Pijler
Nummer 2 - februari 2012
Dienst Vastgoed schaaft infrastructuur Antillen bij
3
Colofon
Van de commandant
Inhoudsopgave
Pijler is een uitgave van het Commando DienstenCentra, geproduceerd door het Dienstencentrum Defensiemedia. Hoofdredactie Dave Coenen
4 ‘Kampioen’ uitzendingen Reserve luitenant-kolonel Ralph de Wit van het Instituut Defensie Relatieziekenhuizen kan er blijkbaar geen genoeg van krijgen. Als het aan de onderhand ‘kampioen’ uitzendingen ligt, gaat hij dit jaar weer op missie.
Voortvarende start
Eindredactie Jack Oosthoek Vormgeving Grafische Dienst, Audiovisuele Dienst Defensie, Den Haag
8 Dienst Vastgoed ‘goes’ West De Dienst Vastgoed Defensie zet op de Antillen liefst vijf nieuwe gebouwen neer. Één ervan is klaar, de rest volgt voor eind 2014. Als het economisch tij meezit…
Druk Deltahage, Den Haag Oplage: 13.000 Redactieadres: Dienstencentrum Defensiemedia Gebouw Binckhorsthof
14 Facilitair Bedrijf Defensie komt op stoom Het in juni vorig jaar opgerichte Facilitair Bedrijf Defensie (FBD) begint aardig op stoom te komen. Kolonel Paul de Witte en enkele personeelsleden laten hun licht over de jongste ontwikkelingen schijnen.
Binckhorstlaan 135
Terwijl ik dit schrijf ben ik net terug van wintersport. Bij min 15 graden Celsius snowboarden met mijn zonen. Dat is mijn manier om een week lang te ontspannen en afstand te nemen van mijn werk. Afgelopen maand hebben sommigen van u carnaval gevierd om ook te ontsnappen aan de realiteit van de dag. Maar na carnaval komt de vastentijd, een tijd van bezinning. Wij bevinden ons nu in de vastentijd. CDC doorstaat deze tijd tot nu toe met verve. Zo zie ik dat er een voortvarende start is gemaakt met de reorganisaties. Overal in het land hoor ik hier goede verhalen over. U bent ervan doordrongen dat er een verandering van u gevraagd wordt en neemt dit stokje goed over. Dat het in enkele gevallen niet leuk is, weerhoudt u er gelukkig niet van het professioneel op te pakken.
2516 BA Den Haag Telefoon 070.339.78.01/DSN *06-580-7801
En verder:
Email:
[email protected]
3 Column waarnemend commandant CDC Redactieraad: Dave Coenen (afdeling Communicatie
7 Nieuwe Centrale Klachten Commissie gezondheidszorg (CKC)
CDC), Suzan van der Weij (Divisie Vastgoed en Beveiliging), Cynthia den Blanken
12 Deur van eerste Islamitische gebedsruimte van Defensie open
In deze vastentijd nemen we ook afscheid van collega’s. Collega’s die ons door de herinrichting hebben verlaten en hun heil elders binnen de organisatie of zelfs buiten Defensie moeten vinden, of al hebben gevonden. Het vertrek van personeel is soms pijnlijk. Gelukkig zie ik dat zij door hun vakmanschap en betrokkenheid veelal goed terechtkomen.
(Divisie Personeel & Gezondheidzorg), Floor van der Sluijs (Divisie Facilitair &
13 Rubriek Mijn Werkplek
Logistiek), Petra Huijser (NLDA).
18 Kort nieuws Overname van artikelen en foto’s is toegestaan na overleg met de redactie en
20 Beeldpagina
onder bronvermelding. Aan artikelen
Voorpagina
kunnen geen rechten worden ontleend. De inhoud van de Pijler weerspiegelt niet noodzakelijk de mening van het Ministerie van Defensie. De redactie behoudt zich het recht voor om ingezonden artikelen in te
Pijler
korten, niet, gedeeltelijk of gewijzigd te plaatsen. Adreswijzigingen: Via intranet: P&O Selfservice
De Dienst Vastgoed Defensie laat op de Antillen een serie nieuwe gebouwen neerzetten, zoals op de foto een ‘compagnies bureelgebouw’ voor het Commando Landstrijdkrachten op de Marinebasis Parera. Foto Peter Bijpost, AVDD.
Nummer 2 - februari 2012
Dienst Vastgoed schaaft infrastructuur op Antillen bij
Daarnaast is een deel van u verhuisd naar de Kromhoutkazerne in Utrecht. De eerste maand zit er op. De verhuizing is geruisloos verlopen en dat zegt iets over uw professionaliteit! Wees zuinig op de nieuwe locatie en de nieuwe spullen. Hoewel de Kromhoutkazerne en daaraan gekoppeld ‘Het Nieuwe Werken’ voor iedereen wennen is, voegen we ons in de nieuwe situatie. En dankzij ‘Het Nieuwe Werken’ kunnen we thuiswerken en ‘aanlanden’ op verschillende ‘flexpleklocaties’, zoals dit jaar nog de vertrouwde Binckhorsthof. Terug naar de tijd van bezinning. Ik ben trots op het CDC en hoop dat u dat ook bent. Want terwijl we druk bezig zijn met nu en de toekomst, kijk ik terug naar 2011. En ik constateer dat onze dienstverlening goed op orde is. Dat vinden wij en dat vinden onze partners van de andere defensieonderdelen ook. Dat betekent overigens niet dat
er bij ons geen fouten worden gemaakt. Dat gebeurt en we geven dat ook toe. We doen er onderzoek naar en herstellen onze fouten, waardoor we verbeteren. Tenslotte nog dit: het is mijn plicht als commandant om u goed geïnformeerd te houden. Ik heb al eerder in zeepkistsessies aangegeven dat ik informatie meteen met u wil delen, zodra deze bekend is. Daar sta ik nog steeds voor. Daarom beveel ik u van harte aan een kijkje te nemen op intranet. Bijvoorbeeld de link naar de reorganisatie CDC, die u vanaf het portaal kunt vinden. Ik hoop dat u weer met plezier deze Pijler zult lezen.
Erik Kopp Schout-bij-nacht Waarnemend commandant
4
5 Op uitzending: reserve luitenant-kolonel Ralph de Wit In deze rubriek staat een militair of burger van het Commando DienstenCentra in de schijnwerper die naar het buitenland is uitgezonden. Dit keer een reservist, luitenant-kolonel Ralph de Wit van het Instituut Defensie Relatieziekenhuizen.
“Ik voel me volwaardig lid van de Defensieclub”
Wat drijft een chirurg in een veilig burgerziekenhuis ertoe om zich als reservemilitair van het Instituut Defensie Relatieziekenhuizen, een onderdeel van het Commando DienstenCentra, te laten uitzenden naar onveilige gebieden? Reserve luitenant-kolonel Ralph de Wit, traumachirurg in het Medisch Spectrum Twente in Enschede, weet in zijn geval het antwoord op deze prangende vraag wel. “Bij Defensie opereer ik vaker dan in Nederland, waardoor ik verder in mijn beroep groei. Daarnaast bereik ik op deze manier de afwisseling in mijn leven die ik wil en verbreed ik mijn wereldbeeld. De combinatie van werken in een burgerziekenhuis en bij Defensie is het beste van twee werelden”, aldus De Wit, vanwege zijn vele missies ‘kampioen’ uitzendingen. Tekst: Jack Oosthoek
Er bestaan meer redenen waarom De Wit zich regelmatig in het legergroen steekt: de saamhorigheid, de collegialiteit en het professionalisme in de militaire sector. Zijn eerste kennismaking daarmee dateert van 1991, toen hij vlak na de 1ste Golfoorlog als dienstplichtig arts van het toenmalige 102 Verbindingsbataljon naar Noord Irak werd uitgezonden voor de humanitaire hulpoperatie Provide Comfort voor de noodlijdende Koerden. “We werkten met bescheiden middelen in primitieve omstandigheden en kregen te maken met een enorm aanbod aan patiënten”, blikt De Wit terug. “Dat kwam doordat het niveau van de gezondheidszorg in Noord Irak laag was en de kindersterfte hoog. Mede door de gevaren - we werden een keer beschoten maakte de uitzending indruk op me. Ik voelde me ook thuis bij Defensie.” Een loopbaan als beroepsmilitair zag hij vanwege een gebrek aan opleidingsplaatsen voor chirurgen niet zitten. Daarom ging hij na zijn afzwaaien als arts-assistent aan de slag in het Twenteborg ziekenhuis in Almelo, om later traumachirurg te worden. De Wit’s band met Defensie bleef in tact omdat hij als actief reservist aan oefeningen en trainingen
“Soms werkten we 36 uur achtereen” bleef meedoen. Na Almelo beproefde hij zijn geluk in het Medisch Spectrum Twente, lid van het Instituut Defensie Relatieziekenhuizen. Het was dáár dat hij als traumachirurg solliciteerde bij de krijgsmacht. En zo ging de intussen reserve-majoor in 2002 voor het eerst na Noord Irak weer op missie. Naar Macedonië, dat met de naweeën kampte van de oorlog in het voormalige Joegoslavië. Als lid van een Nederlands militair chirurgisch team werkte hij in een Duits Role 2 hospitaal. “Een interessante tijd. Door een gebrek aan voldoende werk draaiden we veel medische oefeningen, onder meer met helikopters.”
Goede beslissing Na Macedonië kwam De Wit in 2004 terecht in het Nederlandse Role 2 hospitaal in As Samawah (Irak), waar het met slachtoffers van verkeersongelukken en schietincidenten wel menens was. “Ineens stond ik met mijn neus bovenop schietwonden die ik alleen uit medische boeken
6
7
Komische momenten, ze waren er ook. Zoals de Afghaan die droomde dat hij door de Taliban achtervolgd werd en daardoor van schrik uit zijn stapelbed tuimelde. Om zich vervolgens gehavend op het spreekuur van De Wit te melden.
Volwaardig lid In maart 2011 verbleef De Wit met een zogeheten Versterkt Medisch Reanimatieteam enkele weken aan boord van een met mariniers gevuld Vessel Protection Detachement (VPD) dat een Nederlands kraanschip in de Indische Oceaan beschermde tegen aanvallen van piraten. Alles bleef rustig, De Wit hoefde de scalpel niet ter hand te nemen. Na de reis met het VDP reisde hij opnieuw naar Afghanistan. Misschien een overbodige vraag, maar wil hij weer worden uitgezonden? Ja, als het aan hem ligt vertrekt hij later dit jaar naar Kunduz. “Ik voel me volwaardig lid van de Defensieclub. Elke keer na terugkomst van een uitzending verzorg ik in het Medisch Spectrum Twente een presentatie over mijn opgedane ervaringen. De meeste van mijn collega’s tonen zich onder de indruk van wat ik heb meegemaakt. Sommigen hebben aangegeven óók op missie te willen.” Als het aan De Wit ligt, verruilt hij het Medisch Centrum Twente later dit jaar opnieuw voor Afghanistan. Foto Rob Gieling.
kende”, vertelt De Wit. “Ondanks een goede voorbereiding, bleek de praktijk weerbarstig. In sommige situaties was het moeilijk om de goede beslissing te nemen, omdat de vakliteratuur geen duidelijk antwoord op mijn vragen gaf. Moet je bijvoorbeeld voor letsel in de buikregio de hele buik openmaken, of de wond alleen ‘exploreren’ (verkennen; red.)? Zo besloten we bij een man met een verwonding in de flank door een granaatscherf alléén de wond te behandelen. Verdere diagnostische mogelijkheden waren niet voorhanden waardoor je op je klinische inzicht en ervaring moest vertrouwen. In het geval van de man met de wond in de flank bleken we het juiste besluit te hebben
“Sommige collega’s hebben aangegeven óók op missie te willen” genomen, wat ook gold voor de soldaat met een blindedarm ontsteking bij wie we tijdens de operatie een tumor in zijn dikke darm ontdekten. Van een ogenschijnlijk kleine naar een vitale ingreep…. Overigens bleek de tumor goedaardig.” Ook tijdens zijn uitzendingen naar Kamp Holland in Tarin Kowt (2006) en het Role 3 ziekenhuis in Kandahar (2008, 2009, 2011) moest de intussen reserve luitenant-kolonel De Wit flink aan de bak. In de laatste plaats kreeg hij met een continue stroom gewonden te maken. “Het leek net lopende band werk. Soms werkten we 36 uur achtereen. Maar ik leerde veel bij. Bijvoorbeeld over behandelmethodes van slachtoffers van een bermbom, over de werking van de militair medische afvoerketen en de omgang met mensen uit een andere cultuur.”
Reserve luitenant-kolonel Ralph de Wit, ‘kampioen’ uitzendingen. Foto collectie Ralph de Wit.
Wat is het Instituut Defensie Relatieziekenhuizen? Het Instituut Defensie Relatieziekenhuizen (IDR) stelt medisch specialistisch personeel beschikbaar voor de voorbereiding op en inzet in vredesoperaties. Het IDR werkt samen met civiele ziekenhuizen om zo continuïteit te bieden in het uitzenden van medisch specialistisch personeel. Het contract met de burgerhospitalen komt er in het kort op neer dat vanuit Defensie personeel wordt geplaatst in het relatieziekenhuis, of dat dit extra personeel mag aantrekken boven de eigen formatie. Als tegenprestatie stellen de ziekenhuizen uit eigen kring kwalitatief vergelijkbaar personeel voor Defensie beschikbaar. Voor beide groepen personeel is de beschikbaarheid voor inzet bij Defensie contractueel vastgelegd. Het IDR werkt samen met twaalf ziekenhuizen in het land.
Centrale klachtencommissie gezondheidszorg aan de slag Behandeld in een van de gezondheidscentra van Defensie, maar om wat voor reden dan ook niet tevreden? Leg dan je klacht neer bij de Centrale Klachten Commissie (CKC), die sinds 1 juli 2011 actief is.De nieuweling komt in de plaats van de klachtencommissies per krijgsmachtdeel. Tekst: tweede luitenant Joost Ploegmakers
“Klagers wisten de weg naar de commissies maar moeilijk te vinden, bleek uit de praktijk”, legt de voorzitter van de CKC, brigadegeneraal b.d. Bart Rosengarten uit. “Gevolg van het kleine aantal klachten, slechts drie of vier per jaar, was dat de commissieleden weinig kennis en ervaring opbouwden met de afhandeling ervan. De CKC is opgericht om de weg naar de klachtencommissie gemakkelijker te maken én de expertise van de commissieleden te vergroten.” Heeft een gebruiker van de militaire gezondheidszorg een klacht over een behandeling, dan legt hij die in eerste instantie neer bij de Patiëntencontactpersoon (PCP). Die probeert de klacht door bemiddeling (een gesprek) te verhelpen. Rosengarten: “Vaak blijkt er sprake te zijn van miscommunicatie tussen hulpverlener en cliënt. In dat geval verdwijnt de kou meestal snel uit de lucht. Mocht de klager echter ontevreden zijn met de uitkomst van de bemiddeling, dan komt de klacht bij ons terecht en gaat onze onderzoekscommissie aan de slag. Daarin zitten onder anderen een jurist en verschillende medische disciplines. Gaat een bezwaar bijvoorbeeld over een tandarts, dan doet onze tandarts aan dat onderzoek mee. We zorgen er natuurlijk altijd voor dat er geen belangenverstrengeling plaatsvindt.”
Onaardige fysiotherapeut De Centrale Klachtencommissie kan geen sancties opleggen. “Wij oordelen alléén of de klacht gegrond of ongegrond is”, licht Ro-
sengarten toe. “In het eerste geval is het aan de beklaagde om daarmee iets te doen. Het oordeel gaat ook altijd naar de zorgaanbieder, eventueel voorzien van een advies hoe herhaling in de toekomst te voorkomen. Mocht de klager geen genoegen nemen met onze uitspraak, dan kan hij naar het Medisch Tuchtcollege stappen.” De ervaring tot nu toe leert dat de meeste klachten over bejegening gaan, over de patiëntvriendelijkheid dus. Een behoorlijk deel betreft echter medisch inhoudelijke klachten. “Dit”, aldus Rosengarten, “varieert van iemand die vindt dat de fysiotherapeut erg onaardig was tijdens een behandeling, tot een tandarts die een verkeerde kies heeft getrokken. Momenteel lopen er negen zaken bij de CKC.”
Bart Rosengarten, voorzitter Centrale Klachtencommissie. Foto: Wim Salis (AVDD)
Meer informatie Contactgegevens Centrale
Uiterst voorzichtig
Klachten Commissie: via de
Voor alle duidelijkheid: de deur van de Centrale Klachten Commissie staan open voor burgers en militairen. Hun klachten moeten gaan over de eerste- en tweedelijnszorg. Dit betekent dat de defensiepopulatie bij de CKC terecht kan met klachten over een behandeling in het Centraal Militair Hospitaal, bij de geestelijke gezondheidszorg en in het Militair Revalidatie Centrum. Rosengarten hamert als voorzitter op het aspect privacy. “Iedereen die zich tot ons wendt met een klacht, verzeker ik dat er vertrouwelijk wordt omgegaan met zijn of haar gegevens. Wij waarborgen de privacy van de klager én de aangeklaagde.”
Patiëntencontactpersoon (PCP) van uw gezondheidscentrum, waar ze kunnen vertellen wie dat is. De tweede optie is om de secretaris van de commissie te benaderen, Wout van Wissen. Telefoon: 06.10.06.31.08, email:
[email protected]. Voor meer informatie over de CKC: Intranet:http://wiki.mindef.nl/ckc. Internet: http://www.defensie.nl/cdc/ gezondheidszorg/klachten_militaire_ gezondheidszorg
8
9
Dienst Vastgoed Defensie spijkert infrastructuur op Antillen bij
Een prikkelend project Het ‘compagnies bureelgebouw’ op de Marinebasis Parera in aanbouw. Foto Rodney Lee
Er waait een frisse architectonische wind door de eilanden Curaçao en Aruba op de Nederlandse Antillen. De Dienst Vastgoed Defensie (DVD), een loot aan de stam van de Divisie Vastgoed & Beveiliging, zet daar vijf nieuwe gebouwen neer die naadloos aan de eisen van deze tijd voldoen. Hoewel Defensie door de economische en financiële crisis pas op de plaats maakt, vormen de projecten een ‘must’ omdat de tand des tijds onmiskenbaar aan sommige locaties knaagt. Het eerste bouwwerk, voor het Commando Landstrijdkrachten op Curaçao, is bijna voltooid. Tekst: Jack Oosthoek Links: Blik op het voltooide ‘compagnies bureelgebouw’ op Parera. Foto Peter Bijpost, AVDD.
Het ‘Antillenproject’ van de Dienst Vastgoed Defensie omvat liefst vijf werken. Het begon in 2009 met de aanleg van een complex op de Marinebasis Parera voor de daar gelegerde compagnie van het Commando Landstrijdkrachten. Deze nam enkele jaren geleden taken op zich die tot dan toe voor rekening van het Korps Mariniers kwamen. Elke lichting wordt voor drie maanden op het eiland gestationeerd en ingekwartierd op Parera.
“Het projectteam op Curaçao verkeerde in een enorme ‘flow’ Een aanpak waarmee Defensie geld bespaart omdat er bijvoorbeeld geen woonruimte hoeft te worden gehuurd voor de landmachtfamilies en hun gezinnen. Het ontbrak de landmachtmilitairen op Curaçao echter aan een zogeheten ‘compagnies bureelgebouw’ voor het geven van
10
11
lessen, het organiseren van briefings, het plegen van onderhoud, en met adequate sanitaire voorzieningen. In die behoefte is nu voorzien. Daarmee is de kous niet af, binnenkort gaat het uit 1940 stammende kantoorgebouw ‘Karel Doorman’ op Parera op de schop.
Vallende kokosnoot De overige drie projecten spelen zich af op Aruba, waar eveneens defensiepersoneel woont en werkt. De Marinierskazerne Savaneta krijgt een nieuw staf- en wachtgebouw, de entree wordt gemoderniseerd en van nieuwe beveiligingsapparatuur voorzien. Buiten de poort verrijst een nieuw onderkomen voor de Marechausseebrigade omdat de huidige stek verouderd is. Dat werd vorig jaar bewezen toen een kokosnoot dwars door het dak van het gebouw viel. Er waren geen gewonden te betreuren… Het pand van de marechaussee komt bewust buiten de kazerne omdat het personeel van ‘het Wapen’ zo goed benaderbaar is voor de lokale bevolking, vertelt architect ing. Harold
Harold Threels (geheel links) geeft het projectteam tekst en uitleg over de nieuwbouw op Parera. Foto Peter Bijpost AVDD.
Threels van de Dienst Vastgoed Defensie, spin in het web van het ‘Antillenproject’. “Zichtbaarheid, dáár gaat het om.” Zoals het er nu uitziet, krijgt het staf- en wachtgebouw op Aruba volgend jaar gestalte. “Het bestek ligt er, nu nog een
“De kosten voor onze dienstreis waren er na één uur werken al uit” financiële ‘go’ en een machtiging voor de aanbesteding”, vertellen Threels en de leider van het ‘Antillenproject’, kapitein Bram van der Heijden (landmacht). Het vijfde en laatste project betreft een (mogelijke)
aanpassing van de RIMA-steiger bij Savaneta, ligplaats voor het stationsschip voor het Caribisch Gebied. In de toekomst worden voor deze taak nieuwe schepen met andere afmetingen ingezet, de Ocean Going Patrol Vessels (OPV’s) van de Hollandklasse.
Minder misverstanden Om alles in goede banen te leiden, herbergt de projectgroep van de Dienst Vastgoed Defensie óók vertegenwoordigers van de Dienstkring Caribisch Gebied (Carib) die de lokale markt als hun broekzak kennen en contact onderhouden met de aannemers. En ook belangrijk: ze houden toezicht op het werk, een vanuit Nederland ondoenlijke klus, wat niet wegneemt dat de projectleiding van tijd tot tijd zijn licht in De West opsteekt. Van der Heijden: “Face tot face’ zaken doen leidt in vergelijking met mailen en telefoneren tot minder misverstanden. Bovendien leer je elkaar zo beter kennen. De deelnemers aan het project komen toch uit verschillende culturen waarin zaken anders lopen dan wij in ons land gewend zijn. Zo kost het realiseren van een bouwproject in de Antillen meer tijd dan bij ons, wat onder meer komt doordat veel materiaal uit de Verenigde Staten, Zuid Amerika en Europa moet worden ingevoerd.”
“Sommigen gaven aan het gebouw té mooi te vinden” Dat de nieuwbouw op Parera desondanks van een leien dak liep, zat hem in de ‘flow’ waarin het lokale en het ‘Utrechtse’ projectteam verkeerden, blikt Threels terug. Op één keer na, toen hij tijdens een rondgang langs het fundament de indruk kreeg dat er iets niet klopte. Dat lag volgens hem negentig graden gedraaid ten opzichte van wat gepland was. Threels instinct bedroog hem niet, aan zijn jetlag lag het evenmin. Hij wees de toezichthouder en de aannemer op de fout, waarna die werd hersteld. “Zij hadden het moeten zien.” Lacht Threels: “De kosten voor onze dienstreis waren er al na één uur werken uit. Maar waar gehakt wordt vallen nu eenmaal spaanders. De praktijk van een bouwproject is weerbarstig. Een architect stapt er daarom met grote
ambitie in, dan blijft uiteindelijk een goed product over.” De soepele gang van zaken op Curaçao kwam ook door de positieve ‘feed back’ van medewerkers en passanten. “Sommigen”, aldus Threels, “gaven zelfs aan het gebouw té mooi te vinden voor een kantoor. Een compliment, want een architect wil bij het ontwerpen van een gebouw dat de toekomstige gebruikers zich daarin prettig voelen. Dat weet hij echter pas zeker als er een poosje in het nieuwe onderkomen is gewerkt.”
Extra prikkelend Zoals het er nu uitziet, is het ‘Antillenproject’ eind 2014 rond. Of dat lukt, valt nu nog niet precies te zeggen omdat de Dienst Vastgoed Defensie met ‘dagkoersen’ worstelt, weten Threels en Van der Heijden. “De planning verandert regelmatig en door de slechte economische omstandigheden moeten de kosten over een paar jaar worden uitgesmeerd. Aan de andere kant maakt dit het project extra prikkelend. En dat niet alleen vanwege de brandende zon in De West.”
“Ik heb lichtheid in vormgeving nagestreefd” Architect Harold Threels liet zich bij het ontwerpen van de gebouwen architectonisch inspireren door het landschap, het klimaat, de bouwstijl en de gangbare kleuren op de Nederlandse Antillen. Zo benutte hij de heersende passaatwinden voor het ventileren van de gebouwen en zorgde hij voor ver overhangende daken (overstekken), als bescherming tegen de brandende zon. Verder aircosystemen, véél aircosystemen, vanwege het klimaat een absolute noodzaak. “We proberen ze zo goed mogelijk te integreren in de architectuur”, aldus Threels. Qua kleuren worden de buitenmuren van de gebouwen in crème wit geschilderd, het binnenwerk blauw, gecombineerd met fel gekleurde tegels. Threels: “Ik heb gestreefd naar een symbiose tussen het traditionele bouwen in de Tropen en het gebruik van moderne middelen. Elk pand moet ‘herkenbaar’ zijn; we leven niet meer in de 20ste eeuw.”
12
13
Mijn werkplek Het Nieuwe Werken geeft verantwoordelijkheid aan werknemer
Defensie opent eerste islamitische gebedsruimte
“Een belangrijk signaal naar het personeel” Naast de hindoetempel en tegenover de ‘kapel’ op de Bernhardkazerne in Amersfoort staat sinds 8 februari een islamitische gebedsruimte. Die is toegankelijk voor elke defensiemedewerker en wordt daarnaast gebruikt voor studiedoeleinden. “De laagdrempeligheid kenmerkt de gebedsruimte”, aldus hoofd Islamitisch Geestelijke Verzorging, kolonel Ali Eddaoudi. Tekst: eerste luitenant Marlous de Ridder Foto’s: Wim Salis, AVDD
Het initiatief voor een islamitische gebedsruimte komt van Eddaoudi zelf. Aanleiding vormde een aantal werkbezoeken waarbij hij regelmatig de vraag kreeg waar moslims konden bidden. “Na een inventarisatie bleek dat commandanten wel een ruimte hadden, aangemerkt als stilteplek. Alleen was vaak niet duidelijk wáár. Ik wilde daarom één plek, met
het interieur van een moskee, compleet met preekgestoelte en een mihrab (gebedsrichting, red.)”, vertelt Eddaoudi.
Belangrijk signaal De keuze voor de Bernhardkazerne (gebouw A) is logisch. Hij ligt centraal en er is een opleidingslocatie. Daarnaast zijn daar nu drie
Blik in de nieuwe Islamitische gebedsruimte met het interieur van een moskee.
Voor iedere taak een passende werkplek
Hoofd Islamitisch Geestelijke Verzorging, kolonel Ali Eddaoudi. “Blij dat alle denominaties nu in Amersfoort zitten.” Foto Sjoerd Hilckmann, AVDD.
grote religies vertegenwoordigd. Dat de jongste stroming binnen de Geestelijke Verzorging nu een eigen plek heeft, is bijzonder. Van erkenning spreekt Eddaoudi echter liever niet. “Dat zou betekenen dat ik mij als moslim ondergewaardeerd voel binnen Defensie. Maar ik kan me voorstellen dat het zo wordt opgevat. Het zegt wél wat over de tolerantie van de Nederlandse krijgsmacht. Ik ben vooral blij dat alle denominaties (religieuze etniciteiten, red.) nu in Amersfoort zitten. Dat is een belangrijk signaal naar het personeel.”
Multifunctioneel Naast bidden, kan de ruimte worden gebruikt voor culturele lessen, of bij speciale gelegenheden tijdens de ramadan. In het opwerktraject voor een uitzending krijgen militairen les over de islam. Nu moeten zij daarvoor naar een moskee. Hetzelfde geldt voor officieren van de Nederlandse Defensie Academie. Met een eigen ruimte is Defensie minder afhankelijk van de beschikbaarheid en de goodwill van bestuursleden van een moskee. Zoals gezegd is de gebedsruimte voor iedere Defensiemedewerker, man of vrouw, toegankelijk. Eddaoudi: “Of je nu wil bidden, mediteren of een studieboek lezen; je bent welkom. Het belangrijkste is dat iemand die rust zoekt, zich kan terugtrekken.” Afhankelijk van toestroom en interesse, wil Eddaoudi ook naar andere locaties kijken. “Wie weet heeft Den Helder straks belangstelling. Wie zien het daarom als een ‘pilot’, met de hoop dat we in de toekomst ook collega’s aan de andere kant van het land kunnen bedienen.”
Thuis, op de kazerne of elders; bij ‘Het Nieuwe Werken’ kies je de werkplek die op dat moment het beste schikt. Een passende werkplek voor iedere taak dus, met als doel het werk effectiever, efficiënter maar ook plezieriger te maken voor zowel organisatie als medewerker. De mens staat hierbij centraal. Het gaat er niet meer om hóe, wannéér of wáár je werkt, maar om wát je doet. Tekst: Leo de Rooij Henk Koster moest in eerste instantie een beetje aan Het Nieuwe Werken wennen.
Op de Utrechtse Kromhoutkazerne wordt al langere tijd gewerkt volgens het principe van Het Nieuwe Werken (HNW): geen vaste werkplekken meer, ‘afdelingsvlekken’ waar je met collega’s bij elkaar zit, loungeplekken voor informeel overleg en rolkoffertjes voor de persoonlijke spullen van de medewerkers. Ofwel: activiteit gebaseerde werkplekinrichting. In deze tijd heeft het personeel steeds meer behoefte om één of meerdere dagen per week buiten de standplaats te werken. Voordelen hiervan zijn bijvoorbeeld een kortere reistijd en de mogelijkheid tot het beter combineren van werk en privé. Medewerkers willen graag één of meerdere dagen thuiswerken.
Voorstander Ir. Henk Koster van de Divisie Vastgoed & Beveiliging van het Commando DienstenCentra moest er in eerste instantie een beetje aan wennen, maar toont zich inmiddels een warm voorstander van dat Nieuwe Werken. “Al noem ik het zelf liever ‘Eigentijds Werken’, want zo nieuw is het inmiddels niet meer en die term past beter bij de ontwikkelingen binnen de huidige maatschappij.” Het Nieuwe Werken is volgens Koster een concept dat je integraal dient te bekijken. “Drie aspecten spelen daarbij een rol: mentaal, fysiek en virtueel. Mentaal vergt het van de medewerker een gedragsverandering: bewust nadenken over hoe en waar je jouw werk het beste kan doen en vervolgens die werkplek uitzoeken die hier het beste bij past. Dit vraagt in hoge mate eigen verantwoordelijkheid. En de leidingge-
vende moet daarnaast ook op output durven sturen…Het fysieke aspect zit ‘m in de ondersteuning met verschillende soorten werkruimtes, met steeds een specifieke inrichting. En virtueel praten we over de ICT-ondersteuning, zoals de telestick of een inlogsysteem waarmee je de ‘rondzwervende’ collega’s binnen het gebouw kunt vinden.”
Gewenning Het Nieuwe Werken-concept vraagt wel enige gewenning, erkent Koster. “In eerste instantie kosten zaken gewoon meer tijd, omdat het voor iedereen nieuw is. Mensen zitten niet meer op een vaste plek, zijn soms minder goed bereikbaar of net afwezig als dat slecht uitkomt. Dat vraagt dus om goed vooruit denken, plannen, afspreken.” Grootste voordeel volgens Koster is de flexibiliteit die de medewerker geboden wordt in zowel locatie als tijd. “Je kunt zelf kiezen waar je werkt en daardoor krijg je een beter time-management. Dat werkt efficiënter en geeft uiteindelijk een hogere output. Uiteraard moet je hier wel enkele afspraken met je leidinggevende over maken. Ik ben momenteel veel bezig met reorganisatietrajecten. Als ik veel moet overleggen spendeer ik de dag in een vergaderruimte. Het gebruik van een computerwerkplek is dan niet nodig. Moet ik plannen schrijven waarbij een hoge mate van concentratie vereist is, dan doe ik dat liever thuis. Daar kan ik in alle rust werken zonder ‘gestoord’ te worden door telefoon, of collega’s die even willen bijpraten. Daarmee bereik ik een hogere productiviteit en het biedt
daarnaast mogelijkheden om het beter te combineren met je privéleven. Mijn thuiswerkzaamheden plan ik vaak op mijn papa-dag, dan snijdt het mes aan twee kanten.”
Medewerker centraal Het feit dat binnen Het Nieuwe Werken de medewerker centraal wordt gesteld, heeft toegevoegde waarde. Koster: “Hij krijgt een grote mate van zelfstandigheid. Het systeem is zo ingericht dat de medewerker optimaal kan werken én samenwerken. Zo krijgt hij de ruimte en vrijheid om zelf te bepalen hoe, wanneer en waar gewerkt wordt binnen beperkte kaders die je met je leidinggevende afspreekt. De leidinggevende stuurt op output en geeft je het vertrouwen dat je werk gewoon op tijd af is. Hierdoor wordt werken leuker en efficiënter”. Nadelen zijn er ook, ziet Koster. “Gevaar is dat de saamhorigheid achteruit loopt. Het ontmoeten van collega’s gaat in HNW niet meer vanzelf, ook dat dient gepland te worden. Daar moet je dus echt een inspanning voor doen, met als risico dat het verwatert. Ook zie je dat er wel gretig gebruik wordt gemaakt van de voordelen zoals thuiswerken, maar dat de minder leuke kanten, zoals het delen van werkplekken, niet echt ingeburgerd raken. Je merkt dat men de nadelen van het systeem uit de weg gaat. Ten slotte dien je ervoor te waken dat werkplekreductie geen doel op zich wordt. Dan is het snel afgelopen met de steun voor dit concept. Werkplekreductie moet meer gezien worden als het logische gevolg van slimmer werken.”
14
15
Facilitair Bedrijf Defensie steeds beter op stoom
Loslaten en vertrouwen Met de komst van het Facilitair Bedrijf Defensie kunnen de operationele commando’s, maar ook de ondersteunende defensieonderdelen, zich nog beter op hun kerntaken toeleggen. Zij hebben namelijk sinds juni vorig jaar een groot deel van de facilitaire producten en diensten overgeheveld naar het nieuwe CDConderdeel. Die is zowel voor medewerkers als klanten even wennen, maar begint zijn vruchten af te werpen.
Na twee jaar reorganiseren en onderhandelen is het Facilitair Bedrijf Defensie (FBD) sinds 1 juni 2011 een feit. De defensiebrede ondersteunende diensten worden niet meer per Defensieonderdeel georganiseerd, maar voortaan efficiënt ‘paars’ opgepakt. “Door de werkprocessen van alle activiteiten te standaardiseren ontstaat er synergie”, vertelt commandant FBD kolonel Paul de Witte. “We kunnen hetzelfde werk nu met minder mensen aan, zodat er meer budget overblijft voor de kerntaken van Defensie.” De centralisering ging niet zonder slag of stoot. De Witte: “De krijgsmachtdelen waren in het begin best wel huiverig om hun facilitaire diensten over te dragen aan het CDC. Hun directe zeggenschap zou verdwijnen en als klant moesten zij gaan vertrouwen op de nieuwe organisatie. Dat loslaten en vertrouwen krijgen gaat steeds beter.”
Tekst: Jopke Rozenberg-van Lisdonk Sergeant-majoor Ed Hartman werkt op de Van Ghentkazerne in Rotterdam als hoofd Servicebalie. “Het merendeel van ons werk bestaat nog steeds uit voedings- en huisvestingsaanvragen. Langzaam maar zeker komen er meer producten en diensten bij, zoals het verstrekken van Defensiepassen en binnenkort waarschijnlijk ook het afgeven van parkeervignetten.” Foto: Don van Rooy, AVDD.
Marineman en hoofd Servicebalie van de Van Ghentkazerne in Rotterdam sergeant-majoor Ed Hartman is het daarmee eens: “Het aantal klachten en complimenten van onze klanten is gelijk gebleven. Ondanks dat we af en toe in een spreidstand staan tussen de nieuwe FBD-regels en de oude procedures die het Defensieonderdeel gewend was. Gelukkig vinden we altijd een oplossing en overleggen we waar nodig met de klant. Zo blijft die tevreden en dat is het belangrijkste.”
Uitkristalliseren Alle bedrijfsprocessen van het FBD zijn opnieuw onder de loep genomen. Er is gekeken naar het beste van alle partijen. De nieuwe manier van werken die daaruit ontstond, vergt de nodige aanpassing van de kleine duizend kersverse FBD-medewerkers. ‘Logistiekeling’ van het regiokantoor Havelte Coby Blok is blij met het nieuwe bedrijf, maar aan het organiseren van haar werk komt soms wat kunst- en vliegwerk te pas. “Over het algemeen zit het FBD goed in elkaar”, zegt ze. “Je merkt alleen dat de nieuwe processen op detailniveau nog niet helemaal goed zijn uitgekristalliseerd. Sommigen zoeken nog naar hun exacte taken en hoe ze daarin moeten werken. Bovendien beheren wij
< Commandant kolonel Paul de Witte op de milieustraat van Camp Soesterberg. Het FBD verzorgt optioneel ook milieuadvies en afvalverwerking voor de Defensieonderdelen. Foto: Sjoerd Hilckmann, AVDD.
de facilitaire budgetten van de Defensieonderdelen nog niet, wat ook niet altijd praktisch werkt. Maar wellicht komt dat in de toekomst nog, als de klanten genoeg vertrouwen in ons hebben.”
Zeven regio’s Het FBD is onderverdeeld in zeven regio’s: Breda, Den Haag, Den Helder, Havelte, Oirschot, Schaarsbergen en Soesterberg. Allen hebben ze een kleine staf en vier tot zeven hoofdlocaties met daaronder diverse
“We kunnen hetzelfde werk nu met minder mensen aan” sublocaties. De overkoepelende staf huisvest sinds eind januari op de Kromhoutkazerne in Utrecht. “We hebben de regio’s logisch over het land verdeeld”, vindt commandant De Witte, die sinds mei 2010 als projectleider bij de oprichting van het FBD betrokken is. “De bevoor-
16
17
Kort & Krachtig radingslijnen zijn nu efficiënter ingedeeld. Waar voorheen nog bestelbusjes van zowel de luchtmacht als de landmacht dezelfde locatie bevoorraadden, gebeurt dat nu door één auto.” Een ander voordeel van de centralisatie en de daarmee gepaard gaande standaardisatie van werkzaamheden is, dat medewerkers elkaar makkelijker kunnen vervangen. “Pieken en dalen op de diverse locaties kunnen nu beter worden opgevangen”, legt De Witte uit. “Als een bepaalde locatie het drukker dan anders heeft en een andere locatie uit
Kopp steekt licht op bij AVDD “Het is mooi om mee te maken hoe mensen vol enthousiasme kunnen praten over hun specialisme, hun vak. Dat raakt mij.” Waarderende woorden van waarnemend commandant Commando DienstenCentra schout-bij-nacht Erik Kopp voor het personeel van de Audiovisuele Dienst Defensie, na afloop van zijn werkbezoek aan deze creatieve loot aan de defensiestam. De visite bestond uit een uiteenzetting door AVDD-commandant kapitein-luitenant-terzee Hans Stuij, een rondleiding en gesprekken met personeel. Op de foto vertelt geluid-editor sergeant-majoor Leonard Salentijn Kopp wat er komt kijken bij de montage van het juiste geluid onder een videoclip.
“Ik merk onder het personeel dat ze er samen graag voor willen gaan” de regio heeft op dat moment capaciteit over, vragen we hen om bij te springen. Behalve dat dit het extern inhuren van tijdelijk personeel voorkomt, ervaren sommige medewerkers dit als een nieuwe uitdaging en een leuke afwisseling. Anderen daarentegen zitten niet op een tijdelijke verandering van werkplek te wachten. We proberen mensen dan ook zoveel mogelijk in te zetten op basis van vrijwilligheid.” “Een mooie oplossing”, vindt Coby Blok. “Voor onze regio is het alléén bijna niet haalbaar. Deze loopt namelijk van Vlieland tot Enschede en van het IJsselmeer tot de Duitse grens. De meeste locaties liggen dus redelijk ver uit elkaar. Voor ‘invallers’ brengt dit vaak veel reistijd met zich mee. Tenzij iemand enigszins in de buurt woont van de andere locatie natuurlijk. Maar mocht de vraag komen, dan sta ik vooraan om te helpen. Ik ben wel benieuwd naar hoe ze op een andere plek werken.” Daarbij creëert de standaardisering van bedrijfsprocessen en de samenvoeging hiervan onder één paraplu, betere carrièrekansen voor de medewerkers. “Mensen kunnen gemakkelijker doorstromen naar een andere functie of switchen van locatie”, zegt De Witte. Sergeant-majoor Hartman is het daar volledig mee eens: “Ik kan me nu gemakkelijker breder oriënteren wat functies en locaties betreft. Dit vind ik een interessante vooruitgang.” Door de ‘slimmere’ manier van werken kan er jaarlijks bovendien structureel 5,5 miljoen euro bezuinigd worden, wat overeenkomt met de opgelegde eis. Ruim de helft daarvan (3,5 miljoen euro) wordt bespaard op personeelskosten door het bestand van 1.050 VTE’n terug te brengen naar 954. Daarnaast zal het FBD ook een besparing op materiële budgetten en contracten realiseren van twee miljoen euro.
Evalueren Begin juni evalueert het FBD het eerste jaar. “We bekijken dan met elkaar: wat werkt nu goed en waar kunnen we nog verbeteren?”, aldus De Witte. Hij ziet het positief in: “Natuurlijk kunnen er nog zaken beter ‘ingeregeld’ worden en zullen er nog wat hobbels genomen moeten worden. Maar ik merk onder het personeel dat ze er samen graag voor willen gaan. En die spirit is het belangrijkst, dan kom je er wel.”
Foto AVDD. Coby Blok zag de oprichting van het FBD als een kans. “Ik werkte als waarnemend huismeester op de Johan Willem Frisokazerne in Assen en heb nu een functie als logistiek medewerker op het regiokantoor in Havelte. Een leuke nieuwe uitdaging.”Foto: Jaap Spieker, AVDD.
Producten en diensten van het FBD Het Facilitair Bedrijf Defensie (FBD) verzorgt sinds 1 juni 2011 de Defensiebrede producten en diensten voor de hele krijgsmacht. Hieronder vallen alle zaken die in principe op alle locaties nodig zijn, zoals postdistributie, reprodiensten, verstrekken van facilitaire gebruiksartikelen, verhuizingen, bewegwijzering en schoonmaakdiensten. De faciliteiten die niet standaard aanwezig zijn, kunnen de Defensieonderdelen optioneel afnemen. Dit zijn bijvoorbeeld het faciliteren van brandstoflaadstations, de milieustraten, het beheer van oefenhuizen, internetcafés en kinderopvang. Voor het afnemen van diensten van het FBD bewandelen Defensiemedewerkers drie trajecten: zelf aanvragen via de CDC intranetpagina (te vinden via het defensie intranetportaal), via de telefoon of persoonlijk bij de vele servicebalies in het hele land. Locaties en contactgegevens zijn te vinden op het CDC-intranetportaal.
Inschrijving Tweedaagse Militaire Prestatie Tocht Vanaf 1 maart kan weer worden ingeschreven voor de Tweedaagse Militaire Prestatie Tocht (TMPT). De 64ste editie van deze krachtproef vindt plaats op 15 en 16 mei in de omgeving van Legerplaats Harskamp. Op twaalf onderdelen, waaronder een internationale hindernisbaan, een mars van 25 kilometer, kaartlezen per kajak, een schietproef en het afleggen van een oriëntatieparcours, gaan militairen tot het uiterste. Overigens gelden voor dames en deelnemers van 45 jaar en ouder lichtere eisen. Wie laat zien over een breed scala aan militaire vaardigheden en uithoudingsvermogen te beschikken, ontvangt het felbegeerde TMPT-kruis. De test wordt door een team van elk twee militairen, beroeps en reservisten, afgelegd. De organisatie van de TMPT is in handen van de Koninklijke Vereniging van Nederlandse Reserve Officieren (KVNRO). Dit gebeurt in samenwerking met de sportorganisatie Koninklijke Landmacht en onder de coördinatie van het Bureau Internationale Militaire Sport (BIMS). Zoals gezegd, kan vanaf 1 maart worden ingeschreven voor de TMPT. De uiterste inschrijfdatum is 7 mei. De deelnemers aan de wedstrijd zijn op 14 mei, de dag voor de wedstrijd, vanaf 15.00 uur welkom. Meer informatie op www.tmpt.nl.
Correcties In de januari-editie van Pijler stond een artikel over het kookboek ‘Beleef het koken’. De Vereniging Nederlandse Cateringorganisaties zou dit cadeau hebben gedaan aan zo’n twintigduizend medewerkers van ‘contractcateraars’. Dit klopt niet. De toenmalige Bedrijfsgroep Catering heeft het boek eind 2011 in eigen beheer ontwikkeld in het kader van de Nationale Dag van de Cateringmedewerker en cadeau gedaan aan alle medewerkers van Paresto. In de rubriek Mijn Werkplek in de Pijler van januari stond abusievelijk vermeld dat majoor John Wellink (KMar) chef Kabinet en verhuiscoördinator van de staf van het CDC op de Kromhoutkazerne in Utrecht is. Dit had moeten zijn: werkzaam bij het Kabinet en op dit moment projectleider verhuizing van staf CDC (OG&K).
18
19
Doek valt voor MCAM-rit De Militaire Commissie voor Automobielen Motorwedstrijden (MCAM) stopt na 66 jaar met de organisatie van het militaire kampioenschap Kaartlezen. Reden is dat dit evenement al jaren met teruglopende aantallen deelnemers kampt. Daarom vindt dit jaar de allerlaatste 18-uursrit plaats.
Eurodeal! 05 t/m 09 maart: 2 zakjes M&M’s € 1,00 12 t/m 16 maart: SuperGroover € 1,00 19 t/m 23 maart: Kwekkeboom kroket € 1,00
Alle burger- en militair personeel kan deelnemen aan de rit, die op 20 en 21 april verreden wordt in Noord-Brabant en Limburg. Deelname is mogelijk in teamverband (een chauffeur en een kaartlezer) in een gevorderden- of beginnersklasse. De rit start om 13.30 uur (melden vanaf 11.30 uur) op Luchtmachtbasis De Peel (vanaf 1 april Generaal Best Kazerne). Adres: Ripseweg 1, Vredepeel. De 18-uursrit zal hier ook eindigen, tussendoor wordt gestopt op de Generaal-majoor De Ruyter van Steveninckkazerne in Oirschot en op de Mineurs- en Sappeursschool in Reek. Daar worden diner en nachtvoeding verstrekt. De kosten voor deelname bedragen € 25,- voor gevorderden en € 17,50 per beginner-equipe. Inschrijven voor de 18-uursrit kan alleen via www.mcam.info. Het inschrijfformulier staat onder het tabblad ‘contact’.
26 t/m 30 maart: Boer’n muesli honing € 1,00 Paresto wenst u smakelijk eten! MCAM De Militaire Commissie voor Automobiel- en Motorwedstrijden organiseert voor beginners en gevorderden nog éénmaal de:
18-uurs kaartleesrit en wel op vrijdag 20 en zaterdag 21 april 2012. De uitslag van deze rit wordt voor de gevorderden opgeteld bij die van de oefenrit 2011. De winnaar wordt de laatste Defensie Kampioen Kaartlezen.
Start en Finish: Generaal Best kazerne (tot 1 april 2012: LMB de Peel) Op www.mcam.info vind u alle informatie en kunt u zich ook inschrijven.
Tip voor Pijler? Mail naar:
[email protected] of bel 070- 339 78 01 of *06-580 78 01 Foto: NIMH
Hulde voor CDC-burger Op de Johannes Postkazerne heeft brigadegeneraal Hans van der Louw de brigadelegpenning van 43 Gemechaniseerde Brigade uitgereikt aan Albert Last (foto). Als medewerker van het Facilitair Aanspreek Punt (FAP) bij de Lokaal Facilitaire Dienst Steenwijk, en sinds kort als hoofd van de Service Balie van het Facilitair Bedrijf Defensie (FBD) in Havelte, is Last al jaren de spin in het web voor dienstverlening aan brigade-eenheden en voor bezoekende eenheden en personen. De klantgerichtheid en de inzet van Last worden op de kazerne alom geroemd. Het woord ‘nee’ komt in zijn vocabulaire niet voor. Last stelt alles in het werk om de ‘klant’ te helpen, ook als zaken op het allerlaatste moment georganiseerd moeten worden. Zijn kennis en kunde zijn in het bijzonder gebleken tijdens de Landmachtdagen in 2010. Maar ook bij de vele oefeningen op de kazerne, het project Loopbaanlint en bij het opwerken van de Police Training Group 1 en 2
(2011). In de munt staan ‘Oplossingsgericht, Betrouwbaar, Klantgericht’ gegraveerd, woorden die Last typeren. Het is de tweede keer dat de legpenning van 43 Gemechaniseerde Brigade, op 1 januari 2011
ingevoerd, werd uitgereikt. Het eerbewijs wordt bij hoge uitzondering toegekend aan personen die zich lange tijd op uitzonderlijke wijze hebben ingezet voor de brigade. Foto korporaal 1 Frank Meester.
Nieuwe regels voor Vierdaagse Defensiepersoneel dat wil meedoen aan de 96ste Internationale Vierdaagse Afstandsmarsen van Nijmegen, ofwel de Vierdaagse, krijgt met een aantal nieuwe regels te maken. Nodig om de defensiebijdrage aan het wereldomspannende evenement te kunnen waarborgen. De Vierdaagse wordt van 17 t/m 20 juli gehouden. Dit jaar betaalt een deelnemer die gebruik wil maken van een Defensie startbewijs, zélf voor deelname aan de Vierdaagse. De kosten per deelnemer zijn: 40 euro inschrijfgeld (inclusief medaille en certificaat) en 60 euro verzorging (indien gebruik wordt gemaakt van Kamp Heumensoord). Verzorgers van detachementen betalen ook 60 euro verzorging. Militair en meedoen aan de Vierdaagse? Dat kan uitsluitend als de dienst dit toelaat. Is dit het geval, dan kan de commandant bijzonder verlof toekennen. Een detachement staat onder bevel van een
militair die tenminste de rang van sergeant of overeenkomstig heeft. Detachementen kunnen alleen deelnemen aan de dagelijkse afstand van 40 kilometer met bepakking, en starten vanaf kamp Heumensoord. Veteranen die in detachementverband meedoen, mogen gebruik maken van een Defensie startbewijs en kunnen overnachten op Kamp Heumensoord. Veteranen die individueel willen meelopen, schrijven zich in via de civiele inschrijfmodule en kunnen aangeven te willen overnachten op Kamp Heumensoord. Actieve reservisten en burgermedewerkers die individueel of in detachementverband deelnemen, mogen gebruik maken van een Defensie startbewijs en kunnen, bij voldoende ruimte, overnachten op Kamp Heumensoord. Militairen die niet in uniform meelopen, moeten zich civiel inschrijven bij SD4D. Zij hebben geen recht op training in diensturen, bijzonder verlof of gebruik van Kamp Heumensoord en voeding op militaire
rustplaatsen. Burgermedewerkers en individuele veteranen kunnen gebruik maken van de faciliteiten van Kamp Heumensoord. Hiervoor worden 200 bedden gereserveerd. Indien er meer aanvragen zijn, kan er een loting plaatsvinden. Burgermedewerkers schrijven zich in via de civiele inschrijfmodule. Er zijn nog meer veranderingen: zo levert Defensie geen bijdrage aan de openingsceremonie en kunnen deelnemers met een Defensie startbewijs die gebruik maken van Kamp Heumensoord, daar in de derde week van juli (van maandag 09.00 uur t/m vrijdag 21.00 uur) gebruik maken van de faciliteiten. Inschrijving en meer informatie uitsluitend via de website www.4daagse.nl. De inschrijving is sinds 6 februari open en sluit op 5 april 24.00 uur. De betaling moet binnen zijn bij SD4D op 1 mei 2012. Vragen over inschrijving:
[email protected]. Vragen over kamp Heumensoord:
[email protected].
Opnieuw wedstrijd voor defensiefotografen De militaire fotografen van de Audiovisuele Dienst Defensie (AVDD) staan dag en nacht paraat om het reilen en zeilen van de krijgsmacht op de gevoelige plaat vast te leggen. Dat levert fraaie foto’s op en om ze de aandacht te geven die ze verdienen, organiseert CDC ook dit jaar een fotowedstrijd. Elke maand vindt u op de achterpagina van Pijler de opvallendste AVDD-foto van die maand. Eind 2012 kunt u via een poll op de homepagina van CDC op intranet uit
de twaalf foto’s de beste van het jaar kiezen. Een jury kiest begin 2013 uit de drie mooiste de absolute nummer één. Afgelopen januari beet sergeant 1 Dave de Vaal de spits af met een opname van een oefening van de Bijzondere Eenheid van de Koninklijke Marechaussee. Deze maand sergeant-majoor Gerben van Es met een foto van de landing van een helikopter op het helidek van het fregat Hr.Ms. Evertsen.