P V K I N F O R M AT I E I N F O R M AT I E O V E R D E W E T TO E Z I C H T N AT U R A - U I T VA A RT V E R Z E K E R I N G S B E D R I J F
Januari 2002
Informatie over de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf 1 Inleiding
natura-uitvaartverzekering sluit. Volgens de definitie van de WTN zijn dit “overeenkomsten van verzekering in verband met de verzorging van de uitvaart van de mens die uitsluitend strekken tot het verrichten van andere dan geldelijke prestaties.” Van bedrijfsmatigheid is sprake indien de verzekeringen worden gesloten met iedereen of iedereen behorend tot een bepaalde groep. Niet bepalend is het eventuele winstoogmerk. Ook instellingen die louter uit ideële motieven verzekeringen sluiten, zijn verzekeraar. Het feit dat de instelling haar verplichtingen heeft herverzekerd laat onverlet dat de instelling zelf (directe) verzekeraar kan zijn. Sluit de instelling echter niet voor eigen risico maar bemiddelt zij voor een andere instelling, dan is zij zelf geen verzekeraar. De andere instelling draagt dan het verzekeringsrisico.
Verzekeraars die het naturauitvaartverzekeringsbedrijf uitoefenen zijn sinds 1 januari 1996 onderworpen aan het toezicht volgens de bepalingen van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf (WTN). Het toezicht op grond van deze wet is opgedragen aan de Pensioen- & Verzekeringskamer (PVK). Deze brochure is bedoeld als een eerste kennismaking met de WTN voor nieuwe natura-uitvaartverzekeraars. Ook overheidsinstanties, collega-toezichthouders en studenten behoren tot de doelgroep. Deze brochure gaat in op de vraag op wie de wet van toepassing is (en op wie juist niet) en op de financiële en juridische voorschriften voor naturauitvaartverzekeraars.
2 Op wie is de WTN van toepassing?
Het is verboden het naturauitvaartverzekeringsbedrijf uit te oefenen zonder vergunning van de PVK. De PVK heeft de bevoegdheid te beslissen of er
Verzekeraar als bedoeld in de WTN is in beginsel elke instelling die als bedrijf voor eigen rekening overeenkomsten van 3
sprake is van uitoefening van het natura-uitvaartverzekeringsbedrijf. Tegen een dergelijke beslissing kan bij de PVK bezwaar worden gemaakt. Daarna is beroep mogelijk bij de Rechtbank te Rotterdam en hoger beroep bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven in Den Haag.
bescheiden volstaat hiertoe niet. In dat geval moeten de leden dus elk individueel afstand doen van hun rechten alvorens de onderlinge zich kan omzetten in een instelling zonder afdwingbaar recht.
2.2 Uitzondering voor kleine bestaande ondernemingen De WTN is niet van toepassing op alle op 1 januari 1995 al bestaande natura-uitvaartverzekeraars met de rechtsvorm van een onderlinge of een vereniging die ook als zodanig werkzaam waren toen de WTN op 1 januari 1996 in werking trad en die minder dan drieduizend meerderjarige verzekerden hebben. Aan alle vier genoemde voorwaarden moet cumulatief zijn voldaan. Het betreft hier dus een gesloten groep van instellingen die geheel buiten toezicht valt. Nieuw opgerichte verzekeraars vallen ongeacht hun grootte wel volledig onder toezicht. Op verzekeraars waarvan het aantal meerderjarige verzekerden op enig moment uitstijgt boven de drieduizend is de WTN op dat moment volledig en blijvend van toepassing.
2.1 Afdwingbaar recht Voor verzekeren moet sprake zijn van juridisch afdwingbare rechten en verplichtingen tussen verzekeraar en verzekerden. Heeft een instelling de verzorging van de uitvaart niet de vorm gegeven van een afdwingbaar recht, dan valt zij niet onder de WTN. Dit betreft bijvoorbeeld uitvaartverenigingen die alleen werkzaam zijn op basis van onverplichte solidariteit (nabuurhulp). De mogelijkheden voor een bestaande verzekeraar om zich te transformeren naar een instelling zonder afdwingbare verplichtingen zijn wettelijk beperkt. Betreft het een onderlinge waarborgmaatschappij, dan moet de bevoegdheid om door een besluit wijzigingen aan te brengen in de overeenkomsten met de leden namelijk in die overeenkomsten duidelijk zijn voorbehouden. Een verwijzing naar statuten, reglementen of andere 4
3 Welke voorschriften gelden bij de aanvraag van een vergunning?
2.3 Keuze WTN of WTV 1993 Natura-uitvaartverzekeraars kunnen in beginsel in aanmerking komen voor een vergunning op grond van de WTN of van de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, afgekort WTV 1993. Zij kunnen hiervoor kiezen door een aanvraag in te dienen voor hetzij een WTN-vergunning, hetzij een WTV 1993-vergunning. Een keuze voor de ene wet sluit de werking van de andere wet op de betrokken verzekeraar uit. Een eenmaal gemaakte keuze is overigens niet bindend. Het is mogelijk later van regime te veranderen. Het voordeel van een WTV 1993-vergunning is dat de verzekeraar zijn product tevens in andere lidstaten van de Europese Unie kan aanbieden. Ook mag hij meerzijdige producten aanbieden, zoals kapitaaluitkeringen bij overlijden. Een keuze voor de WTN betekent daarentegen lichtere financiële eisen dan volgens de WTV 1993 (zie paragraaf 4). Bovendien mag een WTN-verzekeraar fondsvormingcontracten sluiten (zie paragraaf 5), hetgeen voor een WTV 1993-verzekeraar niet is toegestaan. Een aparte brochure over de WTV 1993 is bij de PVK te verkrijgen.
Een vergunning moet worden aangevraagd door middel van een door de PVK vastgesteld formulier. Een dergelijk formulier is bij de PVK verkrijgbaar. Bij het formulier voor natura-uitvaartverzekeraars met zetel in Nederland moeten de navolgende bijlagen worden gevoegd: – een authentiek afschrift van de akte van oprichting, de statuten en reglementen; – een programma van werkzaamheden, bestaande uit de volgende onderdelen: – een opgave van de aard van de te sluiten overeenkomsten – een uiteenzetting over de leidende beginselen op het gebied van de herverzekering – bewijsstukken waaruit blijkt dat de verzekeraar beschikt over het vereiste minimumgarantiefonds of de vereiste solvabiliteitsmarge indien deze hoger is – een raming van de kosten voor de inrichting van de administratie en het productienet en voor de eerste drie komende boekjaren tevens 5
ramingen van: - de liquiditeitspositie - de vermoedelijke inkomsten en uitgaven. Deze moeten betrekking hebben op zowel de directe verzekeringen als de overdrachten uit hoofde van herverzekering - de financiële middelen tot dekking van de verplichtingen en de solvabiliteitsmarge - een mededeling waaruit blijkt of de verzekeraar voor zijn verzekerden al dan niet tevens uitvaartverzorger is;
onderneming en de omvang van diens deelneming; – gegevens over de formele en feitelijke zeggenschapsstructuur van de groep waartoe de verzekeraar behoort; – gegevens over de deskundigheid van de bestuurders, de levensloop en de antecedenten van de bestuurders en commissarissen en de geschiktheid van de houders van gekwalificeerde deelnemingen. Voor dit doel heeft de PVK onder meer vragenlijsten opgesteld voor de toetsing van nieuwe en zittende bestuurders.
– de van een toelichting voorziene balans en resultatenrekening van elk van de laatste drie verstreken boekjaren of van zoveel minder boekjaren als de verzekeraar feitelijk bestaat;
4 Financiële voorschriften
– een lijst met namen en adressen van de bestuurders en commissarissen. Indien de verzekeraar deel uitmaakt van een groep tevens van degenen die het dagelijks beleid van de groep bepalen of het beleid van de groep (mede)bepalen;
Verzekeraars moeten beschikken over toereikende technische voorzieningen en over een solvabiliteitsmarge. Daarnaast zijn er bepalingen over de jaarverslaggeving. Deze onderwerpen worden hieronder toegelicht.
– gegevens over de identiteit van degenen met een gekwalificeerde deelneming (dat wil zeggen een belang van ten minste tien procent) in de
4.1 Technische voorzieningen Technische voorzieningen geven de geschatte omvang weer van de te verwachten lasten minus de voorzienbare premies die voort6
komen uit de gesloten naturauitvaartverzekeringen. Deze technische voorzieningen moeten worden berekend op basis van een voldoende voorzichtige actuariële methode, waarin rekening wordt gehouden met toekomstige premies en verplichtingen, waaronder kosten. Tevens moet in de technische voorzieningen, voor zover van toepassing, rekening worden gehouden met het risico van gemiddelde leeftijdstijging, gegarandeerde prestaties en keuzemogelijkheden waarop verzekerden ingevolge de contracten recht hebben.
mogen van een bepaalde omvang: de solvabiliteitsmarge. Deze is onder meer nodig om een eventueel tekort in de technische voorzieningen te kunnen opvangen. Zo’n tekort kan bijvoorbeeld ontstaan door tegenvallende opbrengsten uit de beleggingen. Eenderde gedeelte van de solvabiliteitsmarge vormt het garantiefonds.
In het Besluit technische voorzieningen natura-uitvaartverzekeringsbedrijf worden regels gesteld ten aanzien van de berekening en belegging van de technische voorzieningen. Bij bestaande en nieuwe investeringen van verzekeraars in crematoria en uitvaartcentra beoordeelt de PVK of hiertegen bezwaren bestaan vanuit een oogpunt van spreiding en waardering van beleggingen (zie ook paragraaf 5, ‘Verbod van nevenbedrijf’).
De solvabiliteitsmarge wordt bepaald aan de hand van berekeningen waarbij telkens onderscheid wordt gemaakt naar verzekeringen waarbij de verzekeraar wel respectievelijk geen beleggingsrisico loopt, uitstaande depots en andere overeenkomsten. Het minimumbedrag van het garantiefonds bedraagt € 45.378,02. In het Besluit solvabiliteitsmarge natura-uitvaartverzekeringsbedrijf wordt bepaald door welke vermogensbestanddelen de solvabiliteitsmarge mag worden gevormd. De PVK kan bezwaar maken tegen de waardering van de activa die de solvabiliteitsmarge dekken.
4.2 Solvabiliteitsmarge Naast technische voorzieningen moeten verzekeraars ook beschikken over een aansprakelijk ver-
4.3 Verslaglegging Voor de uitvoering van het toezicht is het voor de PVK onontbeerlijk dat zij een duidelijk beeld 7
heeft van de financiële toestand van de verzekeraars. Daarom moet elke onder toezicht staande verzekeraar zijn jaarverslag en de zogeheten verslagstaten uiterlijk vóór 1 juli1 van elk jaar bij de PVK indienen.
beeld de balans, de winst- en verliesrekening en het actuariële verslag. Een exemplaar van de openbare staten en het jaarverslag liggen voor iedereen bij de PVK ter inzage. De modellen van de staten zijn opgenomen als bijlage bij het Besluit staten naturauitvaartverzekeringsbedrijf.
De verslagstaten bevatten een balans en winst- en verliesrekening met toelichtingen hierop. Daarnaast zijn er onder meer staten met specificaties van de beleggingen en de ontwikkelingen daarin, een actuariële analyse van het resultaat, een beschrijving van de herverzekering en een berekening van de aanwezige en vereiste solvabiliteitsmarge. De verslagstaten moeten zijn gecertificeerd door een externe accountant. Het actuariële verslag moet zijn voorzien van een verklaring van een actuaris.
4.4 Administratieve organisatie Een verzekeraar moet voorts beschikken over een goede administratieve organisatie en over adequate interne controleprocedures. Via een circulaire heeft de PVK enkele specifieke eisen gesteld aan de administratie van financiële derivaten en de interne procedures bij het gebruik ervan. De PVK eist onder andere duidelijke richtlijnen en afspraken over de waardering en verslaglegging van financiële derivaten.
Verzekeraars moeten jaarlijks verslagstaten indienen, bij voorkeur op een speciaal voor dit doel door de PVK ontwikkelde diskette en voorzien van een getekende bestuursverklaring. Verzekeraars zijn verplicht bepaalde staten openbaar te maken door deze op hun kantoren voor het publiek ter inzage te leggen. Dat zijn bijvoor1
Voor het eerst over boekjaar 2003 moeten de verslagstaten worden ingediend vóór 1 mei 2004.
8
5 Juridische voorschriften
Steeds belangrijker in het toezicht naast het bedrijfseconomische toezicht wordt de beoordeling van de deskundigheid en betrouwbaarheid van personen die een beleidsbepalende of controlerende functie hebben bij financiële instellingen. De PVK toetst de deskundigheid en betrouwbaarheid in elk geval bij de behandeling van de aanvraag van een vergunning. De bepalers van het dagelijkse beleid moeten naar het oordeel van de PVK voldoende deskundig en betrouwbaar zijn. De commissarissen van de NV moeten voldoende betrouwbaar zijn. Eveneens beoordeeld worden de (dagelijks) beleidsbepalers van de moedermaatschappij waartoe de verzekeraar behoort. Als centraal criterium geldt dat de voornemens, handelingen en antecedenten van de betrokken personen de PVK geen aanleiding mogen geven tot het oordeel dat, met het oog op de belangen van de polisgerechtigden, de betrouwbaarheid van bedoelde personen niet buiten twijfel staat. De toetsingsprocedure bij verzekeraars is opgenomen in een aparte brochure (oktober 2000) die eveneens bij ons is te verkrijgen.
De WTN kent diverse juridische voorschriften. Deze zijn voor verzekeraars van belang om een vergunning te verkrijgen en te behouden. Hieronder volgen de belangrijkste.
5.1 Rechtsvorm en bestuur Verzekeraars met zetel in Nederland moeten de rechtsvorm van onderlinge waarborgmaatschappij of naamloze vennootschap hebben. Ten minste twee personen moeten het dagelijks beleid van de verzekeraar bepalen. Doorgaans zijn dit de leden van het (dagelijks) bestuur van de onderlinge of de raad van bestuur/directie van de NV. Zij moeten bovendien in Nederland feitelijk werkzaam zijn. De NV’s moeten daarnaast nog drie commissarissen hebben. Van deze verplichtingen kan de PVK in bijzondere gevallen ontheffing verlenen. Een dergelijke ontheffing wordt in het algemeen slechts verleend als tijdelijke overbrugging bij vacatures of voor het hebben van commissarissen indien de verzekeraar tot een groep behoort waarvan de holdingvennootschap een raad van commissarissen heeft. 9
De bepalingen over deskundigheid en betrouwbaarheid zijn eveneens van toepassing op de in Nederland woonachtige natuurlijke personen die als vertegenwoordigers zijn aangesteld voor bijkantoren in Nederland van verzekeraars met zetel buiten Nederland.
grondslagen voor de berekening van de tarieven en de technische voorzieningen. Dit moet gebeuren binnen twee weken na toepassing van de wijziging. Verzekeraars met zetel in Nederland moeten ook wijzigingen doorgeven in de samenstelling van de personen die het (dagelijks) beleid (mede)bepalen van de groep waartoe de verzekeraar behoort. Verzekeraars met zetel buiten Nederland moeten ook wijzigingen melden in de akte van aanstelling van de wettelijke vertegenwoordiger en – indien dat een rechtspersoon is – van de aangestelde natuurlijke persoon.
5.2 Informatieverstrekking aan de PVK Om haar taak als toezichthouder goed te kunnen uitvoeren, moet de PVK op de hoogte blijven van veranderingen die bij de verzekeraar optreden. De WTN kent daarom de verplichting voor verzekeraars de PVK te informeren over onder meer: – wijzigingen in de statuten. Dit moet gebeuren door een origineel door de notaris gewaarmerkt afschrift van de wijzigingsakte toe te sturen; – wijzigingen in het bestuur en de raad van commissarissen; – voor elk nieuw type overeenkomst van natura-uitvaartverzekering: de technische grondslagen voor de berekening van het tarief en de technische voorzieningen. Dit moet gebeuren binnen twee weken na het sluiten van de eerste (nieuwe) overeenkomst; – wijzigingen in de technische
5.3 Informatieverstrekking aan de polishouders De WTN geeft enkele voorschriften over de informatie die een verzekeraar moet verstrekken aan polishouders. De Regeling informatieverstrekking WTN geeft hierover nadere regels. De in de regeling gestelde eisen hebben onder andere betrekking op de identiteit van de verzekeraar, de inhoud van de polisvoorwaarden, de keuzemogelijkheden van de verzekerden, de aard, hoogte en duur van premiebetaling, de 10
klachtprocedure en het opzeggingsrecht, indien van toepassing. Gedurende de looptijd van de verzekering moet de verzekeraar de verzekerden informeren over iedere wijziging van naam of rechtsvorm van zijn onderneming en iedere wijziging in de polisvoorwaarden.
verstrekken over de hoogte van de uitkering bij overlijden. Fondsvormingcontracten worden voor de toepassing van de WTN beschouwd als uitoefening van het natura-uitvaartverzekeringsbedrijf, zodat zij onder andere in de jaarlijkse verslagstaten moeten worden verantwoord.
5.4 Verbod van nevenbedrijf Natura-uitvaartverzekeraars met zetel in Nederland of met zetel buiten Nederland die in Nederland actief zijn, mogen geen ander bedrijf dan het natura-uitvaartverzekeringsbedrijf uitoefenen. Door dit zogenoemde specialisatievereiste wordt voorkomen dat de belangen van verzekerden worden blootgesteld aan risico’s die vreemd zijn aan het naturauitvaartverzekeringsbedrijf. Op het algemene verbod bestaan echter uitzonderingen.
Een tweede belangrijke uitzondering op het verbod is het gebruik door verzekeraars van overcapaciteit van personeel en bedrijfsmiddelen. Natura-uitvaartverzekeraars fungeren in de praktijk veelal ook als uitvaartverzorgers voor niet-verzekerden en voor gelieerde verzekeraars. De PVK voert als beleid dat geen sprake is van uitoefening van een verboden nevenbedrijf met betrekking tot overcapaciteit van crematoria en uitvaartcentra met inbegrip van het personeel daarvan. Wel verlangt de PVK dat een beroepsaansprakelijkheidsverzekering voor deze nevenactiviteiten gesloten wordt. Voor andere bedrijfsmiddelen en personeel wordt alleen geen verboden nevenbedrijf aangenomen voor overcapaciteit die al bestond op 1 januari 1996, mits de aard en omvang daarvan gestabiliseerd wordt. Het spreekt vanzelf dat verzekeraars hiervoor geen
Een belangrijke uitzondering is het sluiten van overeenkomsten die strekken tot fondsvorming ter voldoening van de verzorging van de uitvaart van de mens. Bij deze fondsvormingcontracten mag de verzekeraar echter geen enkel beleggingsrisico lopen, waaronder het debiteurenrisico. Hij mag dus bijvoorbeeld geen garanties 11
nieuwe overcapaciteit mogen creëren.
schap van ten minste tien procent van het geplaatste aandelenkapitaal. De vereiste verklaring moet de verzekeraar aanvragen bij de PVK en wordt in de meeste gevallen door die Kamer vanwege de minister afgegeven.
5.5 Belangrijke deelnemingen Voor het houden, verwerven of vergroten van een gekwalificeerde deelneming in een kredietinstelling heeft een naturauitvaartverzekeraar met zetel in Nederland een verklaring van geen bezwaar nodig van de minister van Financiën. Onder een gekwalificeerde deelneming is te verstaan een rechtstreeks(e) of middellijk(e) belang of zeggenschap van meer dan vijf procent van het geplaatste aandelenkapitaal. Dezelfde eisen gelden voor een holdingvennootschap waarin één of meer naturauitvaartverzekeraars zijn opgenomen. Aan deze verklaringen kunnen voorwaarden worden verbonden.
5.6 Portefeuilleoverdracht, fusie, splitsing en omzetting van rechtsvorm Een natura-uitvaartverzekeraar die zijn portefeuille geheel of gedeeltelijk wil overdragen aan een andere verzekeraar heeft hiervoor altijd schriftelijke toestemming nodig van de PVK. Bovendien vereist de WTN daarbij een schriftelijke overeenkomst. Met een portefeuille-overdracht wordt gelijkgesteld een overgang van rechten of plichten bij juridische fusie of splitsing. In afwijking van genoemde bepalingen kan een verzekeraar wel één of enkele overeenkomst(en) overdragen op schriftelijk verzoek van de betrokken verzekeringnemer(s). Bij een aanvraag om toestemming voor portefeuilleoverdracht moet de verzekeraar een ontwerp-overeenkomst met alle ter toelichting dienende bescheiden bij de PVK indienen. Indien de PVK tegen het ontwerp aanvankelijk geen bedenkingen heeft, doet de verzekeraar hiervan mededeling in
Omgekeerd heeft iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon een verklaring van geen bezwaar nodig voor het houden, verwerven of vergroten van een gekwalificeerde deelneming in een naturauitvaartverzekeraar met zetel in Nederland. Hier wordt onder gekwalificeerde deelneming verstaan een rechtstreeks(e) of middellijk(e) belang of zeggen12
de Staatscourant en in eventuele andere door de PVK te bepalen media. In de regel zijn dat drie landelijke dagbladen. De WTN voorziet verder in een collectief verzetrecht door ten minste 25 procent van de polishouders c.q. het verzekerd kapitaal. De verzettermijn wordt in de regel gesteld op dertig dagen. Na afloop daarvan verleent de PVK toestemming, mits geen verzet is aangetekend van de hiervoor bedoelde omvang en ook overigens bij haar geen bedenkingen tegen de voorgenomen overdracht (meer) bestaan. De gerealiseerde overdracht moet de verzekeraar opnieuw publiceren in de Staatscourant met vermelding van de datum van overdracht. Deze publicatie vereist voorafgaande goedkeuring van de PVK.
vereist eveneens voorafgaande goedkeuring van de PVK.
6 Kosten van het toezicht De kosten van het toezicht op verzekeraars worden jaarlijks over alle onder toezicht staande verzekeraars (schade, leven en natura-uitvaart) omgeslagen op grond van een wettelijke omslagregeling. Zij ontvangen daartoe jaarlijks een aanslag. Deze aanslag bestaat uit een vast bedrag van € 680,67 verhoogd met een bedrag dat wordt vastgesteld als een percentage van het premieinkomen van de verzekeraar. De hoogte van het percentage wordt elk jaar opnieuw vastgesteld. De kostenomslag is nader geregeld in de Kostenregeling verzekeringsbedrijf 1996.
Ook een omzetting van rechtsvorm is alleen mogelijk met toestemming van de PVK. Bij een aanvraag om toestemming voor omzetting moet de verzekeraar een ontwerp-notariële akte met alle ter toelichting dienende bescheiden bij de PVK indienen. Ook voor een gerealiseerde omzetting van rechtsvorm is publicatie in de Staatscourant voorgeschreven. Deze publicatie
7 Publicaties De volledige wettekst en de daarop gebaseerde uitvoeringsbesluiten zijn te bestellen bij de N.V. SDU, Postbus 20014, 2500 EA Den Haag, tel. (070) 378 99 11.
13
Bij de PVK zijn onder meer de volgende publicaties te verkrijgen of te downloaden van de website van de PVK (www.pvk.nl):
[email protected] Internet www.minfin.nl
Toezichthouder Pensioen- & Verzekeringskamer Postbus 929 7301 BD Apeldoorn Tel (055) 357 66 77 Fax (055) 357 65 65 E-mail
[email protected] Internet www.pvk.nl
– Toezicht op natura-uitvaartverzekeraars, een actuariële inleiding, Apeldoorn1995; – Brief over financiële derivaten (24 april 1995); – Meer transparantie betere informatie. De uitgangspunten voor een financieel toetsingskader (september 2001); – Informatie over de toetsingsprocedure bij verzekeraars (oktober 2000); – Informatie over de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 (januari 2002).
Klachtenbemiddeling Stichting Klachteninstituut Verzekeringen Postbus 93560, 2509 AN Den Haag Tel (070) 333 89 99 Fax (070) 333 89 00 Email
[email protected] Internet www.klachteninstituut.nl
8 Adressen
Koepelorganisaties Verbond van Verzekeraars Postbus 93450 2509 AL Den Haag Tel (070) 333 87 77 Fax (070) 333 85 10 Email
[email protected] Internet www.verzekeraars.nl
Hieronder volgen de adressen van enkele instanties die het naturauitvaartverzekeringsbedrijf tot hun werkterrein hebben:
Overheid Ministerie van Financiën Directie Financiële Markten Postbus 20201 2500 EE Den Haag Tel (070) 342 80 00 Fax (070) 342 79 05 E-mail
Nederlands Verbond van uitvaartorganisaties (NVU) Oostsingel 197 2612 HL Delft Tel (015) 212 25 25 Fax (015) 214 65 81 14
Vereniging van Natura Uitvaartverzekeraars (VNaV) Postbus 522 5600 AM Eindhoven Tel (040) 260 16 01 Landelijk Samenwerkingsverband van Uitvaartinstellingen zonder Winstoogmerk (LSUW) De Schepperstraat 53 9285 PJ Buitenpost Tel (0511) 54 21 80 Deze brochure geeft alleen algemene informatie. Aan deze publicatie kunnen geen rechten worden ontleend. Voor meer inlichtingen kunt u contact opnemen met onze Toezichtslijn, tel. (0900) 530 05 30 (€ 0,35 per gesprek), of onze website bezoeken (www.pvk.nl).
15
Colofon Redactie Pensioen- & Verzekeringskamer Ontwerp en productie HARLON Communicatie B.V. Drukwerk GVO Grafisch Bedrijf
16
P V K I N F O R M AT I E
Januari 2002