Pedagogisch beleid locatiegids kinderdagverblijf De Boomhut.
Juni 2016.
Samen de Wereld Kleuren
Welkom bij kinderdagverblijf De Boomhut. U heeft gekozen voor een kinderdagverblijf van COKD Kinderopvang Samen de wereld kleuren. Onze slogan laat precies zien waar wij voor staan. Wij hebben aandacht voor de totale ontwikkeling van uw kind. Met elkaar zorgen we er niet alleen voor dat uw kind professioneel wordt opgevangen maar ook dat uw kind zoveel mogelijk leuke, uitdagende en verschillende dingen beleeft. In ons pedagogisch beleid kunt u precies lezen hoe wij dat doen. Het beleid is in te zien op de locaties en op onze website www.cokd.nl. Op kinderdagverblijf De Boomhut werken wij volgens het algemene pedagogisch beleid van COKD Kinderopvang. In deze locatiegids vindt u de locatie specifieke en praktische informatie over onze locatie. Als u vragen heeft die de pedagogisch medewerkers niet kunnen beantwoorden of behoefte heeft aan een persoonlijk gesprek, kunt u terecht bij de locatiemanager.
De gegevens van kinderdagverblijf: Adres: postcode plaats : telefoonnummer: locatiemanager: telefoonnummer:
Ockenburg 44 3328TG Dordrecht 06-83356926 Saskia Verhoeven 06-50811840
COKD Kinderopvang
Het adres is: COKD Kinderopvang Spoorhaven 10-18 2651 AV Berkel en Rodenrijs www.cokd.nl
[email protected]
2
INHOUDSOPGAVE Hoofstuk 1 Onze pedagogische uitgangspunten. De Basisschool. Groepsindeling. Omvang van kinderdagverblijf De Boomhut. Flexibele opvang. Openingstijden en bereikbaarheid. Pedagogisch medewerkers. Zorg coördinator. Achterwachtregeling. Vier ogen principe. Wennen op het kinderdagverblijf. Dagindeling. Gebruik van ruimtes. Samen zorgen voor veiligheid. Aanbod activiteiten.
4. 10. 10. 11. 11. 12. 12. 13. 13. 13. 14. 15. 17. 17. 18.
Hoofdstuk 2 Intake. Brengen en halen. Meenemen en niet meenemen. Voeding. Trakteren. Voertaal. Welbevinden en opvallend gedrag. Brede zorgketen. Pedagogisch Expertise Centrum. Signaallijsten en 10 minutengesprekken. Van het kinderdagverblijf naar de basisschool. Overdracht aan derden. Groepsgrootte. Invalkrachten. Stagiaires. Diploma’s en Verklaring Omtrent Gedrag. Gezondheid. Ziekte. Vaccinaties. Medicijngebruik. Foto’s en video opnames. Overgang naar de Buitenschoolse opvang. Oudercommissie. Nieuwsbrief en website. Klanttevredenonderzoek. Privacy. Kwaliteit. Veiligheid. Meldcode kindermishandeling en huislijkgeweld. Aansprakelijkheid. Klachten. Sluitingsdata. Extra opvang en Informatie & Plaatsing Kinderopvang.
19. 19. 19. 20. 20. 20. 20. 21. 21. 21. 21. 22. 22. 22. 22. 23. 23. 23. 23. 23. 24. 24. 24. 25. 25. 25. 25. 25. 26. 26. 26. 26. 26.
3
Hoofdstuk 1. Kinderdagverblijf De Boomhut. Onze pedagogische uitgangspunten De dagopvang is bedoeld voor kinderen van 0 tot 4 jaar. De kinderen worden opgevangen in een vaste groep. Op het kinderdagverblijf is het anders dan thuis, maar wel een veilige thuishaven. Een kinderdagverblijf is bovendien een thuishaven met een hele prettige extra meerwaarde: het samen zijn en leven met andere kinderen in een groep. Wij benutten de extra mogelijkheden die groepsopvang biedt. Kinderen krijgen de kans om kinderen uit andere achtergronden te ontmoeten, te leren wat samenwerken is, vriendschapsbanden aan te gaan en conflicten op te lossen. Kortom, kinderen leren in de kinderopvang een samenleving te vormen. We helpen kinderen om zich te ontwikkelen tot actieve burgers in een democratische samenleving. Ons uitgangspunt is het ontwikkelingsgericht werken: samen de wereld kleuren. We hebben aandacht voor de totale ontwikkeling van kinderen door met elkaar zoveel mogelijk leuke, uitdagende en verschillende dingen te beleven op alle ontwikkelingsgebieden. Kinderen vertellen ons wat zij nodig hebben. Wij luisteren en helpen ze vooruit. Hoe? Door hen ervaringen te geven. Door ze kansen te bieden om vaardigheden te ontwikkelen. Door ze met elkaar te laten spelen om zó zelf te ontdekken hoe zij groot willen groeien. Het ontwikkelingsgericht werken krijgt vorm door middel van vijf kernpunten:
interactie: open en nieuwsgierig zijn samen: deel uitmaken van een groep spelen en onderzoeken: de wereld ontdekken door een rijkdom aan weloverwogen prikkels levensecht: spelenderwijs de echte wereld ontmoeten participatie: kinderen hebben een stem
Dit pedagogisch beleid is op te vragen op de locatie. Interactie: open en nieuwsgierig zijn De pedagogisch medewerkers hebben gedurende de hele dag een open en betrokken houding naar de kinderen. Door de kinderen bij hun naam te noemen, op ooghoogte een gesprekje aan te gaan, te luisteren, verbale en non verbale signalen op te pikken en hierop te reageren laten we kinderen merken dat ze gezien worden, dat ze onderdeel uitmaken van de groep. Door het reageren op signalen van de kinderen laten we de kinderen merken dat ze gezien worden. De pedagogisch medewerkers reageren op wat zij ziet en hoort (ben je vrolijk, verdrietig, nog een beetje moe, wat zing jij een leuk liedje, zullen we dat met zijn allen zingen?)).Op deze manier bouwen de pedagogisch medewerkers een emotionele band op met de kinderen en bieden ze een gevoel van veiligheid. “Goedemorgen Liza, wat gezellig dat je vandaag weer bij ons komt spelen”. Bij binnenkomst wordt Liza bij haar naam begroet, door de pedagogisch medewerker. Liza steekt haar hand omhoog en zegt “kijk eens”. De pedagogisch medewerker benoemt wat ze ziet. “Oh je hebt een pleister op je vinger, wat is er gebeurt?” “Pijn gedaan”, zegt Liza. De pedagogisch medewerker reageert vervolgend dat dat niet fijn is en informeert of Liza een beetje moest huilen. “Ja en toen kreeg ik deze pleister”. De pedagogisch medewerker benoemd dat het een mooie pleister is en vraagt of Liza hem aan de andere kinderen wil laten zien. Liza loopt de groep in en laat haar pleister zien waarna ze lekker gaat spelen.
Brengen en ophalen. 4
Soms is het voor kinderen lastig om afscheid te nemen. Door duidelijk te benoemen wat er gebeurt, weten kinderen waar ze aan toe zijn, dit geeft ze en veilig gevoel. Wanneer u met uw baby binnen komt, is er even dat moment samen om de jas uit te trekken, spullen in het mandje te leggen. De pedagogisch medewerker zal dan even vragen of er nog bijzonderheden zijn. Ook wordt er door de pedagogisch medewerker gekeken naar de non verbale signalen, heeft uw baby een open blik naar de pedagogisch medewerker, is dat misschien een goed moment om uw kindje over te pakken. We benoemen dan altijd, wat we doen. “Kom maar even bij mij, dan kan mama haar spullen pakken en naar het werk, dag mama tot vanmiddag”. Is uw kindje al wat ouder, zijn er soms hele rituelen die we volgen om op een prettige manier afscheid te nemen. Het biedt kinderen houvast. Wanneer Bas naar de opvang komt wil hij altijd zelf aan bellen, en zeggen dat hij er is. Daarna hangt hij zijn jas op en zet zijn schoenen onder de kapstok. In de groep is hij altijd eerst nog even verlegen en kroelt nog lekker even met papa. De pedagogisch medewerker vraagt dan “zullen we naar papa gaan zwaaien?’ Waarna Bas zegt, “ja, bij de vissen”. Samen met de pedagogisch medewerker gaat Bas naar het raam waar op het aanrecht de vissen staan. Ze zwaaien naar papa en kijken daarna altijd even of het goed gaat met de vissen. Met elkaar praten en naar elkaar luisteren. Gedurende de hele dag gaan de pedagogisch medewerkers in op vragen en signalen van de kinderen. Dit kan zowel verbaal als non verbaal zijn. Pedagogisch medewerkers reageren met het stellen van open/gesloten vragen en door het geven van nonverbale signalen. Het verschoonmoment is bijvoorbeeld een goed moment voor een op een aandacht, de pedagogisch medewerker zal benoemen wat ze gaat doen. Ook wordt er gereageerd op de reacties van de baby. Denk bijvoorbeeld aan het spelen van “kiekeboe” of het spelen met de voetjes. Kinderen kunnen kiezen uit een groot aantal activiteiten, individueel of in kleine of grotere groepjes. Pedagogisch medewerkers benoemen materialen en voorwerpen, hun kenmerken en eigenschappen. Ze laten de ene keer de mogelijkheden van de verschillende materialen zien, de andere keer laten ze de kinderen al spelend de mogelijkheden zelf ontdekken. Grenzen stellen en omgaan met emoties Pedagogisch medewerkers laten in hun handelen zien dat zij respectvol omgaan met kinderen. Dat geeft kinderen vertrouwen, waardoor kinderen zich emotioneel veilig en gewaardeerd voelen. Zij geven het goede voorbeeld. Pedagogisch medewerkers leggen uit wat het gewenste gedrag op de groep is, laten dit gedrag zien en maken hier afspraken over. Gewenst gedrag is bijvoorbeeld: we zijn lief voor elkaar, binnen lopen we, speelgoed is om mee te spelen, we luisteren naar elkaar, we helpen elkaar enz. Kinderen leren de wereld om hen heen kennen door deze te onderzoeken. Dit kan bijvoorbeeld betekenen dat als een kindje iets van een ander kindje afpakt en de ander vindt dat niet leuk , dan leidt de pedagogisch medewerker het kindje af waardoor hij of zij dit niet meer doet. Grotere kinderen wordt geleerd grenzen te stellen door te zeggen ‘dit vind ik niet leuk’. Zegt een kind dit, dan moet het kind stoppen met het ongewenste gedrag. Medewerkers leren kinderen omgaan met emoties en ingrijpende gebeurtenissen door deze te benoemen en uit te leggen. Dit gebeurt door afbeeldingen van emoties te laten zien (kijkt dit kind boos, blij, verdrietig), boekjes te lezen over emoties, emoties bij andere kinderen te laten herkennen en door middel van expressie hun emotie te uiten. Liza en Bas spelen in de blokkenhoek, Liza heeft een hele hoge toren gemaakt en Bas duwt hem om. Liza moet huilen. De pedagogisch medewerker komt er even bij zitten en benoemt wat er gebeurt. “ Liza is 5
verdrietig, ze vindt het niet leuk dat de toren kapot is. Dat is ook niet leuk he, dat moet je niet meer doen. Wat kunnen we doen om Liza weer vrolijk te krijgen?” Samen bouwen ze een nieuwe toren. Taalontwikkeling De gehele dag is er aandacht voor de taalontwikkeling. Medewerkers spreken duidelijk Nederlands in korte zinnen, het woordgebruik is aangepast aan het niveau van de kinderen. Door het werken met thema’s krijgen kinderen de betekenis van ‘nieuwe woorden’ aangereikt waardoor de woordenschat spelenderwijs groeit. Er wordt gebruik gemaakt van afbeeldingen. Er is aandacht voor zowel de passieve als de actieve taalontwikkeling. Kinderen die nog niet kunnen praten, kunnen taal wel begrijpen. De pedagogisch medewerkers geven de kinderen daarom geregeld opdrachtjes die, ook wanneer een kind alleen over passieve taal beschikt, uitgevoerd kunnen worden. Bewust bezig zijn met taal vindt ook plaats tijdens gesprekjes, het zingen van liedjes, het dagelijks voorlezen. Communicatie Voorwaarde voor goede begeleiding en zorg is de afstemming op basis van heldere communicatie tussen medewerkers en ouders en medewerkers onderling. De afstemming met de ouder begint bij het intakegesprek en vindt vervolgens iedere opvang dag plaats tijdens het breng- en haalmoment. De onderlinge afstemming tussen medewerkers gebeurt door middel van een mondelinge overdracht, een overdrachtsschrift en het formulier ten behoeve van de dagelijkse overdracht. De gehele dag door wordt het dagprogramma mondeling afgestemd; wie neemt welke taak op zich. Pedagogisch medewerkers ‘verbinden’ kinderen met elkaar. Ze stimuleren kinderen om met elkaar een spelletje te doen, samen een boekje te lezen of samen op de gang-, in de poppenhoek-, in de bouwhoek te gaan spelen. Ze vragen kinderen (elkaar) te helpen of te troosten. Zijn kinderen ‘vriendjes’ dan mogen ze als ze dat willen samen een activiteit doen. Er wordt met de groep aan tafel gegeten, volgens een vaststaand ritueel: Liedje zingen, gesprekje, op elkaar wachten. Baby’s die tijdens een tafelmoment wakker zijn, nemen in een kinderstoel deel aan het ritueel. Feesten, zoals verjaardag- en afscheid worden volgens vaste rituelen in de groep gevierd. De pedagogisch medewerkers kijken naar de groepsdynamiek. Zij zullen de kinderen ook stimuleren om andere kinderen dan hun “vriendjes” bij hun spel te betrekken. Ze zorgen ervoor dat kinderen niet buitengesloten worden. Bas en Liza willen met de pedagogisch medewerker een spelletje doen. “leuk zegt zij, dit spelletje kan je met z’n vieren doen, zullen we Tim ook vragen om mee te doen?” Naast het spelen in groepjes, bieden de pedagogisch medewerkers de kinderen ook de mogelijkheid om juist even alleen te spelen als daar behoefte aan is. Conflicten leren oplossen De interesse van het kind wordt gewekt door de diversiteit aan speelgoed en materiaal. Logisch dat hij dat wil vasthouden en/of ermee spelen. Maar…. hij is niet de enige, andere kinderen hebben datzelfde plan en dus staan er op een gegeven moment 2 kinderen aan hetzelfde speelgoed te trekken. Meestal lukt het kinderen heel goed om er zelf uit te komen. We stimuleren de kinderen om zich uit te spreken. Als we wel moeten inspringen, stellen we ons op als bemiddelaar en proberen we afspraken te maken waar beide partijen tevreden mee zijn. Dit kan op verschillende manieren: 1. De pedagogisch medewerker biedt een van de kinderen een vergelijkbaar of ander speelgoed aan. 2. De pedagogisch medewerker stelt voor er samen mee te spelen. 3. De pedagogisch medewerker spreekt af dat een van de kinderen bijvoorbeeld 3 rondjes fietst en dat daarna de ander aan de beurt is.
6
4. Bij 3 jarigen laat de pedagogisch medewerker zien hoe je dit verbaal oplost: ‘Ik wil graag met dit speelgoed, mag ik zo?’ Of: ‘Zullen we ruilen?’, ‘Zullen we samenspelen’. Samenwerking met de ouders Om te zorgen dat kinderen zich prettig en op hun gemak voelen op de opvang wordt er bij het brengmoment altijd aan ouders gevraagd naar bijzonderheden die van belang zijn om het kind goed te kunnen begeleiden en verzorgen. Voelt een kindje zich gedurende de dag niet prettig dan wordt contact opgenomen met de ouder voor nader overleg. Bij het haalmoment wordt ouders verteld hoe de dag van hun kind is verlopen, zodat de ouder bij het naar huis gaan hier bij aan kan sluiten. Verlopen de begeleiding en verzorging niet soepel of zijn er bij de medewerker zorgen over de ontwikkeling van een kind, dan vraagt de medewerker nadere informatie om tot een adequate aanpak voor het kind te komen. In dit gesprek is ook ruimte voor vragen van de ouder of voor het zo nodig adviseren door de medewerker. Spelen en onderzoeken: de wereld ontdekken door een rijkdom aan weloverwogen prikkels In iedere groep vormt een hoge tafel het centrale punt. Groepsactiviteiten zoals eten, knutselen, spelletjes, puzzelen, spelen zich hier af. Verder is een vrije ruimte, met verschillende speel ‘hoeken’. Iedere ‘hoek’ heeft zijn eigen functie en de daarbij behorende inrichting. De materialen in de poppenhoek (verkleedkleren, serviesgoed, keukentje, babypop, bedje) nodigen uit tot ‘levensecht’ ontdekken en fantasiespel. De materialen in de bouw- en verkeershoek lenen zich voor het ervaren van ‘ruimte’, afmetingen, oefenen van ‘fijne’ en ‘grove’ motoriek, maar ook voor fantasiespel. De hoeken wisselen regelmatig om de kinderen steeds weer nieuwe uitdagingen te bieden. Tim speelt in de auto hoek. Naast auto’s ligt hier ook een auto band. Hij gaat erin staat en roept “ik sta op een eiland”. De pedagogisch medewerker speelt hierop in en vraag of ze er ook bij mag. Samen gaan ze bedenken wat je allemaal mee neemt als je naar een eiland gaat. Kinderen ontwikkelen zich op sociaal-, emotioneel-, cognitief-, motorisch- en taal gebied .Ook de zintuigontwikkeling wordt gestimuleerd .Door bijvoorbeeld het gebruik van verschillende materialen en structuren, kunnen kinderen voelen, proeven en ruiken door dat te ervaren leren zij dat benoemen. Tijdens gezamenlijk koken en bakken, worden smaak en reukzin ontwikkeld. Ons fruit wordt geleverd door de groenteboer. We kiezen naast de appels en bananen juist ook voor komkommer en bijvoorbeeld tomaatjes. Ook eten we graag fruit van het seizoen, zo komen de kinderen in aanraking met verschillende smeken en structuren. Doordat pedagogisch medewerkers voortdurend het spel van het individuele kind in de groep observeren kennen zij de interesses en het ontwikkelingsniveau per kind per gebied. Zij sluiten daar op een creatieve wijze bij aan en dagen de kinderen uit net iets verder te gaan dan wat zij al kennen en beheersen. Voorbeeld van aanbod: gezelschap spelletjes, gesprekjes en boekjes over vorm, kleur, voorzetsels, figuurlijke begrippen, scheuren, knippen, enz. Leren fietsen, glijden, zandberg maken, hoge toren bouwen, treinbaan leggen. Voor baby’s: rollen, kruipen, grijpen, zitten, staan, begrijpen. Meespelen en het verdiepen van het spel Pedagogisch medewerkers kunnen meespelen om spel ‘op gang’ te brengen, om samenspel te stimuleren, nieuw spel te introduceren of vastgelopen spel te verdiepen. Dit kunnen zij doen door bijvoorbeeld nieuwe attributen te introduceren uit te dagen of vragen te stellen. Ook kiezen pedagogisch medewerkers er soms voor om zich even niet te mengen in het spel om te zien hoe het zich ontwikkeld, welke ideeën de kinderen hebben en voor welke oplossing ze kiezen. Door gebruik te maken van gezelschapspelletjes leren kinderen spelregels , wat mag wel en wat mag niet. Je kan winnen en je kan verliezen. Het samen spelen wordt hierdoor gestimuleerd. Levensecht: spelenderwijs de wereld ontmoeten 7
Levensecht houdt letterlijk in dat we aandacht hebben voor situaties uit het dagelijkse leven. We geven kinderen uitleg over thema’s van de wereld en we besteden aandacht aan de natuur . Levensecht betekent dan ook dat we er letterlijk op uit gaan met de kinderen. Zo leren we kinderen dat ze deel uitmaken van de maatschappij en laten we letterlijk zien hoe divers de maatschappij is en dat er gewoontes en afspraken zijn. Denk bijvoorbeeld aan hoe feesten worden gevierd of de regels in het verkeer. Tijdens groepsgesprekjes aan tafel of individuele gesprekjes worden kinderen uitgedaagd te vertellen over wat zij beleefd hebben of wat hen bezig houdt: naar de dierentuin-, met vakantie-, uit logeren-, naar de dokter geweest of wat heb je gegeten, het regent-, stormt-, sneeuwt buiten, of mama krijgt een baby’tje. Pedagogisch medewerkers luisteren goed, vragen door, brengen soms andere thema’s in en leren kinderen te vertellen en naar elkaar te luisteren. Wanneer we het over bepaalde onderwerpen hebben maken wij dit inzichtelijk door echte voorwerpen te laten zien of door middel van plaatjes en boekjes. Op dezelfde wijze laten wij hen nieuwe dingen ontdekken. Op de groepen wordt er gewerkt met levens echte materialen, er is een keukentje waar kinderen kunnen “koken” . Pannen, borden, bestek, verkleedkleren, attributen behorend bij bepaalde beroepen, verpakking van doosjes uit de winkel, stoffer- en blik, bezem, enz. zijn op de groepen herkenbaar aanwezig. De pedagogisch medewerker vraagt bij onbekend materiaal wat het is en hoe het gebruikt wordt. Is dit de kinderen niet bekend dat doet zij dit voor. Bijvoorbeeld, tijdens het tafelmoment laat zij de kinderen zien hoe je mes en vork vasthoudt en hoe je een boterham smeert. Kinderen helpen ook mee om de tafel te dekken en met het uitdelen van het eten en drinken. Kinderen vanaf twee jaar mogen zelf hun drinken inschenken. En soms mogen de oudere kinderen onder toezicht van de pedagogisch medewerker helpen om aan een jonger kind een flesje te geven of een fruithap. Regelmatig worden er thema hoeken ingericht met veel echte materialen. Ouders en kinderen worden hier ook bij betrokken en gevraag of ze thuis spullen hebben die we in de thema hoek kunnen gebruiken. Natuur Er wordt aandacht besteed aan de seizoenen door, naar buiten te gaan, er over te praten, te zingen, spelletjes te doen, te bewegen op muziek, boekjes te lezen en er over te knutselen. Op locatie De Boomhut staan grote bomen in de tuin. We kunnen de bladeren zien verkleuren, heerlijk in de gevallen bladeren spelen in de herfst en genieten van de schaduw in de zomer. Regelmatig gaan we ook naar buiten met de kinderen, we maken een wandeling door de wijk, spelen op het grasveld van school of gaan de eendjes voeren. Zindelijkheid Zindelijkheid wordt gestimuleerd op de groep, als een kind hieraan toe is rond de leeftijd van 2,5 jaar. De kinderen wordt geleerd om op de wc te gaan tijdens de verschoningsronde. Zij zien hoe de andere kinderen dan doen. De pedagogisch medewerker vraagt of het dit ook eens wil proberen? Met zindelijkheidstraining wordt pas gestart als het kind er aan toe is en de ouder hier thuis ook mee aan de slag gaat. Een goede samenwerking met ouders is hierin belangrijk omdat dezelfde aanpak thuis en op het kinderdagverblijf het beste resultaat oplevert. Het kind wordt wat vaker meegenomen naar het toilet. Ieder keer dat een kind op het toilet een plasje doet of poept, wordt het beloond met een compliment en een sticker. ‘Ongelukjes’ horen erbij, hier wordt behalve dat het kind verschoond wordt zo min mogelijk aandacht aan besteedt. Na het toilet bezoek leren wij de kinderen hun handen te wassen.
Feesten
8
Verjaardagen worden op de groep gevierd, de jarige wordt in het zonnetje gezet en toegezongen, ook afscheid, de geboorte van een broertje of zusje worden gevierd op de groep. Het vieren van de feestdagen doen we gezamenlijk met de peuterspeelzaal en de basisschool. Zo ontbijten de kinderen met elkaar rond de paasdagen, halen we met het hele Kindcentrum Sinterklaas binnen, zetten we met elkaar onze schoen op een mooi versierd podium. Tussen Kerst en Oud en Nieuw is COKD gesloten. Voor die tijd staan dan heel veel kerstbomen en anderen versiering in het Kindcentrum. Ook doen we altijd mee met de Koningsspelen. Uitstapjes Als de verhouding aantal kinderen/pedagogisch medewerkers dit toelaat worden uitstapjes gemaakt naar een speeltuin in de buurt of worden bijvoorbeeld de eendjes gevoerd. Ook gaan we met elkaar naar de supermarkt of bezoeken we de kinderboerderij. Participatie: kinderen hebben een stem Tijdens ‘vrijspel momenten’ mogen kinderen aangeven wat ze willen spelen. Gedurende de dag stellen pedagogisch medewerkers geregeld de vraag: ‘Wat, waar en met wie wil je spelen’. Ook kunnen de kinderen kiezen uit met welke materialen zij willen werken, wat zij willen knutselen en naast wie zij willen zitten en wat zij op brood willen. Pedagogisch medewerkers respecteren zo mogelijk de keuze van de kinderen, de veiligheid van het kind zelf of de anderen kinderen mag hierbij niet in gevaar komen. Een groot aantal van de materialen staan laag in open kasten of in bakken, dit nodigt uit om speelgoed en attributen zelf te pakken. De bakken en de hoeken zijn voorzien van naam en foto. Zo is voor de kinderen duidelijk waar ze kunnen spelen en wat waar in zit. Kinderen worden uitgenodigd om zelf te doen wat ze zelf kunnen: zelf aan en uitkleden, boterham smeren, helpen tafeldekken en opruimen etc. Ouderbetrokkenheid Ouderbetrokkenheid houdt in dat u actief betrokken wordt bij de ontwikkeling van uw kind en zich daarvoor verantwoordelijk voelt. Betrokkenheid van thuis leidt er meestal toe dat kinderen meer zelfvertrouwen hebben. Dat zij voelen dat thuis en het kinderdagverblijf verbonden zijn, elkaar aanvullen en versterken. Wij betrekken ouders op de volgende manieren: Intake: Voorafgaand aan de plaatsing van een kind op het kinderdagverblijf vindt een gesprek plaats met ouders. Informele contacten tijdens halen en brengen: Tijdens de brengmomenten informeren de pedagogisch medewerkers bij de ouders hoe het met het kind thuis is gegaan. Bij het halen van de kinderen vertellen pedagogische medewerkers aan ouders hoe de dag is verlopen en wat er is gedaan. Ouderbijeenkomsten: Tijdens ouderbijeenkomsten kunnen ouders zien op welke manier de kinderen de afgelopen periode bezig zijn geweest met een bepaald thema. Tevens kunnen zij zien met wie de kinderen spelen en hoe zij de groepsruimte gebruiken. Ouders kunnen ook zien hoe de pedagogisch medewerkers omgaan met de kinderen. Oudergesprekken: Om met ouders echt rustig op een aantal zaken in te gaan, worden zij op de kinderdagverblijven naast het intake gesprek minimaal 1 keer per jaar persoonlijk geïnformeerd over de ontwikkeling van hun kind. Schriftelijke en/of digitale oudercontacten: Op de kinderdagverblijven hangen mededelingenborden met mededelingen of interessante artikelen. Alle ouders ontvangen regelmatig een nieuwsbrief met informatie over het thema dat op dat moment centraal staat in het kinderdagverblijf. Er staan suggesties in voor activiteiten thuis, liedjes, versjes, informatie over prentenboeken die bij het thema passen en een begrippenlijst van thema woorden. 9
Ouderactiviteiten: Elke kinderdagverblijf organiseert op eigen wijze ouderavonden en feesten als Sinterklaas en Kerst waarbij ook ouders uitgenodigd worden. De basisschool Binnen het Kindcentrum is de samenwerking met school belangrijk. De Boomhut werkt samen met de volgende school De Keerkring, De Driehoek en De Meridiaan.. Op locatie De Boomhut ( binnen Kindcenrtum De Keerkring) werken we zoveel mogelijk samen met de peuterspeelzalen en de onderbouw van de basisschool. Uitwisseling en gebruik maken van elkaars expertise en faciliteiten is hierbij een belangrijk speerpunt. Wij willen op deze manier streven naar een goede doorgaande ontwikkelingslijn voor kinderen. Met de peuterspeelzalen, zijn planningen gemaakt waarbij iedereen op het zelfde moment met de zelfde thema’s werkt. Ook op het gebied van zorg en begeleiding is het contact met de basisschool erg belangrijk. Voor alle kinderen die een kinderdagverblijf hebben bezocht en naar de basisschool gaan of om andere redenen het kinderdagverblijf verlaten wordt het stedelijk overdrachtsformulier ingevuld. Dit is een observatieformulier waarop in het kort de ontwikkeling van het kind kan worden weergegeven. Indien er sprake is van zorg rondom het kind wordt dit toegelicht op het formulier. Het formulier wordt aan de betrokken basisschool van de kind overhandigd of opgestuurd. Wanneer kinderen om een andere reden dan de start op de basisschool het kinderdagverblijf verlaten wordt het overdrachtsformulier aan de ouders meegegeven. Bij zorgkinderen die naar de basisschool gaan, wordt gezorgd voor een warme overdracht, d.w.z. dat er een overdrachtsgesprek plaatsvindt tussen de medewerkers van het kinderdagverblijf en de basisschool om de ontwikkeling van het kind en andere relevante informatie te bespreken. Dit gebeurt altijd in overleg en na toestemming van de ouders. De overgang van de kinderopvang naar de basisschool is een grote stap. De pedagogisch medewerkers hebben de ontwikkeling en het welbevinden van kind gevolgd en geregistreerd. Dit is waardevolle informatie voor de basisschool en voor uw kind. De leerkrachten van de basisschool kunnen uw kind beter begeleiden op basis van de informatie uit de observatiegegevens. Deze gegevens worden bewaard in het kind dossier en in het belang van uw kind overgedragen aan de school. Vanzelfsprekend na uw toestemming. Om de overgang naar de basisschool zo soepel mogelijk te laten verlopen, zijn er binnen de gemeente Dordrecht / Westmaas afspraken gemaakt over een inhoudelijke doorgaande lijn, middels het peuter kleuter overdrachtsformulier ( blauwe boekje). Groepsindeling De groep is voor kinderen de veilige basis. Kinderen hechten zich aan pedagogisch medewerkers en de andere kinderen. Vertrouwde gezichten geven een veilig gevoel. Binnen COKD Kinderopvang wordt gewerkt met horizontale groepen (babygroepen van 0 tot 2 jaar en peutergroepen van 2 tot 4 jaar) en verticale groepen (0 tot 4 jaar). Op locatie De Boomhut wordt gewerkt met een verticale groep. In verticale groepen zitten kinderen van 0 tot 4 jaar en zijn de verschillen tussen kinderen onderling groter. Op deze groepen is een gevarieerd dagritme dat past bij baby’s, dreumesen en peuters. Jongere kinderen kunnen door alleen maar te kijken al veel leren van de oudere kinderen. Oudere kinderen leren omgaan en rekening houden met jongere kinderen. Op verschillende locaties wordt een aanvullend activiteitenprogramma voor kinderen vanaf 3 jaar aangeboden. Binnen dit aanbod krijgen de kinderen spelenderwijs een extra stimulans in de voorbereiding op de basisschool.
10
Onze professionele, flexibele en creatieve pedagogisch medewerkers zorgen in de diverse soorten groepen dat alle kinderen voldoende passende aandacht en uitdaging krijgen. Omvang van kinderdagverblijf De Boomhut en de samenstelling van de groepen De Boomhut heeft 1 verticale groep ( De Monkeys). Een verticale groep is een groep van maximaal 16 kinderen in de leeftijd van 0 tot 4 jaar,( met een maximum aantal kinderen voor elke leeftijdsgroep), met 3 pedagogisch medewerkers. De kinderen maken deel uit van een vaste stamgroep. Dagelijks kunnen er leeftijdsgebonden activiteiten plaatsvinden; de kinderen verlaten dan voor de desbetreffende activiteit, met een groepje, hun stamgroep. Flexibele opvang Naast vaste opvangdagen bieden wij ook flexibele opvang aan. Wij vinden het belangrijk om kinderen een omgeving te bieden waarin zij zich veilig kunnen voelen én waarin wij kinderen goed kunnen volgen in hun welbevinden. Om dit ook bij flexibele opvang te kunnen blijven waarborgenzijn de volgende voorwaarden van toepassing. Richtlijnen bij flexibele opvang naast een reguliere plaatsing: Kinderen behouden hun eigen mentor. Deze is contactpersoon voor ouders en pedagogisch medewerkers van de andere groepen. Indien mogelijk wordt het kind opgevangen op de stamgroep. Wanneer de capaciteit beroepskracht – kind ratio dit niet mogelijk maakt wordt uitgeweken naar de aangrenzende groep. Daarna zal er gekeken worden naar beschikbare plekken op de groepen en eventuele andere factoren die van belang kunnen zijn voor het kind. Bijvoorbeeld de aanwezigheid van een broertje of zusje op een andere groep. De mentor zorgt vooraf dat de betreffende groep geïnformeerd is over eventuele bijzonderheden of voorkeuren van het kind. Bij een geheel flexibele plaatsing zijn geen vaste dagen bekend waarop een kind komt. Er wordt vooraf gekeken in welke groep een kind op welke dag geplaatst zal worden. De volgende richtlijnen worden daarbij gehanteerd: - Een kind met geheel flexibele opvang krijgt twee mentoren toegewezen van twee verschillende groepen. Een mentor en een achterwacht. - Het intakegesprek vindt, indien mogelijk, plaats met beiden. De mentor is contactpersoon voor ouders en pedagogisch medewerkers van de vestiging. Bij afwezigheid van de mentor is de achterwacht aanspreekpunt. - De mentor draagt zorg voor het kinddossier. - Het kind wordt indien mogelijk geplaatst op de groep van de mentor. Indien dit niet mogelijk is zal worden gekozen voor de aangrenzende groep. Daarnaast wordt er gekeken naar beschikbare plekken op de groepen en eventuele andere factoren die van belang kunnen zijn voor het kind. De mentor zorgt vooraf dat de betreffende groep geïnformeerd is over het betreffende kind. - De mentor zorgt dat hij/zij op de hoogte is van hoe het is gegaan met een kind op de groepen waar het is geweest. - Er wordt een evaluatiegesprek gepland na drie maanden. Daarin wordt besproken hoe de opvang ervaren wordt door alle partijen. Belangrijkste uitgangspunt is de reactie van een kind op de flexibiliteit van de opvang. Het belang van het kind staat centraal. Gedurende de flexibele opvang wordt er altijd kritisch bekeken of dit kind deze vorm van opvang aankan. - Bij alle kind besprekingen worden de kinderen besproken die een flexibele plaats hebben. Openingstijden en bereikbaarheid
11
De Boomhut is 51 weken per jaar geopend op maandag tot en met vrijdag, tussen 7.00-18.00 uur. Alleen op officiële feestdagen en tussen Kerst en Oud en Nieuw is De Boomhut gesloten. Tussen 7.00 en 9.30 kunt u uw kind(eren) brengen, ophalen kan tussen 16.30 en 18.00. Tussen 9.30 en 16.30 volgen we het dagritme en is het onrustig voor de groep wanneer u uw kind(eren) komt brengen of halen. Mocht u eerder komen, dan vragen wij u van te voren even te bellen naar de pedagogisch medewerkers van de groep. Wanneer uw kind op een reguliere opvang dag niet aanwezig is vanwege ziekte of om andere redenen, verzoeken wij u om uw kind ’s morgens voor 8.00 af te melden. Ook vinden wij het fijn als u vooraf de vakantie van uw kind(eren) doorgeeft. Wij kunnen hier dan rekening mee houden. U kunt bij het brengen en halen van uw kind(eren) uw auto in de wijk parkeren. Wij verzoeken u vriendelijk om hiervoor gebruik te maken van de parkeervakken. Pedagogisch medewerkers De grootte van de groep en het aantal kinderen per pedagogisch medewerker is vastgelegd in de Wet Kinderopvang. Wij houden ons aan deze afspraken. Op groep De Monkeys werken 3 vaste pedagogisch medewerkers. Per dag is minstens een van hen aanwezig. Deze vaste pedagogisch medewerkers zijn het aanspreekpunt voor ouder en kind. De pedagogisch medewerkers van De Monkeys zijn: Patricia Bosua: dinsdag tot en met vrijdag Natascha Bosch: maandag, dinsdag, donderdag ochtend. Anouk van der Wal: maandag, donderdag, vrijdag. Christy Koppelaar: Woensdag. ( flex) Het werkrooster hangt ter inzage op het informatiebord in de groep. Wij streven naar continuïteit in de personeelsformatie. Bij ziekte of afwezigheid van een van de pedagogisch medewerkers wordt in eerste instantie een flexwerker uit de pool van COKD ingezet. Wanneer dit niet mogelijk is zal er een uitzendkracht opgeroepen worden. Voor de flexwerkers en medewerkers van het Uitzendbureau geldt ook dat zij beschikken over een diploma dat voldoet aan de eisen die de cao Kinderopvang stelt en dat zij beschikken over een VOG. Zij legitimeren zich aan het begin van de dienst en de pedagogisch medewerker controleert de gegevens. Daarnaast is er ruimte voor stagiaires, deze staan boventallig op de groep. Zij worden begeleid door een ervaren gediplomeerd pedagogisch medewerker. Deze heeft de cursus ‘werkbegeleiding’ van Calibris gevold en valt onder de eindverantwoordelijkheid van de locatiemanager en de praktijkopleider. De pedagogisch medewerkers werken in verschillende diensten. Tussen 7.00-8.00 wordt er samengewerkt met de BSO. Dit houdt in dat de eerste medewerker van De Monkeys om 7.00 of om 8.00 begint. Als de dienst om 8.00 begint, zijn er tussen 7.00 en 8.00 twee pedagogisch medewerkers van de BSO aanwezig. Iedere dag is er een medewerker van De Monkeys aanwezig tot 18.00. Zij zal een overdracht geven. De anderen collega werkt tot 17.00/
Zorg coördinator.
12
Regelmatig is op de locatie een zorgcoördinator aanwezig. De zorgcoördinatoren ondersteunen vanuit het Pedagogisch expertisecentrum (PEC) op de locaties bij vragen rondom kwetsbare kinderen. Het kan hierbij gaan om opvallend gedrag, een ontwikkelingsachterstand op één of meerdere gebieden of het signaleren van kindermishandeling. Afhankelijk van de vraag betreft de ondersteuning een observatie op de groep, coaching van medewerkers en/of begeleiding bij gesprekken met ouders. Tevens coördineren zij het aanbod voor de begeleiding op de groep. Achterwachtregeling Wanneer er aan het begin en het einde van de dag, minder kinderen aanwezig zijn zodat er met 1 pedagogisch medewerker aan de beroepskracht – kind ratio wordt voldaan of wanneer een pedagogisch medewerker alleen op de groep staat (bijvoorbeeld tijdens pauzes), dan is ondersteuning van deze pedagogisch medewerker door een andere volwassene ( achterwacht) geregeld. Er zijn aan het begin en het einde van de dag altijd minimaal 2 pedagogisch medewerkers aanwezig binnen de locatie. En in pauze tijden is altijd de helft van het verplichte aantal pedagogisch medewerkers aanwezig. Er wordt altijd voldaan aan de locatie ratio, dit is het minimale aantal pedagogisch medewerkers dat, gezien het aantal kinderen, per locatie aanwezig moet zijn. De locatie ratio geldt ook wanneer kinderen tijdelijk hun stamgroep / basisgroep verlaten bij activiteiten. Het maximaal aantal kinderen per pedagogisch medewerker blijft wel van kracht, maar geldt dan voor de totale aantal kinderen op de locatie. We hanteren voor de groepsgrootte de rekentool ‘beroepskracht – kin ratio’( zie de website: www.rijksoverheid.nl) Vierogenprincipe: Op onze locatie wordt zorgvuldig gewerkt aan het toepassen van het vierogenprincipe. Dit houdt in dat zoveel mogelijk wordt voorkomen dat pedagogisch medewerkers zich met een of een aantal kinderen kunnen isoleren. Als een pedagogisch medewerker alleen op de groep staat, kan er altijd een andere volwassene mee kijken of mee luisteren. Deze maatregelen hebben als doel de risico’s in de kinderopvang te minimaliseren en kinderen in een beschermde en veilige omgeving op te vangen. De volgende afspraken zijn op de locatie gemaakt om te voldoen aan het vierogenprincipe:
Tijdstip
Welke ruimte?
Meerdere malen per dag gedurende de openingstijde n. 7.00-18.00 uur
Slaapruimtes
Groepsruimtes Aan het begin en eind van de dag en tijdens de pauzes, 7.00-9.00 13.00-15.00
Acties / afspraken
Door wie?
De babyfoon staat standaard ingeschakeld als personeel in de slaapruimte aanwezig is Pm-ers benoemen naar elkaar als zij een kind meenemen naar de slaapruimte. Pm-ers lopen met regelmaat de slaapruimte binnen zonder kloppen. Er mag niets voor het raam hangen, om doorkijken te garanderen.
Pm-ers
Aan het begin van de dag wordt er geopend op 1 groep. Er is vanuit de hal zicht op alle groepen. Er is vanaf de speelterreinen zicht op de groep. Tussen 7.00-9.30 en 17.00-18.00 lopen er ouders zonder aankondiging de groepen op. Tussen 9.00-11.30 zijn de medewerkers van de
Pm-ers
13
en 17.00 18.00 uur
Gang
Meerdere malen per dag.
Zo nu en dan
Uitstapjes
Meerdere malen per dag
verschoonruimt es
Meerdere malen per dag
Algemene keuken, wasruimte, voorraad kast en kantoor
Buiten speelruimtes (algemeen)
Meerdere malen per dag
naastgelegen PSZ aanwezig. Tussen 8.00-16.00 zijn de leerkrachten in school aanwezig. Er is vanuit alle groepen zicht op de gang via de vele ramen, medewerkers lopen regelmatig de gang op. Er wordt soms gewerkt met open deuren Er zijn geen afsloten hoeken waar kinderen of volwassenen zich kunnen terugtrekken Wij werken volgens de werkinstructie ‘kinderen onderweg 0-4 jaar’ Uitstapjes vinden altijd plaats met 2 volwassenen Pm-ers zijn bekend met dit protocol, dit komt jaarlijks terug in het teamoverleg. Verschoonruimtes zijn transparant, in de groepsruimte geplaatst. Pm-ers benoemen het naar elkaar als zij een kind meenemen naar de verschoonruimte. Pm-ers benoemen naar elkaar als zij een kind meenemen naar deze ruimtes. Pm-ers lopen met regelmaat de ruimtes binnen zonder kloppen. Deuren blijven voor zover dat mogelijk is (wasruimte, kantoor) open staan (er blijft contact met andere ruimtes) Pm-ers weten van elkaar wanneer er kinderen/volwassenen buiten spelen Er wordt regelmatig bij elkaar gekeken (minimaal om de 10 minuten) Er is zicht vanuit de binnenruimtes op de buitenruimtes
Pm-ers
Pm-ers en kwaliteitsm edewerker Pm-ers
Pm-ers
Wennen op het kinderdagverblijf De wenperiode op het kinderdagverblijf is een periode waarin vertrouwde relaties worden opgebouwd. Relaties tussen onze pedagogisch medewerkers en de ouders, tussen het kind en de pedagogisch medewerkers en tussen de kinderen onderling. Rekening houdend met de verschillende wensen en behoeften van kinderen en ouders helpen we kinderen bij het afscheid nemen en begroeten. We kijken goed wat het kind nodig heeft en hoe we het kind het beste kunnen ondersteunen. Voor de een is dat een uitgebreid ritueel, voor de ander een knuffel als steun of afleiding. Voor sommige kinderen biedt inzicht in het dagprogramma voldoende houvast om gerust aan de dag te beginnen.
Nieuwe kinderen moeten hun weg vinden in de groep. De pedagogisch medewerkers doen hun best om uw zich zo snel mogelijk thuis te laten voelen in de groep. Wanneer uw kind geplaatst is, heeft u recht op 3 wenmomenten. Het eerste wenmoment is het kennismakingsgesprek dat u met een van de pedagogisch medewerkers zal hebben. Tijdens dit gesprek zullen er, indien nodig, nog 2 wenmomenten met u worden afgesproken. Dit zijn altijd twee dagdelen en dit wordt gepland in overleg met de pedagogisch medewerkers. Een wenperiode wordt altijd begeleid door een vaste pedagogisch medewerker. Specifieke afspraken worden vastgelegd op het wenformulier. Kinderen mogen zo rustig wennen aan de medewerkers, kinderen en ruimtes. We proberen ervoor te zorgen dat een nieuw kind zich snel ‘thuis’ 14
voelt. Het is van groot belang dat een van beide ouders / verzorgers in deze periode beschikbaar is om het kind eerder op te halen of gezamenlijk te wennen. Wij bouwen een vertrouwensband op met de ouders / verzorgers door met name gedurende de wenperiode extra aandacht aan ouders / verzorgers te besteden. Dit kan ook doordat de wenkinderen op andere tijden binnenkomen en weggaan, dan de reguliere kinderen. Daarnaast geven we aan ouders / verzorgers aan dat ze mogen bellen als ze daar behoefte aan hebben. Mocht eruit de wenperiode blijken dat een kind langer tijd nodig heeft om te wennen, dan worden er, in overleg met de ouders / verzorgers, nog meer wen dagen gepland. Voor de kinderen die van KDV doorstromen naar BSO worden ook in overleg met de ouders / verzorgers wenafspraken gemaakt. Stap voor Stap gaan de kinderen meer uurtjes doorbrengen op de BSO, meestal in combinatie met het wennen op school. De ouders / verzorgers worden over het wennen geïnformeerd en ze worden uitgenodigd voor een gesprek om kennis te maken met de pedagogisch medewerkers op de BSO. Drie maanden na de start, wordt de wenperiode afgesloten. De ouders / verzorgers ontvangen een formulier waarop zij kunnen aangeven hoe zij de wenperiode ervaren hebben. In een kort evaluatiegesprek maken de pedagogisch medewerkers en de ouders / verzorgers zo nodig vervolgafspraken. Wanneer een kind vanuit een bestaande plaatsing doorstroomt naar een andere groep zal er op de geplande wenmomenten op beide groepen een plekje gegarandeerd worden binnen de beroepskracht – kind ratio. Dagindeling Het dagritme: 7.00-9.30 9.30-10.00 10.00-11.30 11.30-12.30 12.30-15.00 15.00-15.15 15.15 – 18.00
Kinderen worden gebracht, vrij spel. Drinken / cracker eten. Activiteit Lunch Slapen, activiteit binnen /buiten Drinken/ fruit eten Activiteit binnen/ buiten, kinderen worden gehaald.
Bij de allerkleinste verschilt het ritme per kind en wordt het eigen ritme van slapen en drinken gevolgd. De kinderen groeien langzaam vanuit hun eigen ritme naar het dagritme toe. Wanneer de ouder / verzorger vertrekt, neemt het kind afscheid door bijvoorbeeld met de pedagogisch medewerker te zwaaien. Hoe moeilijk het soms ook is, duidelijk afscheid nemen is heel belangrijk voor een kind. Aan de kinderen die het afscheid nemen moeilijk vinden, geven we extra aandacht. We nemen de tranen serieus, maar proberen ook met een gesprekje of wat speelgoed het kind af te leiden. Om 9.30 beginnen we gezamenlijk de dag, we gaan met elkaar aan tafel en drinken iets en eten een cracker. Wanneer de kinderen oud genoeg zijn om mee te doen, krijgen ze ook een stukje cracker. De kinderen worden gestimuleerd om aan tafel iets te vertellen en we leren naar elkaar te luisteren. Na het eten en drinken wordt er vaak een liedje gezongen, voorgelezen of een spelletje gedaan.
15
Omdat dit ochtendritueel een gezamenlijke start van de dag is, is het van belang dat dit moment zo min mogelijk verstoord wordt. Daarom verzoeken wij ouders / verzorgers dringend hun kind voor 9.30 te brengen. Als ouders / verzorgers later willen komen, horen we dit graag van te voren. De jongste kinderen hebben vaak nog hun eigen dagritme. Slaap – en voedingstijden worden in overleg met ouders / verzorgers bepaald. De pedagogisch medewerkers nemen deze jonge kinderen op schoot om de fles te geven. We streven er wel naar om uiteindelijk met ieder kind een ritme op te bouwen dat aansluit bij het ritme van de groep. Voor de jongste kinderen is standaard (fles)voeding aanwezig. Ook fruit, tussendoortjes en de lunch worden volledig door ons verstrekt. Als uw kind een andere voeding krijgt vragen wij ouders/ verzorgers om de voeding zelf mee te nemen. Wij willen het graag weten als uw kind vanwege een allergie of geloofsovertuiging bepaalde producten niet mag eten. We houden rekening met diëten van kinderen. Nadat de monden gepoetst en de handen gewassen zijn, is het tijd voor een schone luier of tijd om even naar de wc te gaan. De oudere kinderen doen alles zoveel mogelijk zelfstandig. Voor de jongere kinderen geldt dat zij, wanneer zij daar aan toe zijn, op de wc gaan. De ontwikkeling van een kind naar zindelijkheid gaat veelal spelenderwijs. Na het toiletbezoek is er gelegenheid voor vrij spel en het doen van een gezamenlijke activiteiten. Kinderen die het moeilijk vinden om iets te bedenken, worden op weggeholpen door een pedagogisch medewerker. We stimuleren dat kinderen zelf op ontdekking gaan, ze mogen kiezen waar en met wie ze willen spelen. Daarnaast wordt er door de pedagogisch medewerkers dagelijks een thema gerichte activiteit aangeboden. Ook vinden af en toe groeps – overstijgende leeftijdsgebonden activiteiten plaats. Om ongeveer 11.30 gaan we ons voorbereiden op de lunch. Samen met de pedagogisch medewerkers ruimen de kinderen het speelgoed op waarmee ze hebben gespeeld.. Bij het tafeldekken worden de kinderen gestimuleerd om te helpen. Ook gaan de kinderen voordat ze aan tafel gaan nog even naar de wc en hun handen wassen. Tijdens de lunch mogen de kinderen zelf het beleg en drinken kiezen. De oudere kinderen worden gestimuleerd om zelf hun boterham te beleggen. Bijvoorbeeld door zelf de boter op het brood te smeren of er zelf plakjes kaas op te leggen. De kinderen leren netjes te eten, dat wil zeggen geen eten uitspugen, niet met eten gooien, korstjes opeten et cetera. Ook sociale interactie vinden wij belangrijk, zoals vragen om een nieuwe boterham of vragen om iets door te geven in plaats van zelf ver over tafel te reiken. Na het eten volgt er weer een verschoning- of plasronde en gaan er kinderen slapen. Zij kleden zich eerst uit en leggen hun kleren in hun eigen mandje. Ook hierbij wordt de zelfstandigheid gestimuleerd. Kinderen doen zoveel mogelijk zelf, helpen elkaar of vragen de pedagogisch medewerker om hulp. Voor elk kind is er een eigen mandje waar reservekleding en eventueel een speen of knuffel van het kind in liggen. Veel kinderen hebben een speen of een knuffel van thuis mee, dit geeft extra veiligheid om lekker te kunnen slapen. De kinderen krijgen hun speentje als ze gaan slapen of als ze verdrietig zijn. Soms wordt er voor het slapen gaan nog een boekje (voor)gelezen. De pedagogisch medewerker blijft, zo nodig, bij de kinderen in de slaapkamer totdat ze slapen. Als de kinderen slapen gaat de pedagogisch medewerker naar de nabije ruimte en wordt er iedere 15 minuten bij de kinderen gekeken. Ons uitgangspunt is dat alle kinderen een rustmoment nodig hebben. De oudste peuters bouwen het slapen langzaam af. De pedagogisch medewerkers nemen om de beurt pauze. 16
Als kinderen wakker zijn, mogen ze uit bed, naar het toilet en aankleden. De kinderen worden ‘opgefrist’ en hun haren worden gedaan. De kinderen worden gestimuleerd zoveel mogelijk zelf te doen, maar soms is het natuurlijk ook heel fijn om je lekker even te laten vertroetelen door de pedagogisch medewerker. Na het slapen, eten de kinderen fruit en wordt iets gedronken. Daarna is er weer volop gelegenheid om te spelen. Bij warm weer wordt er aan het einde van de dag extra water gedronken. Wij proberen elke dag met de kinderen naar buiten te gaan, zelfs als het koud is of als het regent. Wij vinden buiten spelen belangrijk en vragen daarom aan ouders/verzorgers om hun kinderen goed te kleden naar het seizoen en in comfortabel zittende kleding dat tegen een stootje kan. Ook een set reservekleding is wenselijk. Gebruik van ruimtes en buitenruimte Spelen en ontdekken is van groot belang voor de ontwikkeling van elk kind. Wij bieden een aantrekkelijk speelklimaat, afgestemd op de belangstelling en het ontwikkelingsniveau van het kind, zodat de kinderen volop de gelegenheid krijgen om hun (eigen) spel te spelen. Iedere groepsruimte beschikt over een aantal speelhoeken. Deze speelhoeken bieden mogelijkheden om alleen of met een klein groepje kinderen te spelen. Door de inrichting en vormgeving van een speelhoek, worden de kinderen uitgelokt tot de eigen spelsoort van zo’n speelhoek. Er is zeer divers spelmateriaal, voor allerlei ontwikkelingsgebieden, aanwezig. We bieden kinderen de gelegenheid om vanuit hun eigen stamgroep ook eens in een andere ruimte aan een activiteit deel te nemen of op onderzoek uit te gaan. Zo kunnen de kinderen in de thema hoek op de gang spelen of lekker bewegen in het speellokaal. De kinderen kunnen dagelijks buiten spelen. De locatie beschikt over een geschikte buitenruimte. Er zijn loopkarren, fietsen in verschillende maten en er is een zandbak met allerlei verschillend zandbakspeelgoed aanwezig. Ook zijn er allerlei sport- en spelmaterialen (hoepels, ballen et cetera) . De kinderen van De Boomhut delen de buitenruimte met de kleuters van school Hierdoor kunnen kinderen lekker fietsen en ravotten met leeftijdgenootjes. Voor de baby’s is er een aparte ruimte. Hier maken we gebruik van als de kleuters ook buiten spelen, Maar het fijnst vinden we het om met zijn allen bij elkaar buiten te spelen. Samen zorgen voor een veilige omgeving Ons streven is zorgdragen voor een zo veilig mogelijke omgeving, voor zowel kinderen, ouders als medewerkers. Jaarlijks kijken wij onder andere naar risico’s op het gebied van veiligheid en gezondheid, waarbij wij een inschatting maken van risico’s en naar hoe wij dit risico zo goed mogelijk kunnen beheersen. Om de veiligheid op de locatie te bevorderen hebben we ook uw medewerking nodig. Wij vragen u te letten op de volgende zaken. Zo werken we samen aan een veilige omgeving voor de kinderen. Huisregels locatie De Boomhut - Wij verzoeken u te parkeren in de daarvoor bestemde parkeervakken en fietsen niet direct voor de ingang te plaatsen maar in het fietsenrek. - Wilt u de hekken op de speelplaats na binnenkomst of vertrek altijd sluiten ? - Deurbel/intercom. U kunt aanbellen bij de groep van uw kind. De pedagogisch medewerker zal door de intercom vragen voor wie ze open kan doen. U noemt uw naam en er wordt opengedaan. - Sluit alle deuren na binnenkomst of vertrek. Bij het openen van deuren eerst even door het glas kijken of er geen kinderen achter zitten of staan. 17
-
-
In het gehele kindercentrum, op de pleinen en nabij de entree mag niet worden gerookt. Gebruik van sieraden. Kinderen die nog slapen op de opvang, mogen tijdens het slapen geen sieraden aanhouden. Als u uw kind komt halen / brengen wilt u dan uw tas bij u houden en niet op een plek neerzetten waar kinderen erbij kunnen komen. Er kunnen voor kinderen gevaarlijke spullen (medicijnen, sigaretten) in zitten. Wordt uw kind opgehaald door iemand anders dan gebruikelijk? Wilt u dit dan doorgeven aan de pedagogisch medewerker van de groep? Wij geven uw kinderen niet mee aan onbekenden als u dit niet van tevoren heeft doorgegeven. Deze persoon dient tenminste 14 jaar of ouder te zijn.
Aanbod activiteiten binnen en buiten Georganiseerde activiteiten zijn een belangrijk onderdeel van het aanbod op onze kinderdagverblijven. Het zorgt voor afwisseling in het dagprogramma en daagt kinderen uit om nieuwe dingen te leren. Er wordt rekening gehouden met de verschillen in belangstelling, leeftijd, sekse en ontwikkelingsniveau. Kinderen kiezen zelf of ze mee willen doen. Als ze de keus maken voor een activiteit, stimuleren we ze wel om deze af te maken. In het activiteitenaanbod komen alle ontwikkelingsgebieden van kinderen aan bod. We streven naar een zo gevarieerd mogelijk aanbod: (voor)lezen, bewegen, rollenspel, knutselen, muziek, natuurbeleving, et cetera. Activiteiten kunnen spontaan ontstaan, bijvoorbeeld omdat kinderen aangeven graag te willen verven. Activiteiten zijn gericht op het vergroten van de totale ontwikkelingskansen van de kinderen en gericht op zowel de taal- en cognitieve ontwikkeling als ook sociale, emotionele, creatieve en lichamelijke ontwikkeling. Op het kinderdagverblijf wordt op elke groep dagelijks minimaal één geplande binnen activiteit en één geplande buitenactiviteit aangeboden. Deze activiteiten kunnen in een wekelijks activiteitenprogramma worden bedacht en uitgevoerd. Naast de dagelijkse activiteiten worden soms uitstapjes georganiseerd. Dit kunnen uitstapjes zijn naar de kinderboerderij of de bibliotheek maar ook gewoon een wandeling door de buurt.
Dagelijks worden er activiteiten aangeboden. Het kan dan gaan om creatieve -, muziek - , taal - , beweegof andere activiteiten. Deze ontwikkelingsgerichte activiteiten worden verspreid over wisselende dagen, zodat de kinderen in een week aan verschillende activiteiten kunnen deelnemen. Voor de kinderen gaat het bij knutselwerk nog niet om het resultaat, maar meer om de ervaring met verschillende materialen en activiteiten. Hoe ‘voelt’, ‘kraakt’ of ‘smaakt’ het materiaal. Soms heeft een kind iets gemaakt wat mee naar huis genomen kan worden en soms is het een gezamenlijk kunstwerk voor de groep. Tijdens de verzorgende activiteiten, zoals het verschonen, aankleden, haren kammen of het geven van de fles geven we veel individuele aandacht aan het kind. Dit zijn uitgesproken momenten om even heel intens met een kind bezig te zijn. Daarnaast is er ook tijd voor vrij spel van de kinderen en de pedagogisch medewerkers maken tijd voor activiteiten in een één op één situatie bijvoorbeeld knuffelen op de bank, een boekje lezen, puzzel maken of meespelen in een speelhoek.. Met de kinderen van het KDV die niet meer slapen tussen de middag, worden op dat moment extra activiteiten ondernomen, zodat ze extra uitgedaagd worden in hun ontwikkeling. Bewegen is belangrijk voor de gezondheid en de totale ontwikkeling van een kind. De basis voor een goede motorische ontwikkeling wordt al gelegd in de eerste zes maanden. Door veel en gevarieerd te bewegen, leert een kind veel verschillende bewegingen onder de knie te krijgen. Het is dus van belang om jonge 18
kinderen veel te laten spelen en bewegen. Op deze manier ontdekken ze de wereld om zich heen en door het vrije spelen en de dagelijks terugkerende activiteiten groeien ze. Daarom bieden wij jonge kinderen voldoende gevarieerde beweeg- en speelmogelijkheden, zowel binnen als buiten. Ook worden er wel eens uitstapjes met de kinderen gemaakt, zoals een wandeling of een bezoek aan de supermarkt . Er wordt voor KDV voor de jongste kinderen gebruik gemaakt van wandelwagens. Als we op stap gaan hanteren we het ‘veilig onderweg” beleid. Hoofdstuk 2. Algemene praktische informatie Intake Wanneer uw kind geplaatst is, heeft u recht op drie wenmomenten. Het eerste wenmoment is het intakegesprek dat u met een van de pedagogisch medewerkers heeft. Doel van het intakegesprek is een wederzijdse kennismaking. We zullen ook onze werkwijze en huisregels met u doornemen. Tijdens het intakegesprek spreken we, indien nodig, nog twee wenmomenten met u af. Dit zijn altijd twee dagdelen en gaat in overleg met de pedagogisch medewerker. Een wenperiode wordt altijd begeleid door een pedagogisch medewerker van het vaste team. Wanneer uw kind drie maanden op de groep is, vindt er een evaluatie plaats. De pedagogisch medewerker van de groep bespreekt dan, aan de hand van een evaluatieformulier, een aantal vragen met u. Indien u zelf nog op- of aanmerkingen heeft, kunt u deze ook aangeven op het formulier en dit bespreken met de pedagogisch medewerker. Bij de overgang naar een andere groep wordt u opnieuw uitgenodigd voor een gesprek en maken we in overleg met u wenafspraken. Brengen en halen Iedere locatie heeft vaste openingstijden. Bij de locatie-informatie in hoofdstuk 1 kunt u deze tijden lezen. De pedagogisch medewerkers zijn vaak voor openingstijd aanwezig om de nodige voorbereidingen te doen voor de dag. Wanneer de deur open is, mag u naar binnen toe. Het is niet de bedoeling dat u uw kind voor openingstijd achterlaat bij de pedagogisch medewerker. Pas vanaf de openingstijden vallen de aanwezige kinderen onder de verantwoordelijkheid van de pedagogisch medewerkers. De sluitingstijd van de locaties is 18:00 uur. Er wordt van u verwacht dat u ervoor zorgt dat uw kind op dat moment is/zijn opgehaald, omdat kinderen vanaf dat moment niet meer onder de verantwoordelijkheid vallen van de pedagogisch medewerkers. Indien u, om wat voor reden dan ook, niet op tijd op de opvang kunt zijn, dient u zelf iemand te regelen die uw kind(eren) voor 18:00 uur op kan halen. Geef in dat geval van te voren aan de locatie door dat iemand anders uw kind komt halen. Wordt het kind door iemand anders opgehaald en u heeft dit niet van te voren doorgegeven? Dan neemt de pedagogisch medewerker contact met u op om alsnog toestemming te vragen. De medewerkers van COKD Kinderopvang geven geen kinderen mee aan kinderen jonger dan 14 jaar. Indien u onverhoopt uw kind toch een keer te laat ophaalt, krijgt u van de aanwezige pedagogisch medewerker een formulier ter ondertekening. Indien uw kind binnen één kalenderjaar drie keer na sluitingstijd wordt opgehaald, worden voor het te laat ophalen kosten in rekening gebracht. Meenemen/niet meenemen De opvang die wij bieden is inclusief voeding. Indien uw kind dieetvoeding gebruikt vragen wij u te overleggen met de pedagogisch medewerkers. We zullen gezamenlijk kijken of we deze voeding kunnen bieden of dat u deze zelf van huis mee neemt. Een setje reservekleding maakt dat uw kind zich kan verkleden op het moment dat daar aanleiding toe is. 19
Voor veel kinderen kan een knuffel, of iets wat van thuis meegebracht is, een gevoel van veiligheid bieden. We willen u echter wel vragen daar zorgvuldige keuzes in te maken aangezien we met een groep kinderen te maken hebben. Het materiaal dient ook veilig te zijn voor de andere kinderen van de groep. Wanneer uw kind iets meebrengt van huis kunt u dit aangeven bij de pedagogisch medewerker. Wij kunnen niet aansprakelijk worden gehouden voor het zoekraken of kapot gaan van het meegebrachte materiaal. Voeding Eten is belangrijk voor kinderen. Minstens zo belangrijk is de sfeer waarin dit gebeurt. Als het gezellig is, is het fijn om met elkaar aan tafel te zitten. We zorgen daarom voor een goede sfeer en voldoende rust tijdens het eten. Wij hebben vaste eet- en drinkmomenten in ons dagprogramma. Voor de allerkleinsten houden we uiteraard het voedingsschema van thuis aan. U hoeft zelf geen voeding mee te brengen, alleen wanneer uw kind speciale voeding krijgt in verband met een allergie. Ook wanneer uw kind borstvoeding krijgt, kunt u dit meegeven. Tevens stellen wij u ook in de gelegenheid om borstvoeding te geven. Wanneer uw kind groot genoeg is en aan tafel kan mee-eten, houden wij ook rekening met eventuele allergieën en geloofsovertuigingen. Wij zijn ons bewust van de invloed die voeding op een gezonde levensstijl heeft. Overgewicht op jonge leeftijd vergroot de kans op overgewicht op volwassen leeftijd en kan veel gezondheidsproblemen opleveren. Wij willen een goede bijdrage leveren aan een gezonde toekomst van kinderen. Daarom is er een beleid opgesteld waarin wij vastleggen hoe wij omgaan met gezonde voeding. Trakteren Wij vinden gezonde voeding erg belangrijk. Dit geldt uiteraard ook voor traktaties. Uw kind mag trakteren bij verjaardagen of andere feestelijke gebeurtenissen. Graag dan wel met een gezonde traktatie. Dit is goed voor alle kinderen. Ook de kinderen die allergisch zijn voor niet-natuurlijke kleur-, geur- en smaakstoffen. Bij een gezonde traktatie kunt u denken aan vers fruit of zoete gedroogde vijgen/abrikozen of popcorn. Veel leuke en gezonde voorbeelden zijn te vinden op www.gezondtrakteren.nl. U kunt er ook voor kiezen om in plaats van eetbare traktaties te trakteren op kleine cadeautjes in de vorm van een mooie kaart, stickers of pen. Voor kinderen is het voldoende als een traktatie er vrolijk en leuk versierd uitziet. En het uitdelen ervan is voor een jarig kind al een leuke activiteit op zich! Voertaal Op onze locaties wordt Nederlands gesproken. Wij verzoeken u dan ook vriendelijk om op onze locaties de Nederlandse taal te gebruiken. Wanneer er binnen een gezin niet de Nederlandse taal wordt gesproken, is het belangrijk dat beide ouders met het kind de taal spreken die ze zelf goed beheersen. In die taal kun je je het beste uitdrukken. Een goede basis in deze ‘eerste taal’ is belangrijk voor het aanleren van het Nederlands als tweede taal. Als kinderen vanaf jonge leeftijd beide talen correct krijgen aangeboden, kan het aanleren en spreken van beide talen naast elkaar lopen. Kinderen die thuis een andere taal spreken dan op het kinderdagverblijf blijken goed onderscheid te kunnen maken tussen twee talen. Welbevinden en opvallend gedrag Pedagogisch medewerkers kijken altijd goed naar kinderen. Alle groepen hebben regelmatig overleg waarin wordt besproken hoe de groep functioneert en of kinderen zich prettig voelen. Hier worden ook de individuele kinderen besproken. Kinderen worden dagelijks geobserveerd. Minimaal eenmaal per jaar wordt op de kinderdagverblijven aan de hand van een observatiemethode de ontwikkeling van de kinderen in beeld gebracht. Zo kunnen we vaststellen of het goed gaat met een kind. En of we voldoende aansluiten bij de ontwikkeling van het kind. Als er naar aanleiding van de observaties of op andere momenten bij een kind ‘opvallend gedrag’ wordt geconstateerd of een ontwikkelingsachterstand wordt vermoed, kan het kind, na overleg met de ouders, 20
door een pedagogisch medewerker extra geobserveerd worden. Wij brengen in kaart waar de zorg zit en maken op basis hiervan een plan van aanpak. Wanneer er twijfels of zorgen blijven bestaan, verwijzen we in overleg met ouders door naar derden voor nader onderzoek. Het kan zijn dat een kind door gedrag, handicap of ontwikkelingsachterstand extra zorg nodig heeft. Als dit van tevoren bekend is, is het belangrijk dit bij de aanmelding aan te geven. Zodat zij kunnen overleggen of plaatsing mogelijk is en hoe dit in zijn werk gaat. Brede zorgketen Onze kinderopvang maakt deel uit van de brede zorgketen. Bij zorgen over een kind werken wij, in overleg met ouders, het sociale team, de jeugdteams en/of andere samenwerkingspartners in de zorgketen. Onze medewerkers zijn op de hoogte van het functioneren van de interne en externe zorgstructuur en weten wanneer en hoe zij deze kunnen inzetten. Zij stimuleren ouders om gebruik te maken van externe zorg als dat gewenst is. Pedagogisch Expertise Centrum Het Pedagogisch Expertise Centrum (PEC) houdt zich bezig met het vertalen van de pedagogische visie ‘Samen de Wereld Kleuren’ naar het pedagogisch beleid en bijbehorende beleidsdocumenten. Het PEC is verantwoordelijk voor het inrichten van pedagogische ondersteuning aan locaties volgens deze gezamenlijke visie. Medewerkers van het PEC ondersteunen bijvoorbeeld bij pedagogische vraagstukken op de groep. Daarnaast houdt het PEC zich overkoepelend bezig met het monitoren van de pedagogische kwaliteit op locaties. Zodat passende ondersteuning geboden kan worden en kan worden gesignaleerd of beleid eventueel vernieuwd moet worden. Ook adviseert het PEC binnen COKD inhoudelijk op het gebied van Voor- en Vroegschoolse Educatie, samenwerking met onderwijs, de uitvoering/inrichting van de zorgstructuur of ontwikkelingsgericht werken. Het PEC geeft antwoord op de vragen die gesteld worden aan de Opvoedcoach. Een online pedagogische vraagbaak waar opvoedvragen gesteld kunnen worden en pedagogische thema’s worden besproken. Signaallijsten/tienminutengesprekken Wij vinden het belangrijk dat kinderen goed in hun vel zitten en zich prettig voelen. Alleen dan kunnen zij zich optimaal ontwikkelen. Dagelijks krijgt u een goede overdracht wanneer u uw kind komt halen. Minimaal één keer per jaar wordt op de locatie een ‘signaallijst’ voor uw kind ingevuld. We doen dit om heel bewust te kijken of het goed gaat met uw kind. De pedagogisch medewerkers vormen zich een beeld van uw kind aan de hand van een vragenlijst. Er wordt onder andere gekeken naar het contact met andere kinderen, het contact met de groepsleiding en het spel en de activiteiten die uw kind leuk vindt. Nadat wij het observatieverslag hebben ingevuld, nodigen wij u uit voor een tienminutengesprek. Tijdens dit gesprek bespreken we het verslag met u en horen wij graag van u of onze bevindingen overeenkomen met uw eigen beeld van uw kind. Wij vinden de tienminutengesprekken erg waardevol en gaan graag met u in gesprek over het welbevinden van uw kind. Een goede informatieoverdracht over de ontwikkeling van uw kind kan bijdragen aan een goede afstemming van de thuis- en de opvangsituatie. Van het kinderdagverblijf naar de basisschool De overgang van het kinderdagverblijf naar de basisschool is een grote stap. Onze pedagogisch medewerkers hebben in de periode op het kinderdagverblijf gevolgd hoe uw kind zich voelt en heeft ontwikkeld. De informatie uit de tienminutengesprekken wordt bewaard in het kind dossier, in het belang van uw kind. Na uw toestemming zal het overdracht formulier peuter /kleuter doorgestuurd worden naar de basisschool.
21
Overdracht aan derden Gedurende de kinderopvangperiode is het mogelijk dat er informatie- en/of overdracht van kindgegevens met belanghebbende instanties (bijv. (huis)arts, ziekenhuis, specialist, basisschool, centrum voor jeugd en gezin (consultatiebureau), enz.) plaatsvindt. Dit gebeurt niet zonder uw medeweten. Indien overdracht van belang is wordt u hier van te voren over geïnformeerd. Er wordt met u gesproken over de inhoud van de overdracht, voor wie deze bestemd is en er wordt om uw (schriftelijke) toestemming gevraagd. In het toestemmingsformulier dat bij het intake- en kennismakingsgesprek met u is besproken, bent u over deze procedure geïnformeerd. Groepsgrootte De grootte van de groep en het aantal kinderen per pedagogisch medewerker(PM) is vastgelegd in de Wet kinderopvang. Wij houden ons aan deze afspraken. Deze zijn als volgt: 0 tot 1 jaar 1 tot 2 jaar 2 tot 3 jaar 3 tot 4 jaar gemengd tot 4 jaar
1 PM op 4 kinderen 1 PM op 5 kinderen 1 PM op 8 kinderen 1 PM op 8 kinderen 1 PM op 6 kinderen
max. 12 kinderen in een stamgroep max. 16 kinderen in een stamgroep max. 16 kinderen in een stamgroep max. 16 kinderen in een stamgroep max. 16 kinderen in een stamgroep
Aan het begin van de dag, tussen de middag en aan het einde van de dag mag er van deze afspraken worden afgeweken. Er mogen dan minder pedagogisch medewerkers ingezet worden, echter nooit minder dan de helft. Op veel locaties wordt er gezamenlijk begonnen en/of geëindigd. Vaak zijn er op die momenten niet veel kinderen aanwezig. Er geldt dan een centrumratio. Dit is het minimaal aantal pedagogisch medewerkers dat per locatie aanwezig moet zijn. Dat betekent dat de kinderen bij activiteiten de stamgroep kunnen verlaten of dat verschillende stamgroepen bij elkaar worden gevoegd. Het maximaal aantal kinderen per pedagogisch medewerker blijft wel van kracht. Dat geldt dan voor het totaal aantal kinderen op de locatie. Aan een kind worden nooit meer dan drie vaste beroepskrachten toegewezen, waarvan per dag tenminste één beroepskracht werkzaam is in de groep van dat kind. Deze beroepskrachten zijn tevens aanspreekpunt voor de ouders van het kind (Beleidsregels kwaliteit kinderopvang ,art. 3 dagopvang). Invalkrachten COKD Kinderopvang heeft een aantal flex medewerkers die niet vast op een groep staan maar vakantie-, ziekte- en zwangerschapsverlof van de vaste pedagogisch medewerkers vervangen. Binnen COKD Kinderopvang is de werkwijze dat de flexmedewerkers op meerdere locaties inzetbaar zijn. Zij zijn in dienst van COKD Kinderopvang en draaien mee in het opleidingsprogramma van COKD Kinderopvang. Ook zijn zij bekend met de werkwijze van COKD Kinderopvang. Wij doen ons best om zoveel mogelijk vaste invalkrachten in te zetten, zodat er zoveel mogelijk vaste gezichten voor u en uw kind zijn. Stagiaires Er zijn regelmatig stagiaires aanwezig. Op iedere groep is een pedagogisch medewerker die scholing heeft gehad om stagiaires goed te kunnen begeleiden. De stagiaires dragen geen verantwoordelijkheid voor de groep, maar krijgen de gelegenheid om in de praktijk te leren. Stagiaires van de Beroeps opleidende Leerweg (BOL) staan boventallig op de groep maar kunnen bij gebleken geschiktheid vanaf het tweede jaar incidenteel worden ingezet op de groep. Bij calamiteiten op locatie kunnen zij dan ook buiten de reguliere stagetijd worden ingezet. Over het algemeen geven zij geen informatie over de kinderen aan de ouders door. Hiervoor kunt u terecht bij de pedagogisch medewerkers van de groep. Tevens zijn er pedagogisch medewerkers in dienst die de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) volgen. Zij mogen zelfstandig werken en hebben dezelfde verantwoordelijkheden als andere pedagogisch medewerkers.
22
Diploma’s en Verklaring Omtrent het Gedrag De pedagogisch medewerkers hebben een diploma dat vereist is voor het werken in de kinderopvang en voldoet aan de eisen zoals gesteld binnen de CAO Kinderopvang (buitenschoolse opvang en kinderdagverblijf) en de CAO Welzijn (peuterspeelzaal). Ook hebben alle medewerkers (dus ook stagiaires, invalkrachten, locatiemanagers, et cetera) een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG). Een dergelijk VOG heet in de volksmond ook wel ‘bewijs van goed gedrag’ en toont aan dat een medewerker geen strafbare feiten heeft gepleegd waardoor hij niet met kinderen mag werken. Door middel van continue screening controleert Dienst Justitie iedere dag of medewerkers in de kinderopvang nieuwe strafbare feiten hebben gepleegd. Gezondheid Pedagogisch medewerkers en kinderen kunnen elkaar makkelijk besmetten. Goede persoonlijke hygiëne kan dit voorkomen. De medewerkers gaan bij de verzorging van de kinderen zorgvuldig te werk. Zo hebben we instructies voor handen wassen, eten klaarmaken, schoonmaken, naar het toilet gaan, et cetera. Ieder jaar inventariseren we op dit gebied de risico’s met behulp van het risicomodel van het landelijk centrum voor Veiligheid en Hygiëne. Over de risico’s en het hieruit voortvloeiende plan van aanpak wordt de oudercommissie (zie ‘Oudercommissie’) geïnformeerd. Ouders kunnen dit plan van aanpak ter inzage opvragen op de locatie. Ziekte Binnen onze locaties is het beleid dat zieke kinderen de opvang niet kunnen bezoeken. Hierbij spelen twee redenen een rol: - De gezondheid van het kind zelf: voor ons is het niet mogelijk de extra zorg en aandacht die een ziek kind nodig heeft, te geven. - Het risico van verspreiding van een infectieziekte van het kind naar andere kinderen of groepsleiding. Wij werken aan de hand van de gezondheidsrichtlijnen die door de GGD zijn opgesteld. Als uw kind ziek is, kunt u dit bij voorkeur ’s morgens voor 8.00 uur melden bij de pedagogisch medewerker van de groep van uw kind. Wanneer de groepsleiding merkt dat uw kind ziek is of wordt tijdens de opvang wordt contact opgenomen met één van de ouders. De pedagogisch medewerker vertelt wat hij/zij heeft gesignaleerd en overlegt met de ouder wat te doen. Voor de volgende aandoeningen geldt voor ons een meldingsplicht bij de GGD: acute maag- en darmaandoeningen, geelzucht, huidaandoeningen en andere ernstige aandoeningen van vermoedelijk infectieuze aard. De GGD bepaalt hoe wij in deze gevallen moeten handelen. Ouders worden over deze infectieziekten geïnformeerd op de locatie. Vaccinaties Inentingen zijn niet verplicht. Niet gevaccineerde kinderen worden gewoon toegelaten. De kans dat een niet-gevaccineerd kind anderen besmet, is uiterst klein. Er is wel een risico voor het niet-gevaccineerde kind zelf. Daarom is het voor ons van belang te weten welke kinderen wel of niet zijn ingeënt. Tijdens het kennismakingsgesprek vragen wij hiernaar en registreren dit. Medicijngebruik Regelmatig krijgen onze pedagogisch medewerkers van ouders de vraag of ze medicijnen willen toedienen. Als het om medicijnen gaat die gemakkelijk te geven zijn, is dit geen enkel probleem, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: - Medicijnen moeten in de originele verpakking worden aangeleverd en worden voorzien van de volgende gegevens: naam van het geneesmiddel, naam van het kind voor wie het geneesmiddel 23
-
bestemd is, bijsluiter of een duidelijke officiële gebruiksaanwijzing, dosering en periode van toediening. De medicijnen moeten de eerste keer thuis verstrekt zijn/worden. Ouders moeten de ‘Aftekenlijst toedienen medicijnen’ ondertekenen.
Koortswerende of koortsverlagende middelen worden niet verstrekt aan kinderen van 0 tot 4 jaar tenzij deze door de huisarts zijn voorgeschreven. Deze middelen verminderen het zicht op het ziektebeeld. Voor de buitenschoolse opvang geldt dat bij hoge uitzondering deze middelen toch worden verstrekt. Dit gebeurt na overleg met de ouders en leidinggevende . In de wet BIG (Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg) is vastgelegd welke medische handelingen door welke deskundigen mogen worden uitgevoerd. Wanneer sprake is van afgeleide medische handelingen hanteren wij een vaste procedure, waar we niet van kunnen afwijken. Voorbeelden van afgeleide medische handelingen zijn: toedienen van medicijnen die zorgvuldig gegeven moeten worden en waarbij instructie nodig is, verwijderen van een sonde, wondverzorging, stomaverzorging, kloppen en masseren. Wanneer u hierover vragen heeft, omdat uw kind specifieke zorg nodig heeft, kunt u voor informatie terecht bij de regiomanager of locatiemanager. Foto’s en video-opnamen Met regelmaat worden er bij activiteiten of bijzondere gelegenheden foto’s en filmopnames van de kinderen gemaakt. Mocht u hier bezwaar tegen hebben, kunt u dit tijdens het intakegesprek aangeven. Pedagogisch medewerkers zijn alert dat kinderen niet met hun eigen telefoon of tablet, foto’s en/of opnames van andere kinderen maken. Werken aan kwaliteitsverbetering vinden wij als organisatie erg belangrijk. Om die reden zetten wij verschillende vormen van deskundigheidsbevordering in. U kunt daarbij denken aan een pedagogische scan, om na te gaan of de werkwijze zoals beschreven in ons beleid voldoende terug te zien is op de groepen, of een training interactievaardigheden. Om deze deskundigheidsbevordering te ondersteunen kan het voorkomen dat er foto- of filmopnames op de groepen worden gemaakt. Deze opnames zijn uitsluitend voor intern gebruik en worden na afronding van een scholingstraject gewist. U wordt voorafgaand aan deze scholing geïnformeerd. U kunt dan nog aangeven of u bezwaar heeft tegen de filmopname. Overgang naar de buitenschoolse opvang (BSO) Bij inschrijving of plaatsing op het kinderdagverblijf staat u niet automatisch ingeschreven voor de buitenschoolse opvang. U moet zich hier opnieuw voor inschrijven. Wij adviseren u dit ruim voor de vierde verjaardag te doen om de kans op plaatsing te vergroten. Er is geen minimum leeftijd waarop uw kind voor de BSO kan worden ingeschreven. Een geplaatst kind in een kinderdagverblijf van COKD Kinderopvang heeft voorrang bij plaatsing in een BSO van COKD Kinderopvang. Dit kan echter uitsluitend gerealiseerd worden als de inschrijving tijdig bij de afdeling Informatie & Plaatsing Kinderopvang is gedaan. Oudercommissie Iedere locatie heeft een oudercommissie (OC). In deze oudercommissie zitten ouders van kinderen die onze locatie bezoeken. Zij vertegenwoordigen hierbij alle ouders van COKD Kinderopvang of de locatie. De belangrijkste verantwoordelijkheid van de oudercommissie is om mee te praten over de kwaliteit van de opvang. En de kwaliteit te bevorderen door gevraagd en ongevraagd advies uit te brengen aan de directie. De oudercommissie wordt gezien als een waardevol klankbord. Heeft u belangstelling en wilt u ook graag meedenken over belangrijke zaken die betrekking hebben op uw kind en de opvang? Of heeft u vragen en/of opmerkingen? Via de locatiemanager kunt u contact opnemen met de oudercommissie. 24
De Wet kinderopvang bepaalt dat alle organisaties voor kinderopvang een oudercommissie moeten hebben. In een oudercommissie kunnen ouders invloed hebben op de kwaliteit en de organisatie van de opvang. Voor oudercommissies geldt dat zij hun klacht in eerste instantie bij de betreffende leidinggevende kunnen neerleggen. Daarnaast, of wanneer er niet tot een oplossing is gekomen, zijn alle oudercommissies aangesloten bij een externe klachtencommissie. Bij deze onafhankelijke organisatie kunnen zij hun klacht indienen. Nieuwsbrieven en website Ouders worden via een nieuwsbrief en een mededelingenbord geïnformeerd over bijzonderheden op de locatie. Meerdere keren per jaar ontvangen ouders een centrale digitale nieuwsbrief met daarin zowel locatienieuws als nieuws vanuit de organisatie. Op www.cokd.nl kunt u allerlei praktische informatie vinden zoals bijvoorbeeld de plaatsingsprocedure of algemene voorwaarden. Via het ouderportaal heeft u altijd digitaal toegang tot uw facturen en jaaropgaven. Heeft u vragen over de opvoeding? Via de online opvoedcoach kunt u vragen stellen over de opvoeding en ontwikkeling van uw kind. Op de website en op onze Facebook-pagina worden met regelmaat nieuwsberichten en interessante artikelen over opvoeding en de ontwikkeling van kinderen geplaatst. Klanttevredenheidonderzoek Eén keer in de twee jaar ontvangt u van ons een klanttevredenheidonderzoek. Wij vragen hierin naar uw mening over onze dienstverlening. De resultaten van het onderzoek worden na afloop met u gedeeld. Privacy Wij hanteren de richtlijn ‘waarborgen privacy’. Alle medewerkers van COKD Kinderopvang houden zich hieraan. Deze richtlijn is van toepassing op: - het verzamelen en vastleggen/registreren van persoonsgegevens - het werken met persoonsgegevens - het bewaren van persoonsgegevens - het verstrekken van persoonsgegevens - geheimhoudingsplicht en de ruimtelijke privacy Onder persoonsgegevens vallen gegevens op papier, beeld- of geluidsmateriaal en digitale gegevens. Kwaliteit De gemeente is verantwoordelijk voor het toezicht op de kwaliteit. De GGD voert daarom regelmatig inspecties uit om het kwaliteitsniveau te controleren. Hier worden onder andere de punten accommodatie, opleiding personeel, pedagogisch beleid, gezondheid en veiligheid bekeken. Inspecteurs rapporteren eventuele tekortkomingen. De gemeente kan op basis daarvan verbetering vragen. De GGDrapporten zijn in te zien op onze website www.cokd.nl Veiligheid Wij willen kinderen een veilige plek bieden. Een plek van waaruit zij optimaal kunnen groeien. We doen er alles aan om deze veilige plek te garanderen, voor u en uw kind. COKD Kinderopvang zorgt op de locaties voor de veiligheid door zich aan instructies en afspraken rondom veiligheid te houden: - Jaarlijks worden risico-inventarisaties gehouden. Hiervoor wordt de risico-inventarisatie van Stichting Consument en Veiligheid gebruikt. De medewerkers en oudercommissies worden van de resultaten op de hoogte gebracht. - Ieder jaar wordt er een ontruimingsoefening op de locatie gehouden. - Op elke locatie is altijd minstens één bedrijfshulpverlener ( BHV-er) aanwezig.
25
Bij uitstapjes hanteren we de werkinstructie ‘kinderen onderweg” (deze werkinstructie kunt u inzien op de locatie). - Rondom het slapen van jongere kinderen hanteren we de werkinstructie veilig slapen. De laatste twee instructies zijn inzichtelijk op de locatie. -
Meld code kindermishandeling en huiselijk geweld Kinderopvanginstellingen zijn verplicht om te werken met een Meld code kindermishandeling en huiselijk geweld zodat de medewerkers die binnen de organisatie werkzaam zijn, weten welke stappen van hen worden verwacht bij signalen van kindermishandeling en huiselijk geweld. In het geval van vermoedens van mishandeling door een van de medewerkers is COKD Kinderopvang verplicht melding te doen bij de vertrouwensinspecteur. Als ouders aanwijzingen hebben dat een medewerker van de kinderopvanginstelling seksueel of ander geweld gebruikt tegen een kind kunnen zij ook contact opnemen met de vertrouwensinspecteur. De vertrouwensinspecteur is onafhankelijk en adviseert en informeert over wat te doen als er aanwijzingen zijn dat een medewerker een geweld- of zedendelict begaat of heeft begaan en een kind hiervan het slachtoffer is. Het team van vertrouwensinspecteurs is tijdens kantooruren bereikbaar op telefoonnummer 0900 111 31 11. Aansprakelijkheid Op alle locaties van COKD Kinderopvang gaan we zorgvuldig om met eigendommen van kinderen. Elke locatie hanteert daarvoor een eigen opbergsysteem, bijvoorbeeld een kastje, vakje of mandje. Aan ouders vragen wij om kleding te merken, zodat het risico van zoekraken zo klein mogelijk wordt. Wij raden het ten zeerste af om waardevolle spullen of speelgoed mee te geven naar de opvang. Er wordt zoveel mogelijk buiten gespeeld op de locaties en ook bij activiteiten zoals verven of kleien kunnen kinderen vies worden. Ouders blijven zelf aansprakelijk voor de kleren en spullen van hun kind. COKD Kinderopvang aanvaardt geen aansprakelijkheid voor verlies, diefstal of schade aan uw eigendommen. Klachten Wij nemen uw klachten, wensen of aanbevelingen zeer serieus. Elke klacht wordt vertrouwelijk en professioneel door ons behandeld. Bij wetgeving is geregeld dat u een klacht kunt indienen over de werkwijze van de organisatie of het personeel. Een eerste stap is om uw klacht kenbaar te maken aan de pedagogisch medewerker die met uw klacht te maken heeft. Leidt dit gesprek echter niet tot een bevredigende oplossing? Of vindt u dat u uw klacht niet met de direct betrokkene kunt bespreken? Dan kunt u uw klacht schriftelijk of mondeling indienen bij de locatiemanager. U vindt hierover meer informatie in onze klachtenregeling. Deze is te vinden op de website. www.cokd.nl Sluitingsdata Op de volgende feestdagen zijn wij gesloten; Nieuwjaarsdag, Pasen, Koningsdag, Bevrijdingsdag (eens in de 5 jaar, 2010, 2015, et cetera), Hemelvaart, Pinksteren en Kerst. Ook is COKD gesloten tussen Kerst en Oud en Nieuw. Extra opvang, Informatie & Plaatsing Kinderopvang Alle kindercentra bieden incidenteel extra opvang indien de groepssamenstelling dit toelaat. Uw kind wordt tijdens de extra opvang bij voorkeur opgevangen in de eigen groep. Indien dit niet mogelijk is wordt dit vooraf met u besproken en kan gekeken worden of er een alternatief is. De extra opvang kan via een formulier aangevraagd worden bij de betreffende locatie en wordt door u en de pedagogisch medewerker ondertekend. Dit geldt ook voor het aanvragen van extra dagen in vakantieperioden. Meer informatie vindt u op de site www.cokd.nl Voor vragen over het afnemen van extra dagen kunt u uiteraard ook terecht bij de locatiemanager. 26
Voor opzeggingen of wijzigingen van gegevens kunt u terecht bij de medewerkers van onze afdeling Informatie & Plaatsing Kinderopvang, telefoonnummer: 078-6163422 of
[email protected]
27