Ouders aan het woord DE MENING VAN OUDERS OVER DE SCHOOLAANPAK VAN PESTEN
ADVIESMEMO
OPENBAAR
Ashley Jongmans IN OPDRACHT VAN: BASISSCHOOL DE BUKEHOF
19 JUNI 2015
Ouders aan het woord
De mening van ouders over de schoolaanpak van pesten
Ashley Jongmans
In opdracht van: Basisschool de Bukehof
Oudenbosch, 19 juni 2015 2186641
Fontys Hogeschool HRM en Psychologie Toegepaste Psychologie
Afstudeerdocent: W. op het Veld Tweede lezer: B. Steenaert Begeleider opdrachtgever: M. Werger [directeur]
- Openbaar -
Ouders aan het woord
1
Voorwoord Voor u ligt het adviesmemo aansluitend bij het onderzoek ‘Ouders aan het woord: De mening van ouders over de schoolaanpak van pesten’. De titel zegt het al: er is een onderzoek uitgevoerd dat ouders aan het woord laat over hun mening ten opzichte van de schoolaanpak van pestgedrag. Veel onderzoek laat kinderen aan het woord, maar de mening van ouders over de pestaanpak is vrijwel onbekend. Dit onderzoek heeft plaatsgevonden in het kader van mijn afstudeeronderzoek voor de opleiding Toegepaste Psychologie aan Fontys Hogescholen. Van januari 2015 t/m mei 2015 ben ik bezig geweest met het uitvoeren van het onderzoek. Dit adviesmemo is geschreven in opdracht van en gericht aan basisschool de Bukehof te Oudenbosch. Dit document brengt de conclusies en adviezen voortkomend uit het onderzoek in kaart. Het adviesmemo heeft de naam ‘vertrouwelijk’ gekregen. Dit betekent dat de scriptie slechts door een docent van de opleiding voor studiedoeleinden geraadpleegd mag worden. Zo wordt de anonimiteit richting deelnemende ouders gewaarborgd.
Bij deze wil ik iedereen bedanken die een bijdrage heeft geleverd aan de totstandkoming van mijn afstudeeronderzoek. In het bijzonder wil ik Wendy op ’t Veld van Fontys Hogescholen en Manfred Werger van Basisschool de Bukehof bedanken. Beiden hebben zich volledig ingezet voor het slagen van het onderzoek en waren enthousiast in het meedenken over het plan van aanpak van het onderzoek. Ik wil hen bedanken voor hun tijd en moeite om mij te ondersteunen in de weg naar het advies aansluitend bij het onderzoek. Hiernaast wil ik basisschool de Bukehof bedanken voor het hartelijke ontvangst en het enthousiasme dat zij hebben uitgestraald. Zij stonden volledig open voor een nieuwe visie op hun school. Mijn dank gaat uit naar de respondenten voor hun tijd en medewerking. Tot slot heb ik ook kunnen sparren met mijn mede-afstudeerders, vrienden en familie. Bedankt voor jullie hulp en zienswijze!
Ik wens u veel leesplezier toe.
Ashley Jongmans
Oudenbosch, 19 juni 2015
Ouders aan het woord
2
Inhoudsopgave
Inleiding
4
Conclusies en adviezen
6
Studiedag gericht op pesten
6
Schoolbrede anti-pestdag
7
Online pestsignalen delen
9
Literatuurlijst
Ouders aan het woord
11
3
Inleiding Uit het oudertevredenheidsonderzoek dat basisschool de Bukehof in 2014 heeft uitgevoerd op de school blijkt dat 17% van de ouders van leerlingen op de Bukehof ontevreden is over de manier waarop de school het pesten tussen kinderen aanpakt, waarvan 8% van deze ouders aangeeft zeer ontevreden te zijn. Hetzelfde percentage ouders, 17%, blijkt geen weet te hebben van de aanpak van pesten op de school (De Bukehof, 2014). De Bukehof wil graag de ontevredenheid onder de ouders verminderen. Zij zijn benieuwd naar de drijfveer achter het percentage afkomstig uit het enquêteonderzoek. Waarom zijn ouders ontevreden over de manier waarop de school het pesten tussen kinderen aanpakt? En wat zouden zij graag anders zien? De basisschool stelt als beleidsdoel voor dit onderzoek het verkrijgen van inzicht in de drijfveer van de ouders van leerlingen op basisschool de Bukehof achter de ontevredenheid t.o.v. de schoolaanpak van pesten op deze basisschool. Naar aanleiding daarvan willen zij antwoord op de volgende adviesvraag: Hoe kan de oudertevredenheid t.o.v. de aanpak tegen pesten op de Bukehof worden verhoogd? Vanuit deze vraag van de Bukehof is een onderzoek opgesteld. Dit onderzoek is uitgevoerd ten dienste van het advies. In dit onderzoek wordt inzicht verkregen in de belevingen van ouders van basisschool de Bukehof over de manier waarop de school het pesten tussen kinderen aanpakt. De hoofdvraag die in dit onderzoek is opgesteld is: Welke belevingen hebben de ouders van basisschool de Bukehof over de manier waarop de school het pesten tussen kinderen aanpakt? Deze vraag is getracht te beantwoorden middels literatuur- en veldonderzoek. In het literatuuronderzoek is kennis vergaard over de mening van ouders over bestaande methoden in het basisonderwijs om pestgedrag te voorkomen en/of verminderen. Uit het literatuuronderzoek bleek dat ouders o.a. willen dat kinderen gestimuleerd worden om te praten over pesten (Prinsen, 2013; Sawyer, Mishna, Pepler & Wiener, 2011). Ze wensen dat er iemand bereikbaar is binnen de school waar kinderen in vertrouwen hun problemen bij kwijt kunnen en ze wensen te worden betrokken bij de interventies van school als eindverantwoordelijke over hun kind (Prinsen, 2013; Sawyer e.a., 2011; Vonk, 2009). De kennis die in het literatuuronderzoek is vergaard, heeft de fundering gevormd van het veldonderzoek. Middels het veldonderzoek is inzicht verkregen in de drijfveer van ouders van leerlingen op de Bukehof achter de ontevredenheid over de huidige pestaanpak van deze basisschool. Er hebben acht diepte-interviews plaatsgevonden met ouders/ouderstellen van leerlingen op de Bukehof. Uit het onderzoek blijkt dat de schoolaanpak van pesten van de Bukehof redelijk onbekend is onder de deelnemende ouders. Zo weten de deelnemers niet wat de Positive Behavior Support inhoudt, wat er precies in het pestprotocol beschreven staat en dat de Bukehof werkt met een lesprogramma dat deels is gericht op pesten. Daarnaast vinden de deelnemers dat ouders en leerkrachten meer mogen worden gestimuleerd om alert te zijn op signalen van pesten. Ouders mogen, volgens hen, meer gestimuleerd worden om deze signalen van pesten te melden aan de school. Deelnemende ouders ervaren dat er te weinig wordt ingegrepen tijdens pauzemomenten. Tot slot ervaren deelnemende ouders de aanpak van pesten op de Bukehof leerkrachtafhankelijk.
Ouders aan het woord
4
Basisschool de Bukehof vindt – naast het halen van optimale leerresultaten – het gevoel waarmee de kinderen naar school gaan erg belangrijk. De Bukehof wil een school zijn waar de kinderen met plezier naartoe gaan en waar ieder kind welkom is. Daarom is het pesten een onderwerp waar de school graag verandering in ziet en waarde aan hecht. De Bukehof is een school met een erg hoge ouderbetrokkenheid wat betreft de invulling en uitvoering van activiteiten. Daarnaast is er nauw contact tussen de directie en de werknemers van de basisschool. De indruk is verkregen dat de werknemers enthousiast zijn over vernieuwende activiteiten en hun steentje bij zouden willen dragen. De visie van de school is dat leerlingen samen leren en leren door het te doen. Eén van de uitgangspunten die de school hanteert, is dat zij een goed leerklimaat willen scheppen, waarin samen leren en leren van elkaar belangrijke onderdelen zijn (Bukehof.nl, n.d.). Op basis van de visie van de Bukehof zijn de volgende pijlers gekozen: het organiseren van een studiedag voor de werknemers gericht op pesten, het organiseren van een schoolbrede antipestdag en het online kunnen delen van pestsignalen. Deze aanbevelingen worden in dit adviesmemo toegelicht en onderbouwd in de vorm van concrete acties. Daarbij wordt beschreven welke resultaten uit het onderzoek hebben geleid tot dit advies, wat dit advies de Bukehof kan opleveren en de eventuele aandachtspunten van de actie.
Ouders aan het woord
5
Conclusies en adviezen Studiedag gericht op pesten De typische plek waar pesten optreedt is op school. Om deze reden zijn schoolleiders, leraren en andere werknemers op school vaak verantwoordelijk voor het ontstaan, de preventie en behandeling van pesten (Dussich & Maekoya, 2007). De ervaren veiligheid op school, de ervaren steun van leraren en de houding van de leerkracht tegenover pesten hebben allen invloed op het pestgedrag van kinderen op school (Beran & Tutty, 2002; Flashpohler, Elfstrom, Vanderzee & Sink, 2009; Kochenderfer-Ladd & Pelletier, 2008). Dit onderstreept de waarde van het ontwikkelen van schoolpersoneel in de aanpak van pesten. Het advies luidt een studiedag voor werknemers te organiseren gericht op het onderwerp pesten. Uit dit onderzoek blijkt dat ouders wensen dat de werknemers van de Bukehof meer gestimuleerd worden om alert te zijn op signalen van pesten. Deelnemende ouders ervaren dat de aanpak van pesten op de Bukehof leerkrachtafhankelijk is. Deelnemende ouders ervaren dat het pestprotocol wel op papier staat, maar dat de toepassing daarvan onder leerkrachten getraind dient te worden. Zij geven aan dat door middel van intervisie, vergadering en kennisdeling de leerkrachtafhankelijkheid met betrekking tot de aanpak van pesten kan worden verminderd. Bijkomend voordeel is dat de leraren alert worden gemaakt op het onderwerp pesten, waardoor zij kunnen worden aangespoord om deze alertheid vast te houden in de dagelijkse gang van zaken. Niet alleen tijdens de lessen, maar ook tijdens de pauzes is deze alertheid, volgens de deelnemers, van belang. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat ouders vinden dat scholen meer veiligheid moeten creëren rondom het schoolplein en de fietsenstalling (Mooij, De Wit & Fettelaar, 2011). Deelnemende ouders aan dit onderzoek ervaren dat de toezichters van de Bukehof er tijdens de pauzemomenten zijn om naartoe te gaan als steunbron, maar dat zij te weinig zelf ingrijpen, observeren en rondlopen. Er wordt hierbij dan ook geadviseerd de controle tijdens pauzemomenten aan bod te laten komen in deze studiedag. In deze studiedag kan worden meegenomen wat ouders van belang achten in de aanpak van pesten tussen de leerlingen. Uit onderzoek van Prinsen (2013) en Sawyer e.a. (2011) blijkt dat ouders het belangrijk vinden in de schoolaanpak van pesten dat kinderen gestimuleerd worden om te kunnen praten over pesten. Daar zijn de geïnterviewde ouders het over eens. Volgens hen dienen leerlingen actief te worden betrokken bij incidenten en/of lessen over pesten en sociale vaardigheden. Leerlingen horen, volgens de deelnemende ouders, serieus genomen te worden, waardoor zij een gevoel van steun en veiligheid ervaren. Op school zijn voldoende oefenmomenten aan te grijpen en leerlingen voor te bereiden op de maatschappij. Deelnemende ouders zijn het erover eens dat de Bukehof dit stimuleert doordat zij werken met de leefstijlregels. Er wordt aanbevolen op de volgende onderwerpen op te nemen in de studiedag:
Kennisdeling aanpak pesten Er worden groepen gemaakt van de deelnemers aan de studiedag. Daarin worden verschillende lagen in de organisatie verspreid. Werknemers delen in deze groepen ervaringen met betrekking tot de aanpak van pesten. Zij geven daarbij aan wat de situatie
Ouders aan het woord
6
was, hoe zij daarin hebben gehandeld, wat er goed ging en wat hij/zij de volgende keer anders zou aanpakken.
Toepassing van het pestprotocol op een casus In de gevarieerde groepen worden casussen uitgedeeld. Werknemers passen als groep het pestprotocol van de school toe op de casus. Daarin kan de visie van de school mede meegenomen worden. Zo kan de visie van de school worden verwerkt in een casus en dienen de werknemers deze visie eruit te kunnen halen.
Controle tijdens pauzemomenten In de gevarieerde groepen kan worden gebrainstormd over manieren waardoor er minder pestgedrag plaatsvindt op het schoolplein.
Het organiseren van een studiedag voor werknemers gericht op pesten levert de Bukehof op dat de werknemers alert worden gemaakt op (signalen van) pesten en dat d.m.v. intervisie en kennisdeling de leerkrachtafhankelijkheid m.b.t. de pestaanpak kan worden verminderd. Wanneer de alertheid bij werknemers wordt verhoogd en de leerkrachtafhankelijkheid wordt verminderd, zal dit tot gevolg hebben dat de oudertevredenheid t.o.v. de pestaanpak van de Bukehof wordt verhoogd. Een mogelijk obstakel kan zijn dat er wordt samengewerkt met verschillende scholen. Dit is een voorbeeld van een mogelijkheid waardoor de studiedag niet geheel op pesten kan worden ingericht. Binnen de school is het mogelijk om kleinschaliger te werken door middel van een of meerdere intervisiemiddagen/-avonden gericht op pesten.
Schoolbrede anti-pestdag Ouders dienen te worden gestimuleerd om alert te zijn op signalen van pesten – ook wanneer het niet hun eigen kind betreft – en om de verantwoordelijkheid te nemen om deze bevindingen met de school te delen. Daarnaast blijkt uit onderzoek dat de deelnemende ouders onvoldoende afweten van de schoolaanpak van pesten op de Bukehof. Deelnemende ouders wensen dat de basisschool een lesprogramma aanbiedt aan de leerlingen gericht op pesten en sociale vaardigheden. De Bukehof werkt echter met de Positive Behavior Support methode en de Leefstijl methode, maar de meeste ouders zijn hier niet van op de hoogte. Ouders geven aan deze verdieping in de aanpak van pesten op de Bukehof te ‘missen’. Het advies hierbij luidt om voldoende te communiceren met ouders over de schoolaanpak van pesten en ouders alert te maken op (signalen van) pesten. Dit kan door middel van een schoolbrede anti-pestdag. Uit onderzoek blijkt dat het van belang is dat pesten schoolbreed aangepakt wordt, waarbij de interventies niet alleen op kinderen, maar ook op gezinnen, leraren en de school wordt gericht (Dussich & Maekoya, 2007; Fekkes e.a., 2005; Flashpohler e.a., 2009; Flouri & Buchanan, 2003; Georgiou, 2008). Voor het voorkomen en/of verminderen van pestgedrag tussen kinderen is het van groot belang dat het kind, zijn/haar ouder en de school samenwerken (Broerse & Spreij, 2009; Prinsen, 2013; Van Mulligen, Gieles & Nieuwenbroek, 2004).
Ouders aan het woord
7
19 april is een nationale anti-pestdag. Op deze dag wordt er stilgestaan bij de impact van pesten en draagt ieder zijn steentje bij aan een pestvrije toekomst (Iday.nl, n.d.). Deze dag kan worden meegenomen in de schoolkalender, net zoals een sportdag. Op deze dag kan een evenement worden georganiseerd, waarbij leerlingen, ouders en werknemers worden betrokken in de organisatie en de uitvoering. Er kan een familiespel worden georganiseerd, waarbij leerlingen, ouders en werknemers van de Bukehof worden gevraagd deel te nemen aan het spel. Dit kan aansluiten bij de huidige schoolaanpak van pesten van de school. Zo kunnen de leefstijlregels de spelregels van het spel vormen. Daarnaast kan de Positive Behavior Support-methode worden gehanteerd door sociale beloningen te geven voor gewenst, pro-sociaal gedrag en door ongewenst gedrag te negeren (Fekkes e.a., 2005; Mooij, 2010). Zo kan pro-sociaal gedrag het melden van signalen van pesten aan de school zijn. Ongewenst gedrag kan worden genegeerd door de speler geen stappen vooruit te laten doen of geen punten uit te delen. Daarbij worden niet alleen de leerlingen alert gemaakt op het onderwerp pesten, maar ook de ouders en werknemers. De interactieve, schoolbrede wijze waarop pesten aan bod komt, maakt het niet alleen interessant, maar ook luchtig. Uit het onderzoek blijkt dat deelnemende ouders behoefte hebben aan informatie over de huidige pestaanpak van de Bukehof en aan informatie over signalen van pesten/pestslachtoffers. Deze informatie kan worden opgenomen in de spellen op deze anti-pestdag. De Bukehof bereikt met het organiseren van deze anti-pestdag dat ouders meer afweten van de manier waarop de Bukehof het pesten tussen kinderen aanpakt en dat ouders en leerkrachten worden gestimuleerd alert te zijn op (signalen van) pesten. Een nadeel van het organiseren van een anti-pestdag is dat de organisatie en de uitvoering veel tijd in beslag neemt. Leerlingen, ouders en werknemers van de Bukehof kunnen worden ingezet in de organisatie en uitvoeringen van activiteiten. De Bukehof is een echter school met een erg hoge ouderbetrokkenheid wat betreft de invulling en uitvoering van activiteiten. Ouders kunnen dus wel degelijk worden ingezet voor en tijdens de anti-pestdag. Daarnaast is er nauw contact tussen de directie en de werknemers van de basisschool. De indruk is verkregen dat de werknemers enthousiast zijn over vernieuwende activiteiten en hun steentje bij zouden willen dragen. De visie van de school is dat leerlingen samen leren en leren door het te doen. Bij de invulling en uitvoering van de anti-pestdag kunnen ideeën en handen van leerlingen dan ook zeker helpen. Zo vormt de anti-pestdag een schoolbrede aanpak tegen pesten, waarbij leerlingen, ouders en de school wordt betrokken bij de interventie.
Niet alle ouders kunnen aanwezig zijn op de anti-pestdag, maar deze afwezige ouders zijn middels de anti-pestdag toch te bereiken. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat ouders te bereiken zijn via hun kind(eren). Wanneer een kind enthousiast is over een gebeurtenis, vertellen zij dit vaak aan hun ouders. Zodra de gebeurtenis dan ook nog eens online staat, kunnen de ouders het zelf beleven. Ouders kunnen alert worden gemaakt op pesten door middel van foto’s en video’s die tijdens de antipestdag zijn gemaakt. Afwezige ouders kunnen hierop worden gewezen door hun kinderen, maar mede door de school. De informatie over de anti-pestdag en de link naar foto’s en video’s kan worden gedeeld middels de nieuwsbrief en onder het kopje ‘nieuws’ op de website.
Ouders aan het woord
8
Online pestsignalen delen Uit het onderzoek blijkt dat veel deelnemende ouders het inlopen van de Bukehof letterlijk en figuurlijk ervaren als een drempel om bij de leerkracht te komen. Om ouders te stimuleren signalen van pesten met de school te delen, kan er gebruik worden gemaakt van het internet. Middels een optie op de website zouden (eventueel anoniem) ervaringen kunnen worden gedeeld, welke alléén terechtkomen bij de vertrouwenspersoon binnen de school. Dit kan niet alleen door ouders worden ingevuld, maar ook door de wat oudere leerlingen. Op deze manier wordt de drempel om contact op te nemen met de school laag gemaakt. Daarnaast blijkt uit het onderzoek, zoals eerder vermeld, dat het leerkrachtafhankelijk is hoe er met pesten wordt omgegaan. Om de drempel te verlagen om een ‘onvoldoende’ aanpak van pesten van een leerkracht te melden aan de school, kan dit mede anoniem via deze optie op de website worden gemeld. Om deze actie te laten slagen, dient de optie om ervaringen online te delen bekend te worden gemaakt onder de gehele school (leerlingen, ouders en werknemers). Denkend binnen de huidige acties van de Bukehof kan dit via de nieuwsbrief en het kopje ‘nieuws’ op de website. De intentie van ouders om pestsignalen te melden aan de school, hangt af van de opvattingen van ouders over het melden van pestsignalen, de mate waarin zij zich iets aantrekken van de mening van anderen en de mate waarin men denkt daadwerkelijk in staat te zijn om het pestsignaal te durven melden (Morrissey-Kane & Prinz, 1999). Ouders vormen een attitude door alle voor- en nadelen af te wegen. Zo kan het voordeel zijn dat het pesten wordt verminderd, terwijl een nadeel is dat de pesterijen kunnen worden verergerd door ervaren bemoeienis van de ouder. De afweging hangt mede af van de betekenis die zij hechten aan pesten (Vonk, 2009). Mensen trekken zich iets aan van de mening van anderen (Vonk, 2009). Zo kan het niet goed voelen om iets te melden over een kind dat niet van jou is en kan het gevoel van een ‘klaagmoeder’ worden ervaren. Wanneer een ouder denkt niet betrokken genoeg te kunnen zijn bij het thema pesten, zal diegene ook geen betrokkenheid tonen (Prinsen, 2013). Met de optie om ervaringen online – en eventueel anoniem – te kunnen delen, kan de Bukehof een lagere drempel creëren voor ouders om signalen van pesten of een minimale pestaanpak van een leerkracht te melden aan de school, ook wanneer het signalen betreft die niet over hun eigen kind(eren) gaan of die nog in een voorgaand stadium van pesten zijn. Zo kunnen leerkrachten alert worden gemaakt op de signalen van pesten en kan het pesten eerder worden aangepakt. Deze verlaging van de drempel en de verhoging van de alertheid van leerkrachten op pesten, kan de oudertevredenheid t.o.v. de pestaanpak op de Bukehof verhogen. Om te voorkomen dat er informatie wordt gemist, waardoor er niet kan worden ingegrepen op het signaal dat is doorgegeven, kan er structuur worden geboden aan het invulformulier. Onderstaand worden tips gegeven, waarmee rekening kan worden gehouden in het vormgeven van het invulformulier:
Er kan gevraagd worden de naam weer te geven. Daarbij is het belangrijk te vermelden dat dit vakje niet per se ingevuld hoeft te worden, wanneer diegene wenst anoniem te willen blijven. Zo wordt de drempel om een signaal van pesten te melden nog lager gemaakt.
Ouders aan het woord
9
Er kan gevraagd worden om welke personen de ervaring gaat. Wanneer de ouder dit ook anoniem wil houden, is het meestal wel belangrijk om te weten in welke klas het pesten plaatsvindt. Op deze wijze kunnen de leerkrachten van deze klas toch gewezen worden op een aanmelding binnen die klas, waardoor de leerkrachten meer alert kunnen zijn op signalen van pesten.
Tot slot kan er ruimte worden gemaakt om de persoon de keuze te laten maken of er behoefte is aan persoonlijk contact en of de persoon op de hoogte wil worden gehouden van vervolgstappen. Dit is alleen mogelijk wanneer de persoon geen gebruik maakt van anonimiteit.
Als nadeel kan het online ervaringen delen betekenen dat leerlingen nog niet op een leeftijd zijn om dit zelfstandig te kunnen doen. Dit kan deels worden opgelost door een ‘blackbox’ te plaatsen op een plek binnen de school, waarin leerlingen (anoniem) een briefje kunnen inleveren, waarop hun signalen van pesten worden vermeld. Deze blackbox dient op een plek te staan waar leerlingen anoniem en ongezien een briefje kunnen achterlaten. Op deze manier worden ook de jongere kinderen gestimuleerd op te praten over pesten en is er altijd een plek waar de kinderen hun problemen in vertrouwen bij kwijt kunnen (Sawyer e.a., 2011). Daarnaast brengt het toepassen van de optie om ervaringen te delen op de website kosten met zich mee. Deze kosten zijn op aanvraag. Tot slot kan de optie om online pestsignalen te delen het gevaar met zich meebrengen uit te draaien op het ontstaan van een ‘klaagmuur’. Om dit te voorkomen, dient het voor de ‘invullers’ van deze optie duidelijk te zijn waar deze optie precies voor bedoeld is. Daarnaast dient het voor de school duidelijk te zijn welke stappen er door wie in het proces van de behandeling van de signalen worden genomen. Hier dient een protocol voor te zijn. De berichten die worden verzonden via deze online optie komen terecht bij één persoon binnen de school, een vertrouwenspersoon. De berichten worden privé verstuurd en zijn dus niet te lezen door andere ouders of werknemers van de school. Zo kan er alleen op het bericht gereageerd worden door de vertrouwenspersoon. Deze vertrouwenspersoon kan de leerkracht van de betreffende klas aanspreken op het signaal, zodat de leerkracht daarop in kan spelen. Tot slot kunnen de berichten worden bijgehouden per klas in een vertrouwelijke map. Op die manier kunnen signalen worden vergeleken en de gang van zaken per klas worden bekeken.
Ouders aan het woord
10
Literatuurlijst
Beran, T.N. & Tutty, L. (2002). Children’s reports of bullying and safety at school. Canadian Journal of School Psychology, 17, 1-14. doi: 10.1177/082957350201700201
Broerse, A. & Spreij, L (2009). Parameters in de dynamiek van educatief partnerschap. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 48, 483-492.
Bukehof.nl (n.d.). Geraadpleegd op 23-03-2015, van: www.bukehof.nl
De Bukehof (2014). Status: Forumscorekaarten Vorig schooljaar 2013-2014, bespreking eind 2014 (1).
Dussich, J.P.J. & Maekoya, C. (2007). Psysical child har mand bullying-related behaviors: A comparative study in Japan, South Africa, and the United States. International Journal of Offender Therapy and Comparative Criminology, 51, 495-509. doi: 10.1177/0306624X06298463
Fekkes, M., Pijpers, F.I.M. & Verloove-VanHorick, S.P. (2005). Bullying: Who does what, when and where? Involvement of children, teachers and parents in bullying behavior. Health Educational Research, 20, 81-91. doi: 10.1093/her/cyg100
Flashpohler, P.D., Elfstrom, J.L., Vanderzee, K.L. & Sink, H.E. (2009). Stand by me: The effects of peer and teacher support in mitigating the impact of bullying on quality of life. Psychology in the Schools, 46, 636-649. doi: 10.1002/pits.20404
Flouri, E. & Buchanan, A. (2003). The role of mother involvement and father involvement in adolescence bullying behavior. Journal of Interpersonal Voilence, 18(6), 634-644. doi: 10.1177/0886260503251129
Georgiou, S.N. (2008). Bullying and victimization at school: The role of mothers. British Journal of Educational Psychology, 78, 109-125. doi: 10.1348/000709907X204363
Iday.nl (n.d.). Dag tegen pesten. Geraadpleegd op 09-06-2015, van: http://www.iday.nl/dag_tegen_pesten/
Kochenderfer-Ladd, B. & Pelletier, M.E. (2008). Teachers’ view and beliefs about bullying: Influences on classroom management strategies and students’ coping with peer victimization. Journal of School Psychology, 46, 431-453. doi: 10.1016/j.jsp.2007.07.005
Ouders aan het woord
11
Mooij, T. (2010). Pesten op de basisschool. In R. Loeber, W. Slot, P. van der Laan, M. Hoeve, & D. Graas (Eds.), Misdadigers van morgen? Over de ontwikkeling en effectieve aanpak van jeugddelinquentie onder twaalfminners (pp. 101-108). Amsterdam: SWP
Mooij, T., Wit, W. de, & Fettelaar, D. (2011). Sociale veiligheid in en rond scholen: Primair en voortgezet onderwijs 2006 – 2010. Nijmegen: ITS
Morrissey-Kane, E. & Prinz, R.J. (1999). Engagement in child and adolescent treatment: The role of parental cognitions and attributions. Clinical Child and Family Psychology Review, 2, 183-198. doi: 10.1023/A:1021807106455
Mulligen, W. van, Gieles, P. & Nieuwenbroek, A. (2007). Tussen thuis en school: over contextuele leerlingbegeleiding (6e druk). Leuven: Uitgeverij Acco
Prinsen, H. (2013). Zeg nee tegen pesten: Praktische gids voor leraren, hulpverleners, begeleiders en ouders. Houten: Uitgeverij LannooCampus Sawyer, J., Mishna, F., Pepler, D. & Wiener, J. (2011). The missing voice: Parents’ perspectives of bullying. Children and Youth Services Review, 33, 1795–1803. doi: 10.1016/j.childyouth.2011.05.010 Vonk, R. (2009). Sociale psychologie (2e druk). Groningen/Houten: Noordhoff Uitgevers bv
Ouders aan het woord
12