WWW
.PASTORERIK.NL
Preek Thema Wat is onze boodschap? Nieuw leven door Jezus’ opstanding (preek 10)
Inhoud • Preek • Liturgie / luisterwijzer • Kinderluisterwijzer • Beelden van de Powerpoint-presentatie
Voorwaarden Dit materiaal valt onder een Creative Commons-licentie. Dat betekent dat je deze preek en bijbehorende materialen vrij mag gebruiken, onder de volgende voorwaarden: • • • •
Naamsvermelding is verplicht; Uitsluitend voor niet-commercieel gebruik; Het is niet toegestaan afgeleide werken te maken van deze preek en de bijbehorende materialen en die te verspreiden; Ik stel het op prijs als je het mij laat weten wanneer je dit materiaal gebruikt. Een email naar
[email protected] is voldoende.
Ga voor meer informatie naar www.creativecommons.nl.
Wat is onze boodschap? Preek 10 Nieuw leven door Jezus’ opstanding - Inleiding: Achterop je liturgie vind je een samenvatting van 5 preken over zonde. We hebben er inmiddels 4x over nagedacht, vanmorgen de 5e preek. De laatste preek over zonde gaat over nieuw leven. Jij en ik krijgen nieuw leven door de opstanding van Jezus uit de dood. Dat schrijft Paulus bijvoorbeeld. - Bijbellezing: Galaten 2:15-21 (centrale tekst: vs20) - Thema: Nieuw leven door Jezus’ opstanding 1. Mét Christus ben ik gekruisigd... Paulus neemt ons mee naar een heuvel in Israël. Die heuvel heet Golgota. Golgota betekent: schedelplaats. Op de top ervan liggen schedels. Dode mensenhoofden zonder huid, zonder ogen of oren, zonder leven. Droog en dor. Niet leuk om naar te kijken... En op Golgota staat een houten kruis, waar een man aan hangt. Paulus wijst ons erop en zegt: ‘Kijk, zie hem hangen, Jezus! En... zie je mij ook hangen, Paulus?! Mét Christus ben ik gekruisigd!’ Paulus zet de gekruisigde Jezus van 2000 jaar geleden en van 1000-en kilometers ver weg, in óns leven neer, hier en nu. Golgota is dichterbij dan we denken, zowel in plaats als in tijd, want ‘mét Christus ben ik gekruisigd...’. Daar maak ik drie opmerkingen over. a. Als mijn hoofd in de trein naar Utrecht zit, zit mijn hele lichaam in die trein. Ik kan mijn hoofd en lichaam niet uit elkaar halen. Dat kán ik natuurlijk wel, maar dan komt er van mijn treinreis niets terecht... Ik kan niet mijn lichaam in Rotterdam achterlaten, terwijl mijn hoofd naar Utrecht reist. Wat met mijn hoofd gebeurt, gebeurt met mijn lichaam. Die twee zijn onafscheidelijk. Gelukkig maar! Volgens de Bijbel is dat met Jezus Christus en iemand die in Jezus gelooft precies zo. Wie in Jezus Christus gelooft als Verlosser en Heer is zó nauw met hem verbonden, als het Hoofd (en dat is Christus) met het lichaam (en daar horen wij dan bij). Voor deze intieme verbinding gebruikt de Bijbel de uitdrukking ‘ín Christus’. Wij zijn door het geloof ín Christus. Wat met hem gebeurde, gebeurde met ons. Toen Jezus op Goede Vrijdag gekruisigd werd, werden wij gekruisigd. Toen Hij op paaszondag van dood weer levend werd, stonden wij weer op uit de doden. Het is dus door de uitdrukking ‘in Christus’ dat Golgota zo dichtbij komt. Jezus’ kruisiging mogen we niet opsluiten in een ver verleden, in het jaar 33 of zo, 2000 jaar geleden. We mogen ‘t ook niet opsluiten in een ver land, Israël, 1000-en kilometers van Nederland vandaan. 1
Als je in Jezus Christus gelooft, maakt zijn kruisiging deel uit van jóuw en míjn levensgeschiedenis. In welk jaar ben jij geboren? En in welke plaats? Ok, .... is in .... geboren in...... Door jouw geloof in Christus staat het kruis op Golgotha uit het jaar 33 in jóuw leven: ‘mét Christus ben jij gekruisigd’. b. Dat woordje ‘in’ gebruikt de Bijbel op dezelfde manier, maar in verband met een andere persoon, namelijk Adam. Paulus schrijft dat alle mensen ‘in Adam’ gezondigd hebben (Rom5:12). Volgens de Bijbel was de mensheid, waren wij dus ook, ‘ín Adam’. Ook in dit geval kun je denken aan een menselijk lichaam. Adam was het hoofd van de mensheid en alle mensen die uit hem zijn voortgekomen zijn met elkaar en ook met hem organisch verbonden. Zijn geschiedenis is onze geschiedenis. Wat met Adam gebeurde, gebeurde met ons. Dat klinkt des te gekker omdat wij in een individualistische maatschappij leven. Mensen hangen als los zand aan elkaar. Iedereen moet maar doen wat ie zelf goed vindt, het is ons prima, zolang wij er maar geen last van hebben. ‘Het is zijn eigen leven hoor! Moet ie zelf maar weten!’ Dat we volgens de Bijbel allemaal ‘in Adam’ waren en dus niet alleen, let op!, niet alleen verantwoordelijk gehouden worden voor zíjn zonde, maar ook zélf gezondigd hebben, namelijk ‘in’ hem, dat kan ons zomaar te gortig worden. Goed, de gebeurtenissen dus van nog langer geleden en nog verder van Nederland vandaan, namelijk de zondeval in de hof van Eden, mogen we dus ook niet opsluiten in een verre geschiedenis en in Irak, waar de hof van Eden ongeveer gelegen moet hebben. De uitdrukking ‘in Adam’ haalt ook dat verre gebeuren heel dichtbij huis. Jij bent in ... in .... geboren, maar door mijn geboorte ligt de hof van Eden uit het jaar weet-ik-veel-wanneer, in Irak, het ligt in jóuw leven. c. Of ‘t nu dus gaat om de laatste Adam (dat is: Jezus Christus, zo wordt Hij genoemd, hé, ‘de láátste Adam) of dat ‘t gaat om de éérste Adam (de man van Eva), de Bijbel gebruikt in beide situaties het woordje ‘in’. Er is wel een verschil, ik zei ‘t net eigenlijk al. ‘In Adam’ is een natuurlijk gegeven. Iéder mens is van nature ‘in’Adam. Dat wil zeggen: geen mens is in staat om voor 100% van God te houden noch van de naaste. Dat was Gods doel met de mensheid. God in de hemel wilde op aarde met mensen samenleven die zijn afbeeldingen waren: 100% pure, gave liefde, voor hem en voor elkaar. Kronen op zijn schepping, kinderen van de Koning. De zonde van Adam en Eva, ónze zonde dus!, zorgde ervoor dat de mensheid dat doel voortaan zou missen. Geen mens zou meer mens kunnen zijn naar Gods bedoeling. Dat is een natuurlijk gegeven, waarmee de hele mensheid ‘in’ de eerste Adam te maken heeft. ‘In’ Adam wordt ieder mens geboren. Alleen nu bestaat ook de mogelijkheid om met Chrístus verbonden te worden. Heel nauw, namelijk ‘ín Christus’, ín de laatste Adam. Die verbintenis komt niet van nature tot stand, door onze geboorte, maar door in Jezus Christus te geloven. Van natúre bén ik ‘in’ Adam. Door te gelóven kóm ik ‘in’ Christus. 2
Daar zeg ik meer over in punt 2. Chrístus leeft in mij... Op Goede Vrijdag werd ik met Jezus gekruisigd. Op Pasen stond ik met Jezus op uit de doden en werd weer levend. Goede Vrijdag/Pasen betekent: ík in Christus. Punt 2 van de preek gaat over Pinksteren. Pinksteren betekent: Chrístus in mij. Deze twee uitdrukkingen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Ík in Christus en Chrístus in mij zijn 2 kanten van dezelfde medaille. De medaille van onze bevrijding! Nu dus: Chrístus leeft ín mij! Wat wil dat zeggen? a. Paulus denkt vooral aan zijn oude leven als zelfingenomen Farizeeër. Daar komt ie telkens weer op terug. Paulus was een Farizeeër, een geleerde Jood die heel veel wist van de Bijbel en God de HEER ook hartelijk liefhad. Alleen dacht hij net als z’n collega-farizeeën, zichzelf te kunnen rechtvaardigen. Goed en rechtvaardig te zijn voor God, waarom? Omdat ie zelf helemaal volgens Gods wetten en voorschriften leefde. Toen ontmoette Paulus Jezus. Onderweg naar Damascus werd hij verblind door een hemels licht en hoorde een stem: ‘Ik ben Jezus die jij vervolgt.’ Toen had Paulus zich neergebogen voor Jezus Christus en was zijn oude leven gekruisigd. Paulus had zich vernederd en begrepen dat alles wat ie bezat en alles wat ie was, dat ie dat was en bezat ín Christus. ‘Níemand wordt rechtvaardig voor God door de wet na te leven’, schrijft hij aan de christenen in Galatië. Je oude leven kán gekruisigd worden. Móet gekruisigd worden. Concreet wil dat dit zeggen: jaloezie en boosheid, hoogmoed en gevoelens van minderwaardigheid, ontrouw en onreinheid, desinteresse en slapheid: we mógen ze bij Christus brengen, we móeten ’t bij Christus brengen. Ook door ónze handen moeten spijkers geslagen worden. Hoe moeilijk dat misschien ook is en het ís moeilijk! Jezelf tot de dood veroordelen. Erkennen dat er een norm is, 100% houden van God en je naaste, en dat jij vanuit jezelf daar niet aan kunt beantwoorden. Dat je dat niet kúnt en ook niet wílt, want altijd speelt je eigenliefde en eigenbelang er doorheen. Jij en ik moeten tegen Jezus zeggen: ‘Jezus, u bent aan mij doodgegaan. Mijn ego, mijn egoïsme, mijn ego-tripperij, ik was de dood voor u!’ b. Alleen via het kruis kan nieuw leven beginnen. En begínt ook het nieuwe leven. Paulus schrijft: ik leef nog wel, ja en eigenlijk toch ook niet: Chrístus leeft in mij. Het, laat ik zeggen: het levensbeginsel van een mens die zich tot Christus bekeert, is Christus zelf. 3
Christus leefde helemaal naar Gods bedoeling. Hij was nooit van God los, deed geen zonde en kende geen zonde, Hij schoot Gods doel nooit voorbij, maar hield van God en de naaste met 100% pure, gave liefde. Het is déze Christus, in wie Paulus stierf en opstond, het is déze Christus die ín Paulus kwam wonen via de heilige Geest. Dat wil niet zeggen dat Paulus in niets tekortschoot. Aan de christenen in Filippi schrijft hij: ‘Jullie moeten niet denken dat ik al volmaakt ben.’ Paulus leeft nog in gebrokenheid en verdriet. Heeft met aanvechtingen te maken en ziekte. Hij valt ook nog in zonden. Hij lééft er niet in, maar vált er wel in: hoewel je niet wílt zondigen, doe je het toch. ‘Als je let op mijn manier van christen-zijn... Ik praat maar heel moeizaam over mijn leven met God. Bidden gaat ook heel mondjesmaat, zeker als er anderen bij zijn. Ik ben soms nog zo boos of jaloers. Ik voel me veel beter dan m’n vrienden of juist veel minder.’ Die gevoelens kende Paulus ook! En hij schrijft in vs 20 ook wat ie eraan doet: ‘Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven.’ Als Paulus zich dus tekort voelt schieten, wat doet hij dan? Hij klampt zich in geloof dan juist extra vast aan Jezus Christus! Ja, let op, hij noemt hem ineens, en dat is heel opvallend: de Zoon van God. In het hele stukje noemt hij hem Christus of Christus Jezus, en nu ineens: de Zoon van God. ‘De Zoon van de liefde van de Vader’, noemt Paulus hem ook wel, ‘de Zoon van de liefde van de Vader (Kol1:13). Zoals God de Vader van zijn Zoon houdt, houdt God de Zoon van ons. En niet alleen ‘zoals’, ook: met evenveel liefde! Met evenveel liefde, puur en gaaf, als de Vader van zijn Zoon houdt, houdt die Zoon van ons. Via Jezus de Zoon stroomt de liefde van de Vader door in ons. Daar klampt Paulus zich aan vast. c. Heb ik al wel eens verteld van Augustinus? Augustinus is een zogenaamde kerkvader. In de 4e eeuw na Christus heeft hij heel veel betekend voor de christelijke kerk. Veel bijbelse onderwerpen goed overdacht en uitgelegd enzo. Augustinus is niet z’n hele leven kerkvader geweest. Vóór z’n bekering was hij o.m. hoerenloper. Vooral op seksueel gebied leefde hij als een beest. Nadat hij Jezus had leren kennen als Heer en Verlosser, kwam Augustinus op straat één van z’n vroegere liefjes tegen. Ze riep hem: ‘Augustinus! Augustinus! Ik ben het!’ Weet je wat Augustinus zei? Hij zei: ‘Ik zie ‘t, maar ik ben het niet meer!’ 3. Ik?!... Mij?!... a. Goed, Paulus, Augustinus, punt 3 van de preek gaat over jou en mij. Want ons is misschien wel opgevallen dat Paulus heel persoonlijk schrijft. Vaak praten wij in het meervoud: Jezus is voor óns gestorven, Paulus richt wat Jezus deed helemaal op zichzelf. 4
Zullen we de centrale tekst eens samen hardop lezen? Laten we dan woordjes als ‘ik’ en ‘mij(n)’ extra beklemtonen. Akkoord? (lezen) Wat komt ’t dan dichtbij, hé?! Jezus hield tijdens zijn leven en sterven van mij. Hij gaf zich over aan onrechtvaardige vonnissen, aan geseling en bespotting, aan een doornenkroon en de God-verlatenheid, omwille van mij persoonlijk. Zelfs als ík de enige zondaar op aarde geweest was, zou Gods Zoon mij hebben liefgehad en zich voor mij hebben overgegeven. Hij zou nooit gezegd hebben, zelfs niet gedacht: ‘Ja, hoor es, voor één mens, dat is me teveel moeite, hoor!’ Deze Zoon van God, die dit vóór mij gedaan heeft, Hij wil ín mij wonen door de Heilige Geest! Als dát geen mooi nieuw leven wordt! We kijken naar wat er gebeurt: http://www.youtube.com/watch?v=Lv1xkcTCfjY b. Mooi nieuw leven! Het kan alleen via het kruis op Golgota beginnen... Je oude leven móet gekruisigd worden. Concreet wil dat dit zeggen: jaloezie en boosheid, hoogmoed en gevoelens van minderwaardigheid, ontrouw en onreinheid, desinteresse en slapheid: we mógen ze bij Christus brengen, we móeten ’t bij Christus brengen. Ook door ónze handen moeten spijkers geslagen worden. Hoe moeilijk dat misschien ook is, we gaan het vanmorgen wel doen. Als inleiding zingen we: Opwekking 373, Voor de allerhoogste Heer knielen wij in ootmoed neer voor uw troon, uw hoog verheven troon. Jij en ik moeten tegen Jezus zeggen: ‘Jezus, u bent aan mij doodgegaan. Mijn ego, mijn egoïsme, mijn ego-tripperij, ik was de dood voor u!’ Zingen Opwekking 373 Dankzegging en voorbede
Zingen Opwekking 308
5
Welkom op zondag 15 mei 2011 De Bethelkerk wil een gemeenschap zijn van mensen, die zich door God geroepen weten. Een gemeenschap waar mensen Jezus Christus kunnen vinden, Hem leren volgen en leren verkondigen. Tot eer van God!
• Welkom en mededelingen • Intochtslied 70:1 (A.F.Troost, melodie psalm 84) - We belijden onze afhankelijkheid van God en horen Zijn groet - Antwoordlied 70:2 en 3 • Gezamenlijke lezing van Johannes 15:4-8 Gebed om Gods zegen - Zingen Gezang 78 (de kinderen van groep 1 t/m 5 gaan naar de bijbelklas) •
Dienst van Gods Woord - Inleiding Vijf preken over zonde - Bijbellezing Galaten 2:15-21 (centrale tekst: vs 20) - Nieuw leven door Jezus’ opstanding (uitleg van Gods woorden) 1. Mét Christus ben ik gekruisigd... a. Wat met mijn hoofd gebeurt, gebeurt met mijn lichaam. Gelukkig maar! b. ‘In Christus’: wat met hem (het Hoofd) gebeurde, gebeurde met ons (zijn lichaam). c. ‘In Adam’: wat met Adam (hoofd van de mensheid) gebeurde, gebeurde met ons (leden van de mensheid). d. Van natúre bén ik ‘in’ (de eerste) Adam. Door te gelóven kóm ik ‘in’ (de laatste Adam) Christus. 2. Chrístus leeft in mij... De medaille van onze bevrijding: Goede Vrijdag/Pasen = Ik in Christus
Pinksteren = Christus in mij
a. Je oude leven móet gekruisigd worden. Ook door ónze handen moeten
spijkers geslagen worden. b. Het levensbeginsel van een mens die zich tot Christus bekeert, is Christus zelf. Paulus klampt zich vast aan de Zoon van God, ‘de Zoon van de liefde van de Vader’ (Kol1:13). c. Augustinus: ‘Ik zie ‘t, maar ik ben het niet meer!’ 3. Ik?!... Mij?!... a. Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven. Betoverend mooie transformatie! http://www.youtube.com/watch?v=Lv1xkcTCfjY b. Zingen Opwekking 373 - Gezamenlijke en persoonlijke gebeden: ‘Jezus, u bent aan mij doodgegaan. Mijn ego, mijn egoïsme, mijn egotripperij, ik was de dood voor u!’ afgesloten met het Onze Vader en zingen Opwekking 373 Dankzegging en voorbede - Zingen Opwekking 308 (de kinderen komen terug)
• Moment met de kinderen: we horen hun verhaal en zingen hun lied • Dienst van de offers: collecte voor de stichting HiP - Lofoffers: Opwekking 237 - Psalm 98:1 en 4 - Opwekking 511 • We ontvangen Gods zegen, die we be-amen. •
• •
INFORMATIE Persoonlijk gebed na de dienst Er is gelegenheid voor kort gesprek en gebed na de dienst. Onder de gaanderij is hier een plekje voor gemaakt. CD: opnames van de diensten zijn verkrijgbaar bij de geluidstafel. Preekmateriaal is te vinden op: www.herbergonderweg.nl en www.pastorerik.nl.
ABC’tje bij Nieuw leven door Jezus’ opstanding Groeien in geloof, Dick van Keulen, blz.52-59 Activiteiten - Ga vandaag naar een begraafplaats en loop zo’n 10 minuten tussen de graven door. Lees je iets over ‘opstanding’ en/of ‘nieuw leven’? - Hoe ging Jezus’ kruising in z’n werk? Bekijk de uitleg op: http://www.youtube.com/watch?v=yR0i4CVxdzw. Schrijf op wat je denkt en voelt. - Koop vandaag een tros druiven. Bekijk thuis aandachtig hoe de ranken en druiven met elkaar verbonden zijn. Vraag God of Hij zo’n verbinding tussen jou en Jezus wil leggen (of: verstevigen). - Eet vandaag met smaak van je gekochte druiven. - Je hebt 5 preken over zonde gehoord. Herinner je je de 4 thema’s? Kun je kort zeggen waar de preken over gingen? - Bijbeltekst om te onthouden: ‘Zo moet u ook uzelf zien: dood voor de zonde, maar in Christus Jezus levend voor God.’ (Romeinen 6:11) Bezinning - In Romeinen 5:12-21 worden Adam en Jezus Christus met elkaar vergeleken. Lees deze vergelijking aandachtig door. Zijn er dingen die je in het bijzonder opvallen? Denk daar goed over na (en/of praat erover met je partner of in je kring). - In de preek worden de volgende zonden genoemd: jaloezie, boosheid, hoogmoed, gevoelens van minderwaardigheid, ontrouw, onreinheid, desinteresse, slapheid. Van welke van deze zonden heb jij het meeste last? Of staat ‘jouw’ zonde er niet bij? - Vul je eigen geboortejaar en -plaats in: Ik ben in .... in ....... geboren, maar door mijn geloof in Christus staat, hoe wonderlijk dat ook klinkt, het kruis op Golgotha uit het jaar 33 in míjn leven: ‘mét Chrístus ben ík gekruisigd’. Vind je dit vooral dwaas of vooral ergerlijk? Waarom? - Op welke manier komt de kracht van het opstandingsleven in ons terecht, volgens jou? Kun je concrete voorbeelden uit je eigen leven noemen? - In de preek staat deze zin: “Zelfs als ík de enige zondaar op aarde geweest was, zou Gods Zoon míj hebben liefgehad en zich voor míj hebben overgegeven.” Ben je het hiermee eens? Waarom (niet)? Communicatie - Efeze 2:1-10 Dank God voor alles wat ‘met/in Christus’ met ons gebeurd is.
- Matteüs 27:32-54 - Matteüs 28:1-10 - Johannes 15:1-8 - Kolossenzen 1:1-14
Dank God voor jouw kruisiging. Dank God voor jouw opstanding. Vraag God of je veel vrucht mag dragen. Prijs God om alles wat Hij ook in jouw leven wil doen! Vijf preken over zonde
Preek 07 De kracht van de zonde Is zonde een optelsom: verkeerde daden + verkeerde woorden + verkeerde gedachten, en dat in deze volgorde (erg - minder erg - minst erg)? Het is veel erger dan je denkt! In de Bijbel is ‘zonde’ niet vooral een ethisch begrip, maar een relatie-begrip. Als de mens gegeten heeft van de door God verboden boom, roept God niet: ‘Mens, wat heb je gedáán?’, noch: ‘Wat heb je gezégd of gedácht?’, maar: ‘Mens, waar bén je?!’ ‘Zonde’ heeft dus niet vooral te maken met wát we dóen, maar met wíe we zíjn: we zijn van God los! Wantrouwen brak de relatie tussen mensen en God stuk en leidde tot begeerte en hoogmoed: egoïsme. Om het probleem van de zonde aan te pakken zetten Vader, Zoon en Geest zich in volle omvang in (Ef1:3-14). Preek 07a Van het donker naar het licht! Wat sterk is de zonde! Niet zomaar een discipel, uitgerekend Petrus, de rotsman, kanjer en kei. Hij liep op de golven, ging aanvallers te lijf, zelfs soldaten met stokken en zwaarden in de tuin van Getsemané. Hoe kwam hij ertoe Jezus drie keer te verloochenen? Dat blijft een moeilijke vraag. Maar blijkbaar kán dat. Overlopen van geloofsenthousiasme en toch, als ’t erop aankomt, Jezus verloochenen. Tot drie keer toe. Blijkbaar kan dat! Daar zou je toch somber van worden! Wie garandeert me dat ík wel blijf geloven?! Toch gloort ook al licht! Lucas schrijft in zijn Evangelie dat als de haan kraait, de Heer zich omdraait en Petrus aankijkt (22:61). Preek 08 De kracht van het licht Toen de mens(heid) opstond tegen God ging het licht uit in de wereld en in de mens. Toch bleven Gods beloften als lichtstralen schijnen: eens zou Hij tegen de duisternis het Licht inzetten! De vorst van de duisternis slaagde er niet in het (komende) Licht te overmeesteren: Jezus verscheen als het Licht voor de wereld. Zelfs de dood kon dat Licht niet doven! Wie in Jezus gelooft en hem gehoorzaamt, wandelt nooit meer in het donker en verandert zelf in licht, waardoor God leven wil geven aan een dode wereld. Preek 09 Jezus, Verlosser en Heer Wij kunnen waarschijnlijk beter uit de voeten met Jezus als Verlosser (van zonde en schuld, pijn, verdriet en de dood) dan met Jezus als Heer (Eigenaar). Waarom? Omdat wij schúldig zijn aan zijn dood en Hij ons pérfecte voorbeeld is. Toch is het belangrijkste dat wij ons (dagelijks) 180 graden omkeren naar hem en laten dopen. Want wij zijn dan Jezus’ bezit. Hij wil ons vooral beheer-sen: vullen en oriënteren, leiden en kracht geven, beschermen en laten groeien, door de heilige Geest die in ons woont en dan ook onze zonden vergeven. Jezus is voor ons gestorven, maar dat is slechts de ene helft van het verhaal. De andere (en belangrijkste) helft is dat Hij in ons wil wonen en door ons wil werken in de wereld.
Inleiding
5 preken over zonde
Bijbellezing
Galaten 2:15-21 (vs 20!)
Thema
Nieuw leven door Jezus’ opstanding
Nieuw leven door Jezus' opstanding
1
1. Mét Christus ben ik gekruisigd...
Nieuw leven door Jezus' opstanding
2
a. Wat met mijn hoofd gebeurt, gebeurt met mijn lichaam Gelukkig maar! Nieuw leven door Jezus' opstanding
3
b. ‘In Christus’: wat met hem (het Hoofd)
gebeurde, gebeurde met ons (zijn lichaam). c. ‘In Adam’: wat met Adam (hoofd van de mensheid) gebeurde, gebeurde met ons (leden van de mensheid). d. Van natúre bén ik ‘in’ (de eerste) Adam. Door te gelóven kóm ik ‘in’ (de laatste Adam) Christus. Nieuw leven door Jezus' opstanding
4
2. Chrístus leeft in mij...
Nieuw leven door Jezus' opstanding
Ik in Christus = Goede Vrijdag/Pasen Christus in mij = Pinksteren
Nieuw leven door Jezus' opstanding
5
B E V R IJ D I N G ! 6
a. Je oude leven móet gekruisigd worden. Ook door ónze handen moeten spijkers geslagen worden. b. Het levensbeginsel van een mens die zich tot Christus bekeert, is Christus zelf. Paulus klampt zich vast aan de Zoon van God, ‘de Zoon van de liefde van de Vader’ (Kol1:13). Nieuw leven door Jezus' opstanding
7
Augustinus (354-430)
‘Ik zie ‘t, maar ik ben het niet meer!’
Nieuw leven door Jezus' opstanding
8
3. Ik?!... Mij?!...
Nieuw leven door Jezus' opstanding
9
Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven. Nieuw leven door Jezus' opstanding
10
Betoverend mooie transformatie http://www.youtube.com/watch?v=Lv1xkcTCfjY
Nieuw leven door Jezus' opstanding
11
Opwekking 373 Voor de allerhoogste Heer knielen wij in ootmoed neer voor uw troon, uw hoog verheven troon. Heel ons wezen, ons verstand geven wij nu in uw hand. Maak ons met U verweven tot één volmaakt patroon, om het evenbeeld te worden van uw Zoon. Nieuw leven door Jezus' opstanding
12
‘Jezus, u bent aan mij doodgegaan. Mijn ego, mijn egoïsme, mijn egotripperij, ik was de dood voor u!’
Nieuw leven door Jezus' opstanding
13
Opwekking 373 Voor de allerhoogste Heer knielen wij in ootmoed neer voor uw troon, uw hoog verheven troon. Heel ons wezen, ons verstand geven wij nu in uw hand. Maak ons met U verweven tot één volmaakt patroon, om het evenbeeld te worden van uw Zoon. Nieuw leven door Jezus' opstanding
14
Nieuw leven door Jezus' opstanding
15