www.researchportal.be - 10 Feb 2016 04:19:26
Onderzoeksprojecten (2150 - 2200 van 3455) Zoekfilter: Classificaties: MENSWETENSCHAPPEN (H)
Ontwikkeling van een digitaal platform Nederlands leren. Universiteit Antwerpen Abstract: De globale doelstelling van dit project is het vergroten van de mogelijkheden tot integratie voor onderdanen van een derde land in de Vlaamse, Europese samenleving. Specifiek doel: de integratie van derdelanders verbetert door de realisatie van een digitaal platform Nederlands leren. Organisaties: • Individueel onderzoek IOIW
Onderzoekers: • Jozef Colpaert
Creatie van een kwalificatieraamwerk voor effectieve communicatie op zee-project. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Internationale bedrijfscommunicatie
Onderzoekers: • Lieve Vangehuchten
Vrijlegging van de polychromie daterende uit 1878 en restauratie van door ondeskundige vrijlegging beschadigde polychromie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds een privé-instelling. UA levert aan de privé-instelling de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Faculteit Ontwerpwetenschappen - overige
Onderzoekers: • Sarah De Smedt
Onderzoek en conservatie-restauratie van kunstwerk/object. AV 1925.014.002.1-2. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Musea en Erfgoed Antwerpen. UA levert aan Musea en Erfgoed Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Faculteit Ontwerpwetenschappen - overige
Onderzoekers: • Derek Biront
Onderzoek en conservatie-restauratie van kunstwerk/object AV 1938.005.097.1-2. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project kadert in een dienstverleningsopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Musea en Erfgoed Antwerpen. UA levert aan Musea en Erfgoed Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract. Organisaties: • Faculteit Ontwerpwetenschappen - overige
Onderzoekers: • Derek Biront
Organische constitutie en gehistoriseerde noodzakelijkheid. De ontwikkeling van een hedendaagse transcendentale filosofie van co-constitutie Universiteit Gent Abstract: Dit project herinterpreteert Kants theorie van de constitutie van objectiviteit in het licht van zijn biologische denken. Zijn organische metaforen voor de noties "systeem" en "vermogen" suggereren dat de dichotomieën die centraal staan in zijn filosofie dynamischer opgevat moeten worden. Deze herlezing vormt de aanzet voor de ontwikkeling van een hedendaagse transcendentaalfilosofie die contingentie en historiciteit een plaats kan geven. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Gertrudis Van de Vijver
Meertaligheid als realiteit op school (MARS) Universiteit Gent Abstract: De traditionele dichotome meting van anderstaligheid is te beperkt en leidt tot te veel statistische ruis. In dit onderzoek willen we via een mixed method design op een meer verfijnde manier de dynamische interactie tussen meertalig (MT) taalgebruik, de disposities en percepties hierover en de impact van MT op onderwijsprestaties ontrafelen. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Stefaan Slembrouck • Mieke Van Houtte • Piet Van Avermaet
TeTRRA B - 2de fase: Technologie Transfer & Aanwerving in landelijke gebieden
Universiteit Hasselt Abstract: Vele Midden- en Kleinbedrijven (MKB) in de Euregio Maas-Rijn staan meer en meer in sterke concurrentie vanwege de internationalisering van de markten. Een stijging van de grensoverschrijdende technologietransfer is, volgens ons, de manier van oplossing voor deze situatie. Ook al is de toegang tot de knowhow van universiteiten en hogescholen van de EMR bij het MKB veelgevraagd, men moet toch constateren, dat de meeste ondernemers in de directe contactname met een wetenschappelijke coöperatiepartner nog vaak belemmeringen ondervinden. Daarom moeten activerende en vereenvoudigende maatregelen worden voorzien, opdat inzichten uit toegepast onderzoek een toepassing in economie en maatschappij kunnen vinden en tot proces- of produktinnovaties leiden. Dit ook vanuit de achtergrond, dat de verbreiding van knowhow en de ondernemende valorisatie van economisch relevante resultaten belangrijke factoren zijn, om het concurrentievermogen van een regio te bevorderen. Een centrale rol nemen in deze context ook netwerken tussen actoren in econonomie en wetenschap in. Het in werking stellen en het verzekeren van het voortbestaan ervan, hebben een intensief onderhoud en verzorging nodig, om op lange termijn meerwsarde en concrete resultaten te waarborgen. Naast een tekort aan grensoverschrijdende technologietranfer staat het MKB ook voor de uitdaging, geschikte vakmensen voor hun bedrijfswerkzaamheden te vinden. Dit alom aanwezige gemis van vakmensen maakt het niet eenvoudig voor de bedrijven, in de internationale markt te kunnen concurreren en concurrerend te blijven. Ook het verlies van groei- en innovatiepotentieel gaat daarmee voort - in het ergste geval dreigen de ondernemingen zelfs omzet te verliezen vanwege ontbrekende of wegvallende "slimme koppen". In enkele deelregios van de Euregio bestaan veelvoudige maatregelen, om dit probleem aan te pakken. In het kader van TeTRRA heben de projectpartners zich op het bereik van de akademische vakmensen gefocust, d.w.z. studenten en geslaagden van de in het projekt deelnemende hogescholen. In de grensregio bestaat hieromtrent een grote noodzaak tot handelen. Als dit tekort aan vakmensen op het hoogste opleidingsniveau - een probleem dat in de verschillende deelregio's van de EMR verschillend groot is - niet opgelost wordt, heeft dit verstrekkende gevolgen voor de bedrijven en de economische locatie Euregio Maas-Rijn. Vooral "Brain-Drain" is een ernstig probleem. Dat juist de hoger gekwalificeerden vaak naar de grote steden en naar de bekende bedrijven trekken, omdat ze daar betere carrièrekansen en hogere salarissen verwachten, is in de EMR een bekende problematiek, waar oplossingen voor gevonden moeten worden. Organisaties: • Niet onderzoeksgroep gebonden projecten
Onderzoekers: • Elke PIESSENS • Ann BIJNENS
Meertaligheid als realiteit op school (MARS). Vrije Universiteit Brussel Abstract: In opdracht van Departement Onderwijs en Vorming werkt het Steunpunt Diversiteit en Leren van de Universiteit Gent samen met de Vrije Universiteit Brussel aan een onderzoeksproject 'Meertaligheid als realiteit op school' (MARS). Anderstaligheid wordt vaak in verband gebracht met zwakkere schoolprestaties. Men maakt een opdeling tussen de thuistaal van de leerling en de schooltaal. Hierbij wordt er vaak vanuit gegaan dat de thuistaal de verwerving van de schooltaal in de weg zou staan. In Vlaanderen is er echter weinig onderzoek naar de gevolgen van anderstaligheid op prestaties en het bestaande onderzoek beperkt zich tot de opdeling Nederlandstalige versus anderstalige leerlingen. Deze opdeling is echter niet realistisch. In werkelijkheid kan anderstaligheid beter voorgesteld worden als een continuüm van helemaal Nederlandstalig tot helemaal anderstalig. Het MARS-project wil de manier waarop de thuistaal gemeten wordt daarom verfijnen. De meetinstrumenten die gebruikt worden in het Validivproject (http://www.validiv.be/)om de thuistaal van leerlingen na te gaan, worden aan een grondige psychometrische analyse onderworpen om de betrouwbaarheid en validiteit te garanderen. Voorts wordt de bruikbaarheid van deze instrumenten nagegaan. Daarnaast worden ook klasgroepen geobserveerd, leerkrachten geïnterviewd en focusgroepen met leerlingen georganiseerd om de meertalige realiteit na te gaan. Dit onderzoek gebeurt in zowel lagere als secundaire scholen. Resultaten worden verwacht in de zomer van 2015. Organisaties: • Taal- en Letterkunde
Onderzoekers: • Audrey DE SMET • PIERRE VAN DE CRAEN
Ruimtelijk ontwerp als instrument voor een door betrokkenen gedeelde kwaliteitsbepaling KU Leuven Abstract: Kader doctoraatsproject Het doctoraatsonderzoek kadert in het SBO-IWT-onderzoek Spatial innovation, planning, design and user involvement (SPINDUS) dat van december 2009 tot december 2013 uitgevoerd wordt door de onderzoeksgroepen Planning en Ontwikkeling en OSA van de KU Leuven en de School of Architecture, Planning and Landscape van de Newcastle University. Hoofddoel van het SPINDUS-onderzoek is de ontwikkeling van een praktische en pedagogische planning- en ontwerpmethodologie om ruimtelijke kwaliteit te analyseren, te evalueren en te implementeren. Aangezien opinies van gebruikers en verschillende onderzoeksgemeenschappen over wat een ruimtelijke organisatie kwalitatief maakt sterk uiteenlopen is er nood een aan een interdisciplinaire verbreding van het begrip #ruimtelijke kwaliteit# en een vernieuwing van de onderzoeksmethodologie. Hiervoor wordt het SPINDUS-onderzoek interdisciplinair (het betrekken van verschillende ondezoeksdisciplines in een gedeelde methodologie) en tran Organisaties: • Departement Architectuur
Onderzoekers: • Jan Schreurs • Marleen Goethals
Transformation of Empire: Historiography, Ritual Communication, and Religion in the Later Roman Empire Universiteit Gent Abstract: Het project stelt zich tot doel de fundamentele transformatie van het vroege naar het late keizerrijk te vatten door lange-termijn veranderingen in drie gebieden in detail te bestuderen: de geschiedschrijving ontwikkelt een nieuw begrippenapparaat de relatie tussen onderdaan en heerser wordt progressief geritualiseerd de christianesering is een onderdeel van een wijziging in de wijze waarop men over godsdienst nadacht.
Organisaties: • Vakgroep Archeologie
Onderzoekers: • Peter Van Nuffelen
Sources from the Medieval Law countries (SMLC). A multiple Database System for The Launch of Diplomata Belgica and for a Completely Updated Version of Narrative Source Universiteit Gent Abstract: Sources from the Medieval Low Countries (SMLC) zal mediëvisten in staat stellen geïntegreerde toegang te krijgen tot twee verschillende online databanken: Diplomata Belgica, dat beschrijvingen bevat (en vaak ook full text en foto?s) van alle charters opgesteld in de Zuidelijke Nederlanden voor 1250, en Narrative Sources, dat een overzicht biedt van de middeleeuwse verhalende bronnen geschreven in de Nederlanden voor ca 1500. Organisaties: • Vakgroep Geschiedenis
Onderzoekers: • Jeroen Deploige
PRISMS - De privacy en veiligheid spiegels Vrije Universiteit Brussel Abstract: Niet beschikbaar Organisaties: • Recht Wetenschap Technologie en Samenleving • Criminologie • Metajuridica
Onderzoekers: • Gloria GONZALEZ FUSTER • Francesca MENICHELLI • JENNEKE CHRISTIAENS • SERGE GUTWIRTH • Kristof VERFAILLIE
Electronic dictionary of communication terminoloy Hogeschool Gent Abstract: Doelstelling van het project is het maken van een termenbank rond het thema “communicatie binnen bedrijf en pers”. Volgende interessegebieden komen daarbij in aanmerking: public relations, marketing, reclame, journalistiek en perswezen, grafische sector.De behandelde talen zijn Engels, Frans, Duits, Spaans, Nederlands en vanaf 2001-2002 ook Russisch. Een externe verzorgt Hongaarse aanvullingen. De gebruikte methode is die van GenTerm, de departementale termenbank. De gegevens worden in eerste instantie verzameld via masterproeven en daarna bewerkt. Voor die bewerking wordt onderzoek gedaan naar geschikte software voor termenopslag. Het afgeleide ELeCT-lexicon maakt bv.van een software die in samenwerking met BIKIT en daarna Vartec is ontwikkeld.Twee subprojecten zijn geassocieerd met EDiCT: 1. Subproject “Human Resources”Dit subproject spitst zich toe op de terminologie van het personeelsbeheer en gaat uit van een lijst met termen toegeleverd door De Witte & Morel. Het subproject bestrijkt de talen NL-FR-EN. Subproject “Sociale Zekerheid”. Dit subproject spitste zich toe op de terminologie van de sociale zekerheid en kaderde in een Tempusovereenkomst. Het subproject bestreek dezelfde talen als EDiCT (behalve Spaans en Hongaars). Organisaties: • Departement Vertaalkunde • Vakgroep Engels
Onderzoekers: • Joost Buysschaert
De eeuwige wederkeer van de revenant Hogeschool Gent Abstract: Ik ben geboren uit Armeense ouders in Syrië en leef sinds mijn jeugd in België. Mijn eigen vreemde, Armeense afkomst en die van anderen is één van de thema’s in mijn werk, dat zich kenmerkt zich door een grote diversiteit aan media: fotografie, tekst, neon, video, geluid, installatie en publicatie. Ik onderzoek vragen rond migratie en verschuivingen in culturele context en betekenis, en tegelijkertijd sta ik stil bij de conceptuele mogelijkheden en potenties van het kunstwerk zelf; de wijze waarop het kan communiceren met de toeschouwer, het verbonden kan worden met een ruimere traditie of de grenzen van het bevattelijke verruimt of doorbreekt. De breuk is het (nood)lot van de vreemdeling; hij heeft definitief iets achter zich gelaten, maar dit blijft hem bespoken, en het blijft zijn identiteit meebepalen. Migratie en diaspora: het herinneren, verdwijnen, vergeten, verliezen, verhuizen, verraden, de verdamping, verbrokkeling van identiteit, taal, familie, cultuur, geschiedenis - het uitdoven van traditie. ‘Ballingschap maakt een kadaver van het oude lichaam, van de oude taal.’ (Kriteva, 1988) ‘Het is een wonder: het moment, vliegensvlug aanwezig, vliegensvlug voorbij, er vóór een niets, erna een niets. Dit moment komt toch nog als spook terug en verstoort de rust van een later moment.’ (Nietzsche, 1873-1876) Dit bespookt worden van de vreemdeling is enerzijds eigen aan ‘het menselijke leven dat op zichzelf terugkomt’, en anderzijds verwant met onze historische ervaring vandaag, die gedefinieerd wordt door de ambigue invloeden en latente aanwezigheid van onopgeloste geschiedenissen, van revenants en van de moderniteit. ‘Eigen aan het menselijke leven is dat het op zichzelf terugkomt, moet terugkomen omdat het nu eenmaal door zijn ‘geweest-zijn’ wordt achternagezeten. … ‘Modern’ is dus vreemd genoeg de ervaring niet aan de eigen tijd, niet aan de moderniteit toe te komen, te worden bespookt door fascinaties, gehechtheden, passies, religies waarvan het kritische bewustzijn zich bevrijd waande.’ (Vande Veire, 1996) Mijn moeder is geboren en opgegroeid in Libanon, en ook ons gezin zou zich vestigen in Beiroet, ware het niet voor de Libanese burgeroorlogen (1975-1991). De Armeense en Libanese geschiedenissen kennen beide ongeëvenaarde, buitengewone catastrofen: enerzijds genocide (die of vergeten is en/of ontkend wordt), anderzijds burgeroorlog (en een eigen soort van vergeten door de ‘unjust and scandalous general amnesty law that was passed by parliament on 28 March 1991, Law No. 84/91’). (Toufic, 2007) Withdrawl of tradition past a surpassing disaster is één van de concepten van de Libanese filosoof Jalal Toufic (Toufic, 2000). Een buitengewone ramp zorgt, behalve voor verlies (of het uitdoven) van traditie, ook voor de terugkeer van de revenant: een bespookt worden dat specifiek gelieerd is aan de ervaring van (en aan het leven na) de buitengewone ramp. Zowel de Libanesen als de Armeniërs (uit Anatolië, nu in diaspora) kunnen hun doden niet vergeten - elk op hun eigen manier: de Armeense situatie is ontstaan en evolueert sinds 1915, de Libanese sinds 1975. De houding en het discours van de Armeniërs (in diaspora) tegenover de onopgeloste geschiedenis van deze ramp en hun verlies is door de generaties heen geëvolueerd. Terwijl de Libanesen nog middenin de uitlopers van de verschillende burgeroorlogen leven.
Deze doden, of liever: undead (Toufic, 2003) blijven terugkomen; de term (of het concept) revenant is afgeleid van het Franse woord revenir. In de huizen van Armeniërs over de hele wereld keren de doden terug op kalenders, posters, in boeken of liederen, op artefacten zoals wandtapijten, bij de jaarlijkse herdenkingen,… In de straten van Beirut verschijnen de revenants ondermeer op posters van martelaren, en andere undead, die een enorme invloed hebben op het leven in Libanon en voor politieke doeleinden worden misbruikt. Een Engelse gezegde leert ons ‘dead men tell no tale’, maar zowel bepaalde personages in fictie (zoals bij Shakespeare), als martelaren via hun vooropgenomen video-testamenten vertellen de doden hun verhalen aan de levenden. In mijn werk sta ik stil bij de conceptuele mogelijkheden en potenties van het kunstwerk zelf. Zoals mijn eigen geschiedenis gelaagd is, zo bevat ook mijn discours verwijzingen naar verschillende filosofen of schrijvers (en hun concepten), zoals Baudelaire, Melville, Duras, Borges, Nietzsche, Toufic, Wittgenstein, Derrida, en anderen. Mijn werk verwijst ook naar andere beeldende kunstenaars door het gebruik van verschillende strategieën van herhaling. Kunstenaars hanteren al lang strategieën van herhaling. Het citeren, kopiëren en modificeren van belangrijke werken uit de kunstgeschiedenis stonden centraal bij het (neo-)klassieke model om kunst te produceren. Dit model werd, gedurende de laatste twee eeuwen, herhaaldelijk betwist door het geloof dat moderne individuen radicaal nieuwe kunst moeten maken door de verdienste van hun eigen spontane creativiteit. Postmoderne critici vielen deze cultus van het individuele genie aan en er ontstond een discursieve ruimte waarin het belang van auteurschap en originaliteit werd betwijfeld. De paradigma’s van strategieën van herhaling (zoals appropriation, re-enactment, remake, retake, repetitie, nabootsing, kopie, verdubbeling, gerneming, etc.) kenmerken sindsdien de hedendaagse kunsten. Mijn eigen positie betreffende appropriation is een andere dan die verdedigd door kunstenaars in het verleden, zoals de generatie kunstenaars en theoretici van de jaren ’80, of die van de popart, surrealisme, dadaïsme of het classicisme. ‘…the specific difference between the momentum of appropriation in the 1980s and today lies in a decisive shift in the relation to the object of appropriation – from the re-use of a dead commodity fetish to the invocation of something that lives through time …’ (Verwoert, 2007) Strategieën van herhaling stellen kritisch in vraag of negeren de eisen en paradigma’s van het modernisme (het geloof in de vooruitgang, de eis van de radicale breuk met het verleden, ...). De herhaling bouwt een labyrint op in plaats van een rechte lijn. Het is net in een labyrint (of een ruïne) dat de revenant kan wederkeren (Toufic, 2003) en een breuk veroorzaken. ‘The cultural experience (that) the discourse of appropriation conveys under the sign of postmodernity is that of a radical temporal incision’ (Verwoert, 2007). De wederkeer kan voor een breuk zorgen, een breuk in de tijd: ‘it makes events untimely through recurrence’ (Toufic, 2000). Deze breuk in de tijd is net wat de revenant – die altijd in wezen oneigentijds is door zijn wederkeer veroorzaakt. Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Fotografie • Vakgroep Autonome kunsten
Onderzoekers: • Mekhitar Garabedian • Manon De Boer
Documentaire tijd als <em>bespookte tijd en de wezenlijke rol van de klankband bij het overbrengen van deze tijdservaring Hogeschool Gent Abstract: My research focuses on documentary time as haunted time, the idea that the present is always impure and out of joint. It addresses documentary film as a projection screen on which past, present and future mingle and jostle each other, and the lived experience of this haunted time. Important in my work is the exploration of the vital role of the soundtrack in conveying this experience. Throughout my artistic practice I have always thought of the relationship between documentary film and (the experience of) time as being highly complex. I have always sensed documentary time to be a time inhabited by ghosts and have always been intrigued by "the non-contemporaneity with itself of the living present" (Derrida, 2006: xviii). Two of my previous films, Cinema Central (2005) and Lignes. En quête d’une mémoire (2006), not only explore the way the past sustains in the present, but even more how the past hijacks the present and because of that brings the present to a standstill (or at least protracts, temporises and slows down the present). These films are not only concerned with the interlacing of past, present and future, but also with the connection between personal and political time. My latest documentary Not Waving, But Drowning (2009) focuses on the experience of Indian refugees during their arrest and detention by the harbour police in Zeebrugge, Belgium. Within the tense, haunted context of the harbour and the seaside, and together with them, we slowly lose all sense of time and place. Without investigating their past or their future, the human trafficking organisations or the Belgian legislation, the film transgresses into the timelessness (a powerless and impotent non-time and the continuous recurrence of standstill) in which our society imprisons people without papers. In my research I wish to explore this idea of haunted time throughout the philosophies of time of Walter Benjamin and Jacques Derrida. I want to discover the ways in which these philosophers can help me in creating a theoretical framework for a non-linear documentary time and how one can engage in the imperative "to speak of the ghost, indeed to the ghost and with it (...)" (Derrida, 2006: xviii). At the moment I am working on a documentary film on the ambiguous time of the immigrant.
Bibliography Derrida, J. (2006) Specters of Marx. New York / London: Routledge Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Autonome kunsten • Vakgroep Audiovisuele kunsten
Onderzoekers: • Elias Grootaers • Dirk Braeckman
Future Footwear Hogeschool Gent Abstract: ‘Future Footwear’ is a six-year PhD project in the arts financially supported by the Research Fund of University College Ghent. The set-up of the research is interdisciplinary with input from physical medicine and biomechanics, ecological anthropology and design sciences. Two cases on
ethnic footwear, one in South India on Kolhapur footwear, one in Northern Europe on Sami boots, and one case on contemporary shoe design deliver the necessary data to develop a toolbox for the efficient creation of footwear. Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Vormgeving
Onderzoekers: • Catherine Willems • Dirk van Gogh
The International Institute for the Conservation, Archiving & Distribution of Other People's memories Hogeschool Gent Abstract: Dit doctoraatsproject vertrekt van mijn multimediale project “Het Internationaal Instituut voor de Conservatie, Archivering en Verspreiding van Andermans Herinneringen” (IICAVAH). Sinds 2005 is dit het overkoepelde orgaan van mijn artistieke praktijk en hierin tracht ik de sterk met elkaar verweven noties archief en geheugen uit te diepen. Het project steunt zowel op theoretische/filosofische research als op empirisch onderzoek waarbij mijn archief van ‘andermans herinneringen’ als basis dient. Deze steeds groeiende verzameling bestaat uit gevonden egodocumenten waarvan de vindplaatsen variëren van rommelmarkten, tweedehandswinkels en verkoopzalen, tot containerparken en straten. Momenteel focus ik voornamelijk op 8mm-familiefilms maar het archief bevat eveneens een grote collectie video’s, oude foto’s, geluidstapes, persoonlijke documenten en kleine voorwerpen. Deze herinneringsdocumenten worden via foundfootage-technieken zoals ‘cut & paste’ verwerkt tot autonome kunstwerken (films, installaties en grafische werken). Hierbij worden zowel compilatie, collage en appropriatie als techniek gebruikt. Door te focussen op de subjectieve kant van zowel het produceren als het raadplegen van het geheugen, tracht ik te reflecteren over het begrip identiteit (van het individu, het collectief, de geschiedenis, het archief, ...). Door de verweesde herinneringen opnieuw te verspreiden via exposities, filmscreenings en online projecten tracht ik tevens de originele emotionele waarde van de herinneringen te herstellen. De verrichtingen van het IICAVAH zijn bijgevolg pas geslaagd wanneer vertoonde herinneringen zich bij de toeschouwer in het geheugen nestelen waardoor de aanvankelijk verweesde herinneringen nieuwe bestemmingen krijgen. Centraal in dit doctoraat staat de observatie dat er sinds de teloorgang van het modernistische vooruitgangsdenken in de 20ste eeuw1 een paradoxale wending naar het verleden en herinnering in onze westerse cultuur ontstaan is2. Enerzijds lijkt deze obsessieve drang tot herinnering gepaard te gaan met een sterke musealisering3 van het verleden. De groeiende aandacht voor cultureel erfgoed, de expansie van archieven en de oprichting van herdenkingsmonumenten zijn hier slechts enkele getuigen van. Nieuwe technologische ontwikkelingen lijken daarenboven meer dan ooit zelf-musealisatie aan te wakkeren: vandaag de dag wordt het persoonlijke leven excessief geregistreerd door foto’s en video’s en het immer uitdijende internet stelt ons in staat massaal herinneringen te delen via blogs, facebooks en (you)tubes allerhande. Anderzijds bestempelen steeds meer critici onze huidige ‘geheugencultuur’ als een cultuur van amnesie. Pierre Nora ziet hier de verschuiving van milieux de mémoire naar lieux de mémoire als oorzaak. Hiermee doelt hij op het verlies van spontaan en geleefd geheugen ten gevolge van het institutionaliseren van herinneringen. Modern geheugen is, volgens hem, bovenal archivalisch: het is afhankelijk van de materialiteit van het spoor, de directheid van de opname, de zichtbaarheid van het beeld.4 De groeiende aandacht voor geheugen en verleden gaat gepaard met de politisering hiervan en dit lijkt gestuwd door de ‘spektakelmaatschappij’ waarin de media een prominente rol spelen.5 Geschiedenis wordt tegenwoordig op een gelijkaardige manier behandeld als fictie en dit bewerkstelligt het verlies aan historisch bewustzijn. Toch zijn het net deze media – met het internet op kop – die ervoor zorgen dat steeds meer geheugen toegankelijk is. Technologische ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat kennis overal en altijd opvraagbaar is. De massale opslag van herinneringen en de eenvoudige toegankelijkheid hiervan zorgen voor een steeds parate geheugensteun. Maar, vervangen dergelijke geheugendocumenten zo niet het menselijke geheugen? En kun je zo niet stellen dat het niet zozeer de drang naar herinnering maar eerder de angst te vergeten is die heerst? Freud6 leerde ons reeds dat herinneren en vergeten onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Jacques Derrida illustreerde dit samengaan met een zeer eenvoudig en concreet voorbeeld. Tijdens een lezing naar aanleiding van de waarheidscommissie in Zuid Afrika veroorzaakte hij opschudding met volgende stelling: ‘ieder archief produceert tegelijkertijd geheugen en vergeten: wanneer ik iets op een papiertje neerschrijf en dit vervolgens in mijn zak stop, dan doe ik dit enkel omdat ik het zou kunnen vergeten, wetende dat ik het later terug kan vinden zonder dat ik mij intussen hierover zorgen moet maken.’ Organisaties: • Departement Koninklijke Academie voor Schone Kunsten • Vakgroep Autonome kunsten
Onderzoekers: • Jasper Rigole • Hans Op De Beeck
Autonomie en retentie in de computergesteunde vreemdetaalverwerving: De impact van het onderliggende pedagogische principe (cognitief-constructivistisch vs. sociaal-constructivistisch) van een online-leermodule op het verwerven van schrijfstrategieën en c Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Vertaalkunde • Vakgroep Duits
Onderzoekers: • Carola Strobl
Liggend (be)Leven: Architectuur ontwerpen voor een heilzame ziekenhuisomgeving. KU Leuven Abstract: Ondanks heel wat inspanningen vanuit de zorgsector blijft een ziekenhuisopname voor de meeste mensen een allesbehalve aangename ervaring. Ook het zorggebouw speelt en rol bij deze beleving. Bovendien wordt deze specifieke ziekenhuisomgeving vaak ervaren vanuit een, voor de ontwerper, a-typisch gebruikersperspectief, nl. liggend.Deze vaststellingenresulteren in een tweeledige doelstelling. Enerzijds worden de ruimtelijke aspecten, die het welbevinden van patiënten in een ziekenhuisomgeving beïnvloeden, geïdentificeerd en gedocumenteerd. Een verbeterde kennis rond ruimtebeleving vanuit een liggend perspectief staat hierbij centraal. Anderzijds worden de resultaten van het eerste luik vertaald naar eenwetenschappelijk gevalideerde, praktisch bruikbare ontwerpmethodiek voor architecten. Met dit onderzoek wordt aan architecten de middelen gegeven om zorggebouwen te ontwerpen die optimaal inspelen op de behoeften van patiënten en andere gebruikers. Organisaties: • Departement Architectuur
Onderzoekers: • Chantal Van Audenhove • Ann Heylighen • Margo Annemans
Klemtoon op de overeenkomsten tussen de menselijke en de dierlijke geest. Pleidooi tegen de overintellectualisering van de menselijke geest. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoeksvoorstel in de "philosophy of mind", psychologie en cognitieve wetenschappen focust op mentale staten die objecten voorstellen als eetbaar, beklimbaar, bereikbaar, etc., m.a.w. als toelatend om doelgerichte acties uit te voeren. Vier stellingen komen hierbij aan bod. Ten eerste, spelen deze mentale staten een zeer belangrijke rol in het mentale leven, omdat een mentale staat van deze aard nodig is telkens een intentionele actie wordt uitgevoerd. Ten tweede, zijn deze mentale staten in feite perceptuele staten. Een belangrijke vraag in de filosofie van de perceptie is welke eigenschappen in de perceptie aan objecten worden toegeschreven. Vorm, grootte en kleur zijn voor de hand liggende eigenschappen, maar de kandidaat stelt dat objecten worden gepercipieerd als een eigenschap hebbende die minder duidelijk perceptueel is, m.n. de eigenschap van het toelaten tot een actie. Vandaar de benaming actie-georiënteerde perceptuele staten. Ten derde, dieren en kleine kinderen kunnen in actie-georiënteerde perceptuele staten verkeren, zelfs als zij niet in staat zijn tot sommige meer complexe mentale staten zoals gedachten of geloof. Deze mentale staten zijn dus basiselementen zowel evolutionair als in de individuele ontwikkeling. Ten vierde, ook op verklarend vlak zijn deze mentale staten elementair, in de zin dat de wijze waarop zij de wereld representeren op een relatief eenvoudige manier kan worden verklaard die niet van toepassing is op meer complexe mentale staten. Er is geen monolithische verklaring voor de werking van de menselijke geest: verschillende verklaringsschema's zijn van toepassing voor de verschillende mentale staten. De onderliggende motivering voor de focus van het onderzoek op deze actie-georiënteerde perceptuele staten is om de overeenkomsten te beklemtonen tussen de menselijke en de dierlijke geest. Een groot deel van wat in de menselijke geest gebeurt is zeer gelijkend aan de eenvoudige mentale processen bij dieren. De complexe linguïstische en intellectuele vaardigheden van de menselijke geest zouden kunnen worden omschreven als "de kers op de taart". Organisaties: • Centrum voor Filosofische Psychologie
Onderzoekers: • Bence Nanay
Psychologische en gedragsmatige trek-kwetsbaarheden in de etiopathogenese van ernstige majeure depressie. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk OnderzoekVlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel. Organisaties: • Kind-, Jeugd- en Volwassenpsychiatrie (CAPRI)
Onderzoekers: • Bernard Sabbe • Lieve Beheydt
Literatuur in vertaling Universiteit Gent Abstract: Het betreft onderzoek over literatuur vertalen op het snijpunt van twee disciplines: de literatuur- en de vertaalwetenschap (HoGent, departement Vertaalkunde UGent, meerdere literatuurdepartementen). Deze samenwerking kan inzichten opleveren over concepten, methodologie en paradigmawissels met betrekking tot literaire procédés, strategieën en conventies alsook met betrekking tot processen van receptie en canonisering. Bedoeling is ook om de momenteel gefragmenteerde expertise te bundelen. Organisaties: • Vakgroep Romaanse talen (andere dan het Frans)
Onderzoekers: • Ilse Logie
Theory of Urbanism and Architecture (OSA) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Architectuur en Ontwerpen
Onderzoekers: • Susan Shannon • Yi-sheng Yang
L'Etranger van Albert Camus: culturele transfers en descriptief-interpretatieve analyse van de vertalingen in het Engels, Nederlands, Portugees en Spaans Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Vertaalkunde • Vakgroep Frans
Onderzoekers: • Desiree Schyns • Roosje Dejonghe
The Transnational NRF Literary Criticism Model: Networks of Interculturas between France, Belgium, Spain and Catalonia KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch. • OG Vertaling & Interc. Transfer Leuven
Onderzoekers: • Tom Verschaffel • Lieven D'hulst • Reinhilde Meylaerts
Hybride identiteiten: cross-contextueel en multi-methodologisch onderzoek naar de relatie tussen tweedetaalverwerving, identiteit en gemeenschapsideologieën Hogeschool Gent Abstract: Abstract nog niet beschikbaar Organisaties: • Departement Vertaalkunde • Vakgroep Nederlands
Onderzoekers: • Evy Ceuleers
Ambigue woorden. Als woorden oneigenlijk gebruikt worden Hogeschool-Universiteit Brussel Abstract: Er wordt algemeen aangenomen dat woorden tot een bepaalde woordsoort behoren en dat die woordsoort op zijn beurt bepaalt hoe dat woord dan gebruikt kan worden. Spelen is bijvoorbeeld een werkwoord en daarom gebruiken we het ook zo. Hond is dan weer een zelfstandig naamwoord. Het spreekt dan ook voor zich dat de zin de hond speelt aanzienlijk beter is dan de speel hondt. In het eerste voorbeeld worden de woorden gebruikt volgens hun vaste woordsoort, in de tweede zin niet. Dit lijkt zo gebruikelijk en normaal dat het nauwelijks in vraag gesteld wordt. Nochtans kan je gemakkelijk voorbeelden verzinnen waarvoor dit alles niet zo eenvoudig opgaat. In de zin Niets te maren wordt het voegwoord maar als werkwoord gebruikt en in de zin Martha is mijn tweede ik wordt het persoonlijk voornaamwoord ik als een zelfstandig naamwoord gebruikt. Om ook die voorbeelden te kunnen verklaren, wil ik onderzoeken of we ervan uit kunnen gaan dat woorden niet vast tot een bepaalde woordsoort behoren, maar hun woordsoort toebedeeld krijgen van de grammaticale context. Maren en spelen worden dan geïnterpreteerd als werkwoorden, niet zozeer omdat dat zo opgeslagen staat in ons mentale woordenboek, maar simpelweg omdat ze zo gebruikt worden in die specifieke zinnen. Organisaties: • Centrum voor syntactisch, semantisch en fonologisch onderzoek
Onderzoekers: • MARIJKE DE BELDER
Patronen en alternerende structuren voor de uitdrukkingvan het futurum in de Gallo-Romaanse talen: functioneelsystemischeuitdagingen voor de theorie vangrammaticalisatie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG FranItalCo Leuven
Onderzoekers: • Pierre Mertens • Claire Meul
A private cloud creation for storing University of Cuenca end-users information. KU Leuven Abstract: The aim of the project is the creation of a private cloud service within the institution in order to safely store the institutional documentation of teachers, researchers and employees. The service will be used by non-expert users and enable accessibility from anywhere in the world. Organisaties: • Afdeling Bodem- en Waterbeheer
Onderzoekers: • Guido Wyseure • Stephane Sas
Latijns Amerika - Europa: een herbepaling van de grenzen van de modernekunst. Een onderzoek naar de Europese ervaring van Rio de la Plata-kunstenaars tussen 1900 en 1930. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Kunstwetenschappen Leuven
Onderzoekers: • Hilde Van Gelder • Javier Gimeno Martinez • Laurens Dhaenens
De christelijke Byzantijnse receptiegeschiedenis van de Griekse versiesvan het Oude Testament. Algemene tendens gekoppeld aan een specifieke benadering via de Commentaar op Spreuken van Malachias Monachus (kritische editie en studie). KU Leuven Abstract: Het onderzoeksobject sensu lato van dit project is de receptie van de verschillende Griekse versies (christelijk en joods) van het Oude Testament in de christelijke Byzantijnse literatuur. Tot op heden is hetnbsp;van de Septuagintatekst en zijn verscheidene joodse revisies en christelijke recensies niet uitgetekend. Daar waar recente projecten hun spoor proberen te volgen in het Byzantijnseen middeleeuwse jodendom, zal dit project een eerste en a priori vernieuwende impuls bieden voor de studie van de specifiek christelijke receptiegeschiedenis. Bovenal zal aangetoond worden in welke mate Byzantijnse corpora van nut kunnen zijn voor Septuagintastudies. Om zulke vragen adequaat te kunnen beantwoorden, wordt er naast een contextuele studie van deze christelijke Byzantijnse literatuur ook een diepgravende analyse van een welbepaald werk uitgevoerd. Dit onderzoeksobject sensu stricto is de commentaar op het oudtestamentische boek Spreuken van de (laat)Byzantijnse auteur Malachias Monachus Organisaties: • OG Griekse Studies Leuven
Onderzoekers: • Joseph Verheyden • Peter Van Deun • Reinhart Ceulemans
Een kritische evaluatie van Augustinus' genadeleer. De casussen van de anti-donatistische en christologisch-liturgische sermones ad populum. KU Leuven
Abstract: Dit project onderzoekt de aanwezigheid en behandeling van de verhouding gratia-libertas binnen Augustinus sermones ad populum buiten de specifiek anti-pelagiaanse context. In mijn doctoraatsonderzoek bestudeerde ik het profiel van de behandeling vannbsp;in de anti-pelagiaanse sermones. Eeneerste onderzoeksspoor in het voorliggend project zijn de anti-donatistische sermones. Zij behoren, zoals de anti-pelagiaanse sermones, tot het polemische preekgenre, maar ze gaan er chronologisch aan vooraf en zijn inhoudelijk ook verschillend. Een tweede onderzoeksspoor vormen de christologisch-liturgische sermones, behorend tot het (niet-polemische) pastorale preekgenre, temporeel verspreid over de 40 jaar van Augustinus preekactviteit, christologisch van inhouden moraliserend van oogmerk. Zowel binnen de anti-donatistische als de christologisch-liturgischenbsp;werd de gratia-thematiek vooralsnog niet bestudeerd. Zodoende kunnen de profielenvannbsp;van deze drie categorieënnbsp;met elkaar vergele Organisaties: • OE Geschiedenis van Kerk en Theologie
Onderzoekers: • Mathijs Lamberigts • Anthony Dupont
Over het wezen van de waarneming: beeld en handeling. KU Leuven Abstract: Dit project is een onderzoek naar de motieven voor het gebruik van de notie beeld in de verhouding van het bewustzijn tot de wereld ten eindete bepalen welke aspecten ervan geweerd moeten worden uit een waarnemingsleer en welke onvermijdelijk zijn. Organisaties: • OE Husserl-Archief: Centr.Fenomenologie
Onderzoekers: • Ullrich Melle • Filip Mattens
De argumentrealisatie van gewaarwordingsprocessen: synchrone en diachrone analyse. KU Leuven Abstract: In de zin zijn tante verstouwde drie gebakjes heeft het werkwoord verstouwen twee argumenten: zijn tante en drie gebakjes. De manier waarop de argumenten syntactisch gerealiseerd worden hier als subject en direct object staat in de syntaxis bekend als argumentrealisatie. Dit project gaat over argumentrealisatie bij werkwoorden die een gewaarwordingsproces uitdrukken, zoals verbazen, schamen of ergeren. Door hun betekenis zijn zulke werkwoorden moeilijk in te passen in een klassieke transitieve structuur met een subject en een object. Ik zal nagaan met wat voor soort constructies zulke werkwoorden voorkomen, welke verschillen er zijn tussen de verschillende werkwoorden, en hoe de argumentrealisatie in de loop van de eeuwen verandert. Elk van deze drie kwesties haakt in op lacunes in het bestaande onderzoek naar werkwoordssyntaxis. Het uitgangspunt van dit project is dat de argumentrealisatie (en syntaxisin het algemeen) semantisch en pragmatisch gemotiveerd kan worden: de keuze vo Organisaties: • OG ComForT Leuven
Onderzoekers: • Hans Smessaert • Freek Van de Velde
Sociale mobiliteit, partnerkeuze, huwelijk en gezinsvorming onder migranten. Een levensloopbenadering van migratie en integratie in drie West-Europese havensteden: Antwerpen, Rotterdam en Stockholm, 1850-1914. KU Leuven Abstract: Met behulp van drie grote historisch-demografische databases (de Antwerpse Cor* Database, de Historische Streekproef Nederland en de Historische Stockholm Database) wordt het integratieproces van migranten in Antwerpen, Rotterdam en Stockholm bestudeerd voor de periode 1850-1914. De focus ligt op drie kernsociologische onderwerpen: sociale mobiliteit, partnerkeuze en gezinsvorming. Er wordt gebruik gemaakt van het levensloopperspectief, aangezien uit voorgaand onderzoek is gebleken, dat dit een uitstekende benadering is voor het bestuderen van de keuzes en ervaringen van migranten. Havensteden vormen de plaats van onverzoek aangezien deze oorden zowel door interne als internationale en zowel door tijdelijke als permanente migranten in groten getale werden bezocht. De keuze voor Antwerpen, Rotterdam en Stockholm heeft te maken met de verschillende economische en demografische structuren waardoor deze havensteden gekenmerktwerden. Wij verwachten dat verschillen op de lokale arbeidsmarkt Organisaties: • OE Centrum voor Sociologisch Onderzoek
Onderzoekers: • Koenraad Matthys • Jan Kok • Paul Puschmann
De verbeelding van barokke zelfrepresentatie: Vermaak, spel en lichamelijkheid in Zuid-Nederlandse conversatiestukken (1635-1720). KU Leuven Abstract: 17de-eeuwse Zuid-Nederlandse schilderijen die de (jeugdige) elite spelend, musicerend en dansend uitbeelden, zijn in tegenstelling tot gelijkaardige Noord-Nederlandse taferelen, bijna onbestudeerd. Dit drie-delige project vult deze lacune. Eerst wordt een kort typologisch en iconografisch overzicht van de Zuid-Nederlandse schilders en hun elegante gezelschappen gegeven. Vervolgens wordt onderzoek gevoerd naar de sociale netwerken van deze schilders, met bijzondere nadruk op de belangrijkste twee schilders van het genre: Christoffel Jacobsz. Van der Lamen (1606/7-1651/2)nbsp;en zijn leerling Hiëronymus Janssens (1624-1693). Aan de hand van vier case-studies (trictrac, muziek en dans, handjeklap en koninklijke portretten) zullen in het derde deel het gedrag, de vrijetijdsbesteding en de zelfrepresentatie van de op de schilderijen uitgebeelde sociale groep worden onderzocht. Spel, vermaak en lichamelijkheid in deze elegante gezelschappen worden iconologisch (visuele en geschreven bronnen) Organisaties: • OG Kunstwetenschappen Leuven
Onderzoekers: • Katlijne Van der Stighelen • Hannelore Magnus
Global Justice and Global Democracy. KU Leuven Abstract: The research will focus on the nature of political representation in global governance. It will attempt to supplant the largely procedural global justice debate with democratic norms, utilizing substantive notions of political representation.
Organisaties: • OE Centr. Ethiek, Soc. & Pol. Filosofie
Onderzoekers: • Jan Wouters • Helder De Schutter • Haye Hazenberg
LECTIO. Leuven Centre for the Study of the Transmission of Texts and Ideas in Antiquity, the Middle Ages and the Renaissance KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Johan Leemans • Michèle Goyens • Peter Van Deun • Brigitte Meijns • Jan Papy • Gerd Van Riel • Russell Friedman • Stefan Schorn
The Governance of Space: Interdisciplinary Perspectives on the Air-Space Distinction KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Instituut voor Internationaal Recht
Onderzoekers: • Dirk Vandepitte • Christoffel Waelkens • Jan Wouters
Petrus de Rivo, de controverse 'de futuris contingentibus', en de Leuvense universiteit in de 15de eeuw. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Russell Friedman
De verklaring van kwalitatieve eigenschappen in de neoplatoonse natuurfilosofie en metafysica. KU Leuven Abstract: Dit project is de eerste omvattende studie van de verklaring van kwalitatieve eigenschappen van materiële objecten in het latere Griekse neoplatonisme. Het bestaat uit drie componenten:1. De studie van de classificatie van materiële eigenschappen en de toepassing van het superveniëntie-model in de natuurfilosofie.2. De analyse van de causale rol vanintelligibele eigenschappen: hun plaats in de structuur van de intelligibele wereld en de rol van deze structurele kenmerken bij de metafysische verklaring van kwalitatieve eigenschappen.3. De relatie tussen deze beide verklaringsmodellen. Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Jan Opsomer • Pieter d'Hoine
De Klassieke Cadens. Fysionomie, Typologie en de Totstandkoming van Vorm. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG Musicologie Leuven
Onderzoekers: • Pieter Bergé
Douaniers of smokkelaars? - de mediërende rol van interculturele actoren in België en tussen België en Frankrijk (18501930). KU Leuven Abstract: Dit project wil interdisciplinair (literair-sociologisch, discursief-vertaalwetenschappelijk en historisch-cultureel) onderzoek doen naar de strategische transfer rol die een representatieve groep van Belgische interculturele actoren gespeeld heeft tijdens de opeenvolgende fasen van culturele natievorming en internationale verspreiding van de Belgische cultuur (1850-1920). Organisaties: • OG Literat-Discours-Identiteit Leuven
Onderzoekers: • Tom Verschaffel • Lieven D'hulst • Reinhilde Meylaerts
Taaloorsprong, taalverandering en taalfunctionaliteit bij vroegchristelijke Latijnse auteurs. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG FranItalCo Leuven
Onderzoekers: • Pierre Swiggers
Taalproblemen van kansarme jongeren in het onderwijs: ligt de oplossingbinnen of buiten de school? KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Centrum voor Taal en Onderwijs Leuven
Onderzoekers: • Kristiaan Van den Branden
Van lexicale naar semantische sociolectometrie: Nieuwe methodes voor decorupusgebaseerde analyse van variatie in lexicale categorisatie. KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • OG QLVL Leuven
Onderzoekers: • Dirk Geeraerts • Dirk Speelman
Tackling cybercrime: digital forensics for embedded computer systems and computing applications KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Faculteit Theologie en Religiewetensch. • OE ICRI / CIR
Onderzoekers: • Bart Preneel • Stefan Bogaerts • Wouter Joosen • Joseph Dumortier • Frank Verbruggen • Eva Lievens
Leuven Children of Immigrants Longitudinal Study (LeuvenCILS) KU Leuven Abstract: Geen Nederlandstalig Abstract Organisaties: • Sociale en Culturele Psychologie
Onderzoekers: • Karine Verschueren • Jacques Billiet • Ides Nicaise • Marc Swyngedouw • Karen Phalet • Bart Meuleman • Batja Gomes de Mesquita
Het probleem van negatieve attributen in de theologie: het debat tussenThomas van Aquino en Johannes Duns Scotus en haar hedendaagse betekenis. KU Leuven Abstract: Traditioneel zijn er veel uitspraken gedaan over God in termen van negatieve eigenschappen, zoals "God is eeuwig", i.e. dat Hij buiten de tijd staat, of "God is oneindig", i.e. dat Hij niet begrensd is. Wat betekenen dergelijke uitspraken? Over dit onderwerp, uitvoerig besproken in de hedendaagse godsdienstfilosofie, werd al hevig gedebatteerd in de middeleeuwen. Thomas van Aquino en John Duns Scotus bieden twee diametraal tegenovergestelde visies op dit onderwerp. Daar waar Thomas denkt dat dergelijke uitspraken over God nietzeggend zijn, beschouwt Scotus ze wel degelijk als informatief.Dit project probeert op de eerste plaats de Thomas-Scotus tegenstelling uit een hedendaagse analytische hoek te verklaren door te onderzoeken hoeveel relevantie Thomas en Scotus toekennen aan niet-theologische wetenschappelijke kennis over bv. de eeuwigheid van dewereld voor een begrip van Gods eeuwigheid. Mijn claim is dat, omdat Thomas wetenschappelijke kennis niet belangrijk vindt, terwijl Scotus da Organisaties: • OE De Wulf-Mansioncentrum
Onderzoekers: • Russell Friedman • Can Laurens Loewe