Programma voor de maanden dec en jan. Zo. 27 dec. Winterwandeling bij de Krickenbecker Seen. De lengte van de wandeling is 7 kilometer. Vertrek om 12.30 uur vanaf de Markt in Baarlo. We starten onze wandeling bij de "Biologische Station Krickenbecker Seen". Zo. 17 jan.
Excursie naar de Heldense Bossen met Wim Maassen. Vertrek om 9.00 uur vanaf de parkeerplaats bij de Rabobank in Baarlo. De excursie start bij de grote parkeerplaats van Camping de Heldense Bossen, ingang vanaf de Kesselseweg/Heldenseweg.
Vanaf januari 2016 starten alle excursies vanaf de parkeerplaats bij de Rabobank in Baarlo. Dit in verband met diverse activiteiten in het centrum, waardoor de Markt soms moeilijk bereikbaar is voor de chauffeurs. Houd hier a.u.b. rekening mee!!
Sporenkapsels Foto gemaakt door Els
Website: e-mail adres:
www.facebook.com/ivnbaarlomaasbree www.ivn.nl/afdeling/baarlo-maasbree
[email protected]
Voor € 20,- per jaar bent u lid. U kunt dan meedoen met alle activiteiten en u ontvangt maandelijks ons krantje met info en het programma. Bestuur: Piet Mölling Els van Knippenberg Wil Holtackers Anne-Mieke van Deynen
077-3547179 077-4772315 077-4771957 077-3820904
Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid Afdeling Baarlo Maasbree
Ós Greun Blaedje December 2015
Kerst- en Nieuwjaarswens van het Bestuur Het Bestuur van IVN Baarlo-Maasbree wenst alle leden fijne feestdagen en een gezond 2016 toe! We begroeten u graag tijdens onze activiteiten. We hebben voor 2016 weer een interessant en leerzaam programma samengesteld!! Piet, Els, Wil, Anne-Mieke
Fotowedstrijd ’t Greunste Plaetje Onze leden kunnen nog tot het einde van dit jaar foto’s die in 2015 tijdens de activiteiten van IVN Baarlo-Maasbree gemaakt zijn, inleveren voor de fotowedstrijd. Tijdens de Algemene Ledenvergadering in maart 2016 wordt de winnaar van de jaarlijkse fotowedstrijd bekend gemaakt. Er is een verrassing voor de winnaar en hij of zij mag de wisseltrofee een jaar lang een prominente plek in huis geven. Deze trofee is een stimulans voor alle leden om tijdens de activiteiten van IVN Baarlo-Maasbree foto’s te maken en zo mee te dingen naar ‘t Greunste Plaetje van het jaar!!
Het is vanzelfsprekend een normale zaak, dat we in de tuin een voedertafel hebben, al of niet overdekt. Dit staat los van de nestkasten, waarvan we per soort een of meer in de tuin hebben hangen. Nog even opgemerkt, die kasten zijn voor de winter schoongemaakt en ontdaan van vorig nestmateriaal en uitwerpselen. Voor de voedertafel, voedersilo, etc. is een veelheid aan producten beschikbaar. Het is te zien, dat er alom veel gevoerd wordt. Winkels en supermarkten hebben een enorm assortiment aan vogel- en ander dierenvoer in de aanbieding. Het gaat kennelijk de goeie kant uit. Eenvoudige voedingsproducten zijn: meelwormen, pinda’s, diverse soorten zaad, zonnepitten, vetbollen, etensresten. Terug naar de tuin. Bij het plaatsen van de voedertafel en drinkbak (ijsvrij houden), zet deze op een veilige plaats neer, opdat katten er niet bij kunnen. Er zijn in Nederland meer dan 1 miljoen zwerfkatten, die allemaal honger hebben. En wat die nestkasten betreft, vogels gebruiken deze vaak als slaapplaats. B.v. staartmezen kruipen er met z’n tienen in. Ook de andere soorten in de tuin mogen we niet vergeten. Te denken aan egels. Egels worden in Nederland in het verkeer massaal platgereden. Laten we ze in onze tuin een kans geven, om te overleven. Een eenvoudig onderkomen in de vorm van een kist met onderaan een opening is goed om zelf te maken. Op internet is wel een bouwtekening te vinden. Wel zorg dragen, dat het beest de tuin kan verlaten. Voer voor de egel is een dierenwinkel verkrijgbaar. Noten, pinda’s, maar ook broodkorsten zijn voer voor eekhoorns. Mijn tuin is zo’n 15 m. diep. Ik heb iedere dag bezoek van eekhoorns. Ik overweeg een nestkast voor eekhoorns te plaatsen in de bomen achter in de tuin. Het op en neer sjezen van de ene boom naar de andere in de stad is een leuk gezicht. Piet
U kunt uw foto’s sturen naar:
[email protected] Onder het kopje FOTOWEDSTRIJD op de website: www.ivn.nl/afdeling/baarlo-maasbree kunt u de inzendingen bekijken. Let op: u kunt maximaal 10 foto’s per jaar inzenden!
Narcisamaniet Foto van Marcel Horward, (weliswaar niet gemaakt in de tuin van Piet, maar hij paste hier nog net bij).
Heeft u het afgelopen jaar nog geen foto’s gemaakt tijdens onze activiteiten? Dan biedt de winterwandeling van 27 december u nog een kans om mee te doen!
1
10
Onze tuin in de winter
Zondag 22 november, Veranderend landschap.
Binnenkort dient de winter zich weer aan en zorgen we, dat onze tuin weer klaar is om een goede verblijfplaats te zijn voor onze gevederde vrienden, maar ook voor de zoogdieren en laat ik maar het noemen onze kleine beestjes. Het is toch zo, dat ze, evenzo als wijzelf elkaar nodig hebben om te kunnen overleven. De tuin is een goede verblijf- of overwinteringsplaats als de verscheidenheid in beplanting groot is. Bomen, heesters, struiken, bloemen, gras zijn allemaal wezenlijke elementen, indien goed op elkaar afgestemd, die tijdens de winter onze dierenwereld het voortleven mogelijk maken. Praktisch gezien, ik kan het nooit nalaten te beweren, dat die lieden, die hun tuin in de herfst leegharken, geen blaadjes a.u.b., alle dode planten oprapen, verkeerd bezig zijn. Laat die bladeren toch liggen voor een groot deel. Ze vergaan vanzelf, maar in de tussentijd vormen zich wel schimmels, kruipen insecten erin weg en zijn ze weer voedsel voor vogels. Je ziet toch, dat merels om maar een soort te noemen, tussen de bladeren rondscharrelen om voedsel te vinden. Hetzelfde gebeurt bij bloemen en planten die blijven liggen. Hun zaden zijn een belangrijke voedselbron voor vogels.
Met een flinke groep van 18 starten we deze morgen bij de spoorovergang langs de Gelderse Baan tussen Tegelen en Venlo. Piet is in dit gebied kind aan huis en kan ons veel vertellen over het landschap, dat hier drastisch is veranderd door menselijk ingrijpen. We beginnen bij de Witte Beek, die bestaat uit kwelwater uit 't Jaomerdal, regenwater en grondwater. Als we langs de beek lopen, zien we rechts de Steilrand, het hoogterras met grind en steen (morene), gevormd door de Rijn; deze steilrand loopt van Midden-Limburg tot aan Gelderland. Links het laagterras van de Maas (zand en klei). Bij de hoek die de beek naar rechts maakt, is de steilrand onderbroken, hier is begin 20ste eeuw grond weggehaald voor de aanleg van de spoordijk. In dit gebied lopen 4 of 5 reeën. We gaan terug en slaan linksaf, hier zijn bomen gerooid, aan de bosrand is een plas kwelwater. Dit gebied wordt beheerd door Staatsbosbeheer, iets verderop is het gebied van Limburgs Landschap.
Voor een vogelvriendelijke tuin hebben we gezorgd, als we al vroegtijdig heesters hebben neer gezet, die bessen dragen. Behalve dat ze mooi zijn om te zien, zijn de meidoorns, sleedoorns, vuurdoorns, taxussen, vlieren, hulst, zonnebloemen een belangrijke voedselbron voor vogels. Als je genoeg plaats hebt in je tuin, plant ook eens een boom. Een els biedt voedsel aan vinken, mezen en putters om ze bij naam te noemen. Beuken zijn geschikt voor vinken, boomklevers, mezen en spechten. Genoemde soorten zoeken niet alleen de zaden, maar ook de insecten die erin huizen. Hierbij te denken aan de eik, een van de bomen, die de meeste insectensoorten in zich dragen. Toch kunnen we het niet laten bij hetgeen we hierboven genoemd hebben. Onze beestjes hebben niet genoeg aan hetgeen ze in de tuin vinden. In dit verband mogen we niet vergeten, dat we al een hele tijd te maken hebben met een trend, dat vogels bij het naderen van de winter van het platteland naar de bewoonde wereld, het stedelijk gebied trekken. Eenvoudigweg , omdat er op het platteland vooral in de winter steeds minder voedsel te vinden is. Moderne landbouwmethoden elimineren het bestand aan insecten na het oogsten door rigoureus omploegen en verderfelijk chemische reiniging van de bodem. Bijgevolg komen we op het voeren door ons dierenvrienden, een levenszaak voor vogels en andere beestjes. 9
We gaan rechtsaf een smal paadje in, we horen de boomklever, de gaai en de pimpelmees. Er staan oude dikke eiken, links een dichte wildernis. We zien de sporen van een tragedie die heeft plaatsgevonden, aan de veertjes ziet Jan dat een goudhaantje is verorberd door een sperwer. Op een tak vlakbij zit een roodborstje, het is helemaal niet bang en laat zich goed bekijken. Aan het einde van het pad is nat grasland, hier zitten vaak nijlganzen. We gaan linksaf, we komen nu in een gebied waar "nieuwe natuur" werd aangelegd ter compensatie van de natuurschade die ontstond bij de aanleg van de snelweg. Dat dit niet allemaal goed is gegaan, zien we aan de (verlegde) beek die droog staat, de opslag van berken en elzen die veel te snel gaat en de padden die verdwenen zijn bij gebrek aan water. We gaan verder, de weg gaat omhoog. De plas die we links zien, is een "kleikoel", er zitten kuifeenden op. Er zitten hier ook ijsvogels, die zien we helaas nu niet. In een boom bij de plas hangt een steenuilenkast. We horen hier de bonte specht en staartmeesjes, zien een laatste grote oude nevelzwam langs de weg staan en op een boom een tonderzwam. Een groep van 6 zwanen vliegt over, een mooi gezicht zo in het zonlicht! We komen bij een akker, dit was een kleikoel die werd opgevuld met afval van de Tegelse industrie. Vanuit de bossen erachter kunnen reeën naar het ecoduct lopen. We komen bij de afgraving, er staat een hek van Limburgs Landschap. (vervolg: zie volgende bldz.) 2
De plassen met grondwater en regenwater hierachter worden steeds kleiner, de waterstand steeds lager. Er ligt ook een oude grafheuvel, de Vorstenheuvel. Er vliegt een grote groep houtduiven over, de duiventrek is in volle gang. We gaan linksaf, het paadje gaat omhoog. Rechts beneden de kleiput van een oud ontginningsgebied, een stuk verder het trainingsveld van politiehonden, in de oorlog was het een schietoefenterrein van de Duitsers. We komen nu uit bij ons beginpunt en gaan met de auto's op weg naar de Ülingsheide, waar we het ecoduct over de A74 gaan bekijken. We zien roosters in de weg, hieronder is een passage voor reptielen, kikkers, padden enz. Het ecoduct grenst aan een Duits natuurgebied. We gaan door een hek, de vijver hierachter staat droog. We horen de groene specht, deze zoekt graag engerlingen in het gras. In dit gebied probeert men de kringloop te herstellen; natuurlijke begroeiing, insecten die daar op af komen, de vogels die van insecten leven, enz. De wei is een uitloopgebied voor het wild. We horen puttertjes, ook de torenvalk is hier aanwezig. Bij de rozenbottelstruik (lekkernij voor de appelvink) kunnen we het ecoduct van 56 meter breed goed bekijken. Je mag er niet op, het is alleen voor dieren. We lopen weer terug, we hebben deze ochtend goed kunnen zien hoe de mens het landschap naar zijn hand zet. We hebben gezien dat goedbedoelde natuurcompensatie niet altijd goed uitpakt. Laten we zuinig zijn op ons mooie Limburgse landschap!
Een stukje verderop slaan we een zijpad naar rechts in en komen bij een amfibieënpoel waar we met een beetje geluk een zilverreiger kunnen bewonderen. We lopen even later verder over een oude Romeinse heerbaan en door het buurtschap Hombergen komen we na ongeveer 7 kilometer te hebben gewandeld, weer bij ons uitgangspunt. Na afloop van de wandeling vertrekken we naar Restaurant Secretis, waar we rond 15.45 uur kunnen genieten van “Kaffee und Kuchen”. We vragen voor deze middag een bijdrage van € 3,50 per persoon voor de "Kaffee und Kuchen". U kunt deze ter plekke afrekenen. Voor niet-leden bedraagt de bijdrage € 7,00 per persoon. De reiskosten bedragen € 2,50. Deze kunt u afrekenen met de chauffeur. In verband met de voorbereidingen is het nodig dat u zich van tevoren aanmeldt voor deze activiteit. U kunt dit doen tot en met 22 december bij Wil, telefoon: (077) 4771957 of via e-mail:
[email protected] Geef ook even aan of u wilt rijden. Wilt u niet wandelen maar wel gezellig samen koffie drinken? Dan kunt u om 15.45 uur aansluiten bij de wandelaars bij restaurant Secretis, Schlöp 10 in Nettetal, voor vervoer wordt gezorgd! Wij wensen iedereen een gezellige middag toe!! Els, Anne-Mieke en Wil
Wil
3
8
Winterwandeling bij de Krickenbecker Seen
Tuinwaarnemingen in 2015 door Gerda
Op zondag 27 december is het weer tijd voor de jaarlijkse winterwandeling voor leden van IVN Baarlo-Maasbree. We vertrekken om 12.30 uur vanaf de Markt in Baarlo naar de parkeerplaats bij het Infozentrum Krickenbecker Seen, Krickenbecker Allee 36, 41334 in Hombergen (Nettetal) waar we rond 13.00 uur onze wandeling starten.
Na de boeiende, uitbundige herfstkleuren staan bomen en struiken er nu naakt bij. Afgelopen, die striptease! Wij trekken een warme trui aan, maar de bomen kleden zich uit. Op de gekste plekken zie ik nu Mansoor (Asarum), ook wel Hazelwortel of Wilde gember genoemd. Met zijn niervormige, dondergroen glanzende bladeren een van de mooiste bodembedekkers. Mansoor bloeit in februari met een onopvallend bruin bloempje, helemaal verscholen onder het blad. Mieren komen af op het zaad. De plant heeft, net als de Gele helmbloem een ‘mierenbroodje’. Mieren nemen het ‘broodje’ mee naar hun nest, eten het lekkere spekje eraf en laten het zaadje vallen. Dat kiemt en zo vind je verspreid door de tuin die wintergroene bodembedekker, waaronder het onkruid verstikt. Het varentje ernaast, Venushaar (ook wel slaapkamergeluk genoemd), doet aan landveroveren. De vaste zoden geven de Mansoor geen enkele kans. Zou je niet verwachten van zo’n iel varentje! De naam ‘Mansoor’ is ontstaan doordat mannen vroeger de plant meenamen in hun snuifdoos. Nu doen de mieren dat (maar zonder snuifdoos). Ik heb mijn oor al eens te luisteren gelegd, maar de mieren niet horen niezen. Ze schijnen tegen de peperachtige geur bestand te zijn. De Mansoor werd in het verleden ook gebruikt als een braakmiddel.
Meren, moerassen, weilanden en bossen vormen het beschermde natuurgebied Krickenbecker Seen. Het ca. 1300 ha. grote gebied is één van de oudste beschermde natuurgebieden van de deelstaat NordrheinWestfalen. De vier meren Glabbacher Bruch, Hinsbecker Bruch, Schrolik en Poelvennsee zijn verveende moerasgebieden waar vroeger turf werd gestoken. Nu vormen ze waardevolle en beschermde leefgebieden die van grote betekenis zijn voor het natuurbeheer. De vogelwereld is de meest opvallende diergroep in het gebied van de Krickenbecker Seen. We gaan op pad en lopen over een dam waarbij we een mooi uitzicht over het Glabbacher Bruch en het Hinsbecker Bruch hebben. Het is hier een eldorado voor overwinterende watervogels. Voor de vogelliefhebbers is het aan te raden om een verrekijker mee te nemen! We vervolgen de route en komen langs Schloss Krickenbeck. Het Schloss stond lange tijd leeg en kwam in verval totdat eind jaren ’80 van de vorige eeuw de Westdeutsche Landesbank het kasteel aankocht en tezamen met het omliggende park restaureerde. Tegenwoordig is het in gebruik als conferentiecentrum en niet toegankelijk voor publiek. We vervolgen onze wandeling en komen langs de Poelvennsee, helaas is het strandrestaurant Fischerheim evenals het zwembad al enkele jaren gesloten. Een eindje verder zien we sporen uit het verleden; we lopen langs restanten van het onvoltooide Grand Canal du Nord. In 1806 werd hieraan in opdracht van Napoleon begonnen. Het kanaal diende als verbinding tussen de Schelde, Maas en Rijn. Even verderop ligt nog een oude watermolen de Flootsmühle. Deze molen was vroeger in gebruik als oliemolen. In deze omgeving werd veel vlas verbouwd voor de vervaardiging van linnen. Linnen wordt gemaakt uit de vlasvezel, het zaad van het vlas (lijnzaad) blijft hierbij over. Dit lijnzaad en ook koolzaad werd in de oliemolens verwerkt tot spijsolie, lampenolie en smeerolie. 7
Op de Hazelaar vind ik weer veel knopgallen, te wijten aan galmijten. Die leggen hun eitjes in de uitbottende knoppen, die dan opzwellen. Door de knoppen zoveel mogelijk af te knijpen voorkom je uitbreiding. In wezen is je tuin behalve lusthof ook een slagveld. Dieren worden verjaagd en bejaagd; merels pikken elkaar tot bloedens toe en zelfs vlinders, zoals het Bont zandoogje verjagen concurrenten uit hun territorium. Diverse soorten bladluizen zijn ook al vroeg van de partij, sommige soorten baren levende jongen. Ze zuigen gulzig plantensappen op en het teveel scheiden ze uit als zoete honingdauw, waarop zwarte schimmels groeien. Ook infecteren ze daarbij de plant met virussen. Mieren zijn zoetekauwen en ruimen veel honingdauw op, zodat die schimmels geen kans krijgen. De larven van Lieveheersbeestjes en Gaasvliegen eten veel bladluizen en maken zich zo erg nuttig. De Schuimcicaden zijn slimme insecten. Ze wapenen zich tegen vogels en uitdroging door het teveel aan plantensap uit te scheiden en met lucht tot een wit, camouflerend schuim te blazen. Het groene beestje is zelf heel nietig, maar heeft wel mooi model gestaan voor onze handige slagroomspuit! Op de Rhododendrons zit de Rhododendroncicade; een opvallend, springerig rood-groen beestje, dat zich de laatste jaren erg uitbreidt. De bruine muisjes met hun intelligente, zwarte kraaloogjes zijn nu echte rovertjes en landveroveraars geworden. Ze werpen hele molshopen op en eten de geplante bloembolletjes en … alle knoppen van mijn mini-apple tree. Ons roodborstje zoekt zijn kostje op de omgewoelde aarde en zit ook graag op de composthoop.
4
Een dikke, geelgroene, koude kikker houdt zich op onder de Hosta’s en ruimt de slakken op. Veel Citroenvlinders en Boomblauwtjes in het voorjaar. Enkele trekvlinders zoals Atalanta en Distelvlinder, maar onze eigen dagvlinders zoals Kleine vos en Dagpauwoog waren schaars afgelopen zomer. Van de dagactieve nachtvlinders was de Kolibrievlinder vaak te gast op de vlinderstruik. Als je goed luisterde hoorde je een brommend geluid. Geel walstro is de voedselplant voor de rups van de Kolibrievlinder. Bij het sproeien in de avond kwam er wel eens een Hagedoornvlinder of een Gestreepte goudspanner te voorschijn. Ik miste het Gamma uiltje (Pistooltje). Deze nachtvlinder bleek dit jaar al zijn kruit verschoten te hebben. Op 15 april trippelen er al jonge lijstertjes en eind april liggen er drie eitjes in het merelnest in de vuurdoorn onder het keukenraam. Een Gaai gaat ermee aan de haal. Op 3 mei bouwt het merelpaar in een dwergcypres een nieuw nest. Van de vliegvlugge jongen wordt er één geslagen door de Sperwer. Op mijn handgeklap gaat de sperwer ervandoor met het lijfje en laat het kopje achter op het muurtje met daarop een hevig lamenterende merelmoeder. Bij de garage groeit een mij onbekend gras. De grassengids geeft uitkomst: Ruig doddegras; een Timotheegras. Op 10 mei zit ik op het balkon en ik luister gedurende twee uurtjes naar de vogelgeluiden van Lijster, Merel, Groenling, Winterkoninkje, Vink, Ekster, Heggenmus, Pimpelmees, Houtduif en Zwartkop. Op 29 juni vliegen er Wolbijen op de Cotoneaster, deze bijen verzamelen plantenharen voor het bekleden van hun nest en worden daarom wolbijen genoemd. Op 6 juni komt er bij het uittrekken van de opslag van de Hazelaar een Franse veldwesp tevoorschijn, ze kruipt weer mooi terug. In juni zitten er snoezige zwarte Irissnuitkevertjes in de irisbloemen en Motmugjes in de Aronskelken. Op 12 juli krijgen de Lijstertjes en Koolmezen vliegles; een koddig gezicht! De lijstertjes trekken al zelfstandig regenwormen uit de grond. Op 5 juli vliegt er een Tuinhommel-koningin. In diezelfde tijd een Koekoekshommel. Deze verzamelt alleen maar nectar en stuifmeel voor zichzelf. Ze laat echte hommels haar larven grootbrengen. Steenhommel, Weidehommel, Akkerhommel waren ook van de partij, maar de Aardhommel spande de kroon. Een ander hommelachtig insect kwam geregeld op de Azalea’s tanken. Het gedraagt zich als een Kolibrie, maar het is een vlieg; een Wolzwever. Met trillende vleugels staat ze stil voor een bloem en zuigt met haar reusachtig lange zuigsnuit nectar. Ze is ook een soort koekoeksinsect; ze laat haar eitje vallen in de buurt van het hol van een graafbijtje (Andrena). 5
Hier was dat het Vosje onder de Kruipflox. Het larfje van die Wolzwever dat uit het eitje komt, kruipt in de holte van het Vosje en is door aanklevend zand goed gecamoufleerd. Het doet zich tegoed aan de voedselvoorraad en daarna aan de larven van het Vosje. Op 31 juli loopt er een Spitsmuisje op het gras. Een Kauw komt statig aangestapt en….hap! gaat hij ermee vandoor. Jammer van dat nuttige insectenetertje. Op 21 juli kon ik een imker blij maken met een aangevlogen zwerm honingbijen. Nietsvermoedend aan het werk bij de Magnolia kwam er plots een zwerm woedend zoemende bijen op me af. Dat was rennen geblazen! In de korte tijd dat ze in die tros hingen, hadden ze takken en bladeren al volgebouwd met stevige hagelwitte honingraten. Over de stoep lopen nu tientallen Vuurwantsen. Ze komen met hele groepjes uit hun nestjes in de grond en zijn bijna volwassen. Ze hebben rode en zwarte meetkundige figuurtjes op de schildjes. Ze gaan sap zuigen in de oude lindebomen bij de Annakapel en zijn met velen. Echter, aan zo’n boom zo vol met blaadjes mist men een twee blaadjes niet. Ook Acacia en Kaasjeskruid staan op hun menu. Een nog mooiere kever is de Penseelkever, die in de tuin op het Duizendblad zat. Harig en wat vierkantig met bladsprieten, zoals bij de Meikevers. Het borststuk is leverkleurig en de okergele rugschilden met 3 halvemaanvormige, zwarte vlekken. Nogal zeldzaam. 6 Juni is een zonnige, warme dag. Een hele drukte voor het bijenhotel. Solitaire metselbijtjes vliegen af en aan en deponeren stuifmeel en nectar en daarop een eitje, waarna ze de cel afsluiten en de volgende metselen. Als laatste in de rij zijn de cellen voor de mannetjes die eerder uitkomen. De eitjes daarvan zijn onbevrucht. Een tijdje later zijn er wat bamboestokjes uitgetrokken door vogels. Witte en gele Krabspinnen wachten geduldig op prooi, mooi gecamoufleerd door de kleur van de bloem. Het zijn echte kameleonspinnen! Op 5 juli vliegt er door de open tuindeur een ongelooflijk mooi groot insect naar binnen; voelt zich voor het raam volkomen op z’n gemak en danst in strakke ritmische boogjes op en af, daarbij zijn achterlijf als een schorpioen in de hoogte stekend en zich afzettend met zijn lange rode poten. Duidelijk een Daddy-longlegs op vrijersvoeten. Helaas belandt hij in een jampot ter nadere inspectie. De gazen vleugels V-vormig gespreid met op de uiteinden een zwart pingpong balletje en het smalle lijf lijkend op dat van een wesp met ook nog wat rood. Het blijkt de Gele kamlangpootmug te zijn. Ze lijkt in niets op de langpootmug, waarvan de emelten aan wortels knagen. Er schijnen in Nederland ongeveer 90 soorten langpootmuggen voor te komen. De Gele kamlangpootmug heeft lange bossig gekamde voelsprieten en ontwikkelt zich, net als de fraaie penseelkever in vermolmd hout. Beide soorten zijn vrij zeldzaam. Als er op hoge leeftijd zoveel vrienden om je heen wegvallen, blijft er die plek dicht bij huis over om lief te hebben en om fit te blijven. Gerda
6