Prostaat: goedaardige prostaatvergroting: operaties
Bij een goedaardige vergroting van de prostaat kunnen er verschillende klachten bij het plassen optreden. Er zijn ook verschillende behandelingen mogelijk, waaronder operaties. In deze folder wordt uitleg gegeven over de aandoening en de operatieve behandelingsmogelijkheden. Heeft u na het lezen nog vragen dan kunt u hiermee terecht bij de behandelend arts of de verpleegkundige.
Wat is een goedaardige prostaatvergroting Prostaat De prostaat is een klein orgaan dat rondom de plasbuis zit, vlak onder de urineblaas. Het maakt vocht aan dat helpt de zaadcellen in leven te houden en dat bij de zaadlozing met de zaadcellen naar buiten komt. Sperma bestaat dus uit prostaatvloeistof waarin zaadcellen zitten. De prostaat speelt daarom een rol bij de vruchtbaarheid. Prostaatvergroting De prostaat heeft normaal gesproken ongeveer de grootte van een walnoot. Na het veertigste levensjaar neemt de prostaat bij de meeste mannen geleidelijk in grootte toe (benigne prostaathyperplasie). Hoewel lang niet iedereen hiervan hinder ondervindt, kunnen er vanaf het vijftigste jaar problemen ontstaan. Wanneer de vergrote prostaat de plasbuis gedeeltelijk of helemaal dicht drukt kunnen zich de volgende klachten voordoen: Minder krachtige urinestraal die soms wordt onderbroken. Plassen komt moeilijk op gang. Meer aandrang en vaker plassen. Moeite om de urine op te houden als aandrang wordt gevoeld. ‘s nachts vaker moeten plassen. Nadruppelen en soms ongewenst urineverlies. Gevoel dat er urine in de blaas achterblijft.
• • • • • • •
1
Behandelingen
Er zijn diverse operatieve behandelingsmogelijkheden om de prostaat te verkleinen. In deze folder vindt u informatie over de: Green Light Laser behandeling (GLL), waarbij prostaatweefsel door middel van een laserstraal wordt verdampt; Transurethrale resectie van de prostaat (TURP), waarbij prostaatweefsel via de plasbuis wordt verwijderd; Hryntschak-procedure, waarbij prostaatweefsel via een kleine snede in de onderbuik wordt verwijderd.
• • •
Voorbereiding
Anesthesie Omdat de ingreep onder anesthesie (verdoving/narcose) gebeurt, brengt u vooraf een bezoek aan het preoperatieve spreekuur van de anesthesioloog. Tijdens dit gesprek wordt uw algehele gezondheidstoestand beoordeeld. Indien nodig worden aanvullende onderzoeken afgesproken. Ook krijgt u uitleg over de mogelijke vormen van anesthesie (waaronder algehele verdoving of verdoving via een ruggenprik) en de gang van zaken rondom de operatie. Informatie over de anesthesie, het nuchter zijn, de Verkoeverafdeling en de pijnbehandeling vindt u ook in de folder ‘Behandeling of onderzoek onder anesthesie’. Vette crème Wilt u op de dag van de operatie geen gebruik maken van vette crèmes? Vette crème zorgt ervoor dat het te opereren gebied niet goed gedesinfecteerd kan worden. Sieraden, piercings etc. Contactlenzen, bril, gebitsprotheses en sieraden (ook piercings) mag u niet dragen tijdens de operatie. Veiligheid Rondom uw operatie zijn diverse veiligheidsmomenten ingebouwd. Vlak voordat de operatie van start gaat wordt bijvoorbeeld door het gehele operatieteam een zogenaamde ’Time out’ genomen. Tijdens dit controlemoment wordt uw naam, geboortedatum en het te opereren lichaamsdeel en de operatiebenodigdheden gecontroleerd.
2
Medicijnen De anesthesioloog bepreekt met u welke medicijnen u mag blijven gebruiken en welke u moet stoppen. Indien u bloedverdunners gebruikt, overlegt uw behandelend arts met u of u deze kunt door gebruiken of moet stoppen. Heeft u hierover vragen, stel ze dan aan uw behandelend arts.
Melden
Meestal wordt u op de dag van de operatie zelf opgenomen in het ziekenhuis. U meldt zich op de afgesproken tijd op de verpleegafdeling. Als u medicijnen gebruikt neemt u deze in de originele verpakking mee. U kunt ook bij uw apotheek een actueel overzicht laten samenstellen.
Operatie
De ingreep vindt plaats in de operatiekamer. Als u een ruggenprik krijgt, maakt u de operatie bewust mee. Bij een Green Light Laserbehandeling draagt iedereen in de operatiekamer beschermende brillen in verband met het zeer felle, groene laserlicht. Tijdens de operatie brengt de uroloog een kijkbuisje in uw plasbuis in. Door dit buisje brengt de uroloog een laserdraad (fiber) in. Aan het andere einde van de draad wordt de lasermachine aangesloten. De uroloog kan nu prostaatweefsel verdampen. Er wordt geen weefsel verzameld voor onderzoek. Bij een Trans Urethrale Resectie van de prostaat (TURP) wordt prostaatweefsel weggehaald via de plasbuis. Tijdens de operatie brengt de uroloog een kijkbuisje in uw plasbuis. Door dit buisje wordt een instrument ingebracht. Aan het buisje zit een metalen lisje met elektrische stroomgeleiding. Daarmee kan de uroloog stukje voor stukje het prostaatweefsel dat op de plasbuis drukt wegschrapen. Het verwijderde weefsel wordt in het laboratorium onderzocht of het goedaardig weefsel betreft. Het duurt een à twee weken voordat de uitslag van dit onderzoek bekend is. Bij een Hryntschak-procedure wordt het klierweefsel van de prostaat via een kleine snee in de onderbuik verwijderd. Het kapsel van de prostaat laat de uroloog staan. Tijdens de operatie krijgt u een infuus in een bloedvat van uw arm. Hierdoor krijgt u vocht en zonodig medicijnen toegediend. Aan het einde van de operatie krijgt u
3
een blaaskatheter waardoor de urine vanzelf afloopt in een urinezak. De operatie duurt een tot twee uur.
Na de operatie
Na afloop van de operatie gaat u naar de ‘uitslaapkamer’ (Verkoeverafdeling) totdat u goed wakker bent. Ook bij een ruggenprik verblijft u daar een korte periode. Daarna wordt u weer naar de verpleegafdeling gebracht. Na de operatie heeft u een infuus en een blaaskatheter. Het infuus wordt meestal ‘s avonds of de volgende dag verwijderd als eten en drinken weer goed gaat. De blaaskatheter kan soms pijnlijke krampen veroorzaken. Wanneer dat bij u het geval is, kunt u daartegen medicijnen krijgen. Bij een GLL- en TURP-behandeling wordt meestal de dag na de ingreep in de ochtend de katheter verwijderd, mits de urine niet (meer) bloederig is. Hierna moet het spontane plassen weer op gang komen. Vaak gaat dit vlot en voorspoedig; soms kunnen er in het begin wat problemen zijn. De eerste tijd na de ingreep kan het zijn dat u vaak moet plassen, dat het wat gevoelig en branderig is en dat u niet direct volledige controle hebt over het plassen. Meestal zijn de ergste problemen binnen enkele dagen verdwenen. Meestal kunt u de dag na de ingreep weer naar huis indien u goed kunt plassen en er geen urine achterblijft in de blaas. Bij een Hryntschak-operatie heeft u eveneens een blaaskatheter om de urine vanzelf te laten aflopen in de urinezak. Op deze blaaskatheter wordt een spoelsysteem aangesloten om bloedstolsels uit de blaas te verwijderen. Meestal zit er ook nog een slangetje in de buik om het wondvocht af te voeren (drain). In de dagen na de operatie wordt de drain verwijderd. Als de urine minder bloederig wordt, kan de spoeling verminderd worden en later gestopt. Uiteindelijk wordt ook de blaaskatheter verwijderd en moet het spontane plassen weer op gang komen. Het duurt bij de Hryntschak-procedure ongeveer drie tot vier dagen voordat u voldoende hersteld bent om weer naar huis te gaan.
4
Nazorg Tijdelijke plasproblemen De genezing van de inwendige wond duurt twee à drie maanden. In deze periode kunt u in het begin nog wat plasproblemen hebben. Het is mogelijk dat u nog vaak moet plassen en dat u de plas minder goed kunt ophouden. Deze problemen verdwijnen vanzelf zodra de wond genezen is. Meestal heeft u niet veel pijnklachten. Na de laserbehandeling is het vaak zo dat bij ontslag uit het ziekenhuis de urine vrijwel helder is. Toch kan er na enkele weken opeens wat bloed bij de urine zitten. Dit is niet erg, maar u moet wel goed kunnen blijven uitplassen. Neemt u dan voldoende rust en drink veel totdat het bloed verdwenen is. Adviezen Drink na de laserbehandeling minstens twee liter per dag (tenzij u om andere redenen niet veel mag drinken), en als het warm weer is meer, tot het plassen volledig normaal gaat. Ook adviseren wij u om de eerste zes weken na de operatie: Geen alcohol te drinken. Geen zware lichamelijke arbeid te verrichten. Niet te fietsen. Zo min mogelijk te persen bij de ontlasting (voorkom een trage stoelgang door veel te drinken en vezelrijke voeding te eten). Geen geslachtsgemeenschap te hebben.
• • • • •
Seksualiteit en kinderwens De operatie hoeft geen invloed te hebben op uw seksleven. In het begin kan het vrijen nog wat pijnlijk zijn. Echter, wanneer de operatiewond genezen is, zal de seksuele behoefte snel weer terugkeren. Uw seksuele gevoelens en de beleving van seks hoeven door de operatie dus niet te veranderen. U kunt na de operatie ook een erectie krijgen zoals u dat voor de operatie gewend was. Een aantal mannen ervaart zelfs een verbetering van het seksleven, doordat zij geen last meer hebben van de plasklachten als gevolg van de vergrote prostaat. Na een prostaatoperatie is het vrijwel altijd zo dat het sperma bij een zaadlozing niet meer naar buiten stroomt. Het zaadvocht neemt dan ‘de weg van de minste
5
weerstand’ in de richting van de blaas in plaats van naar buiten. Het sperma lost dan op in de urine en wordt later uitgeplast. Het gevoel tijdens het klaarkomen verandert hierdoor wel soms, u komt ‘droog’ klaar. Dit betekent dat u bij de seksuele omgang geen kinderen meer kunt verwekken. Mocht u een kinderwens hebben, bespreek dit dan vóór de ingreep met uw uroloog. De ingreep geeft echter geen zekerheid dat u geen kinderen meer kunt verwekken. Daarom zijn eventuele voorbehoedsmiddelen toch nodig.
Complicaties
Als er na enige tijd toch wat bloed bij de urine zit gaat dit meestal vanzelf weer over als u voldoende rust neemt en veel drinkt. Blijft de urine toch meer dagen achtereen bloederig of is het klonterig, en is het uitplassen een probleem, neemt u dan contact op met de polikliniek Urologie of in de avond en weekenden met de dienstdoende uroloog (te bereiken via de verpleegafdeling Urologie). Ook als u last krijgt van koorts (boven 38,5 graden Celcius), ernstige buikpijn of een pussende of erg rode wond (na een Hryntschak-behandeling) moet u contact opnemen.
Uitslag
Als er tijdens de operatie weefsel is verzameld voor onderzoek is de uitslag een à twee weken later bekend. De arts bespreekt deze met u op de polikliniek.
Vragen
Meer informatie kunt u vinden via www.radboudumc.nl/prostaatklachten. Mocht u na het lezen van deze brochure nog vragen hebben, dan kunt u deze bespreken met uw behandelend uroloog. Tijdens uw verblijf in het ziekenhuis zullen de verpleegkundigen en de arts ook steeds toelichten wat er gaat gebeuren. Zij zijn ook graag bereid al uw vragen te beantwoorden.
Annuleren/verzetten
Als u niet naar uw afspraak kunt komen, wilt u dan zo spoedig mogelijk contact met ons opnemen? Voor het annuleren van afspraken kunt u ook het contactformulier invullen op onze website: www.radboudumc.nl/afspraakurologie
6
Ruimte voor uw notities
10-2015-6224
Adres Polikliniek Urologie Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10, route 725, Poliplein C0 6525 GA Nijmegen Verpleegafdeling Urologie Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10, route 753, zone C5 6525 GA Nijmegen Short Stay Unit (SSU) Hoofdingang Geert Grooteplein-Zuid 10, route 821 6525 GA Nijmegen Contact Polikliniek 024 - 361 38 03 Maandag t/m vrijdag van 8.00 - 17.00 uur (volg het keuzemenu) Short Stay 024 - 361 34 73 Maandag t/m vrijdag Verpleegafdeling 024 - 361 34 20 24 uur per dag, 7 dagen per week
Radboud universitair medisch centrum