win een parrot music carkit!
Kijk snel op pagina 23
alles wat je moet weten over metaalbewerking winter 2010 www.metaaljournaal.nl
Ontdek je talent!
Het beroepsonderwijs vernieuwt
Megatransport Specialisten in groot
Hoe word je een succesvol bedrijf? Alles over innoveren
6
Raad en daad
Metaaljournaal Winter 2010
Echte vaklieden willen bijblijven. Wie van zijn vak houdt, wil altijd meer kunnen en meer weten. Om nog betere producten te leveren, om verder te komen in het bedrijf en om het werk uitdagend en afwisselend te houden. Een professional blijft altijd nieuwsgierig naar de ontwikkelingen op zijn vakgebied. Als werkgevers en werknemers samen bespreken bij welke cursussen en opleidingen beiden gebaat zijn, wil OOM hen met raad en daad bijstaan. ‘Raad’ is advies en begeleiding. En bij ‘daad’ komt al snel ook financiële steun om de hoek kijken. OOM heeft daarom meerdere regelingen om bedrijven in de metaal te ondersteunen bij opleiding en ontwikkeling. Eén daarvan, de PTT, hebben we in juni helaas moeten stopzetten wegens onverwacht grote deelname. Enerzijds was dat een positief signaal: werknemers grijpen de kans verder te komen en zien OOM daarbij als partner. Maar helaas was daardoor het budget voor 2009 al binnen een half jaar meer dan op en moesten we de regeling voortijdig opschorten. Het bestuur van OOM heeft de PTT onder de loep genomen en is met een vernieuwde trainingstoelage gekomen die beter beheersbaar en betaalbaar is. U kunt daarover verderop in dit nummer de ins en outs lezen. En meer informatie vindt u op www.oom.nl of in de brochure die naar alle bij OOM aangesloten bedrijven is gestuurd. De doelen van de PTT2010 zijn hoe dan ook dezelfde: het vergroten van vakmanschap in de metaal en het op gang houden van het gesprek tussen werkgevers en werknemers over loopbaanontwikkeling.
Metaaljournaal is een uitgave van het Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor de Metaalbewerking. OOM adviseert over scholing en personeelsbeleid in de metaalbewerking. OOM is de uitvoeringsorganisatie van sociale partners.
Extreme transporten Mammoet Road Cargo vervoert alles, van gigantische kerstbomen tot sluisdeuren. Een dag achter de schermen.
12
De praktijkopleider Joop Labee: ‘Je ziet je leerlingen groeien.’
In het fonds zijn de volgende organisaties vertegenwoordigd: vanuit werkgevers: Koninklijke Metaalunie, Nederlandse Organisatie van ondernemers in het MKB in de metaal Nederlandse Vereniging van Modelmakerijen (NVvM) Nederlandse Vereniging van Ondernemers in het Graveerbedrijf (NVOG) Vanuit werknemers: FNV Bondgenoten De Unie CNV Bedrijvenbond Na schriftelijke toestemming van OOM is het mogelijk delen uit deze publicatie over te nemen.
In dit nummer van Metaaljournaal zien we weer hoe belangrijk scholing, vakmanschap en innovatie zijn voor de branche. Het bleek al uit het rapport dat speciaal voor OOM is geschreven: innovatie is nodig om de branche ook voor de toekomst gezond te houden. En het is te lezen in de reportage die we maakten bij Protonic, een bedrijf dat met niets anders bezig is dan vernieuwing en ontwikkeling. Innovatie is niet mogelijk zonder goede scholing, en dan hebben we het echt niet alleen over de technische universiteiten. Juist ook het praktijkonderwijs op vmbo en mbo-niveau moet ervoor zorgen dat bedrijven goed personeel voor de toekomst kunnen vinden. Het Vakcollege blijkt een welkome aanvulling te zijn op het bestaande aanbod. Bedrijven en leerlingen komen meteen met elkaar in contact waardoor school en praktijk goed op elkaar aansluiten. Dat het werkt, is te zien aan de populariteit van deze praktijkgerichte onderwijsvorm. Maar na het diploma begint het eigenlijk pas echt. Het begin van een leven lang werkend leren. En OOM wil daar graag een bijdrage aan leveren.
14
16 26
De cursist Marco Stallen verdiept zich als werkvoorbereider in 3D-tekenen. Het Vakcollege Leerlingen van het Vakcollege zijn thuis op de werkvloer, want kennis gaat pas leven in de praktijk. Innovatie als core business Protonic Holland BV loopt altijd voor op de wensen van de klant: het is de bedrijfscultuur.
Colofon | Redactie: Edwin Schoemaker | Medewerkers OOM: Linda Roessen, Barbara Verhulst | Redactionele bijdragen: Pepijn Barnard, Evelien Hoekstra, Niels ‘t Hooft, Frank Hylkema, Annemarie Vestering | Tekstcorrectie: Martine Kamsma | Fotografie: Frank Hylkema, Milan Vermeulen, Mark van der Zouw | Ontwerp en productie: Team Hilgersom, Amsterdam | ISSN: 1568-0959
De website van OOM is onlangs volledig vernieuwd. Lees er meer over op pagina 33.
2
>> metaaljournaal winter 2010
illustratie pepijn barbard
Erik Yperlaan, directeur OOM 4 Opening 13 De Vacature 23 Games en Puzzel 24 Duurzaam koelen aan de Zuidas 32 Hang- en Sluitwerk
Postbus 15 2390 AA Hazerswoude-dorp Telefoon: 0172 521 500 Fax: 0172 521 577 E-mail:
[email protected] Web: www.oom.nl
metaaljournaal winter 2010 <<
3
opening Download de brochure op www.oom.nl
Amsterdamse studente wint race met windauto
wat je allemaal kunt met de kracht van de wind.” tegenwind
Dat de auto nooit op de openbare weg te zien zal zijn, heeft te maken met het ontwerp. De auto doet het alleen tegen de wind in, want alleen dan wekt de windmolen genoeg energie op. Heen rijden kan dus wel, maar terug zit er niet in. Het voertuig werd gebouwd in de werkplaats van de Hogeschool. Daar verrichtten de studenten het grootste gedeelte van het werk zelf. “Wij hebben het draaien en frezen voor de constructie van het aluminium frame op ons genomen.
Een docent heeft vervolgens de onderdelen aan elkaar gelast.” Voor de derdejaars student waren de race en de voorbereidingen een geweldige ervaring. “Ik vond het ontwerpen en bouwen superleuk. Al van jongs af ben ik geïnteresseerd in techniek en ik was op school goed in wiskunde en natuurkunde.” Wat Marike na haar studie zal doen, weet ze nog niet. Maar dat het iets met techniek is, staat nu al vast.
‘We wilden laten zien wat je allemaal kunt met de kracht van de wind.’
Coole fiets Electrisch aangedreven fietsen zijn er in vele soorten en maten, maar deze Grace E-Bike is toch wel iets heel bijzonders. Het is eigenlijk ‘s werelds eerste elektrische motorfiets waarmee je gewoon de straat op mag. De aluminium fiets haalt met een volle accu een topsnelheid van ruim 45 kilometer per uur en heeft een actieradius van 40 kilometer. Natuurlijk kun je ook gewoon trappen want het is ook nog eens heel goede fiets. De accu van de 1300 watt lithium-ion aangedreven motor zit verstopt in het frame en heeft maar een uurtje nodig om op te laden. Kijk op www.grace.de voor meer informatie
4
>> metaaljournaal winter 2010
PTT2010 OOM komt met een vernieuwde trainingstoelage: de PTT2010. Deze regeling is een vervolg op de PTT, die in juni wegens onverwacht grote deelname moest worden opgeschort.
Studente Marike Kok (19) heeft Racing Aeolus in Denemarken gewonnen. De zelfgebouwde windauto kwam met een gemiddelde snelheid van dertien kilometer per uur als eerste over de finish. Zes maanden lang werkte Marike met dertien medestudenten van de Hogeschool van Amsterdam aan de Spirit of Amsterdam. Een project in het kader van haar studie Engineering Design & Innovation. Marike: “Onze auto was niet ideaal en het waaide niet zo hard op de dag van de race, maar dertien kilometer per uur bleek toch snel genoeg te zijn om de andere teams, uit Duitsland, Denemarken en Nederland, voor te blijven.” Ook hun auto’s reden allemaal op windenergie. De internationale wedstrijd werd dan ook verreden om windenergie te promoten. “Deze auto zal natuurlijk nooit echt de weg op gaan, maar we wilden laten zien
Nieuwe trainingstoelage:
De doelen zijn dezelfde: het vergroten van vakmanschap in de metaal en het op gang houden van het gesprek tussen werkgevers en werknemers over loopbaanontwikkeling. De vernieuwde regeling focust op opleidingen die de innovatieve kracht van bedrijven vergoten. De vergoeding hiervoor bedraagt maximaal vijftig procent. Voor verplichte cursussen of arbo-, veiligheids- en milieucursussen is de bijdrage relatief lager: ten hoogste 25 procent. Rijopleidingen worden niet vergoed. Ook is de PTT2010 niet bedoeld voor cursussen die door collega’s, zonder betrokkenheid van erkende instituten, worden gegeven. op is op
Bedrijven kunnen voor maximaal twintig procent van het personeel of vijf werknemers de PTT2010 aanvragen. Die bedraagt maximaal 375 euro per persoon per jaar. De PTT2010 is soberder dan de vorige trainingstoelage: het bestuur van OOM wil de regeling betaalbaar, beheersbaar en uitvoerbaar houden. Ook voor de PTT2010 geldt: op is op. In de loop van het jaar wordt bekeken of en hoe de PTT2010 in 2011 een vervolg krijgt.
De nieuwe toelage kan in tegenstelling tot de oude niet meer worden aan gevraagd door werknemers. OOM wil stimuleren dat werkgevers en werknemers samen bespreken bij welke cursussen werknemers én het bedrijf zijn gebaat. De werkgever kan ver volgens via www.mijnoom.nl een aanvraag indienen.
Metaaljournaal.nl is tot de nok gevuld met filmpjes, fotoreports en inspirerende verhalen over jouw vak. Ook vind je hier alles wat je moet weten over opleiding en ontwikkeling. Check de site regelmatig zodat je niets hoeft te missen.
aanvragen
Een aanvraag kan ook gedaan worden via de telefonische helpdesk van OOM (0172 521500), maar de behandeling duurt dan langer. Bij aanvragen via www.mijnoom.nl krijgt het bedrijf binnen tien werkdagen bericht of de PTT2010 wordt toegekend, bij andere aanvragen kan dat tot twintig dagen duren. Aanvragen kunnen bovendien alleen nog maar voorafgaand aan de cursus worden ingediend.
Graafwiel van 50 ton Een bijzondere operatie in Amsterdam. Het graafwiel voor de tunnelboormachine van de Noord/ Zuidlijn werd midden in de nacht met succes ingehesen in de tunnelschacht van 22 meter diep.
OOM heeft nog twee andere regelingen: het OntwikkelBudget en de LeerWerkBijdrage. Ook blijft OOM bedrijven en werknemers adviseren op het gebied van opleiding en ontwikkeling.
Nieuwe voetbaltempel Het Soccer City Stadion, waar volgend jaar de finale van de WK2010 wordt gespeeld, is nog in aanbouw. Het Nederlandse Interbeton is samen met het Zuid-Afrikaanse bouwbedrijf Grinaker-LTA nog druk aan het werk.
Hybride 4x4 Supercar Vergeet de Toyota Prius, als je dan toch zonodig hybride wil rijden, waarom dan niet hierin? Het nieuwe merk Kepler Motors komt met de Motion, een supercar met twee motoren die samen 810 pk leveren. Een 3,5 liter V6 benzinemotor drijft de achterwielen aan met 557 pk, terwijl een 253 pk sterke elektromotor de voorwielen voor z’n rekening neemt. Door het koolstofvezel chassis is het gewicht zeer laag. De Motion sprint van nul tot honderd km/u in tweeënhalve seconden. De auto wordt vanaf dit jaar in een oplage van vijftig stuks met de hand gebouwd. Meer info: www.keplermotors.com
Fietsvliegtuig Zelf een vliegtuig bouwen en er ook nog mee vliegen: het lukte de 19-jarige Jesse van Kuijk uit het Brabantse Budel. Extra bijzonder is dat het toestel helemaal door hem zelf wordt aangedreven.
metaaljournaal winter 2010 <<
5
reportage mega transport
Bij Mammoet Road Cargo draaien ze hun hand niet om voor de meest extreme transporten. Hoe groter, zwaarder en breder, hoe leuker de klus. Onderweg met 424 ton thrusters.
Transportspektakel Vijf meter hoog, acht meter lang en 53.000 kilo zwaar, de loodzware thruster wordt precies op de juiste plek neergezet.
Wat zijn thrusters?
tekst evelien hoekstra foto’s mark van der zouw
10.00 uur In de kantine van Mammoet Road Cargo op een bedrijventerrein in Oudenbosch, zitten Fred Nuisker en zijn collega’s aan de koffie. Vanochtend om zeven uur zijn ze begonnen met het transport van de acht thrusters van elk 53.000 kilo, die moesten van de loods naar een binnenvaartschip, een paar honderd meter verderop. Daarna vertrekt het schip naar de haven van Rotterdam, waar de thrusters worden overgeladen op een containerschip dat ze naar Singapore zal vervoeren. Daar worden ze af geleverd bij de scheepswerf Keppel Fels waar het olieboorplatform Maersk Deliverer in aanbouw is. 6
>> metaaljournaal winter 2010
De thrusters zorgen ervoor dat het platform op volle zee exact op de goede plek blijft liggen. Door de stroming, de wind en de golven drijft het anders weg. De Maersk Deliverer, die in 2010 wordt opgeleverd, is een DSS 21 type semi-afzinkbaar boorplatform, één van de efficiëntste en modernste van dit moment. Het is geschikt voor het boren tot tien duizend meter bij een maximale zeewaterdiepte van drieduizend meter. Het platform biedt plaats aan 180 bemanningsleden. Vergelijkbare types zijn momenteel operationeel in de Golf van Mexico en voor de kust van Australië. Nuisker is rigger, iemand die de taak heeft om de kraanmachinist aan te
sturen. Hij zit er kwiek bij. “Om zeven uur beginnen is voor ons luxe. Geregeld moeten we al om half vier ’s nachts aan de slag.” Gisteren was hij nog bij scheepswerf Shipdock in Amsterdam om sluisdeuren te hijsen, vandaag staat een heel andere klus op het programma. Inmiddels zijn de eerste twee thrusters vanuit de loods naar het binnenvaartschip vervoerd. Nog zes te gaan.
‘Ik moet goed opletten dat ze niet tegen elkaar aanbotsen. Het gaat om gigantische bedragen’
10.35 uur Nol Clarijs hangt het besturingskastje voor de bovenloopkraan nog eens goed om zijn middel. Muziek schalt door de enorme loods. Een van de thrusters heeft Clarijs met kabels vastgemaakt, zodat hij deze met de bovenloopkraan een eindje verderop kan zetten. Deze thruster is nog niet aan de beurt en staat, met een afmeting van bijna vijf meter hoog en ruim acht meter lang, alleen maar in de weg. Clarijs: “Ik moet nog goed opletten ook dat ze niet tegen elkaar aanbotsen en de verf er vanaf gaat. Het gaat om gigantische bedragen.” Jarenlang was Clarijs chauffeur bij het bedrijf, nu is hij met prepensioen. “Maar niet
De acht thrusters die naar de zee haven van Rotterdam en uiteindelijk naar Singapore worden vervoerd, vormen het aandrijvingssysteem voor een booreiland. Ze zijn gemaakt door Wärtsilä, het Finse bedrijf dat scheepsmotoren bouwt. Opdrachtgever is het Deense Maersk Drilling, dat de thrusters nodig heeft om een van haar olieboorplatformen op zijn plek te houden op volle zee. De elektrisch aangedreven thrusters worden aangestuurd door een geavanceerd computersysteem dat de golfslag, windsnelheid en stroming analyseert. Met behulp van GPS wordt het platform door de thrusters op exact de juiste positie gehouden De thrusters worden elk aangedreven
door een 4000 kW electromotor en kunnen in iedere willekeurige richting (360°) een stuwkracht tussen 0 en 80 ton genereren. De thrusters zijn zo ontworpen dat ze onder water kunnen worden gemonteerd zodat onderhoud op locatie kan plaatsvinden.
metaaljournaal winter 2010 <<
7
reportage mega transport
Chauffeur Cor Holleman bevestigt kettingen aan de thruster.
In de loods in Oudenbosch.
Specialist in groot Mammoet Road Cargo was tot 2001 onderdeel van de Nederlandse multinational Mammoet en is nu een zelfstandige onderneming. Het voormalige moederbedrijf is een internationale specialist in het hijsen en transporteren van grote en zware objecten. Mammoet is bekend van onder andere de berging van de Russische onderzeeboot Koersk, in 2001. Mammoet Road Cargo is nog altijd de huisleverancier van Mammoet. Als er voor Mammoet een kraan verplaatst moet worden, voert Mammoet Road Cargo het transport uit. Voor een mastenkraan, een enorm bouwwerk, kunnen wel tachtig speciale transporten nodig zijn. Mammoet begon in 1973 – toen heette het nog de Koninklijke Nederlandse Stoomboot Maatschappij (KNSM) – als specialist in zwaar transport over de weg. Het hoofd kantoor, De Bolder, staat in Schiedam en werd in 2001 in zijn geheel vanaf de werf naar de huidige locatie gevaren. Behalve in Nederland, heeft Mammoet kantoren in NoordAmerika, Zuid-Amerika, Zuid-Afrika, het Midden-Oosten en Azië. Het bedrijf heeft 3200 werknemers.
8
>> metaaljournaal winter 2010
De thruster wordt op de oplegger getakeld.
‘Wij weten gelukkig precies hoe hoog de viaducten zijn waar we onderdoor moeten’
Holleman stuurt zijn oplegger in positie.
het gevaarte vast op de oplegger. Nu kan Holleman er veilig mee op weg naar het binnenvaartschip.
11.10 uur werken kan ik niet. Dus als er iets te doen is, ben ik hier in de loods te vinden.” Als de juiste thruster in de lucht hangt, stuurt Nol hem naar de oplegger van 24 meter lang. Het is nog een hele klus om het loodzware object precies op de juiste plek te laten zakken. Met zijn werkhandschoenen aan helpt chauffeur Cor Holleman een handje mee en na lang passen en meten lukt het. Met enorme kettingen en met behulp van een ratelspanner zetten de mannen
In zijn rode overall klimt Holleman moeiteloos in de cabine van zijn dieplader. “Ja, rijden maar!” roept Clarijs. Behendig stuurt Holleman het voertuig de loods uit en de straat op. Achter zijn bestuurdersstoel ligt een keurig opgemaakt bed, met daaronder een koelkast. Als chauffeur is hij vaak dag en nacht op pad, hij slaapt geregeld hier in de cabine. Deze keer gaat het transport maar over een kort stuk langs de kade, maar ook op de openbare weg kan hij prima uit de voeten met de zesasser. “Bij ladingen met exceptionele
Denis bestuurt de kraan.
afmetingen en gewichten krijg ik begeleidingsvoertuigen mee of politiebegeleiding met zwaailichten. Het is soms echt millimeterwerk. Wij weten gelukkig precies hoe hoog de viaducten zijn waar we onderdoor moeten. Soms moeten we wel eens stoppen om de trailer een stukje te laten zakken, zodat we er precies onderdoor passen.” Voor de uitzonderlijke transporten die Mammoet Road Cargo uitvoert, moeten ontheffingen worden aan gevraagd, omdat de afmetingen groter zijn dan normaal op de weg is toegestaan. Voor transporten in Nederland gaat de Rijksdienst voor Wegverkeer hierover, maar zodra het transport de grens overgaat, is een vergunning van het betreffende land nodig. En
dat zorgt nog wel eens voor logistieke uitdagingen, legt Manager Customer Service Marco Jorissen uit: “In elk land gelden andere regels. Zo mag je in Duitsland met een lading boven bepaalde afmetingen alleen ’s nachts rijden, terwijl je in Frankrijk alleen overdag de weg op mag. Het is in Frankrijk niet toegestaan om over de snelweg te rijden, terwijl dat in Nederland juist wel mag.” Het vraagt dus een zorgvuldige planning als je de romp van een oud Dakotavliegtuig van Spanje naar Utrecht moet vervoeren, zoals het bedrijf een paar jaar geleden deed. “Eén van mijn spectaculairste transporten,” zegt Jorissen. Maar ook de kerstboom van meer dan 25 meter lengte mocht er wezen: “De koninklijke familie had de boom uit
metaaljournaal winter 2010 <<
9
reportage mega transport
de tuin van de koningin beschikbaar gesteld aan het Sophia Kinderziekenhuis in Rotterdam. Wij hebben de boom van de paleistuin naar het ziekenhuis vervoerd. Een heel bij zondere gebeurtenis.” Om scheepsschroeven met excep tionele afmetingen makkelijker te kunnen vervoeren, heeft Mammoet Road Cargo een speciale techniek ontwikkeld. Met een hydraulisch hefkantelsysteem kan het object op zijn zij worden gelegd, zodat het minder breed is tijdens het transport.
11.45 uur ‘Uitzonderlijk vervoer. Pas op: zwenkt uit,’ staat er op de hydraulische kraan aan de kade. In de modder staat Fred Nuisker klaar om de thruster vanaf de oplegger in het ruim van het binnenvaartschip te takelen. Al twee jaar is hij met Dennis Stoutjesdijk een vast duo. De ene dag zit hij op de
kraan en geeft Stoutjesdijk via een portofoon de aanwijzingen, de andere dag zijn de rollen omgedraaid. Als Holleman met zijn oplegger is aangekomen bij het water, kunnen Nuisker en Stoutjesdijk aan de slag. Samen brengen ze de kraan in positie en bevestigen ze de haak van 1700 kilo aan de thruster. Op de boordcomputer van de kraan krijgt Stoutjesdijk alle noodzakelijke informatie binnen, zoals de windkracht en het maximale hijsgewicht. Voorzichtig draait hij de mast van de kraan naar rechts, naar het schip. “Rustig veren,” zegt Nuisker vanaf de richel van het schip door zijn portofoon. “Een beetje zwenken naar links...zo gaat-ie goed.” Stoutjesdijk volgt de aanwijzingen van zijn partner op de centimeter nauwkeurig op en plaatst de thruster precies naast de anderen in het laadruim. Of er wel eens iets misgaat? Nuisker: “Als dat zo zou zijn, doen we iets
verkeerd. Het wordt van tevoren zo nauwkeurig berekend dat het knap is om het in de soep te laten lopen.” Nuisker is bovendien zo ervaren dat hij nergens meer van opkijkt. Al sinds 1976 zit hij op de kraan. Hij hees eerder het dak op de Amsterdam Arena, werkte maandenlang aan het nieuwe Wembleystadion in Londen en deed heel veel ervaring op bij Shell. Voor Stoutjesdijk is het niet anders: “Ik zat nog in de luiers toen ik al in de kraan zat bij mijn vader. Eerst wilde ik onderhoudsmonteur worden, maar werken op de kraan geeft me meer vrijheid. We komen overal. Deze week alleen al zijn we Delfzijl en Geleen geweest.”
12.20 uur Schipper Leonard van Dodewaard verplaatst zijn schip een stukje langs de kade, zodat ook de andere thrusters erin gehesen kunnen worden. Na nog
een aantal uren werken, is de lading compleet en kan Van Dodewaard samen met zijn vrouw vertrekken naar Rotterdam; een vaart die ruim zes uur in beslag zal nemen. Wanneer het containerschip voor de overslag precies in Rotterdam aankomt, weet hij nog niet. Tot die tijd meert hij af in de zeehaven. Over een paar weken zullen de thrusters aankomen op hun voorlopige eind bestemming: Singapore. Nadat de bouw van de Maersk Deliverer is volbracht, wacht volgend jaar een reis naar de kust van West-Afrika, Brazilië, de Golf van Mexico of Oost-Azië, daar wordt het platform operationeel.
Als de laatste thruster in het schip gehesen is, kan de lange reis naar Singapore eindelijk beginnen.
‘Alles wordt zo nauwkeurig berekend, het zou knap zijn om het in de soep te laten lopen’
Schipper Leonard van Dodewaard helpt mee bij het inladen van de thrusters.
Rigger Fred Nuisker geeft de laatste aanwijzigingen aan kraanmachinist Stoutjesdijk.
10
>> metaaljournaal winter 2010
metaaljournaal winter 2010 <<
11
oom-info pactt
tekst evelien hoekstra foto mark van der zouw
Wat doet een praktijkopleider? “Ik ben fulltime praktijkopleider. Mijn taak is om (vmbo)-schoolverlaters vanaf hun zestiende op te leiden tot beroepsbeoefenaar. De opleidingen duren twee jaar, waarbij de theorie wordt afgewisseld met de praktijk. Ik besteed veel aandacht aan het bijbrengen van de juiste beroepshouding. Dat betekent: op tijd komen, werkafspraken nakomen en je houden aan de veiligheidseisen. Het coachen en het stimuleren van de jongens is leuk om te doen. Je ziet ze groeien en zich ontplooien. Natuurlijk richt ik me ook op de inhoud: ik leer ze de fijne kneepjes van het vak.”
de praktijkopleider
Schakel tussen leerling, school en bedrijf
Wat is het belang van de vereniging voor praktijkopleiders? “Heel veel praktijkopleiders hebben niet de luxe die ik heb: ik kan me veertig uur per week bezighouden met het opleiden van leerlingen, veel opleiders moeten het vaak naast hun dagelijkse werkzaamheden doen. Door praktijkopleiders uit het hele land bij elkaar te brengen in een vereniging, kunnen ze ervaringen en kennis met elkaar uitwisselen en problemen samen oplossen.” 12
>> metaaljournaal winter 2010
Met de Economische Barometer geeft de Metaalunie elk (half) jaar informatie over de economische ontwikkelingen binnen het mkbmetaal. De eerste lichtpuntjes lijken zich aan te dienen en veel ondernemers hadden een beter vierde kwartaal dan de rest van het jaar. Dit vertaalt zich ook in het gestegen aantal vacatures in de branche. De Barometer is direct te downloaden op: www.metaalunie.nl
naam:
Joop Labee beroep
Praktijkopleider IHC Merwede gevestigd in:
Kinderdijk internet:
www.ihcmerwede.com
de vacature: service monteurs
Van klus naar klus, van klant naar klant Wie over de Beverwijkse Bazaar loopt, een boodschap doet bij Vomar of Deen, of een voorstelling bezoekt in theater de Vest, komt overal deuren en rolluiken van Nauta tegen. Al vijftien jaar lang is Nauta Deurenservice werkzaam in Noord-Holland. tekst evelien hoekstra
En de samenwerking met scholen? “Met de negen vmbo-scholen in de regio onderhoud ik regelmatig contact. Dat is ook nodig, want we hebben de leerlingen bij IHC hard nodig als toekomstig personeel. Jaarlijks krijgen we ongeveer vijftig nieuwe leerlingen, die in het hele bedrijf aan het werk gaan. Lassers, metaalbewerkers, machinaal verspaners, modelmakers en meubelmakers leiden we op tot vakmensen die voldoen aan onze eisen. Geregeld verzorgen we excursies voor de scholen waar we de mogelijkheden laten zien die ons bedrijf voor hen heeft in de toekomst.” Waarom zijn praktijkopleiders zo belangrijk? “Praktijkopleiders zijn mensen met liefde voor het vak, die graag hun kennis willen delen met anderen. Zij zijn de schakel tussen leerling, school en bedrijf. Ze zorgen voor nieuw talent voor het bedrijf en geven de bedrijfscultuur door.”
economische barometer
PACTT: Vereniging voor praktijkopleiders Pactt is de vereniging voor praktijkopleiders in de metaal-, elektro- en installatietechniek. Pactt wil haar leden vooral de mogelijkheid bieden samen kennis en ervaringen uit te wisselen. Via de website kunnen praktijk opleiders eenvoudig gebruik maken van de internetcommunity Pactt Plaza. Dit platform is speciaal ontwikkeld om elkaar snel te kunnen ontmoeten. Ook worden twee keer per jaar bijeenkomsten georganiseerd bij een bedrijf of locatie in de buurt. Daarnaast biedt Pactt opleidingen en trainingen gericht op hoe je leerlingen kunt motiveren en stimuleren. Het gaat dan om didactische vaardigheden, samenwerken, competentie gericht leren en interculturaliteit. Voor meer informatie zie: www.pactt.nl
Nauta Deurenservice is gespecia liseerd in de montage en het onderhoud van bedrijfsdeuren, rolluiken en garagedeuren. Bedrijfsdeuren en rolluiken hebben veel te verduren. Ze worden intensief gebruikt en moeten dan ook goed onderhouden worden. Erica Nauta: “Een goede keuze voor het type deur en de montage zijn heel belangrijk.” Als aanvulling op het team van zes man is Nauta Deurenservice op zoek naar een servicemonteur met een middelbare technische opleiding of vergelijkbare ervaring. De werkzaamheden bestaan uit reparatie en onderhoud van bedrijfsdeuren en rolluiken. Een mooie, afwisselende baan, volgens Nauta: “Je hebt veel vrijheid maar ook veel verantwoordelijkheid en bent veel buiten de deur. Op weg van klus naar klus, van klant naar klant.”
goede en betrouwbare monteurs.” Het bedrijf heeft een 24 uursservice. Bij problemen of schade staat een vakman van Nauta Deurenservice zo snel mogelijk bij de klant op de stoep.
groot en divers
Het klantenbestand van het bedrijf is groot en divers. Meer dan vijftig vestigingen van Vomar en Deen Supermarkten, de Provincie NoordHolland, Rijkswaterstaat, Connex xion, garagebedrijven, aannemers, agrarische bedrijven en vele particulieren. In de showroom van Nauta in Noord- Scharwoude staat een grote hoeveelheid garagedeuren uitgestald met verschillende designs. Allemaal van hoogwaardige kwaliteit, van Novoferm en Condoor, leverbaar in alle gewenste maten. “Ons bedrijf staat voor kwaliteit. Wij werken alleen met goed materiaal en met
reageren op deze vacature?
Wil je werken bij Nauta Deuren service? Aarzel dan niet en bel met Erica Nauta op 0226-344785 of stuur een mail naar
[email protected]. Je kunt natuurlijk ook op de website kijken: www.nauta-deuren.nl.
metaaljournaal winter 2010 <<
13
de cursist marco stallen
paspoort:
naam
Marco Stallen leeftijd:
34 jaar beroep:
werkvoorbereider bij Denis-Steffens cursus
AutoCad 3d bij CAD & Company in Oosterhout
marco stallen, werkvoorbereider
‘Driedimensionaal leren’ Hij volgde een cursus AutoCad 3D om bij de tijd te blijven, maar hoorde van de docent dat hij achter de feiten aanliep. Marco Stallen: ‘Toch heb ik er veel aan gehad. Mijn werk is er interessanter door geworden, het is niet meer een herhaling van zetten.’
tekst annemarie vestering foto mark van der zouw
Heel even vroeg Marco Stallen zich af of hij rechtsomkeert moest maken. Dat was na het voorstelrondje van de vierdaagse cursus AutoCad 3D, toen de docent hem vertelde dat hij eigenlijk alleen nog maar architecten en interieurontwerpers op cursus krijgt. “Voor werktuigbouwkundigen zijn er inmiddels andere tekenprogramma’s, zei hij, zoals Inventor en Solid Works, die zijn veel beter en sneller.” Marco werkt bij constructiebedrijf Denis-Steffens. Het bedrijf met twintig medewerkers heeft, naast een constructieafdeling, die fundatieframes levert voor pompen en motoren, ook een plaatwerkerij. Daar worden onder andere spoelbakken en transportbanden geproduceerd voor de voedingsen chemische industrie. “Dertien jaar geleden begon ik bij de plaatwerkerij als contructiebank- en plaatwerker. Na een paar jaar werd ik werkvoorbereider. Toen heb ik diverse cursussen gedaan, zoals bedrijfsvoering, werkvoorbereiding en een kennismakingscursus AutoCad.” driedimensionaal
“Omdat het bedrijf met de tijd mee wilde, bood mijn baas me afgelopen zomer de cursus AutoCad 3D aan. Uiteindelijk heb ik er veel aan gehad. Ik kan nu goed werken in 3D en gebruik het programma om werktekeningen
14
>> metaaljournaal winter 2010
te maken voor de werkplaats. Die maakte ik eerst in 2D. Nu teken ik één keer een model en kan ik daar automatisch alle zijaanzichten van opvragen. Mijn werk is er interessanter door geworden; het is niet meer een herhaling van zetten.” “Leren is leuk, je ontdekt weer nieuwe mogelijkheden. In een klein bedrijf is het bovendien belangrijk dat je je blijft ontwikkelen, want iedereen moet op alle fronten inzetbaar zijn. Dat gaat beter met goed geschoolde medewerkers.” Bij Denis-Steffens kan Marco niet meer doorgroeien naar een andere functie. Dat weerhoudt hem er niet van zich te blijven ontwikkelen. “We hebben besloten om van AutoCad over te stappen op Inventor of Solid Works. Die programma’s sluiten beter aan op de praktijk. Als ik bijvoorbeeld een plaatuitslag nodig heb van mijn tekening, dan komt die er met één druk op de knop uitrollen. Bij AutoCad moet je die zelf eerst nog tekenen. Ik wil me verdiepen in welk tekenprogramma ons bedrijf het meeste voordelen biedt. Als we daaruit zijn, ga ik een cursus volgen om me in dat programma te bekwamen.” Meer informatie? Kijk op www.denis-steffens.nl
metaaljournaal winter 2010 <<
15
reportage beroepsonderwijs
Vaklieden van de toekomst Leren is belangrijk, maar kennis gaat pas leven op de werkvloer. Het onderwijs zoekt steeds nieuwe manieren om toekomstige werkgevers te bedienen en leerlingen enthousiast te maken voor de metaal. Drie voorbeelden uit de praktijk van het beroepsonderwijs. Kevin Rijnders en Bob Honout leggen vandaag de laatse hand aan hun meesterproef. tekst evelien hoekstra foto’s frank hylkema
“Meneer, dit past niet.” Bob Honout (15) houdt de onderdelen van zijn pijpklemmetje de lucht in. “Als je nou een accu-boormachine pakt, dan maak je hem passend,” legt docent Rinus Aldenkamp van het Vakcollege uit. Deze ochtend werken zijn vierdeklassers metaaltechniek een paar uur aan het werkstuk. Geconcentreerd zijn de in totaal zestien leerlingen 16
>> metaaljournaal winter 2010
aan het frezen, veilen, passen en meten. Aldenkamp: “Het heeft me wat inspanning gekost, maar nu zijn ze allemaal goed met elkaar aan het werk. Het zijn gemotiveerde gasten.” In het praktijklokaal leggen de leerlingen de laatste hand aan hun meesterproef, zoals de werkstukken hier heten. Al een paar weken zijn ze bezig met het maken van de pijpklem, en
vandaag moet het echt af zijn. Kevin Rijnders (15) staat achter de freesmachine. Hij heeft een beschermende bril op. Met een kwastje veegt hij de ijzersnippers weg, die zijn ontstaan door het gat dat hij net geboord heeft. Hij is helemaal op zijn plek op deze school. “Ik zag op Discovery Channel een reportage over een olieplatform. Daar wil ik later ook
werken. Ik vind lassen heel leuk en wil me specialiseren in lassen onder water. De lesuren lassen op school zijn de leukste van de week.”
‘Hier kan ik met mijn handen werken en hoef ik niet uit de boeken te leren’
Voor Bob en Kevin is dit een gouden opleiding. “Hier kan ik met mijn handen werken en hoef ik niet uit de boeken te leren. We hebben ook wiskunde, Nederlands en natuur kunde, maar dan heeft het wel met ons vak te maken.” metaal in het bloed
Ook Kevin Meijer (16) is verslaafd aan
techniek. Al vanaf zijn veertiende werkt hij na school en in het weekend in een metaalbedrijf. Zijn vader zit ook in de metaal, vandaar. Kevin maakt constructies en frames voor de offshore-industrie, maar ook Corus is een belangrijke klant van het bedrijf waar hij werkt. Dat hij naar het Technisch College zou gaan, was voor hem een uitgemaakte
metaaljournaal winter 2010 <<
17
reportage beroepsonderwijs
Het succes in de praktijk:
Het Metalen Scharnierpunt In samenwerking met het Vakcollege en andere scholen biedt Het Metalen Scharnierpunt (HMS) praktijkgericht techniekonderwijs aan. Docenten van bestaande vmbo- en mbo-instellingen hebben in 2006 de handen ineen geslagen om een nieuwe onderwijsmethode te ontwikkelen. Deze didactiek wordt gebruikt op steeds meer scholen door het hele land. HMS lijkt veel op het Vakcollege: veel praktijkopdrachten die aansluiten bij het bedrijfsleven. Al vanaf het begin maken de leerlingen tijdens excursies en stages kennis met de werkvloer. De beste manier om leerlingen te motiveren, volgens programmamanager Adri Pijnenburg: “Wij geven het soort onderwijs dat de leerlingen en docenten aanspreekt. Het maken van een scooterkrik, een bolderkar of een minibike maakt leerlingen enthousiast. Dan denken ze: wow, techniek is een mooi vak.” uitdagend en aantrekkelijk
Docent Rinus Aldenkamp: ‘Ik gebruik bijna geen boeken.’
Daan Plug.
Als je nog niet kunt kiezen Het idee voor het Vakcollege ontstond in 2007 op initiatief van Hans de Boer (eerder MKB en Taskforce Jeugdwerkeloosheid), Platform Bèta Techniek, het bedrijfsleven, beroepsonderwijs en Stichting Vrienden van het Vakcollege. Er zullen altijd goede vakmensen nodig zijn, dus zal het onderwijs moeten veranderen, was de gedachte. Parallel aan de ontwikkeling van het Vakcollege is een andere stroming ontstaan die zich richt op modern techniekonderwijs. Met het zogenaamde intersectorale programma leren vmbo’ers meerdere kanten van de wereld van de techniek kennen. diversiteit
Terwijl het Vakcollege het onderwijs zo specifiek mogelijk maakt, zoekt het vmbo-intersectoraal het juist in diversiteit. Leerlingen hoeven op die manier niet meteen een concreet vak te kiezen, maar hebben de keus uit brede richtingen waarbij techniek een rol speelt. Onderdelen van de sectoren Techniek, Zorg en Welzijn en Economie worden in samenhang aangeboden.
18
>> metaaljournaal winter 2010
zaak. “Ik was altijd al aan het knutselen en zagen. Klooien met techniek is het mooiste dat er is. Toen een docent op de basisschool zei dat ik hierheen moest, heb ik geen moment getwijfeld.” Inmiddels heeft hij met het geld dat hij heeft verdiend een eigen zeilboot gekocht die in de jachthaven van IJmuiden ligt. De toekomst ziet hij met vertrouwen tegemoet. “Misschien begin ik later wel mijn eigen bedrijf. Maar eerst maak ik school af, ik kan nog heel veel leren. Op mijn werk hebben we bijvoorbeeld geen freesbank, daar kan ik hier goed mee oefenen.”
theorie zonder boeken
Sinds dit schooljaar kunnen leerlingen vanaf hun twaalfde een zesjarige technische beroepsopleiding volgen. De nieuwe leergang in het vmbo/mbo heet het Vakcollege, en moet de grote uitval in het vmbo tegengaan. Je begint als je twaalf bent en op je achttiende heb je een vak geleerd, een diploma op zak en kun je aan de slag bij een werkgever. De opleiding heeft ook theorie, maar die zit altijd vast aan technische opdrachten. Je hebt de theorie nodig voor je schoolwerk, zoals computer tekenen, werken met technische installaties en de fabricage van robots.
‘We willen dat technische talenten ook goed worden in de algemene vakken’
Aldenkamp: “Wij geven hier veel praktijkonderwijs. Ik gebruik bijna geen boeken. Het voordeel is dat je de jongens – want meisjes hebben we helaas nog niet – veel eigen verantwoordelijkheid geeft.” Zo goed als het nu met het Technisch College gaat, zo slecht ging het tot een paar jaar geleden. Toen was de opleiding metaalbewerking zo goed als leeg. Aldenkamp: “Moet je nu zien, we hebben veertig leerlingen en we werken in drie verschillende groepen: lassen, constructiebankwerk en verspanen.” ambacht
Beroepstrots, ambachtelijke kwaliteit, kleinschaligheid en veel praktijkles staan vanaf het eerste jaar centraal. Het Vakcollege biedt jongeren een mix van vakmanschap en meer algemene kennis. De leerlingen van de Vakcolleges halen ook goede cijfers
Bijzonder aan HMS is dat de studenten op een aantal momenten zelf hun praktijkopdrachten kunnen kiezen, zo sluit het leren aan op de talenten van leerlingen en wat ze leuk vinden. “Belangrijk is dat de leerlingen de opdrachten uitdagend en aantrekkelijk vinden, dat werkt enorm motiverend,” zegt Pijnenburg. De leerlingen doorlopen steeds zeven stappen: oriëntatie, definitie, ontwerp, voorbereiden, uitvoeren, oplevering en reflectie. Het zijn dezelfde stappen als in het bedrijfsleven en op het MBO. En de leerlingen worden intensief begeleid door docenten en praktijkopleiders.
De opdrachten worden geleidelijk moeilijker; aan het einde van de opleiding voldoen de leerlingen aan alle einddoelen en hebben ze alle nodige competenties behaald. algemene vorming
Via de praktijkopdrachten van Het Metalen Scharnierpunt wordt ook uitgebreid aandacht besteed aan basisvakken als Nederlands, Engels,wiskunde en natuurkunde. Om de leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op het werkende leven, is er ook veel aandacht voor andere vaardigheden en algemene vorming. Pijnenburg: “We besteden veel aandacht aan zaken zoals op tijd komen, vakdeskundigheid en het goed omgaan met gereedschap en machines.” succes
Het Metalen Scharnierpunt blijkt nu al een succes te zijn. Scholen die ermee werken krijgen zo’n vijftig procent meer elektro- en metaalleerlingen. Een enorme stijging, vindt ook Pijnenburg. “Het doel was om de instroom van studenten in de technische sector van het middelbaar beroepsonderwijs te vergroten en de opleiding naadloos aan het laten sluiten op het MBO en bedrijfsleven. Het is geweldig om te zien dat het concept aanslaat.”
Initiatiefnemers van het HMS zijn het VMBO Platform Metaal en Metalektro, Stichting Consortium Beroepsonderwijs en de Koninklijke Metaalunie. Daarnaast nemen ook CINOP, ECBO, SLO, de O&O-fondsen, zoals OOM, A+O, ENb en KBB Kenteq en het OBM actief deel aan het project. Programmamanager Adri Pijnenburg: “Maar natuurlijk kunnen we niet zonder de organisaties waar het allemaal om begonnen is: de vmbo- en mboinstellingen en het regionale bedrijfsleven uit zeven regio’s.” Het innovatieve onderwijsconcept van het HMS wordt onder andere gebruikt op het Vakcollege. Onlangs ondertekenden de twee een samenwerkingsverband waarin staat dat Vakcollege het didactische onderwijsmateriaal HMS gaat gebruiken voor de doorlopende leerlijn vmbo-mbo. Een dergelijke samen werking is er al met een groot aantal andere scholen in het land.
metaaljournaal winter 2010 <<
19
reportage beroepsonderwijs
Scholing op maat bij het OpleidingsBedrijf Metaal In drie jaar zijn dertien OpleidingsBedrijven Metaal opgericht. En er komen er binnenkort nog drie bij. Bedrijven en vakopleidingen hebben elkaar helemaal gevonden. Om het tekort aan vakmensen in de metaalsector tegen te gaan, is in 2006 het OpleidingsBedrijf Metaal opgericht. In deze OBM’s werken metaalbedrijven in het middenen kleinbedrijf, OOM, de Koninklijke Metaalunie en instellingen voor beroepsonderwijs samen bij het opleiden van personeel. De invoering van het OBM was niet overbodig, volgens André van der Leest van de Metaalunie: “In 2004 bleek dat er een structureel en oplopend tekort aan vakmensen zou ontstaan. Heel zorgelijk. Tegelijkertijd hadden de mkb-metaalbedrijven in Nederland te maken met steeds meer internationale concurrentie. Ook de invoering van het competentiegericht leren in het beroepsonderwijs vroeg om aandacht.” regionaal
Als antwoord op deze ontwikkelingen nam de Metaalunie het initiatief om ondernemers beter bij te staan voor vragen over en hulp bij scholing. Dat leidde tot de oprichting van het OBM: een regionaal loket waar bedrijven terecht kunnen voor informatie over cursussen en opleidingen. Het OBM kan werkgevers de scholing van vakmensen geheel uit handen nemen. Omdat het loket een volledig overzicht heeft van het onderwijsaanbod in de regio, wordt voor elke vakman of -vrouw in opleiding een opleidingstraject op maat gezocht. Ook de administratieve rompslomp, zoals de aanvraag van scholing en van subsidies wordt overgenomen door het OBM. passend aanbod
Het OBM heeft voor ieder individu een passend aanbod. Zo is er een scholingspool voor BBL-leerlingen die nog geen leer-werkovereenkomst hebben, of die nog niet precies weten
20
>> metaaljournaal winter 2010
wat ze willen. Zij maken in deze pool kennis met diverse bedrijven en met verschillende kanten van het vak: ideaal ook voor bedrijven die een allround vakman willen opleiden. Voor leerplichtige medewerkers op mbo-2-niveau is er een nieuwe praktijkopleiding gericht op het ‘echte werk’. De leerlingen zitten nauwelijks nog in de schoolbanken maar brengen hun tijd vooral door in het regionale praktijkcentrum van het OBM. In overleg met de werkgever wordt besloten hoeveel dagen de leerling in het praktijkcentrum doorbrengt en hoeveel dagen op de werkvloer.
bij vakken die hen op een andere school veel meer moeite zou kosten, zoals Nederlands, Engels, wiskunde en natuurkunde. Ruud Porck is al jaren directeur van het Technisch College Velsen. In zijn werkkamer vertelt hij over ‘zijn’ school, die meer is dan een ambachtschool in een nieuw jasje. “Je leert meer dan alleen een vak. Op de ambachtsschool bleef het daarbij, maar bij deze opleiding ontwikkelen leerlingen zich veel breder. We willen dat technische talenten ook goed worden in de algemene vakken.” De directeur legt uit dat veel kinderen nu eenmaal beter leren vanuit de beroepspraktijk. Zij leerden moeilijk op de basisschool, maar komen op het
Vakcollege tot bloei. “Wij krijgen hier heel vaak kinderen op school die zeggen dat ze niet goed kunnen leren. Dan zeg ik: we hebben jouw talent gewoon nog niet ontdekt. Op deze school staan we ervoor dat we recht doen aan de leerstijl van deze kinderen.” Om dat zo goed mogelijk te doen krijgt elke leerling een persoonlijke begeleider toegewezen die hem tijdens het hele opleiding bij blijft staan.
samenwerken met bedrijven
Om de leerlingen zo goed mogelijk voor te bereiden op de toekomst, werkt het Vakcollege nauw samen met de bedrijven in de regio. Vanaf het eerste jaar krijgen ze gastlessen en externe opdrachten en vanaf het derde jaar lopen ze stage, om te beginnen een dag in de week. Zo leren ze al vroeg wat van hen gevraagd wordt als ze klaar zijn met de opleiding. Bovendien kunnen zij
‘Dit is geen klussenbusonderwijs, wij gaan echt diep het vak in’
aandeelhouder
Bedrijven kunnen bij het OBM ook terecht voor loopbaanadvies en stagebegeleiding. Ieder OBM is een BV en bedrijven kunnen aandeelhouder worden. Afhankelijk van de grootte van het bedrijf kunnen aandelen worden gekocht vanaf duizend euro. Als aandeelhouder heeft een bedrijf invloed op het beleid van het OBM. Drie jaar na de invoering zijn er, verspreid over het land al twaalf OBM’s en nog eens drie in oprichting. Een groot succes dus, vindt Van der Leest: “Het concept slaat kennelijk aan en de bedrijven weten de service inmiddels te waarderen.” Opvallend is dat per regio andere accenten worden gelegd. De regionale afstemming is dan ook een deel van het succes. “In de ene regio is bijvoorbeeld veel vraag naar BBLleerlingen, of mbo- en hbo-stagiairs en minder vraag naar bijscholing van zittend personeel. In een andere regio kan dat juist weer omgekeerd zijn. Het is de kracht van elk OBM om in de regio de bestaande opleidingen aan te vullen en met de instituten samen te werken. Zo kan de vraag van de bedrijven effectief en efficiënt worden ingevuld.”
Docent Leendert Noordzij: ‘Ik ben trots dat we zo’n goed uitgeruste werkplaats hebben.’
metaaljournaal winter 2010 <<
21
games en puzzel
reportage beroepsonderwijs
modern warfare 2 platform:
In elk nummer bespreken we de beste game van het moment, die je kunt spelen op spelcomputer of pc. Dit keer oorlogsgame Modern Warfare 2.
Playstation 3, Xbox 360, Windows prijs
€ 55 - 60
In Call of Duty: Modern Warfare 2 beleef je een hedendaagse oorlog van dichtbij. Het verhaal van het spel brengt je naar verre uithoeken over de hele wereld. Van het vliegveld van Moskou, waar terroristen een bloedbad aanrichten, en de sloppenwijken van Brazilië, tot aan Washington DC, dat helemaal aan puin is geschoten.
Explosief spektakel
Je bezoekt een booreiland en een zwaar bewaakt Russisch gevangenisfort. Je moet schieten, maar dat niet alleen: je rent over daken, racet op sneeuwscooters en vaart in Zodiacs. Daarbij krijg je van tijd tot tijd de bediening over op afstand bestuurbaar grof wapengeschut en mag je luchtsteun oproepen.
Modern Warfare 2 Dan is er ook nog de meerspelerstand, waarin je via internet met en tegen elkaar kunt spelen. Zo ontpopt het spel zich tot een competitieve behendigheidssport. Modern Warfare 2 is de populairste game van 2009 – op dag één, half
Woordzoeker
Op onze site speel je mee voor de prijzen!
Op www.metaaljournaal.nl kun je de woordzoeker online invullen. Daar speel je mee voor de Parrot Music Carkit. En als je deze hoofdprijs niet wint maak je altijd nog kans op één van die andere mooie prijzen.
De woorden uit de lijst staan kriskras verborgen in het veld met letters. Als je met alle woorden uit de lijst het letterveld hebt doorgestreept, vormen de overgebleven letters (in de leesrichting) de oplossing van de puzzel.
Stef Brouwer, Bryan Duineveld en Mick Groen.
die ervaringen goed gebruiken op school. Door de contacten met het bedrijfsleven, kan het Vakcollege meegroeien met de vraag van de bedrijven. De school weet precies wat toekomstige werkgevers van hun technici in opleiding verwachten. Rinus Aldenkamp merkt dagelijks hoe belangrijk het is dat zijn leerlingen al zo vroeg te maken krijgen met de echte praktijk. “Ik hoor altijd heel enthousiaste verhalen van de jongens. Ze zijn echt aan die praktijkervaring toe. Als een leerling bij zijn stagebedrijf te horen krijgt dat hij het zo goed doet, maakt dat het alleen nog maar mooier. Dat maakt hem extra trots op zijn vak.” gratis staalresten
Aan de andere kant van het praktijklokaal is een groep leerlingen aan het lassen, onder leiding van docent 22
>> metaaljournaal winter 2010
Leendert Noordzij. Hij zit al meer dan 25 jaar in het onderwijs en weet nog wel een voordeel van de contacten met bedrijven: “We krijgen gratis reststukken staal aangeleverd. Dat scheelt flink in de kosten, want lasonderwijs is duur. Wij knippen die reststukken zelf op maat en dan kunnen de leerlingen ermee aan de slag. Ideaal.” Terwijl Noordzij op zijn kruk een opdracht van een leerling beoordeelt, is de rest aan het werk in hun lasboxen. Daar bewerken ze de stukken metaal. Noordzij: “Er staan zware machines en een diversiteit aan lasapparatuur. Laatst hebben we nog een nieuwe CNC-freesmachine aangeschaft. Ik ben trots dat we zo’n goed uitgeruste werkplaats hebben, waar we de leerlingen optimaal kunnen opleiden.” De leerlingen verlaten de school
met als extraatjes een lasdiploma NIL niveau 1 en een VCA veiligheidsdiploma. Door het beroepsonderwijs op deze manier vorm te geven, zegt Aldenkamp, krijgen de leerlingen echt het ‘harde vak’ in de vingers. “Dit is geen klussenbusonderwijs, wij gaan echt diep het vak in. Daar hebben de bedrijven ook meer aan. Anders weet een leerling van alles een beetje, de leerlingen die wij hebben opgeleid in de metaalbewerking, zijn echte vakkanjers.”
‘Een leerling die bij zijn stagebedrijf te horen krijgt dat hij het zo goed doet, is extra trots op zijn vak.’
protonic olie innovatie tin thruster ton as training techniek machine lassen moer vakman frees stoker regiomanager PTT boor werk Transporten baan evc duurzaam mammoet ict
november, werden er wereldwijd al zeven miljoen stuks van verkocht. Weinig games zijn dan ook zo hoogstaand en mooi uitgevoerd. Zelden gebeurt er in games in zo korte tijd zo veel en ervaar je als speler zo veel verschillende emoties.
M
A
A
Z
R
U
U
D
B
O
O
R
L
A
S
S
E
N
S
R
E
N
E
T
N
A
A
B
O
R
E
R
A
G
I
E
P
V
T
T
M
T
E
M
A
N
T
C
W
R
T
E
S
K
K
N
E
I
A
H
E
P
O
U
O
A
A
N
I
N
V
N
R
C
R
T
V
M
I
E
S
I
O
I
K
H
S
C
O
H
M
E
M
A
N
E
T
O
N
I
C
N
E
A
O
R
N
K
A
S
G
A
N
R
I
T
M
T
I
E
U
E
M
R
F
E
V
C
O
L
I
E
R
T
R
A
N
S
P
O
R
T
E
N
Met deze Parrot Music Carkit kun je in de auto handsfree telefoneren en genieten van je favoriete muziek. De carkit is voorzien van Bluetooth, zodat je je mobiele telefoon draadloos met je carkit kunt verbinden. Ook je iPod, USB-stick en mp3-speler zijn compatible.
Dit zijn de winnaars van de najaarspuzzel: Zakmes: J. Didden uit Drunen, H. Dunnink uit Dalfsen, S. Pouwels uit Almelo, B. Klopper uit Amsterdam, H. Moorlag uit Mussel, J. Wyland uit Sexbierum, F. van der Laan uit Stadskanaal, M. Pietersma uit Kudelstaart, A. Bloos uit Nunspeet, W.J. Braakman uit Laren 100-delige gereedschapsset: R.Aalbertsen uit Langbroek, J. Franken uit Papendrecht, A. Claassen uit Valkenswaard, Ineke Breet uit Blaricum, H. van Bruggen uit Strijen, Radiografisch bestuurbare helicopter: Har Puts uit Roggel
Leer de basisprincipes van elektronica en bouw allerlei leuke projecten met Elektronica voor Dummies.
Digitale klok en fotolijstje in één. Met geheugen voor zestig foto’s.
metaaljournaal winter 2010 <<
23
duurzaamheid koudecentrale
webtip! De stichting Warmtenetwerk is een platform dat gebruik van fossiele brandstoffen wil verminderen door bevordering van warmte- en koudenetten. Op de site van de stichting kun je veel voorbeelden vinden van duurzaam gebruik van energie en warmte: www.koudeenwarmte.nl
Koelte uit het meer Aan de Amsterdamse Zuidas worden kantoren niet meer met energieslurpende airconditioners gekoeld, maar met koud water uit een nabijgelegen meer. Dat zorgt voor een CO2-vermindering van 75 procent.
moderne kantoorgebouwen hebben koelmachines nodig voor een aangenaam binnenklimaat. En de grote aantallen computers en data systemen veroorzaken zo veel warmte, dat ze continu gekoeld moeten worden. Traditionele koeltechnieken verbruiken veel energie en zijn niet erg efficiënt: bij het koelen ontstaat weer warmte en zo blijf je bezig. De gebouwen in de Amsterdamse kantoorwijk De Zuidas worden sinds een paar jaar gekoeld met water dat vanaf een diepte van 35 meter wordt opgepompt uit het nabijgelegen Nieuwe Meer. Dit levert verassend veel rendement op: een vermindering van de CO2-uitstoot van wel 75 procent. Het principe is eigenlijk heel eenvoudig. Vanaf de bodem van De Nieuwe Meer wordt koud water naar warmtewisselaars in een door Nuon ont wikkelde koudecentrale gepompt. Een warmtewisselaar is een apparaat dat warmte van het ene medium, in dit geval water, overbrengt naar het andere. In de hypermoderne centrale, een toonbeeld van instalatietechniek en metaalbewerking, wordt het warme water uit de kantoorgebouwen gekoeld door het koude water van buiten. Het iets opgewarmde buitenwater stroomt daarna weer terug in de Nieuwe Meer. Intussen begint het sterk afgekoelde water van de Zuidas weer aan een nieuwe koelcyclus door de gebouwen. De twee systemen zijn volledig gescheiden, zodat er geen verontreinigd water in het meer kan komen. het hele jaar door
Freddy Heeren is technisch beheerder van de koudecentrale. “We zeggen wel dat we koude leveren, maar het komt erop neer dat we warmte onttrekken uit de gebouwen van de Zuidas en dat lozen in het meer.” Het meer is groot genoeg om deze warmte te absorberen zonder dat het milieu daaronder lijdt. Het opgewarmde water neemt snel weer de temperatuur van het meer aan, het meer herstelt zichzelf. In de winter koelt het water in het meer sterk af, doordat de warmte wordt afgegeven aan de koude lucht. Als de zon schijnt, warmt het water op maar diep in de plas blijft het koud. Het hele jaar door kan er koude uit het meer worden gehaald. Freddy Heeren: “De Nieuwe Meer is eigenlijk een reusachtige warmtewisselaar, waarbij warmte van de kantoorgebouwen van de Zuidas wordt afgegeven aan de atmosfeer, terwijl een voorraad kou ontstaat die nooit op gaat.” tekst en foto: frank hylkema
De Nieuwe Meer met op de achtergrond de Amsterdamse Zuidas.
24
>> metaaljournaal winter 2010
metaaljournaal winter 2010 <<
25
innovatie protonic holland
De werkplaats van Protonic rond lunchtijd.
Innoveren is vooruitdenken
Michiel de Bruijn en zijn zus Tanja van Truijen. ‘Onze vader liep qua innovatie zelfs voor op grote concurrenten zoals Philips, Honeywell en Siemens.’
tekst annemarie vestering foto’s milan vermeulen
Innovatie is van levensbelang voor de metaalbranche. Dat blijkt ook uit onderzoek dat OOM onlangs heeft laten doen. Bij Protonic Holland BV is vernieuwing en kwaliteit onlosmakelijk verbonden met de bedrijfscultuur. 26
>> metaaljournaal winter 2010
Geroezemoes stijgt op uit de kantine; het is lunchtijd bij Protonic Holland B.V. Een groot deel van de ruim vijftig werknemers is gehuld in witte jassen. Geen overall te zien. In de werkplaats, die wel iets weg heeft van een laboratorium, zijn enkele medewerkers achtergebleven. Handmatig zetten zij componenten op printplaten. Maar het overgrote deel van de componentenassemblage wordt automatisch gedaan door enorme machines die in een gecon ditioneerde ruimte onophoudelijk minuscule componenten op de juiste
plek op printplaten plaatsen. Michiel de Bruin werpt een snelle blik op een stapeltje platen en zegt: “Ah, die zijn voor in tractoren.” besturingssysteem
In 2004 namen Michiel de Bruin en zijn zus Tanja van Truijen Protonic over van hun vader. “Ik krijg déjà vu’s,” had vader gezegd. “Het is niet interessant meer, ik stop.” Na banen bij Mobil oil en Honeywell was chemotechicus Ad de Bruin in 1972 zijn eigen bedrijf begonnen: De Bruin Meet- en regeltechniek.
Hij automatiseerde productieprocessen van grasdrogerijen en kalksteenfabrieken, maar had ook klanten zoals linoleumfabriek Forbo, dropfabriek Klene, en patatfabriek McCain. “Vroeger had je in centrale regel kamers een hele wand vol met processchema’s, lichtjes en draaiknoppen. Het was lastig om daarmee het proces te volgen en te sturen. Mijn vader bedacht daarom Promacon; een besturingsysteem waarmee je een overzicht kreeg van het hele proces op een computerscherm. Je kon door het proces scrollen en in realtime
informatie verversen. Je zag bijvoorbeeld de temperaturen in staaf diagrammen lopen.” Nu is dat heel normaal, maar in die tijd was er niemand die dat deed. De Bruin: “Mijn vader liep qua innovatie zelfs voor op grote concurrenten zoals Philips, Honeywell en Siemens.” blijven investeren
Met Promacon werd echter niet voldoende verdiend om de concurrentie het hoofd te bieden. In 1998 ging de stekker eruit. De Bruin: “Dat heeft alles met innovatie te maken. Als de
metaaljournaal winter 2010 <<
27
innovatie protonic holland
klant je onder druk zet, lijkt het een oplossing om je prijs te verlagen. Maar dat is een klap in je nek. Je verliest je marges en je hebt geen budget meer om te investeren in nieuwe productiemethodes en het zoeken van nieuwe materialen. Als je verder wilt, moet je continu geld verdienen om te investeren.” Besloten werd om alle energie te richten op twee andere activiteiten die in de loop der jaren in het bedrijf waren ontwikkeld. Ad de Bruin was al begonnen met het maken en bestucken van printplaten in kleine series. “Dat was uniek destijds. Dat deden alleen de grote bedrijven voor consumentenelektronica, zoals Philips, maar dan in heel grote aantallen.” Daarnaast groeide het aantal op drachten voor het ontwikkelen
‘Als je de prijzen verlaagt, verlies je je marges en budget om te investeren’ van elektronica voor machineen apparatenbouwers en andere opdrachtgevers. Eén van de eerste klanten was Heineken. “We maakten bijvoorbeeld de besturing voor het tappen vanuit kelderbierinstallaties. Dat zijn duizendlitertanks die in evenementenhallen stonden en die werden gevuld met een tankwagen. En we maakten thermostaten voor phyton coolers, die het bier koelden voor het tappen.” internationale klanten
Het huidige klantenbestand van Protonic bestaat vooral uit inter
nationaal opererende bedrijven. De toepassingen voor onder andere luchtgordijnen, landbouwmachines en schuifdeuren gaan de hele wereld over. De Bruin: “Onze klanten zijn meestal gefocust op de mechanica van machines. Voor de elektronische besturing komen ze bij ons. Het gebeurt ook vaak dat ze al een besturing hebben, maar die te duur vinden en tegelijkertijd meer functionaliteit willen. Wij krijgen dan de vraag een product goedkoper en functioneler te maken. Wij moeten dus altijd innoveren.” De besturingsproducten worden ontwikkeld in samenwerking met de machine- en apparatenbouwers. Aan elk product worden allerlei eisen gesteld. Het moet recyclebaar zijn, repareerbaar, veilig, vernietigbaar, efficiënt, et cetera. “Met iedere klant
“Ik hoef onze engineers nauwelijks te stimuleren om zich te blijven ontwikkelen. Zij gaan op eigen initiatief naar congressen of lezingen.”
bekijken we de levenscyclus van het product. Elke fase wordt kritisch onder de loep genomen. Je vraagt je bijvoorbeeld af wat het energie verbruik is in elke levensfase: bij het maken, gebruiken en vernietigen. Je onderzoekt wie er nog meer met het product te maken krijgen, zodat bijvoorbeeld een installateur geen problemen tegenkomt. Pas als we alle eisen in kaart hebben gebracht, gaan we ontwerpen.” Het product dat de klant in handen krijgt, heeft meestal al verschillende aanpassingen achter de rug om het nog efficiënter, functioneler
of veiliger te maken. Klanten merken meestal niets van deze ‘interne revisies’. Protonic gaat door waar de klant allang tevreden is. Waarom? De Bruin: “Wij proberen over de klant heen te denken. Zo zullen we in de toekomst producten moeten ontwikkelen die over de hele levenscyclus veel minder energie gebruiken. Daarvoor is een cultuuromslag nodig, maar die kost tijd. Wij anticiperen nu al op de toekomst.” investering in ontwikkeling
Als toeleverancier moet je goed op de hoogte blijven. Protonic heeft in de
afgelopen jaren met bedragen van vijftigduizend euro per jaar fors geïnvesteerd in opleiding en ontwikkeling van haar medewerkers. “Je moet ervoor zorgen dat je mensen bijblijven. Onze engineers hoef ik overigens nauwelijks te stimuleren om zich te blijven ontwikkelen. Zij gaan op eigen initiatief naar congressen of lezingen.” Daarnaast worden nog tal van andere activiteiten ondernomen om kennis te vergaren. Om op de hoogte te blijven van de laatste technologieontwikkelingen, bezoekt Michiel de Bruin geregeld de Materiaalkring van Syntens. Vader
‘We proberen over de klant heen te denken en te anticiperen op de toekomst’
28
>> metaaljournaal winter 2010
metaaljournaal winter 2010 <<
29
innovatie protonic holland
Vernieuwing in de Metaal
Conclusies en aanbevelingen van ondernemers voor ondernemers: Werk samen
OOM bestaat 25 jaar. Daarom heeft SEO Economisch Onderzoek een portret gemaakt van vernieuwing en kennis-management in het MKB-metaal. Resultaat is het rapport Voor wie niet groot is… een verkenning naar innovatiekracht in het MKB-metaal. Voor het onderzoek is een uitgebreide literatuurstudie gedaan en zijn ruim twintig MKB-metaalbedrijven geïnterviewd. Tijdens de jubileumconferentie van OOM, 3 november op de RDM-campus in Rotterdam, werden de bevindingen gepresenteerd. innovatie is er in soorten en maten
Aan de besturingsproducten worden hoge eisen gesteld: ze moeten recyclebaar zijn, repareerbaar, veilig, vernietigbaar, efficiënt, et cetera.
Ad neemt de andere branchebijeenkomsten voor zijn rekening, zoals DESC van de Koninklijke Metaalunie, Development Club van de FHI (Federatie van Technologiebranches) en de bijeenkomsten van de FME-CWM (Ondernemersorganisatie voor de technologisch-industriële sector). De Bruin: “Mijn vader is ook goed in het netwerken met kennisinstituten. Het is belangrijk om te weten te komen wat er technologisch speelt op lange termijn. En soms kun je proberen subsidie binnen te slepen voor samenwerkingsprojecten tussen het MKB en universiteiten.” De Bruin onderhoudt zelf de contacten met industriële ontwerpbureaus.
Die zijn doorgaans goed op de hoogte van de nieuwste materiaaltechnologieën. De Bruin beoordeelt of deze interessant zijn voor de behuizingen van de besturingen. En dan is er nog de veranderende wetgeving. “Ik moet zelf op zoek naar nieuwe wetten en richtlijnen, zodat we tijdig kunnen beginnen met het implementeren ervan in het ontwerpproces en gericht met ons personeel kunnen omgaan.” bedrijfscultuur
“Innovatie, kwaliteit; het is bedrijfscultuur geworden. Medewerkers weten dat die dingen voorgaan. We proberen zoveel mogelijk mee
te denken met de klant. Als een kostenleider zijn product goedkoper wil, denken we na over welke nieuwe technologieën je kunt gebruiken om materialen te vervangen of het productieproces efficiënter te maken. Wat we bewust niet doen is dat onderdeel uitbesteden aan lagelonenlanden, dan graaf je je eigen graf. Uiteindelijk moet het nog weer goedkoper en als de concurrent dan wel nieuwe materialen heeft gezocht of het efficiënter in elkaar kan zetten, heb je een probleem.” Meer informatie : www.protonic.nl
Wie bij innovatie alleen denkt aan nieuwe producten, heeft het mis. Innovatie is er in soorten en maten. Behalve producten procesinnovatie, kan een ondernemer bijvoorbeeld vernieuwingen doorvoeren in de strategie om de producten en diensten te verkopen (marktinnovatie). Maar hij of zij kan ook veranderingen invoeren die gericht zijn op de tevredenheid, gezondheid en betrokkenheid van werknemers, om daarmee de prestaties van de onderneming te verbeteren (sociale innovatie). Elke innovatie is uniek. Voor wie niet groot is… levert dan ook geen kant en klaar ‘recept’ voor innovatie. Wel schetst het rapport een aantal randvoorwaarden die telkens weer essentieel blijken te zijn: visie en ondernemerschap, kennis en vakmanschap en het stimuleren van creativiteit en persoonlijke ontwikkeling. Dat betekent dat ondernemers bewust maar beheerst risico’s nemen. Dat werkgevers en werknemers elkaar uitdagen in een op de toekomst gerichte dialoog. En dat is nu precies het bedrijfsklimaat waarin vernieuwing ontstaat, waarin scholing rendeert en OOM zijn toegevoegde waarde kan leveren. alleen hard werken is niet voldoende
Rob van Engelenburg is regiosecretaris Zuid-Holland bij de Koninklijke Metaalunie. Als lid van de begeleidingscommissie was hij betrokken bij het onderzoek. “Alleen maar hard werken is niet meer voldoende om als bedrijf te overleven. Bedrijven moeten alert zijn; door kortere communicatielijnen en lagere kosten is het importeren van goederen en diensten gemakkelijker geworden.” Van Engelen legt uit dat bedrijven vroeger vanzelfsprekender de lokale markt bedienden. Nu komt de concurrentie uit onverwachte hoek. “De metaalsector is een praktische, open economie met veel maakproducten. Vaklieden uit India kunnen die ook goed produceren. Innovatie is daarom noodzakelijk, het biedt slagkracht en waarborgt de continuïteit van een bedrijf.”
Samenwerking is de belangrijkste voorwaarde voor innovatie. En die samenwerking is er op alle niveaus: klanten, leveranciers, overheden, concurrenten en kennisinstellingen. Centraal staat de klant. De klant is de belangrijkste bondgenoot. Een zeer groot deel van succesvolle vernieuwingen ontstaat door vragen van klanten. Het samen met de klant doorlopen van het proces, van ontwerp- en prototype tot eindproduct, leidt tot wederzijdse inspiratie en een grotere kans op een succesvol innovatief resultaat. Ook leveranciers van machines zijn een belangrijke bron van kennis. Net als collega’s en concurrenten in de regio: innovatie gaat het snelst als iedereen in de keten innoveert. Daarvoor is de regionale samenwerking noodzakelijk. Trek samen op: ook in het presenteren van de sector aan het onderwijs en de maatschappij.
Benut talent op de werkvloer
Werknemers die vrijheid en verantwoordelijkheid krijgen, zijn meer betrokken en inventiever. De sterke punten van kleine bedrijven – flexi biliteit, enthousiasme en teamgeest – zijn tegelijkertijd de beste condities voor innovatie. Ondernemingen met een open cultuur, waarin waardering bestaat voor elkaars ideeën, vernieuwen sneller. Bedrijven waar een goed onderling contact bestaat, waar oog is voor de continuïteit op langere termijn bieden de beste basis voor vernieuwing.
Kennismanagement
Impliciete, niet vastgelegde kennis, is de norm in het MKB. Als alle kennis in de hoofden van een aantal sleutelpersonen zit, maakt dit afhankelijk en kwetsbaar. Kennis moet dus worden ‘gemanaged’. Naast het hebben van technische vaardigheden is het dan ook steeds belangrijker om toegang te hebben tot informatie en deze te kunnen omzetten in kennis en begrip. Dat geeft bedrijven een voorsprong en zorgt dat ze zich positief onderscheiden van concurrenten.
‘Met het uitbesteden van onderdelen aan lagelonenlanden, graaf je je eigen graf’ 30
>> metaaljournaal winter 2010
metaaljournaal winter 2010 <<
31
hang- en sluitwerk
hang- en sluitwerk
Op deze pagina’s lees je alles over OOM. Wie is mijn regiomanager, welke financieringsregelingen gelden voor mij, wat staat er de komende tijd op de agenda? Wil je weten wat OOM nog meer voor je kan doen op het gebied van ontwikkelen en opleiden? Kijk dan op onze geheel vernieuwde website www.oom.nl.
nu op www.oom.nl:
Dany Jacobs over innovatie
2010
De inzet: eremetaal! Maar ook zonder medaille is deelname goud waard. De Vakkanjers worden beter, zowel technisch als tussen de oren. Bij zulke vakmensen heeft iedereen baat: scholen, bedrijven en niet in de laatste plaats, de Vakkanjers zelf. Deelnemers komen uit alle disciplines van metaalbewerking: van CADtekenen, CNC-draaien en CNC-frezen, tot industriële automatisering/mechatronica en natuurlijk MIG/MAG- en BMBE- of TIG-lassen. Ook vertegenwoordigd zijn machinebankwerken fijnmechanisch, onderhoudsmontage en plaatconstructiewerken.
1-5 februari finale individuele vakken RDM Campus Rotterdam
9-12 maart finale teamwedstrijden Jaarbeurs Utrecht
12 maart prijsuitreiking individuele en teamwedstrijden Vakkanjers
Hoe belangrijk is innovatie in de metaalsector? Naar aanleiding van het jubileumcongres van OOM dat in het teken stond van de innovatiekracht van de branche, sprak Metaaljournaal met Dany Jacobs, bijzonder hoogleraar industriële ontwikkeling en innovatie beleid aan de Universiteit van Amsterdam.
12-16 april
“Innovatie is een een onmisbaar element in de ontwikkeling van de branche. Je moet als sector blijven aansluiten bij de veranderende wensen van de klant en tegelijkertijd ook zelf nieuwe concepten ontwikkelen. Dat laatste wordt wel eens onderschat, maar het is cruciaal om mee te blijven doen. Als je niet mee-innoveert, mis je de boot.” Uit eigen onderzoek concludeerde Jacobs dat iedereen succesvol kan innoveren. Het is geen kwestie van een briljante ingeving, maar van je simpelweg houden aan tien praktische uitgangspunten.”We merkten dat bedrijven die zich aan deze ‘tien geboden’ hielden, veel innovatiesucces hebben.” Jacobs geeft een voorbeeld: “Richt je op de maatschappij. Kijk om je heen. Aan wat voor type product is er behoefte.”
bekendmaking finalisten landbouwmechanisatie
Kijk voor de negen andere tips op www.oom.nl
>> metaaljournaal winter 2010
Nieuwe website OOM gelanceerd
De website van OOM is onlangs volledig vernieuwd. Op de nieuwe site kunnen werknemers en werkgevers op een overzichtelijke manier zien welke diensten OOM verleent. Via de knoppen ‘loopbaanplanner’, ‘cursusaanbod’, ‘vacaturebank’ en ‘OOMregelingen’, vindt de bezoeker nu nog makkelijker alle gewenste informatie. Op de homepage staan de laatste nieuwtjes en via een handige zoekfunctie vindt u snel de naam en con- tactgegevens van uw regiomanager.
De roep om vers talent in de metaal en elektro wordt met de dag sterker: Nederland staat te springen om technische toppers. Inmiddels hebben weer bijna tweehonderd aanstormende vakmensen van roc’s en bedrijven zich ingeschreven voor de VakkanjerWedstrijden 2010.
Agenda Vakkanjerwedstrijden
10 geboden voor succesvol innoveren
32
Vakkanjer Wedstrijden
selectiewedstrijden landbouwmechanisatie
16 april
Skillsmanager Nieuw op de site is de demo van de Skillsmanager. Via deze applicatie (die binnenkort in gebruik genomen wordt) kunnen werknemers zelf het niveau van hun vakmanschap meten. Met een paar muisklikken krijgt u antwoord op de vraag welke cursus u kunt doen om (nog) beter te worden in uw vak. Ook kunt u eenvoudig nagaan welke opleiding u moet volgen
De website van OOM is onlangs volledig vernieuwd.
Regeling behoud jongeren voor de metaal Jongeren zijn onmisbaar in onze bedrijfstak. Ze zorgen voor frisse kennis en productiviteit; hard nodig als de economische crisis voorbij is én als straks een grote groep werknemers met pensioen gaat. Voor bedrijven is het daarom belangrijk te blijven investeren in leerwerkplekken en stageplaatsen. OOM en de sociale partners helpen bedrijven met een speciale nieuwe regeling. Waarom een nieuwe regeling? Misschien kent u de LeerWerk Bijdrage, dit is een bestaande OOM-regeling voor werknemers en leerlingwerknemers die een beroepsopleiding willen gaan doen. De nieuwe regeling is hierop een tijdelijke aanvulling: Alternatieve leerplek (ALP). Het is de bedoeling om de instroom en de opleiding van leerlingen op het niveau te houden dat is bereikt in de afgelopen vijf jaar. Werkgevers kunnen dus een extra bijdrage aanvragen om het aantal leerwerkplekken en stageplaatsen in hun bedrijf aan te bieden. De regeling is bedoeld voor schoolverlaters en stagiairs, maar ook voor herstartende BBL’ers die als gevolg van de economische crisis te maken hebben met een verbroken leerarbeidsovereenkomst. Zij kunnen met de nieuwe regeling een herstart maken bij een ander bedrijf of een andere scholingspool. Zie voor meer informatie over beide regelingen, rekenvoorbeelden en voorwaarden www.mijnoom.nl.
8-11 september
Rekenvoorbeeld leerwerkplek 18-jarige:
finale landbouwmechanisatie (Dutch open)
Loonkosten per jaar (volgens cao) Af: Reguliere bijdrage on-the-job Extra bijdrage sociale partners 2009 Aftrek loonkosten (WVA)* Gekapitaliseerde productiviteit van de leerling
€ € € €
€ 10.405,-
Kosten per leerling per jaar:
€
11 september bekendmaking winnaars
€ 10.550,2.500,1.250,2.655,4.000,-
om in aanmerking te komen voor een andere functie in de sector. De Skillsmanager is gekoppeld aan de cursuscatalogus van OOM en de site van Kenteq, het kenniscentrum voor technisch vakmanschap. De uitkomst kan een goede aanleiding zijn voor een gesprek met de werkgever over opleiding en ontwikkeling. Want je bent nooit te oud om te leren. PTT2010 OOM introduceert op de site ook de vernieuwde PTT2010 trainingstoelage. Vanaf 1 januari wil OOM samen met de werkgever een bijdrage leveren in de scholingskosten van medewerkers, om zo te blijven investeren in vakmanschap. Het principe ‘op is op’ blijft ook op de PTT 2010 van toepassing. In de rubriek OOM & Co komen relaties en betrokkenen aan het woord over opleiden en ontwikkelen in onze branche.
Jonge technici voor de klas Techniek is uitdagend, afwisselend en er is veel goedbetaald werk in te vinden. Dat is de belangrijkste boodschap van de Ambassadeurs van de Techniek die verschillende scholen in Nederland afgaan. De ambassadeurs, studenten en jonge werknemers uit de technische sector, bezoeken scholen van vmbo tot vwo om te vertellen over hun eigen ervaringen. Met als doel de jongeren te interesseren voor een technische studie en een technisch beroep. Reden voor het initiatief: een tekort van tienduizenden technici in de komende jaren.
“Veel jongeren realiseren zich niet hoe belangrijk techniek is voor onze samenleving.” ‘Ambassadeurs van de Techniek’ is een initiatief van Techniektalent.nu (www.techniektalent.nu), het landelijke samenwerkingsverband van 31 organisaties uit de technische sector. TechniekTalent.nu representeert meer dan 100.000 ondernemingen uit de installatie- electrotechniek, metalectro, metaalbewerking, carrosserie, motorvoertuigen, isolatietechniek en goud & zilver. Projectleider Marieke Mulder: “Veel jongeren realiseren zich niet hoe belangrijk techniek is voor onze samenleving. Maar je kunt het zo gek niet bedenken of er zit een brok techniek achter. Van je sportschoenen tot aan je mobieltje. Onze jonge ambassadeurs zijn zelf werkzaam in de techniek en kunnen er enthousiast over vertellen. We hopen dat scholieren daardoor ook gaan nadenken over een studie of baan in de technische sector.”
145,-
Kijk voor meer informatie op www.techniektalent.nu
metaaljournaal winter 2010 <<
33
hang- en sluitwerk
Mijn regiomanager
Het is van groot belang dat de bedrijven en scholen in de metaalbranche goed met elkaar samenwerken. “Een belangrijke ontwikkeling in onze regio is de oprichting van de metaalvakscholen. In Nieuwkoop staat er één en in Delft opent binnenkort een tweede. Het zijn kleine scholen waar je terecht kunt voor korte cursussen maar ook voor mbo-vakopleidingen. Deze scholen hebben de steun nodig van de metaal bedrijven, want het zijn geen overheids instellingen. Daarnaast moet het niet zo zijn dat elk bedrijf weer opnieuw het wiel moet uitvinden. Daarom vind ik het als regio manager van groot belang dat de bedrijven en scholen in de metaalbranche goed met elkaar samenwerken. Daarom wil ik in 2010 bedrijven aanmoedigen om bedrijfskringen te vormen. Ook wil ik volgend jaar aandacht besteden aan POP-workshops, waarbij medewerkers een ontwikkelplan maken. Dit plan wordt besproken tussen werk gever en werknemer. In zo’n gesprek is het overigens niet zo dat opleidings wensen altijd ingewilligd moeten worden. De dialoog is vooral erg belangrijk voor nieuwe inzichten en ideeën. Als werkgever kun je nooit genoeg weten over de mensen aan wie je leiding geeft, is mijn overtuiging.“ Pieter Langeveld is regiomanager Rijnstreek en Haaglanden Telefoon: 06 304 112 11 E-mail:
[email protected]
De regiomanager vertegenwoordigt OOM in uw regio. Bij hem of haar kunt u terecht voor al uw vragen over opleidingen en ontwikkeling. Kijk ook wie uw regiomanager is:
riesland, Groningen, F Drenthe Michiel Jansen Telefoon: 06 537 624 17 E-mail:
[email protected]
Overijssel en de Noordoostpolder: Jan Abbing Telefoon: 06 51 990 828 E-mail:
[email protected]
Utrecht, het Gooi, Flevoland, Veluwe Evert Polhoud Telefoon: 06 519 916 59 E-mail:
[email protected]
Gelderland Johan-Peter Leeuwenburg Telefoon: 06 533 661 48 E-mail:
[email protected]
Limburg Patricia Storms Telefoon: 06 209 568 03 E-mail:
[email protected]
Midden- en Oost-Brabant Marcellino Kat Telefoon: 06 519 908 35 E-mail:
[email protected]
Zeeland en West-Brabant Jet Ruiter Telefoon: 06 519 908 33 E-mail:
[email protected]
Noord-Holland m.u.v. het Gooi Anton Verlaan Telefoon: 06 519 908 30 E-mail:
[email protected]
Rijnmond Houria Belkhadda Telefoon: 06 304 129 83 E-mail:
[email protected]
34
>> metaaljournaal winter 2010
Zo blijf je de concurrent een stap voor
Alle medewerkers van De Jager BV doorliepen een EVC-traject
De metaalsector staat flink onder druk. De belangrijkste troef is personeel. Om erachter te komen waar je staat, moet je weten wat je kunt. Daarvoor is er EVC: Erkenning Verworven Competenties. Frits de Jager liet voor al zijn mensen een opleidingsplan maken. De Jager BV levert rvc-producten aan de voedings- en genotsmiddelenindustrie, de chemiesector en de bouw. De specifieke eisen in deze sectoren vragen vaak creatieve maatwerkoplossingen. Frits de Jager: “Van mijn werknemers verwacht ik dat ze kunnen meedenken met de klant en samen kunnen werken aan het eindproduct. Dat vraagt om een goed team. Dat heb ik en daar ben ik zuinig op. Daarom wil ik met mijn medewerkers investeren in de toekomst.” Met OOM heeft De Jager de competenties van al zijn medewerkers laten onderzoeken. “Op basis daarvan kan ik mensen gericht inzetten en zich verder laten ontwikkelen. Dat is nodig om de concurrentie voor te blijven.”
brengen, is EVC: Erkenning van Verworven Competenties. Er wordt gekeken welke kennis, vaardigheden en professionaliteit iemand in huis heeft, en op basis daarvan wordt een ervaringscertificaat opgesteld. Zo wordt ook duidelijk waar iemand staat ten opzichte van erkende opleidingsprofielen. En dat is dan weer een mooi begin voor een scholingstraject op maat. Om een diploma te halen of zelfs direct een diploma te kunnen ontvangen. Precies dat gebeurde bij De Jager: bijna alle medewerkers konden naar aanleiding van het ervaringscertificaat een diploma aanvragen. En iedereen kreeg gericht scholingsadvies om een niveau hoger te bereiken.
Kennis en vaardigheden Een goed instrument om de competenties van medewerkers in beeld te
EVC als startpunt EVC is duidelijk niet bedoeld als eindpunt, maar eerder als vertrekpunt
voor de ontwikkeling van medewerkers en het bedrijf. Werkgevers worden daarbij geholpen door OOM, maar ook door de EVC-aanbieder, in dit geval Kenteq. De Jager is zeer tevreden: “Er is nu geïnventariseerd waar we staan en we weten waar we naartoe gaan. Binnenkort hebben we functioneringsgesprekken waarbij we het ervaringscertificaat als uitgangspunt nemen. Voor iedere medewerker stellen we dan een persoonlijk ontwikkelingsplan op. De scholingstrajecten moeten onze medewerkers uiteindelijk een diploma op niveau 3 of 4 opleveren.” OOM heeft de afgelopen twee jaar projectmatig bedrijven in NoordNederland geadviseerd en ondersteund bij de inzet van EVC en vervolgscholing. Door te investeren in de menselijke kant van het bedrijf, kunnen bedrijven én werknemers hun positie versterken. Zo kan Nederland concurrerend blijven in een mondiale economie. Geïnteresseerd? Neem dan contact op met de regiomanager van OOM in Noord-Nederland: Michiel Jansen:
[email protected] of met de projectleider van het EVC-project Bram Keuning:
[email protected]
Onderwijsdagen De Ridder Ruim honderdvijftig docenten uit het hele land hebben bij firma De Ridder kennis gemaakt met de nieuwste modellen frees- en draaimachines. Het was de achtste editie van de De Ridder Onderwijsdagen. De Ridder, producent van metaal bewerkingsmachines, geeft al jaren demonstraties voor mensen uit het onderwijs. Terry van Orsouw, productverantwoordelijke van het bedrijf: “Voor onderwijsinstellingen is het belangrijk om bij te blijven, zodat leerlingen leren omgaan met apparatuur die ook op de werkvloer wordt gebruikt. Bovendien is het leuk dat docenten van het vmbo, mbo en hbo elkaar hier kunnen ontmoeten en ervaringen kunnen uitwisselen.” Bij De Ridder waren zowel conventionele als computergestuurde machines te zien. Dit jaar had De Ridder een primeur met de EMCO E-200 Easy Cycle draaimachine. Die was nog
niet eerder te zien in de Benelux. “Dit apparaat heeft een compleet nieuwe besturing.” Een andere primeur was de EMCO Concept Mill 250. Een CNC-bewerkingscentrum dat met name past geschikt is voor mbo en hbo. Daarnaast werden nog twaalf andere machines getoond in het service centrum in Best. Verder konden ook CAD/CAM-software, CNC-programmeersoftware, simulatiesoftware en natuurlijk lesondersteunde programma’s worden bekeken. Samenwerking De Onderwijsdagen 2009 werden gehouden in samenwerking met het bedrijf VDH Machines & Gereedschappen uit Utrecht. Zij werden dit jaar voor het eerst vergezeld door WIA Educational uit Rhoon, die hun CAD/ CAM-software koppelen aan de i-mes
3D-freesmachines van De Ridder. De gedemonstreerde machines en software zijn speciaal geschikt gemaakt voor het onderwijs. Bezoekers konden zien hoe een live koppeling werd gemaakt tussen CAD/CAM-software en diverse CNC-machines. Hiervoor werd gebruik gemaakt van het nieuwe EMCO CAM-concept: een CAD/CAM pakket met een lage drempel dat uitermate geschikt is voor een eerste kennismaking met de wereld van CAD/CAM.
metaaljournaal winter 2010 <<
35
Slim: de scholingspool! “Wat is er nou mooier dan leren terwijl je werkt? De scholingspool maakt het mogelijk, zowel voor mensen die net van het vmbo komen als voor hen die al in de bedrijfstak werkzaam zijn. Wie deelneemt, doet ervaring op bij een of meerdere bij de scholingspool aangesloten OOM-bedrijven. Daarnaast krijg je minimaal twee dagen per week een opleiding buiten het bedrijf. Zowel theorie als praktijk, helemaal toegespitst op jouw niveau en wensen. Het resultaat: binnen 1 à 2 jaar een erkend diploma, praktijkervaring én een baan. Werkgevers die meedoen, zijn op deze manier verzekerd van personeel met kwaliteit. Bovendien krijgen zij van OOM een bijdrage om de extra kosten te dekken. Ik zou zeggen, waar wacht je nog op? Al bijna 200 tevreden leerlingen gingen je voor.” Agnes van Gent, beleidsadviseur onderwijs OOM