Pensioengids 2014 Verplichte basis middelloonregeling & Vrijwillige aanvullende regelingen
Inhoudsopgave 1
Meer over de pensioengids
5
2 2.1 2.2 2.3
Uw pensioen in het kort Inkomen voor uw oudedag Inkomen voor uw nabestaanden Inkomen bij arbeidsongeschiktheid
6 6 6 7
3 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7
Uw pensioen bij SNPF Ouderdomspensioen Partnerpensioen voor uw partner, wanneer u overlijdt Wezenpensioen voor uw kind(eren), wanneer u overlijdt Uw arbeidsongeschiktheidspensioen Uw pensioenoverzicht Blijft uw pensioen waardevast? Herstelplan
8 8 9 10 11 12 12 12
4 4.1 4.2 4.3
Pensioen op maat Eerder, gedeeltelijk of later met pensioen Uw pensioen uitruilen Eerst meer of minder pensioen
13 13 13 14
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11
Wat te doen bij… Verandering van werkgever Meer of minder werken Met verlof Werkloosheid Scheiden Gezinsuitbreiding Overlijden Verhuizen Pensioen in zicht Met pensioen gaan Afkoop van klein pensioen
15 15 16 16 16 16 18 18 18 18 18 18
6 6.1 6.2 6.3
Vrijwillige aanvullende regelingen SNPF Extra ouderdomspensioen Extra partnerpensioen verzekeren Fiscale maximering
19 19 22 22
7
Tot slot
23
3
Uw pensioen is belangrijk voor later
Meer over de pensioengids
1
Deze pensioengids is bestemd voor alle deelnemers aan de verplichte basis middelloonregeling van Stichting Notarieel Pensioenfonds (SNPF). SNPF is het pensioenfonds voor de beroepsgroep van notarissen, kandidaat-notarissen en toegevoegd notarissen. Waarom deze pensioengids?
Meer informatie
In deze pensioengids vindt u alle informatie over de pensioenregeling van SNPF: hoe uw pensioen wordt opgebouwd, waar u recht op heeft en in welke situaties het belangrijk is dat u denkt aan uw pensioen.
Altijd als eerste op de hoogte van het actuele SNPF-nieuws? Ga naar onze website www.snpf.nl en meld u aan voor onze e-nieuwsbrief.
● Hoofdstuk 2 geeft kort aan waar uw inkomen
uit bestaat bij pensionering, overlijden en arbeidsongeschiktheid. ● Hoofdstuk 3 gaat verder in op de opbouw en de hoogte van de diverse pensioensoorten waar u recht op heeft via SNPF. ● Hoofdstuk 4 geeft aan hoe u uw pensioen
kunt afstemmen op uw persoonlijke wensen tegen de tijd dat uw pensioen in zicht komt. ● Hoofdstuk 5 beschrijft de situaties die van invloed kunnen zijn op uw pensioen, zoals verandering van werkgever, echtscheiding en met verlof gaan. ● Hoofdstuk 6 geeft de mogelijkheden weer om extra ouderdomspensioen te sparen en/of extra partnerpensioen te verzekeren. ● Hoofdstuk 7 biedt tot slot informatie over onze klachtenregeling en geschillencommissie. Ook vindt u daar een aantal handige websites op het gebied van pensioen.
Verder vindt u op onze website informatie over bijvoorbeeld de financiële situatie en het beleid van het fonds en diverse naslagdocumenten, zoals statuten en reglementen. Uw pensioen is belangrijk voor later. Heeft u vragen of behoefte aan aanvullende informatie over uw pensioenregeling bij SNPF? Neem dan contact op met de pensioendesk, van maandag tot en met vrijdag van 09.00 uur tot 17.00 uur bereikbaar op telefoonnummer (050) 582 18 72. U kunt ook een e-mail sturen naar
[email protected].
Disclaimer Deze pensioengids is met de meeste zorg samengesteld en geeft toegankelijke informatie over uw pensioenregeling bij SNPF. Aan deze gids kunt u echter geen rechten ontlenen. Dat kan alleen aan de pensioenreglementen van SNPF. Deze kunt u downloaden op www.snpf.nl. In de pensioengids zijn de overgangsmaatregelen t.o.v. vorige pensioenregelingen van SNPF niet opgenomen.
5
Uw pensioen in het kort
2
Pensioen is inkomen voor uw oudedag en voor het geval u arbeidsongeschikt raakt tijdens uw werkzame leven. Ook biedt het een inkomen voor uw nabestaanden wanneer u overlijdt. 2.1 Inkomen voor uw oudedag
opbouw. Vanaf uw pensionering ontvangt u maandelijks uw pensioenuitkering van SNPF. Dit inkomen ontvangt u levenslang.
De pensioenleeftijd bij SNPF is 67 jaar. Vanaf de eerste dag van de maand volgend op uw 67ste verjaardag ontvangt u uw ouderdomspensioen van SNPF. Wellicht heeft u elders ook nog pensioen opgebouwd of voor eigen aanvullingen gezorgd.
Elders opgebouwd pensioen
AOW van de overheid Naast het ouderdomspensioen van SNPF ontvangt u een AOW (Algemene Ouderdomswet)-uitkering. De AOW-uitkering is een basisinkomen van de overheid. Iedereen die de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt en in Nederland woont of heeft gewoond, heeft hier recht op. De hoogte van deze uitkering hangt af van uw gezinssituatie. Ook verblijf in het buitenland heeft invloed op de hoogte van de AOW. De AOW-gerechtigde leeftijd was altijd 65 jaar, maar vanaf 2013 wordt de AOW-leeftijd jaarlijks in stapjes verhoogd. Kijk voor meer informatie over de AOW op www.svb.nl. Als u getrouwd bent of samenwoont met een partner die de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet heeft bereikt, kunt u een toeslag krijgen op uw AOW-pensioen. Let op: deze partnertoeslag vervalt in 2015 voor iedereen die is geboren na 1949.
Ouderdomspensioen van SNPF Tijdens uw loopbaan bouwt u elk jaar ouderdomspensioen op bij SNPF. Uw uiteindelijke pensioenuitkering is de som van deze jaarlijkse
Heeft u bij vorige werkgevers pensioen opgebouwd bij andere pensioenuitvoerders? U kunt dit – als u aan de voorwaarden voldoet – meenemen naar SNPF. Dit heet waardeoverdracht (zie 5.1). Wanneer u hier niet voor kiest, dan ontvangt u vanaf uw pensionering ook pensioen van uw vorige pensioenuitvoerders.
Eigen aanvullingen Wellicht heeft u zelf voor aanvullingen gezorgd, bijvoorbeeld via de vrijwillige aanvullende regelingen van SNPF of een lijfrentepolis.
Inkomen voor uw nabestaanden Wanneer u overlijdt, blijven uw nabestaanden niet onverzorgd achter. Via SNPF heeft uw partner recht op partnerpensioen en uw kind(eren) wellicht op wezenpensioen. Daarnaast is er in sommige gevallen recht op een Anw-uitkering van de overheid.
Anw van de overheid Partners die achterblijven na een overlijden, hebben onder voorwaarden recht op een uitkering volgens de Algemene nabestaandenwet (Anw).
6
Inkomen voor uw oudedag, nabestaanden en bij arbeidsongeschiktheid Op www.svb.nl vindt u meer informatie over de Anw-uitkering.
de overheid. Deelnemers aan de pensioenregeling van SNPF kunnen ook in aanmerking komen voor extra inkomen via SNPF.
Partnerpensioen van SNPF Wanneer u overlijdt, heeft uw partner recht op partnerpensioen (zie 3.2). Uw partner ontvangt dit pensioen levenslang.
Wezenpensioen van SNPF Wanneer u overlijdt, is er voor uw kind(eren) wezenpensioen (zie 3.3). Zowel eigen kinderen als stief- en pleegkinderen die deel uitmaken van het gezin hebben recht op wezenpensioen. Kinderen ontvangen het wezenpensioen tot 18 jaar. Studerende kinderen en voor minimaal 55% arbeidsongeschikte kinderen ontvangen het wezenpensioen zolang deze situatie op hen van toepassing is, maar uiterlijk tot hun 27ste.
Inkomen bij arbeidsongeschiktheid Bij arbeidsongeschiktheid kan uw inkomen behoorlijk dalen. Als u in loondienst bent, kunt u in aanmerking komen voor een WIA-uitkering van
WIA-uitkering van de overheid Bent u in loondienst en wordt u ziek? Dan bepaalt het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) na twee jaar ziekte uw arbeidsongeschiktheid. Als u 35% of meer arbeidsongeschikt bent verklaard door het UWV, ontvangt u een WIA-uitkering. Deze uitkering ontvangt u tot uw AOW-gerechtigde leeftijd zolang u arbeidsongeschikt bent. Bent u in loondienst van uw eigen BV of zelfstandig ondernemer? Dan geldt bovenstaande niet voor u. U ontvangt dan geen WIA-uitkering. Kijk voor meer informatie op www.uwv.nl.
Arbeidsongeschiktheidspensioen via SNPF Als u voor 35% of meer arbeidsongeschikt bent verklaard door de medisch adviseur van SNPF, heeft u na de wachttijd recht op een arbeidsongeschiktheidspensioen van SNPF (zie 3.4). Daarnaast zorgt SNPF in dat geval voor (gedeeltelijke) doorbetaling van uw premie voor uw pensioenopbouw.
7
3
Uw pensioen bij SNPF De basispensioenregeling van SNPF is een uitkeringsovereenkomst op basis van middelloon. Bij een middelloonregeling bouwt u elk jaar een deel van uw ouderdomspensioen op. Uw uiteindelijke pensioenuitkering is de som van deze jaarlijkse opbouw. Wanneer u parttime werkt, bouwt u naar evenredigheid pensioenaanspraken op.
3.1 Ouderdomspensioen U bouwt verplicht pensioen op in de basisregeling en eventueel ook nog vrijwillig in de beschikbare premieregeling.
Hoeveel pensioen kunt u opbouwen? In de basisregeling bouwt u per jaar een pensioen op van 1,75% van de pensioengrondslag. De pensioengrondslag is gelijk aan: uw pensioensalaris minus de AOW-franchise. De franchise is het bedrag waarover u geen pensioen opbouwt. De AOW voorziet voor dit deel in pensioeninkomen. In 2014 is de franchise € 13.449. De franchise wordt elk jaar opnieuw vastgesteld. Het pensioensalaris is gemaximeerd op het niveau van het WIA-dagloon (€ 51.417 in 2014). Voorbeeld: Over het jaar 2014 kan een deelnemer maxi1 maal 1,75% over € 51.417 minus € 13.449 = € 664,44 aan ouderdomspensioen opbouwen.
Werkt u in deeltijd, dan geldt een deeltijdpercentage. Het opgebouwde pensioen wordt dan vermenigvuldigd met het in deze periode geldende deeltijdpercentage. Een voorbeeld: iemand werkt halve dagen (20 uur per week) en een voltijd dienstverband is 40 uur. Dan is het deeltijdpercentage 50%.
1
De AOW-franchise voor
2014. De franchise wordt ieder jaar opnieuw vastgesteld.
Pensioensalaris Bent u in loondienst bij uw werkgever (dit kan ook uw eigen BV zijn)? Uw pensioensalaris bestaat uit twaalfmaal het vaste maandsalaris, vermeerderd met de daarover uit te keren vakantietoeslag. Hierbij worden alleen de vaste salarisbestanddelen meegenomen. Variabele beloningen, vergoedingen en gratificaties blijven buiten beschouwing. Een eventuele 13e maand telt wel mee voor het pensioensalaris als de werkgever dit in de arbeidsvoorwaarden heeft vastgelegd. Bent u niet in loondienst, maar zelfstandig ondernemer (IB-ondernemer)? Uw pensioensalaris in een bepaald deelnemersjaar bestaat uit de winst uit onderneming uit het derde kalenderjaar voorafgaand aan dat jaar. Het betreft dan de winst uit onderneming voor toevoeging aan en afneming
8
Bij een middelloonregeling bouwt u elk jaar een deel van uw ouderdomspensioen op 2
van de oudedagsreserve en voor de ondernemersaftrek. Dit bedrag wordt vermeerderd met de betaalde pensioenpremies aan SNPF in het derde kalenderjaar voorafgaand aan het deelnemersjaar waarop de pensioenopbouw betrekking heeft.
uw werkgever voor minimaal 50% mee en wordt uw bijdrage aan de premie automatisch ingehouden op uw brutosalaris. De premie is aftrekbaar voor de belasting; de bijdrage van de werkgever wordt bij u niet belast.
De pensioenpremie
Pensioenleeftijd
ook geacht in loondienst
Voor elke deelnemer geldt in de basisregeling de doorsneepremie. De doorsneepremie is voor iedereen een gelijk percentage van de in dat jaar geldende pensioengrondslag. ● Het premiepercentage voor 2014 is vastgesteld op 24% van de pensioengrondslag. ● Het premiepercentage voor het arbeidsongeschiktheidspensioen voor ondernemers is vastgesteld op 3,95% van het pensioensalaris. ● Het premiepercentage voor het arbeidsongeschiktheidspensioen voor deelnemers in loondienst is vastgesteld op 0,64% van het gemaximeerde pensioensalaris (€ 51.417).
De standaard pensioenleeftijd bij SNPF is 67 jaar. Eerder of later met pensioen gaan is ook mogelijk. In hoofdstuk 4 leest u hoe u uw ouderdoms- en partnerpensioen kunt afstemmen op uw persoonlijke wensen.
werkzaam te zijn.
Een (kandidaat-)
notaris die voor eigen rekening en risico een onderneming drijft en hiervoor in dienst is bij een rechtspersoon wordt
Premiebijdrage van de werkgever voor de toegevoegd notaris en de 2 (kandidaat-)notaris in loondienst Voor de opbouw van uw pensioen betaalt u een pensioenpremie. Als u in loondienst bent, betaalt
3.2 Partnerpensioen voor uw partner, wanneer u overlijdt Het partnerpensioen is pensioen voor uw partner wanneer u overlijdt. Uw partner ontvangt dit pensioen van SNPF levenslang. Er is alleen recht op partnerpensioen als het partnerschap voor de feitelijke pensioenleeftijd is aangegaan. Dit is het moment waarop het ouderdomspensioen daadwerkelijk ingaat.
9
Wie geldt als partner? Voor SNPF is uw partner degene met wie u: ● getrouwd bent; ● een geregistreerd partnerschap bent aangegaan; ● duurzaam een gezamenlijke huishouding voert met een notarieel vastgelegd samenlevingscontract en geen bloed- of aanverwantschap heeft in de rechte lijn. Uw partner moet zijn aangemeld bij SNPF en u moet minimaal zes maanden hebben samengewoond.
Hoogte De hoogte van het partnerpensioen is gerelateerd aan uw ouderdomspensioen en afhankelijk van de vraag of u bij overlijden deelnemer, gewezen deelnemer (in het verleden pensioen opgebouwd bij SNPF) of gepensioneerd bent. I Als u overlijdt tijdens uw deelname Uw partner ontvangt na uw overlijden levenslang 70% van het ouderdomspensioen dat u tot dan heeft opgebouwd, plus 70% van het ouderdomspensioen dat u tot de pensioenleeftijd nog had kunnen opbouwen (te bereiken ouderdomspensioen). Bent u in loondienst bij uw werkgever, dan wel bij uw eigen BV? Dan wordt het te bereiken ouderdomspensioen gebaseerd op de laatste pensioengrondslag die voor het overlijden is vastgesteld. Bent u niet in loondienst, maar zelfstandig ondernemer (IB-ondernemer)? Dan wordt het te bereiken ouderdomspensioen berekend op grond van het gemiddelde van de vijf laatst vastgestelde pensioengrondslagen. Het is hierbij niet van belang of u alle vijf jaren ondernemer bent geweest. Bij het te bereiken pensioen wordt eveneens rekening gehouden met een deeltijdpercentage als daar voor het overlijden sprake van was. Het deeltijdpercentage is het percentage dat u werkt in verhouding tot een volledig dienstverband. Een voorbeeld: iemand werkt halve dagen (20 uur per week) en een voltijd dienstverband is 40 uur. Dan is het deeltijdpercentage 50%. II Als u overlijdt nadat uw deelname aan de pensioenregeling van SNPF is beëindigd, anders dan door pensioneren Uw partner ontvangt na uw overlijden levenslang 70% van het ouderdomspensioen dat u tot de beëindiging van uw deelname heeft opgebouwd.
III Als u overlijdt na uw pensionering Dan is het partnerpensioen 70% van het ouderdomspensioen dat u vanaf uw pensionering ontvangt van SNPF. Het pensioenreglement biedt de mogelijkheid om op de pensioenleeftijd met schriftelijke instemming van de partner partnerpensioen om te zetten in extra ouderdomspensioen. Op het deel van het partnerpensioen dat wordt omgezet in extra ouderdomspensioen kan bij overlijden na de pensioenleeftijd geen aanspraak worden gemaakt door de partner. Op het vastgestelde partnerpensioen wordt een eventueel bijzonder partnerpensioen dat na een scheiding voor uw ex-partner is vastgesteld, in mindering gebracht (zie 5.5).
3.3 Wezenpensioen voor uw kind(eren), wanneer u overlijdt Het wezenpensioen is voor uw kind(eren) wanneer u overlijdt. Dit pensioen wordt uitgekeerd door SNPF. Het wezenpensioen is bestemd voor kinderen tot 18 jaar. Studerende of voor minimaal 55% arbeidsongeschikte kinderen ontvangen het wezenpensioen tot hun 27ste zolang deze situatie op hen van toepassing is.
Wie geldt als kind? Voor SNPF gelden als kind: ● eigen kinderen; ● stief- en pleegkinderen die deel uitmaken van het gezin.
Hoogte Het wezenpensioen bedraagt in alle voornoemde drie situaties (overlijden tijdens uw deelname; nadat uw deelname aan de pensioenregeling van SNPF is beëindigd, anders dan door pensioneren; na uw pensionering) 20% van het bij overlijden vastgestelde partnerpensioen. Op dit partnerpensioen wordt een eventueel vastgesteld bijzonder partnerpensioen voor uw ex-partner niet in mindering gebracht. In het geval van overlijden ná pensioneren bedraagt het wezenpensioen 20% van het partnerpensioen inclusief het deel van het partnerpensioen dat eventueel is omgezet in extra ouderdomspensioen. Is er geen partner meer met aanspraak op partnerpensioen? Dan wordt het wezenpensioen verdubbeld.
10
3.4 Uw arbeidsongeschiktheidspensioen Als u als deelnemer voor 35% of meer arbeidsongeschikt wordt verklaard door de medisch adviseur van SNPF, heeft u na de wachttijd recht op arbeidsongeschiktheidspensioen van SNPF. U ontvangt het arbeidsongeschiktheidspensioen zolang u 35% of meer arbeidsongeschikt bent, maar uiterlijk tot uw 67ste. U bent arbeidsongeschikt indien u naar oordeel van de medisch adviseur van SNPF niet meer in staat bent passende arbeid te verrichten. Onder passende arbeid wordt verstaan arbeid die bij arbeidsongeschiktheid in redelijkheid aan de werknemer kan worden opgedragen. Daarbij wordt rekening gehouden met het arbeidsverleden, opleidingsniveau, de beperkingen en salarisniveau. Ontving u uw arbeidsongeschiktheidspensioen al in 2013? Dan ontvangt u dit uiterlijk tot 65 jaar.
Wachttijd Voor een notaris en kandidaat-notaris die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven (al dan niet met een BV) geldt een wachttijd van 26 weken vanaf de dag dat men geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt is geworden. Voor overige deelnemers geldt een wachttijd van 104 weken.
Melden arbeidsongeschiktheid Voor notarissen of kandidaat-notarissen die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven (al dan niet met een BV) is van belang dat, zodra men door duurzame arbeidsongeschiktheid geheel of gedeeltelijk stopt met werken, binnen twee maanden een keuring bij de medisch adviseur van SNPF wordt aangevraagd. Overige deelnemers moeten bij keuring door het UWV ook de keuring door de medisch adviseur van SNPF aanvragen.
Hoogte van het arbeidsongeschiktheidspensioen Als u voor 35% of meer arbeidsongeschikt bent verklaard door de medisch adviseur van SNPF heeft u recht op arbeidsongeschiktheidspensioen van SNPF. Een eventuele door u te ontvangen WIA-uitkering wordt in mindering gebracht op het arbeidsongeschiktheidspensioen van SNPF. Bekijk in onderstaande tabel bij welk percentage arbeidsongeschiktheid welk percentage arbeidsongeschiktheidspensioen wordt uitgekeerd.
Het arbeidsongeschiktheidspensioen bedraagt het percentage uit onderstaande tabel behorend bij de mate van arbeidsongeschiktheid vermenigvuldigd met: A voor de notaris en de kandidaat-notaris die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven (al dan niet vanuit een eigen BV), van waaruit de werkzaamheden als (kandidaat-)notaris worden verricht: 50% van het maximale WIA-dagloon (€ 51.417 in 2014); B voor de overige deelnemers: 80% van het laatst vastgestelde pensioensalaris, waarbij dit pensioensalaris is gemaximeerd op het maximale WIA-daglooon. Als direct voorafgaand aan de arbeidsongeschiktheid sprake is van deeltijdarbeid wordt uitgegaan van het feitelijke pensioensalaris (dus geen aanpassing van het pensioensalaris naar een salaris bij normale arbeidsduur).
Bij arbeidsongeschikt- heid van
Het percentage arbeidsongeschiktheidspensioen voor de onder A bedoelde deelnemer
Het percentage arbeidsongeschiktheidspensioen voor de onder B bedoelde deelnemer
80% of meer
100%
100%
65% tot 80%
75%
72,5%
55% tot 65%
60%
60%
45% tot 55%
50%
50%
35% tot 45%
40%
40%
25% tot 35%
0%
0%
minder dan 25%
0%
0%
Premievrije voortzetting van de pensioenopbouw bij arbeidsongeschiktheid Als u voor 35% of meer arbeidsongeschikt verklaard bent door de medisch adviseur van SNPF, bestaat er recht op premievrije voorzetting van de pensioenopbouw. Voor die opbouw is geen premie door u of uw werkgever verschuldigd (vandaar premievrij). De hoogte van de voortzetting van de pensioenopbouw is afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid. De premievrije voortzetting van de pensioen- opbouw begint: A voor een notaris en kandidaat-notaris die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven (al dan niet vanuit een eigen BV): na 26 weken van ononderbroken arbeidsongeschiktheid;
11
B voor de overige deelnemers: na 104 weken van ononderbroken arbeidsongeschiktheid. Er bestaat recht op premievrije voortzetting zolang u arbeidsongeschikt bent, maar uiterlijk tot uw 67ste.
3.5 Uw pensioenoverzicht U ontvangt elk jaar dat u deelneemt aan de pensioenregeling het uniform pensioenoverzicht (UPO). Op uw pensioenoverzicht kunt u precies zien wat u heeft opgebouwd aan pensioen. En wat uw te bereiken pensioen is in geval van een gelijkblijvende situatie (salaris, premie en dergelijke).
3.6 Blijft uw pensioen waardevast? Door inflatie vermindert de koopkracht van uw pensioen. Als SNPF naar het oordeel van het bestuur in enig jaar over voldoende middelen beschikt, dan wordt een toeslag per 1 januari verleend. De te verlenen toeslag is dus voorwaardelijk (afhankelijk van de middelen van het fonds). De toeslag is maximaal gelijk aan het consumentenprijsindexcijfer en is alleen van toepassing op het pensioen opgebouwd in de basisregeling. De financiële situatie van het fonds kan ook zodanig zijn, dat een verlaging van de pensioenen nodig is. Deze situatie doet zich voor als de financiële middelen van het pensioenfonds niet
voldoende zijn om de huidige en toekomstige pensioenen uit te keren. Voor de deelnemers die vanaf 2014 recht hebben op arbeidsongeschiktheidspensioen uit hoofde van de pensioenregeling 2014 geldt een onvoorwaardelijke toeslag ter grootte van: ● de CBS-loonindex voor de notarissen en kandidaat-notarissen die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven; ● de WIA-index voor de overige deelnemers. 3.7 Herstelplan De dekkingsgraad is de verhouding tussen het vermogen en de voorziening die nodig is voor de huidige en toekomstige pensioenuitkeringen. Tussen eind 2007 en eind 2008 daalde de dekkingsgraad van SNPF onder het wettelijk minimum (circa 105%). SNPF heeft daarom per 31 maart 2009 een herstelplan ingediend bij De Nederlandsche Bank. In het herstelplan staan twee scenario’s centraal. Ten eerste moet het dekkingstekort worden opgeheven. De herstelperiode hiervoor bedraagt vijf jaar. De minimale dekkingsgraad bedraagt voor alle pensioenfondsen circa 105%. Eind 2013 lag de dekkingsgraad van SNPF boven het wettelijke minimum. Het tweede scenario betreft het opheffen van het reservetekort tot de zogenaamde vereiste dekkingsgraad. Deze hangt samen met het beleggingsbeleid en is voor SNPF vastgesteld op circa 112%. De herstelperiode hiervoor bedraagt vijftien jaar.
12
4
Pensioen op maat Vóór uw pensionering kunt u uw pensioen afstemmen op uw wensen van dat moment. U kunt eerder, gedeeltelijk of later met pensioen, ook uitruil naar andere pensioensoorten is mogelijk. Daarnaast kunt u variëren in de hoogte van uw pensioenuitkering. Heeft u vragen hierover, of heeft u behoefte aan een berekening van uw mogelijkheden, neem dan drie maanden voor uw (gewenste) pensioendatum contact met ons op. Tenzij u uw pensioen eerder (gedeeltelijk) heeft laten ingaan, ontvangt u vlak voor uw pensionering automatisch bericht van SNPF.
4.1 Eerder, gedeeltelijk of later met pensioen Uw pensioenuitkering gaat in principe in op uw 67ste. Het is mogelijk om uw pensioen eerder, gedeeltelijk of later te laten ingaan.
Eerder laten ingaan U kunt uw pensioen eerder laten ingaan. Indien en voor zover het pensioen voor uw 60ste verjaardag ingaat, geldt hiervoor de voorwaarde dat u dan ook stopt met werken. Indien en voor zover uw pensioen op uw 60ste of later vervroegd ingaat, geldt die eis niet. De vroegst mogelijk feitelijke pensioenleeftijd is 57 jaar. Het eerder laten ingaan van uw pensioen betekent dat u een of meer jaren aan pensioenopbouw mist. Daarnaast moet uw pensioen over een langere periode worden uitgekeerd. Dit zal dus een lager bedrag aan pensioen opleveren.
Gedeeltelijk met pensioen U kunt uw pensioen gedurende een periode eerst gedeeltelijk laten ingaan, in combinatie met gedeeltelijk blijven werken. Uw pensioenopbouw loopt dan tot uw 67ste door voor zover u nog werkt.
Later met pensioen U kunt ervoor kiezen om uw pensioen later te laten ingaan. Meld dit uiterlijk drie maanden voor uw 67ste. Voorwaarde hiervoor is dat u nog deels blijft doorwerken. Uw werkgever moet hiermee instemmen. U kunt uw pensioenuitkering uitstellen tot uiterlijk vijf jaar na ingang van uw AOW. U bouwt vanaf uw 67ste geen pensioen meer op. Uitstel van pensioen betekent dat uw opgebouwde pensioen over een kortere periode wordt uitgekeerd. Hierdoor ontvangt u een hogere pensioenuitkering.
4.2 Uw pensioen uitruilen U kunt (een deel van) het partnerpensioen voor uw partner uitruilen voor meer ouderdomspensioen. Let op: een eenmaal gemaakte keuze voor uitruil is niet meer terug te draaien. U kunt SNPF vragen de effecten van uitruil voor u door te rekenen.
13
Meer pensioen voor uzelf Uitruilen van partnerpensioen voor meer ouderdomspensioen is zinvol als u geen partner heeft als u met pensioen gaat. Maar dit kan ook interessant zijn als uw partner zelf voldoende inkomen en/of pensioen heeft. Uw partner moet schriftelijk toestemming geven voor de uitruil. U dient dit zelf aan te geven bij SNPF.
4.3 Eerst meer of minder pensioen Vanaf uw pensionering ontvangt u een vast bedrag aan pensioen. Het is mogelijk om in de hoogte van de uitkering te variëren.
minder pensioen of andersom. De hogere of lagere uitkering kan een duur hebben van drie, vijf of tien jaar. Let op: uw hogere en lagere uitkering moeten zich verhouden als 100:75. Bij die verhouding wordt een pensioenbedrag ter grootte van tweemaal de gehuwden-AOW tot de AOW-datum buiten beschouwing gelaten. Bij een keuze voor hoog-laag vóór de AOW-datum kunt u zodoende het ontbreken van AOW opvangen, door bovenop de uitkering een bedrag van maximaal tweemaal de gehuwden-AOW te laten uitkeren. De lagere uitkering mag niet lager zijn dan het wettelijke bedrag van € 458,06 (2014).
Wat is mogelijk? U kunt gedurende een bepaalde periode eerst meer pensioen ontvangen en de periode erna
Variëren in de hoogte van uw pensioenuitkering 14
Wat te doen bij…
5
Wijzigingen in uw privé en/of werksituatie kunnen van invloed zijn op uw pensioen. Bij een aantal veranderingen is het belangrijk dat u dit meldt bij SNPF. Hierover leest u meer in dit hoofdstuk. 5.1 Verandering van werkgever Heeft u vóór u deelnemer werd bij SNPF deelgenomen aan een andere pensioenregeling? Of stapt u over van SNPF naar een andere pensioenuitvoerder? Dan kunt u uw pensioen bij uw ‘oude’ uitvoerder laten staan of overdragen naar uw nieuwe uitvoerder via waardeoverdracht. U kunt uw opgebouwde pensioen alleen overdragen naar een andere pensioenuitvoerder als u in een nieuwe functie in loondienst pensioen opbouwt. Let op: waardeoverdracht is alleen mogelijk als de dekkingsgraad van beide pensioenfondsen boven de 100% ligt.
Waarom waardeoverdracht? Pensioenregelingen kunnen sterk verschillen. Zo maakt het uit hoe het pensioen voor uw nabestaanden is geregeld. Ook de vorm van de regeling kan verschillen, net als een eventueel toeslagbeleid. Daardoor is het soms aantrekkelijk om uw pensioen mee te nemen, terwijl het in andere gevallen juist aantrekkelijk is om het te laten staan. Het vergelijken van pensioenregelingen is complex. Laat u eventueel adviseren door een pensioenadviseur.
Uw pensioen laten staan U kunt uw pensioen laten staan bij uw oude pensioenuitvoerder (wat SNPF kan zijn). In dat geval ontvangt u op uw pensioenleeftijd pensioen van meerdere uitvoerders. Als SNPF
naar het oordeel van het bestuur in enig jaar over voldoende middelen beschikt, dan wordt een toeslag per 1 januari verleend. De te verlenen toeslag is voorwaardelijk (afhankelijk van de middelen van het fonds).
Uw pensioen overdragen Pensioen overdragen kan ook. Dit heet waardeoverdracht. Het opgebouwde pensioen wordt dan omgezet naar pensioen in uw nieuwe pensioenregeling. Vanaf uw pensionering ontvangt u dan een uitkering via één uitvoerder. Partnerpensioen kan alleen overgedragen worden met instemming van de eventuele partner. Bijzonder partnerpensioen voor uw ex-partner kan niet overgedragen worden.
Procedure Uitgaande waardeoverdracht We spreken over uitgaande waardeoverdracht als u de opgebouwde aanspraken bij SNPF wilt meenemen naar een andere pensioenuitvoerder. Deze waardeoverdracht vraagt u aan bij uw nieuwe pensioenuitvoerder binnen zes maanden na aanvang van de deelname in de nieuwe pensioenregeling. Uw nieuwe uitvoerder vraagt uw gegevens op bij SNPF en stelt op basis daarvan een offerte op. In de offerte staan uw opgebouwde pensioenaanspraken die u krijgt na waardeoverdracht. Op basis hiervan beslist u of u uw pensioen wilt meenemen naar uw nieuwe uitvoerder. Het duurt vaak enige tijd voordat u de offerte ontvangt.
15
Inkomende waardeoverdracht Pensioen overdragen naar SNPF? Wanneer u pensioen wilt overdragen naar SNPF, vult u het formulier waardeoverdracht in dat u heeft ontvangen bij de startbrief.
Dit vervalt als u uw deelnemerschap beëindigt (anders dan overlijden) of met pensioen gaat. Ook voor de vaststelling van deze pensioenen wordt uitgegaan van de situatie direct voorafgaand aan het verlof.
5.2 Meer of minder werken
Wat moet u doen?
De opbouw van uw pensioen is gekoppeld aan uw werkzame leven. Meer of minder werken heeft dus invloed op de hoogte van uw pensioenopbouw, net als het aantal jaren dat u aan een pensioenregeling heeft deelgenomen. Eerder stoppen met werken, langer doorgaan, meer of minder werken, het verandert uw pensioenopbouw. Dat werkt door in zowel uw ouderdoms- als uw partnerpensioen, maar ook in uw wezen- en arbeidsongeschiktheidspensioen. Stijgt uw arbeidstijd, dan bouwt u meer pensioen op. Daalt uw arbeidstijd, dan bouwt u evenredig minder pensioen op.
Uw pensioenpremie De hoogte van uw pensioenpremie wordt automatisch aangepast als uw gewijzigde pensioensalaris aan SNPF is doorgegeven.
Wat moet u doen? Wanneer u in loondienst bent en meer of minder gaat werken, dan geeft uw werkgever dit aan SNPF door. Notarissen en kandidaat-notarissen die voor eigen rekening en risico een onderneming drijven, moeten dit zelf aan ons doorgeven. In beide gevallen kan gebruik worden gemaakt van het werkgeversportaal.
5.3 Met verlof Neemt u onbetaald verlof op (dit kan ook onbetaald ouderschapsverlof zijn)? Dan kunt u ervoor kiezen om de pensioenopbouw voort te zetten. Dit kan voor maximaal vier aaneengesloten maanden. U dient hiervoor een verzoek in bij uw werkgever. Bent u ondernemer? Dien dan het verzoek in bij SNPF. De voortzetting van de pensioenopbouw tijdens het verlof vindt plaats op basis van de pensioengrondslag zoals voor het verlof is vastgesteld. Als u in loondienst werkzaam bent, dient u met uw werkgever afspraken te maken over de door u te betalen bijdrage voor de voortzetting van de pensioenopbouw. Als u heeft gekozen de pensioenopbouw niet voort te zetten tijdens het verlof, dan bent u tot maximaal achttien maanden na ingang van het verlof verzekerd van partnerpensioen voor uw partner, wezenpensioen voor uw kinderen en arbeidsongeschiktheidspensioen voor uzelf.
Wanneer u in loondienst bent, zal uw werkgever aan ons doorgeven dat u verlof heeft opgenomen. Bent u notaris of kandidaat-notaris die voor eigen rekening en risico een onderneming drijft, dan moet u zelf doorgeven of u meer of minder werkt. Wilt u meer informatie over voortzetting van uw pensioenopbouw tijdens uw verlof, neem dan contact met ons op.
5.4 Werkloosheid Als u werkloos wordt stopt uw pensioenopbouw. Het is onder voorwaarden mogelijk om uw pensioenopbouw vrijwillig voort te zetten bij SNPF voor maximaal drie jaar. De volledige pensioenpremie (inclusief het eventuele werkgeversdeel) is voor uw rekening. Neem contact op met SNPF voor informatie over de voorwaarden.
5.5 Scheiden Eindigt uw huwelijk of geregistreerd partnerschap? Of wordt uw samenlevingscontract ontbonden? Dan is het belangrijk om stil te staan bij de gevolgen voor uw pensioen.
Ouderdomspensioen voor uw ex-partner Bij scheiding heeft uw ex-partner uit een huwelijk of geregistreerd partnerschap wettelijk recht op de helft van het gedurende uw huwelijk of partnerschap opgebouwde ouderdomspensioen. De verdeling van uw pensioen bij scheiding is geregeld in de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding. Bij pensioenverevening keert SNPF het ouderdomspensioen dat toekomt aan uw ex-partner rechtstreeks aan uw ex-partner uit vanaf het moment dat u zelf met pensioen gaat. Deze uitkering stopt wanneer u overlijdt. Uw ex-partner ontvangt vervolgens het bijzonder partnerpensioen. Overlijdt uw ex-partner voordat u zelf overlijdt, dan komt het verevende deel weer terug bij uzelf. De standaardverevening volgens de wet voorziet in een gelijke verdeling (50%) van het tijdens het huwelijk of geregistreerd partnerschap opgebouwde ouderdomspensioen. U kunt van deze standaardverevening afwijken door bij uw echtscheiding andere afspraken vast te leggen bij huwelijksvoorwaarden of in een overeenkomst in verband met de scheiding.
16
Levensgebeurtenissen kunnen van invloed zijn op uw pensioen U of uw ex-partner dient binnen twee jaar na de scheiding aan SNPF door te geven dat u wenst te verevenen. Dit geldt ook als u een andere verdeling met uw ex-partner bent overeengekomen. Pensioenverevening meldt u via het formulier pensioenverevening dat u onder andere kunt downloaden via www.rijksoverheid.nl of op onze website. SNPF zorgt dan te zijner tijd voor een correcte splitsing van de pensioenbetaling. Als SNPF dit formulier niet binnen twee jaar na de scheiding heeft ontvangen, dan kan er niet meer via SNPF worden verevend. Uw ex-partner krijgt dan vanaf uw pensionering een directe vordering op u persoonlijk.
eventuele nieuwe partner. Als u getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap heeft, hoeft u na een scheiding niets te doen. SNPF krijgt daar automatisch melding van. Als u ongehuwd samenwoont, dan dient een beëindiging van het partnerschap wél gemeld te worden aan SNPF om als ex-partner voor bijzonder partnerpensioen in aanmerking te komen. Die melding dient schriftelijk te worden gedaan en direct na beëindiging van het partnerschap. Voorwaarde in deze situatie is dat de ex-partner voor de beëindiging van het partnerschap aan de reglementaire omschrijving van partner voldeed.
Partnerpensioen voor uw ex-partner
Na uw schriftelijke melding van beëindiging van het partnerschap bij SNPF ontvangt u een formulier om dit te bevestigen.
Bij uw overlijden heeft uw ex-partner uit een huwelijk, geregistreerd partnerschap of een samenlevingscontract recht op het tot het moment van scheiding opgebouwde partnerpensioen. Dit wordt bijzonder partnerpensioen genoemd. Dit levenslange bijzonder partnerpensioen wordt na uw overlijden uitgekeerd aan uw ex-partner en in mindering gebracht op het partnerpensioen voor uw
Van een recht op bijzonder partnerpensioen kan bij voorwaarden in verband met de partnerrelatie of een schriftelijk gesloten overeenkomst voor de scheiding worden afgezien. Dit is met name belangrijk bij het eindigen van een huwelijk of geregistreerd partnerschap, omdat in die situaties de aanspraak op bijzonder partnerpensioen ‘automatisch’ ontstaat. In dat geval wordt die
17
aanspraak betrokken bij het partnerpensioen van een eventuele volgende partner.
5.6 Gezinsuitbreiding Als u een kind krijgt, is dit automatisch verzekerd voor wezenpensioen (zie 3.3). Voor SNPF gelden als kind: ● eigen kinderen; ● stief- en pleegkinderen die deel uitmaken van het gezin.
5.9 Pensioen in zicht Vlak voor uw pensionering kunt u uw pensioen afstemmen op uw wensen van dat moment. U kunt eerder, gedeeltelijk of later met pensioen, ook uitruil van pensioensoorten is mogelijk. Bovendien kunt u variëren in de hoogte van uw pensioenuitkering. U kunt de mogelijkheden door SNPF laten doorrekenen. Welke keuze u ook maakt, geef het drie maanden voor de (gewenste) pensioendatum aan SNPF door. Kijk in hoofdstuk 4 voor meer informatie.
Wat moet u doen? U hoeft uw kind alleen bij SNPF aan te melden als u in het buitenland woont. Neem hiervoor contact met ons op via (050) 582 18 72 of
[email protected].
5.7 Overlijden Wanneer u overlijdt, hebben uw partner en kind(eren) recht op partnerpensioen (zie 3.2) en wezenpensioen (zie 3.3). SNPF ontvangt automatisch een overlijdensbericht van de gemeente waar u bent ingeschreven. Wanneer u echter in het buitenland woont, moeten uw nabestaanden uw overlijden melden aan SNPF. Uw nabestaanden ontvangen vervolgens automatisch bericht van SNPF over het uit te keren partnerpensioen en wezenpensioen.
5.8 Verhuizen Als u verhuist binnen Nederland, ontvangt SNPF automatisch uw nieuwe adresgegevens via de Gemeentelijke Basisadministratie. U hoeft daarom alleen een verhuizing naar het buitenland te melden bij SNPF. Let bij verhuizing naar het buitenland ook op: ● uw pensioensituatie. Verblijf in het buitenland
heeft veelal gevolgen voor de opbouw van uw pensioen en uw AOW. Kijk op www.svb.nl; ● uw zorgverzekering. Kijk op www.cvz.nl voor meer informatie over verzekering en zorg in het buitenland.
Aanvragen pensioenuitkering U krijgt automatisch bericht van SNPF voor het aanvragen van uw pensioen. Tenzij u uw pensioen eerder (gedeeltelijk) wilt laten ingaan. Neemt u dan tijdig contact op met SNPF.
5.10 Met pensioen gaan Vanaf uw pensionering ontvangt u elke maand pensioen van SNPF. Daarnaast krijgt u vanaf uw AOW-gerechtigde leeftijd AOW van de overheid. Zowel de pensioenuitkering van SNPF als de AOW-uitkering ontvangt u levenslang.
Pensioenuitkering van SNPF Vanaf uw pensionering ontvangt u jaarlijks in twaalf gelijke termijnen uw pensioenuitkering. De eerste uitkering ontvangt u op de eerste dag van de maand volgend op die waarin u de 67-jarige leeftijd bereikt. Uw pensioenuitkering is een nettobedrag, SNPF zorgt voor de verplichte inhoudingen op uw pensioen.
AOW-uitkering De hoogte van de AOW hangt af van het aantal jaren dat u in Nederland heeft gewoond en van uw gezinssituatie. Kijk op www.svb.nl voor meer informatie.
5.11 Afkoop van klein pensioen Als het door u opgebouwde pensioen na beëindiging van de deelname (anders dan door pensioneren) lager is dan € 458,06 per jaar (bedrag 2014), kan uw pensioen worden afgekocht. U ontvangt de waarde van uw opgebouwde pensioen dan in één keer. SNPF kan pas tot afkoop overgaan na twee jaar na beëindiging van de deelname.
18
Vrijwillige aanvullende regelingen SNPF
6
Naast de verplichte basis middelloonregeling heeft u de mogelijkheid om bij SNPF extra ouderdomspensioen op te bouwen op basis van een premieovereenkomst. Daarnaast kunt u extra partnerpensioen verzekeren met een uitkeringsovereenkomst. U kunt voor beide vrijwillige regelingen kiezen, maar ook voor één van de twee. 6.1 Extra ouderdomspensioen Via een beschikbare premieregeling bouwt u een pensioenkapitaal op door uw premie te beleggen. Het beleggingsrisico is voor u. Hoe hoog uw extra pensioen wordt, is van te voren niet te voorspellen. Dat hangt onder andere af van uw totaal ingelegde premies, de behaalde rendementen en inkooptarieven die gelden als u met pensioen gaat.
Welk inkomen kunt u benutten voor de beschikbare premieregeling? ● Het inkomen (salaris dan wel winst uit eigen
onderneming) boven de inkomensgrens van de verplichte basisregeling (€ 51.417 in 2014); ● Uw variabele loonbestanddelen, zoals een bonus. Dit is ook mogelijk als uw totale inkomen onder bovengenoemde grens ligt.
Inlegbedrag De maximale premie-inleg is afhankelijk van uw leeftijd. Hiernaast treft u de leeftijdsafhankelijke staffel aan. U kunt kiezen voor de maximale premie inleg of een gedeelte hiervan.
Leeftijdsklasse
Premie uitgedrukt in een percentage
van de pensioengrondslag
15-19 3,8% 20-24 4,4% 25-29 5,3% 30-34 6,5% 35-39 7,9% 40-44 9,6% 45-49 11,7% 50-54 14,4% 55-59 17,7% 60-64 21,1% 65-67 25,9%
Bent u in loondienst van uw werkgever dan wel eigen onderneming? Inhouding op uw loon (fiscaal aftrekbaar) en afdracht van premie gebeurt maandelijks door uw werkgever. Uw werkgever mag (een gedeelte van) de premie betalen; deze bijdrage wordt bij u niet belast. Bovenop uw premie-inleg worden administratiekosten in rekening gebracht.
19
Keuze beleggingsfonds
wordt belegd naarmate u ouder wordt. Op die manier neemt het beleggingsrisico af als de pensioendatum dichterbij komt. Bij wijziging leeftijdscohort worden transactiekosten in rekening gebracht. In onderstaande tabel ziet u hoe de Life Cycle is samengesteld:
Het door u ingelegde geld wordt in principe belegd in de zogeheten Life Cycle, samengesteld door SNPF. Kenmerkend voor de Life Cycle is dat de beleggingsmix wordt aangepast aan uw leeftijd, waarbij automatisch minder risicovol
Aantal jaren tot pensionering
Leeftijdscohorten
Aandelen Wereld (passief)
>27
A
61,2
8,5
15,3
6,0
6,0
3,0
20-27
B
54,0
7,5
13,5
10,0
10,0
5,0
15-19
C
46,8
6,5
11,7
14,0
14,0
7,0
13-14
D
39,6
5,5
9,9
18,0
18,0
9,0
11-12
E
32,4
4,5
8,1
22,0
22,0
11,0
9-10
F
25,2
3,5
6,3
26,0
26,0
13,0
7- 8
G
18,0
2,5
4,5
30,0
30,0
15,0
5-6
H
10,8
1,5
2,7
55,0
20,0
10,0
3-4
I
7,2
1,0
1,8
70,0
15,0
5,0
1- 2
J
3,6
0,5
0,9
80,0
10,0
5,0
Aandelen Europa (passief)
Vrij Beleggen Naast het Life Cycle-principe heeft u ook de mogelijkheid om zelf uw beleggingskeuze te bepalen via Vrij Beleggen. Hierbij heeft u de keuze uit zeven beleggingsdepots. Deze depots variëren van een depot met 100% aandelen tot
Percentage aandelen (duurzaam beleggen)
Aandelen Emerging (actief)
Staatsobligaties (EMU of NL/DE) (passief)
Bedrijfsobligaties (actief)
Inflation linked staats (DE) (passief)
een depot met 100% obligaties en een depot dat 100% in de geldmarkt belegt. Bij wijziging beleggingsmix worden transactiekosten in rekening gebracht. Hieronder is weergegeven hoe de beleggingsdepots zijn samengesteld:
Depot
Percentage aandelen
A
100
0
0
0
B
75
0
25
0
C
50
0
50
0
D
25
0
75
0
E
0
0
100
0
F
0
50
50
0
G
0
0
0
100
Percentage obligaties
Percentage geldmarkt
20
Extra ouderdomspensioen opbouwen en/of extra partnerpensioen verzekeren? Opgebouwd pensioenkapitaal
Flexibiliteit
Het opgebouwde pensioenkapitaal wordt onder aftrek van transactiekosten op de feitelijke pensioenleeftijd bij SNPF aangewend voor een levenslang ouderdomspensioen. De hoogte van het aan te kopen ouderdomspensioen wordt bepaald aan de hand van de op dat moment geldende inkooptarieven. Het bestuur van SNPF stelt deze tarieven jaarlijks vast. De inkooptarieven zijn onder andere afhankelijk van de levensverwachting en de marktrente. Het is ook mogelijk om het opgebouwde pensioenkapitaal te gebruiken om bij een verzekeringsmaatschappij extra ouderdomspensioen in te kopen. Bij overlijden voor de pensioendatum vervalt het pensioenkapitaal aan het pensioenfonds.
Alle flexibiliseringsmogelijkheden uit de basisregeling (zie hoofdstuk 4) zijn ook toegestaan voor het extra gespaarde ouderdomspensioen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan uitruil van partnerpensioen naar een hoger ouderdomspensioen. De keuzes die u maakt in de verplichte basisregeling worden geacht ook te zijn gemaakt voor uw opgebouwd extra ouderdomspensioen in de beschikbare premieregeling.
Als uw deelname eindigt, stopt de maandelijkse inleg. Uw beleggingssaldo blijft wel staan. U heeft de mogelijkheid om dit beleggingssaldo samen met uw pensioen uit de verplichte basisregeling mee te nemen naar uw nieuwe pensioenregeling. U kunt er ook voor kiezen om het beleggingssaldo te laten staan. Op uw pensioenleeftijd wordt dit saldo vervolgens aangewend voor een levenslang ouderdomspensioen.
Deelname Op www.snpf.nl vindt u het aanmeldformulier voor de beschikbare premieregeling. De deelname aan de beschikbare premieregeling begint op de eerste van de maand volgend op de dag waarop het verzoek tot deelname is ontvangen. Het verzoek moet dan binnen zijn gekomen voor de 15e van de maand. De deelname eindigt op het moment dat de deelname aan de verplichte basisregeling eindigt. Daarnaast eindigt de deelname per de eerste van de maand volgend op de dag dat het verzoek tot stopzetting van de deelname is ont-
21
vangen. Dit verzoek moet dan ook binnen zijn voor de 15e van de maand.
jaarsalaris bij overlijden en het maximum WIA-dagloon. Voor IB-ondernemers geldt dat voor de pensioengrondslag het gemiddelde van de pensioengrondslagen over de afgelopen vijf jaar wordt genomen.
Rekenvoorbeelden Op www.snpf.nl staat een rekentool voor de beschikbare premieregeling.
6.2 Extra partnerpensioen verzekeren De verzekering voor extra partnerpensioen is een risicoverzekering. Het extra partnerpensioen wordt uitgekeerd aan uw partner bij overlijden vóór de feitelijke pensioenleeftijd. De verzekering van extra partnerpensioen eindigt als uw deelname aan de regeling eindigt of op pensioendatum.
Voor deelnemers in loondienst geldt dat de maandelijks verschuldigde premie automatisch wordt ingehouden op het brutosalaris en wordt afgedragen door de werkgever. De premie is aftrekbaar voor de belasting. Als de werkgever (een gedeelte van) de premie betaalt, is deze bijdrage bij u niet belast.
Hoogte extra partnerpensioen
Welk inkomen kunt u benutten voor de verzekering voor extra partnerpensioen. • Het inkomen (salaris dan wel winst uit eigen onderneming) boven de inkomensgrens van de verplichte basisregeling (€ 51.417 in 2014).
De hoogte van uw extra partnerpensioen is 1,3% van de pensioengrondslag voor extra partnerpensioen op het moment van overlijden. Dit bedrag wordt vervolgens vermenigvuldigd met het aantal jaren dat u deelneemt aan het aanvullend partnerpensioen tot aan uw pensioenleeftijd van 67 jaar.
Deelname
Rekenvoorbeelden
De keuze voor wel of geen extra partnerpensioen kunt u maken bij aanvang van deelname aan de pensioenregeling van SNPF of binnen drie maanden nadat u een partner krijgt. In paragraaf 3.2 wordt beschreven wie onder partner wordt verstaan. Een keuze voor extra partnerpensioen verzekeren kan per de eerste van de maand worden beëindigd. Dit dient schriftelijk aan SNPF te worden doorgegeven.
Op www.snpf.nl staat een rekentool voor de verzekering voor extra partnerpensioen.
Inlegbedrag U betaalt voor de verzekering een aparte risicopremie. Deze premie is een leeftijdsafhankelijk percentage van het verzekerde extra partnerpensioen. Zie tabel hieronder. De pensioengrondslag voor extra partnerpensioen is gelijk aan het verschil tussen het
6.3 Fiscale maximering Het totale ouderdomspensioen en partnerpensioen (basisregeling, beschikbare premieregeling en verzekering extra partnerpensioen) mag niet meer bedragen dan fiscaal is toegestaan. Als blijkt dat door aanwending van het pensioenkapitaal het ouderdomspensioen of het partnerpensioen meer bedraagt dan is toegestaan op grond van de fiscale wet- en regelgeving, wordt het teveel aan pensioen afgekocht. Bij uitkering van deze afkoopsom worden de wettelijke voorgeschreven inhoudingen gedaan.
Risicotarieven excedent partnerpensioen Leeftijd – bruto risicopremie 20 21 22 23 24 25 26 27
0,0009 0,0013 0,0016 0,0019 0,0023 0,0025 0,0026 0,0030
28 29 30 31 32 33 34 35
0,0032 0,0036 0,0040 0,0045 0,0050 0,0054 0,0058 0,0064
36 37 38 39 40 41 42 43
0,0070 0,0077 0,0086 0,0098 0,0107 0,0115 0,0121 0,0132
44 45 46 47 48 49 50 51
0,0147 0,0165 0,0182 0,0209 0,0232 0,0256 0,0281 0,0304
52 53 54 55 56 57 58 59
0,0340 0,0377 0,0415 0,0462 0,0517 0,0569 0,0611 0,0659
60 61 62 63 64 65 66 67
0,0709 0,0769 0,0850 0,0938 0,1037 0,1139 0,1246 0,1546
22
7
Tot slot Klachtenregeling
Vragen?
TKP Pensioen zorgt voor de uitvoering van uw pensioenregeling. De Amersfoortse zorgt voor de uitvoering van uw arbeidsongeschiktheidsregeling. Heeft u klachten over de uitvoering van de regelingen, dan kunt u gebruik maken van de klachten- en geschillenregeling van het pensioenfonds. Het klachtenformulier is te vinden op de website van SNPF. Het reglement kunt u bij SNPF opvragen.
Heeft u vragen of behoefte aan aanvullende informatie? SNPF is van maandag tot en met vrijdag telefonisch bereikbaar via (050) 582 18 72. Of stuur een e-mail naar
[email protected]. Wij zijn u graag van dienst.
Geschillencommissie SNPF kent een geschillencommissie. Er is sprake van een geschil tussen het pensioenfonds en u als u het niet eens bent met de wijze waarop de wet, de statuten of het pensioenreglement van het pensioenfonds worden uitgevoerd. Wilt u een geschil aanhangig maken? Dan dient u dit schriftelijk binnen drie maanden na het geschil bij SNPF kenbaar te maken.
Informatie opvragen U kunt onder meer de volgende informatie kosteloos bij SNPF opvragen (of door uw vertegenwoordiger laten opvragen): ● uw pensioenreglement; ● jaarverslag / jaarrekening SNPF; ● een opgave van de hoogte van uw opgebouwde pensioenaanspraken; ● het kortetermijnherstelplan; ● het langetermijnherstelplan; ● informatie over de hoogte van de dekkingsgraad; ● uitvoeringsovereenkomst of -reglement; ● verklaring der beleggingsbeginselen; ● informatie over een aanwijzing; ● informatie over de aanstelling van een bewindvoerder.
Handige links ● www.svb.nl: de website van de uitvoerder van
volksverzekeringen in Nederland. Hier kunt u terecht voor vragen over onder andere de AOW en nabestaandenuitkering Anw.
● www.uwv.nl: op deze website kunt u terecht
voor vragen over bijvoorbeeld werkloosheid, zwangerschap, ziekte en arbeidsongeschiktheid (WIA).
● www.wetten.nl: de website van de overheid
waar u onder andere de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling kunt vinden.
Contactgegevens Stichting Notarieel Pensioenfonds Europaweg 27 9723 AS Groningen Postbus 51009 9702 JA Groningen Telefoon: (050) 582 18 72 E-mail:
[email protected] Website: www.snpf.nl KvK 41151989
23