opgesteld door Gerard IJff ( wethouder Roermond) en Ike Busser ( wethouder Venray)
1
INHOUDSOPGAVE
1. Programma en doel van de deelname 2. Bezoek aan Outdoor Lighting Application Centre (OLAC) 3. Presentaties van Philips en ZIUT 4. Rondleiding door de oude stad Lyon 5. Avondtour Masterplan OV Lyon 6. Overige zaken 7. Conclusies en leerpunten
Dit gebouw is een oude sigarenfabriek die nu gebruikt wordt als universiteitsgebouw en met LEDverlichting wordt aangestraald. De kleuren wisselen elke minuut zodat nu het gebouw de bijnaam heeft gekregen: vuurwerk gebouw
2
1. PROGRAMMA EN DOEL VAN DE DEELNAME
Ziut (voorheen Essent Lighting) was gevraagd of zij relaties had die interesse zouden hebben aan een masterclass Openbare Verlichting en een bezoek aan het Europese centrum van Philips in Lyon op het gebied van openbare verlichting. Ziut op haar beurt benaderde een aantal relaties, waaronder de gemeente Roermond, om mee te gaan naar Lyon. Naast de gemeente Roermond bestond de delegatie uit: Gerrit van Terwisga (zelfstandig projectmanager Raamsdonkveer), Daaf Ledeboer (zelfstandig projectmanager gemeente Deventer), Ike Busser (wethouder gemeente Venray), Alex van Merkenstijn (ambtenaar gemeente Venray), Gerard Ijff (wethouder gemeente Roermond), Leon Schrijnemaekers (manager ZIUT Maasbracht) , Ben de Jong (klantteammanager Noord Limburg ZIUT), Adil Habichi (account manager Philips) en Ronnie Koster (Accountmanager en gastheer Philips). Het programma bestond uit de volgende onderdelen: Woensdag 6 april 07.00/ 08.00 uur 16.00 uur 20.00 uur 24.00 uur
Vertrek uit Venray/Roermond per trein Aankomst in hotel in Lyon Outdoor Lighting Application Centre (OLAC) van Philips Einde programma
Donderdag 7 april 09.30 uur
13.00 uur 14.30 uur 18.00 uur 19.00 uur 20.30 uur 24.00 uur
Diverse presentaties en discussies over onderwerpen als energiebesparing, innovatie, financiën, veiligheid en sfeerbeleving in de openbare verlichting. Lunch Rondleiding met gids door de oude stad van Lyon Afronding presentaties Diner Stadstour door Lyon met speciale aandacht voor de verlichting Einde programma
Vrijdag 8 april 06:30 uur 08:00 uur 16:00/ 16:30 uur
Ontbijt Trein naar Roermond/Venray Aankomst in Roermond/Venray
3
2. BEZOEK AAN OUTDOOR LIGHTING APPLICATION CENTRE (OLAC)
Het testcentrum is 15 jaar geleden gebouwd. Philips heeft twee van dergelijke centra. In Eindhoven staat een indoor centrum en in Lyon een outdoor centrum. In het testcentrum zijn drie situaties in de openbare ruimte nagebootst op ware grootte: en situatie met een wijkontsluitingsweg, een provinciale weg en een plein met een winkel, horeca omgeving, een gemeentehuis en een modern kantoorgebouw. Aan de hand van verschillende armaturen, lampen en kleur licht kon men aangeven welk effect dat had op de sfeer, de sociale veiligheid en de verkeersveiligheid. Daarnaast is ook aangegeven welke ontwikkelingen er de afgelopen jaren hebben opgetreden op het gebied van de energiebesparing. Het motto van Philips is: Make light – Use light. We hebben kunnen ervaren wat dat betekent. Op het gebied van de energiebesparing zijn de ontwikkelingen voorvarend gegaan. Was enige jaren geleden de traditionele halogeen verlichting de energie lichtbron met voldoende lichtgevend vermogen, tegenwoordig zijn er allerlei technieken die tot enorme energiebesparing leiden. Een traditionele halogeen lamp heeft een energieverbruik van 4000 W. Via nieuwe technieken is het verbruik teruggebracht naar 250 tot 300 W. De temperatuur van het licht is tegenwoordig ook een variabele bij de keuze van de openbare verlichting. De kleur wordt uitgedrukt in graden Kelvin. Zo heeft hard witlicht een kleur van 5600 K terwijl warm wit licht een kleur van ca 3000 K heeft. Lichtvervuiling is, evenals lichthinder, een andere onderwerp waar de laatste jaren veel aandacht aan besteed is. De moderne armaturen concentreren het licht op die plaatsen waar dat ook gewenst is, daarmee wordt het zogenaamde naar bovengerichte strooilicht voorkomen.
peuterspeelzaal met verlichting wijk
4
Wijkontsluitingsweg In de bijgevoegde foto’s zien we duidelijk welk effect de diverse lichtmasten, armaturen en lampen hebben op de verkeersveiligheid en de sfeer in de straat. Ook de verlichte panden en het straat meubilair kunnen een rol spelen in een plezierig en veilig verblijfsklimaat. De LED-verlichting bij het fietspad geeft ook in het donker een geleiding en een scheiding tussen fietsbaan en gemotoriseerd verkeer al is de techniek nog niet zo ver dat de lampen de druk van bijvoorbeeld vrachtwagens gemakkelijk kunnen weerstaan.
5
De provinciale weg
Op de provinciale weg is de verkeersveiligheid het belangrijkste item. De koplampen van een auto hebben een gemiddelde zichtlijn van ongeveer 45 meter. Bij een snelheid van 80 km/uur is de remweg echter ca 80 meter. Dit impliceert dat als er een slachtoffer of obstakel op de weg ligt, je dit te laat waarneemt zonder ondersteunende verlichting. Op de foto’s staat links van de weg een pop terwijl op de rechter rijbaan een paar poppen staan en een “slachtoffer”op de rijbaan ligt. Op de eerste foto’s zijn deze niet zichtbaar terwijl op de laatste deze wel te onderscheiden zijn. Het verkeersplein is sterker verlicht omdat hier ook meer verkeersbewegingen uit verschillende richtingen te verwachten zijn. Ook opvallend om te weten is dat je oog steeds naar het licht toe gaat. Als je dus solitaire lichtbronnen naast de weg hebt staan die felle strooilicht naar de bestuurder produceren zal de blik van de bestuurder niet op de weg gericht zijn, maar op de lichtbron. Dit komt uiteraard de verkeersveiligheid niet ten goede. De lichtvervuiling verblindt daarnaast ook nog eens de bestuurder zodat hij of zij niet goed ziet wat er achter de bron gebeurt. Uniformiteit (gelijkmatige en evenwichtige lichtverdeling over de weg zonder "zwarte gaten" ertussen) is een van de meest elementaire eisen die aan verlichting van dit soort wegen gesteld moet worden.
6
Een plein met een winkel, horeca omgeving, een gemeentehuis en een modern kantoorgebouw
Het stadhuis van Lyon is getrouw nagemaakt en voorzien van verschillende soorten aanstraal verlichting. De foto’s tonen enkele verschillende soorten verlichting. Naast het gebouw valt ook op dat het dak in sommige voorbeelden licht verlicht wordt terwijl in andere voorbeelden dit een “zwart gat” is.
7
Het moderne kantoor gebouw kan ’s avonds op verschillende wijzen verlicht worden. Ook de afbeeldingen op de laatste foto’s laten zien dat projecties nieuwe ontwikkelingen zijn die vaak toegepast kunnen worden. De eerste foto toont een traditioneel kantoorgebouw waar alle ruimten verlicht worden terwijl er niet gewerkt wordt.
8
3. PRESENTATIES VAN PHILIPS EN ZIUT MET DISCUSSIE MET DE GROEP Dhr. R. Koster gaf namens Philips een inleiding over de ontwikkelingen rond ons energieverbruik en de noodzaak om ook en vooral via de verlichting onze wens naar meer verlichting op een zo duurzaam mogelijke wijze uit te voeren. Hij schetste een beeld waarin de wereldbevolking verdubbelt in de komende jaren. 20% van onze energievraag komt voort uit verlichting. Daarbinnen is nog steeds een besparing mogelijk van 50%. Ook vanuit financieel oogpunt loont het om te investeren in armaturen die weinig energie verbruiken. Hij schetste een beeld waarbij een groot deel van de mensheid in de steden gaat wonen. Dit geldt niet alleen in de derde wereld waar een trek van de rurale gebieden naar de urbane gebieden optreedt. Ook in de westerse wereld is een vervolg tendens gaande waarbij senioren vanuit het rurale gebied terug keren in de steden. Als we dan ook bedenken dat oudere mensen meer verlichting nodig hebben om goed te kunnen zien zal dit de behoefte aan meer en feller licht in de stedelijke gebieden doen toe nemen, zeker in gebieden waar sprake is van vergrijzing. In het onderwijs is een proef gaande waar Philips ook een bijdrage aan levert. In zowel Duitsland als in Twente wordt een klas gevolgd waar de onderwijzer de verlichting kan bij stellen al naar gelang de les en de gemoedstoestand van de klas. Men kent vier soorten verlichting: hoge concentratie (proefwerk), veel drukke kinderen, neutraal en iets er tussen in. De metingen wijzen uit dat de schoolprestaties met 18% zullen toe nemen t.o.v. een vergelijkbare klas zonder deze keuze. Voor volwassenen die gevoelig zijn voor winter depressies kan verlichting in felheid en kleur de gevolgen aanzienlijk wegnemen. M.b.t. de positie van gemeenten als lokale overheden kan opgemerkt worden dat gemeenten op energieverbruik en sociale veiligheid een voorbeeld functie hebben. 30 tot 70 % van het energieverbruik van gemeenten wordt gebruikt voor de openbare verlichting. Daarbij is een besparingspotentieel t.o.v. bijvoorbeeld 2000 van 15 tot 35 % realiseerbaar. Naast de meer ideële argumenten blijkt ook in financieel opzicht voordeel uit de investeringen gehaald te kunnen worden. Zo blijkt de energieprijs in de periode 2001 tot 2006 gemiddeld 6.2% per jaar gestegen te zijn.. Mogelijkheden zijn het dimmen van de verlichting op die tijden dat het rustiger is, of juist versterken en witter maken op die momenten dat het onrustig is.
Ondanks het mooie weer vond de discussie plaats in een zaaltje in het hotel. In de pauze was er tijd voor het mooie uitzicht over Lyon.
9
Vervolgens ging Adil Habichi van Philips in op het besparingsplan van Philips om zo overheden te verleiden om door een soort van leaseconstructie te investeren in vernieuwde OV en zo snel een duurzame situatie te realiseren zonder dat daarvoor gigantische investeringen nodig zijn. Het systeem bestaat uit hard- en software upgradable armaturen en wordt in 10 jaar tijd betaald, waarna een periode van 20 a 30 jaar fors bespaard wordt en investeringsruimte voor andere zaken ontstaat. Voor Roermond was dit onderdeel niet echt interessant omdat daar een heel groot gedeelte van de OV al vervangen is. Voor Venray is het mogelijk een interessante optie om wijksgewijze snel een duurzame vervanging neer te zetten en de toekomstige besparingen in te zetten om additioneel duurzame vervanging of uitbreiding te realiseren. Wel gaven de gemeentelijke vertegenwoordigers aan dat het adagium “geld lenen kost geld”ook in dit verband opgaat aangezien overheden tegen gunstigere voorwaarden geld kunnen lenen dan via een commerciële partij. Daardoor zou de systematiek, met eigen financiering uitgevoerd, nog voordeliger kunnen uitpakken. Ook is lang stil gestaan bij de voor- en nadelen van de contracten die reeds vele tientallen jaren bestaan tussen ZIUT (en de rechtsvoorgangers) en gemeenten. De vraag is in hoeverre gemeenten de kennis en expertise hebben om een goede keuze te kunnen maken tussen de diverse leveranciers van lichtmasten en armaturen. Dit alles nog los van de vraag of gemeenten in staat zijn om in eigen beheer een verantwoord verlichtingsplan op te stellen. Aangezien de tijd omgevlogen was, was er geen mogelijkheid meer voor de inleiding van Ben de Jong van ZIUT. Er waren namelijk afspraken gemaakt met de bistro voor de lunch en voor een tour door het oude centrum van Lyon met een gids.
Na een kort rustmoment gingen we naar de bistro in de oude stad.
10
Ben de Jong hield zijn inleiding later op de dag. Hij ging kort in op de stijging van het energieverbruik voor Openbare Verlichting in de periode 1989 tot 2010. In die periode steeg het gebruik met 6% ondanks energiebesparing bij de armaturen. De besparing werd geheel te niet gedaan door areaal uitbreiding (het bouwen van nieuwe steden c.q. woonwijken en door extra wensen op het gebied van sociale veiligheid. De ambities van de Europese commissie en van de rijksoverheid voor een besparing in 2013 van 20% lijkt haalbaar, maar dan moet er wel iets gebeuren. Hij verwacht dat het vervangen van verouderde armaturen 6% winst oplevert, het invoeren van collectief dimmen op de dalmomenten 3% en het invoeren van geavanceerde telemanagement met schakeltijden nog een 1%.
11
4. RONDLEIDING DOOR DE OUDE STAD LYON Philips heeft een vaste gids – Anne - in Lyon, die de bezoekers van het OLAC centrum ook rondleid door Lyon, zowel overdag als ’s avonds. Op voortreffelijke wijze leidde zij ons door de kleine steegjes van de oude stad en vertelde zij allerlei anekdotes uit vervlogen tijden. Hieronder enkele sfeerbeelden daarvan. De rondleiding eindigde bij de rivier de Saône (in Lyon komen de Rhone en de Saône samen) waarna wij nog een uurtje konden genieten van de moderne stad die Lyon ook is.
De oude stad is overwegend promenade gebied met veel restaurantjes en kleine romantische winkeltjes.
Op de grens naar de moderne stad- Lyon is de tweede stad van Frankrijk – hebben kunstenaars een beschildering gemaakt op een grauwe gevel
12
5. AVONDTOUR MASTERPLAN OV LYON Nadat we de laatste inleidingen in ons hotel hadden doorgenomen gingen we met de bus naar een bistro in het moderne centrum van Lyon. Na de maaltijd was de gids er weer om ons mee te nemen voor een avond tour door Lyon om met eigen ogen te zien op welke wijze de stad Lyon het verlichtingsplan uit 1989 en recentelijk uit 2009 hebben geoperationaliseerd. Hieronder enkele markante beelden van de trip met de bus.
De start van de bustoer waarbij wij eerst naar de 19e eeuwse basiliek gingen op de top van de heuvel in de nabijheid van ons hotel. Dit is het uitzicht over Lyon bij avond.
Bij de basiliek was een zendtoren die geheel verlicht was.
Het gemeentehuis is ook verlicht en geeft associaties met het gemeentehuis van Roermond. Op het eerste gezicht lijkt deze laatste foto op een straatbeeld. Het is echter een beschilderde gevel.
13
Een aantal sfeer impressies van Lyon.
14
6. OVERIGE ZAKEN Een tweetal vragen werden aan Gerard Ijff vooraf meegegeven door mensen die reageerden op de diverse publicaties over de reis naar Lyon. Deze zullen nu kort behandeld worden. De eerste vraag betrof de verlichting rond de ringweg in Eindhoven. Het was een burger opgevallen dat die verlichting afweek van andere gangbare verlichting op rijkswegen en overeenstemming had met de verlichting in Voerendaal. Hij wilde graag weten wat de achtergrond was. Navraag tijdens de inhoudelijke sessies leerde dat hier bewust gekozen is voor een andere – opvallende – lichtmast en een armatuur dat gelijkmatig de verlichting verspreidde over de weg. Dit is voor zowel de doorgaande middenbanen hetzelfde als de zijwegen die daar parallel aan liggen. Om het verschil in weg aan te geven is de mast op de hoofdrijbaan langer, is de kleur daar donkergrijs (terwijl de bijbaan lichtgrijs is) en is het licht op de hoofdbaan witter en op de bijbaan meer geel. De mast was door RWS voorgeschreven en uit de aanbesteding kwam de kosmopolitische armatuur van Philips. De tweede vraag betrof de vraag of het mogelijk is om LED-verlichting ook toe te passen bij sportvelden. Wellicht is het interessant om versneld te investeren in LED-verlichting bij sportcomplexen waardoor de energielasten zullen afnemen. Deze vraag moet helaas ontkennend beantwoord worden. Op dit moment loopt er een proef met LEDverlichting bij de hockeyclub in den Bosch. Het opgestelde vermogen is echter hoger dan de standaard verlichting. Meer winst voor sportverenigingen is er te halen door slim met de verlichting om te gaan in de kantine en de kleedlokalen. Zo kan bijvoorbeeld een aanzienlijke besparing optreden als gewerkt wordt met bewegingsmelders. Op de LED-verlichting met een groot vermogen, die voor sportcomplexen noodzakelijk zijn, is op dit moment nog niet besparen. Daarnaast moeten de masten vrij lang zijn omdat het gehele veld gelijkmatig belicht moet worden, ook in het midden. Hiermee neemt een belangrijk voordeel van LED af. Het gevolg is dat de masten dan al snel 18 meter hoog moeten zijn. Lagere masten kan dus helaas niet. Ook blijkt dat de verlichting bij sportcomplexen gemiddeld nog geen 15 uur per week brandt terwijl OV gemiddeld 75 uur per week brandt. Het effect van energiebesparing is bij OV dus groter dan bij sportcomplexen. Tot slot is LED-verlichting gericht licht. Dat betekent dat als de bal een meter boven de grond is deze onzichtbaar is t.o.v. het maaiveld.
15
7.
CONCLUSIES EN LEERPUNTEN a. Energiebesparing bij Openbare Verlichting biedt nog vele kansen waardoor het aandeel OV in de totale elektriciteitsrekening van de gemeente kan dalen; b. De bijdrage van de Openbare verlichting bij het gewenste sfeerbeeld van de openbare ruimte kan niet overschat worden en ook In Roermond en Venray kunnen daar mogelijk nog verbeteringen doorgevoerd worden; c. Door middel van geavanceerde mogelijkheden (telemetrie) met dimmen kan het gewenste niveau van OV afgestemd worden op de vraag waardoor onnodige verlichting wordt voorkomen; d. Voor sportcomplexen is de LED-technologie nog niet winstgevend al gaan de ontwikkelingen snel; e. Openbare verlichting kan ook een functie hebben in straatmeubilair of bij het verlichten van wanden. De bekende “bollen”in de Christoffelstraat in Roermond en de lichtmasten Schouwburgplein Venray zijn daar een eerste voorbeeld van; f. Scherpe en heldere projectie van beelden op wanden is mogelijk en versterkt de functie van de panden.
Roermond, Venray Gerard Ijff en Ike Busser
16