Milieu consultancy Watermanagement Ruimtelijke ordening
Aqua-Terra Nova BV
Ontwerp Ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland
Zuidweg 79 2671 MP Naaldwijk telefoon 0174 – 625246 fax 0174 – 629744 www.aquaterranova.nl
Opdrachtgever Handelsonderneming Van der Knijff te Hoek van Holland
Rabobank rekeningnr. 36.81.19.955
·
BTW: NL-8105.67878.B01
·
K.v.K. nr. 27240696
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland
Opdrachtgever Handelsonderneming Van der Knijff te Hoek van Holland
Datum: Rapportnr: Status:
30 oktober 2013 213154/ 213154AQT305ROMV AW/RK ontwerp rapportage
Rabobank rekeningnr. 36.81.19.955
·
BTW: NL-8105.67878.B01
·
K.v.K. nr. 27240696
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
INHOUDSOPGAVE RUIMTELIJKE ONDERBOUWING
1
INLEIDING .............................................................................................................................................. 3 1.1 1.2 1.3 1.4
2
INITIATIEF ............................................................................................................................................. 4 2.1 2.2 2.3
3
RIJKSBELEID........................................................................................................................................ 6 PROVINCIAAL BELEID .......................................................................................................................... 7 BESTEMMINGSPLAN............................................................................................................................. 8
OMGEVINGSASPECTEN .................................................................................................................. 10 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8 4.9 4.10 4.11
5
BESTAANDE SITUATIE ......................................................................................................................... 4 BEOOGDE SITUATIE EN ACTIVITEITEN ............................................................................................... 4 BESCHRIJVING VAN DE AFWIJKING VAN HET BESTEMMINGSPLAN ................................................... 5
BELEIDSKADER .................................................................................................................................... 6 3.1 3.2 3.3
4
AANLEIDING EN VOORGESCHIEDENIS ............................................................................................... 3 KEUZE PLANOLOGISCHE PROCEDURE ................................................................................................ 3 WETTELIJKE VEREISTEN PLANOLOGISCHE AFWIJKING ..................................................................... 3 LEESWIJZER RUIMTELIJKE ONDERBOUWING ..................................................................................... 3
BESLUIT MILIEUEFFECTRAPPORTAGE (BESLUIT M.E.R.) ................................................................ 10 BEDRIJVEN EN MILIEUZONERING ..................................................................................................... 10 WET GELUIDHINDER, WEGVERKEERSLAWAAI ................................................................................. 11 LUCHTKWALITEIT .............................................................................................................................. 11 EXTERNE VEILIGHEID ........................................................................................................................ 12 WATER ............................................................................................................................................... 14 BODEM ............................................................................................................................................... 15 DUURZAAMHEID ................................................................................................................................ 16 ECOLOGIE .......................................................................................................................................... 16 CULTUURHISTORISCHE ASPECTEN ................................................................................................... 17 VERKEER EN PARKEREN .................................................................................................................... 17
UITVOERBAARHEID ......................................................................................................................... 19 5.1 5.2 5.3
ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID .................................................................................................. 19 MAATSCHAPPELIJKE UITVOERBAARHEID .......................................................................................... 19 REACTIE ............................................................................................................................................. 19
6
CONCLUSIE ........................................................................................................................................... 20
7
BIJLAGEN............................................................................................................................................... 21
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
2
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
1
INLEIDING
1.1
Aanleiding en voorgeschiedenis De handelsonderneming A.C. van der Knijff Holding B.V., Haakweg 40, 3151XD, Hoek van Holland, beoogt op eigen terrein een tweede bedrijfshal te bouwen ter grootte van 720 m2. De locatie is kadastraal bekend als sectie A4, nr. 1486, gemeente Hoek van Holland. Het bestemmingsplan “Hoek van Holland Buitengebied Oost”, vastgesteld op 3 mei 1979 en onherroepelijk geworden op 6 juni 1985, is van toepassing. Op de plankaart van het genoemde bestemmingsplan zijn de gronden als volgt bestemd: artikel 5 “landschappelijk waardevol agrarisch gebied”
De uitbreiding van het bedrijf met de genoemde tweede bedrijfshal ten behoeve van de handelsonderneming voor de glastuinbouw is in strijd met het vigerende bestemmingsplan. De activiteiten van het bedrijf richten zich hoofdzakelijk op het slopen, renoveren en (her-) bouw van glastuinbouwbedrijven. Op de locatie Haakweg worden deze materialen gereviseerd en schoongemaakt ten behoeve van hergebruik. Het huidige gebruik, dat eveneens strijdig was met het vigerende bestemmingsplan, is in 2004 door middel van een vrijstelling artikel 19 WRO geformaliseerd. Ook voor deze kleinschalige nieuwe uitbreiding heeft de gemeente aangegeven in beginsel bereid te zijn om medewerking te verlenen aan een planologische afwijkingsprocedure. 1.2
Keuze planologische procedure Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepaling omgevingsrecht (Wabo) in werking getreden. Met de invoering van de Wabo is het projectbesluit in de Wro vervallen. Het projectbesluit is nu binnen de Wabo geregeld onder de noemer 'omgevingsvergunning'. Om het project mogelijk te maken is een planologische afwijking noodzakelijk, op grond van artikel 2.1 lid 1, sub a, onder 3e (C) van de Wabo.
1.3
Wettelijke vereisten planologische afwijking Op grond van artikel 2.12 lid 1 a onder 3 van de Wabo kan de omgevingsvergunning slechts worden verleend als de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat. De voorliggende ruimtelijke onderbouwing geeft invulling aan deze motivering.
1.4
Leeswijzer ruimtelijke onderbouwing De inleiding geeft een korte toelichting op het project en de ruimtelijke procedure. Hoofdstuk 2 gaat nader in op het perceel Haakweg 40, het project en de afwijking op het bestemmingsplan. Hoofdstuk 3 geeft een beschrijving van het relevante beleid, in hoofdstuk 4 worden de verschillende omgevingsaspecten behandeld en in hoofdstuk 5 wordt de uitvoerbaarheid belicht. In hoofdstuk 6 tenslotte wordt de conclusie van dit onderzoek gegeven.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
3
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
2
INITIATIEF
2.1
Bestaande situatie Het projectgebied is gelegen in de polder Nieuwland en Noordland, ten oosten van de kern Hoek van Holland en gelegen in de nabijheid van het industriegebied De Haak, aan de Haakweg 40 in het buitengebied van Hoek van Holland te Zuid-Holland. Zie figuur 1 voor de ligging en figuur 2 voor de begrenzing van het projectgebied. Het plangebied wordt begrensd door de Haakweg, de Dwarshaak en agrarische gronden. Het plangebied heeft een oppervlakte van ca. 3.000m2 en is volledig verhard met asfalt. Langs het projectgebied is een beschoeide watergang gelegen en zijn weilanden gelegen. De weilanden zijn deels in gebruik als paardenweide. Het huidige en toekomstig gebruik van de locatie is opslag voor het hergebruik van bouwmaterialen ten behoeve van de glastuinbouw, zogenaamde kasdelen.
Figuur 1:globale ligging projectgebied
2.2
= projectgebied
Beoogde situatie en activiteiten De activiteitenomschrijving is opgesteld aan de hand van plattegronden, ontwerptekeningen en de mondeling door de opdrachtgever verstrekte informatie. Ten behoeve van het bouwen van een tweede loods van ca. 720 m2, maten 6 meter hoog, 16 meter breed en 45 meter lang, zal het opgeslagen materiaal en materieel verplaatst worden, zal de fundering op het asfalt worden aangebracht en zal de loods worden gebouwd. Tot slot zal de schuur in gebruik worden genomen. Dit heeft geen wijziging van de omvang van de werkzaamheden op het bedrijf tot gevolg en ook de inrichting van het terrein zal niet wijzigen. De hoeveelheid verharding neemt eveneens niet toe. Aan de noord en westzijde van het perceel zal verder een windsingel worden aangelegd teneinde de locatie aan het zicht te onttrekken en de locatie te laten opgaan in de omgeving. Door de nieuwbouw verbetert tevens het aangezicht van het bedrijf, aangezien er dan vrijwel geen materialen meer buiten worden opgeslagen.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
4
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Figuur 3: opslag materialen
Figuur 2: inrichtingsschets projectgebied
2.3
Beschrijving van de afwijking van het bestemmingsplan Op het projectgebied is het bestemmingsplan “Hoek van Holland Buitengebied Oost” vastgesteld op 3 mei 1979 en onherroepelijk geworden op 6 juni 1985, van toepassing. Op de plankaart van het genoemde bestemmingsplan zijn de gronden als volgt bestemd: o artikel 5 “landschappelijk waardevol agrarisch gebied” Hieruit volgt dat het beoogd toekomstig gebruik en het realiseren van een bouwwerk ten behoeve van opslag van bouwmaterialen voor glastuinbouw, strijdig is met het vigerende bestemmingsplan. Zie figuur 5 voor een weergave van het bestemmingsplan. (H3 Beleidskaders)
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
5
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
3
BELEIDSKADER In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de relevante ruimtelijke beleidskaders.
3.1
Rijksbeleid Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (2011) In de SVIR schetst het kabinet hoe Nederland er in 2040 uit moet zien: concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig. De ruimtelijke belangen worden gewaarborgd in de AMvB Ruimte. De Rijksoverheid richt zich op nationale belangen, zoals een goed vestigingsklimaat, een degelijk wegennet en waterveiligheid. Tot 2028 heeft het kabinet in de SVIR 3 Rijksdoelen geformuleerd: - de concurrentiekracht vergroten door de ruimtelijk-economische structuur van Nederland te versterken. Dit betekent bijvoorbeeld een aantrekkelijk (internationaal) vestigingsklimaat; - de bereikbaarheid verbeteren; - zorgen voor een leefbare en veilige omgeving met unieke natuurlijke en cultuurhistorische waarden. NWRO De (nieuwe) Wet ruimtelijke ordening (Wro) is op 1 juli 2008 in werking getreden en gaat uit van een scheiding tussen beleid en normstelling (juridische verankering). Het beleid wordt opgenomen in structuurvisies. Normstelling vindt plaats in het bestemmingsplan en in algemene regels en verordeningen. AMvB Ruimte (2011) De AMvB Ruimte (Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro)) omvat alle ruimtelijke rijksbelangen die juridisch doorwerken op het niveau van bestemmingsplannen. Het gaat om kaders voor onder meer het bundelen van verstedelijking, de bufferzones, nationale landschappen, de Ecologische Hoofdstructuur, de kust, grote rivieren, militaire terreinen, mainportontwikkeling van Rotterdam en de Waddenzee. Met de AMvB Ruimte maakt het Rijk duidelijk waar provinciale verordeningen en gemeentelijke bestemmingsplannen aan moeten voldoen. Uit de regels en kaarten behorende bij de AMvB Ruimte kan worden afgeleid welke aspecten relevant zijn voor het ruimtelijke besluit. Voor het projectgebied zijn geen nationale belangen in het geding.
Conclusie Het rijksbeleid geeft geen belemmeringen voor de realisatie van dit project. Een aandachtpunt zou de mogelijke aantasting kunnen zijn van de natuurlijke waarden van de directe omgeving zoals opgenomen in het bestemmingsplan. De in de plannen opgenomen beoogde windsingel zorgt voor een natuurlijke inpassing en voorkomt aantasting van de natuurlijke waarden.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
6
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
3.2
Provinciaal beleid Provinciale Staten hebben op 2 juli 2010 de Provinciale Structuurvisie, de Verordening Ruimte en de Uitvoeringsagenda vastgesteld. De Structuurvisie vervangt de vier Streekplannen en de Verordening Ruimte komt in de plaats van de Nota Regels voor Ruimte. Jaarlijks worden de Structuurvisie en de verordening Ruimte geactualiseerd. Op 30 januari 2013 zijn de actualisering Structuurvisie 2012 en verordening Ruimte door Provinciale Staten vastgesteld. In de verordening zijn ruimtelijke doelstellingen en provinciale belangen opgenomen en stelt zij regels aan ruimtelijke ontwikkelingen, vooral voor het landelijk gebied.
Verordening Ruimte In de Verordening Ruimte geeft de provincie regels voor de inhoud van gemeentelijke bestemmingsplannen. Het uitgangspunt is om verstedelijking zoveel mogelijk in bestaand bebouwd gebied te concentreren (binnen de bebouwingscontouren). De open ruimte buiten de stedelijke gebieden (buiten de bebouwingscontouren) wordt behouden voor landbouw / glastuinbouw, natuur en recreatie. Op kaart 1 “Bebouwingscontouren” uit de Verordening Ruimte ligt het projectgebied buiten de bebouwingscontouren. In de Verordening Ruimte zijn specifieke regels opgenomen voor het bouwen buiten de bebouwingscontouren en welke afwijkingsmogelijkheden bestaan voor bestaande bouw- en gebruiksrechten in een geldend bestemmingsplan.
“lid 3 afwijkingsmogelijkheid voor bestaande bouw- en gebruiksrechten in een geldend bestemmingsplan In afwijking van het bepaalde in deze verordening kan in een bestemmingsplan een bouw- of gebruiksrecht uit een geldend bestemmingsplan opnieuw worden bestemd, indien het belang bij strikte handhaving van deze verordening niet in verhouding staat tot het belang bij het behoud van het bouw- of gebruiksrecht.”
Figuur 4: uitsnede functiekaart
Conclusie Het project is niet in overeenstemming met de verordening Ruimte. Hiervoor moet in principe een ontheffing worden gevraagd bij Provinciale staten. De provincie heeft zich in beginsel bereid verklaard deze ontheffing te verlenen onder voorwaarde dat de deelgemeente Hoek van Holland haar medewerking aan de genoemde bouw van een 2e loods verleend.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
7
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
3.3
Bestemmingsplan Op het projectgebied is het bestemmingsplan “Hoek van Holland Buitengebied Oost” vastgesteld op 3 mei 1979 en onherroepelijk geworden op 6 juni 1985 van toepassing. Op de plankaart van het genoemde bestemmingsplan zijn de gronden als volgt bestemd: - artikel 5 “landschappelijk waardevol agrarisch gebied”
Figuur 5: Uitsnede Hoek van Holland Buitengebied Oost bestemmingsplan Oost. In rood projectgebied
Relevante tekst uit de voorschriften: Artikel 5 - landschappelijk waardevol agrarisch gebied Doeleinden De op de plankaart voor landschappelijk waardevol 'agrarisch gebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. de uitoefening van het agrarisch bedrijf; b. het behoud of herstel van de op deze gronden voorkomende dan wel daaraan eigen landschappelijke waarden, een en ander met de daarbij behorende werken, geen bouwwerken zijnde, zoals ontsluitingswegen en -paden en waterlopen, onverminderd de voor leidingen met uitstralingszones in artikel 12 opgenomen beperkende bepalingen. Lid A Gebruik voor bebouwing A l Bebouwingsvoorschriften 1. Het is verboden op deze gronden bouwwerken op te richten, kassen daaronder begrepen. 2. De goothoogte van vee-kerende afrasteringen mag niet meer dan 1,50 m bedragen. A II Vrijstelling Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde in lid 1. A l voor de oprichting van agrarische hulpgebouwen, met dien verstande dat; a. per agrarische bedrijf niet meer dan twee hulpgebouwen mogen worden opgericht; b. de oppervlakte van een dergelijk gebouw niet meer dan 60 m2 mag bedragen; 2. de nokhoogte van een dergelijk gebouw niet meer dan 5,50 m en de goothoogte niet meer dan 4,50 m mag bedragen, met dien verstande dat aan één zijde van het gebouw de goothoogte niet meer dan 3 m mag bedragen; 3. de afstand van een dergelijk gebouw tot de zijdelingse perceelsgrens niet minder dan 5 m mag bedragen; 4. de afstand van een dergelijk gebouw tot het agrarisch bouwperceel waar het bij hoort niet minder dan 200 in mag bedragen.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
8
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Lid D Gebruik voor werken en werkzaamheden D IV Toetsingscriteria 1. De werken of werkzaamheden, als bedoeld in lid D l, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de landschappelijke waarden van deze gronden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast. 2. De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid D l sub c. zijn slechts toelaatbaar indien is vastgesteld, dat het niet mogelijk of wenselijk is, de werken en werkzaamheden te realiseren in bestaande of geprojecteerde zones voor leidingen en/of daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur.
Conclusie Het project is in strijd met het vigerende bestemmingsplan. De voorgenomen bedrijfshal past niet binnen de in artikel 5 opgenomen bestemming “waardevol agrarisch gebied”. De functiewijziging in het projectgebied is beperkt en de gemeente Rotterdam heeft zich in beginsel bereid verklaard om medewerking te verlenen aan een planologische afwijkingsprocedure.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
9
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
4
OMGEVINGSASPECTEN
4.1
Besluit milieueffectrapportage (Besluit m.e.r.) In het Besluit milieueffectrapportage is bepaald dat een milieueffectbeoordeling ook uitgevoerd moet worden als een project belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu heeft. Het gaat dan om een project dat genoemd is in de bijlage onder D van het Besluit m.e.r. In dit geval wordt het plan niet genoemd in deze bijlage. Conclusie Gelet op de omvang van het plan en de ligging van het plan (agrarisch gebied) verwachten wij geen belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu. Verder is het project niet genoemd in bijlage D en wordt het milieubelang in de ruimtelijke onderbouwing voldoende afgewogen. Een nadere beoordeling in een m.e.r. beoordeling is niet nodig.
4.2
Bedrijven en milieuzonering Bedrijven en milieuzonering legt de relatie tussen de milieubelastende activiteiten en de milieugevoelige functies in het gebied en heeft als doel om voorzienbare hinder door milieubelastende activiteiten te voorkomen. Milieuaspecten zoals geluid, geur en stof bepalen voor een belangrijk deel de beleving van de omgevingskwaliteit. Voor milieuzonering in ruimtelijke plannen en projecten geldt: · Het project dient rekening te houden met de bedrijfsvoering van de betreffende bedrijven in de omgeving. · Ter plaatse van gevoelige functies (woningen) dient een acceptabel woon- en leefklimaat te worden gegarandeerd.
Onderzoek Aqua-Terra Nova heeft voor het project een milieuzoneringsonderzoek uitgevoerd (213154/Aqua-Terra Nova 302 BM/JH, d.d.30 september 2013). Doel van dit onderzoek is om te bepalen welke milieuaspecten en risico’s de voorgenomen bouw heeft op uitsluitend milieu en omgeving. De inventarisatie is verricht conform de Wet Milieubeheer.
Wet milieubeheer Op grond van de Wet milieubeheer (Wm) kunnen gemeente en provincie milieu- en veiligheidsafstanden rond inrichtingen/activiteiten vaststellen. Deze afstanden zijn in de milieuvergunning of AMvB van de inrichting/activiteit opgenomen. Dit betreft o.a. voorschriften ten aanzien van geur, geluid en veiligheid. Inrichtingen zijn gehouden aan de voorschriften met betrekking tot gevoelige objecten en (beperkt)kwetsbare objecten. Het Activiteitenbesluit is op 1 januari 2008 van kracht geworden en vervangt een groot deel van de milieuvergunningen en AMvB’s. Richtwaarden milieuzonering De VNG heeft het boekje opgesteld: “Bedrijven en milieuzonering, Handreiking voor maatwerk in de gemeentelijke ruimtelijke ordeningspraktijk” (2009). Deze handreiking geeft informatie over de ruimtelijk relevante milieuaspecten van diverse bedrijfsactiviteiten. Tevens geeft het boekje een richtafstand voor het ontwikkelen van bedrijfsactiviteiten in relatie tot het omgevingstype en voor het inpassen van gevoelige functies nabij bedrijven. Deze afstanden gelden in principe tussen enerzijds de perceelgrens van het bedrijf en anderzijds de gevel van een woning. Bestemmingsplannen Naast de hierboven besproken wettelijke normering en richtafstanden, kunnen er in het kader van het bestemmingsplan eveneens milieuzones zijn vastgelegd. In het vigerende bestemmingsplan is dat niet het geval. Bedrijfstypering Het bedrijf van Van der Knijff valt onder de SBI code 251,331, te weten een constructiewerkplaats. Deze categorie kan onderverdeeld worden in volgnummer 1, gesloten gebouw en volgnummer 2 in de open lucht, < 2.000 m2. Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
10
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Toetsing In het kader van het Activiteitenbesluit zijn er geen grote risico’s verbonden aan deze functies. Het belangrijkste zoneringsaspect betreft de geluidsvoorschriften. Binnen een straal van 100 meter zijn geen bijzondere geluidgevoelige objecten. Het plan heeft geen invloed op de omliggende functies en het woonklimaat is gewaarborgd. Verder valt het bedrijf aan de zuidwest zijde binnen de bestaande milieuzone van het huidige industrieterrein aan de HaakKulkweg. Conclusie Geconcludeerd wordt dat de voorgenomen bouw van de tweede loods geen onacceptabele nadelige invloed zal hebben op de omgeving. Binnen een straal van 100 meter zijn geen bijzondere geluidgevoelige objecten. De ontwikkeling houdt een verbetering in t.o.v. de huidige situatie, zowel wat betreft het aspect geluid als het aspect visuele hinder.
4.3
Wet geluidhinder, wegverkeerslawaai Op grond van de Wet geluidhinder dient bij vaststelling of herziening van een bestemmingsplan ten behoeve van geluidgevoelige objecten, een akoestisch onderzoek te worden uitgevoerd binnen zones van wegen. De Wet geluidhinder stelt regels ten aanzien van de maximaal toelaatbare geluidsbelasting voor gevels van geluidsgevoelige bestemmingen, zoals woningen, ziekenhuizen, bejaardenhuizen en scholen. Onderzoek Aqua-Terra Nova heeft voor het project een akoestisch onderzoek laten uitvoeren (AV .1153 d.d. 17 september 2013). Doel van het onderzoek is het bepalen van de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus en maximale geluidniveaus ter hoogte van de gevels van de dichtstbijzijnde woningen van derden. De optredende geluidniveaus op 4 posities zijn bepaald door middel van overdrachtsberekeningen met methode II.8 uit de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai uit 1999. Resultaten · Uitgaande van de in de onderzoeksrapportage omschreven langtijdgemiddelde geluidnormstelling treedt geen overschrijding op ten gevolge van de inrichting. ·
Uitgaande van de in de onderzoeksrapportage omschreven maximale geluidnormstelling treedt eveneens geen overschrijding op ten gevolge van de inrichting rekening houdend met de in hoofdstuk 8 van het rapport omschreven evaluatie.
·
Uitgaande van de omschreven geluidnormstelling relaterend aan de verkeersaantrekkende werking c.q. indirecte hinder is overschrijding eveneens niet opportuun.
Conclusie Vanuit de Wet geluidhinder bestaat geen bezwaar tegen de realisatie van het project. Een verdere procedure is niet nodig. 4.4
Luchtkwaliteit Voor een aantal stoffen in de lucht gelden wettelijke grenswaarden, welke zijn vastgelegd in hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer (de zogenaamde Wet luchtkwaliteit). De normen zijn gesteld ter bescherming van de gezondheid van de mens. De luchtkwaliteit dient in zijn algemeenheid met uitzondering van de werkplek, bepaald te worden. Het ontstaan van nieuwe knelpunten moet worden voorkomen. De gemeente toetst daartoe nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen expliciet aan de normen uit de wet Luchtkwaliteit. Is de verwachting dat de ontwikkeling zal leiden tot overschrijding van de normen, dan wordt naar een zodanig alternatief gezocht waarmee wordt voldaan aan de norm.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
11
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Van bepaalde projecten met getalsmatige grenzen is vastgesteld dat deze niet in betekenende mate (NIBM) bijdragen aan de luchtverontreiniging. Deze projecten kunnen zonder toetsing aan de luchtkwaliteitsnorm worden uitgevoerd. Een project draagt ‘niet in betekenende mate’ bij aan de luchtverontreiniging als de grens van 3% van de grenswaarde voor de jaargemiddelde concentratie fijn stof en stikstofdioxide niet wordt overschreden. In de algemene maatregel van bestuur besluit NIBM en de regeling NIBM zijn de uitvoeringsregels vastgelegd die betrekking hebben op het begrip NIBM. Daarnaast is in de Regeling NIBM een lijst met categorieën van gevallen opgenomen, die per definitie niet in betekenende mate bijdragen aan de luchtverontreiniging. Het betreft dan specifiek gekwantificeerde bedrijfsactiviteiten of het realiseren van kantoor- en woningbouwlocaties in een maximale omvang. Deze gevallen kunnen zonder toetsing aan de grenswaarden voor de luchtkwaliteit uitgevoerd worden. Het bevoegd gezag kan ook aannemelijk maken dat een gepland project NIBM bijdraagt De voorgenomen bouw van de loods valt onder deze lijst met gevallen en valt daarmee onder het besluit NIBM. Verder onderzoek is dan niet nodig. Conclusie Nader onderzoek naar het aspect luchtkwaliteit is niet noodzakelijk.
4.5
Externe veiligheid Het beleid voor externe veiligheid is momenteel sterk in ontwikkeling. Het externe veiligheidsbeleid van de rijksoverheid (NMP4) richt zich op de beheersing van risico’s voor de omgeving van: · Het gebruik, de opslag en de productie van gevaarlijke stoffen (inrichtingen). · Het transport van gevaarlijke stoffen (wegen, spoorwegen, waterwegen en buisleidingen). · Het gebruik van luchthavens. Externe veiligheid heeft betrekking op de veiligheid van degenen die niet zelf bij de risicovolle activiteit zijn betrokken, maar als gevolg van de activiteit wel risico kunnen lopen. Voor risicovolle inrichtingen is het wettelijk kader vastgelegd in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI) (2004). Het Besluit legt veiligheidsnormen en zoneringen op aan bedrijven (inrichtingen) die een risico vormen voor de omgeving. Betreffende het transport van gevaarlijke stoffen is de circulaire “Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen” (2010) van kracht waarin veiligheidsnormeringen voor het vervoer van gevaarlijke stoffen zijn vastgelegd. Ten aanzien van buisleidingen is sinds 1 januari 2011 een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB), het Besluit Externe Veiligheid Buisleidingen (BEVB) met bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen (REVB) van kracht geworden. Dit besluit vervangt de circulaires voor de risico’s van transportleidingen voor aardgas en brandstoffen. Verder is in 2010 de Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen vastgesteld die ook van toepassing is op buisleidingen. Dit besluit vervangt ook deze circulaire voor zover het buisleidingen betreft. In het kader van de Nota Vervoer gevaarlijke stoffen (2006) zal ook de wetgeving voor transport over weg, spoor, water en via lucht worden vervangen door nieuwe regelgeving. Dit betreft het vastleggen van een zogenaamd Basisnet met gebruiksruimtes en veiligheidszones en het ontwikkelen van nieuwe instrumenten (zorgsystemen en registraties). Momenteel wordt deze regelgeving nader uitgewerkt. Een algemene stelregel omtrent het vervoer van gevaarlijke stoffen is dat het risico verwaarloosbaar is op een afstand groter dan 200 meter van een route aangewezen voor gevaarlijk transport. Onderzoek Aqua-Terra Nova heeft voor het project een externe veiligheidsonderzoek uitgevoerd(213154/Aqua-Terra Nova 301 EV/JH, 30 oktober 2013). Doel van dit onderzoek is te beoordeling of het plan is gelegen binnen een plaatsgebonden risicocontour van een
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
12
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
inrichting in de zin van het Bevi en of het binnen het invloedsgebied ligt. Daarnaast moet gekeken worden of het plan ligt binnen het invloed gebied van een transportroute (weg, spoor, water of buisleiding) waarover gevaarlijke stoffen (o.a. LPG en benzine) worden vervoerd. Tevens wordt besproken dat het project zelf geen externe risico’s veroorzaakt Toetsing Aan de hand van de risicokaart is het plan getoetst aan bovenstaande beleid en wetgeving
Figuur 6: risicokaart Zuid-Holland
Inrichtingen Het gebied ligt buiten het effectgebied van BEVI-inrichtingen. Transportroutes N220 (verbinding N211 ’s Gravenzande naar A20 Maasdijk) De provinciale weg N220 is aangewezen als een route voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg. Over de weg worden vloeibare toxische (LT1 en LT2) en brandbare stoffen (LF1 en LF2) vervoerd. Er worden geen gasvormige brandstoffen (GF1, GF2, GF3) vervoert en ook geen gasvormige toxische stoffen (GT). Het transportdeel Z109 Zijdijk- ‘sGravenzande- A20/N220 ligt op een afstand van 1660 meter van de projectlocatie. Het invloedsgebied is 880 meter. Geconcludeerd wordt dat het projectgebied niet in een invloed zone ligt van een route waar gevaarlijke stoffen over worden vervoerd. De 10-6 contour is 0 meter. Er is geen toename van het groepsrisico. Buisleidingen In de nabijheid van het projectgebied bevinden zich twee relevante aardgastransport leidingen (zie tabel hieronder). Het projectgebied ligt buiten het invloedsgebied van de leidingen. Leiding NAM 411043-016 W-509-01KR-023
Diameter 152,4 0 mm onbek end
Druk
Risicocontour 10-6 >40 bar 95 bar
10 m 5m
Diepte leiding in grond
Afstand tot projectgebied
1 meter 23 1 meter 50
ca. 300 m Ca. 770 m
Tabel 1 veiligheidsafstanden leidingen (Bron: Risicokaart Zuid-Holland)
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
13
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Overige · Het project is direct bereikbaar voor brandweer en hulpdiensten. Explosieven Op de Explosievenkaarten van de gemeente Rotterdam zijn gebieden aangegeven waar een verhoogd risico aanwezig is van explosieven uit de Tweede Wereldoorlog. Het betreft hier de bombardementen kaart, blindgangerkaart en de Risicokaart. Deze geven in grove lijnen verdachte gebieden aan, maar geeft geen indicatie van de aard, omvang en risico. Ten behoeve van het projectplan zullen grondwerkzaamheden tot ca. 1 m worden uitgevoerd. Gelet hierop dient beoordeeld te worden of het project in een risicogebied ligt. Hiervoor is bij de afdeling Beheer Buitenruimte, Leidingenbureau en Beheer Ondergrond van de gemeente Rotterdam een toetsing van het plangebied opgevraagd. Uit dit onderzoek is naar voren gekomen dat op basis van de gegevens op de bombardementenkaart, blindgangerkaart en de Risicokaart Hoek van Holland geconcludeerd wordt dat het risico, ten aanzien van het aantreffen van niet gesprongen explosieven uit de Tweede Wereldoorlog, op de betreffende locatie hoog is. Voor het gehele terrein van Knijff wordt het volgende aangegeven: · Een deel van de locatie (het meest oostelijk gelegen) betreft het profiel van een deel van de voormalige tankgracht. De Risicokaart Hoek van Holland geeft voor dit deel aan dat er van -0,5 meter beneden maaiveld tot -4,5 meter beneden maaiveld allerlei soorten gedumpte explosieven zich kunnen bevinden. Het advies voor grondwerkzaamheden is dat grondwerk tot -0,5 meter beneden maaiveld regulier kan worden uitgevoerd. Voorafgaand aan diepere ontgravingen dient de bodem te worden onderzocht op conventionele explosieven tot de ontgravingsdiepte met een extra veiligheidsmarge van 25 cm. · Een ander deel van de locatie (middendeel) is verdacht op verschoten geschutsmunitie vanaf het maaiveld tot -4,0 m beneden maaiveld. Voorafgaand aan het ontgraven van grond dient de bodem te worden onderzocht op conventionele explosieven tot de ontgravingsdiepte met een extra veiligheidsmarge van 25 cm. · Het westelijk deel van de locatie is verdacht op gedumpte munitie of verschoten geschutsmunitie vanaf het maaiveld tot -4,0 meter beneden maaiveld. Voorafgaand aan het ontgraven van grond dient de bodem te worden onderzocht op conventionele explosieven tot de ontgravingsdiepte met een extra veiligheidsmarge van 25 cm. Dit betekent dat voorafgaande aan de graafwerkzaamheden ter plaatse van de verdachte locatie een onderzoek uitgevoerd moet worden onder begeleiding van een WSCS-OCE gecertificeerd bedrijf. De kosten hiervan komen ten laste van gemeente Rotterdam. Conclusie De locatie is beoordeeld als risico hoog. Dat betekent dat er belemmeringen mogelijk zijn bij het uitvoeren van graafwerkzaamheden. Het heeft echter geen gevolgen voor de feitelijke uitvoering van het plan.
4.6
Water In 2001 is de watertoets verplicht gesteld voor ruimtelijke plannen. Het doel van de watertoets is een goede en evenwichtige afstemming tussen waterbeheer (kwantiteit en kwaliteit) en ruimtelijke plannen te bewerkstelligen. Wanneer knelpunten in de projectvoorbereiding worden gesignaleerd moeten er alternatieve en/of compenserende maatregelen worden genomen in de planontwikkeling en uitvoering. Voor de gemeente Rotterdam is het Waterplan 2 Rotterdam van kracht. Voor de deelgemeente Hoek van Holland is het “Deelgemeentelijk waterplan Hoek van Holland” opgesteld met het Hoogheemraadschap van Delfland en de deelgemeente Hoek van Holland. Het waterplan bestaat uit een beleidsdeel met doelstellingen voor de lange termijn (tot 2030) en doelstellingen op de korte termijn en een waterstructuurvisie, waarin de ruimtelijke vertaling van de maatregelen is weergegeven. Onderdeel van de waterstructuurvisie zijn polderbeschrijvingen en kaarten van de polders.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
14
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Onderzoek Voor het project is een watertoets uitgevoerd door Aqua-Terra Nova (213117/Aqua-Terra Nova 303a WT/MP, d.d. 15 oktober 2013). De waterstudie is opgesteld volgens het waterplan van de gemeente Rotterdam. Proces De waterstudie ten behoeve van de watertoets is in concept voorgelegd aan het Hoogheemraadschap van Delfland. De rapportage is wel ingediend maar is nog niet informeel beoordeeld door het Hoogheemraadschap van Delfland. Veiligheid en waterkeringen Het projectgebied is niet gelegen op of in de nabijheid van een waterkering. Er behoeven ten aanzien van de veiligheid en waterkeringen geen aanvullende maatregelen te worden getroffen. Waterkwantiteit Het verhard oppervlak binnen het projectgebied zal niet toenemen. Het project voldoet daarmee aan de normen van het waterplan van de gemeente Rotterdam. Verder zullen in het projectgebied geen veranderingen optreden welke vallen onder dempingen, vergraven nieuwe watergangen of de aanleg van kunstwerken. Voor de bestemmingsplanwijziging hoeven geen aanvullende maatregelen te worden getroffen, indien de bestemming zoals die nu al in gebruik is, en ook al eerder is vastgelegd, toegepast wordt. In dat geval is er geen sprake is van een planologische verandering en is het “Standstill”principe van kracht. Aangezien het huidige en historische gebruik verhard is, is er geen sprake van een hydrologische verslechtering. Derhalve is het graven van aanvullend water niet van toepassing. Waterkwaliteit en ecologie De huidige kwaliteit van het oppervlaktewater in de polder Nieuwland en Noordland wordt gekenmerkt door een lage aquatisch-ecologische kwaliteit. De waterkwaliteit wordt ook grotendeels beïnvloed door de uitwaterende bedrijven uit overwegend het glastuinbouwgebied van het Westland. Afvalwater en riolering Ten behoeve van het plan zal een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd worden. Hiermee worden afvalwaterstromen uit de nieuwe loods separaat van hemelwaterstromen afgevoerd. De hemelwaterstroom vanaf de nieuwe loods zal worden afgevoerd op de watergang ten zuiden van het perceel. Het plan dient te voldoen aan de Leidraad Riolering West Nederland en de Leidraad aan- en afkoppelen verhard oppervlak en de Beslisboom Aan- en afkoppelen verharde oppervlakten (2003). Onderhoud en bagger Het beheer en onderhoud blijft ongewijzigd, deels Hoogheemraadschap Delfland en deels aangelanden Conclusie Geconcludeerd wordt dat de project voldoet aan de criteria en eisen van de waterbeheerder. Dit is informeel voorgelegd aan het Hoogheemraadschap van Delfland. 4.7
Bodem De provincie Zuid-Holland hanteert bij de beoordeling van bestemmingsplannen de richtlijn dat voorafgaand aan de vaststelling van een bestemmingsplan ten minste het eerste deel van het verkennend bodemonderzoek, het historisch onderzoek, wordt verricht op alle bestemmingen waar een herinrichting wordt voorzien. Indien uit het historisch onderzoek wordt geconcludeerd dat op de betreffende locatie sprake is geweest van activiteiten met een verhoogd risico op verontreiniging, dan dient het volledig verkennend bodemonderzoek te worden verricht. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur op schone grond te worden gerealiseerd.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
15
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Onderzoek Door VanderHelm Milieubeheer is in een eerder stadium een verkennend milieukundig bodemonderzoek uitgevoerd (KNH0101472, d.d. 15 december 2010) conform NEN 5740. Doel van het verkennend bodemonderzoek is het toetsen of er op de onderzoekslocatie mogelijk een bodemverontreiniging aanwezig is en of vervolgacties noodzakelijk zijn. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt het volgende geconcludeerd: · De bodem en het grondwater zijn maximaal licht verontreinigd. Ingevolgde de Wet Bodembescherming zijn aanvullend bodemonderzoek en/of saneringsmaatregelen niet nodig. · Grondverzet dient in overleg met het desbetreffende bevoegde gezag te worden uitgevoerd. Conclusie Op basis van de resultaten uit het onderzoek kan worden geconcludeerd dat de milieu hygiënische kwaliteit van de bodem geen belemmering vormt voor het voorgenomen project.
4.8
Duurzaamheid Duurzaamheid is onder andere zodanig bouwen, renoveren en beheren dat, gedurende de hele kringloop van het bouwwerk en ook het gebruik daarvan, het milieu en de menselijke gezondheid zo min mogelijk negatieve effecten ondervinden. Om een bijdrage te kunnen leveren aan het klimaatprogramma van Rotterdam moet bij het ontwerp van gebouwen rekening worden gehouden met duurzaam bouwen principes en de energieprestatie eisen, als die van toepassing zijn. De ambities op dit vlak zijn opgenomen in het zogenaamde Programma Duurzaam. Bij de bouw van de nieuwe bedrijfsruimte wordt in elk geval zo min mogelijk beton toegepast, omdat dit een eindige grondstof is. Verder wordt, in het kader van energiebesparing vloerverwarming toegepast. Ten slotte wordt aan de rand van het perceel een windsingel aangelegd om zodoende enerzijds het pand meer aan het zicht te onttrekken, maar anderzijds ook om meer ruimte te bieden aan natuur.
4.9
Ecologie Bij ruimtelijke ingrepen dient te worden nagegaan of er planten en dieren voorkomen of worden verwacht, die bedreigd zijn dan wel beschermd zijn in het kader van de Flora- en Faunawet. Daarnaast moet, in het kader van de Natuurbeschermingswet, worden onderzocht of het projectgebied is gelegen in of in de directe omgeving van beschermde natuurgebieden. Deze natuurwetgeving betreft de: · Flora- en faunawet voor beschermde soorten. · Natuurbeschermingswet voor beschermde natuurgebieden. · Nota Ruimte voor het planologisch veiligstellen van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) via de Wet Ruimtelijke Ordening. Onderzoek Aqua-Terra Nova heeft voor het project een Eco-effectscan uitgevoerd (213154/AQT301 FF/TG, d.d. 17 september 2013). De Eco-effectscan heeft als doel te inventariseren of het project in strijd zou kunnen zijn met de natuurwetgeving. Beschermde gebieden Het project ligt buiten de invloedssfeer van beschermde natuurgebieden of ecologische verbindingszones. Een nadere toetsing aan de Natuurbeschermingswet of de Ecologische Hoofdstructuur is niet nodig.
Beschermde soorten Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
16
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Op basis van een locatiebezoek en een literatuurstudie is geïnventariseerd welke beschermde soorten er in het projectgebied aanwezig kunnen zijn. Aan de hand van de projectbeschrijving is getoetst of het project in strijd is met de Flora- en faunawet. De conclusie van de toetsing worden hieronder weergegeven. Tabel 2 geeft een beknopte weergave van de effecten van het project op beschermde soorten volgens de Flora- en faunawet of Habitatrichtlijn. Tabel 2. Resultaten beschermde soorten Soort Wet*
Aanwezig
Effecten op functionaliteit
Wilde planten n.v.t. FF1/FF2 Niet aanwezig n.v.t. Vogels n.v.t. FF3 Niet aanwezig n.v.t. Zoogdieren Algemene grondgebonden FF1/FF2 Niet aanwezig Mogelijk verlies en verstoring verblijfplaatsen zoogdieren Vleermuizen FF3, HRIV Niet aanwezig Geen effect op de functionaliteit Amfibieën n.v.t. FF1/FF2 Niet aanwezig Mogelijk verlies en verstoring verblijfplaatsen Vissen n.v.t. FF2/FF3 Niet aanwezig n.v.t. Overige soorten n.v.t. n.v.t. Niet aanwezig n.v.t. * FF = Flora- en faunawet, tabel 1 t/m 3, categorie 1 t/m 5, HR = Habitatrichtlijn, Bijlage IV
Conclusie Het project heeft geen schadelijk effect op beschermde natuurgebieden, flora of fauna. Het project kan doorgang vinden zonder het treffen van maatregelen.
4.10 Cultuurhistorische aspecten In 1992 is het Verdrag van Malta tot stand gekomen. Doelstelling van het verdrag is de bescherming en het behoud van archeologische waarden. Als gevolg van dit verdrag wordt in het kader van de ruimtelijke ordening het behoud van het archeologisch erfgoed meegewogen zoals alle andere belangen die bij de voorbereiding van het project een rol spelen. Het beleid van de provincie Zuid-Holland met betrekking tot archeologie is vastgelegd in de Nota Archeologie (2008). In de Cultuurhistorische Hoofdstructuur (CHS) is het cultureel erfgoed van de provincie in kaart gebracht. Voor gebieden met (mogelijke) verwachtingswaarden geldt de wettelijke eis dat archeologisch bodemonderzoek vereist is alvorens vergunning voor de voorgenomen activiteit verleend wordt. Onderzoek Ten behoeve van het project is door ArcheoWest aan het Bureau Oudheidkundig Onderzoek (BOOR) gevraagd het bouwplan te beoordelen. Uit de stukken heeft BOOR geconcludeerd dat verder archeologisch vooronderzoek op de planlocatie niet nodig is (brief BOOR 17 september 2013) Conclusie In het kader van de omgevingsvergunning ten behoeve van de activiteit bouwen is verder onderzoek niet nodig
4.11 Verkeer en parkeren Verkeer
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
17
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Het project wordt ontsloten via de Haakweg en is goed bereikbaar. Door het project wijzigt de verkeerssituatie op de omliggende wegen niet. De verkeer aantrekkende werking van de geplande uitbreiding is nihil te noemen. Parkeren Parkeerbehoefte Er is afdoende parkeerruimte op eigen terrein. De geplande uitbreiding heeft geen invloed op de parkeerbehoefte of beschikbaarheid van parkeerplaatsen Conclusie Parkeren gebeurt op eigen terrein. Er zijn geen wijzigingen nodig.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
18
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
5
UITVOERBAARHEID
5.1
Economische uitvoerbaarheid In artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is vastgelegd, dat inzicht gegeven moet worden in de (economische) uitvoerbaarheid van een project. Afdeling 6.4 Wro schrijft voor dat een exploitatieplan moet worden vastgesteld voor gronden waarop een bouwplan is voorgenomen. Hiervan kan worden afgeweken wanneer een anterieure exploitatieovereenkomst is gesloten. De gemeente stelt zich op het standpunt dat het sluiten van een dergelijke overeenkomst in het onderhavige geval niet noodzakelijk is. De uitvoering en daarmee ook de kosten van de voorgenomen ontwikkeling komen voorts geheel voor rekening van de initiatiefnemer die eveneens eigenaar is van de gronden. De gemeente vervult hierin enkel een kaderstellende en toetsende rol. Gelet op het vorenstaande wordt geconcludeerd dat het project financieel uitvoerbaar Conclusie De economische uitvoerbaarheid van de voorliggende buitenplanse afwijkingsprocedure hoeft niet verder te worden aangetoond.
5.2
Maatschappelijke uitvoerbaarheid Overleg In het kader van het voorliggende project zijn de volgende instanties ingelicht: · Provincie Zuid-Holland; · Hoogheemraadschap van Delfland; · Veiligheidsregio.
5.3
Reactie p.m.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
19
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
6
CONCLUSIE
De beoogde nieuwbouw betreft de bouw van een loods van ongeveer 720m2 op de locatie Van der Knijff aan de Haakweg 40 te Hoek van Holland. Deze bouw is ten behoeve van de opslag van hergebruikte kasmaterialen voor de glastuinbouw. Het betreft geen gevoelig object. Het beoogde gebruik is gelijk aan het bestaande gebruik. Aangezien de bestemming nog altijd agrarisch is, terwijl de door de gemeente Rotterdam in een artikel 19 WRO procedure vastgelegde activiteit al geruime tijd ongewijzigd is, is er formeel wel sprake van gewijzigd grondgebruik. Vanuit Provinciaal beleid is het project niet in overeenstemming met de verordening Ruimte. Hiervoor zal een ontheffing moeten worden gevraagd bij Provinciale Staten. De provincie heeft zich in beginsel bereid verklaard deze ontheffing te verlenen onder voorwaarde dat de deelgemeente Hoek van Holland haar medewerking aan de genoemde bouw van een 2e loods verleend. Van aantasting van de bestaande omgevingskwaliteit is geen sprake. De plaatsing van een windsingel aan twee zijden van de nieuw te bouwen loods verbeterd zelfs deze kwaliteit. Vanuit milieuoogpunt bestaan er geen bezwaren tegen het voornemen. Er is een hoog risico op ongesprongen explosieven, die ertoe leiden dat er voorafgaande aan de graafwerkzaamheden onderzoek moet worden uitgevoerd door een WSCS-OCE gecertificeerd bedrijf. Verder zullen de graafwerkzaamheden zelf onder begeleiding van dit SCS-OCE gecertificeerd bedrijf worden uitgevoerd. De kosten hiervoor kunnen worden verhaald op de gemeente Rotterdam. Voor de realisatie van het plan werpt dit echter geen belemmeringen op. Na verlening van de omgevingsvergunning, waartoe dit document dient als ruimtelijke onderbouwing, is het toegestaan de loods op te richten en te benutten voor de beoogde doeleinden.
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
20
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
7
BIJLAGEN · · · · · · · ·
Eco-effectscan, Aqua-Terra Nova, doc. nr. (213154/AQT301 FF/TG, d.d. 17 september 2013. Onderzoek milieuzonering, doc. nr. 213154/Aqua-Terra Nova 302 BM/JH, d.d.30 september 2013 Onderzoek externe veiligheid, doc. nr.213154/Aqua-Terra Nova 301 EV/JH, dd 30 oktober 2013 Waterstudie, doc. nr. 213117/Aqua-Terra Nova 303a WT/MP, 13 augustus 2013 Verkennend milieukundig bodemonderzoek uitgevoerd, doc. Nr. KNH0101472, d.d. 15 december 2010 Archeologisch onderzoek advies brief Archeowest, r. 2013.2014 Vrijstellingsbrief BOOR, kenmerk U201314751 Overeenkomst deelgemeente Hoek van Holland & A.C. Van der knijff d.d. 19 juni 2013
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
21
Ontwerp ruimtelijke onderbouwing Haakweg 40 Hoek van Holland gemeente Rotterdam
Aqua-Terra Nova Projectnummer 213154 Versie 30 0ktober 2013
22