiken”, zegt Marjolein. “Ik wilde graag aardrijkskunde gaan studeren. Vulkanen, gletsjers, aardbevingen hebben me altijd geboeid en geïntrigeerd. Net als weersverschijnselen en donder en bliksem. Maar ik had geen natuurkunde in mijn vwo-pakket en kon niet naar de universiteit. Het leraarsberoep voor het vak aardrijkskunde komt voor een groot deel tegemoet aan
PA G I N A 1 2
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
vooruit naar eigen leraarschap mijn wens.” Voor Gijs is sociale geografie belangrijker dan fysische geografie. “Ik heb veel dingen onthouden die je van mensen ziet en heb gehoord. Kleine anekdotes over wat we meemaakten bij de autofabrieken van Mercedes Benz en bij het Europees Parlement in Straatsburg, reacties van anderen daarop. Wat ik ook belangrijk vind, is het samenwerken bij de voorbereiding van excursies; je bekijkt dingen niet alleen vanuit je eigen perspectief. Dat is erg handig als je straks lessen moet voorbereiden.”
Andere bronnen richting leraarsvak Hun eigen ervaringen met schoolaardrijkskunde zijn bijna tegenpolen. Gijs: “Mijn aardrijkskundedocent was een echte boeiende verteller. Ik hing als het ware aan zijn lippen. En wat ik belangrijk vind, hij kon ook erg visueel vertellen; je kon je er iets bij voorstellen. Ik heb meer docenten meegemaakt die boeiend vertelden en dat sprak me altijd erg aan. Misschien omdat ik zelf ook altijd bezig was, van kleins af aan, mensen om me heen dingen uit te leggen en om uitleg te vragen. Thuis was er ook een grote vrijheid van spreken en ik heb van nature het gevoel dat kennis overdragen en door vertellen ervan heel belangrijk is”. Marjolein: “Mijn aardrijkskundedocente was geen strenge juffrouw of zo; ze kon dingen leuk brengen en ook vaak erg sprekend. Maar eigenlijk vond ik het in school erg saai. Als ik daarop terugkijk en me probeer voor te stellen hoe ik mijn hele vwo-loopbaan heb ervaren, dan is er veel van hetzelfde en ook veel saaiheid. Maar ik was ook best een brave leerling, natuurlijk, en dan is er misschien ook wat minder avontuur te beleven”.
PA G I N A 1 3
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
Ve r v o l g v a n p a g i n a 1 3
>
NUMMER 2
Paulus en Demian brengen nu hun eigen schooltijd in, ter versterking van de verschillen en ook om te nuanceren. “Ik heb voor de ß-vakken heel leuke leraren gehad”, zegt Paulus. “De lessen waren heel gemoedelijk en helemaal niet formeel of zo. Voor mijn gevoel hadden we ook niet echt
Van nature het gevoel dat
frontaal les. Er was sprake van veel dingen samen doen; bijna een kameraadschappelijke ontdekkingstocht door de
kennis overdragen
natuurwetenschappen. Ook voor andere vakken heb ik dat beeld wel. Mijn docent Engels die als absolute anglofiel verhalen kon vertellen die je echt bij bleven. Natuurlijk deden
het belangrijkste is
we ook wel veel practicum, maar dat was voor mij niet het belangrijkst, maar wel vreselijk leuk. Vanuit huis bracht ik veel kennis en weetjes mee en dan is school eigenlijk heel vanzelfsprekend”. moet je zelf scoren op een competentieladdertje, dan denk Demian zegt zich voornamelijk veel frontaal lesgevende
je eerst dat je best wel op niveau-3 bezig bent”, zegt Gijs.
leraren te herinneren. “Maar heel erg vond ik dat niet. Ik
“Je voldoet best wel goed aan de omschrijving die bij dat
kon uit het raam naar de vogeltjes kijken en naar de bomen
niveau hoort. Maar als je dan verder leest, heb je ook wel
buiten en zo vanaf een afstandje de stof volgen en toch een
iets van niveau-5, maar ook iets van niveau-1. En dan weet
beetje meedoen. Ik deed wel actief mee, maar dan op mijn
je opeens niet meer waar je staat en wat je wel of niet kunt”.
manier. Ik had best wel contact met docenten en met de
Onderlinge discussie, beamen de anderen, is dan vaak het
leerstof, maar ik werd niet echt uitgedaagd tot meedoen in
logisch gevolg en soms helpt dat wel, maar lang niet altijd.
de klas”. Demian kijkt even uit het raam en vervolgt: “Contact met de docent vind ik wel erg belangrijk. Niet
In reactie op vragen naar onderwijskundige kennis en vakdi-
alleen binnen het leslokaal, maar ook erbuiten. Dat mag
dactiek roepen ze gevieren dat de vakinhouden erg belang-
gaan over de stof maar ook over politiek of zo. Dat was er
rijk zijn. “Biologische onderwerpen vind ik erg belangrijk,
wel bij ons op school. Docenten die je even aan het denken
want daar ligt je basis”; “Veel vakkennis is nuttig, want alles
konden zetten door wat ze tegen je zeiden. Dat heb ik wel zo
weten is erg handig als je straks in de klas staat”; “Ik moet
ervaren”.
er niet aan denken dat ik straks iets niet weet. Ik zoek het dan liever tevoren op. Ik zou me heel vervelend voelen in de
PA G I N A 1 4
Reflectie
klas, als ik iets niet weet.”
In de opleiding is er tijd gereserveerd voor reflectie; officieel
Natuurlijk vinden ze ook dat het aansturen van groepjes
heet dat tijd voor Voortgang, Reflectie en Begeleidings-
leerlingen, die zelfstandig aan het werk moeten gaan, een
vragen. Alle vier doen ze nu wat laconiek over de waarde
belangrijke leraarsvaardigheid is. Maar, zeggen ze, dat is
van reflectie, terwijl ze het afgelopen kwartier het tegendeel
geen soloactiviteit; dat moet breed in de school worden
demonstreerden. Maar dat kan ook liggen aan de mate van
gedragen. Het is voor beginners erg prettig als het frame-
concreetheid. Als je te ver vooruit moet kijken, werkt
work daarvoor in de school duidelijk aanwezig is. En daar-
reflectie misschien minder en moeten-reflecteren is niet zo
naast zijn veel van de technieken die je in de opleiding leert,
gemakkelijk. Dat vinden ze ook van sommige andere
erg handig. Ze noemen voor groepswerk: het werken met
opleidingselementen. Het denken in leraarscompetenties
controlevragen, werken met genummerde hoofden, expert-
bijvoorbeeld, lijkt wel concreet, maar in de praktijk valt dat
methode, placemats, groepswerk met vaste rollen, check in
vaak bitter tegen.
duo’s. En ook weten hoe je presentaties kunt organiseren is
“Als je het hebt over aandacht vasthouden in de klas en je
erg belangrijk.
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Seminars in de regio In de lessen die ze nu zelfstandig of in tweetallen kunnen
Is katholiek onderwijs nog slechts een gevoel of biedt het meer? Leeft het van idealen,
geven, oefenen ze al met deze leraarsrollen en taken. Bij
van bezieling en overtuiging? Heeft het een visie op basis waarvan het zich kan profileren?
aardrijkskunde is het iets meer gericht op leerstofinhouden
Kortom: heeft het iets te bieden dat aanspraak kan maken op echtheid of biedt het slechts
en bij biologie iets meer op practicum en begeleiden van
imitatie en nestgeur? Als waardeorganisatie vindt de Nederlandse Katholieke Schoolraad
groepen.
het belangrijk het katholiek onderwijs te inspireren en motiveren tot vernieuwing en profilering van zijn identiteit. Het katholiek onderwijs moet niet de markt volgen, maar
Toekomstgericht
probeert de markt te overtuigen van het belang van een eigen missie.
Hun eigen leraarscarrière zien ze wel zitten, zeggen ze. Ze hebben niet voor niets deze opleiding gekozen. En wat ze
Eind augustus publiceert de NKSR de visietekst
meegenomen hebben uit hun eigen schooltijd ligt toch nog
‘Verbinden & vertrouwen,
wel duidelijk ten grondslag aan het beeld dat ze over zichzelf als leraar formuleren. Marjolein: “Ik denk dat het heel goed is om naar leerlingen
kernwaarden voor de school als gemeenschap
te luisteren. Hierdoor leer je de dingen ook van een andere
vanuit een katholiek perspectief van spiritualiteit’
kant bekijken”. Gijs: “Ik denk dat ik minder gespitst moet zijn op het zelf
Religie verdwijnt, religie verschijnt. Dat is één van de grote paradoxen van deze tijd. Dit
vertellen dan ik heb gezien. Maar het is wel fijn om verhalen
roept onzekerheid en verlegenheid op die ook manifest is op katholieke scholen als scho-
te vertellen”.
len met een religieuze grondslag. Hoe met die paradoxale situatie om te gaan? De visie-
Paulus: “Begeleiden van het leren lijkt me een heel goede
tekst biedt een eigentijdse bezieling en missie van katholiek onderwijs die een oplossing
benadering voor mij. Ik probeer groepen te helpen en te
kan bieden voor de gerezen onzekerheid en verlegenheid. Verschillende vraagstukken
sturen. Natuurlijk wel frontaal aangeven waar het om gaat.
komen hierbij aan de orde:
Maar actieve werkvormen toepassen, levert wel actieve
>
Demian: “Samenwerkend leren vind ik erg belangrijk. Ik zou
Wat is de gemeenschappelijke noemer en samenhang tussen spiritualiteit, waarden en leren?
leerlingen op”. >
Hoe verhouden de culturele consensus en de katholieke traditie zich tot elkaar rond de waarden ‘verbinden en vertrouwen’?
best 80% van de tijd daaraan willen besteden. Hoewel bij sommige onderwerpen, als je meer over theorie moet ver-
>
Is er een eigen spiritualiteit van het onderwijs en opvoeding?
tellen, het wel wat minder zal zijn, misschien 50%”.
>
Wat is belangrijk voor de eigentijdse visie op schoolontwikkeling? - de verhouding tussen traditie en moderniteit; - de verhouding tussen zelfontplooiing en gemeenschapszin; - de verhouding tussen zelfsturing en ontmoeting in de lerende gemeenschap; - de verhouding tussen de school als functioneel systeem en de school als leefgemeenschap; - het belang van waarderend leren; - het belang van authenticiteit en narrativiteit;
Ik denk dat het heel goed is om naar
- het belang van deugden en idealen.
De NKSR organiseert in de periode van september/oktober naar aanleiding van de visietekst vier seminars in de regio. Wanneer en waar deze bijeenkomsten plaatsvinden,
leerlingen te luisteren
wordt in augustus 2003 bekend gemaakt via www.nksr.nl.
>
M E E R I N F O R M AT I E :
W I L B E RT VA N WA L S T I J N
T. 0 7 0 3 5 6 8 1 0 1 E - M A I L : W. VA N . WA L S T I J N @ A B K O . N L
PA G I N A 1 5
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
GELOVEN IN DE SCHOOL
maakt. Maar ook bij kinderen gaat wel eens iets mis. Als ze op het matje moeten komen, probeer ik ze een spiegel voor te houden. Waarom heb je die keuze gemaakt? Hoe had het anders gekund? Automatisch houd je dan ook jezelf een
BERT TEN BERGE S.J.
Waarom hebt u voor het onderwijs gekozen?
spiegel voor. Wat je van kinderen vraagt, moet je ook zelf
Eigenlijk was ik graag bij het toneel gegaan, maar daar
waarmaken. Moeilijk vind ik koppige kinderen, die zich
wilde mijn vader niets van weten. De toneelschool zou een
afsluiten zodat je niet tot ze door kunt dringen. Sommigen
oord van verderf zijn, waarbij geen acteur aan echtscheiding
zijn echt blind voor anderen en denken dat ze alleen voor
ontkwam. Mijn moeder was een bezield verpleegster en daar-
zichzelf bestaan. Triest, want die kinderen zijn misschien
om trok de gezondheidszorg mij ook aan. Toch werd het uit-
eenzaam. Eenzame kinderen ben ik helaas genoeg tegenge-
eindelijk onderwijs. Op de lagere school had ik het altijd naar
komen in mijn onderwijsloopbaan. Sommigen blijken totaal
mijn zin en genoot van de zaakvakken, met name geschiede-
verwaarloosd, zwerven wat rond in de buurt. De oorzaak is
nis! Als er iets was behandeld, namen mijn ouders ons
divers. Meestal is het geen onwil of desinteresse bij de
prompt mee naar een museum. Om gezondheidsredenen
ouders, maar wel onmacht! Dit soort eenzaamheid duikt
kwam ik op een internaat van de zusters Franciscanessen te
meer en meer op en dat maakt me bezorgd.
Monster terecht voor de laatste 2 jaar van het basisonderwijs en de MULO. Daarna volgden op ‘Cor Mariae’ in Den Haag 4
Wat was uw mooiste moment op school?
en 5 Havo met doorstroom naar de pa, samen met mijn zus
Daar horen zeker de keren bij dat mijn klasje de eerste heili-
Janet! Mijn vader – hij had als middenstander nooit vrij -
ge communie deed. Een wonder als op zo’n morgen alle kin-
voorspelde ons een rustig leven met lange vakanties en een
deren zich mooi gekleed verzamelen in een rij met bloemen
vrije woensdagmiddag; de oude misvatting!
en kaarsjes. Ik weet zeker dat ze op dat moment allemaal gelukkig waren! En ik met hen! Als ik hun stemmetjes dan
Zou u die keuze nu weer maken?
de liedjes hoor zingen, die ik ze heb mogen aanleren…
Twee van mijn neven zijn tandarts. Ze hebben een vak met
prachtig!! Op mijn vorige (zwarte) school verving ik om de
een mooie mix van wetenschap, werk met de handen en
drie weken de kleuterjuf van groep 1 met een ADV-dag.
omgang met mensen. Pastoraal werkster, wat toen nog niet
Enig om te zien, hoe de kleintjes van week tot week de
bestond, zou nu voor mij ook denkbaar zijn. Fantastisch om
Nederlandse woordenschat rijker werden! En hoe gezellig
met mensen ‘de wereld’ te verkennen en te ontdekken wat
waren die ukkies in de poppenhoek bezig vader-en-moeder-
het wezen van ons menszijn is. Ook het runnen van een
tje te spelen met een ‘moeder’ uit Egypte, een ‘vader’ uit
eigen winkel, zoals mijn vader deed, zou ik leuk vinden: je
Aruba en kindjes uit de Filippijnen, Irak en Afghanistan! Dat
product verkopen en mensen daarmee van dienst zijn! Maar
vond ik echt een wonder. Daar in zo’n poppenhoek begint
al die aspecten zijn ook mogelijk in het onderwijs, dat zo
de wereldvrede!
veelomvattend is, dat ik er altijd opnieuw mijn draai in zou kunnen vinden!
Waar verlangt u naar? Ik verlang ernaar dat het meer vanzelfsprekend is voor
Wat betekenen de leerlingen voor u?
PA G I N A 1 6
onderwijsgevenden om alles uit de kast te halen wat ze in
Kinderen…ik vind ze zo mooi, nog niet getekend, als een
huis hebben. Maar wel zo, dat ze er niet door afbranden,
onbeschreven blad, een bron van mogelijkheden, spontaan
maar er juist van groeien! Je hebt na 6 uur ’s avonds ook
en vol energie. Moeilijk bij te benen soms en druk! Ze hou-
nog een leven! Dat evenwicht hoop ik voor mijn team te
den je gaande of je wil of niet. Je blijft er jong bij. Prachtig
bereiken. Ik zie mensen, die zichzelf op de been denken te
om te zien hoe ze stap voor stap meer van zichzelf en de
houden door zich niet volledig te geven en reserves in te
ander ontdekken. Daarbij mag je ze een duwtje in de rug
bouwen. En toch worden juist die moe of ziek. Zij moeten
geven en uitdagen om hun talenten aan te boren en te ont-
leren meer te genieten van de goede momenten en zich
wikkelen! Ik ben niet tegen ‘steeds verder’ of ‘steeds meer’,
daardoor laten oppeppen. Kijk niet te veel naar wat beter
als het - met de woorden van de oude catechismusvraag –
zou moeten bij jou of een ander, want dat werkt contra-
er maar toe leidt, dat je gelukkig wordt en anderen gelukkig
productief.
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Wat wilt u kwijt?
beeld. Ik ben via jongerenkoor, liturgisch beraad en op vele
Het zou beter zijn om vakken als gymnastiek en muziek aan
andere manieren altijd kerkelijk betrokken geweest. De laat-
vakleerkrachten over te laten. Dat zou een verlichting bete-
ste jaren ben ik actief als lector in de kerk aan de
kenen voor een groepsleerkracht en de kinderen beter toe-
Elandstraat in Den Haag, waar ik ook catechese geef aan
rusten. Verder moet ik veel stukken produceren voor inspec-
eerste communicanten en vormelingen. De wekelijkse zon-
tie of bestuur, met alle energie om die weer door een MR
dagsviering is belangrijk voor mij. Het voedt me bij de zin-
heen te krijgen. Maar het woord ballast gaat mij te ver. In
geving van het leven. Het is mij met de paplepel ingegeven
positieve zin dwingt het me na te denken over mijn functio-
door mijn ouders. We waren thuis met vier kinderen en zijn
neren. Maar nu nog de tijd: want binnen de normale werk-
alle vier nog steeds kerkelijk betrokken. We hebben het
tijd red ik het echt niet!
nooit als dwang gezien en ervaren. Ook mijn drie kinderen gaan nog wekelijks met ons mee; soms mopperend, maar
Wie zijn uw voorbeelden?
ze willen het ook weer niet missen. Ze zijn acoliet, koorlid
Er zijn veel mensen aan wie ik mij optrek, zoals mijn man en
e.d. Op bepaalde momenten spreken ze de waarde ervan
Marlies Klooster-Ranke, tot
mijn zus Janet. Ik denk ook vrijwel dagelijks aan mijn over-
uit. Ik geef mezelf geen plaats in het spectrum van stromin-
voor kort directeur van r.-k.
leden ouders, mijn vader met zijn plichtsbesef en mijn moe-
gen in die kerk. Ik ben dus tegen polarisatie. Dat is niet
basisschool De Prinsenhof
der met haar meer zonnige kant. Sommige leerkrachten
katholiek! Samen blijven is belangrijk! Kom maar in de
te Leidschendam en sinds
hebben een onvergetelijke herinnering nagelaten, zoals pa-
kring. Maar daar is wel ruimte voor iedereen voor nodig. Ik
15 april jl. van de r.-k. Maria
docent Huybers, die kunstgeschiedenis gaf en je aan de
wil graag proberen die ruimte te maken. Ja, ik ben gelovig.
Bernadette basisschool, ook
hand van dia's meenam op een reis door de tijd op zoek
Het geeft me een spiegel en zin aan mijn leven en het
in Leidschendam. Zij is 51
naar het wezen van het menselijk bestaan. Hij bracht mij er
onderbouwt de keuzes die ik maak.
jaar, getrouwd, heeft twee
toe om ook zelf reizen te maken en musea te bezoeken.
zoons van 19 en18 en een
Grote figuren als Martin Luther King, Kennedy en Nelson
Heeft u daar op school iets aan?
Mandela boeien mij. In de bijbel spreken mij het meest de
Jazeker heb ik daar wat aan: inspiratie bij wat ik tot stand
profeet Jesaja, de evangelist Johannes en Jezus zelf aan.
breng; berouw bij wat ik fout doe en een spiegel om tot ver-
Mensen zijn ongelofelijk belangrijk voor mij. Ik wil ze graag
betering te komen; invoelingsvermogen, geduld en ruimte
om mij heen hebben. Maar dan moet je zelf ook bereid zijn
voor anderen; zelfvertrouwen en werkkracht om vol te hou-
om rond een ander te staan. Dat is niet altijd eenvoudig; je
den; rechtvaardigheidsgevoel en kunnen delen; hoop voor
hebt het al gauw te druk!
de toekomst; een opgewekte en ruimere blik op het leven,
dochter van 16 jaar.
denk ik. En ook praktisch gezien de nodige bijbelkennis, Wie zijn dat absoluut niet?
wijze raad via de preken, het verstaan van de taal van sym-
Moeilijke vraag: mensen die niet inspireren! Bijna iedereen
boliek, een wekelijkse stemtraining door te zingen en een
doet dat wel in meer of mindere mate, want ieder heeft
groot liedrepertoire. Het lijkt een weinig concrete opsom-
zwakke momenten. Die heb ik zelf ook. Soms ben ik onheb-
ming, maar het is in de praktijk heel concreet. Als ik weet
belijk en te kort door de bocht, ongedurig of gewoon te slor-
waarvan ik kan groeien, kan ik dat ook aan anderen bieden.
dig. Het is vallen en opstaan! Maar in het algemeen kun je
Zo hoop ik, dat de kinderen van mijn school groot zullen
zeggen, dat ik niet houd van mensen met een grafstem-
worden in hun menszijn.Ik vind het jammer dat tegenwoor-
ming. Ik trek mij op aan opgewekte karakters. Voor mij mag
dig zo weinig mensen nog een boodschap hebben aan de
het altijd Pasen zijn.
wekelijkse bijeenkomst in de gemeenschap van de kerk. Geloven, dat doen ze wel. Dat weet ik ook en dat voel ik.
Bent u gelovig?
Maar m.i. is dat niet genoeg: je hebt er ook de gemeen-
Complimenten van anderen en het gevoel gewaardeerd te
schap voor nodig. En anderen hebben jou nodig. Als ik dat
zijn geven moed! Daaruit put je kracht nog beter je best te
nu eens kon overbrengen! Maar ik denk dat ik wel kan over-
doen; het werkt als mest; je groeit ervan! Ook voor God
brengen dat iedereen er toe doet! Daar ga ik ijverig mee
voel ik mij ‘er toe te doen’. We zijn immers gemaakt naar zijn
verder!
Beeld en Gelijkenis, uit stof van de aarde met zijn Geest beademd! Dat 'we er toe doen’ geeft je een speciaal mensPA G I N A 1 7
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Het samenwerkingsorgaan beroepskwaliteit leraren, SBL, is actief bij de vormgeving van de beroepskwaliteiten van leraren. De competenties waarover leraren horen te beschikken, worden beschreven door en voor leraren en zullen straks opgenomen worden in de Wet op de Beroepen in het Onderwijs, de Wet BIO. Minstens zo interessant is het project van SBL leraren uit te nodigen mee te doen aan het maken en vormgeven van een lerarenportfolio. SBL heeft met een tiental leraren al doende een handleiding ontwikkeld waarmee een docent zijn of haar eigen digitale portfolio kan produceren. Als voorbeeld voor collega’s zijn enkele van die ontwikkelde portfolio’s samen met de handleiding op een betaversie van een CD-ROM samengebracht. Deze betaversie is in een beperkte oplage verspreid om reacties te peilen en ervaring op te doen. Met twee van de portfolio-makers hebben wij hun ervaringen gepeild.
Leren is een feest FRANK SELLER
PA G I N A 1 8
“Een portfolio samenstellen over je beroepskwaliteiten, je
eens te bespreken met anderen en met mezelf natuurlijk. Ik
ambities in het onderwijs en de ervaringen in de lespraktijk
vond het ook leuk om terug te kijken op alle onderwijs-
is eigenlijk heel leuk”, zegt Marian Leusink. “Ik werd er voor
ervaringen, vanaf mijn eerste baan in 1977 tot nu. En alles
gevraagd door een collega van een andere afdeling van het
wat er tussen ligt”.
ROC Twente Plus, met wie ik niet eens zo vaak contact had,
Het coachen van iemand die een portfolio samenstelt is
maar die misschien wel aanvoelde dat ik zoiets wel zou wil-
echt nodig, vindt Marian. “Je moet binnen een bepaalde
len. In eerste instantie had ik meer het idee dat het ging om
bandbreedte blijven, anders gaat het alle kanten op. En
het filmen van kenmerkende lessituaties die gebruikt kon-
iemand die je feedback geeft, zorgt ervoor dat je niet
den worden bij het in beeld brengen van elementen van
verdwaalt in ervaringen. Je moet je kwetsbaar kunnen
beroepsbekwaamheid. Daarna pas kreeg ik door dat die
opstellen, als het ware ook over je functioneren kunnen
beelden uit mijn lessen samen met wat ik er zelf over zeg,
praten alsof je het samen over iemand anders hebt. Dan
als een voice-over bij het beeld, en er over opschrijf samen
komen soms de dingen die je niet zo graag wilt zien of
een portfolio konden gaan vormen. Het was voor mij een
horen heel dichtbij. Voor sommige mensen was dat reden
narratieve manier om mijn ervaringen en mijn werkwijze
om af te haken in het proces”.
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Martijn van Kooten kwam in het project als deelnemer
De basisschool in Werkhoven waar Martijn bijna 4 jaar gele-
samen met andere collega’s van zijn school, omdat het in
den zijn LIO-stage ging doen, was de school waar hij zelf als
zijn werkomgeving bijna vanzelfsprekend is dat je dit type
jongen op had gezeten. En het hoofd van die basisschool
dingen ook doet. De filmploeg kwam op school om beeld-
had, zo tegen het einde van Martijns Havo-loopbaan, langs
materiaal te verzamelen èn voor de videofilm Beelden van
zijn neus weg hem de Pabo als vervolgopleiding geadvi-
bekwaamheid èn voor het maken van beeldmateriaal dat in
seerd: dat zou best wat kunnen zijn voor hem als-ie toch
een portfolio te gebruiken zou zijn. “Ik had mijn klas, een
nog niet wist wat-ie wilde gaan doen. Ook de leraar
groep 5/6, daarop gedegen voorbereid en net die dag en de
aardrijkskunde op de Havo blijkt in zijn herinnering een
volgende dagen moest ik met een sportblessure met mijn
steentje bij te dragen. De inspiratie voor het werken met
been omhoog liggen. Ik was wel in de klas, maar kon alleen
kinderen wordt op de Pabo vooral gevoed door de muziek-
maar zitten. Dat was wel een beetje een teleurstelling voor
leraar. Martijn schrijft zijn meesterstuk, de algemene term
de kinderen, maar later is dat ruimschoots goedgemaakt.
voor de afstudeersciptie op de Pabo Domstad, over de opzet
Het was erg leuk om te zien hoe mijn kinderen, als echte
en functie van de musical in de basisschool. In Werkhoven
professionals, in de camera konden kijken en vervolgens
heeft hij nu net, samen met een collega, zijn tweede musical
weer wegkijken alsof er geen lopende camera in de klas te
afgeleverd; alleen de liedjes moeten nog. Een musical is
vinden was. Met het filmmateriaal bij de hand hebben we
voor de klas natuurlijk een echte groepservaring, maar ook
vervolgens een aantal observaties op papier en in discus-
een indicator voor het leef- en werkklimaat in de klas. En
sies verder uitgediept. De persoonlijke punten opschrijven
het is goed dat naast de aandacht voor de individuele ont-
was daarna nog wel een klus natuurlijk. Maar het hoort ook
wikkeling van kinderen en de groei naar zelfstandigheid, die
bij de manier waarop wij in school willen werken en dat
kenmerkende waarde binnen de schoolvisie zijn vorm krijgt.
maakt het minder heftig”.
Dat is ook van belang omdat gemeenschapszin in de school een afbeelding is van de gemeenschap die het dorp
Het coachen van iemand
Werkhoven wil zijn.
die een
portfolio kunt samenstellen door eerst eens je cv op te
Voor Marian Leusink is er meer sprake van een vloeiend
portfolio
schrijven en vervolgens daarbij aandacht te besteden aan
proces dan van afzonderlijke, echte sleutelervaringen.
situaties en omstandigheden die bepalend zijn geweest
Natuurlijk kan ze wel elementen benoemen die haar loop-
voor je ontwikkeling. Voorbeelden daarvan geeft SBL in vier
baankeuzes sterk hebben beïnvloed. Het doen van vrijwilli-
groepen situaties: werken met leerlingen, werken met een
gerswerk voor het JAC (Jongeren Advies Centrum) en de
team, werken in of met de omgeving en werken aan de
Belangenvereniging Minderjarigen (BM) in haar studietijd
eigen ontwikkeling. Vervolgens is het belangrijk te zoeken
maakt ook dat ze nu kiest voor lesgeven in de afdeling
naar die dingen die van grote invloed waren op de keuze
Sociaalpedagogisch werk (SPW) van het ROC. “De hulpver-
voor het leraarschap of de opstelling daarin, aangeduid met
lening trok me altijd sterk, maar ik vond het moeilijk afstand
de term sleutelervaringen.
te bewaren. Ik had snel een te grote betrokkenheid bij de
Sleutelervaringen In de handleiding van SBL wordt aangegeven dat je een
samenstelt is echt nodig
mensen met wie of voor wie ik werkte”. Daarom, zegt ze, is In de portfolio van Martijn van Kooten staat dat als volgt
de keuze voor onderwijs voor haar een betere geweest.
genoteerd:
Maar het gevoel van afstand willen bewaren ter wille van de
als Havo-leerling niet weten wat je wil
professionaliteit, maakte wel dat ze de eerste jaren bij het
op de Pabo wat aanrommelen
ROC geen mentortaak op zich wilde nemen. Dat is nu wel
in een LIO-stage terechtkomen
anders en het is ook wat gemakkkelijker nu de eigen kinde-
en dan ervaren dat dit het is wat je wilt gaan doen…
ren die leeftijdsfase nagenoeg voorbij zijn.
Die ervaring wordt in het portfolio nu niet verder omschre-
Van onderwijzen leer je
ven, maar dat kan nog komen. Martijn omschrijft het des-
Marian Leusink benoemt in haar portfolio ook veel
gevraagd nu in ieder geval als een gevoel van thuiskomen,
concrete ervaringen als ze schrijft over haar idealen en
een gevoel dat een warm bad kan geven. En dat geldt des
achtergronden.
te sterker als je gevoelig bent voor sfeer en uitstraling.
Ve r v o l g o p p a g i n a 2 7
PA G I N A 1 9
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
De katholieke school voorbij MARC VERMEULEN
Een afvallige een column laten schrijven in een blad van
op de bres als ze te weinig financiering ontvangen? Wie
een katholieke koepel, dat getuigt van moed van de redac-
helpt de werknemers bij het organiseren van een actieweek
tie. Laat me u deelgenoot maken van de twijfels van deze
en wie tikt de directeur op de vingers als hij of zij er een
afvallige als het gaat om het katholieke (en troost u ook
potje van maakt? Er ligt een oplossing voor de hand: maak
ander bijzonder) onderwijs.
er professionals/arbeiderszelfbestuur van: de scholen zijn
Natuurlijk, het katholieke onderwijs is in het zuiden van het
van de pedagogen die er in werken. Met grote regelmaat
land, waar ik opgroeide en nog steeds woon, monumentaal
verzuchten die professionals dat ze met rust gelaten moeten
en dominant aanwezig. Ik heb bij de zusters op de kleuter-
worden en dat het dan allemaal wel goed komt. Zij weten
school gezeten, bij de broeders ‘van de Molenberg’ op de
immers het beste wat er met de kinders moet gebeuren.
lagere school en toen bij de Franciscanessen van
Daar heb je geen overheid en geen besturen voor nodig.
Heythuizen op de middelbare school. Vervolgens een onder-
Wat weten die nu immers van hoe het in de klas moet gaan.
wijsbevoegdheid gehaald aan de Katholieke Leergangen en mijn sociologiebul aan de Katholieke Universiteit Brabant.
U zou er heel populair mee worden in het veld als u dit zou
Al dat katholieke onderwijs (en de inspanningen van m’n
voorstellen, maar naar mijn idee het paard ook flink achter
ouders en de kerk) ten spijt ging het onderweg met de
de wagen spannen. In een gedereguleerd systeem moet u
geloofsbeleving flink mis. Ik nam afscheid van de RK-kerk
zorgen voor een constructieve spanning tussen de eigenwij-
en was daarin - zoals het een twintigjarige betaamt - zelfs
ze pedagoog en de buitenwereld die belang heeft bij het
fanatiek: ik liet me uitschrijven en werd een overtuigde
onderwijs. Werknemers in het onderwijs mogen niet met
agnost. Maar ik heb bij al die katholieke instituten wel goed
rust gelaten worden omdat je ze dan aan hun lot overlaat.
onderwijs gehad en het heeft me in m’n latere leven flink
Onderwijs moet meer en meer midden in de maatschappe-
geholpen. Enige dank ben ik dus wel verschuldigd……
lijke turbulentie vorm gegeven worden. De complexiteit van de samenleving dringt de klassen binnen via een steeds
Uit onderzoek weten we inmiddels dat bijzondere scholen
veeleisender cliëntèle: jongeren, hun ouders en het bedrijfs-
het vaak beter doen dan openbare scholen, ook als je reke-
leven verlangen (terecht) passie, maatwerk en kwaliteit.
ning houdt met ligging, samenstelling van het leerlingenpu-
Moderne onderwijskundige inzichten laten ook zien dat het
bliek enz. Het lijkt er zelfs op dat bijzondere scholen die in
leren van leerlingen veel beter tot z’n recht komt als het in
een omgeving staan waar ze een uitzondering vormen, het
de realiteit van alledag geplaatst wordt: we spreken over
nog veel beter doen. De verklaring die daarvoor wel gege-
contextrijk en gesitueerd leren. Op die manier leert de leer-
ven wordt is dat deze scholen ‘van iemand zijn’: er is een
ling haar of zijn weg te vinden in een turbulente samenle-
groep (bestuur, gemeenschap) die er duidelijk iets aan gele-
ving. Het is voor de afzonderlijke professionals onmogelijk
gen is dat die scholen goed draaien. De toenemende dere-
om steeds opnieuw voor iedere klant een eigen maatwerk-
gulering maakt de vraag naar het eigenaarschap nog veel
wieltje uit te vinden. Daarvoor heb je nu een school nodig
belangrijker. Scholen die van niemand zijn en ook niet meer
die georganiseerde context biedt voor een permanent debat
‘van de minister zijn’ (al was het maar via inspecteurs en
met de omgeving.
circulaires) lopen het risico te vereenzamen. Wie springt er
In het bedrijfsleven zijn het de aandeelhouders die (via de raad van commissarissen) op het vinkentouw zitten als het niet goed gaat. Bedrijven moeten daarom hun shareholders value als uitgangspunt van het handelen nemen. In het
Marc Vermeulen (44) is hoogleraar scholing- en arbeidsmarktvraagstukken aan de Open
onderwijs zou je naar analogie hiervan kunnen spreken over
Universiteit in Heerlen. Hij is hier directeur van het Ruud de Moor Centrum voor
stakeholders value: de scholen moeten de mensen die een
professionalisering van onderwijsgevenden. Daarnaast is hij academic director van de
belang hebben bij hun functioneren (stakeholders) tevre-
opleiding strategisch management van onderwijs en educatie van de Tias Business school
denstellen. De uitdaging voor het onderwijs is om die stake-
(Universiteit van Tilburg)
holders zo slim mogelijk een stem te geven waarop de
PA G I N A 2 0
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
scholen moeten reageren. Dit zou heel goed kunnen door
gevoel hebben aan hun lot over gelaten te zijn of elke keer
het maatschappelijk middenveld dat in genetwerkte samen-
weer iets anders te moeten doen. Op die manier ook kun-
werkingsrelaties een aantal publieke taken oppakt. De
nen scholen en hun werknemers kennis en ervaring opbou-
grondleggers van het bijzonder onderwijs zullen het nooit in
wen die zo nodig is om hun professioneel handelen op een
de hiervoor gecursiveerde moderne termen geformuleerd
hoger plan te brengen.
hebben, maar ze hebben misschien wel een model voor onderwijsorganisatie neergezet dat in de 21ste eeuw verras-
Zo nadenkend over katholiek onderwijs knaagt er iets. Het is
send actueel zou kunnen zijn. Het zoeken van betrokkenheid
hetzelfde gevoel van twijfel als ik op kerstavond de klokken
van groepen die belang hebben bij goed onderwijs en zich
van de Sint Jan hoor: zou ik toch niet even naar de nachtmis
in willen zetten voor de organisatie ervan, lijkt in het bijzon-
gaan? Ik wil wel zingen, maar geen preek, wel de boom-
der onderwijs effectief te zijn (geweest). Het kan opnieuw
met-ballen-en-kaarsen, maar geen wierook. Voor de organi-
een alternatief bieden voor het ieder-voor-zich denken van
satie van onderwijs vergaat het me hetzelfde: ik wil wel
de marktideologen en voor de eindeloze traagheid van de
schoolbesturen die ervoor gaan, maar liever geen zendings-
staatsinterventies. Onderwijs heeft als opgave om snel te
drang. Wel scholen met een herkenbare missie, maar niet
reageren op wisselende wensen van de samenleving, zon-
met een gelijkhebberige ideologie of overtuiging. Wel een
der als een windvaan mee te draaien. Het moet tegemoet
duidelijke rol voor het maatschappelijke middenveld, maar
komen aan een steeds grotere variatie van wensen en
niet op verzuilde en machtspolitieke basis. Kortom ik denk
karakteristieken van leerlingen, zonder tot een soort cash
dat het model van het bijzonder onderwijs kansrijk is voor
and carry curriculum te vervallen. Dat vergt regie, visie en
de komende decennia en voor de in het onderwijs werkza-
volharding en daarin kunnen scholen beter in voorzien wan-
me professionals een uitdagende en richtinggevende omge-
neer ze een kritische maar constructieve gesprekspartner
ving kan bieden. Maar er moet wel ruimte komen voor
vinden in hun directe omgeving die zich in het bijzonder
nieuwe ideologische invullingen. Zeg maar zoals de levens-
verantwoordelijk voelt voor het wel en wee van de scholen.
beschouwelijke zuilen het deden, maar dan zonder leerstel-
Zo kiest een school z’n koers en biedt hij aan de professio-
ligheid en ook kleinschaliger. Inderdaad een soort katholiek
nals de richting voor hun handelen, zonder dat ze het
onderwijs zonder godsdienst. PA G I N A 2 1
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
De kracht van spiritualiteit De leergang ‘Leven is geboren worden; oog krijgen voor spiritualiteit’ combineert studie en persoonlijke bezinning. De leergang wil leraren en leidinggevenden een kwaliteitsimpuls bieden voor hun werk vanuit spiritualiteit. Het doel is dat zij meer zicht krijgen op hun eigen bewogenheid en op de koers die ze willen volgen in het vormgeven aan bezield (en/of christelijk) onderwijs. Niet meer, niet minder. Oog krijgen voor spiritualiteit, als fenomeen in relatie tot diverse aspecten van de samenleving en het persoonlijke leven, vraagt tijd. Tijd om te bezinken, tijd om in woorden en daden omgevormd te worden. Enkele impressies.
LIA VAN AALSUM
“Gedurende de cursus is er bij mij een gevoeligheid voor
Ruggesteun
spiritualiteit ontstaan. Vooral tijdens en na het weekend ont-
“Door de eerste twee kwadranten heen heb ik al enorm stil-
dekte ik de betekenis en de zin van dingen die we gelezen
gestaan bij mijn eigen spiritualiteit. Er was dus al iets op
en besproken hadden in de voorgaande lessen. Iemand
gang gekomen, waaraan ik in het weekend in het klooster
schrijft bijvoorbeeld dat ze elke dag een half uurtje ‘naar
nog eens extra aandacht kon geven. Ik vond het werkelijk
binnen wil gaan’. Tijdens de les over haar hoorde ik dat aan,
een groot cadeau om in alle stilte na te denken en verder te
nu begrijp ik dat gevoel een beetje. Ook het feit dat het
gaan (..) Hoe kun je gevoel voor spiritualiteit overbrengen
leven ons gegeven is, dat wij het bij elke hartenklop
op kinderen als je niet eens weet hoe je er zelf in staat?
opnieuw krijgen, is iets wat ik me steeds beter ga realiseren
Doordat ik nu op dat gebied zekerder in mijn schoenen ben
(..) Door deze leergang is er wel degelijk iets gebeurd met
komen te staan en een beter inzicht heb gekregen, weet ik
mij. De ervaring van ‘even helemaal één met mijzelf te zijn’,
dat ik ook meer bezield onderwijs kan en wil geven.
‘even naar binnen te gaan’ – hoe kort dat moment ook was –
Onderwijs is voor mij niet alleen het zo snel mogelijk door-
is voor mij het begin van iets nieuws. Het voelde intens en
worstelen van methodes omdat van hogerhand allerlei
heel rustig. Ik ben een erg druk en vluchtig persoon en ik
kerndoelen gehaald moeten worden. Onderwijs is voor mij
heb nu ervaren hoe het ook anders kan. Het is nieuw en het
achter elk paar ogen de ziel zoeken, laten merken dat we het
is nog maar het begin, maar de ervaring is er en die raak ik
alleen samen kunnen doen, van elkaar kunnen leren. Door
nooit meer kwijt. Hoe dat een plek krijgt in mijn manier van
daar over te praten met de groep en te weten dat zij er ook
onderwijs geven, is me nog volstrekt onduidelijk, maar dat
zo over denken, voel ik mij gesteund om op deze wijze door
komt wel”.
te gaan. Ook als andere leerkrachten daar anders over denken (..) Door kinderen ruimte te geven, hoop ik dat ze op een respectvolle manier met hun medemens zullen
In de leergang ‘Leven is geboren worden; oog krijgen voor spiritualiteit’ leren cursisten meer
omgaan. Niet omdat dat moet, maar omdat ze vanuit hun
zicht te krijgen op het fenomeen spiritualiteit en op de betekenis en de kracht ervan voor het
innerlijk bewogen worden. Ik hoop dat ze leren inzien dat
menszijn, godsdienst en onderwijs. Het geheel bestaat uit vier blokken of kwadranten en
we eigenlijk met z’n allen één zijn, zowel op spiritueel
beslaat een traject van 18 avonden en een weekend.
gebied als op andere gebieden. Juist in een maatschappij
Verrassend is wellicht dat de cursus niet begint met het verkennen van de eigen spiritualiteit,
die steeds harder lijkt te worden is dit nodig. Ik ben blij dat
maar dat dit gaandeweg wel een belangrijke rol gaat spelen. Het studiemateriaal met
ik voor de cursus gekozen heb. Het geeft me zoveel meer
belangrijke teksten en thema’s uit de geschiedenis van de spiritualiteit, de werkwijze en de
kracht om dat te doen wat ik voor kinderen belangrijk vind
opdrachten maken dat de cursisten steeds weer tot zowel nadenken als bezinning worden
(..) Dit is voor mijn gevoel nog maar het begin”.
gebracht. Niet alleen verkennen zij zo hun gedachten over en ervaringen met de religieuze dimensie van het leven, ook worden zij gevoed in hun eigen gevoeligheid voor het goddelijke,
Geborgen
voor de Grond van ons bestaan, voor de Aanwezige. In deze opbouw vormt het weekend een
“In het weekend heb ik gemerkt dat ik me kwetsbaar durfde
hoogtepunt, waarna de voorlopige afronding plaatsvindt in het laatste kwadrant waarin de
op te stellen. Niet alleen omdat ik wist dat ik in deze setting
relatie met het onderwijs wordt gelegd.
niet gekwetst zou worden, maar vooral omdat ik wist dat ik
PA G I N A 2 2
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
er van mezelf mocht zijn en ik dat gevoel ook van anderen
onze school zal blijven. Dat heb ik me gerealiseerd tijdens
Lia van Aalsum is theologe,
kreeg. Ook anderen mochten er zijn van mij. Dit is iets wat
de cursus, dat deed toen al erg veel pijn. Ik weet ook dat
projectontwikkelaar
ik ook meeneem in mijn houding naar anderen. Niet op een
waar ik ook terecht zal komen, ik overal zal proberen te ver-
Onderwijs & Spiritualiteit
mechanische manier, maar vanuit mijn hart (..) Ik weet dat ik
stillen, zal zoeken naar veiligheid, samen zoeken naar echte
aan de Pabo Groenewoud
voor de kinderen blijf knokken, ondanks hun gedrag en
waarden. Misschien graaf ik God nog wel eens op in mijn
Nijmegen en bezig met een
dankzij hun gedrag. (..) Ik merk en dat hoor ik ook van
put en zal ik daar iets mee kunnen binnen het onderwijs.
promotieonderzoek op het
anderen, dat kinderen zich bij mij geborgen voelen.
De cursus heeft me in ieder geval verdiept en nog meer
gebied van bijbelse spiritua-
Waarschijnlijk zouden ze zich dat ook voelen zonder dat ik
bezield. Daarvoor ben ik dankbaar.”
liteit aan de KUN.
deze cursus had gevolgd. Alleen wordt het mij nu duidelijker waarom dat zo is”.
Ontvankelijkheid “Door de leergang ben ik begonnen naar mijzelf te leren
Door-denken
kijken. Hoe denk ik over mijzelf, mijzelf in relatie tot anderen
“De cursus, als geheel en met de verschillende elementen,
dichtbij en verder weg? Er moest iets nog dieper in mij (en
heeft mij geleerd dat ‘spiritualiteit’ niet hoeft te gaan over
anderen) zitten en dat wilde ik ‘leren voelen’. Wat dat was,
vage, zweverige, alternatieve zaken en ook een helder
wist ik toen nog niet. En ik ging ontdekken dat het te maken
omschreven en bestudeerbaar fenomeen is (..) Twee noties
had met ‘leven is niet louter zijn, maar worden’. Bij de
zijn daarbij verhelderend voor mij. Dat de bron van spiritua-
mystici zag ik dat zij allemaal zo hebben geworsteld. Dat het
De leergang is ontwikkeld
liteit niet (alleen) uit jezelf komt, maar op je toekomt als van
een proces is dat niet vanzelf gaat. Je moet zelf alles ‘open’
door Lia van Aalsum onder
een overkant, en dus echt iets vreemds heeft, anders is dan
zetten, ontvankelijk willen worden en je eraan kunnen en
verantwoordelijkheid van
ik. En dat van deze bron een appèl uitgaat die een verande-
durven geven. Ik wil niet alleen aan de oppervlakte leven,
Pabo Groenewoud Nijmegen
ring in gang kan zetten, als je deze ervaring serieus wilt
maar bewust en met eerbied naar mijzelf en anderen (leren)
en met advies van het
nemen. Niet zozeer de aanzet, de spirituele ervaring, maar
kijken. Niet alleen thuis, maar ook in mijn werk. Respect
Titus Brandsma Instituut.
veel meer de verandering of omvorming mag ‘spiritualiteit’
stond bij mij toch wel bovenaan, maar door deze leergang
Informatie:
heten. Tegelijk blijven er vragen die stimuleren tot verder
heb ik gemerkt dat ik nog met veel vooroordelen bezig was,
www.ndo.han.nl of bel
nadenken en studeren. Bijvoorbeeld wanneer gaat het om
allerlei ‘vervuiling’ van buitenaf. Die ‘groei in ontvankelijk-
Lia van Aalsum,
echte spiritualiteit en wanneer om iets anders en hoe zou je
heid’ maakt ontvankelijk voor God. En dat het niet een God
Pabo Groenewoud
dat andere dan noemen: ‘knuffels halen’? (..) Ik denk dat de
ergens boven is, maar juist ín en áls die andere mens, dus
Nijmegen, 024 3 233 778
leergang een ontwikkeling die bij mij aan de gang was,
ook in mijzelf”.
(ma. en di.)
heeft versterkt. In mijn werk als begeleider helpt me dit om nog meer te zoeken naar de binnenkant bij de leerkrachten en niet te zeer bezig te blijven met de vorm, al is die niet onbelangrijk”.
Een nieuwe weg? “Ik heb het afgelopen jaar erg tegen dichte muren aan moeten boksen en daar was ik heel moe en teleurgesteld over (..) Door de cursus ben ik me uiteindelijk bewust geworden van het feit dat mijn warme, fijne veilige plek er niet meer is (..) Mijn laatste ‘gevecht’ ging over dogma’s: kiezen wij als school de kant van het kind in deze tijd of voor oude (..) regels? Je snapt het, na deze cursus zal ik nooit meer voor dogma’s kiezen. Het gevolg is dat ik misschien niet meer op PA G I N A 2 3
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Authentiek leiderschap In onze opleidingsdagen ontmoeten wij Jan, een rector van een grote school voor voortgezet onderwijs. Jan vertelt ons dat hij overweegt een docent te ontslaan omdat deze de gewoonte heeft systematisch destructief gedrag te vertonen naar kinderen en collega's. Jan beschouwt dit mogelijke ontslag als een pijnlijk, maar ook als noodzakelijk verlies. Hij vertelt dat hij als schoolleider wil bijdragen aan het gezond maken en houden van mensen op zijn school. Dat neemt niet weg dat hij een ‘onbestemd’ gevoel heeft over deze beslissing.
LAURA VAN GENNIP
Ook Frans, een collega van Jan, heeft zijn verhaal. Frans is
integriteit twee belangrijke waarden zijn. Hij vindt het van-
WIL KUIJPERS
een bescheiden man. Frans vertelt dat hij veel te maken
zelfsprekend dat mensen eerlijk zijn. Deze twee waarden
heeft met tegengestelde belangen en verwachtingen in zijn
zijn toetssteen voor zijn eigen handelen. Daarnaast wil
school. Op de vraag hoe hij hier mee omgaat, vertelt hij dat
Frans mensen geen pijn doen. Maar eerlijke beslissingen
integriteit en eerlijkheid voor hem belangrijke uitgangs-
zijn soms ook pijnlijke beslissingen. Daarom noemen
punten zijn. Navraag leert dat hij niemand te kort wil doen.
docenten hem soms niet integer. Een pijnlijke ervaring. We
Al snel blijkt dat hij vooral zichzelf hiermee te kort doet.
vragen Frans daarom waar hij in zijn persoonlijke geschie-
Het leiderschap is zwaar voor hem. Beide schoolleiders
denis het (onbewuste) besluit heeft genomen om altijd eer-
maken na de opleidingsdagen een afspraak met ons voor
lijk en integer te zijn. Na lang zoeken komen we terecht bij
supervisie. Jan en Frans hebben zo hun twijfels over hun
het thema pijn. Frans heeft in zijn persoonlijke geschiede-
handelwijze. Graag willen ze beter leren omgaan met een
nis veel te maken gehad met verlies en pijn. Zo heeft hij
aantal waarden waar ze voor staan maar die hun tegelijker-
een jonger broertje en een kind verloren. Zelf heeft hij die
tijd ook (psychisch) in de problemen brengt.
pijn nooit goed verwerkt. Het laatste wat hij wil is anderen pijn doen. Nog liever zelf pijn leiden (de interne ver-
Bewustwording
scheurdheid die hij voelt als hij een ‘eerlijke’ beslissing
Als adviseur/ opleider en supervisor van schoolleiders ont-
moet nemen als leider) dan zijn medewerkers opzadelen
moeten wij dagelijks (aspirant) leidinggevenden die hun
met een pijnlijke maar integere beslissing van de leider. Hij
redenen hebben om zich te gedragen zoals ze zich gedra-
besluit vanaf nu om bij moeilijke beslissingen op de eerste
gen. Op basis van hun ervaringen hebben ze een aantal
plaats eerlijk en integer te zijn naar zichzelf. Als hij volmon-
overtuigingen en waarden over zichzelf, hun collega’s en de
dig ja tegen zichzelf kan zeggen, "naar menselijke maat is
wereld ontwikkeld. Wij constateren dat met name vroege
dit een eerlijke en integere beslissing", dan kan hij voor-
ervaringen hiervoor de blauwdruk vormen. Het heeft ons
taan ook lastige en pijnlijke beslissingen voor anderen
noodgedwongen mild gemaakt voor uitingen van (waarde-
nemen en voelt het minder zwaar dan vroeger.
gedreven) leiderschap waarin wij ons maar met moeite kunnen vinden. Wij omschrijven waardegedreven leiderschap
Overtuiging
als leiderschap dat zich bewust is van zijn persoonlijke
Waarden komen vaak onbewust tot stand. Introspectie
missie, waarden en overtuigingen en deze heeft weten te
levert dan een verrassende conclusie op.
verbinden met de missie van de school. Maar we gaan nog
Ideeën die mensen of organisaties drijven, noemen we
Laura van Gennip
een stap verder. Deze leider is zich tevens bewust waar zijn
waarden. Het zijn diep verankerde beweegredenen (overtui-
(
[email protected])
waarden vandaan komen. Deze worden namelijk vaak
gingen) die dienen als maatstaf voor gedrag. Waarden
en Wil Kuijpers (w.kuij-
onbewust in de persoonlijke geschiedenis gevormd.
geven zin aan gedrag. Zoals bij Frans eerlijkheid en inte-
[email protected])
griteit. Als we spreken van waarden, gaat het om antwoor-
zijn beiden senior-adviseur
Botsende waarden
den op vragen als: waarom doen we wat we doen? Wat vin-
bij KPC Groep
In de supervisie vertelt Frans dat voor hem eerlijkheid en
den wij echt belangrijk? Waar willen wij in essentie mee
PA G I N A 2 4
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
We spreken van overlapping van waarden als de drager van waarden merkt dat er overeenstemming is met de waarden van anderen.
Gedeelde waarden Naarmate de overlapping en de complementariteit in een organisatie groter zijn voelt de drager zich meer op zijn plaats, neemt zijn betrokkenheid toe en kan hij systeemgerichter werken. Gedeelde waarden geven een organisatie een spirituele verankering die vooral als het moeilijk wordt van onschatbare waarde is. Het maakt samenwerken een stuk gemakkelijker, terwijl je goed van mening kunt verschillen over aanpak, tactiek, strategie en zelfs beleid. Sterker nog je kunt veel beter omgaan met die verschillen van mening omdat verschillen niet splitsend hoeven te werken. Daarvoor is wel een continue dialoog nodig. Neem nu eerlijkheid en integriteit. Wij vertelden Frans dat het naar onze mening weinig eerlijk en integer van Frans is om geen lastige feedback aan zijn docenten te geven. De docent mist zo de kans om met die lastige feedback zijn voordeel te doen als hij dat zou willen. In een school zijn verschillende dragers van waarden: het individu, de afdeling (sector – locatie e.d.), de school, de samenleving, de dominante coalitie (de groep die in de ogen van de drager, het meest recht van spreken heeft: geloof, ouders e.d.). Het is naar onze mening de taak van de schoolleider om van iedere drager te analyseren wat de waarden zijn die ze vertegenwoordigen en te zoeken naar overlapping, complementariteit en kloven. Een proces wat in feite voortdurend aandacht vraagt en wat nooit af zal zijn.
Waardegedreven vragen Ieder mens heeft een aantal kernwaarden. Meestal wenst hij hieromtrent geen compromis te sluiten. Wij stellen in onze opleidingsdagen en supervisiegesprekken met schoolleiders soms de vraag: Als jouw school wordt bedreigd met ophefbezig zijn. De meeste waarden ontstaan bij mensen, zoals in
fing, wat zijn dan de laatste zaken die je wilt opgeven? Een
het voorbeeld, op grond van een incident waar de persoon
variant: noem drie situaties uit de afgelopen vijf jaar waarin
een besluit aan koppelt. Daarom is het zo lastig om
je als leider belangrijke waarden hebt verdedigd.
Nog liever zelf pijn leiden
waarden op te leggen aan anderen. Dat kan alleen op kunst-
In onze ontmoetingen met schoolleiders zijn we vooral op
dan zijn medewerkers
matige wijze (indoctrinatie). We kunnen niet voor een ander
zoek naar verhalen, gebeurtenissen en incidenten van de
opzadelen met een pijnlijke,
zin geven aan gebeurtenissen. Kiezen voor een bepaalde
leider waarin zijn persoonlijke waarden naar voren kwamen.
maar integere beslissing
waarde is steeds een persoonlijk identificatieproces.
Op zoek dus naar vaak onbewuste, dieperliggende waarden.
van de leider
Waarden neemt men niet over als een of andere techniek.
Het onbewuste proberen bewust te maken. Waarom?
Een waarde is daarvoor te diep verankerd in ons totale zijn.
Leiders worden door hun medewerkers vooral beoordeeld op hun handelen.
Ve r v o l g o p p a g i n a 2 6
PA G I N A 2 5
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
Ve r v o l g v a n p a g i n a 2 5
>
NUMMER 2
Dus dient een leider zich af te vragen waarom hij handelt
Wat moeten leiders doen om een collectief systeem van
zoals hij handelt. Door zich als leider bewust te zijn van zijn
betekenis in te voeren:
waarden en waar ze vandaan komen neemt de kracht en
Creëer een gevoel van doelgerichtheid voor de medewer-
geloofwaardigheid als leider toe.
kers. Doe dit door luid en duidelijk de toekomstvisie
Vragen die bij dit zoekproces kunnen helpen: waarom wil ik
en de fundamentele doelstelling te verwoorden.
zo graag schoolleider zijn? Wil ik macht hebben? Waarom?
Creëer een gevoel van zelfbeschikking. Medewerkers zijn
Wat wil ik tot stand brengen met mijn invloed als leider?
niet louter een pion in het grote geheel, maar men-
Wat zijn mijn drijfveren in mijn dagelijkse handelen? Wat is
sen die hun eigen keuzen kunnen maken.
mijn unieke kwaliteit als leider? Waarin wil ik anderen bezielen? Welk voorbeeld geef ik door mijn persoonlijke levenswandel aan anderen? Wat hoop ik dat mensen op mijn afscheidsreceptie zullen zeggen? Leiders die antwoorden
Geef medewerkers invloed. Iedere medewerker moet er van overtuigd zijn dat zijn acties werkelijk belangrijk zijn voor de organisatie. Bevorder een gevoel van competentie bij de medewerkers,
hebben gekregen op dit soort vragen durven zichzelf een
zodat zij ervaren dat ze persoonlijk groeien en zich
taak te geven. Waarom ben ik hier op deze wereld? Wat heb
ontwikkelen.
ik te doen? Een schoolleider: "Mijn taak is om anderen te onderwijzen/ iets te leren. Ik heb het gevoel dat er is sprake
Ontwikkel een sterk gevoel van individuele waarden en gemeenschappelijke waarden.
van een bestemming. Het lijkt wel of ik een ‘stem’ volg". In feite gaat het om authentiek leiderschap. Authentiek Terugkijken
beschrijft, toegepast op een organisatie, een plek waarin
Jan vertelt in de supervisie hoe hij en zijn klasgenootjes
leiders het goede voorbeeld geven. Leidinggevenden kun-
getiranniseerd werden door meester De Vries toen hij in de
nen niet alleen het HOE duidelijk en overtuigend overbren-
tweede klas van de lagere school zat. Ondanks het feit dat
gen, maar ook WAAROM iets gebeurt, waardoor ieders taak
hij goed kan leren is hij als de dood voor deze bullebak,
betekenis krijgt. Leidinggeven aan ‘sense-making’ is een
zoals hij hem noemt. Als hij voor het bord moet komen,
belangrijke opdracht van de leider. Hierbij gaat het om bete-
krijgt hij steevast een black-out. Zelfs de eenvoudigste tafel-
kenis geven en betekenis ontlenen aan zaken die in een
tjes van vermenigvuldiging vergeet hij. Regelmatig slaat
school spelen. Dit leidt tot een meer gezonde organisatie,
meester De Vries er met de stok op los. Terwijl Jan het ver-
dat wil zeggen ‘vol levenskracht’, waarin medewerkers zich
haal vertelt voel je emotie, pijn en machteloosheid bij hem.
gevitaliseerd voelen door hun werk en een gevoel van even-
Jan vertelt dat hij als kind het besluit heeft genomen dat hij
wicht en compleetheid ondervinden. Zij schromen zelfbe-
later zou afrekenen met alle meesters De Vriezen die hij op
oordeling op de werkplek niet, zijn autonoom, initiatiefrijk
Literatuur waardoor wij ons bij het
zijn pad zou tegenkomen. En nu is het zo ver. Op zijn school
en creatief. Echt gezonde en waarde(n)volle organisaties
schrijven van dit artikel lieten
werkt een eerstegraads docent die hem (onbewust) doet
bieden een tegengif tegen stress, vergroten de verbeel-
inspireren:
herinneren aan meester De Vries. Ongezond gedrag van
dingskracht en creativiteit, dragen bij aan een bevredigen-
Kets de Vries M, ‘Leiderschap
deze docent tolereert Jan niet. Hij weet immers aan den
der leven en bevorderen een goede balans tussen werkend
ontraadseld’, Amsterdam,
lijve hoe dit voelt. Jan weet wat hem te doen staat. Deze
bestaan en privé-leven.
Nieuwezijds, 2001.
man ontslaan. Startpunt is de persoonlijke en professionele groei van de
Weisfelt P., ‘Nestgeuren’, Baarn, Nelissen, 1996.
Zelfinzicht
leider zelf zijn. Hij zal zichzelf en zijn gedragingen moeten
Kinds Egbert L., ‘De Hearthunter’,
Met dit ‘terugkijken om vooruit te kunnen kijken’ verstevi-
willen doorgronden, hoe pijnlijk dat ook kan zijn. Hij zal
Schiedam, Scriptum, 2000.
gen we bij schoolleiders gaandeweg hun zelfinzicht, zelfma-
moeten leren voldoende zelfvertrouwen te hebben om zijn
Offman D, ‘Kernachtig’, Schiedam,
nagement, sociale bewustzijn en relatiemanagement.
medewerkers in het middelpunt van de belangstelling te
Scriptum, 2001.
Hierdoor kunnen zij zichzelf en anderen effectiever motive-
plaatsen. Een waarde(n)volle uitdaging, zo lijkt ons.
Schuijt L., ‘Met ziel en zakelijkheid’,
ren en gaan ze beter functioneren, omdat ze beter in staat
Schiedam, Scriptum, 2001
zijn de principes van irrationeel gedrag te volgen.
Broeck van den H., ‘Lerend manage-
Leidinggevenden die zich bewust zijn van hun persoonlijke
ment’, Tielt, Lannoo Scriptum, 1996.
waarden, zullen binnen hun organisatie ruimte creëren voor betekenisgeving.
PA G I N A 2 6
Alle namen in dit artikel zijn gefingeerd.
REFLEXIEF
>
JUNI 2003
>
NUMMER 2
Ve r v o l g v a n p a g i n a 1 9
In een provinciestadje in Ecuador heeft ze vier jaar Engels
COLOFON
gegeven waarbij het Spaans als moedertaal fungeerde, maar het meest wezenlijke voor haar was dat ze de strijd aanbond met de kale instructiemethode die bij het lesgeven daar gebruikelijk is en het slechts letterlijk mogen toetsen van de gebruikte voorbeelden. En dat stond nog los van de
Reflexief is een uitgave van de Nederlandse Katholieke Schoolraad, forum voor katholiek onderwijs. Reflexief verschijnt driemaandelijks en wordt gratis toegezonden aan schoolbesturen en schoolmanagement, relaties in het onderwijs, de politiek, het maatschappelijk leven en de media. U kunt zich ook abonneren op Reflexief.
afkeer van het marchanderen met resultaten en cijfers dat voor de kinderen van de enkele gegoede burgers vanzelfsprekend was. In Nairobi (Kenia) moest ze haar eigen lesmateriaal maken voor de lessen die ze daar enkele jaren gaf aan een Nederlandse basisschool, die de kinderen moest voorbereiden op het Engelstalig vervolgonderwijs. Nu, in Enschede, is het vanzelfsprekend dat ze in de lesplanning tijd vrij laat voor werken met lesmateriaal dat op maat gesneden wordt voor de leerlingen. En dat ze tijd neemt om met de leerlingen hun werk na te bespreken en te evalueren. Dat levert weer een eigen leerervaring op. In één van
REDACTIE Bartho Janssen (hoofredacteur) Gerrit-Jan Meulenbeld (eindredacteur) Irma Verbeek (redactieassistent) Merian van Broekhoven Thom Geurts Frank Seller Wilbert van Walstijn VASTE MEDEWERKER Bert ten Berge s.j.
de videofilmpjes in het portfolio is te zien dat bij zo’n nabespreking naar voren kwam dat zij, als docent, te veel accent legde op wat niet (zo) goed was en de positieve opmerkin-
FOTOGRAFIE Marc Gijsbers
gen pas op het einde kwamen en wat mager waren bovendien. Ze signaleert dat als een leermoment. Die spiegelfunc-
VORMGEVING
tie noemt Marian een belangrijke waarde van een portfolio.
Ontwerpwerk, Den Haag
Bij Martijn van Kooten is er in het portfolio meer aandacht
DRUK
voor de groei van zijn competenties en van zijn aanpak van
Drukkerij Berne, Heeswijk
het klasseklimaat. Martijn wil tussen de kinderen staan, goed kunnen luisteren naar hun verhalen en naar hun vra-
REDACTIEADRES
gen. Maar dat wel binnen de aandacht voor de inviduele
Stadhouderslaan 7
aanpak en individuele groei die horen bij zelfstandigheids-
Postbus 82068
bevordering. Ook hier zijn de videofilmpjes zeer illustratief.
2508 EB Den Haag
Eén ervan toont het gedrag van Martijn als buiten beeld een
t. 070 3568115
jongen begint te huilen omdat-ie een rekenopgave niet
f. 070 3467486
opgelost kan krijgen. Martijn laat tijdens de uitleg aan een
[email protected]
meisje in de klas merken dat hij het hoort, zegt dat-ie komt,
www.nksr.nl
maar dat eerst de uitleg aan het meisje moet worden afgerond en vraagt even geduld. Vervolgens wordt eerst de rela-
ABONNEMENTENADMINISTRATIE
tie met het angstige jongetje weer hersteld, de jongen
Reflexief kost € 12,50 per jaar, los nummer € 3,75.
bemoedigd, voor de uitleg ook maar aan de orde komt.
Voor informatie en losse nummers: Irma Verbeek, t. 070 3568115,
[email protected]
Beiden, Marian en Martijn, hebben of maken in hun werk ook ruimte voor andere competenties en willen dat weten.
COPYRIGHT
Marian organiseert muziekdagen voor (goede) amateurs en
Overname van artikelen of gedeelten daarvan is toegestaan na voorafgaande toestemming
vraagt haar leerlingen daaraan mee te doen, wat ze ook
van de redactie en met bronvermelding.
doen. Martijn zet de musical in de school neer als een feest
ISSN 1570-2588
voor kinderen, want leren is voor kinderen een feest. PA G I N A 2 7
DORUS GERRITSE
De onderwijsgevende moet tenminste één talent
(Uit: Een broekzak vol, onderwijs als onthullen van
hebben en dat is liefde-voor-iets onder het oog
rijkdom, 1980)
van het kind. Anders gezegd: hij moet bij het kind kunnen zijn en onder diens oog de rijkdom van de dingen herkennen, die het kind aanreikt. Hij hoeft nog niet eens zelf rijkdom aan te reiken. het kind brengt het mee, maar de onderwijsgevende moet dit laten bestaan. Dat ‘laten bestaan’ mogen we niet verstaan als achteloosheid. Hij laat die rijkdom alleen bestaan, als hij die zelf ook als rijkdom ondergaat. Daarmee heeft de onderwijsgevende reeds een zeer belangrijke bijdrage in de ontwikkeling van het kind, omdat hij door deze ‘bevestiging’ de ontvankelijkheid voor waarden bij het kind laat groeien.