Productveiligheid en productaansprakelijkheid (Les 2 vervolg -‐ Les 3 begin) Vraag: Wat als je het slachtoffer wordt van een onveilig product?
1. Overzicht regelgeving -‐
-‐
-‐
-‐
Wet betreffende de veiligheid van consumenten (9 februari 1994, gewijzigd 4 april 2001 en 18 december 2002) Wet betreffende de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (25 februari 1991): Hier staan geen rechten in voor de consument! Gesteund op “maximale harmonisatie”(= voor deze regelen mag geen bijkomende bescherming gegeven worden door de lidstaten). Wanneer w dit nu overtreden door LS? à HVJ: Arrest 1: Denemarken: het aantal personen waartoe een cons zich kan richten uitbreiden = in strijd. Arrest 2: Moteur Leroy: Privegrbruik: franse wetgever had systeem inzake productaansprheid had men toegepast op zaken voor professioneel gebruik. HOF zei dat geen inbreuk was, omdat de harmonisatie enkel gold voor zaakschade bij “privégebruik” en dus LS mogen uitbreiden voor “Professioneel gebruik”. Aanvulling: Bepalingen uit het BW o.a. art. 1382. -‐> Bij dit artikel moet je bewijzen dat er een fout is. Dit is minder interessant want bij de product aansprakelijkheid moet je GEEN fout bewijzen ( = objectieve aansprakelijkheid ) Wet betreffende de bescherming van consumenten bij de verkoop van consumptiegoederen (1september 2004)
2. Wet productaansprakelijkheid > Toepassingsgebied -‐
Slachtoffer: Dit is De consument Iemand die schade lijdt tijdens de uitvoering van zijn werk = WN = ELK slachtoffer van een onveilig product.Wel onderscheid tss iemand die het voor privé gebruikt, en iemand die het professioneel gebruikt.
-‐
Producent: Dit zijn -‐ De fabrikant van het product of onderdeel van het product bv: De zadelstang breekt af van een fiets. De zadelstang is gebrekkig en werd gefabriceerd door de onderneming A. De fiets werd geproduceerd door de onderneming B. De eigenaar van de fiets heeft zowel een vordering op onderneming A als op onderneming B. -‐> Deze zijn hoofdelijk AS.
Ennio Di Rosa 2012-‐2013
1
-‐ Schijnbare fabrikant = De persoon die niet zelf het product heeft gemaakt maar hij wekt wel die indruk want hij plaatst zijn naam of merkteken op het product. bv: Grootwarenhuizen -‐> Deze is hoofdelijk AS. -‐ EG-‐invoerder = De entiteit dat het product heeft gemaakt buiten de EU zal het invoeren binnen de EU. bv: Product gemaakt in China en onderneming X zal het invoeren in België. Indien het goed gebrekkig is dat is onderneming X aansprakelijk. -‐> Deze is hoofdelijk AS. -‐ Cascadesysteem inzake aansprakelijkheid: De leverancier kan enkel aansprakelijk verklaard worden wanneer de producent niet bekend is of door de leverancier niet wordt bekendgemaakt. De leverancier kan van zijn aansprakelijkheid bevrijd worden wanneer hij de producent bekendmaakt. Dit is ook het geval wanneer die producent insolvabel is. -‐> Deze is NIET hoofdelijk AS. -‐
Product:
Het gaat over lichamelijke roerende goederen (vb. fiets, medicament, vrachtwagen, OOK Elektriciteit: bijv wnn uitvalt en plots terug aanspringt, stroomstoot, waardoor alle electronica kapot) =/= NIET zoals in WMPC! -‐> Wat met roerende goederen die onroerend woorden door incorporatie? Je moet kijken naar de aard van het goed ten tijde van de levering. à bv: Balkonreling is gebrekkig en breekt en valt naar beneden. Dit valt onder de wet productaansprakelijkheid want op het ogenblik van de levering was de balkonreling een roerend goed.
> Bewijslast bij slachtoffer: = OBJECTIEVE/FOUTLOZE AANSPRAKELIJKHEID! à Wat moet slachtoffer bewijzen:
1) Gebrek ( geen fout!!!!!!!! )
2) Schade
3) Causaal verband 4) Vermoeden dat gebrek aanwezig was bij in verkeer stelling = ogenblik waarop het product productieproces verliet en aan het publiek werd aangeboden. (vermoede = termijn)
Ennio Di Rosa 2012-‐2013
2
> Veiligheidscriterium: Het Gebrek: -‐
Gebrekkig product = Onveilig product = Wanneer een product niet de veiligheid biedt die MEN, een redelijk en zorgvuldig persoon, kon verwachten. à Bijv: vrouw stopt kat in microgolf oven; spreekt producent aan omdat het niet in de handleiding stond dat niet mocht = werd aansprakelijk gesteld à KAN NIET BIJ ONS, want “redelijke en zorgvuldige persoon/verwachtingen”.
-‐
è beoordeling in abstracto è Legitieme verwachtingen binnen de doelgroep Beoordeling met inachtneming van omstandigheden: • Presentatie van het product zoals bijsluiters of veiligheidsinstructies à Voorbeelden uit de Rechtspraak: 1e Trapladder: op ladder staat “enkel opengeklapt en op stabiel oppervlak gebruiken”. De consument gebruikt het op een onstabiele ondergrond en de consument valt doordat de trapladder breekt en hij breekt zijn arm. Is de trapladder gebrekkig? = Neen. 2e Geneesmiddel: Een persoon heeft bronchitis en moet een geneesmiddel nemen. Op de bijsluiter staat dat er soms omkeerbare doofheid kan ontstaan die zal verdwijnen na stopzetting gebruik geneesmiddel. Maar bij de persoon komt zijn gehoor na het stopzetten van het geneesmiddel niet terug. Is het geneesmiddel gebrekkig? = Ja, want de bijsluiter is niet in orde. • Normaal of redelijkerwijze voorzienbaar gebruik à Voorbeeld uit de rechtspraak: Bv: Tandbeugel: Het systeem van de beugel bestond uit elastiekjes. Je mag de beugel niet verwijderen zonder eerst de elastiekjes te verwijderen. Het kind doet het toch. Gevolg hiervan dat zijn tanden verkeerd verplaatsen. Is de tandbeugel gebrekkig? = Ja, want de producent moest er rekening mee houden dat kinderen niet altijd luisteren ( = redelijkerwijze voorzienbaar gebruik ). (-‐> Uiteindelijk kwam men tot gedeelde aansprh omdak kind ook fout maakte.) • tijdstip waarop product in verkeer is gebracht à Je moet rekening houden met de technische kennis op dat moment. Bv: plots ondekt men dat GSM’s extreem kankeverwekkend zijn, kan men plots niet alle producenten aanspreken, want op dit moment weet men dit niet = niet aansprakelijk later voor door nieuwe kennis geleden schade.
Ennio Di Rosa 2012-‐2013
3
> Schade en causaal verband: Stel: Gebrek in remmen auto en hierdoor ongeval. Welke schade zal worden vergoed? -‐ -‐
-‐
Persoonschade: Recht op vergoeding voor ALLE lichamelijke schade, zowel fysisch als moreel. Zaakschade: 1) Aan het gebrekkig product zelf Komt NIET in aanmerking voor vergoeding!!! Op basis van andere wetgeving, regelen ivm consumentenkoop, kan je deze schade wel laten vergoeden. 2) Aan andere zaken Komt WEL in aanmerking voor vergoeding!!! Voorwaarden: -‐ Privégebruik: zowel Objectief (= Aard), als Subjectief (= Daadwerkelijk voor privé gebruikt) -‐ Franchise van € 500 Wanneer je aanspraak kan maken op Sociale Zekerheidsaanspraken voor een deel van de schade wordt dat deel niet meer vergoed door de productaansprakelijkheid.
> Oorzakelijk verband: -‐
-‐
-‐ -‐
Theorie van de juridische zekerheid bv: Geneesmiddel tegen bronchitis ( zie hierboven ) = Verweermiddel van de producent was dat je van zoveel andere dingen ook doof kunt worden. Er werd dus beroep gedaan op een expert. Deze stelde vast dat het bijna 100% zeker was dat de doofheid het gevolg was van het geneesmiddel. Producent reageerde hierop door te zeggen dat het dus niet 100% zeker was. Maar de rechter aanvaarde het causaal verband toch. Verschillende personen verantwoordelijk voor fout: Het slachtoffer kan kiezen of alle partijen dagvaarden. à Uitzondering: de “Onderdelenexceptie” ( zie verder ) Optreden van een derde -‐> Dit kan de aansprakelijkheid van de producent niet verhinderen. Schuld van het slachtoffer: Mogelijkheid tot gedeelde aansprakelijkheid (vb. tandbeugel) In dergelijk geval KAN de rechter beslissen tot een gedeelde aansprakelijkheid!
Ennio Di Rosa 2012-‐2013
4
> Aard en draagwijdte van de aansprakelijkheid: Het gaat hier om een foutloze of objectieve aansprakelijkheid -‐> Fout moet je dus niet bewijzen!!!!! Soms gaat het om een contractuele aansprakelijkheid en soms om een buitencontractuele aansprakelijkheid. bv: Fabrikant van een gebrekkig product Verkocht in een winkel Slachtoffer koopt het product -‐ Slachtoffer stelt aansprakelijkheidvordering in tegen de fabrikant = Buitencontractueel -‐ Slachtoffer stelt aansprakelijkheidsvordering in tegen de winkel omdat deze de fabrikant niet bekendmaakt = Contractueel Fabrikant van een gebrekkig product Slachtoffer koopt het product Slachtoffer stelt aansprakelijkheidsvordering in tegen de fabrikant = Contractueel Termijn voor instellen van een aansprakelijkheidsvordering: -‐
-‐
Verjaringstermijn: 3 jaar -‐> Begint te lopen zodra de voorwaarden voor aansprakelijkheid vervuld zijn. Binnen die 3 jaar moet je dan een aansprakelijkheidsvordering instellen. Vervaltermijn: 10 jaar -‐> Begint te lopen zodra de fabrikant het product in het verkeer gebracht heeft. Hierna verdwijnt de moglh om de produceur aanspr te stellen.
-‐ Stel nu dat iemand slachtoffer wordt van een gebrekkig product 8 jaar na de inverkeerstelling van het product. à Welke van de 2 termijnen heeft voorrang? Heeft het slachtoffer nog een termijn van 2 jaar ( = vervaltermijn ) of een termijn van 3 jaar ( =verjaring )? Men moet er steeds voor zorgen dat de vordering binnen de verval termijn wordt ingesteld dus in casu binnen de 2 jaar!!!!!!!!!!!
Ennio Di Rosa 2012-‐2013
5
> Verweermiddelen van de producent Kan de producent ontsnappen aan zijn aansprakelijkheid? Ja, in één van deze hypothesen 1) Het product werd niet in het verkeer gebracht = Het ogenblik waarop het product het productieproces verlaat à Interpretatie -‐> Zie Arrest O’Byrne = Hof van Justitie!! (EX) -‐ Feiten: In de medische sector wordt vloeistof gebruikt voor de behandeling van een nier zodat die kan getransplanteerd worden. Die vloeistof is gebrekkig. Het ziekenhuis heeft dit product gefabriceerd en is dus aansprakelijk. Het ziekenhuis is hier niet mee akkoord en gebruiken als argument dat ze het product niet in het verkeer hebben gebracht maar enkel intern gebruiken. -‐> Hof van Justitie: Het ziekenhuis kan zich niet op dit verweermiddel beroepen. Deze hypothese kan men enkel toepassen wanneer een 3e het goed tegen de zin van een fabrikant op de markt brengt. 2) Geen gebrek op tijdstip van het in verkeer brengen of gebrek is later ontstaan = Weerlegging van het vermoeden dat het gebrek aanwezig was op het tijdstip van de inverkeerstelling. -‐> Aannemelijk maken is NIET gelijk aan bewijzen ( Hof van Cassatie -‐> De producent moet dus alleen deze hypothese aannemelijk maken en niet bewijzen !!! ) bv: Wagen brandt volledig uit. De producent zegt dat dit te wijten is aan het feit dat de consument zelf is overgegaan tot installeren van een autoalarm. Er wordt een expert aangesteld maar deze kunnen niet met zekerheid zeggen wat nu juist de oorzak van de brand is. De producent kan dus niet aannemelijk maken dat er geen gebrek was op het tijdstip van de inverkeerstelling. bv: Gebrek aan de voorvork van een motorfiets. De producent heeft 2 argumenten. De eerste is dat de eigenaar op korte tijd teveel kilometers heeft gereden en het tweede is dat de motor enige tijd geleden al eens betrokken was bij een verkeersongeval. Er worden experts aangesteld en ze stellen vast dat het gebrek met het ongeval niks te maken heeft. De rechter stelt dus vast dat de fabrikant niet aannemelijk kan maken dat er een gebrek was bij de inverkeerstelling en dat het aantal kilometers gereden met de motor hier niks mee te maken hebben. Ennio Di Rosa 2012-‐2013
6
3) Inverkeerstelling geschiedt zonder van economisch doel en beroepsuitoefening Zaak Hof van Justitie i.v.m. vloeistof nier Het ziekenhuis stelt dat ze zich op deze hypothese kan beroepen omdat ze een publiek ziekenhuis is die wordt gefinancierd met overheidsmiddelen en ze dus daarom geen economisch doel heeft. Hof van Justitie: Het ziekenhuis kan zich op deze hypothese niet beroepen omdat het ziekenhuis regelmatig de vloeistof gebruikt en die regelmatigheid is doorslaggevend en wijst op een economisch doel. 4) Overeenstemming met dwingende overheidsvoorschriften bv: Medicament tegen Bronchitis waardoor doofheid ontstaat ( zie hierboven ). De producent gebruikt als argument dat de bijsluiter door de overheid werd goedgekeurd. De rechter aanvaard dit argument niet. Dit zou anders zijn indien de overheid verboden zou hebben in de bijsluiter te schrijven dat er doofheid kan ontstaan. 5) Het ontwikkelingsrisico De producent kan niet kan niet aansprakelijk worden gesteld voor gebreken die men niet kon vermoeden op het ogenblik van het inverkeerstellen van het product n.a.v. de stand van de techniek. 6) Onderdelenexceptie Dit is het geval wanneer een onderdeel van een product gebrekkig is en het onderdeel en het product worden vervaardigd door 2 verschillende producenten. De producent van het onderdeel is dan niet meer aansprakelijk! bv: Er is een fabrikant van de fiets en een fabrikant van de zadelstang. Er is een gebrek met de zadelstang. Het slachtoffer kan een vordering instellen tegen beide fabrikanten. In hoofde van de fabrikant van de zadelstang speelt de onderdelenexceptie. Hij kan stellen dat er niks mis was met de zadelstang maar dat hij gebrekkig is geworden na het plaatsen van de zadelstang in de fiets. Extra vraag: Is de schade aan nier dat niet in het menselijk lichaam zit een zaakschade of lichamelijke schade? De prof weet het zelf niet.
Ennio Di Rosa 2012-‐2013
7