Projectmatig wetenschappelijk onderzoek en Hoger beroepsonderwijs als meerwaarde voor hogescholen Prof.dr. D. Franco, algemeen directeur XIOS Hogeschool Limburg
Geachte beleidsmakers van de academische en politieke wereld, Beste personeelsleden en studenten, Dames en heren,
Vandaag zetten we ons in de startblokken van het nieuwe academiejaar. Net voor het startschot wordt gelost, willen wij ons in volle concentratie focussen op de doelstellingen die het nieuwe academiejaar 2008-2009 ons brengt. Dit moment leent zich om vooruit te blikken op nieuwe verwachtingen van studenten, maar ook op nieuwe uitdagingen voor personeelsleden, directies en bestuurders. Graag wil ik dieper ingaan op 2 van die uitdagingen: het projectmatig wetenschappelijk onderzoek en het hoger beroepsonderwijs. Het is een onterechte veronderstelling dat de hogescholen vóór de aanvang van het academiseringsproces weinig verwevenheid vertoonden met het wetenschappelijk onderzoek. Ondanks onzekere financieringsstromen en het gebrek aan structurele omkadering, werd beginjaren ‘90 dankzij de gedreven inzet van gemotiveerde docenten, de basis gelegd voor wat inmiddels uitgegroeid is tot volwaardig en kwalitatief hoogstaand toegepast onderzoek. De XIOSopleidingen Verpakkingstechnologie, Kernenergie en Toegepaste Informatica waren actief van bij het eerste uur. De afgelopen jaren hebben de PHL en XIOS Hogeschool Limburg hun onderzoeksactiviteiten gestaag kunnen uitbouwen en diversifiëren mede dankzij ondersteuning van regionale, Vlaamse en Europese overheden, 1
waarvoor wij hen erkentelijk zijn. Maar het is vooral dankzij de middelen voor Projectmatig Wetenschappelijk Onderzoek (PWO), die de Vlaamse regering sinds 2004 jaarlijks ter beschikking stelt, dat de onderzoeksactiviteit in de professionele opleidingen van de Vlaamse hogescholen wezenlijk uitgebouwd kon worden. Op structurele wijze werd een nieuw elan gegeven aan de inspanning van de voorgaande jaren om het onderzoek binnen de professionele bachelors verder te professionaliseren door een intensieve samenwerking met het arbeidsveld en de wetenschappelijke wereld. Lectoren en docenten kregen voor het eerst de kans om in hun kennisdomein echt mee te evolueren met de modernste technieken en inzichten, en dit ten dienste van de studenten en de opleiding waarin ze actief zijn.
PWO kende in beide instellingen een groeiproces. Na een relatief langzame start in 2004 waarbij de jaarlijks toegekende enveloppe slechts gedeeltelijk geconsumeerd werd, worden de PWO– enveloppes inmiddels zo goed als volledig benut in het betreffende jaar. XIOS Hogeschool Limburg diende zelfs in 2008 het saldo van de vorige jaren aan te spreken om de vele kwaliteitsvolle projectaanvragen te kunnen honoreren. Tijdens academiejaar 2008-2009 implementeert de PHL 14 projecten en XIOS Hogeschool Limburg 11. Het Vlaamse PWO-budget, van 7 miljoen euro geleidelijk aan opgetrokken tot 9,5 miljoen euro in 2008, wordt op basis van het aantal financierbare studenten in de professionele bachelors over alle hogescholen verdeeld. De PWO-enveloppe van 2007 van XIOS Hogeschool Limburg was goed voor 331 500 euro, de PHL beschikte over 349 000 euro. Deze omvat zowel de structurele ondersteuning alsook de projectmiddelen.
2
De projectmiddelen worden via een open competitiesysteem aan de eigen professionele opleidingen toegewezen. Zowel in de XIOS Hogeschool Limburg als bij de PHL kenden alle departementen een duidelijke groei van de PWO-activiteiten, waarbij de technologiegedreven
departementen
IWT
enerzijds
en
Biotechniek
anderzijds goed zijn voor het leeuwendeel van de middelen. Enkele concrete voorbeelden: De opleiding Ergotherapie van de PHL zette verrassende resultaten neer in haar PWO-project naar de “Invloed van functionele revalidatie bij
patiënten
subjectief
met
ervaren
een
neuromotorische
zelfredzaamheid
en
aandoening
op
de
levenskwaliteit”.
In
samenwerking met het Biomedisch Instituut van de Universiteit Hasselt, CARA, MS centrum Overpelt en MS centrum Melsbroek, werd onderzocht of een verbetering van functionaliteit ook een verbetering geeft in de zelfredzaamheid en de algemene levenskwaliteit van de patiënt. De applicatiemogelijkheden van de ontwikkelde assessmenttools
zullen in
een nieuw INTERREG project in de Grensregio Vlaanderen-Nederland verder onderzocht worden. Ook het PHL PWO-project rond ecotoxicologie en membraantechnologieën voor de zuivering van afvalwater, resulteerde in nieuwe meettechnieken, die de basis vormen voor diepgaander TETRA-onderzoek met de Universiteit Hasselt en de Universiteit Gent. Maar ook in op het eerste zicht misschien minder voor de hand liggende Departementen heeft PWO een onderzoeksdynamiek gegenereerd. Zo lanceerde de XIOS bacheloropleiding secundair onderwijs in oktober 2007 het project “Samen opleiden”, met als doel de betrokkenheid tussen de lerarenopleiding en het praktijkveld te vergroten. Door een interactieve samenwerking tussen vak- en praktijklectoren en 3
leerkrachten van de secundaire school wordt het takenpakket van de student geoptimaliseerd waardoor de praktijkschok voor de beginnende leerkrachten verkleint. Samen opleiden, leidt dus tot betere opgeleide leerkrachten. En de XIOS opleiding Sociaal Werk leverde dankzij de ondersteuning van PWO-middelen pionierswerk op vlak van dataverzameling en –analyse over
gelijke
onderwijskansen
in
het
hoger
onderwijs.
De
ontwikkelde technieken resulteerden voor het eerst in een duidelijke beschrijving van de instroom en van de studentenkenmerken die bepalend zijn voor het al dan niet doorstromen naar het 2e jaar.
Een proactief
beleid ter verbetering van de doorstroomkansen van deze doelgroep wordt hierdoor mogelijk. De Universiteit Hasselt en de PHL ondertekenden inmiddels ook samenwerkingsovereenkomsten waardoor dit PWO-project uitgebreid is naar de hele Limburgse associatie. Deze resultaten zijn erg bemoedigend, zeker in het licht van voorstellen om een gedeelte van de PWO-middelen in de toekomst te verdelen op basis van performantie- en outputcriteria. Maar PWO is veel méér dan een structurele financiële stimulans geweest om onderzoek uit te bouwen in de professionele opleidingen. PWO heeft een grote dynamiek op gang gebracht, de toegevoegde waarde is meervoudig: -
Op de eerste plaats betekende de inzet van PWO-middelen de structurele doorstart van de uitbouw van het toegepast onderzoek in de eigen gelederen van de hogeschool, en creëerde de juiste setting voor verregaande samenwerking tussen vak- en onderzoeksgroepen, met een duidelijke onderwijsvernieuwing tot gevolg.
-
In tweede instantie stimuleerde PWO
de samenwerking en de
kennistransfer tussen hogescholen en de profit en non-profit sector. Dankzij
speerpuntenonderzoek
kunnen
wij
bijdragen
aan
het 4
innovatievermogen van bedrijven en aan de verbetering van de levenskwaliteit in het algemeen. Dit vertaalt zich ook in onze dienstverlening. -
Een derde verdienste van het
PWO is de versterking van de
interne samenwerking tussen professionele en academische opleidingen enerzijds, en
tussen de 3 kennisinstellingen in de
Limburgse associatie anderzijds. Wij zullen ook in de toekomst nagaan hoe we samenwerkingsopportuniteiten tussen de opleidingen bv.architectuur (PHL) en bouwkunde (XIOS), of
Kinesitherapie (PHL)
en Lerarenopleiding Lichamelijke opvoeding (XIOS) kunnen verzilveren
Hoe zijn de toekomstperspectieven? Wel, …, de vraag naar PWO-ondersteuning is inmiddels groter dan het aanbod. Toegepast wetenschappelijk onderzoek zal ook de komende jaren hoog ingeschreven blijven op de prioriteitenlijst van onze hogescholen. In het licht van de op stapel zijnde ontwikkelingen rond rationalisatie en optimalisatie van het hoger onderwijs, willen XIOS Hogeschool Limburg en PHL als partners meedenken over nieuwe samenwerkingsmogelijkheden, óók over associatiegrenzen heen. En het is mijn overtuiging dat het maximaliseren van de onderzoekssamenwerking de meeste kans op slagen heeft als het een écht Limburgs verhaal wordt. Dat was immers ook de drijfveer achter het nieuwe Technologiecentrum in Diepenbeek dat XIOS en KHLIM binnenkort in gebruik nemen. In combinatie met een stijgend studentenaantal in ons departement IWT, de strategische herschikking van technologiegedreven opleidingen in 2 nieuwe departementen N-Technology en Toegepaste Industriële Wetenschappen, zal onze XIOS Campus Diepenbeek zich dit academiejaar nog meer profileren als een echte Technologie campus.
5
Dames en heren, Geachte genodigden,
Naast onderzoekvernieuwing, wil de associatie Universiteit-Hogescholen Limburg
ook
een
blijvende
voortrekkersrol
spelen
op
vlak
van
onderwijsvernieuwing. In essentie moeten wij ons engageren om zo adequaat mogelijk tegemoet te komen aan nieuwe opleidingsnoden die de hedendaagse Vlaamse arbeidsmarkt stelt. En die nieuwe noden zijn er: uit vacatureanalyses van de VDAB blijkt dat werkgevers voor heel wat jobs op niveau van middengeschoolden te weinig kandidaten vinden. Er is nood aan mensen met competenties waarvoor het secundair onderwijs ontoereikend is en een bacheloropleiding een overkwalificatie zou betekenen. Als nieuw onderwijsniveau tussen de humaniora en het hoger onderwijs, biedt
het
Hoger
Beroepsonderwijs
een
kader
voor
korte
arbeidsmarktgerichte leertrajecten van niveau 4 of 5 van het European Qualification Framework. Werkplekleren en samenwerking tussen de opleidingverstrekkers en het afnemend veld staan hierin centraal. Tijdens het academiejaar 2008-2009 zullen XIOS Hogeschool Limburg en PHL elk één van 13 geselecteerde HBO-proefprojecten van de Vlaamse Onderwijsraad implementeren. Het project van XIOS Hogeschool Limburg focust op de Professionalisering en Oriëntering binnen de expertise- en beroepenwereld van de informatica. Professionals van CVO de Oranjerie te Diest, XIOS Hogeschool Limburg en VDAB competentiecentrum Genk en Haasrode zullen een goed georganiseerde samenwerking opzetten om de competentievereisten op de voet te kunnen volgen. 6
De bedoeling is om in het beroepenveld systeem- en netwerkbeheer te komen tot flexibele leertrajecten over de betrokken onderwijsinstellingen en centra heen. Studenten die enkele credits hebben verworven aan een hogeschool, vervolgens een VDAB-cursus hebben gevolgd, krijgen nu de mogelijkheid om dit in te brengen in HBO in een cvo-opleiding. Met de behaalde CVO opleiding kunnen studenten dan achteraf terug ingeschaald worden in een professionele bachelor omgeving. Ook werkzoekenden die via VDAB-cursussen terug gemotiveerd geraken voor onderwijs krijgen op deze manier een gestructureerd leerpad naar een Professionele bachelor. Op deze manier wordt een eigen zalm- en watervalmodel in het nieuwe onderwijslandschap geïntegreerd. In het project van de PHL staan variabele leertrajecten binnen het opleidingsdomein
logistiek
centraal.
In
samenwerking
met
de
Provinciale secundaire Handelsschool Hasselt en het PCVO Handel te Hasselt, zullen zij de bestaande opleidingen van het 7e jaar TSO, het graduaat en de professionele bachelor beter afstemmen op de functies en bijhorende startprofielen in de logistieke sector. Het werkplekleren wordt mogelijk gemaakt door o.m.
het Logistiek Platform Limburg, VDAB-
Limburg, Logos, Logis en ERSV-POM. In deze projecten spelen onze beide associatiehogescholen samen met geprivilegieerde partners een
pioniersrol in de
bewegwijzering van
HBO-trajecten in de logistieke sector en de informatica. En heldere bewegwijzering van het HBO is nodig, niet enkel voor de lerende, maar ook voor de instellingen voor wie een rol weggelegd is in het
nieuwe
HBO-landschap.
samenwerking
tussen
Hoewel secundaire
het
HBO
scholen,
zonder
twijfel
centra
de voor
volwassenenonderwijs en hogescholen zal versterken, zijn er toch enkele vragen en punten van zorg.
7
Waar kunnen HBO-opleidingen van niveau 5 het best verankerd worden: blijven deze verder deel uitmaken van het aanbod van de CVO’s of horen ze eerder thuis bij de hogescholen? Ook op vlak van interne en externe kwaliteitszorg, de programmatie van nieuwe opleidingen en de financiering gelden nu nog verschillende regels voor CVO’s en hogescholen. Hoe houdbaar is de situatie waarin eenzelfde HBO
niveau
5-opleiding
gefinancierd
wordt
volgens
verschillende
systemen naargelang ze georganiseerd wordt door een CVO dan wel door een hogeschool? Het lijkt me erg belangrijk dualiteiten te vermijden bij de verdere vormgeving van het Hoger Beroepsonderwijs in Vlaanderen. Er
moet
ook
gewaakt
worden
over
mogelijke
terminologische
spraakverwarring. In Nederland spreekt men in dit verband van een “associate degree”. Een uniforme hantering van de term HBO zowel in Vlaanderen
als
in
Nederland
is
mijn
inziens
aangewezen
in
een
ééngemaakte en transparante Europese hogeronderwijsruimte. De verdere vormgeving van het Vlaams Hoger Beroepsonderwijs dwingt ons bovendien tot nieuwe reflexen. De insteek is niet langer alleen “wat kunnen wij goed, en hoe passen we dit in een samenwerking”. De nieuwe reflex moet zijn: “welke opleidingen beantwoorden aan de noden van sectorverenigingen en het beroepenveld en hoe kunnen we deze opleidingen zo adequaat mogelijk organiseren op Vlaamse schaal”. Dubbels en trippels vermijden in dit nieuwe landschap is de boodschap. Dit zijn de onderzoeks- en onderwijsuitdagingen die op vlak van PWO en HBO voor ons liggen bij de start van dit nieuwe academiejaar. Wij willen deze uitdagingen aangaan.
Voor mij
is het alvast duidelijk dat we de 8
start niet gemist hebben en ik ben ervan overtuigd dat we onder het motto “samen werken, werkt” de race goed zullen uitlopen.
9