Research group Lifelong Learning in Music & the Arts (LLMA) Hanze University of Applied Sciences, Groningen (Prince Claus Conservatoire) and Royal Academy of Fine Arts, Design, Music and Dance in The Hague (Royal Conservatoire) Research Strand ‘Healthy Ageing through Music & the Arts (HAMA)’ Project 4.1 Learning an instrument at an advanced age
Pilot 4: Aangepast repertoire voor ouderen
Peter Mak en Winfred Buma Versie 2, 19 september 2011 Peter Mak Versie 1, september 2011
Inleiding In dit rapport wordt verslag gedaan van een onderzoek naar aangepast les-/muziekmateriaal voor ouderen. Te lezen is hoe het onderzoek is opgezet en welke resultaten het heeft opgeleverd. De praktijk op dit gebied voor de klassieke muziek is onderzocht door Peter Mak en Winfred Buma heeft de praktijk van de pop/jazz/lichte muziek voor zijn rekening genomen. Het is een groeidocument dat in de loop van het onderzoek op gezette tijden (als daar aanleiding toe is) zal worden uitgebreid met nieuwe informatie.
Aangepast materiaal voor ouderen/ klassieke muziek Peter Mak Probleemdefinitie, onderzoeksvragen en actieplan Veel oudere leerlingen gaan op muziekles om bepaalde repertoirestukken te leren spelen. Vaak blijken die stukken in hun originele vorm te moeilijk om te spelen, ook na jaren les te hebben gehad. Muziekuitgeverijen hebben eenvoudigere zettingen van die stukken op de markt gebracht. Docenten brengen ook zelf vereenvoudigen aan om tegemoet te komen aan de mogelijkheden van hun leerlingen. De kunst is wel de vereenvoudiging zo te maken, dat de aantrekkelijkheid van het stuk bij de leerling overeind blijft. Doel van deze pilot om een overzicht te maken van de repertoirestukken die zijn uitgegeven in een vereenvoudigde zetting en het geven van handreikingen hoe docenten repertoirestukken kunnen vereenvoudigen zonder dat daarmee de oorspronkelijke beleving teniet wordt gedaan. Om dit doel te bereiken, heb ik de volgende onderzoeksvragen geformuleerd: 1. Welke vereenvoudigde zettingen van repertoirestukken zijn in de handel verkrijgbaar? 2. Hoe kunnen bestaande repertoirestukken vereenvoudigd worden zonder de oorspronkelijke beleving van het stuk geweld aan te doen? Stap 1: inventarisatie Zoeken in de muziekhandel, op internet en door te vragen aan de deelnemende docenten welke vereenvoudigde zettingen van repertoirestukken er beschikbaar zijn voor oudere leerlingen. Bij twee of drie docenten die op dit onderwerp in de interviews zijn ingegaan nagaan hoe zij hun repertoire vereenvoudigen voor oudere leerlingen. Stap 2: overzicht handreikingen Het maken van een overzicht van in de handel verkrijgbare vereenvoudigde zettingen van repertoirestukken per instrument. Handreikingen voor het vereenvoudigen van repertoirestukken.
Stap 1: inventarisatie van voor ouderen aangepast muziek(les)materiaal In het kader van de inventarisatie zijn de volgende acties verricht: 1. Allereerst is er op google gezocht naar bladzmuziek/lesmateriaal speciaal voor ouderen. 2. Een tweede zoektocht had betrekking op het zoeken naar vereenvoudigde zettingen van repertoirestukken die geschikt zijn voor ouderen. In beide gevallen is aangegeven wat te downloaden is (gratis of tegen betaling). 3. Er is een enquête gehouden onder vier bij het project betrokken muziekdocenten, waarbij hen is gevraagd (a) welk lesmateriaal ze gebruiken voor beginnende ouderen, (b) welk
2
(voor ouderen) aangepast materiaal ze gebruiken voor gevorderde leerlingen, (c) welke titels ze kennen van repertoirestukken in eenvoudige zettingen en (d) welke bezwaren ze hebben tegen het beschikbare materiaal.
Resultaten 1. Aanvangsmethoden voor oudere leerlingen Voor piano is er de ‘Alfred’s Piano Methode oor Volwassenen Beginners’, bestaande uit 3 lesboeken met begeleidende cd’s (uitgegeven bij Broekmans en Van Poppel) . Het is een benadering vanuit akkoorden, zodaat leeerlingen al gauw meerstemmige zettingen van bekend repertoire kunnen spelen.Verder wordt ook veel gebruikt Thompson’s Modern Course For The Piano. Er is een uitgave voor volwassenen: Aldult Prepatory. De methode wordt vooral gekozen vanwege de eenvoudige zettingen van bekende repertoirestukken in de latere delen (vijf in totaal). Een veel gebruikte methode is Hal Leonard’s Pianomethode voor Volwassenen , bestaande uit 2 delen met begeleidende cd’s (uitgegeven bij De Haske) Voor andere instrumenten heb ik tot dusverre voor ouderen geschreven aanvangsmethoden gevonden.
2. Eenvoudige zettingen van repertoire stukken op internet Er is veel vrij veel te vinden op internet, vaak gratis te down loaden. Frequent bezochte sites met dergelijk bladmuziek zijn: www.pianospel.nl www.easysheetmusic.com www.8notes.com www.pianobegin.nl De te down loaden muziek is onder gebracht in verschillende categorieën stijlen: klassiek, pop, boogie en blues, opera en operette, filmmuziek, wereldmuziek etc. Het meeste is voor piano, gevolgd door gitaar. Voor andere instrumenten (inclusief zang) kun je naar bestaande websites voor bladmuziek gaan, de stukken zijn soms wel maar meestal niet vereenvoudigd.
3. Enquête onder deelnemende docenten Aan de enquête hebben de volgende docenten meegewerkt: Jannie Bennen – Stakelbeek (JBS, keyboard en orgel), Michelle van de Braak (MvdB, cello), Willemien Feenstra (WF, piano) en Ines Heijkoop (IH, piano).
-
Welk lesmateriaal gebruiken jullie voor beginners?
(JBS) KEYBOARDWORLD van Michiel Merkies. Deze methode bestaat uit 4 delen. Er is geen hoge progressie en de methode is zo opgebouwd dat er op de linkerbladzij een ‘pianoliedje’ staat en op de rechterbladzij een liedje met akkoordsymbolen. Ook is deze methode voorzien van CD, waarbij ieder pianostukje voorgespeeld word, één keer met melodie en één keer zonder. (JBS) Wat betreft kerkorgel is het een ander verhaal. De meest gangbare methode is “De jonge organist” van Harke Iedema. Echter deze methode heeft een hoge progressie en al halverwege deel twee treden er problemen op. Niet alleen bij ouderen maar ook bij kinderen.
3
Vaak ga ik dan over op een pianomethode, of ik maak een mix van allemaal kopieën uit verschillende boeken. (JBS) Bruikbare pianoboeken zijn de boeken Children’s pop piano deel 1 en 2. Het repertoire bestaat uit volksliederen, blues en pop. Na ongeveer twee of drie jaar les kunnen de makkelijke stukjes hieruit al gespeeld worden. Dit gebruik ik ook voor mijn keyboardleerlingen, als kopietje tussendoor . Op dit moment heb ik ongeveer 6 volwassenen op les (onder de 50jaar). Ik gebruik deze stukjes dus voor volwassenen en kinderen (MvdB) Ik begin met de methode Violoncello Tutor van Antal Friss, met name het 1e en het 2e deel. Dit is een Hongaarse methode uit 1966. Dat kan gevolgd worden door etudes van Lee (19e eeuw) of Popper (2e helft 19e/1e helft 20e eeuw). Deze gebruik ik ook beide met kinderen. Hiernaast voordrachtstukken van allerlei componisten. Sommige zijn bewerkt voor cello, andere zijn origineel. (MvdB) Verder heb ik over jouw vragen wat nagedacht en geconcludeerd dat ik voor volwassen beginners wel altijd met hetzelfde boek begin, na een korte auditieve fase zonder boek; maar dat ik voor gevorderden per persoon bekijk wat de mogelijkheden en de wensen zijn. Het waaiert als het ware steeds verder uit met dat men verder vordert. (WF). Methodes: - Pianomethode voor volwassen beginners van Alfred (deel 1,2 en 3) - Volwassenen methode van J. Thompson (adult preparatory book en second grade book) Materiaal naast de methode: - Caterin Rollin, Pathways to artistry repertoire (eenvoudige stukjes uit alle stijlperioden plus uitleg stijlperioden) - Martha Mier, verschillend eenvoudig materiaal in diverse stijlen - Cecilia Andriessen, Easy pop (IH) In mijn praktijk namen mijn leerlingen zelf wel eens een methode mee. Daar gingen we dan ook wel uit werken. Een paar leerlingen hebben Folk Dean gedaan en ze vonden dat plezierig. Folk Dean geeft structuur en blijft langer stil staan bij één onderwerp. Vooral voor leerlingen die het piano spelen moeilijk vinden is dit een goede methode. Ze ervaren het niet als ouderwets. Daarna stappen sommigen over op Alfredvoor volwassenen. (IH) Als ik de methode uitkies, neem ik Alfred voor volwassenen. Ze hebben al gauw het gevoel dat ze iets kunnen. Er staan minder oefeningen in dan bij Folk Dean. De progressie ligt hoger bij Alfred en vooral vanaf het midden van het eerste lesboek moeten de leerlingen harder zwoegen. (IH) Eén oudere leerling gebruikt nu Leonard voor volwassenen. De stukjes zijn erg leuk. Ook hier is de progressie redelijk hoog. Ze moet er hard voor werken om een stukje erin te krijgen. Bluesnummertjes vindt ze maar niks. (IH) In het verleden heb ik ook Bastien voor de oudere beginner gebruikt met een leerling. Op een gegeven moment (als ik me goed herinner aan het eind van het eerste boek) was de progressie zo hoog dat het niet meer lukte. (IH) De beginnende oudere leerlingen vinden het fijn om met een methode te werken. Dat ze hard moeten oefenen vinden ze niet erg. Meestal doen ze er in het begin weinig naast. Wat leuk voor ze is zijn boeken met hele eenvoudige zettingen van klassieke stukjes. (zie vraag 3) Oudere mensen met kerkelijke achtergrond vinden het leuk om geestelijke liederen te spelen. Die bewerk ik zelf. De herkenning vinden ze leuk.
4
-
Welk( aangepast) materiaal gebruiken jullie?
(JBS) Mijn gevorderde oudere leerlingen dragen vaak zelf stukken aan. Deze komen wel uit de klassieke hoek. Een leerling speelt graag sonatines, divertimenti van Haydn. We hebben wel eens een romantisch stuk geprobeerd, maar dat sprak haar niet zo aan. Ze blijft graag spelen uit bovengenoemd repertoire. Samen spelen vindt ze erg leuk. (Diabelli) (JBS) Een andere heel enthousiast leerlinge speelt gemakkelijke sonates van Beethoven en Mozart. Daar studeert ze hard op en haalt daar veel voldoening uit. Het resultaat valt niet tegen. Romantische muziek vindt ze ook mooi. (Schumann, Album fur die Jugend; Chopin, Mazurkas). Scarlatti vindt ze ook mooi. (JBS) Voor een van mijn andere oudere leerlingen geldt: hoe moeilijker hoe beter. Engelse suites van Bach zijn favoriet. Verder sonates van Haydn, Waldszenen van Schumann, Chopin. Hij speelt het liefst veel achter elkaar. De afwerking wat dynamiek betreft, is er nauwelijks of niet. Hij is heel enthousiast en speelt veel. (JBS) Een oudere leerling speelt graag romantische stukken. Amélie (Yann Tiersen) is favoriet. Einaudi (zie www.sheetzbox.com) heeft hij wel geprobeerd maar het was het niet helemaal. (MvdB) Na een paar jaar gaan we "hogerop" met Position Pieces van Rick Mooney. Dit is het leukste boek om positiespel mee te beginnen. Mooney is een Amerikaan en doet veel in de Suzuki-onderwijs hoek. Desondanks vind ik zijn boek ook voor volwassenen het beste. Alle alternatieven zijn gort-droog; de meeste te fragmentarisch en met een te snelle opbouw. Daarna is er weer een breed scala aan vervolgopties qua etudes, voordrachtstukken met natuurlijk als "topper" de start met de suites voor cello solo van J.S. Bach. (WF) Denes Agay
Classics to Moderns in 6 volumes (allemaal originele stukken van barok t/m modern) ik gebruik vooral volume 17. Martha Mier Romantic Sketches book 1, 2, 3. Bravo! Book 1, 2. Romantic Impressions book 1, 2, 3. Catherine Rollin Sounds of Spain book 1, 2. Lyric moments book 1, 2. Simple pleasures book 1, 2. George Peter Tingley Distant Echoes book 1, 2. (piano solos that reflect and celebrate styles of past masters) Igor Stravinsky Les Cinq Doigts Henk Badings Arcadia deel I (korte stukjes in 5-vingerpositie) Papp Lajos 22 little pianopieces
(IH) Hits for kids deel 1 en 2 (Hans Gunther Heumann) (IH) Er is een site, die heel bruikbaar is: www.8notes.com Hier kun je kosteloos muziek downloaden voor alle instrumenten. Er zijn verschillende niveaus, beginner, easy, mid en hard. Het repertoire is klassiek, volksliederen, eigenlijk alle “bekende”muziek. Ook veel muziek voor ensembles, waarbij de transponerende instrumenten gelijk al goed geschreven staan. Echt een aanrader. Ook zijn de verschillende stukken te beluisteren. (IH) Ook maak ik veel gebruik van de boeken “Popselections”. En “Speelklaar”serie. De muziekscholen waar ik werk zijn daarop geabonneerd. Deze boeken komen maandelijks uit, er staan een viertal actuele popmelodieen in. Iedere melodie op twee manieren, de pianomanier en leedsheets . Daaruit kopieer ik uit.
5
(IH) De methode van Bernie Vayne, Popsongsspelen………. Zo doe je dat. Ik denk dat dit een methode is, enig in zijn soort. Het is een leedsheetmethode en bruikbaar voor piano en ook keyboard. De melodie wordt gespeeld in de topnoot. Met LH speel je de bas en tussen melodie en bas wordt het opgevuld met noten uit het akkoord.(Melodie en akkoordnoten speel je dus met de RH). Op de eerste tel van de maat druk je het sustainpedaal in, daarna kun je eigenlijk de akkoordnoten tussen melodie en bas loslaten, want die klinken toch wel door , en heeft de leerling z’n vingers over voor de melodie. Als de leerling dit enigszins gaat beheersen dan gaat er een wereld voor ze open en spelen ze de actuele popmelodieën die in de boeken -
Repertoirestukken in eenvoudige zettingen
(JBS) De songbooks van Alfreds voor piano zijn erg leuk. Ik ken ze niet allemaal maar het vierde deel is een boek met alleen maar musicalmelodieen en heeft een redelijk eenvoudige zetting. Mijn leerlingen spelen de stukken met veel plezier. (MvdB) Wel een paar klassiekers, te vinden in bv. het Suzuki-lesmateriaal (erg bekend: Humoresque van Dvorak, maar ook andere bekende stukken, vaak origineel voor piano, uit de literatuur). Ook verzamelbandjes met "100 solo's of 40 solo's" oid. kan je dergelijke stukken wel vinden. (MvdB) In het lichte genre is het makkelijker: diverse uitgeverijen: de Haske, nu overgenomen door Hal Leonard, maar ook andere uitgeverijen geven bladmuziek uit van bv. films of pop-, tango-, volks- of jazzmuziek met bijpassende CD in vaak eenvoudiger zettingen. Niet alles is even goed of leuk, maar er is een hoop te vinden. Daar komt ook jaarlijks nieuw materiaal bij. (MvdB) Ook leuk: van Johannes Schwertberger 2 banden met pop, blues etc voor 2 celli. Heb ik met name voor het CD-stadium heel veel gebruikt, maar dat was toen ook het enige wat er was! (WF) arranged by) John W. Schaum (arranged by) John Brimhall (arranged by) Roger Day
The Peer Gynt Story Chopin made easy for piano solo Easy piano van Andrew Lloyd Webber, selection of songs (musical)
(IH) Klassiek: - Classics for pleasure - Aanvullende boeken op lesboek Alfred (Fun book, repertoire book, Christmas Book All time favorites b.v.) - Something special - Verschillende boeken van Martha Mier (romantisch getint) - Best of Beethoven - Moments to remember - Solo repertoire - Mastering the piano - Simply classic - Musical miniatures (erg leuk) - Sonatines
Per Selberg Alfred Palmer
Randall Hartsell Martha Mier J.W. Schaum R. Hartsell J.S. Bastien C.L. Bigler M. Goldston M. Goldston Bastien
(IH) Film/musical: - Greatest hits - Easy listening piano souvenirs
A. Palmer D. Martens
6
-
Making the grade (middennivo) Easiest 5- finger piano collection Really easy piano collection (middennivo)` Romantic pop piano (middennivo) Great piano solos (middennivo)
L. Frith verschillende componisten verschillende componisten H.G. Heumann verschillende componisten
(IH) Pop/rock/jazz: - Rhythm and style - Pop goes the piano - Jazz, rags and blues - Easy pop styles - The blues - Play it again chester - Boogie and blues - Easy blues tunes for piano - Pleasant moments
G.P. Tingley L. Freeman Olson M. Mier H. Beeftink M. Merkies C. Barrat E.L. Lancaster T. Cathrine F. van Gorp
(IH) Samenspel: - Music for sharing - Jazz, rags, blues for 2 (middennivo) - Snazzy duets - Bugs Bunny’s classical favorites - Easy pop for two - Jugendfreund (erg leuk) - Melodische Ubungsstucke opus 149 - Chester’s piano duets - Tunes for two - Terrific tunes for two - Just for you and me - Duetten voor volwassenen
M. Goldston M. Mier C. Gurlitt/M. Stent C. Craft H.G. Heumann Krentzlin A. Diabelli C. Baratt C. Tambling M. Mier D. Alexander A. Palmer
-
Bezwaren tegen het beschikbare muziekmateriaal
(JBS) De meest gangbare methode is “De jonge organist” van Harke Iedema. Echter deze methode heeft een hoge progressie en al halverwege deel twee treden er problemen op. Niet alleen bij ouderen maar ook bij kinderen (MvdB) Volwassenen geven niet om plaatjes, en willen doorgaans graag degelijk uitziend lesmateriaal. Dat is er gelukkig nog steeds op alle niveaus en uit diverse periodes. Aangezien een aanzienlijk deel van het les- en speelrepertoire voor cello (en niet alleen voor cello) geschreven is ver voor de geboorte van al mijn leerlingen ongeacht hun leeftijd, betekent dat dat er een schier onuitputtelijke hoeveelheid materiaal voorhanden is. Het enige waar ik met leerlingen tegenaanloop is dat sommige uitgaves zo klein gedrukt zijn dat ze voor sommigen echt moeilijk te lezen zijn. Maar dat geldt ook voor gewone brildragers, dyslecten etc.. (MvdB) Ik heb geen bezwaren tegen al het beschikbare materiaal, hooguit tegen zaken als slechte bladspiegel en kleine druk. En nogmaals: ik zoek per leerling passende stukken, vooral ook in overleg: wat men wil en wat men kan. (MvdB) Mooney is een Amerikaan en doet veel in de Suzuki-onderwijs hoek. Desondanks vind ik zijn boek (Position Pieces) ook voor volwassenen het beste. Alle alternatieven zijn gort-droog; de meeste te fragmentarisch en met een te snelle opbouw.
7
(IH) In de methode van Alfred wordt de linkerhand slecht ontwikkeld. Er wordt ook snel begonnen met akkoorden. Voor ouderen te snel. Ook spelen ze in het begin veel in dezelfde positie zodat ze niet leren hun handen te verplaatsen over een groter deel van het toetsenbord. (IH) Misschien zou er wat meer ontwikkeld kunnen worden op het gebied van geestelijk liedrepertoire. Hele, hele eenvoudige bewerkingen waarin de melodie verdeeld wordt over twee handen of rechts de melodie en links het akkoord. (IH) In het verleden heb ik ook Bastien voor de oudere beginner gebruikt met een leerling. Op een gegeven moment (als ik me goed herinner aan het eind van het eerste boek) was de progressie zo hoog dat het niet meer lukte.
Stap 2: overzicht handreikingen Het maken van een overzicht van in de handel verkrijgbare vereenvoudigde zettingen van repertoirestukken per instrument. Handreikingen voor het vereenvoudigen van repertoirestukken. Deze onderzoeksvraag is blijven liggen vanwege gebrek aan tijd. Deze vraag zal daarom worden meegenomen is onderzoeksfase 2.
8
Aangepast materiaal voor ouderen/ lichte muziek Winfred Buma Probleemdefinitie, onderzoeksvragen Oudere leerlingen (LM) gaan op muziekles om een instrument te leren spelen, speelvaardigheid verder te ontwikkelen, samen te spelen, te improviseren. Oudere leerlingen kunnen te maken hebben met specifieke fysieke of mentale (on)mogelijkheden en voorkeuren. Is er materiaal (methoden, repertoire) ontwikkeld voor ouderen? Welk materiaal, welke leermiddelen, geschikt voor de situatie van de oudere leerling, kunnen worden ingezet? Actieplan. Stap 1 inventarisatie: - Zoeken in de muziekboekhandel, op internet, in computerprogramma’s, vragen bij docenten en leerlingen.. - Aanvulling op/ specificering van de vragen aan leraren, leerlingen: interviews met docenten Laurens Blinxma (LB) (sax, workshops), Wil Jasper (WS) (sax), Jos van Lierop (JvL) (sax, coördinatie muziekschool), Jose Zwerink (JZ) (zang, workshops) en met Stephan Hendriks (SH) (muziekvakhandel) Stap 2 Overzicht handreikingen: - Overzicht van materiaal ontwikkeld/ geschikt voor ouderen. Lesmateriaal, aan te passen voor de oudere leerling. Resultaten Lessen die ‘Lichte Muziek’-opgeleide docenten aanbieden aan volwassen en ouderen zijn vaak op maat. Lesmethoden worden meestal niet gebruikt als basis voor lessen en spelen een relatief kleine rol. Methoden (of delen daaruit) worden vooral gebruikt bij een specifiek onderwerp of probleem, op maat dus. Soms worden enkele bladzijden geselecteerd, veel lesmateriaal wordt door de leraar zelf gemaakt. Specifieke methoden voor ouderen zijn niet gevonden: wel zijn er methoden (op ieder niveau) voor volwassenen, net zo goed geschikt voor senioren. Het aanbod verschilt per instrument en is omvangrijk. Jazz- en pop docenten gaan voor lesmateriaal veelal uit van repertoire. In overleg met de leerling worden, qua genre en niveau, geschikte stukken gekozen en door de leraar, indien nodig, aangepast aan individuele mogelijkheden. (LB, JvL, WJ): Voorzover de (on)mogelijkheden van de leerling de repertoirekeus bepalen, wordt er eerder gezocht naar stukken van geschikt niveau dan naar een eenvoudige versie van een complex stuk. Soms wordt ten behoeve van het improviseren wel de harmonie wat vereenvoudigd. (JZ) Soms verander ik de toonsoort of enkele noten naar aanleiding van beperking van het stembereik van de (zang)leerling. Bladmuziek/ repertoire/ play along (LB, JvL, WJ): Voor repertoire wordt meestal gebruik gemaakt van ‘Real Books’.Leerlingen hebben zelf ook vaak een Real Book, in verband met samen spelen (‘iedereen heeft het”) Er is geen specifiek materiaal voor ouderen gevonden. (SH): De markt is te klein voor specifieke uitgaven. Wel is er enorme diversiteit aan stijlen en niveaus binnen het gebodene.. Voorbeelden: -The Real Book -557 jazz standards, from Swing to Bop
9
-The New Real Book (meerdere delen/ stijlen) -Fake Book (diverse stijlen). (SH): Om bladmuziek op groot formaat te krijgen wordt vergroot gekopieerd/ geprint. Voor geïnteresseerden: Harmony& Theory (uitg. Hal Leonard). Overzichtelijk en praktisch zelfstudie theorieboek voor jazz. (LB, JvL, WJ) Er wordt veelvuldig gebruik gemaakt van ‘play-along’series : Meespeel-CD (door musici live ingespeeld) met bijbehorende bladmuziek (in Concert, Bb,.Eb, bassleutel, soms met lyrics), Sommige volumes in een serie hebben een subgenre als onderwerp (musical-songs/ bebop/ bossa nova etc.), andere een bepaalde componist. Er is, hoewel niet expliciet, sprake van niveaudifferentiatie (bijv. Er zijn albums met een titel als ‘basic standards’). Het is aan de leraar om het niveau in te schatten. Aantrekkelijk aan ‘play-along’ is, dat improvisatie kan worden beoefend/ geoefend in een ‘levensechte’ situatie. Ander voordeel: er kan ook puur auditief worden gewerkt dus zonder bladmuziek. Bekende voorbeelden: -Aebersold (plm.120 titels) -Hal Leonard Jazz Play Along series. (er worden steeds nieuwe delen uitgegeven). Opm. De keuze aan (gangbaar) repertoire is zeer omvangrijk. (SH) Play-along-CD’s: keus in de aanschaf wordt vaak gemaakt op stijl. In het geval van ouderen vaak: Musical songs/ Jazz waltz/ Swing/ Oude stijl. Digitaal. (LB, JvL, WJ) In veel lessen wordt gebruik gemaakt van computerprogramma’s en internet. -
-
-
Real Books zijn tegenwoordig ook integraal als internetbestand (PDF) verkrijgbaar. (zelfs verzamelingen van alle! Real Books). Dat geldt ook voor play alongs (met name Aebersold). Veel docenten maar ook leerlingen beschikken hierover. Vergeleken met de CD versies, wordt de repertoirekeuze flexibeler, want je selecteert een nummer uit het hele bestand en niet meer uit 1 bepaald volume. Digitale play along: Met kant en klare stukken EN zelf in te voeren tracks. Interessante mogelijkheid: parameters als tempo!, maatsoort, toonhoogte (met name voor vocalisten handig), stijl en harmonische complexiteit zijn te manipuleren. Nadeel kan zijn: klinkt wat mechanisch. Sommige leerlingen kunnen zelf overweg met deze programma’s. Tegenwoordig (mutatis mutandis) ook als app’s op smartphones (iphone) Voorbeelden: Band in a Box/ Guitar Pro. Computerprogramma voor gehoortraining: Earmaster. (niveau is flexibel) Er zijn veel online lessen beschikbaar (met name op you tube). Docenten gebruiken dit medium actief (JvL). Het voert te ver hierop inhoudelijk in te gaan. De leraar kan helpen kwaliteit en geschiktheid van het gebodene te beoordelen.
10