Larry Fine
Ruth, de volmaakte bekeerling Bron: The Jewish Magazine
Parasat Bemidbar 25 mei 2012
Ruth verliet haar vooraanstaande familie (ze was van adel), ze verliet het erfdeel van haar familie om de ontberingen door te maken van iemand die zich bekeerde tot het jonge joodse volk. Ze verliet haar luxueuze leven, waar afgodendienst een deel van uitmaakte, en maakte moeilijkheden en armoede door. Ze nam het besluit om de wetten van Mozes te volgen hoewel ze zich bewust was dat het moeilijkheden en ontbering met zich meebracht. Het enige waar ze op kon rekenen voor de toekomst was dat ze het juiste pad zou volgen – een leven zonder garantie dat het haar een huwelijk en kinderen zou brengen, een leven dat gewijd zou zijn aan het nakomen van de Goddelijke geboden. En door het onzelfzuchtig geven en haar bereidheid om haar leven op zijn kop te zetten teneinde als een jodin te leven werd zij ermee beloond dat haar kleinzoon niemand anders zou zijn dan David, de koning van Israël. Uit dit verhaal van deze rechtvaardige bekeerlinge leren de rabbijnen van de Talmoed en de Misjna vele lessen, in het bijzonder met betrekking tot bekering.
Phoenix
Portugees-Israëlietische Gemeente
5 sivan 5772
Het verhaal van Ruth is opgenomen als een van de boeken van Tenach, om een heel speciale en positieve reden. Ruth was een Moabitische - lid van een niet-joods volk. Maar haar persoonlijkheid was zo gevuld met positieve karaktereigenschappen dat ze het prototype is geworden van waar een joodse vrouw naar dient te streven.
Naomi, de toekomstige schoonmoeder van Ruth, verliet samen met haar rijke echtgenoot Elimelech het land Israël ten tijde van een hongersnood. Zij namen hun beide zonen Machlon en Kiljon mee naar het aangrenzende land Moab, en daar woonden zij enkele jaren. Tijdens het verblijf namen de twee zonen, Machlon en Kiljon, twee Moabitische vrouwen,Ruth en Orpah, als echtgenote. Maar God beschouwde het verlaten van het land Israël in een tijd dat het volk de steun van Elimelech nodig had als een ernstige zonde en zij stierven alle drie: Elimelech en zijn twee zonen Machlon en Kiljon, in het land Moab, zodat Naomi overbleef met haar twee schoondochters. Tenslotte kwam er een einde aan de hongersnood in het land Israël, en Naomi, berooid en verarmd, zonder enige familie in Moab, besloot om terug te keren naar haar land en haar volk. Zij vertelde haar beide schoondochters dat ze zou vertrekken en gaf hun het advies om zelf ook terug te gaan naar hun eigen volk, naar hun eigen huis en naar de familie van hun moeder. Het land Israël had hun niets te bieden, ze zouden terugkeren als hulpbehoevenden en de twee meisjes zouden daar geen enkele kans hebben om een passende partner te vinden. Orphan kuste haar
1
Larry Fine
Ruth, de volmaakte bekeerling Bron: The Jewish Magazine schoonmoeder en vertrok, maar Ruth zei tegen Naomi (Ruth 1:16): "Dwing mij niet u te verlaten, want waar u zult gaan, daar zal ik gaan. Waar u zult wonen, daar zal ik wonen. Uw volk is mijn volk en uw God is mijn God. Waar u zult sterven, daar zal ook ik sterven en daar zal ik worden begraven. Dit is wat God voor mij zal doen, en bovendien: alleen de dood zal mij van u scheiden". Uit deze korte monoloog van Ruth aan Naomi hebben de rabbijnen de principes geleerd van het bekeren en vele regels voor het accepteren van bekeerlingen. Waar u zult gaan, daar zal ik gaan - hieruit leren de rabbijnen dat wanneer iemand de wens heeft om zich te bekeren hij of zij geïnformeerd dient te worden over de verschillende straffen voor het overtreden van de Tora wetten. Op deze manier kan een toekomstige bekeerling op zijn besluit teruggekomen voordat hij gewikkeld raakt in onze manier van leven. Zij krijgen enige Sjabbat-wetten te leren, enkele wetten over ingetogenheid en over de scheiding tussen de geslachten, en verder over het strikte verbod op afgodendienst. De taak van de bekering is de personen te identificeren die zich wensen te bekeren met bijbedoelingen. Wanneer een niet-jood zich bekeert moet zijn of haar wens zijn de ene God te aanbidden en het pad te volgen van waarheid en nederigheid. Toch zijn er velen die het joods worden beschouwen als de sleutel tot een gemeenschap die hen voordeel kan bezorgen dat zij niet kunnen bereiken als niet-jood. Er kan iets achter zitten op het gebied van huwelijk, van zaken, of zelfs om van iets in hun leven te ontvluchten. Maar is dat een geldige reden om joods te worden? De rabbijnen dringen erop aan dat de niet-jood zijn ambities opnieuw onder de loep neemt; dat hij of zij, als niet-jood, niets verkeerd heeft gedaan door te werken op Sjabbat, maar als zij zich bekeren en op Sjabbat werken, zij een ernstige zonde begaan. De rabbijnen spreken met ze over de waarde van het niet-joods zijn, dat door alle generaties heen de niet-joden zich altijd discriminerend hebben opgesteld jegens de joden. Het jood zijn betekent vaak het mikpunt te zijn van vooroordelen en haat. Pas nadat de berkeerling gehoord heeft over de mogelijke negatieve aspecten van het jood zijn, en dat hij er nog eens goed over dient na te denken voordat het bekeringsproces wordt voortgezet, dat hij zich nog kan bedenken en verder kan leven als niet-jood - pas als hij weigert erop terug te komen, als hij een sterke wens heeft om joods te worden, als hij bereid is om het mikpunt te zijn van intolerantie pas dan zullen de rabbijnen overwegen hem te bekeren. Anders dan andere religies, in het bijzonder het christendom en in mindere mate ook de islam, gelooft het Jodendom er niet in dat de hele mensheid zich moet bekeren. Een niet-jood kan een prima persoon zijn zonder bekering. Maar het bekeren speelt een belangrijke rol wanneer men dichter bij God wenst te komen. De verantwoordelijkheden van joden met betrekking tot de medemens en tot God zijn veel complexer dan die van een niet-jood tot de andere niet-joden en tot God. Het boek Ruth is een belangrijke bron voor deze toewijding en deze volharding. Zij onderging armoede, werkte hard en dit heeft haar tenslotte beloond zowel in deze wereld als in de toekomstige wereld. Het boek Ruth kan altijd gelezen worden. Het is traditie om het te lezen tijdens het feest van Sjawoe’ot.
Mededelingen
Algemene Ledenvergadering Op donderdag 7 juni 2012 houdt de PIG een Algemene Ledenvergadering. Locatie: Beth Shalom, Kastelenstraat 80 in Amsterdam. Aanvang om 19:30 uur: middagen avondgebed. 20:00 uur: aanvang van de vergadering. Indien er op dat tijdstip geen quorum aanwezig is wordt de volgende vergadering gehouden op dezelfde datum, om 20:15 uur. Agenda: ● Woord van welkom door de voorzitter van de ALV ● Mededelingen door de voorzitter van het College van Parnassim ● Overdracht van het voorzitterschap van de ALV aan de nieuwe voorzitter ● Ingekomen stukken, notulen van de vorige vergadering ● Presentatie door de werkgroep "Tevreden leden en ledenwerving" ● Presentatie over het onderwijs door Nachshon Rodrigues Pereira ● Presentatie van de Jaarrekening over 2011 door de Gabai, Dov Rychter ● Rondvraag ● Afsluiting van de vergadering door de voorzitter van de ALV
ALV
Tijdens deze vergadering draagt Chiel Cohen de Lara het voorzitterschap van de Algemene Ledenvergadering over aan de vice-voorzitter, Michel Kotek.
Sjabbat Chatan: Volgende week Saba (2 juni 2012) biedt Jair Koekoek een kiddoesj aan in Snoge Amsterdam t.g.v. Sjabbat Chatan. Hij treedt in het huwelijk met Tamar Tugendhaft.
Semachot
Op 25 maart 2012 vond in Snoge de Choepa plaats van Michael en Valeria Berends-Ramaglia. Deze prachtige foto wilden we u niet onthouden. V.l.n.r.: de bruid, rabbijn E. Wolff, Chacham P. Toledano en dayan R. Evers.
Bezoek
Op maandagmiddag 7 mei bracht de Ambassadeur van Isrël, Haim Divon, een bezoek aan de scholen van JBO. Hij bezocht Maimonides, Rosj Pina en Simcha. Hij maakte hier en daar een stukje van een les mee en sprak met de leerlingen. De leerlingen zetten hun beste beentje voor door hem te woord te staan in het Ivriet en zelfs de peutertjes zongen spontaan een liedje voor hem.
Met dank aan Sandra Bahary
Oproep: de joodse keuken
Het Joods Historisch Museum werkt aan een tentoonstelling over de joodse keuken, die van december 2012 tot mei 2013 te zien zal zijn. Wij kunnen uw hulp gebruiken!
Wij zijn op zoek naar de volgende bruiklenen: - keukengerei of serviesgoed dat u of uw familie gebruikt(e) om specifiek (Portugees-) joodse/koosjere gerechten te bereiden en/of te serveren. We denken aan: gerei om thuis te kasjeren, servies met aanduiding voor melk/vlees/parve, hakmessen voor gefilte fish, petroleumstellen voor sjalet, vormen voor kugel (met of zonder peren), pannen voor kippensoep, etc. - Joodse kookboeken Bovendien zijn we op zoek naar vrijwilligers die bezoekers van de tentoonstelling deelgenoot willen maken van een aantal specifiek joodse gerechten en gebruiken die met voedsel te maken hebben. We ontvangen uw reactie (liefst met foto’s voor zover het om objecten gaat) graag op één van de volgende manieren: per e-mail :
[email protected] per post: Joods Historisch Museum Afdeling Tentoonstellingen Postbus 16737 1001 RE Amsterdam via Facebook: www.facebook.com/joodshistorischmuseum
We hopen uw bijdragen vóór 1 juli te ontvangen. Wanneer uw bijdrage een plaats in de tentoonstelling krijgt, dan ontvangt u twee gratis toegangskaarten voor het Joods Cultureel Kwartier, samen t.w.v. € 24,-.
Kasjroet
Amsterdam, 23 IJAR 5772 15.05.2012
M E D E D E L I N G 5772-5
Het Opperrabbinaat voor Nederland brengt de volgende wijzigingen in de KASJROETLIJST 5772 ter kennis van het publiek:
Bladzijde 9
KOOPMANS
Bladzijde 33
Rubriek 4
BAKPRODUCTEN
GEOORLOOFD: Broodmix wit en bruin (p)
Rubriek 24
SNOEP: DROP
VERVALLEN KRAEPELIEN & HOLM: Drop 3000 (p) De dropsoorten, die geen gelatine of colloïdale proteïne bevatten, zijn van dit merk geoorloofd.
Bladzijde 36
MAGGI
Rubriek 27 ONGEOORLOOFD: Aroma
Specerijen
Lustrum
Bendigamos
Bendigamos is een van de meest bekend Portugees-joodse liederen. Het wordt gezongen aan het eind van een feestelijke maaltijd, zoals op Saba en Jom Tob. In maart 2007 werd een editie van de Phoenix eraan gewijd. U kunt het terugzien op http://www.esnoga.com/phoenix/Phoenix%2020070315.pdf - daar vindt u ook de tekst en de vertaling van het lied. Als bijlage bij die Phoenix was er ook een muziekbestand waarbij enkele jongeren van de PIG het lied samen zongen - luister naar http://www.esnoga.com/phoenix/bendigamos.mp3. Toen de joden verdreven werden uit Spanje en Portugal, en langs de westkust van Frankrijk naar het noorden trokken, kwam men door Bordeaux, en sommige Marranos vestigden zich daar. Er onstond een Portugees-joodse gemeenschap, en een van de liederen die daar gezongen werden is Bendigamos. Die traditie lijkt sterk op die van ons, maar toch met interessante verschillen. Luistert u naar deze opname:
Meer informatie over de muzikale traditie van de Portugese joden in Bordeaux vindt u op www.gilbertleon.com
Met dank aan Salomon Vas Diaz, die deze informatie beschikbaar stelde.
Renteloze lening
The American Jewish Joint Distribution Committee has established an interest-free Strategic European Loan Fund (SELF) in order to help Jewish communities move towards selfsustainability and financial independence by increasing their income from communal property and facilities. All proposed loans must have a viable business plan, be likely to be repaid, be fully transparent, and help the local Jewish communal applicant financially. Eligible Applicants & SELF Projects: Jewish communities, organizations or institutions may apply to SELF. In keeping with historical JDC practice, as well as the tradition of Hebrew Free Loan Societies, no interest or fees will be charged for these loans. Loans average about $50,000 and have ranged up to $150,000 and will generally be considered for projects in that range (in US Dollars) including, but not limited to, the following categories: a) Development or renovation of a property for subsequent rental or sale; b) Renovation, development or construction of a communal institution or facility – such as a school, JCC, synagogue, camp, mivkeh, old age home, etc... This could include both proposals with an income-generating component (such as where a renovated Jewish facility can then charge higher fees), as well as cases where the applicant has other financial sources from which to repay the loan; c) Community-run or community-proposed business ventures – this can include privately-run business activity that “benefits the Jewish community” such as a kosher food shop, bakery or, restaurant; Jewish bookstore, etc...; d) Preparation of a building or land plot for subsequent development or sale (i.e. “seed money” for legal expenses, creation of subdivisions, demolition, architectural plans, engineering studies, obtaining permits, etc…); e) Restitution of Jewish communal property, including the documentation and preparation of claims, and legal assistance for filing and defending claims.
Aanvraagformulieren en richtlijnen zijn verkrijgbaar bij het Secretariaat van de PIG
Jewish Identity Day
Rabbijn drs. A. W. Rosenberg
Sjaboengot
“Zo moet je zeggen tegen het Huis van Jacob, vertellen aan de kinderen van Israël. Jullie hebben gezien wat Ik met Egypte gedaan heb, maar jullie draag Ik op adelaarsvleugels om je naar Mij te brengen. Welnu, als jullie echt naar Mijn stem luisteren en je zult houden aan Mijn verbond, dan zullen jullie Mij een bijzonder kleinood zijn, meer dan andere volkeren, want Mij behoort de hele wereld. Maar jullie moeten Mij een koninkrijk van priesters zijn, een heilig volk. Dit zijn de woorden die je moet spreken tegen de kinderen van Israël.” De schepping volgens het plan van de Schepper is goed en de mens is geschapen naar Diens beeld. Toch kan de mens met zijn vrije keuze kiezen voor het verkeerde, vaak uit honger naar meer bezit of macht. Zo maakt de ene mens de andere tot slaaf; zoals de gastvrijheid die de nakomelingen van Jacob in Egypte genoten, veranderde in slavernij waaraan de uittocht en de doortocht van de Schelfzee een einde maakten. Het echte keerpunt kwam echter bijna drie maanden later bij de Sinaï door de gift van de Tora die een blauwdruk bevat voor het joodse leven en zo de twaalf stammen tot een volk smeedde. De zeven noachidische geboden zijn op zich voldoende voor een geordende menselijke samenleving, maar de mensheid is geneigd deze regels snel in de wind te slaan waardoor gemakkelijk een anarchistische chaos ontstaat. De Tora maakt van het joodse volk een belangrijk voorbeeld voor de wereld die kan zien dat dit volk zich aan de bijzondere wetten houdt van de 613 mitswot; deze wetten bevorderen een maatschappij waarvan de leden gedwongen worden zich van een bijzondere verantwoordelijkheid bewust te zijn. Het gebod tot heiligheid dat ik hierboven noemde laat ons binnen de grenzen blijven die de algemeen aanvaarde moraal in een bepaalde tijd op een bepaalde plaats stelt. De joodse grenzen zijn veel enger en moeten ons helpen om ons leven
op een hoger moreel peil te brengen. Dit kan alleen onder bepaalde voorwaarden worden voldaan: wij moeten weten wat de Tora van ons vraagt en een liefdevolle band houden met onze identiteit die ons zo lang als volk aan elkaar, aan ons land en aan onze Tora bindt. Met Sjaboengot lezen wij het boek Ruth, het verhaal van de vrouw die tegen haar schoonmoeder zei: “Uw volk is mijn volk, uw G'd is mijn G'd.” Na het verdrijvingsedict van 1492 was gedwongen overgang tot het katholicisme voor de Spaanse Joden het enige alternatief voor ballingschap, terwijl de Joden in Portugal vanaf 1496 als enig alternatief voor gedwongen doop de dood bleef. Rond 1600 vestigen de eerste asielzoekers van het Iberische Schiereiland zich in de Noordelijke Nederlanden. Vooral in Amsterdam kregen de nieuwkomers veel kansen en de vrijheid om naar eigen keuze te leven. Niemand vroeg hen naar hun religie of dwong hen tot de officiële calvinistische staatsgodsdienst over te gaan. Volledig vrijwillig maakten zij de keuze om terug te keren naar het joodse volk en de joodse religie. Men stichtte in 1604 de Gemeente Beth Jaäcob en in 1608 Neve Salom en organiseerde de sociale voorzieningen in chebrot waarvan er nog twee over zijn, Dotar en Ets Haim dat in 1616 werd gesticht. De onderwijsinstelling heette aanvankelijk Talmud Torah en kreeg haar huidige naam in 1637; daar werd het joodse onderwijs zorgvuldig en systematisch gegeven, zodat men de basiskennis en vaardigheden verwierf waarmee de nieuwe joodse gemeenschap kon worden gevormd en in stand gehouden. Zo werd Ets Haim een uiterst moderne onderwijsinstelling waar profane en joodse vorming werden gecombineerd en die tot voorbeeld gesteld werd aan de hele joodse wereld. Men leidde er “geleerde kooplieden” op, mensen met een brede profane en joodse kennis, lager, midden en hoger kader, zodat niet alleen Nederland een bloeiend Portugees-joods leven kende, maar dit ook doorgaf aan andere landen, inclusief de Nieuwe Wereld. Vanaf 1637 is
Rabbijn drs. A. W. Rosenberg
Sjaboengot
Sjaboengot de verjaardag van Ets Haim, gevierd in Snoge. Sindsdien is er veel gebeurd, waarbij het voldoende is te vermelden dat vanaf 1945 een kleine, vastberaden groep gemeenteleden zich heeft ingezet om de Amsterdams-Portugees joodse identiteit en traditie voort te zetten. Nog steeds wordt op Sjaboengot twee keer een kidoesj gegeven, de eerste door Ets Haim. Toch moeten wij ons afvragen of dit voldoende is om recht te doen aan de traditie. Moeten wij ons met Pesach voelen alsof wij zelf uit de slavernij van Egypte verlost zijn, op Sjaboengot moeten wij ons voelen alsof wij zelf aan de voet van de Sinaï gestaan hebben bij het geven van de Tora. “Uw volk is mijn volk, uw G'd is mijn G'd.” Het is niet voldoende om te zorgen dat er mensen blijven leren hoe parasa te lezen volgens de oude vertrouwde uitspraak, zangwijze en met stoppen op de plaatsen waar dat in “de Piza” uitgave van de Tora is aangegeven. Het is niet voldoende de diverse diensten te “lezen” volgens de traditie, kaddis te zeggen alleen daar waar dat vóór de oorlog gebeurde en te beschermen wat men beschouwd als minhag, ook al valt dat vaak buiten de halachische grenzen van die term. Het echte systematische voortgezette joodse onderwijs waarvoor Ets Haim bekend stond, geniet al jaren weinig tot geen belangstelling. Een aantal jaren geleden hebben Regenten van Ets Haim alle bezittingen van de instelling over gedragen aan CEPIG; zij hebben echter besloten om het College van Regenten te laten voortbestaan om op zeker moment weer voortgezet joods onderwijs te organiseren. De boeken van Ets Haim zijn na restauratie voor gebruik gereed, de gebouwen van het Snoge complex staan er na restauratie weer stralend bij, de Gemeente heeft weer een Chacham. Aan het einde van traktaat Berachot worden wij opgeroepen om bijzondere maatregelen te treffen als de tijd daarom vraagt: “Het is tijd om op te treden voor de Eeuwige, men overtreedt
Uw Tora!” Nu het materiële erfgoed van de Gemeente voor de toekomst is veilig gesteld, dreigen wij te vergeten dat wij nu moeten handelen om het immateriële erfgoed veilig te stellen, met name het voortgezette joodse onderwijs. Deze Sjaboengot 5772, 4 jaar voor het 400-jarig bestaan van Ets Haim, vraag ik om bijzondere maatregelen omdat het anders spoedig te laat is. Het huidige College van Regenten van Ets Haim heeft een bijzondere bijdrage geleverd aan het materiële herstel, waarvoor hen grote dank toekomt. Het moment is aangebroken om kandidaten voor een nieuw College aan Parnassim ter benoeming voor te dragen, een College dat als opdracht heeft het voortgezette joodse onderwijs volgens de oude traditie opnieuw binnen de Gemeente te organiseren, waarbij profane en religieuze kennis worden gecombineerd. Een nieuw te benoemen (Con)Rector stelt dan met mogelijke docenten en eventueel externe adviseurs een aantrekkelijk aanbod op van cursussen en werkgroepen waaruit jongeren en ouderen naar hartelust kunnen kiezen. De Sefardische traditie, rijk gevarieerd en open voor maatschappelijke ontwikkelingen, kent voor elk wat wils. Als voorzet noem ik de volgende onderwerpen: Tenach (Parasat ha sjaboenga, haftarot, Eerste Profeten), Misjna, inleiding in de Talmoed, joodse geschiedenis volgens de moderne inzichten, joodse literatuur, filosofie, gebeden en synagogale dienst en Halacha (joods Recht). Belangstellende kunnen zich met suggesties of wensen wenden tot ondergetekende of het secretariaat van de Gemeente. Op deze manier vieren wij Sjaboengot nog beter, versterken wij onze identiteit en bevorderen wij de continuïteit van onderwijs en kennis in onze Gemeente. De Tora is ons gegeven, wij moeten haar liefdevol ontvangen, koesteren en haar ons eigen maken. Boas festos.
De jarigen van de afgelopen periode
Mw. L. Chenet - Lisser (Frankrijk) Dhr. J. Cohen (Amsterdam) Mw. J.L. Siereveld - Maman (Zwaag) Dhr. J.J. Boosman (Amersfoort) Mw. Y. Senior Coronel - Stork (Amstelveen) Mw. B.S. Sondervan - Frank (Amstelveen) Dhr. D.J. Nunes Nabarro (Amsterdam) Dhr. A.A. Obadia (Purmerend) Dhr. M. Overmeer (Amstelveen) Mw. T. Mulla - Elias (Amstelveen) Dhr. R.J.A. Cohen de Lara (Amsterdam) Mw. M.T. Samama - Weenink (Amstelveen) Dhr. G.van de Sluis (Jeruzalem) Dhr. A. Ben Joseph (Amsterdam) Dhr. Eli Bouscher (Amsterdam) Mw. Chantal S. Fridman (Amstelveen) Dhr. Benjamin B. Roz (Amsterdam) Mw. Elisabeth R. Kopinsky (Amstelveen) Mw. Rosa. Boukris (Amsterdam) Nofar Sharabani (Amsterdam) Basya Klinger (Amsterdam) Zev Klinger (Amsterdam) Jael B. Tahan (Amstelveen) Eytan Y. Cortissos (Amstelveen) Jisroel Arje Leib van Praag (Amstelveen) Michal S. Shemesh (Amstelveen) Yarden Uzan (Amsterdam) Noga E.R. Limper (Amsterdam) Gavriel Yair Eli (Amsterdam) Sara T. Perez (Amstelveen)