Risicofactoren en vooruitzichten
Feiten & cijfers / Pro's & Contra's
Landenstudie
Kortlopend politiek risico
Nigeria Angola Zuid-Afrika
4 6 3
Politiek risico op middellange termijn Nigeria Angola Zuid-Afrika
Nigeria Angola Zuid-Afrika
5 5 3
Politiek risico (1-7) Gering risico
Commercieel risico C C B
Schaal commercieel risico (A tot C) Hoog risico
A
C
Risicofactoren en vooruitzichten > Afrika's grootste economie maakt een moeilijke periode door. De Nigeriaanse economie wordt zwaar getroffen door de drastische daling van de internationale olieprijzen terwijl delen van het land verscheurd worden door geweld en oorlog. Het externe overschot neemt af, de deviezenreserves vielen ver terug en de lokale munt werd tweemaal gedevalueerd tijdens de voorbije maanden. Het commerciële risico van Nigeria wordt gecategoriseerd in de hoogste risicoklasse (C) vanwege de corruptie, de povere instituties en een wisselkoers die onder druk staat. Als gevolg van de dalende liquiditeit en het onzeker politiek-economisch klimaat, valt de economische kortetermijnpositie binnen de categorie met een hoger politiek risico (4/7). Het land maakte recent een hevige verkiezingsstrijd mee die een polarisatie onthulde op regionaal en religieus niveau. Er werd gevreesd voor onenigheid over de verkiezingsuitslag en men was bang voor een uitbraak van politiek geweld in het dichtstbevolkte land van het continent. De verkiezingen verliepen echter vreedzaam. Dit zorgde voor enorme opluchting en maakte van deze stembusgang een voorbeeld van democratie in Afrika. Verkiezingen in zulke moeilijke omstandigheden zouden bovendien de bedroefde binnenlandse en internationale reputatie van Nigeria kunnen opkrikken.
De uitdagingen voor de nieuwe regering zijn talrijk vanwege de hoge verwachtingen, net op een moment dat de schatkist serieus geslonken is. Er zullen dan ook vroeg of laat impopulaire bezuinigingsmaatregelen genomen moeten worden om het onmiskenbaar verlies aan olie-inkomsten te compenseren. Bovendien is het onvermijdelijk dat de buitenlandse schulden zullen stijgen. Momenteel loopt Nigeria echter een laag risico om in een schuldencrisis terecht te
komen dankzij de lage schuldratio’s. Toch zou de verwachte verstrenging van externe financieringsvoorwaarden ervoor kunnen zorgen dat het wisselkoersrisico en het roll-over risico toenemen. Het blijft bovendien afwachten of de nieuwe regering in staat is om onderliggende belemmeringen weg te nemen via ambitieuze structurele hervormingen. Dit om investeringen aan te trekken en het bredere economische potentieel volledig te benutten. Toch blijven bezorgdheden i.v.m. de veiligheid – zoals een escalatie van het geweld in de Nigerdelta of het blijvend onvermogen om het noorden te stabiliseren – de vooruitzichten van het land parten spelen. Dit verklaart waarom Nigeria wordt ondergebracht in een categorie met een hoger politiek risico op lange termijn (5/7).
Country risk analyst The Risk Management Team | T +32 2 788 86 62 | E
[email protected]
Feiten
Pro's
Staatshoofd en regeringsleider > President Muhammadu Buhari
+ Overvloed aan natuurlijke rijkdommen + Afrika's grootste consumentenmarkt + Lage buitenlandse schuldratio’s + Internationale netto schuldeiser
Beschrijving kiessysteem > Presidentieel: termijn van vier jaar, laatste verkiezingen in maart 2015 Contra's > Parlement: termijn van vier jaar, laatste verkiezingen in - Diepgewortelde corruptie maart 2015 - Onveiligheid in het noorden en de Nigerdelta - Onzekere regelgeving en zwakke institutionele kaders - Kwetsbaar voor externe schokken
Cijfers
Belangrijkste exportproducten
Bevolking > 173,6 miljoen
Olie en gas (75,3% van de inkomsten op de lopende rekening), particuliere overdrachten (17,8%)
Inkomen per capita > 2.760 USD Inkomensgroep > Lager middeninkomen
Landenstudie
Fundamenten van Afrika's grootste economie Sinds de bevolking van Nigeria is toegenomen tot maar liefst 174 miljoen, is een op de vijf Afrikanen Nigeriaan. Nigeria is niet enkel Afrika's grootste consumentenmarkt, maar met een olieproductie van meer dan 2 miljoen vaten per dag is het ook de grootste olie-exporteur van het continent. In april 2014 haalde Nigeria bovendien officieel Zuid-Afrika in als de grootste economie van het continent nadat het nationaal statistisch bureau het Nigeriaanse bbp naar boven had bijgesteld. Toch blijft het bbp per capita meer dan twee keer zo laag als in ZuidAfrika en neemt de wijdverbreide armoede nog steeds verder toe. Nigeria staat daarmee op de 152e plaats van de 187 landen op de VN-index voor menselijke ontwikkeling. Ondertussen is de jeugdwerkloosheid gestegen tot boven de 50%. Onderontwikkeling en ongelijkheid zijn de grote boosdoeners die aan de basis liggen voor conflict en instabiliteit in dit immense land.
De economische activiteiten in Nigeria zijn tamelijk goed gediversifieerd. Gedreven door binnenlandse consumptie en niet-oliesectoren zoals textiel, telecommunicatie, vastgoed en landbouw heeft Nigeria het afgelopen decennium een gemiddelde economische groei laten zien van 6,7%. Anderzijds zijn de nationale begroting en de handelsbalans zeer afhankelijk van de olie-inkomsten, wat het land erg kwetsbaar maakt. Ongeveer 60% van de belastinginkomsten is oliegerelateerd en de olie-export is goed voor 75% van de totale exportontvangsten. Nigeria is hierdoor blootgesteld aan prijsschokken op de grondstoffenmarkt, zoals de 50% daling van de internationale olieprijzen sinds de tweede helft van 2014 (zie verder).
Nigeria staat wereldwijd op de tiende plaats wat betreft de grootste bewezen reserves van ruwe aardolie (zie grafiek hierboven). Nigeria zou volgens experts de olieproductie kunnen verdubbelen als corruptie en onveiligheid werden aangepakt. Zolang dit niet gebeurt, blijven de activiteiten in de olie- en gassector onder hun potentieel niveau presteren. Tijdens de decennia van militair bewind voor 1999, geraakte ongebreidelde corruptie diep ingeworteld in de maatschappij, vooral in de oliesector. De Petroleum Industry Bill (PIB) is het wetsvoorstel dat de sector moet reguleren. Het voorstel raakt nu echter al zes jaar niet door het parlement omdat bepaalde hooggeplaatste ambtenaren enorm veel baat hebben bij de ondoorzichtige en zwakke regelgeving binnen de sector. De PIB moet de Nigerian National Petroleum Corporation (NNPC) herstructureren, meer transparantie creëren en zorgen voor meer inkomsten op de begroting. Verder wil het wetsvoorstel de povere infrastructuur aanpakken en onregelmatigheden rond brandstofsubsidies wegnemen die oliediefstal – het zogenaamde 'bunkering' – en corruptie in de hand werken. Illegale handel in gestolen aardolie voedt het geweld terwijl olielekkages zorgen voor vervuiling die een verschrikkelijke impact hebben op de regio. Het uitblijven van zulke belangrijke hervormingen zet al jaren een domper op het enthousiasme van buitenlandse investeerders. Als gevolg hiervan is in 2014 de instroom van buitenlandse directe investeringen in vergelijking met 2011 tot een vierde ervan geslonken (zie grafiek hieronder).
Moeizame strijd tegen Boko Haram Al twaalf jaar wordt het verzet in het noorden van het land belichaamd door de radicaal-islamitische groepering Boko Haram. Hun strijd heeft al het leven gekost aan duizenden Nigerianen en zorgt ervoor dat miljoenen mensen in hun levensonderhoud worden bedreigd. Tussen 2002 en 2009 wilde de groepering, via een geweldloze strategie, in het noorden van Nigeria een islamitisch kalifaat oprichten. Het was de periode waarin Boko Haram corruptie en slecht bestuur aan de kaak stelde en op een zekere sympathie kon rekenen onder de lokale moslimbevolking door datgene te bewerkstelligen wat de staat naliet te doen: het creëren van banen en het promoten van onderwijs. In 2009 koos de regering voor een harde militaire strategie waarbij de leider van Boko Haram – Muhammed Yusuf – zonder enige vorm van proces werd gedood, samen met 800 van zijn volgelingen. Abubakr Shekau nam vervolgens de macht over waarna Boko Haram een nieuwe fase inging. De groepering radicaliseerde verder en ging ondergronds. Het veroordelen van economische uitsluiting en armoede (bbp per capita in het noorden is maar de helft van het bbp per capita in het zuiden) wordt aangewend om jongeren te bereiken en voor hun kar te spannen. Aan de andere kant wordt handig gebruikgemaakt van religieuze motieven om hun acties te rechtvaardigen en de vijand te demoniseren. Onder leiding van Shekau ging de groepering een tactiek hanteren van nog meer willekeurig en buitensporig geweld, niet enkel gericht tegen christenen, commerciële doelwitten, overheids- en veiligheidsfunctionarissen maar ook tegen al te kritische islamitische geestelijken, traditionele leiders en burgers door het uitvoeren van vergeldingsacties of het verwoesten van volledige dorpen.
De grote geografische verspreiding van Boko Haram wijst erop dat het leger niet in staat is om de groepering een halt toe te roepen. Door de lange en hevige oorlog heeft het moreel en het prestige van het leger een dieptepunt bereikt, gekenmerkt door tekorten aan uitrusting en een groeiende verdeeldheid in militaire kringen. De voorbije maanden flakkerde het geweld opnieuw hevig op, waarbij het is overgeslagen naar de buurlanden en zorgde voor verontwaardigde reacties wereldwijd. Hierop werd een Multinational Joint Task Force (MNJTF) opgericht waaraan buurlanden Tsjaad, Kameroen en Niger deelnemen. Dankzij dit nieuwe offensief werden er tijdens de verkiezingscampagne enkele overwinningen geboekt op Boko Haram. De externe hulp zorgde er aan de andere kant wel voor dat de status van Nigeria als regionale militaire grootmacht verder werd aangetast. Ondanks de zware verliezen die Boko Haram heeft geleden sinds het gezamenlijke offensief blijft hun slagvaardigheid intact, vooral in grensgebieden. Tijdens de ambtstermijn van de nieuwe president zal er, naar alle waarschijnlijkheid, meer ondernomen worden tegen de terreur van Boko Haram. De hoop groeit dan ook dat de veiligheidssituatie eindelijk zou kunnen verbeteren, wat in de eerste plaats zal afhangen van een geloofwaardige militaire reorganisatie.
Historische verkiezingen na een campagne geregeerd door angst Op 28 maart 2015 won de oppositie voor de eerste keer in de geschiedenis van Nigeria een meerpartijenverkiezing. De regerende People’s Democratic Party (PDP) kon niet profiteren van haar gevestigde positie en de bijbehorende privileges die in het verleden vaak werden aangewend om de verkiezingen te manipuleren. Met de eedaflegging van de democratisch verkozen president Obasanjo kwam in 1999 de PDP aan de macht, na decennia van militair bewind en staatsgrepen. Partijgenoot Goodluck Jonathan nam, na het overlijden van president Umaru Musa Yar’Adua, de macht over in 2010. Hij werd in 2011 herkozen voor zijn eerste volledige ambtstermijn. Tijdens de verkiezingen van dit jaar werd PDP uitgedaagd door All Progressive Congress (APC), een samenraapsel van de belangrijkste oppositiepartijen aangevuld met invloedrijke PDP-leden die opstapten uit onvrede over het gevoerde beleid tijdens het presidentschap van Jonathan. De presidentskandidaat van APC, oud-generaal Muhammadu Buhari, is drie decennia geleden al eens door een militaire staatsgreep aan de macht gekomen. Sinds het herstel van de democratie was hij er tijdens opeenvolgende pogingen niet in geslaagd om de verkiezingen te winnen. Met zittend president Goodluck Jonathan, een christen uit het zuiden, en Buhari, een moslim uit het noorden, werd de polarisatie nog meer in de hand gewerkt. Regionale verdeeldheid en religieus wantrouwen tussen de gemeenschappen zorgden er tijdens de campagne voor dat al snel de angst voor verkiezingsgeweld regeerde. De sobere stijl van Buhari en zijn beloofde strijd tegen corruptie zorgden voor onrust bij de heersende elite die er een ‘overdadige’ levensstijl op nahoudt. Begin februari besliste de regering om de verkiezingen met zes weken uit te stellen omdat de veiligheid niet gegarandeerd kon worden. Toch leek het een wanhopige poging van PDP en de militaire kliek om een verkiezingsnederlaag te vermijden en hun bijbehorende privileges veilig te stellen, en vooral om te ontkomen aan vervolging wegens corruptie. Bijgevolg vreesden waarnemers ervoor dat een PDPverlies heel moeilijk zou vallen. Verrassend genoeg verliepen de verkiezingen tamelijk vreedzaam en transparant. Buhari slaagde er uiteindelijk in om de verkiezingen te winnen met een duidelijke meerderheid aan stemmen (54,5%), wat hem een legitiem mandaat bezorgde in het hele land. De bereidheid van Jonathan om oprecht zijn nederlaag toe te geven en zijn aanhangers ervan te overtuigen de verkiezingsuitslag te respecteren, zorgde ervoor dat de dreiging voor politieke onrust meteen werd getemperd na een explosieve verkiezingsperiode.
Een stem voor verandering, uitdagingen blijven wel aanzienlijk De Nigerianen brachten een stem uit voor verandering die de religieuze en regionale tegenstellingen overstijgt. Ze hebben hun ontgoocheling geuit over de vele corruptieschandalen, de openlijke vriendjespolitiek en de barre sociaal-economische omstandigheden tijdens het presidentschap van Jonathan. Bovendien raakte de reputatie van Jonathan nog meer beschadigd door de manier waarop het Boko Haram-conflict in het noorden door de heersende elite jarenlang werd gebagatelliseerd. Gehoopt wordt dat de nieuwe technocratische regering van Buhari het beter doet en zorgt voor een herstel van het vertrouwen in de Nigeriaanse overheid. De voornaamste focus komt allicht te liggen op corruptiebestrijding en reorganisatie van het leger. Dit zou moeten helpen om de reputatie van het land te herstellen om hogere investeringsniveaus te bewerkstelligen en interesse aan te zwengelen bij donoren en handelspartners. De tijdens de verkiezingen beloofde ruimere overdracht van bevoegdheden zal bovendien leiden tot een grotere controle van de deelstaten over de beleidsprioriteiten, in plaats van een louter gecentraliseerde planning. Niettemin zullen de uitdagingen talrijk zijn vanwege de hoge verwachtingen, net op een moment dat de schatkist zo goed als leeg is. Een dure verkiezingscampagne en de wereldwijde instorting van de olieprijzen zijn hier verantwoordelijk voor. Er zullen dan ook vroeg of laat harde en impopulaire maatregelen genomen moeten worden. Dit kan leiden tot antiregeringsprotesten die tot volle uitbarsting zouden kunnen komen in de Nigerdelta, een gebied waar veel PDP-aanhangers wonen. Nu al zijn de sporadische aanvallen van Delta-milities opnieuw toegenomen. Ze hebben het daarbij gemunt op olie- en gaspijpleidingen en ook buitenlandse/lokale werknemers lopen gevaar. De Nigerdelta-milities in het zuiden zouden wel eens een even groot gevaar kunnen vormen voor de stabiliteit als ze niet serieus genomen worden en Boko Haram buitensporig veel aandacht krijgt.
Sombere impact van een olieprijscrisis… Vanaf het moment dat de productie van schaliegas bij zijn voornaamste olieafnemer, de Verenigde Staten, plotseling sterk begon te stijgen, maakte Nigeria er werk van om de focus te verleggen naar zijn Aziatische klanten. Een scherpe daling van de internationale olieprijzen vanaf juni 2014 en een ondermaatse olieproductie, legden niettemin de zwakte van Nigeria bloot, namelijk olieafhankelijkheid. Verwacht wordt dat de economische groei daalt tot 4,8% in 2015 – het laagste niveau sinds meer dan tien jaar – als gevolg van dalende uitvoer, minder overheidsinvesteringen en afnemende binnenlandse consumptie. Daarbij ziet het ernaar uit dat de olieprijzen in de toekomst niet volledig zullen herstellen tot op het niveau van de voorbije jaren. Het wordt dan ook zeer urgent om in te zetten op economische diversificatie in andere, niet-oliegerelateerde sectoren.
Jammer genoeg is Nigeria een van die landen waar tijdens de hoogdagen kwistig is omgesprongen met de olieinkomsten en beschikt het over onvoldoende buffers nu het minder goed gaat. In 2012 zat er nog 10 miljard USD in het oliespaarfonds – Excess Crude Account – in 2014 was dat nog maar 2 miljard USD, ruim ontoereikend om een olieprijscrisis op te vangen. De regering is daarom genoodzaakt om budgettaire aanpassingen door te voeren door de uitgaven te beperken en de belastingen te verhogen binnen niet-oliegerelateerde sectoren (de aanzienlijke informele sector valt hier uiteraard buiten). Door bezuinigingen wil ze dus proberen om het begrotingstekort onder 3% van het bbp te houden in 2015, met een geraamde benchmark-olieprijs die is bijgesteld van 77 USD/vat naar 52 USD/vat. Sterk gedaalde exportopbrengsten hebben gezorgd voor afnemende overschotten op de lopende rekening die, naar verwachting, de komende jaren rond een evenwicht zal schommelen. Wat betreft kapitaalstromen, bracht de olieprijscrisis, in combinatie met verkiezingsgerelateerde onzekerheid en verminderde risicobereidheid bij investeerders, een aanzienlijke kapitaalvlucht teweeg in 2014 en begin 2015. Dit leidde tot een scherpe daling van de internationale reserves (zie onderstaande grafiek) en zette de lokale munt (naira) onder zware druk. Door de dalende instroom van USD werd het moeilijk om de waarde van de naira te blijven verdedigen binnen een vast wisselkoerssysteem aan de hand van de verkoop van deze afnemende deviezenreserves. Dit zette de Centrale Bank van Nigeria (CBN) er in november 2014 toe aan om voor de eerste keer officieel de munt met 8% te laten devalueren ten opzichte van de USD (wisselkoers aangepast van NGN 155 per USD naar NGN 168). Tegelijkertijd werd het monetaire beleid verscherpt door de referentierente voor de eerste keer in drie jaar te verhogen naar een recordhoogte van 13% (voorheen 12%) om de stijgende inflatie aan te pakken die, naar verwachting, ongeveer 11,5% zal bedragen in 2015. De druk bleef echter aanhouden waardoor de CBN eind februari besliste om verdere wisselkoersreglementering in te voeren en over te gaan tot een de facto tweede devaluatie door tijdelijk het veilingsysteem te verlaten. Hierdoor werd eigenlijk gezorgd voor een meer flexibele wisselkoers waarbij de naira 20% van zijn waarde verloor. Sinds de vreedzaam verlopen verkiezingen zijn de marktonzekerheid en speculatie afgenomen. Dit zorgde ervoor dat de waarde van de naira zich stabiliseerde rond ongeveer NGN 200 per USD, wat waarschijnlijk voorlopig de nieuwe koers wordt. Ondanks de afname van de deviezenreserves, bedragen ze nog een toereikend liquiditeitsniveau met een importdekking van 4 maanden, ook al is de nominale waarde gezakt onder 3 miljard USD.
Een strikt monetair beleid en fiscale bezuinigingsmaatregelen zullen dit jaar noodzakelijk zijn om de impact van dalende olieopbrengsten op te vangen. De nieuwe regering hoort daarbij infrastructurele knelpunten (elektriciteitsvoorziening en transport) aan te pakken en dient structurele hervormingen te introduceren, zoals de uitgestelde PIB, om buitenlandse investeringen aan te trekken en de groeivooruitzichten te verbeteren. Het ziet ernaar uit dat de economie opnieuw veerkrachtiger kan worden en – ceteris paribus – de komende vier jaar een gemiddelde groei kan bereiken van ongeveer 5,4%.
… maar een sterke financiële positie vangt omzetdaling op Door de beperkte overheidsschuld beschikt Nigeria op de middellange termijn over gezonde en houdbare overheidsfinanciën. De overheidsschuld als percentage van het bbp bedroeg 10,5% in 2014. Met een buitenlandse schuld die slechts 2% van het bbp bedraagt (grotendeels tegen gunstige voorwaarden), is Nigeria een sterke internationale netto schuldeiser. Van de totale buitenlandse schuld is de helft in particuliere handen. De daling van de schuldgraad (zie grafieken hieronder) is te danken aan de schuldverlichting die in 2005 met de Club van Parijs is overeengekomen. In totaal betaalde Nigeria 12 miljard USD terug aan zijn schuldeisers en werd 20 miljard USD kwijtgescholden. Sindsdien bleven de buitenlandse schuldratio’s ver onder het kritieke punt, ook al zijn ze de voorbije 8 jaar nominaal meer dan verdrievoudigd. Er kan dan ook worden gesteld dat het risico om in een schuldencrisis terecht te komen voorlopig laag blijft, ook al zetten de lage olieprijzen de liquiditeit van Nigeria onder druk. Er is meer dan voldoende ruimte voor het aangaan van nieuwe schulden om het verlies te dekken. Toch zullen de externe financieringskosten stijgen doordat de Verenigde Staten, naar verwachting, een strak monetair beleid zullen gaan voeren, waardoor de mondiale liquiditeit zal afnemen. Vanwege Nigeria’s relatief open kapitaalrekening worden zowel de regering als de privésector in hoge mate blootgesteld aan de volatiliteit op de internationale financiële markt. Minder gunstige externe leningen en verhoogde binnenlandse rentetarieven zullen leiden tot een versnelde toename van de schuldgraad en zullen de last van de schuldendienst doen stijgen. Bovendien stijgen de kosten van de schuldendienst betreffende schulden in USD door de appreciatie van de dollar. Bijgevolg zullen het wisselkoersrisico en het roll-over risico naar alle waarschijnlijkheid toenemen.
Disclaimer : Credendo Group heeft er alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat de informatie, gegevens, documentatie en ander materiaal (tekst en beelden) van deze nieuwsbrief juist en volledig zijn. Credendo Group aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor fouten of weglatingen. De standpunten die erin worden uiteengezet zijn de persoonlijke standpunten van de auteur en zijn niet bedoeld om te worden opgevat als de standpunten van Credendo Group. Credendo Group is niet aansprakelijk voor claims of schade van eender welke aard die rechtstreeks of onrechtstreeks voortvloeien uit het gebruik van informatie, gegevens, documentatie of ander materiaal uit deze nieuwsbrief. De teksten en illustraties mogen worden afgedrukt voor priv