GV
P R E S E NT
Thuis op vele fronten
LENTE 2015
Duurzaamheid Nasleep MH 17 ramp Op de set bij De Ruyter Defensie pro natuur IGV en Charlie Hebdo
GV Present | Lente | 2015
Mensen van de lange adem
colofon GV Present GV Present wordt uitgegeven onder verantwoordelijkheid van de hoofden van dienst van de Diensten Geestelijke Verzorging.
2
Redactie: Claudia Bisschops (hoofdredacteur), Hugo Houtgast (eindredacteur), John van Eenennaam, Gösta Huijs, Fred Omvlee (webredactie), Javelin Zwakhalen Redactieadres:
[email protected] Adresmutaties en Afmeldingen:
[email protected] Aan dit nummer werkten mee: Michael van Alderwegen, Marloes Bakker, Frans Borgonje, Paul van Dijk, Wijnand van Dijk, Ali Eddaoudi, Niels Gilissen, Willem Goes, Frank Grandia, Marco Hougee, Fred van Iersel, Harry van Kooten, Charissa Meeuwenoord, Daniël de Mik, Mark van de Watering, Anne Zweers. Fotografie en illustraties: Rocyka Fotografie, Niels Gilissen - foto’s cover, achterkant, 8, 9, 13, 16, 17, en 18, Zeagle, e.a. Vormgeving: Wim Balyon (OBT) Druk: OBT bv, Den Haag GV Present op Facebook en Twitter: www.Facebook.com/GVPresent of www.twitter.com/GVPresent of tweet met #GVPresent GV Present Digitaal: www.DGV.nl Overname van de inhoud kan alleen geschieden met toestemming van de redactie ISSN: 2214-2002 Oplage: 55.000
Toen we als redactie vorig jaar augustus onze brainstormsessie hielden over hoe de nummers voor dit jaar eruit zouden moeten zien, raakten we allemaal enthousiast over het thema duurzaamheid. Een mooi woord, maar ook een inhoudsloos begrip als je het te vaak en te groots gebruikt. Bij het ontstaan van dit lentenummer werd duidelijk dat duurzaamheid veel facetten kent. Ons doel is al geslaagd als we slechts enkele van die facetten met u kunnen delen. Bij duurzaamheid denkt u waarschijnlijk in eerste instantie aan het milieu. Defensie heeft de schijn als het om milieu gaat vaak tegen. Onterecht blijkt uit een interview met een ecoloog en een terreinbeheerder die voor Defensie werkzaam zijn. Er groeit en bloeit vaak veel moois door toedoen van ‘het bedrijf’. Duurzaam verankerd is de passie van Mr. TedX voor het vertellen van verhalen zoals blijkt in het Biechtgesprek, evenals de passie voor de marine die spreekt uit de film over de grootse daden van Michiel de Ruyter en waarbij twee collega’s hun entree in de filmwereld mochten maken. De Denktank gaat onder meer over de duurzame relatie met moslims binnen de krijgsmacht in de nasleep van Charlie en terroristische aanslagen. De Traditiekamer steekt in bij de blijvende zorg voor het welbevinden van de mens vanuit de vraag hoe vasten en christelijke meditatie daar een positieve bijdrage aan zouden kunnen leveren. Ook is er het aangrijpende verhaal van de mortuariummedewerkers op het IDGO, die met veel liefde en toewijding nabestaanden hun bij de MH17-ramp omgekomen familielid weer teruggeven. Tot slot, ontbreken, zoals u van ons gewend bent, ook in dit nummer de luchtigere items als de Lees- en Kijkwijzer en de Missies niet. Namens de redactie veel leesplezier! Claudia Bisschops
[email protected]
inhoud Missies 3 Teamspirit 5 Heroes and Villains 8 Blikopener 11 Primeur voor defensie 12 Michiel de Ruyter 14 Flora en fauna 16 De harde realiteit 18 De overweging 20 Culinair met een bite! 21 Het biechtgesprek 22 Denktank 24 Traditiekamer 26 Boek & Film 28 Op het lijf geschreven 30 Beukbergen 31
missies
GV Present | Lente | 2015
Europese trainingsmissie in Somalië door Nederlandse ogen
Maak je niet druk! Majoor Mark van de Watering werd afgelopen najaar voor vier maanden uitgezonden naar Somalië en Kenia in het kader van de European Union Training Mission in Somalia (EUTMS). Het werd een avontuur in de verkeerschaos van Afrika, aanslagen van Al Shabaab op de achtergrond en ontmoetingen met giraffen en leeuwen.
Week 1 Uitslapen in de middenberm Autorijden in Kenia is een bijzondere ervaring, ik beperk me tot meerijden, maar wat ik zie is ronduit bijzonder te noemen. Links en rechts inhalen is dat al lang niet meer (overigens rijden ze hier links van de weg) maar over de middenberm van rijrichting veranderen wel, net als zonder licht rijden in het donker en ter compensatie een of meerdere richtingaanwijzers gebruiken... Met een brommer midden op de driebaans snelweg langzaam rijden... Of op zaterdagnacht je roes in de middenberm uitslapen omdat je daar tijdens de rit ineens wakker wordt.
Week 2 Koopmansgeest Vanuit Mogadishu was de opdracht gekomen om kabels te kopen voor het Video Teleconferentie Systeem (VTC). Na een behoorlijke zoekslag op Google had ik uiteindelijk een muziekwinkel gevonden
die de door mij gezochte kabels zou moeten kunnen leveren. Helaas bleek bij aankomst dat de verkoopster maar één van de drie benodigde kabels had. Gelukkig wist ze een winkel in de buurt. Samuel, onze chauffeur, kende het adres en loodste ons door de straten. Het was gevoel maar goed dat hij meeliep, niet alleen om de weg te wijzen, maar ook om als verkeersregelaar op te treden. De straat hier is nog erger om over te steken dan een straat in Amsterdam rond spitsuur. Uiteindelijk hadden we de winkel gevonden en al met al voor het dubbele van de Europese prijs alles aan kunnen schaffen. Schaarste drijft de prijs goed op...
Hakuna matata (Swahili voor iets als: maak je niet druk) Week 3 Bureaucratuur De werkzaamheden van vandaag brachten mij ten burele van de ‘Delegation’, de officiële vertegenwoordiging van de EU in Kenia. Driftige navraag over mijn legitimatie voor dit geheel liet blijken dat ook Europeanen in Afrika er een Afrikaans tempo op na houden. Alsmede dat Europeanen het Engels beheersen niet allemaal even goed beheersen, wat enige onderlinge communicatieproblemen opleverde. Mijn functie was voor het gemak omschreven als ‘contractor’ ofwel leverancier. Dat leverde mij natuurlijk geen eigen toegangsbewijs op. Nadat het was gecorrigeerd in contracting officer was de aanvraag in ieder geval deze ochtend goedgekeurd. Nu weer wachten wanneer de pas gefabriceerd wordt....
3
Week 4 Home, sweet home Van Kenia naar Somalië. Na pas drie nachten in Moga, zoals wij Mogadishu hier liefkozend benoemen, voelt mijn container als thuis. Alles ingericht, kleren opgeborgen en mijn lekkende toiletruimte al drie keer gedweild, het is nu zeker een ‘natte groep’! De was gaat hier ook keurig, ‘s Morgens de waszak aan je deurklink hangen en aan einde van de dag ligt alles schoon en nog nadampend van de droger op je bed! Soms blijven andere zaken helaas liggen omdat collega’s hier regelmatig zelf hun prioriteiten stellen, of omdat de commandant iets vraagt. Bij de Italianen is het dan de bedoeling dat je, hoe onbelangrijk het ook is - niveau plakbandrolletje -, alles uit je handen laat vallen en met gezwinde spoed het gevraagde gaat regelen. Vanuit Nederlands perspectief bekijken wij dat iets genuanceerder en maken we eerst af waar we mee bezig zijn en kijken we waar de prioriteit van de missie ligt.
Week 6 Giraffe Terug naar Kenia. De tussenlanding op Wajir verliep als gewoonlijk en na de
GV Present | Lente | 2015
gebruikelijke danspasjes door de douane en veiligheidscontroles mochten we rap instijgen voor het laatste uurtje naar Nairobi. Wajir staat voor mij gelijk aan een mentale overgang van missie naar buitenlandplaatsing. De reis in burger, terug naar Kenia, maakt het ondanks de niet geheel veilige situatie in Nairobi toch een hele andere beleving dan rondwaren in Mogadishu. Het meest geweldige moment van de dag, misschien zelf van de week: gezeten in Samuels auto zagen we vanaf de weg, vlak na het verlaten van het vliegveld, drie giraffen lopen. Wat een genot!
Week 7 Kort lontje
4
We moesten om zeven uur vertrekken om voor de ochtendspits op bureau bij de EU delegatie te zijn. Het lijkt net de randstad, vijf minuten later vertrekken en je staat vast met een vertraging die snel oploopt tot een half uur. De hele dinsdagochtend was gereserveerd voor een bespreking over de ontwikkelingen op militair en vooral ook politiek vlak in Somalië. Genoeg te beleven binnen het roerige Somalische parlement, waarbij de premier en de president elkaar nog steeds de tent uit willen hebben. De andere, in meer of mindere mate zelfstandige regio’s van de Somalische Federatie kennen hun eigen dynamiek. Die werd de afgelopen dagen vooral door overstromingen geteisterd, met dreigende hongersnood als gevolg. Koppel daar een lichte machtsstrijd aan vast met tribale elementen en er is genoeg kruit in het vat. Het lont is al geplaatst, gelukkig steekt niemand het aan...
Oirschot geven hier in Mogadishu les aan leerlingen van het Somalische leger, die in opleiding zijn tot Combat Life Saver. Deze dag staat het onderwerp ‘Disability’ op het programma, waarbij de instructeur met de schedel begint. Somaliërs zijn niet gewend hele dagen in een klaslokaal te zitten. Het onderwijs-leergesprek gaat dan ook niet vanzelf. Stap voor stap brengt mijn collega de stof heel beeldend over, waarbij de tolk niet alleen vertaalt maar ook als ‘aanwijspop’ wordt gebruikt door de docent.
eerder had gedaan, was ik vrij snel klaar. Dat gaf me tijd om wat eerste echelons onderhoud te verrichten aan mijn voertuig. De pick up had wat ‘wind in de banden’ nodig en stond bijna droog. Even de auto aftanken is ineens leuk. Voor 90,8 Keniaanse shilling, wat ongeveer 82 eurocent de liter is, krijg ik een glimlach op mijn gezicht. Ik moest het wel voorschieten. Nu nog zien dat ik de kosten terug krijg.
Week 15 Aan alles komt een eind
De vijftiende week van mijn missie gaat deze periode van bijna vier maanden afsluiten. Nadat ik mijn opvolger van het vliegtuig mocht halen, begon langzaam het gevoel in te dalen dat mijn missie aan zijn einde komt. Met een lichtelijk gammel gevoel, als gevolg van mijn buikgriep, reden Samuel en ik in het duister naar de luchthaven, waar ik bij de toegangsweg Week 11 Aanval op kerstavond zowaar moest uitstappen om gefouilleerd Terwijl ik in Nairobi nog druk aan het te worden. Een bijzonder en veilig gevoel kokerellen was, hadden mijn collega’s in bekroop me nu dit voor het eerst bij mij Mogadishu een meer verstoord kerstdiner. gebeurde. Ontspannen kon ik het laatste Aan het begin van de avond vielen Al weekend vullen met een hele hoop Shabaab-strijders het kamp van de fantastisch mooie uitstapjes, zoals het AMISOM-militairen aan. Dit kamp ligt niet al Nairobi National Parc, waar in alle vroegte te ver bij hen vandaan. Een hoop geknal twee leeuwinnen met hun tien welpjes voor was voor de collega’s hoorbaar met als ons op de weg hun dorst lesten uit een gevolg dat ze met z’n allen de kerstavond in poeltje water. Een laatste bezoekje aan de de bunker doorbrachten. Na wat Masai market voor een souvenir maakte het verschillende telefoontjes met Nederland weekend compleet. Helaas was bij en Somalië bleek dat alle EUTMS collega’s terugkomst het moment daar om mijn veilig waren. Uiteindelijk zijn er (helaas) koffers te pakken gevolgd door een laatste doden en gewonden gevallen, waarbij het afscheidsborrel in de bar van het definitieve aantal onduidelijk blijft. De appartementencomplex. Ik ga terug naar kerstgedachte kwam hierdoor in een iets Nederland. ander daglicht te staan. De foto toont de Mark van de Watering gevangen genomen AS leden. Majoor Mark van de Watering is werkzaam Alle tegenstrijdigheid ten spijt ging mijn als Hoofd Sectie Verwerving bij Staf Clas. Zijn kerstdiner gewoon door en genoot ik van functie bij EUTMS behelsde de dubbelrol van het gebrabbel van een allerschattigst Koreaans jochie dat met zijn ouders bij ons inkoper en de eerste zes weken Senior National Representative (SNR), later die van Liaison voor diner aanwezig was. Van de beleving van de missie op de EU-staf in Kenia. oorlog als het ene uiterste, ging ik mentaal over in het andere: het vredelievende samenzijn met toffe mensen.
Week 9 Een militaire schooldag in Somalië
Week 12 Goedkoop tanken
De trainingsmissie van de Europese Unie in Somalië (EUTMS) leidt dagelijks diverse Somalische militairen op voor verschillende vakgebieden. In de staf van de EUTMS zijn permanent zes Nederlandse militairen actief. Vandaag ga ik mee om beeld en geluid te krijgen. Twee geneeskundige collega’s van de 13e Lichte Brigade uit
Terwijl in Mogadishu de gecontroleerde knallen van wapens en explosieven klinken, werk ik rustig aan nog wat contracten met een relaxed muziekje op de achtergrond. De verschillen zijn weer ontzettend groot. Eindelijk weer eens werk doen waar ik initieel voor in deze missie aanwezig ben. Vanwege de voorbereiding die ik al veel
teamspirit
GV Present | Lente | 2015
De gezichten achter het team mortuariummedewerkers, werkzaam met de slachtoffers van MH17
Give them a face Mortuariummedewerkers zorgden na het neerstorten van vlucht MH17 in de Oekraïne op 17 juli 2014 voor de laatste verzorging: het zo mooi en toonbaar mogelijk maken van de lichamen, en het kisten van de lichamen en stoffelijke overschotten. Onder meer door grimeren en het maken van gezichtsconstructies werd er letterlijk en figuurlijk aan bijgedragen om een gezicht aan de slachtoffers te geven. KPL1 Wijnand van Dijk , SLD1 Daniël de Mik, KPL Malyssa Bark, KPL1 Lisette van Ommeren, KPL Marloes Bakker en SLD1 Ginger Kleinnee vormden het team van het noodmortuarium op de Korporaal van Oudheusdenkazerne te Hilversum. Wijnand, Daniel en Marloes spreken over hun ervaringen tijdens deze turbulente tijd. Een groot deel van de mortuariummedewerkers hoorde tijdens de Nijmeegse Vierdaagse over de vliegramp. Kort daarna werd bekend dat de stoffelijke overschotten naar Nederland zouden komen en dat hierbij materiële ondersteuning gewenst was. Vervolgens bleek dat niet alleen materieel nodig was, maar ook mensen met ervaring en kennis op het gebied van mortuariumwerk. In totaal kwamen er zes mortuarium-medewerkers van diverse geneeskundige eenheden naar Hilversum om samen te werken met de politie en diverse andere defensiemedewerkers. Zes mensen met ieder een eigen manier van werken, een eigen achtergrond en een diversiteit aan ervaringen. De één heeft de opleiding nog niet af en heeft net twee
weken in een mortuarium gewerkt en de ander heeft al jaren werkervaring, waaronder een ISAF-missie. Wat ze gemeenschappelijk hebben is hun functie, hun doelgerichtheid en hun toewijding. De aangewezen commandant Wijnand herinnert zich hoe ze op dinsdagavond 22 juli met elkaar in het KEK-complex zaten.“Ik probeerde de groep voor te bereiden op wat zou komen. Ik zei: Dit is er aan de hand, dit gaan we doen, dit kun je verwachten.” Samen kijken ze op televisie hoe de vele auto’s met de stoffelijke overschotten zich verplaatsen naar Hilversum. Marloes vertelt: “Het hield iedereen in Nederland bezig, maar jij mag er staan. Dat was wel heel bijzonder.” Alle drie herinneren ze zich de spanning die er was toen de eerste kist open ging. Toen pas wisten ze werkelijk waarmee ze zouden
Het was vooral bijzonder als we kleine kindjes mooi mochten maken
gaan werken. Een tijd van veel en hard werken breekt aan, zes individuen, die gewoonlijk alleen of in duo’s werkten, worden een team.
De werkzaamheden Op het square van de Korporaal van Oudheusdenkazerne werd een noodmortuarium opgezet, naast een gebouw dat ook wel “de kerk” genoemd wordt. In de kerk werden “straten” gemaakt, waarbij in stappen het identificatieproces plaatsvond. De temperatuur in de kerk was hoog en omdat in de Oekraïne de stoffelijke resten mogelijk met formaline bewerkt waren, moesten de medewerkers in witte pakken en met gasmaskers op lopen. De mortuariummedewerkers werkten bij het achterste station. Hier zorgden zij voor de laatste verzorging: het zo mooi en toonbaar mogelijk maken van de lichamen, en het kisten van de lichamen en stoffelijke overschotten. Door hun uitgebreide vooropleiding waren de medewerkers niet alleen bedreven in grimeren, maar ook in het maken van gezichtsreconstructies. Zo droegen ze er letterlijk en figuurlijk aan bij om een gezicht aan de slachtoffers te geven. Wijnand vertelt dat ze op een bepaald moment met zes man tegelijk samenwerkten om zo snel mogelijk een kindje mooi te maken. Marloes:“Ik vond het bijzonder werk, juist ook wanneer er kleine kinderen waren die we mooi mochten maken. Ik was blij dat de kindjes terug naar hun familie konden en niet meer vermist waren.” De mortuariummedewerkers waren in de startfase voornamelijk bezig met hun afgebakende taak. Later werkten ze meer samen met de politie. Een samenwerking
5
GV Present | Lente | 2015
die in het begin zoeken was. Dit omdat zowel politie als defensie verschillende werkwijzen hebben, maar ook doordat de mensen van verschillende nationaliteiten ieder hun eigen gewoontes hadden. Op den duur functioneerden de mortuariummedewerkers als een soort manusje van alles. Ze werden ‘aanpakkers’ genoemd en omschreven als mensen op wie je kon bouwen.
sparren en nog meer met elkaar praten.” Marloes:“Ik heb geleerd dat je stoerder bent als jij je openstelt. Dan ben je eerlijker naar jezelf en naar de ander. Het werk gaat niet om stoer zijn. Durf je eigen grenzen aan te geven. Als het je allemaal niks doet, dan is er iets niet goed. Achter elke glimlach schuilt een verhaal. Ik lach wel, maar dat betekent niet dat het altijd goed gaat. Mensen die echt dichtbij mij staan weten dat.”
Het team
6
De individuen werden al snel een team. Wijnand geeft daar de volgende verklaring voor: ”Deels door onze mentaliteit: can do, als het niet linksom kan, dan rechtsom en probleemoplossend. We zaten in hetzelfde schuitje. We waren toevallig samen gekomen, maar wel met dezelfde functie, dezelfde mindset, een open houding en een gemeenschappelijk doel. Om als team samen te werken, gingen we elkaars werkwijze over nemen of we gaven elkaar de vrijheid, om binnen de mogelijkheden het op de eigen manier te doen.” Een bijzondere maar ook intensieve periode. Marloes:“We hadden een goede samenwerking en onderling veel respect voor elkaar. Er was ruimte om aan te geven als het je teveel werd of als je even niet wilde werken. Ook was er een roulatieschema om overbelasting te voorkomen. We stimuleerden elkaar om erover te praten.”
Leerervaringen
Mensen leken ook erg op elkaar. Door de dood vallen na een tijdje verschillen bijvoorbeeld in huidskleur grotendeels weg.” Marloes herinnert zich dat op een bepaald moment de naam bekend was van het lichaam van de broer van kapitein Goes, de voormalig PC van een aantal van hen. “We hebben toen nog even bij de kist gestaan en een moment genomen. Er waren dubbele gevoelens… dankbaarheid dat deze persoon gevonden was en er nog zo mooi bij lag, maar verdriet om het verlies voor zijn nabestaanden. Zulke momenten blijven je bij.”
Een nabestaande aan het woord
Daniel vult aan:“Ik heb geleerd dat ik niet te snel moet oordelen over anderen. Voor dit gebeurde was ik cynisch en harder. Ik heb ontdekt dat je je beter kwetsbaar kunt opstellen en dat er dan een goed mens zichtbaar is. Ik heb nu ervaren dat iedereen dingen op een eigen manier verwerkt. De een kan goed tegen het zien van dode lichamen en de ander heeft moeite met een sneetje in een vinger. En dat is oké. Iedereen doet wat hij of zij kan en degene die denkt dat ie nu alles aan kan, kan het op een ander moment toch ook moeilijk krijgen. In de MH17-tijd heb ik vele doden gezien, ook kinderen en mensen van mijn eigen leeftijd. Het heeft mij aan het nadenken gezet. Ben ik tevreden? Wat wil ik met mijn leven? Het werk heeft mij volwassener gemaakt, maar me ook met mijn neus op de feiten gedrukt, waardoor ik ben gaan zoeken naar dat wat ik werkelijk wil gaan doen.” Meerdere medewerkers kenden betrokkenen van de vliegtuigramp. Op de vraag hoe ze hiermee om gingen, vertelt Wijnand: “In het begin wist je niet wie, wie was, daar was je ook niet mee bezig. Iedereen werd gelijk behandeld.
Daniël geeft aan dat hij de tijd als zeer hectisch en turbulent heeft ervaren. Aangezien hij nog weinig ervaring had, heeft hij met name op functioneel gebied erg veel geleerd. Maar verwerking kan je volgens hem niet leren van elkaar. Wijnand:” Ik denk dat je elkaar wel tips kunt geven, hoe ermee om te gaan, zoals je niet te veel verdiepen in de verhalen over de slachtoffers en nabestaanden in de media.” Wat hen door deze periode heen hielp was de zorg voor elkaar en de onderlinge humor. Op de vraag wat ze in het vervolg anders zouden doen, zegt Daniël:“Ik zou een periode van meer rust inbouwen om wat gebeurd is te laten bezinken. Ik ben meteen na de werkzaamheden in Hilversum mijn stage in gegaan en dit was een zeer stressvolle tijd. Het was achteraf gezien niet handig om van de ene stressvolle tijd in de andere over te gaan.” ”Ik zou nog meer naar elkaar luisteren”, zegt Wijnand.“Observeren en voor sommige Wijnand beslissingen meer draagvlak creëren, meer
Op 30 januari was er een terugkomdag op de Korporaal van Oudheusdenkazerne, waarbij mensen die daar gewerkt hadden elkaar weer konden ontmoeten. Er werd een herdenkingspenning uitgereikt en er werden diverse toespraken gehouden. De toespraak die de meeste indruk maakte op de aanwezigen was die van kapitein Goes, die als nabestaande werkzaam is op het IDGO. Hij noemde diverse mensen bij naam, zoals de bewaker, de barman, de schoonmaker, de geestelijk verzorger, maar ook Priscilla (een operatieassistente) , Malyssa en Wijnand. Terugkijkend op die dag, zegt Marloes:“Daar deden we het voor… niet voor dat dankjewel, maar wel zodat alle slachtoffers terug konden naar hun nabestaanden.” Hopelijk gaat dat ook nog voor de nabestaanden die nog op identificatie van hun dierbare wachten gebeuren. Zoals de slogan van het Landelijk Team Forensisch Onderzoek, van de politie het zo mooi verwoord:
MH Let the dead be the dead But give them a face For them not to be forgotten
Give the living their lost ones In order to give them a place And to remember them
Charissa Meeuwenoord
[email protected] Charissa Meeuwenoord is als dominee werkzaam op het Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen (IDGO) te Hilversum Daniël
Marloes
GV Present | Lente | 2015
Een bevoorrecht mens Rede uitgesproken door kapitein Willem Goes tijdens de officiële herdenkingsdienst op de Korporaal van Oudheusden Kazerne in Hilversum waarbij de plaquette ter nagedachtenis aan de overledenen werd onthuld. Willem heeft zijn tweelingbroer, zijn schoonzus en nichtje verloren door de crash.
17 juli 2014 is de dag die in het leven van velen een dag is geworden om nooit te vergeten. Op 17 juli stapten mijn tweelingbroer Paul, zijn vrouw Shuba en hun dochtertje Kaela - die een maand later 2 jaar zou worden op het vliegtuig naar huis - in Kuala Lumpur. Vluchtnummer MH17, toen nog een vluchtnummer zonder bijzondere betekenis. De maanden die volgden, waren de meest intense en bijzondere maanden van mijn leven. Ik zou er een boek over kunnen schrijven
. Dat boek zou, ondanks de extreem tragische aanleiding, niet een heel verdrietig boek worden. Het zou een boek worden met vooral mooie, warme en dankbare momenten. Momenten van mooie herinneringen aan de fantastische jaren die ik met mijn broer en zijn gezin heb mogen beleven, maar ook momenten van dankbaarheid en respect voor iedereen die als een beschermende kring om mij heen is gaan staan. Mensen die ik al kende, mensen die ik leerde kennen of nóg beter leerde kennen, en een nog veel grotere groep met mensen die ik niet ken.
misschien wel als enige nabestaande, het voorrecht om vanachter het hekwerk professionals met witte pakken en kleurige bandana’s, vanuit de hele wereld aan het werk te zien. Ik heb het voorrecht gehad een aantal mensen, die mijn broer en zijn gezin aan ons terug konden geven, persoonlijk te kennen. Het voorrecht te weten dat ze veilig waren op de Korporaal van Oudheusden Kazerne, omdat Timo, een uitstekende Korporaal met wie ik heb mogen werken bij de Luchtmobiele Brigade en tijdens uitzending in Afghanistan, de beveiliging verzorgde. Het voorrecht om te weten dat iedereen over schone faciliteiten kon beschikken omdat Hassan, die normaal gesproken mijn kantoor probeert schoon te houden, de hele zomer gewerkt heeft om hier de identificatie mogelijk te maken onder de best denkbare omstandigheden. Het voorrecht te weten dat jullie bij Ruud een biertje konden halen, om stoom af te blazen na een dag hard werken. Het voorrecht om te weten dat Malyssa, Priscilla en Wijnand, met wie ik heb mogen werken bij 400 geneeskundig bataljon,
H17 Vanaf die 17e juli heb ik mij een bevoorrecht mens gevoeld. Ik heb het voorrecht gehad dat de identificatie van mijn naasten is gebeurd op een plek die ik heel goed ken, waar ik zelf werk. Ik had,
zich over mijn familie zou ontfermen als ze geïdentificeerd waren. En het voorrecht te weten dat Charissa, een van de beste en meest toegewijde geestelijk verzorgers die ik ken, voor iedereen klaarstond als dat nodig was. Dit voorrecht zorgde ervoor dat ik rust kreeg en mijn familie gerust kon stellen dat Paul, Shuba en Kaela in goede handen waren. Het maakte de periode dragelijk en - dankzij het fantastische werk dat jullie gedaan hebben - kregen we de kans om het gezin begin september in Maleisië, waar ze thuishoren, te begraven. Jullie hebben geen idee wat jullie werk voor ons heeft betekend…. En ik begrijp heel goed dat jullie dat niet weten…. Wat jullie voor ons gedaan hebben… Dat is niet uit te leggen…. Daar zijn geen woorden voor…. Daarom wil ik het houden bij een oprecht en welgemeend: dank je wel….. Willem Goes Kapitein Willem Goes is werkzaam op het IDGO in Hilversum en verantwoordelijk voor het verzorgen van de functieopleiding van officieren van de geneeskundige dienst.
7
GV Present | Winter | 2014
heroes & villains Wonderen van duurzaamheid bij Defensie!
Ecologen houden defensi Ooit veroverde Defensie een deel van de woeste gronden van Nederland. Momenteel zijn dat bij elkaar ongeveer 25.000 hectares aan oefenterrein. Verdedigt en beschermt defensie moeder natuur? Terreinbeheerder Frans Borgonje en fauna-ecoloog Niels Gilissen kunnen het weten. Zij registreren en beheren ‘wonderen van de natuur’, die dankzij Defensie ontstaan!
Op schietkamp Harskamp spreek ik Frans Borgonje (63). Vanaf zijn dienstplicht werkt hij bij Defensie en hij geeft leiding aan het Cluster Natuur bij het Rijksvastgoedbedrijf, dat sinds 1 juli 2014 de terreinen van defensie beheert. In dit Cluster werkt ook een groep ecologen; zij houden kantoor op de universiteit van Wageningen. Niels Gilissen (43) is er één van.
8
ons af of we iets zo kunnen inrichten, dat we ook iets extra’s voor de natuur doen?”
Niels: “Onze groep bestaat uit twee fauna- en
vier vegetatie-ecologen. Ik inventariseer de broedvogels en insecten. Voor het broedvogelonderzoek deel je het militair terrein op in telgebieden en daar ga je zo’n vier keer naar toe. Je doorkruist het gebied zo, dat je alles op Frans: “Voor mij staat de vraag ‘hoe kan ik het hoor-afstand hebt. Je neemt vooral op gehoor terrein zo organiseren dat de militairen waar en noteert dat. Vogels maken hun kunnen oefenen?’ centraal. Ik moet ervoor territorium kenbaar door te zingen. Dat doen zorgen dat zij hun operationele taak kunnen ze ook als ze elkaar alarmeren of tijdens het verrichten. Als je daarbij ook nog iets voor de baltsen. Als we een aantal jaren later het natuur kunt betekenen, is dat bijvangst. Het onderzoek exact herhalen, kijken we naar de mooiste is dat je uitkomt op een winverschillen. Zeggen die iets over de toestand winsituatie. In de jaren 1970-80 kenden we het van het terrein? Zo ja, wat dan? Moet er dan woord ‘duurzaamheid’ nog niet echt, maar we wat mee gebeuren? Mijn devies is altijd: grijp deden er al wel aan. Hoe belasten we het zo min mogelijk in. Soms adviseren we iets aan milieu zo min mogelijk? Oefen dicht bij de de terreinbeheerders en wordt er wel kazerne. Geen onnodige vervoersbewegingen. ingegrepen. Als bijvoorbeeld open stukken Waar tank je af? Hoe ga je om met afval? Doe terrein gaan ‘verbossen’ en de diersoorten die je aan herplanting? bij dat open terrein horen, afnemen.” Onze wet- en regelgeving ontwikkelde zich Frans: “Ook als je een legeringsgebouw wilt steeds verder. Voor ik Defensie binnenkwam, neerzetten of afbreken, verplicht de overheid riep men: wees zuinig met onze je om goed te kijken naar het effect op de heideterreinen, want dat is natuur! Zolang natuur. In Harskamp moeten we een paar heide paars kleurde en bos groen, was alles woningen afbreken, waarin zeer zeldzame goed. Vijftien jaar geleden hebben we een vleermuizen voorkomen. Om voor de sloop monitorengroep opgericht van ecologen. We een vergunning te krijgen, moet ter kijken nu gericht naar al die soorten plantjes vervanging een nieuwe voorziening gebouwd en beestjes en registreren ze. En we vragen
Niels Gilissen
worden. Dat kost ongeveer € 30.000. Voor die vleermuizen het door hebben, zijn we een jaar verder. Een commandant vraagt zich af hoe het mogelijk is dat hij geen fatsoenlijk toiletgebouw bij de schietbaan krijgt, maar er wel een verblijf voor vleermuizen komt. Dat is bijna niet uit te leggen. Ergens anders zitten padden of een aparte boomkikker. Als je toch gaat bouwen, komt er een alternatief. Een nieuwe poel op een andere plek, waar je de beestjes naartoe verhuist. Defensie staat er ook voor open, niet alleen omdat het wettelijk moet.”
Niels: “Op het schietkamp Oldebroek wordt al sinds het eind van 1800 gebrand. Omdat er zoveel munitie ligt, kun je niet plaggen, grazen
GV Present | Lente | 2015
e eco-bewust of maaien. Dat branden is altijd continue geweest. Je vindt daar de kleine wrattenbijter, een zeldzame sprinkhaan, die alleen maar in dat gebied voorkomt en gebaat is bij dat branden en waarschijnlijk ook bij veranderde ecologie door die granaatbeschietingen. Die sprinkhaan kom je verder nog op een paar plekjes in Frankrijk en Spanje tegen. In Hongarije en Roemenië begint hij wat minder specifiek te worden en in Centraal-Azië is hij heel algemeen. De populatie die het dichtst bij is, ligt in een Duits oefenterrein. Exact hetzelfde soort terrein, waar ook gebrand wordt. Er is een duidelijke relatie tussen het specifieke militaire gebruik en natuurbehoud. Voor ons is het interessant om te onderzoeken hoe dat in elkaar grijpt. We hebben niet de focus op één diertje, maar die ene soort is wel representant van het hele ecologische systeem. Hoe we omgaan met de natuur is wel afhankelijk van hoe we soorten kunnen onderscheiden en beschermen.”
Frans: “Op een heideschietterrein moet je regelmatig preventief branden. Vanwege brandgevaar mag het struikgewas niet te hoog komen. Dat gecontroleerd branden veroorzaakt een jongere vegetatie en een
gevarieerde biotoop. Daar zit een heel ecologisch systeem achter, wat we nauwelijks kunnen doorgronden. Die brandmaatregel heeft als gevolg dat het medicinale valkruid Arnica hier voorkomt. Het staat op de Nederlandse Rode Lijst (planten) als zeldzaam. Op het schietterrein Harskamp staan er nu zo’n 60-70.000 planten. Het groeit vooral op die brandplekken. Natuurfreaks roepen: ‘Snel, een hek er om heen, niet meer aankomen!’ We gaan het niet krampachtig beschermen. Elk jaar gaat het vuur er over heen. Dat hebben we al decennia gedaan, waardoor juist deze waarden zijn ontstaan.”
Niels: “We hebben het behoud van onze heidevelden vooral aan Defensie te danken! Vanaf de 19e eeuw begon men in Nederland op grote schaal met inplanten of ontginnen van heideterreinen voor de landbouw, mijnbouwindustrie en de houtproductie. Op defensieterreinen wilde men dat niet, omdat men belang had bij open schootsvelden met zicht. Onbedoeld heeft defensie die heideterreinen in stand gehouden. Bijna elk heideveld op de Veluwe werd ‘militair oefenterrein’. De natuur had baat bij Defensie als continue factor. Defensie is vaak ook
Vleermuizenwerkgroep Ruim 20 % van alle vleermuizen in Nederland overwintert op defensieterreinen. Jaarlijks zijn er vrijwilligers bezig met wintertellingen. Zij zijn verenigd in de ‘Vleermuiswerkgroep Defensieterreinen’. De vleermuizen zoeken verblijf in gebouwkelders, doelenkelders (bijv. Oldebroek, Harskamp, Leusderheide, Soesterberg), stoomkelders (Soesterberg), gangenstelsels, magazijnen en betonnen schuilplaatsen. In twee kelders bij Schaarsbergen overwinteren zo’n duizend vleermuizen, in ongeveer 6 soorten. Ze zijn onderdeel van de belangrijkste vleermuisverblijven in Nederland. Defensie heeft zelfs speciale ‘vleermuiskelders’ of ‘vleermuisnestkasten’ gemaakt (Gilze Rijen, Soesterberg). De meest aangetroffen soorten op defensieterreinen zijn de watervleermuis, de franjestaart, baardvleermuis, meervleermuis en de grootoorvleermuis.
Frans Borgonje
verantwoordelijk voor grote zandverstuivingen, door rupsvoertuigen, bushmasters of chinooks. In die stuifzandgebieden heerst een apart klimaat. ‘s Zomers kan het aan het zandoppervlak gemakkelijk 50-60 graden worden en het kan ook weer snel afkoelen. Dat brengt aparte planten en dieren samen, die je er normaal niet zou vinden. Korstmossen, die zijn aangepast. Loopkevers, die hoog op hun poten staan met een soort metallic borstschild, wat de warmte weerkaatst. Een heel specifiek ecosysteem met veel diversiteit. Defensie levert zo een specifieke meerwaarde aan de natuur.” “Defensie doet niet onder voor organisaties die natuurbescherming in hun vaandel dragen. Op defensieterrein zit in verhouding met andere terreinen evenveel of meer groot wild, zoals edelherten, zwijnen en reeën. In schietterreinen komen geen recreanten, geen wandelaars met honden of mountainbikers. Groot wild gebruikt juist die terreinen als rustgebied. De herten zijn gewend aan de constante schietgeluiden op gezette tijden en vanaf vaste plaatsen. In de praktijk staat het militaire nauwelijks of niet op gespannen voet met natuurbehoud. Sinds kort ontdekten we broedende lepelaars op de Vliehors. En wat doe je met een broedkolonie ergens op een zandplaat van de Vliehors of op Texel? Die laat je eenvoudig afschermen met een lint. Militairen weten dan waar ze niet moeten komen. Er wordt vaak met een vergrootglas naar defensie gekeken. Dat is goed. Want je moet als overheid het goede voorbeeld geven!” John van Eenennaam
[email protected]
9
blikopener
O Gottegottegot
In wat voor wereld leven we toch? Ik bedoel, Charlie Hebdo lijkt me een blad waar ik m’n gat nog niet aan zou willen afvegen. Maar om daarom die hele redactie overhoop te schieten? Dat kan toch niet. En die slachtoffers in die Parijse supermarkt, die hadden helemaal nergens part of deel aan, die waren gewoon op de verkeerde tijd op de verkeerde plaats. Vreselijk, je hart breekt. En tegelijk, ik kan er niet om me heen in mijzelf, ik vind het ook tragisch voor die kerels die het op hun geweten hebben. Hoe kom je toch tot zoiets? Hoe verdwaald en verdwaasd ben je dan, of hoe wanhopig of misleid. Of ben je gewoon een keiharde crimineel? Maar ben je dan ook zo geboren? Zonder iets van hun schuld af te halen hoor. In een kerkdienst heb ik een gebed bij een kaarsje uitgesproken voor hun slachtoffers. Ik heb dat ook gedaan voor de ouders van de daders. Maar het voelde ook een beetje laf dat ik dat niet gedaan heb voor de daders. Of ligt daar een grens? Maar het is toch ook een rare wereld, twee jaar geleden vonden we die al-Assad van Syrië een grote klootzak die daar zo snel mogelijk weg moest, nu is de klootzak die fanatieke Islam-jongere die erheen gaat om te knokken. En ligt dat nou aan de Islam en de strijd tegen de heidenen? Of ergens anders aan? Ik vind het ook zo erg van die verwarde man in Groningen die neergeschoten werd, of misschien wel neergestoken is door zichzelf met zijn eigen mes. En Tarik Z., ook al zo’n verward figuur die de studio even komt overnemen voor een ‘ belangrijke boodschap’. De afgelopen weken waren de beelden van Auschwitz weer op TV, zeventig jaar na de bevrijding. In landen net naast het onze, met bijna dezelfde godsdienst, met een hoge ontwikkelding, een mooie cultuur, beschaafd. Waar ging die Tweede Wereldoorlog eigenlijk over? Ook over godsdienst? Op mijn werk op vormingscentrum Beukbergen kijk ik vaak naar een film over Bosnië , en hoe voormalige buren elkaar afslachten, niet zo heel ver hier vandaan en nog niet zo heel lang geleden. Ontstellend dichtbij en schrikbarend kort geleden eigenlijk. En waarom? Blijkbaar is elke reden goed om je medemens af te slachten, als je er maar achter staat. En hoelang gaat dat nog door en wordt dat ooit anders? Of houdt dat pas op als de laatste mens die over is de een-na-laatste mens die over was z’n hals afsnijdt. Hoe dom of naïef of goedgelovig of los van de aarde ben ik eigenlijk als ik hoop op vrede? O God, o God, o God.
11 Anne Zweers
[email protected]
www.DGV.nl
GV Present digitaal lezen? Dat kan! Ga naar www.DGV.nl Heb je interesse om als humanistisch geestelijk verzorger of als dominee voor defensie te werken? Ga dan voor meer informatie naar: www.dgv.nl
Defensie Iftar maaltijd 2015 ftar is de maaltijd waarmee het vasten na zonsondergang wordt verbroken tijdens de Ramadan. Vanaf 2006 organiseert Defensie deze gezamenlijke gratis maaltijd voor alle medewerkers: militairen en burgers, moslims en nietmoslims. Doel is het kweken van wederzijds begrip voor elkaars (a)religieuze achtergrond onder het genot van een heerlijke maaltijd. De Plaatsvervangend Commandant Commando Landstrijdkrachten is dit jaar gastheer van de Defensie Iftar viering. De viering wordt in samenwerking en met ondersteuning van de Dienst Islamitische Geestelijke Verzorging (DIGV) georganiseerd in de laatste week van juni 2015 in het Militair Nationaal Museum te Soesterberg. Binnenkort is er meer informatie te vinden over deze activiteit op Intranet. Aanmelden kan o.v.v. Defensie Iftar 2015:
[email protected]
GV Present | Lente | 2015
Boeddhist op stage bij de Hindoeïstische Geestelijke Verzorging
Primeur voor defensie Vanaf maart 2015 loopt Marco Hougee (47) stage bij defensie als boeddhistisch geestelijk verzorger. Hij geeft antwoord op de voor de hand liggende vraag : wat kan een BGV’er defensie bieden?
Je loopt stage bij defensie. Hoe is dat gekomen?
12
‘Affiniteit met defensie heb ik altijd al gehad. Het is als het ware met de paplepel ingegoten, omdat mijn vader bij het Korps Mariniers heeft gediend. Hij heeft militaire operaties meegemaakt en zijn verhalen hebben de basis gelegd voor mijn drijfveer om militairen tot steun te willen zijn. Verder waren er ook veel militairen aan mijn moederskant van de familie. Zelf heb ik altijd beroepsmilitair willen worden, maar tijdens de dienstplicht verschoof mijn interesse naar andere zaken. Wel ben ik vier jaar reservist geweest bij de Koninklijke Landmacht. Inmiddels werk ik al vijftien jaar bij Diensten Centrum Medische Keuring. Bij defensie kom ik boeddhisten tegen, variërend van keurlingen die dat van huis uit hebben meegekregen, tot hoge officieren die zich uit interesse hierin zijn gaan verdiepen. Gezien de nadruk op diversiteit binnen de krijgsmacht vind ik het jammer dat alle grote religies zijn vertegenwoordigd behalve het boeddhisme. De wens om stage te lopen bij defensie bestond al een tijd, maar bleek niet eenvoudig te realiseren. Ik ben dan ook heel blij dat de Dienst Hindoe
Geestelijke Verzorging mij hiervoor de gelegenheid geeft. Afgelopen maand heb ik net een korte stage bij de Buddhist chaplain in de Britse krijgsmacht afgerond. Het boeddhisme vindt haar oorsprong in de religie die we tegenwoordig het hindoeïsme noemen. Het is daarom misschien niet zo vreemd dat ik als boeddhist stage loop bij de hindoe denominatie. Toch zijn er ook essentiële verschillen tussen beide religies. Zo ligt de
Erkenning van angst of stress biedt ruimte voor een nieuw handelingsperspectief nadruk bij het boeddhisme toch meer op de praktische beoefening van meditatie en het juiste gedrag. Het doel daarvan is om onze gebruikelijke wijze van hoe we de wereld bezien en ervaren te doorbreken. In alledaagse termen betekent dit misschien dat we ons meer bewust zouden moeten worden van ingesleten ideeën en concepten die onze visie op de werkelijkheid vervormen. Niet zelden botsen onze ideeën bijvoorbeeld over hoe we zelf willen zijn en hoe ons leven eruit zou moeten zien met de realiteit ervan. Dit brengt vaak frustraties en een hoop stress met zich mee. We zijn daarbij geneigd om ons af te wenden van die onprettige aspecten en ons heil te zoeken in de prettige kanten van het bestaan. Op zich is dat niet erg, maar vaak hebben die prettige aspecten een houdbaarheidsdatum. De realiteit is dat lijden nu eenmaal ook bij het bestaan hoort. Het
wordt een probleem als we dit weigeren in te zien en zo in feite meer lijden leggen op de ‘pijn’ die er al is. Iedere militair kent het voorbeeld dat we uitstekend ons werk kunnen doen zolang het lukt om onze angsten en stress onder onze ‘baret’ te houden. Maar wanneer de intensiteit ervan toeneemt of te lang aanhoudt, dan lukt dat foefje niet meer. Het boeddhisme beoogt dat we zien wat er werkelijk gaande is door te erkennen dat die angst of stress er is en er mag zijn. Dit schept ruimte voor jezelf, maar ook voor een ander (handelings)perspectief. Het is dan ook niet voor niets dat de U.S. Marines Corps aan aandachtmeditatie doen.’
Wat heb je militairen te bieden? ‘Gedurende mijn stage ben ik voor militairen beschikbaar voor persoonlijke gesprekken. Denk aan gesprekken over bepaalde (levens)vragen of problemen waar militairen tegenaan lopen. Die vragen of problemen kunnen we vanuit het boeddhistische, maar ook vanuit een ander levensbeschouwelijk perspectief verkennen, als de gesprekspartner dat wil. Daarnaast zal ik invulling geven aan boeddhistische vieringen, bijvoorbeeld door dit samen te laten gaan met de hindoeïstische vieringen. Ook wil ik meditatiebijeenkomsten houden op verschillende kazernes. Omdat ik bij defensie werk, kan ik op basis van vrijwilligheid ook na de stage groepsmeditatie blijven aanbieden. Voor vragen of aanmelding ben ik bereikbaar via telefoonnummer: 06-10500301 en email:
[email protected]’ Marco Hougee
GV Present | Lente | 2015
Holi Let this Holi be a time when we change. Not only the color of our faces, but the color of our hearts. Let us not only “play” Holi, but lets us become Holy. Let the only color that truly penetrates our beings be the color of God. For on the morning after Holi the other colors will wash away.. But we must let the color of God be indelible, in our eyes, in our ears and in our hearts. May God bless you all and all your families.
13
GV Present | Lente | 2015
Michiel de Ruyter
Op de set van Nederlands nieuwste kaskraker
In het kielzog van
Een Franse kogel heeft zijn onderbeen eraf geschoten. Met veel bloed eromheen zag dat er afschuwelijk uit. Michiel de Ruyter stierf op het dek van zijn schip in het bijzijn van de scheepsdominee.
klimwerk doen. Ook oud-mariniers waren betrokken bij de film. Vlootpredikant Fred Omvlee en sergeant-majoor Paul van Dijk spelen samen de rol van scheepsdominee. Zij geven een uniek kijkje achter de schermen.
Gesneuveld op de montagetafel Als echte vlootpredikant anno 2014 mocht ik in de huid kruipen van een scheepsdominee in de 17e eeuw. Ik heb in juni een dag meegedaan in Veere en twee dagen in Lelystad. In de scène die in Veere is opgenomen sta ik met een bijbel in de hand tussen weduwes en hun overleden mannen en zoons en lees voor uit Psalm 23. Het verbeeldt de kade van Vlissingen na de verloren slag bij Lowestoft tegen de Engelsen. De familie De Ruyter kijkt uit over zee en vader Michiel besluit weer naar zee te gaan. Ontroerende scène. Helaas is de tekst die ik daar heb uitgesproken, gesneuveld op de montagetafel…
14
Van sergeant-majoor tot dominee
Michiel de Ruyter en de Koninklijke Marine hebben alles met elkaar te maken. In het verleden, maar ook bij de totstandkoming van de film. Vorig jaar begon het al met de presentatie van de cast aan boord van de Zr. Ms. Friesland in Den Helder. De première was in het Scheepvaartmuseum. De Koninklijke Marine heeft de film Michiel de Ruyter gesponsord met praktische ondersteuning. Maar ook kwam een flink aantal van de in het totaal 5000 figuranten uit de marinewereld. Enkele mariniers waren zelfs aangewezen om rollen te spelen: zij mochten het betere roei- en
We hebben nog een dominee nodig. Kunt u dat?
Eén van de andere marinemensen was sergeant-majoor Paul van Dijk. We bleken later dezelfde rol te spelen. Reden genoeg om Paul op te zoeken en te vragen hoe het zo kwam. “Ik zag een oproep in de Telegraaf, ‘figuranten gezocht voor film
GV Present | Lente | 2015
over Michiel de Ruyter’. Dat leek me wel wat”, aldus mijn ‘collega’-dominee. Paul begon in 1980 als matroos dekdienst en werkt tegenwoordig als een soort luchtverkeersleider op zee. Vanuit de verkeerstoren op Fort Harssens, het uiterste puntje van de vaste wal heeft hij een panoramisch uitzicht over de rede van Texel. Precies de plek waarvandaan admiraal Michiel de Ruyter in de 17e eeuw uitvoer met zijn schip De Zeven Provinciën. Zo zijn er nog wel meer overeenkomsten te vinden tussen pakweg 1665 en 2015. Militairen bij de marine en het Korps Mariniers, opgericht in dat roemruchte jaar, zijn nog steeds lang van huis. “Ik werd opgeroepen als figurant” , vertelt Paul, “ en moest me om zes uur ’s ochtends melden op de Batavia in Lelystad. Toen waren alle rollen eigenlijk al vergeven.” Ze vertelden dat ze nog een dominee nodig hadden en vroegen of ik dat zou kunnen. “U zijt wellekome, antwoordde ik en ik mocht het zwarte pak met witte kraag aantrekken. Daarmee was ik meteen een hoogwaardigheidsbekleder en mocht bij de echte acteurs wachten. Zo raakte ik aan de praat met Frank Lammers die Michiel
de Ruyter speelt.” “Jij moet mij vandaag de zegen geven”, zei hij, “want vandaag spelen we de sterfscène”.“Toen hij vernam dat ik echt bij de marine zat, vroeg hij hoe het is aan boord en wat het betekent om lang van huis te zijn. Dat zijn overeenkomsten met vroeger. En we vechten ook nog steeds tegen piraten. Ik vertelde over de twee missies die ik in Somalië meemaakte aan boord van de Hr. Ms. Tromp. We hebben toen een gegijzeld motorschip en een dhow bevrijd van piraten. Dat vond Frank Lammers interessant om te horen.”
Gesneuveld aan dek In de bewuste scene zien we Michiel de Ruyter op zijn schip op de Middellandse Zee. Een Franse kogel heeft zijn onderbeen eraf geschoten. “In werkelijkheid hadden ze een gat in het dek gezaagd en daar lag Frank Lammers met zijn onderbeen in”, vertelt Paul van Dijk. “Met veel theaterbloed eromheen zag het er gruwelijk uit. Ik sta achter de admiraal en spreek de woorden: Gij zijt de rots waarop ik bouw. Gij zijt de toekomst die mij wacht. Gij zijt mijn hoogste goed. In U mag ik rusten voor eeuwig en altijd. Tygo Gernandt heeft me geholpen om deze tekst die dag uit het hoofd te leren en
De kunst is om samen te werken. Dat was in de Gouden Eeuw onze kracht! goed voor te dragen. Dat is gelukt, maar helaas is de tekst niet in de film gekomen. Maar ik had de herinneringsboeken van de Tromp meegenomen en Frank Lammers heeft er een handtekening in gezet als Michiel de Ruijter met daarbij ‘voor jou: Frank Lammers’”.
Van stilstaand schip naar meeslepende film
Paul van Dijk als dominee bij de gewonde Michiel de Ruyter
Het contrast tussen wat je op een set ziet en uiteindelijk in de film is groot. Zie je in werkelijkheid een vastliggend schip op het IJsselmeer, in de film blijkt dat een trots schip in het vuur van de strijd omringd door tientallen andere schepen.
15
Fred Omvlee bij het schip in Lelystad
Levensecht! De animatietechniek staat voor niets. En is op de set nog onduidelijk hoe iets past in het verhaal, in de film word je meegenomen door het ontroerende verhaal van een zeeman, die militair is tegen wil en dank. Michiel de Ruyter is de briljante strateeg die het land nodig heeft. Hij zorgt liever voor zijn vrouw en kinderen, maar hij aanvaardt zijn taak voor de vrede in het land. Bij de geschiedenislessen vroeger lette ik echt op, maar zo helder als in de film werd mij de strijd tussen aanhangers van de Prins van Oranje en de aanhangers van Johan de Witt nog niet eerder uitgelegd. De boodschap voor mij is: we hebben in de Nederlanden altijd te maken gehad met verschillende partijen en verschillende belangen en de kunst is om samen te werken. Dat was in de Gouden Eeuw onze kracht. Fred Omvlee
[email protected]
GV Present | Lente | 2015
Flora en fauna op kazer Rode Lijst Hoe het gesteld is met flora en fauna in Nederland, weten we door de Rode Lijst. Daar staan veel in hun voortbestaan bedreigde plant- en diersoorten op. De soorten worden opgedeeld in diverse categorieën als ‘uitgestorven op wereldschaal’, verdwenen uit Nederland’, ‘ernstig bedreigd’, ‘toegenomen, maar zeer zeldzaam’ enz. Die lijst is vanaf 1995 alleen maar groter geworden. Verschillende onderzoeken hebben immers aangetoond dat in Nederland nog maar 15% van oorspronkelijke biodiversiteit is overgebleven. Een teloorgang lijkt zich over het algemeen door te zetten. Defensie is een terrein-beherende overheid, die deze Rode Lijst serieus neemt en een positieve bijdrage levert aan het behoud van de natuur.
16
Broedvogels geven informatie over het landschap
Boomleeuwerik
Grote parelmoervlinder
Je komt hem op bijna elk militair terrein tegen. Hij zingt mooi, langdurig en gevarieerd. Defensie draagt substantieel bij aan de instandhouding van deze vogel.
Grotendeels verdwenen als gevolg van de verdroging van de duinen. Hij komt voor op de Arhemse heide.
Nachtzwaluw
Het verdwijnen van amfibieën kan iets zeggen over milieuvervuiling, Dagvlinders illustreren de verdroging of vermesting luchtkwaliteit op locaal Amfibieën hebben vrijwel allemaal met gebied Militairen kunnen nog leren van de camouflagekleuren van deze nachtzwaluw op haar nest met eieren.
Grauwe klauwier Een schaarse broedvogel in Nederland.
Kommavlinder Gebonden aan een overgangsgebied tussen open zand en grazige vegetaties. Op de schrale graslanden komt de kommavlinder voor.
elkaar gemeen dat ze in aantal en verspreidingsgebied achteruitgaan! In vennen en blusvijvers in de heide van Vught hoor je in maart bijvoorbeeld de blauwe mannetjes van de heikikker.
Blauwborst Minder bekend dan de roodborst, maar is zich iets meer aan het uitspreiden. Deze zangvogel is een snelle vlieger, die meestal verborgen leeft in de vegetatie. Hij is waargenomen dichtbij de Joost Dourleinkazerne, Texel.
Zandhagedis IJsvogelvlinder In het bos bij Schinveld huist een populatie kleine ijsvogelvlinders. In de braamstruwelen zie je ze nectar drinken.
Deze robuuste zandhagedis komt vooral voor op heideterreinen en in de duinen. Het diertje wordt beschermd door de Flora- en faunawet en staat op de Rode Lijst met de opmerking “kwetsbaar”.
GV Present | Lente | 2015
rnes en velden Libellen zijn keurmeesters voor de waterkwaliteit en variatie in water- en oevervegetatie Zadelsprinkhaan
Valkruid
Staat op de Rode Lijst als ernstig bedreigde soort. Op het schietkamp Oldebroek zit de grootste populatie van Nederland.
Komt voor op de heidevelden, schraalgraslanden en op brandplekken in het bos. Het plantje is giftig (helenaline) en het blad geeft huidirritatie (arnicine). Hildegard van Bingen (1098 –1179) gebruikte het al bij het behandelen van wonden. Medicinale werkingen zijn aan dit plantje toegeschreven: het bevordert de doorbloeding van de kransslagaders (tegen hartfalen), helpt tegen spierpijn en tegen een bepaalde vorm van kaalheid.
Zandoorworm
Ook sprinkhanen hebben een signaalfunctie
Een nuttige opruimer in de natuur die te vinden is op stuifzand.
Planten
Ronde zonnedauw Op natte plaatsen in de heide komen we de vleesetende plant ronde zonnedauw tegen.
Groot wild De kleine wrattenbijter De sprinkhaan staat als ‘zeer bedreigd’ op de Nederlandse Rode Lijst. Het diertje werd herontdekt, nadat het al twaalf jaar als uitgestorven te boek stond. Op het ASK Oldenbroek wordt de unieke populatie jaarlijks geïnventariseerd.
Blauwvleugelsprinkhanen Deze sprinkhaan leeft op het schietkamp Harskamp tussen het korstmos. Ze zijn goed gecamoufleerd ten opzichte van de ondergrond, doordat ze al vroeg hun kleur aan de lokale bodemkleur aanpassen. In Nederland vormen steeds meer asfaltering en verbossing voor hen een reële bedreiging.
Bijenorchis Bijenorchis: Kort geleden weer gesignaleerd. De orchidee lijkt op een vrouwtjesbij, waar mannelijke bijen op afkomen. Zo verplaatst zich het stuifmeel. Rietorchis: Net als alle andere orchideeën is de soort wettelijk beschermd. De rietorchis is ernstig bedreigd en daarom is uitsteken, plukken of beschadigen verboden. De rietorchis vinden we langs kreken van de schietbaan.
Groenknolorchis Belangrijke soort die massaal op een aantal oefenterreinen voor komt.
Wilde zwijnen en herten De grote schietterreinen op de Veluwe zijn een waar eldorado voor edelhert, damhert en wild zwijn. Sommige delen zijn jachtvrij vanwege het gevaar van niet gesprongen munitie. Mocht de wolf zich hier gaan vestigen, dan komt deze op de hoogste trede van de voedselketen. Herten zullen het terrein waar de wolf zich ophoudt gaan mijden.
17
GV Present | Lente | 2015
In je hart wil je geen commando worden
18
De harde realiteit van het parate leven René, marinier met een Special Operations Forces ofwel sof-achtergrond en een uitgesproken mening. Kale schedel en diep liggende ogen. Op het eerste gezicht geen lieverdje. Een vooroordeel? Wat doet defensie met je als militair? Dat is de vraag.
René, zou jij jezelf aan de hand van een opmerkelijke eigenschap of gewoonte voor willen stellen? “Ik ga in mijn leven mega voor gerechtigheid. Als ik onrecht zie, zou ik het liefste gelijk reageren. Als er een kras op een auto wordt gezet, dan zou ik bijna sterven om de lui te corrigeren. Of vuilnisbakken die ‘s nachts worden omgeschopt. Sta ik ineens in mijn onderbroek buiten. Liggen er twee, drie jochies op de grond die niet weten wat er is gebeurd. Alles netjes hoor, en ook zonder te slaan. Maar toch. ‘Joh, wat is dit?’
vragen ze dan. Ik zeg, ‘Ik wens niet dat jullie die vuilnisbakken omschoppen, dus zet ze overeind, die rotzooi erin, hup.’ Maar ik heb wel geleerd dat je af en toe een stap terug moet doen, omdat je niet altijd wegkomt met instinctief reageren. Hier wel misschien, maar niet buiten de poort.” Ik vind het lastig om het militair zijn los te laten. Ik ontspan me moeilijk. Omdat ik altijd kijk of er problemen kunnen ontstaan: mensen die dronken worden, hoe de deuren open gaan, waar ik weg kan. Ik
ben te alert op mijn omgeving. Mensen zien dat en denken: ‘Die vent is raar, die is anders daarin.’ Ik moet er echt op letten om sociaal te zijn. Om aan een tafeltje te gaan staan bij de voetbal en aansluiting te zoeken bij de mensen, omdat ik denk: ‘Joh, waar lul je over...’ Wij hebben de lat anders liggen.”
Heeft defensie dat veroorzaakt? “Je bent zelf verantwoordelijk. Te allen tijde. Maar het is ook karakter. De een blijft de lieve, zachte jongen die hij altijd was, de
GV Present | Lente | 2015
denk ik: ‘oké rustig,’ en dan rij ik achteruit. Ik ben te oplossingsgericht, ik duik overal te snel in.”
Heb je het gevoel dat je op die manier veel plezier hebt laten liggen in je leven? “Ik ben berekenend. En het is ook wel eens lekker om dat niet te zijn. Dat je gewoon eens een pilsje kunt drinken en dat je gewoon eens kunt ontspannen en iets overgeeft aan een ander, zo van: ‘Joh, ik ga lekker achterin zitten, rij jij maar naar huis.’ Dat zou ik graag willen. Maar het militair zijn, leg je niet af. Zoals ik hier ben, ben ik thuis ook. Toch zeg ik tegen mezelf: ‘Probeer eens buiten die zone te komen. Ga eens naar de Mac, let eens niet op je eten.’ Maar dat is moeilijk. Als ik op de motor zit dan geniet ik van de vrijheid, maar ik hou altijd rekening met alles wat er mis kan gaan. Iedere situatie moet ik inschatten en beoordelen.”
Is er een groot verschil tussen hoe defensie vroeger was en nu?
Het leven binnen de poort is niet de wereld ander verandert. Kijk, die alertheid heb je ook nodig in dit werk. Als Special Forces operators worden we getraind om agressie te geven, maar ook om weer de switch te kunnen maken naar rust. En dat is een schakel die constant op en neer klapt: agressief erin, dan de rust herstellen en een stap terug doen. Alleen, je zet niet zomaar een knop aan en uit. Kom ik terug uit Afghanistan, word ik aangehouden door iemand die achter een boom staat te laseren. Maar ik vind het lastig als iemand op me richt. Dus zet ik mijn auto voor die boom neer en vraag: ‘Wat ben je aan het doen? Je richt op me?’ Of een joch dat me tegemoet komt die niet achteruit wil omdat de weg te krap is. Stap ik uit, loop ik naar die auto toe, en dan roept mijn vrouw al: ‘Tel tot tien, tel tot tien!’ Dus dan tel ik tot tien en zeg ik: ‘Joh, wil je alsjeblieft achteruit rijden?’ En dan zie ik dat joch zitten, amper twintig, kerstpakketje naast zich op de stoel, dan
“Het is veel beter dan vroeger. Veel professioneler. Toen ik 18 was, keek ik iedereen al recht aan. Ik was sterk, ik wist waarvoor ik stond en ik liet me niet in de maling nemen of met een grote smoel wegjagen. Maar dat heeft me heel veel gekost, dat lag ook aan de cultuur. Ik had graag dingen willen doen, maar dan zeiden ze tegen me: ‘Wegwezen jij.’ En op basis waarvan? Omdat ik iemand recht aankeek? Waarom moet een cursist zich nederig opstellen? Maar dat was de tijd toen. Het was veel meer schreeuwen. Als je vroeger sportinstructeur wilde worden, mocht je onder de trap gaan zitten. En dat zaten ze in het koffiehok over je te praten. Dat deed ik niet en dus werd ik geen sportinstructeur. En ik had ook graag commando willen worden. Een groene baret, dat leek me wel wat. Ik mocht twee weken voor het einde van de opleiding bij de commandant komen. Hij zei: ‘Jij wordt ontheven.’ Ik vroeg: ‘Ontheven?’ ‘Ja, in je hart wil je geen commando worden.’ Ik zei: ‘In mijn hart wil ik geen commando worden?’ ‘De sergeant vindt dat jij te slecht bent om te branden.’ Ik vertrok met tranen in mijn ogen, 19 jaar. Zo mager als een lat. Ik belde mijn moeder vanuit de telefooncel op de kazerne en zij zei: ‘Jochie, laat ze maar de tering krijgen en kom maar lekker naar huis.’ Maar heel je leven hoor je:
‘Waarom ben je geen commando?’ De officiële reden was: in je hart wil je geen commando worden. Daar kon ik het mee doen toen. Nu geef ik zelf les en instructie. En er zijn altijd lui die je aankijken en denken: ‘Hé kale, wie ben jij dan?’ Dat voel ik. Maar denk je dat ik dat als bedreiging ervaar? Dat vind ik super. Dan zet ik ze allemaal op de knieën neer, in de bagger, en dan stoeien we. Soms lig ik zelf onder en heeft een vent mij te pakken. En dan gaan die lui van: ‘Pak die kale!’ En dan roep ik: ‘Stop, stop, stop!’ Ik zeg: ‘Ja jongens, in het echte leven heb je ook baas boven baas. Er is er altijd een sterker dan jij. En dat is ook niet erg.’ Ik probeer ze iets mee te geven, op een normale manier.”
Voor welke valkuil wil je de jonge militair behoeden? “Dat ze zichzelf opsluiten in deze wereld. Dit, het leven binnen de poort, is niet de wereld. Te lang heb ik op mijn tenen gelopen. En waarvoor? Voor je het weet, meet je jezelf iets aan wat je helemaal niet bent. Kale kop, gefixeerd op het fysieke. Extreem goed je lessen voorbereiden, extreem vroeg op je werk zijn. Ik sta nog steeds om vier uur op, ik zit nog steeds om kwart over zes in de sportschool. Wie zit er om die tijd nu in de sportschool? Ik vind dat ik sterk moet zijn. Maar voor wie? Het zit er helemaal in gepompt. Ik had graag gehad dat iemand toen ik twintig was had gezegd: doe maar normaal, dan doe je al gek genoeg. Het is goed. Voor die valkuilen wil ik die jonge gasten behoeden. Je moet je weg vinden, met je gezin, met je omgeving en dan moet je weleens een stapje terug doen op je werk. Het moet in evenwicht zijn. Als je dat ziet, is dat je winst. Als je dat niet ziet, dan raak je in een isolement. Dan voel je je onbegrepen, dan keer je naar binnen toe en krijg je problemen. Mensen glijden van je weg. Je naasten. Als ik met pensioen ben dan wil ik niet bekend staan als die oude zeur in zijn caravan, ergens achter in het land, die in zijn eigen wereld leeft en de hele dag ‘ahoea!’ roept”
Gösta Huijs
[email protected] Om privacy redenen is niet de volledige naam van de geïnterviewde vermeld.
19
de overweging
GV Present | Lente | 2015
Herdenking 4 mei in Rotterdam
20
Een week of drie geleden was ik bij een groep mariniers in opleiding van de Van Ghentkazerne. Zij hadden een tweeweeks schietbivak op de Amerikaanse basis in Grafenwöhr in Duitsland. Op de zaterdag halverwege dit bivak hadden wij een excursie georganiseerd naar het voormalig concentratiekamp Flossenbürg. Voor veel van die jongens was het een indrukwekkende ervaring om in zo’n lieflijk gelegen plaats te horen over de gruwelijkheden die daar tijdens de Tweede Wereldoorlog plaats hadden gevonden. Voor deze mariniers in spe, in de leeftijd van 18 tot 25 jaar, is de Tweede Wereldoorlog iets van lang geleden, net als de geschiedenis van Nederlands optreden in Oost-Indië en Korea. Ze werden in Flossenbürg geconfronteerd met wat het betekende om tot een bij het gezag ongewenste groep te behoren: als gehandicapte, als Jood, zigeuner, homoseksueel, of iemand met de ‘verkeerde’ politieke voorkeuren. Mensen die niet in vrijheid mochten zijn, wie ze waren. Nog tijdens de rondleiding kwam één van de jongens naar me toe en zei: “ik denk dat ik dit jaar 4 mei anders zal beleven dan tot nu toe. 5 mei was een vrije dag die ik vierde met een lekker biertje, samen met mijn maten. Maar ik snap nu waarom we 4 mei stil staan bij de oorlogsslachtoffers.
Ik denk dat ik dit jaar voor het eerst ook stil zal staan.” ‘Vrijheid geef je door’ is ook dit jaar het thema van 4 en 5 mei. Deze jongen realiseerde zich daar op die plek dat vrijheid geen vanzelfsprekendheid is en dat velen in de wereld gestorven zijn, omdat zij niet mochten zijn wie ze waren en dat er velen zijn gesneuveld in hun strijd om die vrijheid overeind te houden. En veel onschuldige burgers zijn slachtoffer geworden van de dadendrang van regimes die de wereld hun wil wilden opleggen. We zijn hier bij elkaar om te herdenken. Nog eens denken aan, opnieuw denken. We staan letterlijk stil bij de gesneuvelde militairen uit Nederland en van elders die streden voor onze vrijheid en vrijheid van anderen, ook tijdens missies in recentere tijden, en bij de burgerslachtoffers, zeker ook van het bombardement op Rotterdam. Voor sommigen onder ons is er geen sprake van herdenken, omdat ze altijd denken aan wat zij zelf in vrienden- of familiekring hebben meegemaakt. Het is voor hen iets dat continu als een grondtoon aanwezig is in hun bewustzijn. Als we hier en op andere plekken in het land samenzijn, denken we in eerste instantie aan personen: vaders, zonen, broers, vrienden, moeders, dochters en zusters, die gestreden hebben voor vrijheid en aan hen die de
gevolgen hebben gevoeld van onvrijheid. Uit eerbetoon aan hen, opdat we nooit vergeten, staan we vandaag hier op deze plaats. Maar we denken ook aan het begrip ‘Vrijheid’. Vrijheid geef je door, zeiden we al. Dat klinkt goed, maar wat zeggen we eigenlijk? Wat willen we dan precies doorgeven? Door stil te staan bij wat vrijheid nu eigenlijk inhoudt, eren we onze oorlogsslachtoffers. In onze maatschappij wordt de vrijheid waarvoor destijds gevochten is vaak als vanzelfsprekend ervaren, maar dat is zij geenszins. Het lijkt of het woord vrijheid de laatste decennia een inflatie heeft ondergaan. Vaak als men het heeft over vrijheid, bedoelt men niet meer dan ‘de ander mag mij niet in de weg staan’. Het is de vrijheid van de persoon die letterlijk veel ruimte wenst in te nemen. De politiek filosoof en socioloog Harry Kunneman gebruikt daar de term “Dikke Ik” voor. “De Dikke Ik” – en dan citeer ik Kunneman – “ziet zich steeds weer gedwongen om anderen te overstemmen of op zij te duwen teneinde ruimte te scheppen voor zijn eigen standpunt. De Dikke Ik stuit voortdurend op de onbetrouwbaarheid, de incompetentie en de domheid van anderen.” Einde citaat. U zult begrijpen dat dit een heel negatieve vorm van vrijheid is. Een vrijheid gericht op directe behoeftebevrediging. Een vrijheid van ikke-ikke-ikke, de vrijheid van wij
culinair met een bite! tegenover zij. Het gevolg is, zo signaleert Kunneman, dat de samenleving wordt geconfronteerd met grof, lomp en achteloos gedrag op straat, in de kroeg en in de winkel. Vrijheid in dit perspectief is dat anderen zich vooral niet met mijn zaken moeten bemoeien en uit zich in respectloosheid voor het anders-zijn van de ander. Als we nu samen herdenken, dienen we uit respect voor degenen die de hoogste prijs hebben betaald kritisch te zijn ten opzichte van deze negatieve vorm van vrijheid. De vrijheid die we hier herdenken en willen doorgeven is een veel fundamentelere vrijheid. Het is de vrijheid te mogen zijn wie je bent: humanist, christen, jood, moslim, liberaal, socialist, homo, hetero. Het is de fundamentele vrijheid dat je vorm kunt geven aan je eigen leven, maar dat ook anderen te gunnen. Dat er mensen zijn die anders zijn dan jij en anders doen dan jij en dat je ook die mensen ruimte kunt geven. We zien dat in Syrië, in de Oekraïne en op andere plaatsen in de wereld mensen strijden tegen totalitair gedachtegoed, omdat ze zichzelf willen zijn en zich niet willen laten kortwieken tot de mens die het regime graag ziet. Maar ook in ons eigen land mogen we dit niet uit het oog verliezen. Vrijheid is niet vanzelfsprekend. We leven met elkaar samen en samen leven is een werkwoord. Samenleven is een constante dialoog met elkaar om te kijken hoe we elkaar de ruimte kunnen geven, hoe we ervoor kunnen zorgen dan we allemáál mogen zijn wie we zijn. Vrijheid, zo sluit ik af, is geen gegeven, vrijheid is een opdracht! Hugo Houtgast
[email protected] Rede uitgesproken tijdens de 4 mei herdenking in 2014.
GV Present | Lente | 2015
Geitenkaas met honing in bladerdeeg Benodigdheden: Een pakje (roomboter) bladerdeeg uit de diepvries 150 gram verse jonge geitenkaas 3 eetlepels honing Een takje tijm Bakpapier Bereidingstijd: 25 minuten Bereiding: Laat de bladerdeeg op kamertemperatuur ontdooien. Verwarm de over voor op 180° C. Snijd de plakjes bladerdeeg in vierkantjes of iedere andere gewenste vorm. Leg de vierkantjes op een ingevette bakplaat, of gebruik pakpapier. Drapeer in het midden van ieder vierkantje een hoopje geitenkaas. Druk het geheel aan zodat het een stevig hoopje wordt. Laat over elk hoopje een eetlepel honing vloeien. Strooi ter decoratie nog eventueel een paar tijmblaadjes over de geitenkaas. Zet het geheel 10 tot 14 minuten in de oven. Wanneer de bladerdeeg goudgeel en krokant is en de kaas is gesmolten, dan is het geheel klaar voor consumptie. Tip: Afhankelijk van de hoeveelheid toevoeging van honing is dit gerecht in te zetten als voorgerecht of hartig-zoet dessert. Leuk gerecht om met kinderen te bereiden.
Geitenkop! Vijftien jaar geleden toog ik jong en onbezonnen voor mijn vervolgstudie naar Griekenland. Op uitnodiging van een goede vriend mocht ik Pasen meevieren met zijn familie. Het idee was dat ik op die manier alvast de Griekse cultuur van binnenuit zou opsnuiven. Wat volgde was een Paasvariant op de comedyfilm ‘My Big Fat Greek Wedding’, maar dan met horrorelement. Op Paaszaterdag liep ik ‘s ochtends nietsvermoedend de keuken binnen en werd ik aangestaard door een gevilde geitenkop. Bleek en met ongeveer dezelfde lege blik in de ogen liep ik de keuken weer uit. Mijn kameraad achtte het verstandig dat ik de rest van de dag de keuken niet meer zou betreden. Ik vond dat hij gelijk had. ’s Avonds gingen we naar de Paaswake, die volgens goed gebruik een paar uur duurde. Het hoogtepunt van de avond moest echter nog komen: de Paassoep, gemaakt van geitenkop. De familietraditie wilde dat degene die het oog in zijn soep vond het menu voor eerste Paasdag mocht kiezen. Bij de gedachte alleen al trok de kleur weer spontaan uit mijn gezicht. Beleefd heb ik mijn bord afgeslagen. De wijze les was dat cultuur proeven ook zijn grenzen kent. Het is vervolgens ware kunst om je grenzen te stellen en de ander in zijn waarde te laten. Vier maanden Afghanistan wees later uit dat dat nog knap lastig is! Claudia Bisschops
21
GV Present | Lente | 2015
Durf fouten te maken, want zo leer je het meest! De TEDxDefensie neemt deze wijsheid als een van haar uitgangspunten en noemt het storytelling: leren over leiderschap door middel van verhalen. Dit keer gaat Luitenant ter Zee der 2e Klasse Oudste Categorie Michael van Alderwegen te biecht. Verhalenverteller én de man achter TEDxDefensie. Fortitudo (moed - standvastigheid)
De zeven deugden Prudentia (wijsheid - verantwoordelijkheid)
22
score: 7
Hier geef ik mezelf een 7 want dit was het gemiddelde cijfer dat ik altijd op de universiteit haalde tijdens mijn psychologiestudie. Mijn vader, oud-marinier, gaf mij ooit een help yourself book. En hier stond een levenswijsheid in die me altijd is bijgebleven. Het komt hierop neer: hoe meer je weet, hoe meer raakvlakken je hebt met wat je niet weet en dat zou bescheiden en nieuwsgierig moeten maken. Tijdens mijn uitzending naar Afghanistan heb ik dit aan den lijve ondervonden. De complexiteit van de situatie daar en het je bewust worden van de vele verschillende belangen en de effecten op mensen maakt, dat je je dieper in de situatie wilt ‘invreten’ en tevens beseft hoe moeilijk het is om alles te overzien. Ik heb hier geleerd mijn oordeel uit te stellen. Van nature ben ik een introvert persoon die liever luistert naar hoe anderen over dingen denken dan dat ik zelf praat. De hang naar kennis uit zich vooral in benieuwd zijn naar de verhalen van anderen.
Iustitia (rechtvaardigheid - rechtschapenheid) score: 8,5 Ik kan slecht tegen kortzichtigheid, dat raakt me persoonlijk. In mijn werk probeer ik zo zorgvuldig mogelijk te zijn en iedereen recht te doen. In de voorbereiding op de TEDx hebben we de afspraak gemaakt dat defensiewerknemers voorrang krijgen op mensen ‘van buiten’. Dit werd niet door iedereen even goed ontvangen en de onterechte verwijten naar defensie toe als zou het in een in zichzelf gekeerde organisatie zijn, ergeren mij dan. Rechtschapenheid is voor mij ook dat ik probeer anderen niet tekort te doen. Een voorbeeld waarvan ik heel veel geleerd heb is het volgende. Een aantal jaar geleden maakte ik deel uit van de selectiecommissie voor nieuwe managementtrainers. Ik heb toen een sergeant afgewezen voor een functie omdat de man tijdens de sollicitatie niet gepassioneerd voor het vak overkwam. Jaren later zat ik in een sessie over leiderschap met dezelfde man en hij vertelde met zoveel visie en passie over leiderschap dat ik zowel hem als de school tekort heb gegaan door hem destijds niet te hebben gekozen. Dat neem ik mezelf nog steeds kwalijk. Als ik het terug zou kunnen draaien, had ik zeker anders besloten.
Temperantia (gematigdheid-zelfbeheersing) score: 6,5 Als kind was ik buitengewoon temperamentvol en op het voetbalveld komt dat nog steeds terug. Ik denk steeds dat ik mijn temperament inmiddels onder controle heb, maar zo nu en dan krijg ik toch teruggekoppeld dat ik de echte emotie non-verbaal nog steeds uitstraal. Mijn boosheid komt dan voort uit oprechte betrokkenheid. Inmiddels heb ik wel geleerd om het gevecht uit te stellen als dat nodig is. Maar als ik ergens van overtuigd ben, laat ik niet los. Mijn temperament is ook mijn drijfveer om dingen voor elkaar te krijgen.
score: 8
Ik heb ooit een leidinggevende noodgedwongen met zijn tekortkomingen geconfronteerd. In een persoonlijk gesprek heb ik het vertrouwen in hem opgezegd in het belang van zijn gezondheid en het team. Dat vond ik heel moeilijk om te doen, maar gelukkig pakte het goed uit omdat hij zelf ook inzag dat het inderdaad zo niet langer ging. Dat vond ik moedig van hem. Als mijzelf of iemand anders onrecht wordt aangedaan, ga ik het gevecht aan. Zo had ik voordat ik op uitzending ging naar Afghanistan een conflict met een Britse overste waarbij de overste mij te licht bevond. Dat deed iets met mijn zelfvertrouwen. Uiteindelijk werd ik als marineman onder een Nederlandse landmacht-overste geplaatst. Deze man gaf mij het vertrouwen dat ik het zou redden en daarvoor heb ik veel waardering. Aan het eind van mijn uitzending kwam de Britse overste naar me toe en gaf me het mooiste compliment dat ik kon krijgen: Michael, you proved me wrong! Daar kan geen beoordeling tegenop.
Fides (geloof)
score: 8
Ik geloof in de kracht van de mens. Mijn vader is Protestant mijn moeder Katholiek en mijn ouders hebben er toentertijd voor gekozen mij op een openbare school te zetten. Met mijn eigen kinderen doe ik het anders, omdat ik zie dat mensen steun halen uit bijbelverhalen. Ik wil mijn kinderen meegeven dat dit er is en aan hen de keuze laten. Dat wilden mijn ouders ook voor mij, maar doordat ik naar een openbare basisschool ben gegaan heb ik die keuze nooit echt gekregen, omdat ik daar weinig over het geloof heb gehoord. Vanuit het Expertise Centrum Leiderschap Defensie (ECLD) geloof ik heel sterk dat storytelling dé manier is om als leider te inspireren. De bijbel is voor mij een voorbeeld bij uitstek van goede storytelling.
Spes (hoop)
score: 10
Hier scoor ik hoog, want ik blijf hoopvol, soms op het naïeve af. Het was lang onduidelijk of ik een fase drie contract zou krijgen en op het allerlaatste moment kwam het dan toch. Hoewel ik in onzekerheid zat, heb ik geen moment de behoefte gehad om buiten te solliciteren. Simpelweg omdat ik het vertrouwen en de hoop had dat het goed zou komen. Ik ben op mijn plek bij de Marine. Als vierde generatie militair zit de liefde voor defensie diep. Mijn opa werd krijgsgevangen gemaakt in de oorlog en heeft daar veel verhalen over verteld. Die verhalen hebben me altijd geraakt omdat er hoop uit spreekt. Die verhalen hebben ertoe geleid dat ik militair ben geworden.
Caritas (naastenliefde)
score: 7
Mijn vrouw is op dit gebied bijzonder voor mij. Niet alleen heeft zij twee banen in de zorg, en is ze daarmee als vanzelf gericht op de ander, maar wat vooral bewonderenswaardig is, is dat zij in de periode van de onzekerheid over de contractverlenging mij zonder meer haar vertrouwen gaf en mij op mijn woord geloofde, terwijl we toch twee kinderen en een hypotheek hebben. Voor mij is het bijzonder om te ervaren dat iemand je zoveel liefde en vertrouwen wil geven. Ik denk dat veel militairen dat zullen herkennen.
GV Present | Lente | 2015
De zeven zonden Superbia (hoogmoed - ijdelheid)
Gula (onmatigheid) score: 2
Hoogmoed opgevat als trots in bescheidenheid, heb ik wel. De momenten dat mijn ouders trots op mij waren, betekenen iets voor me. Datzelfde heb ik nu naar mijn kinderen. Als ik zie hoeveel talent zij hebben, onbevangen en ongeremd zijn en dat de hele wereld aan hun voeten ligt, dan ben ik trots op mijn kinderen en wat mijn vrouw en ik hun kunnen bieden. Mijn vader heeft me altijd geleerd dat er een verschil is tussen zelfvertrouwen en arrogantie. Als je zelfvertrouwen combineert met bescheidenheid voorkom je dat je arrogant wordt. Dat geef ik mijn kinderen mee.
Avaritia (hebzucht - gierigheid)
score: 1
Ik geef bijna geen geld uit. Zowel mijn vrouw als ik vinden het heerlijk om een grote spaarpot te hebben, want dat geeft rust. Misschien komt dit door mijn Schotse afkomst. Toch ben ik niet gierig, want ik gun iedereen alles. Daarnaast kunnen we als gezin alles doen wat we willen.
Luxuria (zucht naar weelde - luxe)
score: 3
Als ik iets koop, dan wil ik wel iets goeds hebben en dan koop ik een duur merk, omdat ik dan het gevoel heb dat ik kwaliteit in huis haal. Daarnaast houd ik van mooie kleren. Daar geef ik wel geld aan uit. Ik vind het belangrijk om er ook in burger representatief uitzien. Maar bijvoorbeeld mijn auto is een vervoermiddel en meer niet: klein, compact, betrouwbaar en brengt me van A naar B. Prima.
Invidia (afgunst - jaloezie)
score: 1
Jaloezie ken ik niet. Veel meer heb ik bewondering of waardering voor mensen. Bijvoorbeeld iemand die jong, intelligent en energiek zaken voor elkaar bokst in dit bedrijf, daar kan ik enorm veel bewondering voor opbrengen. Ook heb ik bewondering voor collega’s die voor anderen hun nek uitsteken en leidinggevenden die dat recent en in het verleden voor mij hebben gedaan. Dit heb ik op basis van goede voorbeelden overgenomen nu ik zelf in een positie ben dat ik daarin invloed heb.
score: 3
Ik ga helemaal op in mijn werk. Daarin ben ik onmatig, gewoon omdat ik het heerlijk vind en er heel veel energie van krijg. Ik word ’s nachts wakker met een idee voor de TEDx en dan wil ik het liefst meteen aan de slag. Maar ik moet wel structuur aanbrengen in mijn dagen, anders heb ik de neiging om door te gaan en te weinig te eten en te slapen. Ik weet ook dat ik daarmee ook mijn gezin soms te kort doe.
Ira (woede - wraak)
23
score: 3
Ik kan boos worden, maar ik blijf wel altijd respectvol en word nooit persoonlijk. Mij zul je niet in een vechtpartij terecht zien komen. Maar ik vergeef niet. Je doet niet snel af bij mij, maar als, dan is het ook over. Als professional zal ik je waarderen, maar het blijft knagen. En tegelijk, als ik erachter kom dat ik ongelijk heb, zal ik onmiddellijk mijn excuses aanbieden. Maar ik ga zeker de strijd aan!
Acedia (luiheid)
score: 1
Als ik mezelf geen doelen stel dan kan ik rustig neerploffen en dan komt er helemaal niets uit mijn handen. Maar dat duurt één dag. Ik moet altijd iets te doen hebben. Ook als ik op stap ga, moet ik kunnen kaarten, darten of biljarten. Ik kan niet stil zitten en over koetjes en kalfjes praten. Het niets doen, ben ik op de een of andere manier kwijt geraakt. De andere kant is dat de onrust ook inspirerend werkt en dat er altijd nieuwe ideeën ontstaan.
Het eindoordeel Verhalen vertellen gaat Mr. TEDx prima af en daarin is hij ontwapenend open en eerlijk. Hoe kan het ook anders als storyteller. De scores zijn dan ook naar verwachting. Ernstig punt van aandacht is wel de balans vinden tussen werk en basale dingen als eten en slapen.
biechtgesprek Claudia Bisschops
denktank
GV Present | Lente | 2015
Hoofdkrijgsmacht-imam over islam, de krijgsmacht en natuurlijk Charlie
‘Bruggen bo niet alleen om ove maar om te verbin Het maatschappelijk debat en de media worden op dit moment beheerst door IS, de problemen in het Midden-Oosten en de discussie over de islam en het westen. Hoe kijkt hoofdkrijgmachtimam Ali Eddaoudi naar de ophef in de maatschappij? En hoe gaat het met de moslimmilitairen in onze krijgsmacht?
24
Als ik je nu eens vraag om de Islam in één zin samen te vatten, wat zeg je dan? De Islam is in de eerste plaats een levenswijze, een rode draad die leidend is door heel je leven. Het is een instrument om jezelf af en toe weer in het gareel te krijgen, want een mens ontspoort nogal eens. Mijn geloof is een soort basis waarnaar ik steeds kan terugkeren en waar ik me goed bij voel. Het woord ‘instrument’ gebruik je? Uiteindelijk is ‘doen’ ook geloven. Dat kan gaan over hele eenvoudige dingen als roddelen en afgedwaald raken in een gesprek, maar ook bij kassa in de supermarkt tegen de caissière zeggen dat ze vergeet iets aan te slaan. De Islam is dan een instrument om mij aan mijn normen en waarden te herinneren. Ik denk ook dat mensen religie, normen en waarden, ethiek nodig hebben. Ik weet niet waar de mensen zouden zijn zonder geloof. Wie of wat is daarin voor jou belangrijk geweest? Ik denk toch mijn opvoeding. Ik ben niet streng opgevoed, maar één van de dingen die mijn vader me bijvoorbeeld altijd heeft voorgehouden is ‘bij mij thuis is geen plaats voor een dief’. Dat zijn dingen die je maken en die voor mij belangrijk zijn. Waarom noem jij jezelf geen imam? Ik noem mijzelf in de eerste plaats geestelijk verzorger. Imam kan, anders dan een priester
of dominee, iedereen worden genoemd die bijvoorbeeld voorgaat in een moskee. Een imam heeft ook een andere taak: hij zal primair voor zijn schaapjes zorgen, preken, terwijl een geestelijk verzorger iemand is die vragen stelt. Een geestelijk verzorger bij Defensie is niet iemand die verkondigt. Niet dat ik niet van preken houd, hoor. Ik ga graag naar de moskee om naar een goede preek te luisteren, maar zelf doe ik dat niet. Ik ben zelf meer van de leer ‘hou je met jezelf bezig, dan heb je het waarschijnlijk al druk genoeg.’ Maar heb je juist nu niet - gezien de gebeurtenissen in de afgelopen maanden – de behoefte om toch eens een stevige boodschap te verkondigen? Misschien niet religieus, maar wel politiek. Kijk, ik ben een gevoelig mens, en ik voel me ontzettend betrokken op wat er allemaal gebeurt in de samenleving. Ik vind dat ook een taak van een geestelijk verzorger bij Defensie, en ik heb daar ook een eigen mening in. Niet alleen bruggen bouwen, maar ook een kritische houding. En mensen verwachten dat ook van mij, moslims en niet-moslims. Wat heb je in je werk als geestelijk verzorger in de afgelopen maanden gemerkt dat er speelt onder militairen met een moslimachtergrond? Weet je, ik ben niet van de hypes. Toen iedereen ‘Je suis Charlie’ ging roepen, dacht ik
echt dat ze gek geworden waren. Ik houd niet van massahysterie. Kijk, ik ga geen mooi weer spelen als moslim, maar ik ga niet vooraan staan omdat anderen dat ook allemaal doen. Uiteindelijk heeft Charlie Hebdo niet alleen moslims beledigd, maar ook christenen en allerlei anderen, dus ik hoef niet ineens ‘Je suis Charlie’ te gaan roepen. Maar ook geen ‘Je suis Ahmed’? Nee. Totaal niet. Het is nietszeggend om zo te doen. Ik vind het vreselijk wat er gebeurd is, maar ik probeer al het leed in een breder perspectief te zien. We raken nu in paniek omdat er iets in ‘onze’ metro gebeurt, maar er vallen dagelijks onschuldige slachtoffers, ook door drones in Afghanistan. Daar hoor je dan niets over. Er is geweld tussen boeddhisten en moslims in Burma, christenen worden vervolgd. Het nieuws is erg gekleurd. Maar ik merk wel dat veel moslims nerveus zijn, dat ze zorgen hebben, en teleurgesteld zijn, ook in Nederland. Ik probeer daarin nuchter te blijven. Door te zeggen dat je moet blijven wie je bent. Collega’s zijn je collega’s, en je hoeft je niet te gaan bewijzen nu. Het hoogste goed zou de vrijheid van meningsuiting moeten zijn. Maar sommige moslims bij Defensie, die hun leven willen geven voor onze Nederlandse staat als dat gevraagd wordt, ervaren dat er soms met twee maten gemeten wordt. Extreemrechts mag wel demonstreren, maar dan moeten imams ook vrijuit kunnen spreken. Ik ben voor het debat en de discussie, naar beide zijden. Militairen komen nu bij mij met vragen over hoe zij Nederlands militair kunnen zijn en
GV Present | Lente | 2015
ouwen r te steken, den’
binnen de krijgsmacht wel de ruimte hebben om hun geloof te belijden, maar daarbuiten steeds moeilijker. Overigens vind ik dat de krijgsmacht veel verder is dan de samenleving, maar voor de militairen zelf is dat dus niet altijd even gemakkelijk. Je bent nu zes jaar geestelijk verzorger bij de krijgsmacht. Wat is er bereikt met de IGV in die tijd? Ik denk dat we bereikt hebben dat de Islam nu als vanzelfsprekend aanwezig is binnen de krijgsmacht. Daar ben ik trots op, en op die krijgsmacht zelf. Dat we de Islam ook steeds meer als een kracht zijn gaan zien, en niet als een zwakte. Die hele discussie over loyaliteit (van moslims met een dubbele nationaliteit, SD) is bijvoorbeeld helemaal naar de achtergrond verdwenen. Ik denk ook dat we qua vrijheid en gelijkheid van moslims bij Defensie, die niet vanzelfsprekend was, een inhaalslag hebben gemaakt. Denk aan de erkenning van de toenmalige minister Hillen van de moslimsfeestdagen, al moet er voor verlof wel geruild worden tegen een christelijke feestdag. Is dat een stap in de goede richting? Of kan dat nog beter? Ja, zeker wel. Ik vind dat een commandant een moslim die paar dagen gewoon moet kunnen geven. Zoveel verschillende geloven zijn er nu ook niet binnen de krijgsmacht. Als we dat voor Joodse gelovigen doen, voor Hindoes, zou dat heel schappelijk zijn. Maar dat vind ik ook een stukje wederkerigheid. Ik ben een mens van wederkerigheid. Mensen die het belachelijk vinden dat er voor moslims een gebedsruimte is, van hen vraag ik me echt af of ze nog wel van deze planeet zijn. Maar ik vind dat voor iedereen, ook voor andere gelovigen. Ik weet nog dat toen ik met mijn collega op de KMA zat voor de specialistenopleiding, dat onze katholieke collega op zondag niet naar de kerk mocht. Wij hadden de afspraak dat we één keer in de
drie weken naar de moskee mochten, en mijn islamitische collega en ik zijn toen voor hem opgekomen. Dat bedoel ik met wederkerigheid of ruimdenkendheid. Niet alleen rechten voor jezelf opeisen, en dan toekijken als een ander die niet krijgt. Bestaat religie in het ondersteunen en verbinden voor jou? Denk aan de Genisten. Je kunt een brug bouwen en dan weer weggaan, of je bouwt die brug met liefde, met die extra versteviging, voor de bevolking. Het gaat om meer dan de verbinding alleen. Dat geldt ook voor de verschillende religies, we zouden dat veel meer moeten opzoeken met elkaar. Geef inhoud aan het begrip verbondenheid. Maar je moet wel eerst kritisch naar jezelf kijken, voordat je dat naar een ander kunt doen. Niet de discussie uit de weg gaan. Een open vizier, oprecht zijn, en veel tegen elkaar kunnen zeggen. Als we elkaar alleen maar kietelen, dan komen we er niet. Ik vind dat ook een taak van een geestelijk verzorger, om soms de dingen te zeggen die moeten worden gezegd. Met welke vragen kloppen moslimmilitairen bij de IGV aan? Vooral vragen rondom identiteit: hoe als moslim in de Nederlandse samenleving staande blijven. In het bijzonder als minderheid binnen de krijgsmacht. Hoe combineer ik thuis met mijn werk, of mijn religieuze identiteit en mijn gezin met mijn werk? Maar ook de generatiekloof en, meer dan de andere diensten, hebben we bij de IGV te maken met totaal verschillende achtergronden van de moslims. Een Pakistaanse moslim is anders dan een Turkse. En zo hebben we meer dan 50 culturen. Dat is haast niet te doen met maar twee islamitische geestelijk verzorgers. Vragen kunnen ook gaan over ‘kleinere’ dingen zoals hallalvoeding, of iemand die geen vrij krijgt voor een feestdag. Of je moet op uitzending, en het is ramadan. Steeds vaker gaat het over een conflict op de werkvloer: iemand draagt een wat langere baard en ze denken meteen dat hij radicaliseert. Is er veel sprake van discriminatie naar jouw idee? Helaas wel. Maar wat ik dan doe, is dat ik steeds weer sta voor de ‘formele weg’. De krijgsmacht biedt ons ontzettend veel ruimte, meer nog dan de samenleving. De ‘informele weg’ om het zo maar te noemen is soms anders: een commandant die zegt ‘moet hij nou perse vrij hebben?’ Dan zeg ik: De minister heeft het zo bepaald, het is bij de
wet zo vastgelegd dat dat wel kan. En dat geldt voor iedereen. Dus toekennen. De DGV bestond in 2014 100 jaar. Wat heeft de IGV bij een volgend jubileum te vieren, of waar liggen uitdagingen? We vertegenwoordigen zes diensten in de DGV. Wat ik wel eens mis, is dat er wel bruggen zijn, maar niet altijd onderlinge verbinding. We zitten nog te veel op onze eigen eilandjes. Er kan nog meer gewonnen worden, echte broeder- en zusterschap. Daar wil ik me voor inzetten, dat is echt mijn ideaal. De profeet Mohammed werd ooit tot tweemaal toe beschermd door christenen toen hij de op vlucht was. Dat zijn verhalen die mij raken, die gaan over broederschap. Ontferming, ook al een christelijke term. We vragen God om zich over ons te ontfermen, maar zelf doen we het niet. Binnen de IGV gaat het gesprek over waar we naar toe moeten steeds door. Bij het jubileum kregen we terug van de commandanten dat we toch wel gemist worden aan boord en in het veld. Met zn tweeën (er zijn 2 IGVers, SD) kun je dat gewoon niet doen. Het is mijn streven dat we over 10 jaar genoeg mannen en vrouwen hebben, zodat we meer op de werkvloer aanwezig kunnen zijn. Dat de Islam en dat militairen met moslimachtergrond wat
minder ‘exotisch’ zijn dan ze nu nog vaak zijn. Daarnaast zitten we voorlopig nog in allerlei islamitische landen met de uitzendingen, dus een meer adviserende rol, ook bij de overheid of de NAVO, zou ik heel graag willen. Naast geestelijke zorg ook een rol in de organisatie. Tot slot zie ik graag meer moslims in de top van krijgsmacht. Daarin zijn we zwak vertegenwoordigd. Stefan Dijkhuizen
[email protected] Stefan Dijkhuizen is werkzaam als dominee op marine-kazerne Erfprins
25
traditiekamer
GV Present | Zomer | 2013
Voorbij het dode punt – meditatie in mindfulness en in religies
Raakvlakken tussen kath
Als kind vastte ik thuis, in het katholieke nest, met een vastentrommeltje. Er werd niet gesnoept, maar op zondag – de dag waarop door de kerk Jezus’ opstanding uit de dood wordt gevierd - mocht je na de kerk juist wel iets uit het trommeltje nemen. Zo maakte ik kennis met vasten als oefening tot matiging.
26
Vasten Ik leerde dat je niet door je snoep beheerst moet worden, maar dat je de baas moet blijven over je snoep. Het was heel goed dat het mediteren in de vasten zo een fysieke basis kreeg. Op mijn katholieke middelbare school deed ik actief mee met de eigen Vastenactie: we zamelden geld in voor een middelbare school in een Afrikaans ontwikkelingsland. We oefenden zo onze wereldwijde solidariteit: want ook die inzet hoorde bij Bijbels vasten, vonden we. Prettige bijkomstigheid: je oefende zo ook allerlei sociale vaardigheden. En een uurtje vrij van school voor dit doel was ook nooit weg. Christelijke meditatie en zen Gelukkig was er in het centrum van Roermond, waar ik opgroeide, een vitaal jongerenpastoraat. Daar was een priester die ons jongeren leerde mediteren. Met deze groep oefenden we het stil zitten en de bijbehorende lichaamshoudingen. Omdat we dit wekelijks deden kon je op gegeven moment merken dat ons vermogen om bij jezelf naar binnen te kijken - introspectie - toenam. En de gezamenlijke voorbereidingen voor de zondagse vieringen kreeg iets meer rust en diepgang: we bouwden daar bijbelmeditatie bij in. Met dezelfde groep scholieren gingen we op zeker moment een weekend naar het klooster, de Achelse Kluis bij Valkenswaard. De paters trappisten daar vertelden ons over hun meditatie en gebed, en we oefenden een heel weekend. Ik ontdekte daar dat mediteren je traint om je bewust in andere mensen en situaties te verplaatsen, en als het ware je inlevingsvermogen versterkt: empathie en sympathie. In mijn studententijd – jaren zeventig – maakte ik kennis met het Han Fortmann Centrum in Nijmegen. In dit centrum ging het om ’heel de mens’- lichaam en geest. Er werden veel meditatiecursussen aangeboden. Ik volgde daar
twee jaar lang zenmeditatie onder leiding van een pater dominicaan. Het was een lange training in ‘objectloze’ meditatie: nadat je eerst de concentratieoefeningen hebt gedaan, probeer je in je meditatie nergens aan te denken. Dat valt natuurlijk niet mee. En daarom leerden we om onze gevoelens en gedachten te beschouwen als wolken die voorbij komen en ook weer weggaan. Je kijkt daar als het ware van buiten af naar. Dit was heel nuttig, vooral om te voorkomen dat je jezelf te veel identificeert met gedachten, gevoelens en allerlei routines in je gedrag.
Hoe blijf ik de baas over mijn snoep en al die andere dingen? Commitment en lijden Sinds mijn studententijd ben ik actief in allerlei sociale bewegingen, kerkelijk en niet-kerkelijk, onder andere mensenrechtenbewegingen. In die bewegingen kun je veel commitment kwijt: ze doen een beroep op je gevoel voor rechtvaardigheid en solidariteit. Maar wie zich echt engageert ziet veel lijden. In die bewegingen stuit je daarom ook steeds op de vraag: hoe houd je het vol? Je moet lijden kunnen incasseren. Mij heeft het altijd geholpen om in deze bewegingen te blijven putten uit spirituele bronnen, bijvoorbeeld de spirituele brieven van de pater trappist Thomas Merton - een van de eerste westerse monniken die naar het Verre Oosten gingen om samen met boeddhisten te mediteren. Hij was ook bevriend met de Vietnamese boeddhistische monnik Thich Nath Hanh en met de Dalai Lama. Merton en Thich Nath Hanh leerden elkaar kennen tijdens de Vietnamoorlog. Thich Nath Hanh ging na de overwinning van het
communisme in Vietnam, in ballingschap in Frankrijk. Hij was het die in Europa mindfulness introduceerde. In zijn boekje ‘Het gras wordt groener’ omschrijft Thich Nath Hanh hoe meditatie hem geholpen heeft om het vele lijden te verwerken dat hij in zijn Vietnamese jeugd had gezien en had ondergaan. In feite hielp mindfulness hem om met zijn oorlogstrauma’s om te gaan. Mindfulness Mindfulness heeft voor Thich Nath Hanh alles te maken met het onder ogen zien van het lijden. Het lijden is ‘waar’: het is er. Dit heet in het boeddhisme de eerste edele waarheid. Meditatie is niet een manier om te ontspannen of tot rust te komen. Het heeft juist te maken met het onder ogen zien van ‘wat is’: zie het, aanschouw het, vermijd het niet. Als je er naar kijkt, kun je ook oorzaken van het lijden zien en verkennen: dat is de tweede edele waarheid. Volgens Thich Nath Hanh hoort het bij boeddhisme dat je ook aanneemt dat het lijden een einde heeft – de derde waarheid - en dat er een weg is naar het einde van het lijden (de vierde edele waarheid). Dat schrijft hij in het boek ‘Het hart van Boeddha’s leer’. In die weg naar het einde van het lijden vervult meditatie een sleutelrol. En hier zit het aanknopingspunt met mindfulness. Zien wat is Een belangrijk aspect van mindfulness is dus het ‘zien wat is’. Een wetenschappelijke onderbouwing van het nut hiervan is gegeven door Jon Kabatt- Zin die sinds 1979 deze technieken met succes toepaste met patiënten die lijden aan chronische pijn en bij wie medicatie niet voldoende werkt. Deze toepassing geeft wel aan dat het hier geen hobby betreft. Effecten van mindfulness zijn ook empirisch aantoonbaar: de pijn verdwijnt niet,
GV Present | Lente | 2015
olicisme en boeddhisme maar mensen verbeteren hun copingstrategie en sommigen verleggen wel hun pijngrens. In feite heeft mindfulness ook en vooral betekenis voor psychisch lijden, niet ‘alleen’ voor fysieke pijn. Het is een manier van omgaan met lijden in alle vormen. Ook na traumatisering kan mindfulness vruchten afwerpen. Mindfulness in therapie en in religies Zelf zie ik in de kern van mindfulness veel overeenkomst met christelijke meditatie en gebed. Ook hierin is het onder ogen zien van lijden opgenomen. Meditatie is altijd aanwezig geweest in de christelijke traditie. Ook specifieke lijdensmeditatie en bidden voor mensen die lijden zijn heel gebruikelijk in de christelijke traditie. B. Allan Wallace wijst in een grondige studie over mindfulness – Mind in Balance – erop dat de christelijke woestijnvader Evagrius van Pontus (345-399) dezelfde openheid voor lijden had als aanbevolen in mindfulness en dezelfde technieken toepaste. Dat is niet verwonderlijk. Het christendom kent immers een centrale rol toe aan het lijden van Christus – dat zelfs verlossend is - en aan de navolging van Christus. Ook dit vereist het ‘onder ogen zien’: een heel belangrijke overeenkomst tussen christendom, boeddhisme en mindfulness. Ook het aandachtig ‘onderzoeken’ van oorzaken van lijden speelt een belangrijke rol in christelijke spiritualiteit, in zelfreflectie, gebed en meditatie. Het betekent ook, dat in het christendom net als in het boeddhisme en mindfulness de menselijke cognitie en rede niet worden uitgeschakeld, maar de plaats krijgen die eraan toekomt. Mediteren in relatie Ik zie, in alle voorlopigheid, vier verschillen van mindfulness met de katholieke traditie van concentratie, meditatie, gebed en contemplatie. Het eerste en belangrijkste is dat in de christelijke traditie de meditatie en contemplatie plaats hebben binnen een relatie, namelijk het verbond tussen God en mensen. In het boeddhisme en de gebruikelijke mindfulness gaat het daarentegen meer om het bewustzijn zelf van de mens, en niet om de betekenis daarvan in een relatie tussen God en
mens. Anderzijds is dit ook niet onverenigbaar. Want in mindfulness hoeft niets een mens in de weg te staan om zijn bewustzijn te betrekken op de God van liefde en compassie en de liefde van God voor mensen te ontdekken. Deze relatie is, bij alle positieve waardering van mindfulness als techniek, een ontbrekende schakel die de beoefenaar echter wel zelf kan invullen. Het tweede verschil gaat over de wijze waarop lijden beëindigd wordt. De ‘verlossing van het lijden’ is in het christendom niet alleen een kwestie van bewustzijn, maar alweer een kwestie van relatie: het liefhebben, hopen en vertrouwen te midden van het lijden – geloof, hoop en liefde- zijn in de christelijke traditie aanduidingen van de relatie tussen God en mens: God is solidair met de mens in het lijden; geloof, hoop en liefde zijn aanduidingen van de kwaliteit die hierin te bereiken is door vertrouwen te schenken aan God (‘geloven in God’ is vertrouwen schenken aan God; iets relationeels). In de mindfulness als meditatietechnieken wordt deze relatie methodisch buiten beschouwing gelaten. Maar alweer: een conflict hoeft hier niet altijd te bestaan; alleen houdt het geloof niet op waar de mindfulness als techniek eindigt. Het derde verschil sluit hierbij aan. Het belangrijkste in het leven volgens het christendom,‘verlossing’ of ‘genade’, wordt ons ‘om niet’ geschonken, zegt het christendom. Het is niet het product van eigen inspanning zoals meditatie. Mediteren mag wel, en is aan te bevelen. Maar de contemplatie, de aanschouwing van wat geschonken wordt door God, is uiteindelijk belangrijker dan eigen meditatieve inspanning. En die contemplatie wordt geschonken, niet gemaakt. Het vierde verschil is het lastigste om in kort bestek toe te lichten. In het christendom wordt
de mens als persoon met een ‘zelf’ beschouwd; een ‘zelf’, dat een relatie aangaat zonder zichzelf op te heffen. In het boeddhisme wordt het ‘zelf’ daarentegen als illusie beschouwd; de verbinding met de omgeving in kosmos, natuur en maatschappij wordt juist bereikt door deze ontdekking dat zelf een illusie is. Toch wordt de mens in het boeddhisme in de lijn van Thich Nath Hanh beslist niet gedepersonaliseerd: je wordt niet van je persoon-zijn beroofd, maar meditatie brengt de mens naar diepere, of hogere bewustzijnslagen – zo je wilt: je diepere zelf. Dus zo absoluut is de tegenstelling tussen boeddhisme en christendom op dit punt niet. Het verschil met christendom blijkt nog kleiner als we bedenken dat in het christendom ‘je leven geven voor je vrienden’, de naastenliefde, de hoogste waarde is; niet ‘jezelf zijn’ of ‘jezelf verwerkelijken’. Wie zijn leven wil behouden zal het verliezen, zei Christus: ons ‘zelf’ moeten we ook in het christendom kwijt raken, juist als dit ons blokkeert in die naastenliefde. Dus het ‘zelf’ is dan weliswaar werkelijk in het christendom, het is tegelijk toch slechts van relatieve waarde. In mindfulness wordt het zelf, net iets anders dan in klassiek boeddhisme, niet als illusie opgevat, maar net als in veel moderne psychologie, als een psychosociaal construct: als iets dat mensen zelf ontwerpen en dat mensen ook zelf kunnen herzien als ze dat willen. Precies die aanname in mindfulness maakt de integratie in christendom lastig, want hierin gaat het om liefde van God voor iedere menselijke persoon, en om het liefdevolle antwoord van de persoon op die ontvangen liefde. Mindfulness is bepaald niet liefdeloos of compassieloos, maar uiteindelijk is, filosofisch gezien, daarin de liefde niet verankerd in God.
Fred van Iersel
[email protected]
In christelijke meditatie staat naastenliefde centraal
Prof. Dr. A.H.M. van Iersel is adviseur voor theologie en beleid bij de Dienst RKGV en bijzonder hoogleraar geestelijke verzorging bij de krijgsmacht aan Tilburg University.
27
GV Present | Lente | 2015
KIJKWIJZER
KUS
Kus
Nederland, 2009 Regie: onbekend https://vimeo.com/38030944
28
Een kort filmpje van tien minuten uit 2009. Je kunt het zo vinden als je via google zoekt op Kort en Kus, of via bovenstaande link en je kunt het kijken via You-tube. Het is gemaakt als ‘korte film’ van ongeveer 10 minuten, maar je krijgt een compleet verhaal te zien. In een badkamer scheert een jongetje het hoofd van zijn vader kaal. Zijn vader is militair en in dat haar gaat anders toch maar zand zitten tijdens de uitzending. Hoe lang ga je weg? En is het gevaarlijk wat je doet? Hoe zeg je dat als iemand linksvoor op je schiet en je de boordschutter daar op wilt laten schieten? “Vuren op tien uur.” Kom je terug? Tussendoor zie je het jongetje met zijn soldaatjes oorlogje spelen. Een mooi filmpje over angst, afscheid, risico, kindervragen. Iets voor jezelf, je partner en je kinderen ter voorbereiding op uitzending? **** Anne Zweers
Kijk- en leeswijzer *
slecht
**
matig
***
goed
**** zeer goed ***** meesterwerk
The imitation game
Birdman
Ver.Staten en Verenigd Koninkrijk, 2014 Regie: Morten Tyldum
Verenigde Staten, 2014 Regie: Alejandro González Iñárritu
Veel militairen zijn wel bekend met de pogingen van de Britten in de Tweede Wereldoorlog om de zogenaamde Enigma-code te breken. Er zijn meerdere boeken over geschreven en meerdere films over gemaakt. In deze prachtige, spannende en goed geacteerde film volgen we Alan Turing. Turing is een briljante wiskundige, één van de grote onbekende helden uit de Britse geschiedenis. Hij wordt prachtig gespeeld door Benedict Cumberbatch en heeft als tegenspeelster Keira Knightley. Turig is briljant, eigenzinnig en irritant. Tegen de druk van zijn team en de legerleiding bouwt hij aan een machine om de codes te kunnen kragen die ze opvangen via de ether. Van enorm belang omdat de Britten zo inzicht krijgen in de aanvalsplannen en tactische zetten van de Nazi’s. In Bletchley Park, het geheime kantoor van deze dienst bouwt hij aan wat als de eerste computer beschouwd mag worden. Uiteindelijk lukt het om de code te breken, waarmee de oorlog uiteindelijk twee jaar wordt bekort. Pas vele jaren later na zijn dood, zelfmoord, krijgt Turing alsnog een hoge onderscheiding voor zijn diensten. Eigenlijk kijk je met deze film naar drie verhalen. Het meest gaat de film over de verwikkelingen rondom het kraken van de code. Maar dan komt er een nieuw element in de film, want wat doe je om niet te laten merken dat je de code hebt? Aan dit deel van de film ontleent de film z’n naam. Turing is homoseksueel, in een Engeland waarin dat strafbaar was, iets wat hem uiteindelijk wellicht tot zelfdoding gebracht heeft. ****(*)
Meestal bestaat elke film-scene uit vele shots vanuit verschillende camerastandpunten en zie je telkens kleine stukjes achter elkaar. Deze film is totaal anders gemaakt. Het is namelijk één lange vloeiende opname die je als kijker meeneemt de hele film door, alsof je er zelf bij bent als waarnemer in de film. Het verhaal gaat over Riggan Thomson een voormalige grote filmster. Idool geworden doordat hij de superheld Birdman speelde die de strijd aanging met het kwaad. Maar nu, een aantal jaren later, zit zijn carrière in het slop. Zijn privéleven trouwens ook. Hij wil nog één keer bewijzen dat hij wel degelijk een echte en goede acteur is, en niet alleen maar een stripfiguur. Daarom zet hij als acteur, schrijver en regisseur en als geldschieter een Broadwaytoneelstuk op de planken van Raymond Carver die hem indertijd geïnspireerd heeft om te gaan acteren. Er gaat echt van alles mis. Alleen al doordat de (nieuwe) ster-acteur die hij inhuurt om meer aandacht te krijgen voor zijn toneelstuk niet te beroerd is om zelf de show te stelen. Een fascinerende, prachtige, dolkomische en tegelijk tragische film. Extra bizar als je je realiseert dat de hoofdrolspeler Michael Keaton is, indertijd beroemd geworden met -juist- zijn Batmanvertolking. *****
Anne Zweers
Anne Zweers
leeswijzer
Moedige mensen. Helden in oorlogstijd door Jaap Cohen en Hinke Piersma (red) 180 pagina’s Uitgeverij Boom, 2014 ISBN: 9789089533791 Prijs: € 15,00 In dit dunne boekje worden maar liefst 31 helden en heldinnen besproken. En daar zit meteen de angel: het blijft bij uitermate korte aanduidingen van de activiteiten van deze moedige mensen. De vragen ‘wat maakt iemand tot held?’ en ‘Hoe kwamen zij tot hun keuzes?’ zijn zeer boeiend, maar worden in dit boek slechts oppervlakkig beantwoord. In ‘ Moedige mensen’ presenteren medewerkers van het NIOD hun binnen- en buitenlandse oorlogshelden als tegenwicht tegen de moderne neiging tot minimalisering van het verzet. De rode draad in de verhalen is dat de beschreven personen verzet pleegden met alle risico’s van dien, omdat zij zich niet wilden of konden aanpassen, dat zij zich hebben onttrokken aan structuren en patronen. Enkele verhalen roepen vragen op en nodigen uit tot verder lezen, andere zijn wel erg mager. Misschien ligt de kern van heldendom wel in de woorden van Jaap le Poole, één van de beschreven moedige mensen:“Het kunnen leven als een honnête homme waar men ook wil, dat is de inzet.” **(*) Hugo Houtgast
GV Present | Lente | 2015
Missie Afghanistan
De ketter en de kerkvorst
door Simon van Well 269 pagina’s Uitgeverij Brave New Books, 2015 ISBN: 9402126848 Prijs: € 19,95 Bijzonderheid: Via de app “Layar” zijn foto’s van de auteur te bekijken. Tevens als e-book verkrijgbaar.
door Etienne Vermeersch en André Léonard 224 pagina’s Uitgeverij de Bezige Bij, 2014 ISBN: 9085425182 € 19,99
In gesprek met Joël de Ceulaer.
In ‘Missie Afghanistan’ neemt schrijver en oudrode baret Simon van Well je mee op zijn avonturen als doorgunner op een Chinookhelikopter in Afghanistan. Een verhaal dat, zo zegt de schrijver, gebaseerd is “op ware gebeurtenissen (…) waaraan fictieve elementen zijn toegevoegd”. In zijn voorwoord wekt hij daarbij een beetje een verkeerde verwachting. Hij kondigt aan missies te beschrijven “waar tot nu toe nauwelijks over gesproken en nog niet eerder over geschreven is”. Als het gaat om de rol van een doorgunner dan heeft hij gelijk, maar verwacht geen diepgaande tactische inzichten over tot nu toe geheim gehouden operaties. Wat je wel krijgt, is een luchtig en vlot geschreven verhaal, dat leest als een aflevering van een Amerikaanse televisieserie. Je volgt Simon, die samen met een paar maten van de Luchtmobiele Brigade via oefeningen in Nederland en de opleiding tot doorgunner uiteindelijk op missie gaat naar Afghanistan. Jongemannen, die de uitzending als een groot avontuur zien en elkaar op moeilijke momenten steunen met typische mannenhumor en ‘kwajongensstreken’. Voor niet-militairen is het boek een hele toegankelijke manier om kennis te maken met het wel en wee van jonge militairen op uitzending. Voor militairen is het een boek waarin veel te herkennen is. Naast de (militaire) humor is dat vooral de constant aanwezige dreiging van de Taliban in Afghanistan, maar ook dat het grootste gevaar soms komt van fouten in het eigen handelen. Het boek leest zo makkelijk weg dat je eigenlijk pas bij het vrij abrupte einde constateert dat de personages weinig diepgang kennen en een échte climax ontbreekt. Daardoor blijft er na het lezen van dit boek iets knagen. Alsof je geen op zichzelf staand boek hebt gelezen, maar inderdaad naar de eerste aflevering van een televisieserie hebt gekeken, bedoeld om je te enthousiasmeren voor het vervolg.
Twee mannen van respectabele leeftijd. Allebei geschoolde filosofen die hun leven lang nagedacht hebben over de grote vragen des levens en de uitdagingen van deze tijd. De één komt daarbij tot de volle overtuiging dat God bestaat, de ander tot de volle overtuiging dat er juist géén god bestaat. Om deze tegenstelling draait het in ‘De ketter en de kerkvorst’. AndréJoseph Léonard (1940), aartsbisschop van Mechelen-Brussel, kruist in dit boek verbaal de degens met Etienne Vermeersch (1934), emeritus hoogleraar aan de Universiteit van Gent én overtuigd atheïst. Het is geen verhalend boek, maar een weergave van drie dagen durende gesprekken die werden geleid en opgetekend door journalist Joël de Ceulaer. Geen onderwerp wordt daarbij geschuwd. Van god tot slavernij, van celibaat tot euthanasie en van islam tot overbevolking. Aan de hand van vragen van de journalist krijgen beide heren steeds de gelegenheid om hun eigen zienswijze met elkaar en met de lezer te delen. Diezelfde lezer moet daarbij wel enigszins door het Belgische taalgebruik kunnen heenlezen (bijvoorbeeld contraceptiva in plaats van anticonceptie) en zich er overheen kunnen zetten dat beide heren graag hun grote literaire kennis etaleren. Wie dat kan, ziet dat het er tussen de aartsbisschop en de hoogleraar, hoewel respectvol, soms fel aan toe kan gaan. Afhankelijk van zijn of haar persoonlijke overtuiging zal de lezer soms tenenkrommend kennis nemen van de overtuiging en de argumentatie van één van beide heren. Op andere momenten lijken de overeenkomsten weer groter dan de verschillen. Maar altijd dwingen de vragen en de antwoorden de lezer om zelf na te denken over de genoemde onderwerpen. En daar ligt dan ook de kracht van dit boek. Het zet de lezer aan om de eigen mening te toetsen, te vormen en wie weet, zelfs te bij te stellen of te herzien.
*** Frank Grandia
*** Frank Grandia
29
op het lijf geschreven
GV Present | December | 2012
Tattoo van mijn opa
30
Ik heb een tattoo op mijn onderarm van mijn opa die vroeger ook in dienst zat. De tattoo is van hem en zijn wapen, een bren machinegeweer. Ik heb de originele foto nog steeds en ook de tekening van de tattooshop heb ik bewaard. De tattoo heb ik laten zetten toen ik terugkwam van mijn eerste uitzending in 2006. Hiermee wil ik de band uitdrukken tussen de uitzending van mijn opa en mijn eigen uitzending. Toen ik terugkwam van uitzending begon hij pas zijn verhalen te vertellen over wat hij toentertijd had meegemaakt tijdens zijn uitzending. De tweede keer ben ik van december 2007 tot en met maart 2008 naar Afghanistan geweest. Mijn opa had toen kanker en lag al heel slecht. Voordat ik op uitzending ging, hebben we afscheid genomen van elkaar. Hij heeft tijdens mijn uitzending nog een tijd volgehouden tot mijn ouders besloten om toch te bellen na Sitcen om te zeggen dat hij het echt niet meer volhield.
Ik kreeg nadat we op de base waren aangekomen te horen dat ik mijn spullen moest pakken en dat ik naar Nederland zou teruggaan vanwege mijn opa. Ik heb mijn ouders nog gesproken toen ik een tussenlanding maakte en gezegd welke vlucht ik had en hoe laat ik in Nederland zou zijn. Mijn vader hield het bij via de TV en toen hij zei dat ik veilig was geland, blies mijn opa vrij snel daarna zijn laatste adem uit. Ik heb het fotoboek van zijn uitzending gekregen en ik heb het fotoboek een keer samen met opa gekeken. Daar stond die foto in van hem en de bren, zijn wapen daar toen. Die foto is me bijgebleven en daarom heb ik deze foto gekozen voor mijn tattoo.
Harry van Kooten
Vind je het leuk om een professionele fotoreportage te laten maken over je tatoeage en is het daarnaast een tattoo met een verhaal, mail dan je gegevens naar:
[email protected]
GV Present | Winter | 2014
THEMACONFERENTIES
Vormingscentrum Beukbergen zomer 2015 Aanmelden bij Liza Kok, tel: 0346-332141 of per mail:
[email protected]. Voor het volledige aanbod kunt u terecht op www.beukbergen.nl of de Defensieintranetagenda. Reageer snel, anders is de kans groot dat u achter het net vist! Meld u zich 5 weken voor aanvang van de conferentie aan.
Humanitair oorlogsrecht 28-29 mei In deze conferentie gaat het over de morele dilemma’s waar militairen tijdens uitzending mee te maken krijgen. Het gesprek wordt gevoerd aan de hand van filmpjes van recente situaties, zoals: burgers beschermen waardoor de veiligheid van je buddy’s gevaar loopt, beslissingen nemen terwijl de tijd ontbreekt om de gevolgen te kunnen doorzien, militair optreden dat in de loop van de tijd als oorlogsmisdaad wordt opgevat. Begeleiding: militair jurist lkol Arthur te Lintelo, dominee Jan Peter van Bruggen Druk, druk, druk 10-11 juni De vermoeidheid slaat toe en je signaleert als spanning dat het plezier in je werk verdwijnt. Een concreet stappenplan helpt bij een realistische oplossingsrichting. Je onderzoekt je visie op leven en werken, omdat bijstelling hiervan nodig kan zijn. Mogelijk leidt dit tot een nieuwe verhouding van aandacht voor je werk, voor jezelf en je relatie(s). Begeleiding: aalmoezenier Gert Jan van Dierendonck Pelgrimage in de Zwitserse Jura 30 juni ‘Op reis gaan is thuiskomen bij jezelf’ en ‘Op reis gaan is jezelf zien tegen een
andere achtergrond’. Deze uitspraken geven weer waar het in deze pelgrimstocht om gaat. Even stilstaan bij jezelf, door het maken van een drietal stevige bergwandelingen: wat geef ik de meeste aandacht in mijn leven, hoe werkt dat door in mijn functioneren en in mijn contact met anderen, hoe geef ik mijn leven vorm, in mijn werk en privé? Dat ‘stilstaan’ doen we al wandelend. Begeleiding: dominee Anne Zweers 20-daagse leergang SPB 2015 Data: 7-11sept; 28-30 sept; 12-14 okt; 26-28 okt; 23-25 nov; 14-16 dec. In de leergang Samenwerkingsproces begeleider (SPB) sta je als deelnemer centraal. Je bepaalt samen met anderen, inclusief docenten, welke leerdoelen je nastreeft. Werken als ‘leergroep’ nodigt uit om constructief aan thema’s die zich aandienen te werken. Er start een proces van bewustwording over verschillen en patronen in communicatie. Je leert van conflicten en hoe samenwerking kan worden verbeterd. Er is aandacht voor je eigen biografie en de invloed van paradigma`s, denkpatronen en interpretaties hierop. Het denkadviseren, een vorm van advieskunde, zal worden beoefend. De leergang zal worden versterkt door elementen van NLP. Doelgroep: begeleiders van mensen en groepen, kaderleden, opleiders, personeelszorg e.d. Begeleiding: Dominees John van Eenennaam en Albert van der Velden Workshop “Nieuw perspectief” 1-2 jun; 28-29 sept; 30 nov - 1 dec Vanwege bezuinigingen krijgen defensiemedewerkers en burgerpersoneel de aanzegging dat ze ontslagen zullen worden. Gevoelens van teleurstelling, ontgoocheling, ontreddering maar ook van frustratie en woede spelen een belangrijke
rol. Hoe ga je ermee om? Volg een van de workshops. Voor informatie of opgave: GM.Bikker@ mindef.nl / 0346-332150. Begeleiding: raadsvrouw Marlies Joosten, raadsman Marias van Dorp Filosofie: “Ik denk, dus ik besta?” 12-13 november Heb jij je altijd afgevraagd waar filosofie nu eigenlijk over gaat, en op welke manier het van betekenis kan zijn in jouw leven? In deze conferentie staan we stil bij de ontwikkeling van de filosofie door de eeuwen heen. Door middel van beeldmateriaal, uitdagende werkvormen en zelfreflectie ontdek je op welke manier filosofie een plaats heeft/krijgt in jouw leven. We verkennen voor het humanisme belangrijke filosofen en denkbeelden. Begeleiding: raadsvrouw Hester Schipper
Als militair of burgermedewerker bij Defensie heeft u het recht op jaarlijks een conferentie naar keuze bij te wonen, uiteraard indien de dienst het toelaat. Zie AMAR, artikel 85, lid 1j en BARD, artikel 45, lid 1.
31
GV
P R E S E NT
Thuis op vele fronten
LENTE 2015
Leest u GV Present graag, maa
r liever in de digitale versie om het milieu minder te belasten? Ga dan naar www.dgv.nl. Uw af melding voor de gedrukte versi e kunt u sturen naar:
[email protected].
GV Present op Facebook en Twitter: www.facebook.com/GVPresent of www.twitter.com/GVPresent of tweet met #GVPresent GV Bereikbaarheidsdienst: 0800 5 777 777 Online: www.dgv.nl