Ontwikkelingslijn: Ontwikkelingsveld 1: Eigenaar:
Interactie Basiscommunicatie en schriftelijke correctie Inge Kiers
Doel: Het doel van deze procedure is het bevorderen van zelfvertrouwen en motivatie door het aantal positieve contactmomenten tussen leerkracht en de groep te vergroten.
Toepassingsgebied: Deze procedure heeft betrekking op alle communicatieve situaties op school, maar is met name van belang voor de communicatie met groepen tijdens instructies en voor de correctie van dagelijks schriftelijk werk van de leerlingen.
Algemeen Een stimulerend en uitdagend pedagogisch klimaat wordt in belangrijke mate bevorderd door de manier waarop wij als leerkrachten met leerlingen interacteren. Positief ervaren contactmomenten (verbaal en non – verbaal, schriftelijk) zijn voor een harmonieuze ontwikkeling van cruciaal belang, met name daar waar het gaat om het ontstaan en groei van zelfvertrouwen en zelfrespect. Wij gaan ervan uit dat door het versterken van positieve interacties (in plaats van het benadrukken van fouten en mislukkingen) leerlingen onderling gemakkelijker met elkaar om zullen gaan en meningsverschillen en conflicten sneller kunnen oplossen. Het hebben van zelfvertrouwen en zelfrespect is noodzakelijk om meer verantwoordelijkheid te kunnen en willen dragen voor het leerproces dat wordt doorgemaakt. We realiseren ons dat de kwaliteit van schriftelijke communicatie voor het ontstaan van zelfvertrouwen hierbij evenzeer een punt van aandacht is. Succes – indicatoren: Het versterken van positieve interacties hangt sterk samen met de wijze waarop wij als leerkrachten kinderen ‘volgen’ en wij het de kinderen mogelijk maken ons te volgen. De volgende succesindicatoren zijn hierbij van belang. 1. Binnen de school zijn de communicatieve situaties veelal herkenbaar langs de lijn: - opening / begroeting op het plein. - uitwisseling / beurten - sluiting / afscheid In een checklist (bijlage 1) is deze lijn van communicatieve opbouw nader uitgewerkt. 2. Er is een onderscheid gemaakt tussen schriftelijke correctie en beoordeling Er is een protocol opgesteld voor de schriftelijke correctie betreffende: - rol van de leerkracht - rol van de leerling Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 1 van
1
-
rol van de ouders frequentie vormgeving bekrachtiging (bijlage 2).
Ook hebben we een afsprakenlijst aangaande de correctie van het schriftelijk werk van de leerlingen (bijlage 3). Toetsing succes – indicatoren: 1. Mondelinge communicatie De mondelinge communicatie tussen de leerkracht en leerlingen is inzichtelijk en motiverend. De interactie verloopt langs de lijn opening, uitwisseling en sluiting Verbaal en non-verbaal communicatiegedrag draagt bij aan het versterken van motivatie en zelfvertrouwen van kinderen. 2. De schriftelijke communicatie is inzichtelijk en motiverend. Er worden binnen de school eenduidige schriftelijke communicatiecodes gehanteerd. De wijze van schriftelijke communicatie draagt bij aan het versterken van motivatie en zelfvertrouwen van kinderen. Bijbehorende documenten Bijlage 1: Bijlage 2: Bijlage 3:
Aandachtspunten rond communicatief gedrag in de groep Protocol schriftelijke correctie Afsprakenlijst schriftelijke correctie
Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 2 van
2
Bijlage 1 Aandachtspunten rond communicatief gedrag in de groep Bij de opening
-
-
ga niet eerder van start voordat elk kind erbij betrokken is (let hierbij vooral op zorgleerlingen) maak oogcontact met de hele groep maak goed gebruik van stem en mimiek breng variatie aan gebruik grote signalen en ruime armbewegingen let op zinsformuleringen (benoem gewenst gedrag) geef alertheidsignalen bij de start van de les, vooral aan de leerling die terug zakt (, iets langer oogcontact maken, even aanraken, non-verbale signalen geven, naam noemen) gebruik openingszinnen zonder vraagtekens (niet: zullen we beginnen?, maar we gaan beginnen.)
Bij de uitwisseling
-
laat door actief te volgen de kinderen merken dat je ze begrijpt geef veel bevestiging, benoem instemmend inhoud en vaart maken communicatieve (les)situaties aantrekkelijk vermijd uitweiden over negatief gedrag kies voor eenduidige communicatie; geen dubbele bodem benoem concreet het gewenste gedrag, geef voorbeeldgedrag benoem het eigen handelen en dat van de kinderen
Bij de afsluiting -
geef ontvangstbevestiging vat samen geef aan dat je doorgaat naar een andere leerling of andere groep vanzelfsprekend zijn nu ook stemgebruik, mimiek en gebaren van belang
Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 3 van
3
Bijlage 2 Schriftelijke correctie We maken bij de schriftelijke correctie onderscheid in de volgende vier gebieden:
Beoordelen / corrigeren
korte termijn Methode gebonden toetsen, schriften, werkjes
lange termijn ParnasSys, rapport
We maken dus een onderscheid tussen schriftelijke correctie en beoordeling. Schriftelijke correctie is: gericht op het onderwijsleerproces prikkelend / uitdagend / persoonlijk meer dan krullen en strepen (feedback) waar mogelijk door leerlingen zelf Beoordelen is: gericht op een vooral, objectief omschreven eindvaardigheid overwegend leerkrachtgestuurd motiverend verantwoord naar ouders eenduidig en helder binnen de school Belangrijke aandachtspunten bij zowel schriftelijk corrigeren als het beoordelen zijn heldere communicatie (geen dubbele bodem) en het benoemen van concreet gewenst gedrag. Protocol voor schriftelijke correctie
Rol van de leerkracht
Rol van de leerling
Rol van de ouders
frequentie vormgeving
Zich houden aan de afspraken die op schoolniveau gemaakt zijn. controleren terugkoppelen naar de kinderen toe stimuleren motiveren geruststellen waarderen Kritische houding ten opzichte van eigen werk. Leren omgaan met eigen beperkingen. Leren dat je kunt leren van het maken van fouten. Directe feedback op eigen werk. Leren fouten te verbeteren. Weten hoe op school met correctie wordt omgegaan. Aan de zijlijn de ontwikkeling van het kind volgen op een sportieve, verantwoorde manier. Fouten van hun kind accepteren. Stimuleren tot goed werk. Zie afsprakenlijst correctie Via stimulerende woorden.
Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 4 van
4
bekrachtiging
Aangeven: zoveel goed/fout Bij veel fouten de kans geven tot verbetering Door het kind een nieuwe kans te geven, wordt het kind gemotiveerd om het te blijven proberen. Stickertje of stempel bij goed gemaakte opdrachten en/of een goede inzet.
Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 5 van
5
Bijlage 3 Afspraken schriftelijke correctie Taal Schriftelijke verwerking boeklessen: Leerkracht kijkt zelf na. Spellingsfouten worden gecorrigeerd. Als het werk goed en netjes is gemaakt krijgt het kind een krul en/of sticker. Opmerkingen worden erbij geschreven voor feedback of waardering. Er wordt nagekeken met een rode pen. Stellen: De leerkracht kijkt zelf na. Spellingsfouten worden gecorrigeerd. Bij goed en net werk een krul en/of sticker. Opmerkingen worden erbij geschreven voor feedback of waardering. Er wordt nagekeken met een rode pen. Dictee: De leerkrachten kijken zelf na. De spellingsfouten worden aangestreept met rood. Bij goed en netjes werk een krul en/of sticker. Ook mixtoetsen worden beoordeeld. Werkboek/spelling: De leerlingen kijken het werk eerst zelf na met een groene pen. Daarna controleert de leerkracht het. Dit gebeurt met de rode pen. Fouten worden aangestreept. Bij goed en net werk een krul en/of sticker. Opmerkingen voor feedback of waardering. Toetsen methode: Kijkt de leerkracht zelf na met een rode pen. Ook de beoordeling geeft de leerkracht zelf. (beoordeling volgens methode) De beoordeling komt in de klassenmap. Rekenen Schriftelijke verwerking van lessen uit boek: De leerkracht van groep 3 en 4 kijkt al het werk zelf na met een rode pen. Kinderen van groep 5 t/m 8 mogen lessen 5 – 10 – 15 – 20 – 25 en andere geschikte lessen zelf nakijken met een groene pen. De leerkracht controleert het werk met een rode pen. Bij goed en netjes werk een krul en/of sticker. Soms worden er opmerkingen bijgeschreven voor feedback en/of waardering. Werkboek rekenen: In groep 3 kijkt de leerkracht het na met een rode pen. Vanaf groep 4 kijken leerlingen het eerst zelf na met een groene pen, daarna controleert de leerkracht het met een rode pen. Een krul en/of sticker bij goed en netjes werk. Soms worden er opmerkingen bijgeschreven voor feedback en/of waardering.
Toetsen methode: De toetsen worden nagekeken door de leerkracht met een rode pen. Bij elke oefening komt het aantal goed te staan. Bij goed werk een krul en/of sticker. De leerkracht beoordeelt de toets volgens de methode. De beoordeling komt in de klassenmap/ParnasSys. Begrijpend lezen Instructies zijn mondeling, dus n.v.t. Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 6 van
6
Toetsboeken: Controle door de leerkracht met een rode pen. De leerkracht geeft een beoordeling volgens de methode. De beoordeling komt in de klassenmap. Technisch lezen Werkboeken: In groep 3/4 kijkt de leerkracht zelf na. In groep 5 t/m 8 worden opdrachten samen besproken.
Engels Alleen groep 7 en 8. Werkschrift Engels: De oefeningen in het werkschrift worden mondeling klassikaal gedaan. Toets: De toets wordt nagekeken door de leerkracht. De school heeft zelf toetsen ontwikkeld. Fouten worden aangestreept en verbeterd met rood. Als feedback/waardering geeft de leerkracht een cijfer. Schrijven Bij schrijven wordt gelet op lettervorm, techniek, regelmaat, letterafstand en netheid. Vanaf groep 3 t/m 6 (groep 3 vanaf schrift 3B) mogen kinderen bij elke les de mooiste letter / woord omcirkelen. De leerkracht kijkt het werk na met een rode pen. Hij/Zij verbetert de letters / woorden of zet een streep onder een slordige fout. Bij goed en netjes werk krijgt de leerling een stempel of sticker. Bij 5 stempels of stickers mag de leerling met een gekleurde pen schrijven en bij 10 stickers een beloningskaart uitkiezen. In groep 7/8 wordt schrijven niet meer als een vak geven. Wel wordt bij het dagelijks schriftelijk werk gelet op leesbaarheid, verzorging, regelmaat en lay – out. Zaakvakken Werkbladen en werkboeken: Werkbladen worden in groep 3 nagekeken door de leerkracht als het nodig is. In de andere groepen kijken de leerlingen het zelf na. In de lessen waar dat nodig is, onder leiding van de leerkracht. De leerlingen kijken na met een groene pen. Toetsen: In groep 3 en 4 n.v.t. In groep 5 en 6 kijkt de leerkracht het zelf na. In groep 7 en 8 kijken de leerlingen met aardrijkskunde zelf na. De puntentelling en cijfer door de leerkracht Bij geschiedenis en natuur kijkt de leerkracht van groep 7 en 8 zelf na. Leerlingen kijken na met een groene pen. De leerkracht kijkt na met een rode pen. Als feedback/waardering geeft de leerkracht een cijfer.
Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 7 van
7
Expressievakken Bij expressie wordt in alle groepen gekeken naar motivatie, werkhouding, creativiteit en netheid. De leerkracht observeert. Leerkracht beoordeelt het werk. Een schriftelijke of mondelinge beoordeling. Gym Bij gym wordt in alle groepen gekeken naar techniek, inzet en motivatie. De leerkracht observeert en geeft een beoordeling. Werkstukken Vanaf groep 5. De leerkracht kijkt het na. De leerlingen krijgen een cijfer als beoordeling. Spreekbeurten Vanaf groep 4. De leerlingen geven een presentatie over een zelf gekozen onderwerp. Vanaf groep 5/6 wordt een beoordelingslijst door de leerkracht zelf ingevuld. De leerkracht geeft een cijfer en mondelinge toelichting. In groep 7/8 beoordeelt de leerkracht, maar ook de leerlingen. De leerlingen vullen een beoordelingslijst in en mogen ook een cijfer geven. De leerkracht geeft een cijfer volgens een formule en mondelinge toelichting.
Groep 1 en 2: In groep 1 en 2 zijn de leerkrachten grotendeels procesbegeleiders. Tijdens de lessen wordt er mondeling aanwijzingen gegeven en/of gecorrigeerd. Bij het oefenen met materialen is er zelfcontrole van de leerlingen. De leerkracht controleert d.m.v registratie en via het planbord Werkblad: De leerkracht kijkt het na. De leerling krijgt een krul en/of sticker bij goed en/of netjes werk. De registratie wordt in de computer bijgehouden.
Hoeksteen Interactie 1 basiscommunicatie en correctie versie 25-1-2013
pagina 8 van
8