Opleidingsgids bachelor opleiding
Opleidingsgids bachelorcollege Major Bouwkunde
1e studiejaar 2012-2013
Voor een uitgebreide beschrijving van de vakken die genoemd zijn in deze brochure wordt verwezen naar de vakkengids: http://onderwijs.tue.nl
1|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Bouwkunde INHOUDSOPGAVE:
1. Algemeen: onderwijs 1.1 Jaarindeling en programma 1.2 Online Active Study Environment (OASE) 1.3 Aanwezigheidsplicht 1.4 Taal (zie art. 1.1.5 OER bachelor onderdeel A) 1.5 Studiepakketten en aanmelden onderwijs (zie art. 1.1.4 OER bachelor onderdeel A) 1.6 Tentamens en examens (zie paragraaf 1.2 en 1.3 van de bachelor OER, onderdeel A) 1.7 Procedurele aspecten die goedkeuring behoeve van de examencommissie (zie paragraaf 1.4 en 1.5 van de bachelor OER, onderdeel A) 2. Coaching, studiebegeleiding en studievoortgang (paragraaf 2.1 en 2.2 OER bachelor, onderdeel A) 3. Een aantal voorzieningen en wetenswaardigheden voor studenten Bijlage 1: Bezwaar tegen uitslag en verzoek second opinion Bijlage 2: Bindend studieadvies (bsa) in het eerste studiejaar (zie art. 2.2.1 OER onderdeel A) Bijlage 3: Examencommissie, Onderwijscommissie en faculteitsraad
3 3 4 5 5 5 6 11 `
12 14 18 19 21
2|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
1.
Algemeen: onderwijs
De informatie die hier verstrekt wordt is bedoeld om de eerstejaarstudent bachelor college in de major Bouwkunde mee te nemen in een aantal wetenswaardigheden die voortvloeien uit de Onderwijs- en Examenregeling voor het studiejaar 2012-2013 en het Examenreglement voor datzelfde studiejaar en de voornaamste programma-informatie over de major Bouwkunde . De opstellers van deze informatie hebben de intentie om zo veel mogelijk dubbeling met de reeds bekend en door de TU/e via haar site beschikbaar gestelde informatie te voorkomen. Heel veel informatie over het bachelor college is te vinden op de volgende internetlink:
http://w3.tue.nl/nl/onderwijs/tue_bachelor_college/ De informatie die hier te vinden is betreft met name twee componenten: 1. De Studieopbouw en 2. Coaching De component Studieopbouw bevat o.a. informatie over de major , de basisvakken, USE en de vrije keuzeruimte.
1.1 Jaarindeling en programma
De opleiding bouwkunde gebruikt het semester roostersysteem. Het eerste semester start op maandag 3 september 2012 (semester A, kwartiel 1) en duurt t/m zaterdag 2 februari 2013 en het tweede semester start op maandag 4 februari 2013 ( semester B, kwartiel 3) en duurt t/m zaterdag 6 juli 2013. De semesters hebben een omvang van een half jaar. De semesters zijn ingedeeld in twee perioden per semester = kwartielen (semester A: kwartielen 1 en 2), semester B: kwartielen 3 en 4).
3|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Eerste jaar van de 3-jarige bachelor opleiding Bouwkunde TU/e
3NAB0 * 7N1X0
Toegepaste natuurwetenschappen conceptueel Keuzevak Aterlierwerk 1 vervolg (major)
5 5 5
7N2X0 7P3X0 7S3X0
Basisvak design A Analyse van constructies (major) Bouwfysisch en materiaalkundig ontwerpen
5 5 5
0SAB0 7U4X0 **
Basisvak USE Realiseren, beheren en transformeren (major) Keuzevak Totaal
5 5 5 60
* Een voor de hand liggende keuze is het vak 7TX0: Bouwtechniek/uitvoering/detailleren. Voor andere keuzemogelijkheden zie de volgende link: http://w3.tue.nl/nl/onderwijs/tue_bachelor_college/studieopbouw/vrije_keuzeruimte/ ** Een voor de hand liggende keuze is het vak 7N3X0: Atelierwerk TOP (met een keuze voor T, O of P). Voor andere keuzemogelijkheden zie de volgende link: http://w3.tue.nl/nl/onderwijs/tue_bachelor_college/studieopbouw/vrije_keuzeruimte/
1.2 Online Active Study Environment (OASE) OASE is de digitale leer- en werkomgeving van de TU/e. Via deze omgeving kun je alle informatie over opleidingen, vakken, tentamens en roosters opvragen. Daarnaast kun je je via deze omgeving aanmelden voor tentamens, vakken en groepen, kun je je persoonlijke studieagenda samenstellen en kun je de online vak- en groepsruimtes bij vakken benaderen. Ook kun je hier vinden wat je studiepakket is en welke resultaten je hebt behaald. Ten slotte kun je hier ook je email en agenda raadplegen. Voor studenten kent OASE ook een mobiele versie. Die is te bereiken via de gewone site van OASE (http://onderwijs.tue.nl, klik dan op Mobiel) of direct via https://m.ond.tue.nl
4|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Kwartiel 4
Kwartiel 3
sp 5 5 5
Kwartiel 2
cursusjaar 2012-2013, generatie 2012 2WAB0 Basisvak calculus 7X1X0 Architectuur en de stad (major) 7N1X0 Atelierwerk 1 (major)
Kwartiel 1
generatie 2012, cursusjaar 2012 - 2013
Via de mobiele versie van OASE kun je je tentamenresultaten, je persoonlijk rooster en je nieuwsberichten opvragen. OASE is de opvolger van Studyweb, Owinfo en Owguest. De introductie van OASE betekent dat je niet of nauwelijks meer gebruik hoeft te maken van Studyweb, Owinfo en Owguest. Je bereikt OASE via http://onderwijs.tue.nl In OASE zijn alle functies uit Studyweb, Owinfo en Owguest opgenomen, m.u.v. vier functies: • opvragen agenda’s en kalenders • onderhouden van aanmeldingen voor vakken en groepen • opvragen toetsen en deelnemers • peer assessment (alleen voor vakken van de faculteit IE&IS) Een antwoord op veel vragen vind je via de Help-functie in OASE (rechtsbovenin het scherm). Voor overige vragen en feedback kun je terecht bij de centrale helpdesk (email:
[email protected], tel: 0402474747, 9.00-17.00u) of bij de servicedesk van de faculteit Bouwkunde (Bureau Automatisering op 2e etage Vertigo). De studieresultaten van studenten worden door het opleidingsinstituut van de faculteit geregistreerd met behulp van het Onderwijs Informatie Systeem (OWIS). Bij onjuiste registratie dient de student contact op te nemen met het opleidingsinstituut (VRT 2.12 tel. nr. 040-247 3298/2193). Aan de balie van het opleidingsinstituut, die iedere werkdag tussen 12.00 en 14.00 uur geopend is, kan een overzicht van de studieresultaten op verzoek worden verkregen. Via internet http://onderwijs.tue.nl of mobiel: https://m.ond.tue.nl kun je zelf overzichten van je studieresultaten maken.
1.3 Aanwezigheidsplicht Een groot aantal onderwijseenheden bestaat uit een practicum of bevat een practicum. In de digitale vakkengids is vermeld welke soorten onderwijseenheden als practicum beschouwd worden. Omdat bij een practicum de uitvoering van het practicum/praktische oefening tevens de tentamenvorm is, geldt voor alle practica/praktische oefeningen van de opleiding voor alle studenten een aanwezigheidsplicht. Voor het overige onderwijs geldt geen aanwezigheidsplicht, tenzij anders aangegeven.
1.4 Taal (zie art. 1.1.5 OER bachelor onderdeel A) Conform artikel 7.2 van de wet wordt het onderwijs in het Nederlands gegeven en worden de tentamens en examens afgenomen in het Nederlands.
1.5 Studiepakketten en aanmelden onderwijs (zie art. 1.1.4 OER bachelor onderdeel A) Iedere student wordt door het Opleidingsinstituut van de faculteit (VRT 2.12) voor aanvang van het studiejaar voorzien van een studiepakket in OWIS (het Onderwijs Informatie Systeem), waarin de basisonderwijseenheden en de onderwijseenheden van het eerste jaar van zijn major zijn opgenomen. De student dient zich uiterlijk vijftien werkdagen voor aanvang van elk kwartiel in OASE aan te melden voor de onderwijseenheden uit het volgende kwartiel. In afwijking hiervan, geldt dat de eerstejaars studenten door het Opleidingsinstituut van de faculteit (VRT 2.12) automatisch zijn aangemeld voor het volgen van het onderwijs van de onderwijseenheden in het eerste kwartiel. De student moet uiterlijk vijftien werkdagen voor aanvang van het tweede kwartiel in OASE aan het Opleidingsinstituut van de faculteit (VRT 2.12) door te geven welke keuze-onderwijseenheden van het eerste
5|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
jaar hij wil volgen en meldt zich daarvoor tegelijkertijd aan. Deze onderwijseenheden worden onderdeel van zijn studiepakket. In uitzonderlijke gevallen kan een student na overleg met de opleidingsdirectie, tot vijf werkdagen voor aanvang van een kwartiel de in dat kwartiel te volgen keuzeonderwijseenheden wijzigen. De wijziging zal door het opleidingsinstituut van de faculteit Bouwkunde (VRT 2.12) worden doorgevoerd in het studiepakket. Voor onderwijseenheden, die geen onderdeel uitmaken van het studiepakket, kan een student zich niet aanmelden, het onderwijs niet volgen en er geen tentamen in afleggen. Een student die een of meerdere onderwijseenheden, die niet tot zijn opleiding behoren, dan wel keuzeonderwijseenheden wil volgen en daarin tentamen wil afleggen, dan wel onderwijseenheden wil vervangen, verzoekt acht weken voorafgaand aan het kwartiel waarin het onderwijs wordt gegeven, toestemming aan de examencommissie. Wanneer een student toestemming van de examencommissie heeft om één of meerdere onderwijseenheden, die niet in zijn studiepakket zijn opgenomen, te volgen en daarin tentamen af te leggen, geeft de examencommissie dat meteen door aan het Opleidingsinstituut van de faculteit (VRT 2.12) . Deze voegt de onderwijseenheden aan het studiepakket toe, zodat de student zich voor die onderwijseenheid kan aanmelden.
1.6 Tentamens en examens (zie paragraaf 1.2 en 1.3 van de bachelor OER, onderdeel A) Frequentie , vorm en volgorde van eindtoetsen/tussentoetsen Van de gelegenheden tot het afleggen van schriftelijke eindtoetsen wordt jaarlijks voor 1 augustus door het faculteitsbestuur een eindtoetsenrooster opgesteld dat in de eerste week van augustus wordt bekendgemaakt, d.w.z. dat de interim-periode (herkansingenweek) vóór aanvang van de INTRO van de TU/e en de INTRO van de studentenverenigingen plaatsvindt en in die interim-periode de herkansingen van het vierde kwartiel plaatsvinden. Het faculteitsbestuur kan in bijzondere gevallen tot uiterlijk twee maanden voordat een schriftelijke eindtoets plaatsvindt, afwijken van het bedoelde rooster. De betrokken studenten worden door het faculteitsbestuur onder opgaaf van redenen meteen in kennis gesteld van de wijziging in het rooster. Mondelinge tussentoetsen en eindtoetsen worden op een door de examinator, zo veel mogelijk na overleg met de student, te bepalen tijdstip afgenomen. Tussentoetsen zijn geïntegreerd in het onderwijs en kunnen schriftelijk, mondeling of op andere wijze worden afgenomen, zoals opgenomen in de studeerwijzer. Tussentoetsen kunnen in de avonduren worden afgenomen, indien de ‘ dean’ van het Bachelor College daarvoor toestemming heeft verleend. Tot het afleggen van de tentamens van de opleiding, wordt ten minste twee maal per studiejaar de gelegenheid geboden, voor zover het de eindtoets betreft. Tot het afleggen van een tussentoets wordt slechts eenmaal per jaar de gelegenheid geboden, tenzij anders door de opleidingsdirecteur, op verzoek van de docent/examinator, is besloten. De examencommissie kan besluiten in bijzondere gevallen af te wijken van het aantal malen dat een tentamen kan worden afgelegd, evenals van de vorm en de volgorde waarin het tentamen wordt afgelegd.
Geldigheidsduur en bewaartermijnen van tentamens De geldigheidsduur van een tentamenresultaat is in beginsel onbeperkt, tenzij de examencommissie een aanvullend tentamen of een vervangend tentamen oplegt als een tentamenresultaat ouder is dan 6 jaar. Beoordeelde schriftelijke tentamens moeten ten minste 2 jaar bewaard worden, driedimensionele werkstukken gedurende 6 weken na vaststelling van het cijfer en stageverslagen ten minste 6 jaar en afstudeerverslagen minstens 10 jaar.
6|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Deelname en aanmelding De aanmelding voor een centraal georganiseerde eindtoets gaat via internet: http://onderwijs.tue.nl of mobiel: https://m.ond.tue.nl. Dit moet gebeuren voor de sluitingsdatum van aanmeldingen die op de roosters vermeld staan en te raadplegen zijn op dezelfde site. Indien een student deelneemt aan een eindtoets zonder zich te hebben aangemeld, vindt geen beoordeling van het gemaakte werk plaats (zie lid 9 van artikel 1.2.4 van de bachelor OER , onderdeel A). Ter vervanging kan de examencommissie in bijzondere omstandigheden de student een vervangende eindtoets toestaan. Verder is de student verplicht tijdens de eindtoets zijn/haar collegekaart en/of geldig identiteitsbewijs mee te nemen. Wanneer de student zich niet kan legitimeren met een geldig identiteitsbewijs mag hij/zij niet deelnemen aan de eindtoets. Aanmelding voor een onderwijseenheid houdt automatisch ook aanmelding in voor deelname aan de daarbij behorende tussentoetsen en voor de eerstvolgende eindtoets. Deelname aan tussentoetsen is verplicht. Niet inlevering of niet deelnemen aan een tussentoets wordt beoordeeld met een 0. Bij overmacht kan een student op diens verzoek een vervangende tussentoets krijgen, ter beoordeling van de examencommissie. Als een student niet deelneemt aan een eindtoets, kan hij/zij zich niet aanmelden voor de herkansing in hetzelfde studiejaar. De examencommissie kan echter besluiten hiervan af te wijken in bijzondere gevallen. Aanmelding voor onderwijsactiviteiten zoals praktische oefeningen en colleges waar dat om organisatorische en/of educatieve redenen noodzakelijk wordt geacht moet gebeuren volgens de regels die worden gepubliceerd in OASE ( http://onderwijs.,tue.nl ). Studenten die zich niet volgens deze regels voor de aangegeven sluitingsdatum aanmelden kan dit betekenen dat deelname in die periode niet mogelijk is. De examencommissie kan uitzonderingen toestaan.
Terugtrekking Een student kan zich na aanmelding uiterlijk vijf werkdagen voordat de eindtoets dan wel een herkansing van een eindtoets plaatsvindt terugtrekken door middel van mededeling daarvan aan het STU op de door het STU bepaalde wijze (via OASE: http://onderwijs.tue.nl ) De student die zich heeft aangemeld voor een onderwijseenheid kan zich niet terugtrekken voor de eindtoets.
Tentamendata De data waarop een tentamen wordt afgenomen, worden voor aanvang van het studiejaar bekend gemaakt. Slechts in gevallen van organisatorische overmacht kan van deze hoofdregel worden afgeweken. Tentamenroosters zijn te raadplegen via http://onderwijs.tue.nl of mobiel: https://m.ond.tue.nl. De tijden waarop een tentamen wordt afgenomen moeten voor aanvang van het onderwijs in het desbetreffende vak aan de student bekend gemaakt worden. Voor de schriftelijke tentamens worden in het algemeen de volgende tijden gehanteerd: ’s ochtends van 9.00 tot 12.00 uur of ’s middags van 14.00 tot 17.00 uur. Slechts enkele tentamens wijken hiervan af, dit is dan van te voren bekend gemaakt.
Maximaal aantal tentamenpogingen Sinds 1 september 2006 geldt het besluit van het College van Bestuur van de TU/e zoals geformuleerd in lid 7 van artikel 1.2.4 van de bachelor OER, onderdeel A ten aanzien van het maximaal aantal tentamenpogingen. Als een student al drie keer een tentamen zonder goed gevolg heeft afgelegd dient hij/zij voorafgaand aan de volgende keer dat hij/zij zich wil aanmelden voor een onderwijseenheid of eindtoets de procedure drie tentamenpogingen te volgen die te vinden is op de volgende webpagina: http://w3.bwk.tue.nl/nl/organisatie/faculteitsbureau/opleidingsinstituut/ welke als volgt luidt: ‘‘Hoe gaat dit in de praktijk in zijn werk? Wanneer je als student na drie pogingen een tentamen niet hebt gehaald, is het niet meer mogelijk om je voor een vierde poging aan te melden. Om een vierde tentamenpoging te kunnen doen heb je toestemming nodig van de studieadviseurs. Je moet dan eerst deze vragenlijst invullen. De antwoorden op de vragen mail je naar
[email protected].
7|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
De studieadviseurs beoordelen je antwoorden. Indien nodig vragen zij aanvullende informatie. Als je plan wordt goedgekeurd krijg je het bericht dat je je weer kunt aanmelden voor de volgende tentamenpoging. Wordt je plan afgekeurd dan krijg je uiteraard te horen wat daarvan de reden is en wat je moet doen om in een volgende periode alsnog een tentamenpoging te kunnen doen. Het verzoek voor deblokkering dient aan de studieadviseurs gericht te worden tot uiterlijk één week voor de sluitingsdatum van de aanmelding voor het desbetreffende tentamen’ . Alle aanvragen worden zo snel mogelijk afgehandeld. Je hoeft dus niet voor alle zekerheid nog een keer je verzoek in te zenden. Je krijg automatisch bericht van de deblokkering via de mail.”
Extra tentamentijd Studenten kunnen op grond van ziekte en handicap e.d. (dyslexie,etc.) extra tentamentijd krijgen met een maximum van 10 minuten per uur tentamentijd. Zij dienen bij het STU (drs. H.C. (Chris) Sepers, tel. 040247 4512) een medische verklaring te overleggen en kunnen vervolgens een verklaring van het STU krijgen i.v.m. extra tentamentijd. Soms ook worden andere faciliteiten verleend zoals de extra uitvergroting van de tentamenopgaven (A-3 formaat) en eventueel het kopiëren op gekleurd papier.
Volgorde van onderwijseenheden Voor de opleiding Bouwkunde is bij een aantal onderwijseenheden bepaald dat er niet eerder kan worden deelgenomen nadat ten minste aan de erbij vermelde voorwaarde(n) is voldaan. Deze voorwaarden staan vermeld in de vakbeschrijvingen die via internet te raadplegen is: http://onderwijs.tue.nl of mobiel:. https://m.ond.tue.nl.
Beoordeling van onderwijseenheden Het eindcijfer van een onderwijseenheid wordt vastgesteld op basis van een tentamen, dat bestaat uit ten minste twee tussentoetsen, die met een cijfer worden beoordeeld, en een eindtoets. De beoordeling van een tentamen vindt altijd plaats door een of meer examinatoren, met uitzondering van een tussentoets, die ook onder verantwoordelijkheid van een examinator mag plaatsvinden. Wanneer het eindcijfer van een onderwijseenheid, die is opgenomen in het studiepakket van de student voor het eerste jaar van de opleiding, een 5.0 bedraagt en het resultaat van invloed is op het bindend studieadvies, dient het tentamen door een tweede examinator te worden beoordeeld. De vaststelling van het uiteindelijke resultaat geschiedt na overleg tussen de eerste en tweede examinator. De vaststelling van het eindcijfer van een onderwijseenheid geschiedt per individuele student, waarbij het eindcijfer van het tentamen wordt bepaald op basis van de resultaten van de tussentoetsen en de eindtoets. Het eindcijfer wordt voor maximaal 70% bepaald door het cijfer dat is behaald voor de eindtoets. Het restant wordt verdeeld over de andere tussentoetsen. Voor het behalen van een tentamen, dient het cijfer van de eindtoets minimaal een 5.0 te zijn. Met toestemming van de dean kan hiervan worden afgeweken. Wanneer de praktische oefening (als eindtoets van een onderwijseenheid) is onderverdeeld in individueel - en groepswerk én wanneer de opleidingsdirectie heeft bepaald dat ieder onderdeel met een voldoende (minimaal 6.0) dient te worden afgesloten, bevatten beide onderdelen minimaal twee tussentoetsen. In uitzonderlijke gevallen kan van de verdeling, zoals bedoeld in het derde lid, onder a, worden afgeweken, mits de examencommissie daartoe toestemming heeft verleend én een onderdeel voor maximaal 70% meeweegt. a. Het eindcijfer van een onderwijseenheid wordt uitgedrukt in gehele getallen volgens de beoordelingsschaal 0 t/m 10, dan wel met een ‘vrijstelling’ (VR). Bij de bepaling van het eindcijfer wordt een .50 en hoger naar boven en een .49 en lager naar beneden afgerond.
8|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
b. De beoordeling van een tussentoets en een eindtoets wordt uitgedrukt in tienden, volgens de beoordelingsschaal 0 t/m 10. Een tussentoets als vaardigheidstoets kan ook worden beoordeeld met een Voldoende (VO) , Onvoldoende (ON) of Gedaan (GN). c. De beoordeling van praktische oefeningen (als een tussentoets of eindtoets) wordt uitgedrukt in tienden volgens de beoordelingsschaal 0 t/m 10, dan wel in ON, VO, Goed (GO), Zeer Goed (ZG) of GN. Een onderwijseenheid is met goed gevolg afgelegd, indien het tentamen is beoordeeld met een eindcijfer 6 of hoger dan wel wanneer daarvoor VR is verleend. Een praktische oefening (als een tussentoets) is met goed gevolg afgelegd, indien het is beoordeeld met een cijfer 6.0 of hoger respectievelijk VO, GO, ZG of GN dan wel wanneer daarvoor een VR is verleend. Als een student heeft gefraudeerd wordt de tentamenuitslag beschouwd als ‘onvoldoende’ (ON). De beoordelingscriteria worden uiterlijk bij aanvang van een tussentoets of een eindtoets bekend gemaakt. Vooraf wordt de puntenverdeling bij de vragen bekendgemaakt. In uitzonderingsgevallen kan de docent de examencommissie verzoeken de normering achter af aan te passen. De wijze van beoordeling van tussentoetsen en eindtoetsen is zodanig dat de student kan nagaan hoe de uitslag van de onderwijseenheid tot stand is gekomen. Bij de tussentoetsen dient de docent feedback voor de student op te nemen bij de beoordeling van het werk.
Fraude en fraudemaatregelen Fraude is ieder handelen of nalaten door of vanwege een student, waardoor het vormen van een juist oordeel van diens kennis, inzicht en vaardigheden geheel of gedeeltelijk voor de examinator onmogelijk wordt gemaakt. De examencommissie kan als passende maatregel de student voor ten hoogste een jaar uitsluiten van verdere deelneming aan het desbetreffende tentamen in het vak maar ook van andere vakken of zelfs van het examen. (Zie ook lid 7 van artikel 3.2 van het Examenreglement). Bij ernstige fraude kan het College van Bestuur op voorstel van de examencommissie de inschrijving voor de opleiding van de student definitief beëindigen (zie lid 8 van artikel 3.2 van het Examenreglement).
Uitslag De examinatoren stellen het eindcijfer van het tentamen van onderwijseenheden die onderdeel zijn van de propedeutische fase zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen tien werkdagen na afloop van een eindtoets vast voor die onderwijseenheden, waarvan de eindtoets is gemaakt door studenten die te maken krijgen met een bindend studieadvies. Voor andere onderwijseenheden geldt dat het eindcijfer van het tentamen zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijftien werkdagen na afloop van een eindtoets wordt vastgesteld. In afwijking van het voorgaande stellen de examinatoren het eindcijfer van: a. schriftelijke tentamens van onderwijseenheden die onderdeel zijn van de propedeutische fase waarvan de eindtoets is gemaakt in de eindtoetsenperiode van het vierde kwartiel zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijf werkdagen na afloop van de eindtoets vast. b. schriftelijke tentamens, waarvan de eindtoets is gemaakt in de interimperiode zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijf werkdagen na afloop van de eindtoets vast, met dien verstande dat de eindcijfers van deze onderwijseenheden minimaal vijf werkdagen vóór 1 september dienen te zijn vastgesteld. De examinatoren stellen niet later dan één werkdag na het afnemen van een mondelinge tussen- of eindtoets de uitslag vast en delen het cijfer direct mede aan de student. Ten aanzien van een op andere wijze dan mondeling of schriftelijk af te leggen eindtoetsen bepaalt de examencommissie vooraf op welke wijze en binnen welke termijn de student in kennis wordt gesteld van het eindcijfer. Wanneer over de inlevering van een praktische oefening een termijn of datum is afgesproken, kan de examencommissie besluiten die praktische oefening toch te laten beoordelen wanneer de student vanwege bijzondere persoonlijke redenen een praktische oefening niet tijdig heeft ingeleverd. De examinatoren stellen
9|Page Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
de uitslag van een praktische oefening zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijftien werkdagen na ontvangst ervan vast en delen het (eind)cijfer mede aan de student. In afwijking hiervan stellen examinatoren de uitslag van tussentoetsen, die buiten de eindtoetsenperiode worden afgenomen, zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen vijf werkdagen na afloop van de tussentoets vast, met dien verstande dat de resultaten van de tussentoetsen vijf werkdagen voor aanvang van de eindtoets bekend dienen te zijn. Als de desbetreffende examinatoren door bijzondere omstandigheden niet in staat zijn te voldoen aan de genoemde termijnen melden zij dit met redenen omkleed aan de examencommissie. De betrokken student wordt door de examencommissie meteen van de vertraging op de hoogte gesteld, onder vermelding van de termijn waarbinnen de uitslag alsnog bekend wordt gemaakt. Deze bepaling kan door examinatoren niet worden ingeroepen wanneer het onderwijseenheden betreft die onderdeel zijn van de propedeutische fase. Met betrekking tot het eindcijfer van een onderwijseenheid wordt door of namens de examinator aan de student schriftelijk dan wel elektronisch een verklaring uitgereikt, waarop de totstandkoming en de vaststelling van de beoordeling van het tentamen is vermeld. In deze verklaring wordt de student gewezen op het inzagerecht, de mogelijkheid tot nabespreking en op de beroepsmogelijkheid bij het college van beroep voor de examens. Voor de datering van het eindcijfer van een onderwijseenheid geldt de datum waarop het laatste toetsonderdeel is afgelegd. Voor de datering van een praktische oefening (als onderwijseenheid) geldt de datum waarop het verslag definitief is ingeleverd dan wel de mondelinge eindpresentatie is gehouden, dan wel, indien er geen sprake is van een verslag of een eindpresentatie, de praktische oefening is afgerond. • Indien geen contact tot stand is gekomen: wat is hiervan de reden en/of de oorzaak. Welke pogingen zijn ondernomen om contact op te nemen? • Wat waren de uitkomst van het contact of de bespreking? Als een student bezwaar wil maken tegen een uitslag en eventueel een second opinion wil kan hij/zij dat aanvragen bij de examencommissie (zie bijlage 1)
Inzage Gedurende tenminste twintig werkdagen na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk eindtoets heeft de student het recht op inzage in zijn beoordeelde werk. (zie artikel 1.2.8 Onderwijs- en Examenregeling bachelor opleiding onderdeel A). Het beoordeelde werk van de tussentoets wordt tijdens het onderwijs van de betreffende onderwijseenheid door de docent aan de student ter inzage gegeven, tenzij er sprake is van een huiswerkopdracht.
Nabespreking tentamens Zo spoedig mogelijk na de bekendmaking van het cijfer van een (mondelinge) eindtoets vindt op verzoek van de student dan wel op initiatief van de examinator een nabespreking plaats tussen de examinator en de student. In dat geval wordt de gegeven beoordeling gemotiveerd. Het beoordeelde werk van de tussentoets wordt met de student tijdens het onderwijs van de betreffende onderwijseenheid besproken.
Aanmelding examen (het propedeutisch(P-) examen bachelor college opleiding) De examencommissie onderzoekt of de student de tot de propedeuse behorende examenonderdelen met goed gevolg heeft afgelegd. Is dat het geval, dan is het examen behaald. Om voor dit onderzoek in aanmerking te komen dient de student zich uiterlijk 20 werkdagen voor de examenvergadering aan te melden via internet: http://onderwijs.tue.nl. Terugtrekking voor het examen is toegestaan tot uiterlijk 5 werkdagen voordat het examen zou worden afgelegd.
10 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Aanmelding voor uitslag examen (P-examen) In artikel 1.3.2 van de Onderwijs- en Examenregeling is de frequentie vastgelegd waarmee de examencommissie de uitslag van de examens vaststelt (tenminste 4 keer per jaar). De data van de zittingen van de examencommissie worden aan het begin van het studiejaar bekendgemaakt.
Beoordeling en uitslag P-examen Als een student een tentamen meer dan eenmaal heeft afgelegd neemt de examencommissie voor de vaststelling van de uitslag van het tentamen het hoogst behaalde resultaat in aanmerking. De uitslag van het afsluitend examen is ‘ geslaagd’ dan wel ‘afgewezen’ met behoud van de behaalde resultaten. Een student is geslaagd voor het examen als hij/zij de tot het examen behorende tentamens en praktische oefeningen met goed gevolg heeft afgelegd dan wel voltooid met inachtneming van de geldende compensatieregeling zoals geregeld in artikel 4.2 van het examenreglement. De examencommissie kan onder door haar te stellen voorwaarden bepalen dat niet ieder tentamen met goed gevolg hoeft te zijn afgelegd om vast te kunnen stellen dat het examen met goed gevolg is afgelegd.
1.7 Procedurele aspecten die goedkeuring behoeve van de examencommissie(zie paragraaf 1.4 en 1.5 van de bachelor OER, onderdeel A) Vrijstellingen Een verzoek tot vrijstelling van het afleggen van een of meer tentamens dient officieel volgens de regelingen ingediend te worden bij de examencommissie. Indien een student een groot aantal vrijstellingen zou kunnen verkrijgen op grond van een eerder al of niet afgeronde opleiding dan dient hij contact op te nemen met de studieadviseur die zijn verzoek voorlegt aan de subcommissie vrijstellingen van de examencommissie die daarover adviseert aan de examencommissie. De examencommissie neemt uiteindelijk het besluit. In alle andere gevallen dienen studenten contact op te nemen met examinatoren die een formulier invullen met een positief of negatief advies aan de examencommissie over het toekennen van een vrijstelling. Het advies wordt getoetst door de examencommissie.
Keuzeruimte en USE leerlijnen De bacheloropleiding Bouwkunde omvat een vrij in te vullen keuzeruimte van 45 studiepunten aan keuzeonderwijseenheden en een vrij te kiezen USE-leerlijn van 15 studiepunten.
Vrij in te vullen keuzeruimte De eerste 15 sp van het keuzepakket mogen worden gevolgd voordat de student de examencommissie om goedkeuring van het keuzepakket verzoekt. De student dient een schriftelijk voorstel voor de vrije invulling van zijn keuzeruimte in bij de examencommissie. Het voorstel gaat vergezeld van een motivering van de student in relatie tot zijn plannen en ambities en het werkveld van de ingenieur. De studieadviseur of de docentcoach kan de student hierbij behulpzaam zijn. Als de student in zijn vrij in te vullen keuzeruimte kiest voor minimaal 30 studiepunten aan aangeboden coherente keuzepakketten, hoeft de student zijn keuze niet te motiveren. Als een student zijn keuzeruimte anders wil invullen dan dient de examencommissie deze te toetsen op coherentie ten opzichte van de totale opleiding.
11 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Het voorstel van de door de student gemaakte keuze, wordt uiterlijk twintig werkdagen voor de start van het tweede kwartiel van het tweede studiejaar ingediend bij de examencommissie van de opleiding die de student volgt. De examencommissie besluit binnen twee weken na ontvangst van het verzoek. Bij goedkeuring van het voorstel worden de keuzeonderwijseenheden door de examencommissie terstond doorgegeven aan het Opleidingsinstituut van de faculteit (VRT 2.12) die deze toevoegt aan het studiepakket van de student. Een besluit om de goedkeuring niet te verlenen wordt door de examencommissie niet eerder genomen dan nadat de student in de gelegenheid is gesteld te worden gehoord.
Studeren met een functiebeperking Een student moet zo mogelijk drie maanden voordat hij/zij zal deelnemen aan het onderwijs, tentamens of praktische oefeningen een schriftelijk verzoek indienen om aanpassing van het onderwijs, de tentamens, toetsen of de praktische oefeningen of om speciale faciliteiten op grond van een blijvende of tijdelijke functiebeperking bij het Onderwijs- en Studenten Service Centrum (STU). Het verzoek gaat gepaard met de bescheiden die nodig zijn voor de beoordeling van het verzoek (zoals medische verklaringen enz.). Het STU bericht het faculteitsbestuur en/of de examencommissie van de opleiding over de gewenste aanpassingen, c.q. faciliteiten. Het besluit omtrent aanpassingen en/of faciliteiten wordt binnen 20 werkdagen genomen door faculteitsbestuur en/of examencommissie na ontvangst van het bericht. Eventuele aanpassingen en faciliteiten zijn zo veel mogelijk afgestemd op de individuele functiebeperking.
2.
Coaching, studiebegeleiding en studievoortgang (paragraaf 2.1 en 2.2 OER bachelor, onderdeel A)
Coaching Elke student wordt gedurende de hele bacheloropleiding bij de ontwikkeling van zijn professionele identiteit en het daaraan gerelateerde keuzeproces gecoacht door een docentcoach. De coaching vindt plaats op natuurlijke momenten in het jaar waarop de student een keuze moet maken. De docentcoach coacht de student op: - de ontwikkeling van diens professionele identiteit als toekomstig ingenieur, - het keuzeproces dat hier voor nodig is, - het sturen en vormgeven van zijn eigen keuzeproces, - de ontwikkeling van zijn professionele vaardigheden. De docentcoach doet dit op verschillende manieren: a. door middel van keuzecoaching: de docent ondersteunt en stimuleert de student in de breedste zin en zet aan tot actie en tot reflectie van gemaakte en te maken keuzes, inclusief de ontwikkeling van professionele vaardigheden; b. door middel van uitdaging: de docentcoach daagt de student uit tot het verkennen en verbreden van zijn horizon, waar het gaat om ontwikkeling van professionele identiteit en carrièreperspectief; c. door middel van gesprekken: de docentcoach voert gesprekken met studenten, in groepsverband of individueel; d. door middel van het digitale dossier: de docentcoach heeft inzage in het digitale dossier van de student ten einde zicht te krijgen en feedback te geven op het keuzeproces en het reflectievermogen van de student; e. door middel van verwijzing: bij problemen of behoefte aan specifieke expertise verwijst de docentcoach de student door naar de studieadviseur van de major of een studentenadviseur bij STU. De student heeft recht op vijf coachingsgesprekken per jaar. De intake vindt plaats voorafgaand aan de start van de opleiding (startgesprekken).
12 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Begeleiding door studentmentor Elke eerstejaars student wordt gedurende zijn eerste semester van de bacheloropleiding begeleid door een studentmentor aangewezen door de faculteit. De studentmentor heeft bijeenkomsten met groepjes studenten en individuele studenten. De studentmentor begeleidt de student op: - Sociale en academische binding met de opleiding, de faculteit en de universiteit, - Contact met medestudenten, de studie en het studeren, - Samenwerkend leren, - Ontwikkelen van studievaardigheden.
Studieadvisering De studieadviseurs helpen de studenten van de faculteit bij problemen, die zich tijdens de studie kunnen voordoen. Nauwe contacten worden onderhouden met de studentenadviseurs van het Studenten Service Centrum. De studieadviseurs hebben geen beoordelende taak ten aanzien van studenten. Zij vormen het aanspreekpunt voor studenten voor op de persoonlijke situatie toegesneden studie-informatie, advisering, begeleiding en bemiddeling, waarbij een vertrouwelijke benadering van vragen en problemen uiteraard centraal staat. Zij helpen o.a. ook studenten om zich te orienteren op studiewegen binnen of buiten de opleiding. Iedere student met eventuele studiegerelateerde, persoonlijke dan wel andersoortige problemen wordt aangeraden direct contact met de studieadviseur op te nemen. In principe is het mogelijk om binnen een week een afspraak te hebben met de studieadviseur. Studieadviseurs Opleidingsinstituut Bouwkunde: drs. W.J.(Willem) Buurke, VRT 2.12. Tel. 040-247 5981. E-mail:
[email protected] mevr. J.H. (Hanneke) Steetskamp Bth, VRT 2.12. Tel. 040- 247 3990. E-mail:
[email protected] De studieadviseurs zijn lid van de Landelijke Vereniging van Studieadviseurs (LVSA) en hebben de beroepscode van deze organisatie onderschreven. Zij volgen regelmatig professionaliseringscursussen van de LVSA. Zij zijn beiden actief voor zowel bachelor- als masterstudenten. Bij studievertraging wijst de studieadviseur de desbetreffende student op de mogelijkheden voor extra ondersteuning dan wel voor maatregelen die nodig zijn om verdere vertraging zo beperkt mogelijk te houden. De studieadviseurs hebben o.a. een rol in het toekennen van deblokkeringen in het geval een student meer dan drie pogingen nodig heeft om een eindtoets of schriftelijk tentamen te behalen. Zij vragen om een studieplan die de student moet overleggen wil er sprake zijn van honorering van het verzoek om deblokkering (zie ook paragraaf 1.6 tentamens en examens). De studieadviseur stelt samen met de student een studiecontract op, wanneer de student een positief advies heeft ontvangen maar nog geen 40 studiepunten heeft behaald. Een dergelijk studiecontract dient de studievoortgang te bevorderen. Ten aanzien van de studiecontracten is het e.e.a. geregeld:
Studiecontracten (bijlage bij art. 2.1.3, 2e lid, art. 2.2.1, 4e lid en art. 2.1.5, 4e lid OER onderdeel A) Eerstejaars studenten van de bachelor opleiding bouwkunde krijgen een studiecontract als ze 30 studiepunten of meer hebben behaald en minder dan 40 studiepunten, mits ze voldaan hebben aan de bsa-norm. Studenten die voor het facultair contract in aanmerking komen krijgen daarvan een mededeling en een uitnodiging voor een gesprek met de studieadviseurs. Deze gesprekken vinden in de maand september van het tweede studiejaar plaats waarbij de student een overzicht wordt verstrekt met de resterende te behalen vakken en projecten uit het eerste studiejaar. Student
13 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
spreekt met de studieadviseurs af welke bacheloronderdelen hij/zij mag doen in het tweede studiejaar naast de te behalen eerstejaars onderdelen. Het contract wordt ondertekend door de voorzitter van de examencommissie van de faculteit Bouwkunde en de student zelf. De studenten die een studiecontract krijgen worden geblokkeerd voor postpropedeuse onderdelen die niet in het studiecontract zijn vermeld. Eventuele deblokkeringen zullen te allen tijde worden overlegd met de studieadviseurs en pas na toestemming van de examencommissie plaatsvinden. Het studiecontract omvat het hele tweede studiejaar. Na het eerste semester vindt er een evaluatie plaats met student en studieadviseurs. Daarna zal worden bepaald of het contract wordt voortgezet, wordt aangepast of wordt beëindigd.
Bindend studieadvies (bsa) in het eerste studiejaar (zie bijlage 2) Er geldt een bindend studieadvies voor studenten die op of na 1 september voor de eerste keer starten in de propedeutische fase van deze bacheloropleiding. Aan het einde van het eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van een bacheloropleiding, ontvangt de student een schriftelijk bindend studieadvies over de voortzetting van de bacheloropleiding: a. positief studieadvies: wanneer de student tenminste 30 studiepunten uit de propedeutische fase van het programma heeft behaald en ten minste 15 studiepunten heeft behaald met majoronderwijseenheden uit de propedeutische fase. b. negatief bindend studieadvies: wanneer niet voldaan is aan het gestelde onder a. De student mag de opleiding niet voortzetten. Verder wordt de student gedurende drie jaar niet toegelaten tot dezelfde bacheloropleiding aan de TU/e.
Persoonlijke omstandigheden (zie bijlage 2) Bij het uitbrengen van een bindend studieadvies wordt rekening gehouden met erkende persoonlijke omstandigheden.
3.
Een aantal voorzieningen en wetenswaardigheden voor studenten
Studentenstatuut De student heeft op verschillende manieren met het bestuur en de organisatie van het onderwijs te maken. In deze versie van het studentenstatuut wordt uitgegaan van de MUB (modernisering universitaire bestuursstructuur) die gedurende het studiejaar 1997/1998 werd ingevoerd. In de opleidingsgids informatie is opgenomen het opleidingsspecifieke deel van het studentenstatuut. Het instellingsspecifieke deel van dit statuut is terug te vinden op internet: http://w3.tue.nl/nl/diensten/stu/regelingen_en_gedragscodes/ Volgens de WHW (artikel 7.59) bevat het opleidingsspecifieke deel in ieder geval: - een beschrijving van de studieopbouw en de ondersteunende faciliteiten die de student door de instelling worden aangeboden; - de onderwijs- en examenregeling (OER); - het examenreglement. Beroepsrecht tegen Examencommissie en Examinatoren Artikel 5.2 Examenreglement 2012-2013; Beroep CBE Tegen een besluit van de examencommissie dan wel van examinatoren op grond van dit examenreglement kan de belanghebbende binnen zes weken nadat het besluit aan hem of haar bekend is gemaakt, beroep
14 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
aantekenen bij het College van Beroep voor de Examens bedoeld in artikel 7.60, van de wet. Het beroepschrift dient te worden ingediend bij STU. Rechtsbescherming uit hoofde van het instellingsspecifieke deel van het studentenstatuut Overige en algemene vormen van rechtsbescherming zijn beschreven in het instellingsspecifieke deel van het studentenstatuut (pp. 45 e.v.).
Academische attitude: Gedragsregels voor studenten van de Technische Universiteit Eindhoven, Faculteit Bouwkunde Van de Bouwkundestudent wordt het volgende verwacht: Zelfstandigheid Studenten Bouwkunde willen het beste uit zichzelf halen. Aan de Technische Universiteit Eindhoven stellen zij zich op de hoogte van het curriculum en stellen zij deze mede samen. Door zelfstandig te leren werken, zorgvuldig informatie te verzamelen en problemen op te lossen vormen zij zich als academicus. Studenten plannen hun studiebezigheden, schrijven zich op tijd in voor vakken en tentamens en leveren werkstukken in op de gestelde deadline. Ze maken hun eigen werk en plegen geen plagiaat. Actieve deelname Studenten nemen actief deel aan colleges. Dit wil zeggen dat de student op tijd aanwezig is voor colleges of andere onderwijsactiviteiten en zich goed heeft voorbereid. Ze stellen zichzelf en andere studenten in staat om onder optimale omstandigheden onderwijs te geven en te volgen. Naast hun studie vinden studenten het belangrijk actief te zijn in verenigingen en commissies om zich academisch te ontwikkelen en met anderen te leren samenwerken. Wie studeert aan de universiteit is intellectueel nieuwsgierig, heeft belangstelling voor maatschappelijke en wetenschappelijke ontwikkelingen. Respect Op de Technische Universiteit Eindhoven gedragen studenten zich eerlijk en respectvol naar elkaar en naar medewerkers. Dit is merkbaar in toon en aanspraakvorm in schriftelijke en mondelinge communicatie. Studenten onthouden zich van verbaal of fysiek geweld. Respect wordt ook op andere manieren getoond. Zo staat tijdens onderwijsbijeenkomsten de mobiele telefoon uit en wordt er niet gegeten. Studenten gaan zorgvuldig om met elkaars eigendommen en universitaire voorzieningen zoals computers, de bibliotheek, collegezalen en andere gemeenschappelijke voorzieningen.
Studentenwerkplaats De faculteit beschikt over een grote werkplaats waar studenten maquettes, productmodellen, proefstukken ten behoeve van onderzoek, etc. zelf kunnen vervaardigen. De werkplaats heeft een uitgebreide hoeveelheid apparatuur voor de bewerking van hout, metaal, karton en kunststof. Ter ondersteuning is vakbekwaam personeel aanwezig. Voor een overzicht van de materialen en prijzen: http://w3.bwk.tue.nl/nl/organisatie/faculteitsbureau/studentenwerkplaats/
Laboratoria De faculteit beschikt over ruime laboratoriumfaciliteiten. Het betreft bovendien vaak bijzondere faciliteiten, omdat ze uniek zijn voor Nederland. De laboratoria hebben een cruciale rol in het onderzoek dat de faculteit doet. Dat geldt voor onderzoek in de eerste geldstroom en als zodanig vaak rechtstreeks onderwijsondersteunend, maar ook tweede geldstroomonderzoek en derde geldstroomonderzoek. De Nederlandse bouwbedrijfsleven maakt graag gebruik van de geboden faciliteiten. De laboratoria ondersteunen het onderwijs rechtstreeks via de practica waarin uitgebreid gebruik gemaakt wordt van de aanwezige apparatuur. Daarnaast zijn de laboratoria met name ook van belang voor veel afstudeerprojecten. Het gaat om de volgende laboratoria: • Het Pieter van Musschenbroeklaboratorium, speciaal gericht op constructief en materiaalkundig onderzoek. Het betreft o.a. onderzoek op het gebied van
15 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
betonconstructies, staal- en houtverbindingen, metselwerk etc. • Het laboratorium voor Akoestiek, speciaal ingericht voor de bepaling van akoestische eigenschappen van bouwelementen zoals deuren, gevelelementen, vloeren etc. Het laboratorium heeft een eigen gebouw op het universiteitsterrein. • Het laboratorium voor warmte en vocht, speciaal bedoeld voor metingen t.a.v. het binnenklimaat van gebouwen en het thermisch- en vochtgedrag van bouwconstructies. • Het laboratorium voor daglicht en verlichting, met voorzieningen zoals daglichtkamer, bezonningssimulator, meetapparatuur voor praktijkmetingen van lichtopbrengsten, meetopstellingen t.b.v. thermische eigenschappen van armaturen. • Het Dubopark, een buitenlaboratorium, waar onder of rondom een koepeltent met een diameter van 50 meter kavels ter beschikking zijn t.b.v. prototypeonderzoek op ware grootte. In de koepel is reeds een experimentele stalen-drager-woning aanwezig, daarbuiten een proefgebouwtje voor metingen m.b.t. het gebruik van zonnecollectoren, warmtepomp, klimaatgevels e.d. • Laboratorium voor bouwmetrologie, toegerust met de gangbare maar vooral ook speciale apparatuur t.b.v. metingen en plaatsbepaling op de bouwplaats. • Een recentelijk ‘up to date’ ingericht laboratorium voor bouwkundige computertoepassingen, enerzijds ingericht t.b.v. aio-onderzoek op het gebied van VR-toepassingen in de bouw,
Andere facultaire voorzieningen Studiemateriaal Voor tekenmaterialen wordt tijdens de eerste atelierwerkbijeenkomsten toegelicht welke te kopen. Enthescoop De enthescoop van de faculteit (VRT 1.51) kan door studenten gebruikt worden Hiermee kunnen maquettes tot een maximale maat van 2,5x2,5 meter op schaalooghoogte digitaal worden gefotografeerd. Hierbij is er de mogelijkheid om digitale foto’s uit te lezen via een werkstation.
Informatievoorziening De volgende bronnen kunnen geraadpleegd worden: • De ‘CURSOR’ (gratis verspreid over de hele TU/e) • Bouwwerk, digitaal nieuwsbrief van de faculteit Bouwkunde. • De publicatieborden van het opleidingsinstituut op vloer 2 Vertigo, ter hoogte van 2.10 en 2.11 en die van de faculteit bij de ingang van het gebouw Vertigo. • De Chepos, informatieblad van CHEOPS. • Het Onderwijs- en examenreglement (O.E.R.), eventueel verkrijgbaar bij het faculteitssecretariaat VRT 2.17. Is ook als PDF file op internet te raadplegen : http://www.tue.nl/studeren/tue-bachelorcollege/bacheloropleidingen/bachelor-bouwkunde/ • Het Examenreglement is eventueel verkrijgbaar bij de studieadviseurs VRT 2.12. Is ook als PDF file op internet te raadplegen: http://www.tue.nl/studeren/tue-bachelor-college/bacheloropleidingen/bachelorbouwkunde/
Bureau Wensen en Klachten Bureau Wensen en Klachten is het loket voor studenten met betrekking tot alle soorten wensen en klachten over het onderwijs. Deze kunnen schriftelijk worden ingediend door middel van standaardformulieren die verkrijgbaar zijn de balie van het opleidingsinstituut (VRT 2.11).Hier kunnen de ingevulde formulieren gedeponeerd worden in de rode bus die bij de balie van het Opleidingsinstituut hangt. Wensen en klachten kunnen ook per e-mail ingediend worden, stuur deze dan naar
[email protected] of degene die de klachten behandelt, mevr. drs. Loes Mutsaers van het Opleidingsinstituut (kwaliteitszorg):
[email protected] of de heer dr. Jos Arts :
[email protected] De behandeling gebeurt vertrouwelijk en indien gewenst anoniem.
16 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Wetenschapswinkel/Bouwkundewinkel Wetenschapswinkels zijn het ‘loket’ van de universiteit als het gaat om onderzoek voor maatschappelijke organisaties. Studenten krijgen bij de ‘WeWi’s’ de kans om naast theoretische kennis ook praktische kennis en bestuurservaring op te doen. Bij de faculteit Bouwkunde verzorgt de Bouwkundewinkel uitsluitend projecten voor individuen en groeperingen die zelf geen professioneel onderzoeks- of adviesbureau kunnen inschakelen. De Bouwkundewinkel doet dit vooral door projecten in het reguliere onderwijs onder te brengen, waarbij de Bouwkundewinkel optreedt als een intermediair tussen opdrachtgevers en studenten. De Bouwkundewinkel is bereikbaar op tel. nr. (040) (247) 2621 of www.bouwkundewinkel.nl.
17 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Bijlage 1: Bezwaar tegen uitslag en verzoek second opinion Tegen de uitslag van een project (i.c. een onvoldoende resultaat) kan bezwaar worden gemaakt bij de examencommissie waarbij het mogelijk is om een ‘ second opinion’ procedure aan te vragen. Deze procedure houdt in dat als de examencommissie toestemming geeft voor deze procedure dat dan twee onafhankelijke docenten alsnog een advies uitbrengen over de beoordeling van het project aan de examencommissie aan de hand van voorhanden resultaten zoals een verslag, een maquette, een presentatie enz. Hierna volgt het format dat gevolgd moet worden om een schriftelijk verzoek in te dienen bij de examencommissie om een second opinion procedure: Format verzoek aan examencommissie Bouwkunde om second opinion voor een projectbeoordeling Gegevens • datum verzoek • naam student (voorletter(s) en achternaam) • adresgegevens • identiteitsnummer Project • profiel • • • •
studiejaar waarin student is ingestroomd 1e of 2e semester, studiejaar vakcode en naam en/of onderwerp van het project betrokken begeleider(s)
Inhoud De toelichting moet kort, bondig, zakelijk en relevant zijn. • Waartegen precies wordt bezwaar gemaakt? Procedure • Is er naar aanleiding van de beoordeling door de betrokken student contact opgenomen met de begeleiders om inzicht te krijgen in de motivatie voor de beoordeling en het cijfer dat gegeven is? • Is er een gesprek geweest met de betrokken begeleiders? > De student moet dit eerst doen alvorens een beroep op de examencommissie kan worden gedaan. Indien er geen contact is opgenomen en geen gesprek is geweest kan er geen verzoek ingediend worden bij de examencommissie.
18 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Bijlage 2: Bindend studieadvies (bsa) in het eerste studiejaar (zie art. 2.2.1 OER onderdeel A) Er geldt een bindend studieadvies voor studenten die op of na 1 september voor de eerste keer starten in de propedeutische fase van deze bacheloropleiding. Het bindend studieadvies geldt ook voor studenten die opnieuw starten in de propedeutische fase, nadat ze zich in een voorgaand studiejaar voor 1 februari hebben uitschreven. Een schriftelijk preadvies over de studievoortgang van een student wordt afgegeven na afloop van de eindtoetsenperiode van het tweede kwartiel in het studiejaar waarin de student zich voor de eerst keer heeft ingeschreven voor een bacheloropleiding, met een uiterste termijn van vijftien werkdagen na afloop van bedoelde eindtoetsenperiode. Dit preadvies is een waarschuwing in geval van onvoldoende studievoortgang. Aan het einde van het eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van een bacheloropleiding, ontvangt de student een schriftelijk bindend studieadvies over de voortzetting van de bacheloropleiding: c. positief studieadvies: wanneer de student tenminste 30 studiepunten uit de propedeutische fase van het programma heeft behaald en ten minste 15 studiepunten heeft behaald met majoronderwijseenheden uit de propedeutische fase. d. negatief bindend studieadvies: wanneer niet voldaan is aan het gestelde onder a. De student mag de opleiding niet voortzetten. Verder wordt de student gedurende drie jaar niet toegelaten tot dezelfde bacheloropleiding aan de TU/e. De student, aan wie een positief studieadvies is afgegeven, maar die minder dan 40 studiepunten heeft behaald, stelt samen met de studieadviseur een studiecontract op. Als aan een student vrijstellingen zijn verleend binnen een propedeutische fase of als een student reeds vóór het eerste jaar van inschrijving in de bacheloropleiding onderwijseenheden uit die opleiding heeft behaald, en zich op of na 1 september, maar in ieder geval voor 1 februari, heeft ingeschreven voor een bacheloropleiding, ontvangt hij aan het einde van het eerste jaar van inschrijving in de propedeutische fase van de bacheloropleiding een positief studieadvies wanneer minimaal 30 studiepunten uit de propedeutische fase zijn behaald. Ten minste 15 studiepunten dienen te zijn behaald met majoronderwijseenheden uit de propedeutische fase. Studiepunten die zijn verkregen via vrijstellingen tellen niet mee bij de bepaling van het bindend studieadvies. Als een student zich per 1 februari inschrijft in een andere bacheloropleiding en reeds studiepunten heeft behaald binnen het bachelor college, ontvangt de student pas aan het einde van het tweede jaar van inschrijving een bindend studieadvies. Voor een positief studieadvies moet de student op 31 augustus van het tweede jaar van inschrijving, minimaal 45 studiepunten hebben behaald. Minimaal 20 studiepunten dienen te zijn behaald met major onderwijseenheden van de propedeutische fase van de andere bacheloropleiding. In afwijking van het voorgaande ontvangt de student die zich op of na 1 februari van het desbetreffende studiejaar voor de eerste keer heeft ingeschreven voor een bacheloropleiding pas aan het einde van het tweede inschrijvingsjaar een bindend studieadvies. Voor een positief studieadvies moet de student op 31 augustus van het tweede inschrijvingsjaar, minimaal 45 studiepunten hebben behaald. Minimaal 20 studiepunten dienen te zijn behaald met major onderwijseenheden. Het bindend studieadvies is niet van toepassing op de student die voor 1 februari van het desbetreffende studiejaar een verzoek tot uitschrijving uit de bacheloropleiding heeft ingediend bij het STU en zich niet opnieuw voor een andere bacheloropleiding aan de TU/e heeft ingeschreven. Wanneer er sprake is van erkende persoonlijke omstandigheden ontvangt de student aan het einde van zijn tweede inschrijvingsjaar een bindend studieadvies. Voor een positief studieadvies moet de student minimaal 50% van de, op 1 september van het tweede inschrijvingsjaar, nog te behalen studiepunten uit de propedeuse hebben gehaald. Studenten met een uitgesteld advies ontvangen eveneens een preadvies. Het bindend studieadvies wordt namens de decaan van de faculteit door de examencommissie van die opleiding gegeven. Uiterlijk tien werkdagen na afloop van de eindtoetsenperiode van het vierde kwartiel, stelt de examencommissie vast welke studenten wel, niet of voorlopig niet aan de bsa-norm hebben voldaan.
19 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
De studenten, die, na de termijn zoals vermeld in het vorige lid, voldoen aan de bsa-norm ontvangen van de examencommissie uiterlijk tien werkdagen voor de interim-periode een positief studieadvies. De studenten die, na de termijn zoals vermeld in het twaalfde lid, niet voldoen aan de bsa-norm, maar daar nog wel aan kunnen voldoen door het behalen van eindtoetsen in de interim-periode, ontvangen ook uiterlijk tien werkdagen voor de interim-periode, een voornemen tot het verlenen van een negatief bindend studieadvies, waarin is opgenomen hoeveel studiepunten zij hebben behaald. De studenten kunnen binnen één week na ontvangst van dit bericht aangeven of ze na het bekend worden van de resultaten van de interim-periode gehoord willen worden. Indien de student van die gelegenheid gebruik wenst te maken, wordt de student door de examencommissie gehoord. De examencommissie zal uiterlijk 31 augustus een definitief besluit nemen met betrekking tot het bindend studieadvies. Als de student na het bekend worden van de relevante resultaten van de interim-periode besluit dat hij op grond van deze resultaten alsnog door de examencommissie wil worden gehoord, kan de student dat binnen 24 uur kenbaar maken. De student zal door de examencommissie worden gehoord. De examencommissie zal uiterlijk 31 augustus een definitief besluit nemen met betrekking tot het bindend studieadvies. De studenten, die na de termijn zoals vermeld in het twaalfde lid, niet voldoen aan de bsa-norm, en daaraan ook niet meer kunnen voldoen door deelname aan de interim-periode, ontvangen uiterlijk tien werkdagen voor de interim-periode, een voornemen tot het verlenen van een negatief bindend studieadvies. De studenten kunnen binnen één week na ontvangst van deze brief aangeven of ze in de gelegenheid willen worden gesteld om door de examencommissie te worden gehoord. Indien de student van die gelegenheid gebruik wenst te maken, wordt de student door de examencommissie gehoord. De examencommissie zal uiterlijk 31 augustus een definitief besluit nemen met betrekking tot het bindend studieadvies.
Persoonlijke omstandigheden (zie art. 2.2.2 OER onderdeel A) Bij het uitbrengen van een bindend studieadvies wordt rekening gehouden met erkende persoonlijke omstandigheden. Erkende persoonlijke omstandigheden zijn: - ziekte, lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis, of zwangerschap van de student; - bijzondere familieomstandigheden; - lidmaatschap of voorzitterschap van de universiteitsraad, de faculteitsraad, een opleidingsbestuur of de opleidingscommissie, alsmede het lidmaatschap van het bestuur van een stichting die blijkens haar statuten tot doel heeft de exploitatie van voorzieningen, behorende tot de studentenvoorzieningen, dan wel van een daarmee naar het oordeel van het college van bestuur gelet op de taak gelijk te stellen orgaan, - of andere, door het college van bestuur aan te geven omstandigheden waarin betrokkene activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de instelling, - het lidmaatschap van het bestuur van een studentenorganisatie van enige omvang met volledige rechtsbevoegdheid, dan wel van een vergelijkbare organisatie van enige omvang, bij wie de behartiging van het algemeen maatschappelijk belang op de voorgrond staat en die daartoe daadwerkelijk activiteiten ontplooit. De genoemde persoonlijke omstandigheden worden alleen in overweging genomen voor zover deze zo snel mogelijk doch uiterlijk binnen twintig werkdagen na het ontstaan van deze persoonlijke omstandigheden door of namens de student zijn gemeld bij de studieadviseur. Studenten die persoonlijke omstandigheden aanvoeren dienen met bewijsstukken aan te tonen dat er sprake is of is geweest van persoonlijke omstandigheden. Deze worden ingediend bij STU. De studieadviseur meldt de persoonlijke omstandigheden zo spoedig mogelijk schriftelijk bij de betreffende examencommissie. Ter beoordeling van de aangevoerde persoonlijke omstandigheden wint de examencommissie advies in bij de centrale commissie persoonlijke omstandigheden. In het voornemen tot een negatief bindend studieadvies neemt de examencommissie gemotiveerd op of de persoonlijke omstandigheden kunnen worden erkend en welke consequenties dit voor de student heeft.
20 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Bijlage 3: Examencommissie, Onderwijscommissie en faculteitsraad Examencommissie De taken en bevoegdheden van de examencommissie Bouwkunde (ECB) zijn wettelijk vastgelegd. De samenstelling van de examencommissie Bouwkunde is als volgt: Voorzitter: prof. dr. ir. J.J.N.Lichtenberg Leden: dr. ir. E.E.M. van Berkum, dr. ir. G.I. Curulli, ir. H.J.M. Janssen (vice voorzitter), dr. arch AvB A.F.H.J. den Otter, ir. R.A. Rutgers en dr. ir. A.W.M. van Schijndel Adviseurs: drs. W.J. Buurke en mevr. J.H. Steetskamp Bth, studieadviseurs Secretaris: mevr. G.L.C.Bruinewoud-Klaessen, VRT 2.12, tel. nr. 3298, e-mail:
[email protected] Verzoeken aan de examencommissie moeten uiterlijk de vrijdagmorgen voor de komende vergadering (de laatste dinsdag van de maand) bij de secretaris binnen zijn!
Taken van de examencommissie (zie artikel 1.5 Examenreglement 2012-2013) De examencommissie heeft de volgende taken: a. Het borgen van de kwaliteit van de tentamens en examens (artikel 7.12b, onder a, van de wet). b. Het vaststellen van richtlijnen en aanwijzingen binnen het kader van de onderwijs- en examenregeling om de uitslag van tentamens, eindtoetsen en examens te beoordelen en vast te stellen (artikel 7.12b, onder b, van de wet). c. Het verlenen van goedkeuring om een vrij onderwijsprogramma te volgen (artikel 7.12b, eerste lid, onder c, van de wet). d. Het verlenen van vrijstelling voor het afleggen van één of meer tentamens (artikel 7.12b, eerste lid, onder d, van de wet). e. Het verlenen van toegang tot het afleggen van een of meer onderdelen van het afsluitend examen, voordat hij het propedeutisch examen van de opleiding met goed gevolg heeft afgelegd (artikel 7.30, derde lid, van de wet). f. Het verlenen van goedkeuring voor het volgen van keuzevakken. g. Het uitreiken van getuigschriften (zie onderwijs- en examenregeling). h. Het uitvoeren van het bindend studieadvies. i. Het uitvoeren van de ‘harde knip’ . j. Het goedkeuren van afstudeerprojecten. k. Het verlenen van toestemming om maximaal drie onderwijseenheden te vervangen, zoals bedoeld in artikel 1.4.4. van de OER van de bacheloropleiding. l. Het uitoefenen van overige bevoegdheden waar in de OER naar verwezen wordt.
Opleidingscommissie De opleidingscommissie bouwkunde (OCB) wordt door het Faculteitsbestuur ingesteld en heeft als wettelijke taak het gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen aan de Faculteitsraad en het Faculteitsbestuur, de Opleidingsdirecteur en de Capaciteitsgroepbesturen, over alle aangelegenheden betreffende het onderwijs van de opleiding. Samenstelling Opleidingscommissie Bouwkunde Voorzitter: dr. ir. A.D.A.M. Kemperman, Leden: ir. C.C.J.M. Hak, ir. A. van der Zee, ir. F.J.M. Luijten Studentleden: Joost van Gorkom en vacatures die per september 2012 worden ingevuld. Secretaris: drs. J. Blankestijn: secretariaat: VRT 2.12, tel. nr. 5275 email:
[email protected]
21 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie
Faculteitsraad De faculteitsraad Bouwkunde (FRB) is het medezeggenschapsorgaan van de faculteit Bouwkunde van de Technische Universiteit Eindhoven. De faculteitsraad heeft als taak de algemene gang van zaken in de faculteit kritisch te volgen. Daarnaast kan de raad het faculteitsbestuur voorstellen doen en standpunten kenbaar maken. Samenstelling De Faculteitsraad Bouwkunde bestaat uit vijf personeelsleden en vijf studenten. De personeelsgeleding wordt gekozen voor een periode van twee kalenderjaren. Voor de studentgeleding worden jaarlijks verkiezingen gehouden. Bevoegdheden De faculteitsraad Bouwkunde heeft soortgelijke bevoegdheden als de Universiteitsraad, toegespitst op die zaken die de faculteiten in het bijzonder aangaan. Deze bevoegdheden zijn op te delen in vier categorieën: •
Instemmingsrecht Bij bepaalde ingrijpende beslissingen van het faculteitsbestuur is instemming van de faculteitsraad vereist. Denk bijvoorbeeld aan een wijziging van het faculteitsreglement. Of aan de vaststelling of wijziging van de onderwijs- en examenregeling (OER).
•
Adviesrecht Het College van bestuur of het faculteitsbestuur is verplicht de faculteitsraad te horen over onderwerpen als het benoemen van de decaan.
•
Initiatiefrecht De faculteitsraad heeft het recht om op eigen initiatief plannen in te dienen. Het faculteitsbestuur is verplicht hier op te reageren.
•
Informatierecht De faculteitsraad heeft inzage in facultaire stukken en post.
De taken en bevoegdheden van de faculteitsraad zijn geregeld in het faculteitsreglement. Contact Het secretariaat van de faculteitsraad is telefonisch bereikbaar via (040) 247 2383, of via e-mail:
[email protected]
22 | P a g e Opleidingsgids bachelor college – major Bouwkunde eerste studiejaar 2012 – 2013 aangepaste versie