Keel-, Neus- en Oorheelkunde
Ooroperaties bij volwassenen
Binnenkort gaat u naar in het ziekenhuis voor een ooroperatie. U heeft hierover informatie ontvangen van uw KNO-arts. In deze folder kunt u die informatie nog eens nalezen. Informatie over uw opname in het ziekenhuis staat in het patiëntenmagazine Hofpoort Info. In de folder ‘Algehele of plaatselijke anesthesie bij een operatie’ vindt u informatie over narcose/plaatselijke verdoving en pijnbestrijding voor en na de operatie. U ontvangt een brief met uw opnamedatum, de plaats en de eventuele voorbereidingen. Deze folder gaat over ooroperaties en specifiek over de volgende onderwerpen: • Trommelvliessluiting (myringoplastiek) • Middenooroperatie (ketenreconstructie) • Stijgbeugeloperatie (stapedotomie) • Schoonmakende operatie bij acute of chronische middenoorontsteking en cholesteatoom • Hoortoestel en implantaat (BAHA) Hoe werkt het oor? Het oor is globaal onder te verdelen in de uitwendige gehoorgang, het trommelvlies met daarachter het middenoor, de buis van Eustachius en het eigenlijke gehoororgaan, ook wel slakkenhuis of binnenoor genoemd. 1. gehoorgang 2. trommelvlies 3. hamer 4. aambeeld 5. stijgbeugel 6. middenoor 7. evenwichtsorgaan 8. buis van Eustachius 9. slakkenhuis 10. gehoorzenuw Horen is het gevolg van luchttrillingen. Trillingen die door de uitwendige gehoorgang worden waargenomen en die worden omgezet in zenuwprikkels die terechtkomen in de hersenen.
15131356
Twee soorten gehoorverlies Als er schade is ontstaan aan het slakkenhuis, spreken we van binnenoorgehoorverlies. De bekendste vorm is ouderdom slechthorendheid. Hier kan de KNO-arts niets meer aan doen. Een hoortoestel kan mogelijk wel verbetering bieden.
1
Als luchttrillingen vanuit de gehoorgang niet of onvoldoende terechtkomen in het slakkenhuis, spreken we van geleidingsgehoorverlies. Er zijn verschillende oorzaken en vormen van geleidingsgehoorverlies. Ook zijn er verschillende operaties mogelijk. Afspraken voor de operatie in het ziekenhuis Als u met gehoorproblemen de KNO-arts heeft bezocht voor een onderzoek, zal deze een diagnose stellen; wat is de oorzaak is van uw gehoorverlies? Daarna zal de KNO-arts een behandeling voorstellen. Het kan ook gebeuren dat de KNO-arts u doorverwijst naar een academisch ziekenhuis. Dit gebeurt alleen als het gehoor (bijna) geheel verdwenen is (doofheid). Dan kan een cochleaire implantatie zinvol zijn. Gehoorverbeterende (reconstructieve) ooroperaties Trommelvliessluiting (myringoplastiek) Als er een gaatje (perforatie) in het dunne trommelvlies is ontstaan, kan gehoorverlies optreden. Een ander probleem is dat zwem-, bad- of douchewater in het middenoor terecht komt en een ontsteking kan veroorzaken. Bij myringoplastiek dicht de KNO-arts het gaatje in het trommelvlies via de gehoorgang of achter de oorschelp langs. Soms gebeurt dit met eigen weefsel en soms met een kunststofmateriaal. Omdat het nieuwe trommelvliesje niet wordt gehecht maar vastgeplakt mag u uw neus na de operatie niet snuiten. Middenooroperatie (ketenreconstructie) Een acute of chronische ontsteking van het middenoor kan het trommelvlies of de gehoorbeenketen beschadigen. Geluid komt dan niet goed meer bij het slakkenhuis terecht. Bij een ketenreconstructie brengt de KNO-arts een overbrugging tot stand van het defect in de gehoorbeenketen. Dat kan een nieuwe verbinding zijn tussen het stijgbeugelkopje en de hamersteel of tussen de voetplaat van de stijgbeugel en de hamersteel. Meestal worden kunstmaterialen gebruikt. Soms is eigen botweefsel een geschikte keuze. Na deze operatie mag u de eerste vier weken niet sporten en geen zwaar werk doen. Als u moet niezen of hoesten, doet u dat dan met open mond worden gedaan. In het algemeen is het verstandig om drukverhoging te vermijden, zo ook vliegen. Na zes weken is er in het algemeen geen bezwaar om dit wel weer te doen. Stijgbeugeloperatie (stapedotomie) Door verkalking op de plek waar de stijgbeugel contact maakt met het slakkenhuis (de voetplaat), wordt de stijgbeugel beperkt in zijn bewegingen en komt deze uiteindelijk vast te zitten. Deze, vaak familiaire, aandoening wordt otosclerose genoemd; gehoorverlies op, soms met oorsuizen. Otosclerose ontstaat doorgaans na de leeftijd van 20 - 30 jaar. Bij een stapedotomie wordt via de gehoorgang het trommelvlies omgeklapt om het middenoor te benaderen. Als de diagnose juist blijkt, worden de twee pootjes en het kopje van de stijgbeugel verwijderd. Vervolgens wordt een kleine opening gemaakt in de voetplaat, waardoor het slakkenhuis komt open te liggen. Hierna wordt een kunststof zuigertje in dit gaatje van de voetplaat geplaatst en wordt deze minuscule prothese vastgemaakt aan het lange been van het aambeeld (de prothesen kunnen van verschillende maten en materiaal zijn). Deze prothese kan nu als een zuigertje vrij op en neer bewegen, net zoals de stijgbeugel voorheen, en kan zo geluidstrillingen weer overbrengen naar het slakkenhuis. Het risico op blijvend gehoorverlies is bij de stapedotomie iets groter dan bij andere middenooroperaties. De meerderheid van de operaties leidt echter tot gehoorverbetering.
2
Omdat het slakkenhuis wordt geopend, kan na de stapedotomie duizeligheid optreden. Dit gaat meestal spontaan over. Na de operatie mag u vier weken niet sporten of zwaar werk doen.
Stijgbeugelprothese bij stapedotomie
Informatie over herstel, resultaten en complicaties vindt u achterin deze folder. Oorontsteking Er zijn verschillende vormen van oorontsteking. Vaak gaat een oorontsteking over zonder opereren. Maar het kan ook nodig zijn om te opereren. Acute middenoorontsteking Een acute middenoorontsteking komt meestal voor bij jonge kinderen en dan samen met een verkoudheid. De klachten zijn oorpijn en koorts. Een acute middenoorontsteking bevindt zich in het middenoor en het mastoïd (rotsbeen, direct achter het oor). Soms kan een scheurtje in het trommelvlies ontstaan, waardoor ontstekingsvocht (pus) uit de gehoorgang loopt (loopoor). De behandeling van een acute middenoorontsteking bestaat meestal uit medicijnen (in eerste instantie pijnstillers, eventueel later aangevuld met een antibioticumkuur). Mastoïditis Als het ontstekingsvocht niet kan wegvloeien, kan mastoïditis ontstaan. De verbinding tussen het middenoor en het mastoïd raakt dan afgesloten door zwelling van het ontstoken slijmvlies. De pus hoopt zich dan op in het mastoïd en zoekt een andere weg naar buiten. De (vaak rode) zwelling duwt de oorschelp naar voren. Als een mastoïditis onvoldoende reageert op antibiotica, moet het mastoïd operatief worden geopend (mastoïdectomie). Met een boortje maakt de KNO-arts het bot achter de oorschelp open om de (mastoïd)holte te kunnen schoonmaken. Meestal wordt een kleine drain aangebracht voor de afvoer van pus en wondvocht. Deze drain wordt na een paar dagen verwijderd. Als het trommelvlies al niet was opengescheurd, dan wordt dit tijdens de operatie doorgeprikt (paracentese). Soms wordt een buisje in het trommelvlies geplaatst. Achter de oorschelp blijft een klein litteken achter. Chronische middenoorontsteking Bij een chronische middenoorontsteking is het slijmvlies in het middenoor en mastoïd langdurig ontstoken. Het slijmvlies is dan verdikt. Er is abnormaal veel slijmvorming en soms ontstaan in het slijmvlies poliepen. De oorzaak is vrijwel altijd te vinden in het trommelvlies. Door de ontsteking is het gehoor meestal verminderd, waarbij het gat in het trommelvlies en mogelijke aantasting van de gehoorbeentjes een rol spelen. Een chronische middenoorontsteking doet meestal weinig pijn. Er kan vocht uit het middenoor komen door een gat in het trommelvlies (loopoor). Dit vocht heeft meestal een vieze geur.
3
Cholesteatoom Soms kan als gevolg van de chronische middenoorontsteking huidweefsel gaan groeien in het middenoor. Deze ‘zak’ huidcellen (cholesteatoom) kan het bot aantasten. Bovendien kunnen complicaties ontstaan: • aantasting van de gehoorbeentjes, waardoor het gehoor afneemt • verlamming van de aangezichtszenuw • duizeligheid door aantasting van het evenwichtsorgaan • ernstig binnenoorgehoorverlies en zelfs doofheid door aantasting van het slakkenhuis • hersenvliesontsteking door doorbraak vanuit het mastoïd naar het hersenvlies • hersenabces bij doorbraak door het hersenvlies naar de hersenen. Een chronische middenoorontsteking kan met een antibioticumkuur rustiger worden, maar meestal is een sanerende (schoonmakende) operatie nodig. Het zieke slijmvlies en eventueel het cholesteatoom worden verwijderd en het gat in het trommelvlies wordt zo mogelijk gedicht. Informatie over herstel, resultaten en complicaties vindt u achterin deze folder. Schoonmakende (sanerende) ooroperatie De operatie vindt plaats via een snee achter de oorschelp, via de gehoorgang of soms via een combinatie van deze toegangswegen. Het mastoïd (rotsbeen) wordt opengemaakt om het middenoor veilig en overzichtelijk te kunnen bereiken. Het ontstoken bot kan zo ook worden schoongemaakt.
achterwand gehoorgang
gehoorbeen keten
Ooroperatie via een benadering door het mastoidbot. De huid en het bot wordt achter de oorschelp geopend.
trommelvlies en gehoorgang
Bij een schoonmakende ooroperatie, vooral bij cholesteatoom, kan het nodig zijn om een deel van de gehoorbeenketen te verwijderen. Daardoor verkleint het risico op beschadiging van het slakkenhuis door het schoonmaken van de gehoorbeentjes en er ontstaat ruimte om de ontsteking op te ruimen. Overigens is de kans groot dat de gehoorbeenketen al is aangetast De uitgenomen gehoorbeentjes kunnen vaak weer worden gebruikt om het gehoor te verbeteren, soms tegelijkertijd, meestal in een later stadium. Het trommelvlies wordt hersteld met fascie of kraakbeen(vlies) (zie bij trommelvliessluiting). Na de operatie zal het gehoor meestal niet zijn verbeterd of zal het zelfs (tijdelijk) zijn verslechterd. Bij grote en hardnekkige cholesteatomen zijn vaak meerdere operaties nodig. De arts kan dan besluiten om de aangedane achterwand van de gehoorgang weg te halen zodat er één holte (radicaalholte) ontstaat. Het oor en het mastoïdbot zijn dan via de gehoorgang te overzien en te controleren op de polikliniek (zie tekening radicaalholte). In de regel betekent dit dat de KNO-arts levenslang elk half jaar een oortoilet zal uitvoeren. Het kan dus zijn dat de KNO-arts een veilig oor belangrijker vindt, dan een beter horend oor.
4
verwijderde gehoorgangwand
restant gehoor beentjes
Radicaalholte, waarbij het mastoïdbot verbonden is met het middenoor. De gehoorgang (achter) wand is verwijderd.
Cholesteatoom kan na de operatieve verwijdering terugkomen. Daarom kan de KNO-arts besluiten om na negen tot vijftien maanden een tweede operatie uit te voeren (second look). Bij deze tweede operatie bekijkt de arts of het middenoor schoon is. Zo nodig kan de arts tegelijk proberen om de gehoorbeenketen te herstellen en het gehoor te verbeteren. Bij dit herstel kan worden uitgevoerd met eigen gehoorbeentjes of met kunststof gehoorbeentjes (zie gehoorverbeterende operaties). Informatie over herstel, resultaten en complicaties vindt u achterin deze folder. BAHA De BAHA (Bone Anchored Hearing Aid) is een combinatie van een hoortoestel en een titanium implantaat. De BAHA brengt geluid over op het bot. Het bot geleidt het geluid verder naar het binnenoor. Het gehoorkanaal en het middenoor worden omzeild. De BAHA is een geschikte oplossing • als u een chronische oorontsteking heeft, al dan niet na eerdere operaties; • als u last heeft van fors luchtgeleidingsverlies maar met een redelijk goed functionerend binnenoor, waarbij een gehoorverbeterende operatie geen kans van slagen meer heeft; • als u een afwijkende gehoorgang of oorschelp heeft. U komt alleen in aanmerking voor deze operatie als uw gehoor zo slecht is dat u een hoortoestel nodig heeft, maar een ‘normaal’ hoortoestel niet goed verdraagt.
Een voorbeeld van een patiënt met implantaat na drie maanden, zonder en met het hoortoestel.
BAHA, de operatie Tijdens de operatie plaatst de KNO-arts het implantaat in het bot achter het oor. De operatie duurt ongeveer een uur en wordt onder algehele narcose uitgevoerd. U kunt dezelfde dag in principe weer naar huis.
5
BAHA, na de operatie Als u naar huis gaat, draagt u een oorverband. Dit laat u na twee dagen poliklinisch verwijderen. Daarna krijgt u een vet gaas rondom het titanium implantaat. Dit gaat wordt, samen met de hechtingen na ruim een week verwijderd. Vanaf dat moment moet u dagelijks het implantaat met een klein borsteltje reinigen. Na drie maanden (wanneer het implantaat voldoende met het bot is vastgegroeid) kan het hoorapparaat in principe probleemloos gedragen worden. BAHA, risico’s en complicaties Klachten die kunnen optreden na de operatie zijn een beurs gevoel of pijn rondom het operatiegebied. Dit wordt over het algemeen niet als zeer storend ervaren. Complicaties treden erg weinig op. De belangrijkste complicaties zijn een infectie rondom het implantaat en het losraken van het implantaat. Hierdoor zou misschien het implantaat verwijderd moeten worden. Soms kan in een later stadium opnieuw een implantaat geplaatst worden. Uiterst zeldzaam zijn complicaties die zich uitbreiden richting het hersenweefsel, zoals een infectie of een bloeding. Ooroperatie, duur van de operatie, bijzonderheden, herstel, risico’s en complicaties Voorbereiding thuis Indien u verkouden bent, griep of koorts heeft, moet u contact opnemen met de polikliniek KNO. Het kan het zijn dat de arts de operatie uitstelt. Duur van de operatie De duur van ooroperaties loopt erg uiteen. Gaat u daarom uit van een gemiddelde operatietijd van één tot twee uur. Voor een schoonmakende ooroperatie geldt twee tot vier uur. Voor deze operatie wordt u meestal een dag en een nacht opgenomen, dit wordt met u besproken op het preoperatief spreekuur. Algemene informatie over de opname vindt u in Hofpoort Info. Ooroperaties vinden plaats onder algehele verdoving. Leefregels na de operatie Na de operatie vertelt de KNO-arts u hoe de operatie is verlopen Als de operatie zonder problemen is verlopen, mag u de volgende dag naar huis. U krijgt de folder Instructie na een ooroperatie bij volwassenen mee naar huis. Hierin leest u alles over pijnstilling, douchen/ baden, niet zwemmen en vliegen en controle op de polikliniek. Bijzonderheden Bij de meeste ooroperaties vindt na vijftien maanden een gehoortest plaats. Risico’s en complicaties bij ooroperaties Het risico op complicaties is bij een sanerende ooroperatie iets groter dan bij een gehoorverbeterende operatie. In het algemeen geldt dat het risico erg klein is. Gehoor Bij elke ooroperatie is er een zeer klein risico (< 1%) op blijvend gehoorverlies door beschadiging van het slakkenhuis. Bij het opruimen van een ontsteking en het schoonmaken van de gehoorbeentjes kan het slakkenhuis ook beschadigd raken. Dit kan tot ernstig en blijvend gehoorverlies leiden. Bij het openen van het slakkenhuis, zoals bij stapedotomie, geldt ditzelfde risico.
6
Aangezichtszenuw Er bestaat een kleine kans (< 1%) op beschadiging van de door het middenoor lopende aangezichtszenuw. Het gevolg kan een tijdelijke of blijvende halfzijdige aangezichtsverlamming zijn. Om dit risico minimaliseren wordt deze zenuw gedurende de gehele ingreep (vnl. bij sanerende operaties) met een elektronisch signaleringssysteem in de gaten gehouden. Evenwicht Omdat het evenwichtsorgaan in het operatiegebied ligt, kunnen evenwichtsstoornissen optreden. Deze zullen meestal in de loop der tijd geleidelijk verdwijnen. Smaakzenuw Door het middenoor loopt een kleine zenuw die de smaak verzorgt van het voorste deel van één zijkant van de tong. Bij operaties in het middenoor kan deze zenuw beschadigen. Bij gedeeltelijke beschadiging kan een tijdelijke smaakstoornis ontstaan (in ongeveer 5% van de ooroperaties). Soms is het nodig om de zenuw door te snijden om de ontsteking te kunnen verwijderen. Ook als de smaakzenuw in zijn geheel beschadigt, zal de smaak vrijwel altijd geleidelijk weer herstellen. Vragen en problemen Bij dringende problemen in de eerste 24 uur na de operatie belt u: • Overdag: Polikliniek KNO, T 0348 42 73 92 • In de avonduren of in het weekend: Afdeling Spoedeisende Hulp (via de receptie) T 0348 42 79 11 U wordt dan doorverbonden. Overige vragen • Voor overige, niet dringende, vragen neemt u contact op met uw huisarts of buiten kantooruren met de huisartsenpost T 0900 47 01 470 • Of met de polikliniek KNO (op werkdagen tussen 9.00 - 16.00 uur) T 0348 42 73 92 Interessante websites Informatie over deze operatie staat op de website van het Zuwe Hofpoort Ziekenhuis. Kijk op www.zuwehofpoort.nl en zoek op ‘KNO’. U vindt daar ook links naar de websites van patiëntenorganisaties. Bronvermelding Deze folder is afkomstig van Polikliniek Keel- Neus- en Oorheelkunde van het Zuwe Hofpoort Ziekenhuis.
November 2012
Zuwe Hofpoort Ziekenhuis Polanerbaan 2 3447 GN Woerden T 0348 42 79 11 I www.zuwehofpoort.nl
7