Raadsvoorstel Aan Raadsvergadering Agendanummer Datum collegebesluit Onderwerp 0.
: : : : :
Raad van Geertruidenberg 18 december 2014 09 11 november 2014 Verordeningen en tarieven gemeentelijke belastingen 2015
Samenvatting
Voor het belastingjaar 2015 dienen de verordeningen en tarieven voor de gemeentelijke belastingen en heffingen te worden vastgesteld. 1.
Aanleiding
In uw vergadering van 30 oktober 2014 heeft u de gemeentebegroting vastgesteld. Hierbij zijn wel de belastingopbrengsten maar niet de tarieven opgenomen. Hierbij treft u daarom de besluiten aan inzake de tarieven. Bij de berekening van de tarieven is rekening gehouden met het gestelde in de begroting 2015. Bij de behandeling van de begroting is de vraag gesteld over de kostendekkendheid van de belastingen en heffingen. In de bijlagen zijn overzichten opgenomen inzake de kostendekkendheid per belastingsoort met uitzondering van de onroerende zaakbelastingen. Gezien de nieuwe wijze van bekendmaking per 1 januari 2014 (Wet elektronische bekendmaking) is het aan te raden om per 1 januari steeds nieuwe verordeningen in werking te laten treden. Het publiceren van een gehele verordening is eenvoudiger dan het publiceren van een wijzigingsverordening. Tevens is dit ook bevorderlijk voor de leesbaarheid. Vandaar dat aan u nieuwe verordeningen worden aangeboden. Inhoudelijk zijn ze gelijk gebleven, daar waar wel een wijziging heeft plaatsgevonden zal het worden vermeld. De tarieven zoals in het voorstel en de daarbij behorende besluiten opgenomen kunnen afwijkingen in de afronding naar boven of naar beneden geven. Dit omdat een aantal tarieven per maand geheven worden en dus deelbaar moeten zijn door 12. 2.
Motivering
I. Reinigingsheffingen Afvalstoffenheffing Uit de begroting 2015 blijkt dat de netto lasten van de reinigingsdienst huisvuil, de milieustraat en containermanagement € 2.299.035 zijn. Ten opzichte van 2014 geeft dit een relatieve stijging van 5%. Absoluut geeft dit een stijging van ongeveer € 109.000,- welke grotendeels wordt veroorzaakt door hogere kosten als gevolg van aanbesteding oud papier (€ 51.000,-) en de invoering van een belasting op storten en/of verbranden van afval (€ 66.000,-). Een berekende relatieve vermeerdering van de kosten met 5%, houdt echter niet in dat de tarieven ook met dit percentage stijgen. Door het feit dat gedifferentieerde tarieven voor de afvalstoffenheffing worden gehanteerd is bij de berekening van de tarieven rekening gehouden met de laatst bekende gegevens met betrekking tot aantallen en/of samenstelling huishoudens en andere parameters.
De tariefberekeningen op basis van de 100% doorbelasting van de kosten aan de huishoudens geven aan dat de tarieven ten opzichte van de tarieven voor 2014 met gemiddeld 4,8% stijgen. Voor het in gebruik hebben van restafval containers of g.f.t.-containers, boven het getal van één, is voor 2014 een bedrag verschuldigd van € 137,04 per container. Voorgesteld wordt dit bedrag te verhogen met 1,5% naar een bedrag van € 139,08. Terugbetaling afvalstoffenheffing 2013 In uw vergadering van 25 september 2008 heeft u onder andere besloten dat afwijkingen ten opzichte van de begroting in het jaar X + 2 worden gecompenseerd. Uit het jaarverslag 2013 blijkt dat er sprake is van een meeropbrengst van € 12.400,51. Voorgesteld wordt om voor het jaar 2015 een bedrag van in totaal € 12.400,51 in mindering te brengen op de aanslag gemeentelijke belastingen inhoudende een restitutie afvalstoffenheffing. Milieustraat In de verordening zijn de bedragen opgenomen welke in rekening worden gebracht voor het achterlaten van afvalstoffen aan het milieubrengstation aan de Forellenweg te Raamsdonksveer. Het betreft diverse tarieven per kilo. Voorgesteld wordt om voor het jaar 2015 de tarieven te handhaven. In bijlage 1 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Afvalstoffenheffing”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de reinigingsheffing stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2015”; b. de tarieven van de afvalstoffenheffing voor het belastingjaar 2015 alsmede de teruggave 2013 als volgt vast te stellen: 2014
1- persoonshuishouden 2- persoonshuishouden 3- persoonshuishouden meer- persoonshuishouden extra container Extra aanbieding container
II.
€ € € € € €
176,04 227,16 250,44 322,92 137,04 8,00
Teruggave 2012 € € € €
4,58 5,91 6,52 8,40
Amendement Kadernota 2014 € € € €
10,62 13,71 15,11 19,48
2015
€ € € € € €
184,44 238,08 262,32 338,52 139,08 8,00
Teruggave 2013 € € € €
1,01 1,30 1,43 1,84
Rioolheffing
De rioolheffing geschiedt vanuit twee gezichtspunten: een heffing van de eigenaar en een heffing van de gebruiker. De heffing heeft het karakter van een bestemmingsheffing waarmee kosten kunnen worden verhaald om maatregelen te treffen die de gemeente noodzakelijk acht voor een doelmatig werkende riolering en overige maatregelen ten aanzien van hemelwater en grondwater. Dit betekent dat het individuele profijt van de heffing door de gemeente niet meer hoeft te worden aangetoond. De gemeente kan de kosten verhalen die ze maakt voor het nakomen van de zorgplichten uit de Wet verankering en bekostiging van gemeentelijke watertaken. De voorzieningen waarvan de kosten kunnen worden verhaald, sluiten aan bij de maatregelen die de gemeente in het kader van het verbreed gemeentelijke rioleringsplan (VGRP+) onderneemt. Dit kunnen maatregelen met een collectief of individueel karakter zijn. Van belang is dat de gemeente aannemelijk kan maken dat de maatregelen van belang zijn voor het nakomen van de zorgplichten.
Door de gemeenteraad is op 29 september 2011 het verbreed gemeentelijk rioleringsplan 2011-2015 vastgesteld. De berekeningen behorende bij het VGRP+ 2011-2015, welke zijn gebaseerd op een looptijd van 50 jaar, geven aan dat de eerstkomende jaren de tarieven rioolheffing met gemiddeld 3% en het inflatiepercentage zullen moeten stijgen. Afgesproken is dat periodiek het VGRP+ zal worden herzien om de ontwikkelingen van de kosten en tarieven tijdig bij te kunnen stellen. Voor het belastingjaar 2015 worden de tarieven betreffende de rioolheffing verhoogd met 4,5% (3% stijging VGRP+ en 1,5% inflatie). In bijlage 2 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Rioolheffing”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de rioolheffing stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening rioolheffing 2015”; b. de tarieven voor de rioolheffing voor het belastingjaar 2015 als volgt vast te stellen: 2014 187,36 €
2015 195,79
Eigendom
€
1 persoonshuishouden 2 persoonshuishouden 3 persoonshuishouden meer persoonshuishouden
€ € € €
45,00 60,48 69,36 95,52
€ € € €
46,92 63,12 72,48 99,72
€ € € € € € € €
95,52 243,12 429,60 736,80 1.433,40 2.455,20 7.371,96 12.275,88
€ € € € € € € €
99,72 254,04 448,92 769,92 1.497,84 2.565,60 7.703,64 12.828,24
Bedrijven: 0350 500 1.000 2.000 5.000 10.000 -
III.
350 m3 500 m3 1.000 m3 2.000 m3 5.000 m3 10.000 m3 50.000 m3 >50000 m3
Onroerende zaakbelasting
Het verschil tussen de onroerende zaakbelastingen (ozb) en de reinigingsheffing en de rioolheffing is dat de onroerende zaakbelastingen algemene dekkingsmiddelen zijn en de reinigingsheffing en de rioolheffing retributies. Het verschil tussen een algemeen dekkingsmiddel en een retributie is gelegen in het feit dat bij retributies er een rechtstreeks verband bestaat tussen de hoogte van de heffing en de uitgaven in het kader van een betreffende activiteit. Bij algemene dekkingsmiddelen ontbreekt deze relatie. Vanaf 1 januari 2007 moet de gemeente de WOZ-waarde van onroerende zaken jaarlijks vaststellen. Vanaf 2008 ligt de peildatum 1 jaar voor de aanvang van het kalenderjaar waarvoor de waarde geldt. Voor 2015 wordt er gewaardeerd naar de peildatum 1 januari 2014. Voor het belastingjaar 2015 vind er op dit moment een hertaxatie plaats om te komen tot nieuwe waarden per 1 januari 2015. In de Kadernota 2015 is aangegeven dat de opbrengst onroerende zaakbelasting de komende jaren, ieder jaar wordt verhoogd met 1,5%. In de begroting 2015 is een opbrengstverhoging ten opzichte van 2014 opgenomen van 1,5%.
Woningen Op dit moment is de herwaardering naar waardepeildatum 1 januari 2014 voor het belastingjaar 2015 in volle gang. In de meicirculaire van het gemeentefonds 2014 is een marktontwikkeling tussen 1-1-2013 en 1-1-2014 bij woningen geschat op een daling van 3%. Dit op basis van informatie die de Waarderingskamer heeft verzameld. Voor Geertruidenberg betekent dit een waardevermindering van ongeveer € 56.000.000 naar een bedrag van € 1.900.000.000. In paragraaf A behorende bij de begroting 2015 is uitgegaan van een WOZ-waarden voor woningen van € 1.900.000.000 en een tarief van 0,1235%. In de begroting 2015 is een opbrengst voor onroerende zaakbelasting woningen opgenomen van € 2.345.051. Dit is een opbrengststijging van1,5% conform het coalitieprogramma en de begroting 2015. Niet-woningen Op dit moment is de herwaardering naar waardepeildatum 1 januari 2014 voor het belastingjaar 2015 in volle gang. In de meicirculaire van het gemeentefonds 2014 is een marktontwikkeling tussen 1-1-2013 en 1-1-2014 bij niet-woningen geschat op een daling van 3,5%. Dit op basis van informatie die de Waarderingskamer heeft verzameld. Voor Geertruidenberg betekent dit een waardevermindering van ongeveer € 27.000.000 naar een bedrag van € 744.000.000. In paragraaf A behorende bij de begroting 2015 is uitgegaan van een WOZ-waarden voor niet woningen van € 744.000.000 en een tarief voor eigenaren van 0,2181% en voor gebruikers 0,1735%. De 1,5% opbrengststijging van de onroerende zaakbelasting geeft voor 2015 een opbrengst voor onroerende zaakbelastingen gebruiker niet-woningen van € 1.290.178 en voor de eigenaar een bedrag van € 1.622.595. Voor de onroerende zaakbelasting gebruiker niet-woningen wordt in de begroting rekening gehouden met leegstand en het amendement De Pater voor een bedrag van € 90.000, zodat er in de begroting een netto opbrengst is opgenomen van € 1.200.178. Samenvattend voor de onroerende zaakbelastingen stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening onroerende zaakbelastingen 2015”; b. de tarieven voor de onroerende zaakbelastingen voor het belastingjaar 2015 als volgt vast te stellen:
OZB woning eigendom OZB niet-woning eigenaar OZB niet-woning gebruik
2014 0,1179 % 0,2138 % 0,1700 %
2015 0,1235 % 0,2181 % 0,1735 %
Lastendruk Bovenstaande tarieven afvalstoffenheffing, rioolheffing en onroerende zaakbelasting betekenen voor een gezin bestaande uit 3 personen en een eigen huis met een WOZ waarde van € 211.000 voor 2014 en € 205.000 voor 2015 het volgende:
3-persoonshuishouden (eigenaar)
2014
2015
2015
begroting woz waarde woning
€
211.000
€
205.000
€
205.000
OZB eigendom
€
248,77
€
253,18
€
253,18
Rioolrecht gebruik
€
69,36
€
72,48
€
72,48
Rioolrecht eigendom
€
187,36
€
195,79
€
195,79
Afvalstoffenheffing
€
250,44
€
262,92
€
262,32
€
755,93
€
784,37
€
783,77
Terugbetaling afvalstoffenheffing (Kadernota 2014)
€
15,11-
€
€
Restitutie afvalstoffenheffing
€
6,52-
€
€
1,43-
€
734,30
€
€
782,34
Totaal
IV.
784,37
Hondenbelasting
Het uitgangspunt voor de hondenbelasting in de begroting 2015 is om de tarieven met 1,5% te verhogen. De verordening ondergaat een wijziging in “Artikel 3 Vrijstelling” De wijziging houdt verband met het vervallen van het Honden- en kattenbesluit 1999 per 1 juli 2014 en het in werking treden van het Besluit houders van dieren. Het gaat om een tekstuele aanpassing van de vrijstelling voor honden in een hondenasiel en voor honden die bedrijfsmatig voor verkoop of aflevering worden gehouden. In het eerste lid is een definitie van ‘hondenasiel’ opgenomen zoals stond in het vóór 1 juli 2014 geldende Honden- en kattenbesluit 1999 en daaraan toegevoegd dat de locatie als inrichting moet zijn aangemeld overeenkomstig artikel 3.7, eerste lid, van het Besluit houders van dieren. Dit betekent dat de vrijstelling alleen geldt voor bedrijfsmatige asielopvang, zoals ook het geval was vóór 1 juli 2014. In het tweede lid zijn de vrijstellingen opgenomen. Deze zijn gelijk aan de “Verordening hondenbelasting 2014” en zijn daar waar nodig tekstueel aangepast aan het sinds 1 juli 2014 geldende Besluit houders van dieren. In bijlage 3 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Hondenbelasting”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de hondenbelasting stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening hondenbelasting 2015”; b. de tarieven voor de hondenbelasting voor het belastingjaar 2015 als volgt vast te stellen:
Eerste hond Tweede hond Iedere volgende hond Kennel
V.
€ € € €
2014 47,07 145,20 145,20 335,88
€ € € €
2015 47,76 147,48 147,48 340,92
Precariobelasting
De precariobelasting is een belasting voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond. Belastingplichtig is degene die één of meer voorwerpen heeft onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, dan wel degene ten behoeve van wie die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn. Voor het belastingjaar 2015 worden de tarieven conform de uitgangspunten van de begroting trendmatig verhoogd met 1,5%.
Naar aanleiding van het college-advies over “Verhuur grond ten behoeve van de frituurwagen op de Markt” is besloten om voor de locatie van de frituurwagen (Heereplein) eenzelfde constructie en tariefsopbouw te hanteren zoals toegepast bij de frituurwagen op de Markt in Geertruidenberg. Dit houdt in dat voor 2015 het te betalen bedrag in totaal € 3.500,-- moet zijn. Het tarief is verhoogd van € 120,00 per m2 per jaar naar een bedrag van € 140,00 per m2 per jaar. In bijlage 4 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Precariobelasting”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de precariobelasting stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening precariobelasting 2015”; b. de tarieven inzake de precariobelasting vast te stellen zoals in de bij de verordening opgenomen tarieventabel. VI.
Havengelden
De gelden die worden geheven onder de titel van deze verordening betreffen de vergoedingen voor het innemen van een vaste ligplaats in de gemeentelijke Jachthaven. Conform de uitgangspunten in de begroting 2015 is uitgegaan van een trendmatige verhoging van het tarief met 1,5%. In bijlage 5 “Overzicht inkomsten en uitgaven “Havengelden”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de havengelden stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening havengelden 2015”; b. de tarieven voor de havengelden voor het belastingjaar 2015 als volgt vast te stellen: 2014 Aan de gemeentelijke steiger met voorzieningen per ligplaats < 12 m2 per ligplaats > 12 m2 Aan de gemeentelijke steiger zonder voorzieningen per ligplaats < 12 m2 per ligplaats > 12 m2 Niet aan gemeentelijke steiger: per roeiboot per ligplaats < 30 m2 per ligplaats > 30 m2
VII.
2015
€ €
306,72 € 642,60 €
311,28 652,20
€ €
219,00 € 555,36 €
222,24 563,64
€ € €
130,32 € 162,84 € 242,88 €
132,24 165,24 246,48
Binnenhavengelden
Momenteel kan de beroepsbinnenvaart gebruik maken van twee ligplaatsvoorzieningen, te weten die in de kern Geertruidenberg (Timmersteekade) en die in de kern Raamsdonksveer (Reenweg). Naast de gemeentelijke jachthaven in Raamsdonksveer wordt ook de passantenhaven aan ’t Scheepsdiep geëxploiteerd. Tevens is er sprake van een aantal aanlegplaatsen in de rivier “De Donge”. Conform de uitgangspunten in de begroting 2015 is uitgegaan van een trendmatige verhoging van het tarief met 1,5%. In bijlage 6 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Binnenhavengelden”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage.
Samenvattend voor de binnenhavengelden stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening binnenhavengeld 2015”; b. de tarieven voor de binnenhavengelden voor het belastingjaar 2015 als volgt vast te stellen: 2014
2015
Vracht- en vissersschepen per ton per dag per ton per weekeinde per ton per week per ton per maand per ton per kwartaal per ton per jaar
€ € € € € €
0,025 0,048 0,074 0,230 0,574 1,736
€ € € € € €
0,026 0,049 0,075 0,234 0,583 1,762
Passagiersschepen en sleepboten per m2 per dag per m2 per weekeinde per m2 per week per m2 per maand per m2 per kwartaal per m2 per jaar
€ € € € € €
0,028 0,056 0,088 0,274 0,827 2,488
€ € € € € €
0,029 0,056 0,089 0,279 0,539 2,525
Passantenhaven ’t Scheepsdiep per vaartuig per m1 per nacht
€
1,184 €
1,201
VIII.
Leges
Met ingang van 1 januari 2011 is aangesloten bij de model tarieventabel van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Gelet op artikel 229b van de Gemeentewet en de (on)mogelijkheden tot kruissubsidiëring als gevolg van de Europese Dienstenrichtlijn en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht is de tarieventabel in drie titels onderverdeeld: - titel 1 Algemene dienstverlening; - titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning; - titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn. Ten aanzien van de tarieven van de Leges kan in zijn algemeenheid worden gesteld dat deze trendmatig zijn verhoogd met 1,5%. Slechts daar waar het uit het oogpunt van kostendekkendheid, danwel wettelijke voorschriften niet mogelijk is dit percentage te hanteren is een afwijkend percentage gehanteerd. Voor 2015 zijn de titels in de tabel doorgerekend op de kostendekkendheid. Door Involon is voor 2015 een doorberekening gemaakt van de kostendekkendheid van de leges. De kostendekkendheid van de leges in titel 1 ligt, bij doorberekening van de begroting 2015 rond de 87,8%, titel 2 ligt rond de 73,4 % en titel 3 rond de 2,3%. Titel 1 Algemene dienstverlening In een aantal onderdelen zijn tarieven opgenomen voor het verstrekken van een kopie of scan. De tarieven zijn al een aantal jaren niet aangepast en zijn nu verhoogd met € 0,05.
Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand. Gebruik eigen Buitengewoon Ambtenaar Burgerlijke Stand Bij het voltrekken van een huwelijk of voor het registreren van een partnerschap wordt steeds vaker een verzoek ingediend om gebruik te maken van een zelf uitgekozen persoon, die daartoe eenmalig wordt benoemd als ambtenaar van de Burgerlijke stand. Voor de hieraan verbonden werkzaamheden worden geen kosten in rekening gebracht. In onderdeel 1.1.8 wordt hier nu een bedrag voor opgenomen van € 50,-. Annuleren of verplaatsen huwelijk of partnerschapsregistratie Steeds vaker komt het voor dat de datum en/of het tijdstip van de huwelijksvoltrekking of de registratie van het partnerschap wordt geannuleerd dan wel wordt verzet. Bij het annuleren van een huwelijksvoltrekking of een registratie van het partnerschap worden geen leges in rekening gebracht, omdat er geen sprake is van een voltrekking of registratie. Vaak zijn er door de gemeente al wel kosten gemaakt. In onderdeel 1.1.9 wordt, voor zowel het annuleren als het verzetten een bedrag opgenomen van € 30,-. Hoofdstuk 2 Reisdocumenten De nieuwe maximumtarieven voor reisdocumenten, zoals die in de aanpassing van het besluit paspoortgelden zijn vastgelegd, zijn nog niet verwerkt. De tarieven zijn nog niet bekend. Door de reikwijdte van artikel 10 van de Legesverordening is het college bevoegd deze aanpassing door te voeren. Steeds vaker wordt er bij het verstrekken van een reisdocument gevraagd of er een beschermhoesje verstrekt kan worden. Met ingang van 1 januari 2015 is het mogelijk om een hoesje aan te schaffen, hiervoor zijn in onderdeel 1.2.7 een tweetal tarieven opgenomen. Het gaat om € 1,15 voor een hoesje voor een paspoort en € 1,00 voor een hoesje voor een identiteitskaart. Hoofdstuk 3 Rijbewijzen Het maximumbedrag voor een rijbewijs bedraagt € 38,48. Het tarief in de gemeente Geertruidenberg is voor 2013 € 37,00, voor 2014 € 37,50 voor 2015 wordt het tarief met 1,5% verhoogd naar een afgerond bedrag van € 38,00. Steeds vaker wordt er bij het verstrekken van een rijbewijs gevraagd of er een beschermhoesje verstrekt kan worden. Met ingang van 1 januari 2015 is het mogelijk om een hoesje aan te schaffen, hiervoor is in onderdeel 1.3.4 een tarief opgenomen van € 1,00 per hoesje. Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning Inhoudelijk hebben er geen wijzigingen plaatsgevonden. De tarieven zijn daar waar mogelijk met 1,5% verhoogd. Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning onderdeel 2.3.6 Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten. De bestemming Waarde-cultuurhistorie in bestemmingsplannen Dongeburgh 2012 en Kom Geertruidenberg 2012 schrijft voor dat schuine daken van hoofd-, aan- en bijgebouwen in beschermd stadsgezicht moeten worden afgedekt met gegolfde gebakken pannen of met leien. Het aanbrengen van zonnepanelen op zulke daken levert strijd op met dit voorschrift. De bestemmingsplannen bieden een binnenplanse afwijkmogelijkheid als afwijken aanvaardbaar is en na advies van de monumentencommissie. Waar zonnepanelen buiten het beschermd stadsgezicht vergunningsvrij zijn, zijn deze vanwege de Wabo in het beschermd stadsgezicht vergunningsplichtig qua bouwactiviteit. Vanwege deze vergunningsplicht en de welstandsnota moeten plannen voor zonnepanelen in beschermd stadsgezicht voor de bouwactiviteit sowieso ter advisering worden voorgelegd aan de monumentencommissie. De advieskosten van die commissie zijn al verdisconteerd in de leges vanwege die vergunning. Daarmee zijn in essentie ook de kosten vanwege de genoemde binnenplanse afwijking reeds aldus afgedekt. Vanuit klantvriendelijkheid en ook om de plaatsing van zonnepanelen in beschermd stadsgezicht (mits uiteraard aanvaardbaar) vanuit het belang van duurzame energie te stimuleren is het passend om in dit geval geen leges te heffen voor de bedoelde binnenplanse afwijking. In onderdeel 2.3.6.4 is bovenstaande vrijstelling opgenomen.
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese Dienstenrichtlijn. Inhoudelijk hebben er geen wijzigingen plaatsgevonden. De tarieven zijn daar waar mogelijk met 1,5% verhoogd. In bijlage 7 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Leges”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de leges stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Legesverordening 2015”; b. de tarieven inzake leges voor het belastingjaar 2015 vast te stellen zoals in de bij de verordening opgenomen tarieventabel. IX.
Lijkbezorgingsrechten
Wij stellen u voor de lijkbezorgingsrechten conform de richtlijnen van de begroting slechts trendmatig met 1,5% te verhogen en daarbij de tarieven afronden op € 0,50. In bijlage 8 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Lijkbezorgingsrechten”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de lijkbezorgingsrechten stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening lijkbezorgingsrechten Geertruidenberg 2015”; b. de tarieven inzake de lijkbezorgingsrechten 2015 vast te stellen zoals in de bij de wijzigingsverordening opgenomen tabel. X.
Marktgelden
De gemeente heeft een drietal weekmarkten op drie verschillende locaties: het Heereplein te Raamsdonksveer, de Markt te Geertruidenberg en de Oude Melkhaven te Raamsdonk. Zoals bekend staan de weekmarkten in heel Nederland onder druk. Het aantal marktkooplieden neemt af en de markten krimpen zienderogen in. Dit heeft weer zijn weerslag op het winkelend publiek, waardoor als het ware een negatieve spiraal ontstaat. Om de markten in onze gemeente te behouden, voor zowel het winkelend publiek als de marktkooplieden, wordt enerzijds gezocht naar mogelijke uitbreiding van assortiment en aanverwante artikelen (brocante) anderzijds worden de tarieven voor het marktgeld op een redelijk niveau gehandhaafd. Voorgesteld wordt om de tarieven voor 2015 echter toch te verhogen. In bijlage 9 “Overzicht geraamde uitgaven en inkomsten “Marktgeld”” is een overzicht gegeven van de uitgaven en inkomsten en het dekkingspercentage. Samenvattend voor de marktgelden stellen wij u voor: a. vast te stellen de “Verordening marktgelden 2015”; b. de tarieven voor het marktgeld voor het belastingjaar 2015 als volgt vast te stellen:
Standplaats per 4-meter per dag Marktkraam per dag (excl. B.T.W.) Marktkraam per kwartaal bij een afgesloten kwartaalabonnement (excl. B.T.W.)
€ € €
2014 5,45 € 5,00 € 52,50 €
2015 5,55 5,00 52,50
Elektriciteit per plaats per dag Elektriciteit per kwartaal bij een afgesloten abonnement
€
1,00 €
1,00
€
12,00 €
12,00
3.
Financiële consequentie(s)/risico('s)
Met de opbrengsten van bovenstaande belastingvoorstellen is rekening gehouden in de begroting 2015. Opgemerkt wordt wel dat de precariobelasting in verband met de economische crisis onder druk staat en al een paar jaar naar beneden is bijgesteld. 4.
Juridische consequentie(s)/risico('s)
Indien de verordeningen en tarieven niet worden vastgesteld zullen de verordeningen en tarieven voor 2014 blijven gelden. 5.
Communicatie
Publicatie van de verordeningen en besluiten vindt plaats in het GVOP (gemeenschappelijke voorziening officiële overheidspublicaties), het elektronische gemeenteblad. Tevens wordt de vaststelling gepubliceerd op de website van de gemeente, in de wekelijkse elektonische nieuwsbrief en in 'De Langstraat'. 6. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 7.
Bijlagen Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht Overzicht
geraamde geraamde geraamde geraamde geraamde geraamde geraamde geraamde geraamde
uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven uitgaven
en en en en en en en en en
inkomsten inkomsten inkomsten inkomsten inkomsten inkomsten inkomsten inkomsten inkomsten
“Afvalstoffenheffing” “Rioolheffing” “Hondenbelasting” “Precariobelasting” “Havengelden” “Binnenhavengelden” “Leges” “Lijkbezorgingsrechten” “Marktgelden”
Voorstel
Wij stellen u voor Vaststellen: a) b) c) d) e) f) g) h) i) j) k) l)
de "Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2015", zoals vermeld onder punt I; het besluit “terugbetaling afvalstoffenheffing 2013”, zoals vermeld onder punt I; de "Verordening rioolheffing 2015", zoals vermeld onder punt II; de "Verordening onroerende zaakbelasting 2015", zoals vermeld onder punt III; de "Verordening hondenbelasting 2015", zoals vermeld onder punt IV; de "Verordening precariobelasting 2015", zoals vermeld onder punt V; de "Verordening havengelden 2015", zoals vermeld onder punt VI; de "Verordening binnenhavengeld 2015", zoals vermeld onder punt VII; de "Legesverordening 2015", zoals vermeld onder punt VIII; de "Verordening lijkbezorgingsrechten Geertruidenberg 2015", zoals vermeld onder punt IX; de "Verordening marktgelden 2015", zoals vermeld onder punt X; deze verordeningen en besluiten na vaststelling bekend te maken en na bekendmaking in werking te laten treden.
Een ontwerpbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Het college van Geertruidenberg, de secretaris, de burgemeester,
R.C.J. Nagtzaam
drs. W. van Hees