Pedagogisch beleid
KINDERDAGVERBLIJF
MEDISCH CENTRUM HAAGLANDEN
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
Pedagogisch beleid Inleiding ................................................................................................................................ 3 De pedagogische uitgangspunten voor de dagopvang........................................................... 3 •
Het bieden van sociale veiligheid .......................................................................................... 3
•
Het bevorderen van sociale en persoonlijke competentie ................................................. 4
•
Het eigen maken van waarden, normen en cultuur ............................................................ 5
De Pedagogisch Medewerkers................................................................................................ 6 Stamgroepen..............................................................................................................6 Vierogenprincipe........................................................................................................6 De werktijden van de Pedagogisch Medewerker..................................................................... 7 Groepssamenstellling ............................................................................................................ 7 •
Babygroepen .................................................................................................................. 7
•
Peutergroepen ............................................................................................................... 8
•
Peuterplus groep............................................................................................................ 8
De dagindeling ...................................................................................................................... 8 •
Eten op het kinderdagverblijf ....................................................................................... 10
•
Slapen .......................................................................................................................... 10
•
Knuffels en spenen ...................................................................................................... 11
Samenwerking en communicatie tussen ouders en Pedagogische medewerkers.................. 11 •
De wenperiode en eerste kennismaking....................................................................... 11
•
Brengen en halen ......................................................................................................... 11
•
Kindgesprek................................................................................................................. 12
•
Het schriftje ................................................................................................................. 12
Spelen, lezen, muziek en andere activiteiten ....................................................................... 12 Piramide .............................................................................................................................. 13 Video Interactie Begeleiding ................................................................................................ 14 Welbevinden van kinderen ................................................................................................... 14 Corrigeren en Belonen ......................................................................................................... 14 Zindelijkheid........................................................................................................................ 15 Kinderen met een beperking................................................................................................ 15 Mogelijk ontwikkelingsprobleem ......................................................................................... 15
2013
2
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
Inleiding Het
kinderdagverblijf Medisch Centrum Haaglanden vangt kinderen op van medewerkers
van Medisch Centrum Haaglanden en niet medewerkers van het MCH. Het kinderdagverblijf is gevestigd op de locatie van het ziekenhuis Westeinde. Het kinderdagverblijf heeft horizontale groepen. Deze groepen variëren in leeftijdsopbouw en grootte. Dit beleidsplan is bedoeld voor ouders en medewerkers van het kinderdagverblijf. De kinderen krijgen te maken met twee opvoedomgevingen: thuis en op het kinderdagverblijf. Het is voor ouders van belang te weten wat er op het kinderdagverblijf gebeurt. Ouders moeten er op kunnen vertrouwen dat hun kind tijdens hun afwezigheid goed verzorgd en begeleid wordt. Voor de medewerkers in het kinderdagverblijf is het van belang dat de werkwijze continuïteit heeft. De pedagogische visie is een beschrijving van handelen, waarden en normen in relatie tot de kinderen. De pedagogische visie is niet statisch en wordt tweejaarlijks bijgesteld of aangevuld. In 2007 is het beleidsplan beschreven vanuit de normen in het certificatie schema Kinderopvang van de Stichting HKZ. In 2013 is deze nogmaals herschreven met input vanuit het Pedagogisch kader kindercentra. De doelstelling van kinderopvang zoals wij die hanteren is als volgt:
Het bevorderen van de individuele ontwikkeling van kinderen in hun eigen tempo. Dit onder professionele begeleiding in een stamgroep die voor deze leeftijd is ingericht.
De pedagogische uitgangspunten voor de dagopvang In dit pedagogisch beleid gaan we uit van de vier pedagogische basisdoelen van de opvoeding van kinderen in gezin en kinderopvang zoals genoemd wordt in de memorie van toelichting van de Wet Kinderopvang. Deze vier basisdoelen hebben betrekking op sociale veiligheid, sociale competentie, persoonlijke competentie en de overdracht van normen en waarden. •
Het bieden van sociale veiligheid
Het bieden van een gevoel van veiligheid, een veilige basis, waar kinderen zich kunnen ontspannen en zichzelf kunnen zijn. Het kinderdagverblijf MCH wordt door ons gezien als een uitbreiding van de wereld van het kind. In de eerste jaren wordt de basis gelegd voor de verdere ontwikkeling van een kind; een
ontwikkeling
naar
zelfvertrouwen,
zelfrespect,
zelfstandigheid
en
van
sociale
vaardigheden. Wij vinden het belangrijk om de kinderen een veilige plek te bieden, om hun zelfstandigheid en zelfvertrouwen te stimuleren en hen de ruimte te geven om zich te ontplooien en nieuwe uitdagingen te zoeken. Niet alleen fysieke veiligheid is belangrijk, maar ook emotionele veiligheid, de mogelijkheid om troost te zoeken bij vertrouwde Pedagogisch Werkers (PMer). Ook in de groepssituatie
2013
3
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
moet een gevoel van veiligheid bestaan. Dat hangt onder andere af van de stabiliteit van de groep, de PMer en de relatie tussen de ouders en de PMers. Wanneer het kind zich veilig voelt durft het zich te uiten: blijdschap, woede, angst, verdriet, plezier, onverschilligheid, nieuwsgierigheid, eigenwijsheid enz. Het kind leert om te gaan met zijn eigen gevoelens en herkent gevoelens van andere kinderen. Rust en regelmaat zijn belangrijk voor een kind. Ook hygiëne en een schone omgeving zijn van belang. Het zijn praktische voorwaarden om het kind de kans te geven zich ongestoord te ontwikkelen. Ook het dagritme met de vaste tijdstippen voor eten, slapen, spelen, halen en brengen zorgen ervoor dat de dag enigszins voorspelbaar is en dus vertrouwd wordt. Spelen is doen waar je zin in hebt; met of zonder speelgoed. Spelen is leuk. Als kinderen jong zijn spelen ze vanzelf. Al spelend ontdekken kinderen de wereld om hen heen. Spel stimuleert de fantasie en de creativiteit. Een kinderdagverblijf is een goede plek om aan deze ontwikkeling bij te dragen. Wij proberen de ontwikkeling van het kind te stimuleren door nieuwe mogelijkheden en uitdagingen aan te bieden als het kind daaraan toe is. •
Het bevorderen van sociale en persoonlijke competentie
Als ouders hun kind naar een kinderdagverblijf brengen kiezen zij voor opvang in de groep. De groep stelt de kinderen in staat van elkaar te leren, ze delen ervaringen, vinden herkenning
bij
elkaar,
stimuleren
elkaar,
werken
samen.
Door
het
omgaan
met
leeftijdgenootjes en PMers leert het kind de uitwerking van zijn gedrag op anderen kennen. Hierdoor leert het kind inzicht krijgen in zijn eigen gevoelens en leert andere reactie mogelijkheden. Kinderen ervaren en ontdekken, onder begeleiding van de PMers, wat wel en niet werkt in de omgang met elkaar. Ze ontwikkelen hun sociale vaardigheden en kennis hierover, wat een belangrijke competentie is om goed te kunnen functioneren. In de groep is er aandacht voor het kind als individu. Ieder kind heeft het recht een eigen identiteit te ontwikkelen en heeft daarvoor persoonlijke relaties nodig. Het kind leert en ontdekt wie het is, wat het kan, welke interesses het heeft, welke vaardigheden er nodig zijn in welke situaties (bijv. geduld en afwachten, of juist initiatief nemen en doorzetten). De persoonlijke competentie wordt op het kinderdagverblijf bevorderd door het omgaan met de kinderen, in een groep met elkaar omgaan, activiteiten en het aanbod van speelgoed. De PMer observeert, interpreteert en ondersteunt waar nodig of biedt het kind juist wat extra uitdaging om een stapje verder te komen. Kinderen merken dat er voor alles een woord is, dat ze met mensen kunnen communiceren. Ze vinden het leuk om verhalen te vertellen. Babygeluidjes zijn het begin van taal. Later komt het begrijpen van de betekenis van woorden en daar zelf op reageren met woorden. Tussen 0 en 4 jaar maakt het kind een grote ontwikkeling door. Het kind groeit van totale afhankelijkheid tot een grote mate van zelfstandigheid in een kort aantal jaren. Op welke wijze en in welk tempo die ontwikkeling plaatsvindt, verschilt natuurlijk van kind tot kind.
2013
4
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
Toch is het belangrijk om te weten hoe de ontwikkeling in de eerste levensjaren zich over het algemeen voltrekt. Deze ontwikkelingsfase is sterk bepalend voor de manier waarop de PMer met het kind omgaat. De pedagogische aanpak. De PMer houdt in de gaten hoe het kind zich ontwikkelt en stimuleert het kind op vier verschillende ontwikkelingsgebieden: zintuiglijke, sociaal-emotionele, motorische en cognitieve ontwikkeling. Het eigen maken van waarden, normen en cultuur Waarden en normen spelen ook binnen het kinderdagverblijf een belangrijke rol. Waarden zijn ideeën of opvattingen die aangeven hoe belangrijk mensen iets vinden. Waarden zijn cultuurgebonden, ze veranderen in de loop van de tijd en verschillen per samenleving. Normen zijn regels en voorschriften die de waarden vertalen. Een kind wordt gevormd door de omgang met volwassenen en andere kinderen. De omgang tussen volwassen en kinderen heeft in de opvang een andere dimensie dan thuis. De PMer is in eerste instantie beroepsmatig bij de kinderen betrokken. De PMer onderhoudt contact met alle kinderen in de groep. Daarnaast is er de omgang van de PMer met de groep als geheel. Op beide niveaus is sprake van een voortdurende uitwisseling van waarden en normen in communicatie en interactie. Dit vindt voor een gedeelte bewust maar ook onbewust plaats. Tussen de kinderen onderling speelt voortdurend wat hoort en niet hoort. Door middel van taal vindt er onderling een (gedeeltelijke) bewuste uitwisseling plaats van waarden en normen. Daarnaast speelt het non-verbaal uitwisselen en overbrengen een grote rol in de communicatie. Hier wordt zo zorgvuldig mogelijk mee omgegaan. Kinderen ontmoeten in het kinderdagverblijf andere mensen en maken kennis met verschillende normen, waarden en culturen. De voertaal op het kinderdagverblijf is Nederlands
maar
de
kinderen
horen
ook
andere
talen.
Hiermee
leren
omgaan
vergemakkelijkt later het functioneren in de samenleving. Het kinderdagverblijf
is een afspiegeling van de samenleving. Kinderen en ouders met
diverse culturele en sociale achtergronden moeten zich kunnen identificeren en herkennen in de inrichting, het speelmateriaal, de PMers en de groepsrituelen. Voor kinderen is het belangrijk dat er een groepsklimaat is waarin ze zich geaccepteerd voelen en waar verschillen tussen kinderen geaccepteerd en gewaardeerd worden. Het kinderdagverblijf is een afspiegeling van de veelkleurige samenleving waarin we samenwerken. (Veelkleurig is: allochtoon/autochtoon, dikke mensen/dunne mensen, heteroseksueel/homoseksueel, de diverse leefstijlen). De diversiteit in de samenstelling van het team blijkt een belangrijke bijdrage bij het vorm geven aan de werking met respect voor diversiteit. Een allochtone PMer vormt een belangrijke vertrouwens- en herkenningspersoon voor de ouders en kinderen van gelijke culturele achtergrond. Tevens brengt
deze PMer, door haar eigen opvoeding, andere
gebruiken, waarden en normen in de dagelijkse praktijk. Ook wordt het team verrijkt met nieuwe kennis en inzichten rond cultureel gebonden gebruiken en geconfronteerd met de eigen oordelen en vooroordelen.
2013
5
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
De Pedagogisch Medewerkers De Pedagogisch Medewerker heeft een centrale rol, met hen hebben de kinderen elke dag te maken. De Pedagogisch Medewerker heeft een voorbeeldfunctie, zij begeleiden en stimuleren de kinderen in hun ontwikkeling. Het gevoel van vertrouwen en veiligheid zijn belangrijke factoren die meespelen in de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. Een goede relatie wordt opgebouwd door het kind persoonlijke aandacht te geven door middel van knuffelen, lichamelijke verzorging, samen spelen en begrip bij pijn, verdriet en onmacht. Om het gevoel van vertrouwen en veiligheid tussen de Pedagogisch medewerker en het kind te ontwikkelen is het van belang dat er continuïteit is op de groepen. Voor het kinderdagverblijf MCH geldt een maximum van 3 PMers per groep. In de praktijk wil dit zeggen dat er 1 fulltimer en 2 parttimers zijn. Per dag is minimaal een van deze PMers werkzaam op deze groep, zodat het kind altijd door een bekend gezicht begeleid wordt.
Stamgroepen Kinderen op het kinderdagverblijf hebben een vaste stamgroep. Stamgroepen zijn vaste groepen met een eigen groepsruimte. Een kind maakt in de week gebruik van hooguit twee verschillende groepsruimten. Bij activiteiten kunnen kinderen de stamgroep verlaten. De maximale omvang van de stamgroep wordt dan tijdelijk losgelaten. Als een ouder extra opvang wil op een andere groep dan de stamgroep dan kan dit maar alleen als ouders daar schriftelijke toestemming voor hebben gegeven.
Vierogenprincipe Om de veiligheid op het kinderdagverblijf te verhogen worden 2 PMers per groep, per dag ingeroosterd. Late diensten worden door 2 PMers gedraaid
en er wordt gezamenlijk
afgesloten. Groepen die aan elkaar verbonden zijn openen en sluiten gezamenlijk. Op zichzelf staande groepen worden bij opening, sluiting en pauzes ondersteund door coördinator, groepshulp of stagiaires. Op dagen dat er minder PMers nodig zijn omdat er onderbezetting is qua kinderen, zullen er geregeld groepen samengevoegd worden Op nagenoeg alle groepen zijn er stagiaires/leerlingen aanwezig. Zij worden ingeroosterd op vroege en midden diensten om aan het vierogen beleid te kunnen voldoen. Het management komt regelmatig alle groepen binnen om iets door te geven, op te halen of na te vragen. •
Transparantie van het gebouw
Het kinderdagverblijf heeft meerdere groepen die verbonden zijn met deuren met ramen van glas. Hierdoor kun je altijd in contact zijn met de groep, slaapkamer of verschoonruimte. De slaapkamers zijn allen voorzien van een raam in de deur. Bij slaapkamers die direct verbonden zijn aan een groep hanteren wij de afspraak de deuren ten alle tijden open te laten wanneer een PMers bij een kind in de slaapkamer aanwezig is. Slaapkamers die niet een directe verbinding hebben met de groep maken gebruik van babyfoons. De verschoonruimtes zijn zichtbaar vanuit de groepen. Sommige zijn voorzien van glas. In de babygroepen staan de verschoonruimtes centraal in de groepen.
2013
6
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
De toegangsdeuren naar de groep staan open. Tussendeuren naar groepen staan open indien er 4 ogen/oren nodig zijn. •
Personeel
Op het kinderdagverblijf werken wij met een open en zo professioneel mogelijk werkklimaat zodat de drempel om elkaar aan te spreken op bepaalde gedragingen zo laag mogelijk is. In de groepsbesprekingen is feedback geven op het pedagogisch handelen van collega’s een vast agendapunt. Het merendeel van de Pedagogisch medewerker is in bezit van een certificaat ’’feedback geven en ontvangen’’. De PMers, de manager, ondersteund personeel en stagiaires/leerlingen hebben een VOG .
De werktijden werktijden van de Pedagogisch Medewerker Het kinderdagverblijf is open van 7:15 uur tot 17:30. Het uur van 17:30 tot 18:30 is de verlengde openingstijd (late dienst). De PMers draaien wisselende diensten. De diensten worden aangepast op de kindaantallen op de groepen. Vanaf 7:15 beginnen er 2 PMers. Zij vangen 2 groepen gezamenlijk op en werken tot 16:00. Om 7:45 vangt de volgende PMer aan. Zij is werkzaam tot 16:30. Om 8:45 beginnen de PMers
die de dienst tot 17:30 draaien. Tussen 7.45 en 8:45
worden de
groepen gesplitst en gaan de kinderen naar hun stamgroep. De late dienst vanaf 17:30 tot 18:30 wordt altijd gedraaid door twee PMers. De achterwacht in deze is de beveiliging van het ziekenhuis die na een telefoon vanuit het kinderdagverblijf snel op locatie is.
Groepssamenstellling Op het kinderdagverblijf zijn er 7 horizontale groepen. Deze groepen variëren in leeftijdopbouw en grootte. Binnen het kinderdagverblijf onderscheiden we babygroepen, peutergroepen en een peuterplus groep. Doordat een kind met leeftijdsgenootjes in een groep zit, heeft het veel gelegenheid om te spelen. Het werken met horizontale groepen heeft als voordeel dat de inrichting en het spelmateriaal volledig op de groep is afgestemd. •
Babygroepen
Er zijn 3 babygroepen in de leeftijd van 0 tot ongeveer 15 maanden. In deze leeftijdscategorie mogen er maximaal 9 baby’s per dag aanwezig zijn op 2 PMers. De groepen zijn volledig ingericht voor deze leeftijdsgroep. Zij hebben een aankleedtafel centraal in de groep en de twee slaapkamers zijn aan de groepen verbonden. Op elke groep staan hoge boxen en het speelmateriaal varieert in grote en moeilijkheidsgraad, voor de kleinere baby’s is er voornamelijk klein en zacht speelmateriaal. De twee babygroepen tegenover elkaar zijn verbonden aan een speeleiland waar de oudere baby’s kunnen kruipen, rollen en met groter spelmateriaal kunnen spelen. Er zijn veel mogelijkheden qua zit en lig materialen. Schommels, wippers, hangwiegen en kinderstoelen. De babygroepen hebben grenzend aan de groepen een keuken waarin zij zelf alle voedingen bereiden. Ook hebben zij een eigen buitenspeelplaats, met een kruipgedeelte waar kunstgras ligt.
2013
7
Pedagogisch Beleid •
Kinderdagverblijf MCH
Peutergroepen
In de peutergroepen vangen we de kinderen in de leeftijd van 15 tot +/- 36 maanden op. In deze leeftijdscategorie mogen er maximaal 12 kinderen per dag op de groep aanwezig zijn op 2 PMers. De peutergroepen zijn per twee groepen aan elkaar verbonden. Ze hebben een gezamenlijke
gang,
keuken
en
buitenspeelplaats.
Elke
groep
heeft
een
eigen
verschoonruimte met een commode en toiletjes. Ook hebben zij slaapkamers verbonden aan de groep of anders met een gangetje ertussen. Het speelmateriaal is divers. De groepen zijn ingericht in hoekjes. Dit varieert per groep van poppenhoeken, bouwhoeken en tafels waaraan zij kunnen puzzelen, knutselen en spelletjes kunnen spelen. •
Peuterplus groep
In de Peuterplus vangen we de oudste peuters in de leeftijd vanaf 3 tot 4 jaar op. Van deze leeftijd mogen er maximaal 16 kinderen per dag op de groep aanwezig zijn op 2 PMers. De peuterplus groep heeft een eigen buitenspeelplaats, gang, keuken en badkamer. De slaapruimte grenst ook hier aan. Deze wordt zowel als activiteiten ruimte gebruikt als slaapruimte. Wanneer de kinderen naar bed gaan worden hier stretchers geplaatst. Op deze groep is er bewust gekozen voor zoveel mogelijk op kindhoogte te plaatsen zodat kinderen zelf op de groep dingen kunnen pakken en halen. Dit biedt de kinderen nog meer de kans hun zelfstandigheid en zelfredzaamheid te ontwikkelen. Het speelmateriaal is geheel gericht op de leeftijdscategorie van 3 en 4 jarigen. Er is een groot aanbod aan educatieve spelmaterialen aanwezig. Ook deze groep heeft verschillende speelhoeken gecreëerd in het lokaal.
De dagindeling De dag begint voor de meeste kinderen met vrij spelen. Bij de babygroepen passen wij ons aan bij het slaap, waak, drink en eet ritme van elke individuele baby. Hierdoor is voor hen het dagprogramma afwijkend van het programma van de oudere groepsgenoten. De kleine baby’s groeien als vanzelf naar een dagritme, zoals dat voor de peuters beschreven is. De grootste baby’s doen al veel samen op dezelfde tijden en hebben vaste eetmomenten aan tafel. Voor de PMers is er op een dag voordurende bedrijvigheid van flesjes geven, eetmomenten aan tafel, baby’s in bed leggen en er weer uithalen, knuffelen, troosten en spelen. De peuters gaan ’s morgens aan tafel om iets te eten, te drinken, zingen en te praten. Dit is een gezellig moment in de ochtend en elk kind krijgt individuele aandacht. Om voor peuters een duidelijk beeld te scheppen hoe de dag gaat verlopen nemen de PMers voor het eten eerst de dagindeling door met gebruik van dagritmekaarten. Als de kinderen tijdens het eetmoment gebracht worden verstoort dit het rustmoment en kunnen wij de kinderen niet de aandacht geven die wij willen. Tijdens het eten en drinken wordt er ook aandacht besteed aan de taal- en sociale ontwikkeling zoals leren vragen wat zij willen eten en drinken en de kinderen de ruimte geven gesprekjes te kunnen voeren. Als alle kinderen klaar zijn met eten krijgen ze een washand, waarmee zij (voor zover zij dit kunnen) hun gezicht kunnen schoonmaken. Dit bevordert de motoriek en zelfredzaamheid
2013
8
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
van kinderen. Daarna mogen de zindelijke kinderen naar het toilet en hun handen wassen. De kinderen die een luier dragen worden verschoond. Hierna is er tijd voor verschillende activiteiten. Dit varieert per dag. Vrij spelen, knutselen, dansen, voorlezen en (als het weer het toelaat) buiten spelen. Buiten het feit dat het gezond is om elke dag naar buiten te gaan, wordt ook de motorische ontwikkeling hierdoor gestimuleerd. Het rennen, fietsen, klimmen en spelen in de zandbak geeft ze ook de kans hun energie kwijt te kunnen. Rond 11:30 gaan de kinderen aan tafel voor de broodmaaltijd. Voor het eten worden de handen gewassen. Het gezamenlijk eten is ook zowel een rust als een leermoment voor de kinderen. Het smeren van de boterham, keuzes maken wat je op de boterham wil, het zingen voordat er gegeten wordt en het leren wachten op elkaar is een leerproces. Tijdens het eten besteedt de PMer ook aandacht aan eenvoudige tafelmanieren. Kinderen leren bijvoorbeeld vork en beker goed te gebruiken en niet met volle mond te praten. Eten en drinken wordt binnen het kinderdagverblijf nooit aan de kinderen opgedrongen. Kinderen worden op een speelse, positieve manier gestimuleerd om te eten en te drinken. Op het kinderdagverblijf is er een groot assortiment aan broodbeleg. De eerste boterham wordt met hartig beleg gegeten. De tweede boterham mogen de kinderen zowel hartig als zoet kiezen. (zie Voedingsbeleid) Na dit eetmoment gaan de kinderen met begeleiding van de PMers zich klaarmaken voor het middagslaapje. Hier gaat een ritueel aan vooraf. Gezichten en handen wassen, verschonen, toilet gebruik ( voor de zindelijke kinderen), uitkleden en pyjama’s aan. De kinderen worden in groepjes begeleid, degene die klaar zijn mogen op de bank een boekje lezen. Als het licht uitgedaan wordt in de groep is dit een signaal voor kinderen dat ze gaan slapen. De kinderen krijgen speentjes en knuffels en worden naar hun bedjes gebracht. De PMers blijven bij de kinderen in de slaapkamer en zorgen voor een rustige omgeving zodat alle kinderen in slaap kunnen vallen. Kinderen die het slapen aan het afbouwen zijn worden later naar bed gebracht of eerder uit bed gehaald. Kinderen die opblijven mogen gaan puzzelen, kleuren of een spelletje doen. Na het middagslaapje worden de kinderen verschoond of gaan naar het toilet en kleden zich weer aan met meer of minder hulp van de PMers. Als alle kinderen wakker en aangekleed zijn wordt er gezamenlijk aan tafel fruit gegeten en gedronken. Hierna kunnen de kinderen vrij spelen, knutselen, puzzelen of buiten spelen. Aan het eind van de middag worden de kinderen opgehaald en voor diegene waarvan de ouder wat later komt wordt de middag nog onderbroken met een bekertje drinken en een koekje. Rond 17:25 worden de kinderen die nog aanwezig zijn naar het late dienst lokaal gebracht. Wanneer een ouder om deze tijd zijn/of haar kind komt halen, kunnen we niet meer een volledige overdracht geven in verband met de tijd. Op het informatiebord kan de ouder zelf lezen hoe het kind de dag doorgebracht heeft. Natuurlijk zal een PMer belangrijke informatie wel doorgeven aan de ouder.
2013
9
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
Om 17:30 gaat de late dienst in. Vanaf dit tijdstip moet er getekend worden voor de afname van een extra uur. Wanneer de ouder om 17:30 nog niet het kind gehaald heeft wordt het kind overgedragen aan de PMer die de late dienst draait. De PMer die het kind overdraagt heeft een late dienst brief ingevuld met de overdracht en belangrijke informatie van de dag. Deze informatie is zowel voor de late dienst PMer als de ouder die het kind komt halen. Als ouders dit aangeven krijgen de kinderen in de late dienst hun avondeten. Dit moet wel meegenomen worden door de ouder. Het avondeten kan vers of een potje zijn. •
Eten op het kinderdagverblijf
Wij eten gezamenlijk aan tafel . Bij het eerste eetmoment in de ochtend krijgen kinderen crackers/cracottes en thee. De kinderen mogen zelf kiezen wat zij op hun cracker willen. Tussen de middag eten wij brood en drinken wij melk. Voor de afwisseling wordt er wekelijks
iets
anders
of
extra’s
aangeboden.
Dit
varieert
komkommer/tomaat, tosti’s, of een warme maaltijd. Hierover
per
keer.
Eieren,
staat meer
in ons
voedingsbeleid. Na het middagslaapje wordt er fruit gegeten en roosvicee of limonade siroop gedronken. Twee soorten fruit wordt er standaard ingekocht,
in ieder geval appels en bananen.
Wekelijks wordt er iets extra’s aangeboden Aardbeien, kiwi’s, mandarijnen of druiven. Aan het eind van de middag wordt er nogmaals iets te drinken aangeboden en een koekje. Op hele warme dagen bieden wij de kinderen vaker drinken aan. Vanuit de babygroepen bieden wij Kruidvat babyvoeding 1& 2 aan. Naarmate de baby’s ouder worden en vaste voeding mogen geven wij fruithapjes. Deze worden vers bereid. Wij werken er naartoe dat de baby’s als ze overgaan naar de peutergroepen passen in het dagritme. Hierbij kijken wij wel naar wat kinderen al kunnen en willen. De een zal hierin sneller zijn dan de ander. Baby’s gaan over van drinken van een fles naar een tuitbeker, het eten van fruithapjes naar stukjes fruit, het leren eten van brood met een vork en crackers. Ieder kind doet dit in zijn eigen tempo en zal op de peutergroepen daarin verder worden begeleid. •
Slapen
Slapen is een dagelijks terugkerend ritueel op ons kinderdagverblijf. Om alle indrukken en belevenissen van een intensieve dag te verwerken is een rustperiode belangrijk. Op het kinderdagverblijf zijn er twee slaapkamers per groep. Kinderen slapen in een eigen bedje op een vaste plek in de slaapkamer of op een stretcher als het kind de peuterleeftijd heeft bereikt. De jongste baby’s hebben hun eigen slaapritme. De PMers kijken hiernaar en houden hier rekening mee. Naarmate de baby’s ouder worden slapen ze geleidelijk nog maar een keer ’s morgens en een keer ’s middags, totdat ze uiteindelijk nog alleen maar tussen de middag slapen. Naarmate de kinderen ouder worden, wordt de slaaptijd korter. Wanneer de kinderen 3 jaar zijn zullen de PMers van de peuterplus groep met het oog op de overgang naar de
2013
10
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
basisschool het slapen gaan afbouwen. Wanneer kinderen hier eerder aan toe zijn zal dit ook in overleg met de ouders worden gedaan. Wij kijken naar de behoefte van de kinderen en de wensen van de ouders. Als de kinderen wakker zijn worden zij uit bed gehaald en aangekleed. •
Knuffels en spenen
Kinderen zijn vaak gehecht aan hun knuffel of speen. Dit kan helpen als kinderen moeten gaan slapen of troost bieden bij pijn of verdriet De kinderen worden gestimuleerd om de speen of knuffel op een vaste plek te leggen. Als een kind de speen of knuffel nodig heeft zal de PMer deze geven. In de peutergroepen gebeurd dit minder vaak om ervoor te zorgen dat de kinderen niet afhankelijk worden van spenen en/of knuffels.
Samenwerking en communicatie tussen ouders en Pedagogische Medewerkers. Medewerkers. Een goede samenwerking met ouders is een voorwaarde om goed met kinderen te kunnen werken. Wederzijds begrip, waarderen, informeren, adviezen en het maken van heldere en realistische afspraken zijn hierbij essentieel. Wij besteden er aandacht aan om ouders inzicht te geven wat er op de groep leeft en staan open voor bijdragen van ouders aan de sfeer en activiteiten in de groep. Wij maken gebruik van diverse momenten en vormen van contact om dit te realiseren. •
De wenperiode en eerste kennismaking
De eerste tijd die het kind op het kinderdagverblijf doorbrengt zal het zeker nog moeten wennen. Het doel van de eerste periode is dat het kind vertrouwd raakt met het kinderdagverblijf, de dagindeling, de PMer en de groepsgenootjes. Tegelijkertijd raken ouders vertrouwd met de nieuwe situatie en kunnen ze een vertrouwensrelatie met de PMer opbouwen. Het wennen op de groep doen we voordat de plaatsing ingaat en zal over 1 a 2 weken worden verspreid, waarbij het kind meestal 2 keer 2 uur komt wennen. De wentijden worden overlegd met de ouders . De richtlijn is tussen 9:00 tot 12:00 uur. Het belangrijkste is dat de voeding en het slapen op de groep plaatsvindt. •
Brengen en halen
De dagelijkse gesprekjes tussen de ouders en de PMers bij het halen en brengen van de kinderen vinden wij erg belangrijk voor het contact en de informatieoverdracht. Door omstandigheden kom je na een dag werken vaak niet verder dan bespreken van hoofdzaken. Om die reden is er jaarlijks ruimte voor een kindgesprek. Op het informatiebord in de groep wordt aangegeven wat een kind die dag heeft gegeten, hoelang hij heeft geslapen, met wie en wat hij gespeeld heeft en de bijzonderheden van de dag. Het informatie bord dient zowel voor de ouders als voor de PMers om een duidelijk overzicht te hebben.
2013
11
Pedagogisch Beleid •
Kinderdagverblijf MCH
Kindgesprek Kindgesprek
De ouders krijgen een keer per jaar een uitnodiging om een gesprek buiten de groep te houden om rustig te kunnen praten over de ontwikkeling van het kind. De ouders ontvangen hiervoor een uitnodiging van ons. •
Het schriftje
Als het kind naar het kinderdagverblijf komt geven wij ouders de mogelijkheid een schriftje mee te nemen. Het is de bedoeling dat de ouders en de PMer schrijven over de ontwikkeling van het kind. Dit schriftje wordt maandelijks bijgehouden. Het schriftje is niet alleen voor de ontwikkeling maar ook om de leuke dingen die de kinderen meemaken te beschrijven.
Spelen, pelen, lez lezen, muziek en andere activiteiten Spelen hoort bij kinderen: spel is van groot belang voor de ontwikkeling. Spelen geeft het kind de gelegenheid om zich te ontwikkelen op alle niveaus. Spelenderwijs ontdekt het kind zijn eigen mogelijkheden en de mogelijkheden die zijn omgeving hem biedt. Spelen neemt ook op het kinderdagverblijf een belangrijke plaats in. Naast vrij spel worden er ook activiteiten aangeboden. In het kinderdagverblijf is de mogelijkheid om de gang tot speelgang te maken. Zo kan de groep opgesplitst worden en rennen, klimmen en glijden kan op de gang plaatsvinden. De meer rustigere activiteiten kunnen dan plaatsvinden in de groep. De PMers laten afwisselend de kinderen zelf spelen of zij spelen mee waarbij het kind het spel bepaalt. Zo kunnen kinderen op hun eigen manier fantasie gebruiken en hun mogelijkheden ontdekken. Als een PMer signaleert dat een kind langdurig eenzijdig spel speelt of bepaalde soorten spellen vermijdt, zal zij door samenspel het stimuleren tot uitbreiding van zijn mogelijkheden. Creatieve activiteiten en speelgoed hebben een eigen functie. Het voornaamste doel is dat het kind lekker bezig kan zijn met verschillende materialen. Het eindresultaat doet er niet toe, alles wat een kind maakt is mooi. Creatieve activiteiten stimuleert de fantasie en vormt een manier om emoties en gevoelens te uiten. Muziek is ook een activiteit die dagelijks aan de kinderen word aangeboden. De kinderen leren en zingen liedjes, bewegen erop, ze spelen erbij en kunnen gezamenlijk naar cd’s luisteren die de PMer doelbewust kiest. Muziek is dus zowel voor de taalontwikkeling, de motoriek en ook traint het geheugen en concentratie van kinderen. Interactief voorlezen is ook een belangrijke activiteit op het kinderdagverblijf. Bij interactief voorlezen geven we de kinderen de ruimte om met reacties te komen en visualiseren we het verhaal d.m.v. voorwerpen zoals knuffels. Voorlezen is erg belangrijk voor jonge kinderen, voor de taalontwikkeling maar ook voor de concentratie en fantasie, het leert kinderen de wereld beter begrijpen en beter de emoties te verwerken. Voorlezen is ook het ideale middel om rust in te bouwen. Door een boek herhaaldelijk aan te bieden begrijpen ze het verhaal en de woorden steeds beter en leren ze steeds nieuwe dingen bij.
2013
12
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
Buiten spelen is ook een activiteit die wij het liefst zo vaak mogelijk aanbieden aan de kinderen. Wij proberen op zijn minst 1x per dag buiten te spelen en als het weer het toelaat zeker nog een keer. Op het kinderdagverblijf zijn er vier buitenspeelplaatsen. Deze grenzen allen aan de verschillende groepen. Buiten het feit dat buitenlucht gezond is, hebben de kinderen op deze speelplaatsen de ruimte om te rennen, fietsen, steppen, in de zandbak spelen en lekker uitrazen. Er zijn vele mogelijkheden om er met de kinderen op uit te gaan. Er is altijd wel iets in de omgeving van het kinderdagverblijf dat de moeite waard is. Kinderen mogen alleen buiten het terrein van het kinderdagverblijf als de ouder(s) daarvoor toestemming hebben gegeven. De Afdelingsmanager is verantwoordelijk en zij dient op de hoogte te zijn waar, hoe en wanneer zij ergens naartoe gaan met de kinderen.
Piramide Omdat wij
graag spelenderwijs leermogelijkheden willen creëren bieden wij de kinderen
thema’s aan uit de projectboeken van Piramide. Piramide is een VVE (vroeg voorschoolse educatie) programma. Wij hebben voor dit programma gekozen omdat deze het beste aansluit bij onze doelgroep en al vanaf een zeer jonge leeftijd aandacht aan alle ontwikkelingsgebieden besteedt. De bovengenoemde activiteiten combineren wij met de thema’s van Piramide en onze eigen ideeën en kennis over onze groep kinderen. Een thema duurt 4 weken, in deze periode volgen we de projectstappen van Piramide: oriënteren, demonstreren, verbreden en verdiepen. •
Oriënteren. Bij oriënteren houden we ons bezig met sfeer neerzetten van een thema en te onderzoeken wat de kinderen al weten van een onderwerp.
•
Demonstreren. Bij demonstreren is het belangrijk de kinderen te prikkelen en ze gebruik te laten maken van al hun zintuigen. De kinderen ervaren nieuwe dingen door te voelen, ruiken, proeven enz. Door de kinderen op deze manier kennis te laten maken met nieuwe dingen krijgen woorden niet alleen een klank maar ook associaties.
•
Verbreden. Bij verbreden gaan kinderen nadenken over hun eigen ervaringen, ze worden uit het hier en nu gehaald. Ook leren zij hier verbanden en verschillen te zien.
•
Verdiepen. Bij verdiepen, de laatste stap van een project, leren kinderen problemen op te lossen, te voorspellen en conclusies te trekken. Denk hierbij aan vragen als, hoe heb je dat gedaan? Wat klopt er niet? Wat kan er gebeuren als…?
Na een thema houden we 1 á 2 weken vrij om alles van het oude thema op te ruimen en een nieuw thema te plannen en voor te bereiden. De keuze van het thema hangt af van de tijd van het jaar en hetgeen de kinderen bezig houdt. Er is een groep in het kinderdagverblijf geheel ingericht met alles wat met het actuele thema te maken, heeft. Hier kunnen de kinderen spelen in de themaruimte.
2013
13
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
Buiten het thematisch werken vanuit Piramide wordt er ook aandacht besteed aan feestdagen als Sinterklaas, Kerstmis, Pasen en Moeder- en Vaderdag. Ook van verjaardagen en van afscheidsfeesten van de kinderen maken de PMers een bijzondere gebeurtenis.
Video Interactie Begeleiding Het Kinderdagverblijf MCH heeft een Pedagogisch medewerker die opgeleid is tot Video Interactie Begeleider. Kinderen tonen de hele dag initiatieven om zich te ontwikkelen. Het is belangrijk dat deze initiatieven herkend worden en werkelijk ‘ontvangen’ worden. De kinderen voelen zich dan begrepen. De PMer leert dus hoe ze de basiscommunicatie (de interactie) binnen de groep kan verbeteren. Daarbij zijn zaken als oogcontact, intonatie, gezichtsexpressie, houding en bewegingen belangrijk. Bij het ene kind zijn de initiatieven makkelijker te herkennen dan bij het andere. De PMer leert om de diverse initiatieven van de kinderen te herkennen, zodat ook elk kind kan worden gestimuleerd in zijn ontwikkeling. Eenmaal per jaar wordt een sessie van 3 video-opnames gemaakt.
Tijdens het gesprek zullen de beelden worden
bekeken en de analyse met de gefilmde PMer besproken. De beelden worden hierna gewist om privacy te beschermen.
Welbevinden van kinderen Het welbevinden kun je omschrijven als een algemene positieve toestand waarin een kind zich bevindt. Met het werken aan welbevinden kunnen wij zicht krijgen en houden op de kern van het werk: een omgeving bieden waarin jonge kinderen zich prettig voelen en zich
daardoor goed kunnen ontwikkelen. Een veilige, afwisselende en uitdagende omgeving is een essentiële voorwaarde om welbevinden bij kinderen te creëren. Een vertrouwensrelatie met de PMer is van groot belang voor het ontwikkelen van welbevinden. Goede contacten met andere kinderen leveren ook een belangrijke bijdrage. Een goed functionerende groep draagt bij aan het welbevinden van de kinderen maar ook aan het werkplezier van de PMer. Binnen het kinderdagverblijf MCH maken wij gebruik van gerichte vragenlijsten. Door middel van observaties worden deze vragenlijsten ingevuld. Deze lijsten zijn gericht op het individuele kind en het groepsfunctioneren. De ouders worden betrokken door ze van te voren te informeren over het feit dat hun kind geobserveerd gaat worden en achteraf worden de resultaten met hen besproken. Ook de ouders worden gevraagd een vragenlijst in te vullen over het welbevinden van hun kind. De resultaten van de observaties en de besprekingen hiervan en de daaruit volgende verbeteringen dienen als input voor het Werkplan.
Corrigeren en Belonen Het uitgangspunt is altijd dat kinderen positief worden benaderd. We leggen de nadruk op het positieve gedrag van het kind. Positief gedrag belonen werkt mee aan een goede sfeer in de groep. Als kinderen merken dat ze door positief gedrag meer aandacht krijgen dan op negatief gedrag, passen ze over het algemeen hun gedrag aan. Door duidelijk aan te geven
2013
14
Pedagogisch Beleid
Kinderdagverblijf MCH
wat gewenst en wat ongewenst gedrag is weten kinderen wat er van hun verwacht wordt. Dat geeft kinderen zekerheid en structuur. Met de kinderen wordt gesproken op hun niveau. We laten overkomen dat het gedrag afgekeurd wordt en niet het kind zelf. We vinden het belangrijk kinderen in hun waarde te laten en zelfbeeld positief te beïnvloeden. Soms wordt ervoor gekozen kinderen uit de situatie te halen zodat zij op een rustige manier aangesproken kunnen worden en daardoor niet in hun negatieve gedrag blijven hangen. We grijpen niet te snel in zodat kinderen ook kunnen leren van hun eigen ervaringen en van elkaar.
Zindelijkheid Zindelijk worden is gericht op het bewust worden van het gebruik van de spieren. Ieder kind ontwikkelt zich op zijn eigen manier en tempo, dat geldt ook voor het zindelijk worden. Een kind wordt zindelijk wanneer het daar zelf aan toe is. Kinderen worden tijdens toiletrondes wel gestimuleerd om op de wc of het potje te zitten, ook als zij nog een luier dragen. Zo raken zij vertrouwd met toiletgebruik. In overleg met de ouders wordt er bepaald wanneer er gestart wordt met de zindelijkheidstraining. Het is belangrijk dat zowel thuis als op het kinderdagverblijf daar veel positieve aandacht aan wordt besteed. De PMer prijst het kind en beloont elke stap die het zet op weg naar de zindelijkheid.
Kinderen met een beperking Het kinderdagverblijf MCH is niet ingericht voor kinderen met een (grote) beperking. Er zijn op voorhand geen extra voorzieningen of aanpassingen in de groepen. Afhankelijk van de beperking zal in overleg met de afdelingsmanager en de ouders worden bepaald of het kind naar het kinderdagverblijf kan komen en of een kind in de groep kan functioneren.
Mogelijk ontwikkelingsprobleem Als een PMer vermoedt dat een kind zich anders dan andere kinderen ontwikkeld gaan wij dat kind gedurende een periode goed in de gaten houden en aantekenen wat ons opvalt. In overleg
met
de
ouders
gaan
wij
bekijken
of
er
sprake
is
van
een
mogelijk
ontwikkelingsprobleem. Daarna worden de bevindingen met de directe collega en met de Afdelingsmanager besproken.
De observatie wordt met de ouders besproken en er wordt gekeken hoe er
wordt omgegaan met het gesignaleerde gedrag. Soms wordt duidelijk dat een kind specifieke aandacht nodig heeft die het kinderdagverblijf niet kan bieden. Dan worden ouders doorverwezen naar een hulpverlenende instantie en zullen wij in overleg bepalen wat de juiste stappen zijn.
2013
15