Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Projectplan Technasium Netwerk Zuid-West Nederland 2007-2011.
Projectplan Technasium Netwerk Zuid-West Nederland
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Inhoudsopgave Inhoudsopgave
p2
1. Inleiding
p3
2. Doelstellingen en ambities 2.1. Doelstellingen van het Netwerk 2.2. Doelstellingen van de Stichting Technasium 2.3. Ambities van de Scholen
p4 p4 p4 p5
3. Netwerk Zuid-West Nederland 3.1. De deelnemende scholen 3.1.1. Het Goese Lyceum 3.1.2. Nehalennia Stedelijke Scholengemeenschap 3.1.3. Pieter Zeeman 3.1.4. Stedelijke Scholengemeenschap De Rede 3.1.5. Regionale Scholengemeenschap ’t Rijks 3.1.6. Stedelijke Scholengemeenschap Scheldemond 3.2. Organisatie van het Netwerk 3.2.1. Stuurgroep 3.2.2. Technatoren 3.2.3. Partners 3.2.3.1. Hoger onderwijs 3.2.3.2. Bedrijfsleven 3.2.4. Stichting Technasium 3.2.5. Universumscholen 3.2.6. Overige netwerken / Technasiumscholen 3.2.7. Regionaal Projectleider 3.3 Facilitering van het Netwerk 3.3.1. Investering scholen 3.3.2. Universummiddelen 3.3.3. Subsidies 3.3.4. Provinciale middelen 3.3.5. Sponsoring 3.3.6. Middelen hoger onderwijs 3.4. Scholing en ontwikkeling 3.5. Planning activiteiten Netwerk
p7 p7 p7 p8 p8 p9 p 10 p 11 p 13 p 13 p 13 p 14 p 14 p 14 p 15 p 15 p 15 p 16 p 17 p 17 p 17 p 17 p 17 p 17 p 17 p 17 p 18
4. Technasium in de school 4.1. Interne organisatie 4.1.1. Technator 4.1.2. Stuurgroep 4.1.3. Ontwikkelgroep 4.1.4. Team van docenten 4.2. Facilitering 4.3. Werkplaats 4.4. Kwaliteitsbewaking
p 20 p 20 p 20 p 20 p 21 p 21 p 21 p 21 p 21
Bijlagen
p 22 p 23 p 25 p 25 p 26 p 29 p 32 p 36 p 39
Gegevens Netwerkpartners Gegevens Adviseurs Netwerk Gegevens ondersteuning Resultaten en streefcijfers van de scholen ten aanzien in- en uitstroom bèta Overzicht scholingsactiviteiten Netwerk Profiel van een Technator (Netwerk, nadere toelichting) Format O&O Project Convenant
2/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
1. Inleiding Zes scholen in de regio Zuid-West Nederland hebben op 4 april 2007 een convenant gesloten met de Stichting Technasium. Met dat convenant geven deze openbare scholen blijk van hun gemeenschappelijke inzet voor de invoering van het Technasium en de ontwikkeling van het bètatechnische onderwijs dat daarbij hoort. Onder de naam ‘Netwerk Zuid-West Nederland’ hebben Het Goese Lyceum, Pieter Zeeman, Regionale Scholengemeenschap ’t Rijks, Stedelijke Scholengemeenschap Scheldemond, Nehalennia Stedelijke Scholengemeenschap en Stedelijke Scholengemeenschap De Rede hun krachten gebundeld. De strategische en organisatorische ontwikkeling in het netwerk Zuid-West Nederland is in handen van een Stuurgroep, waarin alle eindverantwoordelijken vertegenwoordigd zijn. Inhoudelijk is de onderwijsontwikkeling in handen van de Technatoren van de verschillende scholen. Met hun docententeams zijn zij verantwoordelijk voor de inrichting van het onderwijs. In het netwerk wordt samengewerkt aan programmaontwikkeling en gelden er afspraken over onder meer facilitering, scholing en begeleiding van alle betrokken docenten. De netwerkpartners worden in hun activiteiten ondersteund door de Stichting Technasium en laten zich adviseren door partijen uit het hoger onderwijs en experts uit het bedrijfsleven. In het cursusjaar 2007-2008 starten de scholen van het netwerk met de voorbereiding en uitvoering van de onderwijsontwikkeling. De teams van docenten schrijven projecten en voeren deze uit, in samenwerking met het bedrijfsleven of externe instellingen waarin bèta-techniek een centrale functie heeft. Doel is dat alle netwerkpartners vanaf augustus 2008 allemaal in het bezit zijn van het Technasium predicaat. Dat predicaat wordt verleend voor de duur van vier jaar. In 2012 vindt in principe opnieuw een audit plaats die bij positief resultaat leidt tot verlenging. Het onderwijs in het Technasium heeft een projectmatig karakter en vergt een grote mate van zelfstandigheid van leerlingen. Werken en leren in het Technasium vraagt om een cultuur waarin het werken in teams en een programma van onderzoeken en ontwerpen vanzelfsprekend zijn. De professionele cultuur van de schoolorganisaties moet daarop dan ook worden ingericht. Bovendien vraagt het onderwijs in het Technasium om specifieke faciliteiten van de leeromgeving. Alle netwerkpartners hebben de bouw en inrichting van een werkplaats inmiddels dan ook op de agenda staan. Om de Technasiumontwikkeling te realiseren zetten de scholen allereerst eigen middelen in. Ter ondersteuning is er subsidie aangevraagd bij het Platform Bèta Techniek via de Universummiddelen. De mogelijkheden van sponsoring en andere subsidieregelingen worden in het cursusjaar 2007-2008 nader onderzocht. Technasium ontwikkeling kan niet los gezien worden van overige ontwikkelingen in de scholen, zoals die in de diverse schoolplannen zijn vastgelegd. Hierbij kan gedacht worden aan de pedagogische en didactische keuzes van scholen, de specifieke aandacht die er is voor bijzondere doelgroepen en de wijze waarop scholen zich extern profileren. Op het moment dat de netwerkpartners het Technasium predicaat hebben, zal verder worden gewerkt aan een doorlopende leerlijn van bèta-technisch onderwijs in havo en vwo. Met als doel dat leerlingen uiteindelijk een examenprogramma te kunnen bieden. Het voorliggende projectplan richt zich op de ontwikkelingen in het lopende cursusjaar, maar biedt ook een basis voor de ontwikkeling in de periode tot 2011.
Namens het Netwerk Zuidwest-Nederland Drs. E.M. Ketelaar, projectondersteuning.
3/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
2. Doelstellingen en ambities 2.1. Doelstellingen van het Netwerk Met de ontwikkeling van Technasium vormen de netwerkpartners een belangrijke schakel in de onderwijsketen voor bèta-technische opleidingen en beroepen. De inspanningen zijn erop gericht bèta en techniek in het voortgezet onderwijs meer onder de aandacht te brengen en leerlingen hiervoor te interesseren. Streven is om de instroom naar de bèta-technische studies in het hoger onderwijs te verbeteren en de belangstelling voor bèta-technische beroepen te versterken. Bovendien zetten de partners zich in voor de ontwikkeling van een netwerk waarin ook de samenwerking met het hoger onderwijs en het bedrijfsleven is verankerd. Het initiatief voor de totstandkoming van deze samenwerking ligt bij de Stuurgroep. Allereerst dient binnen de scholen een passend curriculum tot stand te komen dat aansluit bij het vervolgonderwijs. In het curriculum dat wordt opgebouwd van leerjaar 1 tot en met 6 zijn ‘onderzoeken’ en ‘ontwerpen’ van plannen essentieel onderdeel van het leerproces van de leerling. Zelfstandigheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid worden gestimuleerd. Docenten hebben tot taak leerlingen te coachen in het zelf ontdekken en oplossen van problemen. Ten tweede is er is aandacht voor de doorlopende (leer)lijn met het hoger onderwijs en het bedrijfsleven. In de derde plaats zal zeker ook de aansluiting met het primair onderwijs onderwerp op de agenda van het netwerk zijn. De zes openbare scholen bedienen met de versterking van het bèta-technische onderwijs een potentiële doelgroep van ruim 900 examenleerlingen in havo en vwo medio 2011. Op dit moment kiest gemiddeld 39% van de examenkandidaten voor één van de natuurprofielen (N&T en/of N&G). De inspanningen van de scholen zijn erop gericht dat gemiddelde te vergroten met ruim 10% in 2011 (tot minimaal 49%). Ook met betrekking tot de uitstroom van leerlingen naar bèta-technische studies in het hoger onderwijs streven de netwerkpartners naar verbetering. Van het aantal geslaagden met een natuurprofiel stroomt op dit moment bijna 52% door naar bèta-technische studies in het hbo en wo. Dat uitstroompercentage wil het netwerk vergroten tot ruim minimaal 75% in 20111.
2.2. Doelstelling en uitgangspunten van de Stichting Technasium De Stichting Technasium stelt zich ten doel: ‘het bevorderen en ontwikkelen van onderwijs in de (technische) bètawetenschappen gedurende het Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs en/of het Hoger Algemeen Vormend Onderwijs alsmede het verrichten van alle handelingen die met het vorenstaande verband houden of daartoe bevorderlijk kunnen zijn’. Deze doelstellingen zijn identiek aan die van het Deltaplan bèta-techniek (ministeries OCW, EZ en SZW). Dat doel tracht de Stichting te bereiken door: • Het ontwikkelen van een complete leergang in de (technische) bètawetenschappen en het aanbieden van een dergelijke leergang aan daartoe geïnteresseerde onderwijsinstellingen. • De coördinatie van de invoering van een door de Stichting ontwikkelde leergang in de (technische) bètawetenschappen op een daarin geïnteresseerde onderwijsinstelling, na de invoering van welke leergang de onderwijsinstelling het predicaat “Technasium” mag dragen. • Het samenstellen, ontwikkelen en redigeren van cursusmateriaal. • Het met elkaar in contact brengen van bedrijven, onderwijsinstellingen en onderwijsontwikkelaars. 1 Huidige resultaten en streefcijfers van de verschillende scholen met betrekking tot het voorgaande zijn opgenomen in bijlage van dit projectplan op pagina 26 - 28.
4/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
• •
Het op gemeentelijk, provinciaal en landelijk niveau vinden van steun en draagvlak voor de ontwikkeling van onderwijs in de (technische) bètawetenschappen. Het doorontwikkelen van een door de Stichting ontwikkelde leergang alsmede het in stand houden van de kwaliteit daarvan.
De partners van het Netwerk Zuid-West Nederland verbinden zich met het convenant van 4 april 2007 aan de vijf uitgangspunten van de Stichting Technasium die richtinggevend zijn voor de ontwikkeling van het Technasiumonderwijs:
1. ‘Onderzoek en Ontwerpen’ aanbieden als eindexamenvak. ‘Onderzoek en Ontwerpen’ wordt aangeboden vanaf klas 1 en afgerond als praktisch schoolexamen. Het nieuwe examenvak vormt het hart van het Technasium. Andere vakken bieden theorie op niveau, die dat wordt verbonden met interessante projectopdrachten bij ‘Onderzoek en Ontwerpen’.
2. Samenwerken met de beroepspraktijk en vervolgopleidingen. Het Technasium geeft leerlingen ruim de mogelijkheid om de veelzijdigheid en aantrekkelijkheid van een keuze voor een studie of beroep in de wereld van de techniek te ervaren. In het examen, de lespraktijk, buitenlesactiviteiten en keuzebegeleiding speelt samenwerking met beroepspraktijk en vervolgopleidingen een belangrijke rol.
3. De didaktiek richten op denken en doen. Het onderwijsprogramma van het Technasium verwacht van leerlingen dat zij hun intelligentie, creativiteit en nieuwsgierigheid aanspreken en inzetten. Leerlingen van het Technasium zijn actief en verantwoordelijk: ze werpen vragen op en onderzoeken, leggen verbanden tussen theorie en praktijk, bouwen en brouwen. Zij zetten hun leercompetenties in om de benodigde kennis, vaardigheden en attituden te verwerven.
4. Een werkplaats inrichten. Een Technasium beschikt over ruimte(s) waarin leerlingen kunnen onderzoeken en ontwerpen. De werkplaats is zowel tijdens als buiten lestijd toegankelijk.
5. Een Technasiumcultuur ontwikkelen. Een Technasium ontwikkelt een herkenbare cultuur. Deze is onder andere te herkennen aan tal van activiteiten, gericht op de moderne wereld van wetenschap en techniek.
2.3. Ambities van de scholen De gemeenschappelijke doelstellingen van het Netwerk Zuid-West Nederland worden door de scholen ieder op een eigen manier vertaald. Een en ander is mede afhankelijk van de cultuur in een school, de visie op onderwijs, bestaande ontwikkelingen in het onderwijsaanbod, samenstelling van het personeelsbestand en leerlingenpopulatie. Hoewel de samenwerking voorop staat, heeft iedere partner dus zijn eigen ambities2. De netwerkpartners willen het Technasium onderbrengen in de vernieuwde onderbouw havo en vwo. Op termijn wordt het onderwijsprogramma doorvertaald naar de natuur-profielen (NT/NG) in de bovenbouw. Uiteindelijk is het de bedoeling dat leerlingen het vak ‘Onderzoek en Ontwerpen’ kunnen kiezen in het eindexamenprogramma en dat dit een vermelding krijgt op het diploma.
2
Zie hiervoor hoofdstuk 3.
5/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Concreet betekent dit voor het onderwijs: • Ontwikkelen van een doorlopende leerlijn van ‘Onderzoek en Ontwerpen’ voor de klassen 1 tot en met 6. • Een curriculum waarin ‘Onderzoek en Ontwerpen’ officieel onderdeel is van het eindexamen. • Projectmatig werken, waarin veel aandacht is voor zelfstandig en zelfverantwoordelijk leren. • Een goede balans vinden tussen opdoen van kennis en ontwikkelen van vaardigheden en attituden (het verwerven van competenties). • Onderwijs in relatie brengen met de beroepspraktijk. • Aandacht voor verbeterde aansluiting met hoger onderwijs. Concreet betekent dit voor het netwerk: • Krachtenbundeling van het openbaar voortgezet onderwijs in de regio, gericht op versterking van het bèta-technisch onderwijsprogramma in het voortgezet onderwijs. • Realiseren van verdergaande (regionale) samenwerking met het hoger (wetenschappelijk) onderwijs en bedrijfsleven. • Kwaliteitsverbetering van onderwijs in bèta en techniek als gevolg van de samenwerking en onderlinge afstemming. • Aansluiting bij landelijk platform voor scholen die een Technasium ontwikkelen. • Netwerkpartners spannen zich in voor de bouw / ontwikkeling van een werkplaats op iedere school. Concreet betekent dit voor de docenten: • Docenten ontwikkelen onderwijs over de grenzen van het eigen vakgebied en de school heen. • Docenten krijgen een nieuwe rol: het begeleiden van projecten. • Docenten beoordelen niet alleen het resultaat, maar ook het proces van samenwerking en de evaluatie van de inzet van leerlingen. • Docenten werken samen met collega´s uit andere vakgebieden, het hoger onderwijs en experts uit het bedrijfsleven. • Docenten krijgen de gelegenheid de belangstelling voor bèta en techniek te stimuleren. • Docenten ontvangen – na het volgen van verplichte scholingsbijeenkomsten – een certificaat voor O&O begeleiders. (O&O staat voor het vak ‘Onderzoek en Ontwerpen’.) Concreet betekent dit voor de leerlingen: • Leerlingen leren meer zelfstandig en zelfverantwoordelijk werken. • Leerlingen ontdekken door te dóen. • Leerlingen leren reflecteren. • Leerlingen krijgen op basis van de reflectie inzicht in eigen competenties: kennis, vaardigheden en attituden. • Leerlingen werken samen aan beroepsgerichte opdrachten. • Leerlingen maken kennis met vervolgopleidingen in het hoger (wetenschappelijk) onderwijs. • Leerlingen maken kennis met toepassingsmogelijkheden van bèta en techniek in de dagelijkse praktijk van het bedrijfsleven. • Leerlingen krijgen inzicht in de bèta – technische beroepen. • Leerlingen bouwen op basis van het inzicht in de eigen competenties aan een portfolio in bèta en techniek.
6/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
3. Netwerk Zuid-West Nederland De scholen die participeren in het netwerk Zuid-West Nederland hebben ieder individueel een weloverwogen keuze gemaakt om zich in te zetten voor de invoering van het Technasium op de eigen school. Iedere onderwijsinstelling heeft een eigen cultuur, eigen ambities en een eigen visie, die bepalend is voor de keuze zich voor het Technasium in te zetten. Voor alle scholen geldt ook dat er eigen kansen en bedreigingen zijn. De aanleiding voor de invoering, de individuele doelstelling van de scholen kunnen dan ook verschillen, evenals het tempo van de ontwikkeling en de omvang van de doelgroep waarvoor het aanbod geldt. Gezamenlijk nemen de scholen echter wel de strategische verantwoordelijkheid voor versterking van het bèta-technisch onderwijs in de Zuid-West regio. Het gaat om het stimuleren van de belangstelling bij leerlingen voor bèta-technische vakken en de keuze voor natuurprofielen in het bijzonder. Niet alleen de instroom in dergelijke examenprofielen wil het netwerk bevorderen. Ook de doorstroom naar bèta-technische studies in het hoger (wetenschappelijk) onderwijs is van belang. In paragraaf 2.1. van hoofdstuk 2 zijn reeds de gezamenlijke streefcijfers in dit verband benoemd.
3.1. De deelnemende scholen 3.1.1. Het Goese Lyceum Het Goese Lyceum te Goes kent twee locaties: één voor vmbo-basis en -kader (600 leerlingen) en één voor vmbo-gemengd, vmbo-theoretisch, havo en vwo (1550 leerlingen). Er bestaan intensieve samenwerkingsvormen tussen beide entiteiten, al heeft elke locatie haar eigen docentencorps en eigen schoolcultuur. Reeds in het verleden behoorden beide locaties tot (al dan niet gecertificeerde) voorloperscholen op verschillende gebieden. Het Goese Lyceum is ‘de breedste school van Zeeland’. Het biedt onderwijs aan van lwoo tot en met tweetalig gymnasium. Leerlingen in vmbo-basis en -kader kunnen zich zelfs specialiseren in theatertechniek. Voor vmbo-gemengd, havo en vwo zijn er kunst- en cultuurklassen. Voor vwo’ers zijn er gymnasiumklassen en is er een tweetalige afdeling (Engelstalig). Met ingang van 1 augustus 2008 maakt ‘Onderzoek en Ontwerpen’ deel uit van het aanbod. Om zoveel mogelijk onderwijs op maat te bieden, maakt de school het de leerlingen mogelijk in ‘de tweede fase’ examenvakken te volgen als muziek, beeldende vormgeving, wiskunde - d en informatica. Tevens biedt ze modules aan, zoals filosofie en boekhouden. De vakken ‘kcv’ en ‘Onderzoek en Ontwerpen’ worden op vwo-niveau aangeboden en zijn voor geïnteresseerde havisten in te roosteren. Werken in teamverband blijkt voor veel docenten stimulerend. De docenten vmbo-basis en -kader kunnen lessen verzorgen in het pro-line- of in het @school-team. Op de andere locatie kunnen docenten deel uitmaken van het kunst- en cultuurteam of van het tweetalig-vwo-team. Voor het Technasium heeft zich een aantal zeer gemotiveerde docenten gemeld, hetgeen impliceert dat binnen afzienbare tijd er een docentengroep is, die haar enthousiasme zal weten over te brengen op leerlingen die kiezen voor het Technasium. Het zijn eveneens deze Technasiumdocenten die te zijner tijd alles zullen aangrijpen, om het exacte onderwijs méér te laten zijn dan de standaardvakken plus ‘Onderzoek en Ontwerpen’. De huidige stand van zaken en de streefcijfers van Het Goese Lyceum in het kader van bèta-technisch onderwijs zijn opgenomen in de bijlage op pagina 26.
7/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
3.1.2. Nehalennia Stedelijke Scholengemeenschap Nehalennia SSG is een openbare, brede scholengemeenschap met twee locaties. Op de ene locatie is het vmbo gehuisvest, op de andere het havo/vwo. Nehalennia SSG stelt zich ten doel de leerlingen optimale kansen te bieden zich intellectueel, cultureel en maatschappelijk te ontwikkelen, waarbij zij in belangrijke mate uitgedaagd worden zelf verantwoordelijk te zijn voor het eigen leerproces. De wijze waarop wij dit willen bereiken hebben wij verwoord in de zeven pijlers van Nehalennia: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Leerlingen van Nehalennia SSG nemen actief deel aan het onderwijsproces. Leerlingen leren in een realistische en stimulerende leeromgeving. Nehalennia SSG is een ontmoetingsschool waar leerlingen met en van elkaar leren. Nehalennia SSG biedt onderwijs op maat: er wordt rekening gehouden met intellectuele, culturele en maatschappelijke behoeftes van leerlingen. Nehalennia SSG is een opstroomschool, waarbij leerlingen en docenten uitgedaagd worden om ‘het onderste uit de kan te halen’. Nehalennia SSG is een open school die midden in de samenleving staat. Nehalennia SSG is een kwaliteitsschool en vindt schoolrendement en de inrichting van de organisatie van belang als essentiële aspecten van kwaliteit.
Naast de bovengenoemde pijlers heeft Nehalennia een aantal specifieke Technasium doelstellingen, te weten: 1. Leerlingen kennis laten maken met de veelzijdigheid & aantrekkelijkheid van een keuze voor een studie of beroep in een technische richting teneinde het percentage leerlingen (en met name meisjes!) dat de keuze maakt voor een B-technische richting te vergroten. 2. Aanbieden van het vak ‘Onderzoek & Ontwerpen’ vanaf klas 1 tot en 5 (op havo-niveau) en 6 (op vwo-niveau) als examenvak. 3. Leerlingen zodanig prikkelen dat zij hun verstand, creativiteit en nieuwsgierigheid aanspreken en inzetten. Daarbij is het werken in een team (van zowel docenten als leerlingen) een voorwaarde. 4. Het creëren van een techniekwerkplaats met ruime openingstijden, zodat leerlingen ook buiten de reguliere lestijden om daar aan de slag kunnen. De huidige stand van zaken en de streefcijfers van Nehalennia SSG in het kader van bèta-technisch onderwijs zijn opgenomen in de bijlage op pagina 26.
3.1.3. Pieter Zeeman Pieter Zeeman is een brede scholengemeenschap van bbl+ tot vwo+ met ongeveer 1020 leerlingen. Pieter Zeeman is de enige school voor Voortgezet Onderwijs op Schouwen-Duiveland en vervult dan ook ten volle de streekfunctie die van haar verlangd wordt. Het is een school voor openbaar onderwijs en maakt deel uit van de Pontes Scholengroep, met vestigingen in Zierikzee en Goes. Naamgever Pieter Zeeman, oud-leerling van de school, ontving in 1902, samen met Hendrik Antoon Lorentz de Nobelprijs voor natuurkunde. De vragen waar Pontes Pieter Zeeman de laatste jaren druk mee bezig is, zijn: “Waardoor kan een leerling werkelijk geïnspireerd raken bij het leren op school?”. En: “Wat kunnen we daar als school extra aan bijdragen?”. Om de leeromgeving van de leerlingen meer inspirerend te maken, is een meerjaren traject gestart. Het doel is om het onderwijs op velerlei gebied te verbeteren en aantrekkelijker te maken voor de leerlingen, zodat het onderwijs nog beter aansluit bij de leerling van nu en die in de toekomst.
8/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Om dat te bereiken is ingezet op: internationalisering, elektronische leeromgeving, leerhuis/teamteaching (onderbouwklassen vmbo),leergebieden/ vakkenintegratie, integratie avo-praktijk/ teamteaching (bovenbouw vmbo), werkplekleren/ competentieleren (bovenbouw vmbo). Er worden experimenten gedaan binnen het vmbo door aan leerlingen onderwijs te bieden waarbij avo en praktijkvakken geïntegreerd worden. In havo/vwo integreren we vakken om leergebieden met elkaar te verbinden. Daarnaast wil Pieter Zeeman haar leerlingen de ruimte geven om meer hun eigen pad te maken binnen ons onderwijs: “onderwijs op maat”. Onder andere op diverse “leerpleinen” bestaat er de mogelijkheid dat de goede leerling vooruit kan, en de zwakke leerling meer aandacht krijgt. De kunst is alle leerlingen een ‘eigendomsgevoel’ te laten krijgen: zij stellen de leervragen en werken daaraan, de school en de docent ondersteunen dat proces. Docenten zijn zelf (als het goed is) geïnspireerd door het vak of de vakken die ze geven. Inspiratie is dan ook vaak gekoppeld aan leergebieden In het huidige vwo+ krijgen leerlingen vanuit de verschillende leergebieden iets extra’s aangereikt. Het onderwijsaanbod kan meer worden ‘ingekleurd’ met kunst en cultuur, sport en Technasium . In schooljaar 2007-2008 zal Pieter Zeeman in de 1 vwo+ klas via modules een tweetal projecten van het Technasium gaan uitproberen. De huidige stand van zaken en de streefcijfers van Pieter Zeeman in het kader van bèta-technisch onderwijs zijn opgenomen in de bijlage op pagina 27.
3.1.4. Stedelijke Scholengemeenschap De Rede De Stedelijke Scholengemeenschap De Rede is een regionale scholengemeenschap met een breed aanbod aan afdelingen: Van vmbo met leerweg ondersteuning tot gymnasium. De school telt 1352 leerlingen en 160 personeelsleden. De Stichting Openbaar Voortgezet Onderwijs Zeeuws-Vlaanderen is het Bevoegd Gezag. De algemeen directeur is tevens bestuurder van die stichting. Er is een Raad van Toezicht die toezicht uitoefent op het bestuur. De Rede is een openbare school. Kernbegrippen zijn: open, actief en veilig. De Rede wil een school zijn waar leerlingen en medewerkers zich thuis voelen. De slogan luidt dan ook: ‘De Rede, je voelt je er thuis’. De Terneuzense scholengemeenschap is als enige school in Zeeuws-Vlaanderen aangesloten bij het netwerk Zuid-West-Nederland van Technasium. Technasium brengt de leerlingen in aanraking met technische vervolgstudies, bedrijven en beroepen. Er wordt ingespeeld op de groeiende vraag van het bedrijfsleven naar goed opgeleide bèta mensen. Het vak ‘Onderzoek en Ontwerpen’ vormt het hart van het Technasium. In interessante projectopdrachten koppelt de leerling theorie aan praktijk. Denken is gekoppeld aan doen. De invoering van het nieuwe vak start na de herfstvakantie van het cursusjaar 2007-2008 in de brugklas met een acht weken durend project van 5 lesuren per week. Tussen de herfst- en kerstvakantie volgt een groep leerlingen het schoolproject “Ontwerpen van een dakterras”. Na de kerstvakantie draait een andere groep het gezamenlijke project uit het netwerk: Nemo: “Bouw een exhibit”. Het schoolproject is dus “Ontwerpen van een dakterras”. De opdrachtgever is een projectontwikkelaar. De locatie: de te bouwen Skihal aan de rand van Terneuzen, een prestigieus plan, uniek voor Nederland. Belangrijke aspecten zijn: kleur, stijl, aangezicht en bruikbaarheid en multifunctionaliteit. De jaren na de brugklas groeit het vak door tot en met de hoogste klassen van het havo en vwo. In de onderbouw heeft ‘Onderzoek en Ontwerpen’ een breed oriënterend karakter, waarbij het accent op experimenteren, plezier en ontdekken ligt. Na drie jaar krijgen de leerlingen een certificaat uitgereikt. In de Tweede Fase hebben de leerlingen opnieuw een mogelijkheid in te stromen in het Technasiumonderwijs. Het vak wordt op havo en vwo afgesloten met een schoolexamen dat bestaat uit een meesterproef. Deze wordt mede beoordeeld door een deskundige van buiten de school. Dit kan iemand zijn vanuit de beroepspraktijk of vervolgopleiding.
9/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Voor de vaardigheid ontwerpen wordt er een Technasium werkplaats ingericht. Deze doet dienst als studio, atelier en laboratorium en is ook buiten de lesuren voor de Technasiumleerlingen toegankelijk. Bij de realisering van de (ver)nieuwbouw van De Rede is er voorzien in ruime Technasiumwerkplaats. Per 1 augustus 2009 is de nieuwbouw gerealiseerd. Het bedrijfsleven, dat de nieuwe onderwijsontwikkeling met gejuich begroet, wordt nadrukkelijk betrokken bij het Technasium. Zo zal het voorkomen dat bedrijven een project of probleemstelling voorleggen, waarvoor leerlingen een oplossing moeten ontwerpen. De deelnemende scholen aan het netwerk bedenken projecten die overdraagbaar moeten zijn op de andere scholen. Het landelijke platform Technasium begeleidt de deelnemende scholen en bewaakt de kwaliteit van de projecten. Tevens wordt er een samenwerking georganiseerd met het hoger en wetenschappelijk onderwijs. Technasium is een Europees gedeponeerde naam. Alleen de scholen die het predicaat Technasium voeren, mogen gebruik maken van de projecten die op andere scholen ontwikkeld zijn. De Rede spant zich al een aantal jaren in om de bètavakken meer onder de aandacht van de leerlingen te brengen en ze voor deze bakken te enthousiasmeren. De school maakt sinds het schooljaar 2004-2005 deel uit van Jet Net (Jongeren en Technologie Netwerk Nederland) met onder andere jaarlijkse bezoeken aan de Jet Net Career Day in het Evoluon in Eindhoven (oriëntatie op technische en bèta vervolgstudies), scholierendagen, excursies naar Technopolis in Mechelen, presentaties, stages en bedrijfsbezoeken. Voor Jet Net is er een nauwe samenwerking met DOW Chemical Benelux, een van de grootste chemische bedrijven uit Europa. De huidige stand van zaken en de streefcijfers van De Rede in het kader van bèta-technisch onderwijs zijn opgenomen in de bijlage op pagina 27.
3.1.5. Regionale Scholengemeenschap ’t Rijks RSG ’t Rijks biedt aan haar leerlingen algemeen vormend onderwijs (gymnasium, atheneum, havo en vmbo/mavo) op openbare grondslag. Dit is van hoge kwaliteit met veel keuzemogelijkheden voor leerlingen in een goed geregelde organisatie. We streven naar duidelijkheid. Er is een vast ritme van werken, leren en ontspannen. Er zijn duidelijke regels en afspraken vastgelegd in het schoolreglement en het leerlingenstatuut. ’t Rijks is een open schoolorganisatie die inspeelt op nieuwe onderwijskundige en maatschappelijke ontwikkelingen. We lopen niet voorop, maar integreren nieuwe elementen zonder kinderziektes in de bestaande organisatie. Dit geeft ons organisatorisch een voorsprong. Gedegen werkplannen en werkverdelingen borgen een sterke organisatie. Onderwijskundig staat de ontwikkeling van talent centraal. In de eerste plaats gaat het daarbij om kennis en kunde en het te behalen diploma. Daarnaast maken ‘kunst & cultuur’, ‘sport & beweging’ en ook ’bèta & techniek’ een belangrijk deel uit van het onderwijsprogramma. 't Rijks wil een breed aanbod van onderwijskundige mogelijkheden aanbieden, gesteund door een basispakket aan zorgvoorzieningen, zodat leerlingen succesvol hun schooltype doorlopen in een aangename veilige sfeer. Technasium is voor ’t Rijks een belangrijk middel om de belangstelling voor Bèta en technisch onderwijs te versterken. Wat aanspreekt is de creativiteit van het leerproces. De school is van mening dat Technasium daar bij uitstek een beroep op doet. In het additionele aanbod van de school is deze bèta-technische richting tot nu toe nog onderbelicht. Investeren in de ontwikkeling van Technasium betekent dan ook dat daarmee het totaalaanbod compleet is en dat een diversiteit aan leerlingen kan worden bediend. Behalve versterking en stimuleren van belangstelling voor bèta ziet de school op termijn mogelijkheden om verbinding te maken tussen cultuur en Technasium.
10/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Bij het Technasium draait het om de kennismaking met de (toepassings)mogelijkheden van bèta en techniek in de alledaagse praktijk van onze samenleving. Het aanbod van onderwijs in het Technasium moet aansluiten bij de belevingswereld van de leerling en is mede daarom ook heel praktisch. Het vak ‘Onderzoek en Ontwerpen’ is de pijler waarop het onderwijs berust. Leerlingen krijgen projectopdrachten waarin de actuele beroepspraktijk centraal staat. Bèta en techniek krijgen in deze context van de praktijk betekenis voor de leerlingen en gaan ‘leven’. ‘Onderzoek en Ontwerpen’ betekent dat leerlingen actief en op verschillende manieren worden betrokken. Enerzijds gaat het om het nadenken over de mogelijkheden die bèta en techniek bieden: het doen van onderzoek. Om vervolgens anderzijds de ideeën die zijn uitgedacht te vertalen in een ontwerp waarmee de toepassing tastbaar wordt. In de loop van de tijd moet de kennismaking met bèta en techniek voor de leerlingen overgaan in verdere verdieping in deze thema’s. Van de leerlingen wordt verwacht dat zij met elkaar samenwerken en elkaar enthousiasmeren, stimuleren. Het onderwijs in het Technasium is erop gericht de onbekendheid van bèta en techniek te laten verdwijnen. Leerlingen krijgen de kans om te ontdekken welke kwaliteiten zij hebben om met bèta en techniek om te gaan en deze te ontwikkelen. Ontdekken en onderzoeken wat kan en wat niet kan. De ambitie van ‘t Rijks om met het Technasium het onderwijs in bèta en techniek een impuls te geven is niet enkel inhoudelijk, maar ook gekoppeld aan de doelstelling van ‘t Rijks om een bijdrage te leveren aan versterking van de keten van het bèta-technisch onderwijs en beroepenveld. De inspanningen zijn erop gericht de uitstroom van leerlingen naar de bèta-technische studies in het hoger onderwijs bevorderen. Concreet streeft ’t Rijks naar een verhoging van het percentage leerlingen dat kiest voor een bèta-technisch profiel (NG of NT), met 15% in 2010 ten opzichte van 2007. In het verlengde daarvan mikt de school eveneens op een daaraan evenredig verhoogd uitstroompercentage van leerlingen richting een bèta-technische studies in het hoger onderwijs. De huidige stand van zaken en de streefcijfers van ‘t Rijks in het kader van bèta-technisch onderwijs zijn opgenomen in de bijlage op pagina 28.
3.1.6 Stedelijke Scholengemeenschap Scheldemond Scheldemond is een prettige school, waar je als leerling volop kansen krijgt jouw talenten te ontwikkelen. De school biedt degelijk, kwalitatief goed onderwijs met inzet van de meest moderne middelen en een uitstekende zorg en begeleiding. Het is een gezonde school, die je wil activeren binnen en buiten de lessen. Daarmee is het ook een gezellige school. Scheldemond is een school die in de omgeving is verankerd en daarin actief is. Scheldemond, op koers – vanuit een goede basis! Scheldemond wil een school zijn, die de ‘balans’ zoekt en weet te vinden, in de eerste plaats voor haar leerlingen, maar zeker ook voor haar medewerkers en ‘stakeholders’, de andere belanghebbenden. We zoeken, als school ‘middenin de samenleving’, de balans tussen enerzijds innovaties en moderniseringen in zowel onderwijsprogramma als fysieke leeromgeving en leermiddelen en anderzijds een degelijke kwaliteit en een stevige structuur. We zoeken op dezelfde manier de juiste verhouding tussen competentiegericht leren en het oefenen van voor het vervolgonderwijs en de informatiemaatschappij nodige vaardigheden aan de ene kant en een solide kennisbasis aan de andere kant. Scheldemond heeft in de afgelopen jaren veel geïnvesteerd in onderwijsvernieuwing, zeker waar het gaat om het programma aanbod. Hetzelfde geldt voor leermiddelen, vooral op het gebied van ICT en multimedia. Enerzijds kan school, kan en mag onderwijs ‘leuk’ zijn, maar dat is niet het belangrijkste. ‘Leren leren’ is ook ‘leren’ tegen de directe behoefte aan ‘consumptie en vermaak’ in. De genoemde degelijke basis en structuur zijn iets wat geen leerling kan missen.
11/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Anderzijds is de middelbare schoolperiode een belangrijke tijd in de ontwikkeling van een mens, waar het gaat om ‘ontdekken en ontwikkelen,’ maar ook om gezelligheid, ontspanning en plezier. Scheldemond wil een gezellige school zijn, op een gezonde en actieve manier. De leerling en zijn onderwijs is waar het voor ons om draait. Het gaat erom, dat we er in slagen leerprocessen bij onze leerlingen op gang te brengen. Dat doen we door ze op hun leergierigheid aan te spreken, maar ook door regels en discipline. We zorgen als Scheldemond voor een adequate leerorganisatie, stellen de juiste leerbronnen beschikbaar en zorgen voor een krachtige, contextrijke leeromgeving (zowel intern als extern), met de leraar als belangrijkste motivator en inspirator van leren. We stellen zo het leren van leerlingen centraal en al de rollen in ons systeem evalueren naar het effect op het leren bij leerlingen. Daarbij zijn er vijf punten om op te letten. Leerlingen moeten zo veel mogelijk: 1. Actief zijn (iets doen om hun leerstof te verwerken), zowel binnen als buiten de school. 2. Constructief zijn (zelf nieuwe ervaringen en kennis combineren met oude). 3. Doelgericht met de kennis omgaan (leren geeft succeservaring, wanneer je vooraf een haalbaar doel stelt) 4. Samen (coöperatief) bezig zijn. (Leren is een sociaal proces) 5. Hun leerproces naar vermogen zelf kunnen reguleren (zelfsturing werkt motiverend). Deze doelstellingen komen alle terug in het Technasium concept van Scheldemond. Naast de hierboven genoemde algemene doelstellingen kent Scheldemond ook nog specifieke Technasium doelstellingen. SSG Scheldemond heeft in april 2007, een samenwerkingsconvenant ondertekend met nog 5 scholen in Zeeland en West-Brabant om samen een Technasium netwerk te vormen. Dit is een landelijke ontwikkeling, die een impuls wil geven aan de exacte profielen binnen havo en vwo en een bijdrage wil leveren aan het voorbereiden van kenniswerkers voor onze kenniseconomie. Daartoe wordt gekozen voor projectmatig leren als onderwijskundig concept. Een sterke koppeling met het beroepenveld is voorwaarde om op realistische wijze kennis te kunnen maken met de echte wereld. Uiteindelijk resulteert dit in het examenvak “Onderzoeken en ontwerpen” op havo en vwo. Verdere doelstellingen zijn:
Bevorderen van contextrijk en omgevingsgericht leren: De opdrachten voor de Technasiummodules moeten realistisch zijn en komen uit het bedrijfsleven of andere (niet schoolse) organisaties. Scheldemond is een voorstander van contextrijk en omgevingsgericht leren, leren van en in de praktijk en dat zal mede hierdoor verder gestimuleerd worden. De samenwerking met bedrijven uit de nabije omgeving is daarbij een belangrijke voorwaarde.
Bevorderen van de samenhang tussen vakken: In de diverse modules, projecten, die in ons concept worden aangeboden zal voor de leerlingen duidelijk worden dat er een grote samenhang bestaat tussen diverse vakken. Daarbij gaat het niet alleen om de exacte vakken, maar ook om de zaakvakken en de talen.
Bevorderen van onderzoeks- en ontwerpvaardigheden: In het vervolgonderwijs en in de beroepspraktijk zullen leerlingen / studenten steeds meer en vaker aan opdrachten moeten werken waarbij een groot beroep gedaan wordt op onderzoeksvaardigheden en daaraan gekoppeld opdrachten om die vaardigheden toe te passen in diverse ontwerpen. Een sterke koppeling met het beroepenveld is voorwaarde om op realistische wijze kennis te kunnen maken met de echte wereld. Uiteindelijk resulteert dit in het examenvak “Onderzoek en Ontwerpen” op havo en vwo.
12/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Bevorderen van teamwork De meeste opdrachten die de leerlingen uitvoeren doen ze in groepen. Daarbij is het dus, net als in het dagelijks leven, erg belangrijk dat je onderling duidelijke afspraken maakt, dat je gezamenlijk een doel voor ogen hebt en dus ook als team goed samenwerkt om dat doel te bereiken. Ook communicatieve en planningsvaardigheden spelen hierbij een belangrijke rol. De huidige stand van zaken en de streefcijfers van De Rede in het kader van bèta-technisch onderwijs zijn opgenomen in de bijlage op pagina 28.
3.2. Organisatie van het netwerk 3.2.1. Stuurgroep Op strategisch niveau zijn de scholen die participeren in het netwerk vertegenwoordigd in de Stuurgroep. Het is de taak van de Stuurgroep om de Technasiumontwikkeling binnen het netwerk te sturen, te bewaken en te borgen. De Stuurgroep is verantwoordelijk voor de beleidskaders waarbinnen de ontwikkeling van het Technasiumonderwijs plaatsvindt en de daarvoor noodzakelijke inzet van middelen. Dit betekent dat onder meer gezamenlijke afspraken worden gemaakt over het programma, de (scholings)activiteiten en de wijze waarop de inzet van Technatoren en docenten wordt gefaciliteerd. Ook houdt de Stuurgroep zich bezig met de in- en externe communicatie over de ontwikkelingen binnen het netwerk, onderhoudt zij contacten met het hoger onderwijs en bedrijfsleven ten behoeve van regionale samenwerking en investeert zij waarnodig in contact met andere Technasiumnetwerken. De Stuurgroep komt om de vier tot zes weken bijeen voor overleg. Een planning voor dat overleg is opgenomen op de pagina’s 18 en 19 van dit projectplan. De Stuurgroep is als volgt samengesteld: De heer drs. A.P.M. Wevers, Goese Lyceum De heer drs. D.P. van Ree, Goese Lyceum De heer drs. L.K. de Kraker, Nehalennia SSG Mevrouw M. Wagensveld, Nehalennia SSG De heer drs. A.F.J.M. Martens, Pieter Zeeman Mevrouw E.H.A. Messing, Pieter Zeeman De heer E. R. van den Hooven MA, SSG De Rede De heer J.F. Begijn, SSG De Rede De heer drs. L.C.M. de Rond MA, RSG ‘t Rijks, voorzitter stuurgroep. De heer drs. H.A.G. Groenveld, RSG ’t Rijks De heer drs. E.J.A. Fagg, SSG Scheldemond
3.2.2.Technatoren De scholen van het netwerk Zuid-West Nederland hebben ieder voor het cursusjaar 2007-2008 een Technator benoemd die intern verantwoordelijk is voor de aansturing van de Technasiumontwikkelingen. De Technator vervult binnen de school een coördinerende rol en is zowel in- als extern het aanspreekpunt als het gaat om de onderwijskundige stand van zaken. De Technatoren voeren gezamenlijk overleg, waarin ervaringen worden gedeeld en deskundigheid wordt uitgewisseld. Een planning van dit vier tot zes-wekelijkse Technatorenoverleg is opgenomen op de pagina’s 18 en 19 van dit projectplan. De volgende Technatoren zijn in het cursusjaar 2007-2008 benoemd: Mevrouw D. Robyn, Goese Lyceum De heer ir. G.A. Schuurbiers, Nehalennia SSG Mevrouw E.H.A. Messing, Pieter Zeeman De heer P. van Gelder, Pieter Zeeman 13/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
De De De De
heer heer heer heer
ir. H. Alberts, SSG De Rede drs. H.A.G. Groenveld, RSG ’t Rijks, voorzitter J. Lievens, RSG ’t Rijks J. Roelse, Scheldemond SSG
Op gezette tijden gedurende de looptijd van het project zullen de leden van de stuurgroep en de Technatoren gezamenlijk overleg voeren met het oog op de onderlinge afstemming.
3.2.3. Partners 3.2.3.1. Hoger onderwijs ‘Onderzoeken en ontwerpen’ staat centraal in het onderwijs van het Technasium. Bij de ontwikkeling van het projectmatige onderwijs en de opdrachten die daarbij horen, is inhoudelijke expertise en ondersteuning vanuit het hoger onderwijs op onderdelen wenselijk. Het Netwerk Zuid-West Nederland wil zich dan ook in haar activiteiten laten adviseren door partners uit het hoger onderwijs en op die manier een bredere samenwerking binnen het onderwijsveld van de bèta-techniek tot stand brengen. Het hoger onderwijs kan naast het adviseurschap ook nog een bijdrage leveren in: • de ondersteuning in de uitvoering van projectopdrachten (bijvoorbeeld door uitwisseling van docenten). • verzorgen van gastlessen door docenten en/of studenten. • mogelijkheid creëren voor stage in bèta-techniek aan docenten van het VO. • bijdrage leveren aan excursie in eigen huis, of bij bedrijven uit het netwerk van hoger onderwijs. • materiële en/of facilitaire ondersteuning. Adviseurs van de Stuurgroep en contactpersonen in het Tecnatorenoverleg: • Mevrouw R. Overman, Avans Hogeschool • De heer M. Anthonise, Hogeschool Zeeland • De heer M.P. van Gilst, Hogeschool Zeeland De adviseurs van de Stuurgroep hebben op basis van hun positie in het hoger onderwijs, achtergrond en expertise zitting in de Stuurgroep en fungeren als sparringpartner voor de netwerkscholen. De adviseurs zijn niet formeel lid van de Stuurgroep en beschikken als zodanig niet over stemrecht inzake besluitvorming. In de rol van contactpersoon zijn de partners van het hoger onderwijs sparringpartner voor de Technatoren en hun teams waar het de onderwijsontwikkeling betreft. Zij nemen deel aan het overleg met als doel kennis en expertise vanuit het hoger onderwijs te delen met de Technatoren. Formeel zijn de contactpersonen geen lid van de werkgroep van Technatoren. Er is dan ook geen sprake van stemrecht inzake de besluitvorming.
3.2.3.2. Bedrijfsleven De opdrachten die voor het vak ‘Onderzoek en Ontwerpen’ worden ontwikkeld, vergen een actieve rol van het bedrijfsleven. De projecten zijn gekoppeld aan een beroepsprofiel en hebben een relatie met de dagelijkse praktijk en toepassingsmogelijkheden van bèta en techniek. De scholen van Zuid-West Nederland spannen zich dan ook in om rond haar samenwerkingsverband ook een netwerk van bedrijven en instellingen te formeren, die hun medewerking willen verlenen in de ontwikkeling en uitvoering van projectopdrachten.
14/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Om het bedrijfsleven te informeren over de Technasiumontwikkelingen zal de Stuurgroep van het Netwerk in het cursusjaar 2007-2008 een aantal bijeenkomsten beleggen, bijvoorbeeld via MKB-bedrijven en bijeenkomsten en vergaderingen van de Kamers van Koophandel in de regio. Doel is ook het bedrijfsleven te bewegen om gevraagd op te treden als adviseur. Adviseurs uit het bedrijfsleven hebben in de Stuurgroep een positie overeenkomstig de positie van de adviseurs uit het hoger onderwijs.
3.2.4. Stichting Technasium. De Stichting Technasium heeft tot doel binnen het voortgezet onderwijs de schakel te zijn in de keten naar het hoger onderwijs in de bèta en techniek. Zij verbindt zich aan de doelstellingen zoals die zijn vermeld in het Deltaplan bèta en techniek en is uitgegroeid tot projectorganisatie die landelijk de versterking van bèta en technisch onderwijs stimuleert door de invoering van Technasium en het daarmee verbonden vak ‘onderzoeken en ontwerpen’. Het Technasium wordt gerealiseerd in regionale samenwerkingsverbanden zoals het Netwerk Zuid-West Nederland. Gekozen is voor een aanpak die overdraagbaar is. Kenmerkend is de schooloverstijgende samenwerking, denken en doen gaan hand in hand, vrijheid in gebondenheid. De producten die ontwikkeld worden in het Netwerk komen ter beschikking aan scholen voor voortgezet onderwijs die ook een Technasium gaan ontwikkelen. De Stichting Technasium beoordeelt de kwaliteit van de producten. Belangrijke uitgangspunten hierbij zijn: herkenbaarheid, kwaliteit, flexibiliteit en actualiteit van het lesmateriaal. Het Netwerk Zuid-West Nederland wordt in de ontwikkeling van het Technasium ondersteund door de Stichting, in de persoon van de heer B. Wanders.
3.2.5. Universumscholen. RSG ’t Rijks is een Universumschool en Nehalennia SSG heeft een aanvraag ingediend om deze erkenning te verkrijgen. De andere scholen in het netwerk zijn aangemerkt als volgscholen voor Universum. Scholen die deelnemen aan het Universum Programma hebben tot doel het bestaande bètaprofiel te versterken en/of verder te ontwikkelen. De inzet is erop gericht om structureel 15% meer instroom van leerlingen te realiseren in de NT en NG profielen. Ook zetten deze scholen zich in voor een hoge doorstroom van leerlingen naar de bètatechniek-studies in het hoger onderwijs. Het Universum Programma vraagt van scholen dat zij in het bèta-technische onderwijs meer de relatie aanbrengen met - (de toepassingen in) - de dagelijkse praktijk. De doelstellingen van het Universum Programma passen in de filosofie van het Technasium en de Technasiumontwikkeling is daarmee een goede manier om deze te realiseren.
3.2.6. Overige netwerken en Technasiumscholen. De netwerkpartners maken deel uit van een landelijk netwerk van Technasiumscholen. De leden van de stuurgroep hebben zitting in de participantenraad. Overige leden van de participantenraad zijn: www.doultremontcollege.nl • d’ Oultremontcollege, Drunen: • Scholengemeenschap Tabor, Hoorn: www.tabor.nl www.eckart.sghetplein.nl • Pleincollege Eckart, Eindhoven: www.dr-knippenbergcollege.nl • Dr.-Knippenbergcollege, Helmond: www.varendonck.nl • Varendonck-College, Asten: www.jrl.nl • Jacob-Roelandslyceum, Boxtel:
(lid (lid (lid (lid
netwerk netwerk netwerk netwerk
Brabant Brabant Brabant Brabant
Oost) Oost) Oost) Oost)
15/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Participanten die reeds een Technasiumerkenning in hun bezit hebben: • Zernike College, Haren: www.zernike.nl • Praedinius gymnasium, Groningen: www.preadinius.nl • H.N. Werkman-College, Groningen: www.werkmancollege.nl www.rsgdeborgen.com • RSG de Borgen, Leek: www.ubboemmius.info • Ubbo Emmius, Stadskanaal: www.bc-enschede.nl • Bonhoeffer College, Enschede: • OSG Erasmus, Almelo: www.osg-erasmus.nl www.reggesteyn.nl • Reggesteyn, Nijverdal: • Thorbecke SG, Zwolle: www.thorbecke-zwolle.nl www.waerdenborch.nl • De Waerdenborch, Holten: • Gerrit Rietveld College, Utrecht: www.gerritrietveldcollege.nl www.hetstreek.nl • Het Streek, Ede: www.candea.nl • Candea College, Duiven: www.merletcollege.nl • Merletcollege, Cuijk: • Meridiaan College 't Hooghe Landt, Amersfoort www.hl.mcvo.nl
(lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid (lid
netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk netwerk
Groningen) Groningen) Groningen) Groningen) Groningen) Overijssel) Overijssel) Overijssel) Overijssel) Overijssel) Midden NL) Midden NL) Midden NL) Midden NL)
(lid netwerk Midden NL)
3.2.7. Regionaal projectleider Ter ondersteuning van haar activiteiten zijn de netwerkpartners voornemens om in het najaar van 2007 een projectleider aan te stellen. Deze projectleider bewaakt de voortgang van de ontwikkelingen en de invoering van het Technasium op de scholen. Bovendien vervult de projectleider een spilfunctie in het regionale netwerk. De projectleider dient te voldoen aan het volgende profiel: Voornaamste taken en verantwoordelijkheden: • Opstellen projectplan, planning en tijdpad. • Organiseren van gezamenlijke scholings- en ontwikkelingsactiviteiten. • Begeleiden / voorzitten van diverse werkgroepen en/of bijeenkomsten. • Adviseren van de scholen bij de invoering. • Samen met de scholen bouwen aan een regionaal netwerk voor Technasium. Beschikbare kennis en vaardigheden: • Bekendheid met de werkwijze, doelen en inhoud van het Technasium. • Ingevoerd in de ontwikkelingen in het voortgezet onderwijs. • Ervaring met vernieuwingsprocessen. • In staat in- en externe communicatiemiddelen in te zetten. Persoonlijke kwaliteiten: • Is standvastig in het nastreven van doelen van het Technasium. • Heeft respect voor schoolculturen, schoolleiding en docenten. • Verbindt mensen op basis van inhoud. • Biedt heldere structuren en planning voor goede samenwerking. • Heeft een groot gevoel voor kwaliteit en professionaliteit. De projectleider verzorgt communicatie op de volgende terreinen: • Overleg met de Stichting Technasium. • Voorzitter van het Technatorenoverleg. • Ondersteunend aan het directieoverleg. • Ondersteunt de stuurgroepleden in het onderhouden van contacten met bedrijven, hoger onderwijs en politiek. • Ondersteunt de stuurgroepleden in het onderhouden van contacten met de pers. • Ondersteunt de stuurgroep en het Technatorenoverleg in het verzorgen van presentaties en voert deze waar wenselijk uit.
16/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
3.3. Facilitering van het Netwerk 3.3.1. Investering scholen De scholen investeren eigen middelen in de Technasiumontwikkeling. Zo worden er bijvoorbeeld gelden gereserveerd voor de bouw van de toekomstige werkplaats. Technatoren en docenten die participeren worden in hun werkzaamheden extra gefaciliteerd. (Zie hiervoor hoofdstuk 4). Ook worden middelen ingezet ten behoeve van PR en foldermaterialen, om ouders en leerlingen op passende wijze te informeren 3.3.2. Universummiddelen RSG ’t Rijks is een Universumschool, Nehalennia SSG en SSG Scheldemond hebben reeds een aanvraag voor Universum school ingediend. De andere scholen in het netwerk zijn aangemeld als volgscholen. Middelen die via het Platform Bètatechniek worden verstrekt in het kader van Universum, worden binnen het netwerk ingezet voor de Technasiumontwikkeling. 3.3.3. Subsidies Het netwerk onderzoekt de mogelijkheden voor het verkrijgen van aanvullende subsidies via onder meer het Platform Bètatechiek en het Ministerie van OCenW, in het bijzonder in het kader van de realisatie van de werkplaatsen op de diverse scholen. De subsidieaanvragen die de netwerkpartners ieder hebben gedaan in het kader van de ‘bekostiging lokalen bètavakken havo/vwo’ zijn op dit moment (09-10-07) bijna allemaal gehonoreerd. 3.3.4. Provinciale middelen De netwerkpartners voeren overleg met provincie en gemeenten inzake de mogelijkheden om via deze partners aanvullende middelen (subsidies) te verkrijgen voor de ontwikkeling van het Technasium in de Zuid-West regio. Een subsidieaanvraag voor zowel de provincie Zeeland als NoordBrabant is ingediend. 3.3.5. Sponsoring De activiteiten die het netwerk ontplooit om de contacten met het bedrijfsleven te versterken, zullen er ook op gericht zijn het bedrijfsleven te interesseren voor een financiële of materiele bijdrage aan de ontwikkeling van het Technasium. 3.3.6. Middelen hoger onderwijs (w.o. Sprintmiddelen) Via onder meer het Sprintprogramma van het Platform Bètatechniek beschikt het hoger onderwijs ook over stimuleringsgelden voor versterking van het onderwijs en de doorlopende leerlijn in de bètatechniek. Deze middelen kan zij als adviseur van het netwerk beschikbaar stellen ten behoeve van de ontwikkeling.
3.4. Scholing en ontwikkeling Het Expertisecentrum Technasium verzorgt externe scholing. Zij doet dat zelf of huurt daartoe workshopleiders in. De kosten voor deze externe scholing worden door de netwerkscholen gezamenlijk gedragen. De scholing wordt telkens georganiseerd op één van de netwerkscholen. Collega’s die de scholing hebben gevolgd zullen deze door middel van intervisie binnen de eigen school brengen. Voorbeelden van scholingsactiviteiten zijn: workshops modules maken, begeleiden van leerlingen, beoordelen van producten en evalueren van projecten. Naast de scholing die wordt aangeboden door de Stichting Technasium, willen de Netwerkpartners aanvullende ontwikkelingsmogelijkheden realiseren. Bijvoorbeeld in de vorm van coaching van de betrokken docenten. Over de invulling hiervan worden nog nadere afspraken gemaakt.
17/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
3.5. Planning activiteiten netwerk. September
Landelijke bijeenkomsten
Oktober Herfstvakantie 20 t/m 28 oktober
November
December Kerstvakantie 22 december t/m 6 januari
Kennisgemeenschap 22 november, 14.00 – 18.00 Locatie: Utrecht ( Voor Technatoren)
Kennisgemeenschap 20 september 14.00 – 18.00 Locatie: Utrecht (Voor Technatoren)
Stuurgroep
Vergadering 12 september, 12.30 – 14.00 Locatie: Bergen op Zoom
Vergadering 17 oktober, 12.30 – 14.00 Locatie: Goes
Vergadering 21 november, 12.30 – 14.00 Locatie: Vlissingen
Vergadering 19 december, 12.30 – 14.00 Locatie: Middelburg
Technatorenoverleg
Vergadering 12 september, 14.00-16.00 Locatie: Bergen op Zoom
Vergadering 17 oktober, 14.30 – 16.00 Locatie: Goes
Vergadering 21 november, 14.00 – 16.00 Locatie: Vlissingen
Vergadering 19 december, 14.00 – 16.00 Locatie: Middelburg
O&O
Schrijven nieuwe projectopdrachten leerjaar 1 inleveren bij Boris uiterlijk 1 oktober 3
Scholing
Januari
Redactie toetsversie nieuwe projectopdrachten leerjaar 1, retour voor de herfstvakantie Workshop begeleiden 9 en 11 oktober Workshop leerstrategieën 17 oktober
Proefperiode met nieuwe projectopdrachten leerjaar 1 Tussentijdse evaluatie Start uitvoering 29 oktober
Vergadering 23 januari , 14.00 – 16.00 Locatie: Bergen op Zoom?
Evaluatie en eindredactie projectopdrachten
Workshop beoordelen en evalueren 22 november
Werkplaatsen
Bedrijvendagen Activiteiten Georganiseerd in overleg met Gemeenten, Kamers van Koophandel en ROC’s , gekoppeld aan de reeds geplande bedrijvendagen.
3
Zie voor tijdstip en locatie(s) het overzicht van scholingsactiviteiten.
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Februari Voorjaarsvakantie 16 t/m 24 februari
Maart
April Meivakantie 26 april t/m 5 mei
Participantenraad 13 februari, 14.00 -20.00 Locatie: Midden-Nederland (Stuurgroep)
Kennisgemeenschap 13 maart, 14.00 - 18.00 Locatie: Utrecht
Training Technasium Trekkers Tweedaagse voor schoolleiders, Technatoren en projectleiders. Datum / locatie Kennisgemeenschap 17 april, 14.00-18.00 Locatie: Utrecht
Stuurgroep
Vergadering 19 maart, 12.30 – 14.00 Locatie: Zierikzee
Vergadering 16 april, 12.30 – 14.00 Locatie: Hogeschool Zeeland
Vergadering 21 mei, 12.30 – 14.00 Locatie: Terneuzen
Technatorenoverleg
Vergadering 19 maart, 14.00 – 16.00 Locatie: Zierikzee
Vergadering 16 april, 14.00 – 16.00 Locatie: Hogeschool Zeeland
Vergadering 21 mei 14.00 – 16.00 Locatie: Terneuzen
Landelijke bijeenkomsten
O&O
Mei
Juni / Juli Zomervakantie 5 juli t/m 24 augustus
Ontwikkelingen projecten nog nader in te vullen planning gezamenlijke project wordt nog opgenomen en overige projecten
Scholing
Werkplaatsen
Activiteiten
Technasium Top Award 11-15 maart Techni-show
19/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
4. Technasium in de school 4.1. Interne organisatie Op alle scholen binnen het Netwerk Zuid-West Nederland is het Technasium ingebed in de structuur van de organisatie. De Technator die verantwoordelijk is voor alle inhoudelijke ontwikkelingen legt verantwoording af over de activiteiten aan de directie. Samen met de Stuurgroep en de Ontwikkelgroep geeft de Technator het Technasium vorm. Tevens is er een team van docenten dat zich inzet voor de uitvoering van de onderwijsactiviteiten in het Technasium.
Directie Technator Stuurgroep Technasium Ontwikkelgroep Vakdocenten
4.1.1. Technator De Technator is verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding van het Technasium. Deze is bevoegd tot het uitvoeren en coördineren van werkzaamheden die verband houden met het onderwijs in het Technasium. Daarbij houdt de Technator rekening met de kaders zoals die voor het Technasium zijn opgesteld door de school in een projectplan of schoolplan. De Technator is zowel intern als extern het gezicht c.q. aanspreekpunt van het Technasium en vertegenwoordigt de daaraan verbonden docenten. De taakomschrijving voor de Technator is gevoegd in dit projectplan op pagina 25. 4.1.2. Stuurgroep De stuurgroep bestaat uit een directielid, de Technator, en twee of drie (project)docenten die nauw betrokken zijn bij de ontwikkeling en uitvoering van de projecten. Als de organisatie van de projecten daarom vraagt kan de school besluiten de samenstelling van de stuurgroep per project te wijzigen. De stuurgroep bewaakt in grote lijnen de ontwikkelingen van het onderwijs en de uitvoering van de projecten. 4.1.3. Ontwikkelgroep De ontwikkelgroep bestaat uit leden van de stuurgroep, aangevuld met projectdocenten. De belangrijkste taak van deze groep is het ontwikkelen van de Technasiumdidactiek en het stimuleren van de Technasiumcultuur. Taken die de groep voor haar rekening neemt: • ontwikkelen van projecten. • organiseren van de in het plan beschreven activiteiten. • begeleiden van projecten en excursies. De ontwikkelgroep maakt bij het schrijven van de projectopdrachten gebruik van het format zoals opgenomen in de bijlage van dit projectplan op pagina 36.
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
4.1.4. Team van docenten en toa’s Docenten en toa’s die betrokken zijn bij het onderwijs in het Technasium verdelen hun taken. Er is een aantal docenten dat verantwoordelijk is voor de projectontwikkeling. Zij werken de projecten uit, zorgen voor goedkeuring van de Stichting Technasium en bespreken hun ideeën met de docenten die de lessen verzorgen. De overige vakdocenten hebben tot taak de lessen ‘O&O’ te verzorgen en daarmee de uitvoering en begeleiding van de projecten voor hun rekening te nemen. Daarnaast zoeken zij naar mogelijke verdiepingsopdrachten binnen de eigen lessituatie en fungeren zij als klankbord voor de ontwikkelgroep. De docenten worden in de begeleiding en uitvoering van de lessen ‘O&O’ eventueel ondersteund door toa’s.
4.2. Facilitering Een gedegen ontwikkeling en implementatie van het Technasium is alleen mogelijk bij voldoende facilitering in tijd van de betrokken medewerkers. De netwerkpartners hebben hierover gezamenlijke afspraken gemaakt. Deze gelden in elk geval voor het cursusjaar 2007-2008 en zullen in de loop van dat cursusjaar worden geëvalueerd op hun haalbaarheid. • • •
•
Facilitering vindt plaats per project dat wordt ontwikkeld. Iedere school kan dan eigen keuzes maken in het aantal docenten dat hieraan een bijdrage levert. De facilitering per project is vastgesteld op 200 klokuren. Scholen die besluiten meer dan 1 project te ontwikkelen, faciliteren dus bij ieder nieuw project opnieuw 200 klokuren. Iedere school levert op basis van deze afspraak ook een bijdrage aan de ontwikkeling van het gemeenschappelijke project (NEMO). Hiervoor worden dus geen éxtra uren ter beschikking gesteld. In een termijn van 3 cursusjaren zal iedere netwerkpartner de eigen Technator uiteindelijk faciliteren met een betrekkingsomvang van 0,2 fte. Afhankelijk van de schoolsituatie, kan ieder kiezen voor een opbouw van de werkzaamheden. Het is dus mogelijk dat de taakomvang van een Technator in aanvang 0,1 bedraagt en zich uitbreidt naar 0,2.
4.3. Werkplaats. Een voorwaarde om het predicaat Technasium te verkrijgen is het inrichten van een werkplaats. Er is een Programma van Eisen opgesteld, wat scholen kunnen vertalen naar hun eigen situatie. Indien gewenst kunnen zij daartoe advies inwinnen bij ICS Adviseurs. Alle netwerkpartners zullen zich ervoor inspannen de omstandigheden voor werken en leren in het Technasium naar vermogen te realiseren, met de inrichting van een werkplaats als het uiteindelijke doel.
4.4. Kwaliteitsbewaking. De partners van het Netwerk Zuid-West Nederland willen de kwaliteit van de Technasiumontwikkeling op verschillende manieren waarborgen. Allereerst geldt dat de projecten die in het kader van het vak ‘Onderzoeken en Ontwerpen’ worden ontwikkeld, de kwaliteitstoets van de Stichting Technasium moeten doorstaan. Bovendien geldt dat Technasiumscholen jaarlijks een review krijgen, zodra zij het predicaat hebben verkregen. Een geaccrediteerd auditor zal op school dan gesprekken voeren met de rector en Technator over de stand van zaken in het Technasium. Gedurende de eerste vier jaar na het verkrijgen van het predicaat is er sprake van een jaarlijkse audit. Na die tijd vindt de audit 1x per vier jaar plaats. De normen voor deze audit liggen vast en worden nog verstrekt aan het netwerk door de Stichting Technasium. Tenslotte zullen de scholen de kwaliteit van de onderwijsontwikkeling en de projecten aan de hand van afgesproken criteria monitoren.
21/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
BIJLAGEN.
22/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Gegevens netwerkpartners Het Goese Lyceum. Rector: de heer drs. A.P.M. Wevers Conrector: de heer drs. D.P. van Ree Technator: mevrouw D. Robyn
[email protected] [email protected] [email protected]
Het Goese Lyceum Postbus 370 4460 AT Goes www.pontes.nl
[email protected] Locatie Van Dusseldorpstraat Van Dusseldorpstraat 78 4461 LV Goes t 0113 – 216971 f 0113 – 230872
Locatie Bergweg Bergweg 14 4461 NB Goes t 0113 – 212930 f 0113 – 211998
Nehalennia SSG Rector: de heer drs. L.K. de Kraker Locatiedirecteur vwo: mevrouw M.A. Wagensveld Technator: de heer ir. G.A. Schuurbiers
[email protected] [email protected] [email protected]
Stedelijke Scholengemeenschap Nehalennia Postbus 83 4330 AB Middelburg
[email protected] www.nehalennia.nl Locatie Kruisweg (vmbo-lwoo) Adres Kruisweg 2 4335 CT Middelburg t 0118 – 655755 f 0118 – 655757 Pieter Zeeman. Locatiedirecteur: de heer drs. A.F.J.M. Martens Technator: mevrouw mw. E.H.A. Messing ondersteuning: de heer P. van Gelder
Locatie Breeweg (Gym, Ath, Havo) Breeweg 71E 4335 AP Middelburg t 0118 – 656265 f 0118 – 656266
[email protected] [email protected] [email protected]
Pieter Zeeman Postbus 225 4300 AE Zierikzee
[email protected] www.pontes.nl Pieter Zeeman Scholengemeenschap Hatfieldpark 1-2 4301 XC Zierikzee t 0111-415751 f 0111-417852
23/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
SSG De Rede Directeur: de heer E.R. van den Hooven Sectordirecteur:de heer J.F. Begijn Technator: de heer ir. H. Alberts
[email protected] [email protected] [email protected]
Stedelijke Scholengemeenschap De Rede Postbus 375 4530 AJ Terneuzen
[email protected] Locatie Oude Vaart Oude Vaart 1 4537 CD Terneuzen t 0115 – 612155 f 0115 – 615081 RSG ´t Rijks. Rector: de heer drs. L.C.M. de Rond MA, voorzitter Stuurgroep Conrector: de heer drs. H.A.G. Groenveld Technator: de heer J. Lievens
Locatie Evertsenlaan Evertsenlaan 84 4535 AD Terneuzen t 0115 - 620751 f 0115 - 615920
[email protected] [email protected] [email protected]
Regionale Scholengemeenschap ´t Rijks Burg.Stulemeijerlaan 24 4611 EG Bergen op Zoom
[email protected] www.rsgrijks.nl Regionale Scholengemeenschap ´t Rijks Burg.Stulemeijerlaan 24 4611 EG Bergen op Zoom t 0164 - 242150 f 0164 - 256534 SSG Scheldemond Rector: de heer drs. H.J. van Arenthals Conrector: de heer drs. E.J.A. Fagg Technator: de heer J. Roelse
[email protected] [email protected] [email protected]
Stedelijke Scholengemeenschap Scheldemond Postbus 69 4380 AB Vlissingen
[email protected] www.scheldemond.nl Stedelijke Scholengemeenschap Scheldemond Weyevlietplein 7-13 4385 CH Vlissingen t 0118 – 479400 f 0118 - 479444
24/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Gegevens adviseurs van het Netwerk Hogeschool Zeeland. Adviseur Stuurgroep: de heer drs. M. Anthonise Head of Department Education-HZ de heer M.P. van Gilst Coördinator contractactiviteiten
[email protected] [email protected]
Hogeschool Zeeland Edisonweg 4 4382 NW Vlissingen t 0118 – 489000 t 0118 – 489125 (doorkiesnummer Maarten) t 0118 – 489731 (doorkiesnummer Marten) f 0118 – 489200 www.hz.nl Avans Hogeschool. Adviseur Stuurgroep:
Mevrouw R. Overman Marketing & Communicatie
[email protected]
Avans Hogeschool Academie voor Technologie & Management Lovensdijkstraat 61 4818 AJ Breda T: 076-5238062 F: 076-5250242 www.avans.nl Stichting Technasium. Projectleider: de heer B. Wanders
[email protected]
Stichting Technasium Zernikepark 12 (Idea-gebouw) 9747 AN Groningen t 050 7502068
[email protected] www.technasium.nl
Gegevens ondersteuning. Projectondersteuning: Mevrouw drs. E.M. Ketelaar
[email protected]
Pesant Consultancy Wilhelminalaan 1a 2405 EB Alphen aan den Rijn t 0172 – 415956 of 06 - 52686116 f 0172 – 415698 www.pesant.nl
25/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Resultaten en streefcijfers van de scholen ten aanzien van in- en uitstroom van bètaprofielen
# leerlingen
2003/04 Havo j m 34 37
Vwo j 26
# N&G # N&T % leerlingen met NP4 % meisjes met NP % jongens met NP # geslaagden % geslaagden met NP5 (N) % doorstroom BT HBO6 (N) % doorstroom BT WO7 (N)
Nehalennia
Goese Lyceum
# leerlingen # N&G # N&T % leerlingen met NP % meisjes met NP % jongens met NP # geslaagden % geslaagden met NP (N) % doorstroom BT HBO (N) % doorstroom BT WO (N)
4 5 6 7
m 30
2004/05 Havo j m 28 31
Vwo j 32
m 38
2005/06 Havo j m 44 58
Vwo j 34
2009/2010 Havo j m 50 50
Vwo j 34
5 7 10 0 31% 19% 63% 71 31% (22) 50% (11) -
5 11 9 1 46% 40% 54% 56 47% (26) 23% (6) 50% (13)
7 5 3 0 25% 16% 38% 59 25% (15) 53% (8) -
9 8 5 2 37% 26% 44% 70 34% (24) 25% (6) 50% (12)
5 5 4 0 14% 9% 20% 102 14% (14) 50 % (7) -
9 17 12 1 55% 49% 62% 71 55% (39) 26% (10) 51% (20)
10 10 8 5 23% 30% 36% 100 33% (33) 67% (22) -
10 15 14 3 57% 45% 71% 75 56% (42) 24% (10) 60% (25)
2003/04 Havo j m
Vwo j
m
2004/05 Havo j m
Vwo j
m
2005/06 Havo j m
Vwo j
2009/2010 Havo j m
Vwo j
21 27 5 6 3 29% 22% 38% 48 29% (14) 57% (8) -
24 26 9 11 7 34% 42% 67% 50 54% (27) (0) 30% (8)
34 21 15 5 36% 24% 44% 55 36% (20) 45% (9) -
29 34 18 10 2 3 53% 38% 69% 63 53% (33) (0) 27% (9)
23 18 9 5 2 37% 28% 48% 41 39% (16) 50% (8) -
20 22 8 8 1 1 43% 41% 45% 42 43% (18) 5% (1) 16% (3)
40 40 10 10 10 10 50% 50% 50% 80 50% (40) 50% (20) -
32 33 7 8 10 10 54% 55% 53% 65 54% (35) 6% (2) 29% (10)
m 37
m
NP verwijst naar de beide Natuurprofielen (N&G en N&T) Het % geslaagden met een natuurprofiel is gerelateerd aan het totaal aantal geslaagden Het % geslaagden dat doorstroomt naar een BT (bèta-technische opleiding) in het HBO is gerelateerd aan het aantal geslaagden met een natuurprofiel Het % geslaagden dat doorstroomt naar een BT (bèta-technische opleiding) in het WO is gerelateerd aan het aantal geslaagden met een natuurprofiel
m 40
m
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
# leerlingen
2003/04 Havo j m 15 25
Vwo j 11
# N&G # N&T % leerlingen met NP % meisjes met NP % jongens met NP # geslaagden % geslaagden met NP (N) % doorstroom BT HBO (N) % doorstroom BT WO (N)
De Rede
Pieter Zeeman
# leerlingen # N&G # N&T # N&G + N&T % leerlingen met NP % meisjes met NP % jongens met NP # geslaagden % geslaagden met NP (N) % doorstroom BT HBO (N) % doorstroom BT WO (N)
m 14
2004/05 Havo j m 20 26
Vwo j 22
m 15
2005/06 Havo j m 29 32
Vwo j 17
2009/2010 Havo j m 23 23
Vwo J 18
2 6 6 35% 24 % 53% 40 35% (14) 50% (12) -
5 7 4 3 76% 71% 81% 25 76% (19) 16% (3) -
2 5 7 6 43% 42% 45% 46 43% (20) 70% (14) -
7 3 6 1 46% 27% 59% 37 46% (17) 12% (2) -
4 5 7 1 28% 19% 38% 61 28% (17) 94% (16) -
4 8 4 1 50% 53% 47% 34 50% (17) 12% (2) 47% (8)
5 5 5 4 41% 39% 43% 46 41% (19) 74% (14) -
4 3 5 5 46% 42% 50% 37 46% (17) 18% (3) 82% (14)
2003/04 Havo j m
Vwo j
m
2004/05 Havo j m
Vwo j
m
2005/06 Havo j m
Vwo j
2009/2010 Havo j m
Vwo j
m
9 11 6 3 1 1 55% 27% 89% 20 35% (7) 14% (1) -
11 7 5 1 1 39% 63% 18 55% (10) 30% (3)
13 11 4 2 1 2 38% 36% 38% 24 46% (11) 36% (4) -
11 10 3 1 1 1 1 33% 36% 33% 21 52% (11) 9% (1) 45% (5)
17 25 10 5 1 1 1 42% 24% 42% 42 17% (7) 12% (5) -
* 10 2 * 2 * 1 * * * * 26 42% (11) 64% (7)
80 15 20 -
70 30 25 -
80 15 15 -
m 17
m
50 10 5 -
70 42% (30) 100%(30) -
m 19
50 60% (30) 17% (5) 83% (25)
* gegevens zijn bij oplevering van dit projectplan nog niet bekend.
27/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
‘t Rijks # leerlingen # N&G # N&T % leerlingen met NP % meisjes met NP % jongens met NP # geslaagden % geslaagden met NP (N) % doorstroom BT HBO (N) % doorstroom BT WO (N)
2003/04 Havo j m
Vwo j
57 64 9 14 1 2 21% 25% 18% 121 21% (26) 76% (20) -
40 42 7 13 12 2 41% 36% 48% 82 39% (32) 63% (20) ?
m
2004/05 Havo j m 46 66 4 13 5 2 21% 23% 20% 112 21% (24) 83% (20)
Vwo j
m
44 41 9 13 6 3 36% 39% 34% 85 36% (31) 65% (20) ?
2005/06 Havo j m 48 68 0 15 6 1 19% 24% 13% 126 17% (22) 72% (16)
Vwo j
m
* * * * * * * * * 90 43% (39) 54% (21) ?
2009/2010 Havo j m 100 110 30 30 20 20 48% 45% 50% 150 53% (80) 88% (70)
Vwo j
m
50 55 15 20 10 5 38% 45% 50% 100 35% (35) 57% (20) 43% (15)
* gegevens zijn bij oplevering van dit projectplan nog niet bekend.
# leerlingen
2003/04 Havo j m 15 16
Vwo j 20
# N&G # N&T % leerlingen met NP % meisjes met NP % jongens met NP # geslaagden % geslaagden met NP (N) % doorstroom BT HBO (N) % doorstroom BT WO (N)
3 9 52% 25% 60% * * * *
7 4 42% 28% 55% * * * *
Scheldemond college
4
m 18 5
2004/05 Havo j m 22 24
Vwo j 10
5 9 43% 25% 64% * * * *
4 3 60% 55% 70% * * * *
4 2
m 20 8 3
2005/06 Havo j m 18 23
Vwo j 14
3 7 37% 28% 55% * * * *
6 3 57% 44% 64% * * * *
3 2
m 9 3 1
2009/2010 Havo j m
Vwo j
* * * * * * * * * *
* * * * * * * * * *
* * *
m * * *
* gegevens zijn bij oplevering van dit projectplan nog niet bekend.
28/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Data scholing Technasium Netwerk Zuid-West Nederland oktober – november 2007 Datum 2 - 10
Tijdstip 13.00 – 15.00
Thema Workshop schrijven van projecten, door Boris Wanders
9 - 10
9.00 – 12.30
Workshop begeleiden, door Jos de Kleijn
• • • • • • • • •
Deelnemers Piet van Gelder, Pieter Zeeman Jerina de Jonge, Pieter Zeeman Daniëlle Dominicus, Scheldemond Klaas Groot, Goese Lyceum Gilly van Osta, Goese Lyceum Job Bozon, Goese Lyceum Rien Polak, ’t Rijks Christ Blanckaert, ’t Rijks Enkele docenten van Nehalennia
Lokatie Zeevaartschool HZ lokaal H105, locatie Boulevard Bankert 156,
Opmerkingen Routebeschrijving is bijgevoegd bij dit overzicht.
• • • • • • • • • • • • • •
Margot de Koning, De Rede Marina de Vlieger, De Rede Benjamin van de Spek, De Rede Jack Begijn, De Rede Michel Wiegeraad, Nehalennia Hanneke Verhoeven, Nehalennia Dirk Swaneveld, Nehalennia Richel Cominencia, Nehalennia Max Matulessy, Nehalennia Jan Mensonides, Nehalennia Ger Boer, Nehalennia Eric Bookelaar, Nehalennia Henk Ras, Nehalennia Gerard Schuurbiers, Nehalennia
Hoofdgebouw HZ, locatie Edisonweg, Lokaal L202
Namen deelnemers Nehalennia volgen
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
11 - 10
13.00 – 16.30
Workshop begeleiden, door Jos de Kleijn
17 - 10
10.30 – 14.15
Leerstrategie en verwerven van informatie, door Marga Jacobs van Avans
• Daniëlle Dominicus, Scheldemond • Piet Wevers, Scheldemond • Iris de Rijke, Scheldemond • Jan Roelse, Scheldemond • W. Willemen, ’t Rijks • Jan Lievens, ’t Rijks • M. Ooijevaar, ’t Rijks • P. Vroon, ’t Rijks • Debbie Francke, Pieter Zeeman • Piet van Gelder, Pieter Zeeman • Wim van der Klooster, Pieter Zeeman • Marianne Gommers, Pieter Zeeman • Johan Dieleman, Pieter Zeeman • Diane Robyn, Goese Lyceum • Klaas Groot, Goese Lyceum • Gilly van Osta, Goese Lyceum • Debbie Francke, Pieter Zeeman • John Dieleman, Pieter Zeeman • Minimaal 7 docenten van Goese Lyceum
Zeevaartschool HZ lokaal H105, locatie Boulevard Bankert 156,
Routebeschrijving is bijgevoegd bij dit overzicht.
Goese Lyceum , ruimte wordt nog nader bekend gemaakt.
Aansluitend vindt het Technatorenoverleg plaats op ’t Goese Lyceum Nadere info volgt Namen Goese Lyceum volgen nog
30/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
22 - 11
9.00 – 13.00
Workshop beoordelen en evalueren, door Boris Wanders
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Daniëlle Dominicus, Scheldemond Piet Wevers, Scheldemond Iris de Rijke, Scheldemond Jan Roelse, Scheldemond W. Willemen, ’t Rijks (ovb) M. Ooijevaar, ’t Rijks P. Vroon, ’t Rijks (ovb) Christ Blanckaert, ’t Rijks Debbie Francke, Pieter Zeeman Jan van Wassenberg, Pieter Zeeman Johan Dieleman, Pieter Zeeman Piet van Gelder, Pieter Zeeman Klaas Groot, Goese Lyceum Gilly van Osta, Goese Lyceum Michel Wiegeraad, Nehalennia Hanneke Verhoeven, Nehalennia Dirk Swaneveld, Nehalennia Richel Cominencia, Nehalennia Max Matulessy, Nehalennia Jan Mensonides, Nehalennia Ger Boer, Nehalennia Eric Bookelaar, Nehalennia Henk Ras, Nehalennia Gerard Schuurbiers, Nehalennia Margot de Koning, De Rede Marina de Vlieger, De Rede Benjamin van de Spek, De Rede Jack Begijn, De Rede
Hoofdgebouw HZ, locatie Edisonweg, Lokaal L308
Routebeschrijving is bijgevoegd bij dit overzicht.
31/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Profiel Technator Het profiel van de Technator is opgebouwd uit een taakomschrijving en daarbij behorende competenties. Voor alle helderheid wordt in dit profiel tevens de positie van de Technator in de organisatie aangeduid.
Positie van de Technator De Technator is verantwoordelijk en bevoegd tot uitvoering van coördinerende werkzaamheden die verband houden met het onderwijs in het Technasium. Daarbij houdt de Technator rekening met de kaders zoals die voor het Technasium zijn opgesteld in het projectplan. De Technator is zowel intern als extern het gezicht – aanspreekpunt - van het Technasium en vertegenwoordigt de daaraan verbonden docenten. Op hoofdlijnen draagt de Technator zorg voor het aanbod van een integraal onderwijsprogramma. Voor de inhoudelijke samenstelling van het programma, – in de vorm projecten - , doet de Technator een beroep op de inhoudelijke deskundigheid en expertise van de betrokken docenten. Bovendien wordt ter beoordeling van de projecten overleg gevoerd met de Stichting Technasium. Binnen het Techtnasiumnetwerk Zuid-West Nederland participeert de Technator in het overleg met collega Technatoren. Er is sprake van een nauwe onderlinge samenwerking tussen de docenten van het Technasium. Uit hun geleding wordt een interne stuurgroep gevormd waarbinnen de Technator de verantwoordelijkheid heeft voor de aansturing. De Technator draagt bovendien zorg voor een efficiënte verdeling van taken en delegeert werkzaamheden aan anderen op basis van hun deskundigheid. Binnen het netwerk Zuid-West Nederland wordt deskundigheid uitgewisseld. De Technator vertegenwoordigt de betrokken docenten daarin en brengt hen in contact met collega’s van andere netwerkscholen. De Technator zet op school op planmatige en structurele wijze de kaders neer voor het onderwijs in het Technasium op de korte en lange termijn. Ten aanzien van de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden die zijn verbonden aan deze rol, legt de Technator verantwoording af aan de directie.
Taakomschrijving De Technator houdt zich bezig met de volgende taken: 1. het coördineren van het onderwijsprogramma: organisatorisch, inhoudelijk en in de uitvoering 2. het aansturen en coachen van de docenten die betrokken zijn bij het onderwijs in het Technasium 3. het opstellen en bewaken van de begroting / het budget 4. het coördineren en voorzitten van overleg tussen de betrokken docenten (de stuurgroep) 5. het onderhouden van contacten met instellingen en personen zowel binnen als buiten de schoolorganisatie ten behoeve van het onderwijs in het Technasium 6. het vertegenwoordigen van het Technasium in overlegsituaties binnen het netwerk 7. het coördineren van de instroom, doorstroom en uitstroom van leerlingen en onderhouden van de daarbij behorende contacten met ouders, leerlingen en docenten Onderstaand is aangegeven wat binnen deze taken van de Technator wordt verwacht.
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
ad 1.
Het coördineren van het onderwijsprogramma:
De Technator ….. • • • • • •
•
ad2.
draagt er zorg voor dat tijdig (voor aanvang van het nieuwe schooljaar) de inhoud van het onderwijsprogramma voor het nieuwe cursusjaar duidelijk is stimuleert de betrokken docenten in het opzetten van een inhoudelijk programma evalueert tijdig de inhoud van het programma met alle betrokkenen: docenten, leerlingen, ouders en directie stelt het kader op voor de jaarplanning in overleg met de betrokken docenten (modules) doet in overleg met de betrokken docenten op basis van het gestelde kader een voorstel aan de directie voor de urenverdeling met betrekking tot het onderwijs in het Technasium coördineert op basis van het programma de tijdige aanschaf (danwel huur) van benodigde materialen en locatie(s), creëert op deze manier randvoorwaarden voor uitvoering van het onderwijs communiceert over de aard en inhoud van het programma met de directie en legt daarover verantwoording af
Aansturen en coachen van betrokken docenten:
De Technator….. • • •
• • • •
ad3.
ondersteunt de docenten in het schrijven van nieuwe projectopdrachten ondersteunt de docenten in het projectmatig werken en de vaardigheden die daarbij horen geeft sturing in de stappen die de betrokken docenten gedurende het jaar dienen te ondernemen in het kader van planning en organisatie van het programma, zoals het schrijven van nieuwe projecten en het voorbereiden van de opdrachten signaleert knelpunten in het functioneren van docenten met betrekking tot het onderwijs in het Technasium en maakt deze bespreekbaar ziet toe op een evenwichtige werkverdeling delegeert taken op basis van deskundigheid stimuleert waar mogelijk en relevant scholing en ontwikkeling van betrokken docenten en overlegt hierover met partners binnen het netwerk
Opstellen en bewaken van de begroting (budget):
De Technator….. • • • • •
ad4.
stelt in samenspraak met de betrokken docenten een begroting / budget op voor het Technasium; overziet daartoe de deelbegrotingen / budgetten en legt een koppeling bewaakt de (totaal)begroting: bewaakt de inkomsten en de uitgaven geeft op basis van de begroting sturing aan ontwikkelingen (vernieuwingen) binnen het Technasium stelt op basis van de begroting grenzen aan ontwikkelingen (vernieuwingen) binnen het Technasium indien nodig onderhandelt op basis van de begroting met directie en legt op basis van de begroting verantwoording af
Het coördineren en voorzitten van overleg met betrokken docenten:
De Technator….. • • • • •
plant gestructureerd overleg met de docenten van het Technasium (stuurgroep) stelt de agenda voor overleg op en treedt op als voorzitter van de stuurgroep ziet toe op de ontwikkeling van een integraal programma van onderwijs door de stuurgroep bewaakt de criteria voor programma-ontwikkeling, evalueert deze met de stuurgroep en stelt bij indien nodig communiceert adviezen van de stuurgroep aan de directie en legt verantwoording af voor de activiteiten van de stuurgroep aan de directie.
33/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
ad5.
Het onderhouden van contacten:
De Technator….. •
• • • • • • •
ad6.
onderhoudt contacten met personen en/of groepen binnen de organisatie die betrokken zijn bij het onderwijs in het Technasium. In het bijzonder: de docenten, de directie, de leerlingen (vertegenwoordigd in een leerlingenforum) onderhoudt contacten met de netwerkpartners van het Technasium onderhoudt contacten met de Stichting Technasium in het kader van de projectbeoordeling bouwt een netwerk op van instellingen en personen die een bijdrage kunnen leveren aan het onderwijs in het Technasium profileert het Technasium in de omgeving (intern en extern) is intern het eerste aanspreekpunt in het kader van het Technasium is het eerste aanspreekpunt voor ouders en andere externen die behoefte hebben aan informatie over het Technasium coördineert de voorlichting over het onderwijs in het Technasium en levert daaraan zelf een actieve bijdrage
Vertegenwoordigen van het Technasium in overlegsituaties:
De Technator….. • • • • ad7.
vertegenwoordigt het Technasium in overleg met de directie. vertegenwoordigt het Technasium in interne overlegsituaties waar dit van toepassing is vertegenwoordigt het Technasium in het netwerk Zuid-West Nederland
Coördineren van in-, door- en uitstroom van leerlingen:
De Technator….. • • • • •
draagt er zorg voor dat door de stuurgroep eenduidige en transparante criteria voor toelating van nieuwe Technasiumklas leerlingen worden geformuleerd adviseert aan de hand van de criteria en de informatie van de betrokken docenten de directie over het aannemen danwel afwijzen van nieuwe leerlingen draagt er zorg voor dat door de stuurgroep eenduidige en transparante criteria voor tussentijdse beoordeling worden opgesteld ziet toe op tussentijdse beoordeling van de leerlingen door betrokken docenten adviseert de directie op basis van de criteria en de informatie van docenten over het al dan niet laten doorstromen van een leerling naar een volgend leerjaar in het Technasium
34/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Competenties Technator Het Technasiumcoördinator heeft een brede belangstelling voor bèta en techniek (onderwijs) en affiniteit met de doelgroep van leerlingen voor wie het aanbod wordt ontwikkeld. Om de taken van een Technator met succes te kunnen uitvoeren is het van belang dat de volgende competenties in voldoende mate worden beheerst:
Plannen en organiseren: De Technator is in staat om op een effectieve wijze doelen en prioriteiten te bepalen met betrekking tot het onderwijs en de ontwikkelingen in het Technasium. Vervolgens kan de Technator duidelijk aangeven welke acties, tijd en middelen noodzakelijk zijn om het doel te kunnen bereiken. De Technator stelt daartoe een plan op en zet op onderdelen docenten in om een en ander te realiseren.
Samenbindend vermogen: Creëert de randvoorwaarden voor een goed werkklimaat voor docenten en leerlingen. Zorgt enerzijds voor duidelijkheid ten aanzien van de verschillende rollen, taken en verantwoordelijkheden van alle docenten. Anderzijds toont de Technator zich betrokken bij de inhoudelijke ontwikkeling van het onderwijs en bewaakt deze het evenwicht tussen de diverse projectopdrachten. De bijdrage die docenten leveren wordt erkend en gewaardeerd.
Sturend vermogen: Begeleidt en ondersteunt de betrokken docenten van het Technasium in het realiseren van het opgestelde programma. Kan op basis van de geformuleerde doelstellingen richting geven. Stimuleert daarbij de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het realiseren van een kwalitatief goed aanbod. Dit betekent dat sprake is van evenwicht in vorm en inhoud van het aanbod.
Coachen: Stimuleert en motiveert docenten die betrokken zijn bij het onderwijs in het Technasium en is in staat hen te begeleiden en te ondersteunen in de uitvoering van hun werk, zodat zij hun vaardigheden kunnen versterken.
Ondernemerschap: Signaleert kansen en weegt deze af zowel in het kader van bestaande als nieuwe activiteiten, acties en werkwijzen. Legt contacten met externe partijen, bouwt een bèta-technisch netwerk op en onderhoudt dit. Is gericht op het zoeken naar nieuwe mogelijkheden teneinde het integrale aanbod van het onderwijsprogramma te optimaliseren.
Communicatie: Legt in interactie met anderen, zowel binnen als buiten de schoolorganisatie, gemakkelijk contacten en onderhoudt deze. De Technator is in staat om feiten, gevoelens, ideeën of meningen op een begrijpelijke manier aan diverse betrokkenen te presenteren. De Technator draagt zorg voor een effectieve communicatie tussen docenten van het Technasium en directie.
35/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Format O&O project. Een O&O project is telkens opgebouwd uit de volgende onderdelen: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Een Een Een Een Een Een
beschrijving van beschrijving van beschrijving van beschrijving van beschrijving van beschrijving van
de opdracht. het beroep. het beroepsprofiel. de projectorganisatie. de opbouw en mogelijkheden van begeleiding. de wijze waarop beoordeling en evaluatie plaatsvindt.
Onderstaand worden deze onderdelen nader toegelicht. Ad.1. Beschrijving van de opdracht. In de beschrijving van de opdracht moet in elk geval aandacht besteed worden aan: a. De context waarin de opdracht moet worden uitgevoerd: een beknopte beschrijving van de werksituatie. Daarin is aan de orde vanuit welk beroep de leerling de opdracht moet benaderen, in welke organisatie en wat de core business van deze organisatie is. Deze organisatie is de opdrachtgever van de leerling (als werknemer van dit bedrijf).
Je bent werkzaam als ‘xxx’ bij bedrijf ‘xxxx’. Dit bedrijf is actief in ‘xxxx’ (een bepaalde markt) en houdt zich bezig met ‘xxxx’ (activiteiten, producten, diensten’) b. De achtergrond / situatie waarin de opdracht moet worden uitgevoerd: een beknopte omschrijving van het vraagstuk of probleem waar de opdrachtgever zich voor gesteld ziet. c. De beschrijving van de persoon van de opdrachtgever: de opdrachtgever wordt met naam en functie genoemd. Ook kan nog nader worden aangeven voor welke specifieke vragen deze opdrachtgever zich geplaatst ziet. d. De specifieke beschrijving van de opdracht: hier wordt specifiek aangegeven wat van de leerlingen wordt verwacht: op welke vraag of vragen moet antwoord worden gegeven? Een aantal eisen worden concreet gespecificeerd in de volgende (standaard) stappen: 1. Analyse van de bestaande situatie of bestaande producten. 2. Analyse van het probleem / de vraag / de wensen van de opdrachtgever. 3. Het opstellen van een programma van eisen (waar moet de oplossing aan voldoen). 4. Het onderzoeken van mogelijke oplossingen (welke alternatieven zijn er, wat zijn voor- en nadelen). 5. Het ontwerpen van de oplossing (het daadwerkelijk tot uitvoering brengen van de eigen oplossing). 6. Het toetsen van de oplossing aan de opdrachtgever: het voorleggen / presenteren van de oplossing aan de opdrachtgever en het beoordelen van samenwerking en inzet.
Ad.2. Beschrijving van het beroep. In deze beschrijving wordt nader ingegaan op het beroep (de beroepsgroep) dat tijdens de opdracht centraal staat. Er wordt onder andere aandacht besteed aan: a. Een algemene omschrijving van het beroep. b. Een beschrijving van mogelijke functies die je kunt uitoefenen als je kiest voor werken in dit beroep. c. Context van het werkveld: met welke beroepen of functies heb je te maken als je in dit beroep werkzaam bent. d. Informatie over studie en opleidingsmogelijkheden: welke opleiding moet je volgen om in dit beroep werkzaam te kunnen zijn?
36/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Ad.3. Beschrijving van het beroepsprofiel. Het beroepsprofiel bevat een omschrijving van de competenties die van belang zijn om het beroep dat centraal staat in de opdracht succesvol uit te kunnen voeren. Het beroepsprofiel is opgebouwd uit 4 competenties (standaard), waarbinnen een aantal gedragscriteria wordt benoemd (5 tot 7). Bij ieder van de competenties is aangeduid wat het belang van deze competentie is voor het succes. Dat belang wordt aangeduid op een schaal van 1 – 4 , waarbij geldt dat: 1 = nauwelijks van belang en 4 = van heel speciaal belang. De leerlingen worden uiteindelijk beoordeeld op de mate waarin zij deze competenties tijdens de uitvoering van de opdracht hebben getoond. De competenties die zijn aangegeven met een score 4, krijgen in dit geval het meeste gewicht.
De standaard van het profiel ziet er als volgt uit: Competentie
Teamwork Netwerken Teambuilding Omgaan met conflicten Omgaan met belangen Communiceren met collega’s Productgericht werken Communiceren met de klant Opdracht vertalen naar product Ontwerp verdedigen Omgaan met druk Keuzes maken Plannen en organiseren Kennis van ontwerpproces en product Projectmatig werken Faseren Analyseren van problemen Tijd bewaken Documenteren Inventiviteit Openstaan voor andere invalshoeken Initiatief Betrokkenheid Ideeën genereren Technisch en ruimtelijk inzicht Technisch –creatief vaardig Vormgeving
Belang voor de functie Nauwelijks Behoorlijk Erg Speciaal 1 2 3 4 X X X X X X ! X X X ! X X ! X X X X X X X ! !
37/38
Concept projectplan Netwerk Zuid-West Nederland Technasium november 2007
Ad.4. De projectorganisatie. De beschrijving van de projectorganisatie bevat standaard de volgende onderdelen: a. De groepsindeling: leerlingen moeten op basis van het beroepsprofiel aangeven welke kwaliteiten die zij hebben hen van pas kunnen komen in de uitvoering van deze opdracht. Zij moeten nagaan welke kwaliteiten de leerlingen hebben met wie zij samenwerken en zorgen voor een goede mix van kwaliteiten in de groep. b. Het projectrooster: per week (en per dagdeel) is aangegeven welke projectstappen moeten worden uitgevoerd. c. Bezoek van de opdrachtgever: toelichting op het bezoek aan (of van) de opdrachtgever. Eventueel een beschrijving va het programma dat tijdens het bezoek aan de orde is. d. Materiaalvoorziening: aangegeven wordt waar de leerlingen materialen kunnen vinden die zij nodig hebben bij het uitvoeren van de opdracht.
Ad.5. De begeleiding. Een beschrijving van de manier waarop begeleiding plaatsvindt bestaat standaard uit: a. De namen van de docenten die het project begeleiden b. De opdracht om een plan van aanpak voor het project in te vullen. c. De opdracht om een persoonlijk verslag te maken van de eigen bijdrage aan het project. d. Toelichting op wat de leerlingen moeten doen als sprake is van ruzie of als zij vastlopen. e. Hoe zij specifieke informatie kunnen vragen bij vakdocenten als de begeleidende docenten hen niet verder kunnen helpen.
Ad.6. De beoordeling en evaluatie. Een project wordt op de volgende onderdelen beoordeeld: a. Het product: de punten voor dit onderdeel krijg je als team Het product kan bijvoorbeeld beoordeeld worden op: ontwerp en presentatie. b. Het proces: deze punten krijgt een leerling individueel. Hier wordt o.a. aandacht besteed aan de competenties uit het beroepsprofiel maar ook aan procesvaardigheden, zoals bijvoorbeeld: afspraken maken en nakomen, taakvervulling. c. Evaluatie: individuele evaluatie op niveau van de belangrijkste competenties uit het beroepsprofiel. Dit is geen onderdeel waarvoor punten worden gegeven, maar is wel verplicht.
38/38