Hoorn ~W
Registratienummer-
: 12.38185
~W
Registratiedatum 31/10/2012 Aanmaakdatum 27/09/2012
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiin)
GEMEENTE
Behoort bij oplegger: 12.38121
Raadsvoorstel 27/09/2012
12.38185
i Afd.
Ambt.
Raadsvoorstelnr.
Portefeuillehouder : wethouder de heer drs. R.J. Louwman Programmabegroting : 8. Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting Steller Afdeling
: G.T.M. Visser : Stadsontwikkeling - RWE
Telefoonnummer Email Document retour:
: 0229-252464 :
[email protected] Ja
Onderwerp: Beleidsregel 'Gemeentelijk Antennebeleid 2 0 1 2 ' Agendering: Ter besluitvorming Actie: Vaststellen beleidsregel 'Gemeentelijk Antennebeleid 2 0 1 2 ' . Stukken ter inzage: • Beleidsregel 'Gemeentelijk Antennebeleid 2 0 1 2 ' 12.38187 Rapport veldsterktemeting locaties Sterrenweg, Gangwerk, Astronautenweg, Alexanderstraat, 12.13389 Stan Kentonhof en Sint Martinusstraat 12.38189 • Verslag informatiebijeenkomst 26 januari 2012 11.33460 • Brief Monet d.d. 17 juni 2011 over de kwaliteit van het mobiele netwerk in Hoorn
Gevraagd besluit: Vaststellen beleidsregel 'Gemeentelijk Antennebeleid 2 0 1 2 ' . De beleidsregel is voor wat betreft de hoofdstukken 1 t/m 4 vooral informatiei van Karakter. De beleidsvrijheid van de gemeente betreft met name de redactie van hoofdstuk 5 (gemeentelijk antennebeleid), waarvan de kernpunten zijn, dat: • de binnenstad zich niet leent voor het plaatsen van vrijstaande zendmasten; • ook voor de woonwijken in beginsel een restrictief beleid geldt; voor die gebieden kan wel - in overleg met de wijkorganen - een uitzondering worden gemaakt als alternatieven ontbreken; • voor bedrijventerreinen, kantoorlocaties en sportterreinen ruimere plaatsingsmogelijkheden gelden; • gestreefd moet worden naar site-sharing (meerdere providers in één mast); • de plaatsing op bestaande gebouwen en andere hoge objecten uitdrukkelijk de voorkeur heeft; • de installaties geen afbreuk mogen doen aan de visuele kwaliteit van een gebouw en de omgeving; • bij in aanmerking komende nieuwbouw rekening dient te worden gehouden met integratie van de installatie. Samenvatting Om mobiel te kunnen communiceren zijn antennes nodig. Om te komen tot een verantwoorde stedenbouwkundige, landschappelijke en maatschappelijk inpassing van antenne-installaties is beleid ten aanzien van de locatiekeuze nodig. Dit beleid is laatstelijk door de raad vastgesteld op 12 maart 2002. Dit beleid is voor wat betreft ondermeer de hoofdstukken 'Wet- en regelgeving', 'Antenne-installaties en gezondheid' en 'Soorten antennetoepassingen' volledig achterhaald. Reden waarom wordt voorgesteld het beleid te vernieuwen. Vanwege de gevoeligheid van het onderwerp in relatie tot de bezorgdheid over gezondheidsrisico's is op 26 januari 2012 een brede informatiebijeenkomst gehouden over het onderwerp. Voorafgaand aan die bijeenkomst zijn er op zes locaties binnen de gemeente door het Agentschap Telecom veldsterktemetingen verricht. Uit die metingen bleek dat de straling op die locaties ver onder de landelijk afgesproken blootstellingslimieten blijft. In dezelfde periode is ook in de werkgroep UMTS met de providers gesproken over de 'gaten' in het Hoornse netwerk. Naar aanleiding van dat overleg zijn in de richting van de providers (KPN, T-Mobile en Vodafone) acties uitgezet om de gaten zo verantwoord mogelijk in te vullen. Dat overleg krijgt een vervolg zodra aanvragen worden ingediend die buiten het omgevingsvergunningvrije regime vallen. Vaststelling van de nota 'Gemeentelijk Antennebeleid 2 0 1 2 ' hoeft daar niet op te wachten. printdatum: 05-12-2012
:
2 van! Registratienummer Afdeling
12.38185 STO - RWE
Raadsvoorstelnr. : Steller :G.T.M. Visser
Portefeuillehouder
wethouder de heer drs. R.J. Louwman
Programmabegr.
:8. RO en W H
Raadsvoorstel
Ten opzichte van de 'Beleidsnotitie Zendmasten' uit 2002 wijzigt het in hoofdstuk 5 vormgegeven plaatsingsbeleid niet of nauwelijks. De focus blijft gericht op maximale site-sharing en plaatsing op bestaande gebouwen en antennemasten. Met name voor wat betreft de plaatsing in de woongebieden is het realiseren van antennemasten de laatste optie. Bij dergelijke aanvragen worden altijd de wijkoverlegorganen betrokken (zie onderdeel 'procedure' in paragraaf 6.1).
1.
Inleiding: reden van het voorstel Aanleiding De aanleiding voor het schrijven van het voorstel is dat het bestaande beleid uit 2002 gedateerd is voor wat betreft de hoofdstukken 'Wet- en regelgeving', 'Antenne-installaties en gezondheid' en 'Soorten antennetoepassingen'. Belang Het belang van de vaststelling van de nieuwe beleidsregel is dat er weer een actueel kader is voor enerzijds de informatie van de burger en anderzijds de toetsing van de aanvragen van de providers voor het oprichten van antenne-installaties voor mobiele telefonie. Centrale vraag De politiek-bestuurlijke centrale vraag die moet worden beantwoord is aan welke plaatsingseisen antenne-installaties voor mobiele telefonie moeten voldoen.
2.
Beoogd maatschappelijk resultaat Het beoogd maatschappelijk resultaat is een zorgvuldige plaatsing van antenne-installaties voor mobiele telefonie.
3.
Kaders Op dit moment zijn er in Hoorn 64 antenne-installaties voor het onderhouden van het netwerk voor mobiele telefonie opgesteld. Het merendeel van deze installaties is vergunningsvrij gerealiseerd. Voor wat betreft het vergunningstraject van omgevingsvergunningplichtige installaties zijn de Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de wettelijke kaders en voorziet het bestemmingsplan in samenhang met de vast te stellen beleidsregels het concrete ruimtelijke kader voor het toetsen van de aanvragen. In de huidige versie van de Hoornse bestemmingsplannen is het oprichten van antenne-installaties tot een maximale hoogte van 40 meter toegestaan met toepassing van een afwijkingsregel. Als voorwaarde is geformuleerd dat slechts medewerking wordt verleend als het bouwplan voldoet aan het gemeentelijk beleid met betrekking tot zendmasten.
4.
Argumenten Zonder antennes kan niet mobiel gecommuniceerd worden Mobiele communicatie maakt in Nederland de laatste jaren een ongekende groei door. Burgers en bedrijven hechten veel belang aan een ruime beschikbaarheid en goede toegankelijkheid van mobiele communicatie. Naast dit algemene belang is er ook een groot maatschappelijk belang voor goede mobiele communicatie, zoals de bereikbaarheid van de hulpdiensten. Zonder antennes kan er niet mobiel gecommuniceerd worden. Door het toenemende aantal gebruikers en aanbieders van mobiele communicatienetwerken is er sprake van een groeiende vraag naar plaatsingsmogelijkheden voor antenne-installaties. Vaak kunnen antenne-installaties geplaatst worden op bestaande bouwwerken, waardoor deze (meestal) omgevingsvergunningvrij kunnen worden geplaatst. Indien er geen bestaande hoge bouwwerken aanwezig zijn, moeten dergelijke installaties in speciale masten worden geplaatst. Het plaatsen van vrijstaande masten voor antenne-installaties is omgevingsvergunningplichtig. Om te komen tot een verantwoorde stedenbouwkundige, landschappelijke en maatschappelijk inpassing van deze masten is beleid ten aanzien van de locatiekeuze noodzakelijk.
printdatum: 05-12-2012
3 van 6 Registratienummer Afdeling
: 12.38185 : STO - RWE
Raadsvoorstel™. : Steller :G.T.M. Visser
Portefeuillehouder
: wethouder de heer drs. R.J. Louwman
Programmabegr.
:8. RO en W H
Raadsvoorstel
Dit beleid, verwoord in de beleidsregel Zendmasten, is laatstelijk vastgesteld op 12 maart 2002. Dit beleid is voor wat betreft de informatie over techniek, wetgeving en (mogelijke) risico's voor de gezondheid echter volledig achterhaald. Reden waarom wordt voorgesteld het beleid te actualiseren. Inhoud beleidsregel In de voorliggende nieuwe beleidsregel gaan de hoofdstukken 1 t/m 3 over techniek, wet- en regelgeving en gezondheid en de hoofdstukken 4 t/m 6 over de tegengestelde belangen, het gemeentelijk antennebeleid met gebiedsgerichte uitgangspunten en het communicatiebeleid dat de gemeente met betrekking tot het plaatsen van vergunningsplichtige antenne-installaties voor ogen heeft. Zoals hiervoor al is aangegeven betreft de beleidsvrijheid van de gemeente met name de invulling van de hoofstukken 5 (gemeentelijk antennebeleid) en 6 (communicatie). In paragraaf 5.4 ten slotte zijn aanvullende regels geformuleerd voor de plaatsing van antennes aan of bij een monument en in het beschermd stadsgezicht. Antennes aan of bij een monument zijn altijd vergunningplichtig. Naast de vereiste omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen is dan tevens een omgevingsvergunning voor de activiteit wijzigen monument vereist. Dit geldt ook voor het plaatsen van antenne-installaties in het als 'beschermd stadsgezicht' aangewezen deel van de gemeente, de binnenstad. Antenne-installaties mogen geen afbreuk doen aan de waarde van monumentale gebouwen of beschermde gebieden. Plaatsing van een antenne op, aan of bij een monument of cultuurhistorisch gebouw of gebied dient daarom zorgvuldig te worden bekeken. Er van uitgaande dat het zorgvuldig gebeurt heeft het plaatsen van een antenne-installatie op een monument of cultuurhistorisch gebouw de voorkeur ten opzichte van plaatsing op een locatie met een woonfunctie. Er moet echter wel duidelijk worden aangetoond dat er geen alternatieven (andere bouwwerken, geen monument of woongebouw zijnde) zijn. 5.
Maatschappelijk draagvlak Tegengestelde belangen Wat opvalt aan de huidige gang van zaken rond het uitbreiden van het mobiele netwerk, is het naast elkaar bestaan van twee tegengestelde wensen. Ten eerste wil de consument kunnen rekenen op een betrouwbaar netwerk, dat een hoge kwaliteit levert. Ten tweede wil diezelfde consument de antenneinstallatie niet in zijn directe (woon)omgeving gesitueerd zien vanwege de eventuele effecten op de gezondheid en ontsiering van de omgeving. Met name ten aanzien van het tweede aspect, ontsiering van de omgeving, kan deze nota 'Gemeentelijke Antennebeleid 2 0 1 2 ' zijn nut bewijzen. Van belang hierbij is vast te stellen dat de belangen van de verschillende partijen voor een groot gedeelte samenvallen. Zo willen bewoners en gemeenten geen 'woud' aan antennes. De telecomoperators willen dat ook niet. Zij willen niet meer en niet minder dan een efficiënt netwerk, dat een goede werking heeft door een juiste strategische plaatsing van antenne-installaties. Als de belangen op de juiste wijze worden gecombineerd is het resultaat: geen 'woud' aan antennes, maar een netwerk dat evenredig verdeeld is over de gemeente, dat een zo groot mogelijk gebruiksgemak biedt en dat gerealiseerd is met een efficiënt gebruik van middelen. Informatiebijeenkomst 26 januari 2012 Vanwege de tegengestelde belangen en de publieke- en politieke belangstelling is op 26 januari 2012 een brede informatiebijeenkomst gehouden over het onderwerp. Voor die bijeenkomst waren sprekers van het Antennebureau (informatiebureau van de rijksoverheid), de GGD, Monet (vereniging die namens de netwerkoperators KPN, T-Mobile en Vodafone de plaatsing van antennes afstemt met overheden) en Stop UMTS (kritisch informatieplatform over electromagnetische straling). Het verslag van die bijeenkomst treft u aan als bijlage bij dit voorstel.
printdatum: 05-12-2012
4 van 6 Registratienummer Afdeling
: 12.38185 : STO - RWE
Raadsvoorstelnr. : Steller :G.T.M. Visser
Portefeuillehouder
: wethouder de heer drs. R.J. Louwman
Programmabegr.
:8. RO en W H
Raadsvoorstel
Uitkomst veldsterktemetingen Vanwege de voortdurende discussie over mogelijk gezondheidsrisico en het ontbreken van informatie over de sterkte van de straling van de antenne-installaties voor mobiele telefonie zijn begin 2012 op een 6-tal locaties binnen de gemeente veldsterktemetingen verricht door het Agentschap Telecom. De resultaten van die metingen zijn in bijgaande tabel weergegeven. Als conclusie van de metingen kan worden vastgesteld dat het stralingsniveau bij alle meetpunten ver onder de toegestane veldsterkte blijft. Gemeten veldsterkte in Nederland niet hoger dan in landen met een hogere veiligheidsfactor De blootstellingslimieten zijn vastgesteld door de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP). Deze commissie bestaat uit een groep onafhankelijke wetenschappers. ICNIRP heeft internationale richtlijnen vastgesteld voor de blootstelling van de mens aan elektromagnetische velden in het frequentiegebied van 0 Hz tot 300 GHz. Binnen dit gebied vallen ook de frequenties voor mobiele telecommunicatie (100 kHz tot 300 GHz). In 1999 heeft de Raad van Europa de richtlijnen van ICNIRP aanbevolen aan haar lidstaten. Nederland hanteert de richtlijnen van ICNIRP. Voor GSM 900 is de limiet 41 Volt per meter (V/m), voor GSM 1800: 58 V/m en voor UMTS: 61 V/m. Om de blootstellingslimieten te berekenen, is gebruik gemaakt van de zogenaamde SAR-waarde (Specific Absorption Rate). Dit is een maat voor de hoeveelheid energie die door het lichaam wordt opgenomen als het zich in een elektromagnetisch veld bevindt. Als er te veel energie-opname is, dan zorgt dit voor verwarming. Op basis van wetenschappelijke gegevens is vastgesteld dat bij langdurige blootstelling aan elektromagnetische velden de lichaamstemperatuur niet meer dan 1 graad celsius mag toenemen. Is dit wel het geval, dan kunnen er gezondheidsproblemen ontstaan. ICNIRP heeft berekend dat als de SAR-waarde onder de 4 Watt per kilogram (W/kg) blijft, deze gezondheidseffecten voorkomen worden. Om er zeker van te zijn dat niemand, dus ook kwetsbare groepen zoals kinderen, zwangere vrouwen, ouderen en zieken, te veel wordt opgewarmd door radiogolven, is een veiligheidsmarge toegepast. Voor het algemene publiek geldt een veiligheidsfactor van 50, voor de beroepsbevolking een factor 10. Ondanks dat er geen wetenschappelijke aanwijzingen zijn dat de veiligheidsfactor 50 van de ICNIRPlimiet niet voldoende is, is er een aantal landen die voor een hogere veiligheidsfactor kiezen. Voorbeelden zijn Italië, waar een limiet van 6 V/m geldt, en België, waar is voorgesteld om de limiet te verlagen naar 3 V/m. Overigens is de gemeten veldsterkte in deze landen net zo hoog als in de landen, waaronder Nederland, die wel de ICNIRP-limieten hanteren. Zoals hiervoor al is aangegeven worden alle door het Agentschap Telecom gedane metingen gepubliceerd op de website van het Antennebureau. Uit die informatie blijkt dat nergens in Nederland de blootstellingslimieten op publiek toegankelijke plaatsen worden overschreden. Op straatniveau wordt meestal tussen de 0,5 en 3 Volt per meter gemeten. In woningen is dit in de meeste gevallen 1 Volt per meter of minder. In Hoorn zijn op dit moment overigens al 64 antenne-installaties voor mobiele telefonie geplaatst: 24 GSM 900-installaties, 8 GSM 1800-installaties en 32 UMTS-installaties. Wat gaan we doen aan de 'gaten' in het netwerk? Bij brief van 17 juni 2011 hebben de gezamenlijke providers aangegeven problemen te hebben met het plaatsingsbeleid van de gemeente in de woongebieden. Hierdoor zijn in de komende tijd serieuze problemen te verwachten met de beschikbaarheid van de mobiele netwerken binnen de gemeente, ledere antenne kan maar een beperkt aantal gesprekken tegelijk aan. Door het toenemende aantal gebruikers en aanbieders van mobiele communicatienetwerken raken die antennes overbelast en is uitbreiding van het aantal antenne-installaties nodig. Binnen de woongebieden zijn die lastig te plaatsen omdat de woongebieden overwegend bestaan uit woningen in maximaal twee bouwlagen met kap. Bovendien is plaatsing op de zeldzame hogere woongebouwen in die gebieden afhankelijk van de toestemming van de meerderheid van de bewoners. Door negatieve publicaties over het
printdatum: 05-12-2012
5 van 6 Registratienummer Afdeling
12.38185 STO - RWE
Raadsvoorstelnr. : Steller :G.T.M. Visser
Portefeuillehouder
wethouder de heer drs. R.J. Louwman
Programmabegr.
:8. RO en W H
Raadsvoorstel
gezondheidsrisico binnen de gemeente wordt die toestemming vaak geweigerd. In de komende periode zullen wij samen met de providers in gesprek gaan met de woningcorporaties en de huurdersverenigingen om te proberen door middel van overdracht van kennis en bijvoorbeeld het maken van afspraken over het stralingsniveau bij die organisaties weer een basis voor plaatsing te kunnen bewerkstelligen. Als dat gesprek niet tot resultaat leidt dan is zorgvuldige plaatsing van een vrijstaande mast in de woongebieden wellicht het laatste alternatief. KPN zoekt al enige tijd een opstelplek voor een antenne-installatie in het gebied Risdam-Zuid. Die plek wordt ingevuld door gebruik te maken van de C2000-mast van de politie. Met de politie is afgesproken dat na installatie van de antenne de straling wordt gemeten. Wellicht kan kan een dergelijke werkwijze - inzicht verkrijgen in het werkelijke niveau van de straling - de zorg voor het gezondheidsrisico tot proporties terugbrengen. Vraag werkgroep UMTS met betrekking tot monitoren gezondheidsrisico Door de wijkvertegenwoordigers van de werkgroep UMTS is gevraagd bij de uitwerking van het plaatsingsbeleid voor de 'gaten' in het mobiele netwerk ook de GGD en de huisartsen te betrekken. Het is bekend dat de GGD periodiek de schooljeugd van 4 tot 19 jaar monitort. De vertegenwoordiger van de GGD heeft aangegeven dat in dat kader ook aandacht wordt besteed aan zaken als 'de hele klas heeft hoofdpijn'. Bekeken zal worden of het onderwerp ook bij de kring van huisartsen op de agenda kan worden geplaatst. 6.
Financiële consequenties n.v.t.
7.
Communicatie De beleidsregel wordt bekend gemaakt in het Gemeenteblad en het Westfries Weekblad en is vooris in te zien op de website www.overheid.nl.
8.
Realisatie De beleidsregel treedt in werking na publicatie in het Gemeenteblad.
Hoorn,
1 1 DEC. 2012
het college van burgemeester en wethouders van Hoorn,
v -. de secretaris,
printdatum: 05-12-2012
6 van 6 Registratienummer Afdeling
12.38185 STO - RWE
Raadsvoorstelnr. : Steller :G.T.M. Visser
Portefeuillehouder
wethouder de heer drs. R.J. Louwman
Programmabegr.
:8. RO en W H
Raadsvoorstel
Bijlage I / Uitkomst veldsterktemetingen 12 januari 2012
Locatie
Netwerk
Frequentie (MHz)
Niveau (V/m)
Sterrenweg
GSM-900 UMTS
932,12 2165
0,180 0,028
Toegestane veldsterkte (V/m) 41 61
Het Gangwerk
GSM-900 GSM-1800 UMTS
935 1810 2167
0,20 0,022 0,075
41 58 61
Astronautenweg
GSM-900 GSM-1800 UMTS
942 1887 2163
0,29 0,18 0,12
41 58 61
Alexanderstraat
GSM-900 GSM-1800 UMTS
897,5 1896,3 2170
0,079 0,062 0,10
41 58 61
Stan Kentonhof
GSM-900 GSM-1800
931,5 1897,5
0,033 0,029
41 58
Sint Martinusstraat
GSM-900 GSM-1800 UMTS
929,6 1890 2164,9
2,57 0,036 0,11
41 58 61
Al eerder - in 2006 - zijn veldsterktemetingen verricht naar de straling ten gevolge van de antennemast aan de IJsselweg ten opzichte van de woningen aan de Jaques Bloemhof. Bij die meting is een hoogste veldsterkte van 1,25 V/m (UMTS) gemeten.
printdatum: 05-12-2012