PERSOONLIJKE ZEKERHEIDSRECHTEN = persoonlijk vorderingsrecht: wanneer de SA insolvabel is, kan de SE zich richten op het vermogen van de persoonlijke zekerheidssteller
kan in verschillende vormen: 1) hoofdelijkheid en ondeelbaarheid = de zekerheidssteller verbindt zich samen met de SA tot de oorspronkelijke schuld 2) borg = de zekerheidssteller gaat een nieuwe accessoire verbintenis aan 3) autonome bankgarantie/patronaatsverklaring = de zekerheidssteller gaat een nieuwe autonome verbintenis aan
1. DERDE VERBINDT ZICH SAMEN MET DE SCHULDENAAR * verschillende SA’s voor 1 schuld principe: deelbaarheid = schuld verdelen onder het aantal schuldenaren dat er zijn Vb. 1 verbintenis van 100 met 2 schuldenaars: Schuld wordt verdeeld over twee schuldenaars = 50. Schuldeiser kan elk van de twee schuldenaars maar aanspreken ten belope van 50. Stel dat één schuldenaar insolvabel wordt, dan blijft andere schuldenaar enkel ten belope van zijn deel behouden. Risico van insolvabiliteit berust bij de schuldeiser
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
Deelbaarheid Schuld verdeeld onder aantal SA (evenredig)
Elke SA aansprakelijk ten belope van zijn deel Proceshandeling heeft enkel uitwerking tov. de SA waartegen ze gericht is
SA wordt insolvabel? alleen de andere nog aanspreken voor zijn deel (niet voor dat van de andere) = risico van insolvabiliteit ligt bij de SE
Ondeelbaarheid - Aard van de verbintenis (voorwerp verbintenis kan niet worden gedeeld) - overeenkomst
Hoofdelijkheid - Artikel 1202 BW - wet 1) schuld is in gemeenschappelijk belang (huishoudelijke schulden) 2) bescherming tegen gemeenschappelijke fouten - gewoonte (handelaars: vermoeden van hoofdelijk verbonden te zijn) - overeenkomst Elke SA kan voor het geheel worden aangesproken SE kiest wie hij aanspreekt en voor hoeveel 1 SA betaalt: rest is bevrijd (regres onderling mogelijk) - Proceshandeling heeft Proceshandeling tegen/door enkel uitwerking tov de SA 1 SA: geldt tov alle SA waartegen ze gericht is Bv: ingebrekestelling, UITZONDERING: stuiting van verjaring Stuiting van verjaring: geldt (rechtsgevolg bij voor alle SA ingebrekestelling: ° - ondeelbaarheid gaat over interesten: voor alle SA) op erfgenamen - hoofdelijkheid gaat niet over op erfgenamen SA wordt insolvabel? SE kan elke SA aanspreken voor het deel van de insolvabele SA
= risico van insolvabiliteit ligt bij de medeschuldenaars (kunnen wel regres uitoefenen onderling) Overdracht van de verbintenis: overdracht van ondeelbaarheid en hoofdelijkheid (MAAR: tegenwerpelijk aan SA vanaf de kennisgeving) TOEPASSING:
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
1) Bescherming tegen gemeenschappelijke fouten: art. 50 strafwetboek (ARG < Cassatie) - verschillende personen maken gemeenschappelijke fout: Hoofdelijkheid bij schadevergoeding (bewust meewerken aan schadeverwekkend feit) - verschillende personen maken verschillende fouten en leidt tot schade: In solidium gehouden voor schadevergoeding (niet hoofdelijk) 2) ondeelbaarheid en hoofdelijkheid samen bedingen: - ondeelbaarheid gaat over op erfgenamen (< > principe: deelbaarheid bij hoofdelijkheid) - proceshandelingen gelden voor elke SA (door hoofdelijkheid) * excepties binnen de verhouding: SA roept in tegen SE: 1) Gemeenschappelijke excepties: = excepties mbt het voorwerp van de verbintenis zelf - door alle SA in te roepen - bv: ongeoorloofd voorwerp van de verbintenis (nietigheid), verjaring 2) Persoonlijke excepties: = excepties mbt de SA zelf - enkel in te roepen door de betrokken SA 1. zuiver persoonlijke excepties = enkel uitwerking tov SA die ze kan inroepen Bv dwaling 2. eenvoudig persoonlijke excepties = ook gunstige gevolgen voor andere SA Bv schuldvergelijking 3) Kwijtschelding: Kwijtschelding van 1 SA geldt voor alle SA (behalve bij uitdrukkelijk voorbehoud door SE) * Hoe hoofdelijkheid als zekerheid gebruiken? - Art. 1216 BW Als hoofdelijk aangegane schuld slechts één van de schuldenaars aanbelangt, kan die schuldenaar voor volledige bedrag van die schuld worden aangesproken. Integraal regres op schuldenaar is mogelijk. Zo kom je tot zelfde resultaat als hetgene waartoe borgstelling leidt. * Verschil met borg? Bij borgstelling kan de borg ook de persoonlijke excepties van de schuldenaar inroepen tegen de schuldeiser. Borg kan dus meer excepties inroepen dan de hoofdelijke schuldenaar.
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
2. DERDE GAAT EEN NIEUWE ACCESSOIRE VERBINTENIS AAN
* Borg = overeenkomst waarbij een derde, de borg, verbintenis aangaat jegens de schuldeiser en zich ertoe verbindt de schuld van de schuldenaar te betalen als de schuldenaar in gebreke is. - borgsteller: verbindt zich met volledige vermogen 1. kenmerken 1) consensuele overeenkomst - artikel 2015 BW: uitdrukkelijk aan gegaan = ondubbelzinnige wilsuiting - wordt niet vermoed - geen vormvereisten: geen plechtige overeenkomst 2) meestal eenzijdige overeenkomst - alleen borgsteller gaat een verbintenis tov de SE aan - SE kan verbintenis tov borgsteller aan gaan (bv: informatie ivm evolutie van schuld) 3) subsidiair karakter van de borgverbintenis - borgsteller moet slechts subsidiair voldoen - alleen wanneer de SA in gebreke blijft 4) accessoire verbintenis - borg volgt de onderliggende hoofdverbintenis < rechtspraak/rechtsleer schuldvordering gaat teniet – borg gaat teniet overdracht van de schuldvordering – borg wordt mee overgedragen (tegenwerpelijk aan de borg vanaf kennisgeving)
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
5) borgtocht gaat over op erfgenamen – artikel 2017 BW - principe: deelbaarheid van de borg (2 erfgenamen, 2 borgstellers > elke borg voor zijn deel aanspreken) - ondeelbaarheid moet je bedingen: 2 erfgenamen, 2 borgstellers > één van de 2 aanspreken voor geheel 2. voorwerp en bekwaamheid 1) Voorwerp - tegenwoordige schulden - toekomstige schulden (“borg voor alle sommen”) - grote van de hoofdschuldvordering bepaalt de grootte van de borg: borg kan nooit tot meer gehouden worden dan de oorspronkelijke SA - Cassatie 16 september 2013: Woninghuurovereenkomst. Afgesloten voor duur van 3 jaar. Derde had zich borg gesteld voor de verplichtingen van de huurder die uit huurovereenkomst zouden voortvloeien. Wat was er gebeurd? Na 3 jaar was er geen opzeg gebeurd en was de huurder in dat pand blijven woning. Wat gebeurt er dan? Krachtens de wet is er een stilzwijgende verlenging tot 9 jaar. De borg wordt aangesproken, omdat de huurder bepaalde verplichtingen niet was nagekomen. Het ging om verplichtingen ontstaan na die eerste drie jaar. Geldt borgtocht voor gehele periode of voor de periode van de eerste drie jaar? Cass. beslist dat de borg de verbintenissen voor de gehele periode van negen jaar dekken. Borgtocht was algemeen aangegaan voor de verplichtingen van de huurder uit de huurovereenkomst. Die interpretatie heeft niet tot gevolg dat borg zich tot meer zou verbinden dan de huurder. Omvang van de verbintenissen van de borg overtreffen die van de huurder niet. Dat bracht Hof ertoe om te beslissen dat borg voor de gehele periode van negen jaar kan aangesproken worden 2) Bekwaamheid - minderjarige kan geen borgsteller zijn 3. excepties * onderscheid: 1) gemeenschappelijke excepties - door borg en SA in te roepen - ratio: accessoir karakter van de borg 2) persoonlijke excepties – artikel 2036 BW = excepties die de SA persoonlijk treffen - enkel in te roepen door de SA (niet door de borg) MAAR: enge interpretatie van wat ‘persoonlijk’ is dwaling =/= persoonlijk in te roepen door de borg (< > hoofdelijkheid en ondeelbaarheid) - “persoonlijk” = enkel de exceptie van wilsonbekwaamheid + respijttermijnen toegestaan door de rechter aan de SA
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
4. kenmerkende rechten 1) voorrecht van schuldsplitsing = indien er meerder borgen zijn, kan de borg vragen om de vordering te verdelen naar evenredigheid van het bedrag van de verschillende borgstellingen = Nadelig voor SE en in praktijk worden ze vaak wegbedongen. Voorbeeld: SE heeft schuldvordering van 500 op SA en heeft 3 borgen. A voor 250, B voor 400 en C voor 350. Stel dat SE A aanspreekt. A kan vorderen dat er schuldsplitsing moet gebeuren. Toepassing van de regel van 3: totaal voor 1000 borg gesteld. A 125, B 200 en C 175 aanspreken. Stel: Borg C is insolvabel geworden. SE spreekt A aan en A beroept zich op voorrecht van schuldsplitsing. Wie moet er opdraaien voor insolvabiliteit van C? De medeborgen: Schuldsplitsing vindt plaats tussen solvabele borgen. Dan is A gehouden tot (250/650 x 500) = 192 en B 308. Stel dat na splitsing borg insolvabel wordt, dan is risico voor SE. 2) voorrecht van uitwinning = borg kan vorderen dat de SE eerst overgaat tot uitwinning van de goederen van de SA voorwaarden: - in limine litis opwerpen - borg moet uit te winnen goederen aanwijzen - borg moet kosten van uitwinning voorschieten - goederen moeten in België gelegen zijn 5. verhaal van de borg
Stel dat borg betaalt, dan zal hij zich op eerste plaats op de SA kunnen verhalen. Regres uitoefenen op SA MAAR: als er meerdere borgen zijn, zal borg ook regres kunnen uitoefenen op medeborgen in de onderlinge verhouding tussen borgen: voor welk aandeel staan zij in? Verdeling naar evenredigheid van bedrag van de verschillende borgstellingen. Bijvoorbeeld: Borg A wordt aangesproken voor 150 en betaalt aan SE. A wil recupereren van borg B. B had zich voor 50 borg gesteld. Opnieuw regel van 3. Totaal bedrag = 200 borgstelling (150 en 50) 150/200 x 150 en 50/200 x 150 = 37,5. Borg A kan voor 37.5 verhaal kunnen uitoefenen op borg B.
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
* Combinatie borgstelling en hoofdelijkheid 1) Hoofdelijke borg - Variante 1 Borgen die zich hoofdelijk verbinden jegens SE. Het blijft borgstelling. Borg kan volledig worden aangesproken voor bedrag en geen voordeel van inroepen van schuldsplitsing. Dat voorrecht wordt uitgesloten 2) Hoofdelijke borg - Variante 2 Hoofdelijkheid tussen borg en SA. Essentie is dat voorrecht van uitwinning wordt uitgesloten Wat heb je dan? Borg of hoofdelijkheid? - Dominante visie: blijft borgstelling WANT: (1) Borg nog steeds subsidiair karakter: SE moet aantonen dat SA in gebreke is om borg te kunnen aanspreken (2) Accessoir karakter wordt ook behouden. Voorrecht van uitwinning wordt uitgesloten. Hoe zit het dan met secundaire gevolgen van hoofdelijkheid? RS lijkt weigerachtig te zijn om bijkomende gevolgen ook toe te passen bij hoofdelijke borgtocht. Combinatie borgstelling en ondeelbaarheid
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
3. DERDE GAAT EEN AUTONOME VERBINTENIS AAN 1) Autonome bankgarantie
* Garant = derde persoonlijke zekerheidssteller = verbindt zich jegens SE om in te staan voor de nakoming door de SA - verbintenis tot betaling van een geldsom = autonome/nieuwe verbintenis * Opdrachtgever * Begunstigde Klassieke Structuur: - Garant die gaat verbintenis aan jegens oorspronkelijke schuldeisers om op eerste verzoek bepaalde geldsom aan de begunstigde te betalen - Begunstigde - opdrachtgever = onderliggende rechtsverhouding = valutaverhouding - Opdrachtgever en garant = dekkingsverhouding
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
Vierpartijenrelatie (+ tegengarant) Verkoper verkoopt product of goed aan Koper uit ander land. Koper wil zeker zijn dat die verkoper zijn leveringsplicht nakomt. Om zeker te zijn dat verkoper die plicht nakomt, vraagt koper aan verkoper of die hem een bankgarantie kan verschaffen. Begunstigde = Koper. Verkoper moet bankgarantie verschaffen. Verkoper gaat naar huisbank en vraagt bankgarantie. Koper wil geen buitenlandse bank en wil garantie van bank van eigen land. Garantie zal verschaft worden door bank in land van koper en die bank zal tegengarantie hebben op huisbank van verkoper Typevoorbeeld: Bankgarantie Vb. Franse onderneming wil in België fabriek bouwen. Franse onderneming heeft eigen vestiging met goede aannemers, maar om ze naar België te zenden, zou dit serieuze meerkost inhouden. Daarom laat ze fabriek bouwen door Belgisch bouwbedrijf. Ze zou toch graag één of andere zekerheid hebben dat Belgisch bouwbedrijf contract goed uitvoert, ze wil soort waarborg. Hoe organiseren? Belgisch bouwbedrijf gaat geldsom als waarborg aan Franse firma geven. Als bouwbedrijf contract niet goed uitvoert en de Franse firma schade lijdt, dan zou de Franse firma die waarborg kunnen aanspreken. Aantrekkelijk voor Franse onderneming, MAAR niet voor Belgisch bouwbedrijf WANT dit betekent dat ze geldsom niet voor iets anders kan aanwenden, daarom zal bouwbedrijf dit liever niet hebben DUS: oplossing: bankgarantie = waarborg vragen aan de bank (vb. Huisbankier Belgisch bouwbedrijf): Bank gaat zich jegens Franse bedrijf verbinden, om onder bepaalde voorwaarden bepaald bedrag te betalen, zonder te mogen discussiëren over de grond van de zaak. Wanneer Franse firma het vraagt, zal de bank moeten betalen. Zo worden zowel de wensen en verwachtingen van het Franse en Belgische bedrijf met elkaar verzoend. Franse firma wil harde zekerheid en bankwaarborg is er zo één. bankgarantie: derde wiens solvabiliteit niet ter discussie staat (bank), gaat eigen nieuwe verbintenis aan om op eerste verzoek bepaald bedrag te betalen aan de begunstigde en die verbintenis staat los van de gewaarborgde schuldvordering. * Soorten bankgaranties: (1) Uitvoeringsgarantie = bankgarantie die wordt gegeven om goede uitvoering van een overeenkomst te geven (2) Offertegarantie = bankgarantie om te garanderen dat wederpartij het aanbod dat zij heeft gedaan in stand zal houden (3) Terugbetalingsgarantie = garantie die wil garanderen dat wederpartij bepaalde voorschotten gaat terugbetalen
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
* Aantal internationale regelingen die partijen op bankgarantie van toepassing kunnen verklaren 1) ICC (Uniform Rules for Demand Garanties) in werking sedert 1 juli 2010 en enkel van toepassing wanneer dit zo bepaald is in de garantiebrief. 2) VN: United Nations Convention of Independent Garantees and Standby Letters of Credit in werking sinds 1 januari 2000, maar aantal aangesloten landen is heel beperkt (België en meeste Europese landen niet) * Basiskenmerken bankgarantie 1) Autonoom karakter: = verbintenis van garant is niet accessoir tav verbintenis die opdrachtgever tav begunstigde heeft. - belangrijk verschil met borgtocht - Gevolgen: * Voorwerp stemt niet noodzakelijk overeen met voorwerp van verbintenis van de opdrachtgever (= oorspronkelijke schuldenaar). Opdrachtgever zal vaak verbintenis hebben om iets te doen, terwijl verbintenis van de garant steeds de betaling van een geldsom tot voorwerp zal hebben. Bedrag van de geldsom van de garant moet niet noodzakelijk overeenstemmen met waarde van de prestatie die opdrachtgever moet leveren. Het is ook niet zo dat wanneer verbintenis van de opdrachtgever toch betaling van geldsom tot voorwerp zou hebben, wanneer deel van geldsom is betaald, automatisch tot gevolg zou hebben dat bedrag van garant redelijkerwijs zou verminderen. Men kan wel overeenkomen dat bedrag van de bankgarantie degressief is. * Het tenietgaan van de oorspronkelijke gewaarborgde schuldvordering niet leidt tot tenietgaan van de verbintenis van de garant. Als bankgarantie dan wordt afgeroepen, zal bank in principe niet kunnen opwerpen dat die gewaarborgde schuldvordering ondertussen is tenietgegaan. * Als bankgarantie wordt afgeroepen, zal garant in principe gehouden zijn te betalen, tenzij er een kennelijk bedriegelijke afroep gebeurt (vb. Als het overduidelijk is dat de onderliggende verbintenis is teniet gegaan: vb rechterlijke uitspraak in kracht van gewijsde gegaan waaruit blijkt dat overeenkomst is vernietigd). Dan zal bank niet moeten betalen. * Overdracht van gewaarborgde schuldvordering, leidt in principe niet tot overdracht van de verbintenis van de garant. Die gaat niet mee over, tenzij partijen het anders zouden overeen gekomen zijn * Garant kan in principe excepties die voortvloeien uit de valutaverhouding niet tegenwerpen = groot verschil met de borg. 2) Abstract = verbintenis van de garant staat los. - Excepties die garant kan inroepen tegen opdrachtgever, kan garant niet inroepen tegen begunstigde
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
Garant kan geen excepties inroepen die voortvloeien uit valutaverhouding of uit dekkingsverhouding. DUS garant zal moeten betalen en kan pas nadien eventueel procederen en recupereren MAAR UITZONDERINGEN: (1) kennelijk bedrieglijke afroep (2) onderliggende overeenkomst is in strijd met openbare orde of goede zeden (valutaverhouding). Dan kan garant dit inroepen om betaling te weigeren. Vb. Overeenkomst om illegale wapens te leveren. (3) De garant kan excepties uit andere rechtsverhouding die garant heeft met begunstigde inroepen (bijvoorbeeld: schuldvergelijking) 3) Letterlijk karakter - Je moet naar garantiebrief kijken, want het is de brief die inhoud en omvang bepaalt - Garant kan zich dus niet mondeling binden - Garantieverbintenis moet neergelegd zijn in één of ander document, maar aan document worden geen vormvereisten gesteld (kan gerust per fax of e-mail) - tegengewicht voor autonoom en abstract karakter: garant is enkel gehouden tot wat in garantiebrief staat - elk verzoek om te betalen aftoetsen aan de garantiebrief Vb. Cass. 24 april 2009: in garantiebrief was bepaald dat afroep mogelijk was op voorwaarde dat vonnis zou worden voorgelegd waarin faillissement zou worden ingetrokken. Vonnis moest ten laatste dateren van 6 mei 1999. Afroep was gebeurd met voorlegging van vonnis waarbij faillissement werd ingetrokken, maar vonnis dateerde van 20 mei 1999. Niet voldaan aan voorwaarden, dus geen betaling Vb. Franse Cass.: garantie was afgeroepen, arbitrale uitspraak werd voorgelegd. Geen betaling, want strikte toepassing van wat in garantiebrief stond. Vb. Garantie moest worden afgeroepen per aangetekende brief, maar gebeurde per fax, dus geen betaling * Afroepproces: - conform garantiebrief - 3 vormen: (1) Afroep op eenvoudig verzoek: Het volstaat dat er duidelijke wilsuiting is van de begunstigde om zich op bankgarantie te beroepen. (2) Afroep op eerste gemotiveerd verzoek: Begunstigde moet motiveren waarom hij garantie afroept. Hoe? Zie garantiebrief (3) Afroep op eerste gedocumenteerd verzoek of documentaire garantie: Begunstigde moet bepaalde documenten voorleggen. Welke documenten? Terug te vinden in de garantiebrief: partijen kunnen dit vrij bepalen (vonnis, arbitrale uitspraak, deskundigenverslag, ingebrekestelling,...) Eenmaal afgeroepen, moet garant eerst controleren of aan de voorwaarden uit garantiebrief is voldaan. Zo niet, brengt goede trouw mee dat garant de begunstigde daarvan verwittigt, zodat die kans krijgt om zaak recht te zetten. Doet begunstigde dit niet, kan garant hem daarvoor aansprakelijk stellen
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
Opdrachtgever op hoogte brengen van de afroep van de bankgarantie. Opdrachtgever zal betaling niet kunnen tegenhouden. Hij kan wel elementen aanbrengen waaruit zou blijken dat afroep kennelijk bedriegelijk is of elementen die aantonen dat onderlinge overeenkomst in strijd is met openbare orde of goede zeden. In dergelijk geval zal garant niet moeten betalen. In meeste gevallen moet garant betalen, ook al is schuldvordering van de begunstigde op de opdrachtgever betwist. Is ganse idee van de bankgarantie. Bedoeling om begunstigde zekerheid te verschaffen die zelfde waarborg biedt als overhandiging van een geldsom. Wanneer niet betalen? - wanneer onderliggende overeenkomst in strijd is met openbare orde of goede zeden - wanneer afroep kennelijk bedrieglijk is. - wanneer document wordt voorgelegd waarin begunstigde de werken definitief en zonder voorbehoud aanvaardt (geen enkele discussie mogelijk of ovk goed werd uitgevoerd dan) - afroep gebeurt om louter politieke redenen B.v.: In de jaren'70 was het zo dat Amerika op gegeven ogenblik opdracht had gegeven alle Iraanse gelden op Amerikaanse rekeningen te blokkeren. Overheid van Iran had toen alle Iraanse banken opgeroepen om massaal tegengaranties op Amerikaanse banken te gaan afroepen. Uit wraak voor blokkering van die rekeningen. In dat geval besliste rechter ook dat er een kennelijk bedriegelijke afroep was, zodanig dat Amerikaanse banken niet moesten betalen.
* Verdere afwikkeling: (1) Stel dat garant betaalt en terecht (voorwaarden voldaan en geen uitzonderingen van toepassing). - GRONDSLAG voor terugvordering: Subrogatie? Neen, kan niet worden toegepast, want garant betaalt niet schuld van ander, maar eigen schuld. Tussen opdrachtgever en garant bestaat overeenkomst, waarin bepaald wordt dat opdrachtgever er zich toe verbindt betaalde bedrag terug te betalen indien garant betaalt. (2) Stel dat garant betaalt en onterecht. Garant heeft toch betaald. - de garant kan de betaalde bedragen niet terugvorderen van de opdrachtgever (Garant zal meestal huisbank van opdrachtgever zijn) Garant zal gewoon rekening van opdrachtgever debiteren Opdrachtgever kan dan vordering tot terugbetaling instellen tegen de garant: = GRONDSLAG: vordering op onverschuldigde betaling - Voor garant is dit niet goed, want heeft aan begunstigde betaald. Kan hij geld dan nog recupereren van begunstigde? JA, GRONDSLAG: onverschuldigde betaling WANT: garant was eigenlijk niet gehouden te betalen, dus zal garant betaalde bedrag kunnen terugvorderen van de begunstigde (3) Stel dat garant betaald heeft conform garantiebrief, maar achteraf blijkt dat begunstigde eigenlijk niet gerechtigd was op bedrag.
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
Vb. Cass. 28 juni 2012: Er was een huurovereenkomst gesloten voor loods met kantoorruimte. Verhuurder had aan huurder gevraagd een bankgarantie op eerste verzoek te verschaffen, tot zekerheid tot uitvoering van de verbintenissen van de huurder. Huurder vraagt aan Dexia om zich jegens verhuurder te verbinden om "al wat de verhuurder zich verschuldigd achtte te betalen, op voorwaarde dat verhuurder schriftelijke verklaring voorlegt dat huurder verbintenissen niet was nagekomen en voor zover het gevraagde bedrag bepaald maximum niet te boven ging". Op einde van huur wordt plaatsbeschrijving opgesteld door expert, in der minne aangesteld. Expert stelde huurschade vast ten belope van € 200.000. Huurder weigerde om bedrag te betalen aan de verhuurder. Verhuurder gaat over tot afroep van de bankgarantie en bank betaalt en debiteert rekening van huurder met zelfde bedrag. Huurder is boos en meent dat er geen huurschade is en dagvaardt de verhuurder. In eerste aanleg kwam zaak voor Vrederechter van Willebroek (waarom vrederechter: huurgeschillen). Vrederechter wijst vordering af. Huurder gaat in hoger beroep voor de rechtbank van koophandel in Mechelen en rechtbank van koophandel is van oordeel dat huurder die bedragen inderdaad kan terugvorderen van de begunstigde (verhuurder); maar dat verhuurder vordering wel kan counteren door te bewijzen dat er wel huurschade was. - GRONDSLAG: (1) onverschuldigde betaling: neen, WANT huurder heeft niet betaald, verhuurder wel (2) verrijking zonder oorzaak, ongerechtvaardigde verrijking: ja, WANT verrijking van de verhuurder ten nadele van de huurder, zonder dat daar juridische rechtvaardiging voor bestaat MAAR: slechts ongerechtvaardigd voor bedrag dat de huurschade zou overstijgen DUS: huurder moet bewijzen dat er geen huurschade is (wie eist, bewijst) Als opdrachtgever gelden wil terugvorderen, moet hij bewijzen dat begunstigde daar geen aanspraak op kon maken * Verschil bankgarantie en documentair krediet: Documentair krediet is geen zekerheidsmechanisme, maar een betalingstechniek. Je hebt koper en verkoper. Bij internationale verkoop zal koper niet zo happig zijn om te betalen zolang hij goederen niet heeft en zolang hij niet weet dat goederen in overeenstemming zijn met overeenkomst. Verkoper zal niet happig zijn goederen te versturen, zolang hij niet weet dat koper wel zal betalen. Oplossing: Koper zal aan bank vragen om zich jegens verkoper te verbinden om de verkoper te betalen wanneer verkoper daarom verzoekt en wanneer verkoper bepaalde documenten voorlegt. Koper gaat zelf verkoper niet betalen, maar vraagt dit aan bank, op voorwaarde van voorlegging van bepaalde documenten: documenten waaruit blijkt dat goederen conform overeenkomst (vb. Certificaat) zijn en dat goederen getransporteerd werden naar koper. Biedt verkoper zekere zekerheid op betaling, ook al is koper ondertussen insolvabel geworden. Koper van zijn kant heeft ook meer zekerheid, omdat bank enkel zal betalen indien er bepaalde documenten worden voorgelegd. - verbintenis van de bank heeft, net zoals verbintenis van de garant, abstract en autonoom karakter - bank kan in principe geen excepties opwerpen tegen verkoper
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
2) Borgtocht op eerste verzoek
* Verschil met gewone borgtocht: - bij gewone borgtocht: alle excepties kunnen ingeroepen worden tegen schuldeiser (uitzondering van enkele persoonlijke excepties) - bij borgtocht op eerste verzoek: borgtocht moet eerst betalen, maar eenmaal betaald, zal hij wel betaalde som kunnen terugvorderen, indien hij kan aantonen dat er eigenlijk een exceptie van toepassing was. Pas beroepen op excepties na betaling. * Verschil met bankgarantie: als garant betaalt conform voorwaarden van garantiebrief, kan hij nooit meer terugvorderen van de begunstigde. * Gelijkenis met bankgarantie: borg kan betaling weigeren ingeval van kennelijk bedrog
3) Patronaatsverklaring
Meestal situaties waarin dochter van vennootschap krediet wil bekomen, maar bank niet volledig overtuigd is van solvabiliteit van de dochter en daarom een bijkomende verklaring van de moedervennootschap vraagt: ° driepartijenverhouding Moeder – dochter – bank - moeder = emmitent = doet verklaring tbv dochter - bank = begunstigde (van de verklaring) - dochter = gepatroneerde vennootschap - doel: bank aanzetten tot kredietverlening aan dochter - gemeen verbintenissenrecht (geen specifieke wetgeving)
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015
* louter informatieve verklaring = kennis van krediet en goedkeuring - verkeerde info? = buitencontractuele aansprakelijkheid * moeder gaat verbintenis aan in verklaring om (1) iets te doen: controle op de financiële politiek van de groep/dochter (2) iets niet te doen: aandelenparticipatie in dochter niet verkopen (3) iets te geven: moeder verbindt zich om de dochter de nodige financiële middelen te geven om de bank terug te betalen - niet nakoming? = contractuele aansprakelijkheid gedwongen uitvoering in natura of bij equivalent * Verschil met borgtocht: verbintenis nakomen als schuldenaar in gebreke is. =/= bij patronaatsverklaring gaat moeder verbintenis van dochter niet nakomen. Hoogste wat zij zal doen is aan dochter financiële middelen geven om krediet af te betalen. Betekent ook dat geld dat moeder aan dochter betaalt, in vermogen van dochter komt en in principe aan alle schuldeisers van de dochter ten goede komt
ALGEMEEN:
Zekerheids- en insolventierecht
Eva Van Meirhaeghe
2015