Opdrachten thema
Veluwe
Schema groepjes en opdrachten bij vorm 2: elke opdracht vaste begeleider Groepje 1: zandhagedissen
Groepje 2: mierenleeuwen
Groepje 3: boompiepers
Groepje 4: Groepje 5: zandoorwormen sneeuwvlo’s
Mossen en korstmossen onder de loep
Zandkasteel
Stiltewandeling op blote voeten
Vliegeren
Mossen en korstmossen onder de loep
Zandkasteel
Stiltewandeling op Vliegeren blote voeten
Mossen en korstmossen onder de loep
Zandkasteel
Stiltewandeling op blote voeten
Stiltewandeling op Vliegeren blote voeten
Mossen en korstmossen onder de loep
Zandkasteel
Vliegeren
Zandkasteel
Stiltewandeling op Vliegeren blote voeten
Mossen en korstmossen onder de loep
Veluwe
Totaal materialen zandverstuiving Opdracht
Materialen per groepje
1
Mossen en korstmossen onder de loep • Loepje voor elk kind • Zoekkaart/plaatjes van korstmossen
2
Zandkasteel
• Loepje voor elke leerling • Foto van zandkorrel
3
Stiltewandeling
• Variant 1: geschikte plek, natuurlijk pad lang genoeg om tijdje op te lopen. • Variant 2:veilige plek waar je met blote voeten kunt lopen, blinddoeken • Beide: stiltecapes voor elk kind
4
Vliegeren
• De vlieger die op school is gemaakt • Een windkanter
Extra
Rennen en rollen
• Plek met een heuvel
Extra
Boompje klimmen
• Plek met klimbomen
Veluwe
1. Mossen en korstmossen onder de loep Opdracht • We zijn hier op het zand. Het lijkt dat er niets groeit. Maar als je goed kijkt groeit hier wel iets. Mossen en korstmossen kunnen ook op zand groeien. Een heel mooi korstmos is rood bekermos. • Laat een mos of korstmos zien. Doe voor hoe je het loepje gebruikt. • Je mag straks nog meer mossen en korstmossen gaan zoeken. Je krijgt zelf een loepje. Daarmee kun je ze van dichtbij bekijken. • Deel de loepjes uit. • Bespreek welke mossen en korstmossen de leerlingen hebben gezien, welke kleur ze hadden en welk mos of korstmos het mooist is. • Lijken de korstmossen die je hebt gevonden op die op het plaatje? • Laat de leerlingen zelf een naam bedenken voor de mooiste korstmos.
Veluwe
Nodig:
• Loepje voor elk kind • Zoekkaart/plaatjes van korstmossen
Rood bekermos
Groeivormen van korstmossen in stuifzanden
Hamermos
Bekermos
2. Zandkasteel
Nodig:
• Loepje voor elke leerling • Foto van zandkorrel
Opdracht • Bespreek: wat is zand eigenlijk? Piepkleine steentjes. Laat de foto van de zandkorrel zien. • Kijk eens met een loepje naar een zandkorrel. Wat zie je? • Voel eens in het zand. Hoe voelt het zand aan? Is het nat of droog? Warm of koud? • Zoek eens het warmste plekje op. In de zon kan het heel heet worden, net als in de woestijn. • Ga eens lekker graven in het zand. Is het dieper, droger of natter? Is het kouder of warmer? • Maak eens een mooi zandkasteel of iets anders in het zand.
Veluwe
Nodig: • Variant 1: geschikte plek, natuurlijk pad lang genoeg om tijdje op te lopen • Variant 2:veilige plek waar je met blote voeten kunt lopen, blinddoeken • Beide: stiltecapes voor elk kind
3. Stiltewandeling
Variant 1: lange afstand zonder blinddoek • Leg uit: wie is er weleens helemaal alleen in de natuur? Dat gebeurt niet zo vaak. We gaan nu een beetje doen alsof. Daarvoor hebben we de stiltecape. Als je die aantrekt, ben je helemaal stil. We gaan dan wandelen met 20 stappen tussen elk kind. Ik tel de stappen mee en dan mag de volgende vertrekken. Belangrijkste spelregel: houd de afstand met je voorganger gelijk. Als hij of zij stilstaat, moet jij dus ook stilstaan! Onderweg luister je goed en kijk je om je heen. • Vertel duidelijk het eindpunt of laat een volwassene voorop lopen. Zorg dat dit een zeer herkenbaar punt is. Laat het eerste kind starten en controleer of dit kind het eindpunt goed weet. Na 20 stappen mag het volgende kind weg. Ga zelf als éénna-laatste. Kijk achterom om het laatste kind het seintje te geven dat hij of zij ook mag gaan lopen. • Bespreek de ervaringen met de leerlingen. Wat was spannend? Wat heb je gehoord en gezien? Variant 2: blotevoetenpad, korte afstand met blinddoek • Leg uit: we gaan iets spannends doen! We gaan doen alsof het nacht is. Het is dan helemaal stil en je ziet niets. Daarvoor heb ik deze stiltecape. Als je die aantrekt, ben je helemaal stil. Ik heb blinddoeken om het donker te maken. Om het nog spannender te maken, mag je nu je schoenen en je sokken uitdoen! • Zorg dat iedereen sokken en schoenen uit heeft. Doe zelf ook sokken en schoenen uit. Laat de leerlingen in een rijtje achter elkaar staan. Doe ze allemaal een blinddoek om. Vertel erbij: nu zie je niets meer, maar je kunt wel heel veel horen en voelen! Ik ga voorop en jullie houden elkaar bij de schouders vast. • Ga zelf voorop lopen, loop langzaam en kijk achterom of alle leerlingen kunnen volgen. Let op dat er geen scherpe voorwerpen op de grond liggen. Probeer het soort ondergrond af te wisselen of hoogteverschillen te vinden in de route.
Veluwe
4. Vliegeren
Nodig:
• De vlieger die op school gemaakt is • Een windkanter
Opdracht • Op het zand waait het meestal. Je kunt dat zien aan de bomen die er staan en aan de stenen die er liggen. De wind waait het zand langs de steen. Het zand werkt als schuurpapier; heel langzaam gaat er een laagje steen af. • Doe je broek maar eens omhoog en voel het zand tegen je benen. • Je hebt een mooie vlieger gemaakt op school. Je mag hem nu uitproberen! Waar komt de wind vandaan? Waar ga je dan staan?
Windkanter
Veluwe
Extra: boompje klimmen
Nodig:
• Een plek met klimbomen
Opdracht • Bespreek: wie heeft er weleens boompje geklommen? Leg eerst uit hoe je dat veilig doet. 1. Kies een dikke, sterke tak. Gebruik geen dode tak. 2. Blijf dichtbij de stam. 3. Ga niet hoger dan je durft. 4. Pas op als het geregend heeft: de takken kunnen heel glad zijn. •
Bespreek tot hoe hoog de leerlingen mogen klimmen. Blijf altijd erbij en let op dat ze niet te hoog gaan.
Veluwe
Extra: rollen en rennen Opdracht • Wie durft er van het zand te rollen? Houd je ogen dicht! • Wie durft er met ogen dicht van de heuvel te lopen? • Hoe hard kun je rennen op het zand?
Veluwe
Nodig: • Een plek met een heuvel