Huisarts: specialist in veelzijdigheid!
Procedure tot de start van de huisartsopleiding 1. De koppelingsprocedure 2. Opleidingsregister RGS, arbeidsovereenkomst SBOH, deeltijdwerken en reistijd 3. Aanvraag vrijstelling 4. Informatie over te bereiken competenties per stage waarvoor u vrijstelling aanvraagt 5. Bijlagen: i. Het aanvraagformulier vrijstelling opleidingsperiode in de opleiding tot huisarts ii. Het aanvraagformulier vrijstelling van de stage in de opleiding tot huisarts iii. Verklaring geen gebruik van vrijstelling
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
1/9
1 De koppelingsprocedure
In het eerste jaar van de huisartsopleiding loopt u stage in de praktijk van een huisartsopleider. Voor de start van de opleiding (in januari en juni) is een bijeenkomst gepland, de ‘koppelavond’, waarin de huisartsstages worden verdeeld. Tijdens deze bijeenkomst bespreken we eveneens een aantal introductiezaken. Er starten meerdere groepen van ongeveer 12 aios, die in twee avonden worden gekoppeld aan de huisartsopleiders. De definitieve groepsindeling zal tegelijkertijd met de definitieve stage indeling worden gemaakt, uiterlijk één week na de tweede koppelavond. Deze bijeenkomst is van groot belang, aangezien hiermee bepaald wordt bij wie en waar iedere aios het komende jaar zijn opleidingsperiode zal volgen. De huisartsopleiding volgt een procedure waarbij op basis van reistijd een eerste selectie wordt gemaakt. Daarna volgt een kennismakingsgesprek met drie huisartsopleiders. Vervolgens bepalen aios én opleider hun voorkeur die zoveel mogelijk wordt gerespecteerd. Uit evaluatie bleek dat deze procedure positief beoordeeld wordt door aios en opleiders. De procedure beslaat een drietal stappen:
1.1 Eerste stap Een belangrijke factor bij het koppelen van de aios en opleiders is de reistijd. We maken daarom een inventarisatie van alle reistijden tussen de postcode van de aios en die van de huisartsopleiders. Zo ontstaat voor elke koppelavond een matrix met alle reistijden. Wij doen ons uiterste best om de reisduur voor alle aios tot één uur (volgens de Google- routeplanner) te beperken.
1.2 Tweede stap Met behulp van een computerprogramma wordt uit de gezamenlijke reeksen een selectie gemaakt van drie opleiders per aios. Met deze drie opleiders voert de aios een kennismakingsgesprek (bijvoorbeeld met de 3e, 8e en 14e plaats wat betreft reistijd). Een kennismakingsgesprek met de meest ongunstige reistijd proberen we te voorkomen, maar is soms niet te vermijden als deze opleidingsplaats voor alle deelnemende aios het langst reizen is. Bij het selecteren van de drie opleiders met behulp van het computerprogramma wordt zodanig gewerkt dat de groep een optimaal aanbod krijgt. Bovendien wordt rekening gehouden met de aios die hun verzoek om beperking van de reistijd gehonoreerd kregen (zie hoofdstuk 2). Aan het eind van de middag (17.00-18.00 uur) komen de aios bijeen om kennis te maken met elkaar en met een aantal stafleden, tevens wordt er kennis genomen van een aantal administratieve en huishoudelijke zaken. Daarnaast besteden we aandacht aan de voorbereiding van de kennismakingsgesprekken. De indeling van de kennismakingsgesprekken wordt dan ook bekend gemaakt en elke aios krijgt de praktijkprofielen van de opleiders waarmee hij of zij gaat spreken. Na een pauze waarbij voor broodjes is gezorgd, volgt vanaf 19.00 uur een informatief © 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 2/9
gedeelte met aios en opleiders samen.
1.3 Derde stap Vanaf ongeveer 20:00 uur voert elke aios met elk van de drie geselecteerde opleiders een kennismakingsgesprek van 25 minuten. Soms is een opleider in het gezelschap van zijn of haar associé. Daarna vragen we de aios en opleiders een voorkeurslijst samen te stellen naar aanleiding van de drie kennismakingsgesprekken. Hieruit maken we de definitieve koppellijst, ook weer vanuit het principe het optimale resultaat voor de gehele groep te willen bereiken. Dit betekent bijvoorbeeld dat een 1-1 voorkeur niet tot koppeling leidt wanneer anderen hierdoor (sterk) benadeeld worden. Alleen wanneer tijdens de verdere kennismaking grote frictie ontstaat, wordt afgeweken van deze koppeling. Wij begrijpen dat dit een belangrijke keuze voor u wordt die een jaar lang flinke consequenties kan hebben voor uw persoonlijke omstandigheden. Dat is ook de reden waarom we hier zorgvuldig mee om willen gaan. Als u nog vragen heeft, neem dan gerust contact op met de planner, dhr. O. Lageweg (tel: 0107044635, email:
[email protected])
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 3/9
2 Opleidingsregister RGS, arbeidsovereenkomst SBOH, deeltijdwerken en reistijd
2.1 Opleidingsregister RGS en arbeidsovereenkomst SBOH U krijgt van de RGS papieren toegestuurd waarmee u uw inschrijving in hun opleidingsregister in orde kunt maken. Zij kunnen uw opleiding niet starten indien u dit niet op de eerste opleidingsdag heeft geregeld. Verder is het verstandig om de arbeidsovereenkomst met de SBOH tijdig aan te gaan, om verzekerd en tegen salaris te kunnen werken.
2.2 Deeltijdwerken Indien u besluit uw opleiding in deeltijd te gaan volgen verzoeken we u dat zo vroeg mogelijk (bij voorkeur per e-mail) aan de planner of het secretariaat kenbaar te maken. Heeft u vragen over het volgen van de opleiding in deeltijd, dan kunt u contact opnemen met de planner, dhr. O. Lageweg (tel: 010-7044635, e-mail:
[email protected]) Meer informatie over de opleiding in deeltijd vindt u in het hoofdstuk ‘Deeltijdopleiding’, in het Handboek Huisartsopleiding dat te vinden is op onze website http://www.erasmusmc.nl/huisartsgeneeskunde/
2.3 Reistijd De huisartsopleiding Erasmus MC streeft ernaar de reistijd voor het woon-werkverkeer tot circa één uur enkele reis te beperken. Daarbij gaan we uit van de Google-routeplanner. Een reistijd van één uur zal echter niet altijd voor alle aios mogelijk zijn. Bij de koppelingen houden we er zoveel mogelijk rekening mee dat iemand die in het eerste opleidingsjaar ver moet reizen, in het derde jaar dichterbij werkt en andersom. Dit is echter niet het enige criterium voor de selectie van praktijken. We zoeken in het derde jaar een praktijk die u zo goed mogelijk begeleidt bij uw leerpunten en wisselen zoveel mogelijk een stads-en plattelandspraktijk en een solopraktijk en samenwerkingsverband af. Aios met kinderen jonger dan 1 jaar U kunt een verzoek indienen voor beperking van uw reistijd tot maximaal een uur in het betreffende leerjaar, indien u een kind verzorgt dat de leeftijd van één jaar nog niet heeft bereikt bij aanvang van de stage, dan wel bij herplaatsing na zwangerschaps- en/of ouderschapsverlof. Dit verzoek kunt u tot uiterlijk twee weken na dagtekening van de bij dit informatiepakket behorende brief indienen bij de planner van de afdeling (zie boven). Indien u bent nageplaatst dan verzoeken we u om direct na ontvangst van de toelatingsbrief contact met hem op te nemen. Bij herplaatsing na zwangerschaps- en/of ouderschapsverlof dient het verzoek uiterlijk twee maanden voor aanvang van de herplaatsing te zijn ingediend. Uw verzoek wordt in beginsel gehonoreerd voor zover logistiek mogelijk.
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 4/9
Aios met bijzondere niet te voorziene omstandigheden Indien er uitzonderlijke en niet te voorziene zeer bijzondere omstandigheden zijn die uzelf of uw gezin betreffen en die u het reizen belemmeren, kunt u een gemotiveerd verzoek indienen tot beperking van de reisafstand naar uw stageplaats. Dit verzoek richt u aan het hoofd. Het hoofd kan u verzoeken nadere informatie te verstrekken dan wel hem een (medische) verklaring van een ter zake deskundige te verschaffen. De volgende omstandigheden leiden bijvoorbeeld in ieder geval niet tot beperking van de reisafstand omdat ze ofwel zijn te voorzien ofwel niet uitzonderlijk zijn: het opvoeden van meerdere kinderen, het feit dat uw partner een baan heeft, het feit dat er geen familie in uw nabijheid woont of verzoeken voor omstandigheden waar andere wettelijke voorzieningen voor aanwezig zijn zoals bijvoorbeeld deeltijd werken, ouderschapsverlof of zorgverlof. Op de website van de SBOH staan regelingen voor • • •
Aios die bij een opleider in Zeeland zijn geplaatst en meer dan één uur reistijd hebben Aios die meer dan 75 km woon-werkverkeer hebben Vergoeding veerponten en tolgelden
•
Verhuiskostenvergoeding
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 5/9
3 Aanvraag vrijstelling
Het is mogelijk om vrijstelling voor onderdelen van de huisartsopleiding aan te vragen als u bepaalde opleidings- of werkervaring als arts hebt opgedaan. Let op: Indien de minister akkoord is mag de duur van de opleiding met ingang van 1 januari 2015 met terugwerkende kracht worden afgestemd op de individuele aios. Dan treedt de nieuwe regelgeving voor individualisering van de opleidingsduur in werking, die de vrijstellingsregeling vervangt. De inhoud van de regeling, die ook op u van toepassing is, is nog niet bekend, wel dat er ook nieuwe beoordelingsregels zijn. Onderstaand de huidige regeling.
3.1 Voorwaarden voor aanvraag en toekenning van vrijstelling 1.
U bent niet verplicht om vrijstelling aan te vragen. Realiseert u zich wel dat dit het enige moment is waarop u vrijstelling kunt aanvragen. 2. De minimale duur van de ervaring bedraagt 6 maanden. 3. De duur van een vrijstelling bedraagt ten hoogste de duur van het betreffende onderdeel in het opleidingsplan, met in totaal een maximum van 2 jaar. 4. Een eenmaal door de RGS (Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten) bekrachtigde vrijstelling kan niet meer teruggedraaid of gewijzigd worden. 5. De ervaring moet zijn opgedaan op afdelingen van algemene of categorale ziekenhuizen, verpleeghuizen, GGZ-instellingen of daarmee gelijk te stellen instellingen die als opleidingsinstelling erkend zijn door de RGS. De ervaring kan ook zijn opgedaan in een kliniek waar onder auspiciën van de Nederlandse Vereniging voor Tropische Geneeskunde of het Concilium Opleiding Tropische Geneeskunde klinische ervaring kan worden opgedaan voorafgaand aan uitzending naar de tropen. Deze erkenning moet voor minstens 6 maanden van uw ervaring gegolden hebben. 6. Voor vrijstellingen van stages wordt de ervaring geclassificeerd in categorieën: A. Ziekenhuis: interne geneeskunde, heelkunde, kindergeneeskunde, verloskunde en gynaecologie, spoedeisende geneeskunde; B. chronische ziekten en complexe problematiek: interne geneeskunde, neurologie, klinische geriatrie, revalidatiegeneeskunde, het specialisme ouderengeneeskunde, de geneeskunde voor verstandelijk gehandicapten; C. psychiatrische ziekten en psychosociale problematiek: algemene psychiatrie. D. andere ervaring: bijv. cardiologie, longziekten, orthopedie, plastische chirurgie, hartchirurgie. Deze kunnen voor een deel meetellen. 7. De opbouw van het tweede leerjaar is 6 maanden klinische stage, 3 maanden chronische zorgstage en 3 maanden GGZ-stage. Voor elke categorie kan vrijstelling verkregen worden voor de duur van de stage. Zo kan 6 maanden of langer poortarts op een erkende afdeling 6 maanden vrijstelling geven voor de klinische stage. Zes maanden of langer specialisme ouderengeneeskunde kan 3 maanden vrijstelling geven voor de chronische zorgstage en zes maanden of langer psychiatrie kan 3 maanden vrijstelling geven voor de GGZ-stage.
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 6/9
8.
9.
Indien u tussen de 6 en 12 maanden ervaring hebt opgedaan in interne geneeskunde moet u kiezen of u vrijstelling aanvraagt voor de klinische stage of voor de chronische zorgstage. Indien u langer dan 12 maanden ervaring hebt opgedaan in interne geneeskunde kan deze ervaring leiden tot 6 maanden vrijstelling voor de klinische stage en 3 maanden vrijstelling voor de chronische zorgstage. Een vrijstelling betekent dat u zich competent acht voor dit onderdeel. In hoofdstuk 4 beschrijven we de betreffende competenties. Een vrijstelling betreft zowel het werken op de stageplaats als het cursorisch onderwijs, zoals bijvoorbeeld de landelijke cursus spoedeisende geneeskunde (de STARtclass, zie hoofdstuk 4) tijdens de klinische stage, het GGZ-terugkomdagonderwijs over persoonlijkheidsstoornissen met een acteur en polyfarmacie tijdens de chronische zorgstage.
Vrijstelling op basis van opleidingservaring: U kunt vrijstelling aanvragen voor een deel van de opleidingsperiode in de huisartspraktijk - als u ten minste zes maanden de huisartsopleiding heeft gedaan; - als u de opleiding tot medisch specialist, sociaal geneeskundige, specialist ouderengeneeskunde of arts voor verstandelijk gehandicapten heeft voltooid en vervolgens ingeschreven bent of bent geweest in het bijbehorende register. - als u de module huisartsgeneeskunde in de opleiding tot algemeen militair arts (AMA) heeft voltooid. U kunt vrijstelling aanvragen voor één of meerdere (tweedejaars)stages - als u ten minste zes maanden de opleiding voor medisch specialist, specialist ouderengeneeskunde of arts voor verstandelijk gehandicapten heeft gedaan.
3.2 De procedure voor het aanvragen van vrijstelling 1.
2. 3.
4.
Vul bijgaande aanvraagformulieren ‘vrijstelling opleidingsperiode in de opleiding tot huisarts’ en ‘vrijstelling stage in de opleiding tot huisarts’ of de verklaring dat u geen vrijstelling aanvraagt duidelijk leesbaar in en stuur ze uiterlijk 2 maanden na aanvang van de opleiding naar de afdeling huisartsgeneeskunde van het Erasmus MC, ter attentie van Claudia van den Broek. Later ingediende formulieren kunnen niet in behandeling worden genomen. Mocht u een –gedeeltelijke- vrijstelling voor het eerste opledingsjaar aanvragen, neem dan zo spoedig mogelijk contact met haar op. Op het aanvraagformulier graag de locatie van de instelling vermelden, voor welke duur u vrijstelling voorstelt en voor welke vrijstelling u kiest. Zorg voor originele bewijsstukken van de opleidingservaring en werkervaring: een door de opleider ondertekend getuigschrift op briefpapier van de instelling waaruit blijkt dat u de competenties voor de zorgstage heeft bereikt, waarbij de precieze periode is aangegeven, de eventuele deeltijdfactor en ziekteperiodes, en welke werkzaamheden u verrichtte. Deze originele bewijsstukken mag u later insturen dan de aanvraagformulieren, maar uiterlijk 2 maanden na aanvang van de opleiding. Indien u momenteel nog een opleiding volgt of werkzaam bent op de plek waarvoor u vrijstelling aanvraagt, bereidt de aanvraag dan alvast voor. Aanvragen zonder bewijsstukken kunnen we niet in behandeling nemen. Indien het hoofd van de huisartsopleiding instemt met uw verzoek tot vrijstelling, geleiden wij de aanvraag door naar de RGS. Dit is uiterlijk 4 maanden na aanvang van de opleiding. De RGS laat vervolgens binnen 2 maanden schriftelijk weten wat de beslissing is. Indien het hoofd van de huisartsopleiding niet instemt met uw verzoek tot vrijstelling, ontvangt u schriftelijk bericht.
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 7/9
4 Informatie over te bereiken competenties per stage waarvoor u vrijstelling aanvraagt 4.1 Te bereiken competenties per stage Indien u vrijstelling aanvraagt, gaan we ervan uit dat u zich de hieronder beschreven competenties reeds eigen hebt gemaakt en in uw werk hebt laten zien.
Competenties Klinische Stage Omschrijving De stage en het onderwijs richt zich op het versterken van kennis en vaardigheden betreffende spoedeisende hulpverlening, waaronder ook traumatologie en kleine chirurgische ingrepen, zodat de aios in staat is tot snel en adequaat handelen om (verdere) schade bij de patiënt te beperken. Hoewel werkzaam in een klinische setting wordt de aios gestimuleerd de vertaling naar de huisartspraktijk te maken.
De onderwerpen die in de landelijke cursus spoedeisende geneeskunde, de STARtclass (onderwijs aan het begin van de klinische stage) aan de orde komen zijn: 1.
ABCDE Benadering van de Spoedeisende Patiënt, Ziekenhuisreanimatie en ALS-training
2.
Airway & Breathing Problemen, Patiënt in Shock, Pijn op de Borst
3.
Bewustzijnsstoornissen
4.
Letsels van het steun- en bewegingsapparaat (incl. röntgenfoto’s beoordelen)
5.
Acute buikklachten inclusief aanvullend beeldvormend onderzoek
6.
Acute pediatrische patiënt en acute geriatrische patiënt
7.
Toxicologie, brandwonden, verdrinking
8.
Chirurgische Vaardigheden
9.
ECG’s beoordelen
10. Röntgenfoto’s beoordelen 11. Samenwerking met het SEH-team, overdracht naar achterwacht 12. Herkennen ernstig ziek kind 13. Acute hemodynamische problemen & vloeistof therapie 14. Kleine traumatologie 15. Mechanische beademing (optioneel) 16. Toetsen (pré- en posttoets kennis, scenariotoets met behulp van LOTUS-patienten, oefentoets ‘samenwerken in een team’ aan de hand van een papieren casus, met mogelijkheid tot aanvragen van aanvullend onderzoek en consultatie van specialisten).
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 8/9
Competenties Chronische Zorgstage Omschrijving De stage en het onderwijsaanbod in dit blok betreft chronische ziekten die minder frequent voorkomen in de huisartsenpraktijk en waarmee tijdens de stage ervaring opgedaan kan worden (neurologische aandoeningen, chronische aandoeningen bewegingsapparaat, geriatrische onderwerpen). Tevens staat hier samenwerken met verpleeghuisvoorzieningen centraal; het kennisnemen van behandelmogelijkheden door instellingen waar chronisch zieken behandeld worden of verblijven.
Competenties Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ)-stage Omschrijving De stage en het onderwijs richt zich op psychische aandoeningen – van psychiatrische ziekten tot psychosociale en verslavingsproblematiek – en gedragsproblematiek waarmee de huisarts in de dagelijkse praktijk minder vaak geconfronteerd wordt. Het handelen van de huisarts bij deze problematiek is gericht op het herkennen van de aandoeningen, het gericht verwijzen voor nadere diagnostiek en behandeling/begeleiding en het motiveren van de patiënt hiervoor. Het opdoen van kennis betreffende de bij de diverse psychische problematiek in gebruik zijnde therapeutische interventies en strategieën en de zorginstellingen van waaruit deze zorg verleend wordt, staat hierbij centraal. Het behouden en onderhouden van een vertrouwensrelatie met de patiënt teneinde deze te blijven motiveren voor behandeling en diens medewerking hierin te verkrijgen, vormt een belangrijke vaardigheid.
© 2013, Erasmus MC, Afdeling Huisartsgeneeskunde
Pagina 9/9