Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ Noord-Veluwe
Signaleren en ondersteunen van kinderen en jongeren met een zorgtaak in de gemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek en Putten.
Deze rapportage is samengesteld door Bureau Geerts in samenwerking met Regio Noord-veluwe. Met dank aan de gemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek en Putten en de Provincie Gelderland.
Inhoudsopgave Pagina Leeswijzer
3
Inleiding
4
Het vervolgproject ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
7
Signaleren jonge mantelzorgers
7
Ondersteuningsmogelijkheden jonge mantelzorgers
10
Public Relations (PR) jonge mantelzorgers
13
Advies Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
14
Is het werk nu af?
14
Advies beleidsontwikkeling jonge mantelzorgers
15
Advies ondersteuning jonge mantelzorgers
14
Advies signalering en maatschappelijke acceptatie van jonge mantelzorgers
15
Advies Public Relations (PR) jonge mantelzorgers
16
Tot slot
17
Bijlagen Bijlage 1 Contacten gemeente Elburg Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
18
Bijlage 2 Contacten gemeente Ermelo Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
19
Bijlage 3 Contacten gemeente Harderwijk Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
20
Bijlage 4 Contacten gemeente Nunspeet Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
21
Bijlage 5 Contacten gemeente Oldebroek Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
22
Bijlage 6 Contacten gemeente Putten Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’
23
Bijlage 7 Contactgegevens Steunpunten / Servicepunt Mantelzorg
24 2
Leeswijzer De notitie ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ van de pilot in de gemeente Elburg vormt de basis van deze notitie. In deze notitie vindt u uitgebreide informatie over de problematiek van jonge mantelzorgers, deze kunt u digitaal verkrijgen. De sociale kaarten van de zes gemeenten zijn eveneens digitaal aan te vragen en kunnen verder worden verspreid onder professionals. Beide documenten zijn op te vragen bij mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected]. U kunt kiezen voor het lezen van de notitie ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’, pilot Elburg of de notitie ‘Project Jonge mantelzorgers in beeld, Noord-Veluwe’ met daarin het advies voor te nemen vervolgacties of u kunt kennis nemen van beide nota’s. Het project is uitgevoerd door Bureau Geerts.
Van Weesstraat 18a 3882 VG Putten 06 26713226 www.bureaugeerts.nl
3
Inleiding Jonge mantelzorgers zijn kinderen of jongeren in de leeftijd van ongeveer 8 tot 24 jaar. Kinderen met een jongere leeftijd komen ook voor als mantelzorger. Allen hebben zorgtaken die meer dan gebruikelijk zijn. Zij zorgen voor iemand die langdurig lichamelijk of psychisch ziek is, gehandicapt is, een ontwikkelingsstoornis heeft of verslaafd is. Het project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ is een onderdeel van het Sociaal Programma van de Regio Noord-Veluwe (RNV). Eind 2010 is het project gestart met een pilot in de gemeente Elburg. In deze gemeente was een groot enthousiasme om jonge mantelzorgers te (h)erkennen. Er zijn vele gesprekken gevoerd waarbij het zeer opvallend was dat het thema ‘jonge mantelzorgers’ veelal een onbekend thema was, maar waar men - na het gesprek en de daarbij gegeven voorlichting - voornemens is deze kinderen en jongeren goed in beeld te krijgen en te houden. De bevindingen en rapportage van de pilot vormen de basis van deze nota. Bij jonge mantelzorgers gaat het om een grote groep kinderen en jongeren. Landelijke cijfers van Belangenvereniging Mezzo geven aan dat ruim een kwart van de kinderen en jongeren opgroeit met een ziek of beperkt gezinslid. Landelijke cijfers geven een indruk om welke zorg en achterliggende problematiek het gaat: • 694.000 tot 810.000 kinderen wonen met een chronisch (somatisch) zieke of matig / ernstig lichamelijk beperkte ouder. Van deze groep kinderen is 409.000 tot 476.000 jonger dan 18 jaar • 95.000 tot 190.000 thuiswonende kinderen geven in meer of mindere mate wel eens ondersteunende zorg aan hun ouder • 1.200.000 kinderen hebben een ouder met een psychiatrische diagnose • 370.000 kinderen hebben een verslaafde ouder • 250.000-400.000 kinderen hebben een chronisch zieke of beperkte broer of zus. Cijfers van de regio Noord-Veluwe zijn niet bekend. Dit is ook geen doel van de pilot of het vervolgproject. Het project is een vervolg op de pilot in Elburg. Het betreft de gemeenten Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek en Putten. In het kort zijn de volgende conclusies te trekken uit de pilot in Elburg: • de jonge mantelzorgers vindt men vooral onder schoolgaande en studerende jongeren • is een jongere eenmaal gesignaleerd als een jonge mantelzorger in een probleemsituatie, dan is de zorg binnen de scholen goed georganiseerd. Feitelijk is men dan de preventiefase al ver voorbij en komt men in een hulpverlenerscircuit. Dit is niet altijd nodig en vaak te voorkomen als men de jongere tijdig herkent en zo nodig ondersteunt. • het informeren van de scholen is echter onvoldoende voor een tijdige signalering en een sluitend netwerk voor de doelgroep met de juiste ondersteuning.
4
Waarom is het belangrijk kinderen en jongeren te signaleren als jonge mantelzorger? Indien deze kinderen en jongeren niet worden (h)erkend of ondersteund is er op korte termijn kans op: • probleemgedrag thuis en op school • psychische en lichamelijke klachten • parentificatie (rolomdraaiing ouder/kind) • eenzaamheid • gepest worden/uitsluiting. Op langere termijn bestaat er kans op: • problemen bij het opgroeien • grotere schooluitval • lichamelijke en psychische klachten • emotionele klachten • vaker een beroep doen op de (geestelijke) gezondheidszorg • onvoldoende toekomen aan de eigen ontwikkeling. Preventie van overbelasting is dus van belang voor de jonge mantelzorger, zijn omgeving en is ook van economisch belang. Het voorkomt overbelasting, met alle ellende van dien, van de jonge mantelzorger. Landelijk worden er cijfers genoemd dat 70% van de jonge mantelzorgers die geen ondersteuning krijgen, later vastlopen. Dit brengt diverse kosten met zich mee door uitval in studie of werk, relatieproblemen en in gevallen waar hulpverlening noodzakelijk is. Het is zeker geen doel kinderen en jongeren naar aanleiding van dit project in grote aantallen naar de Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg of vormen van hulpverlening te leiden. Door preventie kan dit juist worden voorkomen. Wel kunnen de Steunpunten / het Servicepunt laagdrempelig ondersteunen en hiermee verdere verwijzing naar (dure) hulpverlening beperken of voorkomen. Gezien de ontwikkelingen in het terugbrengen van AWBZ-gelden en kortingen op Persoons Gebonden Budgetten (PGB) valt te verwachten dat de druk op jonge mantelzorgers steeds groter wordt. Er zal vaker een beroep op hen worden gedaan. Ook de ontwikkelingen in passend onderwijs kunnen een grotere emotionele druk leggen op kinderen als het ‘zieke’ zusje of broertje op dezelfde school zit als de jonge mantelzorger. Het vervolgproject in de vijf gemeenten van de RNV bestaat uit de volgende onderdelen. 1. Contacten leggen met de sleutelfiguren in de vijf gemeenten van de RNV en van hieruit een lokaal en regionaal netwerk opbouwen. 2. Het opstellen van een sociale kaart. 3. Het opstellen van een advies betreffende de wijze waarop de sleutelfiguren en hun organisaties de jonge mantelzorgers het best kunnen vinden, ondersteunen en doorverwijzen. 4. Het toeleiden van jonge mantelzorgers naar de juiste ondersteuning. 5. Het schrijven van een eindadvies en een aanbeveling voor het vervolg. 5
6. Het mede ontwikkelen van ondersteunend PR-materiaal voor jonge mantelzorgers. Afstemming tussen de mantelzorgconsulenten van de lokale Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg, mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg Regio Noord-Veluwe en mevrouw W. Geerts, adviseur Jonge Mantelzorgers Bureau Geerts, heeft geleid tot een duidelijke rolverdeling, goede samenwerking en onderling vertrouwen. Met nadruk dient te worden opgemerkt dat de lokale Steunpunten / het Servicepunt nauw betrokken zijn bij het project. Van de gevoerde gesprekken is verslaglegging gedaan naar de mantelzorgconsulenten en waar nodig heeft afstemming plaatsgevonden, bijvoorbeeld voor vervolgacties. In gesprekken met externe partijen is de functie van de Steunpunten / het Servicepunt steeds uitgelegd en zijn de mogelijkheden van ondersteuning en samenwerking met andere partijen benoemd. Bureau Geerts heeft het project uitgevoerd naast de Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg. Door het project is het profileren van de lokale steunpunten en het versterken daarvan als lokale organisaties, een goed neveneffect gebleken. De opdracht voor het project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ is gegeven door mevrouw A. Knol-van Maanen, Senior adviseur sociaal-maatschappelijke ondersteuning, Regio Noord-Veluwe. Het project is uitgevoerd door Bureau Geerts, met uitzondering van de organisatie en productie van ondersteunende PR-materialen, welke uitgevoerd werden door mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, Regio Noord-Veluwe.
6
Het vervolgproject ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ In de zes RNV-gemeenten Elburg, Ermelo, Harderwijk, Nunspeet, Oldebroek, en Putten zijn vooral gesprekken gevoerd gericht op het preventief signaleren van kinderen en jongeren in de leeftijd tussen ongeveer 8 en 24 jaar die méér dan gebruikelijke zorgtaken hebben in de directe omgeving. Opvallend is dat er in Elburg veel meer individuele gesprekken zijn gevoerd. Naarmate het project vorderde hebben er steeds meer groepsgesprekken plaatsgevonden. Uit het oog van efficiency is dit zeker succesvol te noemen, het zorgde ook voor een grotere herkenning en meer discussie rond het thema. Daarnaast geeft het een ‘olievlekwerking’ doordat vanuit het groepsgesprek het thema verder uitdragen en verspreid is. Voorbeelden van groepsbijeenkomsten zijn gesprekken met schooldirecteuren, het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), begeleiders van scholen, diaconieën, Wmo-raden, etc. In totaal zijn er ongeveer 85 gesprekken gevoerd. Het feitelijk bereik is dus groter door de vele groepsgesprekken. Een beroepsgroep die geen interesse had in gesprekken of voorlichting waren de huisartsen in de hele regio. Wellicht spreekt hen het PR-materiaal meer aan en pakken zij op deze wijze het thema alsnog op. Samenvattend kan van alle gevoerde gesprekken worden gezegd dat er veel onbekendheid met de doelgroep was. Men wist nauwelijks af van het bestaan van kinderen en jongeren die al zo vroeg - en soms zoveel - zorgtaken hebben. Zelfs bij beroepsgroepen die dicht bij kinderen en jongeren staan, was de materie onbekend. Zij kenden de signalen en mogelijke gevolgen niet voor de doelgroep in het geval van onvoldoende ondersteuning. Ook de omvang van de aantallen jonge mantelzorgers op bijvoorbeeld scholen, verraste hen volledig. Daarom was het enthousiasme verrassend om deze doelgroep wel te willen zien en te willen ondersteunen. Signaleren jonge mantelzorgers De bewustwording van het feit dat je kind een jonge mantelzorger is, of dat je dat zelf bent, is een ingewikkelde zaak. Mensen vinden het al gauw gewoon wat er in het eigen gezin gebeurt; dat is immers het referentiekader. Daarnaast begint de zorg vaak ‘klein’ en wordt in de loop van de tijd vaak groter. Hierdoor ziet men het gevaar van overbelasting minder snel. En natuurlijk zijn er ook gezinnen waarin de balans goed is of waar men met de situatie heeft leren omgaan. Wanneer de omgeving niet op de hoogte is van de zorgsituatie kan men ook geen hulp bieden. De gesloten cultuur op de Veluwe wordt door veel partijen genoemd als een belemmering in het signaleren van de zorgsituatie. Men hangt de vuile was niet graag buiten en lost dingen liever zelf op of binnen de eigen kring. Dit maakt dat de signalering of het hulp bieden aan jonge mantelzorgers langer kan duren dan nodig is, met alle gevolgen van dien.
7
Bewustwording van het kind of de jongere in de rol van zorgverlener is belangrijk om overbelasting te voorkomen. Dit kan voorkomen dat men psychosociale klachten krijgt of dat men zich niet goed kan ontwikkelen op weg naar volwassenheid. In het project Jonge Mantelzorgers in beeld zijn de kinderen en jongeren nog niet benaderd, hiervoor is een vervolgstap nodig van het project. De partijen die veel met kinderen en jongeren omgaan - in de breedste zin - en hulpverlening, zijn door het krijgen van informatie in de vorm van gesprekken en bijeenkomsten, nu in de regio Noord-Veluwe op de hoogte van de doelgroep jonge mantelzorgers. Zij kunnen thans de signalen van de jonge mantelzorgers opmerken en hen ondersteunen. Men kan het gesprek met het kind en eventueel de ouders aangaan. Ondersteuning kan worden gezocht in eigen sociale kring, de school of - indien nodig - kan doorverwijzing volgen naar derden. Signalering van jonge mantelzorgers heeft de meeste kans door bewustwording en inzet van: • de scholen: het basisonderwijs, voorgezet onderwijs, speciaal onderwijs en beroepsonderwijs • de Wmo-loketten • het jongerenwerk • de leerplichtambtenaren. Een aantal partijen gaf in gesprekken aan het toch lastig te vinden om het gesprek aan te gaan met het kind of de ouders. Dit werd door een aantal scholen en Wmo-loketten benoemd. Het is juist voor deze partijen zo belangrijk dit wél te doen aangezien scholen de belangrijkste plaatsen zijn om te signaleren. Bij de Wmo-loketten kan de doelgroep worden getraceerd bij contacten met volwassen mantelzorgers, aan de hand van vragen die men stelt. Bijna iedereen die aan het loket komt is of heeft een mantelzorger en heeft wellicht ook jeugdige kinderen die zorgtaken uitvoeren. Foldermateriaal kan een aanleiding vormen om het thema te bespreken. Samenwerking met de Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg is van belang om op een laagdrempelige manier personen door te verwijzen naar deze lokale Steunpunten / Servicepunt. Het Wmo-loket kan, uiteraard in overleg met de cliënt, een eerste contact leggen waardoor er meer kans is dat dit ook daadwerkelijk gebeurt. Het Steunpunt / Servicepunt Mantelzorg kan, samen met de jongere en zijn / haar ouders, kijken naar de zorg- en gezinssituatie, lotgenotencontacten en andere activiteiten organiseren. Het ontwikkelde foldermateriaal kan ook op scholen worden ingezet om onderlinge bewustwording bij kinderen, jongeren en ook bij de ouders te bevorderen. Als een ouder of een klasgenoot niet weet van ziekte in een gezin, of wat het betekent om een jonge mantelzorger te zijn, kan er ook geen hulp worden geboden. Leerplichtambtenaren komen met kinderen, jongeren en soms de ouders in contact bij ongeoorloofd, frequent of langdurig verzuim. Kinderen met een zorgtaak verzuimen soms op school om hun taken te kunnen doen, of hebben de energie niet om naar school te gaan. Uitval op school in het voortgezet onderwijs of beroepsonderwijs kan worden veroorzaakt door het geven van mantelzorg in het gezin. Leerplichtambtenaren kunnen een grote rol spelen in het signaleren van de achterliggende redenen van verzuim als het 8
om mantelzorg gaat. Zij kunnen de vraag stellen of ziekte in het gezin een reden is van het verzuim. Is dat het geval, dan kan men met de school overleggen en zoeken naar een passende oplossing om de zorg, het naar school gaan en het maken van huiswerk te blijven combineren. Men kan overleggen over aanpassingen in data van bijvoorbeeld proefwerken of te volgen lessen. Uiteraard binnen het redelijke, want kinderen zijn in de regel niet graag een uitzondering op de medeleerlingen. De vraag is: ‘Wat heeft het kind nodig om goed te kunnen functioneren?’. Zo kan overbelasting en schooluitval worden voorkomen. Men is op school lang niet altijd op de hoogte van de mantelzorgtaken van een kind of jongere. Huisartsen zouden een belangrijke rol kunnen spelen bij het signaleren van jonge mantelzorgers en de daaraan ten grondslag liggende psychische of lichamelijke klachten. Mantelzorg geeft behalve het hebben van zorgtaken ook veel zorgen. Deze zorgen uiten kinderen en jongeren vaak niet (de ‘verborgen zorgen’), maar het hebben van zorgen kan klachten veroorzaken op korte of langere termijn. Mogelijk komen zij met deze klachten bij de huisarts terecht, maar wordt dit vaak niet als zodanig herkend. Het is zelfs mogelijk dat ze met onbegrepen klachten - onnodig - worden doorverwezen naar de specialist. Huisartsen in de regio hadden geen belangstelling voor het krijgen van informatie in een gesprek. Wellicht zetten zij wel foldermateriaal in. Kerken en diaconieën kunnen een signalerende rol hebben met betrekking tot de jonge mantelzorgers. Men kent elkaar in de gemeente en weet vaak van ziekte in een gezin. Het bieden van hulp is binnen de eigen gemeenschap vaak gemakkelijker dan voor mensen buiten de (sociale) kring. Signalering gebeurt soms ook naar aanleiding van andere activiteiten zoals de voedselbank in de gemeente Putten. Armoede komt vaker voor in gezinnen met ziekte zoals een psychiatrische aandoening of een geval van verslaving. Anderzijds wordt de terughoudendheid om te vertellen over persoonlijke problemen of het vragen van hulp in de gemeenten op de Veluwe genoemd als een belemmerende factor. Op de Noord-Veluwe wonen relatief weinig allochtone mensen, maar ze zijn er uiteraard wel. Harderwijk heeft de grootste Turkse en Marokkaanse gemeenschap. Personen die vanuit een vluchtelingenstatus in Nederland wonen hebben weer andere gewoonten en een andere cultuur, gegeven de diversiteit van de landen van herkomst. De eigen cultuur is sterk bepalend hoe men omgaat met ‘zorgen voor elkaar’. Jonge mantelzorgers zijn in de allochtone gemeenschap geen specifiek thema. In de Turkse gemeenschap in Harderwijk wordt onderling veel hulp geboden. Ook, of juist, hebben kinderen veel taken bij het zorgen voor hun ouders, zoals tolken en het invullen van formulieren. Ook bij ziekte. Vooral het oudste kind moet veel doen. Bij ziekte zijn de kinderen en jongeren extra zwaar belast. Hoe de hulp van buiten het gezin zich verhoudt met de zorgtaken van jonge mantelzorgers in het gezin, is niet duidelijk.
9
In gesprekken met onder andere de scholen is regelmatig de discussie gevoerd of er in extreme gevallen van jonge mantelzorgers een melding zou moeten gaan naar het Algemeen Meldpunt Kindermishandeling (AMK). Susan Schepers, Coördinator Meldpunt Maatschappelijke Zorg, kan dit zich wel voorstellen. Zij heeft regelmatig contact met het AMK. Bij het AMK kan men melding doen van situaties waarbij men zich zorgen maakt om een kind. Het kind blijft anoniem, degene die de melding doet kan advies of praktische ondersteuning vragen. Het advies is vrijblijvend en kan bijvoorbeeld bestaan uit het aankaarten van het probleem, overleg en doorverwijzing. Als het AMK onderzoek doet moeten er objectieve bewijzen zijn voor mishandeling, meestal komt het niet zo ver. Het AMK wordt dan alleen om advies gevraagd en dit is voldoende om verder te kunnen. Iedereen die zich zorgen maakt om een kind, zoals scholen en sportverenigingen, alsook de Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg kunnen het AMK raadplegen. Susan Schepers is ook de coördinator van de lokale Sociale Vangnet Overleggen in de regio Noord-Veluwe, waarbij multi-probleem casuïstiek wordt besproken met alle samenwerkende partijen (onder andere: MEE, AMW, Icare, Buurtbemiddeling, Bemoeizorg, gemeente, politie, jongerenwerk en woningbouwverenigingen). Dit kunnen ook gezinnen zijn met jonge mantelzorgers, bijvoorbeeld vanuit psychiatrische- of verslavingsproblematiek. Scholen zijn de belangrijkste plaatsen waar men kinderen aantreft met zorgtaken. Ieder kind hoort immers naar school te gaan. Toch zijn deze kinderen vaak onzichtbaar op school als jonge mantelzorger. Zij schamen zich er voor, willen niet opvallen of zielig worden gevonden. Ieder kind wil immers ‘gewoon’ zijn. Het blijkt lastig te zijn om aan je klassenleraar of klasgenoten te vertellen dat er thuis iemand ziek is en vooral wanneer er iemand verslaafd is of een psychiatrische aandoening heeft. Ook ouders vertellen dit vaak niet aan de school. Toch is het van groot belang dat scholen het wel weten en er op school een klimaat is van begrip en acceptatie. Mantelzorg is een thema wat bovendien goed past in diverse lessen. Schooldirecteuren hebben aangegeven de doelgroep jonge mantelzorgers te willen borgen binnen het beleid van ondersteuningsmogelijkheden van leerlingen. Ondersteuningsmogelijkheden jonge mantelzorgers Is de mantelzorgsituatie eenmaal bekend, dan is er voldoende mogelijkheid tot ondersteuning. Juist de fase vóór ondersteuning is van cruciaal belang om tot erkenning en eventuele ondersteuning te kunnen komen. Met andere woorden, we moeten jonge mantelzorgers eerst zien om ze te kunnen ondersteunen. Dan pas is het mogelijk om in de preventie van overbelasting te blijven. Soms is (h)erkenning van het werk wat het kind en de jongere doen al voldoende. Mits het kind zich normaal kan ontwikkelen, aan school toe komt en voldoende ontspanning heeft. Het allerbelangrijkste is dus in de preventie te blijven van overbelasting. Jannie Groothuis van RST Zorgverleners verwoordde het verschil van mantelzorg en huishoudelijke taken voor kinderen binnen het gezin doeltreffend: ‘Het is een groot verschil of je afgebakende taken in huis hebt die je gewoon als kind moet doen, of dat je verantwoordelijk bent voor het huishouden’. Verantwoordelijkheid die niet past bij de leeftijd of ontwikkeling drukt zwaar op de schouders en kan overbelasting veroorzaken. 10
Hulp uit eigen sociale kring, mits men die heeft, kan toereikend zijn voor ondersteuning. Een bereidwillige buurvrouw, ouder van een vriendje of vriendinnetje, oom of tante, of opa en oma kunnen het kind ondersteunen of regelmatig eens uit de zorgsituatie halen om te ontspannen. Het is dus zeker niet nodig iedere jonge mantelzorger door professionele hulp te laten begeleiden of ondersteunen. Maar niet iedereen heeft een sociale kring en deze wordt door ziekte vaak ook kleiner. Daadwerkelijke hulp wordt vaak zo lang mogelijk uitgesteld; men redt zich het liefst zelf. Het is fijn als mensen uit de omgeving fysieke hulp bieden maar professionele hulp is soms onafwendbaar. De Steunpunten / het Servicepunt kunnen / kan hierin ondersteunen door de zorg eens op een rij te zetten en te kijken waar nog mogelijkheden liggen in het verlichten van de mantelzorgtaken, voor zowel de jonge als volwassen mantelzorgers. Het in kaart brengen van de sociale kring, deze uit te breiden of te verstevigen kan ook mogelijkheden bieden ter ontlasting van de zorg. Vraagverlegenheid is overigens een fenomeen dat veel mensen kennen. De meeste mensen vinden het moeilijker om hulp te vragen dan hulp te geven. In de regio Noord-Veluwe wordt dit door veel mensen een belemmerende factor genoemd. Als een kind op school eenmaal is gesignaleerd, dan is de zorg goed geregeld en kan men in de preventieve fase blijven, eventueel zonder hulpverlening, maar wel met ondersteuning. Een klassenleraar of mentor kan met het kind in gesprek gaan en vanuit een vertrouwensband kijken wat er nodig is voor het kind. Dit kan af en toe eens een gesprekje zijn, een gesprek met de ouders, een klassengesprek met medeleerlingen over mantelzorg, etc. Uiteraard is de school geen hulpverlenende instantie maar draagt wel zorg voor het kind. Is er meer nodig, dan kan een kind in een groter verband worden besproken, zoals in een overleg van mentoren, intern begeleiders of het Zorg Advies Team (ZAT). Een goede rol kan het School Maatschappelijk Werk spelen met een aantal gesprekken met het kind en indien nodig ook met de ouders. Omdat dit vanuit de school wordt geregeld, is dit een laagdrempelige en makkelijk toegankelijke ondersteuningsmogelijkheid, eventueel door het kind zelf aan te vragen op school. Het Steunpunt / Servicepunt Mantelzorg kan de totale zorgsituatie in kaart brengen of als follow-up fungeren na gesprekken met hulpverleners; een laagdrempelige vorm van nazorg. Bij de Steunpunten / het Servicepunt kan het kind en / of ouder(s) ook terecht voor ‘een luisterend oor’ of praktische hulp. Zij kennen ook de weg voor het inzetten van informele zorg, professionele zorg, etc. Het CJG is een laagdrempelige vorm van ondersteuning en biedt hulp bij praktische zaken, maar ook bij het geven van informatie en doorverwijzen naar andere instanties. Ook organiseren zij bijeenkomsten met thema’s die soms ook aan mantelzorg raken. Nog lang niet alle ouders weten de weg naar het CJG te vinden. In een aantal gesprekken is aan de orde gekomen dat ouders Bureau Jeugdzorg als een bedreiging ervaren. Het CJG bestaat uit diverse samenwerkende partijen zoals MEE-Veluwe, Icare Jeugdgezondheidszorg, GGD Jeugdgezondheidszorg, MD Veluwe. 11
Het lokale jongerenwerk biedt ondersteuning aan jongeren. Zij hebben geen specifiek aanbod voor bepaalde doelgroepen, maar zijn er voor alle jongeren in de gemeente. Uit gesprekken is gebleken dat in de contacten met jongeren ook mantelzorgsituaties voorkomen. De jongeren- en straathoekwerkers ondersteunen de jonge mantelzorgers met gesprekken en door het bieden van ontspanning. Andere vormen van ondersteuning zijn bijvoorbeeld ambulante hulp zoals Pactum, Joozt, Lijn 4, Icare Thuisbegeleiding, Community Support, Tactus. Maar ook het project ‘Doorbraak’ van de RNV kan voorkomen dat jongeren uitvallen op school en hun kwalificatie voor de arbeidsmarkt niet halen door mantelzorgtaken. Ook vanuit de niet-professionele hulpverlening is hulp beschikbaar voor jonge mantelzorgers. • Stichting Jongeren Coaches (JOCO). Deze Stichting gaat met jongeren in gesprek over hun problemen, op een manier die hen aanspreekt en die bij hen past. Jongeren kunnen er terecht met hun zorgen, problemen thuis of op school, etc. • Stichting Praatpaal in Ermelo en Putten begeleidt kinderen vanuit het pastoraat van de kerken. Kinderen en tieners kunnen er terecht om te praten, iemand luistert naar hen en samen worden er oplossingen gezocht. • Stichting Present biedt clubs en bedrijven de gelegenheid om maatschappelijk tot nut te zijn. De kans wordt geboden om in contact te komen met een persoon of een gezin dat hulp nodig heeft. In korte tijd wordt er een klus gerealiseerd, meestal in één dag. Dit kan ook voor een (jonge) mantelzorger zijn, b.v. in een moeilijke gezinssituatie. Bij ondersteuning door vrijwilligers is het van belang grenzen te bewaken en - indien nodig - professionele hulp in te zetten.
12
Public Relations (PR) jonge mantelzorgers Alle professionals en vrijwilligers waarmee gesprekken zijn gevoerd, willen graag folders tot hun beschikking hebben om in te zetten bij signalering en de bewustwording van jonge mantelzorgers. Folders kunnen ook een aanleiding of hulpmiddel zijn om het thema bespreekbaar te maken. Er zijn • • •
twee folders, een signalenkaart en een poster ontwikkeld: een folder voor kinderen en jongeren een folder voor ouders en professionals een signalenkaart, een kaart met korte informatie hoe een jonge mantelzorger te herkennen en wat men vervolgens kan doen • een algemene poster. In beide folders wordt informatie gegeven, worden de mogelijkheden ter ondersteuning uitgelegd, evenals hoe men contact kan leggen met bijvoorbeeld de lokale Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg. Folders en posters kunnen ook de aandacht van toevallige passanten van een folderrek trekken. Bewustwording van iets dat je misschien wel weet, maar waar je niet bij stil hebt gestaan. In de TIP-krant, informatief onderdeel van het Triple-P programma van de CJG’s heeft een artikel gestaan naar aanleiding van het project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’. In dit artikel staat een situatie beschreven van een gezin met jonge kinderen en een zieke vader. De krant heeft een zeer groot bereik onder ouders in de regio Noord-Veluwe. De lokale radiostations hebben interviews afgenomen over het thema ‘Jonge Mantelzorgers’. In navolging van Radio Elburg is er een interview geweest met Radio Harderwijk en Veluwe FM, met een gezamenlijk bereik van de gehele regio NoordVeluwe.
13
Advies Project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ Uit het project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld’ kunnen we concluderen dat de doelgroep jonge mantelzorgers onbekend was. De kinderen en jongeren herkennen zich niet in deze zorgrol en hun omgeving evenmin. Tijdens het project is met veel personen gesproken die een rol kunnen vervullen in het signaleren van deze kinderen en jongeren. Is het werk nu af? Nee! Er is veel werk verricht in het signaleren en informeren van de doelgroep. De meeste gesprekken zijn gevoerd met professionals. De kinderen, jongeren en hun ouders zijn nog niet bereikt. Ook bij hen is bewustwording van de zorgrol van het kind noodzakelijk om het in deze rol te kunnen ondersteunen. Het advies is dan ook gericht op het geven van informatie aan kinderen en jongeren over mantelzorg met als doel: • kennis van de doelgroep • waarom het belangrijk is om - jezelf of de ander - als jonge mantelzorgers te (h)erkennen • (h)erkenning van de mantelzorgsituatie met onderlinge acceptatie en begrip voor de jonge mantelzorger • kennis van de ondersteuningsmogelijkheden. Hierdoor kan overbelasting worden voorkomen zodat het kind zich normaal kan ontwikkelen op weg naar volwassenheid • het thema ‘Jonge Mantelzorgers’ maatschappelijk bekendheid te geven en te streven naar acceptatie daarvan. Daarnaast is beleidsontwikkeling belangrijk en het borgen van beleid ten aanzien van jonge mantelzorgers. Advies beleidsontwikkeling jonge mantelzorgers Bij de RNV-gemeenten dient de doelgroep van jonge mantelzorgers opgenomen te worden in het Beleidsplan Wmo, prestatieveld 4. Jonge mantelzorgers moeten als groep en individueel alle steun krijgen die ze nodig hebben. De start van borging ligt in het gemeentelijk beleid en is gebaseerd op politieke keuzes. Daarnaast is het, naast de persoonlijke gevolgen bij overbelasting, belangrijk om op langere termijn kosten te besparen die ontstaan door het bieden van hulpverlening. Het is wenselijk flexibel om te gaan met de norm en indicatie om formele zorg in te zetten ter ontlasting van jonge mantelzorgers. Ook voor hen is het compensatiebeginsel belangrijk: kind of jongere kunnen zijn, net als anderen. Daarbij horen taken en verantwoordelijkheden passend bij de leeftijd en ontwikkeling van het kind, met tijd en ruimte voor school, studie en ontspanning. Ontwikkeling van beleid op scholen ten aanzien van jonge mantelzorgers. Borgen van ondersteuning en jaarlijks aandacht voor het thema binnen de lesmogelijkheden. 14
Advies ondersteuning jonge mantelzorgers Steunpunten / Servicepunt Mantelzorg Het doorontwikkelen van profilering van de Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg voor jonge mantelzorgers maakt de mogelijkheden tot ondersteuning meer toegankelijk. Wat kan de mantelzorger verwachten van een Steunpunt / Servicepunt, wat kan men betekenen voor de mantelzorger? Nog niet alle burgers, scholen en andere organisaties zijn zich bewust van het bestaan van de Steunpunten / het Servicepunt en de ondersteuningsmogelijkheden die zij bieden. Het project Jonge Mantelzorgers heeft bijgedragen aan het profileren van de Steunpunten / het Servicepunt. Dit potentieel kan verder worden uitgebouwd, zeker voor de doelgroep jonge mantelzorgers. Bundelen van aanbod informatie en ondersteuning tussen verschillende organisaties Bijvoorbeeld door samen te werken in een aanbod voor autisme (het Steunpunt Mantelzorg / Servicepunt zoekt samenwerking met het Samenwerkingsverband Autisme Gelderland (SAG)), de Steunpunten / het Servicepunt werken nog nauwer samen op bepaalde mantelzorgthema’s. Er wordt nog nauwere samenwerking gezocht met het CJG, denk hierbij aan het bundelen van het aanbod, verstrekken van informatie en organiseren van activiteiten. Inzet van ondersteuning op diverse niveaus en plekken gefaciliteerd door de gemeenten Laagdrempelig op scholen, de Steunpunten / het Servicepunt Mantelzorg en het CJG. Méér intensieve zorg wanneer nodig en informele zorg daar waar dit mogelijk en gewenst is. Voorbeelden van vrijwillige ondersteuning zijn Stichting JOCO (Stichting Jongeren Coaches) en Praatpaal voor lichte ondersteuning. Advies signalering en maatschappelijke acceptatie van jonge mantelzorgers De Wmo-loketten hebben in het klantencontact een groot potentieel in het signaleren van jonge en volwassen mantelzorgers. Dit kan worden opgenomen in de standaardwerkwijze of intakelijsten. De medewerkers kunnen standaard vragen naar de gezinssituatie en de cliënt informeren over de mogelijkheden tot ondersteuning en doorverwijzing. Het meegeven van folders kan een standaard werkwijze zijn. Projectmatig inzetten op de plaatsen waar kinderen en jongeren veelal zijn: de scholen. • Een projectmatige aanpak op de scholen, basisonderwijs, voortgezet onderwijs en MBO, afhankelijk van de mogelijkheden qua budget. • Een regiobrede campagne met voldoende PR, een kick-off bijeenkomst op scholen, gastlessen en ouder- / thema-avonden in samenwerking met de scholen en leerlingen. De opzet moet zo ‘schoolvriendelijk’ mogelijk zijn, om scholen niet extra te belasten. • Inzet van PR-materialen, social media en ambassadeurs voor jonge mantelzorgers.
15
Nadere invulling van het project dient te worden afgestemd met de opdrachtgever, de scholen en andere partijen. Het verdient de voorkeur ook kinderen en jongeren, onder begeleiding, in te zetten voor de uitvoering van het project. Dit maakt het thema toegankelijker en maakt hen ‘mede-eigenaar’ van het thema. Te denken valt aan maatschappelijke stagiaires, studenten, etc. Als vervolg van een project op de scholen kan de bestaande infrastructuur van ondersteuning daar worden ingezet, evenals de andere al genoemde vormen van ondersteuning. Leerplichtambtenaren nemen de oorzaak van verzuim mee in gesprekken. Zij stellen de vraag of het verzuim veroorzaakt wordt door taken en zorgen rond een mantelzorgsituatie. De leerplichtambtenaren stemmen het advies en werkwijze hierop af en zoeken samen met betrokkenen naar oplossingen om het verzuim terug te brengen en overbelasting van de leerling te voorkomen. Advies Public Relations (PR) jonge mantelzorgers Het verder onder de aandacht brengen van de doelgroep kan op diverse manieren worden ingezet: • brede inzet en verspreiding van het ontwikkelde foldermateriaal en posters • het thema Jonge Mantelzorgers opnemen in publicaties over mantelzorg • informatie geven over de doelgroep en het vervolg van het project door middel van: o artikelen in de lokale kranten o gemeentelijke informatiekanalen o informatiekanalen via school; zoals weekjournalen, schoolkranten, intranet.
16
Tot slot Het project ‘Jonge Mantelzorgers in beeld, Noord-Veluwe’ heeft partijen veel informatie gegeven. Partijen zijn zich meer bewust van hoe zij een jonge mantelzorger kunnen herkennen, erkennen, begeleiden en doorverwijzen om overbelasting en problemen in de toekomst te voorkomen. De gestelde doelen van de opdracht zijn hiermee bereikt. Het door gesprekken ontstane netwerk heeft ook samenwerking tot stand gebracht tussen de diverse partijen. Maar….. het werk is nog lang niet af. Willen we de kinderen en jongeren bereiken die onze ondersteuning hard nodig hebben in het belangrijke werk wat zij doen, dan is het doel nog niet bereikt. Hiervoor is nog het nodige werk te verrichten, waarbij Bureau Geerts van harte hoopt dat de aanbevelingen, gedaan in dit advies, zullen worden uitgevoerd. We wensen u daarbij veel succes met de wens dat: Jonge Mantelzorgers in de regio Noord-Veluwe gezien, geaccepteerd en ondersteund worden, want dat verdienen ze!
17
Bijlage 1 - Contacten gemeente Elburg Project Jonge Mantelzorgers in beeld Digitale sociale kaart met contactgegevens is te verkrijgen via: mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected] Instantie CJG Elburg Contactgroep Wmo Doorbraak Gemeente Elburg Gemeente Elburg Gemeente Elburg Hervormd jongerenwerk (SHJJ) Icare thuisbegeleiding Kerken Kinsbergen college / van Capellen college (VO) Maatschappelijke Dienstverlening Veluwe MEE Veluwe MEE Veluwe communicatie MEE Veluwe VTS Oudergroep autisme Schoolarts GGD . Schoolmaatschappelijk werk basisscholen Schoolmaatschappelijk werk VO Schoolverpleegkundige GGD Stichting Wiel jeugd en jongerenwerker Stichting Wiel jongerenwerker Stichting Wiel mantelzorgconsulent Stichting Wiel teamleider ouderenwerk T Hart van de Vader Triple P Voor de RNV Basisscholen
Contactpersoon Dhr. W. de Boer Dhr. B. van Apeldoorn Mw. F. Cornet Dhr. G. Gerritsen Mw. M. Wieringa Dhr. N. Kaman Mw. E. Slendebroek Mw. A. Klasen Mw.H. Hartholt Mw. A. van Loonen Mw. N. Sonneveld Mw. A. de Jong Mw. J. van Loenen Mw. A. van den Berg Mw. M. van Eeten Mw. L. Visser Mw. M. Boer Mw. J. Uyttenboogaart Mw. A. van Olst Mw. F. Groenenveld Mw. C. Turner Mw. A. Verhaart Mw. M. van Rooij Mw. H. Tijdeman Dhr. J. Prein Schoolhoofden / directeuren overleg
18
Bijlage 2 - Contacten gemeente Ermelo Project Jonge Mantelzorgers in beeld Digitale sociale kaart met contactgegevens is te verkrijgen via: mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected] Instantie Basisscholen CJG Ermelo Consultatiebureau Icare Doorbraak Evangelische Jongeren Kring EJK Gemeente Ermelo Gemeente Ermelo Icare Ped. thuisbegeleiding Icare Ped. thuisbegeleiding Icare V&V Jongeren informatie Punt Kerkelijk Jeugdwerk West Maatschappelijk Dienstverlening MEE Veluwe Praatpaal Ermelo jongerenwerk RST RST Schoolmaatschappelijk werk BO Schoolmaatschappelijk werk VO Schoolarts GGD Schoolverpleegkundige GGD Steunpunt mantelzorg Stichting Pinel JC Plaza Straathoekverlening Sociaal Juridisch Punt Wmo loket Wmo advies groep mantelzorg
Contactpersoon Schoolhoofden / directeuren overleg Mw. T. Knegtering Mw. W. v.d. Horst Mw. F. Cornet Mw. J. Bakker Mw. N. van der Plas Dhr. A. Ketelaar Mw. H. v.d. Bunt Mw. G. Gort Dhr. H. van Hoeve Dhr. C. en Huib Mw. J. Stolk Mw. N. Holtkuile Mw. J. Kwaspen Mw. D. van Arkel Mw. T. Voorwinden Mw. J. Groothuis Mw. M. Broer Mw. M. Nijhof Mw. C. van den Branden Mw. M. Willemsen / Mw. W. Sikkens Mw. G. Faber Dhr. C. en Huib Mw. M. Tunis Dhr. H. Ruiter Dhr. A. Ketelaar Mw. J. Koolen
19
Bijlage 3 - Contacten gemeente Harderwijk Project Jonge Mantelzorgers in beeld Digitale sociale kaart met contactgegevens is te verkrijgen via: mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected] Instantie Algemene Hulpdienst Harderwijk: Mantelzorg en Vrijwillige Hulpdienst Basisonderwijs Bureau Jeugdzorg Gelderland CJG Harderwijk Consultatiebureau Icare Doorbraak Gemeente Harderwijk Gemeente Harderwijk Icare thuisbegeleiding Harderwijk- Nunspeet Icare thuisbegeleiding Icare orthodedagogiek Ikos training en hulpverlening Jacob Fruytier Scholengem. Uddel Jongerenwerk st. Welzijn op Maat Landstede Afdeling leerlingenzorg Marokkaanse Vereniging MBO Landstede Training Opleiding & Advies MD Veluwe AMW MEE Veluwe Nuborgh College Veluvine RST RST SBBH Schoolmaatschappelijk werk VO Schoolarts GGD Schoolverpleegkundige GGZ Steunpunt mantelzorg Tactus verslavingszorg Wmo loket ZAT 12-
Contactpersoon
Schoolhoofden / directeuren overleg Mw. I. Schipper Mw. R. Siderius Mw. W. v.d. Horst Mw. F. Cornet Dhr. A. Lotfolahian Mw. M. Lensen Mw. M. Sterken Mw. J. Meloen Mw. M. Ameshoff Mw. A. Kruijsbergen Mw. G. Dorst Mw. C. Jansson Mw. K. Hekman n.v.t. Mw. K. Hekman Dhr. R. Smit Mw. J. Kwaspen Dhr. J. Vos Mw. T. Voorwinden Mevr. J. Groothuis Dhr. A. Nasligul Dhr. R. Smit Mw. A. Honing Mw. R. van der Kraft Mw. G. Faber Mw. D. Brouwer Mw. W. Vaartjes Mw. F. Cornet
20
Bijlage 4 - Contacten gemeente Nunspeet Project Jonge Mantelzorgers in beeld Digitale sociale kaart met contactgegevens is te verkrijgen via: mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected] Instantie Basisscholen CJG ZAT 12+ Consultatiebureau Icare Diaconaal overleg Nunspeet Doorbraak Gemeente Nunspeet GGZ centraal Icare Thuisbegeleiding Icare V&V / kraamzorg Icare V&V, Elspeet Jacob Fruytier Scholengemeenschap Uddel MD Veluwe en School Maatschappelijk Werk Mee Veluwe Nuborgh College Veluvine Ped. Thuisbegeleiding Icare RST RST Steunpunt mantelzorg Steunpunt mantelzorg Schoolmaatschappelijk werk Straathoekwerk Nunspeet Schoolarts GGD Schoolverpleegkundige GGD Wmo raad en kamer mantelzorg
Contactpersoon Schoolhoofden / directeuren overleg Dhr. F. van der Voort Mw. J. Kleyer Dhr. D. Fidder Mw. F. Cornet Mw. I. van der Veen Dhr. M. Kraus Mw. M. Sterken Mw. M. Ameshoff Dhr. H van Hoeve Mw. G. Dorst Mw. J. Mons Mw. J. Kwaspen Dhr. J. Vos Mw. J. Tuin Mw. T. Voorwinden Mw. J. Groothuis Mw. L. Draaijer Mw. H. Drost Mw. I. Hartman Dhr. L. Jongetjes Mw. W. van Dongen Mw. H. Loman Mw. T. ten Have
21
Bijlage 5 - Contacten gemeente Oldebroek Project Jonge Mantelzorgers in beeld Digitale sociale kaart met contactgegevens is te verkrijgen via: mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected] Instantie Agnieten College Bureau Jeugdzorg Gelderland Bureau Jeugdzorg Consultatiebureau Coordinator CJG Oldebroek Doorbraak Gemeente Oldebroek GGD schoolarts GGD schoolverpleegkundige Jongerenwerker Jongerenwerker Kerkelijk jeugd en jongerenwerk MD veluwe (AMW) en CJG MD Veluwe (AMW) MEE consulent MEE Veluwe/ Integrale vroeghulp Ondersteuning schoolarts GGD Regionaal Bureau Leerlingenzaken RNV RST RST Schoolmaatschappelijk werk basisonderwijs Stichting Present Oldebroek Thuiszorg Icare, ped. Begeleiding Wmo contactgroep mantelzorg
Contactpersoon Mw. D. Mul Dhr. A. Vinke Mw. M. Kolk Mw. W. Schutte Dhr. W. de Boer Mw. F. Cornet Mw. M. van der Saag Mw. J. Kortman Mw. A. van Olst Dhr. P. Baks Dhr. M. Tolhuis Mw. E. Slendebroek Mw. M. van de Ruitenbeek MW. C. Groothuis Mw. H. Koekoek Mw J. Kwaspen Mw. C. Brummel Mw. P. Dijkslag Mw. T. Voorwinden Mw. J. Groothuis Mw. W. Klomp Mw. W. Spijkerboer Mw. A. Klasen Mw. A. Spronk / Dhr. G Riezenbos
22
Bijlage 6 - Contacten gemeente Putten Project Jonge Mantelzorgers in beeld Digitale sociale kaart met contactgegevens is te verkrijgen via: mevrouw H. Schoonhoven, Regionaal coördinator steunpunten mantelzorg, E
[email protected] Instantie Bureau Jeugdzorg CJG Putten Combinatiefunctionarissen Combinatiefunctionarissen Consultatiebureau Icare Consultatiebureau Icare Diaconien Gemeente Putten Gemeente Putten Gemeente Putten Groevenbeek VO Putten Jongerenwerk Jeugd Punt Jongerenwerk Jeugd Punt Jongerenwerk Hervormde kerk Jongerenwerk kerken / Praatpaal Maatschappelijk werk MD- Veluwe Mee Veluwe NPV NPV Ped. Hulpverlening Icare RST RST Schoolarts GGD Schoolarts GGD Schoolmaatschappelijk werk BO (SMW) Schoolmaatschappelijk werk VO (SMW) Schoolverpleegkundige GGD Servicepunt Mantelzorg / St. Welzijn Putten Sociaal vangnet Putten / GGD St. Kindcentrum Putten Tactus Wmo loket Woningstichting Putten
Contactpersoon Mw. I. Schipper Mw. M. van den Berg Dhr. T. Dokter Mw. L. van de Kieft Mw. W. v.d. Horst Mw. J. van Dam Dhr. J. Veeningen Dhr. B. Nieuwenweg Dhr. F. van Schendel Dhr. K. van Norden Mw. A. Fokkens Mw. E. van Rooijen Dhr. D. van Capelle Mw. P. Kiks Stichting PraatPaal Putten Mw. L. Mulder Mw. M. van de Mheen Mw. A. v.d. Garde-van Stifhout Mw. Vossestein Mw. H. van der Bunt Mw. T. Voorwinden Mw. J. Groothuis Mw. L. Visser Mw. H. van Dompselaar Mw. P. Smit Mw. I. Hartman Mw. E. Lieman Mw. S. van der Berg Mw. S. Schepers Dhr. R. van den Brink Mw. D. Brouwer Mw. C. Nap Mw. L. Snapper
23
Bijlage 7 – Contactgegevens Steunpunten / Servicepunt Mantelzorg en Regio Noord-Veluwe
Steunpunt Mantelzorg Elburg Lange Wijden 33a 8081 VS Elburg T 0525 – 68 12 12
[email protected] www.wiel.nl
Steunpunt Mantelzorg
Steunpunt Mantelzorg Ermelo Raadhuisplein 8 3851 NT Ermelo T 0341 42 94 98
[email protected] www.algemenehulpdienst.nl
Steunpunt Mantelzorg
Steunpunt Mantelzorg Harderwijk Albert Verweijplein 30 3842 HH Harderwijk T 0341 42 94 98
[email protected] www.algemenehulpdienst.nl
Steunpunt Mantelzorg Nunspeet Elburgerweg 15 8071 TA Nunspeet T 0341 25 72 42
[email protected] www.hetvenster-nunspeet.nl
24
Steunpunt Mantelzorg Oldebroek Stouwdamsweg 4b 8096 BB Oldebroek T 06 46 43 34 89 of T 0900 230 0 230
[email protected] www.mdveluwe.nl
Servicepunt Mantelzorg Putten Harderwijkerstraat 19 3881 ED Putten T 0341 35 70 78
[email protected] www.swputten.nl
25