Plenaire voordrachten Titel Update techniek en protocollen: blanco (HR)CT Spreker Dr. I.J.C. Hartmann, Maasstad Ziekenhuis Duur 20 minuten Moeilijkheidsgraad Level 2 = AIOS betreffende differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betreffende differentiatie en orgaangerichte radiologen Klinische context Er is een groot verschil tussen de (HR)CT protocollen die gebruikt worden in de verschillende medische centra. De thorax sectie van de NVvR wil streven naar meer uniformering en met concrete adviezen komen, met het focus op (HR)CT protocollen, voor de meest gebruikte fabrikanten. Hierbij wordt tevens ingegaan op de nieuwe toepassingen die mogelijk zijn geworden in de nieuwe generatie MDCT scanners: duel energy, (ultra) low dose CT thorax, gebruik MIP/MinIP. Opzet voordracht - Het belang van uniformering protocollen - Uitleg over door de thoraxsectie voorgestelde protocollen - Nieuwe ontwikkelingen Leerdoelen - inzicht in door de thoraxsectie voorgestelde protocollen - inzicht in belang uniformering - kennis van nieuwe ontwikkelingen
Titel Longnodules solid en semi-solid, hoe te vervolgen? Spreker Dr. P.A. de Jong Duur 20 minuten Moeilijkheidsgraad Level 1 = AIOS algemeen en differentiatie, orgaangerichte en algemeen radioloog Klinische context Bij het beoordelen van CT-thorax onderzoeken zijn longnodulen frequent voorkomende bevindingen. Voor de follow up worden de Fleischner criteria geadviseerd. Het is van groot belang deze criteria juist te interpreteren. Welke morfologische kenmerken zijn te onderscheiden. Hoe beïnvloedt dit het beleid. Opzet voordracht - Longnodulen solid en semi-solid - Fleischner criteria - morfologische kenmerken longnodulen Leerdoelen - kennis van en inzicht in gebruik Fleischner criteria - optimalisatie van detectie en meten van longnodulen - herkennen van belangrijke morfologische kenmerken van longnodulen
Titel Pulmonale hypertensie: kliniek, radiologie, pathologie Sprekers Drs. E.J. Nossent, VU, longarts Dr. L.J. Meijboom, VU, radioloog Dr. K. Grünberg VU, patholoog Duur 45 minuten Moeilijkheidsgraad Level 1 = AIOS algemeen en differentiatie, orgaangerichte en algemeen radioloog Klinische context Pulmonale hypertensie kent vele verschillende oorzaken. De behandeling en prognose verschilt per subgroep. Hoe zijn deze subgroepen te onderscheiden? Wat wil de longarts van ons weten? Welke bevindingen op een CT thorax zijn van belang om pulmonale hypertensie te onderkennen? Hoe beïnvloeden de radiologische bevindingen de differentiaal diagnose? Wat is het histopathologisch substraat en hoe is deze te correleren met de bevindingen op beeldvorming? Opzet voordracht - Klinische context pulmonale hypertensie. - Verschillende subgroepen pulmonale hypertensie - Wat wil de longarts weten? - Welke kenmerken moeten onderkend worden op een CT Thorax? - Welke vervolg onderzoeken zijn geïndiceerd? - Wat is het histopathologisch substraat? - Correlatie radiologie versus pathologie. Leerdoelen - Kennis van de verschillende subgroepen pulmonale hypertensie. - Kennis van de bevindingen die bij pulmonale hypertensie op een CT thorax onderkend kunnen worden en inzicht in het belang hiervan. - Kennis van correlatie radiologische en pathologische bevindingen
Titel UIP vs NSIP vs OP aspecten en differentiaal diagnose Sprekers Dr. C.M. Schaefer-Prokop, Meander Medisch Centrum, Radboudumc Dr. I.J.C. Hartmann, Maasstad ziekenhuis Duur 30 minuten Moeilijkheidsgraad Level 2 = AIOS differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betreffende differentiatie en orgaangerichte radiologen Klinische context UIP, NSIP en OP hebben een overlap in zowel klinische als radiologische presentatie. Het is voor het beleid van belang om een onderscheid tussen de verschillende patronen te kunnen maken. Met behulp van HRCT is dit vaak maar niet altijd mogelijk. Welke handvaten zijn te gebruiken om tot een zo goed mogelijke radiologische differentiaal diagnose te komen? Opzet voordracht - Klinische en radiologische presentatie UIP, NSIP en OP - Boordelingssystematiek voor het maken van onderscheid tussen UIP, NSIP en OP - Klinische consequenties Leerdoelen - Kennis van klinische en radiologische presentatie UIP, NSIP en OP. - Het kunnen onderscheiden van UIP, NSIP en OP op basis van morfologische kenmerken. - Inzicht hebben in het klinisch belang van dit onderscheid.
Parallelsessies voordrachten Titel Beoordelen X-thorax: wat kunnen we van CT leren? Moeilijkheidsgraad Level 1 = AIOS algemeen en differentiatie, orgaangerichte en algemeen radioloog Sprekers Drs. M.P.J. Rossius, Erasmus MC Drs. H.P.M. Verhees, Catharina ziekenhuis Eindhoven Klinische context Klinisch belangrijke bevindingen kunnen zich subtiel op een X-thorax presenteren. Door correlatie van deze bevindingen met CT thorax kan de detectie van deze subtiele bevindingen op X-thorax verbeterd worden. Outline sessie De sessie begint met een korte introductie over de ‘hidden area’ en ‘lines and strips’ op X-thorax. Vervolgens wordt interactief ingegaan op de correlatie van bevindingen op X-thorax en CT thorax. Hierbij wordt gebruik gemaakt van diverse casuïstiek: mediastinale massa’s, longtumoren, pulmonale infecties en interstitiële longziekten. Leerdoelen U kent de ‘hidden area’ en ‘lines and stips’ op X-thorax. U krijgt meer inzicht in de correlatie van bevindingen op X-thorax en CT thorax. U kunt subtiele bevindingen op X-thorax onderkennen.
Titel HRCT patroonanalyse Moeilijkheidsgraad Level 1 = AIOS algemeen en differentiatie, orgaangerichte en algemeen radiologen Sprekers Dr. A.J.G. Knoops, St. Antonius ziekenhuis, Nieuwegein Drs. M.F. Boomsma, Isala klinieken Klinische context Tijdens deze sessie worden handvaten aangereikt voor het beoordelen van HRCT onderzoeken in de algemene praktijk. Outline sessie In de algemene praktijk is de frequentie waarin HRCT onderzoeken beoordeeld worden niet hoog. Met behulp van structurele beoordelen, patroonanalyse en het plaatsen van bevindingen in de klinische context van de patiënt kan tot een bruikbare differentiaal diagnose gekomen worden. Tijdens de introductie wordt HRCT patroonanalyse en het gebruik van postprocessing tools als MIP en MINIP uitgelegd. Vervolgens kunt u zelfstandig HRCT onderzoeken beoordelen, deze worden aan het eind van de parallelsessie klassikaal besproken. Leerdoelen U heeft kennis van de meest voorkomende interstitiële longziekten. U heeft kennis van patroonanalyse en het gebruik van relevante postprocessing tools bij de beoordeling van HRCT onderzoeken. U kunt HRCT patroonanalyse en het gebruik van relevante postprocessing tools in de praktijk toepassen.
Titel Hart en long: wat rapporteren? Moeilijkheidsgraad Level 2 = AIOS betreffende differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betreffende differentiatie en orgaangerichte radiologen Sprekers Dr. R.N. Planken, AMC Dr. M. Das, MUMC Klinische context Welke cardiale bevindingen zijn voor een algemeen of thoraxradioloog belangrijk om te onderkennen op een CT thorax? Outline sessie In de introductie wordt uiteengezet welke cardiale bevindingen onderkent kunnen worden op een CT-thorax zonder ECG gating en welke beoordelingssystematiek hierbij te gebruiken. De sessie is opgebouwd uit cases, hierbij wordt ook ingegaan op de aanvullende cardiale diagnostiek. Leerdoelen U weet welke cardiale pathologie op een reguliere CT-thorax gediagnostiseerd kan worden. U kent de beoordelingssystematiek die hierbij gebruikt wordt en kunt deze toepassen. U weet welke cardiale vervolg onderzoeken vervolgens ingezet kunnen worden.
Titel Patiënt met hemoptoe wat nu? Moeilijkheidsgraad Level 2 = AIOS betreffende differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betreffende differentiatie en orgaangerichte radiologen Sprekers Drs. R.J. Lely, VUmc Dr. D.W. de Boo, AMC Klinische context Wat is de diagnostische work-up van een patiënt die zich presenteert met hemoptoe? Welke patiënten komen in aanmerking voor interventie? Outline sessie Tijdens de introductie wordt een presentatie gegeven over de verschillende oorzaken en behandeling opties van hemoptoe. De richtlijn hemoptoe wordt hierbij gevolgd. Aan de hand van cases wordt interactief de diagnostische work-up van hemoptoe besproken. Leerdoelen U heeft kennis van de meest voorkomende oorzaken en behandelingsmogelijkheden van hemoptoe. U heeft kennis van de richtlijn hemoptoe. U kunt de diagnostische work-up van hemoptoe toepassen.
Titel Complicaties bij therapie, wat is de oorzaak? Moeilijkheidsgraad Level 3 = fellows, radiologen met subspecialisatie Sprekers Drs. E. Susanna-Schelhaas, MRON Drs. A.E. Odink, Erasmus MC Klinische context Tijdens diverse behandelingen kunnen complicaties ontstaan die onderscheiden moeten worden van normale therapie gerelateerde bevindingen, tumor recidief of infecties. Hoe kan dit onderscheid gemaakt worden? Outline sessie Tijdens de introductie van de sessie worden handvaten aangereikt om afwijkingen veroorzaakt door therapie en complicaties van therapie te onderscheiden van bijvoorbeeld tumor recidief of infectie. Vervolgens worden klinische cases besproken waarin medicatie, radiotherapie en chirurgie geïnduceerde complicaties onderscheiden moeten worden van andere pathologie. Leerdoelen U kent de kenmerken van medicatie, radiotherapie en chirurgie geïnduceerde afwijkingen in de thorax. U bent in staat, met behulp van deze kenmerken, therapie geïnduceerde afwijkingen te onderscheiden van andere pathologie.
Titel Case based: reticulatie en matglas Moeilijkheidsgraad Level 3 = fellows, radiologen met subspecialisatie Sprekers Drs. M.M. Snoeren, Radboudumc Drs. M. Spee - Dropková, St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein Klinische context Reticulatie en matglas zijn frequent voorkomende bevindingen op een CT-thorax. Hoe komt u tot een bruikbare differentiaal diagnose? Outline sessie De sessie start met een introductie over de patroonanalyse bij de bevinding reticulatie en/of matglas. Aan de hand van cases worden frequent en minder frequent voorkomende oorzaken van reticulatie en matglas besproken. Hierbij wordt uitgegaan van een MDO situatie: kliniek, radiologie, pathologie (indien beschikbaar), definitieve of werkdiagnose. Leerdoelen U weet welke longziekten reticulatie en matglas veroorzaken. U kunt patroonanalyse op de bevinding reticulatie en/of matglas toepassen. U kunt een klinisch relevante differentiaal diagnose bij de bevinding reticulatie en matglas opstellen.
Sessie uitsluitend op woensdag 14 oktober 2015 – medisch management Titel Het belang van leiding geven aan een vakgroep radiologie in een veranderende relatie met het ziekenhuis Moeilijkheidsgraad Level 1 = AIOS algemeen en differentiatie, orgaangerichte en algemeen radiologen Sprekers - Werkgroep management in opleiding van de NVvR Dr. A.R. (Rob) de Vries Drs. Ph.J. Jurgens; Leerdoelen 1: kennis verkrijgen van de positie van de vakgroep in het ziekenhuis 2: waarom is leiderschap van belang 3: het medisch specialistisch bedrijf en de rol van de radiologen daarin.
Sessies uitsluitend op donderdag 15 oktober 2015 - NG
10:20- 11:15 parallelsessie ronde 1 Titel PET/CT in diagnostiek van de NSCLC Spreker Prof. Dr. J. Pruim, UMC Groningen Moeilijkheidsgraad Level 1 en 2 = AIOS algemene, orgaangerichte variant en algemeen radiologen en AIOS betreffende differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betr. differentiatie Klinische context Wat is de rol van 18F FDG PET/CT in workup bij verdenking op NSCLC? Outline sessie Tijdens de introductie wordt een presentatie gegeven over de rol van PET/CT bij NSCLC met aandacht voor techniek, indicaties, sensitiviteit en specificiteit van 18F PET/CT onderzoek bij patiënten met verdenking op NSCLC. De richtlijn “Niet kleincellig longcarcinoom (2.1)” wordt hierbij besproken. Aan de hand van cases wordt interactief de diagnostische workup van NSCLC doorlopen. Leerdoelen - U heeft kennis van de fysische principes van de PET/CT - U heeft kennis van de richtlijn “Niet kleincellig longcarcinoom (2.1)” - U heeft kennis van indicaties voor 18F PET/CT bij verdenking op NCSLC - U kan patronen van benigne en maligne pathologie herkennen en toepassen
13:30 – 14:25 parallelsessie ronde 2 Titel PET/CT in RT planning voor long maligniteiten Spreker Prof. dr. E.F. Comans, VUMC, LUMC, MC Haaglanden Moeilijkheidsgraad Level 2 = AIOS betreffende differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betr. differentiatie Klinische context Wat is de rol van 18F FDG PET/CT in RT planning voor longmaligniteiten? Outline sessie Tijdens de introductie wordt een presentatie gegeven over de rol van PET/CT bij RT planning bij patiënten met longmaligniteiten besproken met aandacht voor techniek, indicaties en toegevoegde waarde van PET/CT ten opzichte van de conventionele methoden. De bovengenoemde word geïllustreerd aan de hand van cases. Leerdoelen U heeft kennis van de toegevoegde waarde van PET/CT voor radiotherapie planning in patiënten met longmaligniteit U heeft kennis van indicaties voor 18F PET/CT RT planning bij longmaligniteiten U kan patronen van maligne long pathologie herkennen en toepassen voor RT planning
14:30 – 15:25 parallelsessies ronde 3 Titel Incidentele bevindingen op hybride beeldvorming Sprekers J.E. Huijbregts, UMC Utrecht, Dr. M.S. Kartachova, MC Alkmaar Moeilijkheidsgraad Level 1 en 2 = AIOS algemene, orgaangerichte variant en algemeen radiologen en AIOS betreffende differentiatie, algemeen radiologen met interesse in betr. differentiatie. Klinische context In de dagelijkse praktijk vindt men regelmatig onverwachte FDG avide afwijkingen die niet samenhangen met het probleem waarvoor de FDG-PET-scan werd aangevraagd. Outline sessie Tijdens de introductie wordt een presentatie gegeven over de meest voorkomende toevalsbevindingen in de thorax en hoofd/hals regio bij patiënten met oncologische en niet oncologische aandoeningen. Aan de hand van cases wordt interactief de diagnostische work up van deze bevindingen doorlopen. Leerdoelen - U heeft kennis van de meest voorkomende toevalsbevindingen op de 18F FDG PET in hoofd/hals en thorax regio - U kan de diagnostische workup van toevalsbevindingen op de 18F PET/CT toepassen