Chacham dr. P. Toledano:
Boodschap voor pesach
Ngereb Pesach 6 april 2012
Jammer genoeg zijn tegenwoordig vele kinderen niet in staat een goed contact te hebben met hun ouders, en hetzelfde geldt andersom, tussen de ouders en hun kinderen. De essentie van Pesach is de communicatie tussen het kind en de ouders. Pesach is de tijd om de kloof tussen vader en zoon te overbruggen. Wanneer de zon vraagt: “Wat is de betekenis van al deze opdrachten die God ons geboden heeft?”, Dan is de vader verplicht hem dit uit te leggen. De zoon moet zich vrij voelen om vragen te stellen en er ook vertrouwen in hebben dat zijn vader de kennis bezit om zinvolle antwoorden te geven. Als de nieuwe generatie kritiek heeft op het joodse leven van vandaag, bespot hem dan niet, want het Jodendom dringt aan op mentale levendigheid, steeds vragen stellen en constant op zoek zijn naar de waarheid waarop het jodendom is gefundeerd.
Phoenix
Portugees-Israëlietische Gemeente
14 nissan 5772
Tijdens Pesach vervullen wij vele mitswot, zoals bijvoorbeeld het eten van matsot en maror. Bij het feest staat centraal de mitswa “Wehigadta lebincha bajom hahoe” - Op die dag zult u het aan uw zoon vertellen (Sjemot 13:8). Dit betrreft de opdracht om onze kinderen de tradities van onze Tora te leren.
Dat is waarom de Tora ons de opdracht geeft om de vragen van onze zonen en dochters niet te negeren. Bij problemen tussen ouders en kinderen gaat het vrijwel nooit over fundamentele filosofie, maar ze zijn meestal het gevolg van een kennelijk onvermogen of gebrek aan bereidheid om met elkaar te communiceren. De filosoof Mark Twain vertelde vaak dat toen hij 14 jaar oud was, zijn vader zo onwetend was dat hij hem nauwelijks in zijn buurt kon velen. Toen hij 21 was, was hij verbijsterd hoeveel zijn vader in die zeven jaar had geleerd. Mark Twain en zijn vader hadden het geluk dat zij in staat waren de generatiekloof te overbruggen. Pesach wordt soms ‘”Chag Haemoena’” genoemd, het feest van het geloof, en de dingen die voor ons, als joden, centraal staan
1
Chacham dr. P. Toledano:
Boodschap voor pesach
in ons geloof moeten tijdens de Seder worden doorgegeven aan onze kinderen. De Tora vertelt ons dat tijdens de sprinkhanenplagen, Farao Mozes ontbood en hem zei: “ Het staat jullie vrij om te gaan en jullie God te aanbidden; maar wie zijn het die gaan?” “Allemaal”, zei Mozes – jong en oud, jongens en meisjes. Farao, die er niet het nut van kon inzien om kleine kinderen te laten gaan om God te dienen, werd boos en zond Mozes weg. Mozes leerde ons een belangrijke les: het jodendom kan alleen overleven als jong en oud samengaan. Dit is het waarom we op Seder avond allemaal verzocht worden om de tafel te zitten: jong en oud, jongens en meisjes, zodat de kloof gedicht kan worden tussen vader en zoon, moeder en dochter. Op de Sedertafel plaatsen wij de beker van Elijahoe. Wat had Elijahoe te maken met Pesach? De reden is dat we de Almachtige God vragen om de profetie van Malachie in vervulling te laten gaan: “Zie, ik zal u de profeet Elijahoe zendeneen. Hij zal de harten van de vaders op hun kinderen richten en de harten van de kinderen op hun vaders”. Mmet andere woorden: Elijahoe zal de kloof overbruggen zodat harmonie en sjalom zullen heersen tussen vader en zoon, moeder en dochter. In de Talmoed wordt ons verteld dat onze voorouders werden verlost in de maand Nisan en dat ook de verlossing zal plaatsvinden in de maand Nisan, en vandaar de beker op de tafel - om Elijahoe eraan te herinneren dat we ons in de maand Nisan bevinden en hij met spoed bij ons moet komen om aan te kondigen dat de Masjiach onderweg is, en net zo als wij het begin van onze verlossing hebben gezien, mogen het Zijn wil zijn dat we ook van de uiteindelijke verlossing van Klal Jisrael getuige mogen zijn.
Mededelingen
De grote Cohaniemschaal Het is een traditie dat in Snoge Amsterdam, wanneer de Leviten tijdens Pesach de handen wassen van de Cohaniem voor het geven van de Priesterzegen, hiervoor gebruik gemaakt wordt van de grote Cohaniemschaal. Momenteel maakt deze schaal deel uit van de tentoonstelling Jodendom – een wereld vol verhalen, die plaatsvindt in de Nieuwe Kerk in Amsterdam. Het College van Parnassim heeft zich gebogen over de vraag wat de voorkeur heeft: de schaal naar Snoge laten transporteren vanwege deze traditie en hem na Pesach terug laten brengen naar de Nieuwe Kerk, of tijdens Pesach een andere Cohaniem schaal laten gebruiken. Bij hun besluit hebben zij meegenomen dat deze schaal uiterst kwetsbaar is, en dat het niet in het belang van de schaal is om hem twee keer te laten vervoeren. Tijdens Pesach zal gebruik worden gemaakt van een andere bijzondere kan en schaal, ongeveer uit het jaar 1670, met daarop een afbeelding van het Parisoordeel. Deze schaal is afkomstig uit Augsburg - zie uitleg en afbeeldingen op http://www.jhm.nl/collectie/museumstukken/B0096 . Naar verwachting zal bij de volgende feestdagen de traditie in ere worden hersteld. Ook hebben Parnassim besloten dat dit jaar. in ieder geval tijdens de eerste twee dagen van Pesach. nog gebruik gemaakt wordt van de Wintersnoge, omdat het in de grote Snoge nog erg koud is. Tijdens de medianos zullen zij besluiten over de laatste twee dagen van Pesach.
Semachot
Op zondag 25 maart 2012 vond in Snoge Amsterdam de Choepa plaats van Sharon Goudsmit en Steven Abraham (uit Engeland). De Choepa werd gegeven door Chacham Toledano, zijn eerste openbare functie sinds hij, een week eerder, werd ingehuldigd als Chacham. Mazaal tob aan het bruidspaar en aan hun familie!
Semachot
Op zondag 25 maart 2012 vond in Snoge Amsterdam de Choepa plaats van Valeria Ramaglia (uit Italië) en Michael Berends (geboren in Canada uit een Nederlandse vader en een Marokaans-Sefardische moeder). Mazaal tob aan het bruidspaar en aan hun familie!
Nachshon Rodrigues Pereira
Wat is een Coheen?
Onlangs gaf een van onze prominente leden, David Cohen Paraira, een sjioer in Snoge Amstelveen over wat het inhoudt om Cohen – priester te zijn. Er was die avond een mooie opkomst en de inhoud was bijzonder interessant. Daarom presenteer ik hierbij een korte samenvatting van wat meneer Cohen Paraira heeft verteld, zodat deze specifieke kennis ook voor de lezers van de Phoenix beschikbaar is. Ook wil ik graag via deze weg meneer Cohen Paraira nogmaals bedanken voor zijn sjie’oer. Inleiding Een Cohen ben je als je vader Cohen is. Dit is terug te voeren tot Aharon, de broer van Mozes. De Cohaniem hadden als taak om de tempeldiensten te leiden. Oorspronkelijk behoorde deze taak tot de eerstgeborenen van alle stammen. Later, na de zonde van het gouden kalf, werd deze taak overgenomen door de Cohaniem, bijgestaan door de Levieten, dit is de stam waar de Cohaniem deel van uitmaken. Omdat de Cohaniem en Levieten zich altijd bezig hielden met de tempel kregen ze van de anderen tien procent van hun oogst en eerstgeboren vee, om te voorzien in hun levensbehoefte. Daarnaast was er ook nog een Hogepriester – de Cohen Gadol. Deze moest getrouwd zijn. Daarom had hij voor de zekerheid twee vrouwen, zodat wanneer er onverhoopt een mocht overlijden, hij nog steeds getrouwd zou zijn. De Cohaniem hebben een aantal speciale rechten en plichten. Deze gelden vrijwel allemaal alleen voor de mannen. Kedoesja – heiligheid, is een belangrijk onderdeel van waar een Cohen voor staat. Tijdens de Doechan zijn ze zelfs even intermediair tussen G’d en de gemeente. Daarvoor is een bepaalde mate van kedoesja zeer gewenst. Een deel van de speciale rechten verliest een Cohen wanneer hij zijn heiligheid verliest. Bijvoorbeeld door een ongeoorloofd huwelijk of wanneer hij iemand (met deze intentie) heeft gedood. De naam Cohen is op vele manieren verbasterd in diverse talen. Zo bestaat Cohen in de vorm Cahen, Kahn, Kon, Katz (afkorting van Cohen Tsedek), Kater en Colland (Cohen Holland). Uit DNAonderzoek blijkt dat alle Cohaniem zelfs een bepaald gen delen. Bij de naam Levie komen o.a. de vormen Kan en Leefsma voor. Cohaniem en reinheid Voor Cohaniem is een zogenaamde ‘cultische reinheid’ belangrijk. Dit uit zich voornamelijk in het strenge verbod om in aanraking te komen met de dood. Op begraafplaatsen kan een Cohen zich alleen begeven als er een speciaal pad is dat is afgescheiden door hekken of niet te dicht bij de graven loopt. Ze mogen tevens niet onder hetzelfde dak verblijven met een dode. Men moet op begraafplaatsen goed oppassen, omdat volgens de joodse regels een boom ook als dak kan gelden. Deze strenge regels mogen slechts worden verbroken wanneer een naast familielid is gestorven. Er mag echter niet meer tijd dan noodzakelijk voor de uitvaart worden doorgebracht bij het graf. Deze regels gelden ook voor Cohaniem die werken als dokter, behalve als er sprake is van pikoeach nefesj (levensgevaar). In de praktijk is gebleken dat in uitzonderingsgevallen de regels wat minder streng gehanteerd worden wanneer bijvoorbeeld begraafplaatsen anders niet meer onderhouden kunnen worden. Bij
Nachshon Rodrigues Pereira
Wat is een Coheen?
graven in kerkgebouwen is men vaak milder omdat de graven geruimd zijn, er een dichte vloer overheen ligt en dat sprake is van graven van niet-joden. Cohaniem en trouwen Een Cohen mag niet met iedereen trouwen. Verboden zijn een gescheiden vrouw of iemand die is uitgekomen. Voor het trouwen van een cohen met de dochter van een (van oorsprong) niet-joodse ouder, raadplege men het plaatselijke rabbinaat. Cohaniem en de Doechan Tijdens het uitspreken van de Doechan – de priesterzegen – is de Cohen een soort tussenpersoon tussen G’d en de gemeente. Deze zegen werd vroeger o.a. uitgesproken na het brengen van de offers. Het is geen verplichting voor een Cohen, maar als hij de zegen niet wil, kan of mag uitspreken dient hij de synagoge te verlaten. Het woord Doechan betekent ‘verhoging’, omdat de zegen vanaf een verhoging wordt uitgesproken. De Doechan bestaat uit de 15 woorden uit Numeri 6:24-26. Deze worden voorgezegd door de Chazzan en herhaald door de Cohen/Cohaniem. Ze wassen hun handen voor het stuk ‘Retsè’, ze openen kort de Hechal, ze trekken de Taliet over zich heen en ze staan richting de Hechal, spreken eerst een beracha uit en keren zich daarna richting de gemeente. Ze hebben hun vingers op een speciale manier gespreid en om zich goed te concentreren hebben ze doorgaans hun ogen dicht. Andersom horen de overige aanwezigen ook niet naar de Cohaniem te kijken tijdens de Doechan. Na afloop openen ze opnieuw kort de Hechal en raken de Torah-rollen aan. Er zijn twee melodieën voor de Doechan in de snoges. Een voor een gewone sjabbat en een speciale voor de drie voetfeesten en tevens voor de verjaardag van de snoge(s) en wanneer een Cohen bar mitswa wordt. De Doechan wordt in Snoge Amsterdam en Amstelveen elke sjabbat uitgesproken, maar bij de andere Nederlandse sjoels is dat niet het gebruik. Bij ons is die gewoonte ingesteld in de tijd van de schijn-messias Sjabtai Zwi. In de Snoges is de Doechan altijd slechts bij sjachriet en alleen op Kipoer ook bij Moesaf (en Nengiela). Bij de asjkenaziem zowel bij sjachriet als bij moesaf, maar alleen op feestdagen. In Rotterdam werd het zelfs niet gedaan als sjabbat en Feest tegelijk viel. Tijdens de Doechan zijn Cohaniem nuchter, hebben hun handen gewassen en hun (leren) schoenen uit. Ook de tempel werd betreden zonder leren schoenen. Cohaniem en de Eredienst In de Eredienst bestaat er een aantal momenten dat de voorname rol van de Cohen naar voren komt. Zo wordt hij altijd als eerste opgeroepen bij het lezen uit de Torah. Op sjabbat Nachamoe en 9 Ab draagt hij het Sefer Torah, ter herinnering aan de tempeldienst waar de erediensttaken ook door de Cohaniem werden uitgevoerd. Bij het gebed van na een maaltijd worden Cohaniem altijd speciaal genoemd. Wanneer de 10 geboden (op Saba Nachamoe) of het lied bij de doortocht door de Rode Zee wordt gelezen uit de Torah-rol willen we graag onze opperrabbijn oproepen als derde. Als een opperrabbijn Cohen is dan lezen we de eerste stukken samen, omdat we een Cohen niet als derde mogen oproepen.
Nachshon Rodrigues Pereira
Wat is een Coheen?
De Pidjon Haben (lossing van de eerstgeborene) Zoals de Cohaniem van de onderdanen van de andere stammen het eerstgeboren vee ontvingen en de eerste vruchten van de bomen, zo ontvingen ze ook op een bepaalde manier de eerstgeborenen. Wanneer het eerste kind een jongetje is wordt het ‘gelost’ op de 31e dag. Hierna volgt een mitswa-maaltijd. Het kind wordt aangeboden aan de Cohaniem, maar de ouders kopen het vervolgens terug voor vijf sikkels. De waarde is ongeveer €80. Vaak worden zilveren penningen gebruikt uit Israel. De Cohaniem houden het geld ook echt, maar doorgaans geven ze een cadeautje terug aan de ouders en/of het kind. Vaak zit daar ook iets van zilver in. Na afloop wordt ook de zegenspreuk (de woorden uit Numeri) nog eens uitgesproken. Cohaniem in de kunst Eerder schreef ik dat de Cohaniem hun vingers op een bepaalde manier spreiden bij de Doechan. Dit is een symbool geworden van Cohaniem, veel gebruikt op grafstenen. Een waterkan (van het handen wassen voor de Doechan) is het symbool voor de Levieten. In de Snoge zijn er verschillende schalen in gebruik bij het handen wassen. Een aantal daarvan stammen uit de 16e/17e eeuw. De afbeeldingen op de schalen zijn niet altijd even joods. Op een van de schalen wordt het bekende oordeel van Paris afgebeeld. Hiermee is de samenvatting ten einde. Mochten er onvolkomenheden in dit artikel zitten, stuur dan een mailtje en indien nodig zal ik het in een volgende Phoenix rectificeren. Wilt u ook graag een van de tweewekelijkse sjie’oeriem bijwonen of heeft u vragen/opmerkingen over dit artikel of in het algemeen? Stuurt u dan een mail naar
[email protected] .
Cohaniem geven de Priesterzegen bij de Westelijke Muur in Jeruzalem
Jongeren
Ribi drs. A. W. Rosenberg
Pesach
ALS JE KINDEREN JE VRAGEN: “WAT BETEKENT DEZE DIENST?” Pesach is het eerste feest van het joodse jaar, in Nissan, de eerste maand van dat joodse jaar. Niet de schepping van de wereld staat centraal in het joodse leven van alle dag, maar de Uittocht uit Egypte. De schepping is een zaak die de hele mensheid aangaat, bepalend voor de plaats van de mens in de schepping. Pesach echter markeert het begin van het joodse volk: niet langer de 12 stammen die de directe nakomelingen van Aartsvader Abraham vormden, maar het grote volk dat de Aartsvader beloofd was. Het is het begin van de weg naar de berg Sinai, waar het geven van de Tora de climax is van de aan Abraham gedane belofte en tevens het begin van het joodse leven dat in detail door de Tora geordend wordt. Wat betekent deze dienst voor jullie? Deze vraag zullen je kinderen je stellen als je naar de belofte van de Eeuwige in je land zult zijn gekomen, en je viert Pesach. Die eerste Pesach moest het lam al op 10 Nisan worden uitgekozen en apart gezet om op de 14e te worden bereid als offer; ook moest toen het bloed aan de deurpost worden gesmeerd. Het Pesach moest staande worden gegeten met matsot, maar er was geen gebod om alle chameets weg te doen; het verbod om chameets in je bezit te hebben, gold nog niet maar is daarna tot in lengte van dagen op straffe van kareet (het afgesneden worden van het volk) verplicht. Het verbod op chameets is, zoals de straf aangeeft, een zwaar verbod; het omvat het nuttigen, in het bezit hebben – zichtbaar of onzichtbaar – en het enig voordeel hebben van chameets, zelfs immaterieel voordeel. Chameets is alles wat vervaardigd is van één van de vijf graansoorten (tarwe, gerst, haver, rogge en spelt/gierst), vermengd is met water en tot gisting is gekomen. Ook is de consumptie en het in bezit hebben verboden van alles waar chameets in zit; hetzelfde geldt voor zaken die voor menselijke consumptie geschikt zijn en waarvan niet zeker is dat het vrij is van chameets. Een streng verbod dus, maar toch: de Misjna citeert de discussies van onze geleerden over de vraag, hoever je moet gaan om het verbod op chameets niet te overtreden. Daarbij vraagt men wat verder te doen nadat men op de vooravond van Pesach alle plaatsen doorzocht heeft waar men wel eens met chameets kan komen. Wat bijvoorbeeld te doen als een knaagdier chameets van elders op jouw erf achterlaat nadat men alles heeft afgezocht? Dan zegt de Misjna: “Als je zo begint, is het einde zoek”, een principe dat in de Misjna alleen nog wordt gebruikt in verband met de vrouw van de Hogepriester voor Kipoer. Maat houden dus, zolang we zorgvuldig al het redelijke gedaan hebben, voldoen wij daarmee aan onze verplichting; zorgvuldigheid maar niet overdrijven. Nadat we alle chameets hebben weggeruimd en dat nog eens hebben gecontroleerd, komen wij aan de hagada of seder. Iedereen wordt geacht zo veel mogelijk te vertellen over de Uittocht uit Egypte, hoe meer hoe beter; daarbij moeten wij ons voelen alsof wij er zelf bij geweest zijn. De Tora zegt: als je kinderen je vragen wat deze dienst van de hagada voor jou betekent, moet je antwoorden: het is het Pesach offer ter ere van de Eeuwige Die de huizen van de Benee Jisraëel in Egypte gepasseerd heeft toen Hij Egypte sloeg, maar onze families redde.” De traditionele schotel met daarop een gebraden beentje en het gekookte en gebrande
Ribi drs. A. W. Rosenberg
Pesach
ei is alleen maar een verwijzing naar de offers die wij zonder Tempel niet meer kunnen brengen. Wat betekent deze hele ceremonie voor ons meer, dan het drinken van de verplichte vier glazen wijn en het eten van karpas, matsa en maror, gedoopt in charoset? Onze gedrukte hagada geeft ons een stramien voor het door onze geleerden bepaalde Pesach ceremonieel van vraag en antwoord. Wij beginnen met nacht – immers op die dag betekent: echt op die dag, beginnend met de nacht van 15 nisan – met de kidoesj. Daarna vertelt het hele joodse volk het verhaal van de Uittocht, inclusief een aantal midrasjiem. Velen die de techniek en de bedoeling van de Midrasj niet kennen, zullen geneigd zijn, deze midrasjiem over te slaan; zij proberen aan de hand van de in de Tora gebruikte enkel- en meervouden te laten zien, dat men met enige moeite op meer dan de traditionele tien plagen in Egypte kan komen. Rav Natronai Gaon was van mening dat wij de gebruikelijke midrasjiem niet mogen overslaan. Hoe kunnen wij deze manier van tekstbenadering gebruiken in ons antwoord op de vraag, wat deze dienst voor ons betekent? Als de betekenis van Pesach voor ons vooral ligt in het feit dat wij ons tot uitputting toe hebben gestort op de schoonmaak en het chameets vrij maken van onze woning, het in huis halen van voedsel met tenminste twee verklaringen van kasjroet en – voor de Asjkenaziem – het vermijden van zelfs iedere twijfel aan peulvruchten in de verst mogelijke zin, dan is de kans groot dat wij ons onvoldoende hebben voorbereid op de hagada. Als ook maar iemand uitgeput aan de hagada zit, dan kan zij of hij maar met moeite of helemaal niet voldoen aan het op de juiste manier beantwoorden van de vraag, wat betekent deze dienst voor jou. Het antwoord moet persoonlijk zijn, alsof je zelf uit Egypte verlost bent; het is daarom niet voldoende om te blijven steken bij die eerste Pesach, noch bij de Pesach uit al die eeuwen joodse geschiedenis. Als wij alleen maar kijken naar de droge feiten van ons leven, dan blijven wij steken bij de oppervlakte; als wij alleen maar kijken naar de pesjat, de letterlijke betekenis of vertaling van de Tora, dan blijven wij meestal alleen aan de oppervlakte. De midrasj helpt ons, verder te kijken en in tekst of joodse traditie aanknopingspunten te zien die ons verder helpen met het onder woorden brengen van onze eigen ervaring. Wij worden aangespoord om zo veel mogelijk over de Uittocht uit Egypte te vertellen in de vorm van een persoonlijke motivatie voor ons aanzitten aan de Pesach tafel; zo voldoen wij aan de verplichting die zowel de Tora, als onze geleerden ons gegeven hebben. Wij moeten het zelf beseffen en voelen, alleen dan geven wij antwoorden waarvan onze kinderen voelen dat ze gemeend en onderbouwd zijn en waaruit zij op hun beurt de inspiratie putten om met deze traditie door te gaan en ze aan hun kinderen door te geven. Zo bouwen wij aan de toekomst van ons volk, totdat de uiteindelijke definitieve verlossing aanbreekt en een volmaakte joodse maatschappij wordt gebouwd. “Omkomen zal ik niet, maar leven zal ik en vertellen van de wonderdaden van de Eeuwige!”
De jarigen van de afgelopen periode
Mw. R. Montezinos (Amsterdam) Dhr. Y.M.Y. Somekh (Amsterdam) Dhr. C.J.C. Attali (Amstelveen) Dhr. M. Mazor (Amstelveen) Dhr. C. Koopman (Barneveld) Dhr. D. Ben Joseph (Amsterdam) Dhr. R.D. Cohen Lobatto (Uithoorn) Dhr. I.J. Tordjman (Amsterdam) Mw. I.P. Palache - Sommer (Amstelveen) Mw. I.H. Tobelem - Da Costa (Amsterdam) Mw. S. Bahary - Idafar (Amstelveen) Mw. M. Dayan - van der Hurk (Amstelveen) Mw. O. Rosenberg - Samuel (Amstelveen) Mw. S.N. Obadia - Vercammen (Purmerend) Dhr. J.M. Samson (Amstelveen) Mw. A.M.E. Lopes Cardozo - Goudsmit (Diemen) Dhr. A.R. Samson (Amsterdam) Mw. T. Albek (Amsterdam) Dhr. R.A. Bachrach (Amstelveen) Naomi S. Tahan (Amstelveen) Michal Sharabani (Amsterdam) Hadassa Lea van Praag (Amstelveen) Shirly Kan (Almere) Hannah Wieg (Amsterdam) Lihi Y.H. Heesakkers (Amstelveen) Daniel J. Prins (Amsterdam) Eldad O. Fatal (Amstelveen) Saul A.S. Bendahan (Amsterdam) Leo Aaron Boosman (Londen)