RIGO Research en Advies BV De bewoonde omgeving www.rigo.nl
CONCEPT
Profielschets Holendrecht-West Ontwikkelingen en perspectieven in het licht van de bevolkingsdynamiek
De verantwoordelijkheid voor de inhoud berust bij RIGO Research en Advies. Het gebruik van cijfers en/of teksten als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en boeken is toegestaan mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldiging en/of openbaarmaking in welke vorm ook, alsmede opslag in een retrieval system, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van RIGO Research en Advies. RIGO Research en Advies aanvaardt geen aansprakelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden.
RIGO Research en Advies BV De bewoonde omgeving www.rigo.nl
CONCEPT
Profielschets Holendrecht-West Ontwikkelingen en perspectieven in het licht van de bevolkingsdynamiek
Opdrachtgever
Stadsdeel Amsterdam Zuidoost, Stadgenoot, Eigen Haard
Auteurs
André Buys
Uitgave
mei 2011
Rapportnummer
P19670
RIGO Research en Advies BV ∙ De Ruyterkade 139 ∙ 1011 AC Amsterdam Telefoon 020 522 11 11 ∙ Fax 020 627 68 40 ∙ E -mail
[email protected] ∙ www.rigo.nl
Inhoudsopgave Hoofdstuk 1
Aanleiding
1
Hoofdstuk 2
Analyse van de problematiek
3
2.1
Algemene demografische trends
3
2.2
Concentratiegebied van (kans)armoede
7
2.3
Problemen met de leefbaarheid
9
2.4
Gering draagvlak
14
2.5
Slechte marktpositie
14
Hoofdstuk 3
Conclusies en perspectieven
17
3.1
Samenvattende conclusies
17
3.2
Perspectieven
18
3.3
Aangrijpingspunten voor bijsturing
18
Bijlagen Geen inhoudsopgavegegevens gevonden.
Inhoudsopgave
1
Hoofdstuk 1 Aanleiding Aanleiding van deze profielschets zijn signalen dat Holendrecht-West kampt met problemen die in verband (kunnen) worden gebracht met de bevolkingssamenstelling en die mogelijk mede worden veroorzaakt of versterkt door de bevolkingsdynamiek. In het verlengde daarvan is bij het Stadsdeel de vraag opgekomen of het zinvol is om in die dynamiek, in het bijzonder de instroom, te sturen, althans voor zover dat mogelijk is. Uiteraard kan dit niet zonder de in het gebied werkzame corporaties, Eigen Haard en Stadgenoot. Beide corporaties hebben reeds een vigerende strategie ten aanzien van hun bezit in Holendrecht-West. Zonder nu meteen met (nieuwe) plannen te willen komen hebben de betrokken partijen behoefte aan een gedeelde visie op wat nu precies de problematiek is. Daartoe dient deze profielschets. De analyse richt zich op de volgende vragen:
Welke aan de bevolking gerelateerde problemen kunnen worden geconstateerd in H olendrecht?
Wat is voor de problemen precies de relatie met de bevolkingssamenstelling en met de -dynamiek?
Op welke manier zou sturen in de bevolkingsdynamiek de problemen kunnen verminderen?
Wat is daarbij een realistisch toekomstperspectief?
Voor alle duidelijkheid: onder Holendrecht-West wordt hier verstaan het gebied dat in de statistieken bekend staat als Holendrecht-West (buurt T96a, met vooral bezit van Stadgenoot) en Reigersbos-Noord (buurt T96b, met vooral bezit van Eigen Haard). In totaal staan er in het aldus afgebakende gebied ruim 3.200 woningen. Slechts 2% van de woningvoorraad zijn koopwoningen (op 1 januari 2010). Dit aandeel neemt langzaam toe omdat Eigen Haard een deel van de vrijkomende huurwoningen te koop aanbiedt. Holendrecht-West is gebouwd in de jaren zeventig en bestaat vrijwel geheel uit portieketagewoningen in meanderende bouwbokken, met tu ssen de blokken afwisselend parkeervoorzieningen en groen. Er zijn voor Amsterdamse begrippen vrij veel grote woningen bij, net als in de rest van Zuidoost.
Aanleiding
2
Stadgenoot beheert in het noordelijke deel van het gebied 1.057 woningen en daarnaast nog wooncentrum voor ouderen De Drecht (319 woningen). Dit laatste complex wordt in de analyses buiten beschouwing gelaten. Eigen Haard beheert in het zuidelijk deel volgens de meest recente opgave (voorjaar 2011) 1.674 woningen. Dit laatste aantal is aan verandering onderhevig, omdat een deel van de vrijkomende woningen wordt verkocht. Om begripsverwarring te voorkomen wordt in het vervolg met Holendrecht-West het totaal van T96a en T96b bedoeld en zullen de beide afzonderlijke buurten worden aangeduid als het deel van Stadgenoot respectievelijk het deel van Eigen Haard. Holendrecht-Oost (buurt T96c), dat vooral in de jaren tachtig tot stand kwam is geen onderwerp van studie, maar dient als nuttige referentie. Overigens zijn niet alle relevante cijfermatige gegevens die iets zeggen ov er het wel en wee van Holendrecht-West beschikbaar op het schaalniveau van de buurten dan wel de deelgebieden. In sommige gevallen hebben cijfers betrekking op de gehele buurtcombinatie Ho lendrecht / Reigerbos (T96).
tabel 1
E n k e l e k e n g e t a l l e n o v e r d e w o n in g v o o r ra a d in 2 0 1 0 (O + S )
Hol endrecht-Wes t
aantal woni ngen 3.208
aandeel ei genaar / bewoner 2%
aandeel > 80 m2 45%
Hol endrecht-Oos t Zui doos t Ams terdam
1.068 37.066 392.658
48% 26% 27%
55% 46% 30%
Profielschets Holendrecht-West
3
Hoofdstuk 2 Analyse van de problematiek Er spelen verschillende problemen in Holendrecht-West die op de een of andere manier in verband kunnen worden gebracht met de bevolkingssamenstelling en – dynamiek. In deze analyse komen achtereenvolgens aan de orde: de concentratie van (kans-) armoede, de leefbaarheid, het draagvlak en de marktpositie van de buurt. Of iets als een probleem kan worden beschouwd hangt daarbij af van de invalshoek en het b elang waarmee naar de buurt en de buurtbewoners wordt gekeken. De winkeliers zullen daar allicht anders tegen aankijken dan de individuele bewoner of de woningcorporaties. Bij elk van die type problemen vragen we ons af wie nu eigenlijk het probleem ervaren (de pr obleemeigenaren), hoe structureel het probleem is (waarbij vooral naar de trends wordt gekeken), op welk schaalniveau het speelt en uiteraard wat de samenhang is met de bevolkingsd ynamiek. Alvorens dit te doen worden eerst enkele algemene demografische trends weergeg even.
2.1
Algemene demografische trends Holendrecht-West wordt gekenmerkt door een relatief jonge bevolking. Er wonen veel jonge kinderen met jonge ouders en maar weinig mensen van middelbare leeftijd en ouderen. Dit valt des te meer op als een vergelijking wordt gemaakt met het naastgelegen Holendrecht-Oost, waar juist veel mensen van middelbare leeftijd wonen en kinderen in de tienerleeftijd (vergelijk figuur 1 en figuur 2). Typerend voor Holendrecht-West is ook het grote aandeel eenoudergezinnen, meer dan een kwart van alle huishoudens. Dit aandeel was al lang hoger dan gemiddeld in Zuidoost en is de laatste tijd nog toegenomen (figuur 4). De bevolking van Holendrecht-West heeft zich de afgelopen vijf jaar verjongd. Ook qua ontwi kkeling valt het contrast met Holendrecht-Oost op. Daar is juist sprake van enige vergrijzing onder de bewoners van middelbare leeftijd en van het oudere worden van de jeugd, terwijl er nauwelijks jonge kinderen zijn bijgekomen. Het ‘opschuiven’ van de leeftij dsklassen wijst op een stabiele bevolking. Veel middelbare gezinnen in Holendrecht -Oost zullen er al vanaf het begin wonen. Een aanvullende indicator voor het verschil in stabiliteit is de gemiddelde woo nduur. Waar in Holendrecht-Oost de gemiddelde woonduur de afgelopen tien jaar gestaag is toegenomen, is dat in Holendrecht-West niet het geval (figuur 3). Daar zijn kennelijk veel oudgedienden vertrokken. Hier is een eerste link te leggen met de instroom. In beide delen van Holendrecht -West ‘muteren’ jaarlijks enkele tientallen woningen. In de jaren 2007 -2010 ging het in het bezit van Eigen Haard om gemiddeld jaarlijks 90 mutaties op een totaal van in die periode zo’n 1.700 woningen (= 5,2%). In het deel van Stadgenoot om gemiddeld jaarlijks 84 op een totaal van 1.057 woni ngen (= 7,9%, exclusief De Drecht). In de instroom domineren de huishoudens met kinderen, naast een substantieel aandeel alleenstaanden. Stellen zonder kinderen stromen nauwelijks in.
Analyse van de problematiek
4
In het bezit van Eigen Haard stromen veel kinderen in, de laatste jaren gemiddeld 1,6 per mut atie, alleenstaanden en stellen meegerekend. In het gedeelte van Stadgenoot gaat het om g emiddeld 1,4 kinderen per mutatie. Kijken we alleen naar de huishoudens met kinderen, dan nemen instromende huishoudens in het bezit van Eigen Haard gemiddeld 2,5 kinderen mee, in dat van Stadgenoot 2,0. Ruim één op de drie instromende huishoudens betreft een eenoude rgezin.
figuur 1
L e e f t i j d s o p b o u w H o le n d re c h t - W e s t ( T 9 6 a + b ) (O e n S )
700 600 500
400 2005
300
2010
200 100
figuur 2
75-79
70-74
65-69
60-64
55-59
50-54
45-49
40-44
35-39
30-34
25-29
20-24
15-19
10-14
5-9
0- 4
0
L e e f t i j d s o p b o u w H o le n d re c h t - O o s t ( T 9 6 a )
400 350
300 250 200
2005
150
2010
100 50 0- 4 5-9 10-14 15-19 20-24 25-29 30-34 35-39 40-44 45-49 50-54 55-59 60-64 65-69 70-74 75-79 80-84 85-89 90-94
0
Profielschets Holendrecht-West
5
figuur 3
O n t w i k k e l i n g v a n d e g e m i d d e ld e w o o n d u u r ( in j a re n ; O + S )
16,0 14,0 12,0 10,0 8,0
Holendrecht-Oost Holendrecht-West
6,0
4,0 2,0
figuur 4
A a n d e e l e e n o u d e r g e z in n e n in h e t t o t a a l a a n t a l h u i s h o u d e n s (O + S )
35% 30% 25%
20% 15% 10%
Holendrecht-West Zuidoost Holendrecht-Oost Amsterdam
5% 0%
Analyse van de problematiek
6
figuur 5
S a m e n s t e l l i n g i n s t ro o m in h e t b e z it v a n E ig e n H a a r d (W o n in g n e t )
180
1,8
160
1,6
140
1,4
120
1,2
eenoudergezin
100
1,0
80
0,8
stel met kind(eren) stel
60
0,6
40
0,4
20
0,2
0
figuur 6
alleenstaand
-
S a m e n s t e l l i n g i n s t ro o m in h e t b e z it v a n S t a d g e n o o t (W o n in g n e t )
180
1,8
160
1,6
140
1,4
120
1,2
100
1
stel met kind(eren)
80
0,8
stel
60
0,6
alleenstaand
40
0,4
gem. aantal kinderen
20
0,2
0
eenoudergezin
0
De instroom ziet er wat huishoudenssamenstelling betreft duidelijk anders uit dan een jaar of tien geleden. Dit is zichtbaar in de cijfers van Eigen Haard, die teruggaan tot het begin van deze eeuw (figuur 5). Destijds bestond de instroom nog vooral uit kleine huishoudens en waren de instromende gezinnen minder kinderrijk. Sinds ongeveer 2005 is dit structureel veranderd. Ook is er in de periode 2006-2008 in het bezit van Eigen Haard een piek te zien in het aantal verhu izingen. In die periode is sprake geweest van grote instroom uit de oude Bijlmer -hoogbouw en vertrek van zittende bewoners uit Holendrecht -West. Inmiddels is de dynamiek weer op het niveau van voor 2006. In het deel van Stadsgenoot is geen piek geweest in het aantal verhu izingen.
Profielschets Holendrecht-West
7
2.2
Concentratiegebied van (kans)armoede Eerste type probleem is de concentratie van kansarmoede. Voor Holendrecht -West is gemakkelijk aan te tonen dat de buurt een overwegend kansarme bevolking heeft. Een goede indicator daarvoor is de werkloosheid, ofwel het aandeel niet -werkende werkzoekenden onder de beroepsbevolking. Vooral de ontwikkeling over de tijd is veelzeggend en laat zien dat we hier niet met incidenten te maken hebben, maar met structurele achteruitgang. De werkloosheid in H olendrecht / Reigersbos was tien jaar geleden gunstiger dan gemiddeld in Amsterdam. In de loop van tien jaar is de positie van de buurt gaandeweg verslechterd. Mom enteel scoort Holendrecht / Reigersbos nog maar net iets gunstiger dan Zuidoost en minder gunstig dan A msterdam gemiddeld (figuur 7). Deze ontwikkeling betreft het gehele gebied T96. De cijfers voor alleen Holendrecht-West zijn hoogstwaarschijnlijk slechter. Andere indicatoren die wijzen op een slechte sociaal-economische positie van Holendrecht / Reigersbos zijn een hoger aandeel minima en een laag aandeel inwoners met een opleiding op WO / HBO niveau. Het feit dat de bevolking het financieel niet breed heeft blijkt ook uit het aantal gevallen van huurachterstand. In het bezit van Stadgenoot waren er in 2010 gemiddeld 173 huurders met huurachterstand, ofwel 16% van alle huurders (exclusief De Drecht), met een gemiddelde huu rschuld van €733. De laatste jaren is dit aandeel constant. In december 2010 bedroeg de schuld in 15% van de gevallen niet meer dan honderd euro, maar in 22% van de gevallen (38 adressen) meer dan duizend euro. De gevallen van huurachterstand bevinden zich verspreid door de hele buurt.
figuur 7
A a n d e e l n i e t - w e r k e n d e w e rk z o e k e n d e n in d e b e ro e p s b e v o lk in g (O e n S )
16,0
14,0 12,0
Holendrecht / Reigersbos
10,0
Zuidoost 8,0 Amsterdam
6,0 4,0
Holendrecht-West (2010)
2,0 0,0 2000
2002
2004
2006
2008
2010
Inkomens van instromers Van instromende huishoudens is het inkomen bekend. In bijgaande figuren (figuur 8 en figuur 9) is te zien dat daar nog wel enige spreiding is zit, maar dat de top laag ligt. Weergegeven is de ‘middelste’ 50%, een kwart heeft een lager inkomen, een kwart een hoger. In 2010 had het bovenste kwart inkomens hoger dan ongeveer € 30.000. Ter vergelijking: het modale inkomen in 2010 in Nederland bedroeg € 32.500.
Analyse van de problematiek
8
figuur 8
I n k o m e n s s p r e i d i n g v a n in s t ro m e n d e h u is h o u d e n s in h e t b e z it v a n E ig e n
Haard; middelste 50% (Woningnet, prijspeil 2010)
€ 40.000 € 35.000 € 30.000
€ 25.000 € 20.000 € 15.000 € 10.000 € 5.000
€0 2001
figuur 9
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
I n k o m e n s s p r e i d i n g v a n in s t ro m e n d e h u is h o u d e n s in h e t b e z it v a n S t a d g e n o o t ;
m i d d e l s t e 5 0 % ( W o n i n g n e t , p r ij s p e i l 2 0 1 0 )
€ 40.000 € 35.000 € 30.000 € 25.000 € 20.000
€ 15.000 € 10.000 € 5.000 €0 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
Kijken we naar de ontwikkeling van de instroom in de afgelopen jaren, dan zien we dat aan het begin van de eeuw de inkomensspreiding in het bezit van Eigen Ha ard betrekkelijk groot was en in zijn geheel op een relatief hoog niveau lag. Inkomens boven modaal waren destijds geen uitzondering. Vanaf 2003 veranderde de instroom echter radicaal. Vanaf 2008 neemt de spre iding aan de bovenkant weer enigszins toe. In h et bezit van Stadgenoot is het beeld in 2010 vergelijkbaar met dat van Eigen Haard en is er qua inkomens de laatste jaren weinig veranderd.
Profielschets Holendrecht-West
9
Wat is nu het probleem? Kansarmoede is in essentie een individueel probleem, dat vooral problematisch is voor de betrokkenen zelf. Door wetenschappers wordt nogal eens een punt gemaakt van het feit dat ‘de 1 buurt’ daarbij nauwelijks een rol speelt. Simpel gezegd: mensen zijn niet werkloos omdat hun buren dat ook zijn, maar bijvoorbeeld omdat ze zijn opgegroeid in een kansarm gezin. Volgens deze gedachtengang heeft het weinig zin om (bijvoorbeeld via herstructurering of verkoop van de woningvoorraad) andere bewoners aan te trekken. Mensen worden immers niet minder werkloos als ze rijke buren krijgen. Strikt genomen is dit academische standpunt correct. Als het alleen maar te doen is om de bewoners vooruit te helpen, dan is bijvoorbeeld goed onde rwijs effectiever. Huurachterstand en andere schuldproblemen kunnen eveneens met een indiv idueel traject worden opgelost, ongeacht waar mensen wonen en wie er naast woont. Dat het binnenhalen van meer welvarende buurtbewoners de huidige werklozen niet aan een baan helpt is evident. Toch zou het kortzichtig zijn om het probleem kansarmoede uitsluitend te bezien vanuit het gezichtspunt van het individu, los van de buurt. Er wordt dan namelijk voorbijgegaan aan het feit dat de concentratie van kansarme bewoners in een omvangrijke buurt (ruim drieduizend huishoudens) goed onderwijs in de weg kan staan of kan bemoeilijken. Ook zijn er aanwijzingen dat de concentratie van kansarmen op een dergelijke schaal andersoortige problemen kan veroorzaken of op zijn minst indicatief is voor andersoortige probl emen. Er is dus alle aanleiding om kansarmoede in Holendrecht -West niet te snel te bestempelen als een probleem dat niet ‘van de buurt’ is.
2.3
Problemen met de leefbaarheid Een andersoortig problemen is de leefbaarheid. Dit is een complex begrip, dat wel kan worden omschreven als ‘de mate waarin mensen (on)tevreden zijn met hun woonomgeving’. Dat i s dus subjectief en kan door vele zaken worden beïnvloed, waaronder de bekende reeks schoon, heel en veilig. Dat er in Holendrecht problemen zijn met de leefbaarheid blijkt onder meer uit het rapportci jfer dat bewoners geven aan hun buurt (figuur 10). Dat cijfer is lager dan in Zuidoost als geheel, terwijl Zuidoost als geheel al weer lager scoort dan Amsterdam als geheel. Het rapportcijfer is over de drie beschikbare metingen (2005, 2007 en 2009) ook achtergebleven bij dat van Zui doost. Ook de verwachtingen van de bevolking van Holendrecht -West zijn minder positief dan die in Zuidoost als geheel. Ook uit bewonersonderzoek van Eigen Haard blijkt dat bewoners van Reigersbos-Noord minder tevreden zijn met de buurt dan gemiddeld.
Overlast en criminaliteit Problemen met de leefbaarheid nemen onder meer de vorm aan van overlast. Er wordt door beheerders melding gemaakt van overlastgevende hangjeugd. Het grote aantal kinderen e n de vele eenoudergezinnen gaan gepaard met veel ‘sleutelkinderen’, ofwel kinderen die de hele dag op straat, in portieken, rond het winkelcentrum en in binnenterreinen hangen zonder toezicht. Er is ook sprake van vandalisme en criminaliteit. In bergingen wordt veel ingebroken en gehangen en bewoners durven hun bergingen steeds minder te gebruikten.
1
Musterd, S. , N. Smakman en H. Blok (2000) Problemen in de buurt, maar niet van de buurt; ontwikkelingen en beleid in de Westelijke Tuinsteden van Amsterdam. Amsterdam: AME / Universiteit van Amsterdam.
Analyse van de problematiek
10
figuur 10
O o r d e e l b e w o n e r s o v e r d e b u u rt (W i A )
7,5 7,0 6,5 6,0 5,5
Holendrecht-West
5,0
Zuidoost Amsterdam
4,5 4,0 2005
2007
2009
2005
tevredenheid over de buurt (rapportcijfer)
figuur 11
2007
2009
verwachte ontwikkeling van de buurt (rapportcijfer)
S u b j e c t i e v e v e i l i g h e id s in d e x (O + S ; V e i l ig h e id s in d e x Am s t e rd a m ; h o g e s c o re s
w i j z e n o p e e n g r o t e r e o n v e i l i g h e id s p e rc e p t ie )
110 105 100
95 90
Holendrecht / Reigersbos
85
Zuidoost
80 Amsterdam
75 70 65
60 2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
Een indicatie hiervoor zijn de beheerkosten van de corporaties. Eigen Haard meldt twee maal zo veel kosten voor het herstellen van inbraak- en glasschade als gemiddeld in Amsterdam. Ook ten opzichte van Zuidoost zijn deze kosten in Holendrecht -West hoog. De corporatie is een project gestart waarbij inbraakwerende voorzieningen worden aangebracht. Ook zal in de zomermaanden, wanneer veel op straat en rond de complexen wordt geleefd, extra toezicht worden gehouden.
Profielschets Holendrecht-West
11
figuur 12
P o s t c o d e s ( 6 p p c ) m e t é é n o f m e e r m e ld in g e n v a n o v e r la s t d o o r h u u rd e rs in
de periode 2006-2010 (gemeld aan Stadgenoot)
figuur 13
P o s t c o d e s ( 6 p p c ) m e t é é n o f m e e r m e ld in g e n v a n w o o n f ra u d e in d e p e r io d e
2006-2010 (Stadgenoot)
Analyse van de problematiek
12
De indruk bij de beheerders bestaat dat bewoners van intimidaties, bedreigingen en berovi ngen vaak geen aangifte durven te doen uit angst voor represailles. Deze vormen van criminaliteit komen dan ook in de politiestatistieken slecht beperkt terug. Indicatief is wel het subje ctieve gevoel van onveiligheid. In de buurtcombinatie Holendrecht -Reigersbos is de subjectieve veiligheidsindex de laatste jaren sterk gestegen, hetgeen wijst op een toegenomen gevoel van onveiligheid (figuur 11). Een deel van de overlast wordt door huurders gemeld aan de corporaties. In dit verband i s het relevant te constateren dat meldingen van overlast aan de corporaties verspreid voorkomen over de gehele buurt (figuur 12). Het is dus niet zo dat er specifieke blokken zijn waar veel overlast wordt gemeld, terwijl uit andere delen van de buurt geen meldingen komen.
Woonfraude In relatie met de leefbaarheid is het relevant om te signaleren dat onrechtmatige bewoning, ofwel woonfraude, geregeld voorkomt in de buurt. Woonfraude neemt hier meestal de vorm aan van onderhuur. Nu komt onderhuur ook voor in gewilde buurten in het centrum, dus op zich wijst dit verschijnsel niet altijd op een slechte leefbaarheid. In minder gewilde buitenwi jken gaat het echter niet zelden gepaard met uitbuiting, woekerprijzen, overbewoning en / of illegale activiteiten. Volgens ervaringen van woningcorporaties zijn onderhuurders in H olendrecht-West niet zelden illegaal in Nederland. Deze bewoners houden zich afzijdig, invest eren niet in hun woning en in burencontacten en zijn moeilijk aanspreekbaar. Dit komt de lee fbaarheid in de buurt niet ten goede. Afgaande op de meldingen van Stadgenoot bevinden de gevallen van woonfraude zich verspreid door de buurt.
Wat is nu het probleem? Waar kansarmoede kan worden beschouwd als een individueel probleem van de betrokkenen (en van de eventuele schuldeisers) en niet van de buurt, geldt voor leefbaarheid dat het wel bij uitstek buurtgebonden is. Indien een werkloze verhuist, is die persoon op het nieuw e adres nog steeds werkloos. Maar voor iemand die overlast ervaart kan een verhuizing wel degelijk het probleem oplossen. Overlast speelt veelal op laag schaalniveau: trappenhuizen, portieken, binnenplaatsen, tunnels, hangplekken. Het kan worden veroorzaakt door bewoners zelf, maar ook door passanten, wi nkelend publiek of bezoekers. Wie de pech heeft daar tussen te wonen kan veel last ondervi nden, terwijl iemand een paar blokken verderop er weinig van merkt. Ook kan overlast zich g emakkelijk verplaatsen. En tot slot blijkt dat vervuiling een normverlagend effect heeft. Zo is aangetoond dat mensen in een omgeving die reeds (enigszins) vervuild is eerder geneigd zijn 2 om zelf ook vervuilend gedrag te vertonen dan in een schone omgeving. Dit maakt leefbaarheid bij uitstek tot een probleem van de buurt.
Leefbaarheid en (kans)armoede Een relevante vraag die zich nu opdringt is in hoeverre de matige leefbaarheid in Holendrecht samenhangt met de geconstateerde concentratie van kansarmoede. Uit de wetenschappelijke 2
Keizer, K et al. (2008) The spreading of disorder. Science, Vol. 322, Pp 1681-1685.
Profielschets Holendrecht-West
13
literatuur is niet geheel duidelijk of een concentratie van kansarmoede nu wel of niet in causaal verband staat met leefbaarheidsproblemen. Iemand met weinig geld is niet per definitie een overlastgever, laat staan een crimineel. Aan de andere kant zijn er wel indicaties dat het opgroeien in een kansarme omgeving kinderen kwetsbaar maakt voor het aanleren van onaangepast gedrag. Er is bijvoorbeeld aangetoond dat kinderen die opgroeien in een kansarme buurt gemakkelijker neigen tot crimineel en asociaal gedrag dan opgroeiende jeugd in een meer gemengde omgeving. In Holendrecht -West blijkt dat er steeds meer kinderen opgroeien in huishoudens met een minimum inkomen, dus als dit echt zo werkt is dit wel een punt van zorg. In 2002 scoorde de buurt in dit opzic ht nog beter dan de rest van Zuidoost en zelfs beter dan Amsterdam als geheel, maar inmiddels is de situatie in Holendrecht-West slechter dan gemiddeld (figuur 14). Indicatief in dit opzicht is ook het aandeel jongeren dat in aanraking is gekomen met Bureau Jeugdzorg (11,1% in Holendrecht / Reigersbos in 2009, tegen 10% voor geheel Zuidoost), het hoger dan gemiddelde schoolverzuim (9,9% in Holendrecht / Reigersbos teg en 9,0% in Zuidoost in 2009) en de lage gemiddelde Cito-score in 2010 (533 Holendrecht / Reigersbos tegen 535 in Zuidoost als geheel).
figuur 14
A a n d e e l 0 - 1 7 j a r i g e n in m in i m a h u is h o u d e n s (O e n S )
45,0 40,0 35,0 30,0
Holendrecht / Reigersbos
25,0
Zuidoost
20,0
Amsterdam
15,0 10,0 5,0 0,0 2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
Onderzoekers van het Verwey-Jonker instituut pleiten voor een meer gemengde bevolking (meer welvarende bewoners, minder werkloosheid, minder uitkeringsafhankelijkheid ), niet om de werkloosheid op korte termijn te bestrijden maar om de opgroeiende jeugd de nodige no r3 men en waarden bij te brengen. Bezien vanuit het perspectief van de leefbaarheid is het str even naar een meer gemengde bevolking dus wel aan te bevelen, ondanks dat de kansarmoede zelf er niet door zal verminderen.
3
Junger-Tas, J, M. Steketee en M. Moll (2008) Achtergronden van jeugddelinquentie en middelengebruik.
Utrecht: Verweij-Jonker Instituut.
Analyse van de problematiek
14
2.4
Gering draagvlak Een probleem van een andere orde dat speelt in Holendrecht is ruimtelijk-economisch van aard. Het feit dat de bevolking armlastig is, betekent tevens weinig koopkracht. Dat is niet a lleen vervelend voor de betrokken zelf, maar ook voor de buurtwinkeliers die daar in H olendrecht van afhankelijk zijn. Indirect lijden de bewoners daar dan ook weer onder, want als winkels het niet kunnen bolwerken gaat het voorzieningenniveau achteruit en wordt H olendrecht (nog) minder aantrekkelijk als woonbuurt. Zo kan een vicieuze cirkel ontstaan. Bew oners geven zelf ook aan ontevreden te zijn met de winkelvoorzieningen. De symptomen die wijzen op een gering draagvlak zijn grotendeels dezelfde als die achter de concentratie van kansarmoede, namelijk een weinig draagkrachtige bevolking. Kansarmoede is echter in essentie een individueel probleem, terwijl het draagvlak de hele buurt raakt, inclusief degenen die niet kansarm zijn en uiteraard de winkeliers. Is het vanuit het individueel perspectief van de kansarme bewoner niet effectief om koopkrac htige buren te krijgen, vanuit het collectief belang van draagvlak is er wel iets voor te zeggen, mits die bewoners ook (een deel van) hun bestedingen doen in de buurtwinkel.
2.5
Slechte marktpositie Een laatste type probleem dat kan worden onderscheiden heeft te maken met het feit dat Holendrecht door alle hierboven geconstateerde negatieve zaken een slechte naam dreigt te kri jgen. De slechte marktpositie van Holendrecht-West blijkt onder meer uit de achterblijvende ontwi kkeling van de WOZ-waarde bij de rest van Zuidoost, bij Amsterdam en bij het naastgelegen Holendrecht-Oost. Waar vrijwel overal in Amsterdam tussen 2005 en 2010 sprake is geweest van gestegen waarde was dat in Holendrecht-West niet het geval. Van structurele leegstand of een extreem hoge mutatiegraad is geen sprake. Wel blijken veel bewoners verhuisgeneigd te zijn, maar kennelijk slagen ze er niet in weg te komen.
Profielschets Holendrecht-West
15
tabel 2
G e m i d d e l d e W O Z - w a a rd e in 2 0 0 5 e n in 2 0 1 0 ( O + S / D B g A )
Holendrecht-Wes t Holendrecht-Oos t Zuidoos t Ams terdam
2005 € 148.000 € 207.000 € 146.500 € 200.000
2010 € 146.500 € 224.000 € 164.500 € 263.500
index 0,99 1,08 1,12 1,32
Een indruk van de marktpostitie van Holendrecht -West kan worden verkregen uit de herkomst van de instroom. Een groot deel van de instroom blijkt afkomstig te zijn uit omliggende delen van Zuidoost. In de jaren 2004-2006 heeft vooral Reigersbos-Noord een groot aantal inwoners van de Bijlmer opgevangen in het kader van de herhuisvesting, maar ook los daarvan weten bewoners van Zuidoost hun weg naar Holendrecht -West te vinden, ook uit onder meer Venserpolder. Ongeveer een derde van de instroom is de laatste jaren (sinds 2006) afkomstig van bu iten Zuidoost. Andere delen van Amsterdam waar instromers vandaan komen liggen verspreid door de stad.
figuur 15
I n s t r o o m i n H o l e n d re c h t - W e s t in d e p e r io d e 2 0 0 6 - 2 0 1 0 n a a r g e o g ra f is c h e
h e r k o m s t ( W o n i n g n e t ; 6 - p o s i t ie p o s t c o d e s ; u i t s n e d e A m s t e rd a m )
Analyse van de problematiek
16
figuur 16
I n s t r o o m i n H o l e n d re c h t - W e s t in d e p e r io d e 2 0 0 6 - 2 0 1 0 n a a r g e o g ra f is c h e
h e r k o m s t ( W o n i n g n e t ; 6 - p o s i t ie p o s t c o d e s ; u i t s n e d e Z u id o o s t )
figuur 17
I n s t r o o m i n H o l e n d re c h t - W e s t in d e p e r io d e 2 0 0 6 - 2 0 1 0 n a a r h e rk o m s t (W o -
ningnet)
doorstromers
starters
160 140 120 100 80 60 40 20 0 vanuit vanuit overig van buiten vanuit vanuit overig van buiten Holendrecht / Zuidoost Zuidoost Holendrecht / Zuidoost Zuidoost Reigersbos Reigersbos naar Reigersbos-Noord (T96b)
Profielschets Holendrecht-West
naar Holendrecht-West (T96a)
17
Hoofdstuk 3 Conclusies en perspectieven Uit de analyses komt een kwetsbaar profiel van Holendrecht -West naar voren. Hieronder wordt dit nog eens samengevat. Vervolgens wordt gekeken in hoeverre sturing in de bevolkingssamenstelling kan leiden tot verbetering.
3.1
Samenvattende conclusies Nog tot het begin van deze eeuw was Holendrecht-West een middenklassebuurt, met een werkloosheid onder het Amsterdamse gemiddelde en een instroom, bestaande uit een ruime range van inkomensgroepen. Vrij snel na de eeuwwisseling is het bergafwaarts gegaan. Meest in het oog springend is de concentratie van kansarmoede. De werkloosheid ontwikkelde zich minder gunstig dan in de rest van de stad en bevindt zich nu boven het Amsterdamse niveau. Midden- en hogere inkomens stromen al lange tijd niet meer in. Veel bewoners kampen met huurachterstand. Tijdens de herstructurering van de Bijlmer kreeg Holendrecht-West te maken met een golf instromers uit de hoogbouw. Dit ging gepaard met een tijdelijke verhoogde uitstroom en dus instabiliteit. Inmiddels is het aantal verhuizingen weer gestabiliseerd, maar de instroom bestaat nog altijd eenzijdig uit lage inkomens. Waar in het nabijgelegen Holendrecht-Oost de zittende bevolking langzaam maar zeker ouder werd en de gemiddelde woonduur toenam, zijn uit Holendrecht-West veel bewoners vertrokken en is de bevolking verjongd. Mede door de vrij ruime woningen is de buurt een toevluchtsoord geworden van huishoudens met kinderen, onder wie ook veel eenoudergezinnen. De concentratie van kansarmoede op een schaal van ruim drieduizend huishoudens heeft zijn weerslag op de leefbaarheid. De tevredenheid over de buurt is gering en blijft ook achter bij de rest van Zuidoost. Veel kinderen hangen de hele dag op straat zonder toezicht. Bewoners vo elen zich onveilig en durven hun berging niet meer te gebruiken. Kosten voor schoonmaak en herstel van glasschade bedragen het dubbele van wat in Amsterdam gebruikelijk is. Er zijn signalen van woonfraude, door de hele buurt verspreid. Een groeiend aandeel van de talrijke kinderen groeit op in een huishouden dat van een minimum inkomen moet rondkomen en in een omgeving waarin ook buren, vriendjes en vriendi nnetjes in vergelijkbare omstandigheden verkeren. In een dergelijke omgeving is het niet alleen moeilijk voor opgroeiende kinderen om mee te komen op school, het vergroot ook de kans op deviant gedrag, variërend van spijbelen tot vandalisme en criminaliteit. Het schoolverzuim is groot en de cito-scores laag. De geringe koopkracht heeft ook zijn weerslag op het voorzieningenniveau in de buurt. Buurtwinkels hebben te lijden onder het gebrek aan bestedingen. Bewoners zelf zijn ook ontevreden over het voorzieningenniveau, maar zijn niet in staat om daar iets aan te veranderen. Tot slot heeft ook de marktpositie van de buurt te lijden onder de bovengenoemde problemen. Dit is het duidelijkst te zien aan de WOZ-waarde van de woningen in Holendrecht-West, die is
Conclusies en perspectieven
18
achtergebleven bij de rest van Amsterdam, bij Zuidoost en ook bij het naastgelegen Holendrecht-Oost.
3.2
Perspectieven Hoewel niemand met zekerheid iets over de toekomst kan zeggen, is het onwaarschijnlijk dat de gesignaleerde problemen in Holendrecht vanzelf zullen verminderen of verdwijnen. Daarvoor zijn de trends te structureel en de incidenten te algemeen verspreid door de buurt. Waa rschijnlijker is dat de intensiteit van de problemen bij ongewijzigd beleid nog zal toenemen. Een negatieve spiraal is niet denkbeeldig. Vanuit het perspectief van het draagvlak en van het leefklimaat zou een minder eenzijdig (kans)arme bevolkingssamenstelling op het schaalniveau van Holendrecht -West als geheel aan te bevelen zijn. Een elitebuurt zal Holendrecht -West nooit worden, maar iets meer draagkracht zou de buurt ten goede komen. Op in ieder geval de volgende (meetbare) punten is verbetering gewenst:
Meer stabiliteit, af te meten aan een gemiddeld langere woonduur;
Meer draagkracht en zelfredzaamheid, af te meten aan het niveau van werkloosheid ten opzichte van de rest van Amsterdam;
Verbeterde leefbaarheid, af te meten aan een grotere tevredenheid met de buurt;
Betere marktpositie, af te meten aan de ontwikkeling van de WOZ -waarde ten opzichte van de rest van Amsterdam.
Een andere en stabielere bevolkingssamenstelling is niet van de ene op de andere dag bereikt, maar via het bijsturen in het ´natuurlijk verloop´ kan wel invloed worden uitgeoefend. Aangri jpingspunten daarbij zijn de in- en uitstroom (zo’n 170 per jaar) en niet te vergeten de zittende bevolking. Hieronder worden enkele sporen uitgewerkt, die in combinatie naast elkaar kunnen worden gevolgd.
3.3
Aangrijpingspunten voor bijsturing De zittende bevolking Om te beginnen zullen inspanningen, gericht op emancipatie en zelfredzaa mheid van de zittende bevolking moeten worden gecontinueerd. Dit is in feite een op het individu gericht beleid, niet speciaal op de buurt gericht, ware het niet dat Holenrecht -West momenteel extra middelen beschikbaar zijn omdat daar nu eenmaal veel kansa rmen wonen. De resultaten van deze individuele ondersteuning komen niet alleen de bewoners zelf ten goede, maar ook het draa gvlak van de buurt als geheel. Tenminste, als de bewoners niet vertrekken.
De kansarme instromer Een stap verder gaat het om instromende kansarme huurders contractueel te verplichten om aan een hulpverleningstraject deel te nemen. Daaraan kan de afspraak worden gekoppeld om de huurtoeslag automatisch op de uitkering in te houden en/of om een schuldsaneringsregeling te accepteren, indien van toepassing. Als aanmoediging en tevens stok achter de deur kan een korting op de huur worden verleend.
Profielschets Holendrecht-West
19
Het gaat er hier niet om kansarme huurders categorisch te weren, maar wel om hulpverlening minder vrijblijvend te maken en zo de kans te vergroten dat bewoners hun situatie daadwerkelijk verbeteren. Mogelijk werkt de verplichte deelname tevens als een drempel waardoor o ngemotiveerde kandidaat-huurders afhaken. Als dit zo is, dan is dat meegenomen, maar daar is het niet om begonnen. Onderdeel van deze strategie is een zorgvuldige screening en intake van kandidaat -huurders (alle gezinsleden). De verhuurdersverklaring kan hierin een rol spelen, maar aangezien meer dan de helft van de instromers uit starters bestaat zal dit slechts één van de te raadplegen bronnen zijn. Voorts is samenwerking van vele instanties nodig om er voor te zorgen dat de faciliteiten worden geboden waardoor de bewoners hun verplichte traject ook kunnen volgen. Denk daarbij, gezien de vele jonge kinderen, ook aan kinderopv ang.
Acupunctuur In aanvulling op de screening van instromers kan het zinvol zijn om op kleine schaal over te gaan tot gerichte in- of uitplaatsing. Dit is het geval indien aanwijsbaar sprake is van onevenr edige overlast door individuen of door zogeheten multiprobleemgezinnen. Dergelijke notoire probleemgevallen zijn wel bekend bij hulpverlenende instanties. Het uitplaatsen van één of enkele van deze huishoudens kan de leefbaarheid zeer ten goede komen. Andersom is het aan te bevelen om te voorkomen dat meerdere van dit soort probleembewoners in hetzelfde po rtiek of blok terecht komen. In voorkomende gevallen kan dat betekenen dat gezinnen met een problematisch dossier worden geweigerd.
De kansrijke uitstromers De concentratie van kansarmoede is niet alleen het gevolg van het instromen van kansarme bewoners, maar ook van het uitstromen van kansrijke bewoners. De hoge verhuisgeneigdheid in Holendrecht-West in combinatie met de ontevredenheid over de buurt wijst er op dat velen weg willen, maar daar momenteel geen kans toe zien. Toch zijn er kennelijk genoeg die er wel in slagen weg te komen, anders was de concentratie kansarmen nooit zo groot geworden en was de gemiddelde woonduur wel toegenomen. De uitstroom kan in beginsel alle inspanning gericht op de inst room en de zittende bevolking weer teniet doen. Indien slechts wordt ingezet op individuele ‘kansrijk’ -trajecten bestaat immers het risico dat bewoners zodra ze de kans krijgen de buurt verlaten. Nieuwe kansarme bewoners nemen vervolgens hun plek is. In het beste geval wordt Holendrecht dan een doorgangshuis waar bewoners zich, dankzij uitgebreide hulpverlening, sociaal en economisch w eten op te werken, om vervolgens weer te vertrekken. Daarmee kan de hulpverlening heel su ccesvol zijn, maar het succes zal niet zichtbaar worden in Holendrecht. In doorsnee zal de bevo lkingssamenstelling er niet veranderen; in de statistieken over Holendrecht zal geen verbetering optreden. Steeds weer nieuwe bewoners zullen ondersteuning nodig hebben. Zodra de extra aandacht voor individuele hulpverlening stopt of vermindert zal de concentratie van kansa rmoede (weer) toenemen. Een dergelijk scenario is niet denkbeeldig, want de financiering van ‘kansrijk’-achtige projecten is in de regel ‘kort geld’, waarvan de continuïteit ver re van gegarandeerd is. Voor een structurele verandering in de bevolkingssamenstelling is het daarom van belang om bewoners van Holendrecht-West die hun sociaal-economische positie al dan niet op eigen kracht weten te verbeteren voor de buurt te behouden. Een middel om dit te bereiken is het bieden van een wooncarrière-perspectief. Tot voor kort was het door het eenzijdige woningaanbod (uitsluitend sociale huur en alleen maar portieketagewoningen) voor mensen die hun
Conclusies en perspectieven
20
huuretage zijn ontgroeid en iets meer te besteden hebben nauwelijks mogelijk om hun woons ituatie in Holendrecht-West te verbeteren, zelfs al zouden ze in de buurt willen blijven. Differentiatie van de woningvoorraad zou hier verandering in kunnen brengen. Denk daarbij aan verkoop en eventueel nieuwbouw.
Kansrijke instromers Een laatste aangrijpingspunt in het bijsturen van de bevolking is het aantrekken van andere bevolkingsgroepen. De corporaties zijn hier al mee begonnen door een deel van hun bezit in de vrije sector te verhuren en te verkopen. Hiermee wordt automatisch een meer koopkrachtige groep huishoudens bediend. Er zijn ook ideeën voor het aantrekken van studenten. Of dit een haalbare strategie is laten we hier even in het midden. De nabijheid van het NS station en van het AMC bieden wellicht kansen. De effecten op de buurt hangen mede af van de vraag of nieuw aangetrokken huishoudens hun boodschappen doen in het buurtwinkelce ntrum, hun kinderen in de buurt op school doen of zich op een andere manier p ositief inzetten voor de buurt. Maar ook al houden de kansrijke instromers zich afzijdig van de rest van de buurt, dan nog vermindert door hun aanwezigheid de concentratie van kansarmoede en zal (mede daardoor) de leefbaarheid hoogstwaarschijnlijk verbeteren.
Fysieke maatregelen en beheer Tot slot moeten we niet vergeten dat waar het gaat om de leefbaarheid ook de kwaliteit van de openbare ruimte en het beheer veel kunnen bijdragen. In de wetenschap dat Holendrecht -West momenteel veel jonge kinderen telt is het van belang om te zorgen voor veilige speelgelegenheid in de directe woonomgeving en een daarop afgestemd beheer. Indien de stabiliteit in de buurt toeneemt en mensen er weer langer blijven wonen zal op een gegeven moment ook het aantal oudere kinderen en tieners toenemen. Dit vraagt w eer om andere voorzieningen, zoals trapveldjes en / of hangplekken. Het voert te ver om daar in het kader van deze profielschets diep op in te gaan, maar het is wel een punt van aandacht.
Profielschets Holendrecht-West