*
Ontmedicalisering Gezondheid voor iedereen
Keuze voor de huisartsgeneeskunde: voor continuïteit voor persoonlijke zorg voor integrale zorg Maar ook: voor het gezonde
WHO definitie gezondheid (1948) “Een toestand van volkomen lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welbevinden en niet slechts de afwezigheid van ziekte of handicap”
Ooit een gezond mens ontmoet?
BMJ artikel 2011, Huber et al: How should we define health?
Pleidooi voor een nieuw concept Health is the ability to adapt and to self manage
Succesvolle adaptatie aan een chronische ziekte, een lichamelijke of mentale beperking: Participeren in (sociale) activiteiten, je ondanks (toenemende) beperkingen gezond voelen
Succesvolle adaptatie aan een chronische ziekte:
Kwaliteit van leven en regie ervaren ondanks beperkingen (disability paradox)
Succesvolle adaptatie aan een chronische ziekte: Voorwaarde: ‘natuurlijke’ veerkracht (resilience) bevorderen (i.p.v. aantasten)
Consequenties van deze visie voor de zorg
Minder nadruk op ‘pure’ gezondheidswinst Meer nadruk op bevorderen/koesteren adaptief vermogen en op zelfmanagement
Meer aandacht voor gewenste functioneren Meer aandacht voor koesteren van de eigen veerkracht en eigen regie
Resilience (veerkracht) is het vermogen van mensen (organisaties of systemen) om zich effectief aan te passen aan tegenslagen zodat ze (blijven) groeien
Hoe resilience te bevorderen? Bij resilience spelen - Persoonlijkheid - Sociale en economische bronnen - Aard/ernst van trauma aandoening - Overtuigingen. levensopvattingen - Vermogen om positieve emoties te ervaren een (beperkte, variabele) rol (George Bonanno)
Hoe kunnen we resilience bevorderen?
Bonanno: weinig effectieve interventies, vaak gefocust op voorkomen negatieve uitkomsten Zoll: mindfulness kan resilience vergroten
Eigen regie
Wat houdt dat in?
Regie volgens zorgverleners
≠ Regie volgens ouderen
Regie volgens zorgverleners Meebeslissen over behandeling, wel/niet opname, wel/niet verwijzen … Zoveel mogelijk zelf doen (wassen, aankleden, koken) autonomie
Regie volgens ouderen Beslissen hoe laat je opstaat en naar bed gaat, wat je bij je ontbijt krijgt … Beslissen waar je je schaarse energie aan besteedt Autonomie
Hoe het verder gaat
19
* Patiënten met LOK die de huisarts zou willen verwijzen naar een somatisch specialist in de verwachting dat er waarschijnlijk niks uit komt
* Graag verwijzing in vroege fase om te voorkomen dat patiënt vastloopt in medisch circuit
20
* Afronden van de zoektocht naar een somatische ziekte als oorzaak voor de klachten
* In kaart brengen van alle klacht dimensies: SCEGS = Somatisch, Cognitief, Emotioneel, Gedrag, Sociaal
* Aandacht voor het verhaal van de patiënt
21
* Brandpunt verleggen van oorzaak-denken naar in stand houdende factoren en naar eigen mogelijkheden (resilience)
* Patiënt en huisarts houvast geven voor verder beleid
22
Doorlooptijd van 4-6 weken 1. Verwijzing door huisarts 2. 1e consult: LOK diagnostiek 3. z.n. aanvullende diagnostiek / verwijzing/ consultatie 4. 2e consult na 3 weken: uitleg en advies
23
Brede klachtexploratie door LOK-huisarts Somatisch: aard, plaats, duur, bijkomende klachten
* vanaf het begin van de klachten * het hele verhaal * eventueel dossier ordenen Gericht lichamelijk onderzoek
24
Brede klachtexploratie door LOK-huisarts Cognities
* eigen verklaring * ideeën over mogelijke oorzaken * verwachtingen beloop * verwachtingen t.a.v. hulpverlening
25
Brede klachtexploratie door LOK-huisarts
*Emoties * ongerustheid/angst * stemming * boosheid, verdriet * catastroferen
26
Brede klachtexploratie door LOK-huisarts
*Gedrag * wat helpt en wat verergert de klacht? * vermijding/ rust * hollen of stilstaan * werkverzuim * hulpzoekgedrag
27
Brede klachtexploratie door LOK-huisarts
*Sociaal * *gevolgen van de klachten: thuis, werk, vrienden, hobby’s
*reacties werk / thuis *invloed stressoren
28
* Op indicatie aanvullend (lab) onderzoek * Op indicatie consulteert LOK-huisarts medisch specialist
* Op indicatie bezoekt patiënt specialist binnen 2wk, specialist rapporteert snel naar LOK-huisarts
29
In tweede consult
* Bespreking bevindingen * Uitleg: wat is er NIET aan de hand (ziekte) en wat is er WEL aan de hand
* * * * *
rol in stand houdende factoren (vicieuze cirkels) belasting/belastbaarheid chronische stress slijpt paden in hersens pijngeheugen conditieverlies, ‘systeemuitputting’
30
In tweede consult
* In hoeverre kan patiënt zich in de uitleg vinden? * Bespreking conceptadvies aan patiënt en huisarts, bedoeling is dat zij samen dit advies uitvoeren
* Brief gericht aan patiënt, ook naar huisarts
31
* < kwart van de patiënten: consult somatische specialist * Onderliggende somatische aandoening ‘ ontdekt’: 1? * + kwart: verwijzing naar 2e lijn GGZ, revalidatie * Driekwart: advies eigen huisarts, andere eerstelijns hulpverlener
* Huisartsen: tevreden, kunnen verder met patiënt * Patiënten: ?
32
*LOK-spreekuur onderdeel ketenzorgprogramma van Vumc/GGZinGeest: soma & psyche
* SOLK cohort: onderzoek naar beloop en factoren die
beloop bepalen, naar resilience, naar verklaringsmechanismen en … effectieve interventies
33
* huisartsen spelen centrale rol in de gezondheidszorg,
* niet als poortwachter, * maar als regisseur, naast de patiënt * en werken met hem/haar aan het koesteren en
bevorderen van dat kostbare adaptatievermogen en de eigen veerkracht
34
*
35
‘Illness is more often a form of expression rather than a surrender to natural causes.’ (John Berger, A fortunate man. The story of a country doctor, 1967)