Studiewijzer
Executive Master of Tactical Policing major in Criminal investigation POLITIEACADEMIE
Studiewijzer Executive Master of Tactical Policing major in Criminal investigation
Studiewijzer - TLL-R
Voorwoord Voor u ligt de studiewijzer van de Executive Master of Tactical Policing major in Criminal Investigation (EMTP), ook wel de Tactisch Leidinggevende Leergang - recherche (TLL-R) genoemd. De EMTP is een door de NVAO geaccrediteerde hbo-master leergang en dus vergelijkbaar met hbo-masters in het reguliere onderwijs. Het onderwijs van de EMTP sluit volledig aan op landelijke kaders zoals de Visie op Politieleiderschap. Een van de uitgangspunten van de leergang is dat u als student zelf verantwoordelijk bent voor uw eigen leertraject. Middels opdrachten werkt u aan de vorming van uw leiderschapscompetenties binnen uw eigen context (de politieorganisatie) en benut hiervoor uw eigen werkomgeving (duaal) als (beginnend) leidinggevende. Dit concept is beproefd en menig bedrijf is jaloers op de positieve resultaten die de student met dit leertraject kan behalen. Het is handig om deze studiewijzer door te lezen voor u van start gaat met de opleiding, maar u kunt hem ook als naslagwerk gebruiken. De studiewijzer beschrijft hoe het onderwijs in elkaar zit, welke kernopgaven u moet volgen, over welke competenties u straks moet beschikken en hoe we die toetsen. U vindt ook informatie over studiebelastingsuren en locaties waar u les krijgt. Kortom: deze studiewijzer maakt u wegwijs binnen de leergang én het opleidingsinstituut. Veel succes en ook plezier gewenst met uw opleiding.
3
Studiewijzer - TLL-R
Inleiding De Executive Master of Tactical Policing major in Criminal investigation Leidinggeven binnen de politieorganisatie is een vak dat u leert door opgeleid te worden en daarnaast ervaring op te doen. De School voor Politie Leiderschap (SPL) biedt de Executive Master of Tactical Policing (EMTP) aan voor politiemensen die zich willen bekwamen in het leidinggeven op tactisch niveau binnen de politie. De EMTP is gebaseerd op het beroepsprofiel voor de tactisch leidinggevende en tot stand gekomen in samenwerking met de politiepraktijk. De EMTP wordt ook wel TLL-R genoemd (Tactisch Leidinggevende Leergang - Recherche). De leergang is geaccrediteerd door de Nederlands Vlaamse Accreditatie Organisatie (NVAO), waardoor u na afronding van de leergang de titel EMTP mag dragen. In de leergang worden state of the art leiderschapsontwikkelingen gecombineerd met leren in de context van de politiepraktijk. Relevante ontwikkelingen in de samenleving en binnen de politie, zoals ‘Politie in Ontwikkeling’, de ‘Visie op Politieleiderschap’, de ‘Werkgeversvisie’ en de ‘Normaalste zaak van de wereld’, krijgen een herkenbare plek in het onderwijs. De zeven meest relevante thema’s voor politieleiders, beschreven in de Visie op Politieleiderschap, zijn belangrijke pijlers voor de EMTP. Deze thema’s zijn: 1. bij jezelf beginnen 2. gericht zijn op goed politiewerk 3. gewenst leiderschap verbinden met de externe opgave 4. verbinding hebben met (de mensen in) het primaire proces 5. aanwezig zijn 6. oog hebben voor systeemwerking 7. gericht zijn op groei, ontwikkeling en diversiteit U zult merken dat het onderwijs in de EMTP u leert om keuzes te maken. Het stimuleert uw omgevingsbewustzijn, nodigt uit tot nieuwsgierigheid, biedt de gelegenheid om inzicht in uzelf te krijgen, laat u herkennen hoe en wanneer u inspirerend stuurt en wat daadwerkelijk goed vakmanschap is dat gericht is op goed politiewerk.
Leeswijzer Deze studiewijzer bevat informatie over de School voor Politie Leiderschap en over de opbouw van de leergang, inclusief de studielast en de toetsing. Er is een hoofdstuk opgenomen over de manier waarop de begeleiding georganiseerd is en de taken die de verschillende begeleiders hebben. Ook is een korte beschrijving van de inhoud van de verschillende kernopgaven in deze studiewijzer opgenomen. Tot slot wordt aandacht besteed aan praktische informatie.
4
Studiewijzer - TLL-R
Inhoudsopgave
1.
School voor Politie Leiderschap
6
2.
Opbouw van de EMTP
7
2.1. Beroepsprofiel
7
2.2. Kernopgaven
7
2.3.
Studieduur, studieritme en studielast
8
2.5.
Toetsing en examinering
8
2.6.
Erkenning Verworven Competenties (EVC)
8
2.7.
ICT-gebruik in het onderwijs
8
3. Begeleiding
9
3.1. Leerprocesbegeleider
9
3.2.
9
Lijnchef en/of coach
3.3. Docent
10
4.
11
Inhoud van de kernopgaven
4.1.
Effectief Leidinggeven (5400141)
11
4.2.
Visie en beleid (5400142)
11
4.3.
Organisatieontwikkeling en procesmanagement (5400143)
12
4.4.
Verandermanagement (5400144)
13
4.5.
Sturen en inrichten van de opsporing (5400171)
14
4.6.
Leidinggeven aan opsporingsstrategieën (5400172)
14
4.7.
Leidinggeven aan grootschalige rechercheonderzoeken (5400173)
15
4.8.
Leidinggeven aan onderzoeken in een complexe context (5400174)
16
4.9.
Leidinggeven aan internationale samenwerking in de opsporing (5400175)
16
4.10. Praktijkonderzoek (5400149)
17
5.
19
Praktische informatie
5.1. Diplomering
5
7
2.4. Randvoorwaarden
19
5.2. Informatiebronnen
19
5.3.
19
Studenten Informatiepunt (STIP)
5.4. Adressen
20
Bijlage 1: Beroepsprofiel tactisch leidinggevende
21
Studiewijzer - TLL-R
1. School voor Politie Leiderschap De School voor Politie Leiderschap (SPL) is een van de zes scholen binnen de Politieacademie. De SPL is hét instituut voor leiderschap bij de politie. De SPL ondersteunt politieleiders op operationeel, tactisch en strategisch niveau bij een leven-lang-leren en bij het realiseren en onderhouden van hun mentale, intellectuele en sociaal-emotionele fitheid. De SPL levert ook een bijdrage aan het ontwikkelen van kennis over politieleiderschap. De SPL biedt de Nederlandse politie en haar ketenpartners in veiligheid, naast diverse leergangen voor politieleiderschap, ook collectieve, individuele en internationale maatwerkprogramma’s aan in het kader van management development. De leiderschapsleergangen van de Politieacademie waar de SPL verantwoordelijk voor is, zijn: •
de Operationeel Leidinggevende Leergang
•
de Operationeel Leidinggevende Leergang Recherche
•
de Executive Master of Tactical Policing
•
de Executive Master of Tactical Policing major in Criminal Investigation
•
de Executive Master of Police Management / Strategisch Leidinggevende Leergang
Het is de ambitie van de SPL om de ontmoetingsplek te zijn waar politieleiders zich (blijvend) ontwikkelen in hun vak. In haar wens om mensen te faciliteren in hun ontwikkeling als politieleider, besteedt de school aandacht aan de brede maatschappelijke context, de ontwikkeling van het vak en het interventierepertoire. Daarbij staat de leider als mens steeds centraal. Voor meer informatie over de SPL kunt u terecht op de website van de SPL: http://spl.politieacademie.nl/
6
Studiewijzer - TLL-R
2. Opbouw van de EMTP 2.1. Beroepsprofiel De EMTP is gebaseerd op het beroepsprofiel voor tactisch leidinggevende (zie bijlage 1) en is tot stand gekomen in samenwerking met de politiepraktijk. In het beroepsprofiel staan de competenties beschreven die nodig zijn om de werkzaamheden van een leidinggevende op tactisch niveau binnen de recherche uit te voeren. Deze competenties staan centraal in het onderwijs.
2.2. Kernopgaven De competenties uit het beroepsprofiel zijn verder uitgewerkt in kernopgaven; centrale opgaven en problemen die kenmerkend zijn voor het beroep en die aangepakt moeten worden binnen een specifiek organisatorisch verband. We verwachten van u dat u na analyse komt met een oplossing en een aanpak. De leergang omvat negen kernopgaven: •
Effectief leidinggeven
•
Visie en beleid
•
Organisatieontwikkeling en procesmanagement
•
Verandermanagement
•
Sturen en inrichten van de opsporing
•
Leidinggeven aan opsporingsstrategieën
•
Leidinggeven aan grootschalige rechercheonderzoeken
•
Leidinggeven aan onderzoeken in een complexe context
•
Leidinggeven aan internationale samenwerking
•
Praktijkonderzoek
Hoofdstuk 4 beschrijft de inhoud van elke kernopgave. Op de website van de Politieacademie (www.politieacademie.nl) is bij ‘Onderwijsaanbod’ meer gedetailleerde informatie per kernopgave te vinden.
2.3.
Studieduur, studieritme en studielast De EMTP duurt twee jaar en is gebaseerd op het INK-model, alsmede op de hoofdprocessen binnen de politie. Het eerste jaar van de leergang bestaat uit vier kernopgaven die afgeleid zijn van het INK-model. Ze zijn gewijd aan de meer algemeen politiële leiderschaps- en managementcompetenties, te weten: •
Effectief leidinggeven
•
Visie en beleid
•
Organisatieontwikkeling en procesmanagement
•
Verandermanagement
Het tweede jaar van de leergang, de afstudeerrichting Recherche, is gebaseerd op de voor u als tactisch leidinggevende specifieke processen binnen de opsporing en bestaat uit vier specifieke opsporingskernopgaven (leidinggeven aan opsporingsstrategieën, grootschalige rechercheonderzoeken, complexe context en internationale samenwerking). De leergang wordt afgesloten met een praktijkonderzoek. De opleiding heeft een studielast van 1680 uur over de twee jaar. Gemiddeld zijn dit 20 uren per week. In principe krijgt u per twee weken twee dagen contactonderwijs en zult u twee dagen werkend leren in de politiepraktijk. De overige uren zijn bedoeld voor zelfstudie.
7
Studiewijzer - TLL-R
2.4. Randvoorwaarden Om de EMTP te kunnen volgen, is het noodzakelijk dat u een leerwerkplek heeft waar u uw praktijkopdrachten en proeven van bekwaamheid kunt uitvoeren. Verder wordt van u verwacht dat u een lijnchef heeft die verantwoordelijk is voor de begeleiding tijdens het werkend leren.
2.5.
Toetsing en examinering Op vaste momenten tijdens de opleiding wordt gemeten of u in staat bent om als tactisch leidinggevende in de beroepspraktijk adequaat te handelen. Oftewel: heeft u de competenties verworven die bij een bepaalde kernopgave horen? Tot voor kort werd elke kernopgave van de EMTP afgesloten met een proeve van bekwaamheid, maar nu wordt gewerkt met een portfolio dat u samenstelt aan de hand van één of meer opdrachten per kernopgave. Daarnaast wordt de leergang afgesloten met een integrale proeve van bekwaamheid (praktijkonderzoek en simulatie). De examinering van de EMTP bestaat dus uit de volgende onderdelen: 1. één of meerdere portfolio-opdrachten per kernopgave die door het docententeam en/of begeleiders in het korps worden getoetst; het met een voldoende afsluiten van alle portfolioopdrachten is een voorwaarde voor deelname aan de simulatie en het eindgesprek voor het afstudeeronderzoek. 2. een afsluitende simulatie, die door onafhankelijke externe examinatoren wordt getoetst. 3. een afstudeeropdracht in de vorm van een praktijkonderzoek, dat door een onafhankelijke externe examinator samen met een docent wordt beoordeeld. Meer informatie over deze examenopdrachten is te vinden op de digitale leeromgeving Blackboard (http://ecampus.politieacademie.nl). Onderwijs- en Examenregeling (OER) Alle regels die betrekking hebben op de inrichting, taakverdeling en verantwoordelijkheden met betrekking tot onderwijs en examinering, vindt u in de Onderwijs Examen Regeling (OER). De OER staat op de website van de Politieacademie (www.politieacademie.nl), bij het onderdeel Publicaties.
2.6.
Erkenning Verworven Competenties (EVC) Een EVC-procedure is een methode voor herkenning, waardering en erkenning van (eerder opgedane) bekwaamheden. Een EVC-procedure kan bijvoorbeeld leiden tot een verkorting/versnelling van de opleiding. Tijdens de procedure worden de elders en/of eerder behaalde competenties vergeleken met de kwalificatiecriteria van het politieonderwijs. Als u denkt dat u op basis van een eerdere studie of werkervaring al over competenties beschikt die overeenkomen met een of meerdere portfolio-opdrachten, neem dan contact op met uw leerprocesbegeleider. U kunt geen vrijstelling aanvragen voor de portfolio-opdracht van de kernopgave ‘Effectief leidinggeven’, alsmede voor de integrale proeven (praktijkonderzoek en simulatie). Tevens kunt u voor niet meer dan 50% van de leergang vrijstelling aanvragen (OER artikel 33, lid 3).
2.7.
ICT-gebruik in het onderwijs In het onderwijs wordt regelmatig gebruik gemaakt van ICT. Via internet heeft u bijvoorbeeld toegang tot de digitale leeromgeving Blackboard. Op Blackboard worden informatie en opdrachten aangeboden en kan communicatie plaatsvinden tussen u en uw medestudenten en begeleiders. Op de locaties van de Politieacademie kunt u werken op de computers in het open leercentrum (OLC) en op elke locatie is draadloos internet voor u beschikbaar. Het korps is verantwoordelijk voor de inrichting van werkplekken die geschikt zijn om de praktijkopdrachten of proeven van bekwaamheid uit te voeren. Op deze werkplek wordt eveneens de mogelijkheid geboden om te communiceren via intranet en internet.
8
Studiewijzer - TLL-R
3. Begeleiding Als student bent u tijdens de gehele opleiding zelf verantwoordelijk voor uw leerproces. U bent verantwoordelijk voor het verwerven van competenties, voor de studievoortgang (inhoud en proces), de kwaliteit van uw werk en de weerslag daarvan in het portfolio. Tijdens uw opleiding wordt u door een aantal mensen begeleid: de leerprocesbegeleider, de lijnchef/coach en de docenten. Naast deze mensen die u individueel structureel begeleiden is uw klas gekoppeld aan een tactisch of strategisch leidinggevende uit de politiepraktijk die regelmatig aanschuift bij het onderwijs om een vertaling van de lesstof naar zijn/haar politiepraktijk te maken.
3.1. Leerprocesbegeleider Leerprocesbegeleiding is gericht op integrale politieleiderschapsontwikkeling. Uw leerdoelen, de studievoortgang en de ontwikkeling van het zelfsturend leren zijn daarbij de rode draden. De leerprocesbegeleider legt dwarsverbanden tussen de verschillende kernopgaven, maar is ook tussenpersoon tussen theorie en praktijk. De leerprocesbegeleider bewaakt uw algehele voortgang tijdens het leren op de Politieacademie en, gezamenlijk met de lijnchef, tijdens uw periode van werkend leren in de politiepraktijk. De leerprocesbegeleider is verantwoordelijk voor het volgen van uw studievorderingen en is uw aanspreekpunt bij problemen. De docenten van de kernopgave ‘Effectief leidinggeven’ zijn tevens de leerprocesbegeleiders van de groep. Leerprocesbegeleiders zijn, vanaf het eerste moment dat de opleiding start, duidelijk zichtbaar voor u en uw lijnchef. De leerprocesbegeleider is de eerste contactpersoon en heeft een nadrukkelijke rol bij de intake, voortgang en afsluiting van de leergang. Leerprocesbegeleiding is geen vrijblijvend aanbod. De activiteiten waarmee de leerprocesbegeleiding vorm wordt gegeven, zoals leerprocesgesprekken en leerprocesverslagen, hebben een verplicht karakter. Er vinden gedurende de leergang vijf vaste leerprocesgesprekken plaats: drie in het eerste jaar en twee in het tweede jaar. Uw lijnchef/coach is bij drie van de vijf gesprekken aanwezig. Naast deze structurele gesprekken vindt regelmatig informeel overleg plaats tussen u en de leerprocesbegeleider.
3.2.
Lijnchef en/of coach Uw lijnchef is verantwoordelijk voor de organisatie van uw werkomstandigheden en loopbaanbeleid. Hij is daarom tevens uw begeleider in de werkomgeving. Uw lijnchef bewaakt de voortgang van het werkend leren gedurende de hele opleiding en is aanspreekpunt bij problemen. Hij draagt er zorg voor dat u leerzaam werk kunt doen, dat alles goed georganiseerd is en dat de randvoorwaarden voor effectief leren aanwezig zijn. Tevens onderhoudt hij contacten met de Politieacademie. In voorkomende gevallen kan een lijnchef een deel van de coaching, waar het gaat om het verwerven van specifieke competenties, delegeren aan een materiedeskundige collega. Uw lijnchef heeft een rol bij de begeleiding en beoordeling van uw leeropdrachten en examenopdrachten.
9
Studiewijzer - TLL-R
3.3. Docent De docent kan verschillende rollen vervullen: •
als docent/trainer begeleidt hij u inhoudelijk bij het verwerven van kennis en ontwikkelen van competenties.
•
als ontwerper/ontwikkelaar ontwerpt hij leeromgevingen, leeractiviteiten, leermiddelen en – materialen die uw leren uitlokken en faciliteren.
•
als coach biedt hij u ondersteuning bij het leerproces: hij helpt u bij het op gang brengen van het leerproces en het in goede banen leiden daarvan. Hij schept voorzieningen en randvoorwaarden om te leren en zorgt voor feedback.
•
10
als examinator beoordeelt hij uw leerresultaten.
Studiewijzer - TLL-R
4. Inhoud van de kernopgaven 4.1.
Effectief Leidinggeven (5400141) Op basis van een intake en onderzoek naar de eigen competenties bekijken we waar uw aandachts- en verbeterpunten liggen op het vlak van tactisch leidinggeven. Het is belangrijk dat u zichzelf meteen bij de aanvang van de leergang bewust bent van waar uw kracht, talent, bekwaamheid en potentie liggen, en dat geldt zeker ook voor uw minder ontwikkelde kanten. Tijdens de EMTP zullen we dat wat goed is en dat wat beter kan onder een vergrootglas leggen. In de kernopgave ‘Effectief leidinggeven’ staat het vergroten van zelfinzicht centraal, alsmede de bewustwording van de eigen stijl van leidinggeven in een tactische context. U zult leren hoe u dieper liggende kwaliteiten kunt aanboren en deze tot uiting kunt laten komen in het handelen. We zullen theorieën over management en leiderschap aanreiken waarmee u flexibiliteit in aanpak en gedrag kunt ontwikkelen. Vanuit het perspectief van concurrerende waarden wordt ook de vaardigheid ontwikkeld om verschillende, soms tegenstrijdige, rollen en vaardigheden effectief in te zetten. De ontwikkeling van gevoeligheid voor de belangen, overwegingen en motieven van burgers, medewerkers en partners is een opstap om de invloed van de tactisch leidinggevende binnen het grotere geheel (de organisatie, maar ook de maatschappij) te duiden en te richten.
Studielast en credits Studiebelasting : 252 uur, waaronder 18 contactdagen verspreid over een jaar Credits
:9
Intervisie Tijdens de eerste lesdagen worden er intervisiegroepen gevormd. Deze groepen zullen elkaar ontmoeten op de avond tussen de twee lesdagen in. In het begin worden de intervisieavonden begeleid door de leerprocesbegeleiders, maar gaandeweg nemen ze meer afstand en kunnen de groepen zelfstandig aan de slag met het intervisieproces.
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Samenstellen examendossier en evaluatie U stelt in zowel het eerste als tweede leerjaar een examendossier samen en voert daarover examengesprekken met uw lijnchef en de leerprocesbegeleider. U laat hen met behulp van het dossier en het gesprek zien welke persoonlijke en beroepsvaardige ontwikkeling u tijdens het betreffende leerjaar hebt doorgemaakt als leidinggevende op tactisch niveau.
4.2.
Visie en beleid (5400142) Binnen deze kernopgave doorloopt u het totale proces van analyse en beleidsontwerp, via agendavorming, besluitvorming en uitvoering van de sturing tot de evaluatie van het beleid. Op tactisch niveau is analyse belangrijk omdat verticale opdrachten, horizontale overlegvormen en ‘van-onderop-ervaringen’ erin samen komen. In de praktijk is de analyse echter vaak van onvoldoende niveau en zoekt men te snel naar doelen en oplossingen. Bij besluitvorming is de onderlinge relatie tussen inhoud en proces van belang. Het komt er op aan dat u een visie heeft en
11
Studiewijzer - TLL-R
hieraan vast kunt blijven houden (leiding geven met lef), dat u politiek-bestuurlijk kunt opereren en weet hebt van prudentie. Als tactisch leidinggevende kunt u vorm geven aan de uitvoering van beleid, en weet u hoe u moet monitoren en sturen. Monitoren vereist inzicht in de effecten van beleid, maar ook in de succesfactoren die tot resultaten leiden. En tot slot: in een omgeving die voortdurend in beweging is, moet beleid geëvalueerd en getoetst worden.
Studielast en credits Studiebelasting : 196 uur, waaronder 11 contactdagen Credits
:7
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Uitvoeren beleidsanalyse U selecteert een beleidsonderwerp en schrijft hiervoor een beleidsadvies. U analyseert het beleidsonderwerp aan de hand van één of meerdere theoretische modellen en voert een netwerk- en krachtenveldanalyse uit. Op basis van de analyseresultaten formuleert u ten minste twee oplossingsrichtingen die u op hoofdlijnen uitwerkt en beoordeelt op inhoud en proces. Op basis van deze beoordeling kiest u één van de oplossingsrichtingen en bereidt de implementatie voor. U kiest positie om deze oplossingsrichting geëffectueerd te krijgen en in een logboek beschrijft u op welke manier u het beleidsproces aangestuurd hebt. U verwerkt uw beleidsadvies en het logboek tot een verslag. In het afsluitende examengesprek bespreekt u het beleidsadvies met de docent. U licht het beleidsproces toe, beantwoordt vragen en verantwoordt de keuzes die u heeft gemaakt.
4.3.
Organisatieontwikkeling en procesmanagement (5400143) In deze kernopgave staat de samenhang tussen de verschillende elementen en niveaus in de bedrijfsvoering centraal. We leggen het accent op uw rol als tactisch leidinggevende. Vanuit de fasen ‘Inrichten’, ‘Managen’ en ‘Verbeteren van werkprocessen op onderdeeloverstijgend niveau’ zullen we die elementen structureren, concretiseren en relateren aan de context. De doelstelling van deze kernopgave is dat de tactisch leidinggevende de resultaatgerichtheid van relevante bedrijfsprocessen, en de samenhang daartussen, leert optimaliseren en daarover op strategisch niveau kan adviseren. Met betrekking tot de thema’s die tijdens deze kernopgave aan de orde komen – denk aan kwaliteitsmanagement en procesmanagement – zullen we relevante en verdiepende theorieën en veelgebruikte modellen aanbieden: INK, BSC, EFQM, 7-S, BPR en OMP. De nadruk ligt op praktische toepasbaarheid; ze leveren een directe bijdrage aan het bereiken van de doelstelling van de kernopgave. Daarmee wordt een belangrijk onderdeel van de kernopgave dus het daadwerkelijk uitvoering geven aan de doelstelling in de praktijkopdracht. Deze kernopgave sluit overigens nauw aan bij de kernopgave ‘Visie en beleid’ en draagt ook bij aan de algemene voorbereiding op de kernopgaven die hierna volgen. Ook wordt verbinding gelegd met kerncompetenties die beschreven zijn in de kernopgave ‘Effectief leidinggeven’.
12
Studiewijzer - TLL-R
Studielast en credits Studiebelasting : 196 uur, waaronder 10 contactdagen Credits
:7
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Uitbrengen advies bedrijfsvoering U selecteert een inrichtingsvraagstuk en bedenkt een aanpak om het vraagstuk te optimaliseren. U verwerkt uw aanpak in een presentatie en schrijft hier een toelichting op. Op de vastgestelde examendag presenteert u de door u geadviseerde aanpak tijdens een gesimuleerde vergadering van het korpsmanagementteam. Dit team bestaat uit medestudenten en twee docenten van de Politieacademie. U wordt door een docent beoordeeld op uw presentatie en het beantwoorden van de gestelde vragen.
4.4.
Verandermanagement (5400144) In deze kernopgave ligt het accent op de ‘hoe-vraag’ van het veranderproces. De inzichten en vaardigheden die u heeft opgedaan in eerdere kernopgaven kunt u binnen de context van deze kernopgave en de bijbehorende proeve toepassen. Centraal in de kernopgave staat u als leidinggevende in de rol van veranderaar. De basis van het onderwijs is het koppelen van kennis over veranderkunde aan zelfkennis en organisatiekennis. Dit vormt ook de basis voor de proeve. Onderwerpen die de kernopgave goed typeren zijn: bewust kiezen, consistente veranderstrategieën, meerdere perspectieven hanteren, omgaan met weerstand, ‘out of the box’ denken, creatieve aanvliegroutes en werkwijzen, vergroten van innoverend vermogen en inspireren en motiveren. Het programma en de trainers bieden buiten vaste elementen ook ruimte voor persoonlijke wensen en interesses. Het doel van deze kernopgave is het vergroten van de persoonlijke uitrusting op het vlak van verandermanagement, en daarmee het vergroten van de kans op een effectieve implementatie van de gewenste veranderingen.
Studielast en credits Studiebelasting : 196 uur, waaronder 8 contactdagen Credits
:7
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Aansturen veranderproces In het kader van deze portfolio-opdracht selecteert u een onderwerp dat volgens u om verandering vraagt of reeds veranderd wordt. Vervolgens stuurt u gedurende twintig aaneengesloten weken het veranderproces aan, en stelt u een veranderdossier samen. Het veranderdossier bevat documenten en materialen die op de volgende aspecten betrekking hebben: visie, probleemanalyse, doelstelling, feitelijk veranderproces, evaluatie lijnchef, toekomstplannen en literatuur. U sluit de opdracht af met een examengesprek waarin u de docent laat zien dat u de competenties verworven heeft op het gebied van voorbereiden, uitvoeren en evalueren van een verandering.
13
Studiewijzer - TLL-R
4.5.
Sturen en inrichten van de opsporing (5400171) In deze kernopgave staan de inrichting en aansturing van de opsporing als hoofdproces binnen de brede politietaak centraal. Vanuit actueel en relevant beleid worden vraagstukken met betrekking tot de inrichting- en sturing van de opsporing benaderd. In het onderwijs wordt specifiek aandacht besteed aan de gezags- en ketenrelaties in de opsporing, aan sturing en controle van het proces, de inbedding in de integrale politietaak en aan ondersteunende processen. Het doel is inzicht verwerven in de complexiteit van de opsporing om zo het proces doelmatig aan te kunnen sturen en verbetervoorstellen in dat proces te kunnen formuleren die aansluiten op actueel beleid.
Studielast en credits Studiebelasting : 140 uur, waaronder 8 contactdagen Credits
:5
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Inrichten en verbeteren van de opsporing Deze portfolio-opdracht is een simulatie. U selecteert een inrichtingsvraagstuk dat relevant is voor het bereiken van resultaten in het hoofdproces Opsporing. Vervolgens bedenkt u een doelstelling m.b.t. de aanpak en stelt u vast hoe u het proces wilt gaan inrichten. U verwerkt uw aanpak in een presentatie en schrijft daarop een toelichting. U presenteert de door u geadviseerde aanpak tijdens een gesimuleerde vergadering van het korpsmanagementteam. Het korpsmanagementteam bestaat uit medestudenten en twee docenten van de School voor Politie Leiderschap. Naar aanleiding van de presentatie zullen zij vragen stellen. U wordt door een docent beoordeeld op uw presentatie en het beantwoorden van de gestelde vragen.
4.6.
Leidinggeven aan opsporingsstrategieën (5400172) De ondertitel van deze kernopgave is ‘Richten van de Opsporing’. Op basis van omgevingsverkenning, het identificeren van invloedfactoren op methodisch verantwoorde wijze, wordt u gevraagd een visie op de opsporing te formuleren en daarin keuzes te benoemen en te verantwoorden. De geformuleerde visie ligt ten grondslag aan de strategieën die door u en uw medestudenten worden ontwikkeld. Het gaat om besturende strategieën die gericht zijn op het benoemen van ‘fenomenen’, om ondersteunende strategieën die gericht zijn op het verwerven en verbeteren van de intelligence-positie en om opsporingsstrategieën die gericht zijn op het vergaren van bewijslast. In het onderwijs wordt een training ‘Toekomstverkenning’ aangeboden, waarin methoden en technieken worden geoefend om tot een ‘shared forward view’ te komen. Er wordt een selectie van bronnen aangegeven van betrouwbare, kwalitatieve en kwantitatieve data die vooral afkomstig zijn van buiten de politieorganisatie (‘van buiten naar binnen’). Daarnaast wordt in deze kernopgave aandacht besteed aan scenarioplanning en ook de training ‘Tegenspraak’ maakt deel uit van de kernopgave.
Studielast en credits Studiebelasting : 84 uur, waaronder 6 contactdagen Credits
14
:3
Studiewijzer - TLL-R
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Richting van de opsporing bepalen In deze portfolio-opdracht gaat u met drie of vier medestudenten aan de slag met een thema dat relevant is voor de strategiebepaling met betrekking tot de opsporing. U brengt voor dat thema in kaart welke fenomenen en trends zich voordoen, ontwikkelt op basis daarvan een theoretisch onderbouwde visie op het richten en inrichten van de opsporing, en formuleert consequenties en aanbevelingen voor het creëren van de intelligencepositie van de politie op een nader te bepalen onderwerp. U presenteert uw visie aan de docent. Vervolgens schrijft u een verslag, waarin u uw analyse onderbouwt en ingaat op de implicaties van uw visie voor het eigen korps. De schriftelijke verslaglegging wordt beoordeeld door een docent van de School voor Politie Leiderschap.
4.7.
Leidinggeven aan grootschalige rechercheonderzoeken (5400173) Deze kernopgave is interessant voor alle tactisch leidinggevenden binnen grootschalige opsporingonderzoeken en zoomt in op de verschillende aspecten ervan. Het leidinggeven aan een Team Grootschalig Onderzoek (TGO) maakt hiervan een belangrijk onderdeel uit. Het centrale thema is dat u competenties verwerft om te reflecteren en functioneren op het tactisch leidinggevende niveau in grootschalige opsporingsonderzoeken. Oftewel, het kunnen realiseren van een collectieve ambitie en besluitvorming. Het ontwikkelen en toepassen van strategie loopt als een ‘rode draad’ door deze kernopgave heen. Georganiseerd vakmanschap in plaats van individueel vakmanschap. Reflecties tijdens al die verschillende keuzemomenten maken een belangrijk onderdeel uit van de kernopgave. De volgende thema’s komen aan de orde: visie op de ontwikkeling van leiderschap, visie op vakinhoud en de ontwikkeling hiervan, rechtspsychologie, media (bijvoorbeeld opsporing en burgeropsporing 2.0), de advocatuur, macht en gezag en diversiteit in de opsporing (professionals, hbo-ers, recherchekundigen en specialisten). Ook worden de belangen en invalshoeken van de verschillende actoren binnen grootschalige rechercheonderzoeken in beeld gebracht. Structuren zijn daarbij minder belangrijk dan groepsprocessen en inter-persoonlijke dynamiek. Er is in deze kernopgave veel ruimte voor persoonlijke leervragen en het delen van kennis.
Studielast en credits Studiebelasting : 168 uur, waaronder 11 contactdagen Credits
:6
Manier van toetsing Portfolio-opdracht 1: Afsprakenjournaal bijhouden Deze portfolio-opdracht is gericht op de besluitvorming in opsporingsonderzoeken. U richt uw werkplek zo in dat u als tactisch leidinggevende verantwoordelijk bent voor een opsporingsonderzoek. Gedurende een periode van vier weken houdt u een afsprakenjournaal bij van alle beslissingen die in een door u gekozen opsporingsonderzoek worden genomen. De opdracht wordt beoordeeld door de lijnchef.
15
Studiewijzer - TLL-R
Portfolio-opdracht 2: Visie op opsporing verdedigen Deze portfolio-opdracht bestaat uit het samenstellen en verdedigen van een examendossier. U bouwt het examendossier op aan de hand van reflecties op eigen activiteiten en werkzaamheden met betrekking tot verschillende thema’s en specifiek gericht op tactisch leidinggeven in grootschalige opsporingsonderzoeken. U toont ermee aan dat dergelijke onderzoeken bij u in goede handen zijn en dat u beschikt over een gedegen visie op de aanpak ervan en uw eigen rol daarin. Er wordt van u verwacht dat u de bewijzen kunt toelichten die u heeft verzameld voor het examendossier. Uw competenties worden, aan de hand van het examendossier en een criteriumgericht interview daarover, beoordeeld door twee docenten van de School voor Politie Leiderschap.
4.8.
Leidinggeven aan onderzoeken in een complexe context (5400174) Opsporingsonderzoeken kunnen complex van aard zijn door diverse bijzondere factoren zoals onder andere: •
een bijzondere (bijvoorbeeld politiek-bestuurlijke) omgeving
•
publicitaire druk
•
bijzondere afbreukrisico’s / imagoschade
•
betrokkenheid van bijzondere personen en/of posities
•
de aard van de criminaliteit
•
onverwachte wendingen
•
bijzondere samenwerkingsverbanden in de opsporing
Centraal in deze kernopgave staan deze complexe onderzoeken en - meer nog - de competenties die u als tactisch leidinggevende nodig hebt om de complexiteit te onderkennen, hierop te anticiperen en deze aan te sturen.
Studielast en credits Studiebelasting : 112 uur, waaronder 6 contactdagen Credits
:4
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Complexiteit in onderzoeken analyseren Deze portfolio-opdracht bestaat uit een schriftelijk examen, dat klassikaal wordt afgenomen. U krijgt, in fasen, een reële en probleemgerichte casus aangereikt over een rechercheonderzoek waarin complicerende factoren en omstandigheden zijn verwerkt. U neemt op basis van de beschikbare informatie beslissingen en werkt de te nemen acties uit. De uitwerking hiervan levert u in bij de toezichthouder. Een docent van de School voor Politie Leiderschap zal de opdracht nakijken en beoordelen.
4.9.
Leidinggeven aan internationale samenwerking in de opsporing (5400175) Tegenwoordig kent bijna iedere vorm van criminaliteit een internationale dimensie. Het is dan ook ondenkbaar dat een tactisch leidinggevende in de opsporing geen competenties op het internationale vlak heeft en/of ontwikkelt. Deze kernopgave besteedt onder andere aandacht aan het internationale juridische speelveld, interculturele communicatie, best practices met betrekking tot onderzoeken met een belangrijke internationale component en de kunst van het netwerken. Tevens neemt u deel aan een internationaal georiënteerde studiereis in het buitenland.
16
Studiewijzer - TLL-R
Studielast en credits Studiebelasting : 140 uur, waaronder 8 contactdagen en een studiereis naar Londen Credits
:5
Manier van toetsing Portfolio-opdracht: Internationale reis voorbereiden Aan de hand van een casus rond een opsporingsprobleem bereidt u een reis naar het buitenland voor. De opzet voor de reis en de onderliggende keuzes verwerkt u tot een presentatie en een schriftelijke toelichting. De presentatie, de beantwoording van de vragen die hierover worden gesteld en de schriftelijke toelichting worden beoordeeld door docenten van de School voor Politie Leiderschap.
4.10. Praktijkonderzoek (5400149) Het praktijkonderzoek is gericht op een vraagstuk naar keuze. Het doel van de opdracht is dat u laat zien dat u (wetenschappelijke) kennis, onderzoek en literatuur kunt toepassen in de praktijk. Op die manier draagt u bij aan de kennisontwikkeling en –overdracht (in brede zin), van, voor en door de politie. De probleemstelling, de opzet en de manier waarop u te werk bent gegaan, verwerkt u – met uw bevindingen – in een onderzoeksrapport. Als het onderzoeksrapport is goedgekeurd, volgt een eindgesprek met de examinatoren.
Studielast en credits Studiebelasting : 224 uur, waaronder twee contactdagen over methoden van onderzoek,
aangevuld met individuele begeleiding bij het uitvoeren van het onderzoek
en het opstellen van een onderzoeksrapport.
Credits
:8
Manier van toetsing De examenopdracht bestaat uit twee delen: Deel 1
Praktijkgericht onderzoek
Deze opdracht bestaat uit het uitvoeren van een praktijkonderzoek over het onderwerp dat u hebt gekozen. Het doel van dit onderzoek is het beschrijven, verklaren/begrijpen en mogelijkerwijs verbeteren van de beroepspraktijk. U formuleert een probleemomschrijving met een probleemstelling en doelstelling en laat zien dat u complexe problemen kunt analyseren en doorgronden vanuit door u gekozen theorie(ën). U betrekt de (politie)praktijk bij uw analyse en benadert zaken interdisciplinair. U genereert alternatieve oplossingen.
17
Studiewijzer - TLL-R
Het onderzoeksvoorstel, uw analyse en uw bevindingen verwerkt u in een onderzoeksrapport. Hierin zijn in ieder geval de volgende onderdelen verwerkt: •
bestaande theorieën en/of inzichten met betrekking tot uw gekozen thema
•
een beschrijving van de praktijk waarin het thema aan de orde komt
•
het juridisch kader (indien van toepassing)
•
de implicaties voor (politie)leiderschap
•
conclusies en aanbevelingen voor de praktijk
Deel 2
Eindgesprek
Als het onderzoeksrapport is goedgekeurd, volgt een eindgesprek met de examinatoren. Dit gesprek start met een korte presentatie die u zelf hebt voorbereid over de highlights van het onderzoeksrapport en het vervolg daarop. U verantwoordt uzelf in datzelfde gesprek over de inhoudelijke keuzes die u heeft gemaakt. U geeft uw visie op de toekomst en geeft aan wat de implicaties en consequenties zijn van uw onderzoek voor het politiewerk en voor uw korps in algemene zin. Daarbij reflecteert u op uw eigen positie en uw rol als tactisch leidinggevende en laat zien dat u daarin de spanningsvelden opzoekt.
18
Studiewijzer - TLL-R
5. Praktische informatie 5.1. Diplomering Als u alle examenopdrachten voldoende afgesloten heeft, kunt u uw diploma aanvragen bij de studentenadministratie. Hiervoor moet u alle examenresultaten overleggen die u gedurende de leergang in uw portfolio heeft verzameld. Vier keer per jaar wordt een diploma-uitreiking georganiseerd. Als u niet naar de diploma-uitreiking gaat, wordt uw diploma na afloop naar uw huisadres verzonden.
5.2. Informatiebronnen Naast deze studiewijzer zijn er nog andere informatiebronnen die u kunt gebruiken om meer informatie over uw studie, de SPL of de Politieacademie te vinden: •
Website School voor Politie Leiderschap: http://spl.politieacademie.nl
Op deze website vindt u algemene informatie over de SPL, maar ook een selectie van actuele nieuwsberichten over (politie)leiderschap en een overzicht van de geplande activiteiten voor de komende periode.
•
Website Politieacademie: http://www.politieacademie.nl
Op de website van de Politieacademie vindt u meer informatie over de Politieacademie, zoals adresgegevens. Ook kunt u via deze website meer informatie vinden over de SPL en de andere scholen van de Politieacademie en het onderwijs dat verzorgd wordt.
•
Blackboard: http://ecampus.politieacademie.nl/
Op Blackboard vindt u gedetailleerde informatie over de inhoud van de kernopgaven, de proeven en allerlei andere zaken omtrent uw opleiding. Ook de literatuurlijst vindt u hier. Blackboard is een onderdeel van de digitale onderwijsportal ‘E-campus’.
•
PolitieKennisNet: http://pkn.politieacademie.nl/politiekennisnet
PolitieKennisNet (PKN) is het landelijke digitale kennis- en informatieportaal met onder andere de politiekundige kennisbank en virtuele kantoren. Deze diensten zijn beschikbaar voor het politieonderwijs, de politiepraktijk en partners in de publieke veiligheid.
•
Mediatheek: http://mediatheek.politieacademie.nl.
Elke vestiging van de Politieacademie beschikt over een eigen mediatheek. Dit is een (gratis) mediatheek voor de hele Nederlandse politie. In de mediatheek kunt u alle informatie vinden over politiekunde en politiegerelateerde onderwerpen. Zwaartepunten in de collectie liggen bij recherche, verkeer, milieu, gevaarbeheersing en leiderschap. De collectie bestaat uit boeken, rapporten, tijdschriften, beeldmateriaal, dag- en weekbladen en digitale bronnen. De catalogus van de mediatheek is online beschikbaar.
5.3.
Studenten Informatiepunt (STIP) Voor alle vragen, opmerkingen, ervaringen, klachten en ideeën over het politieonderwijs kunt u terecht bij het Studenten Informatiepunt van de Politieacademie. Het STIP is bereikbaar via telefoonnummer 055-5392288 en het e-mailadres
[email protected]. Het STIP probeert de vragen en signalen direct op te pakken en op te lossen. Lukt dat niet, dan speelt het de vragen door en volgt het antwoord in een later stadium. Het Informatiepunt is gehuisvest op de concernlocatie in Apeldoorn.
19
Studiewijzer - TLL-R
5.4. Adressen Het onderwijs van de EMTP wordt voornamelijk verzorgd in Warnsveld en Apeldoorn. Het is mogelijk dat ook gebruik wordt gemaakt van andere vestigingen van de Politieacademie of externe locaties.
Concernlocatie Apeldoorn Arnhemseweg 348 7334 AC Apeldoorn Telefoon (055) 539 20 00 Fax (055) 539 26 25
Locatie Warnsveld Rijksstraatweg 127 7231 AD Warnsveld Telefoon (0575) 58 00 00 Fax (0575) 58 00 48
Postadres Politieacademie Postbus 834 7301 BB Apeldoorn De Politieacademie maakt gebruik van één postadres voor alle locaties. Geef bij het versturen van post duidelijk aan voor welke locatie en persoon de post bedoeld is.
20
Studiewijzer - TLL-R
Bijlage 1: Beroepsprofiel tactisch leidinggevende Als tactisch leidinggevende geeft u integraal leiding aan een middelgrote groep medewerkers en hun operationeel leidinggevenden. U stuurt meerdere primaire hoofdprocessen tegelijkertijd aan – bijvoorbeeld binnen een geografische eenheid – of leidt één primair hoofdproces in een taakgebied. Dat doet u in de context van veiligheidsarrangementen met partners, en in dit kader heeft u als tactisch leidinggevende ook een actieve rol in het formuleren van gemeenschappelijk veiligheidszorg en het aangaan van samenwerkingsverbanden met externe partners. U beheerst het competentieniveau van een politiekundige op bachelorniveau.
Vakmatig en methodische competenties Leidinggeven algemeen: -
past diverse leiderschapsstijlen procesgebonden toe
-
delegeert werkzaamheden aan operationeel leidinggevenden
-
geeft leiding aan grotere projecten
-
geeft leiding in crisissituaties
Coachend leidinggeven: -
coacht operationeel leidinggevenden in het aansturen van medewerkers
-
signaleert talenten van medewerkers en stimuleert hen deze te ontwikkelen
-
vertaalt dit in concreet loopbaanbeleid
-
past personeelsinstrumenten toe
-
inspireert en stimuleert medewerkers om verantwoordelijkheden op zich te nemen
-
houdt actief het kennis- en competentieniveau van zijn onderdeel op peil
Resultaatgerichtheid: -
stelt heldere doelen en spreekt anderen aan op gemaakte afspraken
-
stelt heldere prioriteiten in het werk
-
evalueert resultaten, legt verantwoording af en is daarin transparant
Bedrijfsvoering -
draagt zorg voor de bedrijfsvoering van zijn onderdeel m.b.t. financieel en personeelbeheer, administratieve organisatie en informatiehuishouding
-
bewaakt systematisch de kwaliteit van het werk
-
zorgt voor samenspel en integratie van de activiteiten
-
plant efficiënt mensen en middelen (capaciteitsmanagement)
Vakmanschap
21
-
geeft leiding aan politieoptreden in groter verband
-
geeft leiding aan complexe opsporingsonderzoeken
-
geeft leiding aan de uitvoering van gemeenschappelijke veiligheidszorg
-
kiest voor een proactieve aanpak
Studiewijzer - TLL-R
Bestuurlijk-organisatorische en strategische competenties Externe oriëntatie: •
onderkent tendensen in de samenleving en vertaalt deze naar activiteiten op de middellange termijn
•
vertaalt wensen van de klant naar mogelijke dienstverlening
•
kan afstand nemen van de waan van de dag en stimuleert dit bij andere leidinggevenden
Netwerken •
initieert netwerken op het gebied van leefbaarheid en veiligheid
•
weet partners rond leefbaarheids- en veiligheidsproblematieken te binden
•
agendeert onderwerpen van leefbaarheid en veiligheidszorg en draagt standpunten effectief uit
Verandering en innovatie: •
signaleert gebeurtenissen en ontwikkelingen en grijpt deze aan als kansen voor gedragsen organisatieverandering
•
voert veranderingsprocessen door en borgt deze
•
motiveert en stimuleert medewerkers tot actieve deelname in verbeteringsprocessen
Teamvorming: •
informeert medewerkers en laat hen participeren in ontwikkelingen
•
creëert draagvlak voor een gezamenlijke koers
Accountability •
legt (actief) verantwoording af aan het bevoegd gezag en de maatschappelijke omgeving
Sociaalcommunicatieve en cultureel-normatieve competenties Autonomie: •
neemt als leidinggevende positie in
•
neemt verantwoordelijkheid en spreekt anderen daar ook op aan
Communicatie: •
toont belangstelling en is toegankelijk
•
luistert naar en verplaatst zich in de dagelijkse realiteit van de medewerkers
•
draagt visie en beleid begrijpelijk en overtuigend uit
•
inspireert het strategisch management om verantwoordelijkheden op zich te nemen en te benutten
Samenwerken en actief verbinden:
22
•
herkent groepsprocessen en kan deze beïnvloeden
•
kan conflicten hanteren
•
geeft het belang van samenwerking gestalte
•
legt contact, zoekt verbinding met anderen, vooral binnen de organisatie
•
verkleint afstanden door betrokkenen en verschillende belangen bij elkaar te brengen
Studiewijzer - TLL-R
Integriteit: •
stimuleert een professionele cultuur
•
stimuleert respect en openheid in de omgang met anderen
•
creëert een klimaat waarin medewerkers op zichzelf reflecteren
•
waakt over een integere beroepsbeoefening en intervenieert zo nodig
•
bewaakt de legitimiteit van de aangestuurde processen
•
bewaakt de toepassing van het geweldsmonopolie en andere rechtsstatelijke aspecten en stuurt hier op
Leer- en vormgevingscompetenties Reflectie: •
stelt zich kwetsbaar op en vraagt om feedback
•
kan het eigen tactisch leidinggeven evalueren en bijstellen
Onderhoud: •
houdt actief zijn eigen kennis- en competentieniveau op peil
Ontwikkeling: •
23
geeft koers aan de eigen loopbaan
11-132 www.politieacademie.nl