Preventie en handhavingsplan 2014 - 2018
Preventie plan Integrale aanpak Drank- en Horecawet 1
Begrippenlijst
APV BOA college DHV DHW HUP NVWA PDC RUD Verordening 2014 VNG Wmo
Algemene plaatselijke verordening 8K-T-Diel Bijzondere Opsporingsambtenaar het college van burgemeester en wethouders Drank- en Horecavergunning Drank- en Horecawet Handhavingsuitvoeringsprogramma Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit Producten- en Dienstencatalogus Regionale uitvoeringsdienst Drank- en Horecaverordening 2014 Vereniging Nederlandse Gemeenten Wet maatschappelijke ondersteuning
2
Inleiding De DHW geeft gemeenten nieuwe bevoegdheden, taken en verantwoordelijkheden. Het onderwerp raakt diverse beleidsterreinen, zoals gezondheidsbeleid, jeugdbeleid, alcohol(matigings)beleid, handhavingsbeleid en openbare orde en veiligheid. Het thema alcoholmatiging vraagt om een integrale aanpak en is een doorlopend proces. Voor een sluitend verhaal is het van belang om op verschillende gebieden interventies te plegen; preventie, regelgeving en handhaving. Op het onderdeel preventie is in de nota’s lokaal jeugdbeleid en lokaal gezondheidsbeleid al beleid geformuleerd. Nu ook de handhaving van de DHW bij de gemeente ligt, is het van belang om deze onderdelen bij elkaar te brengen en een integraal plan te presenteren. De DHW is per 1 januari 2014 opnieuw gewijzigd. Een belangrijke wijziging is de verhoging van de leeftijdsgrens van zestien naar achttien jaar. Een andere wijziging is dat gemeenten elke vier jaar een preventie- en handhavingplan alcohol vaststellen, gelijktijdig met de lokale nota gezondheidsbeleid. De gemeenteraad stelt uiterlijk zes maanden (1 juli 2014) voor de eerste maal een preventie- en handhavingplan alcohol vast. Dit plan moet naast de hoofdzaken uit het beleid met betrekking tot preventie van alcoholgebruik onder vooral jongeren, ook beschrijven op welke manier er invulling wordt gegeven aan de handhavingstaken die op grond van de Drank- en Horecawet zijn verkregen. Het nieuwe artikel 43a van de DHW geeft aan wat er in dit preventie en handhavingsplan moet worden opgenomen: wat de doelstellingen zijn van het preventie- en handhavingsbeleid alcohol; welke acties worden ondernomen om alcoholgebruik, met name onder jongeren, te voorkomen; de wijze waarop het handhavingsbeleid wordt uitgevoerd en welke handhavingacties in de door het plan bestreken periode worden ondernomen; welke resultaten in de door het plan bestreken periode minimaal behaald dienen te worden.
3
Samenvatting Waarom inzetten op alcoholpreventie In het gemeentelijk gezondheidsbeleid van zowel de gemeente 8-K als de gemeente TDiel wordt veel aandacht geschonken aan het verminderen van middelengebruik en alcoholmatiging door jongeren. Met deze preventie kunnen veel leed en maatschappelijke kosten worden voorkomen. Overmatig alcoholgebruik kan leiden tot psychische klachten en aandoeningen aan de lever, nieren, centraal zenuwstelsel, hart en bloedvaten vormen van kanker en vruchtbaarheidsproblemen. Bij zwangere vrouwen kan alcoholgebruik negatieve gevolgen hebben voor de ontwikkeling van het kind. Ook op sociaal maatschappelijk vlak heeft overmatig alcoholgebruik een grote impact, van problemen in de privésfeer tot overlast op straat. De maatschappelijke kosten van alcoholgebruik zijn ook in de gemeente 8-K en T-Diel relatief hoog. De belangrijkste kostenposten zijn verlies aan arbeidsproductiviteit door ziekteverzuim en kosten voor de gezondheid en verslavingszorg. Op 1 januari 2013 is de Drank- en Horecawet (hierna: DHW) gewijzigd. Met de wijzigingen wil de wetgever:
alcoholgebruik onder jongeren terugdringen; alcoholgerelateerde verstoring van de openbare orde aanpakken; bijdragen aan het verminderen van de administratieve lasten.
De DHW is op 1 januari 2014 opnieuw gewijzigd. Een belangrijke wijziging is de verhoging van de leeftijdsgrens van zestien naar achttien jaar. Een andere wijziging is dat gemeenten elke vier jaar een preventie- en handhavingplan alcohol vaststellen,
Regelgeving De DHW verplicht de raad in een verordening regels te stellen over paracommercie en is vóór 1 januari 2014 vastgesteld . De regels gaan over schenktijden, alcoholverstrekking tijdens bijeenkomsten van persoonlijke aard en tijdens niet- verenigingsgebonden activiteiten van paracommerciële rechtspersonen. Daarnaast heeft de raad de mogelijkheid facultatieve bepalingen in de verordening op te nemen, onder meer over ‘happy hours’ en ‘koppeling toegang aan leeftijden’.
Preventie en handhaving Gemeenten zijn verplicht om uiterlijk 1 juli 2014 een preventie en handhavingplan op te stellen, hierin moet aan de orde komen wat de doelstellingen zijn van het preventie- en handhavingsbeleid alcohol en welke resultaten behaald moeten worden. Het primaire doel van de gewijzigde Drank- en Horecawet is het verminderen van alcoholgebruik onder jongeren en alcohol gerelateerde verstoringen van de openbare orde aanpakken. Beide gemeenten hebben als missie dat jongeren onder de achttien jaar (in 2013 nog zestien jaar) geen alcohol drinken. Een ander onderdeel van deze missie is dat jongeren van achttien tot drieëntwintig jaar matigen in het alcoholgebruik. In ons beleid leggen wij een sterk accent op preventie-activiteiten. Met een positieve benadering van de omgeving van de jongere, zoals ouders en aanbieders, denken we onze handhavinginzet tot een minimum te kunnen beperken.
Sociaal Maatschappelijke Agenda In de startnotitie Sociaal Maatschappelijke Agenda (SMA) wordt een gemeentelijke gezondheidsbeleid aangehaald als voorbeeld van een wenselijke integrale aanpak. 4
Gezondheidsbeleid is breed en heeft zowel in- als extern raakvlakken op de verschillende beleidsterreinen. Daarbij gaat het zowel om de gemeentelijke afdelingen als de externe partners op het gebied van middenstand, horeca, sportverenigingen, onderwijs, welzijn, zorg, opvoeden, opgroeien etc.
Alcoholpreventie in de gemeente 8-K en T-Diel Overmatig alcoholgebruik is een belangrijke oorzaak van ziekte en sterfte in Nederland. Alcoholmisbruik leidt tot een tal van acute problemen, van (verkeers)ongevallen tot problemen in de openbare orde en huiselijk geweld. Toch wordt overmatig alcoholgebruik door drinkers en hulpverleners niet of te laat onderkend.
Integrale benadering op basis van drie pijlers Verschillende studies laten zien dat een integrale benadering van de problematiek rondom alcohol en drugs een cruciaal kenmerk is van effectief beleid (Reynolds, 2003). Recent onderzoek van het RIVM Centrum voor Gezond Leven, het Nederlands Instituut voor Alcoholbeleid STAP en het Trimbos-instituut bevestigt dat beleid op het gebied van alcoholmatiging het meest effectief is als het integraal wordt aangepakt 1 (Mulder, Bovens, Franken & Sannen, 2013). De belangrijkste pijlers waarop preventiebeleid gebaseerd dient te zijn, zijn educatie (grenzen overdragen), regelgeving (grenzen stellen) en handhaving (grenzen bewaken). Dit is het uitgangspunt van het landelijke alcoholpreventiebeleid en eveneens van de aanpak van het Platform Nuchtere Fries (hieronder verder toegelicht). Het creëren van bewustwording bij alcoholverstrekkers en ouders is daarbij een noodzakelijke voorwaarde voor gedragsverandering. De nieuwe Drank- en Horecawet helpt daarbij. Naast het voorkomen van schadelijk alcoholgebruik vanuit het perspectief van de volksgezondheid en het jeugdbeleid, is het landelijke beleid ook gericht op het terugdringen van criminaliteit en verstoringen van de openbare orde als gevolg van overmatig alcoholgebruik.
Omgevingsfactoren Drinkgedrag wordt voor een groot deel bepaald door omgevingsfactoren: normen in de sociale omgeving (de ouders), de prijs en promotie van alcohol, het productaanbod, het aantal verkooppunten, verkoopregels (bijv. leeftijdsgrenzen en de naleving en handhaving ervan). Een eenzijdige aanpak gericht op slechts één of twee van deze factoren werkt niet. De World Health Organization laat in een overzichtstudie naar alcoholbeleid zien dat maatregelen die de beschikbaarheid van alcohol beperken het meest effectief zijn in het terugdringen van alcoholgebruik (Babor e.a., 2010).
Pijler Beleid Speerpunt: afstemming en samenwerking stimuleren -
Basisnota voor lokale preventie- en handhavingplannen
-
Landelijk politiek draagvlak voor maatregelen die alcoholgebruik effectief terugdringen, proberen te beïnvloeden
-
Inventarisatie genotmiddelenbeleid op scholen en van daaruit scholen van de juiste informatie voorzien over de mogelijkheden die zij hebben om het beleid bij te stellen en te actualiseren
1
Zie de brochure Effectief Alcoholbeleid: hoe pakt u dat aan?, te downloaden via http://www.loketgezondleven.nl/gemeente-en-wijk/gezonde-gemeente/alcohol/.
5
Pijler Handhaving Speerpunt: advisering m.b.t. preventie (verbinding preventie en handhaving) -
Afstemmingsoverleggen en bijeenkomsten voor toezichthouders over de risico’s van alcohol en middelen voor jongeren en over effectieve preventieboodschappen; maar ook horecaondernemers, paracommerciële instellingen en de detailhandel kunnen geïnformeerd worden over de achtergrond van handhaving.
-
Experimenteren met sanctiemogelijkheden en de combinatie met (opgelegde) preventieve maatregelen (vergelijkbaar met de boete- of kanskaart)
-
Nalevingcommunicatie rondom de naleving van leeftijdsgrenzen coördineren en uitvoeren2
Pijler bewustwording Speerpunt ouders: ouderavonden, informatie via scholen en het CJG Speerpunt alcoholverstrekkers: organisatoren van evenementen (ook dorps- en tentfeesten) en sportverenigingen adviseren en stimuleren om actief genotmiddelenbeleid te voeren. Speerpunt jongeren: peervoorlichting al dan niet via social media, interactieve theaterworkshops, spreekbeurten, debatten en battles Daarnaast: regionale invulling van en aansluiting bij het provinciaal platform "Nuchtere Fries", en bij de landelijke campagne Nix18 (o.a. in provinciale media), uitvoering van onderzoeken en ontwikkeling producten die door iedere gemeente ingezet kunnen worden.
2
De verantwoordelijkheid voor het organiseren en uitvoeren van handhaving om de naleving door alcoholverstrekkers te controleren, ligt bij de gemeenten.
6
1. Reeds ingezette en doorlopende activiteiten op het gebied van alcoholpreventie 1.1
Gezonde school en genotmiddelen (DGSG)
Dit project loopt op meerdere basisscholen en alle scholen voor voortgezet onderwijs in beide gemeenten De DGSG bestaat uit 4 onderdelen: 1. Voorlichtingslessen 2. ouderparticipatie 3. signaleren en begeleiden 4. regels
1.2 De gezonde school Fryslan (interventie uit het masterplan Gezond Leven) Is een manier van werken die scholen helpt om structureel aan de slag te gaan met gezondheid en veiligheid op school.
1.3 Keetbeleid Gemeente 8-K en T-Diel hebben een door beide gemeenteraden vastgesteld keetbeleid. Door dit keetbeleid is er zicht op de jongeren die de keet bezoeken. Door dit positief te belonen door het afgeven van een ondertekende intentieverklaring waarin afspraken zijn gemaakt die vastliggen in dit Keetbeleid. Hierdoor kunnen jongerenwerkers en de beleidsmedewerker alcoholmatiging in gesprek met de jongeren. Tijdens de bezoeken wordt er gesproken over alcohol en drugsgebruik en wordt er voorlichting gegeven. Ook wordt er onder begeleiding discussies gevoerd over normen en waarden in de samenleving. Het is van belang dat er in ons keetbeleid ook in de toekomst contact wordt onderhouden met de jongeren, grondeigenaren door jongerenwerk, politie en toezichthouders. Hierdoor hebben we als gemeenten zicht op dat deel van de jeugd en kunnen hierdoor vroegtijdig signaleren.
1.4 I.V.A. De cursus omtrent verantwoord alcoholschenken is een groot succes gebleken. Vrijwel alle sportverenigingen die gebruik maken van een eigen kantineaccommodatie in beide gemeenten heeft deelgenomen aan deze cursus Instructie Verantwoord Alcoholschenken. We willen in overleg met de sportverenigingen binnen een jaar evalueren in hoeverre de verenigingen in beide gemeenten aan de eisen voldoen met betrekking tot de leeftijdscontrole en het voorkomen van doorschenken. Daarnaast is het van belang om in gesprek te blijven met de verenigingen. In deze gesprekken kan er mogelijk ook ingezoomd worden op het speerpunt preventie Overgewicht en projecten als de gezonde kantine.
1.5 Theater in de klas Het succes van de theatervoorstellingen omtrent alcohol en middelengebruik door en voor jongeren en ouders blijven ondersteunen Bij de scholen is er een behoefte om op een interactieve, speelse manier aandacht te besteden aan diverse thema’s zoals alcohol en verkeer. Na de voorstelling gaan de 7
acteurs in discussie met alle aanwezigen. Deze discussie heeft zowel een repressief als preventief doel.
8
2 Nieuw in te zetten interventies 2.1 Actie punt 1 Voorlichting over alcoholgebruik aan ouders/verzorgers van jongeren onder de 18 jaar. Om het bewustzijn over de consequenties van (overmatig) alcoholgebruik onder de jongeren te vergroten is het van belang ouders/verzorgers te betrekken in de voorlichting. Ouders/verzorgers kunnen het drinkgedrag van hun kinderen op verschillende manieren beïnvloeden. Het Trimbosinstituut is bezig materiaal te ontwikkelen waarin ouderparticipatie omtrent voorlichting centraal staat. Van dit materiaal zal gebruik worden gemaakt.
2.2 Actiepunt 2 Maatschappelijke debat Door middel van persberichten en social media aandacht schenken aan de negatieve gevolgen van middelenmisbruik.
2.3 Actiepunt 3 Alcoholpreventie vanuit de eerstelijns professional Eerstelijns professionals zoals huisartsen, thuiszorgmedewerkers, maatschappelijk werkers of fysiotherapeuten kunnen een belangrijke rol spelen bij het voorkomen van overmatig alcoholgebruik onder volwassenen. Het is zaak dat dit speerpunt samen met ketenpartners verder wordt onderzocht en onderhouden
2.4 Actiepunt 4 Sociale media en internet Een webpagina over gemeentelijk alcoholbeleid:
Informatie voor consumenten
Producenten
Distributeurs
Verenigingen
Para- commerciële instellingen
Evenementen en organisaties
Keetbeleid
2.5 Actiepunt 5 Vergunningenbeleid Richt zich meer en meer op bewustwording van de leeftijdverhoging naar 18 jaar en geeft hierin adviezen aan de horeca, paracommercie en evenementen organisaties.
9
2.6 Actiepunt 6 Barcode - Omgaan met alcohol en drugs in de horeca Barcode -omgaan met alcohol en drugs in de horeca- is een cursus bedoeld voor horecamedewerkers. De inhoud van de cursus sluit aan op de inhoud van Sociale Hygiëne. Horecamedewerkers leren wat zij kunnen doen om problemen met alcohol en drugs te voorkomen.
10
3 Beoogde Resultaten Preventie- en handhavingplan alcohol Alcoholpreventie De gemeenten 8-K en T-Diel conformeren zich aan de onderstaande doelstellingen samengesteld door de Nuchtere Fries. Begin 2017 worden vanuit het provinciale programma onderstaande trends en ontwikkelingen verwacht. Dit zijn niet direct de effecten van een interventie of maatregel. Het drinkgedrag van jongeren wordt door verschillende factoren beïnvloed. Ook algemene aandacht in de media, wijzigingen in landelijke wetgeving, lokale initiatieven en andere omstandigheden kunnen bijdragen aan veranderingen in de alcoholconsumptie van jongeren. Dat is ook de reden van het niet benoemen van eindresultaten in termen van percentages, maar in termen van substantiële verandering tot opzichte van de huidige situatie. 1. Het tegengaan van alcohol- en drugsgebruik door jongeren onder de 18 jaar -
De gemiddelde startleeftijd van jongeren voor het drinken van alcohol is verder toegenomen (13,5 jaar in 2012);
-
Het percentage jongeren van 12 t/m 17 jaar dat de afgelopen maand alcohol heeft gedronken, is verder afgenomen (42 % in 2012);
-
Het percentage jongeren van 12 t/m 17 jaar dat de afgelopen maand 5 of meer drankjes bij één gelegenheid dronk, is verder afgenomen (32% in 2012)
-
Het aantal jongeren van 12 t/m 17 jaar dat met alcoholvergiftiging wordt behandeld in het ziekenhuis, is verder afgenomen (11 in 2012)
-
Het percentage jongeren van 12 t/m 17 jaar dat de afgelopen maand softdrugs heeft gebruikt, is afgenomen (8% in 2012)
-
Het percentage ouders dat aangeeft dat zijn of haar kind geen alcohol mag drinken voor het 18e levensjaar is verder toegenomen
-
Het percentage ouders dat aangeeft dat zijn of haar kind geen middelen (soft- of harddrugs) mag gebruiken voor het 18e levensjaar is toegenomen
-
Er is sprake van een verbetering in de naleving van de wettelijke leeftijdsgrenzen voor alcoholverkoop in supermarkten, sportverenigingen, slijterijen en horeca 3 (0meting maakt onderdeel uit van het programma)
2. Het tegengaan van drugsgebruik door jongeren van 18 t/m 24 jaar en het stimuleren van verantwoord alcoholgebruik door deze groep jongeren. -
Het percentage zware drinkers 4van 18 t/m 24 jaar, is verder afgenomen (20% in 2012)
3
De verantwoordelijkheidvoor het organiseren en uitvoeren van handhaving om de naleving van alcoholverstrekkers te controleren, ligt bij de gemeenten. Platform Nuchtere Fries zal de gemeente adviseren en ondersteunen hierbij, maar kan hier geen directe invloed op uitoefenen. 4
Minimaal 1x per week op een dag 4 glazen (v)/ 6 glazen (m) drinken
11
-
Het aantal jongeren van 18 t/m 24 jaar dat als gevolg van een alcoholvergiftiging wordt behandeld in het ziekenhuis, is verder afgenomen
-
Het percentage jongeren van 18 t/m 24 jaar dat de afgelopen maand softdrugs heeft gebruikt, is afgenomen
-
Het aantal alcohol- en drugsgerelateerde incidenten waarbij jongeren van 16 t/m 23 jaar betrokken zijn, is verder afgenomen (alcoholgerelateerd geweld, vernielingen en overlast wordt momenteel niet door de politie geregistreerd)
12
TOEZICHT EN HANDHAVING 1
Inleiding
Sinds 1 januari 2013 is de gemeente verantwoordelijk voor het toezicht op de naleving van de Drank- en Horecawet. Voorheen lag deze bevoegdheid bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). De burgemeester heeft BOA’s (buitengewoon opsporingsambtenaren) aangewezen die bevoegd zijn om binnen de gemeente te controleren en te handhaven op de wet. Handhaving van het gemeentelijk beleid is de laatste schakel van de gemeentelijke reguleringsketen. Toezicht en handhaving hebben tot doel om het naleefgedrag te vergroten. Dit kan worden bereikt door consequent toezicht en steng optreden bij overtredingen. De meest effectieve vorm van handhaving is preventie. Door te voorkomen dat regels worden overtreden bestaat er immers geen noodzaak om handhavend op te treden. Het handhavingsbeleid van de gemeente is sterk gericht op preventie. De belangrijkste vormen van preventieve handhaving zijn goede voorlichting en heldere regels.
2
Horeca convenant
In het licht hiervan is eind 2013 besloten om te proberen met de reguliere horeca en de paracommerciële horeca een convenant af te sluiten. In het convenant worden afspraken gemaakt met betrekking tot naleving van de geldende wet en regelgeving, inzet op het gebied van alcoholmatiging en verantwoord alcoholgebruik en de wijze waarop er wordt gehandhaafd. Als extra stimulans geeft de gemeente een tegemoetkoming in de kosten voor de cursus BAR-code en IVA-training ter hoogte van 50% van de totale kosten. Hiermee wil de gemeente het gewenste partnerschap tussen horeca en gemeente verder invulling gaan geven. Partnerschap moet er op gericht zijn om te komen tot een beter horeca klimaat en vermindering van de administratieve lasten en bemoeienis (handhaving) met elkaar. De gemeente heeft inmiddels een contactpersoon vanuit de handhaving voor de horeca beschikbaar gesteld (de coördinator horeca) die voor goede voorlichting en optimale dienstverlening richting de horeca zal zorgen. De horeca ondernemer die maximaal zijn verantwoordelijkheid neemt zal minimaal worden belast met gemeentelijke handhaving en toezicht. Bij ondertekening van het convenant zal er minder worden gecontroleerd op naleving van de regels op het gebied van Drank- en Horecawet, Drank- en Horecaverordening, APV-vergunningen en -regels. Alleen steekproefsgewijs en bij klachten zal een controle worden uitgevoerd. Inrichtingen die het convenant niet ondertekenen zullen jaarlijks minimaal één keer aan een inspectie worden onderworpen. De gemeente zal strikt en duidelijk optreden bij horeca gelegenheden waar sprake is van overtredingen. Het convenant zal een groeimodel zijn gericht op behoud en versterking van de relatie tussen gemeente en horeca inrichtingen en andere betrokken partijen. Hiermee doen we meer dan voorheen een beroep op de eigen verantwoordelijkheid van de ondernemers en burgers zelf. Dit kan alleen als er sprake is van optimaal vertrouwen tussen partijen. Hiermee wordt horeca ondernemers ook de gelegenheid geboden om invulling te geven aan hun maatschappelijke taak als het gaat om verantwoord drank- en middelengebruik van jongeren. Deze maatschappelijke betrokkenheid is positieve reclame voor branche en gemeente. Het vastleggen van afspraken in een convenant levert een positieve bijdrage aan het imago van de branche en de gemeente. De media zal worden gevraagd aandacht te besteden aan (de ondertekening van) het convenant.
13
3
Handhavingsmiddelen
Handhaving kan worden onderscheiden in strafrechtelijke- en bestuursrechtelijke handhaving. Strafrechtelijke handhaving geschiedt door algemene (de politie) en buitengewone opsporingsambtenaren (BOA’s). De artikelen 20, lid 5 en 6, 21 en 45 van de Drank- en Horecawet kunnen alleen strafrechtelijk worden afgedaan. Er wordt een proces-verbaal opgemaakt als er een overtreding van deze artikelen wordt geconstateerd. Het openbaar ministerie bepaalt de hoogte van de boete. De bevoegdheid tot het toepassen van bestuursdwang is opgenomen in artikel 125 van de Gemeentewet in samenhang met de artikelen 5:21 e.v. van de Awb. Het college is het orgaan bij wie de bevoegdheid berust, tenzij het regels betreft ten aanzien waarvan de uitvoering bij de burgemeester is neergelegd. In dat geval is de burgemeester het bevoegde orgaan. Het tot bestuursdwang bevoegde orgaan kan in plaats daarvan besluiten de overtreder een last onder dwangsom op te leggen (artikel 5:32 Awb). Voorbeelden van bestuursrechtelijke handhaving zijn:
(tijdelijk) intrekken van een vergunning/ontheffing; (tijdelijk) sluiten van een horeca-inrichting; opleggen van een vervroegd sluitingstijdstip; toepassen van last onder bestuursdwang of het opleggen van een last onder dwangsom.
In alle gevallen waarbij het gaat om de feitelijke handhaving van de openbare orde is de burgemeester bevoegd (artikel 127 Gemeentewet). Daarnaast is de burgemeester met het oog op de bescherming van de veiligheid en de gezondheid van de burger belast met het toezicht op openbare samenkomsten en voor het publiek openstaande gebouwen, waaronder horecabedrijven (artikel 174 Gemeentewet). Binnen dit stelsel berust de bevoegdheid tot toepassing van last onder bestuursdwang ten aanzien van de Drank- en Horecawet en Exploitatievergunningen bij de burgemeester, behoudens toepassing van artikel 2:33 van de APV. Vele overtredingen zoals vermeld in de Drank- en Horecawet kunnen bestuurlijk worden beboet. Op basis van artikel 44a van de Drank- en Horecawet is de burgemeester bevoegd om voor de daarin genoemde overtredingen een bestuurlijke boete op te leggen. Een bestuurlijke boete is een bestraffende sanctie, inhoudende een onvoorwaardelijke verplichting tot betaling van een geldsom. De hoogte van deze geldsom is opgenomen in de bijlage behorende bij het Besluit Bestuurlijke boete Dranken Horecawet. Het opmaken van een bestuurlijke boete op basis van de Drank- en Horecawet wordt gedaan door een door de burgemeester aangewezen toezichthouder. De bestuurlijke boete is onderdeel van de handhaving in het bestuursrecht.
4
Sanctiestrategie
Als wordt vastgesteld dat niet aan regels wordt voldaan moet hier tegen worden opgetreden. Het ongemotiveerd nalaten van optreden tast de geloofwaardigheid en integriteit van de gemeente aan. Bovendien kan niet consequent optreden leiden tot willekeur, waarbij het rechtsgevoel in het geding kan komen. Consequent optreden betekent in dit kader het aanpakken van overtredingen van gelijke orde op één en dezelfde manier. Daarnaast is ook de opstelling van de gemeente (toezichthouders/handhavers) bij het toezicht op de naleving van regels van belang. Dit moet gemeentebreed op dezelfde manier te gebeuren. Er moet door de handhavers “in het veld” zoveel als mogelijk eenduidig naar buiten worden getreden. In het Beleidsplan Handhaving wordt een algemeen te hanteren handhavingstrategie (handhavingsstappen) beschreven die toegepast wordt bij de constatering van een overtreding. Dit is een soort basisstrategie. Afwijking van deze strategie is, afhankelijk 14
van de zaak en de omstandigheden mogelijk. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen “gewone” overtredingen, overtredingen van zwaardere aard en overtredingen die direct optreden vereisen. Deze sanctiestrategie geldt voor ieder beleidsveld in de “fysieke omgeving”, zo ook voor de regelgeving voor de horeca. Voor de toepassing van het sanctiebeleid wordt verwezen naar het Beleidsplan Handhaving. Op een paar punten wordt afgeweken van het algemene handhavingsbeleid. 1. Bij het in werking zijn zonder daarvoor benodigde Exploitatievergunning (art. 2:28 APV) en/of Drank- en Horecavergunning (art.3 Drank- en Horecawet) zal worden overgegaan tot sluiting van de horeca-inrichting, het verwijderen van alcoholhoudende dranken uit de inrichting en/of afsluiten en verzegelen tapinstallatie (het toepassen van last onder bestuursdwang). 2. Bij het moedwillig verstrekken van onjuiste of onvolledige informatie bij de aanvraag voor een vergunning (art. 31, lid 1, aanhef onder a Drank- en Horecawet). In die situatie ontstaat een verplichte intrekkingsgrond. 3. Bij schijnbeheer/schijnconstructie (stroman-constructie). In dit geval wordt regelmatig gecontroleerd of er tijdens de openingstijden daadwerkelijk een opgegeven leidinggevende aanwezig is (art. 24, lid 1 Drank- en Horecawet). Mocht dat meerdere malen niet het geval zijn dan kan dit leiden tot intrekking van de vergunning (art. 31, lid 2 Drank- en Horecawet). Indien op voorhand redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat de feitelijke toestand niet met het in de aanvrage vermelde in overeenstemming zal zijn, moet de vergunning worden geweigerd (art. 27, lid 1 aanhef onder b Drank- en Horecawet). De sanctiestrategie voor deze overtredingen ziet er als volgt uit: Handelen zonder de daartoe benodigde vergunning(en) Overtreder
Toezichthouders/Buitenge wone Opsporingsambtenaren gemeente
Officier van Justitie
1e constatering: mondelinge waarschuwing
Vanaf tien dagen na waarschuwingsbrief met legalisatieverzoek
2e constatering: proces verbaal (laten) opmaken en rapportage aan bestuur
Zienswijzen binnen twee weken
Afhankelijk van de zienswijzen rapportage aan bestuur
Burgemeester en/of het college van burgemeester en wethouders Schriftelijke waarschuwing met verzoek tot indiening legalisatie-aanvraag binnen tien werkdagen (aanvraagformulier(e n) meezenden)
Eventueel opsporing of vervolgin g laten instellen
Aanzeggen tot toepassing van bestuursdwang met mogelijkheid tot indienen zienswijzen Toepassen van last onder bestuursdwang
Toepassen last onder bestuursdwang bestaat uit: 15
handelen zonder Exploitatievergunning: sluiting handelen zonder Drank- en Horecavergunning: verwijdering alcoholhoudende dranken uit de inrichting en/of afsluiten en verzegelen tapinstallatie
16
Onjuiste of onvolledige gegevensverstrekking en/of schijnbeheer
Overtreder
Toezichthouders/Buitengewon e Opsporingsambtenaren
Officier van Justitie
gemeente
1e constatering: mondelinge waarschuwing
Vanaf tien dagen na waarschuwingsbrie f met verzoek om herstel of legalisatieaanvraag
2e constatering: proces verbaal (laten) opmaken en rapportage aan bestuur
Zienswijzen binnen twee weken
Afhankelijk van de zienswijzen rapportage aan bestuur
Burgemeester en/of het college van burgemeester en wethouders Schriftelijke waarschuwing met verzoek feitelijke toestand in overstemming te brengen met verleende vergunning(en) of tot indiening legalisatieaanvraag binnen tien werkdagen (aanvraagformulie r meezenden)
Eventueel opsporing of vervolgin g laten instellen
Aanzeggen tot intrekken van de vergunning(en) met mogelijkheid tot indienen zienswijzen Intrekken vergunning(en)
Bij intrekking van:
-
een Exploitatievergunning: sluiting (evt. tijdelijk)
-
Drank- en Horecavergunning: verwijdering alcoholhoudende dranken uit de inrichting en/of afsluiten en verzegelen tapinstallatie (evt. tijdelijk)
Kernbepalingen Niet elke overtreding telt even zwaar. Om enig onderscheid te maken tussen zware en minder zware overtredingen is het begrip “kernbepaling” in het leven geroepen. Onder kernbepaling wordt verstaan: “Bepaling die de kern vormt van de bescherming van de belangen waartoe een regeling of vergunning strekt.” Tegen een overtreding van een kernbepaling wordt strenger opgetreden.
17
Kernbepalingen zijn niet statisch. Jaarlijks wordt in het handhavingsprogramma beoordeeld of kernbepalingen vervallen of moeten worden toegevoegd. Binnen het beleidsterrein horeca worden de volgende overtredingen aangemerkt als kernbepaling: -
voorschriften voor sociale hygiëne
-
het schenken van alcoholhoudende drank aan < 18 jarigen
-
het aanwezig zijn van een leidinggevende
-
het houden van feesten van persoonlijke aard
-
schenktijden
-
het schenken van sterke drank
Voor de overige overtredingen geldt de basisstrategie, of indien van toepassing de strategie voor direct optreden. Gedogen In het Beleidsplan Handhaving is ook omschreven wanneer niet wordt opgetreden als wel een overtreding wordt geconstateerd (gedogen). Zie hiervoor paragraaf 3.4.
18