2015 Onderzoeksverslag: methoden en technieken
Ronald Paans (
[email protected]) 304825 – Klas 2L
Page
0
6/22/2015
Voorwoord Allereerst wil ik graag bedanken, Jeroen van Gestel. In samenspraak met hem zijn er door ons samen een aantal dingen verwerkt zoals: het interview, de brief en de toestemmingsverklaring. Daarnaast wil ik Rick Nijland en Sybren Mulder, docenten van het vak Methoden & Technieken bedanken. Ook wil ik in het speciaal mijn testpersoon bedanken. Mijn naam is Ronald Paans, ben 20 jaar en studeer Sport, Gezondheid en Management en zit in het tweede jaar. Tijdens blok 3 zal er door mij een onderzoek gedaan worden, dit betreft een onderzoek waarbij de gezondheid van een bepaald persoon in kaart gebracht gaat worden. Het uitvoeren van onderzoek is één van de competenties behorend bij een Sport, Gezondheid en Managementprofessional. In de inleiding wordt er dieper ingegaan op de inhoud van het verslag
Page
1
Ik wens u veel leesplezier!
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Inhoudsopgave Voorwoord .............................................................................................................................................. 1 Inleiding ................................................................................................................................................... 3 1. Doelgroep analyse ............................................................................................................................... 4 2. Methoden ............................................................................................................................................ 6 2.1
Ontwerp................................................................................................................................... 6
2.2
Beschrijving testen .................................................................................................................. 7
3. Resultaten.......................................................................................................................................... 10 4.1
Discussie ................................................................................................................................ 17
4.2
Reflectie ................................................................................................................................. 17
Bijlagen .................................................................................................................................................. 18 Bijlage I: Brief..................................................................................................................................... 18 Bijlage II: Toestemmingsverklaring ................................................................................................... 19 Bijlage III: Semigestructureerd interview .......................................................................................... 20 Bijlage IIII: Evaluatie enquête testpersoon........................................................................................ 22 Bijlage V: Resultaat mentale fitheidstest .......................................................................................... 23
Page
2
Bibliografie ............................................................................................................................................ 24
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Inleiding Uit een onderzoek in 2013 is gebleken dat mannen boven de veertig 60% overgewicht hebben. Daarentegen blijkt dat naarmate vrouwen vaker obesitas hebben (14%) (Sport, 2013). Tijdens dit onderzoek wordt er een beeld geschetst van een man boven de 40 met een blessure of een lichte beperking. Om dit alles in kaart te kunnen brengen, is er gebruik gemaakt van verschillende componenten. Allereerst is er een doelgroep analyse gepleegd dit aan de hand van desk research. Daarna is er een keuze gemaakt uit de verschillende meetinstrumenten. Aan de hand van deze meetinstrumenten zijn er resultaten uit het onderzoek gekomen en heeft de onderzoeker uiteindelijk advies kunnen uitbrengen aan de testpersoon. Het onderzoek is een n=1 onderzoek dit betekent dat er maar 1 testpersoon onderzocht wordt. Aan het einde van dit blok is het de bedoeling een advies aan de testpersoon te kunnen geven. Tijdens dit onderzoek staat het volgende onderwerp centraal:
Mannen tussen de 40 en 50 jaar die een lichamelijke beperking of blessure hebben.
Page
3
Aan de start van het onderzoek heeft de testpersoon een formele brief ontvangen. In deze officiële brief werd een korte uitleg gegeven van het onderzoek. Deze brief is in samenwerking met Jeroen van Gestel samengesteld. Nadat de testpersoon de brief had ontvangen en aangaf mee te willen werken aan het onderzoek, heeft de testpersoon de toestemmingsverklaring ontvangen en ondertekend. Ook heeft de onderzoeker een semigestructureerd interview gezamenlijk met de testpersoon afgenomen. Zowel de formele brief, de toestemmingsverklaring als de semigestructureerd interview zijn terug te vinden in de bijlagen.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
1. Doelgroep analyse Tijdens dit onderzoek staat het volgende onderwerp telkens centraal: Mannen tussen de 40 en 50 jaar die een lichamelijke beperking of blessure hebben. Voor dit onderzoek geldt dat de testpersoon een man van 40+ is en een blessure heeft. De blessure die bij de testpersoon is geconstateerd is een schouderblessure. In bijlage III is gevraagd naar de blessure van de testpersoon. De testpersoon heeft al een aantal jaren last van een gevoelige schouder, maar liet zich telkens niet behandelen. Sinds december 2013 is bij de testpersoon een voorloper van de zogenoemde ‘frozen shoulder’ vastgesteld. Frozen shoulder komt het meest voor bij de leeftijdscategorie van 40 tot en met 65 jaar (NHG, 2015). Zie het kopje pathofysiologie. Frozen shoulder kan als het volgt omschreven worden: de schouder is stijf en dik, ook wordt vaak gezegd dat het een gewrichtsontsteking is waardoor het gewrichtskapsel strakker om het gewricht zit en de bewegingsruimte vermindert. Waardoor dus de bovenarm niet meer flexibel is en niet alle bewegingen meer kan maken (Orthopedie, 2015). Naast het feit dat er een voorloper is geconstateerd bij de testpersoon, werd er ook geconstateerd dat hij last had van verkalking in zijn schouder. De verkalking in de schouder, komt waarschijnlijk doordat er weinig bewegingsruimte is, zoals frozen shoulder veroorzaakt. Doordat er weinig bewegingsruimte is ontstaat er verkalking in de schouder. Dit is vastgesteld na een onderzoek van verschillende artsen. Daarnaast heeft de testpersoon een aantal behandelingen gehad, waaronder een spuit die het kalk moet verdelgen. Volgens de testpersoon zelf is de blessure tot stand gekomen door middel van een aantal factoren. Allereerst moet de testpersoon tijdens zijn werk vaak zwaar tillen. Dit werk doet hij al 25 jaar. Hij is namelijk werkende bij een bouwmarkt. Volgens de testpersoon is dit niet bevorderlijk geweest voor zijn schouder. Daarnaast tennist hij al twee jaar en tijdens het tennissen kreeg de testpersoon ook weleens last. Dit wetende kan er dus geconcludeerd worden dat het doen aan tennissen mee heeft gedragen aan de schouderblessure zoals heden geconstateerd wordt. Of dit ook betekent dat de testpersoon een zogenoemde SEH (wel bekend als sportblessure) heeft, valt niet te concluderen. Dit omdat de testpersoon niet direct zich heeft laten behandelen en dus is het lastig te achterhalen wat precies de boosdoener is geweest.
Page
4
Desalniettemin kan het volgende gezegd worden over de zogenoemde sportblessures SEH, in Nederland. In 2011 werden 1,6 miljoen Nederlanders medisch behandeld voor een sportblessure. Daarvan werden 160.000 behandelingen uitgevoerd door SEH afdelingen van een ziekenhuis.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Figuur 1: SEH-behandelingen voor letsels als gevolg van sportblessures naar leeftijd en geslacht per 100.000 inwoners in 2011 (Bron: LIS).
In figuur 1 hierboven is te zien hoeveel SEH behandelingen werden gedaan naar leeftijd en geslacht. Wat betreft de testpersoon geldt dat hij in de leeftijdscategorie van 45-54 jaar valt. In 2011 werden in totaal 500 (per 100.000 inwoners) SEH behandelingen bij mannen in deze leeftijdscategorie gedaan. Dit is i.v.m. met de vrouwen in deze leeftijdscategorie het dubbele. Volgens het RIVM en het VWS (RIVM, 2011) komen op de SEH-afdeling de volgende sportblessures het meeste voor:
blessures aan schouder, arm of hand (46%, 73.000), waaronder letsel aan hand of vinger (29.000); blessures aan heup, been of voet (39%, 61.000), waaronder letsel aan enkel (25.000) en letsel aan voet/tenen (16.000); blessures aan hoofd, hals of nek (9%, 15.000).
Page
5
Uit dit onderzoek blijkt dus dat de meeste blessures op de SEH- afdelingen, blessures aan schouder, arm of hand zijn. Dit betekent dus voor de testpersoon dat hij hieronder valt en dus geconcludeerd kan worden dat dit een letsel is die vaak voor komt. Ook kan dit dus betekenen dat de schouderblessure ontstaan is doordat de testpersoon tijdens het sporten verkeerde bewegingen heeft gemaakt, zoals hij zelf aangeeft in bijlage III. Uit dit onderzoek blijkt ook nog eens dat bijna twee derde van deze sportblessure behandelingen gedaan worden bij mannen, maar liefst 64% dit betekend 100.000 mannen per jaar.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
2. Methoden In dit hoofdstuk wordt een duidelijke keuze gemaakt in de te raadplegen meetinstrumenten. Daarnaast worden de metingen zo nadrukkelijk mogelijk beschreven. Tijdens deze metingen staan een aantal zaken centraal dit wordt beschreven aan de hand van drie korte vragen: 1. Wat wil je meten? 2. Meet ik wat ik wil meten? 3. Is het betrouwbaar en/of valide? Tijdens de lessen van onderzoek was er een opdracht om te omschrijven wat de begrippen betrouwbaar en valide betekenen. -Validiteit: In welke mate meet het instrument datgene wat het beoogd te meten! De validiteit is onder te verdelen in: interne consistentie (0 tot 1), construct validiteit (0 tot 1) en de testhertest correlatie. -Betrouwbaarheid: de test is betrouwbaar als de test bij een individu, wiens gemeten eigenschap niet verandert, bij herhaalde meting een identieke score oplevert.
2.1
Ontwerp
Om een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen van de testen, wordt hieronder schematisch weergegeven welke meetinstrumenten gehanteerd zijn. Kijkend naar het onderwerp wat centraal staat tijdens het onderzoek: Mannen tussen de 40 en 50 jaar die een lichamelijke beperking of blessure hebben. Over dit onderwerp wil je als onderzoeker meer te weten komen, of wil je iets aantonen. In dit geval is de testpersoon een bekende van de onderzoeker en wil de onderzoeker graag er achter komen hoe het op dit moment is gesteld met de testpersoon. Door dit onderzoek in een later stadia nog weer te raadplegen, kan er gereflecteerd worden op de fysieke gesteldheid op dat moment. Om terug te komen op het ontwerp van dit onderzoek, zijn de volgende testen geraadpleegd. Testen Brief & Toestemmingsverklaring Semigestructureerd interview Par-Q test BMI (Body Mass Index) Hawkins & Kennedy test Disability Rating Index (DRI) Mentale fitheid test PACE test
Status Afgeleverd & ondertekend door testpersoon Gezamenlijk afgenomen Afgenomen en ingeleverd door testpersoon Gezamenlijk afgenomen met tespersoon Gezamenlijk afgenomen met testpersoon Ingevuld gezamenlijk met testpersoon Zelfstandig ingevuld door de testpersoon Ingevuld door de testpersoon
Page
6
Tabel 1: Ontwerp meetinstrumenten
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
2.2
Beschrijving testen
2.1
BMI
Bron: (M., 2012) Wat wil je meten? Met de Body Mass Index kan bij de testpersoon gemeten worden of hij/zij kampt met ondergewicht, overgewicht of obesitas. De formule om dit te meten is gewicht (in kg) gedeeld door lengte (in meters). Zie tabel 2 hieronder voor de uitkomst van deze berekening. Voedingstoestand Ondergewicht Normaal gewicht Overgewicht (graad 1) Matige obesitas (graad 2) Ernstige obesitas (graad 2 Morbide obesitas (graad 3)
Indeling < 18,5 18,5 – 24,9 25,0 – 29,9 30,0 – 34,9 35,0 – 39,9 ≥ 40,0
Tabel 2: voor uitkomst berekening BMI
Meet ik wat ik wil weten? Door middel van de BMI test wil ik graag weten of de testpersoon ondergewicht, overgewicht of obesitas heeft. Daarnaast kan de persoon ook een normaal gewicht hebben. Daarom wil ik graag weten wat de verhouding tussen de lengte en gewicht is. Is het betrouwbaar en/of valide? De Body Mass Index is door verschillende instanties genormeerd zoals onder ander het WHO. Binnen de bepaling van de BMI hebben ook in 2003 nog mutaties plaats gevonden. Desalniettemin zegt de BMI iets over het totale lichaamsgewicht en dus niet direct over vetten en/of over lichaamsbouw/lichaam samenstelling. Over de validiteit valt voor de rest weinig te zeggen. Behalve dat het is samengesteld en onderbouwd door organisaties globaal.
2.2
Hawkins & Kennedy test
Bron: (Gibson, 2005) & Wat wil je meten? Tijdens dit onderzoek, wetende de achtergrond van de testpersoon vanuit de doelgroep analyse, wil de onderzoeker meten hoe flexibel de schouder van de testpersoon nog is.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Page
Door de oefening te doen behorend bij deze test weet ik hoe flexibel uiteindelijk de schouder van de testpersoon is. Dit kan ik meten doordat de testpersoon aangeeft wanneer het pijn doet of wanneer de pijn vermijdend de schouder omhoog komt.
7
Meet ik wat ik wil weten?
Is het betrouwbaar en/of valide? Kijkend naar de test kan gesteld worden dat het betrouwbaar kan zijn indien de test vaker gedaan wordt. Want indien het maar één keer gedaan worden, kan het zijn dat door omstandigheden de test op dat moment niet betrouwbaar is. Dit door bijvoorbeeld een stijve schouder door het slapen etc.
2.3
Par-Q
Bron: (Fysionet, 2015) Wat wil je meten? Met de Hawkins & Kennedy test is er een meting gedaan naar de flexibiliteit van de schouder van de testpersoon. In eerste instantie kan dit niet worden toegekend aan een ‘echte’ fysieke activiteit, zoals bijvoorbeeld sporten. De Par- Q test is er om voor aanvang van het uitoefenen van fysieke activiteiten, te meten en dus te weten of de testpersoon er wel verstandig aan doet om te gaan sporten. Meet ik wat ik wil meten? De Par-Q is een test in de vorm van een vragenlijst. De Par- Q test is in de in het begin van dit onderzoek afgenomen. Aan de hand van deze test kan namelijk vele dingen geconcludeerd worden. Bijvoorbeeld of het onderzoek nog wel kan plaatsvinden. Is het betrouwbaar en/of valide? De betrouwbaarheid kan alleen aan de hand van de antwoorden van de testpersoon gewaarborgd worden. De test wordt door de testpersoon zelfstandig ingevuld. Er wordt vanuit gegaan dat deze naar evenredigheid wordt ingevuld.
2.4
PACE
Bron: (NISB, 2015) Wat wil je meten? De ‘Physician-based Assessment and Counseling for Exercise’ test geeft een inventarisatie van het niveau en gesteldheid van de lichamelijke activiteiten van de testpersoon. Daar komt bij de bereidheid om iets aan zijn of haar leefstijl (voornamelijk gericht op bewegen) te veranderen. Meet ik wat ik wil weten? Ja, want ik wil graag weten hoe mijn testpersoon hier tegenover staat. Kijkend naar zijn blessure maar ook naar zijn andere fysieke gesteldheden. Is het betrouwbaar en/of valide?
Page
8
De betrouwbaarheid kan alleen aan de hand van de antwoorden van de testpersoon gewaarborgd worden. De test wordt door de testpersoon zelfstandig ingevuld. Er wordt vanuit gegaan dat deze naar evenredigheid wordt ingevuld.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
2.5
Disability rating index (DRI)
Bron: (Spangfort, 1994) Wat wil je meten? De DRI kijkt ook naar de fysieke gesteldheid van personen met pijnklachten. Voor mijn onderzoek geldt dat deze test dus een indicatie kan geven van de pijn van de testpersoon. Meet ik wat ik wil weten? Ja, want zoals ik al noem wil ik graag weten in wat voor een graad mijn testpersoon zit qua pijn tijdens fysieke activiteiten of activiteiten waarbij het bewegingsapparaat gebruikt moet worden. Is het betrouwbaar en/of valide? Wederom is deze test betrouwbaar er vanuit wordt gegaan dat de testpersoon deze test naar evenredigheid invult. Wat betreft de validiteit is het volgende bekend: -
2.6
Interne consistentie (0 tot 1): 0.84 (populatie: nek/schouder, lage rugpijn patiënten, n = 69.) Test-hertest correlaties (0 tot 1): r= 0.99 en r= 0.98 Construct validiteit (0 tot 1): 0,38 DRI > N=31 Pearson ICC & 0,46 (DRI vs. Functional Status Questionnaire N=31 Pearson)
Mentale fitheid test
Bron: (Instituut, 2014) Wat wil je meten? Mentale fitheid is de conditie van de geest. Als je mentaal fit bent, zit je lekker in je vel, sta je positiever in het leven, heb je minder last van stress en kun je problemen beter de baas zijn. Daarom meet de onderzoeker de mentale fitheid van de testpersoon. Dit om uiteindelijk in te kunnen zien hoe mentaal fit de testpersoon is. Meet ik wat ik wil weten? Ja, want ik wil naast de fysieke gesteldheid van de testpersoon ook weten hoe hij mentaal gesteld is. Is het betrouwbaar en/of valide?
Page
9
De betrouwbaarheid kan alleen aan de hand van de antwoorden van de testpersoon gewaarborgd worden. De test wordt door de testpersoon zelfstandig ingevuld. Er wordt vanuit gegaan dat deze naar evenredigheid wordt ingevuld.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
3. Resultaten In dit hoofdstuk zullen de resultaten van de 6 verschillende testen weergegeven worden in zoveel mogelijk tabellen en/of figuren. Dit omdat zo een goed beeld en duidelijk beeld van de resultaten gepresenteerd worden. In hoofdstuk 4, conclusie wordt een reactie door de onderzoeker gegeven over de behaalde testresultaten.
3.1
BMI
Voedingstoestand Ondergewicht Normaal gewicht Overgewicht (graad 1) Matige obesitas (graad 2) Ernstige obesitas (graad 2 Morbide obesitas (graad 3)
Indeling < 18,5 18,5 – 24,9 25,0 – 29,9 30,0 – 34,9 35,0 – 39,9 ≥ 40,0
Formule BMI: gewicht in kg/ (lengte in meters * lengte in meters) Op het moment van de meting was de testpersoon zijn gewicht 105 kg en was zijn lengte 1.90 meter Resultaat BMI test: 105 kg / (1.90*1.90) = afgerond 29,09. Dit betekent dat de testpersoon in graad 1 valt, hieronder wordt verstaan overgewicht. Maar zoals in paragraaf 2.1 weerlegd wordt zegt BMI niet altijd direct wat over teveel vetten etc. Het zegt iets over het totale lichaamsgewicht, waaronder dus ook botten en spieren vallen.
3.2
Hawkins & Kennedy test
De Hawkins & Kennedy test kan niet worden gepresenteerd, maar er kan wel een omschrijving worden gegeven over de test. De testpersoon en cliënt hebben over een tijdsbestek van 4 weken, minimaal 1x per week deze test uitgevoerd. In het begin kan geconcludeerd worden dat de testpersoon erg veel last had en de schouder niet tot nauwelijks omhoog kon krijgen. In de laatste week was er al een vordering dit komt voornamelijk door de behandeling en medicatie die de testpersoon tijdens dit onderzoek kreeg.
Page
10
Wegens de privacy van de testpersoon is er een bewuste keuze gemaakt om geen foto’s te maken. Indien u er toch baat bij hebt, kan er contact worden gezocht met de onderzoeker.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
3.3
Par- Q
Wanneer u één of meer vragen met ‘ja’ beantwoordt, moet de lichamelijke inspanning of de test uitgesteld worden. Medische controle of afstemming is dan nodig. Vraag:
Ja
Nee
Is er ooit door een arts geconstateerd dat u last van hart- en vaatziekten heeft en dat u alleen lichamelijke activiteit op advies van een arts moet uitvoeren?
Nee
Heeft u pijn op de borst tijdens lichamelijke activiteit?
Nee
Heeft u in de afgelopen maand last gehad van pijn op de borst in rust?
Nee
Verliest u uw balans als gevolg van duizeligheid of verliest u het bewustzijn wel eens?
Nee
Heeft u bot- of gewrichtsaandoeningen zoals artrose, artritis of reuma die verergeren door inspanning?
Nee
Gebruikt u momenteel medicijnen die door een arts zijn voorgeschreven (bijvoorbeeld plaspillen) in verband met uw bloeddruk of voor uw hart?
Nee
Is er een goede reden die nog niet is genoemd waardoor u niet mee zou kunnen doen aan een activiteiten programma? Zo ja, noem hieronder waarover het gaat?
Ja
Ik heb een schouderblessure en kan niet veel inspannen hierdoor.
Page
11
Bron: ACSM.*
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
3.4
PACE
Stellingen
Keuze die voor de testpersoon van toepassing is, wordt aangekruist en anders toegelicht
X X
Page
12
Op dit moment sport of wandel ik niet regelmatig en ik ben ook niet van plan hier mee te beginnen. Ik sport of wandel niet regelmatig, maar ik ben wel van plan hier mee te beginnen. Gedurende de laatste maand probeer ik af en toe te sporten of te wandelen. Ik heb meer dan een maand af en toe gesport of gewandeld. Ik sport minder dan 2 uur per week matig intensief. De laatste 1 tot 6 maanden heb ik vaker dan 3 keer per week (of meer dan 2 uur per week) matig intensief gesport. Ik heb meer dan 7 maanden vaker dan 3 keer per week (of meer dan 2 uur per week) matig intensief gesport. Ik heb de afgelopen 1 tot 6 maanden 1 tot 3 keer per week intensief gesport. Ik heb de afgelopen 7 tot 12 maanden 1 tot 3 keer per week intensief gesport. Ik heb meer dan 12 maanden 1 tot 3 keer per week intensief gesport. Ik sport meer dan 3 keer per week intensief.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
3.5
Disability rating index (DRI)
X X X X
X X
X X X
Page
13
X
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Mentale fitheid test
Helemaal oneens
Oneens
Neutraal
Eens
1.Ik vind mijn leven zinvol 2. Ik heb mijn doelen in het leven helder voor ogen 3.Mijn leven is een sleur 4. Ik heb voldoende aandacht voor dingen die goed lopen. 5. Ik denk vaak negatief over mezelf. 6. Ik sta regelmatig stil bij de dingen waar ik dankbaar voor ben. 7. Als ik iets ergs meemaak, kom ik er wel weer bovenop. 8. Ik vraag gemakkelijk om hulp als ik er even niet uitkom. 9. Ik heb veel tijd nodig om van een stressvolle gebeurtenis te herstellen. 10. Ik loop niet weg voor mijn problemen. 11. Ik zorg ervoor dat ik voldoende ontspan. 12. Mijn werk- en privébezigheden zijn in balans. 13. Ik doe veel dingen op de automatische piloot. 14. Ik kan genieten van kleine dingen.
Helemaal eens X
X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
14
Vraag:
Page
3.6
Vraag:
Oneens
Neutraal
Eens
Helemaal eens
X
X
X
X
X
X
X
Page
15
15. Ik eet haastig, zonder me ervan bewust te zijn wat ik aan het eten ben. 16. Ik besteed voldoende aandacht aan de mensen om wie ik geef. 17. Ik kan bij mijn familie en/of vrienden terecht als er wat is. 18. Ik kan niet goed voor mezelf opkomen. 19. Ik beweeg tenminste vijf keer per week een halfuur matig intensief (bijvoorbeeld stevig wandelen of fietsen). 20. Ik ben bewust bezig met gezond eten. 21. Ik zit veel achter de computer en/of tv
Helemaal oneens
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
4. Conclusie Tijdens het vak Onderzoek: methoden & technieken en dus ook het onderzoek die door de student vanuit het HIS is gedaan, zijn een aantal bevindingen gedaan. Deze bevindingen slaan op de resultaten die behaald zijn vanuit de zes verschillende testen. Aan de hand van deze resultaten kan er antwoord worden gegeven of uitspraken worden gedaan op de centrale thema die tijdens dit onderzoek centraal stond. Het thema dat tijdens dit onderzoek centraal stond, luidt als volgt:
Mannen tussen de 40 en 50 jaar die een lichamelijke beperking of blessure hebben. Om te beginnen is aan de start van dit onderzoek een doelgroep analyse geraadpleegd. Uit deze doelgroep analyse werd ook al het één en ander helder over de testpersoon. Zoals verschijnselen met het oog op sportblessures en welke sportblessure het meest voor komt. Daarnaast werd in zowel de doelgroep analyse maar voornamelijk uit de interview meer duidelijk over de blessure. Daarnaast was de belangrijkste factor het semigestructureerde interview. Uit dit interview is de onderzoeker nog meer te weten gekomen over de testpersoon zelf. Doordat het tijdsbestek voor dit onderzoek vergoot werd, konden de testjes ook verspreid worden. Dit betekende voor de testpersoon dat hij niet gebonden was en het voor hem niet als verplichting werd gezien. Dit zou ten opzichte van het onderzoek een probleem geweest kunnen zijn. Kijkende naar de testjes kan ik concluderen dat deze telkens naar tevredenheid zijn afgenomen in een relaxte omgeving. Deze verschillende testjes hebben allen weer hun eigen uitkomsten. Uit de BMI test kwam als resultaat dat de testpersoon overgewicht had, hij was hier zelf van tevoren al op de hoogte. De Hawkins & Kennedy test is gedaan, omdat vanuit het semigestructureerd onderzoek naar voren kwam dat de testpersoon een blessure had. Voor de onderzoeker gold dat hij graag wou weten hij erg het daadwerkelijk was en of dit eventueel te verhelpen was. Al snel werd duidelijk dat het verstandig was om verder geen testjes op het gebied van lichamelijke activiteiten te doen.
Page
16
De Par-Q test gaf voor de rest geen indringende antwoorden, alleen dan het feit dat de testpersoon een schouderblessure heeft. Dit was wel een reden om een dokter te raadplegen, maar dit was reeds door de testpersoon al gedaan. Voor de onderzoeker betekende dit dat er bewust geen lichamelijke of fysieke testen tijdens dit onderzoek zijn geraadpleegd. Net zoals de Par- Q test geeft de PACE test een indicatie van de lichamelijke activiteiten die beoefend worden en de wil om zijn of haar leefstijl te veranderen. Uit de PACE test kwam als resultaat naar voren dat de testpersoon niet veel sport en/of beweegt. Vanuit de DRI test kwam naar voren dat het niveau qua pijnklachten van de testpersoon bij lichte maar voornamelijk zware werkzaamheden erg hoog liggen. Daarnaast kwam uit de test naar voren dat hardlopen ook liever niet gedaan wordt, omdat hierbij ook de armen en dus schouders belast worden. Voor de resultaten van de mentale fitheidstest zie bijlage V.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Over het algemeen is er vanuit deze testjes en de daarbij horende resultaten één ding opgevallen, namelijk dat de testpersoon op dit moment te weinig aan lichamelijke en/of fysieke activiteiten doet. Ofwel hij voldoet niet aan de norm van bewegen/sporten. Dit kan ook ten nadeel komen ten opzichte van zijn schouderblessure, omdat hij op dit moment helemaal niets belast en alles stijf wordt. Daarnaast is het ook niet bevorderlijk voor zijn conditie en dit kan ook weer met terugwerkende kracht zijn op de blessure. Kortom mijn advies richting de testpersoon is: ga meer bewegen! Er zijn altijd wel dingen die gedaan kunnen worden ook met de blessure die nu geconstateerd is. Probeer vaker te lopen of andere handelingen die door u gedaan kunnen worden. Dit allen moet wel gedaan worden onder begeleiding. Lukt dit niet raadpleeg dan een fysiotherapeut. Een fysiotherapeut kan namelijk altijd oefeningen raadplegen die passend voor u zullen zijn. Al met al zal dit een win win situatie opleveren, want hoe fitter u zich voelt, hoe sneller ook de blessure zal stagneren. Want u fysieke gesteldheid zal vooruit gaan en t.o.v. het overgewicht kan dit een positieve wending krijgen. Daarnaast geeft sporten structuur.
4.1
Discussie
Het onderzoek is gehouden bij een testpersoon die in de nabije omgeving van de onderzoeker stond. De onderzoeker kent de testpersoon persoonlijk en dit kan bijdragen aan het onderzoek, maar daarentegen kan dit ook integer werken. Vaak worden sommige uitkomsten anders geïnterpreteerd of worden ze uiterste situaties zelfs vermeden. Daarnaast was dit een N=1 onderzoek dit betekent dat er maar 1 testpersoon tijdens dit onderzoek was. Uit dit onderzoek zijn resultaten gekomen die voor de testpersoon in het speciaal zeker een meerwaarde zullen hebben. Desalniettemin was er niet tot nauwelijks vergelijksmateriaal. Dit betekent dus dat er wel resultaten bij deze persoon geïnterpreteerd kunnen worden, maar dit kan bij een ander persoon compleet anders zijn.
4.2
Reflectie
Terugkijkend op dit proces ben ik persoonlijk erg tevreden. Voor mezelf heb ik er voor gekozen om dit onderzoek binnen dit termijn te doen. Dit ook aan de hand van één van mijn leerdoelen, namelijk prioritering toepassen. Doordat ik dat nu heb toegepast heb ik een stukje rust en tijd gevonden voor het maken van dit verslag behorend bij mijn onderzoek. Al met al ben ik erg tevreden over hoe het proces is verlopen. Dit kwam omdat ik binnen een goede sfeer kon werken met iemand die ook vertrouwt is met mij. Dit kan zoals in de discussie wordt genoemd ook een negatieve wending krijgen, maar dit is gelukkig niet aan de orde geweest.
Page
17
In bijlage IIII is de evaluatie te zien van de testpersoon d.m.v. een eigen samengestelde enquête. Dit is tevens ook zijn reflectie. Daarnaast kwam tijdens het invullen, wat gezamenlijk is gedaan, ter sprake dat hij vond dat het onderzoek en voornamelijk de testjes interessant en interactief waren. Dit was een soort van Eye opener voor hem, maar daarnaast ook aanvullend t.o.v. zijn blessure.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Bijlagen Bijlage I: Brief
Geachte, Wij zijn twee studenten aan de Hanze Hogeschool te Groningen en studeren Sport, Gezondheid & Management. Op dit moment zijn wij bezig met een gezondheidsgericht onderzoek. Het doel van dit onderzoek is het verbeteren van de gezondheid op basis van de leefstijl. De gezondheid wordt gemeten en hier wordt een advies op gegeven om dit te verbeteren. Een meerwaarde voor u is het verbeteren van uw gezondheid waardoor u leeftijdsverwachting verhoogd wordt. Het is een investering in uw zelf waar u in de toekomst profijt van zult hebben. Dit komt doordat wanneer u een gezonde leefstijl hanteert u zich beter zult voelen. Op biologisch niveau worden er zes testen afgenomen. Het bestaat uit gezondheidstesten, een vragenlijst en een interview. De PAR-Q vragenlijst komt hier ook aan bod. Aan deze testen zult u ongeveer twee halve dagen aan tijd kwijt zijn. Dit kan nog meer of minder worden. Dit hangt af aan de gekozen meetinstrumenten die worden gebaseerd op uw gezondheid. De gegevens blijven anoniem en worden niet verstrekt aan derden. De metingen worden gerapporteerd in figuren en tabellen zodat er vergelijkt kan worden. Als laatste wordt op basis van ondersteunende colleges en literatuur een advies gegeven en een planning om hier mee aan het werk te gaan. De veiligheid garanderen wij. In de bijlage vindt u de toestemmingsverklaring. Aan u de vraag dit formulier te onder tekenen en terug te sturen per E-mail of post. Voor vragen of opmerkingen kunt u ons op bereiken op (050) 595 55 55. Wij hopen op een voorspoedige samenwerking. Met vriendelijke en sportieve groeten, Ronald Paans en Jeroen van Gestel
Page
18
Hanzehogeschool Groningen Zernikeplein 7 9747 AS Groningen
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Bijlage II: Toestemmingsverklaring
-TOESTEMMINGSVERKLARING-
Mannen tussen de 40 en 50 jaar die een lichamelijke beperking of blessure hebben Verklaring: -
Ondergetekende verklaart alle informatie waarin het onderzoek beschreven wordt gelezen en begrepen te hebben.
-
Ondergetekende is in de gelegenheid gesteld om vragen te stellen en zijn /haar vragen zijn naar tevredenheid beantwoord.
-
Ondergetekende weet dat hij /zij ook na ondertekening van deze verklaring op ieder moment zonder opgave van reden kan stoppen met deelname aan het onderzoek.
-
Ondergetekende verklaart te weten dat zijn /haar resultaten en persoonlijke informatie zeer vertrouwelijk behandeld zullen worden.
-
Ondergetekende weet dat zijn /haar resultaten geheel anoniem behandeld zullen worden en niet gepubliceerd.
-
Ondergetekende verklaart met de ondertekening van dit formulier deel te nemen aan het onderzoek.
Naam cliënt Geboortedatum
: Gerard : 26-04-1968
Handtekening
:
Datum: 27 februari 2015
-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Ik verklaar hierbij dat ik bovengenoemde volledig heb geïnformeerd over het onderzoek. Als er tijdens het onderzoek informatie bekend wordt die de toestemming van de bovengenoemde zou kunnen beïnvloeden, dan breng ik hem /haar daarvan tijdig op de hoogte. : Ronald Paans :
Datum: 27 februari 2015
Page
19
Naam onderzoeker Handtekening
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Bijlage III: Semigestructureerd interview Wat is uw geslacht?
Man/vrouw
Wat is uw leeftijd?
46 jaar
Wat is uw lengte?
1.90m
Wat is uw burgerlijke staat?
Getrouwd
Wat doet u voor beroep?
Assistent manager Formido
en gewicht?
105 kg
Algemene gezondheid Hoe ervaart u uw eigen gezondheid? -Goed voelt zich goed, op dit moment minder last van blessure Bewegen Hoeveel uur beweegt/sport u gemiddeld per week? - 1 a 2 uur Aan welke bewegingsactiviteiten doet u deelname? Werk/sport/hobby’s/enz. -Lopen overigens wel daarvoor getennist (van plan om meer te gaan sporten) Roken Rookt u? en zo ja, hoeveel sigaretten per dag? Ja/Nee Alcohol Drinkt u alcohol? En zo ja, hoeveel glazen per dag/week? Ja/Nee 5 gemiddeld glazen alcohol per dag/week Voeding Vindt u dat u voldoende gezonde voeding binnen krijgt? Ja/Nee waarom wel/niet: -Drinkt water - Neemt fruit - Neemt groene -Variërend eten Doet u mee aan bepaalde diëten? Ja/Nee
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Page
Hoeveel uur slaap heeft u gemiddeld per nacht? -8 uur per nacht
20
Ontspanning Heeft u last van stress of andere belemmeringen in het dagelijks leven? Ja/Nee
Blessures/aandoeningen Heeft u last van een blessure, langdurige ziekten of aandoeningen? Ja/Nee zo ja, welke en hoe lang heeft u er last van? -Blessure verkalking in de linker schouder. Ik loop misschien al twee jaar met een gevoelige schouder. Waarschijnlijk komt dit doordat ik op mijn werk zwaar moet tillen. Daarnaast tennis ik nu al een tijdje en daar is mijn schouder ook minder van geworden (doordat je moet slaan, maar ook de ballen op moet gooien). Kan één van de bovenstaande genoemde blessures, aandoeningen, etc. een blokkade zijn voor dit onderzoek en de komende testen van het onderzoek? Ja/Nee zo ja, welke en waarom? -Indien mijn schouder te veel belast wordt Et Specifieke gezondheid Kwaliteit van het leven Wat zijn belangrijke kernwoorden voor u die staan voor de kwaliteit van het leven? -Fit voel -Genieten (veel) -Leuke dingen doen (veel) Spirituele dimensies Wat zijn uw doelen en idealen en streeft u die voldoende na? -Nee, heb geen leerdoelen ook nog nooit echt gehad; -Tevreden met wat hij heeft. Wat is uw toekomst perspectief op het gebied van gezondheid? -Lang gezond blijven Mentale functies/beleving Wat is uw emotionele toestand en hoe uit dit zich op uw gezondheid? -Op dit moment voel ik me goed en dit uit zich op hoe ik nu ben/voel Heeft u gevoel van eigenwaarde/zelfrespect? Ja/Nee waarom wel/niet? -Voelt zich nu goed! Sociaal-maatschappelijk Hoe uit u uw sociaal en communicatieve vaardigheden? -Goed, heeft op het werk een belangrijke/communicatieve sociaal ingesteld.
Page
21
Vind u het belangrijk om geaccepteerd te worden zoals u bent en waarom? -Ja natuurlijk is een reflectie op het werk wat je dagelijks levert
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Bijlage IIII: Evaluatie enquête testpersoon 1. Over het algemeen gezien, hoe zou u dit onderzoek beoordelen?
x
Goed
Matig
Slecht
2. Op basis van uw ervaring van de sessies, hoe waarschijnlijk is het dat u toekomstige vergelijkbare sessies of onderzoeken gaat bijwonen?
3. Gelieve uw reactie te geven over de volgende aspecten van dit onderzoek? Uitstekend
Goed
Matig
Slecht
Locatie Tijd en data Gesprekken/sessies 4. Eventuele suggesties die bij kunnen dragen aan eventueel een vervolg van dit onderzoek?
Page
22
Door middel van het inzetten van echte ‘professionals’ op dit gebied. Dit komt zowel ten goede aan het onderzoek, maar ook ten goede van de geteste.
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Page
23
Bijlage V: Resultaat mentale fitheidstest
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences
Bibliografie Bokhorst, M. (2012, september). Toelichting Body Mass Index(BMI). Opgehaald van meetinstrumenten en zorg: http://www.meetinstrumentenzorg.nl/Portals/0/bestanden/436_1_N.pdf Fysionet. (2015). fysionet.nl. Opgehaald van Fysionet: rgfmn.fysionet.nl/par-q.doc Gibson, J. (2005). shoulderdoc.co.uk. Opgehaald van Hawkins- Kennedy test: https://www.shoulderdoc.co.uk/article/746 Instituut, T. (2014, mei 15). mentaalvitaal.nl. Opgehaald van Mentale Fitheidstest: http://www.mentaalvitaal.nl/Wat-is-mentale-fitheid M., J. (2012, September). meetinstrumentenzorg.nl. Opgehaald van Body Mass Index: http://www.meetinstrumentenzorg.nl/Portals/0/bestanden/436_1_N.pdf NHG. (2015). nhg.org. Opgehaald van Nederlandse huisartsen genootschap: https://www.nhg.org/standaarden/volledig/nhg-standaard-schouderklachten NISB. (2015). zio.nl. Opgehaald van Pace vragenlijst: ‘Physician-based Assessment and Counseling for Exercise': http://www.zio.nl/workspace/uploads/DM/130611-pace-vragenlijst-nisb51b73abc91ce6.pdf Orthopedie, R. (2015). rijnlandorhopedie.nl. Opgehaald van Frozen shoulder: http://www.rijnlandorthopedie.nl/frozen-shoulder/ RIVM. (2011). nationaalkompas.nl. Opgehaald van Nationaal Kompas Volksgezondheid: http://www.nationaalkompas.nl/gezondheid-en-ziekte/ziekten-en-aandoeningen/letsels-envergiftigingen/sportblessures/trend/ Spangfort, S. &. (1994). fysiovragenlijst.nl. Opgehaald van Disability Rating Index: http://www.fysiovragenlijst.nl/docs/pdf/DRI%20-%20Disability%20Rating%20Index.pdf
Page
24
Sport, V. (2013, september 10). vitaesport.nl. Opgehaald van Gezond ouder worden - bewegen en voedingsadvies in de buurt: http://vitaesport.nl/bericht-2/
Ronald Paans – Methoden & Technieken – University of Applied Sciences