Onderzoeksrapport “Bewonersbeleving in de Rivierenbuurt & De Pijp” Attitudes ten aanzien van toeristen
Naam:
Neeltsje Samplonius
Studentnummer:
404858
Opdrachtgever:
Lectoraat City Marketing en Leisure Management
Begeleider:
Marie-Ange de Kort
Uitgave:
6 juni 2008
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Colofon Afstudeerrapport
‘’Bewonersbeleving in de Rivierenbuurt & De Pijp’’ Attitudes ten aanzien van toeristen
Student
Neeltsje Samplonius
Studentnummer
404858
Studie
Hoger Toeristisch & Recreatief Onderwijs (HTRO)
Onderwijsinstelling
Hogeschool INHOLLAND, Diemen School of Economics Hoger Toeristisch & Recreatief Onderwijs
Opdrachtgever
Hogeschool INHOLLAND Lectoraat City Marketing & Leisure Management Gemeente Amsterdam, Economische Zaken
Afstudeerbegeleider
Marie-Ange de Kort
Uitgave:
6 juni 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
2
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Voorwoord Na 4 jaar is het einde van mijn studie in zicht gekomen. Een periode die ik mag afsluiten, een periode waarin ik waardevolle bagage heb weten te bemachtigen voor de toekomst. Dit onderzoeksrapport is geschreven in het kader van afstuderen van mijn studie Hoger Toeristisch & Recreatief Onderwijs (HTRO) aan de Hogeschool INHOLLAND te Diemen. Het onderzoek, dat ingaat op bewonersbeleving in Amsterdam, is gedaan in opdracht van het lectoraat City Marketing & Leisure Management van de Hogeschool INHOLLAND te Diemen en de Gemeente Amsterdam Economische Zaken. Het onderzoek, waarin is gekeken naar de attitude van bewoners in Amsterdam ten aanzien van (dag)toeristen, heeft plaats gevonden in diverse delen van de stad en is onderverdeeld onder vier studenten waar ik een van ben. Dit onderzoek gaat in op de bewonersbeleving in de Rivierenbuurt en De Pijp in Amsterdam. Naast de bewoners zijn er een aantal sleutelfiguren gehoord die betrokken zijn bij het toerisme in Amsterdam of bij de invulling van de openbare ruimte in de onderzoeksgebieden. Graag wil ik het lectoraat City Marketing & Leisure Management bedanken, die het mogelijk heeft gemaakt om mijn studie af te sluiten in een uiterst leerzaam traject. Roos Gerritsma, die een leidende rol heeft gehad in het onderzoek en haar ervaringen heeft gedeeld met de onderzoeksgroep. Mijn begeleider, Marie-Ange de Kort, voor de ondersteuning en het wijzen van de juiste richting. Yuki Chan, Chantal de Raaf en Marjolein Pool voor de prettige samenwerking. Tot slot wil ik natuurlijk alle respondenten bedanken voor het mogelijk maken van dit onderzoek. Ik ben bijzonder trots op het onderzoek en de resultaten zoals gepresenteerd in dit rapport. Hopelijk heb ik een objectieve en waardevolle bijdrage kunnen leveren aan een groter belang, namelijk inzicht verschaffen in de relatie tussen bewoners en bezoekers in de onderzoeksgebieden zoals beschreven. Voor Amsterdam staat er nog veel op de kaart, en als er een manier kan worden gevonden om een zo goed mogelijke balans te vinden tussen bedrijven, bezoekers én bewoners, dan kan het merk Amsterdam naar mijn inziens nog meer lading krijgen dan het al heeft!
Neeltsje Samplonius Amstelveen, 6 juni 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
3
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Samenvatting Toerisme kent anno 2008 ongekende vormen. Vliegen is door low cost carriers betaalbaarder geworden wat een van de redenen is die toe te schrijven is aan het vervagen van grenzen. De concurrentie tussen vergelijkbare steden in Europa wordt steeds groter waardoor onderscheidend vermogen onmisbaar is. In het beleid van steden staat city marketing dan ook steeds meer op de agenda. City marketing is toegespitst op een drietal groepen namelijk de bewoners, bedrijven en bezoekers van een stad. Bewoners dreigen bij dit beleid wel eens te worden ondermijnd. Amsterdam maakt elk jaar weer in meer of mindere mate een groei in het aantal bezoekers. Ook zij zet in op unieke punten die de stad te bieden heeft, om Amsterdam in de top tien van favoriete wereldsteden te behouden. In 2005 stond Amsterdam op de 6e plaats, volgens de Anholt-GMI City Brands Index. Exact 10 jaar geleden heeft Drs. Roos Gerritsma onderzoek gedaan naar de aantrekkelijkheid van Amsterdam, binnenstadbewoners en hun attitudes tegenover (dag) toeristen. Nu, 10 jaar later is er veel veranderd. De toename van het aantal (dag) toeristen stijgen elk jaar, de druk op het Centrum in Amsterdam neemt toe. In opdracht van het Lectoraat City Marketing & Leisure Management is onderzoek gedaan naar de attitude van bewoners ten aanzien van (dag)toeristen in stadsdeel Westerpark, Oud-West, Zeeburg, Centrum, Oud-Zuid en Zuideramstel. Dit onderzoeksrapport is toegespitst op De Pijp in OudZuid en de Rivierenbuurt in Zuideramstel. Door de samenwerking met Economische zaken van de Gemeente Amsterdam heeft het onderzoek plaats kunnen vinden. Qua trends en ontwikkelingen in het toerisme zijn een aantal benoemd die relevant zijn voor het onderzoek. Zo wordt duidelijk dat city marketing ‘hot’ is en meer is dan alleen het hebben van een slogan of logo. Het toenemend belang van stedentrips wordt steeds belangrijker voor steden, een van de reden dat er meer bezoekers naar een stad komen. De evenementenkalender die de laatste decennia enorm is toegenomen en het ‘funshoppen’ dat voor de Nederlanders een van de belangrijkste leisureactiveit is. Amsterdamse hotels en andere logiesverstrekkende bedrijven ontvangen in 2006 ruim 4,6 miljoen gasten, een stijging van ruim 6 procent ten opzichte van 2005. Door de toenemende druk die ontstaat in het Centrum van Amsterdam en de mogelijkheden die andere stadsdelen ook kunnen bieden op het gebied van toerisme is er in 2001 een spreidingsbeleid opgesteld. Dit rapport laat door middel van een spreidingsmodel zien welke kansen de stad nog kan benutten in bepaalde delen van de stad. De vraagstelling die gehanteerd is tijdens dit onderzoek luidt; ‘’Wat is de attitude van bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt ten aanzien van (dag) toeristen in hun woonomgeving?’’. Ter ondersteuning van de analyse van de vraagstelling is er gebruikt gemaakt van de theorie van Doxey(1975) en de Culturele Dimensies van Hofstede(1980). Om antwoordt te kunnen krijgen op de vraagstelling heeft er kwantitatief onderzoek in de vorm enquêtes plaats gevonden. De deelvragen zijn verwerkt aan de hand van 5 thema’s; Trots, Toeristen in het Stadsdeel, Toeristen in Amsterdam, Evenementen Festivals en de Koopzondag, City marketing & Toeristisch beleid. In de thema’s zijn stellingen verwerkt. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
4
B
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Om meer inzicht te kunnen krijgen wat de beweegredenen van bewoners zijn bij het vertonen van bepaald gedrag of het hebben van een specifieke mening heeft er tevens kwalitatief onderzoek in de vorm van interviews plaats gevonden. Ook zijn de opinies van zogenaamde sleutelfiguren gehoord die betrokken zijn bij het toeristisch beleid van de buurt of een relatie hebben met het toerisme van Amsterdam in het algemeen. Er is gesproken met Stadsdeel Zuideramstel, Stadsdeel Oud-Zuid en het Amsterdams Toerisme & Congres Bureau ofwel het ATCB. Per onderzoeksgebied zijn er 400 enquêtes met begeleidende brief en retourenvelop verspreid. Aan de hand van de geretourneerde enquêtes zijn per gebied 5 bewoners geïnterviewd. In totaal zijn er 4 interviews met sleutelfiguren gehouden. De respondenten konden op twee manieren deel nemen aan het onderzoek; of via de retourenvelop en via een aangemaakt website; www.bewonersonderzoek-inholland.nl Het beoogde doel was om 125 enquêtes per buurt te verzamelen. Dit resultaat is niet behaald. Het behaalde resultaat staat in totaal voor de Rivierenbuurt op 92 respondenten en voor De Pijp op 77. Er kan om die reden niet gesteld worden dat het onderzoek betrouwbaar is, maar kan wel als indicatief worden beschouwd. Het tweede deel van het rapport is gewijd aan de onderzoeksresultaten. Per thema zijn de resultaten van de enquêtes, die verwerkt zijn door middel van SPSS, beschreven. In dat thema is een onderverdeling per onderzoeksgebied gemaakt. De interviews zijn mede in de thema’s, per stelling verwerkt. Aan het einde van elk thema is een deelconclusie geschreven. De Rivierenbuurt Bij het thema ‘trots’ wordt duidelijk dat het merendeel van de respondenten trots is op hun buurt. De drukte van toerisme in de Rivierenbuurt valt nog enorm mee, zo wordt duidelijk. De respondenten geven te kennen wel waarde te hechten aan de rustige buurt. Niet alle respondenten vinden dat de waardering van toeristen van hun buurt voor meer waardering zorgt. Tot slot wil het merendeel van de respondenten dat toeristen van hun buurt genieten en wijzen graag de weg. Bij het thema ‘toeristen in het stadsdeel’ heeft nog niet de helft van de respondenten het idee dat er een toename van het aantal toeristen is. De RAI geeft wel drukte, maar wordt over het algemeen niet als hinderlijk ervaren. Het afsluiten van de woning door langslopende toeristen vindt nauwelijks plaats. Of er meer veiligheid en sociale controle is door de komst van toeristen is de respondent het of wel mee eens omdat er meer mensen op straat zijn, of juist niet omdat er bijvoorbeeld zakkenrollers op af komen. Bij het thema ‘toeristen in Amsterdam’ zegt nog niet de helft van de respondenten te denken dat toeristenbelangen geen dominant rol hebben. Speciale themaroutes door Amsterdam vindt precies de helft een leuk idee. De respondenten vinden wel dat de drukte door toerisme in het voorjaar en de zomer aanwezig is. Ruim de helft vindt dat de bewegwijzering voor toeristen beter kan. Verder hoeven toeristen niet per se in het Centrum te blijven omdat daar meer te doen is. De druk op openbare voorzieningen wordt voor als nog niet bezwaarlijk gevonden, de capaciteit zal dan ook verhoogd worden zegt een respondent. Bij het thema ‘evenementen, festivals en de Koopzondagen’ zegt maar liefst 86% evenementen en festivals een verrijking te vinden en de meerderheid ziet geen reden om deze te mijden. Winkels hoeven niet voor alle respondenten op zondag vaker open in hun stadsdeel. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
5
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
De meerderheid vindt dat evenementen wel meer mogen worden uitgebreid naar de Rivierenbuurt maar dit dient wel te passen binnen het karakter van de buurt. Bij het thema ‘city marketing & toeristisch beleid’ geeft het merendeel aan niet te weten of ze genoeg inspraak hebben bij het toeristisch beleid in hun stadsdeel. Bijna een kwart vindt niet dat het toerisme zich zou moeten spreiden over andere stadsdelen. Van de respondenten zegt bijna de helft dat ‘ I Amsterdam’ er niet voor zorgt dat ze zich meer één voelen met hun stadsdeel. Wel ruim de helft vindt het positief als ‘I Amsterdam’ meer toeristen trekt. Cultuurverschillen tussen de groepen toeristen die naar de buurt komen zijn moeilijk te onderscheiden. Het verschil dat er is vindt 86% niet bezwaarlijk. De Pijp Bij het thema ‘trots’ is men net als in de Rivierenbuurt overwegend trots, ruim de helft. De waardering van toeristen voor hun buurt zorgt er doorgaans niet voor dat de respondenten nog meer waardering krijgen. Dat staat er los van. Er lijkt een goede mix te zijn van bewoners en bezoekers, ook al wordt de wijk wel druk genoemd. Bijna driekwart wil dat toeristen van hun buurt genieten. Ruim de helft wijst graag de weg aan toeristen. Bij het thema ‘toeristen in het stadsdeel’ denkt ruim de helft dat het aantal toeristen in hun buurt is toegenomen. Bijna driekwart vindt niet dat toeristen hun privacy verstoren. De respondenten sluiten doorgaans niet hun woning voor toeristen af, bovendien wonen de meeste respondenten niet op de begane grond. Nog niet de helft vindt dat toeristen voor meer veiligheid en sociale controle zorgen. Het grootste gedeelte geeft aan het geen probleem te vinden dat toeristen in de directe woonomgeving aanwezig zijn. Of er genoeg ruimte is in De Pijp en dat dat niet voor extra drukte zorgt, is gemengd gereageerd. Zo wordt er gezegd dat het ‘gewoon een drukke buurt is’. Bij het thema ’toeristen in Amsterdam’ denkt men in vergelijking met de Rivierenbuurt bijna hetzelfde over de stelling dat belangen van toeristen dominant zijn bij de inrichting van de openbare ruimte. Over speciale themaroutes door Amsterdam wordt gemengd gereageerd. Wel komt er naar voren dat er meer aan de informatievoorziening kan worden gedaan. Ruim de helft van de respondenten vindt wel dat Amsterdam in het voorjaar en de zomer drukker is, maar vindt overgenomen wat extreem. Bijna driekwart vindt dat de bewegwijzering beter kan, met name het openbaar vervoer. Voor ruim de helft geldt dat zij vinden dat toeristen niet liever in het Centrum hoeven te blijven. De druk op openbare voorzieningen wordt doorgaans niet als bezwaarlijk ervaren. Bij het thema ‘evenementen, festivals en de Koopzondagen’ zegt maar liefst 82% evenementen en festivals een verrijking te vinden en een ruime meerderheid ziet geen reden om deze te mijden. Precies de helft van de respondenten in De Pijp vindt dat evenementen voor veel overlast zorgt, maar dat het wel evenwichtig moet zijn. Bij de vraag of de winkels op zondag in De Pijp vaker open zouden kunnen wordt verdeeld gereageerd. Voor uitbreiding van evenementen naar De Pijp zegt precies de helft van de respondenten dat wel te zien zitten. Bij het thema ‘city marketing & toeristisch beleid’ vindt ruim de helft dat ze niet genoeg inspraak hebben bij het toeristisch beleid in hun stadsdeel. Bijna de helft van de respondenten wil dat toeristen zich verspreiden naar andere stadsdelen waaronder hun buurt. Voor slecht 15% geldt dat zij zich meer één voelen met hun stadsdeel door de campagne ’I Amsterdam’. Ruim de helft vindt het positief als ‘I Amsterdam’ meer toeristen trekt. Bijna de helft van de respondenten ervaart wel cultuurverschil binnen de groepen toeristen die naar hun buurt komen. Maar liefs 83% vindt het verschil in cultuur tussen hen als bewoner en de bezoeker geen probleem zijn. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
6
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Tot slot zijn er vier aanbevelingen gedaan op basis van de resultaten en de interviews die hebben plaats gevonden. Dit is toegespitst op meer bekendmaking van de buurt, een intensievere samenwerking tussen de stadsdelen en EZ Centrale stad, dat ‘I Amsterdam’ ook voor bewoners is en het interessant is over om bijvoorbeeld over 10 of 15 jaar vervolg onderzoek te doen. Voor meer specifieke informatie kan hoofdstuk 12 geraadpleegd worden.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
7
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Inhoudsopgave DEEL I UITEENZETTING ONDERZOEK Voorwoord .............................................................................................................................................. 3 Samenvatting ......................................................................................................................................... 4 1. Inleiding ............................................................................................................................................ 12 1.1 Aanleiding.................................................................................................................................... 12 1.2 De opdrachtgever ........................................................................................................................ 14 1.2.1 Lectoraat City Marketing & Leisure Management ............................................................... 14 1.2.2 Economische Zaken Gemeente Amsterdam ....................................................................... 15 1.3 Trends & Ontwikkelingen ............................................................................................................ 16 1.3.1 Trends en Ontwikkelingen binnen de toeristische sector .................................................... 16 1.3.2 Trends en Ontwikkelingen Amsterdam ................................................................................ 18 1.3.3 Stadsdeel Zuideramstel- De Rivierenbuurt .......................................................................... 20 1.3.4 Stadsdeel Oud-Zuid- De Pijp ............................................................................................... 22 1.4 Doelstelling .................................................................................................................................. 24 1.5 Relevantie ................................................................................................................................... 24 1.5.1 Maatschappelijke relevantie ................................................................................................ 24 1.5.2 Praktische relevantie ........................................................................................................... 25 1.5.3 Theoretische relevantie ....................................................................................................... 25 2. Inhoudelijke verkenning ................................................................................................................. 26 2.1 Doxey index ................................................................................................................................ 26 2.2 Culturele Dimensions van Hofstede ............................................................................................ 27 3. Vraagstellingen ................................................................................................................................ 29 3.1 Centrale vraag ............................................................................................................................. 29 3.2 Deelvragen .................................................................................................................................. 29 4. Onderzoeksmethode en –populatie ............................................................................................... 30 4.1 Onderzoeksmethodiek ................................................................................................................ 30 4.1.1 Kwantitatief onderzoek ........................................................................................................ 30 4.1.2 Kwalitatief onderzoek ........................................................................................................... 33 4.2 Onderzoekspopulatie .................................................................................................................. 33 4.3 Reflectie Onderzoeksmethode & Betrouwbaarheid .................................................................... 36 4.4 Dataverzameling & data analyse ................................................................................................ 37 DEEL II ONDERZOEKSRESULTATEN 5. Respondenten .................................................................................................................................. 39 5.1 De Rivierenbuurt ......................................................................................................................... 39 5.2 De Pijp ......................................................................................................................................... 41 6. Trots .................................................................................................................................................. 43 6.1 Trots op de Rivierenbuurt............................................................................................................ 43 6.1.1 Trots op de buurt ................................................................................................................. 43 6.1.2 Wonen in een populaire buurt.............................................................................................. 44 6.1.3 Waardering van toeristen in mijn buurt ................................................................................ 44 6.1.4 Toeristen laten genieten van mijn buurt .............................................................................. 45 6.1.5 Extra uitleg geven aan toeristen .......................................................................................... 45 6.1.6 Visie sleutelfiguren ............................................................................................................... 45 6.1.7 Deelconclusie ‘Trots op de Rivierenbuurt’ ........................................................................... 46 6.2 Trots op De Pijp .......................................................................................................................... 47 6.2.1 Trots op de buurt ................................................................................................................. 47 6.2.2 Wonen in een populaire buurt.............................................................................................. 49 _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
8
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
6.2.3 Waardering van toeristen van mijn buurt ............................................................................. 49 6.2.4 Toeristen laten genieten van mijn buurt .............................................................................. 49 6.2.5 Extra uitleg geven aan toeristen .......................................................................................... 50 6.2.6 Visie Sleutelfiguren .............................................................................................................. 50 6.2.7 Deelconclusie ‘Trots op De Pijp’ .......................................................................................... 51 7. Toeristen in het Stadsdeel .............................................................................................................. 52 7.1 Toeristen in de Rivierenbuurt ...................................................................................................... 52 7.1.1 Toename van het aantal toeristen in de Rivierenbuurt ........................................................ 52 7.1.2 Toeristen verstoren de privacy van de bewoners ................................................................ 53 7.1.3 Woning afsluiten voor toeristen ........................................................................................... 53 7.1.4 Veiligheid en sociale controle .............................................................................................. 53 7.1.5 Toeristen in de woonomgeving ............................................................................................ 54 7.1.6 Voldoende ruimte in de Rivierenbuurt ................................................................................. 54 7.1.7 Visie Sleutelfiguren .............................................................................................................. 55 7.1.8 Deelconclusie ‘toeristen in de Rivierenbuurt’....................................................................... 56 7.2 Toeristen in De Pijp ..................................................................................................................... 57 7.2.1 Toename van het aantal toeristen in De Pijp....................................................................... 57 7.2.2 Toeristen verstoren de privacy van de bewoners ................................................................ 58 7.2.3 Woning afsluiten voor toeristen ........................................................................................... 58 7.2.4 Veiligheid en sociale controle .............................................................................................. 59 7.2.5 Toeristen in de woonomgeving ............................................................................................ 59 7.2.6 Voldoende ruimte in De Pijp ................................................................................................ 59 7.2.7 Visie sleutelfiguren ............................................................................................................... 60 7.2.8 Deelconclusie ‘toeristen in De Pijp’ ..................................................................................... 61 8. Toeristen in Amsterdam ................................................................................................................. 62 8.1 Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristen in Amsterdam.................................................... 62 8.1.1 Toeristenbelangen bepalen de openbare ruimte ................................................................. 62 8.1.2 Speciale themaroutes door Amsterdam .............................................................................. 63 8.1.3 Amsterdam overgenomen door toeristen ............................................................................ 64 8.1.4 Betere bewegwijzering door Amsterdam ............................................................................. 64 8.1.5 Toeristen liever in het Centrum............................................................................................ 64 8.1.6 Druk op de openbare voorzieningen ................................................................................... 65 8.1.7 Visie Sleutelfiguren .............................................................................................................. 65 8.1.8 Deelconclusie ‘Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristen in Amsterdam’ ................... 66 8.2 Bewoners van De Pijp over toeristen in Amsterdam .................................................................. 67 8.2.1 Toeristenbelangen bepalen de openbare ruimte ................................................................. 67 8.2.2 Speciale themaroutes door Amsterdam .............................................................................. 68 8.2.3 Amsterdam overgenomen door toeristen ............................................................................ 68 8.2.4 Betere bewegwijzering door Amsterdam ............................................................................. 69 8.2.5 Toeristen liever in het Centrum............................................................................................ 69 8.2.6 Druk op de openbare voorzieningen ................................................................................... 70 8.2.7 Visie Sleutelfiguren .............................................................................................................. 70 8.2.8 Deelconclusie ‘Bewoners van De Pijp over toeristen in Amsterdam’ .................................. 72 9. Evenementen, festivals en de koopzondag ................................................................................. 73 9.1 Bewoners van de Rivierenbuurt over evenementen, festivals en koopzondag .......................... 73 9.1.1 Evenementen en festivals zijn een verrijking....................................................................... 73 9.1.2 Drukte evenementen en festivals vermijden ........................................................................ 74 9.1.3 Overlast van evenementen .................................................................................................. 75 9.1.4 Winkels op zondag open in de buurt ................................................................................... 75 9.1.5 Evenementen uitbreiden naar de buurt ............................................................................... 75 9.1.6 Visie Sleutelfiguren .............................................................................................................. 76 9.1.7 Deelconclusie ‘bewoners van de Rivierenbuurt over evenementen, festivals en koopzondag’.................................................................................................................................. 76
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
9
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9.2 Bewoners van De Pijp over evenementen, festivals en koopzondag ......................................... 77 9.2.1 Evenementen en festivals zijn een verrijking....................................................................... 77 9.2.2 Drukte evenementen en festivals vermijden ........................................................................ 79 9.2.3 Overlast van evenementen .................................................................................................. 79 9.2.4 Winkels op zondag open in de buurt ................................................................................... 79 9.2.5 Evenementen uitbreiden naar de buurt ............................................................................... 80 9.2.6 Visie Sleutelfiguren .............................................................................................................. 80 9.2.7 Deelconclusie ‘bewoners van De Pijp over evenementen, festivals en koopzondag’ ......... 81 10. City marketing & Toeristisch beleid ............................................................................................ 82 10.1.1 Inspraak toeristisch beleid ................................................................................................. 82 10.1.2 Spreiden van toerisme over de stadsdelen ....................................................................... 83 10.1.3 Eenheidsgevoel door campagne ‘I Amsterdam’ ................................................................ 83 10.1.4 ‘I Amsterdam’ trekt meer toeristen ..................................................................................... 84 10.1.5 Cultuurverschil tussen bewoner en toerist ......................................................................... 84 10.1.6 Cultuurverschillen geen probleem ..................................................................................... 85 10.1.7 Visie Sleutelfiguren ............................................................................................................ 86 10.1.8 Deelconclusie ‘Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristisch beleid’ ........................... 87 10.2 Bewoners van De Pijp over toeristisch beleid ........................................................................... 88 10.2.1 Inspraak toeristisch beleid ................................................................................................. 88 10.2.2 Spreiden van toerisme over de stadsdelen ....................................................................... 89 10.2.3 Eenheidsgevoel door campagne ‘I Amsterdam’ ................................................................ 89 10.2.4 ‘I Amsterdam’ trekt meer toeristen ..................................................................................... 90 10.2.5 Cultuurverschil tussen bewoner en toerist ......................................................................... 90 10.2.6 Cultuurverschillen geen probleem ..................................................................................... 91 10.2.7 Visie Sleutelfiguren ............................................................................................................ 92 10.2.8 Deelconclusie ‘Bewoners van De Pijp over toeristisch beleid’ .......................................... 94 10.3 Visie Amsterdam Toerisme & Congres Bureau ........................................................................ 95 DEEL III CONSLUSIES & AANBEVELINGEN 11. Conclusies ..................................................................................................................................... 97 11.1 Conclusie De Rivierenbuurt ...................................................................................................... 97 11.2 Conclusie De Pijp .................................................................................................................... 100 11.3 Terugblik 10 jaar geleden........................................................................................................ 103 12. Aanbevelingen ............................................................................................................................. 104 12.1 Bekendmaking unieke buurt .................................................................................................... 104 12.2 Samenwerking Stadsdelen & EZ Centrale Stad ..................................................................... 104 12.3 ‘I Amsterdam’ ook voor bewoners ........................................................................................... 105 12.4 Vervolgonderzoek ................................................................................................................... 105 Literatuur ............................................................................................................................................ 106 Bijlagen ............................................................................................................................................... 108
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
10
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
DEEL I UITEENZETTING ONDERZOEK
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
11
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
1.
Hogeschool INHOLLAND
Inleiding
In de hedendaagse vrijetijdsindustrie is er steeds meer sprake van concurrentie tussen vergelijkbare steden in Europa. Vanuit het Lectoraat City Marketing & Leisure Management is de vraag ontstaan om nader onderzoek te doen naar de attitude van bewoners van staddeel De Pijp en Rivierenbuurt tegenover (dag) toeristen. Het onderzoek draagt de naam ‘’bewonersbeleving’’ en zal in de hoofdstukken diverse malen genoemd worden. Het lectoraat legt de nadruk op de synergie die plaats vindt tussen bewoners, bedrijven en bezoekers van een stad en de invloed die de drie groepen hebben op een stad1. Dit hoofdstuk zal nader inlichting geven over de aanleiding van het onderzoek en de trends & ontwikkelingen. Op basis van die inzichten is een doelstelling geformuleerd.
1.1 Aanleiding City marketing In de eerste alinea van dit hoofdstuk is beschreven dat het lectoraat zich onder meer bezig houdt met onderzoek naar de aantrekkelijkheid van de stad Amsterdam. In het beleid van steden staat city marketing steeds meer op de agenda. In voorgaande jaren was het beleid van gemeentes onder Bewoners Bedrijven andere toegespitst op het werven van (internationale) bedrijven wat onder andere zorgt voor werkgelegenheid en daarmee goed Synergie is voor de economie. Inmiddels wordt het meer en meer erkend dat de aantrekkelijkheid van een stad niet alleen toegespitst is op deze. City marketing is toegespitst op een drietal groepen namelijk voor de bewoners, bedrijven en Bezoekers bezoekers. Het evenwicht tussen deze drie groepen is van groot belang voor het imago van de stad. De rol van de bewoners ten aanzien van het imago dreigt vaak te worden ondermijnd.
1
www.INHOLLAND.nl/city marketingenleisuremanagement bezocht op 6 februari 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
12
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Bewonersbeleving Exact 10 jaar geleden heeft drs. Roos Gerritsma onderzoek2 gedaan naar de aantrekkelijkheid van Amsterdam, binnenstadbewoners en hun attitudes tegenover (dag) toeristen. Nu, 10 jaar later is er veel veranderd. Zo kwamen er in 1997 per jaar 4,2 miljoen verblijfsbezoekers en ruim 16 miljoen dagjesmensen naar Amsterdam. In 2006 zijn het aantal overnachtingen gestegen tot 8,6 miljoen3. Om een ander voorbeeld te geven; in 1997 werd de Amsterdamse rondvaart ruim 2,6 miljoen keer bezocht, in 2006 is dat 3,2 miljoen keer. Dat er vele veranderingen hebben plaats gevonden, waaronder een behoorlijke toename van het aantal (dag) toeristen, is een feit waar men niet om heen kan. Om de effecten van die veranderingen te meten wordt er in dit onderzoek gekeken naar de attitudes van nu en naar die van 10 jaar geleden. Enerzijds vindt er dus een vergelijking plaats en anderzijds wordt er gekeken naar de huidige attitudes van bewoners ten opzichte van (dag) toeristen. Het verschil is echter wel dat dit onderzoek uitgevoerd wordt in 8 buurten en/of stadsdelen in Amsterdam. Dit onderzoek is gericht op De Pijp en de Rivierenbuurt in Amsterdam.
2
Gerritsma, R. (1999), Aantrekkelijk Amsterdam- binnenstadsbewoners en hun attitudes tegenover (dag)toeristen 3 Jaarverslag Amsterdams Toerisme en Congres Bureau, 2006 _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
13
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.2 De opdrachtgever 1.2.1 Lectoraat City Marketing & Leisure Management Het lectoraat City Marketing & Leisure Management valt onder de verantwoordelijkheid van ASAR; het Institute of Advanced Studies and Applied Research wat op 1 januari 2003 gestart is. Dit instituut bestaat uit een drietal afdelingen namelijk de Lectoraten, de Graduate School en de subsidiedesk4. De visie van ASAR luidt als volgt: ‘’ASAR wil maximaal bevorderen dat studenten en medewerkers van INHOLLAND vanuit een duurzame maatschappelijke betrokkenheid kennis ontwikkelen, delen en toepassen en als zodanig een rol van betekenis spelen in onze kennisintensieve samenleving, inclusief de internationale context ervan’’. Hogeschool INHOLLAND heeft lectoraten opgezet om zich te kunnen richten op kennisontwikkeling, overdracht en kennistoepassing5. Het lectoraat geeft inhoudelijk leiding aan de kenniskring welke beroepsgerelateerde onderzoek doet voor vraagstukken uit het werkveld en anderzijds voor het onderwijs. Bovendien worden deze resultaten ook verwerkt in de onderwijsprogramma’s. In 2004 is het Lectoraat c.q. kenniskring City Marketing & Leisure Management ingesteld. Deze is een van de ruim twintig lectoraten die actief zijn binnen Hogeschool INHOLLAND en richt zich op de relatie tussen city marketing en Leisure management. Dit lectoraat, die de opdracht voor bewonersbeleving heeft uitgegeven, opereert onder leiding van lector drs. Angelique Lombarts sinds februari 2007.
4
https://insite.inholland.nl/C9/ASAR/default.aspx bezocht op 14 februari 2008 https://insite.content.inholland.nl/Intranet/STARTpage/ONsite/Diensten/ASAR/Lectoraten+en+Kenniskringen/ bezocht op 14 febuari 2008 _____________________________________________________________________________________ 14 N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
5
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Aanvragen van projecten komen enerzijds vanuit de Hogeschool en anderzijds vanuit het werkveld. De kerntaak van het lectoraat wordt als volgt beschreven; ‘Het ’produceren, aanbieden en verspreiden van kennis’’6. Deze kennis is bedoeld voor de opleidingen Leisure & Tourism aan de Hogeschool INHOLLAND maar wordt ook ingezet voor een directe toepasbaarheid in het werkveld. Bij het voltooien van projecten word samengewerkt met diverse partijen waaronder; Lokale overheden waaronder de Gemeente Amsterdam en Rotterdam; Diverse city marketing organen van steden; Specifiek met verschillende toeristische marketing- en promotiebureaus van steden binnen het onderzoeksgebied waaronder ATCB en Rotterdam Marketing; Ondernemers uit het toeristisch werkveld. 1.2.2 Economische Zaken Gemeente Amsterdam Het onderzoek dat in opdracht van het Lectoraat heeft plaats gevonden is tevens tot stand gekomen in samenwerking met Economische Zaken van de Gemeente Amsterdam. Economische zaken(EZ) ondersteunt het gemeentebestuur bij het opstellen en uitvoeren van het economische beleid en investeert jaarlijks voor circa €30 miljoen in de Amsterdamse economie7. Het toeristisch beleid maakt onderdeel uit van het economische beleid in Amsterdam. EZ is gebaat bij de resultaten van het onderzoek die van waarde kunnen zijn bij het voeren van hun toeristisch beleid en heeft daarom geld beschikbaar gesteld. De Gemeente Amsterdam heeft interesse in wat er leeft onder haar bewoners. In de afgelopen 10 jaar is er veel veranderd waardoor nieuwe peilingen onvermijdelijk zijn. EZ heeft in dit onderzoek voornamelijk een adviserende rol gespeeld.
6
http://www.inholland.nl/Voor+bedrijven+en+organisaties/Kennisontwikkeling+en+onderzoek/RIC+Global+Cit y/Leisure+ Management/ bezocht op 12 februari 2008 7 http://www.ez.amsterdam.nl/page.php?page=420&menu=167 bezocht op 12 februari 2008 _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
15
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.3 Trends & Ontwikkelingen 1.3.1 Trends en Ontwikkelingen binnen de toeristische sector Toenemend belang City marketing City marketing is in de hedendaagse strategie van gemeenten bijna niet meer weg te denken. Vele gemeenten zoals Rotterdam, Amsterdam en Den Haag hebben inmiddels een beleid opgezet met een aansluitend logo of slogan. Hoewel de ene gemeente in meer of mindere mate een vorm van city marketing toepast of deze gaat toepassen zijn de meningen er over verdeeld. Zo stond er eind 2007 een artikel in NRC Next van Aaf Brandt Corstius waarin zij de marketing van steden bespreekt8. Maar bovenal het feit dat critici er diverse meningen op na houden kan worden gesteld dat city marketing ‘’hot’’ is9. Een ander artikel op de website van communicatieonline.nl beaamt dit met de titel ‘’City marketing is booming10’’. De schrijfster refereert naar Ward Rennen, adviseur city marketing, die velerlei onderzoek hiernaar heeft gedaan. Dat grote steden zich door de concurrentie steeds meer moeten profileren is een feit en dat een slogan alleen niet genoeg is ook. In een samenvatting van een proefschrift van dhr. Rennen staat onder andere dat city marketing meer is dan alleen een slogan11. Een nieuwe ontwikkeling op het gebied van city marketing is volgens Rennen dat nu ook steeds meer kleinere gemeenten aan city marketing doen. Een grote vraag die wellicht ontstaat bij het beschrijven van deze ontwikkeling is welke redenen nu precies worden aangedragen voor het beleid van city marketing van gemeenten. Hier kunnen diverse verklaringen voor worden gegeven. Een belangrijke is dat reizen voor de meeste mensen steeds toegankelijker en meer betaalbaar. Wie via een zoekmachine ‘’stedentrips’’ invoert krijgt legio verwijzingen naar aanbieders van stedentrips. Bovendien zijn de grenzen van landen in Europa steeds meer laagdrempelig waardoor het gemakkelijker is om naar elders gelegen steden te gaan. Dit geld niet alleen voor bezoekers maar ook voor bedrijven die zich mogelijk vestigen in een stad. Door de opmars van city marketing wordt de concurrentie tussen Europese steden steeds groter. Hierdoor is het een vereiste dat een stad zich steeds specifieker profileert. Stedentrips Wie via een zoekmachine ’stedentrips’ invoert krijgt legio verwijzingen naar aanbieders van stedentrips. In het jaaroverzicht 2005 van het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen wordt de toenemende populariteit van stedentrips benoemd. Zo wordt beschreven dat de toename van het aantal low cost vliegverbindingen ervoor zorgt dat de Europese bezoeker vaker op reis gaat. Dit onderstreept het belang van city marketing zoals eerder in dit hoofdstuk is beschreven. Bezoekers hebben door het reizen steeds meer ervaring waardoor vergelijking meer plaats vindt.
8
http://www.nrcnext.nl/opinie/columnaaf/article854959.ece bezocht op 22 februari 2008 http://www.expeditiecity marketing.nl/artikel bezocht op 19 februari 2008 10 http://www.communicatieonline.nl/nieuws/bericht/city marketing-is-booming/ bezocht op 19 februari 2008 11 http://www.berenschot.nl/algemeen/zoeken/?ActItmIdt=7261 bezocht op 22 februari 2008 9
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
16
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Leisuremarkt- evenementenkalender De laatste decennia heeft er een explosie aan publieksevenementen plaats gevonden. De ruimte monitor, een planbureau van de rijksoverheid, beschrijft dat vrije tijd steeds schaarser en dat steden veel zorg besteden in het aanbod van evenementen of kleinere festivals om het karakteristieke imago in stand te houden. Jaarlijks zijn er in Nederland 3,1 miljoen evenementen waarvan 75% openbaar toegankelijk is.12 Door het aanbod en het aantal bezoekers dat elk jaar nog steeds toeneemt, is het van belang om het commercieel leisure aanbod zo goed mogelijk te spreiden. Op stadsniveau zal hier straks meer over worden gezegd. Funshoppen In het trendrapport van NRIT komt naar voren dat winkelen ‘voor het plezier’ na uitgaan de belangrijkste leisureactiviteit voor Nederlanders is13. Deze trend kan als bestaansreden gelden aan de populariteit van de koopzondagen in de afgelopen jaren. Een zeer recent artikel op NU.nl onderschrijft dit ook. Nederlanders hebben in 2007 134 miljoen keer een dagje gewinkeld voor de lol, zo zegt het artikel14. Bovendien, is het aantal evenwichtige koopzondagen belangrijk om de bezoekers te kunnen managen.
12
http://www.ruimtemonitor.nl/kennisportaal/default.aspx?id=1 bezocht op 26 mei 2008 http://www.nritmedia.nl/127/14/De%20Nederlandse%20funshopper.htm bezocht op 26 mei 2008 14 http://www.nuzakelijk.nl/20080521/algemeen/funshoppen-steeds-populairder bezocht op21 mei 2008 13
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
17
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.3.2 Trends en Ontwikkelingen Amsterdam Nadat de algemene trends en ontwikkelingen op nationaal en internationaal niveau beschreven zijn wordt er een nadere toelichting gegeven over de ontwikkelingen die zich afspelen in Amsterdam. Cijfers Toerisme Amsterdam De ontwikkelingen die zich voorgaande jaren in Amsterdam op het gebied van (dag) toeristen hebben voor gedaan zijn diverse cijfers over te vinden. Het VVV van Amsterdam, Amsterdams Toerisme en Congres Bureau, geeft middels haar jaarverslag 2006 diverse informatie weer. In 2006 ontvingen de Amsterdamse hotels en andere logiesverstrekkende bedrijven ruim 4,6 miljoen gasten, een stijging van ruim 6 procent ten opzichte van 2005. Het aantal overnachtingen is gestegen met bijna 8 procent met in totaal 8,6 miljoen.15 De top-3 bezoekers in 2006 kwamen uit de volgende landen16; Groot-Brittannië, Nederland, Verenigde Staten. Spanje, Nederland en Frankrijk hebben de grootste groei in het aantal overnachtingen geboekt. Ook het aantal Nederlandse dagbezoeken is gestegen met 2 procent ten opzichte van 2005. Volgens het Continuvakantieonderzoek 2006 bezochten bijna 4,4 miljoen Nederlandse dagbezoekers Amsterdam ruim 13 miljoen keer. Amsterdam ontwikkelt zich, net zoals toonaangevende steden in Europa, in het vernieuwen van het leisure/ toeristisch product17. Het doel is om dit op een zodanige manier te doen zodat de aantrekkelijkheid voor de bezoekers aansluit bij de stedelijke affiniteit en het kwaliteitsbesef voor de bezoekers, bewoners en bedrijven. De toeristische groei is voor een groot deel te wijten een het themajaar; de 400ste geboortedag van Rembrandt, zo schrijft het ATCB. Spreiden van Toerisme In 2001 is er door het ATCB een rapport uitgebracht ‘’spreiden van toerisme, de kansen benut’’. Daarin wordt gesproken over de mogelijkheden die het spreiden van toerisme in Amsterdam kan bieden. Dit rapport geeft nauwkeurig een toelichting wat de kansen zijn ten aanzien van het spreiden van toerisme in diverse delen van Amsterdam. Omdat, zo benoemt het rapport, het toerisme hard op weg is om één van de belangrijkste sectoren in de Amsterdamse economie te worden is het van belang om de toenemende druk in het Centrum te spreiden daar waar de mogelijkheid zich voordoet. Beleidsvorming in het toerisme heeft zich volgens het rapport te vaak gericht op de problemen die zich voordoen in plaats van zich te concentreren op kansen die gestimuleerd zouden moeten worden. 15
Jaarverslag Amsterdams Toerisme en Congres Bureau, 2006 http://www.os.Amsterdam.nl/grafiek/10059/ bezocht op 18 februari 2008 17 http://biodata.asp4all.nl/andreas/2007/09012f9780252506/09012f9780252506.html bezocht op 18 februari 16
2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
18
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Eveneens belicht dit rapport dat het spreiden van toerisme aan een aantal eisen moet voldoen en dat de hulp van de overheid, het bedrijfsleven en de bewoners onmisbaar is voor de tot stand koming van spreiding. Aan de hand van het spreidingsmodel dat beschreven staat wordt beoogd om overbelasting door toerisme tegen te gaan en meer kansen te benutten die het toerisme biedt.
I Amsterdam Amsterdam heeft in 2004 een nieuwe city marketingcampagne gelanceerd onder de naam I Amsterdam. Met dit nieuwe motte wil Amsterdam zich profileren op diverse vlakken. Dit motto creëert het merk Amsterdam voor de stad en de mensen. Het motto luidt; “I choose Amsterdam for business. I choose Amsterdam for education. I choose Amsterdam for inspiration. I choose Amsterdam as my home. I am Amsterdam.”18 Amsterdam belooft diversiteit en biedt uitstekende mogelijkheden voor bedrijven, onderwijs, en het bezoeken van en wonen in Amsterdam. Voor bedrijven zijn er vele voordelen te noemen; goede transport en distributie faciliteiten door de haven en de ligging nabij Schiphol. Internationals vinden het dan ook steeds meer een logische en geschikte locatie voor hoofdkantoren, conferenties en meetings. Bovendien biedt Amsterdam een hoogstaand technologisch centrum en de thuisbasis voor het AMS-IX (Amsterdam Internet Exchange), Europa’s grootste internetcentrum. Trots is Amsterdam op haar creatieve, intellectuele en culturele bijdrage. Rijk aan Europa’s meest belangrijke museums zoals van Gogh en Rijksmuseum, bied de stad een inspiratievolle omgeving voor creatieve mensen. Tevens is Amsterdam een toonaangevend centrum voor studie en ontwikkeling op het gebied van biowetenschappen. Amsterdam wordt neer gezet als een mix van wereldstad, commerciële concurrentie met een centrum dat zo levendig, compact en toegankelijk is. Tot slot wordt het sterkste bezit genoemd; de mensen die er leven, werken, studeren en de mensen die de stad bezoeken. De mensen van Amsterdam zijn Amsterdam! Amsterdam Partners formuleert de volgende missie; ‘’ to promote and improve the image of Amsterdam and the surrounding region among relevant target groups in the Netherlands and abroad. The improvement and raising of Amsterdam's profile is guided by a single concept for the city's national and international positioning: Amsterdam is distinctive for its combination of creativity, innovation and commercial spirit19.
18 19
http://www.Amsterdampartners.nl/ bezocht op 18 februari 2008 http://www.Amsterdampartners.nl/ bezocht op 18 februari 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
19
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.3.3 Stadsdeel Zuideramstel- De Rivierenbuurt De Rivierenbuurt valt onder stadsdeel Zuideramstel en ligt ten opzichte van De Pijp meer zuidelijker een meer aan de buitenkant van Amsterdam. In 2006 telt het stadsdeel 46784 bewoners20. Het stadsdeel maakt door middel van het ‘’contract met de burger21’’ duidelijk welke voornemens en afspraken de gemeente maakt. Het gaat daarbij om het investeren in de mensen die wonen en werken in Zuideramstel. Één van de belangrijke aspecten is dat de gemeente meer wil investeren in de openbare ruimte. Het streven is om burger en bestuur partners te laten zijn bij de inrichting van de openbare ruimte. Tot slot zijn, ten opzichte van de huidige situatie, grote plannen voor de ontwikkeling aan de Zuidas. Grote bedrijven zoals Ernst & Young hebben zich al gevestigd aan de Zuidas en dit zal in toekomst alleen maar meer toenemen. De komende jaren komt 1 miljoen m2 vrij aan kantoorruimte22. In het rapport van Zuidas Accenten 2007 is ook te lezen dat de ontwikkeling in volle gang is. Er wordt gekeken naar vraagstukken over de openbare ruimte waar bedrijven en bewoners hun draai kunnen vinden. Er wordt soms zelf gesproken over Zuidas als een nieuw centrum navolgend op het centrum van Amsterdam. Amsterdam RAI De RAI is een internationaal toonaangevende tentoonstellings- en congresorganisatie23 in de regio van Amsterdam. Gelegen in de Rivierenbuurt, aan de Zuidas van Amsterdam met haar eigen station. De RAI heeft een gunstige ligging. Grote beurzen zoals de AutoRAI en de woonbeurs zijn slecht een greep uit de evenementen/ beurzen die hier plaats vinden. Deze trekken zowel business to business als de business to consumer evenementen aan. Tevens vinden hier ook dancefeesten plaats. Het Complex heeft 11 aaneengesloten hallen met een totale overdekte tentoonstellingscapaciteit van zo'n 87.000 m2 plus 22 congreszalen, zeven restaurants en een ondergrondse parkeergarage voor ruim 3.000 auto's. De Amsterdam RAI ontvangt jaarlijks bijna 500 handelsbeurzen, professionele congressen en kleinere evenementen met bijna 2 miljoen bezoekers per jaar24. Marten Luther King Park Dit park in Nederland is vooral bekend om de Parade- een reizend theatergezelschap, dat jaarlijks neerstrijkt op het terrein naast de Utrechtsenbrug25. Naast dit jaarlijks terugkerend evenement is het voor bezoekers een goede plek om te vertoeven in de zomermaanden. 20
http://www.os.Amsterdam.nl/tabel/7248/ bezocht op 18 februari 2008 http://www.zuideramstel.Amsterdam.nl/Documenten/Internet/Stadsdeelbestuur/Contract%20met%20de%20 burger.pdf bezocht op 18 februari 2008 22 http://www.bestuur.zuideramstel.Amsterdam.nl/Documenten/Internet/BIS/Deelraad/2008/2008-0311/2008-03-11_Living_Zuidas_VVD-notitie.pdf bezocht op 18 februari 2008 23 http://www.rai.nl/Over_RAI/De%20organisatie/Ons_erfgoed.aspx bezocht op 18 februari 2008 24 http://www.iAmsterdam.com/introducing/economy/conventions_trade bezocht op 18 februari 2008 25 http://www.zuideramstel.Amsterdam.nl/smartsite.shtml?id=58754 bezocht op 18 februari 2008 21
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
20
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Okura Hotel Het Okura Hotel in Amsterdam, gelegen nabij de RAI is een toonaangevend hotel die niet in de minst geringste recensies over de hele wereld zijn beschreven. Het hotel dat door de Guide Michelin de hoogst haalbare kwalificatie kreeg toebedeeld met een ´grand deluxe´ notering26.
26
http://www.okura.nl/ bezocht op 18 februari 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
21
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.3.4 Stadsdeel Oud-Zuid- De Pijp De Pijp maakt onderdeel uit van stadsdeel Oud-Zuid en telt in 2006 8359427 inwoners in het gehele stadsdeel. De Pijp is het oostelijke deel van Oud-zuid en wordt ook wel oude en nieuwe Pijp genoemd. In de Bijlage is nadere informatie te vinden welke buurten hier precies onder vallen. Stadsdeel Oud-Zuid profileert zich als een podium van kunt en cultuur. In de kuntsnota uit 2005 staat het volgende beschreven: ‘’Wij denken dat Oud Zuid als onderdeel van het Centrum van Amsterdam, bij uitstek een podium kan bieden aan kunst en cultuur. Alle voorzieningen en voorwaarden in dit stadsdeel zijn aanwezig om een sprankelend cultuurklimaat voor bewoners en bezoekers tot stand te brengen. De huidige infrastructuur is uniek en biedt veel mogelijkheden voor nu en in de toekomst’’28. Onderstaand worden een aantal bekende culturele instellingen beschreven worden die een bekende naam hebben ontwikkeld door de jaren heen. Amsterdams Film theater Rialto Rialto is vanaf 1921 begonnen als buurttheater en inmiddels uitgegroeid tot een toonaangevend locatie waar naast de films diverse programma’s plaats vinden. Met de laatste verbouwing in 2006 heeft het theater drie zalen en een ruim filmcafé. De premièreprogrammering van Rialto is gericht op Europese en niet-westerse artistieke filmproducties29. Rialto is tevens hoofdlocatie voor een aantal festivals zoals Africa in the Picture, CinemAsia en Cinedans. In het kader van Rialto Wereldcinema organiseert Rialto zelf ook festivals, zoals Rialto in de openlucht! en de jaarlijkse Rialto Wereldcinema manifestatie. Ostade Theater Het Ostade theater is onder andere bekend van het Babelfestival maar staat vooral bekend als een intiem theater in de Amsterdamse Pijp. De nadruk in de programmering ligt op veelbelovende groepen en op jeugdtheater30. Muziekcentrum de Badcuyp Muziekcentrum de Badcuyp is sinds 1994 een podium voor verschillende muziekstijlen en culturen. De concerten die gegeven worden richten zich op creatieve muzikale niches en onderstromen31. Dit centrum heeft als doel om talenten op het gebied van kunst, cultuur en politiek te stimuleren en te ontwikkelen; wederzijds begrip tussen verschillende bevolkingsgroepen te bevorderen en het kritisch denken te stimuleren.
27
http://www.os.Amsterdam.nl/tabel/5626/ bezocht op 18 februari 2008 Kuntstnota 2005 Oud Zuid, podium voort Kunst en Cultuur http://www.oudzuid.Amsterdam.nl/kunst_en_cultuur/item_00004273 bezocht op 18 februari 2008 29 http://www.rialtofilm.nl/v2/contact.php bezocht op 19 februari 2008 30 http://www.ostadetheater.nl/ostadetheater/ostadetheater.html bezocht op 19 februari 2008 28
31
http://www.badcuyp.nl/organisatie.html bezocht op 18 februari 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
22
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Albert-Cuypmarkt De Albert Cuypmarkt is sinds 1922 door de gemeente officieel erkend als markt32 en is inmiddels internationaal welbekend. Maar voor de officiële erkenning was de markt met haar kooplieden wel al een handelsplaats. Ook na de tweede oorlog is de markt populair gebleven. Bovendien hebben grootheden zoals Piet Mondriaan en André Hazes gewoond/ gewerkt op deze markt. Het is dus een leuke markt voor bewoners én bezoekers waar veel cultuur samen komt.
32
http://www.decuyp.nl/index2.html bezocht op 18 februari 2008
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
23
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.4 Doelstelling Middels de doelstelling zal een beschrijving worden gegeven wat het beoogde doel van het onderzoek is. Navolgend zal beschreven worden wat de relevantie is. De doelstelling luidt: ‘’Inzicht verkrijgen in de beleving en attitude van bewoners van stadsdeel De Pijp en Rivierenbuurt in Amsterdam ten aanzien van (dag)toeristen, ten einde aanbevelingen te kunnen geven over het toeristisch beleid in de betreffende stadsdelen.’’
1.5 Relevantie 1.5.1 Maatschappelijke relevantie Het is bekend dat toerisme tot een van de grote sectoren behoord waarin vele economische voordelen uit gehaald worden. De Amsterdamse toeristenindustrie is goed voor ruim €75 miljoen33. Sommige bestemmingen zijn zelf voor een groot gedeelte afhankelijk van de inkomsten van toerisme. Deze kan de leefkwaliteit van bewoners, bedrijven en uiteindelijk ook de bezoekers ten goede komen. Met de komst van meer restaurants, diverse recreatiemogelijkheden en meer culturele differentiatie wordt meer werkgelegenheid gecreëerd. Naast de voordelen die het met zich mee brengt kan het ook zorgen voor een grote impact op de lokale bevolking. Een artikel uit ‘Annals of Tourism’ geeft aan dat er een aantal zaken zijn om zich zorgen over te maken. Toerisme brengt ook negatieve impacts met zich mee zoals parkeerproblemen, toenemende criminaliteit, stijging van woonkosten, wrijving tussen bewoners en toeristen en veranderingen in de manier van leven bij de bewoners van de desbetreffende locatie34. Onderzoek heeft aangetoond dat de welwillendheid van de lokale bevolking een belangrijke factor is in het toerisme en de ontwikkelingen in een zekere mate kan tegenwerken of bevorderen. Het volgende citaat onderstreept deze opvatting: ‘’residents’ perceptions and attitudes have constituted a major area of tourism Research. They are important considerations if tourism programmes and projects were to be sustainable’’ (Ap, 1992; Ap & Crompton, 1998; Allen, Long, Perdue & Kieselbach, 1988; Belisle & Hoy, 1980: Doxey, 1975: Lankford, 1994 in Brunt & Courtney, 1999, p. 494: Maddox, 1985: Murphy, 1983 in Williams & Lawson, 2001, p. 270)35. Er kan in zekere zin worden gesteld dat bewoners een grote rol spelen in het toerisme. Vormen van city marketing die worden uitgevoerd door diverse gemeenten zijn met name gericht op het binnen halen van bedrijven of evenementen die ten goede komen voor de economische groei. Bewoners worden in dit beleid wel eens over het hoofd gezien. Vanuit dat perspectief kan worden gezegd dat dit onderzoek, die de attitudes van bewoners belicht, van maatschappelijk belang is. Diverse groepen in de maatschappij hebben hier belang bij. 33
Jaarverslag Amsterdams Toerisme en Congres Bureau, 2006 Andereck, K.L., Valentine, K.M., Knopf, R.C. & Vogt, C.A. (2005), Residents’ Perceptions of Community Tourism Impacts, uit Annals of Tourism Research, Vol. 32, No. 4, pp. 1056-1076 35 Burns, P.M., Novelli, M. (2007). Tourism and Politics. Amsterdam: Elsevier p. 21 34
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
24
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
1.5.2 Praktische relevantie Vanuit het perspectief van het city marketing beleid in Amsterdam is er een campagne opgericht onder de naam “I Amsterdam’’ sinds september 200436. Dit onderzoek naar de attitude van bewoners ten aanzien van (dag)toeristen geeft meer zicht in de huidige situatie. City marketing is onder andere gericht op het binnenhalen van nationale en internationale toeristen of anders gezegd ‘’city-marketing impliceert dat een gemeente zich ‘marktgericht’ opstelt37’’. Dat City marketing hot en actueel is binnen gemeentes is al eerder genoemd. Omdat bewoners een belangrijk onderdeel vormen in het beleid van city marketing is dit onderzoek praktisch relevant. De resultaten worden mogelijk meegenomen in het beleid van de gemeente Amsterdam. Bovendien kunnen de resultaten van het onderzoek verwerkt worden in lesprogramma’s of voor presentaties bij marktgerelateerde bureaus. 1.5.3 Theoretische relevantie Het theoretische kader van het onderzoek naar de attitudes van bewoners ten aanzien van (dag) toeristen geeft invulling aan huidige onderzoeken en modellen en theorieën die door de jaren heen geschreven zijn. In de opzet van dit onderzoek is een voorbeeld genomen aan het bewonersonderzoek van Drs. Roos Gerritsma van 10 jaar geleden. Daarom is het interessant om de resultaten naast elkaar te leggen om te kijken of er grote veranderingen zijn ondanks de verschillende onderzoeksgebieden. Daarnaast kan er een vergelijking worden gemaakt met andere steden en hun beleid ten aanzien van toerisme. Bovendien kunnen beleidsmakers van de gemeente Amsterdam conclusies en eventueel ook aanbevelingen overnemen die van belang kunnen zijn en waar zij een bepaald potentieël in zien. De onderzoekresultaten die voortkomen uit dit onderzoek zullen door het Lectoraat City Marketing & Leisure Management gebundeld worden tezamen met de resultaten van stadsdeel Oud-West, Westerpark, Zeebrug en het Centrum.
36
http://www.Amsterdampartners.nl/ bezocht op 19 februari 2008 Van Den Berg, L., Klaassen, L.H., Van Der Meer, J.(1990), Strategische City-Marketing Schoonhoven :Academic Service p.10 _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
37
25
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
2. Inhoudelijke verkenning 2.1 Doxey index De theorie van Doxey (1975) gaat ervan uit dat de ontvangende populatie een bepaalde cyclus doorloopt bij het ontvangen van toeristen. Deze zijn in de volgende stadia uitgelegd; 1) Euphoria 2) Apathy 3) Annoyance 4) Antagonism Cooper (2005) beschrijft deze als volgt: 1. Euphoria The initial thrill and enthusiasm that comes along with tourism development results in the fact that the tourist is made welcome. 2. Apathy Once tourism development is underway and the consequential expansion has taken place, the tourist is taken for granted and is now only seen as a source of profit taking. What contact is made between host and quest is done so on a commercial and formal footing. 3. Irritation As the industry approaches saturation point, the hosts can no longer cope with the number of tourists without the provision of additional facilities. 4. Antagonism The tourist is now seen as the harbinger of all ills, hosts are openly antagonistic towards tourists and tourists are regarded as being there to be exploited. Final Level During the above process of ‘development’ the host population had forgotten that all they once regarded as being special was exactly the same thing that attracted the tourist, but in the rush to develop tourism circumstances have changed. The social impact had been comprehensive and complete and the tourists will move to different destination. In het onderzoek van Drs. Roos Gerritsma is naar voren gekomen dat de bewoners overwegend positief tegenover (dag) toeristen stonden. Omdat er inmiddels 10 jaar verstreken is, is het interessant om te weten of veranderingen zijn opgetreden in de attitude. Bovendien is het voor beleidsbepalers interessant om te weten op welk niveau de bewoners nu zitten. Door meer inzicht te verkrijgen door middel van dit model kan de gemeente er bijvoorbeeld voor kiezen om meer aandacht te besteden aan het verspreiden van toerisme over de diverse stadsdelen. Deze theorie wordt gebruikt als instrument om te kijken of er sprake is van een ‘’irritatie’’. Door middel van diepte-interviews kan specifiek gekeken worden naar de beweegreden van bewoners. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
26
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
2.2 Culturele Dimensions van Hofstede De theorie van Hofstede (1980) beschrijft 5 culturele dimensies die van mogelijke invloed kunnen zijn wanneer culturen met elkaar in aanraking komen. Bewoners en bezoekers hebben, afhankelijk van achtergrond, hun eigen manier van handelen. Dit proces wordt omschreven in de volgende dimensies38; Power Distance
Long/short Term orientation
Individualism Cultural Dimensions
Masculinity
1. 2. 3. 4. 5.
Power Distance Individualism Uncertainty avoidance Masculinity Long/short term orientation.39
Uncertainty avoidance
Power Distance Power Distance gaat in op de verschillen in de samenleving en geeft weer tot in hoeverre de verschillen geaccepteerd worden in instellingen en organisaties. Zogenaamde hiërarchische verschillen kunnen verschillend per cultuur. In dit onderzoek gaat het niet om een organisatie maar om bewoners en het contact tussen bezoekers. Dit zal niet in directe relatie staan, maar zegt wel iets over het verschil. Individualism Individualism gaat in op het verschil of mensen meer individualistisch of meer groepsgeoriënteerd zijn. Dat dit per cultuur verschillend kan zijn is niet nieuw. Wat interessant is om te weten is of bewoners hierin verschil merken en of hier ook irritaties in zijn.
38 39
Verluyten, S.P. (2000). Intercultural Communication in Business and Organisations. Leuven: Acco p. 158 Schneider, S.C., Barsoux, J.L. (2003). Managing Across Cultures. Harlow: Pearson Education Limited p. 87
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
27
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Uncertainty Avoidance Uncertainty avoidance gaat in op het ongemak dat kan ontstaan bij onzekerheid in de samenleving. De voorkeur naar voorspelbaarheid en zekerheid spelen hierin een rol. Zorgt de komt van toerisme voor bepaalde onzekerheden of is hier geen sprake van? Dit zijn vragen die meer inzicht kunnen bieden. Masculinity Masculinity of ook wel masculinity en femininity genoemd gaat in op de verschillen tussen twee dimensies. Masculinity refereert naar de waarden die ‘mannelijke’ aspecten draagt zoals assertief, krachtig, prestatiegericht. Feminity gaat meer in op aspecten zoals bescheidenheid, sentimenteel, verzorgend en meer servicegericht. Er kunnen zomogelijk verschillen ontstaan tussen de bewoners en bezoekers. Wat zijn die verschillen dan en is er sprake van hinder? Door middel van deze dimensie kan heel specifiek gekeken worden naar bepaalde verschillen. Long/short term orientation De laatste dimensie is in de literatuur niet altijd even gelijk erkend. Toch wordt deze vaak genoemd. Long term orientation gaat in op de verwarring waarden van vasthoudendheid. Diftigheid en geduld werden door deze dimensies ontdekt. Hoewel dit in de een of andere cultuur in meer of mindere mate aanwezig is. Deze dimensie is voornamelijk gericht op verschillen in de niet westerse cultuur, terwijl het onderzoek van Hofstede dat wel is. Toepassing In het onderzoek wordt gekeken naar de attitude van bewoners ten aanzien van (dag) toeristen. Een van de vragen die terug komt in de enquête is of bewoners ook verschil merken in de culturen en wat hun mening hierover is. Het model geeft door middel van de dimensies weer welke verschillen er kunnen ontstaan. Bij het analyseren van de attitude kan middels de theorie gekeken worden of er overeenkomsten zijn.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
28
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
3. Vraagstellingen In dit hoofdstuk wordt de hoofdvraag met de bijbehorende deelvragen behandeld. De beantwoording van de deelvragen leidt tot het antwoord van de centrale vraag.
3.1 Centrale vraag ‘’Wat is de attitude van bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt ten aanzien van (dag) toeristen in hun woonomgeving?’’
3.2 Deelvragen 1) In hoeverre zijn bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt trots op het feit dat de nodige aanwezigheid van (dag) toeristen hun buurt bezoeken? 2) Wat is de attitude van bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt ten aanzien van (dag) toeristen in hun directe omgeving? 3) Hoe ervaren bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt toeristen in de openbare ruimtes? 4) Wat is de attitude van bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt ten aanzien van (dag) toeristen bij Evenementen en Festivals? 5) Welke verschillen ervaren bewoners in de cultuur van toeristenstromen? 6) Hoe waarderen bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt het toeristisch/Leisure beleid dat stadsdeel Oud-Zuid en Zuideramstel voeren, en welke rol speelt de city marketing campagne ‘I Amsterdam’ in dat beleid?
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
29
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
4. Onderzoeksmethode en –populatie Om een antwoord te kunnen vinden op de deelvragen zijn er verschillende onderzoekmethoden toegepast. Dit hoofdstuk geeft nadere toelichting over de onderzoeksmethode en het verloop van het onderzoek.
4.1 Onderzoeksmethodiek Het onderzoek naar de attitude van bewoners van De Pijp en de Rivierenbuurt in Amsterdam is door middel van fieldresearch tot stand gekomen. Per onderzoeksmethode zal inzicht worden gegeven. 4.1.1 Kwantitatief onderzoek Om een algemeen beeld te kunnen vormen over de attitude van bewoners uit De Pijp en Rivierenbuurt is kwantitatief onderzoek verricht in de vorm van enquêtes. Kwantitatief onderzoek is gericht op de hoeveelheid van een bepaalde populatie die tevreden of ontevreden zijn. De vragenlijst had als basis de enquête die Drs. Roos Gerritsma destijds in haar onderzoek heeft gehanteerd. Grotendeels zijn de bestaande thema’s met bijbehorende vragen gebruikt, maar wel aangepast op het onderzoeksgebied. Naast de bestaande vragen is de vragenlijst aangevuld met een aantal extra vragen en een extra thema. Daar het onderzoek van Gerritsma(1999) een ander onderzoekgebied had dan in dit onderzoek het geval is en de enquêtes niet unaniem overeen komen zal niet gesproken worden van een vergelijkingsonderzoek. Elke student heeft een eigen thema en op basis hiervan is de vragenlijst aangevuld. De vragen zijn tot stand gekomen in samenwerking met Katalin Gallyas, beleidsonderzoeker bij Economische Zaken van de Gemeente Amsterdam. De uiteindelijke enquête begint met een aantal algemene vragen gevolgd door een aantal stellingen die zijn ondergebracht in 5 deelthema’s. De enquêtes zijn te raadplegen in de bijlagen. Naast de enquête is er een begeleidende brief opgesteld. Hierin wordt uitleg gegeven over het onderzoek en worden de bewoners uitgenodigd om deel te nemen aan de enquête. Tevens wordt er uitgelegd waarom hun mening belangrijk is voor het onderzoek. Ook deze begeleidende brief is tot stand gekomen in samenwerking met Katalin Gallyas, beleidsonderzoeker bij Economische Zaken van de Gemeente Amsterdam. Deze begeleidende brief is terug te vinden in de bijlagen.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
30
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
In eerste instantie werd er voor gekozen om de enquêtes enkel op papier te verspreiden met retourenvelop. Uiteindelijk deed zich de mogelijkheid voor om de enquête ook via internet beschikbaar te maken, en zo is er ook voor gekozen om de enquêtes online te zetten. Op die manier hadden de bewoner twee keuzes voor het invullen van de enquête, namelijk op papier en online. Op die manier worden de mogelijkheden voor de respondent om de enquêtes in te vullen vergroot. Om de enquêtes online beschikbaar te maken, is door een professioneel internetbureau (puntNL bv internetdiensten) een website gemaakt: www.bewonersonderzoek-inholland.nl. De domeinnaam moest gemakkelijk te typen zijn voor de respondent, maar moest ook de naam ‘’Inholland’’ dragen. Om de enquête online te zetten, is een speciale software gebruikt namelijk het programma ‘Survey Monkey’. Dit is een veelgebruikt programma bij online enquêtes. Elke student heeft zelf zijn vragenlijst in dit programma ingevoerd. Vervolgens heeft het internetbureau het zó geprogrammeerd, dat de respondenten bij het invoeren van hun postcode op de website, automatisch bij de juiste vragenlijst uitkwamen. Op onderstaande afbeelding is te zien hoe de website eruit ziet.
Website www.bewonersonderzoek-inholland.nl
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
31
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Op onderstaande afbeelding is een screenshot te zien van de online enquête.
Fragment van de online enquête
Verspreiding Per buurt zijn er 400 fysieke enquêtes verspreid. Deze heeft plaats gevonden op de volgende data; De Rivierenbuurt: Woensdag 2 april, in de middag Vrijdag 4 april, in de ochtend De Pijp Woensdag 2 april, in de ochtend De enveloppen met de enquêtes zijn op willekeurige huisnummers van de geselecteerde straten verspreid.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
32
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
4.1.2 Kwalitatief onderzoek Naast het kwantitatief onderzoek in de vorm van enquêtes is er ook voor gekozen om kwalitatief onderzoek te doen. Het was wenselijk om meer inzicht te krijgen in de attitude van bewoners. Via interviews is er meer achtergrond informatie van de bewoners verzameld. Per buurt zijn 5 bewoners geïnterviewd. Aan het einde van de enquête konden bewoners hun gegevens achterlaten zodat een afspraak gemaakt kon worden. Naast het interviewen van bewoners is er tevens een keus gemaakt om een aantal sleutelfiguren te horen die betrokken zijn bij het toeristisch beleid van de buurt of een relatie hebben met het toerisme van Amsterdam in het algemeen.
4.2 Onderzoekspopulatie De populatie, de bewoners van de Pijp en de Rivierenbuurt in Amsterdam, is de doelgroep waar onderzoek naar gedaan wordt. Het onderzoek naar bewonersbeleving is in twee gebieden worden opgedeeld. De Pijp in stadsdeel Oud-Zuid is het eerste gebied waarin de respondenten benaderd zijn. Het tweede gebied is de Rivierenbuurt in stadsdeel Zuideramstel. Om een zo relevant mogelijk beeld te krijgen van de attitiudes van bewoners ten aanzien van toeristen is er voor gekozen om het onderzoek te concentreren in gebieden die aan of nabij druk bezochte plekken in de buurt liggen. Op deze wijze zijn respondenten bereikt die nabij drukke gebieden gelegen zijn. Omdat er onderzoek is gedaan naar de attitude van bewoners ten aanzien van (dag) toeristen is het van belang om gebieden/ straten te kiezen met een bepaalde postcode die nabij drukke gebieden zijn gelegen. Op die wijze kunnen respondenten bereikt worden die het meest in aanraking komen met toeristen. In dit onderzoek bestaat geen mogelijkheid om de gehele populatie te ondervragen, daarom is er een selecte steekproef gehouden. In onderstaande figuren staan plattegronden die het onderzoeksgebied weergeven. De oranje markeringen geven specifiek aan waar het om gaat.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
33
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Onderzoeksgebied de Rivierenbuurt
De volgende straten vallen binnen het onderzoeksgebied: Europaplein Scheldeplein Scheldestraat Geulstraat Geleenstraat
1078/1079 1078 1078 1078 1078
Maasstraat president kennedylaan Rijnstraat Kinderdijkstraat
1079 1078/1079 1079
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
34
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Onderzoeksgebied De Pijp De volgende straten vallen binnen het onderzoeksgebied: Marie Heinekenplein Eerste Jacob van Campenstraat Tweede Jacob van Campenstraat Ferdinand Bolstraat Albert Cuypstraat Govert Flinckstraat Eerste jan van der heiijdenstraat Ceintuurbaan Sarphatipark
1072 1072 1073 1072 1072 1072 1072 1072 1072/1073
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
35
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
4.3 Reflectie Onderzoeksmethode & Betrouwbaarheid In deze paragraaf zal beschreven worden welke acties zijn ondernomen om respons te verkrijgen. Navolgend wordt beschreven wat het behaalde resultaat is en hoe betrouwbaar het onderzoek is. Tot slot zal er in het kort een reflectie op de onderzoeksmethode gegeven worden. Per onderzoeksgebied zijn er diverse acties ondernomen om het beoogde doel van respons te verkrijgen. Het doel was om 125 enquêtes per buurt te verzamelen, wat 32% van de 400 verspreide enquêtes betekent. Verder zijn er per buurt nog 50 extra brieven met de internetlink www.bewonersonderzoek-inholland.nl. verspreid. Voor de Rivierenbuurt is er buiten het bestaande onderzoeksgebied nog een straat bij genomen, namelijk de Maasstraat. Voor de Pijp zijn geen nieuwe straten in het onderzoeksgebied opgenomen. Het behaalde resultaat per buurt is als volgt; De Rivierenbuurt; Fysieke enquêtes Online enquêtes Totaal De Pijp Fysieke enquêtes Online enquêtes Totaal
58 34 92 55 22 77
Er zijn slechts een paar onbruikbare enquêtes geretourneerd. Voor de Rivierenbuurt waren dit 4 enquêtes en voor de Pijp slechts 1, die vervolgens tijdens een interview alsnog is voltooid. Op basis van de enquêtes zijn er per onderzoeksgebied 5 bewoners geïnterviewd. Daarnaast zijn er 4 sleutelfiguren gehoord; - Martin Keuter, medewerker economische zaken Stadsdeel Zuideramstel - William Stokman, beleidsadviseur Stadsdeel Oud-Zuid - Peña Espeleta, medewerker beleidsrealisatie economie & ruimte, Stadsdeel OudZuid - Karel Philippens, manager marketing & development, ATCB De fysieke enquêtes zijn afkomstig van de 400 verspreide enquêtes. Voor de Rivierenbuurt betekent dit afgerond 15% en voor De Pijp slechts 14%. Op basis van het totale behaalde resultaat kan niet geconcludeerd worden dat het onderzoek betrouwbaar is. Het onderzoek kan wel als indicatief worden beschouwd. De twee onderzoeksgebieden verschillen qua karakter van elkaar. In eerste instantie was de verwachting dat er in De Pijp meer respons verkregen zou worden, omdat daar meer aan toerisme te beleven is. Het resultaat is het tegenovergestelde. Wellicht heeft dit te maken met het feit dat de respondenten in de Rivierenbuurt minder vaak in aanraking komen met toeristen in hun buurt waardoor het draagvlak mogelijk wat breder is.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
36
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Het onderzoek heeft in een relatief korte periode van drie maanden plaats gevonden. Achteraf gezien was het misschien meer effectief geweest om meer straten te pakken, en de verdeling wat meer uit te dunnen. Nadat duidelijk werd dat het verspreiding van de 400 enquêtes niet genoeg respons opleverde is er voor gekozen om ook via websites een link te plaatsen naar het onderzoek. Dit heeft meteorologische gevolgen gehad voor het onderzoek, waardoor het nog lastiger bleek om de betrouwbaarheid van het onderzoek te beschrijven. Het maken van afspraken met sleutelfiguren bleek in eerste instantie niet gemakkelijk. Met name het contact met de stadsdelen en het bereiken van de juiste personen in de organisatie bleek moeilijk. Na dit te hebben aangegeven bij Katalin Gallyas is er gericht contact geweest met de aangewezen personen waarin er vrij snel een afspraak kon worden gemaakt. De gesprekken, die terug te lezen zijn in de bijlagen, zijn zeer waardevol geweest voor het onderzoek.
4.4 Dataverzameling & data analyse De verzameling van de data voor het onderzoek is gestart met het verspreiden van 400 enquêtes per onderzoeksgebied. Naarmate de tijd verstreek en er minder respons werd ontvangen dan verwacht is er ook voor gekozen om de online enquêtes op een aantal weblogs te plaatsen van de betreffende onderzoeksgebieden daar waar de mogelijkheid zich voordeed. Voor De Pijp is dit helaas niet gelukt, maar voor de Rivierenbuurt wel; http://demirandabuurt.web-log.nl/ http://rivierenbuurt.web-log.nl. De resultaten van de enquêtes zijn verwerkt door middels van het statistiekprogramma SPSS. Dit programma geeft naast de reguliere resultaten van de deelvragen ook de mogelijkheid om vergelijken te trekken met bepaalde vragen van de enquête en eventuele verbanden te registreren. De resultaten van de interviews zijn verwerkt in de stellingen van de thema’s per onderzoeksgebied. De interviews met sleutelfiguren zijn apart vermeld.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
37
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
DEEL II ONDERZOEKRESULTATEN
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
38
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
5. Respondenten In het begin van de enquête zijn een aantal algemene vragen gesteld die meer inzicht geven over de respondenten. Door middel van deze geografische gegevens is het mogelijk meer te zeggen over de respondenten en wellicht significante verschillen te ontdekken. Per buurt zullen de resultaten bekend worden gemaakt.
5.1 De Rivierenbuurt Van de 92 respondenten, woont het grootste gedeelte 25 jaar of langer in de Rivierenbuurt, namelijk 31%. 29% woont 10 tot 25 jaar in deze buurt, 13% woont er 5 tot 10 jaar tegenover 26% die er maximaal 5 jaar wonen. Opvallend is dus dat het merendeel, 61% minimaal 10 jaar in de Rivierenbuurt woont of langer. De respondenten van de Rivierenbuurt woont grotendeels in een huurwoning, namelijk 79% tegenover 21% dat in een koopwoning woont. Van de respondenten zijn 50 (55%) alleenstaand en 28 (30%) samenwonend zonder kinderen. Slechts 5 (5%) respondenten zijn alleenstaand met kinderen tegenover 9 (10%) samenwonend met kinderen. De verdeling tussen het geslacht is niet geheel gelijk. 51 vrouwen (55%) tegenover 41 mannen (45%) hebben de enquêtes ingevuld. De leeftijden van de respondenten variëren tussen de 19 en 85 jaar. De grootste frequentie vindt plaats leeftijd van 41 tot 60 jaar namelijk 38%. Navolgend is 33% tussen 21 en 40 jaar. 24% is tussen de 61 en 80 jaar. Slechts twee respondenten bevinden zich onder de leeftijd van 20 en drie respondenten vanaf 80 jaar. Het opleidingsniveau van de respondenten ligt grotendeels op universitair en HBO niveau. 33% heeft een universitaire studie genoten tegenover 29% op HBO niveau. Voor het basisonderwijs is dat slechts 4%, voor het middelbaar onderwijs 14% en voor het MBO is dat 15%. Slechts 5% heeft een andere opleiding gevolgd zoals de meisjesschool. Tevens is er gevraagd aan de respondenten wat hun geboorteplaats is. 45% van de ondervraagden is geboren in Amsterdam tegenover 51% die daarbuiten zijn geboren maar wel binnen Nederland. Slechts 4% is buiten Nederland geboren. Bij het thema trots zal gekeken worden of de respondenten die geboren zijn in Amsterdam trotser zijn of juist niet. Ook is er gevraagd aan de respondenten of ze werkzaam zijn in de toeristische sector. Het merendeel, 91% is niet werkzaam in de sector. Slechts 9% gaf aan dat zij, of iemand binnen hun huishouden werkzaam is in de toeristische sector. Het merendeel, 39% bezoekt een stad 2 tot 5 keer per jaar. Navolgend bezoekt 21% een stad 5 tot 10 keer en 11% bezoekt
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
39
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
een stad zelfs 10 keer of meer per jaar. 8% bezoekt een stad in Nederland of het buitenland minder dan 1 keer per jaar. 21% bezoekt een stad 1 tot 2 keer per jaar.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
40
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
5.2 De Pijp Van de 77 respondenten woont het grootste gedeelte 10 tot 25 jaar in De Pijp, namelijk 27%. Navolgend woont 23% 5 tot 10 jaar in deze buurt. 19% woont zelfs 25 jaar of langer in De Pijp. 20% woont er 2 tot 5 jaar. Slechts 6 respondenten(8%) wonen er 1 tot 2 jaar en twee respondenten pas tussen de 6 maanden tot 1 jaar. Er zijn geen respondenten die minder dan 6 maanden in De Pijp wonen. Het is opvallend dat het overgrote deel, 50% tussen de 5 tot 25 jaar in deze buurt woont. Het aantal respondenten dat in een huur of koopwoning woont verschilt niet veel van elkaar namelijk 4%. 52% huurt een woning tegenover 48% die een koopwoning heeft. Van de respondenten is 44% alleenstaand. 31% is samenwonend zonder kinderen. Slechts 2 respondenten(3%) zijn alleenstaand met kinderen. 22% is samenwonend met kinderen. De verdeling tussen het geslacht is niet helemaal gelijk: 48 vrouwen (62%) tegenover 29 mannen(38%) hebben de enquêtes ingevuld. De leeftijden van de respondenten variëren tussen de 20 en 95 jaar. De hoogste frequentie vindt plaats tussen de leeftijd van 41 tot 60 jaar namelijk 46%. 29 respondenten(38%) is tussen de 21 en 40 jaar. Slechts 11 respondenten(14%) bevinden zich in de leeftijdcategorie van 61 tot 80 jaar. 1 respondent bevindt zich onder leeftijd van 20 jaar en een bevindt zich boven de 81 jaar. Het opleidingsniveau van de respondenten ligt grotendeels op universitair niveau namelijk 47%. Een derde van de respondenten(34%) heeft een HBO-studie genoten tegenover 15% die een MBO-studie heeft genoten of lager. Slechts 4% heeft een andere opleiding gevolgd zoals de meisjesschool. Tevens is er aan de respondent gevraagd wat hun geboorteplaats is. Zo kan er mogelijk een verschil worden ontdekt of geboren en getogen Amsterdammers juist trotser zijn dan ’niet’ Amsterdammers. Dit resultaat zal in de thema’s worden verwerkt. Het overgrote deel van de respondenten is niet afkomstig uit Amsterdam, namelijk 66%. 24 respondenten(31%) zijn geboren in Amsterdam en slechts 2 respondenten (3%) zijn geboren buiten Nederland. Ook is er gevraagd aan de respondent, of iemand binnen zijn huishouden werkzaam is in de toeristische sector. Deze gegevens kunnen interessant zijn, omdat mensen die werkzaam zijn in de toeristische sector mogelijk toleranter zijn dan mensen die in een andere sector werkzaam zijn. Slechts 6 respondenten(8%) gaven aan dat zij, of iemand binnen hun huishouden, werkzaam is in de toeristische sector. De laatste vraag van de algemene vragen informeert hoe vaak men uit recreatieve belangstelling en bezoek brengt aan een stad binnen of buiten Nederland. Dit gegeven kan mogelijk interessant zijn, omdat mensen die zelf ook vaak de toerist zijn, zich wellicht beter kunnen verplaatsen in de toerist en zo mogelijk meer gastvrij zijn. De grootste frequentie zit _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
41
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
voornamelijk tussen het aantal bezoeken van 2 tot 5 keer per jaar(35%) en 5 tot 10 keer per jaar(24%). Navolgend bezoeken 17 respondenten (22%) 1 tot 2 keer per jaar een stad binnen of buiten Nederland. Slechts 10% bezoekt een stad 10 keer per jaar of meer. Zeven respondenten (9%) bezoekt een stad minder dan 1 keer per jaar.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
42
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
6. Trots Dit hoofdstuk gaat in op het thema ‘’trots’’. Per onderzoeksgebied zullen de resultaten behandeld worden in de paragrafen. In de subparagrafen worden de resultaten van de stellingen weergegeven. Tot slot is er aan het einde van de gepresenteerde resultaten per onderzoeksgebied een deelconclusie geschreven.
6.1 Trots op de Rivierenbuurt In het eerste thema van de enquêtes wordt het thema ‘’Trots behandeld. Dit thema bevat 5 stellingen. Deze paragraaf wordt aan de hand van een tabel aangegeven wat bewoners van de Rivierenbuurt hebben geantwoord. Vervolgens zal aan de hand van de antwoorden en een aantal uitspraken van de geïnterviewde respondenten een korte analyse worden gegeven van elke stelling. zeer geen
mee
mee
missing
oneens
zeer oneens
mening
eens
eens
values
5%
6%
32%
45%
12%
(5)
(6)
(29)
(41)
(11)
2. Ik woon graag in een stadsdeel dat
8%
24%
25%
36%
7%
populair is voor (dag)toeristen.
(7)
(22)
(23)
(33)
(7)
9%
28%
23%
33%
7%
(8)
(26)
(21)
(30)
(7)
4. Ik wil dat (dag)toeristen van mijn buurt
2%
4%
23%
60%
11%
genieten.
(2)
(4)
(21)
(55)
(10)
1%
14%
16%
51%
18%
(1)
(13)
(15)
(47)
(16)
1. Het geeft me een gevoel van trots te weten dat de Rivierenbuurt aantrekkelijk is voor (dag)toeristen.
3. De waardering van (dag)toeristen voor mijn buurt zorgt ervoor dat ik ook zelf mijn buurt meer waardeer.
5. Wanneer een (dag)toerist mij de weg vraagt, geef ik hem graag wat extra uitleg over mijn buurt. Tabel 1: Stellingen over het thema ‘trots’
6.1.1 Trots op de buurt Voor 57% van de 92 respondenten uit de Rivierenbuurt geldt dat zij het eens tot zeer eens zijn met de stelling dat de komst van (dag)toeristen naar de Rivierenbuurt hun een gevoel van trots geeft. Voor slechts 11% geldt dat zij het oneens tot zeer oneens zijn met de stelling. Een derde geeft aan hier geen mening over te hebben. Er is niet een duidelijk verschil te ontdekken of respondenten die in Amsterdam geboren zijn trotser zijn dan bijvoorbeeld mensen die daarbuiten zijn geboren. Tijdens de interviews hebben bewoners diverse redenen aangedragen. Zo geen een geïnterviewde aan het zeer eens te zijn met de stelling want zo legt hij uit: ‘’… het maakt je weer bewust van het feit dat je in een mooie buurt woont. Het zijn mooie huizen, bekende _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
43
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
architecten enzo’’. Een andere bewoner is het ook eens met de stelling maar geeft een andere reden namelijk: ‘’….die toeristen die zorgen er toch wel voor dat er een doorstroming is van mensen, het maakt de buurt wat gezelliger. De toeristen zorgen er ook voor dat de terrasjes vol zitten en ja dat geeft toch een soort vakantiegevoel eigenlijk als je daar in de buurt rondloopt, op zomerse dagen dan althans’’. 6.1.2 Wonen in een populaire buurt Voor 43% van de 92 respondenten uit de Rivierenbuurt geeft aan graag in een stadsdeel te wonen dat populair is voor (dag)toeristen. 32% geeft aan het oneens tot zeer oneens te zijn. Precies een kwart heeft hier geen mening over. Uit de interviews met bewoners is gebleken dat de meningen hierover verdeeld zijn. Zo geeft een bewoner in de Scheldestraat die geen mening heeft aangegeven aan ‘’....nou ja het is moeilijk om dat te omschrijven maar zoals ik al zeg de toeristen maken toch ook wat gezelligheid in de buurt maar inprincipe speelt het niet zo’n rol maar goed ik zit in zo’n situatie en zo is het nou eenmaal’’. Een bewoner die graag in een buurt woont die populair is voor (dag)toeristen legt uit ‘’… daar ben ik het inderdaad mee eens. Want als het populair is voor toeristen dan is het waarschijnlijk ook wel populair voor de bewoners zelf. Een levendige buurt heb je dan mee te maken en ja dat vind ik leuk’’. 6.1.3 Waardering van toeristen in mijn buurt Bij deze stelling hebben de respondenten van de Rivierenbuurt gemengd gereageerd. 40% van de 92 respondenten geven aan dat de waardering van toeristen voor hun buurt ervoor zorgt dat hun waardering voor de buurt toeneemt. Voor 37% is dit geen reden om hun buurt meer te waarderen. Bijna een kwart heeft hier geen mening over. Bij bewoners die het eens waren met deze stelling is gevraagd of de waardering van toeristen voor hun buurt zorgt voor een bepaalde meerwaarde. Een bewoner nabij de President Kennedylaan zegt het volgende: ‘’…natuurlijk geeft dat een meerwaarde. Het geeft de hele stad een meerwaarde, kijk als er iets aantrekkelijk is, ja een toerist verteert dat. Het gaat allemaal om het gelag, het gaat allemaal om de inkomsten als je dat niet hebt ben je nergens’’. Bewoners laten merken dat het niet alleen gaat om hun eigen belang maar om een groter geheel. En bovendien, zo geven bewoners ook aan dat het meer gezelligheid op straat met zich mee brengt of zeggen ‘’....het maakt je meer bewust’’. Een andere bewoner geeft aan het hier mee oneens te zijn en legt uit: ‘’…. dat heeft ook met mijn eigen woonwensen te maken dat ik graag in een hele rustige buurt woon’’. Ook stadsdeel Zuideramstel geeft aan dat er nog niet echt sprake is van toerisme in de Rivierenbuurt. Het is nog een vrij rustige woonwijk wat bewoners ook al aangaven. Toch blijkt wel dat de meningen hier enigszins over verdeeld zijn, de een houdt klaarblijkelijk meer van rust dan de ander.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
44
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
6.1.4 Toeristen laten genieten van mijn buurt Voor 71% van de 92 respondenten van de Rivierenbuurt geldt dat zij toeristen willen laten genieten van hun buurt. Slechts 6% is het oneens to zeer oneens met deze stelling. Nog geen kwart(23%) heeft hier geen mening over. Een bewoner in een zijstraat van de President Kennedylaan legt het volgende uit; ‘’….het lijkt me op zich van zelfsprekend, als je toch hier mensen in de buurt krijgt laat ze dan ook met een tevreden gevoel weer naar huis gaan’’. Een andere bewoner die het ook eens is met de stelling geeft aan het ‘’….gezellig’’ te vinden, de toeristen ofwel mensen in de buurt. Van de geïnterviewden geven allen aan het eens te zijn met de stelling de toeristen te laten genieten van hun buurt. 6.1.5 Extra uitleg geven aan toeristen Bij de laatste stelling geeft 69% van de respondenten aan dat ze graag wat extra uitleg geven over hun buurt. Slechts 15% geeft aan dit niet graag te doen en 16% geeft aan hier geen mening over te hebben. Tijdens de interviews is naar voren gekomen dat bewoners soms wat gehaast zijn waardoor ze geen tijd hebben om uitleg te geven of de weg te wijzen. Een bewoner beschrijft dit als volgt: ‘’ voor een deel weet ik niet zo veel dat ik extra uitleg kan geven en vaak ben je ook gehaast als iemand de weg vraagt’’. Een andere bewoner geeft te kennen gewoon antwoord te geven op de vraag van een toerist ‘’soms informeren toeristen wel waar ze iets kunnen vinden en ja dan geef je daar gewoon antwoord op wat de beste optie is’’. Een andere bewoner geeft aan het oneens te zijn, want zo geeft hij aan: ‘’dat doe ik niet. Ik vertel hem de weg of soms neem ik zelf het initiatief als ik iemand zie die een beetje zoekt. Ik geef graag uitleg, maar niet extra uitleg’’. Het overgrote deel van de respondenten staat er dus wel open voor om een toerist de weg te wijzen, maar vallen over het woord ‘’extra’ in de stelling. 6.1.6 Visie sleutelfiguren Voor dit onderzoek zijn er ook interviews gehouden met zogenaamde sleutelfiguren die betrokken zijn bij het toeristisch beleid of op welke manier dan ook betrokken zijn bij de bewoners van het de buurt ofwel stadsdeel Zuideramstel, waar de Rivierenbuurt een onderdeel van is. Tijdens een interview met dhr. Keuter, medewerker Economische Zaken van Stadsdeel Zuideramstel is onder andere ook een vraag gesteld met betrekking tot het thema ‘’trots’’. Bij het interview wordt uitgelegd dat als er beleid gemaakt wordt, dit interactief beleid is wat betekend dat er niet over de bewoners wordt gedacht maar mét de bewoners. De geïnterviewde geeft aan dat als dit in goede banen geleid wordt, het stadsdeel bewoners ook in hun waarde laat en dat bewoners dan automatisch een gevoel van trots krijgen over de bijdragen die zij hebben geleverd. De heer Keuter geeft aan; ‘’ Dat is overigens niet voorbehouden aan het toeristische beleid, maar geldt in wezen voor al het beleid’’. Het interview is ook terug te lezen in de bijlage.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
45
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
6.1.7 Deelconclusie ‘Trots op de Rivierenbuurt’ Het thema ’trots’ is opgedeeld in 5 stellingen die de respondenten op de proef stelt over hun gastvrijheid en vraagt naar hun belevenissen en ervaringen. Bij de eerste stelling komt naar voren dat de respondenten van de Rivierenbuurt overwegend trots (57%) zijn op hun buurt. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat de Rivierenbuurt nog een redelijk rustige buurt is en dat bewoners dat erg waarderen, maar zo wordt ook gezegd, de komst van toeristen zorgt wel wat meer voor doorstroming. De tweede stelling vraagt of bewoners graag wonen in een stadsdeel dat populair is voor (dag)toeristen en daar wordt duidelijk dat de meningen hier wat over verdeeld zijn. 43% is het eens met de stelling tegenover 32% die het oneens is. Of de waardering van (dag)toeristen ook voor meer waardering voor hun buurt zorgt, is voor het overgrote deel niet echt een reden. 40% is het wel eens tegenover 37% die het niet eens is. Tijdens de interviews wordt duidelijk dat de respondenten wel het belang van toeristen in de stad erkennen. Bovendien geeft een bewoner aan dat de waardering van toeristen meer bewustzijn creëert voor de buurt. Een duidelijke uitkomst is dat 71% van de respondenten wil dat toeristen van hun buurt genieten en zo legt een bewoner uit ‘’ laat ze dan ook met een tevreden gevoel weer naar huis gaan’’. De meeste respondenten, 69%, geeft graag wat extra uitleg aan (dag)toeristen, maar zo wordt tijdens de interviews met bewoners ook duidelijk dat het vaak enkel om ‘’de weg wijzen’’ gaat, en niet zozeer om extra uitleg.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
46
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
6.2 Trots op De Pijp In het eerste thema van de enquêtes wordt het thema ‘’Trots behandeld. Dit thema bevat 5 stellingen. Deze paragraaf wordt aan de hand van een tabel aangegeven wat bewoners van De Pijp hebben geantwoord. Vervolgens zal aan de hand van de antwoorden en een aantal uitspraken van de geïnterviewde respondenten een korte analyse worden gegeven van elke stelling. zeer zeer
geen
mee
mee
missing values
oneens
oneens
mening
eens
eens
8%
9%
22%
48%
13%
(6)
(7)
(17)
(37)
(10)
2. Ik woon graag in een stadsdeel dat
7%
25%
23%
36%
9%
populair is voor (dag)toeristen.
(5)
(19)
(18)
(28)
(7)
13%
38%
18%
25%
6%
(10)
(29)
(14)
(19)
(5)
4. Ik wil dat (dag)toeristen van mijn buurt
3%
5%
21%
53%
18%
genieten.
(2)
(4)
(16)
(41)
(14)
23%
17%
46%
14%
(18)
(13)
(35)
11
1. Het geeft me een gevoel van trots te weten dat De Pijp aantrekkelijk is voor (dag)toeristen.
3. De waardering van (dag)toeristen voor mijn buurt zorgt ervoor dat ik ook zelf mijn buurt meer waardeer.
5. Wanneer een (dag)toerist mij de weg vraagt, geef ik hem graag wat extra uitleg over mijn buurt. Tabel 2: Stellingen over het thema ‘trots’
geen
6.2.1 Trots op de buurt Voor 61% van de 77 respondenten uit De Pijp geldt dat zij het eens tot zeer eens zijn met de uitspraak dat de komst van (dag)toeristen naar De Pijp hun een gevoel van trots geeft. Slechts 17% geeft aan dat dit niet het geval is en 22% heeft hier geen mening over. Wat opvallend is dat ruim een derde van bewoners die buiten Amsterdam zijn geboren trotser lijken te zijn, slechts 10% van de Amsterdammers is het eens met de stelling. Onderstaand diagram illustreert dit.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
47
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Geboorteplaats
30
Amsterdam Elders in Nederland
Count
20
28
10
8 6 4
0 mee eens
zeer mee eens
Het geeft me een gevoel van trots te weten dat de Pijp aantrekkelijk is voor (dag)toeristen.
Tijdens de interviews hebben bewoners hier gemend op gereageerd. Het merendeel van de geïnterviewden is het eens met de stelling dat het hun een gevoel van trots geeft te weten dat De Pijp aantrekkelijk is voor (dag)toeristen. Indien bewoners het eens waren met de stelling is er gevraagd of het zorgt voor een extra dimensie of dat het een meerwaarde geeft. Een bewoner legt uit ‘’.. dat vind ik wel, ik vind het altijd wel leuk die dagjesmensen uit Limburg en Brabant, die groepen vrouwen Enzo, dat is gezellig’’. Een andere bewoonster zegt niet te weten of het echt heel belangrijk is wat toeristen van haar buurt vinden maar vind wel dat er meer is dan alleen het centrum en legt zo uit ‘’maar als ik gewoon kijk naar Amsterdam als stad dat ik wel zoiets heb van nou het zou voor toeristen gewoon heel erg leuk zijn als ze dat deel van de stad ook zien omdat het een hele leuke buurt is waar van alles te doen en te halen is dus ja en dan vind ik het wel leuk is dat het de buurt is waar ik woon. Dus als ik ook mensen die ik ken uit het buitenland, en die ik tips geef, dan geef ik ze ook vaak tips die echt bij mij in de buurt liggen omdat ik ook het idee heb dat ze daarmee een leuke ervaring hebben’’. Een bewoonster aan de Ceintuurbaan op leeftijd zegt niet zo heel veel toeristen te zien in haar straat maar geeft wel aan dat het ‘’ ..een hele fijne buurt met mooie huizen’’ is. Een geboren en getogen Amsterdamse bewoner aan het Sarphatipark heeft hier geen mening over en legt uit dat het ‘’.. prettig is om hier te wonen’’ maar om dit trots te noemen iets te ver vind gaan. Bovendien geeft dezelfde bewoner aan toeristen niet erg te vinden maar dat het los staat van het feit waar hij wil wonen. Een geïnterviewde bewoner die zijn hele leven al in de 1e Jacob van Campenstraat woont, geeft aan het zeer oneens te zijn met de stelling dat het een gevoel van trots geeft te weten dat De Pijp aantrekkelijk is voor (dag)toeristen. Zo geeft hij aan: ‘’.. wanneer moet je trots zijn op iets? Als de buurt zich ook voor jou interesseert. Tegenwoordig zijn mensen voornamelijk in zichzelf geïnteresseerd’’. Maar zo geeft de bewoner ook aan ‘’… maar ja Amsterdam heeft toch iets. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
48
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
6.2.2 Wonen in een populaire buurt Voor 45% van de 77 respondenten uit De Pijp geldt dat zij graag in een stadsdeel wonen dat populair is voor (dag)toeristen. 32% geeft aan het oneens tot zeer oneens te zijn. Nog geen kwart(23%) heeft hier geen mening over. Uit de interviews is onder andere gebleken dat de bewoners niet zeker weten of het echt uit maakt wat toeristen vinden maar zo legt een bewoonster uit: ‘’.. ik vind het wel leuk dat ik dan in de buurt woon waar toeristen ook graag vertoeven’’. Een bewoonster aan de Ceintuurbaan die geen mening heeft aangegeven legt het anders uit: ‘’.. kijk ik woon hier al mijn hele leven dus dat speelt niet zo’n rol. Het is een fijne buurt wel, maar ik heb niet echt een notie van al de toeristen, want dat valt hier wel wat mee’’. Een andere bewoner is iets negatiever en zegt dat een woonwijk voor bewoners is en niet voor toeristen. Dit wordt als volgt omschreven: ‘’.. Toeristen moeten naar de Efteling gaan of een wandeling in het Vondelpark maken, maar helaas is dat nu ook meer een hondenuitlaatplek geworden. 6.2.3 Waardering van toeristen van mijn buurt Bij de derde stelling is gevraagd of bewoners hun buurt ook meer waarderen door de waardering die (dag)toeristen aan hun buurt geven. Het merendeel, 51% geeft oneens tot zeer oneens aan. 31% zegt dat de waardering van toeristen er wel voor zorgt dat zij hun buurt meer gaan waarderen. Slechts 18% heeft hier geen mening over. Bij de geïnterviewde bewoners van De Pijp zijn de meningen hier enigszins over verdeeld. Zo legt een bewoonster uit: “..ik denk wel dat het toch wel leuk is dat de buurt waar men dan in woont aantrekkelijk is voor bezoekers. En je hebt hier natuurlijk wel de markt wat mensen trekt maar verder zou ik het zo niet weten’’. Een andere bewoonster zegt hier niet zo zeker van te zijn: ‘’.. nou, ik weet niet of dat zo is omdat ik het al een hele fijne buurt vind maar ja ik zie wel dat er meer animo voor is’’. Een bewoonster aan het Marie-Heinekenplein geeft aan neutraal te zijn over deze stelling ‘’.. dat maakt me niet zoveel uit. Ik vind het gewoon al een leuke buurt en of die dagtoeristen dat nou ook leuk vinden heeft niet zo invloed op mijn mening. Vind het wel leuk als ze het leuk hebben hoor maar ja’’. Een andere bewoner zegt dat de waardering van toeristen voor zijn buurt niet voor meer waardering zorgt. Hij vindt het belangrijk dat bezoekers respect hebben voor de bewoners, en zo geeft hij aan ‘’ de mentaliteit is veranderd, mensen hebben geen fatsoen meer’’, maar zo wordt ook duidelijk dat dit niet alleen toeristen zijn maar bezoekers in zijn algeheel. 6.2.4 Toeristen laten genieten van mijn buurt Bij de stelling of bewoners van De Pijp (dag)toeristen willen laten genieten van hun buurt is 71% het eens tot zeer eens. Slechts 8% is het hiermee oneens tot zeer oneens. 21% heeft hier geen mening over. Het merendeel van de geïnterviewde bewoners van De Pijp willen graag dat toeristen van hun buurt genieten. De gegeven antwoorden zijn doorgaans kort en bondig met termen als ‘’.. ja tuurlijk’’ en ‘’zeker wel’’. Een bewoner legt het als volgt uit: ‘’.. Als ze hier komen dan mogen ze van mij van de buurt genieten. Ik heb voor rest ook geen last van de mensen hoor. En in het Centrum enzo bijvoorbeeld dat je dan op een gegeven moment geen eens meer _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
49
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Hollands kan praten, het is allemaal in het Engels en ik vind het niet zo erg hoor maar dan denk ik wel eens je bent een beetje een vreemde in je eigen stad. Vooral in het Centrum daar bij de Dam enzo, maar dat is ook alleen zomers en voor de rest valt het ook wel mee’’. Zo legt een bewoonster aan de Ceintuurbaan ook uit: ‘’..meestal valt het ook niet zo op hoor, dan gaat men op in de menigte’’. Een iets meer kritische bewoner geeft aan dat toeristen best in zijn buurt mogen komen, zolang ze zich maar aanpassen aan bewoners. 6.2.5 Extra uitleg geven aan toeristen Voor 60% van de 77 respondenten uit De Pijp geldt dat zij graag wat extra uitleg geven aan een (dag)toerist, wanneer ze de weg vragen. Nog geen kwart (23%) geeft aan het hier mee oneens te zijn en slechts 17% heeft hierover geen mening. Tijdens de interviews met bewoners van De Pijp zijn diverse verklaringen gegeven. Zo geeft een bewoonster aan dat naar haar idee wel steeds meer toeristen de weg vragen: ‘’.. ik zie wel meer verdwaalde toeristen dan voorheen. Dus ik heb wel het idee dat het iets meer ontdekt is dus je ziet vaker mensen met een kaart rondwandelen’’. Een bewoonster van de Ceintuurbaan geeft aan dat ‘’.. de Ceintuurbaan in feite een doorgangsweg voor toeristen is, er zijn namelijk weinig historische bezienswaardigheden te bezichtigen’’. Zo noemt een andere bewoner ook: ‘’.. ja het komt wel eens voor. Voor de Albert Cuyp enzo, of ze vragen een restaurantje en dan wil ik ze wel een beetje helpen. En dat vind ik ook leuk als ik zelf ergens in het buitenland ben’’. Bovendien, zo zegt een bewoonster: ‘’.. wat je sowieso al veel direct bij mij in de straten rondom mijn huis, heb je altijd al veel architectuurtoeristen dus die komen echt voor die Amsterdamse School dus dat zag je dan al vaak maar die zijn dan ook vaak in een groep maar ook mensen alleen met een boekje van oh woont u hier’’. Dezelfde bewoner geeft ook aan dat je bijvoorbeeld op terrassen meer talen hoort maar dat dat tegelijkertijd niet een bewijs is dat het toeristen zijn omdat De Pijp al zo’n multiculturele buurt is. Een meer kritische bewoner geeft aan dat men ‘’..er tegenwoordig maar vanuit dat anderen hun de weg wel vertellen. Vroeger kochten we een boekje als we naar Parijs gingen. Nu gaan ze maar op de bonnefooi’’. 6.2.6 Visie Sleutelfiguren Naast de interviews met bewoners zijn er ook twee interviews gehouden met stadsdeel OudZuid. De reden hiervoor is toe te schrijven aan het feit dat het beleid aangaande het toerisme is opgesplitst in twee afdelingen namelijk de afdeling beleid en de afdeling beleidsuitvoering. Dit thema, dat ingaat op trots, is ook behandeld tijdens de interviews. Dhr. Stokman, beleidsadviseur van de afdeling beleid, legt het volgende uit over trots op De Pijp ofwel OudZuid; ‘’.. Ik denk dat bewoners om verschillende reden trots kunnen zijn. Ze leven in de Pijp dan wel in Oud-Zuid alleen al aan de vastgoedprijzen kunnen ze zien dat ze er heel trots op kunnen zijn, het is een heel gevraagde buurt en dat heeft heel erg te maken met de culturele voorzieningen dus met de Musea en we zijn nu bezig met het Gemeentearchief nou dat wordt ook een cultureel creatief centrum en dan krijg je dus een heleboel uitstraling op je buurt weer. Dus de hoeveelheid cultuur die in Oud-Zuid is, de hoeveelheid creatieve ondernemers die we hebben, de soort horeca die we hebben dat geeft zo’n hoog
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
50
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
voorzieningsniveau, dan de parken, de voorzieningen, dat je daar erg trots op bent’’.
Hogeschool INHOLLAND
hoeveelheid
hoogwaardige
aantrekkelijke
6.2.7 Deelconclusie ‘Trots op De Pijp’ Het thema is opgedeeld in 5 stellingen die de respondenten op de proef stelt over hun gastvrijheid en vraagt naar hun belevenissen en ervaringen. Bij de eerste stelling komt naar voren dat bewoners van De Pijp wel trots zijn, maar de bewoording hiervan soms net iets té vinden. Dat verklaart zo mogelijk ook het niet al te hoge percentage van 61%. De tweede stelling gaat in op de vraag of bewoners graag in een buurt wonen die populair is voor toeristen. Nog niet eens de helft(45%) is het hier mee eens en bijna een kwart (32%) is het oneens met de stelling. Voornaamste reden die gegeven wordt is dat het niet echt van invloed is, zij waardeerden hun buurt al, mét of zonder toeristen. De derde stelling vraagt of bewoners hun buurt meer waarderen door de waardering die toeristen aan hun buurt geven. Iets meer dan de helft(51%) vind dat dit niet van het geval is. De respondenten gaven aan dat het wel steeds meer herkenbaar is dat er meer animo voor de buurt is maar dat het los staat van wat hun waardering van de buurt is. Zo lijkt er tot dusver een goede mix te zijn van bewoners en bezoekers. De vierde stelling vraagt aan de respondenten of ze willen dat toeristen van hun buurt genieten. Dit is, vergeleken met de andere percentages, een redelijk hoge score namelijk 71%. De vijfde en laatste stelling van het thema trots vraag of bewoners ook wat extra uitleg willen geven aan de toerist. Het overgrote deel staat er wel voor open (60%) om we weg te wijzen maar zo wordt ook duidelijk tijdens de interviews dat het vaak gaat om de weg te wijzen en niet zozeer om extra uitleg. Als reden wordt bijvoorbeeld gegeven dat men haast heeft of zo niet zouden weten wat ze extra moeten vertellen over de buurt.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
51
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
7. Toeristen in het Stadsdeel Dit hoofdstuk gaat in op het thema ‘’toeristen in het Stadsdeel’. Per onderzoeksgebied zullen de resultaten behandeld worden in de paragrafen. In de subparagrafen worden de resultaten van de stellingen weergegeven. Tot slot is er aan het einde van de gepresenteerde resultaten per onderzoeksgebied een deelconclusie geschreven.
7.1 Toeristen in de Rivierenbuurt Het tweede thema gaat in op toeristen in de buurt. Hebben de respondenten dat het aantal toeristen is toegenomen in hun buurt? Of wordt de privacy verstoord?
zeer geen
mee
mee
missing
oneens
zeer oneens
mening
eens
eens
values
3%
34%
45%
17%
1%
(3)
(31)
(41)
(16)
(1)
17%
59%
16%
8%
(16)
(54)
(15)
(7)
26%
60%
11%
3%
(24)
(55)
(10)
(3)
aanwezig zijn in mijn stadsdeel, want ze
4%
29%
39%
27%
1%
zorgen voor meer veiligheid en sociale
(4)
(26)
(36)
(25)
(1)
24%
47%
16%
11%
2%
(22)
(43)
(15)
(10)
(2)
5%
12%
13%
61%
9%
(12)
(56)
(8)
1. Ik heb het gevoel dat het aantal (dag)toeristen in mijn directe woonomgeving is toegenomen. 2. Toeristen verstoren mijn privacy. 3. Ik sluit mijn woning steeds meer af voor (dag)toeristen (bijvoorbeeld door vitrage of planten voor het raam).
Geen
Geen
4. Ik vind het fijn dat (dag)toeristen
controle. 5. Ik heb liever niet dat (dag)toeristen in mijn directe woonomgeving aanwezig zijn. 6. Er is voldoende ruimte in de Rivierenbuurt, dus de aanwezigheid van
(5) (11) toeristen zorgt niet voor extra drukte. Tabel 3: Stellingen rond het thema ‘Toeristen in uw stadsdeel’
7.1.1 Toename van het aantal toeristen in de Rivierenbuurt Voor 37% van de 92 respondenten in de Rivierenbuurt geldt dat zij het oneens tot zeer oneens zijn met de stelling dat ze het gevoel hebben dat het aantal (dag)toeristen is toegenomen in hun directe woonomgeving. 18% is het wel eens met de stelling en 45% heeft hier geen mening over. Tijdens de interviews is ook gebleken dat de meningen hier wat over verdeeld zijn. Zo geeft een bewoner nabij de RAI aan ‘’ geen mening omdat ik totaal geen idee heb. Het is hier altijd ongeveer druk en de RAI bepaald het hele toerisme hier’’. Toch zijn er wel een aantal _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
52
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
bewoners die hier iets anders over zeggen; ‘’.. ja maar op toeristen let je natuurlijk niet specifiek. Maar het is wel wat toegenomen denk ik, voornamelijk wat meer japanners die deze kant op komen. En die vallen natuurlijk ook meer op als je bijvoorbeeld in de tram zit’’ of ‘’.. het lijkt er wel op alsof het iets drukker geworden is, ja ik tel het natuurlijk niet maar het is gewoon puur op mijn gevoel af en ja ik heb het idee dat het toch ieder jaar een toename is wat betreft het aantal toeristen maar of dat zo is weet ik natuurlijk niet’’. Echt hele duidelijke verklaringen zijn niet naar voren gekomen. De geïnterviewden geven aan dit moeilijk te kunnen inschatten en bovenal wordt er gezegd ‘’.. niet in de Rivierenbuurt, wel in andere stadsdelen’’. Het lijkt in de Rivierenbuurt wel wat mee te vallen, ondanks dat de RAI wel een drukke plek is. 7.1.2 Toeristen verstoren de privacy van de bewoners Het merendeel van de respondenten geeft aan dat de toeristen hun privacy niet verstoren, namelijk 76%. 16% heeft hier geen mening over en slechts 8% is het wel eens met de stelling. De geïnterviewden zijn het er allemaal over eens dat toeristen in hun buurt de privacy niet verstoren waardoor uitleg hier overbodig is. 7.1.3 Woning afsluiten voor toeristen Voor 86% van de respondenten van de Rivierenbuurt geldt dat zij hun woning niet afsluiten voor toeristen. Slechts 11% heeft hier geen mening over en 3% zegt dit wel te doen. Tijdens de interviews met bewoners is gebleken dat de meeste bewoners niet op de begane grond wonen. Drie van de 5 geïnterviewden wonen op de eerste etage of hoger. Twee van de 5 wonen wel op de begane grond maar ook zij sluiten hun woning niet af voor toeristen die naar binnen zouden kunnen kijken. Zo legt een bewoner in de Wielingenstraat, voor de RAI uit; ‘’.. kijk we hebben wel vitrage en dat is niet voor niets. Maar dat zou ik op een begane grondwoning altijd doen en dat is dus niet expliciet voor toeristen maar gewoon voor iedereen die langsloopt. Het gaat niet om die toeristen maar je moet het gewoon wel doen als je op de begane grond woont’’. Een andere bewoner die ook op de begane grond woont zegt; ‘’.. nee, ik heb wel wat vitrage maar zoveel lopen er niet voor mijn raam’’. 7.1.4 Veiligheid en sociale controle Bij de stelling die gesteld werd aan de respondenten of ze het fijn vinden dat (dag)toeristen aanwezig zijn in hun stadsdeel, want ze zorgen voor meer veiligheid en sociale controle zijn de meningen verdeeld. 33% is het oneens tot zeer oneens met deze stelling en 28% denken wel dat de komst van toerisme in hun stadsdeel voor meer veiligheid en sociale controle zorgt. Een wat groter percentage, 39% heeft hier geen mening over. Uit de interviews met bewoners van de Rivierenbuurt is naar voren gekomen dat er twee verschillende redenen zijn waarom bewoners denken dat het wel of niet veiligheid en sociale controle met zich mee brengt. Twee geïnterviewden waren het oneens en gaven de volgende reden; ‘’.. als er hier toeristen zouden zijn, dat het er onveiliger op wordt. Ik weet _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
53
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
natuurlijk niet of het zo is maar dat is meer mijn gevoel’’ of ‘’..ik zie niet op wat voor manier die voor meer veiligheid zorgen’’. Verder geeft een bewoner ook aan ‘’. ik denk niet dat het er veiliger op wordt stel dat er hier een hele leuke attractie komt’’. Andere geïnterviewden delen die mening niet en stellen het anders; ‘’.. nou ja er lopen wat meer mensen rond, dus omdat er wat meer mensen rondlopen is er volgens mij ook wat meer sociale controle’’ en een bewoner die het zeer eens is zegt; ‘’Altijd, meer mensen is altijd goed’’. Een bewoner geeft aan dit niet zo goed te weten en geeft aan dat hij niet zoveel mensen in zijn straat ziet dus daar ook niet goed op te kunnen antwoorden. 7.1.5 Toeristen in de woonomgeving Voor 71% van de Respondenten uit de Rivierenbuurt geldt dat zij het oneens tot zeer oneens zijn met de stelling dat ze liever niet (dag)toeristen in hun directe woonomgeving hebben. Slechts 13% heeft (dag)toeristen liever niet in zijn directe woonomgeving en 16% heeft hierover geen mening. Het merendeel van de geïnterviewden is het zeer oneens, toeristen mogen best in hun directe woonomgeving komen. zo legt een bewoner ook uit; ‘’.. ja maar ze lopen hier altijd langs en daar heb ik geen last van. Nee, ik vind het juist hartstikke leuk’’. Een andere bewoner die in de Kinderstraat woont zegt; ‘’.. ik heb er geen last van maar ik zie ze ook niet hier. Maar ik zeg net, die hebben hier ook niets te zoeken. Hier heb je totaal geen toerisme!’’. Slechts één geïnterviewde geeft aan de toeristen liever niet in de directe woonomgeving te hebben. Maar zo geeft deze mevrouw ook aan: ‘’ ..dat heeft ook met mijn eigen woonwensen te maken dat ik graag in een hele rustige buurt woon’’. 7.1.6 Voldoende ruimte in de Rivierenbuurt 70% van de respondenten vinden dat er voldoende ruimte is in de Rivierenbuurt, dus de aanwezigheid van toeristen niet voor extra drukte zorgt. 17% vindt dat het wel voor extra drukte zorgt en slechts 13% heeft hier geen mening over. Tijdens interviews met bewoners wordt duidelijk dat er wel wat drukte is, maar niet veel. En als het wat meer drukte geeft, zo zegt een bewoner, is dat ‘’ niet storend maar juist gezellig’’. Dezelfde bewoner geeft ook aan ‘’.. er is voldoende ruimte, er zijn voldoende restaurants en terrassen’’. Een andere bewoner in de Kuinderstraat zegt ook; ‘’.. het zijn er geen duizenden dus af en toe een stuk of 6, een klein groepje dat even langs loopt dat merk je af en toe. Als de Parade er is, dan weet je wel van goh het is wat drukker op bepaalde tijden, sluitingstijd, en dan heb je wel hele stromen door de straat’’. Een bewoner denkt dat het wel voor wat meer drukte zorgt, maar zo geeft deze mevrouw ook aan; ‘’Het is op zich wel een kleine buurt, dus als ze er zouden zijn zou het wel voor extra drukte zorgen. Maar wat er nu is aan toeristen, bijvoorbeeld de RAI dat is zo’n klein gedeelte van de stad dat merk je niet en geeft verder geen overlast’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
54
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
7.1.7 Visie Sleutelfiguren Tijdens een interview met een medewerker Economische Zaken van Stadsdeel Zuideramstel is ook gevraagd hoe zij die huidige situatie zien. In het interview met dhr. Keuter wordt duidelijk dat er in de Rivierenbuurt op het gebied van toerisme niet heel veel gebeurd. Bovendien geeft deze meneer het volgende aan; ‘’.. Toerisme is niet per definitie een economisch verhaal. Uit een oogpunt van economische belangen wel belangrijk, maar er zijn veel andere partijen betrokken. Economie vormt als het ware een complementaire component’’. Dat er vooralsnog niet veel aan toerisme in de Rivierenbuurt is en daarbij nog niet echt sprake is van overlast, is een feit. Er is wel uitvoerig gesproken over de ontwikkeling die de Zuidas doorstaat. Dit zou mogelijk in de toekomst een toeristentrekpleister kunnen gaan worden door het aanbod dat er hoogstwaarschijnlijk gaat komen. Het volgende wordt hier over gezegd; ‘’.. nu wordt toerisme met name in het Centrum van Amsterdam als een hinder ervaren. Maar de mate waarin zoveel toeristen zich op een relatief klein gebied bevinden levert vooral voor de mensen in de binnenstad een enorme overlast. Dus Amsterdam heeft inderdaad het beleid van hoe kunnen we het toerisme over Amsterdam spreiden, er is nu een beleid. De Zuidas moet daar zeker een belangrijke rol in gaan spelen. Er komen musea, het Joop van den Ende Theater, er is al een designmuseum en er komen vast ook nog wel andere musea bij’’. Dhr. Keuter wijst ook op het stedelijk museum wat eerst zou worden verplaatst naar de Rivierenbuurt maar wat uiteindelijk niet doorgevoerd is omdat het beleid van Amsterdam is dat de musea in de buurt van elkaar gelegen moeten zijn. Als die ontwikkeling zich ook gaat voordoen in de Zuidas, komen er waarschijnlijk meer. Zo wordt ook het volgende genoemd; ‘’Gedacht wordt nu aan een straat met luxe winkels vergelijkbaar met de PC Hoofdstraat. Misschien zelfs nog wel een iets hoger niveau. Dan krijgt zo’n straat een functie die het enkele boodschappen doen te boven gaat. Een dergelijke winkelstraat krijgt dan een toeristische functie’’. Wanneer de Zuidas meer gaat bieden dan alleen woningen en kantoren, zo geeft Dhr. Keuter aan, dan kunnen er ook mensen worden aangetrokken met een volle portemonnee en zo; ‘’.. wordt gehoopt ook veel buitenlanders aan te trekken die hier gaan winkelen, net zoals Nederlanders naar Londen, Berlijn of New York gaan’’. Voor specifieke overlast in de Rivierenbuurt door het toerisme wordt het volgende gezegd; ‘’.. hier hebben we geen last van toeristen. Die zijn er wel, maar daar hebben we echt geen last van. Nee, wij kunnen hier nog wel een stoot dat hebben zullen we maar zeggen’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
55
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
7.1.8 Deelconclusie ‘toeristen in de Rivierenbuurt’ Op de vraag of de respondenten van de Rivierenbuurt het gevoel hebben dat het aantal (dag)toeristen in hun directe omgeving is toegenomen heeft 45% ‘’geen mening’’. Een bewoner in de Wielingenstraat zegt dat het toerisme in zijn woonomgeving voornamelijk wordt bepaald door de RAI. Op de vraag waar bewoners de drukte dan aan kunnen merken wordt het straatbeeld in het algemeen wat drukker wordt, de terrassen wat voller zitten en de vele Japanners die voor het Okura Hotel komen. Een bewoner wijst tijdens een interview ook op het feit dat het soms moeilijk is om dat onderscheid te maken. Japanners herken je wel, maar als ze in de tram zitten en hun mond niet open doen is het onderscheid moeilijk te maken. De drukte lijkt vooralsnog in de Rivierenbuurt mee te vallen. Opvallend is dat ruim een kwart van de respondent vindt dat toeristen hun privacy niet verstoren. Het afsluiten van de woning voor toeristen, bijvoorbeeld door vitrage, is voor de respondenten van de Rivierenbuurt nauwelijks een issue. Maar liefst 86% zegt dit niet te doen, maar zo wordt duidelijk tijdens de interviews dat het overgrote deel niet op de begane grond woont. Een bewoner die wel op de begane grond woont, zegt dat je altijd de ramen zou moeten afsluiten maar dat dit niet expliciet is voor langslopende toeristen. Bij de vraag of toerisme voor meer veiligheid en sociale controle zorgt, zijn de meningen verdeeld. Of bewoners vinden dat het juist niet voor meer veiligheid zorgt, óf ze vinden dit juist wel doordat er meer mensen op straat zijn, wat meer een veilig gevoel geeft. Het overgrote deel van de 92 respondenten geeft aan het geen probleem te vinden om toeristen in hun directe woonomgeving te zien. Net als bij laatste stelling geldt dat de respondenten vinden dat er genoeg ruimte is in de Rivierenbuurt, en dus niet voor extra drukte zorgt. Het draagvlak van de respondenten in de Rivierenbuurt lijkt nog veel te kunnen hebben.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
56
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
7.2 Toeristen in De Pijp Het tweede thema gaat in op toeristen in de buurt. Hebben de respondenten dat het aantal toeristen is toegenomen in hun buurt? Of wordt de privacy verstoord?
zeer zeer 1. Ik heb het gevoel dat het aantal (dag)toeristen in mijn directe woonomgeving is toegenomen. 2. Toeristen verstoren mijn privacy. 3. Ik sluit mijn woning steeds meer af voor (dag)toeristen (bijvoorbeeld door vitrage of planten voor het raam).
geen
mee
mee
missing
oneens
oneens
mening
eens
eens
values
1%
16%
22%
45%
16%
(1)
(12)
(17)
(35)
(12)
21%
52%
2%
17%
8%
(16)
(40)
(2)
(13)
(6)
20%
53%
17%
8%
2%
(15)
(41)
(13)
(6)
(2)
10%
36%
33%
17%
4%
(8)
(28)
(25)
(13)
(3)
17%
48%
20%
10%
5%
(13)
(37)
(15)
(8)
(4)
10%
30%
18%
38%
4%
(14)
(29)
(3)
4. Ik vind het fijn dat (dag)toeristen aanwezig zijn in mijn stadsdeel, want ze zorgen voor meer veiligheid en sociale controle. 5. Ik heb liever niet dat (dag)toeristen in mijn directe woonomgeving aanwezig zijn. 6. Er is voldoende ruimte in De Pijp, dus de aanwezigheid van toeristen zorgt niet
(8) (23) voor extra drukte. Tabel 4: Stellingen rond het thema ‘Toeristen in uw stadsdeel’
7.2.1 Toename van het aantal toeristen in De Pijp Voor 61% van de 77 respondenten van De Pijp geld dat zij het gevoel hebben dat het aantal (dag)toeristen is toegenomen in de directe woonomgeving. 17% is het hier mee oneens tot zeer oneens en 22% heeft hierover geen mening. Tijdens de interviews met bewoners werd gevraagd waar ze dit aan merken. Voornamelijk de drukte van de markt en terrassen in de zomer worden als een teken beschouwd. Maar zo geeft een bewoonster ook aan: ‘’.. de meeste mensen gaan op in de menigte’’. Zo geeft dezelfde bewoner ook aan dat groepen dan wel meer opvallen maar dat ze er verder niet echt last van heeft. Een bewoner aan het Marie-Heinekenplein wijst ook op een ontwikkeling van de Gemeente: ‘’.. ze willen nu ook in de 1e Jacob van Campenstraat allemaal galeries, dat is al bezig, dus dat je een soort museumroute krijg en dat is wel een goed idee, dat is leuk’’. En zo geeft een andere bewoner ook aan: ‘’ Ik merk dat er meer vliegtuigen boven mijn hoofd vliegen en mensen komen tegenwoordig voor drie dagen even overvliegen uit Amerika’’ hoewel hij wel aangeeft dat het in zijn straat allemaal nog wel meevalt. Een andere bewoner geeft een ander signalement: ‘..nou dat je gewoon veel meer mensen s’ochtends vroeg, daar zie je het vaak aan op die Mc-bikes. En dan zie je ook dat die mensen nog nooit _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
57
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
gefietst hebben want ze weten af en toe helemaal niet hoe het moet en dat zie je veel meer als vroeger’’. 7.2.2 Toeristen verstoren de privacy van de bewoners Het merendeel van de respondenten in De Pijp vinden niet dat toeristen hun privacy verstoren namelijk 73%. Slechts 2% heeft hier geen mening over en precies een kwart vindt dat toeristen wel de privacy verstoren. Uit de interviews blijkt dat vooral dat de bewoners er ook niet heel veel ervaringen mee hebben omdat zij minimaal 1 hoog of hoger woonachtig zijn. Zo zegt een bewoonster bijvoorbeeld: ‘’.. nee, maar ik woon 8 hoog ook als ik binnen ben heb ik nergens last van’’. Een andere bewoonster legt uit ‘’.. maar dat komt denk ik ook omdat ik heel erg in een deel woon wat echt woongebied is dus daar is niet zoveel horeca’’. Tevens legt deze bewoonster uit, die ook woonachtig is geweest in het Centrum van Amsterdam, dat het verschil tussen het Centrum en De Pijp wel groot is. Maar zo zegt ze: ‘’..maar nu heb ik helemaal niet het idee dat er mensen in mijn eigen omgeving komen en dat ik daardoor niet meer kan leven zoals ik zou willen helemaal niet eigenlijk. Zelfs niet die grote groepen architectuurtoeristen die voor je huis staan’’. Een bewoonster aan de Ceintuurbaan legt ook uit: ‘’.. nee hoor, hier in de straat helemaal niet. Ja, als je rond plekken woont waar historische bezienswaardigheden zijn dan kan het wellicht eens vervelend zijn maar goed dat weet je dan hè’’. Verder geeft een bewoner nog aan dat je wel eens de verkeersdrukte hebt, maar dat dat verder niet te maken heeft met zijn persoonlijke privacy. 7.2.3 Woning afsluiten voor toeristen Het afsluiten van de woning, door bijvoorbeeld vitrage en/of planten voor het raam, is voor de respondenten van De Pijp niet echt een item. Voor bijna een kwart (73) geldt dat zij het oneens tot zeer oneens zijn met de stelling. Slechts 10% zegt dit wel te doen en 17% heeft hierover geen mening. Tijdens de interviews met bewoners is naar voren gekomen dat de meeste hoog genoeg wonen waardoor het afsluiten van de woning niet nodig is. Een bewoner die wel op de begaande grond doet dit ook niet want zo zegt hij: ‘’.. nee, ik sluit mijn ramen niet af door bijvoorbeeld vitrage want dan kan ik niet meer naar buiten kijken. En er loopt tegenwoordig ook steeds meer jeugd op straat te hangen en te schreeuwen daar heb ik dan wel eens last van midden in de nacht’’. Een andere bewoner die op 1 hoog woont zegt zich wel te kunnen voorstellen dat bewoners dat doen als ‘’..je tegen een heel druk bezochte attractiepunt aanwoont’’ en zo geeft zij ook aan ‘’..maar die heb je niet heel erg in De Pijp dus ik heb niet het idee dat dat gauw een heel storende factor is’’. Een andere bewoner die op de 3e etage woont zegt zich ook voor te kunnen stellen dat als mensen op de begane grond wonen ze hun woning dan misschien wel afsluiten maar zo zegt hij: ‘’.. dat is niet alleen voor toeristen maar ook voor andere mensen die er langs lopen’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
58
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
7.2.4 Veiligheid en sociale controle Op de vraag of bewoners vinden dat (dag)toeristen in hun stadsdeel voor meer veiligheid en sociale controle is gemixt gereageerd. Het hoogste percentage, 45%, vind dat toeristen voor meer veiligheid en sociale controle zorgen. 21% vindt van wel en maar liefst 33% heeft hier geen mening over. Ook tijdens de interviews zijn de meningen verdeeld. Een bewoner is het er wel mee eens en beschrijft dit als volgt: ‘’.. ja want het is nooit stil bij ons. Als ik s’avonds van een vriendin thuis kom, altijd reuring en licht en cafés en zomers zit iedereen buiten dus er kan je niks gebeuren er zijn zoveel mensen’’ een andere bewoonster geeft aan ‘’..goed er zijn natuurlijk wel meer mensen op staat maar ik weet niet of dat voor meer veiligheid zorgt’’. Zo geeft een andere bewoonster op leeftijd ook aan dit niet goed te kunnen beoordelen maar geeft aan: ‘’.. de sociale maatschappij is deze dagen zo anders geworden dan vroeger dus dat is al een groot verschil. Men moet tegenwoordig gewoon heel goed om haar persoonlijke bezittingen passen. Maar ik denk niet dat de toeristen daar écht een rol in spelen’’. Een andere kritische bewoner geeft het een andere wending en zegt: ‘’.. sociale controle bestaat niet meer, toen ik een hond had en nog regelmatig naar buiten ging, kon je in de bosjes zo lege portemonnees zien liggen. Die hadden ze dan waarschijnlijk gerold in een tram’’. 7.2.5 Toeristen in de woonomgeving Voor 65% van de respondenten in De Pijp geldt dat zij het oneens tot zeer oneens zijn met de stelling dat ze liever niet hebben dat (dag)toeristen in hun directe woonomgeving aanwezig zijn. 15% heeft liever niet dat de toeristen aanwezig zijn in hun directe woonomgeving en 20% heeft hier geen mening over. Bijna alle geïnterviewden van De Pijp zijn het oneens met de stelling. Zo legt een bewoonster uit: ‘’.. nee ik vind dat wel leuk juist dat hele gemêleerde als het vanalles wat is en daar horen naar mijn idee ook bezoekers bij’’. Een andere bewoonster zegt ‘’de drukte valt hier enorm mee’’. Een kritische bewoner nabij het Marie-Heinekenplein heeft liever niet dat toeristen in zijn woonomgeving zijn, hoewel de bewoner wel aangeeft dat het in zijn straat wel wat meevalt. 7.2.6 Voldoende ruimte in De Pijp Bij de stelling of bewoners vinden dat er genoeg ruimte is in De Pijp, en dat daarmee de aanwezigheid van toeristen niet voor extra drukte zorgt zijn de meningen van de respondenten over verdeeld. 42% vindt dat er wel genoeg ruimte is en dat de komst van toeristen niet voor extra drukte zorgt, 40% vindt dit niet. 18% heeft hier geen mening over. Tijdens de interviews met bewoners van De Pijp wordt hier gemengd op gereageerd. Zo geven bewoners wel aan dat het al een drukke buurt is maar hier over het algemeen niet veel last van te hebben. Zo zegt een bewoonster; ‘’.. het is wel een volle buurt he, ik bedoel het is een buurt met veel kleine smalle straten dus je ziet wel dat sommige straten in De Pijp behoorlijk druk zijn geworden maar dat heeft vaak te maken met de vestiging van de horeca. Een bewoonster aan het Marie-Heinekenplein zegt het volgende; ‘’.. het is gewoon een drukke buurt. Dat weet je als je daar woont, ik heb wel klagers ook bij mij in de flat. Een _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
59
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
vrouw die woont boven de Dirk van de Broek en die klaagt altijd maar ja die heeft echt een verkeerd appartement gekocht denk ik dan. Ik hoor wel van buren die in de Schelp wonen, dus op het plein zelf, dat ze zomers wel de balkondeur dicht moeten hebben om zichzelf nog te kunnen verstaan’’. Maar zo geeft een andere bewoonster ook aan dat het te maken heeft of je in drukte wilt wonen of niet en zo zegt zeg ‘’Dat heeft niet zozeer te maken met toeristen’’. Een wat nuchtere bewoner zegt ‘’.. het zal wel voor extra drukte zorgen maar daar heb ik geen last van’’. 7.2.7 Visie sleutelfiguren Bij de vraag wat het beeld is van het toerisme en de overlast die daarbij komt geeft Dhr. Stokman aan; ‘’.. Op het gebied van overlast is mijn beeld, wat betreft toerisme, dat dat heel erg meevalt. Maar goed, wij hebben de mazzel dat wij niet al te veel jonge Engelse toeristen hebben die hun vrijgezellenfeest komen vieren in de Pijp. Als dat wel het geval is hebben we een groot probleem’’. Wat ook naar voren komt is het horecagebied wat in De Pijp een druk bezochte locatie is, met name het Marie-Heinkeneplein. Hier wordt het volgende over gezegd; ‘’.. we hebben een vrij interessant horecagebied in De Pijp, veel cafés en eetcafés en dat is in de laatste 10 jaar geleden echt ontstaan mede door het beleid, door het mogelijk te maken. We krijgen signalen dat dat een beetje aan zijn max zit’’. Wanneer de buurt dusdanig veranderd zullen bewoners wel in opstand komen. Zo wordt aangegeven; ‘’.. als we nog 5 jaar met die uitbreidingen doorgaan dan zou je kunnen zeggen van ja misschien wordt het dan wel een Centrum en het Centrum is anders dan De Pijp. Dus misschien moeten we het met die cafés en restaurants zeggen van oké het genoeg, het is vol en het is leuk geweest en we proberen het leuk te houden. Daarbij hebben de echte partygangers De Pijp nog niet helemaal gevonden en we gaan dat ook proberen zo te houden. We vinden het heel fijn dat toeristen komen maar dat gaan we op andere manieren mogelijk maken. We hebben liever de museumbezoekers dan laat ik zeggen de budget Engelsen die alleen maar bier lopen te drinken. Die wil de hele stad niet, en wij willen ze ook niet’’. Ook het MarieHeinkenenplein, dat veel bezocht wordt is ter sprake gekomen in het interview; ‘’.. het MarieHeinekenplein dat wordt wel door toeristen bezocht en behoorlijk ook, maar het geeft niet de indruk dat het zo’n toeristenplein is dus voorlopig is de mix daar fantastisch. Het is niet zo van we zitten hier tussen allemaal Engelsen en al wat nog meer. Dus het geeft vanuit het toerisme geen overlast, het Marie-Heinekenplein geeft wel overlast, maar niet door de toeristen’’. Verdere overlast kan mogelijk voortkomen uit de vele toeristenbussen en wat meer drukte rond hotels en het museumkwartier. De wat luxere hotels met 4 á 5 sterren geven, zo wordt aangegeven, nauwelijks overlast. Voor de bekendmaking van de buurt werkt Oud-Zuid jaarlijks mee aan Cityvibes, een boekje dat gemaakt wordt door het ATCB waar leuke bezienswaardigheden, ‘’to do’’ dingen in staan. Tevens is er een ontwikkeling gaande voor de promotie van de Albert Cuypmarkt. Voor het spreidingsbeleid, waarin wordt gekeken hoe het stadsdeel bezoekersstromen in betere banen kan leiden, zijn ook een aantal ontwikkelingen gaande. Hierover meer in paragraaf 10.2.7, waar het spreiden van toerisme wordt besproken.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
60
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
7.2.8 Deelconclusie ‘toeristen in De Pijp’ Het thema dat ingaat op toeristen in De Pijp vraagt respondenten aan de hand van stellingen wat hun mening is. Bij de vraag of de respondenten het gevoel hebben dat het toerisme is toegenomen in De Pijp denkt 61% dat dit wel het geval is. Bijna driekwart vindt bovendien dat toeristen hun privacy niet verstoren. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat De Pijp al een hele volle multiculturele buurt is. Er is al een redelijke mix van bewoners en bezoekers. Verder wordt duidelijk dat de respondenten hun woning doorgaans niet afsluiten voor toeristen omdat de meesten op minaal de 1e etage wonen of hoger. Een geïnterviewde die wel op de begane grond woont, zegt dit zelfs nog niet doen, omdat hij dan niets meer kan zien. Wel wordt er te kennen gegeven dat men zich kan voorstelling dat mensen dat doen, maar dat is dan voor mensen die langslopen en niet alleen voor toeristen. Bij het onderwerp veiligheid en sociale controle vindt nog niet de helft, 45%, dat toeristen voor meer veilheid zorgen. Respondenten die meer op leeftijd zijn wijzen ook op het feit dat de mentaliteit ten opzichte van vroeger ook veranderd is. Het grootste gedeelte (65%) van de 77 respondenten geeft aan dat het geen probleem te vinden om toeristen in de directe woonomgeving te zien, dit is weliswaar een lager percentage dan de Rivierenbuurt maar de karakters van de twee buurten verschillen dan ook van elkaar. Bij de vraag of er genoeg ruimte is in De Pijp, waardoor de komst van toeristen niet voor extra drukte zorgt, is gemengd gereageerd. De respondenten geven aan dat het wel een volle buurt is, maar dat men zich ook moet realiseren De Pijp een drukke buurt is en dat die drukte vooralsnog niet hinderlijk is.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
61
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8. Toeristen in Amsterdam Dit hoofdstuk gaat in op het thema ‘’Toeristen in Amsterdam’’. Per onderzoeksgebied zullen de resultaten behandeld worden in de paragrafen. In de subparagrafen worden de resultaten van de stellingen weergegeven. Tot slot is er aan het einde van de gepresenteerde resultaten per onderzoeksgebied een deelconclusie geschreven.
8.1 Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristen in Amsterdam zeer zeer
geen
mee
mee
missing
oneens
oneens
mening
eens
eens
values
5%
43%
32%
16%
3%
1%
(5)
(39)
(29)
(15)
(3)
(1)
3%
20%
26%
47%
3%
1%
(3)
(18)
(24)
(43)
(3)
(1)
3%
41%
14%
38%
3%
1%
(3)
(37)
(13)
(35)
(3)
(1)
18%
24%
47%
10%
1%
(17)
(22)
(43)
(9)
(1)
10%
48%
20%
18%
3%
1%
(9)
(44)
(18)
(17)
(3)
(1)
het toenemend toerisme de druk op
7%
25%
15%
49%
3%
1%
openbare voorzieningen (parken,
(6)
(23)
(14)
(45)
(3)
(1)
1. De belangen van (dag)toeristen zijn dominant bij de inrichting van de straten en pleinen van Amsterdam. 2. Ik wil dat er speciale themaroutes door de stad worden ontworpen (bijvoorbeeld een groene route of een muziekroute). 3. In het voorjaar en in de zomer is Amsterdam overgenomen door (dag)toeristen. 4. Amsterdam is gebaat bij betere bewegwijzering voor (dag)toeristen. 5. In het Centrum is genoeg te doen voor (dag)toeristen, dus ik heb liever dat ze daar naar toe gaan.
Geen
6. Ik vind het niet bezwaarlijk dat door
winkels, openbaar vervoer) toeneemt. Tabel 5: Stellingen rond het thema ‘Toeristen in Amsterdam’
8.1.1 Toeristenbelangen bepalen de openbare ruimte Bijna de helft(48%) van de respondenten van de Rivierenbuurt denkt niet dat belangen van (dag)toeristen dominant zijn bij de inrichting van de straten en pleinen van Amsterdam. 19% denkt dat de belangen wel dominant zijn en bijna een derde (32%) heeft hier geen mening over. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. Tijdens de interviews met bewoners van de Rivierenbuurt is gevraagd waarom zij het eens of oneens waren met de stelling. Meer dan de helft van de geïnterviewden is het oneens. of ze denken dat het geen invloed is ze denken dat het niet dominant is. Zo legt een bewoner uit; ‘’.. nee, ik denk niet dat de gemeente daar enig iets van aantrekt, van toeristen. Ze vinden het fijn dat ze komen maar dat ze daar iets mee doen’’. Een andere bewoner denkt wel dat het mee speelt maar dat het niet dominant is; ‘’.. het zal wel een invloed hebben maar het is zeker niet dominant dus oneens. Dan zouden alle bewegwijzeringen niet in het Nederlands _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
62
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
maar in het Engels gesteld worden om maar iets te noemen’’. Één bewoner denkt niet dat het echt van invloed is maar lijkt wel wat bezorgd te zijn; ‘’.. toeristen moeten ook een beetje beschermd worden en dat proberen ze ook wel hoor. Maar Amsterdam wordt steeds onveiliger, ja dat is het altijd al geweest hoor maar kijk de hele wereld is onveilig geworden maar vroeger kon je de tv niet aanzetten en zien wat er in andere landen gebeurd en 40 jaar geleden kon je dat niet zien en kijk dat is het verschil’’. 8.1.2 Speciale themaroutes door Amsterdam Precies de helft van de 92 respondenten wil dat er speciale themaroutes door de stad worden ontworpen. Iets meer dan een kwart, 26%, heeft hier geen mening over en voor 23% hoeft dit niet. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. Bij de respondenten is het opvallend dat bijna driekwart (29%) van mensen die een HBO opleiding of hoger hebben genoten het Ik wil dat er speciale eens zijn met themaroutes door de de stelling. stad worden ontworpen (bijvoorbeeld een groene route of een muziekroute).
12,5
oneens geen mening mee eens zeer mee eens
Count
10,0
7,5 14,0
14,0
5,0 8,0 7,0
7,0
2,5
5,0
5,0
4,0 2,0 1,0
1,0
0,0 MBO
HBO
WO
Wat is uw hoogst genoten opleiding?
Bij de geïnterviewden wordt er gemixed gereageerd op de stelling over themaroutes. Een bewoner die heel positief is zegt; ‘’.. absoluut, ik denk sowieso als toerist maar ook gewoon als Amsterdammer zelf dat als je een bepaalde route kan volgen en wat dingen kan bekijken met wat uitleg erbij dat zou natuurlijk fantastisch zijn’’. Een andere bewoner is hier iets kritischer over en vind dat mensen het zelf ook kunnen opzoeken als ze dat willen ‘’..als je iets van de stad wil weten kun je dat gewoon opzoeken dus he je kunt kijken dus naar bijvoorbeeld naar mooie hofjes in Amsterdam daar bestaan boeken over. En ja, als je architectuur wilt bekijken ja dan kun je daar ook een boek over aanschaffen en kijken dus wat de belangrijkste gebouwen zijn in Amsterdam op dat gebied. Dus ja, maar dat hoeft voor mij niet, speciaal themaroutes door de stad ontworpen te worden. En de toeristen moeten zich daar zelf ook in verdiepen’’. Één bewoonster zegt het oneens te zijn want ‘’.. het gebeurt nu al maar ik vind het vervelend want ik moet erlangs fietsen’’. Weer een andere bewoner zegt ook dat het niet hoeft, maar zegt ‘’.. als ze het doen ben ik er ook niet op tegen... want ik ben niet die toerist die langs die routes gaat lopen’’. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
63
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.1.3 Amsterdam overgenomen door toeristen Bij deze stelling hebben de respondenten van de Rivierenbuurt gemengd gereageerd. 44% denkt niet dat Amsterdam in het voorjaar en in de zomer is overgenomen door toeristen tegenover 41% die dat wel denkt. Slechts 14% heeft hierover geen mening en 1 respondent heeft de stelling niet beantwoord. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat het wel drukker lijkt te zijn maar dat ze daar over het algemeen niet veel overlast van ondervinden. Een bewoonster is het hier niet mee eens en zegt die drukke tijden van het jaar en bepaalde delen van de stad dan te mijden. Een andere bewoner zegt; ‘’.. het is wel wat drukker maar het is niet storend allemaal. 8.1.4 Betere bewegwijzering door Amsterdam Voor de meerderheid(57%) van de respondenten geldt dat zij het eens tot zeer eens zijn met de stelling dat Amsterdam gebaat is bij betere bewegwijzering voor (dag)toeristen. 24% heeft hier geen mening over en 18% is het oneens. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. De geïnterviewden van de Rivierenbuurt zijn het er grotendeels over een dat Amsterdam inderdaad gebaat is bij betere bewegwijzering voor (dag)toeristen. Slecht 1 bewoner is het hier niet mee eens en zegt; ‘’.. ja, Amsterdam is zo een kleine gemakkelijke stad vind ik als je Amsterdam vergelijkt met bijvoorbeeld New York eigenlijk. Dus ja, volgens mij is dat gewoon niet nodig eigenlijk want toeristen kunnen dat allemaal zelf wel uitvinden’’. Een bewoonster die het wel eens is noemt het volgende voorbeeld; ‘’..ik vind niet dat er overal duidelijk staat, als ik hier als toerist zou zijn dan weet ik nooit goed waar ik naar toe moet. In Parijs bijvoorbeeld heb je wel duidelijke bordjes aangegeven met daar is dat met attracties aangegeven. Als je hier bijvoorbeeld uit de metro komt is dat minder duidelijk’’. 8.1.5 Toeristen liever in het Centrum Voor 58% van de 92 respondenten van de Rivierenbuurt zijn het oneens tot zeer oneens met de stelling dat er in het Centrum genoeg te doen is voor (dag)toeristen en dat ze liever hebben dat ze daar naar toe gaan. 21% is het eens met de stelling en 20% heeft geen mening. 1 respondent heeft de stelling niet beantwoord. Het merendeel van de geïnterviewde bewoners is het oneens. Een wat kritische bewoonster is het niet eens met de stelling omdat deze mevrouw graag in een rustige buurt woont en dat liever zo houdt. Een andere bewoner zegt; ‘’.. er is wel genoeg ruimte dus niet storend’’. Wat ook wordt genoemd is dat er niet alleen maar leuke dingen te doen zijn in het Centrum, maar ook in andere stadsdelen. Één bewoner heeft er geen mening over maar legt het volgende uit; ‘’.. er is hier toch ook niets te doen. Kijk als je zelf naar een stad gaan als bijvoorbeeld St. Petersburg gaat dan bezoek je ook de drukke plekken en niet zoals hier’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
64
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.1.6 Druk op de openbare voorzieningen Deze stelling gaat op de toenemende druk op openbare voorzieningen zoals parken en het openbaar vervoer. Het grootste gedeelte (52%) vindt het niet bezwaarlijk dat de druk toeneemt door de komst van toeristen. Nog geen kwart (32%) vindt het wel bezwaarlijk en 15% heeft hierover geen mening. 1 respondent heeft de stelling niet beantwoord. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat de toenemende druk op openbare voorzieningen niet bezwaarlijk is. Een bewoner legt uit dat als de druk toeneemt dat er dan ook geld meekomt en dat daarmee de capaciteit ook verhoogd wordt. 8.1.7 Visie Sleutelfiguren Klachten over toeristisch beleid in de Rivierenbuurt zijn er voor zover bekend niet, volgens Dhr. Keuter. Zo legt hij uit; ‘’ daar hebben we volgens mij nog nooit klachten over gehad. Een klacht, maar dat geldt voor heel Amsterdam, is de smerigheid van Amsterdam’’. In de Rivierenbuurt zijn er nog niet themaroutes georganiseerds, maar zo geeft de geïnterviewde aan; ‘’Misschien zou Zuideramstel zich nog wat sterker toeristisch kunnen manifesteren door het Amstelpark hierbij te betrekken. Ook belangrijk is de architectuur (Berlage, Amsterdamse School) meer onder de toeristische aandacht te brengen’’. Dit zou een mogelijke kans kunnen zijn, naast alle ontwikkelingen die voor de toekomst op de kaart worden gezet in Zuideramstel. Bij de vraag of bewoners soms het ondergeschoven kindje te lijken zijn zegt Dhr. Keuter dat iets te zwaar aangezet te vinden maar legt uit; ‘’Toeristen zijn een lust maar soms ook zeker een last. Ze brengen sfeer, allerlei culturen in een stad, draagt bij aan de sfeer, aan de diversiteit, economisch draagvlak en ze verteren veel geld’’. Verder wordt er wel gewezen op het feit dat de druk in het Centrum wel erg hoog is, en dat er daar wel sprake is van overlast. Concrete maatregelen op het gebied van toeristisch beleidsveld zijn er momenteel in het stadsdeel niet. Een mogelijke uitdaging is wellicht een beeldenroute te koppelen aan een fietsenroute zoals men dat al kent in Zeeburg, zo oppert Dhr. Keuter.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
65
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.1.8 Deelconclusie ‘Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristen in Amsterdam’ Het thema ‘’toeristen in Amsterdam’’ vraagt de respondenten wat zij vinden van het toerisme in het algemeen in Amsterdam waarin actuele thema’s verwerkt zijn. Bijna de helft denkt niet dat de belangen van (dag)toeristen dominant zijn in de openbare ruimte. Tijdens de interviews komt naar voren dat bewoners wel denken dat het invloed heeft, maar niet dominant is. Sommige bewoners vinden dit ook moeilijk in te schatten omdat ze er niet zo bij betrokken zijn of zich er niet genoeg in verdiept hebben. Precies de helft van de respondenten wil dat er speciale themaroutes worden ontworpen. Bij de interviews wordt er overwegend positief gereageerd en zeggen dit ook leuk voor hun zelf te vinden. Slechts een paar bewoners vinden dat toeristen het ook zelf kunnen uitzoeken. Bij de vraag of Amsterdam in het voorjaar en de zomer is overgenomen door toeristen wordt gemengd gereageerd door de respondenten. Bewoners geven tijdens de interviews aan dat het wel drukker is, maar daar over het algemeen geen last van te hebben of drukke plekken te vermijden. Het merendeel(57%) van de respondenten zijn van mening dat de bewegwijzering voor toeristen beter kan. Met name de borden worden als niet duidelijk genoeg bestempeld bijvoorbeeld bij de metro. Een enkele bewoner maakt een vergelijking tussen Amsterdam en New York, en zegt dat Amsterdam wat dat betreft een gemakkelijke stad is om te doorlichten en de verbetering van bijvoorbeeld borden niet nodig vind. Ruim de helft van de respondenten vindt niet dat toeristen liever in het Centrum zouden moeten blijven omdat daar meer is te doen. Wel geven bewoners aan het logischer te vinden dat toeristen daar naar toe gaan simpelweg omdat er meer te doen is dan in de Rivierenbuurt. De druk op openbare voorzieningen door het toerisme wordt niet bezwaarlijk gevonden, en zo wordt verwacht dat de capaciteit dan ook verhoogd zal worden door het geld wat meekomt met de toeristen.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
66
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.2 Bewoners van De Pijp over toeristen in Amsterdam zeer zeer 1. De belangen van (dag)toeristen zijn dominant bij de inrichting van de straten en pleinen van Amsterdam. 2. Ik wil dat er speciale themaroutes door de stad worden ontworpen (bijvoorbeeld een groene route of een muziekroute). 3. In het voorjaar en in de zomer is Amsterdam overgenomen door (dag)toeristen. 4. Amsterdam is gebaat bij betere bewegwijzering voor (dag)toeristen. 5. In het Centrum is genoeg te doen voor (dag)toeristen, dus ik heb liever dat ze daar naar toe gaan.
geen
mee
mee
missing
oneens
oneens
mening
eens
eens
values
8%
41%
30%
17%
4%
(6)
(32)
(23)
(13)
(3)
4%
30%
32%
31%
3%
(3)
(23)
(25)
(24)
(2)
1%
31%
15%
40%
13%
(1)
(24)
(11)
(31)
(10)
8%
20%
58%
14%
(6)
(15)
(45)
(11)
9%
42%
23%
17%
9%
(7)
(32)
(18)
(13)
(7)
10%
25%
10%
52%
3%
(8)
(19)
(8)
(40)
(2)
geen
6. Ik vind het niet bezwaarlijk dat door het toenemend toerisme de druk op openbare voorzieningen (parken,
winkels, openbaar vervoer) toeneemt. Tabel 6: Stellingen rond het thema ‘Toeristen in Amsterdam’
8.2.1 Toeristenbelangen bepalen de openbare ruimte Bijna de helft(49%) van de respondenten van De Pijp denkt niet dat de belangen van (dag)toeristen dominant zijn bij de inrichting van de straten en pleinen van Amsterdam. 30% heeft hier geen mening over en 21% denk dat de belangen wel dominant zijn. Tijdens de interviews met bewoners blijkt ook dat men niet denkt dat die belangen echt van invloed zijn, laat staan dominant. Zo legt een bewoonster uit; ‘’.. goed, je kan wel eens mopperen over vroeger bijvoorbeeld hoe het Museumplein eruit zag met al die toeristenbussen maar dat is nu ook minder omdat er van die ondergrondse parkeerplekken zijn. Maar als dat, het vervoer dus het in en uitladen van grote groepen, een beetje goed georganiseerd is heb ik niet het idee dat het van invloed is’’. een andere bewoonster wijst op een nieuw initiatief om toeristen in Amsterdam de weg te wijzen; ‘’.. nee er staan niet heel veel bordjes van, maar ja goed we hebben nu zo’n team he zag ik gister op AT5 met mensen. Er was gister op AT5, er zijn 30 mensen in rode pakjes en petjes met welkom in Amsterdam en die zijn een soort mobiele wegwijzers. Dus om toeristen de wegwijs te maken’’. Een iets kritischere bewoner stelt het anders; ‘’.. Nou ja, ik heb het idee dat de Gemeente zich nergens voor interesseert, bewoners wordt nooit iets gevraagd laat staan toeristen. U bent de eerste die mij om mijn mening vraagt’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
67
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.2.2 Speciale themaroutes door Amsterdam Op de stelling of bewoners ook willen dat er speciale themaroutes worden ontworpen wordt gemengd gereageerd. 34% ziet hier niets in en precies hetzelfde percentage staat er positief tegenover. 32% heeft hier geen mening over. Uit de interviews met bewoners komen diverse meningen naar voren. De ene bewoner ziet er meer brood in dan de andere. Een bewoner aan het Sarphatipark die geen mening heeft over de stelling legt uit; ‘’..dat heb je hier ook met de Amsterdamse School, die gebouwen. Voor mij hoeven ze daar niet speciaal routes voor te maken maar ik denk dat als ze hier met een gids gaan dat ze wel bepaalde punten gaan bekijken. Maar misschien is het voor de toerist wel handig maar dat weet ik niet’’. Een bewoonster die het wel eens is met de stelling denkt dat het heel leuk is ’’..je hebt nu al de museumboot he, maar zoiets he zo’n wandelroute langs de musea en dergelijke... dat soort dingen zijn gewoon leuk ja’’. Een andere bewoonster wijst op het feit dat hier al wat mee gedaan wordt en beschrijft dit als volgt; ‘’Wat ik wel goed vind is dat stadsdelen kijken naar waar ze zich beetje mee kunnen onderscheiden en dat je daar dan iets doet met routes om het wat beter bekend te maken. Ja wat Westerpark doet met architectuurroutes en dat is dat dus bij mij in de buurt ook maar je zou bijvoorbeeld bij mij in de buurt iets kunnen doen met kleine galleries enzo en als je dat niet bundelt dan weten mensen dan niet. Dus naar mijn gevoel is er in de algemene informatievoorziening voor toeristen veel meer te betekenen voor verschillende buurten’’. Verder wijst deze mevrouw er ook op dat het al een tijdje het beleid is om mensen uit het Centrum naar andere stadsdelen te halen, maar dat het wel belangrijk is dat mensen de weg wordt gewezen. Hier wordt volgens deze mevrouw nog niet veel mee gedaan. Een bewoner die het oneens is met de stelling legt uit dat voor routes in De Pijp niet genoeg ruimte is. 8.2.3 Amsterdam overgenomen door toeristen Voor 53% van de 77 respondenten van De Pijp geldt dat zij het eens tot zeer eens zij met de stelling dat Amsterdam in het voorjaar en in de zomer overgenomen is door (dag)toeristen. Bijna een derde (32%) is het hier niet mee eens en 15% heeft hier geen mening over. De geïnterviewden van De Pijp zijn het grotendeels eens met de de stelling. Een bewoonster die geen mening heeft legt uit dat de stelling groteldeels wel waar is, maar vindt het woord overgenomen wat extreem. Deze mevrouw legt het als volgt uit; ‘’Het hoort gewoon bij Amsterdam, dat het een druk bezochte stad is. En ja dat dat in de zomer is zie je ook. Want in mijn buurt is het in de zomermaanden vaak wat stiller en het Centrum is drukker. Dus ja een deel van de stad is overgenomen, maar dat geeft ook wel een heel aparte sfeer dat vind ik ook wel weer leuk. Ik bedoel zo’n maand augustus met allemaal Italianen overal vind ik wel grappig. Dus ja, ik denk dat als je er dus woont is het wel anders, er is wel een verschil in hoe je dat ervaart afhankelijk van waar je precies woont.’’. Een bewoonster die het oneens is legt uit; ‘’..ik kom ze altijd wel veel tegen ook wel gewoon in de winter ook vanwege die Musea in de buurt natuurlijk. Het is gewoon altijd druk’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
68
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.2.4 Betere bewegwijzering door Amsterdam Bijna driekwart (72%) van de respondenten in De Pijp vindt dat Amsterdam gebaat is bij betere bewegwijzering voor (dag)toeristen. Slechts 8% is het hiermee oneens. 20% zegt hier geen mening over te hebben. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat het merendeel vindt dat er meer kan worden gedaan met de bewegwijzering voor zowel toeristen als Amsterdammers. Maar, een bewoonster die het wel eens is met de stelling zegt ook; ‘’.. als toeristen het niet weten vragen ze het wel’’. Een andere bewoonster geeft ook aan dat er veel meer mee gedaan kan worden door middel van borden maar ook door plattegronden. Met name het openbaar vervoer noemt deze mevrouw als een item; ‘’.. dat is echt iets wat veel toeristen echt absoluut abra cadabra vinden. En als je het OV weet te doorgronden in combinatie met de plattegronden van waar je dan allemaal heen kan dat is wel heel veel. En veel mensen blijven ook maar kort en als je dat allemaal moet uitzoeken’’. Een bewoner die het ook ‘’..handig lijkt’’ noemt ook het voorbeeld van de toeristenwegwijzer met de rode jasjes en zegt dit niet zo’n gek idee te vinden. 8.2.5 Toeristen liever in het Centrum Ruim de helft(51%) van de respondenten van De Pijp vindt niet dat (dag)toeristen liever naar het Centrum zouden moet gaan omdat daar genoeg te doen is. 26% vindt wel dat toeristen beter in het Centrum kunnen blijven en 23% heeft geen mening over de stelling. Ook tijdens de interviews met bewoners blijkt dat de meesten het oneens zijn met de stelling. Zo geeft een bewoonster aan; ‘’.. er zijn zeker een aantal van die grote attractiepunten waar het gros van de toeristen naar toe gaat en dat zul je nooit kunnen veranderen. Dus er is daar zeker voldoende te doen, maar het is niet zo dat je daarmee Amsterdam hebt gezien’’. Een andere bewoonster vindt ook dat er wel genoeg is te doen in het Centrum, maar zegt dat toeristen niet liever daar hoeven te blijven. Een bewoner die geen mening heeft stelt het anders en zegt dat toeristen zelf maar moeten waar ze naar toe willen, maar geeft wel te kennen dat in het Centrum toch de grote punten zijn waar toeristen waarschijnlijk naartoe gaan.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
69
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.2.6 Druk op de openbare voorzieningen Het merendeel (55%) van de respondenten van De Pijp vindt het niet bezwaarlijk dat door het toenemend toerisme de druk op openbare voorzieningen toeneemt. Iets meer dan een derde (35%) is het niet eens met de stelling en 10% heeft hier geen mening over. De geïnterviewden zijn het grotendeels eens met de stelling. Maar zo legt een bewoonster ook uit dat het wel verschil maakt waar je dan woont; ‘’.. ik vind het niet zo’n probleem, maar goed ik weet ook heel goed wanneer ik weg moet wegblijven ergens hè. En dat scheelt wel enorm. En als je nou gedwongen bent om daar tussen te zitten dan is het heel iets anders. Maar ik kan er voor mijn gevoel voor kiezen om wel of niet de drukte in te gaan. Dus ik denk wel dat het druk is, en voor een deel ook door de zondagopening van de winkels daardoor de druk op de binnenstad toeneemt kan ik me wel wat bij voorstellen’’. Een andere bewoonster geeft ook aan het geen probleem te vinden en zegt; ‘’Ja, je bent zelf af en toe ook toerist hè?! 8.2.7 Visie Sleutelfiguren Voor het thema ‘’toeristen in Amsterdam’’ zijn ook een aantal onderwerpen behandeld tijdens de interviews met Oud-Zuid. In het vorige thema is al naar voren dat klachten specifiek over het toerisme niet binnen komen, maar wel gerelateerd aan. Dhr. Stokman geeft bijvoorbeeld aan dat als het gaat om horeca, daar een speciale horecaoverlasttelefoon voor is, een voorziening van de Dienst Milieu en Bouwtoezicht, die de klachten doorspeelt aan het stadsdeel. Er zijn diverse manier waarop klachten over toerisme over enige overlast kunnen binnenkomen. Dit wordt in het interview met Dhr. Stokman als volgt uitgelegd; ‘’Ze kunnen rechtstreeks het stadsdeel benaderen, ze kunnen de raad benaderen, ze kunnen wethouders benaderen. Dus echt klachten komen op verschillende manieren binnen. En klachten van bewoners worden redelijk serieus behandeld. Het ligt er ook een beetje aan, we hebben mensen die gewoon 30 keer in het jaar klagen en dat houden we ook bij. Maar ook die krijgen serieus antwoord’’. Klachten worden niet specifiek gemeten, maar worden wel geregistreerd. Dit is als volgt beschreven; ‘’.. niet echt op het toerisme beleid maar meer op de openbare ruimte en daar hebben we natuurlijk een heleboel meldpunten. En daar kunnen bewoners alle klachten over bijvoorbeeld een stoeptegel melden en die worden dan verzameld en elektronisch uitgezet en geregistreerd. Ik heb eens gevraagd om klachten over terrassen speciaal te registeren. En ja, de enige klachten die ik me kan herinneren waren dat er wel eens eens; we wilden een hotel uitbreiden wat niet is gelukt omdat er in de wijk achter de PC Hoofdstraat daar was nogal veel overlast van toeristen en dat heeft dan te maken met toeristen die om drie uur s’nachts op straat zijn en wel eens wat schreeuwerig van het Leidseplein af komen. En dan moet zon hoteleigenaar daar ook wat aan doen, althans proberen er wat aan te doen in gezamenlijkheid. Kijk, een van de dingen die ik bij hoteluitbreidingen vraag is van hoe gaat de ondernemer de relatie onderhouden met de buurt’’. Bij de vraag of bewoners soms een ondergeschoven kindje te lijken zijn is voor wat betreft Oud-Zuid niet het geval. Dhr. Stokman legt uit dat bewoners in een stadsdeel aan het ‘’voorspeen’’ liggen. Als er bijvoorbeeld een bepaalde bestemming voor een plein is, dan komen bewoners wel eens in opspraak en komen met een tegenvoorstel. Soms is het dan zo _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
70
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
dat voor een kleine meerderheid gezwicht wordt. Bij de stadsdelen, zo legt Dhr. Stokman uit, gaat men heel erg uit van de bewoner. Dan kan de situatie zich voordoen dat het kleinere belang voor een straat belangrijker lijkt te zijn dan het belang van de gehele stad. Er wordt door Oud-Zuid zeker rekening gehouden met bewoners; ‘’..vrijwel elk besluit heeft een inspraaktraject’’. In de enquêtes met bewoners en tijdens de interviews wordt ook gesproken over zogenaamde themaroutes. Mevr. Espeleta wijst op een zeer recente ontwikkeling; ‘’..een stadswandeling door De Pijp opgesteld, samen met het ATCB. Volgende week wordt het officieel uitgereikt door onze wethouder EZ. Wat ook heel leuk is, is dat er een audiotour bijzit; die kan je downloaden van onze site of de site van het ATCB op je Ipod. Er zijn 13 items, dit werkt net zo als een audiotour van een museum’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
71
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
8.2.8 Deelconclusie ‘Bewoners van De Pijp over toeristen in Amsterdam’ Het thema ‘’toeristen in Amsterdam’’ vraagt de respondenten wat zij vinden van het toerisme in het algemeen in Amsterdam waarin actuele thema’s verwerkt zijn. In vergelijking met de Rivierenbuurt denkt met hier bijna hetzelfde over de stelling dat belangen van toeristen dominant zijn bij de inrichting van de openbare ruimte. Als het logistieke proces een beetje goed georganiseerd zoals bijvoorbeeld toeristen bussen denken de respondenten niet dat het dominant is. Op de vraag of er speciale themaroutes georganiseerd zou moeten worden wordt gemengd gereageerd. Een bewoner benoemt dat het goed is dat stadsdelen dat doen om zich te onderscheiden maar dat er nog wel meer aan de informatievoorziening moet worden gedaan om die bezoeker ook daadwerkelijk te trekken. Ruim de helft van de respondenten vindt wel dat Amsterdam in het voorjaar en de zomer drukker is, maar zo wordt er aangegeven dat overgenomen een wat extreme benoeming is. Voor wat betreft de bewegwijzering geven bijna driekwart van de respondenten te kennen dat dit beter kan. Met name het openbaar vervoer wordt als item genoemd, omdat bezoekers die kort verblijven dat niet zo 1,2,3 kunnen doorlichten afhankelijk van waar de accommodatie zich bevindt. Ruim de helft vindt niet dat toeristen liever naar het Centrum moeten gaan vanwege de vele voorzieningen en mogelijkheden, want zo geven geïnterviewde bewoners aan dat ook andere stadsdelen interessant zijn waaronder De Pijp. De druk op openbare voorzieningen wordt doorgaans niet als bezwaarlijk ervaren. Afhankelijk van waar men woont, vinden de respondenten de druk op openbare voorzieningen doorgaans(55%) niet bezwaarlijk. Zo wijst een bewoner op het feit dat men zelf ook wel eens toerist is.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
72
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9. Evenementen, festivals en de koopzondag Dit hoofdstuk gaat in op het vierde thema ‘’Evenementen, festivals en de koopzondag’’. Per onderzoeksgebied zullen de resultaten behandeld worden in de paragrafen. In de subparagrafen worden de resultaten van de stellingen weergegeven. Tot slot is er aan het einde van de gepresenteerde resultaten per onderzoeksgebied een deelconclusie geschreven.
9.1 Bewoners van de Rivierenbuurt over evenementen, festivals en koopzondag zeer zeer
geen
mee
mee
missing
oneens
oneens
mening
eens
eens
values
2%
7%
4%
67%
19%
1%
(2)
(6)
(4)
(62)
(17)
(1)
2. Evenementen trekken zoveel toeristen
10%
43%
15%
26%
5%
1%
en dagtoeristen aan, dat ik liever niet ga.
(9)
(39)
(14)
(24)
(5)
(1)
8%
46%
12%
23%
10%
1%
(8)
(42)
(11)
(21)
(9)
(1)
13%
26%
15%
26%
19%
1%
(12)
(24)
(14)
(24)
(17)
(1)
3%
23%
15%
50%
8%
1%
(3)
(21)
(14)
(46)
(7)
(1)
1. Het organiseren van festivals is ook voor Amsterdammers een verrijking van de uitgaansmogelijkheden.
3. Evenementen in mijn buurt zorgen voor veel overlast, bijvoorbeeld lawaai en rommel op straat. 4. Ik zou het fijn vinden als de winkels in de Rivierenbuurt op zondag vaker open zijn. 5. Ik vind het leuk dat grote evenementen die in het Centrum plaatsvinden, zoals Koninginnedag, zich steeds meer uitbreiden naar de andere
stadsdelen waaronder de Rivierenbuurt. Tabel 7: Stellingen rond het thema ‘Evenementen, festivals en koopzondag’
9.1.1 Evenementen en festivals zijn een verrijking De meerderheid (86%) van de respondenten van de Rivierenbuurt is het erover eens dat festivals ook voor Amsterdammers een verrijking van de uitgaansmogelijkheden is. Slechts 4% heeft hier geen mening over en 9% vindt dat dit niet het geval is. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. Verder is het opvallend dat 42% van de respondenten die buiten Amsterdam geboren zijn het eens zijn met de stelling tegenover tegenover 33% van de Amsterdammers die het ook eens zijn. In de onderstaande afbeelding is dit grafisch weergegeven.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
73
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Het organiseren van festivals is ook voor Amsterdammers een verrijking van de uitgaansmogelijkheden.
40
oneens mee eens zeer mee eens
Count
30
20 32 27
10
10 6
4
2
0 Amsterdam
anders namelijk binnen nederland
Geboorteplaats
Tijdens de interviews met de bewoners is deze vraag ook behandeld. Zo kwam naar voren dat zij het allemaal een verrijking vinden en leggen uit dat ook zij hiervan profiteren. Zo zegt een bewoner het ‘’.. hartstikke leuk’’ te vinden. Een ander bewoner legt uit; ‘’.. als festivals georganiseerd worden in Amsterdam voor toeristen, of voor een toeristische attractie dan profiteren Amsterdammers daar zelf ook wel van. Neem nou zo’n Holland festival bijvoorbeeld, ja dat is in Amsterdam en dat is ook interessant voor de Amsterdammers zelf natuurlijk’’. 9.1.2 Drukte evenementen en festivals vermijden Iets meer dan de helft van de respondenten (53%) ziet geen reden om niet naar evenementen te gaan omdat het zoveel toeristen en dagtoeristen trekt. 31% vermijdt dit wel en slechts 15% heeft hier geen mening over. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. Bijna alle geïnterviewde bewoners zien geen reden om niet naar evenementen te gaan door de drukte van toeristen. Een bewoonster legt uit; ‘’..ik heb ook niet echt het idee, bijvoorbeeld de Uitmarkt, dat daar voornamelijk Amsterdammers op af komen. Toeristen hebben dat niet echt in de gaten dus dan heb je daar ook weinig last van. Een andere bewoner legt het anders uit; ‘’.. ja natuurlijk, je mag wel een privévoorstelling willen maar dat is wat al te veel gevraagd’’. Er is ook aan bewoner die het economisch belang noemt en zegt; ‘’..maar goed toeristen moeten ook geld in het laadje brengen’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
74
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9.1.3 Overlast van evenementen Het overgrote deel(54%) van de respondenten vind niet dat evenementen in hun buurt voor veel overlast zorgt zoals lawaai en rommel op straat. 12% heeft hier geen mening over en 33% vind dat het wel voor veel overlast zorgt. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. Tijdens de interviews wordt duidelijk dat de overlast in de Rivierenbuurt zelf wel wat meevalt. Zo geeft een bewoonster aan dat het bij de RAI wel eens druk is ‘’..maar ze veroorzaken geen overlast’’ en zo legt deze mevrouw uit ‘’..maar daar worden we dan over ingelicht van hè binnenkort is dat feest en jullie kunnen enige overlast krijgen maar die overlast blijft uit. Zelfs bij dat soort grote feesten valt het mee, en je ziet wel dronken mensen op straat maar dat zie je normaal ook wel dus dat is niet heel opvallend’’. Een andere bewoner nabij de President Kennedylaan heeft het specifiek over de Parade ‘’.. ja dat is die parade die zorgt voor wat rommel overlast. Het wordt hier afgesloten voor parkeren enzo en dat zorgt wel voor wat overlast’’. 9.1.4 Winkels op zondag open in de buurt Op de stelling of bewoners het fijn zouden vinden dat de winkels in de Rivierenbuurt op zondag vaker open zijn is 45% het eens tot zeer eens en 39% oneens tot zeer oneens. Slechts 15% heeft hierover geen mening. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoord. De geïnterviewden geven aan dat het er grotendeels mee eens te zijn en er zelf gebruik van te gaan maken. Een andere bewoner geeft aan; ‘’.. het zou de buurt toch op zondag wat meer levendig maken denk ik. Dus ja op zondag zijn natuurlijk de restaurants en terrasjes open maar het zou ook wel plezierig zijn als de gewone normale winkels open zijn zoals de Albert Heijn bijvoorbeeld open zouden zijn’’. Een bewoner is er fel op tegen en zegt; ‘’.. we hebben gevochten voor s’avonds 6 uur de winkels dicht en op zondags vrij. En vroeger werkte er maar een, de inkomens zijn nu berekend op twee personen. En nu is het allemaal omgedraaid en zo blijft het schruiven’’. 9.1.5 Evenementen uitbreiden naar de buurt Voor 58% van de respondenten geldt dat zij het leuk vinden dat grote evenementen die in het Centrum plaats vinden, zich steeds meer uitbreiden naar de andere stadsdelen waaronder de Rivierenbuurt. Iets meer dan een kwart is het hier niet mee eens(26%) en slechts 15% heeft hier geen mening over. 1 respondent heeft de stelling niet beantwoord. Alle geïnterviewde bewoners zijn het erover eens dat evenementen best naar andere stadsdelen uitgebreid mogen worden. Een bewoners nabij de RAI zegt; ‘’.. ik zou het wel gezellig vinden als er bijvoorbeeld in de Maasstraat ook iets te doen is want het is echt een beetje dood hier maar dan kleinschalig en niet grote concerten’’. Een andere bewoner legt het anders uit; ‘’.. ja, sowieso wat meer van dat soort dingen, zoals Koninginnedag ja fantastisch, tuurlijk. Het is toch leuk om het in je eigen buurt te doen, dichterbij en dan ga je er ook wat eerder naar toe ook’’. Een bewoner die voorheen ook in het Centrum heeft gewoond geeft aan’’.. wat mij betreft gewoon doen. En ik heb zelf ook een hele tijd in het Centrum zelf gewoond dus ik weet wat het betekent en daar is het eigenlijk op zoiets als _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
75
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Koninginnedag is het té druk dus als je het meer over de stad verspreid dan neemt die drukte in het Centrum misschien wat af met Koninginnedag’’. 9.1.6 Visie Sleutelfiguren Wanneer er sprake is van evenementen of festivals in de buurt wordt dit gecommuniceerd via diverse kanalen. Er is een nieuwsbrief dat door het stadsdeel wordt verspreid, jet stadsblad dat per stadsdeel wordt uitgegeven. De krant, ECHO, wordt ook in gepubliceerd en de website van Zuideramstel. Eventuele overlast bij evenementen en dergelijke wordt niet gemeten door het stadsdeel. Tijdens het interview wordt ook duidelijk dat de drukte in het algemeen in de Rivierenbuurt mee valt. Overlast over parkeren bijvoorbeeld komt wel binnen, maar wordt dus niet concreet gemeten.
9.1.7 Deelconclusie ‘bewoners van de Rivierenbuurt over evenementen, festivals en koopzondag’ Een ruime meerderheid, namelijk 86%, van de respondenten in de Rivierenbuurt vindt dat het organiseren van evenementen en festivals een verrijking is van de uitgaansmogelijkheden en 53% ziet dan ook geen reden om evenementen te vermijden omdat het zoveel toeristen aan zou trekken. Bovendien wordt er tijdens de interviews aangegeven dat niet alle drukke festivals voor toeristen zijn maar vooral ook voor Amsterdammers. Ruim de helft vindt ook niet dat evenementen voor veel overlast zorgen in de buurt behalve de RAI die wel eens voor drukte zorgt een de Parade die jaarlijks plaats vindt maar zelfs dan valt de overlast over het algemeen mee. Bij de vraag of de winkels op zondag vaker open zouden mogen reageren de respondenten gemengd. Het gaat dan voornamelijk om eigen gebruik van de faciliteiten. Een enkele bewoner die geïnterviewd is geeft aan er niets in te zien, omdat er vroeger is gestreden om de winkels op 18:00 dicht te krijgen en zondags gesloten en het op die manier blijft schuiven. Voor uitbreiding van evenementen naar de Rivierenbuurt ziet 58% dat wel zitten maar dit moet dan een gepaste actie in de buurt zijn. Nu is het qua evenementen in de Rivierenbuurt nog vrij rustig en tijdens de interviews geven bewoners aan dat hier best wat meer mee mag worden gedaan. Op die manier kan er mogelijk ook wat meer drukte uit het Centrum worden getrokken.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
76
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9.2 Bewoners van De Pijp over evenementen, festivals en koopzondag zeer geen
mee
mee
missing
oneens
zeer oneens
mening
eens
eens
values
4%
8%
6%
60%
22 %
(3)
(6)
(5)
(46)
(17)
2. Evenementen trekken zoveel toeristen
10%
44%
21%
18%
7%
en dagtoeristen aan, dat ik liever niet ga.
(8)
(34)
(16)
(14)
(5)
6%
30%
14%
29%
21%
(5)
(23)
(11)
(22)
(16)
4. Ik zou het fijn vinden als de winkels in
17%
25%
11%
25%
22%
De Pijp op zondag vaker open zijn.
(13)
(19)
(9)
(19)
(17)
27%
13%
10%
34%
16%
(21)
(10)
(8)
(26)
(12)
1. Het organiseren van festivals is ook voor Amsterdammers een verrijking van de uitgaansmogelijkheden.
3. Evenementen in mijn buurt zorgen voor veel overlast, bijvoorbeeld lawaai en rommel op straat.
5. Ik vind het leuk dat grote evenementen die in het Centrum plaatsvinden, zoals Koninginnedag, zich steeds meer uitbreiden naar de andere
stadsdelen waaronder De Pijp. Tabel 8: Stellingen rond het thema ‘Evenementen, festivals en koopzondag’
9.2.1 Evenementen en festivals zijn een verrijking
Count
Maar liefst 82% van de respondenten vindt dat het organiseren van festivals ook een verrijking voor Amsterdammers is van de uitgaansmogelijkheden. Slechts 6% heeft hier geen mening over en 12% is het niet eens met de stelling. Er is wel een verschil aan te duiden tussen de respondenten die in Amsterdam zijn geboren of binnen Nederland. 41% van de respondenten die Het organiseren van binnen Nederland 30 festivals is ook voor Amsterdammers een is geboren vindt verrijking van de uitgaansmogelijkheden. het een verrijking mee eens tegenover 20% zeer mee eens oneens van de 20 Amsterdammers. 30
10 15 11
5 3
3
0 Amsterdam
anders namelijk, binnen nederland
Wat is uw geboorteplaats? _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
77
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Uit de interviews wordt duidelijk dat het merendeel het eens is met de stelling. Maar, zo wordt gezegd, het moeten wel evenementen of fesivals zijn die passen binnen het karakter van de buurt. Zo geeft een bewoonster een voorbeeld en legt uit; ‘’.. ik kan me nog herinneren dat in de tijd dat ik nog aan de gracht woonde dat er toen een of andere zeilwedstrijd georganiseerd werd en toen dacht ik van ja dat past helemaal niet in deze omgeving. Dus dat er wel nagedacht moet worden over wat zijn nou mooie leuke festivals die zowel leuk zijn voor bewoners als bezoekers. Maar het is wel zo dat sommige dingen waar ik niet heen ga is, omdat ik dat gewoon te druk bezocht vindt door toeristen maar daar wil ik niet mee zeggen dat het niet meer georganiseerd zou moeten worden. Want het is volgens mij wel heel belangrijk voor een stad om evenementen en festivals te hebben, daarmee zet je jezelf wel mee op de kaart. Maar goed, dat is dus een evenwicht tussen hoe leuk het is voor de bezoeker en hoe fijn het is voor de bewoners is moeilijk’’. Een andere bewoner die het ook eens is met de stelling zegt ook; ‘’.. des te meer zielen, des te meer vreugd lijkt mij’’. Één geïnterviewde bewoner vindt evenementen en festivals geen verrijking en vindt dat er niet genoeg rekening wordt gehouden met bewoners. Echter geeft deze bewoner ook aan niet te houden van massale, grote evenementen.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
78
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9.2.2 Drukte evenementen en festivals vermijden Voor 54% van de respondenten van De Pijp is het geen reden om niet naar evenementen te gaan die veel toeristen en dagjesmensen aantrekken. Voor 25% is dit wel een reden. 21% heeft geen mening over deze stelling. Tijdens interviews met bewoner blijkt over het algemeen dat evenementen en festivals niet altijd gemeden worden maar dat het een enkele keer wel gebeurd. Een bewoner die voornamelijk op de fiets het Centrum in gaat zegt dit ook wel eens te mijden maar door dit vervoersmiddels overal wel tussendoor te kunnen fietsen. Een meer kritische bewoner vindt met name de overlast hinderlijk en noemt wilplassen tot een grote ergernis. 9.2.3 Overlast van evenementen Precies de helft van de respondenten van De Pijp vindt dat evenementen in hun buurt voor veel overlast zorgt, bijvoorbeeld door lawaai en rommel op straat. 36% is het hier niet mee eens en 14% heeft hier geen mening over. Uit de interviews met bewoners blijkt dat er wel overlast is maar zo legt een bewoner uit; ‘’.. bij evenementen hoort lawaai en rommel maar ik vind het wel evenwichtig weet je wel het is een dag nou ja goed. Ik heb altijd een herrie met Koninginnedag, zon housefestival op de Weteringscircuit erg..maar ja dan denk ik ze houden vanzelf weer op’’. Een andere bewoner aan het Sarphatipark zegt; ‘’.. nee er zal wel wat meer rommel zijn maar dat ruimen ze dan ook wel weer op, het stadsdeel. En ja er zitten hier ook wel wat mensen in het park maar ja ze zitten er niet midden in de nacht dus dat is geen probleem’’. Een wat meer kritische bewoner heeft liever dat het feestende publiek zich buiten Amsterdam bevindt. 9.2.4 Winkels op zondag open in de buurt Op de stelling of de respondenten het fijn zouden vinden als de winkels in De Pijp op zondag vaker open zijn is 42% het oneens tot zeer oneens en 47% is het eens tot zeer eens. Slechts 11% heeft hier geen mening over. Het overgrote deel van de geïnterviewde bewoners geeft aan het wel fijn te vinden als de winkels in De Pijp op zondag vaker open zouden zijn. Een enkele bewoner ziet hier niets in en zegt dat 6 dagen ook wel voldoende zijn. Een andere bewoner nabij de markt in de Pijp zegt het niet erg te vinden dat er dan eventueel wat meer drukte in de buurt komt; ‘’De Albert Cuypmarkt is misschien 4 keer per jaar open op zondag, dus dat is niet zo vaak. Maar van mij mag het wel wat vaker openen’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
79
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9.2.5 Evenementen uitbreiden naar de buurt Precies de helft van de respondenten van De Pijp vindt het leuk dat grote evenementen die in het Centrum plaats vinden, zich ook uitbreiden naar andere stadsdeken waaronder De Pijp. Slechts 10% heeft hier geen mening over 40% is het oneens tot zeer oneens met de stelling. Uit de interviews met bewoners is gebleken dat de meningen hierover verdeeld zijn. Een bewoonster vraagt zich bovendien af of dit ook echt gebeurd; ‘’.. ik vraag me af of dat echt zo is, ik bedoel ik vind bijvoorbeeld de Pijp met Koninginnedag nog enorm kneuterig hoor. Ik bedoel die grens van waar de echte drukte is echt bij de Stadhouderskade, dus achter de Heineken Brouwerij. Watergraafsmeer zegt iedereen altijd van daar moet je naar toe. Maar of het zich nou echt uitbreid..Maar ik zou het niet leuk vinden als het allemaal zo hetzelfde wordt’’. Een bewoner die het eens is met de stelling zegt het leuk te vinden, maar dat het wel afhankelijk is van het soort evenement en de grootte ervan, omdat er niet zoveel ruimte in De Pijp is en bewonersverenigingen rondom het Marie-Heinkekenplen vrij actief zijn in het tegenhouden van bepaalde evenementen en/ of festivals. Een andere bewoner denkt dat de meeste mensen toch naar het Centrum gaan, maar vindt wat meer drukte niet erg. 9.2.6 Visie Sleutelfiguren Tijdens de interviews met Oud-Zuid wordt duidelijk dat het evenementenbeleid volop in ontwikkeling is dat geschreven wordt voor 6 locaties waaronder het Marie-Heinekenplein. Tevens is er gesproken over de bijkomende overlast van evenementen waar het stadsdeel wel eens mee in aanraking komt. In het vorige hoofdstuk is al aangegeven dat de overlast in De Pijp over het algemeen meevalt en dat de overlast niet alleen toe te schrijven is aan toeristen. Mevr. Espeleta noemt bijvoorbeeld het type ‘’feesttoeristen’’ dat met grote getallen naar het Vondelpark trekt, en dat dit zeker wel enige overlast met zich mee brengt. Het volgende is hier over gezegd; ‘’Je hebt natuurlijk ook het ander soort toerisme, meer de kwaliteitstoerist die naar de musea komt en die gewoon rustig is. Maar voor Oud-Zuid, in De Pijp zie je dat niet echt, overlast door toerisme maar in de rest van Oud-Zuid, wat ik zeg het Vondelpark, dat is niet leuk’’. In paragraaf 8.2.7 is al gesproken over de procedure van klachten in stadsdeel Oud-Zuid. Dit geldt ook voor eventuele klachten over evenementen en festivals. Mevr. Espeleta legt tijdens het interview uit dat grote evenementen de grootste overlast geven. Zo wordt uitgelegd; ‘’De grootste problemen doen zich voor daar waar de meeste mensen komen: het Museumplein, het Vondelpark en de Albert Cuypmarkt. Daar komen de grootste stromen mensen en bezoekers voor. De grootste overlast doet zich voor bij grote evenementen. We laten steeds grotere evenementen niet meer toe op het Museumplein. Bijvoorbeeld de Uitmarkt vindt niet meer plaats op het Museumplein, is nu meer verspreid’’. Het evenementenbeleid dat geschreven wordt, wordt opgesteld in samenwerking met bewoners, om dit zo goed mogelijk tot stand te laten komen. Er zijn voor Oud-Zuid drie vaste gesprekspartners die nauw betrokken zijn. Voor meer informatie is het interview te raadplegen in de bijlagen. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
80
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
9.2.7 Deelconclusie ‘bewoners van De Pijp over evenementen, festivals en koopzondag’ Een iets kleiner percentage in vergelijking met de Rivierenbuurt, namelijk 82%, vindt ook dat het organiseren van festivals voor Amsterdammers een verrijking van de uitgaansmogelijkheden is. Tijdens interviews met bewoners word aangegeven dat het wel evenementen of festivals moeten zijn die passen binnen het karakter van de buurt en dat het gaat om het vinden van een balans hoe leuk het is voor een bezoeker en voor een bewoner. Ruim de helft, namelijk 54%, vindt de drukte door toeristen dan ook niet een reden om evenementen te vermijden tegenover een kwart die dit wel zegt te doen. Precies de helft van de respondenten in De Pijp vindt dat evenementen voor veel overlast zorgt, maar zo wordt tijdens interviews aangegeven dat rommel en lawaai bij evenementen hoort maar dat het wel evenwichtig moet zijn. Bij de vraag of de winkels op zondag in De Pijp vaker open zouden kunnen wordt verdeeld gereageerd. 42% wil dit niet tegenover 47% die het wel leuk lijkt. Voor uitbreiding van evenementen naar De Pijp zegt precies de helft van de respondenten dat wel te zien zitten. 40% wil dit liever niet. Tijdens de interviews gaven bewoners aan dat het afhankelijk is van het soort evenement en de grootte ervan. Verder werd er aangegeven dat het ook niet de bedoeling is om alle buurten hetzelfde te laten doen, de diversiteit heeft ook zo zijn charme.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
81
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10. City marketing & Toeristisch beleid Dit hoofdstuk gaat in op het laatste thema ‘’City marketing & Toeristisch beleid’’. Per onderzoeksgebied zullen de resultaten behandeld worden in de paragrafen. In de subparagrafen worden de resultaten van de stellingen weergegeven. Tot slot is er aan het einde van de gepresenteerde resultaten per onderzoeksgebied een deelconclusie geschreven.
10.1 Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristisch beleid zeer zeer 1. Ik vind dat ik als bewoner genoeg inspraak heb bij het toeristisch beleid in mijn buurt. 2. Ik wil dat (dag)toeristen zich over alle stadsdelen van Amsterdam verspreiden. 3. De city marketing campagne “I Amsterdam” zorgt dat ik me meer één voel met mijn stadsdeel. 4. Ik vind het positief dat de city marketing campagne “I Amsterdam” meer toeristen trekt. 5. Ik ervaar verschil in cultuur binnen de groepen toeristen die naar mijn buurt komen. 6. De cultuurverschillen tussen de toeristen en mij als bewoners zijn voor mij geen probleem.
geen
mee
mee
missing
oneens
oneens
mening
eens
eens
values
9%
30%
53%
7%
(8)
(28)
(49)
(6)
21%
33%
41%
4%
1%
(19)
(30)
(38)
(4)
(1)
17%
32%
34%
15%
1%
1%
(16)
(29)
(31)
(14)
(1)
(1)
3%
4%
31%
58%
3%
1%
(3)
(4)
(28)
(53)
(3)
(1)
1%
28%
37%
31%
2%
1%
(1)
(26)
(34)
(28)
(2)
(1)
1%
3%
9%
73%
13%
1%
(1)
(3)
(8)
(67
(12)
(1)
geen
geen
1% (1)
10.1.1 Inspraak toeristisch beleid Bij de vraag de respondenten van de Rivierenbuurt vinden dat ze genoeg inspraak hebben in het toeristisch beleid van hun buurt heeft 53% geen mening. 39% is het oneens en slechts 7% is het wel eens met de stelling. 1 respondent heeft de stelling niet beantwoordt. Tijdens de interviews met bewoners blijkt ook vaak dat bewoners daar niet echt mee bezig zijn of er te weinig vanaf weten. Zo legt een bewoonster ook uit; ‘’.. misschien heb ik het wel maar ik heb geen idee. Volgens mij zou ik wel deel kunnen nemen aan vergaderingen want ik krijg wel eens dingen in de bus maar ik lees ze niet’’. Een bewoner die het oneens is met de stelling zegt; ‘’.. daar is nooit over gesproken en daar is nooit mijn mening over gevraagd dus ja volgens mij is het zo dat we in dat opzicht dus weinig te zeggen of de melden hebben. Er wordt niet aan ons gevraagd van wat vind je van dit of dat. Dit is de eerste enquête waar _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
82
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
ik aan mee gedaan heb die van toepassing is op dit onderwerp’’. Een andere bewoner in de Kinderstraat geeft aan dat er in zijn woongedeelte geen toerisme is en er dus ook weinig over kan zeggen. 10.1.2 Spreiden van toerisme over de stadsdelen Voor de 45% van de respondenten van de Rivierenbuurt geldt dat zij het eens tot zeer eens zijn met de stelling dat (dag)toeristen zich over alle stadsdelen van Amsterdam spreiden. Bijna een kwart heeft hier geen mening over en 21% vind niet dat (dag)toeristen zich zouden moeten spreiden over andere stadsdelen van Amsterdam. 1 respondent heeft deze stelling niet beantwoordt. Bij de geïnterviewden zijn de meningen er enigszins over verdeeld. Een bewoonster die het oneens is verklaart dit als volgt; ‘’.. Ik snap het wel, de gedachtegang want het is gewoon wel zo druk, ja wat ik al aangeef dat het voor normale Amsterdammers nou ja ik vind het niet meer leuk om in die periode naar de stad te gaan. Het geeft soms wel wat extra gezelligheid maar als je gewoon even je dagelijkse dingen wilt doen vind ik het vervelend’’. Een bewoner die het wel eens is met de stelling zegt dat het vrij logisch is; ‘’.. nou goed, dat is vrij normaal. Kijk het Centrum is natuurlijk uitermate interessant maar ook zon buurt als Oud-Zuid he dus ja ook wel uitermate interessant als je kijkt naar de historie van Oud-Zuid. En sommige andere delen zijn ook interessant, ik denk ook dat bijvoorbeeld straks Amsterdam Noord of de Zuidas ook uitermate interessant is met de nieuwe hoogbouw en nieuwe architectuur dus in dat opzicht is het niet zo gek dat toeristen zich niet alleen maar concentreren op het Centrum en de grachtengondel maar ook op de buurten daarbuiten’’. Een andere bewoner zegt dat het dan ‘’ drukker maar ook gezelliger’’ wordt. Maar, zo geeft hij ook aan; ‘’.. als het maar gezellig blijft maar ja dat weet je nooit van tevoren. Kijk vroeger had je hier het Joodsmuseum maar dat hebben ze weggehaald en dat hadden ze juist aantrekkelijker moeten maken’’. 10.1.3 Eenheidsgevoel door campagne ‘I Amsterdam’ Bij de stelling of de city marketing campagne ‘’I Amsterdam’’ zorgt dat de bewoners zich meer één voelt met zijn stadsdeel is bijna de helft het oneens(49%). Maar liefst 34% heeft hier geen mening over en 16% is het wel eens met de stelling. 1 respondent heeft de stelling niet beantwoordt. Ook tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat de meningen hierover verdeeld zijn. Slechts 1 bewoner is het eens met de stelling en zegt het volgende; ‘’Ja dat is wel zo, zo voelt dat ook wel een beetje. Want je ziet inderdaad dat toeristen zich daar ook mee identificeren die kopen van die T-shirts enzo. En ja ik ben wel trots op Amsterdam, ik vind het gewoon ook een hele leuke leuze’’. Een bewoner die het zeer oneens is denkt hier anders over; ‘’.. ik vind het gruwelijk. Het is echt dat je denkt van ehm, het feit dat ze denken dat zoiets nodig is al heel gruwelijk en dat ze dan zo een nietszeggende term gaan gebruiken vind ik al niets’’. Bij de vraag of deze bewoner ook denkt dat het ook bestemd is voor bewoners werd er het volgende aan toegevoegd; ‘’... nee , totaal niet. Ik bedoel, er zijn nog zo weinig Amsterdammers die hier geboren en getogen zijn en nee voor mij is het zeker niet bedoeld. Het heeft totaal niks met Amsterdam te maken, ik herken er helemaal niks in voor _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
83
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
deze stad. Het zou voor elke stad/dorp gebruikt kunnen worden nou ja prachtig, je zit met een woordspeling en je hebt een campagne. Een andere bewoner die het ook zeer oneens is legt het iets anders uit; ‘’.. nee de campagne spreekt mij niet aan en stuit mij eigenlijk tegen de borst. Ik vind het afschuwelijk lelijk dat ‘I AM’. Ja, het is leuk, maar die grap die werkt één keer en als je een keer die grap hebt gehad dan weet je het wel en ja je moet een grap niet twee keer krijgen, dan wordt het heel afschuwelijk. En ja het is natuurlijk ook Engels. Een bewoner die geen mening heeft zegt het volgende; ‘’.. nee want ik weet niet precies wat ik met de campagne I Amsterdam moet eigenlijk. Ik zie natuurlijk wel een logo, maar het zegt me niet zo gek veel. En ik weet ook niet in welke mate ze heel erg actief zijn eigenlijk met de marketing van de stad, ik weet ook niet eens wat ze doen eigenlijk voor de stad. Organiseren ze iets voor de stad of subsidiëren ze bijvoorbeeld festivals’’. De laatste bewoner die geïnterviewd is heeft mee eens geantwoord maar geeft tegelijkertijd aan dat hij nog nooit gehoord heeft van de campagne. 10.1.4 ‘I Amsterdam’ trekt meer toeristen Voor 61% van de respondenten geldt dat zij het positief vinden dat de city marketing campagne ‘I Amsterdam’ meer toeristen trekt. 31% heeft hier geen mening over en slechts 7% is het oneens tot zeer oneens met de stelling. 1 respondent heeft de stelling niet ingevuld. Tijdens de interviews met bewoners wordt er iets positiever gereageerd dan de vorige stelling. Zo zegt een bewoner; ‘’.. als dat zo is, tuurlijk prima dat is geld in het laadje. Ja, het is treurig als er mensen daar op af komen maar oké. Ja, als mensen dat aantrekkelijk vinden prima’’. Een andere bewoner reageert hier ongeveer hetzelfde op; ‘’..ik vind het leuk als ze meer toeristen trekken maar niet door die campagne, want die campagne vind ik afschuwelijk’’. Een wat meer positieve bewoner zegt; ‘’.. ja, ik vind het goed voor een stad voor de economie van de stad, ik vind het goed voor de gezelligheid van de stad. Het geeft de stad toch iets meer internationaals namelijk’’. Een bewoner is het oneens met de stelling, omdat, zo wordt aangegeven, er al zoveel toeristen zijn. 10.1.5 Cultuurverschil tussen bewoner en toerist Bij de stelling of bewoners verschil in cultuur binnen de groepen toeristen ervaren die naar hun buurt komen wordt gemengd gereageerd. 29% is het oneens tot zeer oneens met de stelling en 33% is het eens tot zeer eens met de stelling. Ruim een derde (37%) heeft hier geen mening over en 1 respondent heeft niet geantwoord. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat er wel verschild te merken is tussen de toerist en zij als bewoners. Maar zo zegt een bewoonster; ‘’..volgens mij komen er op de twee attracties die hier zijn meer Nederlanders op af of van Amsterdam zelf, De Parade bijvoorbeeld. En of ik verschil zie in dagjesmensen en Amsterdammers? Ja over het algemeen wel. En waar je dat dan aan ziet is hoe ze zich gedragen, ze weten de weg niet of zijn met een groepje of gezin. En kleding, ja je ziet het wel en ze gedragen zich ten opzichte van de Amsterdammers anders. Een andere bewoner noemt het verschil tussen de Engelsman en de Japanner, maar zo zegt hij ook dat is door het uiterlijk ook heel duidelijk. Zo legt hij uit; ‘’ een Engelsman zal bij wijze van spreken op je nek springen en weet ik veel _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
84
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
wat, een groep Engelsen zijn soms echt vervelend, maar een Japanse toerist is heel beleefd, vriendelijk en aardig en daar heb je geen last van’’. Een bewoner die het oneens is geeft het volgende aan; ‘’..ik vraag me af in welke mate toeristen dus uit andere landen verschillen eigenlijk qua gedrag of qua andere patronen. Want volgens mij is een toerist ook een toerist, want als ik in een ander land ben, ben ik ook maar gewoon een toerist en meng ik me toch ook een beetje onder de bevolking. En ja de meeste toeristen beleef ik gewoon als beleefde mensen’’. Een andere bewoner zegt het niet zo goed te weten. De toeristen die in zijn straat komen, of in de buurt zijn voornamelijk afkomstig van het Okura hotel wat veel Japanners aantrekt. En zo zegt hij; ‘’En ja dat is toch een andere cultuur dan andere toeristen’’. 10.1.6 Cultuurverschillen geen probleem Bij de laatste stelling van dit thema wordt gevraagd of die cultuurverschillen een probleem vormen voor de bewoners. Maar liefst 86% zegt de cultuurverschillen geen probleem te vinden. Slechts 4% is het hiermee oneens en 9% heeft hier geen mening over. 1 respondent heef de stelling niet beantwoord. Ook de geïnterviewden zijn er het grotendeels mee eens. Een bewoonster legt uit; ‘’.. ik heb die in mijn buurt in mijn hoofd gehouden en daar heb ik geen problemen mee. Maar ik heb wel problemen met de cultuurverschillen tussen mij en de Engelsen. Ja, het is sowieso als mensen op vakantie zijn gaan ze vaak losser dan in hun eigen land en zij gedragen zich soms echt belachelijk. Echt over the top’’. Een andere bewoner zegt dat toeristen niet zijn dagelijkse reilen en zeilen zullen beïnvloeden. Dezelfde bewoner geeft ook aan dat er wel een verschil is tussen dagjesmensen en verblijfbezoekers; ‘’.. Ja, dagjesmensen zijn over het algemeen wat lawaaieriger, wat meer overlast zullen veroorzaken dan mensen die hier echt voor een paar weken komen dat is toch een ander soort instelling’’. Een bewoner die het oneens is noemt dat hij de toeristen in verband met de taal niet te woord kan staan en dat dat voornamelijk een probleem vormt. Wat ook nog genoemd wordt is het gedrag van een toerist, en die van de bewoners zelf, wanneer ze op vakantie zijn, ook wel eens vertonen. Zo legt een bewoner uit; ‘’.. Ik denk sowieso dat toeristen, ik doe dat zelf ook, je wordt asocialer omdat het niet je eigen stad is. Je hebt minder betrokkenheid en respect voor de staat. Kijk, als ik zin heb om over de straat te lopen in het buitenland dan doe ik dat en dat doen zij hier ook. En dan reageer ik als Amsterdammer van he pas even op! Maar goed dat doe ik waarschijnlijk zelf ook dus dat is denk ik wel kenmerkend aan toeristen maar dat is heel generaliserend want zo zijn ze niet allemaal’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
85
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.1.7 Visie Sleutelfiguren Tijdens het interview met Dhr. Keuter van Zuideramstel wordt duidelijk dat het stadsdeel momenteel niet veel met de toeristische ontwikkeling doet, dus de invulling van de City marketing campagne speelt op het moment niet zo. Er wordt het volgende over gezegd; ‘’.. als wij toeristisch beleid gaan maken, dit wel degelijk een onderdeel zal zijn waaraan aandacht gegeven zal worden. Maar momenteel heeft vooral ATCB belang bij city marketing’’. Bij de vraag of het stadsdeel ook gebruik maakt van bewonersverenigingen komt naar voren dat dit wel het geval is. Er zijn diverse stakeholders waarmee Zuideramstel contact mee heeft zoals winkeliersverenigingen, buurtverenigingen en gesubsidieerde wijkcentra. Die spreken dan bijvoorbeeld mee over de ontwikkeling van de Zuidas. Tevens is er gevraagd tot in hoeverre het stadsdeel zelf beslissingen kan maken en waar Economische Zaken, de centrale stad de beslissingen maakt. Dhr. Keuter zegt hier volgende over; ‘’ Wij hebben alle vrijheid daar iets in te doen. Ik denk niet dat EZ hier een beperkende rol vervult. Uiteraard gaan we niet zaken doen die al in de centrale stad worden gedaan. Maar wij kunnen in alle vrijheid een aanvulling zijn op. Zuideramstel is zelfstandig, maar blijft natuurlijk wel een deel van Amsterdam. Dus je kunt je voorstellen dat voor veel beleid geldt (bijv. Hotelbeleid) gezien het belang dat daaraan wordt gehecht de centrale stad de regie wil voeren over heel Amsterdam. Verder heeft de gemeente Amsterdam een zgn. hotelloods ingesteld, die met alle deelraden gaat praten om te bekijken welke mogelijkheden er voor hotelontwikkeling zijn. Bijvoorbeeld een kantoor dat omgebouwd wordt tot hotel. Hierin zie je hoe aan die rolverdeling tussen de centrale stad en de stadsdelen inhoud wordt gegeven’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
86
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.1.8 Deelconclusie ‘Bewoners van de Rivierenbuurt over toeristisch beleid’ Voor de respondenten van de Rivierenbuurt geldt dat het merendeel (53%) niet een mening heeft over het toeristisch beleid dat hun stadsdeel voert, laat staan dat de bewoners vinden dat ze wel of niet genoeg inspraak hebben. Dat terwijl 39% het oneens is met de stelling. De geïnterviewden geven ook aan het niet goed te weten, of zo wordt er gezegd, daar is nooit op deze manier over gesproken. In de vorige subparagraaf is uitgelegd dat stadsdeel Zuideramstel niet een specifiek toerismebeleid heeft, maar dat er wel diverse partijen of bewonersverenigingen zijn waar het stadsdeel mee spreekt alvorens een bepaalde notitie tot uitvoering komt. Wel zal er in de toekomst meer worden gedaan in het toeristisch beleid, daar de Zuidas in grote ontwikkeling is en zo mogelijk niet alleen meer de bestemming krijgt voor wonen en werken. Voor het spreiden van toerisme over andere stadsdelen dan het Centrum is nog niet de helft van de respondenten het eens. Bijna een kwart vindt oneens tot zeer oneens. Er zijn tijdens de interviews diverse redenen aangedragen. De ene bewoner vindt het logisch, want er is immers ook veel te doen in andere stadsdelen zoals Oud-Zuid. Een andere bewoner begrijpt het ergens ook wel, maar houdt de buurt graag een beetje rustig. Verder werd er nog gewezen op het Joods museum, dat zich in de Rivierenbuurt heeft bevonden maar verwijderd is wat als een gemiste kans wordt gezien. Bijna de helft van de respondenten zegt dat de slogan campagne ‘’I Amsterdam’’ er niet voor zorgt dat zij zich meer één voelen met hun stadsdeel. Op een enkele geïnterviewde na wordt er niet heel positief gereageerd op ‘’I Amsterdam’’. Bij de vraag of bewoners het positief vinden dat ‘’I Amsterdam’’ meer toeristen trekt is 61% het eens. Bewoners geven te kennen dat toerisme wel een belang heeft en ergens ook goed is voor Amsterdam. De laatste twee stellingen gaan in op mogelijke cultuurverschillen tussen de toeristen en de bewoners en hun ervaringen. Uit de resultaten blijk dat de meningen erover verdeeld zijn, ruim een derde ervaart geen verschil tussen de groepen toeristen die naar hun buurt komen. De geïnterviewde bewoners geven aan dat er naast de RAI niet echt een toeristische attractie is en er dus ook niet veel mee in aanraking komen. De verschillen die worden opgemerkt zijn in te delen in gedrag, uiterlijk, taal, dagjesmensen en verblijfbezoekers. Een opmerkelijk percentage is te noemen over het feit dat 86% de cultuurverschillen tussen de toeristen en de bewoners zelf niet als een probleem zien.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
87
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.2 Bewoners van De Pijp over toeristisch beleid zeer zeer
geen
mee
mee
missing
eens
values
oneens
oneens
mening
eens
17%
36%
43%
4%
(13)
(28)
(33)
(3)
2. Ik wil dat (dag)toeristen zich over alle
3%
21%
27%
43%
6%
stadsdelen van Amsterdam verspreiden.
(2)
(16)
(21)
(33)
(5)
14%
43%
28%
12%
3%
(11)
(33)
(22)
(9)
(2)
4%
6%
34%
48%
8%
(3)
(5)
(26)
(37)
(6)
1%
16%
35%
45%
3%
(1)
(12)
(27)
(35)
(2)
5%
12%
65%
18%
(4)
(9)
(50)
(14)
1. Ik vind dat ik als bewoner genoeg inspraak heb bij het toeristisch beleid in mijn buurt.
3. De city marketing campagne “I Amsterdam” zorgt dat ik me meer één voel met mijn stadsdeel. 4. Ik vind het positief dat de city marketing campagne “I Amsterdam” meer toeristen trekt. 5. Ik ervaar verschil in cultuur binnen de groepen toeristen die naar mijn buurt komen. 6. De cultuurverschillen tussen de toeristen en mij als bewoners zijn voor mij geen probleem.
geen
geen
10.2.1 Inspraak toeristisch beleid Voor 53% van de respondenten van De Pijp geldt dat zij het oneens tot zeer oneens zijn met de stelling dat de bewoner genoeg inspraak heeft bij het toeristisch beleid in de buurt. 43% heeft geen mening over de stelling. Slecht 4% vindt dat ze wel genoeg inspraak hebben. Tijdens de interviews met bewoners is het merendeel het oneens met de stelling. Een bewoner die het wel eens is met de stelling zegt; ‘’..er staat altijd aangegeven dat ik bezwaar mag maken dus ja..’’. Een bewoonster die zelf les geeft in de toerisme sector zegt het oneens te zijn, want zo legt zij uit; ‘’..doordat ik toerisme geef, weet ik wel iets dat ze bijvoorbeeld bezig zijn met het ontwikkelen van toeristisch beleid. Maar als je daar niet zelf in verdiept hoor je daar eigenlijk bijna niks over. Of ja dat stadsdeelkrantje en daar staat dan wel wat in. Maar ik denk dat je daar best wel over mee mag praten want ik denk dat veel mensen niet weten wat er gebeurt die in de buurt wonen’’. Een andere bewoner die het ook oneens is en lid is van de Zuid-Pijp belangen zegt; ‘’.. meestal kan je bezwaar maken, maar ze drukken het er meestal doorheen. Ze zitten ook in de deelraad hoor. Ja, het is inderdaad, maar het gaat dan meestal om het park en dergelijke’’. De wat meer kritische bewoner geeft tijdens het interview aan dat er naar aanleiding van dit onderzoek, het de eerste keer is dat er om zijn mening wordt gevraagd. Zo legt hij uit; ‘’..de Gemeente nog de woningbouwvereniging interesseert zich er niet voor of er wordt niets mee gedaan’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
88
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.2.2 Spreiden van toerisme over de stadsdelen Bijna de helft (49%) van de respondenten wil dat (dag)toeristen zich over alle stadsdelen van Amsterdam verspreiden. 24% vindt niet dat (dag)toeristen zich zouden moeten spreiden en 27% heeft hier geen mening over. Bewoners reageren tijdens de interviews gemengd. De meerderheid is het wel eens met de stelling, maar zo legt een bewoner ook uit; ‘’.. ze hoeven niet hoor, van mij ik bedoel toeristen moeten vooral doen wat ze leuk vinden maar ik heb er ook totaal geen bezwaar tegen’’. Een andere bewoonster legt uit dat dit al een tijdje het beleid is en beschrijft het als volgt; ‘’.. wat ik wel heb begrepen is dat verschillende stadsdelen dan ook nagedacht hebben over wat er dan zo aantrekkelijk is in dat stadsdeel. Dus dat daar gewoon meer werk van gemaakt wordt om mensen ook naar het stadsdeel te krijgen, die inspanningen zijn er wel maar dat is volgens mij nog heel gefragmenteerd hoor. Ik heb nog niet het gevoel dat het gebeurt. En ik vraag me ook af als je bijvoorbeeld bij een toeristeninformatie komt of ze je ook echt voorbij het stadscentrum sturen. Dus er zijn wel veel plannen en initiatieven maar volgens mij kan daar veel meer uitgehaald worden’’. Een bewoner die het zeer oneens is stelt het anders; ‘’De moeilijkheden worden verspreid, niet aangepakt. Kent u het spreekwoord verdeel & heers? Nou dat is waar het hier om gaat’’. 10.2.3 Eenheidsgevoel door campagne ‘I Amsterdam’ Slechts 15% van de 77 respondenten vindt dat de city marketing campagne ‘I Amsterdam’ ervoor zorgt dat ze zich meer één voelen met het stadsdeel. Meer dan de helft, namelijk 57% vindt dit niet. Iets meer dan een kwart (28%) heeft hier geen mening over. Ook tijdens de interviews met bewoners van De Pijp is deze stelling voorgelegd. Het overgrote deel heeft hier geen mening over en 1 bewoner is het zeer oneens, zo legt hij uit; ‘’.. ik vind het een volslagen belachelijke campagne, allemaal overgewaaid uit Amerika’’. Een geboren Amsterdamse bewoner geeft aan; ‘’.. nee, ja ik ben Amsterdammer, ik woon mijn hele leven al in Amsterdam dus dat hoef je tegen mij niet te zeggen’’. Een bewoonster die het een beetje in het midden laat zegt; ‘’.. nee, ik vind het best een leuke campagne en ik vind het ook grappig dat dat ook op het Museumplein staat, hè die letters die mensen die daar dan in gaan klimmen, dat vind ik wel leuk en dan moet je ook oppassen met je fiets dat je niet botst op mensen. Ik vind het wel een grappige campagne, maar voor mij heeft het geen invloed’’. Een andere bewoonster geeft ook aan dat de campagne niet bijdraagt aan dat eenheidsgevoel; ‘’..nou, ik heb daar niet zoveel mee. Ik vind het een erg algemene slogan, ik vind het meer het moeten hebben van een slogan. Maar het is nou niet dat ik daardoor een soort trots, nee... ik voelde me al een met mijn stadsdeel dus’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
89
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.2.4 ‘I Amsterdam’ trekt meer toeristen Voor 56% van de respondenten geldt dat zij het positief vinden dat de city marketing campagne ‘I Amsterdam’ meer toeristen trekt. Ruim één derde (34%) heeft hier geen mening over en 10% is het niet eens met de stelling. Tijdens de interviews met bewoners van De Pijp is het overgrote deel het wel eens met de stelling. De overige reacties komen uit op geen mening. Deze bewoners vragen zich tevens af of het ook echt zo is of de campagne daadwerkelijk mensen trekt of dat het van invloed is. Een geboren Amsterdamse bewoner zegt dat het voor Amsterdam wel positief is. 10.2.5 Cultuurverschil tussen bewoner en toerist Voor 48% van de respondenten geldt dat zij verschil in cultuur ervaren binnen de groepen toeristen die naar hun buurt komen. 35% heeft hier geen mening over en slechts 17% ervaart geen verschil. Wat opvallend is onder de respondenten dat mensen die buiten Amsterdam zijn geboren vaker verschil in cultuur ervaren (27%) dan de respondenten die wel in Amsterdam zijn geboren namelijk 8%. Onderstaand diagram laat dat zien. Ik ervaar verschil in cultuur binnen de groepen toeristen die naar mijn buurt komen.
30
oneens geen mening mee eens
Count
20
27
10 16
9
8
8
4
0 Amsterdam
anders namelijk, binnen nederland
Geboorteplaats
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
90
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Uit de interviews met bewoners blijkt dat het voor de meesten moeilijk is om echt verschillen te onderscheiden. Verder is het ook afhankelijk of mensen in een groep of individueel zijn; ‘’.. de buurt waar ik woon zijn meer mensen die individueel op stap gaan en dan heb ik toch meer het idee dat mensen opgaan in de omgeving. Maar het is natuurlijk ook een hele culturele gemengde wijk dus die enkele bezoeker valt dan niet op’’. Een bewoner die wel redelijk wat onderscheid kan maken zegt het volgende; ‘’..toch wel een beetje want die vrouwen herken ik zo en de buitenlandse toeristen en de jongeren. Vooral die huisvrouwen zijn leuk’’. Een andere bewoner die niet veel verschillen kan ontdekken tussen de groepen toeristen zegt; ‘’.. ik heb verder geen problemen met ze, zolang ze zich maar gedragen’’ en bovenal noemt hij nog; ‘’Een toerist is een toerist en gedraagt zich daar ook naar’’. De laatste geïnterviewde bewoner geeft aan hier niet zo op te letten, maar zegt wel; ‘’.. je ziet wel verschil tussen afkomt. Bijvoorbeeld Amerikanen of Italianen dat zijn heel andere soort toeristen vind ik. Over het algemeen zijn ze wel iets anders, maar moet zeggen dat ik er ook niet veel mee, ja als de weg vragen, maar voor de rest ook niet’’. 10.2.6 Cultuurverschillen geen probleem Maar liefst 83% van de respondenten vindt de verschillen tussen henzelf en de toeristen geen probleem. Slechts 5% is het hiermee oneens en 12% heeft hier geen mening over. De laatste vraag die tijdens de interviews met bewoner van De Pijp is gesteld is of zij de cultuurverschillen een probleem vinden. Bijna alle geïnterviewden zijn het erover eens dat de eventuele verschillen tussen hun als bewoner en de toerist geen probleem vormen. Maar zo legt een bewoonster ook uit; ‘’.. voor zover dat opvalt niet’’. Een andere bewoonster is heel positief en zegt; ‘’.. nee ik vind het juist leuk. Ja, gewoon leuk, dat je al die mensen op de markt onvervalst Limburgs hoort praten’’.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
91
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.2.7 Visie Sleutelfiguren Tijdens de interviews met Oud-Zuid is ook gesproken over het toeristisch beleid dat gevoerd wordt door het stadsdeel. Zo is er duidelijk geworden dat het beleid verdeeld in onder twee afdelingen namelijk afdeling beleid en de afdeling beleidsuitvoering. Deze werken nauw samen bij de tot standkoming van het beleid en de uitvoering ervan. Dit onderzoek is specifiek toegespitst op het toeristisch beleid, maar zo geeft Dhr. Stokman aan dat toerisme een onderdeel is van economische zaken en dat toerisme bij een stadsdeel niet het eerste belang heeft. Dit wordt als volgt uitgelegd; ‘’.. het gaat voornamelijk om bewoners dan daarna ondernemers en toeristen ja, dat is leuk omdat het de ondernemingen versterkt en omdat je daardoor meer functies kan krijgen in het stadsdeel. Toerisme is natuurlijk heel belangrijk bijvoorbeeld musea, bijvoorbeeld het Museumplein waar men bezig is met een strategie om de stad toegankelijker te maken voor toeristen. Dus je probeert vanuit alle perspectieven waaronder de bewoners, ondernemers, vanuit het belang van de Centrale stad waar toeristen een belangrijk onderdeel van zijn want daar drijft een groot deel van de stad wel op, probeer je die belangen wel mee te wegen’’. Voor het spreiden van toerisme en het versterken van toeristenstromen zijn er een tweetal ontwikkelingen te noemen. Allereerst wordt de ‘’rode loper’’ vanuit Amsterdam centraal station genoemd die toeristen en het winkelend publiek langs een bepaalde route moet gaan leiden, die ook door De Pijp loopt. Bepaalde punten waaronder de Ferdinand Bolstraat die overloopt in het Cornelis Troostplein vormt dan een zogenaamde schakelfunctie die later kan doorlopen naar de Zuidas. De tweede ontwikkeling die genoemd wordt; ‘’.. de 1e Jacob van Campenstraat waar we een wandelroute van willen maken. Wij willen dat de bezoekers dan vanuit het Museumplein doorlopen naar De Pijp; nu is dat nog niet zo duidelijk’’. Een andere mogelijkheid die genoemd wordt is om de ingang van de Heinekenbrouwerij naar het MarieHeinekenplein te verplaatsen. Maar dit zijn nog onzekere plannen. Tijdens de interviews wordt duidelijk dat de indeling van de openbare ruimte heel bepalend kan zijn hoe bezoekers zich verplaatsen. Bij de vraag tot in hoeverre het stadsdeel iets doet aan city marketing wordt duidelijk dat dit voornamelijk is toegeschreven aan Amsterdam Partners en het ATCB die voornamelijk invulling geeft aan de campagne. De letters ‘’I AMsterdam’’ staan wel eens op het Museumplein bijvoorbeeld maar verplaatst zich van tijd tot tijd ook naar andere locaties. In het laatste gedeelte van de interviews is er ook gesproken over de relatie tussen de stadsdelen en EZ Centrale stad. Het toeristisch beleid dat in eerste instantie stadsbreed wordt opgesteld is bepalend voor het beleid dat stadsdelen voeren. Ten dele is het afhankelijk van de grootte van het beleid zoals het Hotelbeleid dat voor de gehele stad geldt. Vanuit Oud-Zuid wordt duidelijk dat het schrijven van het beleid door EZ Centrale stad beter zou kunnen wordt afgestemd op de bestuurlijke cyclus. Dhr. Stokman beschrijft dit als volgt; ‘’EZ Centrale stad geeft zich soms weinig rekenschap van de bestuurlijke cyclus van stadsdelen. Voor een goede uitvoering van beleid via stadsdeelorganisaties is dat wel noodzakelijk. Een stadsdeel organisatie moet van te voren rekening kunnen houden met welke activiteiten zij moet gaan uitvoeren. De stadsdelen gaan nieuw beleid niet direct uitvoeren zonder dat zij hun organisatie hebben voorbereid. Als het niet in de _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
92
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
programmabegroting staat dan wordt het nieuwe toeristische beleid misschien pas uitgevoerd voor 2010. Dan ben je twee en een half jaar verder. Dan werkt de ambtelijke molen m.i. veel te langzaam’’. Tot slot wordt er door Dhr. Stokman nog verduidelijkt dat Miriam Brouwer goed bezig is met het betrekken van de stadsdelen bij het toeristisch beleid. Voor meer informatie uit de interviews kan de bijlage geraadpleegd worden.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
93
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.2.8 Deelconclusie ‘Bewoners van De Pijp over toeristisch beleid’ Net als in de Rivierenbuurt heeft het grootste percentage, 43%, geen mening over de vraag of bewoners vinden dat ze genoeg inspraak hebben bij het toeristisch beleid van hun buurt. Hier tegenover staat dat 53% het oneens tot zeer oneens is met de stelling, wat in vergelijking met de Rivierenbuurt een hoger percentage is. Geïnterviewde bewoners zijn het grotendeels ook oneens en geven te kennen dat er meer kan worden gedaan met de bekendmaking van het toeristisch beleid. Er is wel een stadsdeelkrant, maar of elke bewoner dat ook echt lees is de vraag. Wat ook genoemd wordt is dat besluiten, ondanks beswaarmaking van bewoners, uiteindelijk toch worden doorgevoerd maar dit heeft dan bijvoorbeeld betrekking op parken. Bijna de helft van de respondenten wil dat toeristen zich verspreiden naar andere stadsdelen waaronder hun buurt. De geïnterviewde bewoners noemen dat er dan wel meer gedaan moet worden aan de informatievoorziening, dus dat bezoekers niet alleen maar gewezen worden op attractiepunten binnen het Centrum. Een enkele bewoner geeft aan dat toeristen vooral moeten doen wat ze zelf leuk vinden. Bij de vraag of de campagne ‘’I Amsterdam’’ ervoor zorgt dat bewoners zich meer één voelen met hun stadsdeel is slechts 15% het eens. Tijdens de interviews blijkt dat bewoners zich al een voelen met het stadsdeel voordat die campagne er was, dus dat het geen invloed heeft op de mening. In de subparagraaf 6.1.3 van het thema ‘’Trots’’ gaven bewoners ook al te kennen dat die waarding van toeristen geen invloed heeft op de mening van de respondenten. Wel wordt er overwegend positief gereageerd (56% op de stelling of de campagne meer toeristen trekt. De geïnterviewde bewoners vragen zich wel of het ook daadwerkelijk zo is of dat het invloed heeft. De laatste twee stellingen gaan in op mogelijke cultuurverschillen tussen de toeristen en de bewoner en hun ervaringen. Bijna de helft van de respondenten, namelijk 48%, ervaart wel verschil binnen de groepen toeristen die naar hun buurt komen. De geïnterviewde bewoners geven aan dat het verschil maakt of mensen in een groep zijn of individueel zoals de architectuurtoerist die dan opgaat in de menigte. Bovendien is heeft De Pijp vele culturen waardoor het onderscheid soms moeilijk te maken is. Verder is de Albert Cuypmarkt een merkwaardige plek waar wel goed het onderscheid te maken is, bijvoorbeeld groepen vrouwen die een dagje naar Amsterdam komen. Net als de respondenten van de Rivierenbuurt, geven ook de respondenten van De Pijp met een hoog percentage van 83% aan dat het verschil in cultuur tussen hen als bewoner en de bezoeker geen probleem zijn.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
94
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
10.3 Visie Amsterdam Toerisme & Congres Bureau Naast de sleutelfiguren die betrokken zijn bij de onderzoeksgebieden is er voor dit onderzoek ook gesproken met het ATCB, die meer kan vertellen over het beleid in het algemeen en het toerisme in Amsterdam. Dhr. Philippens, manager Marketing en Development, legt uit dat het ATCB iedere 4 jaar een strategisch marketing en communicatie plan opstelt en is daarmee heel betrokken bij het toeristische beleid van Amsterdam. Het huidige loop eind 2008 af. Het nieuwe plan dat voor 2009 tot 2012 opgesteld wordt is niet enkel voor Amsterdam, maar voor Amsterdam Metropool, het omliggende gebied. De volgende partijen worden beschreven bij het tot stand komen van het strategisch marketing en communicatie plan; ‘’..winkelierondernemersverenigingen, detailhandel, attracties, de musea, de touroperators, de gidsenorganisaties en al het bedrijfsleven. Daarnaast ook overkoepelende organisaties als Koninklijke horeca Nederland, Vereniging Amsterdam City, MKB, Schiphol en een belangrijke Nederlandse partner Nederlands Bureau voor Toerisme en Congressen die de promotie in Nederland doet, waar Amsterdam natuurlijk een heel belangrijk deel van uitmaakt, en de Gemeente en de stadsdelen’’. Dhr. Philippens benoemt het belang van het draagvlak dat gecreëerd dient te worden om een geslaagde strategie te formuleren. Daar zijn de bovengenoemde partijen een belangrijke factor in. Aangaande de city marketing van Amsterdam wordt duidelijk dat het ATCB hier niet voor verantwoordelijk is, maar Amsterdam Partners. Wel is er heel nauw contact met andere Europese steden die aangesloten zijn bij European City Marketing, ECM waar het ATCB in diverse werkgroepen plaats neemt. De doelgroepen die het ATCB onderscheid bij het maken van toeristisch beleid zijn de leisure bezoekers en de zakelijke bezoekers. En bewoners hebben, zo wordt genoemd, naast eventuele overlast ook profijt van het toerisme. Wel tracht het ATCB naar een balans tussen wonen, werken en recreëren. Dhr. Philippens wijst er wel op dat het wonen in een stad soms wel gepaard gaat met overlast, dat is onontkoombaar. Daarnaast gaat het ook niet alleen om bewoners maar heeft toerisme of een bepaalde ontwikkeling ook een economisch belang. Voor het spreiden van toerisme ziet dhr. Philippens nog diverse kansen die benut kunnen worden. Zo kan er met het omliggende gebied van Amsterdam meer gedaan worden en meer spreiding te laten plaats vinden over de kalendermaanden én er komen 9000 hotelkamers bij. Bovendien, zo word aangegeven; ‘’.. vergeet ook niet dat als je niet zorgt dat je de Europese positie behoudt binnen de top 10 dat je er straks buiten valt dan doe je gewoon niet meer mee. Dat is slecht voor de stad, vestigingsklimaat, universiteiten alles trekt die stad aan. Als er niet meer over gesproken wordt ja dan zijn ze je snel vergeten. Dus het is van economisch belang en werkgelegenheidsbelang’’. Tot slot wordt duidelijk dat de Gemeente de hoofd opdrachtgever is bij het toeristisch beleid en dat beleid dat het ATCB opstelt, gedragen moet worden door het bedrijfsleven. De stadsdelen zijn meer ingesteld op de bewoners. Voor meer informatie uit dit interview kan de bijlage geraadpleegd worden. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
95
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
DEEL III CONCLUSIES AANBEVELINGEN
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
96
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
11. Conclusies Per onderzoeksgebied zal een conclusie worden geschreven. In deel II van dit rapport zijn alle resultaten per thema en per onderzoekgebied gepresenteerd. Alle deelconclusies die u in voorgaand deel heeft kunnen lezen zijn hier gebundeld.
11.1 Conclusie De Rivierenbuurt Het thema ’trots’ is opgedeeld in 5 stellingen die de respondenten op de proef stelt over hun gastvrijheid en vraagt naar hun belevenissen en ervaringen. Bij de eerste stelling komt naar voren dat de respondenten van de Rivierenbuurt overwegend trots (57%) zijn op hun buurt. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat de Rivierenbuurt nog een redelijk rustige buurt is en dat bewoners dat erg waarderen, maar zo wordt ook gezegd, de komst van toeristen zorgt wel wat meer voor doorstroming. De tweede stelling vraagt of bewoners graag wonen in een stadsdeel dat populair is voor (dag)toeristen en daar wordt duidelijk dat de meningen hier wat over verdeeld zijn. 43% is het eens met de stelling tegenover 32% die het oneens is. Of de waardering van (dag)toeristen ook voor meer waardering voor hun buurt zorgt, is voor het overgrote deel niet echt een reden. 40% is het wel eens tegenover 37% die het niet eens is. Tijdens de interviews wordt duidelijk dat de respondenten wel het belang van toeristen in de stad erkennen. Bovendien geeft een bewoner aan dat de waardering van toeristen meer bewustzijn creëert voor de buurt. Een duidelijke uitkomst is dat 71% van de respondenten wil dat toeristen van hun buurt genieten en zo legt een bewoner uit ‘’ laat ze dan ook met een tevreden gevoel weer naar huis gaan’’. De meeste respondenten, 69%, geeft graag wat extra uitleg aan (dag)toeristen, maar zo wordt tijdens de interviews met bewoners ook duidelijk dat het vaak enkel om ‘’de weg wijzen’’ gaat, en niet zozeer om extra uitleg. Op de vraag of de respondenten van de Rivierenbuurt het gevoel hebben dat het aantal (dag)toeristen in hun directe omgeving is toegenomen heeft 45% ‘’geen mening’’. Een bewoner in de Wielingenstraat zegt dat het toerisme in zijn woonomgeving voornamelijk wordt bepaald door de RAI. Op de vraag waar bewoners de drukte dan aan kunnen merken wordt het straatbeeld in het algemeen wat drukker wordt, de terrassen wat voller zitten en de vele Japanners die voor het Okura Hotel komen. Een bewoner wijst tijdens een interview ook op het feit dat het soms moeilijk is om dat onderscheid te maken. Japanners herken je wel, maar als ze in de tram zitten en hun mond niet open doen is het onderscheid moeilijk te maken. De drukte lijkt vooralsnog in de Rivierenbuurt mee te vallen. Opvallend is dat ruim een kwart van de respondent vindt dat toeristen hun privacy niet verstoren. Het afsluiten van de woning voor toeristen, bijvoorbeeld door vitrage, is voor de respondenten van de Rivierenbuurt nauwelijks een issue. Maar liefst 86% zegt dit niet te doen, maar zo wordt duidelijk tijdens de interviews dat het overgrote deel niet op de begane grond woont. Een bewoner die wel op de begane grond woont, zegt dat je altijd de ramen zou moeten afsluiten maar dat dit niet expliciet is voor langslopende toeristen. Bij de vraag of toerisme voor meer veiligheid en sociale controle zorgt, zijn de meningen verdeeld. Of bewoners vinden dat het juist niet voor meer veiligheid zorgt, óf ze vinden dit juist wel doordat er meer mensen op straat zijn, wat meer een veilig gevoel geeft. Het _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
97
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
overgrote deel van de 92 respondenten geeft aan het geen probleem te vinden om toeristen in hun directe woonomgeving te zien. Net als bij laatste stelling geldt dat de respondenten vinden dat er genoeg ruimte is in de Rivierenbuurt, en dus niet voor extra drukte zorgt. Het draagvlak van de respondenten in de Rivierenbuurt lijkt nog veel te kunnen hebben. Het thema ‘’toeristen in Amsterdam’’ vraagt de respondenten wat zij vinden van het toerisme in het algemeen in Amsterdam waarin actuele thema’s verwerkt zijn. Bijna de helft denkt niet dat de belangen van (dag)toeristen dominant zijn in de openbare ruimte. Tijdens de interviews komt naar voren dat bewoners wel denken dat het invloed heeft, maar niet dominant is. Sommige bewoners vinden dit ook moeilijk in te schatten omdat ze er niet zo bij betrokken zijn of zich er niet genoeg in verdiept hebben. Precies de helft van de respondenten wil dat er speciale themaroutes worden ontworpen. Bij de interviews wordt er overwegend positief gereageerd en zeggen dit ook leuk voor hen zelf te vinden. Slechts een paar bewoners vinden dat toeristen het ook zelf kunnen uitzoeken. Bij de vraag of Amsterdam in het voorjaar en de zomer is overgenomen door toeristen wordt gemengd gereageerd door de respondenten. Bewoners geven tijdens de interviews aan dat het wel drukker is, maar daar over het algemeen geen last van te hebben of drukke plekken te vermijden. Het merendeel(57%) van de respondenten zijn van mening dat de bewegwijzering voor toeristen beter kan. Met name de borden worden als niet duidelijk genoeg bestempeld bijvoorbeeld bij de metro. Een enkele bewoner maakt een vergelijking tussen Amsterdam en New York, en zegt dat Amsterdam wat dat betreft een gemakkelijke stad is om te doorlichten en de verbetering van bijvoorbeeld borden niet nodig vind. Ruim de helft van de respondenten vindt niet dat toeristen liever in het Centrum zouden moeten blijven omdat daar meer is te doen. Wel geven bewoners aan het logischer te vinden dat toeristen daar naar toe gaan simpelweg omdat er meer te doen is dan in de Rivierenbuurt. De druk op openbare voorzieningen door het toerisme wordt niet bezwaarlijk gevonden, en zo wordt verwacht dat de capaciteit dan ook verhoogd zal worden door het geld wat meekomt met de toeristen. Een ruime meerderheid, namelijk 86%, van de respondenten in de Rivierenbuurt vindt dat het organiseren van evenementen en festivals een verrijking is van de uitgaansmogelijkheden en 53% ziet dan ook geen reden om evenementen te vermijden omdat het zoveel toeristen aan zou trekken. Bovendien wordt er tijdens de interviews aangegeven dat niet alle drukke festivals voor toeristen zijn maar vooral ook voor Amsterdammers. Ruim de helft vindt ook niet dat evenementen voor veel overlast zorgen in de buurt behalve de RAI die wel eens voor drukte zorgt een de Parade die jaarlijks plaats vindt maar zelfs dan valt de overlast over het algemeen mee. Bij de vraag of de winkels op zondag vaker open zouden mogen reageren de respondenten gemengd. Het gaat dan voornamelijk om eigen gebruik van de faciliteiten. Een enkele bewoner die geïnterviewd is geeft aan er niets in te zien, omdat er vroeger is gestreden om de winkels op 18:00 dicht te krijgen en zondags gesloten en het op die manier blijft schuiven. Voor uitbreiding van evenementen naar de Rivierenbuurt ziet 58% dat wel zitten maar dit moet dan een gepaste actie in de buurt zijn. Nu is het qua evenementen in de Rivierenbuurt nog vrij rustig en tijdens de interviews geven bewoners aan dat hier best wat meer mee mag worden gedaan. Op die manier kan er mogelijk ook wat meer drukte uit het Centrum worden getrokken. _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
98
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Voor de respondenten van de Rivierenbuurt geldt dat het merendeel (53%) niet een mening heeft over het toeristisch beleid dat hun stadsdeel voert, laat staan dat de bewoners vinden dat ze wel of niet genoeg inspraak hebben. Dat terwijl 39% het oneens is met de stelling. De geïnterviewden geven ook aan het niet goed te weten, of zo wordt er gezegd, daar is nooit op deze manier over gesproken. Stadsdeel Zuideramstel heeft niet een specifiek toerismebeleid heeft, maar heeft wel contact met diverse partijen of bewonersverenigingen waar mee gesproken wordt alvorens een bepaalde notitie tot uitvoering komt. Wel zal er in de toekomst meer worden gedaan in het toeristisch beleid, daar de Zuidas in grote ontwikkeling is en zo mogelijk niet alleen meer de bestemming krijgt voor wonen en werken. Voor het spreiden van toerisme over andere stadsdelen dan het Centrum is nog niet de helft van de respondenten het eens. Bijna een kwart vindt oneens tot zeer oneens. Er zijn tijdens de interviews diverse redenen aangedragen. De ene bewoner vindt het logisch, want er is immers ook veel te doen in andere stadsdelen zoals bijvoorbeeld Oud-Zuid. Een andere bewoner begrijpt het ergens ook wel, maar houdt de buurt graag een beetje rustig. Verder werd er nog gewezen op het Joods museum, dat zich in de Rivierenbuurt heeft bevonden maar verwijderd is wat als een gemiste kans wordt gezien. Bijna de helft van de respondenten zegt dat de slogan campagne ‘’I Amsterdam’’ er niet voor zorgt dat zij zich meer één voelen met hun stadsdeel. Op een enkele geïnterviewde na wordt er niet heel positief gereageerd op ‘’I Amsterdam’’. Bij de vraag of bewoners het positief vinden dat ‘’I Amsterdam’’ meer toeristen trekt is 61% het eens. Bewoners geven te kennen dat toerisme wel een belang heeft en ergens ook goed is voor Amsterdam. De resultaten van de stellingen die ingaan op mogelijke cultuurverschillen tussen de toeristen en de bewoners en hun ervaringen zijn gemengd. Ruim een derde ervaart geen verschil tussen de groepen toeristen die naar hun buurt komen. De geïnterviewde bewoners geven aan dat er naast de RAI niet echt een toeristische attractie is en er dus ook niet veel mee in aanraking komen. De verschillen die worden opgemerkt zijn in te delen in gedrag, uiterlijk, taal, dagjesmensen en verblijfbezoekers. Een opmerkelijk percentage is te noemen over het feit dat 86% de cultuurverschillen tussen de toeristen en de bewoners zelf niet als een probleem zien. Tot slot kan er, als er gekeken wordt naar de algehele resultaten van de Rivierenbuurt, worden geconcludeerd dat de respondenten zich in het eerste stadium van de theorie van Doxey(1975) bevinden, namelijk Euphoria. Dit betekent dat de ontvangende populatie enthousiast is over de komst van toerisme en de ontwikkelingen die het toerisme met zich mee brengt. Soms neigt het wel naar het tweede stadium, namelijk Apathy. De reden hiervoor is toe te schrijven aan het feit dat een aantal bewoners nog zeer genieten van de rustige Rivierenbuurt en de drukte door toerisme liever wat op afstand houden. De theorie die Hofstede(1980) beschrijft in culturele dimensies is in dit onderzoeksgebied voor het grootste gedeelte in te delen in de individualistische dimensie. Dit is voor zowel bewoners van de Rivierenbuurt als de bezoekers. Bewoners, omdat de respondenten lijken te genieten van de rust in de buurt, hoewel er wel wat meer drukte mag komen maar wel gepast. De bezoekers, omdat men veelal in groepen komt.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
99
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
11.2 Conclusie De Pijp Het thema is opgedeeld in 5 stellingen die de respondenten op de proef stelt over hun gastvrijheid en vraagt naar hun belevenissen en ervaringen. Bij de eerste stelling komt naar voren dat bewoners van De Pijp wel trots zijn, maar de bewoording hiervan soms net iets té vinden. Dat verklaart zo mogelijk ook het niet al te hoge percentage van 61%. De tweede stelling gaat in op de vraag of bewoners graag in een buurt wonen die populair is voor toeristen. Nog niet eens de helft(45%) is het hier mee eens en bijna een kwart (32%) is het oneens met de stelling. Voornaamste reden die gegeven wordt is dat het niet echt van invloed is, zij waardeerden hun buurt al, mét of zonder toeristen. De derde stelling vraagt of bewoners hun buurt meer waarderen door de waardering die toeristen aan hun buurt geven. Iets meer dan de helft(51%) vind dat dit niet van het geval is. De respondenten gaven aan dat het wel steeds meer herkenbaar is dat er meer animo voor de buurt is maar dat het los staat van wat hun waardering van de buurt is. Zo lijkt er tot dusver een goede mix te zijn van bewoners en bezoekers. De vierde stelling vraagt aan de respondenten of ze willen dat toeristen van hun buurt genieten. Dit is, vergeleken met de andere percentages, een redelijk hoge score namelijk 71%. De vijfde en laatste stelling van het thema trots vraag of bewoners ook wat extra uitleg willen geven aan de toerist. Het overgrote deel staat er wel voor open (60%) om we weg te wijzen maar zo wordt ook duidelijk tijdens de interviews dat het vaak gaat om de weg te wijzen en niet zozeer om extra uitleg. Als reden wordt bijvoorbeeld gegeven dat men haast heeft of zo niet zouden weten wat ze extra moeten vertellen over de buurt. Het thema dat ingaat op toeristen in De Pijp vraagt respondenten aan de hand van stellingen wat hun mening is. Bij de vraag of de respondenten het gevoel hebben dat het toerisme is toegenomen in De Pijp denkt 61% dat dit wel het geval is. Bijna driekwart vindt bovendien dat toeristen hun privacy niet verstoren. Tijdens de interviews met bewoners wordt duidelijk dat De Pijp al een hele volle multiculturele buurt is. Er is al een redelijke mix van bewoners en bezoekers. Verder wordt duidelijk dat de respondenten hun woning doorgaans niet afsluiten voor toeristen omdat de meesten op minaal de 1e etage wonen of hoger. Een geïnterviewde die wel op de begane grond woont, zegt dit zelfs nog niet doen, omdat hij dan niets meer kan zien. Wel wordt er te kennen gegeven dat men zich kan voorstelling dat mensen dat doen, maar dat is dan voor mensen die langslopen en niet alleen voor toeristen. Bij het onderwerp veiligheid en sociale controle vindt nog niet de helft, 45%, dat toeristen voor meer veilheid zorgen. Respondenten die meer op leeftijd zijn wijzen ook op het feit dat de mentaliteit ten opzichte van vroeger ook veranderd is. Het grootste gedeelte (65%) van de 77 respondenten geeft aan dat het geen probleem te vinden om toeristen in de directe woonomgeving te zien, dit is weliswaar een lager percentage dan de Rivierenbuurt maar de karakters van de twee buurten verschillen dan ook van elkaar. Bij de vraag of er genoeg ruimte is in De Pijp, waardoor de komst van toeristen niet voor extra drukte zorgt is gemengd gereageerd. De respondenten geven aan dat het wel een volle buurt is, maar dat men zich ook moet realiseren De Pijp een drukke buurt is en dat die drukte voor als nog niet hinderlijk is.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
100
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Het thema ‘’toeristen in Amsterdam’’ vraagt de respondenten wat zij vinden van het toerisme in het algemeen in Amsterdam waarin actuele thema’s verwerkt zijn. In vergelijking met de Rivierenbuurt denkt met hier bijna hetzelfde over de stelling dat belangen van toeristen dominant zijn bij de inrichting van de openbare ruimte. Als het logistieke proces een beetje goed georganiseerd zoals bijvoorbeeld toeristen bussen denken de respondenten niet dat het dominant is. Op de vraag of er speciale themaroutes georganiseerd zou moeten worden wordt gemengd gereageerd. Een bewoner benoemt dat het goed is dat stadsdelen dat doen om zich te onderscheiden maar dat er nog wel meer aan de informatievoorziening moet worden gedaan om die bezoeker ook daadwerkelijk te trekken. Ruim de helft van de respondenten vindt wel dat Amsterdam in het voorjaar en de zomer drukker is, maar zo wordt er aangegeven dat overgenomen een wat extreme benoeming is. Voor wat betreft de bewegwijzering geven bijna driekwart van de respondenten te kennen dat dit beter kan. Met name het openbaar vervoer wordt als item genoemd, omdat bezoekers die kort verblijven dat niet zo 1,2,3 kunnen doorlichten afhankelijk van waar de accommodatie zich bevindt. Ruim de helft vindt niet dat toeristen liever naar het Centrum moeten gaan vanwege de vele voorzieningen en mogelijkheden, want zo geven geïnterviewde bewoners aan dat ook andere stadsdelen interessant zijn waaronder De Pijp. De druk op openbare voorzieningen wordt doorgaans niet als bezwaarlijk ervaren. Afhankelijk van waar men woont, vinden de respondenten de druk op openbare voorzieningen doorgaans(55%) niet bezwaarlijk. Zo wijst een bewoner op het feit dat men zelf ook wel eens toerist is. Een iets kleiner percentage in vergelijking met de Rivierenbuurt, namelijk 82%, vindt ook dat het organiseren van festivals voor Amsterdammers een verrijking van de uitgaansmogelijkheden is. Tijdens interviews met bewoners word aangegeven dat het wel evenementen of festivals moeten zijn die passen binnen het karakter van de buurt en dat het gaat om het vinden van een balans hoe leuk het is voor een bezoeker en voor een bewoner. Ruim de helft, namelijk 54%, vindt de drukte door toeristen dan ook niet een reden om evenementen te vermijden tegenover een kwart die dit wel zegt te doen. Precies de helft van de respondenten in De Pijp vindt dat evenementen voor veel overlast zorgt, maar zo wordt tijdens interviews aangegeven dat rommel en lawaai bij evenementen hoort maar dat het wel evenwichtig moet zijn. Bij de vraag of de winkels op zondag in De Pijp vaker open zouden kunnen wordt verdeeld gereageerd. 42% wil dit niet tegenover 47% die het wel leuk lijkt. Voor uitbreiding van evenementen naar De Pijp zegt precies de helft van de respondenten dat wel te zien zitten. 40% wil dit liever niet. Tijdens de interviews gaven bewoners aan dat het afhankelijk is van het soort evenement en de grootte ervan. Verder werd er aangegeven dat het ook niet de bedoeling is om alle buurten hetzelfde te laten doen, de diversiteit heeft ook zo zijn charme. Net als in de Rivierenbuurt heeft het grootste percentage, 43%, geen mening over de vraag of bewoners vinden dat ze genoeg inspraak hebben bij het toeristisch beleid van hun buurt. Hier tegenover staat dat 53% het oneens tot zeer oneens is met de stelling, wat in vergelijking met de Rivierenbuurt een hoger percentage is. Geïnterviewde bewoners zijn het grotendeels ook oneens en geven te kennen dat er meer kan worden gedaan met de bekendmaking van het toeristisch beleid. Er is wel een stadsdeelkrant, maar of elke bewoner dat ook echt lees is de vraag. Wat ook genoemd wordt is dat besluiten, ondanks beswaarmaking van bewoners, uiteindelijk toch worden doorgevoerd maar dit heeft dan _____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
101
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
bijvoorbeeld betrekking op parken. Bijna de helft van de respondenten wil dat toeristen zich verspreiden naar andere stadsdelen waaronder hun buurt. De geïnterviewde bewoners noemen dat er dan wel meer gedaan moet worden aan de informatievoorziening, dus dat bezoekers niet alleen maar gewezen worden op attractiepunten binnen het Centrum. Een enkele bewoner geeft aan dat toeristen vooral moeten doen wat ze zelf leuk vinden. Bij de vraag of de campagne ‘’I Amsterdam’’ ervoor zorgt dat bewoners zich meer één voelen met hun stadsdeel is slechts 15% het eens. Tijdens de interviews blijkt dat bewoners zich al een voelen met het stadsdeel voordat die campagne er was, dus dat het geen invloed heeft op de mening. In de subparagraaf 6.1.3 van het thema ‘’Trots’’ gaven bewoners ook al te kennen dat die waarding van toeristen geen invloed heeft op de mening van de respondenten. Wel wordt er overwegend positief gereageerd (56% op de stelling of de campagne meer toeristen trekt. De geïnterviewde bewoners vragen zich wel of het ook daadwerkelijk zo is of dat het invloed heeft. De laatste twee stellingen gaan in op mogelijke cultuurverschillen tussen de toeristen en de bewoner en hun ervaringen. Bijna de helft van de respondenten, namelijk 48%, ervaart wel verschil binnen de groepen toeristen die naar hun buurt komen. De geïnterviewde bewoners geven aan dat het verschil maakt of mensen in een groep zijn of individueel zoals de architectuurtoerist die dan opgaat in de menigte. Bovendien is heeft De Pijp vele culturen waardoor het onderscheid soms moeilijk te maken is. Verder is de Albert Cuypmarkt een merkwaardige plek waar wel goed het onderscheid te maken is, bijvoorbeeld groepen vrouwen die een dagje naar Amsterdam komen. Net als de respondenten van de Rivierenbuurt, geven ook de respondenten van De Pijp met een hoog percentage van 83% aan dat het verschil in cultuur tussen hen als bewoner en de bezoeker geen probleem zijn. Tot slot kan er, als er gekeken wordt naar de algehele resultaten van De Pijp, worden geconcludeerd dat de respondenten net als in de Rivierenbuurt zich in het eerste stadium van de theorie van Doxey(1975) bevinden, namelijk Euphoria. Dit betekent dat de ontvangende populatie enthousiast is over de komst van toerisme en de ontwikkelingen die het toerisme met zich mee brengt. In sommige gevallen neigen de resultaten van dit onderzoeksgebied ook naar het twee level, namelijk Apathy. De respondenten geven aan wel toeristen in hun buurt te hebben, maar deze te zien als onderdeel van zonder het negatief te bedoelen. De Pijp is een drukke buurt, en daar horen toeristen bij, zo wordt aangegeven. De theorie die Hofstede(1980) beschrijft in culturele dimensies is net als in de Rivierenbuurt, voor het grootste gedeelte in te delen in de individualistische dimensie. Dit geldt voornamelijk voor de bezoekers. Bewoners, zijn echter moeilijk in te delen in één dimensie, omdat deze buurt een grote culturele diversiteit heeft en dus ook meer culturen met een verschillende achtergrond. Het lijkt wel dat dit in goede harmonie samen gaat, de respondenten waarderen de diversiteit juist.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
102
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
11.3 Terugblik 10 jaar geleden In het eerste deel van dit rapport is gesproken over de aanleiding van dit onderzoek. Exact 10 jaar geleden heeft Drs. Roos Gerritsma in het kader van haar scriptie Stadssociologie aan de Universiteit van Amsterdam onderzoek gedaan waarin de vraag; ‘’ Wat zijn de attitudes van bewoners van de Binnenstad van Amsterdam tegenover dagjesmensen en toeristen’’ centraal stond. Er zijn, in vergelijking met het onderzoek van 10 jaar geleden, veel overeenkomsten. Toch kan niet geheel gesproken worden van een vergelijking, daar de enquêtes niet gelijk is en het onderzoeksgebied verschild. Er zijn wel veel overeenkomsten. Qua tolerantie van bewoners naar toeristen toe kan gesteld worden dat de resultaten overeen komen. Tien jaar geleden werd door het onderzoek van Drs. Gerritsma duidelijk dat de binnenstad bewoners overwegend tolerant zijn, en hier en daar wel eens overlast ondervinden maar ook van mening zijn dat toeristen er nou eenmaal bij horen. Die berichten zijn ook terug te horen in de Rivierenbuurt en de Pijp, maar er is wel een duidelijk verschil in bewoners die al in de drukte wonen en het meer gewend zijn en bewoners die een buurt wonen waarvan de drukte steeds meer toeneemt. Dit lijkt in de Rivierenbuurt voor alsnog niet het geval, maar de respondenten in dit onderzoek geven wel te kennen dat ze de rustige buurt erg waarderen.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
103
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
12. Aanbevelingen Tijdens het onderzoek zijn er zowel vanuit de bewoners als vanuit de sleutelfiguren diverse resultaten naar voren gekomen. Het ene resultaat is slechts een verheldering van zaken, het andere behoeft meer aandacht. In dit hoofdstuk zullen, op basis van de onderzoeksresultaten, aanbevelingen gedaan worden ten behoeve van het toeristisch beleid. 1) 2) 3) 4)
Meer bekendmaking van ‘’unieke’’ buurt Samenwerking tussen de stadsdelen en EZ Centrale stad ‘I Amsterdam’ ook voor bewoners Vervolgonderzoek Zuideramstel & Oud-Zuid.
12.1 Bekendmaking unieke buurt Tijdens het onderzoek is gevraagd wat er op het gebied van toerisme aan ontwikkelingen in de onderzoeksgebieden aanwezig is. Heel specifiek is er aan bewoners gevraagd wat zij vinden van speciale themaroutes door Amsterdam. Hier is over het algemeen positief op gereageerd zowel vanuit de bewoners als de sleutelfiguren. Voor de Rivierenbuurt gebeurt op dit vlak nog vrijwel niets. De Pijp heeft hier al een start mee gemaakt, een stadswandeling De Pijp mét audiotour. Het zou een gemiste kans kunnen zijn als een stadsdeel te weinig wijst op de specifieke items die het te bieden heeft. Bijvoorbeeld door het maken van een stadswandeling of fietsroute kan meer bekendheid gecreëerd worden door bezoekers én bewoners. Bovendien geldt voor de Rivierenbuurt dat deze aan de Zuidas gelegen is, wat een enorme trekpleister moet gaan worden.
12.2 Samenwerking Stadsdelen & EZ Centrale Stad Het toeristisch beleid, dat onderdeel is van het economisch beleid, wordt opgesteld door EZ Centrale stad. Als eerste punt kan gezegd worden, dat in het kader van het spreidingsbeleid, het van belang is dat de stadsdelen en EZ Centrale stad elkaar met regelmaat op de hoogte moeten stellen om de bestuurlijke cyclus intact te houden. Dit vindt wel plaats, maar het lijkt er, op basis van de resultaten, op dat dit beter of intensiever kan. De Rivierenbuurt is nog niet heel actief bezig met haar toeristisch beleid, maar krijgt daar in de toekomst met de Zuidas en de komst van de Noord Zuidlijn wel meer mee te maken. In De Pijp maakt het toeristisch beleid onderdeel uit van economisch beleid en daar is het stadsdeel actief mee bezig. Een meer intensieve samenwerking is wellicht interessant om het maximale te kunnen leren van elkaar. Dat kan ten goede komen voor de ontwikkeling van toerisme.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
104
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
12.3 ‘I Amsterdam’ ook voor bewoners In het onderzoek is de respondenten ook gevraagd wat hun mening is over ‘I Amsterdam’. Veel bewoners zijn wel bekend met de campagne, maar kennen de filosofie nauwelijks. Dat is jammer, want dat maakt het meer dan alleen een slogan en een paar letters. Helaas heeft er voor dit onderzoek geen contact kunnen plaats vinden met Amsterdam Partners, dé organisatie achter ‘I Amsterdam’. De campagne spreekt ook over de mensen van Amsterdam, en daar vallen de bewoners ook onder. Om meer draagvlak te creëren is het van belang om bewoners meer te betrekken bij het uitdragen van ‘I Amsterdam’. Dit kan bijvoorbeeld via de contactpersonen die de gemeente of stadsdelen hebben van wijkcentra die weer contact hebben met bewonersverenigingen.
12.4 Vervolgonderzoek Dit onderzoek heeft plaats gevonden in gebieden die slechts een onderdeel uitmaken van een stadsdeel Zuideramstel en Oud-Zuid. De Rivierenbuurt is ongeveer een derde van stadsdeel Zuideramstel. Voor De pijp geldt dit eveneens. Uit het onderzoek is naar voren gekomen dat het belangrijk is om te leren van voorgaande rapporten. Bovendien geldt dat Amsterdam nog steeds enorm in ontwikkeling is en die zijn voorlopig nog niet gestaakt. Met name in de Rivierenbuurt, die gelegen is aan de Zuidas waar een grote ontwikkeling plaats vindt, is het interessant om bijvoorbeeld over 10 of zelfs 15 jaar een vervolgonderzoek te starten. Tegen die tijd is de Noord Zuidlijn wellicht klaar en heeft de Zuidas meer vorm gekregen. Dat zorgt hoogstwaarschijnlijk voor meer drukte waar bewoners dan ook mee in aanraking komen. Vragen of het karakter dan veranderd is en zo ook de houding van bewoners levert dan misschien weer andere inzichten. Voor De Pijp, dat gelegen is in het cultuurrijke Oud-Zuid is er tegen die tijd ook veel veranderd wat interessant kan zijn om te meten.
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
105
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Literatuur Boeken
Van Den Berg, L., Klaassen, L.H., Van Der Meer, J.(1990), Strategische City-Marketing Schoonhoven :Academic Service p.10
Burns, P.M., Novelli, M. (2007). Tourism and Politics. Amsterdam: Elsevier p. 21
Cooper, C., (2005). Tourism: Principles and Practise. essex: pearson education P.235
Hall, C.M., Page, S.J., (2000,2001). The geography of tourism and Recreation: Environment, Place and Space. London/New York: Routledge p. 59
Schneider, S.C., Barsoux, J.L. (2003). Managing Across Cultures. Harlow: Pearson Education Limited p. 87
Verluyten, S.P. (2000). Intercultural Communication in Business and Organisations. Leuven: Acco p. 158
Van Der pligt, J. de Vries, N.K., (1995). Opinies en attitudes: meting, modellen en theorie. Amsterdam: Boom p.15
Artikelen
Andereck, K.L., Valentine, K.M., Knopf, R.C. & Vogt, C.A. (2005), Residents’ Perceptions of
Community Tourism Impacts, uit Annals of Tourism Research, Vol. 32, No. 4, pp. 1056-1076
Internet
www.INHOLLAND.nl/city marketingenleisuremanagement (bezocht op 6 februari 2008)
https://insite.inholland.nl/C9/ASAR/default.aspx (bezocht op 14 februari 2008)
https://insite.content.inholland.nl/Intranet/STARTpage/ONsite/Diensten/ASAR/Lectoraten+en+Ken niskringen/ (bezocht op 14 febuari 2008)
http://www.inholland.nl/Voor+bedrijven+en+organisaties/Kennisontwikkeling+en+onderzoek/RIC+ Global+City/Leisure+ Management/ (bezocht op 12 februari 2008)
http://www.nrcnext.nl/opinie/columnaaf/article854959.ece (bezocht op 22 februari 2008)
http://www.expeditiecity marketing.nl/artikel (bezocht op 19 februari 2008)
http://www.communicatieonline.nl/nieuws/bericht/city marketing-is-booming/ (bezocht op 19 februari 2008)
http://www.berenschot.nl/algemeen/zoeken/?ActItmIdt=7261 (bezocht op 22 februari 2008)
http://www.os.Amsterdam.nl/grafiek/10059/ (bezocht op 18 februari 2008)
http://biodata.asp4all.nl/andreas/2007/09012f9780252506/09012f9780252506.html (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.Amsterdampartners.nl/ (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.Amsterdampartners.nl/ (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.os.Amsterdam.nl/tabel/5626/ (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.oudzuid.Amsterdam.nl/kunst_en_cultuur/item_00004273 (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.rialtofilm.nl/v2/contact.php (bezocht op 19 februari 2008)
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
106
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
http://www.ostadetheater.nl/ostadetheater/ostadetheater.html (bezocht op 19 februari 2008)
http://www.badcuyp.nl/organisatie.html (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.decuyp.nl/index2.html (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.os.Amsterdam.nl/tabel/7248/ (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.zuideramstel.Amsterdam.nl/Documenten/Internet/Stadsdeelbestuur/Contract%20met% 20de%20burger.pdf (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.bestuur.zuideramstel.Amsterdam.nl/Documenten/Internet/BIS/Deelraad/2008/2008-0311/2008-03-11_Living_Zuidas_VVD-notitie.pdf (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.rai.nl/Over_RAI/De%20organisatie/Ons_erfgoed.aspx (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.iAmsterdam.com/introducing/economy/conventions_trade (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.zuideramstel.Amsterdam.nl/smartsite.shtml?id=58754 (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.okura.nl/ (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.Amsterdampartners.nl/ (bezocht op 19 februari 2008)
http://Amsterdam.nl/aspx/download.aspx?file=/contents/pages/4629/onderzoek20bekendheid20i2 0Amsterdam.pdf. (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.oudzuid.Amsterdam.nl/buurt-_en/oude_pijp (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.oudzuid.Amsterdam.nl/buurt-_en/nieuwe_pijp (bezocht op 18 februari 2008)
http://www.os.Amsterdam.nl/tabel/1684/ (bezocht op 18 februari 2008)
Overig
Amsterdam Tourist Board (2001), ‘Spreiden van toerisme, de kansen benut’ Gerritsma, R. (1999), Aantrekkelijk Amsterdam- binnenstadsbewoners en hun attitudes tegenover (dag)toeristen
Amsterdams Toerisme en Congres Bureau (2006), ‘’Jaarverslag 2006’’
Kuntstnota 2005 Oud Zuid, podium voort Kunst en Cultuur
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
107
Lectoraat City Marketing & Leisure Management
Hogeschool INHOLLAND
Bijlagen
_____________________________________________________________________________________ N.Samplonius Onderzoeksrapport ‘Bewonersbeleving’
108