Postbus 84 3430 AB Nieuwegein Bezoekersadres: Dukatenburg 99 3437 AB Nieuwegein Tel. 030-‐6032845
Werkplan Doorstart 2014-‐2015
Algemeen
In de reboundvoorziening “Doorstart” worden maximaal 16 jongeren uit het voortgezet onderwijs begeleid om nieuwe vaardigheden op te doen en reeds verworven vaardigheden effectiever in te zetten. Het doel is te zorgen dat elke jongere zich na zijn tijd op Doorstart beter kan handhaven in het onderwijsleerproces van de school van herkomst. Op Doorstart wordt met de leerling gewerkt aan de terugkeer naar de school van herkomst. Wanneer dit niet mogelijk blijkt te zijn, wordt in samenwerking met de school van herkomst gezocht naar een beter passende onderwijsplek voor de leerling binnen het reguliere onderwijs of binnen het VSO. De aanpak van Doorstart is gericht op didactische en pedagogische doelen, zowel op de korte als de lange termijn. Gedurende de tijd op Doorstart blijft een leerling ingeschreven staan op zijn/haar school van herkomst. Daarbij blijft de school van herkomst te allen tijde verantwoordelijk voor de leerling die op Doorstart is geplaatst. Didactische aanpak Leerlingen werken individueel met de leerboeken, werkboeken, toetsen en overige leermiddelen van de school van herkomst. Het onderwijsprogramma is de kapstok van de plaatsing op Doorstart. De leerstof en de omgang daarmee geeft structuur aan het dagprogramma. De didactische doelen die op Doorstart voor en met de leerling worden gesteld, zijn doorgaans gericht op het voortzetten van het schoolprogramma middels het volgen van de studiewijzers en lesplanners die door de school van herkomst worden aangeleverd. Middels de door de mentor goedgekeurde weekplanning leert de jongere zich te focussen en worden planningsvaardigheden aangeleerd of vergroot. De weekplanning dient tevens om de voortgang van het te doorlopen schoolprogramma, van zowel de werkopdrachten als de toetsen, overzichtelijk te houden. Wanneer een leerling een vraag over de leerstof of over een opdracht heeft waarop de mentor op Doorstart geen antwoord heeft, kan de leerling zijn/haar vragen stellen aan een docent van de school van herkomst. Dit gebeurt meestal per e-‐mail, maar kan ook telefonisch. De contactpersoon van de school van herkomst wordt hiervan op de hoogte gesteld. De vorderingen en resultaten worden waar mogelijk door de mentor bijgehouden en besproken met de leerling. Daarnaast houdt de mentor de gedragswetenschapper op de hoogte van de didactische vorderingen van de leerling. De studievaardigheden van de leerlingen worden in kaart gebracht en aan de hand daarvan worden doelen voor de leerling gesteld om nieuwe studievaardigheden aan te leren en al bestaande studievaardigheden te verbeteren. Pedagogische aanpak Op Doorstart staat het bieden van een veilige en gestructureerde leeromgeving, waarin heldere afspraken en regels zijn en nageleefd worden, centraal. Uitgangspunt van Doorstart is om leerlingen op een positieve manier te benaderen. Dagelijks wordt aandacht besteed aan de sociale vaardigheden waarbij steeds het doel wordt nagestreefd dat de leerling aan het eind van zijn/haar traject sociaal vaardiger en weerbaarder is geworden. In groepsverband wordt er structureel aandacht besteed aan de ontwikkeling van de sociaal-‐emotionele vaardigheden. Daarnaast worden leerlingen gestimuleerd om hetgeen ze op Doorstart leren in hun vrije tijd door te zetten, onder andere door hen te stimuleren een zinvolle vrijetijdsbesteding te vinden. Er wordt door de mentor met de leerling zo vaak als nodig, maar minimaal eenmaal per week gereflecteerd op de voortgang van de afgestemde pedagogische leerdoelen. Besproken wordt of er sprake is van vooruitgang en welke stappen er nog gezet moeten worden door de leerling om het doel te kunnen behalen. Wanneer een doel behaald is of niet haalbaar blijkt te zijn, worden doelen aangepast. Ditzelfde geldt voor de aanpak die bij de gestelde doelen hoort en in het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) is vermeld. De leerling wordt gedurende zijn/haar gehele periode op Doorstart door de mentor aangemoedigd om door te zetten op basis van de kleine successen als onderdeel van een langer proces. Equip Equip is een onderdeel van de pedagogische aanpak die op Doorstart gehanteerd wordt. Leerlingen die op Doorstart worden aangemeld, hebben altijd leerdoelen op sociaal-‐emotioneel gebied. Het doel van Equip is om leerlingen inzicht te geven in hun gedrag, om ze te leren hun gedrag te veranderen, om ze te leren de juiste keuze te maken en/of nieuw gedrag aan te leren. Equip wordt drie keer per week gegeven in de vorm van Equip-‐ en Tip-‐bijeenkomsten. In de meeste gevallen is de gemiddelde verblijfsperiode voldoende om bewustwording te realiseren in sociale vaardigheden, omgaan met kwaadheid en morele keuzes, echter is de tijd te kort om tot automatisering te leiden. Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
2
Doorstarttraject
Aanmelding Plaatsingsindicaties: De leerling moet ingeschreven staan op een van de scholen voor voortgezet onderwijs van het Samenwerkingsverband VO Zuid-‐Utrecht Plaatsing is voor maximaal 2x3 maanden Leeftijd van 12 t/m 17 jaar IQ leerling > 70 Contra-‐indicaties (geen plaatsing): Indien er met de leerling een traject voor plaatsing op het voortgezet speciaal onderwijs (VSO) is ingezet Leerlingen bij wie de psychosociale problematiek dusdanig is dat een onderwijsloopbaan in het regulier onderwijs (vooralsnog) niet mogelijk is Indien de leerling wacht op plaatsing in een inrichting van justitie. Indien er sprake is van verslavingsproblematiek (alcohol, drugs, gokken) Leerlingen zonder vaste woon-‐en verblijfplaats. Aanmelding regulier traject Indien een leerling wordt aangemeld voor Doorstart dienen de volgende stappen genomen te worden: Stap 1: De leerling dient besproken te zijn in het ZAT/IZO van de school van herkomst en daar is vastgesteld dat de school op dat moment handelingsonbekwaam is ten aanzien van de leerling. Ook stelt het ZAT/IZO vast of de leerling naar de reboundvoorziening Doorstart gestuurd wordt of dat de leerling wordt doorverwezen naar het VSO. Indien de leerling wordt doorverwezen naar het VSO, start de school van herkomst een verwijzings-‐ en aanmeldingsprocedure richting het VSO. Stap 2: Indien niet direct VSO wordt geadviseerd of wanneer er twijfel over doorverwijzing naar het VSO bestaat, vult de school een digitaal aanmeldingsformulier Doorstart (Onderwijs Transparant 1 loket) in, waarbij een duidelijke hulpvraag wordt gesteld. Uitgebreide aanvullende informatie (logboek school, rapportage geboden hulp, eventuele verslaglegging ZAT/IZO, eventuele verslaglegging overige onderzoeken) is gewenst. Stap 3: Nadat het digitale aanmeldingsformulier door de school is ingevuld, wordt de leerling ter bespreking ingebracht door de directeur van het samenwerkingsverband (SWV) in gebracht in de ‘‘PCL extra steun’’, waarna de ‘PCL extra steun’ beoordeelt of er akkoord wordt gegaan met de aanmelding en een ‘arrangement Doorstart’ afgeeft. Crisisplaatsing Bij crisisplaatsing is er sprake van een ernstig incident wat zich heeft voorgedaan, waardoor een onveilige situatie is ontstaan op de school van herkomst en het van belang is dat een leerling op zeer korte termijn een time-‐out buiten zijn/haar school van herkomst krijgt. Aanmelding geschiedt op dezelfde wijze als aanmelding voor het regulieren traject. Intake Nadat de ‘PCL extra steun’ een arrangement Doorstart heeft afgegeven, vindt er een intakegesprek plaats met de leerling, zijn/haar ouder(s)/verzorger(s), eventuele betrokken hulpverlening, de contactpersoon van de school van herkomst en de contactpersoon van Timon en/of schoolmaatschappelijk werk (SMW) vanuit Doorstart. Het intakegesprek wordt gevoerd door de gedragswetenschapper van Doorstart. Het doel van het gesprek is om een beeld van de leerling te krijgen op basis waarvan zijn/haar periode op Doorstart kan worden vormgegeven. Tevens dient het gesprek om de leerling kennis te laten maken met Doorstart en hem/haar en zijn ouder(s)/verzorger(s) uitleg te geven over het Doorstarttraject en de werkwijze van Doorstart. Ook wordt met de leerling en zijn/haar ouder(s)/verzorger(s) besproken dat contact over de leerling vanaf de start bij Doorstart via Doorstart verloopt en dat de leerling gedurende zijn/haar eerste acht weken op Doorstart niet op Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
3
zijn/haar school van herkomst mag komen zonder uitdrukkelijke toestemming van Doorstart en de school van herkomst. Op basis van de beschikbare informatie en de intake maakt de gedragswetenschapper van Doorstart een aanzet tot een OPP. Het OPP is de basis voor een effectieve aanpak van de pedagogische-‐ en didactische doelen. Binnen 6 weken wordt het OPP definitief opgesteld en naar de ouder(s)/verzorger(s) van de leerling en de contactpersoon van de school van herkomst gestuurd. In het OPP wordt het beeld van de leerling bij de start op Doorstart beschreven. Tevens staan in het plan de doelen beschreven waar de leerling op Doorstart aan werkt. Indien uit de aanmeldinformatie en/of uit de intake sterke twijfels naar voren komen over een positief trajectverloop zullen alle belanghebbenden hiervan op de hoogte worden gesteld door de gedragswetenschapper van Doorstart. De gedragswetenschapper kan daarbij een negatief advies uitbrengen aan de ‘PCL extra steun’. De leerling wordt ondanks deze twijfels geplaatst op Doorstart. Periode 1 Tijdens de intake wordt een datum afgesproken waarop de leerling op Doorstart zal starten. Doorgaans is dit de week nadat de intake heeft plaatsgevonden. Voordat een leerling op Doorstart kan beginnen, moet de school van herkomst het lesmateriaal van de leerling hebben aangeleverd. Wanneer het werk op de dag voor de start van de leerling nog niet (volledig) is aangeleverd, wordt de start van de leerling uitgesteld. De ouders(s)/verzorger(s) en de contactpersoon van de school van herkomst worden hiervan op de hoogte gesteld door het secretariaat van Doorstart. De eerste periode op Doorstart beslaat acht weken. Gedurende de eerste weken staat het wennen op Doorstart, het werken aan het schoolwerk en het werken aan de in het OPP gestelde doelen centraal. Na (ongeveer) acht weken vindt de eerste evaluatie plaats met de leerling, zijn/haar ouder(s)/verzorger(s), eventuele betrokken hulpverlening en de contactpersoon van de school van herkomst. De evaluatie wordt geleid door de gedragswetenschapper van Doorstart. Voorafgaand aan de evaluatie evalueert de mentor van Doorstart, in samenspraak met de leerling, het OPP van de leerling en stelt nieuwe doelen op voor de volgende periode. Tijdens de eerste evaluatie wordt de voortgang van de leerling besproken en geeft de gedragswetenschapper het door Doorstart gestelde advies aan de aanwezigen. De volgende adviezen kunnen door Doorstart worden gegeven: - Terugkeer naar de school van herkomst o Wanneer dit advies wordt gegeven, blijft een jongere na zijn/haar eerste 12 weken nog 4 weken op Doorstart, waarna hij/zij middels een terugkeertraject van 4 weken terugkeert naar zijn/haar school van herkomst. Wanneer Doorstart adviseert om extra begeleiding in te schakelen tijdens en/of na de terugkeer van de leerling is de school van herkomst verantwoordelijk voor het aanvragen en/of opstarten van de geadviseerde hulp. - Overstap naar een andere school voor regulier onderwijs o Wanneer dit advies wordt gegeven, blijft een jongere na zijn/haar eerste 12 weken nog 4 weken op Doorstart, waarna hij/zij, eventueel met behulp van een terugkeertraject, de overstap maakt na zijn/haar nieuwe school. Tijdens het evaluatiegesprek wordt besproken of de verantwoordelijkheid voor het vinden van een nieuwe school bij de school van herkomst of bij de ouder(s)/verzorger(s) ligt. - Eenmalige verlenging van het Doorstarttraject van maximaal 13 weken o Wanneer dit advies wordt gegeven, wordt tijdens de evaluatie besproken met hoeveel weken het traject zal worden verlengd, waarna een tweede evaluatie plaats zal vinden, waarin, met uitzondering van een verlenging, dezelfde adviezen kunnen worden gegeven als tijdens de eerste evaluatie. De verlenging wordt door de gedragswetenschapper van Doorstart bij de ‘PCL extra steun’ aangevraagd. - Overstap naar het VSO o Wanneer dit advies wordt gegeven, adviseert Doorstart een passende VSO-‐school voor de leerling. Voorafgaand aan de evaluatie stelt Doorstart de contactpersoon van de school van herkomst op de hoogte en wordt hem/haar gevraagd na te gaan of er plek is op de door Doorstart geadviseerde school. Tevens wordt de school van herkomst gevraagd de toelaatbaarheidsverklaring (TLV) aan te vragen. Tijdens de evaluatie wordt een einddatum voor het traject van de leerling gesteld. Tot die datum is de leerling welkom op Doorstart. Na Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
4
die datum dient een andere school te zijn gevonden en wordt de leerling door Doorstart teruggegeven aan de school van herkomst. Wanneer ouders/verzorger(s) het niet eens zijn met de school die door Doorstart wordt geadviseerd, zijn zij zelf verantwoordelijk voor het vinden van een andere school. De Doorstart gestelde datum blijft in dit geval staan. Tevens wordt tijdens de eerste evaluatie besproken wat de doelen voor de komende periode voor de leerling zijn en worden er afspraken gemaakt over het verdere traject. Na de eerste evaluatie maakt de gedragswetenschapper van Doorstart een gespreksverslag van de evaluatie. In het gespreksverslag staat het gegeven advies en staan de tijdens de evaluatie gemaakte afspraken beschreven. Het gespreksverslag een wordt verwerkt in het OPP, hetgeen na de evaluatie binnen twee weken naar ouder(s)/verzorger(s) en de contactpersoon van de school van herkomst wordt verstuurd. Periode 2 Periode twee beslaat vier weken waarin de leerling werkt aan zijn/haar school werk en aan de tijdens de eerste evaluatie besproken doelen. De tweede periode wordt gebruikt om de spreekwoordelijke puntjes op de ‘i’ te zetten, zodat de leerling voldoende toegerust aan zijn/haar terugkeertraject kan beginnen. Terugkeertraject Na periode 2 begint de leerling aan zijn/haar terugkeertraject. Het terugkeertraject is een periode waarin de leerling middels een terugkeerschema werkt aan terugkeer naar zijn/haar school en waarin de momenten waarop de leerling terugkeert naar zijn/haar school van herkomst per week worden uitgebreid. Tijdens de eerste evaluatie wordt afgesproken door wie het terugkeerschema wordt gemaakt. Over het algemeen zal het schema door de contactpersoon van de school van herkomst worden gemaakt, omdat hij/zij inzicht heeft in het rooster van de leerling. Voorafgaand aan terugkeerproject maakt de mentor van Doorstart samen met de leerling een terugkomkaart, waarna de mentor deze naar de contactpersoon van de school van herkomst stuurt. Op de terugkomkaart staan de doelen van de leerling en zijn/haar onderwijsbehoeften aangegeven. De leerling dient deze kaart te allen tijden bij zich te hebben tijdens zijn/haar terugkomdagen. De voortgang van de terugkomdagen wordt door de mentor van Doorstart gemonitord. De contactpersoon van de school van herkomst geeft een signaal aan Doorstart wanneer de terugkomdagen niet goed verlopen. Wanneer dit het geval is, wordt met Doorstart en de contactpersoon van de school van herkomst besproken wat het gevolg is van de niet goed verlopen terugkomdag(en) en wordt af gesproken op welke manier het traject van de leerling zal worden gevolgd. De mentor of de gedragswetenschapper bespreekt dit daarna met de leerling en zijn ouder(s)/verzorger(s). Aan het einde van het terugkeertraject vindt een eindevaluatie plaats met de leerling, zijn/haar ouder(s)/verzorger(s), eventuele betrokken hulpverlening en de contactpersoon van de school van herkomst. Dit gesprek wordt geleid door de gedragswetenschapper. Voorafgaand aan de evaluatie rondt de mentor van Doorstart, in samenspraak met de leerling, het OPP van de leerling af. Tijdens de eindevaluatie wordt gesproken over het verloop van het terugkeertraject en wordt teruggekeken op het Doorstarttraject. Tevens wordt er een datum afgesproken waarop de leerling volledig terugkeert naar zijn/haar school van herkomst. Na de eindevaluatie maakt de gedragswetenschapper van Doorstart een gespreksverslag van de evaluatie. Het gespreksverslag wordt verwerkt in het OPP, wat na de eindevaluatie binnen twee weken naar ouder(s)/verzorger(s) en de contactpersoon van de school van herkomst wordt verstuurd. Het afgeronde OPP bevat handelingsadviezen om de school van herkomst enige houvast te bieden om de noodzakelijke en persoonsgerichte begeleiding van de jongere voort te zetten. Bijzondere maatregelen Wanneer er zich situaties met betrekking tot een leerling voordoen die zouden kunnen leiden tot een bijzondere maatregel, zoals een time-‐out, schorsing, aangepast programma of het beëindigen van het traject, bespreekt de mentor die in eerste instantie met de gedragswetenschapper. Indien de gedragswetenschapper niet bereikbaar is, wordt de directeur geconsulteerd. Bij bijzondere maatregelen wordt altijd overlegd met de contactpersoon van de school van herkomst en de directeur SWV. Indien er externe instanties bij de begeleiding in beeld zijn worden deze ook geïnformeerd en/of betrokken.
Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
5
Samenwerking Timon en schoolmaatschappelijk werk
Op Doorstart zitten leerlingen die vaak zowel op school als thuis problemen ervaren. Als school is het lastig om een leerling en/of zijn/haar ouder(s)/verzorger(s) op alle vlakken te voorzien van de door hen gevraagde/benodigde hulp. Om die reden is Doorstart een samenwerkingsrelatie aangegaan met Timon en SMW. Beide zijn gespecialiseerd in het bieden van hulp aan jongeren, waarbij zij de mogelijkheid hebben om hulp te bieden in de thuissituatie van een jongere. Op Doorstart sluit de contactpersoon van Timon of de contactpersoon van SMW aan bij de intake van een nieuwe leerling. Na de intake maken beide contactpersonen samen een afspraak met de ouders(s)/verzorger(s) van de nieuwe leerling voor een huisbezoek. Het huisbezoek maakt onderdeel uit van de aanmelding op Doorstart. Een terugkoppeling van het huisbezoek vindt plaats tijdens het multidisciplinair overleg (MDO) dat driewekelijks plaatsvindt. Tijdens het MDO zijn de contactpersonen van Timon en SMW, de mentoren van Doorstart, de gedragswetenschapper van Doorstart en iemand van het secretariaat van Doorstart aanwezig. In dat overleg worden de leerlingen van Doorstart besproken. Aan de orde komt het verloop van het traject van de leerling. Tevens wordt gekeken of er voor een leerling meer nodig is dan op dat moment wordt geboden en wat er in dat geval nodig is. Wanneer uit het MDO naar voren komt dat de inzet van Timon en/of SMW gewenst lijkt, wordt dit door de mentor of de gedragswetenschapper met de ouder(s)/verzorger(s) van de leerling besproken. De voortgang van de hulpverlening die vanuit Timon en/of SMW aan een leerling en/of zijn/haar ouder(s)/verzorger(s) wordt geboden, wordt eveneens in het MDO besproken.
Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
6
De organisatie
Het personeel, met uitzondering van de algemeen ondersteunende (administratieve) kracht, is gedetacheerd vanuit VSO de Sprong en wordt aangestuurd door de coördinator externe projecten namens de Sprong, hierna te noemen “de projectleider”. De voorziening Doorstart is een voorziening van het Samenwerkingsverband VO Zuid-‐Utrecht namens welk de directeur SWV het aanspreekpunt is. De projectleider draagt verantwoording af aan de directeur van VSO de Sprong, locatie Eikensteun, de directeur SWV legt verantwoording af aan het Bestuur. Personele bezetting Directeur SWV Dhr. J. de Jong Directeur de Sprong, locatie Eikenstein /projectleider Dhr. C. Bachoe Gedragswetenschapper Mevr. M. Brommersma Mentoren Mevr. J. de Groot Dhr. J. Hazel Sportdocent Dhr. S. Dobrotvorski Secretariaat Mevr. J. van der Veer Vanuit Doorstart bestaat grote behoefte aan extra ondersteuning voor programma’s buiten de klas. Dit jaar wordt opnieuw gebruik gemaakt van het aanbod vanuit de Gemeente Nieuwegein om samen te werken met combinatiefunctionarissen. De taken van de verschillende personeelsleden van Doorstart staan beschreven in bijlage 1. Rol school van herkomst: De contacten met de school van herkomst worden onderhouden via de contactpersoon van de school van herkomst. De contactpersoon van de school van herkomst heeft de volgende taken: - Aanwezig bij de intake - Aanwezig bij de evaluatiegesprekken op Doorstart - Verzorgt de studieplanners van elk vak - Verzorgt de toetsen en de antwoordenboeken bij elk vak - Coördineert de leervragen van mentoren/leerlingen van Doorstart richting docenten van de school van herkomst. - Het leerlingdossier van de school van herkomst wordt tijdelijk in bruikleen gegeven aan Doorstart - Verantwoordelijk voor de uitvoering van het OPP na terugplaatsing van de leerling.
Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
7
Evaluatie
Jaarlijks vindt er evaluatie plaats van het werkplan. Dit gebeurt op de volgende wijze: - Schriftelijke evaluatie of evaluatievergaderingen met zorgcoördinatoren SWV, PCL, PCL-‐PG. In geval van vergaderingen zijn daarbij aanwezig de directeur SWV, Projectleider (bij PCL PG), gedragswetenschapper (bij zorgcoördinatoren). - Evaluatievergadering met personeel Doorstart, directeur de Sprong, locatie Eikenstein/projectleider en directeur SWV - Evaluatievergadering van directeur SWV en directeur VSO De Sprong, locatie Eikenstein met PCL-‐ Projectgroep SWV (dit ligt vastgelegd in de samenwerkingsovereenkomst SWV, REC 4-‐4 en De Sprong). Naar aanleiding van de evaluaties, die voor 1 juni moeten plaats vinden, zal de directeur SWV voorstellen formuleren voor wijziging en/of aanpassing van procedures en afspraken.
Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
8
Bijlage 1
Taken personeel Doorstart Directeur SWV - Kwaliteitsbewaking en verantwoording - De uitvoering van het personeelsbeleid met betrekking tot de ondersteunend medewerker - Het beheer van de gebouwen en faciliteiten - Financieel beheer - Het leveren van managementinformatie ten behoeve van de samenwerkingspartners - Het vertegenwoordigen van Doorstart bij extern betrokkenen in relatie tot het algemene beleid - Fungeren als aanspreekpunt voor externen ten aanzien van de organisatorische, onderwijskundige en pedagogische kaders van het project - Aanspreekpunt namens de scholen Directeur SWV en directeur de Sprong, locatie Eikenstein/projectleider: - Leiding geven aan onderwijsontwikkeling - Ontwikkelen van een projectbeleidsplan voor de korte en middellange termijn op basis van de door de PCL voorgestelde en door het Bestuur SWV besloten kaders - Signaleren en analyseren van structurele problemen bij de uitvoering van de opvang en begeleiding van leerlingen binnen het samenwerkingsverband - Het initiëren en het doen van voorstellen voor verbeteringen in de uitvoering van de opvang en begeleiding van leerlingen - Het doen van voorstellen ter verbetering van de geformuleerde kaders aan de PCL-‐projectgroep - Vierwekelijks werkoverleg, waarvan verslag wordt gedaan aan de PCL-‐projectgroep /Bestuur Directeur de Sprong, locatie Eikenstein/projectleider - De dagelijkse en onderwijskundige leiding - De uitvoering van genoemde onderwijskundige en pedagogische beleidskaders - De uitvoering van het personeelsbeleid (inclusief deskundigheidsbevordering) met uitzondering van de ondersteunende kracht - Bijdragen aan de werving en selectie van Doorstartmedewerkers - Urenverantwoording - Kwaliteitsbewaking en verantwoording Gedragswetenschapper - De intake -‐, plaatsing-‐ en uitstroomprocedure - Het doorlopen en bijsturen van de zorgstructuur, waaronder het werken met het OPP - Het volgen en bijsturen van het proces van de leerling gedurende de verblijfsperiode - Het informeren van alle belanghebbenden over de vorderingen van het traject - De evaluatiegesprekken - Het voorzitten van het driewekelijkse MDO - Het adviseren over de inzet van jeugdhulpverlening - Het onderhouden van de contacten met de jeugdhulpverlening - Het ondersteunen van de VO-‐scholen bij de aanvraag van een TLV Mentoren De twee mentoren verzorgen de AVO (Algemeen Vormend Onderwijs) vakken en zijn tevens Equip-‐trainers. Er wordt onderwijs en begeleiding gegeven in alle relevante vakken van het voortgezet onderwijs. Creatief wordt als afwisseling van het reguliere vakkenpakket aangeboden. Voor specifieke vakbegeleiding kan de hulp worden ingeroepen van de eventuele vakdocenten van de school van herkomst. Tevens is de mentor verantwoordelijk voor het dagelijkse proces van onderwijzen en begeleiden van de leerling, het vastleggen van vorderingen en het rapporteren via de afgesproken documenten en systemen. De mentor bespreekt wekelijks de vorderingen van de leerling met de gedragswetenschapper en houdt de ouders en de betrokken medewerkers van de school van herkomst regelmatig, via e-‐mail en/of telefoon, op de hoogte van de vorderingen.
Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
9
Sportdocent De sportdocent verzorgt de sportlessen op de dinsdagmiddag. De sportlessen vinden plaats in de gymzaal van het Anna van Rijn College, locatie Harmonielaan. Bij sport is het uitgangspunt dat er adequate sportruimte beschikbaar is. Indien nodig kan er bij de organisatie van een sportdag een beroep worden gedaan op het sportteam van VSO De Sprong Eikenstein. Secretariaat - Bijhouden van systemen, waaronder absentie (melding bij leerplicht, bellen naar ouders/leerlingen) - Uitwerken van verslagen - Bijwonen en notuleren Breed Werkoverleg en MDO - Administratieve ondersteuning van de gedragswetenschapper en de mentoren - Toezicht op leerlingen die individueel werken (buiten het lokaal) - Opvangen leerlingen begin van de dag (telefoons innemen + eventueel “te laat”briefje) - Opvang tijdens pauzes - Planningen uitwerken - Rebound Online /OT, toetsen verwerken en ondersteuning zorgcoördinatoren aanmeldingen - Bijhouden in-‐ en uitstroom. - Verzamelen schoolwerk voor leerlingen en toetsoverzichten communiceren met zorgcoördinatoren.
Werkplan Doorstart 2014-2015.doc
10