Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
Dit document beschrijft de systematiek die de Openbare Daltonschool de markesteen hanteert bij het
Dit document de manier van obsbinnen Het Festival hanteert bij het begeleiden begeleidenbeschrijft van leerlingen, waarbij dewerken regulieredie zorg het rekenen onvoldoende vooruitgangvan de e sociaal emotionele ontwikkeling. leerlingen met betrekking tot heeft en een 2 leerweg vereist is. Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
Inhoud:
1.
Uitgangspunten.
blz. 3
2.
Pedagogisch klimaat. Regels en afspraken. Anti Pestbeleid. Klassenmanagement. Communicatie. Adaptief onderwijs.
blz. 4
3.
Onderwijs in sociaal emotionele ontwikkeling. Methodekeuze. Observatie en signaleringsmiddelen. Pedagogisch leerlingvolgsysteem. Specifiek programma. Professionalisering leerkrachten.
blz. 4
4.
Zorgbeleid inzake SEO. Zorgoverleg. Protocollen calamiteiten. Hulpplannen. Sociale vaardigheidstraining. Criteria verwijdering. Dossiervorming.
blz. 5
5. Evaluatie en borging.
blz. 7
6. Bijlagen.
Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
2
1. Uitgangspunten.
Het team van Het Festival stelt zich ten doel een voortdurende inspanning te leveren om aan te sluiten bij de zorgbehoeften van de leerlingen. Er dienen zich telkens weer nieuwe hulpvragen aan waarvoor de school een oplossing moet zoeken. Een school moet dus kunnen signaleren waar aanvullingen gewenst zijn en bereid zijn die te zoeken. Alleen zo kan de zorg voor de ononderbroken ontwikkeling van leerlingen, rekening houdend met verschillen, vorm krijgen. Met betrekking tot gedragsproblematiek legt Het Festival de nadruk op preventie. Om daar structureel inhoud aan te kunnen te geven is gekozen voor de uitgangspunten van “De Kracht van 8” waarin de sociaal-emotionele ontwikkeling (SEO) centraal staat. Wij streven naar een optimale betrokkenheid bij de ontwikkeling van de kinderen tot vrije persoonlijkheden met een gezond en realistisch zelfbeeld en het vermogen om andermans emoties te herkennen en te erkennen. Zelfvertrouwen, positief denken, begrip en vermogen tot samenwerken zijn wezenlijke begrippen in dat proces. Met behulp van “De Kracht van 8” wordt aan deze elementen gewerkt. Relatie met de kerndoelen. Van de 28 leerstofoverstijgende kerndoelen voor het basisonderwijs kunnen er 14 worden ondergebracht onder de noemer sociaal-emotionele ontwikkeling. Reden genoeg om aandacht te besteden aan die ontwikkeling. Kerndoelen sociaal-emotionele ontwikkeling. Sociaal gedrag. - respectvol omgaan met anderen - handelen naar algemeen geaccepteerde normen en waarden - verschillen in levensbeschouwing en cultuur respecteren - in een groep voor een eigen standpunt durven uitkomen - rekening houden met de gevoelens en wensen van anderen - in de groep afwijkende standpunten durven ondersteunen - verantwoordelijkheid nemen voor te verrichten taken Zelfbeeld. - zelfvertrouwen hebben - gedragsimpulsen kunnen beheersen - voor zichzelf en anderen kunnen en durven opkomen Gebruik van uiteenlopende strategieën. - gerichte vragen kunnen stellen aan personen - kunnen samenwerken en overleggen om tot gezamenlijke oplossingen te komen Werkhouding. - plezier hebben in het leren van nieuwe dingen - doorzetten wanneer iets niet direct lukt
Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
3
2. Pedagogisch klimaat. 2.1. Regels en afspraken. In het begin van het schooljaar worden op groepsniveau door de kinderen een aantal regels opgesteld. Deze afspraken worden positief geformuleerd en duidelijk zichtbaar in het lokaal opgehangen; als poster of als pictogrammen. 2.2. Anti-pestbeleid. Binnen “De Kracht van 8” besteedt de school in elke groep aandacht aan pesten. De benadering is gericht op preventie. Het gaat om het ontwikkelen van vaardigheden als: hoe los je conflicten op; hoe maak je duidelijk dat je iets vervelend vindt; hoe maak je vriendjes en hoe houd je vriendjes. Veel aandacht wordt besteed aan geweldloze communicatie. In het Pestprotocol (bijlage 1) staan verschillende manieren beschreven waarop kinderen en leerkrachten met het pestprobleem kunnen omgaan. Voor de onderbouw is er een andere aanpak dan voor de bovenbouw.
2.3. Klassenmanagement. In alle groepen wordt wekelijks een middag besteedt aan de activiteiten van “De Kracht van 8”; in alle groepen op hetzelfde tijdstip. De hele school werkt gedurende een maand met één van de volgende acht “krachten”: ik ben mezelf, eerlijk zijn, rekening houden met elkaar, samenwerken en elkaar helpen, luisteren naar elkaar, zeggen wat we graag willen, laten we opnieuw beginnen, iedereen hoort erbij. Zichtbare resultaten worden in de klas opgehangen en in de hal van de school. Aan het begin van het schooljaar worden de thema’s ingeroosterd. Het team bereidt elk thema voor tijdens speciaal daarvoor geplande vergaderingen. 2.4. Communicatie. De communicatielijn is: ouders – leerkracht – IB-er – directeur. Overlegmomenten en -mogelijkheden met ouders: ontwikkelingsgesprekken, acht wekelijkse cyclus zorgleerlingen, evaluatiegesprekken ambulante begeleiding LGF, schoolmaatschappelijk werk, vertrouwenspersoon, algemene ouderbijeenkomsten, informatieavond aan het begin van het schooljaar, informatieavond groep 8, thema bijeenkomsten, jaarvergadering MR, nieuwsbrief, informatie “Kracht van 8” aan het begin van een thema. 2.5. Adaptief onderwijs. De peilers van adaptief onderwijs – autonomie, competentie en relatie – vormen de basis voor het werken met “De Kracht van 8”. De kinderen leren zelf conflicten oplossen, weten om te gaan met complimentjes, weten hoe ze hulp kunnen vragen, kunnen vriendjes maken en houden enz.
3. SEO-onderwijs. 3.1. Methodekeuze. De school wil bevorderen dat onze kinderen opgroeien tot zelfstandige, sociaalvaardige en betrokken mensen. “De Kracht van 8” is een manier om bepaalde (universele) waarden zichtbaar en overdraagbaar te maken. Te denken valt daarbij aan: zelfrespect, eigenwaarde, verdraagzaamheid, samenwerking, verbinding, respect voor de ander en liefde voor jezelf en
Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
4
voor de ander. De Kracht van 8 is een handvat voor kinderen en de volwassen om hen heen om bewust te leren respectvol om te gaan met jezelf en de ander. Daarbij worden positieve uitgangspunten gehanteerd. We benoemen wat we wél willen in plaats van wat we niet willen. De basis bestaat uit 8 krachten, die zichtbaar gemaakt worden in allerlei activiteiten, veel herhaling leidt ertoe dat het vanzelfsprekend wordt om meer respectvol met elkaar om te gaan. 3.2. Observatie- en signaleringsmiddelen.
Aan metingen is steeds meer behoefte. De inspectie dringt er in het kader van de veiligheid op school op aan resultaten vast te leggen. Voor de school is het ook belangrijk resultaten naar buiten te kunnen brengen. Tweemaal per jaar wordt gebruik gemaakt van de volgende instrumenten: sociogram, Licor-lijst, Ovso-lijst, Smile-lijst van welbevinden, Kijkpuntenlijst punt 1,2,3 en de schoolvragenlijst SAQI. 3.3 . Pedagogisch leerlingvolgsysteem. Op dit moment worden kinderen tweemaal per jaar besproken tijdens de groepsbespreking SEO; Er is behoefte aan een digitaal leerlingvolgsysteem om de effecten van ons SEO-onderwijs op langere termijn te kunnen evalueren. 3.4. Specifiek programma. De mogelijkheid bestaat om voor de groepen 7 en 8 in te schrijven op het Marietje Kessels Project. In voorkomende gevallen kan via de IJsselgroep/OAC gebruik gemaakt worden van het ROE-project. De Zwolse basisscholen, de Zwolse scholen voor speciaal basisonderwijs, de gemeente Zwolle en de Regio Politie IJsselland hebben een convenant ondertekend. Door ondertekening maken de partijen kenbaar, dat zij het belangrijk vinden een veilig schoolklimaat in stand te houden en te creëren op de Zwolse scholen. Dit houdt in dat de scholen de zogenaamde Basisregels zullen hanteren als uitgangspunt voor interne regelgeving en sanctiebeleid. 3.5. Professionalisering leerkrachten. Voor het werken met “De kracht van 8” hebben alle leerkrachten een workshop gevolgd. Nieuwe leerkrachten krijgen de mogelijkheid om deze ook te volgen.
4. Zorgbeleid inzake SEO. 4.1. Zorgoverleg. Kinderen met gedrags- en werkhoudingsproblemen worden besproken tijdens de zorggesprekken tussen leerkracht en ib-er. Op schoolniveau wordt verder overleg gevoerd tijdens de groeps- en leerlingbesprekingen, de vergaderingen van het zorgteam en tijdens de evaluatiegesprekken ambulante begeleiding inzake LGF. Andere instanties waar kinderen van onze school kunnen worden besproken, op initiatief van ouders of van de school zijn: consultaties dienstencentrum OOZ, schoolmaatschappelijk werk, algemeen maatschappelijk werk, CJG, GGD, AMK, Bureau Jeugdzorg, Riagg.
Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
5
4.2. Protocollen calamiteiten. De school hanteert een Procedure voor kinderen met moeilijk- of niet-corrigeerbaar gedrag ( bijlage 2). In de schoolgids wordt hiervan melding gemaakt. Bij het overlijden van een leerling, een leerkracht of een gezinslid van een leerkracht wordt gehandeld volgens het Protocol Schokkende Gebeurtenissen (bijlage 3). 4.3. Hulpplannen. Het planmatig handelen vindt plaats volgens vier fasen: Signaleren. Tijdens de signaleringsfase gaat de leerkracht in overleg met de leerling, de ouders en vorige leerkracht om de ernst van het probleem en manieren van aanpak beter in beeld te krijgen. Diagnosticeren. Indien het niet om een snel op te lossen probleem gaat roept de leerkracht de hulp van de intern begeleider in voor nadere analyse van het probleem en adviezen voor het opstellen van een hulpplan. Remediëren Het hulpplan wordt uitgevoerd in de groep, waarbij de interactie van de leerkracht met de leerling een belangrijke factor is. Er moeten kleine meetbare doelen gesteld worden. Evalueren. Tijdens de evaluatie van het plan kan besloten worden voor stoppen als het gewenste resultaat bereikt is, voortzetten of aanscherpen, op het inschakelen van extern deskundigen als er voor de school sprake is van handelingsverlegenheid. Het plan moet zowel met de ouders als met de leerling gecommuniceerd worden. Voor de ambulante begeleiding inzake LGF wordt een begeleidingsplan opgesteld, eventueel aangevuld met deelhandelingsplannen. Verder kunnen er, afhankelijk van de situatie, groepshandelingsplannen worden opgesteld en maatregelen worden genomen. 4.4. Sociale vaardigheidstaining (Sova). Sova-trainingen worden na schooltijd verzorgd door o.a. Icare, Riagg. Pro Juventus, Intraverte en MEE. Het advies om een dergelijke training te volgen kan worden gegeven door de school of door het Schoolmaatschappelijk werk. De school werkt in het kader van de brede school nauw samen met Intraverte. 4.5. Criteria verwijdering. De school streeft er naar de zorg voor leerlingen met gedrags- of werkhoudings problemen op een verantwoorde manier gestalte te geven. Er kunnen zich echter situaties voordoen, waarin de grens van de zorg voor die kinderen wordt bereikt. Uitgangspunt is daarbij of het mogelijk is (blijft) kwalitatief goed onderwijs aan de betreffende leerling of aan de gehele groep te bieden. Naar onze mening is dat niet meer het geval als * gedragsproblemen leiden tot een ernstige verstoring van de rust en de veiligheid in de groep. * gedragsproblemen van een leerling zodanig beslag leggen op de tijd en de aandacht van de leerkracht dat daardoor de tijd en de aandacht voor de overige leerlingen in de groep onvoldoende of in het geheel niet kan worden geboden.
Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
6
4.6 Dossiervorming. De observatie- en signaleringsgegevens worden op school op een veilige plaats centraal bewaard. Voor elke leerling wordt een dossier aangelegd. In dit dossier zitten: de algemene leerlinggegevens; verslagen van overleg en afspraken met ouders; verslagen van individueel onderzoek individuele observatielijsten; individuele toetsoverzichten. Ouders hebben recht op inzage in het dossier van hun kind. Het dossier mag de school echter niet verlaten. De gegevens blijven, nadat een leerling de school verlaten heeft, nog vijf jaar bewaard. Daarna worden alle gegevens vernietigd. Van elke groep bestaat ook een aparte map. Hierin wordt bewaard:
analyseformulieren n.a.v. SEO-gegevens overzichtslijsten van de gegevens van de gehele groep sociogrammen groepsoverzichten; handelingsplannen; eventueel verslagen van groepsbesprekingen.
De ouders spelen in de procedure van de aanvraag van een onderzoek, het opstellen van een handelingsplan en een eventuele verwijzing naar een andere basisschool of speciale school, een belangrijke rol. Voor iedere stap wordt met hen overlegd en om hun toestemming gevraagd. De eventuele aanmelding voor een kind op een speciale school gebeurt door de ouders.
5. Evaluatie en borging. De school is gehouden de kwaliteit van het onderwijs te bewaken. Onze school maakt daarvoor gebruik van een digitale enquête: Werken Met Kwaliteit Primair Onderwijs (WMKPO). De verschillende aspecten van het onderwijs op onze school worden beoordeeld door ouders, leerlingen en leerkrachten. De resultaten op het gebied van pedagogisch handelen, schoolklimaat en sociale veiligheid zijn m.b.t. sociaal-emotionele ontwikkeling van belang. Door het inzetten van WMK wordt systematisch en cyclisch gewerkt aan de ontwikkeling van het onderwijs.
6. Bijlagen. Bijlage 1- Pestprotocol. Bijlage 2- Procedure leerlingen met moeilijk- of niet-corrigeerbaar gedrag. Bijlage 3- Protocol Schokkende Gebeurtenissen. Bijlage 4- Incidentregistratie.
November 2011
Protocol Sociaal Emotionele Ontwikkeling
7