Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
Leerpad Kramen bij minderheden
Bouwen op Een Inter cultur e el Funda m ent Kader:
Een Intercultureel Fundament (EIF) Actielijn 2, deskundigheidsbevordering en competentieontwikkeling
Uitvoerder:
Programma Klaar voor een Kind (KVEK) Gecoördineerd door GGD Rotterdam-Rijnmond en Erasmus MC
Projectleiding:
drs. I.A. Peters, projectleider Interculturalisatie programma KVEK
Uitvoeringsperiode: December 2011 tot met juni 2013 Evaluatiedatum:
Mei 2013
Inhoudsopgave 1.
Inleiding
3
2.
Doelstelling
3
3
De Training
4
4.
Resultaten en producten
6
5
Evaluatie bereik beoogde doelstellingen
9
6.
Conclusies en aanbevelingen
10
7.
Toekomstperspectief en consolidatie
11
Bijlage I
Powerpoint presentatie
Bijlage II
Reader
Bijlage III
Voor- en nametingsformulieren
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
1.
Inleiding
De VGN en ActiZ voeren samen het Programma ‘ Een Intercultureel Fundament’ uit. Het programma bestaat uit een aantal deelprojecten. Elk deelproject belicht een specifiek aspect van interculturele zorg. Tezamen vormen zij een stevige basis voor professionele zorg in een multiculturele samenleving. Ook cultureel competente professionalisering van de kraamzorg maakt hier deel van uit. In dat kader is de samenwerking gezocht met het Rotterdamse programma Klaar voor een Kind, om het onderdeel ‘leerpad kramen bij minderheden’ uit te voeren. Het gemeentelijke programma Klaar voor een Kind wordt gecoördineerd door de GGD Rotterdam-Rijnmond en het Erasmus MC. Het doel van het programma is de perinatale gezondheid van baby’s in Rotterdam te verbeteren, waardoor zij een goede start maken na de geboorte, een goede toekomstige gezondheid hebben en goede fysieke en psychische ontwikkelingskansen krijgen. Het programma zet ondermeer in op een betere begeleiding voor, tijdens de zwangerschap, de bevalling, het kraambed en daarna.
1.1
Aanleiding ‘Culturele competente professionalisering Kraamzorg’
Nederland kent een hoog perinatale sterftecijfer met grote verschillen tussen etnische, en sociaaleconomische groepen en tussen mensen al dan niet wonend in een grote stad of in een zogenoemde achterstandswijki. Zwangere vrouwen die in een grote stad wonen hebben vaker een slechte zwangerschapsuitkomst. Verklaringen hiervoor zijn dat in grote steden meer ouders wonen van allochtone afkomst of met een lage sociaaleconomische status, meer (aanstaande) ouders woonachtig zijn in een achterstandswijk en in de grote steden meer sprake is van cumulatie van meerdere risico’s. Van de vier grote steden zijn de ongunstige perinatale uitkomsten verreweg het grootst in Rotterdam. Met name het wonen in een achterstandswijk blijkt een risico, overigens vooral voor autochtone (aanstaande) ouders. Voor het kunnen bieden van afgestemde en risicosignalerende zorg is een interculturele zorgafstemming door de kraamverzorgenden noodzakelijk. Uit een nulmeting die is uitgevoerd in het kader van het programma Klaar voor een Kind is gebleken dat het curriculum van de basisopleiding kraamzorg niet volledig is afgestemd op de multiculturele dagelijkse praktijk van de kraamzorg. De regionale kraamzorgaanbieders voorzien weliswaar in diversiteit gerelateerde nascholing maar in de uitvoering van het vak worden op het gebied van etnisch-culturele kennis en vaardigheidslacunes ondervonden. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het feit dat de etnisch cultureel diverse doelgroepen als docent / trainer niet vertegenwoordigd zijn in het onderwijs of in de deskundigheidsbevordering op dit terrein.
1.2
Algemeen doel
Rondom de geboorte en kraamperiode spelen cultureel en etnisch gerelateerde inzichten en gebruiken van de aanstaande moeder en kraamvrouw een grote rol. Juist in deze periode van het leven vervalt de barende of kramende vrouw in wat voor haar vertrouwd is. Ook haar gezins- en familienetwerk zal zich juist in deze bijzondere periode met veel onzekerheden, vast willen houden aan etnisch-cultureel specifieke inzichten en gebruiken.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
2
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
Wanneer de kraamverzorgende hier meer kennis over heeft, is het voor haar gemakkelijker bepaalde gebruiken en inzichten te herkennen en hier in haar (risicogeleide) zorghandelen en advisering op af te stemmen. Hiermee zal de culturele competentie van de kraamverzorgende toenemen. Een risicogeleide training voor kraamverzorgenden op het terrein van diversiteit en de daaraan verbonden rituelen en gebruiken die voortkomen uit de verschillende culturen en religies, gegeven door de etnisch-cultureel diverse groepen zelf is een antwoord op de wens tot het cultureel competent professionaliseren van de kraamzorg.
2.
Doelstelling
2.1
Problematiek
Kraamverzorgenden die al lange tijd in het vak zitten hebben in de praktijk veelal al veel ervaring opgedaan in de omgang met etnisch-cultureel diverse kraamgezinnen. Toch bestaat (a) weinig theoretisch kennis van de achtergronden van migranten (en kinderen van) en culturele en religieuze gewoonten van de grootste migranten groepen in de Nederlandse samenleving en heeft de professional (b) geen inzicht in waarom bepaalde benadering (communicatie) tot de kraamvrouw en haar netwerk juist wel of niet werkt. Tevens bestaat (c) de angst en weerstand voor het bespreekbaar maken van risicovol gedrag die voortkomen uit tot de cultuur of de religie van de kraamvrouw en haar sociale netwerk. In de culturele competentie ontwikkeling van kraamverzorgenden dient aandacht besteedt te worden aan: Kennis achtergrond van migranten en culturele en religieuze gewoonten Inzicht in cultureel competent zorghandelen (communicatie, risicosignalering) Versteviging cultureel competente beroepsattitude in de zin van open, eerlijke, geïnteresseerde en risicogeleide communicatie met de kraamvrouw en haar sociale netwerk. Zoals blijkt uit de diversiteit en interculturalisatie nulmetingen die zijn uitgevoerd door het programma Klaar voor een Kind ontbrak onderwijs en deskundigheidsbevordering waarin bovenstaande punten gezamenlijk aan de orde komen en de etnisch-cultureel diverse groepen zelf de kennisoverdracht verzorgen ii iii. verzorgen . Op deze constateringen en het doelkader van het onderdeel ‘Leerpad kramen bij minderheden’ van het EIF project is onderstaande doelstelling gebaseerd.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
3
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
2.2 Pilot doelstelling: “Ontwikkeling en pilot-uitvoering van een deskundigheidbevorderende methodiek waarmee kraamverzorgenden theoretische en praktische handvatten worden geboden om cultureel competente zorg te leveren in de zin van risicosignalering, advisering en adequaat zorghandelen”.
2.2.1 Leerdoelen: Kennistoename bij de cursist/kraamverzorgende over de achtergrondskarakteristieken van migranten en inzichten en gebruiken in relatie tot de geboorte en kraamtijd van Turkse, Marokkaanse, Kaapverdiaanse, Antilliaanse en Surinaamse doelgroepen. Kennistoename bij de cursist/ kraamverzorgende over etnisch-culturele risico’s tijdens de geboorte en kraamperiode. Kennistoename bij de cursist/ kraamverzorgende over cultureel sensitief afstemmen en adviseren.
3.
De training
3.1
Het trainingsformat
Voor de training ‘Geboorte en kraamtijd in verschillende culturen’ is de keuze gemaakt om een tweedeling aan te brengen in het trainerschap. De theoretische inleiding wordt gedoceerd door een sociaal wetenschapper die aan de hand van praktijkvoorbeelden en inzichtgevende modellen de theorie omtrent de migratiehistorie, cultuur, religie en etnisch specifieke ziekten aan de orde stelt. Voornoemde docent is verbonden aan de afdeling Verloskunde en Gynaecologie van het Erasmus MC. De nadruk van de training ligt bij module twee en drie van de training waarin achtereenvolgens de etnisch-culturele verdieping en risicosignalering en advisering aan de orde komen. Deze modules worden gegeven door drie zogenoemde ‘Voorlichter Perinatale Gezondheid’(VPG)1. Deze voorlichters zijn door het programma Klaar voor een Kind en erkend opleidingsinstituut opgeleid tot VPG-er. Tevens zijn de voorlichters gespecialiseerd in het geven van individuele begeleiding en zijn op groepsniveau in staat om voorlichting en trainingen te geven op het terrein van Perinatale Gezondheid. De voorlichters zijn van etnisch-cultureel diverse afkomst en spreken naast de Nederlandse taal een tweede en derde taal. De aanvullende talen kunnen Marokkaans-Arabisch/Berbers, Turks, Papiamento, Surinaams, Spaans of Portugees betreffen. De culturele achtergrondkarakteristieken van deze professionals bieden de voorlichters de mogelijkheid om vanuit de eigen achtergrond op bezielende wijze invulling te geven aan theoretische maar meer nog praktijk gerichte kant van de kraamzorg. Zie volgende schema voor een inhoudelijk overzicht van de training. 1
Nu heten de Voorlichters Perinatale Gezondheid, Voorlichters Gezondheid werkzaam bij de Stichting Voorlichters Gezondheid te Rotterdam www.voorlichtersgezondheid.nl
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
4
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
Thematische indeling training: Indeling
Deelthema’s per doelgroep
Inhoud
Docent T Tijdsduur
Deel I:
1. Migratiehistorie en generatiekenmerken
Sociaal wetenschapper (SW)
idem
45 minuten
VPG en SW
VPG
60 minuten
VPG en SW
VPG
45 minuten
Theorie/ achtergrond
2. Algemene culturele kenmerken 3. Algemene religieuze kenmerken 4. Aan etniciteit gerelateerde ziekten
Deel II:
1. Onderlinge communicatie
Etnisch /culturele verdieping
2. Sociale organisatie (netwerk: familie, vrienden) 3. Gedrag / houding bevalling2 4. Gedrag / houding kraamperiode3
Deel III: Risico’s & advisering
1. Casuïstiek4: risicovolle gewoonten per doelgroep 2. Wat zijn toepasbare methodieken voor het bespreekbaar maken van risicovolle gewoonten en advisering
2,5 uur
2
Aandacht voor pijnbeleving en -uiting Aandacht voor pijnbeleving en -uiting 4 Casuïstiek vooraf aangeleverd door de kraamverzorgenden 3
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
5
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
3.2 Pilot ‘Training Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ 3.2.1.Voorbereidingen De training werd zowel theoretisch inhoudelijk als methodisch samengesteld in samenwerking met het programma Klaar voor een Kind, met de projectleider van de ‘Voorlichters Perinatale Gezondheid’, met de projectleider Interculturalisatie en met de Voorlichters Perinatale Gezondheid. Inhoudelijke en didactische toetsing is uitgevoerd door onderzoekers van het programma en door Zorgcampus (opleidingscentrum voor BBL zorgopleidingen).
3.2.2. Uitvoering pilot trainingen In de periode december 2011 tot en met mei 2012 werden in-company zes trainingen aangeboden aan Kraamzorg Rotterdam, Kraamzorg De Waarden en Careyn Kraamzorg.
3.2.3. Evaluatiemethode Niet alleen het proces werd geëvalueerd maar ook het effect van de training op de kennistoename bij de kraamverzorgenden. Voorafgaand aan de pilottrainingen werden de cursisten in het kader van een nulmeting met gebruik van een vragenlijst getoetst op hun kennisniveau aangaande de thema’s etnisch-culturele karakteristieken en gebruiken, risico’s, culturele sensitiviteit en advisering. Na afloop van de training volgde de kennisnameting eveneens met gebruik van een vragenlijst.
4.
Resultaten en producten
4.1
Resultaten
4.1.1 Praktische voorbereiding en uitvoering van de training Voorbereiding Alle deelnemende organisaties leverden vooraf casuïstiek aan waaruit de complexiteit van etnisch-culturele diverse zorgafstemming blijkt. Dit werd door de trainers verwerkt in het praktijkdeel van de training (het cultuur en religiespel en het rollenspel).
Uitvoering De training werd aangevangen door een inleidend verhaal over de achtergrond van de training en een voorstelronde. Hierna volgde het theoretische deel gegeven door de sociaal wetenschapper. Hierop werd zowel met veel interesse als met passiviteit gereageerd. Hierna werd door de etnisch-cultureel diverse trainsters de echte connectie gemaakt met de deelnemers. Er werden door de deelnemers gewaagde vragen gesteld en serieuze onderwerpen aangesneden. De sfeer van ‘alles is bespreekbaar’ was na een uur na aanvang van de training aanwezig. Vooral het rollenspel maakte veel emoties los bij de deelnemers en trainers, zowel in confronterende als humoristische zin. De training werd afgerond met een mondelinge evaluatie van de training en het invullen van nametingformulieren.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
6
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
4.1.2 De deelnemers aan de training Er namen in totaal 72 kraamzorg professionals deel aan de training. De gemiddelde leeftijd van de deelnemende kraamverzorgenden was 42 jaar met een minimum leeftijd van 22 en een maximum van 63 jaar. Het grootste deel van hen was van Nederlandse origine. De andere deelnemers hadden of Antilliaanse of Surinaamse achtergrond. De deelnemende kraamverzorgenden waren gemiddeld 15 jaar werkzaam als kraamverzorgenden met een minimum van 4 jaar en een maximum van 39 jaar.
4.1.3. Kennis deelnemers: een nul/nameting In onderstaande tabel is een selectie van de kennisdomeinen zoals gemeten in de voor- en nameting weergegeven. Thema
- Wat is migratie? - Wie zijn migranten? - Reden om te migreren - Percentage allochtonen - Grootste allochtone groepen - Wat is cultuur? - Wat is religie? - Kennis etniciteit gerelateerd ziekten
Percentage juist antwoord voor 46% 34% 90% 15% 58% 22% 46% 20%
Percentage juist antwoord na 91% 78% 91% 64% 64% 45% 72% 51%
Kennistoename
45% 44% 1% 49% 6% 23% 26% 31%
4.1.4. Beoordeling training door deelnemers De training werd goed beoordeeld. 56% van de deelnemers vond de training ‘Gezellig en informeel’ en een completerend percentage van 44% vond dat de training een ‘open karakter had en iedereen vragen kon stellen’. De toelichting en uitleg tijdens de training werd door 53% als ‘zeer goed’ ervaren en door 41% als goed. De praktische toepasbaarheid van hetgeen aangeboden tijdens de training werd met 48% als ‘zeer goed’ en door 41% als ‘goed’ ervaren. De deelnemers hadden op het nametingsformulier ook de mogelijkheid een persoonlijke opmerking te plaatsen zoals hieronder enkele zijn ingevoegd: “Ik heb genoten en veel opgestoken en met veel plezier deze training mogen volgen. Top meiden! Deze vorm van trainen heeft veel indruk op mij gemaakt!” “Goede tips om in de praktijk te kunnen gebruiken. Jullie brengen de informatie zo over dat het echt blijft hangen. Respect voor jullie allemaal!” “Superleuk! Ik heb hier echt iets van geleerd. Hoe jullie tegen ons aankijken en hoe wij ons moeten gedragen als kraamverzorgenden. Jullie brengen het zo spontaan over.” “Door de leuke manier van vertellen stellingen en rollenspel blijft iedereen geboeid en houd iedereen de aandacht erbij. Complimenten!” “Theorie mag van mij korter en het praktijkgedeelte een stuk langer!!! Het was leuk!”
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
7
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
4.2. Producten Een belangrijk resultaat van de pilot ‘Training Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ zijn met name ook de producten die in dit kader ontwikkeld zijn. Allereerst de innovatieve trainingsmethodiek en vervolgens de theoretische presentatie, reader, de trainingsmaterialen en de voor- en nametingsmethode.
4.2.1. Innovatieve trainingsmethodiek Het concept van de training onderscheidt zich van andere soortgelijke trainingen door het gebruik van etnisch-cultureel diverse trainsters. Deze professionals uit de doelgroep zijn in staat gebleken vanuit de eigen ervaring en als representant van de verschillende doelgroepen zo authentiek mogelijk kennis en inzicht over te dragen aan de deelnemende kraamverzorgenden. Ook de theoretisch wetenschappelijk inhoud van de inleidende presentatie afgestemd op MBO 4 niveau is een nieuwe methode om de deskundigheid van professionals op MBO niveau te bevorderen. Het tonen van interviews over de zorgervaring van allochtone ex-kraamvrouwen was voor de kraamverzorgenden een inzichtgevend maar ook confronterend element in de training. Zo bleek uit de discussies en vele vragen die hier het resultaat van waren.
4.2.2 Inleidende theoretische presentatie De PowerPoint presentatie was toegespitst op het bijbrengen van achtergrondinformatie over migratie, migrantengroepen in Nederland en wat de concepten cultuur en religie inhouden. Ook het thema etnisch gerelateerde ziekten werd ondanks taboes met betrekking tot dit onderwerp aan de orde gesteld teneinde de kraamverzorgende in de mogelijkheid te stellen hiermee rekening te houden in een eventuele risicoanalyse. Zie bijlage I voor de PowerPoint presentatie.
4.2.3 De reader De reader omvat beschrijvende teksten met achtergrondsinformatie ter aanvulling op de inleidende theoretische presentatie. Zie bijlage II voor de reader.
4.2.4 Trainingsmaterialen De trainingsmaterialen waren: een koffertje met allerlei middelen en materialen zoals ondermeer henna, melasse, blauwsel en kruiden die gebruikt worden door bevallende en kramende met diverse etnisch-culturele achtergronden. Posters van culturele of religieuze gebruiken en filmmateriaal waarin niet-Westerse allochtone ex-kraamvrouwen hun mening gaven over de kraamzorg.
4.2.5 Voor- en nameting training De voor- en nametingsformulieren zoals gebruik voor de pilot trainingen zijn opgenomen in bijlage III.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
8
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
5.
Evaluatie bereik beoogde doelstellingen
5.1 Bereik pilot doelstelling Onderstaande doelstelling diende als basis voor de pilot ‘Training Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen: “Ontwikkeling en pilot uitvoering van een deskundigheidbevorderende methodiek waarmee kraamverzorgenden theoretische en praktische handvatten worden geboden om cultureel competente zorg te leveren in de zin van risicosignalering, advisering en adequaat zorghandelen”. Deze doelstelling is tweeledig aangezien het niet alleen om de (1) ontwikkeling van een training ging maar ook om het (2) uitvoeren van de training in een pilotsetting. Zowel beide doelen zijn behaald zoals blijkt uit de resultaten en producten zoals omschreven. Er is een training ontwikkeld met bijhorende materialen en deze is ten uitvoer gebracht met bijbehorende resultaatbeschrijving.
5.2
Bereik leerdoelen training Kennistoename bij de cursist/kraamverzorgende over de achtergrondkarakteristieken van migranten en inzichten en gebruiken in relatie tot de geboorte en kraamtijd van Turkse, Marokkaanse, Kaapverdiaanse, Antilliaanse en Surinaamse doelgroepen. Kennistoename bij de cursist/ kraamverzorgende over etnisch-culturele risico’s tijdens de geboorte en kraamperiode.
Los van hetgeen geëvalueerd kan worden aan de hand van de voor- en nameting was het opvallend hoeveel praktische kennis en inzichten die de kraamverzorgenden eigenlijk al hadden opgedaan gedurende hun veelal jaren beroepsuitoefening. De beroepshouding was veelal al open en nieuwsgierig naar andere culturele en religieuze gewoonten en inzichten ondanks aanwezige vooroordelen. Opvallend was vooral het door de kraamverzorgende omschreven gebrek aan lef, vertrouwen en achtergrondkennis om bepaalde risicovolle situaties bespreekbaar te maken. De resultaten ten aanzien van de kennistoename zoals omschreven in hoofdstuk vijf laten zien dat voornoemde leerdoelen behaald zijn. De gemiddelde kennistoename lag op 25% met een minimum van 1% en een maximum van 49%. Kennistoename bij de cursist/ kraamverzorgende over cultureel sensitief afstemmen en adviseren. Vooral gedurende de training was een verandering in de houding en inzichten van de kraamverzorgenden te zien. Waar men bij aanvang van de training een enkeling openlijk haar weerstand ten opzichte van het gedrag van sommige allochtone kraamvrouwen en hun sociale netwerk uiten en stuurs reageerde op hetgeen het eerste uur van de training werd aangeboden was na verloop van tijd een open houding te zien. Vanaf dit moment durfde
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
9
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
men de prangende vragen te stellen en echt eerlijk te zijn over de angst en de weerstand die men soms voelde in de kraamzorgverlening aan allochtone kraamvrouwen en haar familie. Uit de voor- en nameting van de beroepsattitude die getoetst werd met stellingen, blijkt dat alle kraamverzorgenden zowel voorafgaand als na de training aangaven hun houding niet specifiek te richten op de cultuur of religie van de kraamvrouw. In lijn met de theorie van Giger & Davidhizer is specifieke afstemming op religie of cultuur ook onwenselijk om cultureel competente zorgverlening te bereiken.
6.
Conclusies en aanbevelingen
6.1
Conclusies
6.1.1. Pilotdoel bereikt Het algemene doel van de pilot ‘Training Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ is behaald. De training is ontwikkeld inclusief materialen en de training is in een pilotsetting ten uitvoer gebracht.
6.1.2. Leerdoelen Twee van de drie leerdoelen van de training zijn behaald. Er is met de analyse van de vooren nametingen een kennistoename van gemiddeld 25% gemeten ten aanzien van kennis over: achtergrondskarakteristieken van migranten en culturele en religieuze inzichten en gebruiken in relatie tot de geboorte en kraamtijd; etnisch-culturele risico’s tijdens de geboorte en kraamperiode. Het leerdoel gericht op het verbeteren van een cultureel competente beroepsattitude is deels geslaagd. Een beroepshouding gericht op de afstemming van (kraam)zorg op zowel het individu als op haar/zijn sociale netwerk is aanbevelingswaardig voor van origine nietWesterse allochtone kraamvrouwen. Echter niet meer dan 37% gaf aan na de training over voornoemde beroepshouding te beschikken. Het merendeel van de deelnemende kraamverzorgenden richtte zich op het individu van de kraamvrouw.
6.1.3. Etnisch-cultureel diverse trainsters succes Het innovatieve trainingsformat waarin etnisch-cultureel diverse trainsters (Voorlichters Perinatale Gezondheid) het praktijkonderdeel van de training verzorgde maakte het verschil. Inzichtgevende kennis en inzichten vanuit de met name niet-Westerse allochtone kraamvrouwen doelgroep werd laagdrempelig en authentiek overgebracht. Tijdens de training werd hierdoor niet ‘over’ maar ‘met’ de allochtone doelgroep getraind. Juist door de aanwezigheid de trainsters met deze specifieke achtergrond werden vooroordelen weggenomen en taboes openlijk besproken. Door het open contact ontstond een hechte groepscohesie tussen trainers en deelnemers.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
10
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
6.1.4. Belangrijke boodschappen voor ervaren kraamverzorgenden Aangezien de deelnemende kraamverzorgenden reeds een groot aantal jaren werkervaring hadden in de Rotterdam Rijnmond regio beschikten zij reeds over veel ervaring in het werken met allochtone kraamvrouwen en hun sociale netwerk. Tijdens de training is dan ook dankbaar gebruik gemaakt van allerhande voorbeelden om de achtergrond bij bepaalde gebruiken en mogelijke handelingsopties aan de orde te stellen. Ondanks alle ervaring bij de kraamverzorgenden bestond bij bijna alle getrainde kraamverzorgenden terughoudendheid om alles bespreekbaar te maken in allochtone gezinnen. Daarom waren de belangrijkste boodschap in de training: (1) blijf jezelf, (2) stel je open op, (3) wees nieuwsgierig en (4) maak gezondheidsrisico’s voor moeder en kind altijd bespreekbaar met de kraamvrouw EN haar sociale netwerk.
6.2
Aanbevelingen
6.2.1. Continueren training Temeer daar (1) de zes pilot trainingen zijn na afloop van training mondelijk en schriftelijk overwegend als ‘zeer goed’ beoordeeld zijn, (2) de voor- en nameting met betrekking tot kennis en beroepsattitude positieve resultaten laten zien en (3) de noodzaak tot cultureel competente professionalisering van de kraamzorg nog steeds bestaat, bevelen wij aan om de trainingen te continueren.
6.2.2. Gebruik etnisch-cultureel diverse trainers Gezien de resultaten van deze pilot is het aanbevelingswaardig etnisch cultureel diverse trainers te betrekken bij trainingen die gericht zijn op cultureel competente professionalisering.
6.2.3. Gebruik theorie Bij deskundigheidsbevordering van (kraam)verzorgenden wordt veelal de voorkeur gegeven aan praktijkgerichte training van beroepscompetenties. Naar aanleiding van de kennisuitkomsten van deze pilot kan geconcludeerd worden dat ook een inleidend theoretisch aanbod, mits goed afgestemd op het niveau van de deelnemers en gekoppeld aan de praktijk, aanbevelingswaardig is.
7.
Toekomstperspectief en consolidatie
7.1.1 Toekomstperspectief Omdat de training zo goed ontvangen werd en tevens de resultaten van de voor- en nameting veelbelovend waren zijn gedurende 2012 de volgende initiatieven ontwikkeld:
7.1.2. Meer trainingen Nog drie andere kraamzorgorganisaties die geen Actiz lid zijn kregen in 2012 een training aangeboden.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
11
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
7.1.3. Training als workshop voor het kraamzorgonderwijs De training is in 2012 ten behoeven van het kraamzorgonderwijs ontwikkeld tot een workshop. Op twee Regionale Opleidingscentra’s in Rotterdam (ROC’s Zadkine en het Albeda College) hebben in 2012 twee workshop plaatsgevonden.
7.1.4. Training als workshop voor het verloskundigonderwijs De training is in 2012 ten behoeven van het verloskundigonderwijs ontwikkeld tot een workshop. Op de Verloskunde Academie Rotterdam zijn in 2012 drie workshop gegeven.
7.1.5. Training in deelmodules Aangezien het format van de oorspronkelijke training door sommige kraamzorgorganisaties als een te grote tijdsinvestering werd beschouwd is in 2012 een nieuw format ontwikkeld waarin de training in deelmodules is opgedeeld. Hierdoor is het voor kraamzorginstellingen mogelijk een kosten- en tijdsefficiënte investering te doen in professionalisering op het gebied van diversiteit. Al omvat de training in het huidige format een totaalpakket en is daarom aan te bevelen.
7.1.6. Breed overleg ‘Toekomst Training Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ Door het succes van de training waren kraamzorgorganisaties, opleidingsinstituten, het programma Klaar voor een Kind en de inmiddels opgerichte Stichting Voorlichters Gezondheid alwaar de voormalige Voorlichters Perinatale Gezondheid zijn ondergebracht bereid om in overleg te gaan over de toekomst van de training. Hieruit volgden afspraken voor de consolidatie van de training zoals omschreven in de volgende paragraaf.
7.1.7. Publicatie in Nataal, vakmagazine voor pre- en neonatale zorgverlening Eind 2012 een artikel gepubliceerd over de training in het vakblad Nataal. In dit interview waren Veronique Tubée van ActiZ als vertegenwoordiger van EIF, een deelnemend kraamverzorgenden van de training en de projectleider Interculturalisatie Ingrid Peters (tevens één van de trainsters) aan het woord. Naar aanleiding van deze publicaties zijn veel reacties ontvangen.
7.2
Consolidatie
Over consolidatie of met andere woorden inbedding van de training is in 2013 een feit. Onderstaande feiten zijn hiervan een bevestiging.
7.2.1. Regulier aanbod training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ De training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ wordt vanaf najaar 2012 aangeboden via de Stichting Voorlichters Gezondheid. Dit is de stichting die door de voormalige Voorlichters Perinatale Gezondheid is opgericht. Vanaf 2013 worden vanuit het hele land aanvragen gedaan voor trainingen die inmiddels zowel op locatie door heel het
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
12
Bouwen op Ee n Inte r cultur e e l Fundam e nt
land als ook bij de stichting zelf gegeven wordt. Het geven van de training is momenteel één van de belangrijkste activiteiten van de voornoemde Stichting.
7.2.2. De training afgestemd op andere professies De Stichting Voorlichters Gezondheid biedt de training inmiddels ook aan voor andere zorgprofessionals zoals verloskundigen en bijvoorbeeld diabetes verpleegkundigen.
7.2.3. Regulier aanbod ‘Workschop Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’ Specifiek voor het kraamzorgonderwijs biedt de Stichting Voorlichters Gezondheid de training in een workshop format aan. Inmiddels is de workshop opgenomen in het Rotterdamse kraamzorgonderwijs zoals gegeven door het Albeda College en ROC Zadkine.
7.2.4. Regulier aanbod ‘Workshop Zwangerschap en geboorte in verschillende culturen’ Ook voor het verloskundigonderwijs biedt de Stichting Voorlichters Gezondheid een workshop die op de training is geïnspireerd aan. Vanaf 2013 is deze workshop opgenomen in het onderwijs van de Verloskunde Academie Rotterdam.
i
De Graaf JP, Wildschut HI, Denktas S, Voorham AJ, Bonsel GJ, et al. (2008). "Perinatale uitkomsten in de vier grote steden en de prachtwijken in Nederland." Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde 152(50): 2734-2740. ii Peters IA et al. (2011) Rapportage Diversiteit en Interculturalisatie Rotterdamse Kraamzorg organisaties. iii Peters IA et al. (2011) Rapportage Diversiteit en Interculturalisatie Rotterdamse Kraamzorg opleidingen.
Pilot Training ‘Geboorte en Kraamtijd in verschillende culturen’
13