LESDOELEN
Wat gebeurt er in het spijsverteringsstelsel. De organen van het spijsverteringsstelsel kunnen opnoemen.
LEERINHOUD
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
1. LESBEGIN
• onderwijsleergesprek
Korte herhaling van de vorige les aan de hand van vragen .
- Waarom eten we, wat leveren ons de voedselbestanddelen?
Voedselbestanddelen leveren ons brandstoffen en bouwstoffen. Het voedsel kan niet in de vorm waarin wij het opnemen vervoerd worden door het bloed het moet eerst verwerkt worden.
- Wat gebeurt er met het voedsel dat we innemen.
Dit gebeurt in het spijsverteringsstelsel.
- Waar gebeurt die?
2. LESUITWERKING
- Opdat het niet in het lichaam kan opgenomen worden? - Kan iemand de weg die het voedsel aflegt komen aantonen op de pop? sneedje brood
2.1.VERWERKING VAN HET VOEDSEL IN DE MONDHOLTE
Beschrijving kunnen geven van wat er met het voedsel in de mond gebeurt.
- Tanden: verkleinen het voedsel, mech. verwerking - speekse:l verteren in de mond - tong: mengen en inslikken Kauwen / fijnmaken van het voedsel Het voedsel wordt fijngemaakt door de Tanden Het voedsel wordt vermengd met Speeksel De tong helpt bij het mengen.
LESDOELEN
LEERINHOUD HET GEBIT
2.2.
TIJD
- Wat is de eerste stap na het in de mond steken van het voedsel? - Waardoor wordt het voedsel fijngemaakt? - Waarmee wordt het voedsel vermengd ? - Wat helpt er bij het mengen ?
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
- Hoe noemen we het geheel van tanden?
DELEN VAN EEN TAND
- Heeft er iemand al een tand laten trekken? Je ziet niet alles van een tand in de mond. Delen van de tand opnoemen.
Je ziet maar een deel van een tand. Het zichtbare deel is de kroon.
- Wat is er opgevallen als je de getrokken tand bekijkt ? De ll komen naar de observatietafel. Ik heb een voorbeeld mee van een getrokken tand.
1
Het deel dat verborgen zit in het tandvlees en in de kaaksbeenderen is de wortel.
Kan er iemand aanduiden welk deel wij zien ? Kan iemand aantonen welk deel verborgen zit ?
De overgang tussen de kroon en de wortel is de hals.
slide van de tanddelen De delen nog eens door de ll laten opsommen aan de hand van de slide.
Soorten tanden benoemen en hun functie beschrijven
2.3. SOORTEN TANDEN
De ll worden in groepjes van 3 verdeeld en per groepje krijgen ze een spiegel. Iedereen bekijkt zijn tanden
Niet alle tanden zijn gelijk van vorm, grootte en dikte.
- Wat stellen jullie vast ?
Je voelt een smalle rand. Om te bijten, om stukjes van het voedsel af te bijten. Deze tanden noemen we snijtanden. Er zijn 4 snijtanden in de onderkaak. Het is een puntige tand.
LESDOELEN
LEERINHOUD
Iedereen voelt met het puntje van zijn tong aan de bovenkant van zijn tanden in de onderkaak en voelt goed naar het verschil. - Wat voel je bij de voorste tanden? - Waarvoor gebruik je deze tanden ? - Hoeveel zijn er precies in de onderkaak ? Nu voel je nog eens met je tong aan de tand naast de snijtanden. - Wat voel je? - Waar staat deze tand en hebben we er nog zo in de WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
Hij staat in de mondhoek. Het zijn er 2, langs elke kant van de snijtanden 1. We noemen ze hoektanden.
onderkaak? Bekijk maar eens in de spiegel.
De hoektanden worden gebruikt om hard voedsel door te bijten.
- Waarvoor dienen deze tanden?
TIJD
We voelen nog eens met de tong over de bovenkant van de achterste tanden in de onderkaak.
2
- Wat voelen we? De tanden hebben een hobbelig oppervlak. Het zijn er 10. Ze worden gebruikt om het voedsel fijn te malen. We noemen ze kiezen.
- Hoeveel tellen we er in de onderkaak, zowel rechts als links. - Waarvoor gebruik je deze tanden? Elk groepje krijgt een afgietsel van een gebit.
2.4. SYMMETRIE IN HET GEBIT
- Hoeveel tanden staan er in de onderkaak ? - Hoeveel van elke soort ?
Symmetrie van linker en rechterhelft van de kaak aantonen.
In de onderkaak staan er 16 tanden. - 4 snijtanden - 2 hoektanden - 10 kiezen
Symmetrie van onder en bovenkaak aantonen.
Linker en rechterhelft van de onderkaak zijn symmetrisch. Ze zijn elkaars spiegelbeeld. In de bovenkaak staan er eveneens 16 tanden : - 4 snijtanden - 2 hoektanden - 10 kiezen Linker en rechterhelft van de bovenkaak zijn eveneens symmetrisch. Ze zijn elkaars spiegelbeeld Boven en onderkaak zijn eveneens symmetrisch.
LESDOELEN
LEERINHOUD Ze zijn ook elkaars spiegelbeeld.
- Vergelijk rechterkant met linkerkant. Wat stel je vast. besluit slide
- Hoeveel tanden staan er in de bovenkaak ? - Hoeveel van elke soort ? - Vergelijk rechterkant met linkerkant. Wat stel je vast.
- Wat bemerk je als je de onderkaak met de bovenkaak vergelijkt ?
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
Invullen van het werkboek. Bovenstaande vaststellingen op papier zetten + klassikaal overlopen. Iedereen heeft al nieuwe tanden.
Melktanden
- Hoe noem je de vorige tanden die uitgevallen zijn. De ll komen naar observeertafel en bekijken het afgietsel
3
Het melkgebit bevat slechts 20 meltanden. 10 in de bovenkaak en 10 in de onderkaak. We spreken hier nog niet van snij - en hoektanden en kiezen.
van het melkgebit. We vergelijken het aantal tanden met het aantal van het gebit van een volwassen- Uit hoeveel tanden bestaat het melkgebit? -
Na het melkgebit spreken we over het blijvend gebit. 2.5. AANTASTING VAN HET GEBIT
- snoep, frisdrank, ..... - te koude en te warme temperatuur van het voedsel - bijten op harde voorwerpen - tekort aan mineralen in de voeding maakt de tanden gevoeliger voor tandbederf Zeker moet er ‘s avonds gepoetst worden Dit laatste onderdeel wordt maar summier aangehaald daar eigenlijk de volgende les daar uitgebreid op ingaat.
LESDOELEN
LEERINHOUD 3. LESAFSLUITING
- Waardoor worden onze tanden aangetast?
- Wanneer poetsen jullie je tanden ? - Hoe poetsen we? Een ll komt dit voortonen op didactisch materiaal. (van de tandarts) Eventueel verbeteren en nog eens herhalen.
WERKVORMEN/MEDIA/ORGANISATIE
TIJD
slide overzicht tanden
Een volledig gebit van een volwassene telt 32 tanden, in elke kaak 16. Elke kaakhelft heeft 2 snijtanden, 1 hoektand en 5 kiezen. Rechter en linkerhelft zijn symmetrisch.
4
Boven en onderkaak zijn eveneens symmetrisch. Een volledig melkgebit telt 20 tanden. Klaslokaal opruimen
5
Mediafiche - slide skelet cavia - slide kat die loopt - slide skelet kat - slide van een paard - slide skelet paard - slide skelet zoolganger + teenganger + teentopganger - slide overzicht, synthese - slide overzicht (snelheid) lesafsluiting - slide werkblaadje
6