Welzijn op wielen Onderzoek naar het effect van wellnesskoffers op het welbevinden van de bewoners in het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef Studiegebied Gezondheidszorg Opleiding Bachelor in de Ergotherapie Academiejaar 2013-2014 Module Bachelorproef Promotor Mevrouw Lisa Cailliau Ergotherapeut Student Leila Van Kerckhove
Howest – departement Professionele Bachelors Kortrijk, Campus RDR, Renaat de Rudderlaan 6, 8500 Kortrijk
Welzijn op wielen Onderzoek naar het effect van wellnesskoffers op het welbevinden van de bewoners in het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef Studiegebied Gezondheidszorg Opleiding Bachelor in de Ergotherapie Academiejaar 2013-2014 Module Bachelorproef Promotor Mevrouw Lisa Cailliau Ergotherapeut Student Leila Van Kerckhove
Howest – departement Professionele Bachelors Kortrijk, Campus RDR, Renaat de Rudderlaan 6, 8500 Kortrijk
Woord vooraf “How we treat our elders matters. Ageing is a part of life. And if you don’t like that certainty that your body will wear out – consider the alternative.” (McBee, 2008) Binnen deze bachelorproef probeer ik meer basisprincipes van verschillende complementaire technieken te integreren in de dagelijkse werking van een woonzorgcentrum (WZC), meer specifiek het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef te Ieper. Vanuit hun hulpvraag bestaat mijn doel eruit om het welbevinden bij de bewoners te verhogen. Binnen Huize Sint-Jozef ligt de focus sterk op kwaliteitszorg, waardoor de integratie van complementaire technieken hun doelstelling nog meer kan verwezenlijken. De doelgroep zijn de bewoners met dementie en de immobiele bewoners. Zij kunnen hun bed niet verlaten om het wellnesscentrum in het WZC te bezoeken. Voor de integratie van complementaire technieken worden drie wellnesskoffers ontworpen en gecreëerd die specifiek aangepast zijn aan de noden op de drie diensten. Ze bevatten de nodige materialen om yoga, relaxatie, aromatherapie en massage toe te passen. Een handleiding voor elke techniek zorgt ervoor dat elk personeelslid ermee aan de slag kan. Deze bachelorproef zou echter nooit gerealiseerd zijn zonder de hulp van verschillende mensen die ik graag via deze weg wil bedanken. Allereerst wil ik mijn promotor, Lisa Cailliau, bedanken om me te begeleiden in het uitwerken en neerschrijven van mijn bachelorproef. De vele handige tips en haar kennis rond de verschillende complementaire technieken hielpen me op weg om alles tot in de puntjes in orde te maken. Bijkomend ben ik dankbaar voor de begeleiding van Olivier Bonte, die ondanks zijn drukke agenda, toch steeds een plaatsje wist vrij te maken wanneer dat nodig was. Jullie vertrouwen in mij zorgde ervoor dat ik gegroeid ben tijdens de uitwerking van deze bachelorproef. Niet enkel als ergotherapeut, maar ook als persoon. Ik werd uitgedaagd om andere kanten van mezelf naar boven te halen waarvan ik niet wist dat ik ze in mij had. Mijn stagesupervisor, Mevr. Annabel Deneckere, was de persoon bij uitstek die een antwoord klaar had wanneer ik met bepaalde vragen zat. De vele handvaten die ze me aanbood, hielpen me in de juiste richting. Samen met Mevr. Laurence Dhaene gaf ze me de raad om de laatste kans om mijn bachelorproef te hernemen met beide handen vast te grijpen en door te zetten. Zonder de motiverende, stimulerende, maar ook geruststellende woorden van beide docenten, was ik nooit tot hier geraakt. Daar ben ik ze enorm dankbaar voor. De openheid en het welkome gevoel op de stageplaats WZC Huize Sint-Jozef te Ieper, lieten me dagelijks met een groot enthousiasme en motivatie beginnen aan de dag. De onderlinge gelijkwaardigheid en respect zorgde ervoor dat ik me als één van hun collega’s voelde. Graag wil ik ook het bedrijf ‘Sjankara B.V.B.A.’ bedanken. Dankzij hun materiële sponsoring zijn de wellnesskoffers helemaal in orde geraakt. Mijn vrienden, mijn familie en mijn vriend die me o.a. geholpen hebben met het nalezen van mijn bachelorproef en sponsorbrief, het knippen van de verschillende steekkaarten, op onverwachte momenten hulp aangeboden hebben etc. Kortom me gesteund hebben door dik en dun. Allen hartelijk bedankt. Leila Van Kerckhove, mei 2014
Abstract Titel Welzijn op wielen
Ondertitel Onderzoek naar het effect van wellnesskoffers op het welbevinden van de bewoners in het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef
Inleiding De ergotherapeut heeft binnen deze bachelorproef als doel om de omgeving aan te passen aan de behoeften van de bewoners en doet dit aan de hand van complementaire technieken. Binnen WZC Huize Sint-Jozef ligt de focus sterk op kwaliteitszorg, waardoor de integratie van complementaire technieken hun doelstelling nog meer kan verwezenlijken.
Methode De doelgroep zijn de bewoners met dementie en de immobiele bewoners. Zij kunnen hun bed niet verlaten om het wellnesscentrum in het WZC te bezoeken. Wanneer de basisprincipes van complementaire technieken echter toegepast worden tijdens de dagelijkse verzorging, kunnen ook zij genieten van de voordelen. Voor de uitwerking van deze bachelorproef zijn er mobiele wellnesskoffers ontwikkeld die aangepast zijn aan de noden van de bewoners. Ze bevatten de nodige materialen om yoga, relaxatie, aromatherapie en massage toe te passen. Aangezien het te ruim is om deze alle vier te onderzoeken, ligt de focus voornamelijk op massage. Wetenschappelijk onderbouwde observatielijsten zijn gedurende vier weken afgenomen bij een selectie van 15 bewoners die zwaar zorgbehoevend zijn en/of met dementie. Dit steeds voor, tijdens en na een massage-interventie.
Resultaten In de resultaten van de observatielijsten is merkbaar dat de massage bij merendeel van de bewoners voor een grotere ontspanning zorgt. Wat betreft het handelen is er echter amper een verandering op te merken. De activiteitenpatronen blijven hetzelfde.
Discussies en conclusie Uit deze bachelorproef kan geconcludeerd worden dat de massagetechniek binnen de wellnesskoffer effectief is op het vlak van ontspanning, maar niet op het handelingspatroon van de bewoner. De ervaring van deze techniek is wel steeds persoonsgebonden. Andere technieken kunnen natuurlijk steeds andere resultaten opleveren.
Kernwoorden Wellness; wellnesskoffer; WZC; Huize Sint-Jozef; welbevinden; woonzorgcentrum; bewoners; yoga; relaxatie; aromatherapie; massage; integratie; personeel; complementaire technieken
4
Inhoudsopgave WOORD VOORAF ABSTRACT INHOUDSOPGAVE…………………………………………………………………………………………………………………………….. 4 LIJST MET AFKORTINGEN ....................................................................................................................... 6 VERKLARENDE WOORDENLIJST .............................................................................................................. 7 1. INLEIDING ........................................................................................................................................... 9 1.1 Korte inhoud ............................................................................................................................... 9 1.2 Literatuurstudie......................................................................................................................... 10 1.2.1 Algemene nood aan een holistische benadering in een WZC............................................ 10 1.2.2 Complementaire technieken gelinkt aan de doelgroep………………………………….………………14 Aromatherapie ........................................................................................................................... 14 Massage ..................................................................................................................................... 16 Tai chi ......................................................................................................................................... 17 Braingym .................................................................................................................................... 18 Yoga ........................................................................................................................................... 19 Mindfulness ............................................................................................................................... 21 Relaxatietherapie ....................................................................................................................... 23 1.3 Onderzoeksvraag ....................................................................................................................... 24 2. METHODE ......................................................................................................................................... 25 2.1 Voorbereidingen op de stage .................................................................................................... 25 2.2 De wellnesskoffers .................................................................................................................... 25 2.2.1 De geselecteerde complementaire technieken ................................................................. 25 2.2.2 Technieken die geschrapt worden en reden ................................................................... 277 2.2.3 Samenstelling van de wellnesskoffer.……….……………………………………………………………………28 2.2.4 Integratie van de complementaire technieken ................................................................. 29 2.2.5 Testing .............................................................................................................................. 31 3. RESULTATEN ..................................................................................................................................... 38 3.1 Qualidem bij vier volgcliënten ................................................................................................... 38 3.2 Observatieformulieren bij 15 volgcliënten ................................................................................ 40 3.2.1 Algemene gegevens .......................................................................................................... 40 3.2.2 Observatie ......................................................................................................................... 40
5 3.3 De wellnesskoffer . .................................................................................................................... 43 3.3.1 Samenstelling van de wellnesskoffer ................................................................................ 43 Aromatherapie ........................................................................................................................... 43 Yoga ........................................................................................................................................... 49 Relaxatie .................................................................................................................................... 49 Massage ..................................................................................................................................... 49 Steekkaarten .............................................................................................................................. 50 3.3.2 Bijkomende aanpassingen ................................................................................................. 51 3.3.3 Kostenplaatje van de wellnesskoffers ............................................................................... 51 4. DISCUSSIE ......................................................................................................................................... 53 4.1 Testafname ............................................................................................................................... 53 4.1.1 Interne factoren ................................................................................................................ 53 4.1.2 Externe factoren................................................................................................................ 54 4.2 Wellnesskoffer .......................................................................................................................... 55 5. CONCLUSIE ....................................................................................................................................... 56 LIJST MET FIGUREN EN TABELLEN ........................................................................................................ 57 REFERENTIELIJST .................................................................................................................................. 58 BIJLAGEN Bijlage 1: Werking binnen het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef te Ieper ................................... 62 Bijlage 2: Sponsorbrief .................................................................................................................... 65 Bijlage 3: Mail naar Sjankara ........................................................................................................... 66 Bijlage 4: Qualidem ........................................................................................................................ 67 Bijlage 5: Het observatieformulier .................................................................................................. 69 Bijlage 6: Handleiding observatieformulier ..................................................................................... 72 Bijlage 7: De wellnesskoffer ............................................................................................................ 77 Bijlage 8: Poster van de wellnesskoffer ........................................................................................... 79 Bijlage 9: Volgsysteem..................................................................................................................... 80
6
Lijst met afkortingen ADL EEG MBEC MBSR PACSLAC-D THP TKP RCT WZC
Activiteiten Dagelijks Leven Electro-encefalogram Mindfulness-based elder care Mindfulness-based stress reduction Pain Assessment Checklist for Seniors with Severe Dementia Totale heupprothese Totale knieprothese Randomised controlled trials Woonzorgcentrum
7
Verklarende woordenlijst Achtergrondtonus
Een spanning die aanwezig blijft zelfs wanneer de spier niet actief gebruikt wordt (Wat is Braingym?, 2014). Agitatie Onrust, rusteloosheid (encyclo, z.j.). Aneurysma Een geleidelijke verwijding van een (slag)ader (encyco, z.j.). Atheromatose Verkalking van de slagader (encyclo, z.j.). Belevingsgerichte Een benaderingsvorm waarbij vertrokken wordt vanuit de beleving van benadering de persoon met dementie (Jansen & Van Uytsel in Geenen, 2012). Bilaterale Een draaibeweging die aan beide zijden van het lichaam toegepast torsiebeweging wordt (encyclo, z.j.). Complementaire Dit zijn technieken binnen de conservatieve geneeskunde die een technieken aanvulling kunnen zijn op de medicamenteuze behandelingen (encyclo, z.j.). Destillatieproces Een scheidingsproces op basis van verschillende kookpunten van vloeistoffen. Het wordt vaak toegepast bij de productie van etherische oliën, waarbij de olie uit de essence van het plantendeel onttrokken wordt (encyclo, z.j.). Dialectische Een cognitieve gedragstherapie die vaak bij personen met borderline gedragstherapie gebruikt wordt. Via vaardigheidstraining leren ze op een effectieve manier omgaan met emoties, crises en interpersoonlijke relaties (Lynch et al., 2003). Dyspraxie Een stoornis in het doelgericht motorisch handelen (encyclo, z.j.). Hiaten Gapingen die een onderzoek onvolledig maken (encyclo, z.j.). Holisme De mens in zijn geheel bekijken en rekening houden met al zijn aspecten (op lichamelijk, emotioneel, geestelijk en energetisch vlak) die onderling met elkaar verbonden zijn (encyclo, z.j.). Hydropsknie Oedeem in het kniegewicht (encyclo, z.j.). Imaginaire Een training die zich focust op ontspanning door middel van relaxatietraining verbeeldingsoefeningen (encyclo, z.j.). Ischemische colitis Door een probleem in de bloedtoevoer krijgt de dikke darm te weinig zuurstof met een ontsteking als gevolg (encyclo, z.j.). Gedilateerde Een hartspierziekte waarbij de hartwanden verwijden met een mogelijk cardiomyopathie hartfalen tot gevolg (encyclo, z.j.). Geëxtraheerd Onttrokken (encyclo, z.j.). Facetarthrose Dit is een aandoening waarbij een slijtage van de facetgewrichtjes van de ruggenwervels optreedt (encyclo, z.j.). Fotosensibilisatie Overgevoeligheid aan zonlicht na gebruik van een bepaald middel (encyclo, z.j.). Katz-schaal Deze schaal meet de hulpbehoevendheid op fysiek en mentaal vlak. Er bestaat een onderverdeling in zes categorieën: O, A, B, C, C dement en D (Katz-schaal, 2012). Lateraliteitsrepatterning De procedure van de Dennisons Lateraliteits Repatterning herstelt de samenwerking tussen links en rechts van lichaam en brein, in het algemeen of bij specifieke leeractiviteiten (Brain gym, 2014). Limbisch systeem Het systeem in de hersenen dat de gevoelens reguleert (encyclo, z.j.). Linalool Samen met linalylacetaat is dit een hoofdbestanddeel binnen de lavendelolie. Het heeft een rustgevend effect (encyclo, z.j.).
8
PACSLAC-D Perifeer Pijngedrag Observatie Schaal Pranayama’s, kriya’s, mudra’s en bandha’s Psychotrope medicatie Qualidem Retinopathie Retrolisthesis Sedatief Superficiale bloedvezels Thoraxtrauma Thujon Voor- achterdimensie
Ziekte van Pick
Een checklist om pijn bij personen met dementie met geen of beperkte communicatiemogelijkheden te beoordelen (Zwakhalen et al., 2006). Aan de buitenzijde gelegen, een tegenstelling van centraal (encyclo, z.j.). Met deze observatieschaal kan het pijngedrag tijdens de dagelijkse zorg geobserveerd worden (Bogaert, 2009). Dit zijn oefeningen binnen de klassieke yoga: houdingen (bandha’s), ademhalings- (pranayama’s), lichamelijke reinigings- (kriya’s) en vingeroefeningen (mudra’s) (Geschiedenis van yoga, 2014). Geneesmiddelen die een invloed hebben op het gedrag en stemming en die voorgeschreven worden bij psychische aandoeningen (encyclo, z.j.). Een meetinstrument die de levenskwaliteit meet bij personen met dementie in een woonzorgcentrum (Ettema et al., 2005). Netvliesaandoening ten gevolge van diabetes (encyclo, z.j.). Verschuiving van een wervel in caudale richting (encyclo, z.j.). Kalmerend (encyclo, z.j.). Oppervlakkig gelegen bloedvaten (encyclo, z.j.). Een trauma t.h.v. de borstkas (zorgcontext, z.j.). Een stof die van nature voorkomt in verschillende plantensoorten (encyclo, z.j.) en epileptische aanvallen kan veroorzaken. Dit vormt één van de drie dimensies waar op gewerkt wordt binnen de Braingym. Wanneer er binnen deze dimensie sprake is van een onbalans (over- of onderfocus) kunnen verlengingsoefeningen een oplossing zijn (Braingym, 2014). Aandoening van de frontale kwabben van de hersenen, ook wel frontaalkwab- of frontotemporale dementie genoemd (Jansma, z.j.).
9
1. Inleiding 1.1 Korte inhoud Deze bachelorproef is opgedeeld in vijf hoofdstukken. De inleiding toont de nood aan basisprincipes van complementaire technieken binnen woonzorgcentra in het algemeen aan en schetst de hulpvraag van het woonzorgcentrum. Een uitgebreide literatuurstudie geeft duidelijk weer welke complementaire technieken het meest geschikt zijn om te geven bij ouderen in een woonzorgcentrum. De gewenste complementaire technieken worden geselecteerd en gelinkt aan de doelgroepen op elke dienst. De onderzoeksvraag richt zich op het welbevinden van de ouderen in het woonzorgcentrum ‘Huize Sint-Jozef’. De Qualidem en de wetenschappelijk onderbouwde observatieformulieren worden uitgebreid besproken in het hoofdstuk ‘Methode’. De vragen uit deze formulieren worden gemotiveerd met behulp van de literatuurstudie. Deze worden op vaste tijdstippen afgenomen bij vier cliënten. Daarenboven wordt de onderzoeksmethode geschetst. Gedurende vier weken wordt een massage gegeven aan de 15 geselecteerde bewoners. Bijkomend wordt de samenstelling van de wellnesskoffer opgelijst. De resultaten uit de onderzoeken van de Qualidem en de massage-interventie worden besproken in het hoofdstuk ‘Resultaten’. Dit wordt verder aangevuld met de link tussen de resultaten en de literatuurstudie. Discussiepunten voor de Qualidem en het observatieformulier worden opgelijst en bijkomende aanbevelingen voor de wellnesskoffers komen ter sprake. Uiteindelijk wordt dit alles samengebundeld in een conclusie.
10
1.2 Literatuurstudie 1.2.1 Algemene nood aan een holistische benadering in een WZC Volgens Kinsella en Velkoff (geciteerd door Didonna, 2009) is de wereldpopulatie ouderen boven de 65 jaar sinds 2011 aan het groeien met bijna 800.000 ouderen per maand. Naarmate de bevolkingspopulatie aangroeit, groeit daarenboven het aantal personen met dementie aan. Deze ziekte treft volgens verschillende internationale studies 1 op 20 mensen boven 65 jaar en 1 op 5 personen boven de 80 jaar. In 2001 bedroeg het aantal wereldwijd 24 miljoen, nu is dit reeds 44 miljoen (Sensibiliseringscampagne, 2006). Dit ouder worden gaat echter ook gepaard met ouderdomsklachten. Zo ondervinden vele ouderen veelvuldig pijn en stress, hetgeen hun levenskwaliteit sterk beïnvloedt. De vele verliezen kunnen leiden tot gevoelens van wanhoop en andere emotionele problemen (McBee, 2008). De emotionaliteit stijgt eveneens bij de mens tijdens het ouder worden, waardoor gevoelens zoals onrust en angst toenemen (Jacob, 2000). Elke persoon is uniek, waardoor de farmacologische behandelingen meestal niet de gewenste effecten vertonen op iedereen. Ze kunnen niet alle klachten oplossen en de oudere krijgt daarbij te maken met de ongewenste bijwerkingen die eraan verbonden zijn. Daarom is er een noodzaak aan een meer holistische aanpak die de persoon in al zijn aspecten benadert. Want ouderen krijgen naast fysieke klachten dikwijls te maken met cognitieve en emotionele problemen, waardoor dit een multipele aanpak vraagt. Vaak zorgen de chronische ziektes, pijn en andere ouderdomsbeperkingen bij de verzorgenden voor gevoelens van hulpeloosheid en frustraties omdat deze meestal niet meer beteren (McBee, 2008). In sommige woonzorgcentra wordt dit reeds toegepast, maar dit is zeker nog niet overal. Toch kunnen de basisprincipes van complementaire technieken een goede aanvulling zijn op de reeds aanwezige zorgvoorzieningen. Dit omdat er nog meer gefocust wordt op het welzijnsaspect dat onze levenskwaliteit sterk bepaalt. In tegenstelling tot ziekenhuizen en revalidatiecentra staat bij woonzorgcentra voornamelijk het ‘wonen’ centraal. Omdat de ouderen hier hun laatste levensjaren doorbrengen, tracht men dit zo veel mogelijk te laten aansluiten bij de leefgewoonten voor de opname. Er moet aan hoge kwaliteitsnormen voldaan worden. Dit zowel wat betreft het wonen als de aangepaste, professionele zorgen die worden aangeboden. Binnen de doelstelling van woonzorgcentra ligt er naast het verzorgende aspect dus eveneens een sterke focus op het psychosociaal welbevinden van de ouderen die er verblijven. Dit wordt ingevuld door een ruim aanbod aan activiteiten aan te bieden die de vrije tijd van de oudere vormgeven, afgewisseld met momenten waarin hij kan ontspannen. Op die manier worden er twee doelen bereikt, namelijk activatie en sociale contactmogelijkheden. WZC proberen op die manier de levenskwaliteit van de ouderen te optimaliseren (De Coninck et al. in Geenen, 2012). De woonbegeleider op elke dienst vervult hierbinnen een belangrijke taak. Op die manier wordt aan de bijkomende behoeften van de ouderen voldaan om een waardevol en kwaliteitsvol leven te leiden. Cliëntgericht handelen staat hierbinnen dan ook centraal. Doordat de cliënten steeds mondiger worden en hun eisen duidelijk maken, zal de focus op de behoeften van de cliënten sterk uitbreiden. De ergotherapeut kan dan een coachende, delegerende
11 rol op zich nemen die nieuwe initiatieven aanreikt om aan deze behoeften te voldoen en deze tracht te verwezenlijken (De Coninck et al. in Geenen, 2012). De comfortzorg en snoezeltherapie zijn beiden concepten die steeds meer en meer toegepast worden binnen woonzorgcentra en die deze aanvullende doelen proberen te verwezenlijken.
Comfortzorg Comfortzorg sluit sterk aan bij het kerndoel om het comfort en daarmee ook het welzijn te verhogen. Het focust zich vooral op passieve personen. “Comfortzorg bundelt het geheel van initiatieven dat een multidisciplinair team van zorgverleners, zowel in de thuissituatie als in de residentiële zorgvoorzieningen, aanbiedt om het welzijn en comfort van een zorgafhankelijke oudere te waarborgen tot het einde van zijn leven.” (Rix, 1999) Binnen de comfortzorg staan de volgende aandachtspunten centraal (Jansen in Geenen, 2012):
respectvolle omgang; reductie van angst en agitatie; decubitus- en contractuurpreventie; vermindering van de achtergrondtonus; materiële voorzieningen optimaal gebruiken; problemen op een multidisciplinaire manier aanpakken.
Zoals reeds eerder vernoemd, is het multidisciplinaire team enorm belangrijk om nieuwe initiatieven mogelijk te maken. Een goede communicatie is dan zeker gewenst. Elke discipline binnen dit team heeft echter wel zijn eigen rollen die hij op zich neemt. Zo nemen de verpleegkundigen vooral de verzorgende taken tot hun rekening (Jansen in Geenen, 2012). De ergotherapeut staat dan weer in voor de ADL, het activeren van de ouderen en het integreren van nieuwe initiatieven. Het observeren en onderzoek behoren tot één van de belangrijkste competenties van een ergotherapeut. Dankzij het contact en de observaties van de verschillende bewoners kan hij nog meer de nodige behoeften overzien en eventueel aankaarten bij het diensthoofd. Verdere onderzoeken rond bepaalde problematieken, nieuwe tendensen, technieken kunnen de mogelijkheden verder verruimen en nieuwe ideeën laten ontstaan om aan de slag te gaan met de aanwezige noden in het WZC. Door zijn kennisveld verder te verruimen en eventueel bijscholingen te volgen, kan de ergotherapeut nieuwe initiatieven aanbrengen. Hij kan eveneens vormingen aanbieden aan de andere personeelsleden of aan de familieleden van de bewoners. Bijkomende taken die de ergotherapeut op zich kan nemen binnen de comfortzorg, zijn het aanbieden van hulpmiddelen die voor een groter comfort kunnen zorgen bij bepaalde problematieken, bvb. tijdens het maaltijdgebeuren. Bepaalde activiteiten kunnen gericht zijn op het verhogen van het comfort bij de oudere. Voorbeelden hiervan zijn het snoezelen en relaxatie, waarbij de ergotherapeut de uitvoerder kan zijn, advies kan verlenen aan het team, maar eveneens aan de familie in verband met bvb. een belevingsgerichte benadering bij personen met dementie (Jansen in Geenen, 2012). De integratie van complementaire technieken binnen de dagelijkse verzorging in een woonzorgcentrum past perfect binnen de doelstellingen van de comfortzorg.
12
Snoezeltherapie Snoezelen wordt ook ‘zintuigelijke relaxatie’ of ‘stimulatietechniek’ genoemd. Het is een methode die door middel van prikkels en indrukken voor waarnemingen zorgt om het affectief contact te herstellen met personen met dementie (Jansen in Geenen, 2012). Het is een andere omgangsvorm om het contact te stimuleren wanneer taal niet meer gebruikt kan worden als communicatiemiddel. Op die manier wordt er aan de emotionele noden en behoeften voorzien en het isolement wordt doorbroken. Het gevolg hiervan is dat het algemeen welzijn van de bewoner met dementie bevorderd wordt (Jacob, 2000). Dit kan eveneens geïntegreerd worden in de dagelijkse zorg, waarbij het aanraken een belangrijk communicatiemiddel wordt tijdens de verzorgingsmomenten (Jansen in Geenen, 2012). Snoezelen is niet het doel, maar wel het middel. Ieder persoon reageert echter op een andere manier op de verschillende prikkels. Het karakter, de levensloop en de achtergrond van de persoon met dementie hebben een grote invloed op de evolutie van het dementeringsproces. Naargelang de reactie op het snoezelen kunnen we personen indelen in warme en koude dementie waarbij een reactie afwezig is bij koude dementie (Jacob, 2000). Het is een leermethode voor zowel de oudere als de verzorgende. Kenmerkend aan dementie is het verlies van het lichaamsschema waardoor armen en benen vaak niet meer herkend worden. Bij voortschrijdende fragmentering dooft het lichaamsbesef langzaam uit en ontstaat er een groeiende achtergrondtonus. Het is eigenlijk eveneens bruikbaar bij personen met een zware fysieke zorgbehoevendheid. Via lichaamscontact kan er gezorgd worden voor een groter lichaamsbewustzijn en tegelijkertijd een gevoel van verbondenheid. Dit brengt een groter welzijnsgevoel met zich mee. Hierbij is het belangrijk dat de relatie tussen de patiënt en de verzorgende gebaseerd is op gelijkwaardigheid en vertrouwen (Jacob, 2000).
Woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef De vraag om complementaire technieken te integreren binnen de ouderenzorg, kwam vanuit het WZC Huize Sint-Jozef te Ieper. In september 2012 is daar reeds een project opgestart met de naam ‘Passiflora’. Waarbij men een wellnessruimte gecreëerd heeft waar de ouderen wekelijks langs kunnen voor verschillende wellnessarrangementen. Voorbeelden hiervan zijn lichaamspakkingen, gezichtsverzorging, verschillende massagevormen etc. Deze ruimte wordt nu reeds voortdurend gebruikt en lijkt in de smaak te vallen bij de bewoners.
Aanbod
Missie Uitvoering
Visie Strategie
Cliënt
Toekomst
Imago
Figuur 1: Servicemanagement-model (eigen bewerking van Normann, 1991)
13 Aan de hand van het servicemanagement-model van Normann (zie ‘Figuur 1: Servicemanagementmodel (eigen bewerking van Normann, 1991)’ op voorgaande pagina), kunnen de redenen tot integratie nog meer verduidelijkt worden. Huize Sint-Jozef heeft een bepaalde missie met een visie. Die omvat het aanbieden van kwaliteitszorg aan hulpbehoevende ouderen in hun laatste levensjaren. De strategie die daarvoor gebruikt wordt, is de integratie van basisprincipes van complementaire technieken in de dagelijkse zorg. Met het oog op een optimale levenskwaliteit bij elke oudere die in het woonzorgcentrum verblijft. De missie, visie, strategie en toekomstplannen van het woonzorgcentrum bepalen het gewenste imago, de uitvoering en het aanbod aan diensten. Deze beïnvloeden elkaar tevens onderling. Zo kan het aanbod aan diensten de levenskwaliteit van de cliënt beïnvloeden en deze kan er feedback op geven. Met zijn mening over de nieuwe diensten kan hij het imago van het woonzorgcentrum vormgeven en ervoor zorgen dat deze zijn diensten verder aanpast. Complementaire technieken verhogen de kwaliteit van leven. Binnen Huize Sint-Jozef ligt de focus sterk op het aanbieden van kwaliteitszorg, waardoor de integratie van basisprincipes van complementaire technieken hun doelstelling nog meer kan verwezenlijken (Huize Sint-Jozef, 2014): “Wij stellen ons tot doel, de bewoners een aangepaste zorg te geven in een aangename woonomgeving, zodat de bewoners comfortabel kunnen wonen, leven en menswaardig sterven.” En “De hulpverlening afstemmen op de individuele behoeften van de bewoners en aldus rekening houden met de lichamelijke, de materiële, de geestelijke, de sociale en de zingevende behoeften van de bewoners.” Binnen deze kwaliteitszorg is het van belang rekening te houden met het feit dat elke bewoner uniek is, niet uitgesloten mag worden en recht heeft op een eerbiedige en respectvolle behandeling. Ze geven hierbij aan zich aan te passen aan nieuwe tendensen die zich voordoen in de maatschappij om de beste kwaliteitszorg te kunnen verzekeren (Huize Sint-Jozef, 2014). Hun aandacht wordt nu vooral gericht op de immobiele of ‘bewoners met bijzondere aandacht’. Deze kunnen hun bed niet verlaten om de ‘Passiflora’ te bezoeken. Wanneer de basisprincipes van complementaire technieken echter toegepast worden tijdens de dagelijkse verzorging, zouden deze personen ook nog meer kunnen genieten van de voordelen. De manier waarop deze basisprincipes meer geïntegreerd kunnen worden, is aan de hand van wellnesskoffers die aangepast zijn aan de noden die op de diensten heersen. Zo kan men de verschillende complementaire technieken tot bij de bewoners brengen. Een bijgevoegde handleiding geeft mogelijke oefeningen op een eenvoudige en heldere manier weer, zodat elk personeelslid op een correcte wijze nieuwe complementaire technieken kan toepassen. Binnen het WZC Huize Sint-Jozef zijn er drie diensten aanwezig, waarbij de onderverdeling vooral gebaseerd wordt op de bewoners die er huizen.
14 De 75 kamers liggen over deze diensten verspreid (Huize Sint-Jozef, 2014):
Dienst 1: Een open afdeling die zich op de benedenverdieping bevindt; Dienst 2: Een andere open afdeling die gesitueerd is op de eerste verdieping; Dienst 3: Een aangepaste afdeling die specifiek ingericht is voor ouderen met dementie.
Dienst 1 en 2 richten zich vooral op personen met een zware fysieke beperking, terwijl dienst 3 zich vooral richt tot personen met dementie. Voor meer uitleg over de werking binnen de verschillende diensten van het WZC zie ‘Bijlage 1: Werking binnen het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef te Ieper’ op pagina 62.
1.2.2 Complementaire technieken gelinkt aan de doelgroep Binnen deze literatuurstudie zijn er verschillende technieken onderzocht die effectief kunnen zijn binnen de ouderenzorg. Voorbeelden hiervan zijn: aromatherapie, massage, tai chi, yoga, braingym, mindfulness en relaxatietherapie. Hieronder wordt er telkens een korte beschrijving gegeven van de verschillende technieken, samen met hun effecten en valkuilen.
Aromatherapie Algemeen Aromatherapie is een conventionele geneeswijze waarbij men gebruik maakt van etherische oliën ter behandeling en/of preventie van verschillende ziekten. Deze oliën kunnen een effect hebben op de geestelijke, emotionele en fysieke gesteldheid. Zo heeft de opwekkende of ontspannende werking van etherische oliën een positief effect op het humeur en gevoel van welzijn (Hoare, 2011). Op die manier richt aromatherapie zich op de hele persoon en is er sprake van een holistische benaderingswijze in plaats van zich enkel te focussen op de symptomen. Etherische oliën binnen de aromatherapie komen voort uit de ‘essences’ van plantendelen. Deze substanties worden door de plant geproduceerd in de kliercellen die zich in de bladeren, bloemen, schors, wortels, vruchtvlees of schil situeren. Na het doorlopen van een destillatieproces worden etherische oliën uit deze essences gewonnen (Hoare, 2011). In de onderstaande opsomming worden enkele belangrijke eigenschappen van etherische oliën vermeld (Hoare, 2011). Etherische oliën zijn:
meestal vloeibaar of halfvast, niet vettig, vluchtig, ontvlambaar, oplosbaar in olie en alcohol, aromatisch, erg krachtig in geconcentreerde vorm.
15 Doordat het in de meeste gevallen beter vermeden wordt om de etherische olie rechtstreeks op de huid aan te brengen, wordt er geopteerd om deze eerst te verdunnen in een draag- of basisolie. Er zijn hier echter uitzonderingen op. Zo mogen lavendel-, ravintsara-, tea tree- en pepermuntolie wel rechtstreeks op de huid aangebracht worden. Deze basisoliën worden geproduceerd door middel van koude persing, zijn geurloos en vervliegen niet. Hierbinnen bestaat er nog een onderverdeling (Hoare, 2011): -
-
-
Standaard vaste oliën bleek, niet stroperig, bijna geurloos, voorbeelden: amandel-, druivenpit- en perzikolie. Speciale vaste oliën donkere kleur, stroperig, in kleine hoeveelheden gebruikt, vaak in combinatie met ander basisoliën; voorbeelden: avocado-, jojoba- en tarwekiemolie. Gemacereerde oliën hierbij worden de vetoplosbare bestanddelen die therapeutische eigenschappen bezitten uit de planten geëxtraheerd met behulp van een plantaardige olie. Voorbeelden: calendula- en wortelolie.
Effecten Aromatherapie kan zowel effect hebben op fysiek, mentaal als emotioneel vlak. Er bestaat een ruim scala aan etherische oliën, de specifieke etherische oliën die in de wellnesskoffer gebruikt worden, worden uitgebreid uitgelegd in het onderdeel ‘Resultaten’.
Valkuilen Hoewel er reeds vele onderzoeken gebeurd zijn rond de werking van aromatherapie, zijn deze meestal met kleine testgroepen gebeurd en soms zelfs zonder controlegroep. Etherische oliën zijn sterk geconcentreerd, waardoor voorzichtigheid zeker van belang is. Daarom is moeten enkele aandachtspunten in acht genomen worden vooraleer ermee aan de slag te gaan (Physialis, z.j.):
De aanbevolen dosissen dienen gerespecteerd te worden. Bepaalde oliën zijn enkel geschikt voor uitwendig gebruik en zijn giftig om inwendig te gebruiken. Inwendig gebruik wordt enkel aangeraden indien dit voorgeschreven wordt door een erkend aromatherapeut. De etherische oliën mogen nooit onverdund op de huid gebruikt worden, maar dienen verdund te worden in een draagolie (uitzondering hierop zijn lavendel-, ravintsara-, pepermunt-, wintergreen- en tea tree olie). Er dient steeds voorzichtig omgegaan te worden wanneer er sprake zou zijn van epilepsie, astma en hartaandoeningen.
16
De fotosensibiliserende werking van de citrusoliën zorgt ervoor dat zonlicht gedurende 12 uur vermeden moet worden na gebruik op de huid. Het contact met ogen en slijmvliezen dient vermeden te worden. Etherische oliën mogen niet ononderbroken gebruikt worden. De houdbaarheid van de etherische oliën voor gebruik bij massage bedraagt zes tot acht maanden na opening. Nadien zijn ze enkel nog voor verstuiving bruikbaar. De etherische oliën dienen koel en donker bewaard te worden, want ze zijn vluchtig en ontvlambaar.
Hongratanaworakit (2003) geeft in zijn onderzoek aan dat het niet altijd duidelijk is welke werking de etherische oliën nu juist hebben. Want vele hebben zowel een stimulerende als ontspannende werking. Er is daarenboven nog te weinig onderzoek gedaan naar de verschillende effecten bij deze oliën om een correcte indeling te kunnen maken.
Massage Algemeen Massage is een vorm van ‘aanraken’. Het is ontstaan vanuit het natuurlijke instinct om op iets te wrijven als het pijn doet. Daarom is massage tijdloos. Bij de Romeinen behoorde het masseren van volwassenen onderling tot één van de dagelijkse activiteiten (Langedijk, 1996). Er bestaan verschillende massagesoorten, maar in onze opleiding hebben wij de ‘Californische massage’ geleerd. Deze massagevorm richt zich vooral op het ontspannen door gebruik te maken van vederlichte aanrakingen en stevigere wrijving.
Effecten De voordelen van massage zijn de volgende (Mumford, 2010):
ontspanning van lichaam en geest; vergroten van het lichaamsbewustzijn; de helende kracht van aanraking: verdiepen van contact; stimuleren van de doorbloeding; Bevorderen van de werking van het lymfesysteem.
Hieronder wordt het voordeel van de helende kracht van de aanraking verder uitgediept. De zintuigen laten ons toe om te exploreren, te ontdekken en dit met als doel dat we ons verder kunnen ontwikkelen. Onze huid vangt prikkels op vanuit de omgeving, waardoor we erover geïnformeerd worden. Afhankelijk van de betekenis die we aan deze prikkels geven, brengt dit een bepaalde reactie met zich mee. De vele gewaarwordingen kunnen sterke emoties oproepen. Lichamelijk contact is een biologische behoefte. Het is noodzakelijk voor het fysiek, emotioneel en mentale functioneren van zowel kinderen, volwassenen als ouderen. Wanneer er sprake is van onvoldoende lichamelijk contact in de babyperiode, kan dit verschillende problemen met zich meebrengen op korte en lange termijn (Langedijk, 1996). Dit wordt o.a. bevestigd door het onderzoek van de resusaapjes (Harlow geciteerd door Langedijk, 1996). Aanraking kan een rustgevende werking hebben. Op die manier kan een massage preventief werken tegen stressklachten. Dit is iets waar ouderen veel mee geconfronteerd worden. Tijdens de massage
17 treedt de ontspanningsreflex van het autonome zenuwstelsel in werking. De wrijving prikkelt daarenboven verschillende tactiele receptoren in de huid, waardoor de huid echt gevoeld wordt en het lichaamsbewustzijn vergroot (Langedijk, 1996). Dit brengt een groter gevoel van zelfvertrouwen en een daling van vermoeidheid met zich mee. Want door de massage wordt niet enkel het lichaamscontact hersteld, maar maakt de persoon ook terug meer contact met zijn emoties. Zo kunnen verschillende opgekropte emoties vrijkomen tijdens het masseren (Hoare, 2001). Massage heeft hierbij nog een positieve invloed op de superficiale bloedvezels, spierpijn, spasticiteit en mobiliteit. Ten gevolge van het diepere contact dat met massage gelegd wordt, kan isolatie tegengewerkt worden en kan eventuele onrust afnemen. Deze onrustvermindering bleef in het onderzoek van Holliday-Welsh, Gessert en Renier (2009) nog 7 tot 14 dagen aanwezig na de massage-interventie.
Valkuilen Iedereen reageert op een andere manier op aanraking. De ene persoon is gevoeliger dan de andere en vraagt dus ook een andere aanpak. Massage valt dus niet bij iedereen in de smaak, waardoor dit bij bepaalde individuen eerder nog meer voor spanningen kan zorgen in plaats van ontspanning. Naast de technieken die gekend moeten zijn binnen de massage, dienen enkele aandachtspunten in acht genomen te worden: genegenheid voor de cliënten, empathie, authenticiteit en gelijkwaardigheid. Bij ouderen dient er op een zachtere manier gemasseerd te worden, want zij hebben een brozere huid en beendergestel (Hoare, 2001).
Tai chi Algemeen Tai chi is bewegingsleer die al eeuwen beoefend wordt in China. Momenteel wordt deze ook wereldwijd toegepast en is het doorheen de jaren geëvolueerd in verschillende stijlen, waaronder de Yangstijl (Wang, Collet & Lau, 2004). Tijdens het bewegen combineert men een diepe buikademhaling met verschillende basishoudingen die vloeiend, soepel en op een ontspannen manier in elkaar overgaan (Wang, Collet & Lau, 2004). Deze combinatie zorgt voor een rustige geest in een ontspannen lichaam. Met de nodige aanpassingen kan het door personen van alle leeftijden beoefend worden (Wang et al., 2009).
Effecten Uit de systematische review van Wang, Collet & Lau (2004) komt naar voor dat tai chi op verschillende aspecten een positief effect heeft. Het wordt aanbevolen voor de ontspanning, stimulering van het geheugen en de aandacht, verbetering van de oog-handcoördinatie, een verbeterde interactie tussen lichaam en geest en ademhalingsregulatie. Tai chi is effectief bij depressie, stress en angst. Het brengt positieve veranderingen teweeg op de spijsvertering, het evenwichtsgevoel en de flexibiliteit (Wang, Collet & Lau, 2004). Daarbij zou het een verbeterde cardiovasculaire fitheid en verminderd valrisico met zich meebrengen op lange termijn. Eén studie toont aan dat een training van 12 weken artritissymptomen en spanningen kan
18 verminderen en tegelijkertijd de zelfredzaamheid en tevredenheid verhoogt. Binnen een studie waar 41 ouderen aan deelnamen die verbleven in een woonzorgcentrum werd ontdekt dat tai chi de spierkracht en het uithoudingsvermogen van de knie-extensoren vergroot. Dit wordt bevestigd in een onderzoek met 19 multiple sclerosispatiënten die een achttal weken een tai chiprogramma volgden. Op subjectief vlak gaven zij zelf ook een verhoogde vitaliteit, vergrootte zelfstandigheid, een beter sociaal functioneren en in het algemeen een grotere levenskwaliteit aan (Wang, Collet & Lau, 2004). Verdere effecten van tai chibeoefening zijn een verlaging van de bloeddruk, een grotere zuurstofopname en een sterker immuunsysteem (Wang, Collet & Lau, 2004).
Valkuilen Sommige bewegingen kunnen te ingewikkeld zijn voor ouderen en zeker voor ouderen met dementie. Deze zouden echter wel nog aangepast kunnen worden aan de mogelijkheden. In de systematic review geeft Wang, Collet & Lau (2004) aan dat vele onderzoeken rond tai chi hiaten bevatten. Hiermee wordt bedoeld dat in vele studies wetenschappelijke methodieken en gerandomiseerde controlegroepen afwezig zijn. Zo was er van de onderzoeken uit Azië geen enkele randomized controlled trial (RCT) bij. De meeste onderzoekers uit China, Hongkong en Taiwan melden positieve resultaten. Hier tegenover staan echter de wetenschappelijke onderzoeken uit het westen die geen significante verschillen vertonen. Een bijkomend aandachtspunt is dat de heterogeniteit binnen de inclusiecriteria ervoor zorgt dat kwantitatieve gegevens moeilijk verkregen kunnen worden. Ook de vage omschrijvingen over de opstelling, de afwezigheid van details over de interventies en de onvolledige omschrijving van de outcome dragen hiertoe bij.
Braingym Algemeen Braingym behoort tot de educatieve kinesiologie. Dit systeem oefent aan de hand van fysieke oefeningen een invloed uit op verschillende aspecten van de mens inclusief de schoolse, creatieve, atletische en interpersoonlijke aspecten. Juist om deze reden wordt dit als een holistische benadering beschouwd. Bij het samenstellen van de oefeningen heeft de grondlegger Paul Dennison zich gebaseerd op de ontwikkelingsbewegingen die belangrijk zijn voor een normale breinontwikkeling. Want het zijn vaak deze bewegingen die niet meer op een vlotte manier uitgevoerd kunnen worden ten gevolge van blokkades (Wolfsonst, 2002). Binnen Braingym spreekt men over drie dimensies waarbinnen alle lichaamsbewegingen plaatsvinden. Elke dimensie kan ofwel high of low gear zijn en is verbonden aan een bepaalde vaardigheid: communicatie voor de linker- en rechterhemisfeerdimensie, organisatie voor de bovenonderdimensie en begrijpen/ aandacht voor de voor-achterdimensie (Wolfsonst, 2002). Wanneer een dimensie in high gear is, worden de bewegingen vlot en zonder problemen uitgevoerd en is de dimensie geïntegreerd. Het is echter mogelijk dat een bepaalde dimensie niet geïntegreerd is ten gevolge van stress of andere factoren, waardoor Braingym wenselijk is (Dennison, 2007). De oefeningen breiden de neurale connecties in de overeenkomstige hersengebieden verder uit en
19 versterken deze. Dit brengt dus een betere uitvoering van de bewegingen met zich mee waardoor de bijbehorende dimensie terug in evenwicht is. Wanneer de tegenovergestelde zijden van elke dimensie geïntegreerd zijn, is een vaardigheid verbeterd. Als een dimensie in low gear is, betekent dit dat er sprake is van een leerproces. Volgens de ontwikkelingstheorie van Piaget is het echter noodzakelijk dat mensen naast deze modus op een vlotte manier kunnen overschakelen in de high gear modus. Anders zou het leven veel te vermoeiend zijn (Wolfsonst, 2002). Voor elk van deze dimensies bestaan er actiebalansen die steeds uit vijf stappen bestaan. Wanneer men deze doorloopt, brengt men de dimensie terug in evenwicht (Wolfsonst, 2002).
Effecten Braingym kan verbeteringen aanbrengen in verschillende schoolse vaardigheden, zoals de lees-, schrijf-, taal- en rekenvaardigheden. Soms ligt de focus echter op bepaalde competenties, zoals communicatie, geheugen, organisatie, concentratie, sociale relaties etc. (Dennison, 2007). Voorbeeld: Ten gevolge van de bilaterale torsiebeweging bij de kruisloop wordt de rotatiebeweging van de beenspieren versterkt en tegelijkertijd gaan de schouder- en heupspieren ontspannen. Het overkruisen van de middellijn zorgt voor een betere samenwerking tussen beide hersenhelften. Met behulp van de Dennisons lateraliteitsrepatterning wordt het lichaamsbewustzijn versterkt van de verschillende lichaamsassen en het verband met de verschillende perifere bewegingen die erin gebeuren. Het verbetert de coördinatie en stapbewegingen (Dennison, 2007).
Valkuilen Weinig studies verrichten onderzoek naar de effecten van Braingym. Of ze zijn betalend ofwel geven ze aan dat Braingym geen significante veranderingen met zich meebrengt. Een goede kennis is van belang, zodat de nodige aanpassingen kunnen doorgevoerd worden en de veiligheid gegarandeerd kan worden (Dennison, 2007).
Yoga Algemeen Yoga is een leer die het spirituele aspect combineert met het fysieke aan de hand van allerlei lichaamshoudingen (Stiles, 2002). Er wordt een verschil gemaakt tussen de esoterische als de exoterische yoga. Binnen de exoterische yoga probeert men het lichaam, geest en emoties in evenwicht te brengen om zo een goede mentale en fysieke gezondheid te verkrijgen. Een voorbeeld hierbinnen is de hatha-yoga waarbij de focus vooral ligt op het verkrijgen van een evenwicht tussen lichaam en geest en tussen intuïtie en de basale instincten. De esoterische yoga aan de andere kant concentreert zich op het in evenwicht brengen van het uiterlijke en innerlijke zelf met een sterke focus op het verkrijgen van inzicht. Een esoterische yogavorm is de klassieke yoga (waar Patanjali de grondlegger van is) (Stiles, 2002).
20 De hatha-yoga kan onderverdeeld worden in verschillende vormen (Stiles, 2002):
De ashtanga-yoga werkt vooral op de fysieke kracht en flexibiliteit. De klassieke yoga is vooral gericht op het bestuderen en toepassen van de yogaleer met behulp van enkele oefeningen. Deze omvatten pranayama’s, kriya’s, mudra’s en bandha’s. De oefeningen zijn afgestemd op het individu en bijkomend richt men zich op het toepassen van de yogaprincipes op het dagelijks leven. De integrale yoga concentreert zich vooral op meditatie. Binnen de iyengar yoga wordt er sterk gefocust op de nauwkeurigheid bij de uitvoering van de asana’s of houdingen. Dit betekent dat er in een anderhalf uur slechts drie à vier houdingen aan bod komen. Het zorgt voor een verhoogd lichaamsbewustzijn enerzijds en een betere ademhaling en lichaamshouding anderzijds. De kripalu-yoga is een spiritueel gerichte yogavorm die zijn aandacht richt op nederigheid, devotie en meditatie. Binnen de kundalini-yoga worden er tantra- en hatha-yogamethodes toegepast om op een doelbewuste manier kundalini-energie op te wekken. Yogahoudingen worden kort en snel uitgevoerd in combinatie met een krachtige neusademhaling.
De yoga-oefeningen kunnen zelf ook nog ingedeeld worden in 3 categorieën (Stiles M., 2002):
Pavanmuktasana’s zijn oefeningen om de gewrichten soepel te maken, de bewegingsmogelijkheden te meten en contact te maken met de spieren en botten van het lichaam. Dynamische yoga-asana’s zijn bewegingen die verzwakte spieren helpen te versterken en overspannen spieren tot ontspanning brengen. Structurele yoga-asana’s bestaan uit een serie van 24 statische houdingen die oefenen op een uitbreiding van het bewegingsbereik en uithoudingsvermogen van de spieren. Deze houdingen kunnen pijn verdrijven, afzonderlijke spieren krachtiger maken en de lichaamshouding verbeteren.
De yogahoudingen kunnen verborgen disbalansen aan het licht brengen. Daarom is het van belang om nauwkeurig en zonder angsten te kijken naar de lichamelijke ervaringen tijdens de uitvoering van elke houding (Stiles, 2002).
Effecten De hatha-yoga kan zowel fysiologische als psychologische veranderingen teweegbrengen. Op fysiologisch vlak vergroten de voorbereidende oefeningen de lenigheid en stimuleren ze de bloedsomloop. De lichaamshoudingen zorgen voor een grotere spierkracht terwijl de ademhalingsoefeningen de longen en hartspier versterken. De effecten worden vooral zichtbaar na een vier à zestal weken. Bijkomend zorgt yoga voor een betere lichaamshouding, een groter lichaamsbewustzijn, een gezonde spijsvertering, pijnreductie en een sterker immuunsysteem. De houdingen beïnvloeden het autonome zenuwstelsel waardoor ze een gevoel van ontspanning veroorzaken. Op psychologisch vlak blijken ze effectief te werken tegen psychosomatische klachten en stress en versterken ze het welzijnsgevoel. Het zelfbeeld en de emotionele stemming worden positief beïnvloed (Stiles, 2002).
21 Een onderzoek van Oken et al. (2006) bevestigt dit bij een zes maand durende yogales voor ouderen tussen de 65 en 85 jaar. Deze toont een grotere positieve verandering aan op het vlak van welzijn, energieniveau, evenwichtsgevoel en flexibiliteit in vergelijking met de controlegroep.
Valkuilen Indien er sprake zou zijn van de volgende symptomen dient men op te letten met de uitvoering van yogahoudingen (Stiles, 2002):
artritis, astma, hartklachten, hoge of lage bloeddruk, ruggenmerg- of zenuwletsel, hernia of verschoven tussenwervelschijf, een onophoudelijke pijn.
Net zoals bij alle complementaire technieken dient men zich steeds bewust te zijn van het feit dat yoga geen vervangmiddel is voor medische behandelingen. Het is wel een goede aanvulling, doordat het symptomen kan verlichten en eventuele klachten en ziekten kan voorkomen. Tijdens de yogabeoefening dient de cliënt zich bewust te zijn van zijn ademhaling. De adem inhouden gedurende het uitvoeren van lichaamshoudingen is gevaarlijk doordat het de natuurlijke vermindering van de druk in de borstholte belemmert. Dit geeft een verhoogde bloeddruk als gevolg die twee tot drie keer de normale waarde heeft. Bijkomend kan dit een aneurysma veroorzaken in bloedvaten, hersenen of hart. Vooral bij personen die aan yoga beginnen, is een stimulering van een volledige, bewuste ademhaling gedurende alle houdingen belangrijk (Stiles, 2002). De yogahoudingen dienen aangepast te worden aan de mogelijkheden van de cliënt. Daarbij is stoelyoga een aangepaste yogavorm die steeds meer toegepast wordt bij ouderen of personen met een fysieke beperking.
Mindfulness Algemeen Mindfulness is een methode om de aandacht op een bewuste en niet-oordelende manier te richten op de ervaringen van elk moment (Brown & Ryan, 2003). Het komt van een vertaling van het woord ‘sati’ dat bewustzijn, aandacht en herinnering betekent. Deze mentale kwaliteiten zijn opgenomen in de mindfulness als niet-oordelend, aanvaarding en mededogen. Jon Kabat-Zinn is de grondlegger van de therapeutische toepassing van mindfulness (Didonna, 2009). Dankzij de bewustwording worden reactieve patronen doorbroken en is er plaats om bewuste keuzes te maken. Meditatie kan helpen om deze staat van bewustzijn te stimuleren (Kabat-Zinn geciteerd door Didonna, 2009). Mensen gaan op verkenning in hun eigen fysieke, mentale en emotionele ervaringen. Dit aspect binnen mindfulness kan nuttig zijn voor personen die moeite hebben om hun gedachten en emoties op een verbale manier tot uiting te brengen. Zij kunnen gebruikmaken van het lichaam als een metafoor voor hun ervaringen (Didonna, 2009). Mindfulness is geschikt voor ouderen, doordat het
22 hun o.a. steun kan bieden in moeilijke tijden. Zij krijgen veelvuldig te maken met verliezen van o.a. de sociale status, geliefden, vaardigheden etc. Mindfulness kan hierbij de oudere herinneren aan zijn/ haar innerlijke kracht (McBee, 1997). De mindfulness-based elder care/ MBEC is een aangepaste versie van de traditionele mindfulness en richt zich tot de populatie van ouderen. Het omvat zowel technieken van mindfulness als meditatie en yoga en legt de focus op de integratie in het dagelijks leven (McBee, 1997).
Effecten Meditatie activeert bepaalde hersengebieden. Naar de studie van Sara Lazar et al. (2005) zou deze techniek op langere termijn de gebieden voor introspectie en aandacht vergroten. Davidson et al (2003) bevestigt dit. In zijn onderzoek ontdekte hij dat de activiteit in de linker prefrontale cortex toenam na een mindfulnesstraining van acht weken. Dit hersengebied wordt geassocieerd met de immuniteit en emoties van welzijn. Ouderen met dementie vertonen vaak fysieke en verbale agitatie en gedragsproblemen. Volgens McBee (1997) kan dit toegewezen worden aan een poging tot communicatie. De drang tot communiceren en sociaal contact blijft aanwezig, maar de beperkte communicatievaardigheden laten dit niet toe. MBEC kan op die manier troost bieden door op een andere manier de behoefte aan sociaal contact te vervullen. Een handmassage kan een mindfuloefening zijn, maar ook de ademhaling is een belangrijk communicatiemiddel. De ademhaling is een informatiebron die ons veel kan vertellen over de cliënt. Door de eigen ademhaling synchroon te laten verlopen met die van de oudere, ontstaat een andere contactvorm. Mindfulness kan de persoon zelf uitdagen tot het exploreren van eigen grenzen. Uit een onderzoek van McBee (1997) komt naar voor dat mindfulness voor een reductie kan zorgen in agitatie en gedragsproblemen bij personen met dementie. Het gaat op een holistische manier de fysieke, spirituele en emotionele noden behandelen. Vooral bij fragielere ouderen kan een aangepaste mindfulnesstraining positieve resultaten geven. In een studie waarbij MBSR-trainingen gegeven werden aan ouderen uit woonzorgcentra tonen aan dat mindfulness effectiever is bij verdriet en pijn dan andere recreatieve activiteiten. Daarbij gaf 41 procent van de participanten aan dat ze een verhoogd ontspanningsgevoel hadden ervaren. Mindfulness zou daarenboven depressieve gevoelens reduceren. Dit blijkt uit een onderzoek van Lynch et al. (2003) die ontdekten dat een groep van 34 ouderen (ouder dan 60 jaar) met een depressie een significante vermindering aan depresssieve gevoelens opmerkten na een behandeling met dialectische gedragstherapie. Binnen deze therapie is de kern gericht op mindfulness. Zo geeft Teasdale (geciteerd door McBee, 2008) aan dat metacognitief bewustzijn personen met depressie helpt om zich los te maken van depressieve onrustgedachten (‘gedachten zijn geen feiten’).
Valkuilen De valkuil binnen mindfulness bestaat eruit dat ouderen en zeker personen met dementie overschat worden. Meditaties van 20 tot 40 minuten zijn immers te belastend voor ouderen (met dementie) om toe te passen. Dit vraagt een enorme concentratie. Mensen die aan dementie lijden, ondervinden echter aandachtsproblemen en kunnen zich dus zeker moeilijk voor een lange tijd focussen. Aanpassingen zijn dus noodzakelijk.
23 Mindfulness zou de aandacht na verloop van tijd mogelijks wel kunnen bevorderen en uitbreiden indien dit progressief opgebouwd wordt. Materiële voorwerpen kunnen als middel gebruikt worden om de aandacht beter te leren richten. Voorbeelden hiervan zijn een voorwerp op de buik leggen tijdens de buikademhaling of aanraking van de betreffende lichaamsdelen tijdens de bodyscan.
Relaxatietherapie Algemeen Het ruime gamma aan relaxatievormen hebben allemaal hetzelfde doel: namelijk voor een toestand van rust en ontspanning zorgen. Dit brengt enkele belangrijke veranderingen met zich mee op fysiologisch, psychisch en sociaal vlak (Jansen in Geenen, 2012). De progressieve spierontspanning van Jacobson is een vorm van relaxatietherapie waarbij er steeds na een moment van opspannen van bepaalde spiergroepen een ontspanning volgt. Het voordeel is het dat makkelijk aan te leren is en dat het een gevoel van ontspanning bezorgt in 10 à 20 minuten (Suhr, Anderson & Tranel, 1999).
Effecten In een studie met 34 personen, gediagnosticeerd voor Alzheimer, werd er wekelijks progressieve relaxatietraining gegeven. Het aantal sessies was individueel bepaald. De controlegroep kreeg daar tegenover de imaginaire relaxatietherapie. Tussen beide groepen waren geen verschillen vastgesteld in leeftijd, studie, medicijnen en resultaten op de testen in de pretraining. De resultaten wijzen uit dat beide relaxatiegroepen een verbetering aantoonden op het vlak van angst en gedragsproblemen (vooral significant bij de progressieve relaxatie). De progressieve relaxatiegroep vertoonde echter als enige een vooruitgang in de visuele retentie (meer geproduceerde woorden) en het kortetermijngeheugen (Suhr, Anderson & Tranel, 1999). In woonzorgcentra is echter de meest frequent toegepaste relaxatiemethode het relaxatiebad. Deze relaxatiemethode brengt ook enkele voordelen met zich mee. Zo kunnen gewrichten vlotter bewegen en komen spieren tot ontspanning door het warme water (Jansen in Geenen, 2012). Moye en Hanlon (geciteerd door McBee, 2001) geven aan dat relaxatietraining in een woonzorgcentrum de gemoedstoestand positief kan beïnvloeden en de pijn kan reduceren.
Valkuilen Er zijn enkele aandachtspunten die men in acht dient te nemen tijdens de beoefening van progressieve relaxatie (Payne & Donaghy, 2010):
De ontspanningstraining is geen vervanging voor medische behandelingen. Gedurende de training kunnen er bloeddrukschommelingen plaatsvinden, hierdoor dient er na de training steeds een rustpauze te worden voorzien. Op die manier kan de bloeddruk weer in balans komen en wordt het risico op flauwvallen verkleind.
24
Deze techniek wordt afgeraden bij personen met een hoge bloeddruk en hartproblemen. Een enkel-loslatenmethode is dan meer geschikt. De eigen grenzen moeten gerespecteerd worden, zodat krampen door overmatige opspanning vermeden wordt. Een mogelijke oplossing hiervoor bestaat eruit de opspanningsduur in te korten. Het opspannen van de ruggengraat en nek moeten vermeden worden om mogelijke letsels te vermijden. De focus op het lichaam kan aanwezige pijn intensiveren. Bij deze personen kunnen andere relaxatiemethodes aangeraden worden.
Algemene conclusie Een belangrijk aandachtspunt binnen de complementaire geneeskunde is dat deze beschouwd moet worden als een aanvulling op de farmacologische en deze dus niet volledig kan vervangen. Bijkomend moet er steeds rekening gehouden worden met de fysieke, mentale en emotionele gesteldheid van de persoon in kwestie. Hiervoor kan een passende therapie gezocht worden waardoor zo cliëntgericht mogelijk gewerkt wordt. Vooral op het vlak van welzijn kunnen deze complementaire technieken een grote invloed hebben, waardoor dit de levenskwaliteit kan bepalen. De farmacologische therapie brengt immers ook verschillende bijwerkingen met zich mee. Verder onderzoek blijft noodzakelijk om de effectiviteit van de complementaire therapieën aan te tonen, want het aantal studies is beperkt en dient verder uitgebreid en uitgediept te worden.
1.3 Onderzoeksvraag De twee grote onderzoeksvragen binnen deze bachelorproef zijn:
Welke materialen moeten er allemaal in de wellnesskoffer terug te vinden zijn? Op welke manier beïnvloeden deze wellnesskoffer het welbevinden van de ouderen in het WZC?
Deze kernvragen omvatten ook verscheidene subvragen. Wat betreft het materiaal in de wellnesskoffer:
Waarom worden bepaalde materialen wel toegevoegd? Waarom worden bepaalde materialen niet toegevoegd? Hoe ziet het kostenplaatje eruit?
Subvragen in verband met het welbevinden:
Verhogen de geselecteerde technieken het welbevinden van de bewoners? Zijn er bepaalde aandachtspunten die van belang zijn?
25
2. Methode 2.1 Voorbereidingen op de stage Ter voorbereiding op de bachelorproefstage wordt een sponsorbrief opgesteld waarin gevraagd wordt naar materiële of financiële sponsoring (zie ‘Bijlage 2: Sponsorbrief’ op pagina 65). Deze brief is verstuurd naar verscheidene bedrijven die verzorgingsproducten of koffers verkopen. De daaropvolgende week reageert het bedrijf ‘Sjankara B.V.B.A.’ op deze sponsoring. Zij bieden het voorstel aan om de inhoud van de drie koffers te sponsoren (voor de mail zie ‘Bijlage 3: Mail naar Sjankara’ op pagina 66) met de voorwaarde om enkel met hen samen te werken en hun feedback door te sturen over de gesponsorde middelen. In overleg met WZC Huize Sint-Jozef wordt besloten om hierop in te gaan.
2.2 De wellnesskoffers De wellnesskoffer wordt voornamelijk samengesteld tijdens de bachelorproefstage. Om te weten wat er allemaal in moet te zitten, dienen de effecten van de technieken onderzocht te worden. Op die manier kan er bekeken worden of deze een goeie aanvulling zijn op de zorg die reeds verleend wordt in WZC Huize Sint-Jozef. De bijgevoegde steekkaarten richten zich vooral naar de personeelsleden die instaan voor de verzorging. Daarom is het van belang dat deze duidelijk aangeven waarvoor de materialen in de wellnesskoffer gebruikt kunnen worden en hoe men de complementaire technieken op een correcte manier uitvoert.
2.2.1 De geselecteerde complementaire technieken Aromatherapie Zoals reeds vermeld werd, zorgt aromatherapie voor vele fysiologische als psychologische veranderingen bij de mens. Zo kan lavendelolie voor ontspanning zorgen, maar werkt het tegelijkertijd ook helend. Elke etherische olie heeft zijn eigen specifieke effecten en afhankelijk daarvan wordt bepaald welke het meest geschikt zijn bij ouderen met of zonder dementie. Aromatherapie is een belangrijke aanvulling, toch dient dit met de nodige voorzichtigheid te gebeuren. Bepaalde oliën worden best geschrapt van de lijst ten gevolge van de bijkomende contraindicaties. Dit betekent dat er steeds voorzichtig moet worden omgegaan met het gebruik van etherische oliën bij bepaalde patiënten. Bloeddrukverhogende oliën mogen o.a. niet toegepast
26 worden bij personen waarvan bekend is dat deze reeds een hoge bloeddruk hebben (Hongratanaworakit, 2003). Uit het onderzoek van Hongratanaworakit (2003) worden de effecten van aromatherapie nog eens opgelijst. Zij geven daarbij aan dat de essentiële oliën even effectief werken via inhalatie als de huid. De fysiologische en psychologische effecten vinden meestal tegelijkertijd plaats. Citroen- en zoete sinaasappelolie zorgden in het onderzoek voor een stijging van de hartslag, terwijl rozenolie een sedatief effect had en de hartslag liet dalen. Volgens een onderzoek van Brauchli et al. (1995) zouden aangename geuren steeds voor een daling zorgen, terwijl onaangename geuren het omgekeerde effect tonen. Bergamot-, lavendel- en ylang-ylangolie veroorzaakten een daling van de bloeddruk. De EEG laat zien dat lavendel- en sandelhoutolie de alphagolven stimuleerden terwijl jasmijn voor meer bètagolven zorgde (Hongratanaworakit, 2003). Op psychologisch vlak kunnen vele oliën gebruikt worden om tot ontspanning te komen. Dit kan vooral gunstige effecten met zich meebrengen bij personen met dementie. Zo zijn lavendel-, rozenhout-, roomse kamille en neroli-olie uiterst geschikt om onrust te reduceren (Nguyen & Paton, 2008).
Massage De massage heeft ook zijn bewezen effecten op de mens en zeker in combinatie met aromatherapie is er sprake van een sterk therapeutische invloed op lichaam en geest. Bij personen met dementie is aanraking van belang voor het lichaamsbewustzijn en contact. In een studie van 10 alzheimerpatiënten merkten ze dat therapeutische aanraking geassocieerd werd met een significante vermindering van onrustgedrag en stress. Zowel kalmerende muziek als handmassage worden geassocieerd met een toename van non-agressief gedrag over 68 woonzorgcentra’s voor personen met dementie. Er was echter geen effect bewezen op agressief gedrag. In een onderzoek van Holliday-Welsh, Gessert & Renier (2009) werd gedurende twee weken een massage gegeven. Deze duurde 10 à 15 minuten en de patiënt zijn onrust werd gedurende één minuut voor de massage geobserveerd. Deze observatie vond ook plaats tijdens en aan het einde van de massage plaats. Bijkomend werd de onrust nog 7 en 14 dagen na de interventie geobserveerd. Hieruit bleek dat de verminderde onrust bleef bestaan tot 14 dagen na de massage-interventies. Van de vijf bestudeerde onrustgedragingen, had massage een significant positief effect op: dolen, verbale onrust, fysieke onrust en verzet tegen zorg.
Yoga Yoga biedt vele voordelen voor ouderen. Volgens Morency (2010) wordt het lichaam leniger, sterker en stabieler met de beoefening van yogahoudingen. Naar haar mening doet de leeftijd er niet toe, maar is beweging op een evenwichtige manier van belang voor een optimale gezondheid. Deze complementaire techniek is gericht op de bewustwording van de lichaamsbewegingen, daarom ligt de focus niet op competitie maar op de mogelijkheden. De houdingen stimuleren het spierstelsel, het vaatstelsel-, immuun- en het ademhalingssysteem. Een regelmatige beoefening van de yoga vertraagt het verouderingsproces.
27
Met behulp van de yogahoudingen groeit het lichaamsbewustzijn en ligt de focus op het respecteren van de persoonlijke grenzen. De oefeningen zijn gericht op ervaring, gewaarwording en ademhaling. De ademhaling is de basis van de yoga. De effecten situeren zich op het reduceren van stress, het verhogen van de levenskracht en het verbeteren van de concentratie (Morency, 2010).
Relaxatie Aangezien vele ouderdomsklachten stress met zich meebrengen, kunnen ontspanningsoefeningen de nodige ontspanning bieden. Angst, irritatie en agitatie zijn gedragsproblemen die kenmerkend zijn voor de ziekte van Alzheimer. Deze symptomen worden vaak behandeld met psychotropische medicatie, maar deze zorgen voor ongewilde en gevaarlijke bijwerkingen, zoals een verhoogd valrisico en slaperigheid. Daarom kunnen de complementaire technieken, die geen bijwerkingen hebben, een goede aanvulling zijn binnen de behandeling van o.a. personen met de ziekte van Alzheimer. In een studie van Suhr, Anderson, Tranel (1999) werd de actieve of progressieve spierrelaxatietechniek van Jacobson toegepast bij personen met de ziekte van Alzheimer (milde tot middelmatige dementie). De hypothese bestond eruit dat deze relaxatietechniek de psychiatrische en gedragsstoornissen (die typisch zijn voor personen met dementie) zou reduceren en mogelijks voor een betere score zou zorgen op cognitieve testen. 34 patiënten en hun verzorgers namen deel aan dit gerandomiseerde onderzoek waarbij men opgedeeld werd in twee groepen: de groep met de progressieve spierrelaxatie en de controlegroep. De resultaten wijzen uit dat er significante verbeteringen kunnen optreden op het vlak van psychiatrische en gedragsstoornissen, het geheugen en de verbaliteit bekeken van het startpunt tot twee maanden na het onderzoek in de follow-upfase. De groep die de progressieve relaxatietraining volgden, scoorden echter hoger op de verbaliteit en het kortetermijngeheugen dan deze met de imaginaire relaxatietraining (Suhr, Anderson & Tranel 1999).
2.2.2 Technieken die geschrapt worden en reden Mindfulness wordt geschrapt, doordat meditatie reeds verschillende malen is toegepast in het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef en het vaak te moeilijk blijkt te zijn voor de bewoners. Rond Braingym zijn er onvoldoende wetenschappelijke artikels gevonden om de effectiviteit te kunnen staven. Deze complementaire techniek lijkt ook moeilijker om uit te voeren bij bedlegerige personen en voldoet dus niet aan de vooropgestelde eisen. De artikels die gevonden zijn, maken dan duidelijk dat de Braingym geen significante effecten met zich meebrengt (Maskell et al., 2004). Tai chi zal ook niet toegepast worden, doordat dit een bewegingskunst is die eigen gemaakt moet worden. Het vraagt veel ervaring vooraleer iemand dit op een professionele manier aan anderen kan aanleren. Vooral dan aan een doelgroep waarbij er aanpassingen dienen te gebeuren. Bijkomend is het moeilijk om tai chi aan te bieden aan personen die bedlegerig zijn. Op mentaal vlak blijken de bewegingen vaak te ingewikkeld te zijn. Bijkomend bevatten de onderzoeken rond tai chi nog vele hiaten, waardoor de effectiviteit nog niet helemaal bewezen is (Wang, 2004).
28
3.2.3 Samenstelling van de koffers Inhoud Op basis van verscheidene observaties en de meest voorkomende doelgroepen op elke dienst worden de nodige materialen opgelijst. Bijkomend is er ook rekening gehouden met de vier technieken waarop gefocust wordt: de relaxatie, massage, aromatherapie en yoga. Wat betreft de aromatherapie is er per dienst een aparte lijst opgesteld met etherische oliën afhankelijk van de doelgroepen aan bewoners die er verblijven:
Dienst 1: ‘de Papaver’ De bewoners die op deze dienst verblijven zijn vooral fysiek zorgbehoevend. Daarom is de selectie aan etherische oliën gebaseerd op de verzorging en een hoger welbevinden op fysiek en emotioneel vlak.
Dienst 2: ‘de Ark’ Op deze dienst zijn er naast hulpbehoevende ouderen ook bewoners met een psychiatrisch verleden terug te vinden (zoals schizofrenie). Deze psychogeriatrische doelgroep vraagt extra aandacht bij de selectie aan etherische oliën.
Dienst 3: ‘de Zilverdraad’ De bewoners met dementie situeren zich op deze dienst, hetgeen van groot belang is bij de keuze van de oliën. Deze doelgroep vertoont immers vaak agitatie, verbale agressie, herhalende bewegingen, apathie etc. Op de drie diensten kunnen er natuurlijk personen met beginnende dementie voorkomen. Een selectie aan algemene oliën zorgt ervoor dat in elke koffer ook rekening gehouden wordt met algemene belangen die dienstoverschrijdend zijn.
Keuze van de koffer Voordat er gezocht wordt naar een koffer om de materialen voor de complementaire technieken in te stockeren, is een oplijsting van de voorwaarden van belang voor een doelgerichte zoektocht. De voorwaarden:
De koffer moet makkelijk verplaatsbaar zijn. Er dient voldoende ruimte voorzien te worden voor eventuele uitbreidingsmogelijkheden in de toekomst.
29
De kasten moeten overzichtelijk ingedeeld worden, zodat alles makkelijk terug te vinden is. Het moet duidelijk zijn dat het met de ‘Passiflora’ te maken heeft. Het mag niet teveel plaats innemen. De koffer moet gebruiksvriendelijk zijn. Ze moet makkelijk te onderhouden zijn. Ze moet voorzien worden van een slotsysteem om de veiligheid van de bewoners te kunnen waarborgen.
Vervolgens start de selectieprocedure waarin verschillende koffers onderzocht en geschrapt worden. Bij elke geselecteerde koffer worden steeds de voor- en nadelen afgewogen. Op die manier zorgt dit voor een duidelijk overzicht. Een uiteindelijke selectie uit het grote gamma aan mogelijke koffers wordt samengebundeld en voorgelegd aan de directie. Uiteindelijk komt de verzameling van de nodige materialen aan de beurt. Deze zijn aangepast aan de noden op elke dienst en maken de koffer helemaal compleet:
wielen voor de verplaatsbaarheid; kleuren groen en roze en het logo voor de link met de ‘Passiflora’; slotsysteem bij de schuiven als veiligheidsmaatregel, zodat de personen met dementie niet aan de etherische oliën kunnen; organisatiedoosjes en materialenlijsten zorgen voor een goed overzicht over de materialen in de koffer; logo’s voor de technieken om duidelijk weer te geven waar de materialen in elke kast voor dienen.
2.2.4 Integratie van de complementaire technieken Om er zeker van te zijn dat er meer complementaire technieken toegepast worden in het WZC dient het personeel gesensibiliseerd te worden voor de koffers. Deze moeten toegankelijk, aantrekkelijk en gebruiksvriendelijk zijn om de kans te verhogen dat er gebruik van gemaakt wordt. De steekkaarten, de poster en de voorstelling over de koffers helpen hierbij.
Steekkaarten Voor de vier technieken die terug te vinden zijn in de koffer, zijn aparte steekkaarten voorzien. Deze zijn erop gericht de complementaire technieken toegankelijker en gebruiksvriendelijker te maken voor het personeel. Aan de hand van deze steekkaarten kunnen de personeelsleden de nodige oefeningen selecteren en zelf de volgorde bepalen waarin deze uitgevoerd worden. Elk kaartenpakket begint met een korte uitleg over de techniek en het doel dat ermee bereikt wordt. Aangezien veiligheid voorgaat, wordt er in elk pakket zeker voldoende nadruk gelegd op de aandachtspunten en bijkomende veiligheidsmaatregelen. Elke techniek heeft een bepaalde kleur en logo. Deze zijn steeds terug te vinden op elke steekkaart, waardoor ze makkelijk gesorteerd en correct teruggeplaatst kunnen worden.
30 Op de kaarten van de oefeningen staan de foto’s en afbeeldingen op de voorzijde en de uitleg op de achterzijde. Deze afbeeldingen verduidelijken de uitleg en kunnen gebruikt worden om de oefening visueel voor te stellen aan de bewoners.
Eerste voorstelling van de wellnesskoffer aan het personeel Met behulp van een voorstelling op de diensthoofden- en teamvergaderingen maken de personeelsleden voor het eerst echt kennis met de wellnesskoffers en worden ze warm gemaakt om deze te gebruiken. De focus richt zich op de hoge noodzaak aan complementaire technieken om het welbevinden van ouderen in het WZC te verhogen. Aan het begin van de voorstelling staat de aromaverstuiver klaar met enkele druppels bergamotolie, die een stimulerende en harmoniserende werking heeft. De presentatie gaat van start met een korte en makkelijke ontspanningsoefening. Bijkomend worden enkele massagegrepen toegelicht, zodat deze geoefend worden door alle personeelsleden op de dienst. Via deze weg wordt een ontspannen sfeer gecreëerd en tegelijkertijd ook het effect van ontspanning benadrukt. Deze persoonlijke ervaringen dienen de personeelsleden te stimuleren in het gebruik van de wellnesskoffer op de dienst. Het doel van deze eerste kennismaking met de koffers bestaat er dus uit om het personeel zoveel mogelijk te sensibiliseren en de gedragenheid te waarborgen. Gedurende de voorstelling ondersteunt de wellnesskoffer en een powerpoint de uitleg op een visuele manier. Verschillende onderdelen komen aan bod binnen deze 15 minuten:
een casus van een bewoner die enkele complementaire technieken toegepast heeft; achtergrondinformatie waarmee de noodzaak voor complementaire technieken aangetoond wordt; het hoofddoel dat met deze koffers nagestreefd wordt; het esthetische aspect; de praktische uitwerking; de complementaire technieken die gebruikt worden; de steekkaarten.
Een extra vijftal minuten laten nog een moment toe waarop het personeel vragen kan stellen. Na de diensthoofdenvergadering wordt een vragenlijst rondgedeeld die een duidelijker beeld moet geven over de tevredenheid van de koffers. In deze lijst wordt plaats voorzien voor eventuele vragen en opmerkingen die meegenomen worden naar de teamvergaderingen.
Poster De poster (zie ‘Bijlage 8: Poster van de wellnesskoffer’ op pagina 79) die op de drie diensten omhoog hangt, prikkelt de nieuwsgierigheid bij de personeelsleden, bewoners en eventueel ook de familieleden. De informatie die erop meegedeeld wordt, brengt iedereen kort en bondig op de
31 hoogte van de technieken in de wellnesskoffers. De contactgegevens bieden de mogelijkheid aan de lezer om bijkomende informatie te vragen.
2.2.5 Testing Voorbereiding Qualidem Als premeting is gebruik gemaakt van de Qualidem (zie ‘Bijlage 4: Qualidem’ op pagina 67). Dit meetinstrument scoort de levenskwaliteit van de betreffende bewoners op verschillende vlakken. De hypothese bestaat eruit een zekere verandering op te merken na twee maanden complementaire technieken toe te passen bij de geselecteerde bewoners. Deze zijn afkomstig zijn uit de verschillende diensten. Binnen deze meting is het de bedoeling dat deze ingevuld wordt door twee leden van het personeel, zoals de woonbegeleiders. Bij onzekerheden kan er nog steeds beroep gedaan worden op de diensthoofden. Afhankelijk van de dementiefase kunnen bepaalde onderdelen uitgekozen worden voor de testing, dit was enkel nodig bij één van de volgcliënten: S.H. bevindt zich in stadium 3 van dementie (ernstige of vergevorderde dementie/ GDS 7). In de handleiding van de Qualidem staat geschreven dat bij deze personen niet alle vragen ingevuld kunnen worden. Zo dienen alle vragen bij de onderdelen ‘positief zelfbeeld’, ‘iets om handen hebben’ en ‘zich thuis voelen’ blanco gelaten te worden. Verder is er nog een selectie aan vragen gemaakt die aan de mogelijkheden van personen met dementie voldoen (Ettema et al., 2005). Gedurende deze testfase wordt de Qualidem afgenomen bij vier cliënten die wekelijks therapie volgen: S.H. (dienst 3), N.V. (dienst 1), L.D. en J.B (dienst 2). Deze afname vindt 17 februari 2014 plaats en de postmeting ligt op 8 mei 2014 vast.
Opstellen van het observatieformulier
Redenen tot observatie Aangezien het doel eruit bestaat om het welbevinden en het handelen van de persoon te beïnvloeden en de oudere niet altijd meer in staat is om zelf te communiceren, kan observatie een hulpmiddel zijn om dit te meten. Op basis van deze observaties bij mobiele bewoners en de personen die zich op communicatief vlak nog voldoende kunnen beredderen, wordt gezocht naar een methode om personen met dementie of een zware zorgbehoevendheid (die bvb. niet meer kunnen praten) nog gerichter te observeren. Volgens het woordenboek is observatie een ‘systematische bestudering van verschijnselen waarbij je gebruikmaakt van al je zintuigen’ (encyclo, z.j.). Bijkomend wordt een onderscheid gemaakt tussen
32 een observatie en interpretatie waarbij interpretatie de opvatting omvat over hetgeen waargenomen wordt. De lichaamstaal draagt informatie in zich mee over wat er allemaal in een persoon omgaat. Het vormt een zeker hulpmiddel wanneer de persoon in kwestie niet meer in staat is verbaal te communiceren. Zo wordt bij de opstelling van de PACSLAC-D vooral de nadruk gelegd op de observatie van de lichaamstaal bij ouderen met dementie met als doel om signalen van pijn te ontdekken. Kinderen, volwassenen en ouderen, met of zonder bijkomende beperkingen, reageren immers bijna allemaal op pijn aan de hand van gelaatsuitdrukkingen en een aantal andere gedragingen (Zwakhalen et al., 2006). Timmerman, Bogaert en Mullie (2005) sluiten hierbij aan en hebben bij de opstelling van de P.O.S., een pijnschaal voor personen met dementie, rekening gehouden met de pijnindicatoren (gezichtsuitdrukkingen, stemgeluiden, lichaamsbewegingen, veranderingen in sociale interacties, veranderingen in gewoontes en mentale veranderingen). Uit hun onderzoek blijkt dat de gezichtsuitdrukkingen, stemgeluiden en lichaamsbewegingen de beste scores vertonen om signalen op te pikken die wijzen op pijn. Dit observatieformulier richt zich niet specifiek op pijn. Bovenstaande observatieschalen tonen echter aan dat vele belangrijke signalen opgemerkt kunnen worden door oog te hebben voor de nonverbale communicatie en dat is het doel van dit formulier. De lichaamstaal kan immers veel verduidelijken over de innerlijke gevoelswereld. Daarenboven dient de observatiemethode gebruiksvriendelijk te zijn voor iedereen. Zo moet alles duidelijk opgelijst staan om observaties voor, tijdens en na een interventie aan te kunnen duiden in een lijst. Op die manier wordt duidelijk of de techniek een bepaalde reactie teweegbrengt bij de bewoner op verschillende momenten. De opstelling gebeurt grotendeels op basis van verscheidene conclusies en discussiepunten uit wetenschappelijke artikels en belangrijke opmerkingen in boeken. Hierbij ligt de focus vooral op hetgeen de auteurs vooral belangrijk vonden dat vermeld wordt. Zo kunnen o.a. vele factoren de beleving van de bewoner beïnvloeden. Het is dan ook van belang dat de observator zich daar bewust van is en deze oplijst. De medische achtergrond en de situatie waarin de techniek uitgevoerd wordt, moet duidelijk weergegeven worden. Op die manier wordt de situatie van de bewoner in zijn totaliteit gezien en kan er holistischer gewerkt worden. Bij de bewoners kan dit voor nieuwe activiteiten zorgen waarin de complementaire technieken in gebruikt worden. Dit kan dan weer voor een groter welbevinden en een hogere levenskwaliteit zorgen (zie ‘Figuur 2: Invloed van de integratie van complementaire technieken op de handelingselementen’ op de volgende pagina). Bij het personeel brengt deze koffer ook nieuwe taken en vaardigheden met zich mee. Dit heeft dan weer een invloed op de persoon zelf. Iedereen kan op elke techniek anders reageren, waardoor een observatie van belang is. Alleen op die manier kan de aandacht gericht worden naar de ervaringen van de bewoner en daarop ingespeeld worden.
33
Persoon Hoger welbevinden en levenskwaliteit
Activiteiten
Omgeving
Nieuwe activiteiten met complementaire technieken
Koffer met complementaire technieken
Figuur 2: Invloed van de integratie van complementaire technieken op de handelingselementen (eigen bewerking van Kinébanian, 2012).
Emoties zijn steeds zichtbaar in het lichaam. Zo kunnen ze herkend worden aan het stemgeluid, de gezichtsexpressie, de motoriek en de hele lichaamshouding. Ze kunnen een beleving uitdrukken naar de omgeving toe. Met behulp van de non-verbale communicatie wordt er duidelijk gemaakt wat iets of iemand voor die persoon betekent, wat zijn/ haar behoefte is of wat zijn/ haar grenzen zijn (de Jonghe, 2013). De emoties komen ook tot uiting in het handelen. Wanneer de kernelementen van het handelen nader bekeken worden, komt naar voor dat zowel de persoon, de activiteiten als de omgeving elkaar voortdurend beïnvloeden (Kinébanian, 2012). Met behulp van de integratie van de complementaire technieken wordt de omgeving van de bewoners in het WZC aangepast, maar ook die van de personeelsleden.
Het observatieformulier Het formulier dat helpt bij het observeren, bestaat uit een driedelig luik: de algemene informatie die de situatie schetst, de feitelijke observatie en de observatie van het handelen.
1. De algemene informatie De datum van afname, de initialen van de bewoner en de observator en de leeftijd van de bewoner worden gevraagd. Bijkomend dient een precieze omschrijving van de omgeving gegeven te worden, meer bepaald de muziek en de plaats. Ook zijn de gebruikte etherische olie en een mogelijks gebruik van psychoactieve stoffen van belang. Op die manier kan er enerzijds een duidelijk beeld geschetst worden van de situatie waarin de toepassing van de complementaire techniek plaatsvindt. Anderzijds is deze informatie ook van belang om bijkomende beïnvloedingsfactoren te registreren.
34
Zo geeft Masago et al. (2000) aan dat de effecten van geuren sterk kunnen verschillen onder individuen en dit daarenboven van moment tot moment verschillend kan zijn bij één individu. Hij geeft aan dat deze geuren het geheugen aanspreken dat verbonden is met het limbisch systeem. Op die manier kunnen er bepaalde emoties versterkt worden afhankelijk van de herinneringen die naar boven komen. Psychoactieve stoffen hebben een invloed op de psyche van de bewoner. Dit kan de resultaten van het observatieformulier beïnvloeden. De vele bijwerkingen die de stoffen met zich meebrengen (zoals verhoogd valrisico en slaperigheid) kunnen een groot effect hebben op het functioneren van de bewoner (Suhr, Anderson & Tranel, 1999). Omgevingsgeluiden (bvb. muziek) prikkelen de bewoner en kunnen de personen met dementie zelfs overprikkelen. Hierdoor kan er soms moeilijk een ontspannen gevoel bereikt worden wanneer de interventie plaatsvindt in een drukke leefruimte. Afhankelijk van de bewoner zelf kan rustgevende muziek het beoogde ontspanningseffect versterken (Svansdottir & Snaedal, 2006).
Daarom zijn deze elementen van belang om opgenomen te worden in het observatieformulier. Voorts is het van belangrijk om een duidelijk beeld te hebben van de bewoner zelf. Zo wordt bevraagd of deze aan dementie lijdt en tot welke categorie hij/ zij behoort volgens de Katz-schaal. De fase binnen het dementieproces is bepalend voor het gedrag. Tussen de 18 tot 65% van personen met dementie vertonen onrustig gedrag (Holmes et al, 2002). Zowel de kenmerken voor dementie als fysieke beperkingen kunnen een grote invloed hebben op het welbevinden en de levenskwaliteit van de bewoner.
2. De feitelijke observatie Binnen dit onderdeel worden verscheidene delen van het lichaam geobserveerd, omdat daarin de grootste signalen terug te vinden zijn van hoe iemand zich voelt. De ademhaling kan door de dag heen veranderen. Zo kan het ademen beïnvloed worden door de stemming, de activiteit en de gedachten die iemand heeft. Bijkomend kan de ouderdom deels bepalen hoe de ademhaling verloopt. Naarmate iemand ouder wordt, wordt er vaker op een oppervlakkige manier geademd. Een verminderde ademhaling kan ook verband houden met depressie of angst (Stiles, 2000). Daarom is het belangrijk om te observeren of deze verandert gedurende de massage-interventie. Verschillende mogelijke gezichtsuitdrukkingen staan op het observatieformulier vermeld, omdat ze de emoties kunnen weergeven die in een persoon huizen. Zo heeft Ekman (geciteerd door de Jonghe, 2013) in zijn 30-jarig onderzoek naar de universaliteit van emoties ontdekt dat deze nooit volledig verborgen kunnen worden. Zo vindt de expressie vooral plaats in het gezicht dat voorzien wordt van vele spieren. De mens is in staat tot 10.000 mogelijke gezichtsuitdrukkingen, waarvan 3000 een emotionele betekenis weergeven. Net zoals reeds eerder vermeld werd, komen de innerlijke emoties ook tot uiting in het gedrag, waardoor de handen, het stemgeluid, de houding en sociale contactname geobserveerd moeten worden.
35 Deze observaties worden zowel voor, tijdens als na de toepassing van de complementaire technieken ingevuld. Op die manier kan een eventuele verandering zichtbaar worden.
3. Observatie van het handelen Het laatste onderdeel legt de focus op het handelen. Het onderzoekt of er een verandering optreedt binnen één of meerdere kernelementen van het handelen: de persoon, de activiteiten en de omgeving. Bij de Pijngedrag Observatie Schaal of P.O.S. onderzoeken ze dit onder de naam ‘verandering in routines’ (Bogaert, 2009.). Bepaalde gedragspatronen kunnen mogelijks doorbroken worden met behulp van complementaire technieken. Het onderzoek binnen deze bachelorproef bestaat eruit om veranderingen op te merken in onrust en agitatie, contactname, productiviteit en het welbevinden. Dit deel wordt pas na 30 minuten ingevuld, maar er dient natuurlijk wel aandacht besteed te worden aan het handelen van de bewoner. Alleen op die manier kunnen er eventuele veranderingen opgemerkt worden.
Testfase Afnamemethode Deze observatielijsten (zie ‘Bijlage 5: Het observatieformulier’ op pagina 69) worden gedurende vier weken afgenomen bij een selectie van vijf bewoners per dienst. Dit zijn vooral personen die zwaar zorgbehoevend zijn en/of met dementie. De afname vindt zowel voor, tijdens als na de uitvoering van de gekozen complementaire techniek plaats. Op deze manier wordt er bij een zo groot mogelijk publiek gekeken naar de kortetermijneffecten (via de observatieformulieren) en de langetermijneffecten (via de Qualidem). Hoewel de wellnesskoffer gericht is op vier technieken, ligt de focus in deze testfase specifiek op het onderdeel massage. Deze techniek is vooral gericht op fysiek contact, waardoor het bij een ruimer aanbod aan bewoners toegepast kan worden.
Cliëntenomschrijving Zoals reeds eerder vermeld is, wordt een selectie gemaakt van 15 bewoners (zie ‘Tabel 1: Omschrijving van de geselecteerde cliënten per dienst’ op de volgende pagina). Daarvan zijn er steeds vijf bewoners afkomstig van elke dienst. De bewoners die voor de testing met de Qualidem geselecteerd zijn, staan vetgekleurd.
36 Tabel 1: Omschrijving van de geselecteerde cliënten per dienst
Bewoner Leeftijd
Beschrijving
Dienst 1
M.L.
95 jaar
Deze bewoner is vaak angstig ten gevolge van het dementiebeeld en wordt een hoge graad van hulpbehoevendheid toegekend. Hierdoor is ze afhankelijk van derden voor de ADL.
A.V.
99 jaar
Bij deze bewoner is er sprake van polyarthrose, een depressief beeld en verwardheid. Op momenten dat ze verward is, kan ze ook agressief en paniekerig reageren.
Y.R.
90 jaar
Een verminderde mobiliteit, een toenemende verwardheid en hallucinaties zorgen ervoor dat deze bewoner afhankelijk is van derden en niet meer zelfstandig kan wonen.
M.B.
88 jaar
Volgens de Katz-schaal behoort M. tot categorie C dement (29/11/2013). Er is sprake van een toenemend dementieel beeld (MMSE: 14/30 op 29/11/12). De omgang verloopt moeizamer t.g.v. deze verwardheid.
N.V.
70 jaar
De ziekte van Alzheimer met dyspraxie maken het onmogelijk om op zelfstandige basis alleen te wonen. Deze bewoonster is vlot in de omgang, maar vertoont ook vaak onrustig gedrag ten gevolge van haar toenemende verwardheid.
J.B.
85 jaar
Een gedilateerde cardiomyopathie, een thoraxtrauma ten gevolge van een auto-ongeval en een neiging tot hypertensie tonen de noodzaak aan van dagelijks toezicht.
J.B.
93 jaar
Na het overlijden van haar man was het niet meer mogelijk om thuis te blijven en op zelfstandige basis te wonen. Slecht- en dubbelziendheid, moeizame mobiliteit (een linkerprothese) en een pace-maker zorgen mede voor deze afhankelijkheid van derden.
L.D.
85 jaar
Bij deze cliënt is er sprake van diabetes type 2, schildklierproblemen, depressiviteit en ischemische colitis. Dit zorgt ervoor dat ze afhankelijk is van dagelijkse hulp en verzorging. Ze vertoont sterk onrustig gedrag en ademt oppervlakkig en gejaagd.
M-L.G.
93 jaar
Deze bewoonster situeert zich in categorie C op de Katz-schaal (8/11/12). Er is sprake van beginnende dementie en hartfalen. Een palliatief dossier is opgesteld.
Dienst 2
37 C.D.
72 jaar
De THP links, atheromatose en TKP rechts maken dat deze bewoner nood heeft aan een dagelijks nazicht en verzorging.
S.H.
81 jaar
De Katz-schaal wijst categorie C dement uit. De bijkomende problemen met handelingen, geheugen en herkenning zorgen ervoor dat H. niet zelfstandig kan functioneren. Ten gevolge van het dementieproces is er afhankelijk en verbaal agressief gedrag aanwezig.
R.B.
94 jaar
Deze bewoner is palliatief en lijdt aan de ziekte van Alzheimer (MMSE 20/30). Haar beperkte gezichtsvermogen en mobiliteit maken het onmogelijk om zelfstandig te functioneren.
P.W.
85 jaar
Aan de hand van de Katz-schaal is de categorie C dement sinds 16/6/2011 vastgesteld. Hypertensie, retinopathie, beginnende dementie en osteoporose zijn ook aanwezig.
D.V.
80 jaar
Dit is een persoon met dementie (een score van 7/30 op de MMSE). Facetarthrose, hydropsknie en degeneratieve retrolisthesis vragen een dagelijks nazicht en verzorging. Haar ademhaling verloopt steeds op een gespannen manier vanuit de keel.
J.R.
86 jaar
Deze bewoner lijdt aan de ziekte van Pick en is afhankelijk van derden voor de dagelijkse verzorging. Doordat ze zich in de verzonken-ik fase binnen het dementieproces situeert, is echte contactname moeilijk.
Dienst 3
38
3. Resultaten 3.1 Qualidem bij vier volgcliënten Pretesting Tabel 2: Weergave van de premeting met de Qualidem (17/2/2014) Subschaal
N.V.
J.B.
L.D.
S.H.
Gemiddelde
Zorgrelatie
16 (76.2%)
20 (95.2%)
15 (71.4%)
9 (75%)
79.5%
Positief affect
18 (100 %)
10 (55.6%)
10 (55.6%)
5 (55.6%)
66.7%
Negatief affect
4 (44.4%)
4 (44.4%)
5 (55.6%)
0 (0%)
36.1%
Rusteloos gespannen gedrag
2 (22.2%)
5 (55.5%)
0 (0%)
0 (0%)
19.4%
Positief zelfbeeld
4 (44.4%)
6 (66.7%)
2 (22.2%)
/
44.4%
Sociale relaties
16 (88.9%)
12 (66.7%)
16 (88.9%)
8 (88.9%)
83.4%
Sociaal isolement
9 (100%)
7 (77.8%)
4 (44.4%)
2 (22.2%)
61.1%
Zich thuis voelen
10 (83.3%)
11(91.7%)
8 (66.7%)
/
80.6%
Iets om handen hebben
4 (66.7%)
0 (0%)
2 (33.3%)
/
33.3%
Overige vragen voor verder onderzoek
9 (100%)
6 (66.7%)
8 (88.9%)
6 (66.7%)
80.6%
92 (76.7%)
81 (76.5%)
70 (58.3%)
24 (44.4%)
64%
Totaal per cliënt
Het is opvallend dat alle cliënten in deze premeting (zie ‘Tabel 2: Weergave van de premeting met de Qualidem (17/2/2014)’) boven het gemiddelde scoren wat betreft de onderdelen ‘zorgrelatie’, ‘positief affect’, ‘sociale relaties’ en het ‘zich thuis voelen’. Er zijn echter wel verschillen te zien tussen de cliënten onderling in de scores voor: ‘negatief affect’, ‘rusteloos gespannen gedrag’, ‘positief zelfbeeld’, ‘sociaal isolement’ en ‘iets om handen hebben’. Hoewel drie van de vier cliënten in totaal boven het gemiddelde scoren, scoort één persoon (S.H.) ondermaats (44.4%). Bij deze persoon situeren de lagere scores zich op ‘sociaal isolement’ (22.2%), ‘negatief affect’ (0%) en ‘rusteloos en gespannen gedrag’ (0%). Bij de bewoonster met de hoogste eindscore is er sprake van een dubbele topscore (100%) wat betreft de onderdelen ‘sociaal isolement’ en ‘positief affect’. Er is echter wel sprake van ‘rusteloos gespannen gedrag’ (score van 22.2%) hetgeen de algemene levenskwaliteit naar beneden haalt. De ‘zorgrelatie’ en het ‘zich thuis voelen’, tonen een hoge score bij J.B., terwijl het ‘negatief affect’ (44.4%) en ‘iets om handen hebben’ (0%) lage resultaten geven.
39 Bij de ‘overige vragen voor verder onderzoek’ kan er geconcludeerd worden dat alle bewoners in hun levensbehoeften willen voorzien. In totaal scoren ze allemaal samen onder het gemiddelde voor ‘negatief affect’ (36.1%), ‘rusteloos gespannen gedrag’ (19.4%) en ‘iets om handen hebben’ (33.3%). De hoogste score situeert zich op ‘sociale relaties’ (83.4%). Het totaal voor alle cliënten samen bedraagt 64%, hetgeen aangeeft dat de levenskwaliteit van de vier bewoners samen zich boven het gemiddelde bevindt voor deze premeting.
Posttesting Figuur 3: Weergave van de premeting met de Qualidem (8/5/2014) Subschaal
N.V.
J.B.
L.D.
S.H.
Totaal
Zorgrelatie
16 (76.2%)
21 (100%)
16 (76.2%)
5 (41.7%)
73.5%
Positief affect
15 (83.3%)
15 (83.3%)
12 (66.7%)
8 (88.9%)
80.5%
Negatief affect
6 (66.7%)
6 (66.7%)
6 (66.7%)
1 (16.7%)
54.2%
Rusteloos gespannen gedrag
3 (33.3%)
4 (44.4%)
0 (0%)
0 (0%)
19.4%
Positief zelfbeeld
5 (55.6%)
8 (88.9%)
3 (33.3%)
/
59.3%
Sociale relaties
15 (83.3%)
14 (77.8%)
16 (88.9%)
8 (88.9%)
84.7%
Sociaal isolement
8 (88.9%)
8 (88.9%)
6 (66.7%)
3 (33.3%)
69.5%
Zich thuis voelen
9 (75%)
12 (100%)
8 (66.7%)
/
80.6%
Iets om handen hebben
2 (33.3%)
0 (0%)
3 (50%)
/
27.8%
Overige vragen voor verder onderzoek
9 (100%)
8 (88.9%)
7 (77.8%)
7 (77.8%)
86.1%
88 (73.3%)
96 (80%)
77 (64.2%)
57.9%
68.8%
Totaal per cliënt
Alle cliënten scoren boven het gemiddelde voor de onderdelen ‘positief affect’, ‘sociale relaties’ en ‘zich thuis voelen’ in deze premeting. Zie ‘Tabel 3: Weergave van de premeting met de Qualidem (8/5/2014)’. Allen scoren echter onder het gemiddelde voor ‘rusteloos gespannen gedrag’. In totaal worden hier de laagste scores op behaald (19.4%). Drie van de vier cliënten scoren ook laag voor ‘iets om handen hebben’ (33.3%, 0%, 0%), slechts één persoon (L.D.) haalt het gemiddelde. Dit brengt een ondermaatse score met zich mee van 27.8% voor alle bewoners samen. De cliënt met de hoogste totaalscore is J.B., haar topscores (100%) situeren zich op de ‘zorgrelatie’ en het ‘zich thuis voelen op de afdeling’. S.H. heeft de laagste totaalscore (57.9%) van de vier bewoners. Het negatief affect scoort bij haar sterk ondermaats (16.7%). Het totaal van de vier cliënten samen scoort 18.8% boven het gemiddelde.
40
Bespreking van de pre- en postmeting Het is opvallend dat de cliënten hoger scoren bij meerdere onderdelen van de Qualidem bij de postmeting in vergelijking met de premeting. Aan de andere kant zijn er ook minder negatief scorende onderdelen. Bij de postmeting is dit bij ‘rusteloos gespannen gedrag’ (19.4%) zo, maar niet bij ‘negatief affect’ (54.2%) waar bij de premeting wel sprake van is (36.1%). Drie van de vier cliënten vertonen in de postmeting een hogere eindscore op de Qualidem (80.0%), 64.2% en 57.9%) t.o.v. deze in de premeting (76.5%, 58.3% en 44.4%). De uitzondering hierop is N.V. die 3.4% lager scoort (van 76.7% naar 73.3%). Zo zou het ‘positief affect’ gedaald zijn van 100% naar 83.3%, ‘sociale relaties’ van 88.9% naar 83.3%, ‘iets om handen hebben’ 66.7% naar 33.3%, ‘zich thuis voelen’ van 83.3% naar 75% en ‘sociaal isolement’ van 100% naar 88.9%. Bij de andere bewoners is er echter sprake van een stijging in de scores. Zo scoort J.B. 3.5%, L.D. 5.9% en S.H. 13.5% hoger in de postmeting.
3.2 Observatieformulieren bij 15 volgcliënten Zoals bij het hoofdstuk ‘Methode’ reeds vermeld is, zijn er observatieformulieren ingevuld tijdens een wekelijkse massage-interventie bij 15 ouderen in het WZC. De resultaten zijn weergegeven in onderstaande tabellen.
3.2.1 Algemene gegevens Tabel 4: Resultaten van de algemene gegevens uit het observatieformulier Dienst 1
Dienst 2
Dienst 3
Totaal
Algemeen Dementie Categorie B Categorie C Categorie C dement Categorie D Psychoactieve stoffen
4 1 0 4
2 1 3 1
4 0 0 5
10 2 3 10
0 3
0 2
0 2
0 7
Van de algemene gegevens (zie ‘Tabel 4: Resultaten van de algemene gegevens uit het observatieformulier’) is bekend dat 10 personen van de 15 aan dementie lijden. Op de Katz-schaal bevinden twee ouderen zich in categorie B, drie in categorie C en tien in categorie C dement. Geen enkele bewoner situeert zich echter in categorie D. Bijkomend krijgen 7 van de 15 ouderen dagelijks ook psychoactieve stoffen toegediend (zoals verdovende middelen).
3.2.2 Observatie De wekelijkse testuitslagen zijn opgelijst en onderverdeeld in ‘voor’, ‘tijdens’ en ‘na’ (zie ‘Tabel 5: Resultaten van de observaties uit de observatieformulieren’ op de volgende pagina). De cijfers geven het aantal bewoners weer die een bepaald observatie-element vertoond hebben.
41 Tabel 5: Resultaten van de observaties uit de observatieformulieren
Observatie Ademhaling Gejaagd Oppervlakkig Onregelmatig Rustig Diep Houding Gespannen Ontspannen Afwezig Betrokken Ogen Gesloten Staren Oogcontact Opgetrokken wenkbrauwen Frons Neergeslagen ogen Kijken naar handelingen Rondkijken in kamer Mond Grimas Glimlach Ontspannen Opeengeperste lippen Open mond Handen Onrustige bewegingen Ontspannen Gespannen Stem Interactie Herhalende geluiden/ woorden
Onverstaanbaar Stil Kreunen/ kermen Verbale agressie Sociaal emotioneel Oogcontact maken Afgeleid Afwijzend Vriendelijk Afwezig Agressieve houding Prikkelbaar Verdriet Verandering in handelen? Ja (Gemiddeld: 35.7%) Neen
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
V
T
N
V
T
N
V
T
N
V
5 7 5 5 0
2 4 3 7 5
0 1 2 12 2
7 9 2 7 1
2 1 1 12 7
1 0 0 12 3
5 8 3 6 1
2 4 1 10 6
1 5 3 11 3
6 10 2 4 2
2 5 0 11 6
0 2 0 13 6
7 4 9 0
3 9 2 9
3 8 3 5
8 3 13 0
4 6 3 10
2 8 4 7
9 3 12 0
5 8 3 9
2 11 4 6
8 6 12 1
3 11 1 10
2 12 2 9
0 8 7 3 2 1 0 3
5 3 6 5 4 0 5 1
4 2 5 1 0 1 0 2
2 4 3 5 5 0 0 5
6 3 5 3 1 0 3 1
5 1 6 2 0 0 0 4
0 5 5 3 4 2 0 5
3 2 8 1 2 0 4 4
1 3 5 1 2 1 0 6
0 6 3 5 7 1 0 6
4 0 9 3 6 1 4 0
3 1 8 1 1 0 0 3
1 2 3 9 1
1 5 5 5 4
0 6 8 1 3
2 1 3 8 1
0 3 9 2 2
0 5 6 2 2
2 1 7 4 0
0 5 10 0 2
0 6 9 1 0
2 0 4 6 2
1 5 1 1 6
0 7 7 0 4
2 6 7
2 11 2
0 14 0
3 3 9
1 11 2
1 12 1
3 5 7
2 13 2
3 11 2
6 4 4
1 13 0
1 13 1
2 3 1 10 0 0
6 3 0 6 0 0
5 1 0 9 0 0
4 1 0 8 2 1
5 2 2 6 0 0
2 1 0 1 0 0
3 3 0 9 1 1
11 2 1 3 0 0
6 2 0 9 0 0
3 1 1 7 1 1
7 1 0 6 0 0
7 1 0 7 0 0
4 3 3 9 7 0 2 1
6 3 0 10 1 0 1 0
4 1 0 10 1 0 0 0
2 4 1 7 3 2 4 3
2 2 0 10 2 0 0 0
1 1 0 10 2 0 0 0
4 7 2 9 5 1 1 2
6 6 2 9 0 0 1 0
3 5 0 8 1 0 0 0
3 8 1 8 4 1 3 0
5 2 0 13 0 0 0 2
8 2 0 11 0 0 0 0
4 (26.7%) 11 (73.3%)
6 (40.0%) 9 (60.0%)
5 (33.3%) 10 (66.7%)
T
6 (42.9%) 8 (57.1%)
N
42
Bespreking De weergave van de geobserveerde elementen doorheen de vier onderzoeksweken laten enkele verrassende resultaten zien die hieronder verder besproken worden. Het biedt de mogelijkheid om zowel de korte- als de langetermijneffecten aan te kaarten. Ten gevolge van een sterfgeval kunnen in de vierde week slechts van 14 personen de resultaten geschetst worden. Hoewel hier nog een onderverdeling in had kunnen gebeuren, zijn de drie diensten samengeteld om verdere uitbreiding van de tabel te voorkomen. De tabel geeft duidelijk weer dat er een zekere regelmaat terug te vinden is doorheen de vier weken. Dit brengt enkele belangrijke conclusies met zich mee: 1. Bij de periode voor de massage is er een hoog aantal aan bewoners die spanningen vertonen in verschillende lichaamsdelen (de ademhaling, de mond, de ogen, de houding en de stem). Bij merendeel van de bewoners nemen deze elementen af tijdens en na de uitvoering van de massage en ontspanning (zoals het sluiten van de ogen en het openzakken van de mond) komt in de plaats. Enkele uitzonderingen laten echter zien dat deze spanningen niet altijd verdwijnen en soms aanwezig blijven ondanks de massage. Sommige weken laten ook een terugkeer van de spanningen zien vlak na de uitvoering. Voorbeelden hiervan zijn de ‘onrustige bewegingen’ en ‘opeengeperste lippen’ in week 3 en de ‘gespannen handen’ in week 4. 2. De massage lijkt een grote invloed uit te oefenen op emotioneel vlak. Zo daalt o.a. het aantal bewoners die voor de interventie extreme emoties uiten via een grimas, verbale agressie, prikkelbaarheid en verdriet. Een uitzondering hierop situeert zich in week 4 waar twee bewoners tijdens de massage tekenen vertonen van verdriet die voorheen niet aanwezig waren. 3. De elementen ‘glimlach’ en ‘vriendelijkheid’ zijn mogelijks belangrijke uitingen van welbevinden. Ze nemen toe tijdens de massage en zijn het sterkst aanwezig na de interventie. 4. Doorheen de vier weken zijn er steeds enkele bewoners die afwijzend gedrag vertonen wanneer de massage aangeboden wordt. Dit gedrag zwakt echter af gedurende de massage zelf. Natuurlijk zijn hier steeds enkele uitzonderingen op. Sommige mensen hebben nu eenmaal niet graag lichamelijk contact. 5. Hoewel vaak sprake is van een afwezige houding voor de interventie, neemt de betrokkenheid en de interactie toe tijdens en na de massage. Ook oogcontact is een belangrijke manier om contact te maken, zeker bij personen met dementie. Deze manier van contactname telt vooral het hoogste aantal ouderen (N=6) in week 1 en 3 tijdens de massage en na de uitvoering in week 4 (N=8). In week 2 en 3 blijft het afwezige gedrag echter aanwezig bij twee à drie personen. In week 3 keert deze zelfs bij één bewoner terug. 6. De ademhaling toont een verandering gedurende de massage-interventie. Bvb.: In week 4 vertonen zes bewoners vooraf een gejaagde ademhaling, tijdens de massage daalt dit naar een tweetal bewoners van de 15 en na de interventie komt dit bij geen enkele bewoner nog voor (in uitzondering van week 2 en 3). In de plaats hiervan stijgt het aantal ouderen met een rustige ademhaling van vier bewoners naar een elftal tijdens de massage en dertiental na de
43 massage. Bijkomend is het opvallend dat de diepe ademhaling vooral toegepast wordt tijdens de massage (zie week 1, 2 en 3) en bij enkele bewoners aanwezig blijft nadien (zie week 4). 7. Vanuit het ergotherapeutisch standpunt worden met het observatieformulier ook de handelingskenmerken geobserveerd na de uitvoering van de massage. Uit bovenstaande resultaten blijkt dat wekelijks gemiddeld 35.7% van de bewoners een verandering laten zien in één van de kenmerken. De grootste veranderingen situeren zich op de interpersoonlijke contactname (zoals vergroten van vriendelijkheid en interactie) en de kleinste op de activiteitenpatronen (bvb. rusten). Over de persoonskenmerken (zoals zelfzekerheid, kalmte, tevredenheid etc.) zijn geen gegevens bekend die op een objectieve manier vastgesteld zijn. De overige bewoners kenden geen verandering in het handelen na de uitvoering van de interventie. Bovenstaande tabel geeft een duidelijk overzicht weer van de mogelijke veranderingen gedurende de vier onderzoeksweken. Hieruit kan geconcludeerd worden dat er voorlopig geen langetermijneffecten zichtbaar zijn op het vlak van ontspanning bij de bewoners in het WZC. Op kortere termijn (gedurende de massage) treden het grootste deel van de veranderingen op.
3.3 De wellnesskoffer De persoonlijke ervaringen doorheen de uitwerking van de wellnesskoffers en de uitvoering van de complementaire technieken zorgen voor verschillende aanpassingen. Op die manier kent de uiteindelijke wellnesskoffer (zie ‘Bijlage 7: De wellnesskoffer’ op pagina 77) een andere samenstelling dan de oorspronkelijke koffer die uitgewerkt was.
3.3.1 Samenstelling van de wellnesskoffer De verschillende onderdelen blijven behouden. Voor elke complementaire techniek wordt er een apart vak voorzien in de koffer.
Aromatherapie Samenstelling Dit is de meest uitgebreide techniek van de vier complementaire technieken, omdat het de ruimste gebruiksmethoden heeft: verstuiven, massage en bad. Daarvoor zijn meer materialen nodig.
Massage Aan de hand van massage dringen de etherische oliën dieper in de huid, waardoor ze rechtstreeks in de haarvaten terechtkomen. Ze komen via de bloedbaan terecht bij de nodige organen en tonen hun werking.
44
Bad De moleculen van de oliën worden geïnhaleerd en tegelijkertijd ook opgenomen via de huid. Verstuiven De kleine moleculen van de etherische oliën bereiken de olfactorische receptoren in de neus. Deze zijn verbonden met de hersenen en beïnvloeden het limbisch systeem dat onze gevoelens regelt. Via de inademing komen de stoffen ook in de bloedvaten terecht. De aromastream is een apparaat dat hierbij kan helpen door de etherische oliën in kleine moleculen te verstuiven in de ruimte. Deze grootte vergemakkelijkt de opname langs de neus. Daarom krijgt deze verstuivingskeuze de voorkeur boven de andere keuzemogelijkheden.
Op basis van persoonlijke ervaringen is het onderdeel ‘aromatherapie’ binnen de wellnesskoffer uit volgende materialen samengesteld.
Het aanbieden van acht etherische oliën in totaal in plaats van tien voor de verstuiving. Gedurende de voorbije jaren wordt er reeds gebruik gemaakt van aromatherapie binnen de verstuiving, baden en crèmes in Huize Sint-Jozef. Vooral bij de verstuiving is naar voor gekomen dat het personeel niet altijd de tijd heeft om verdere informatie op te zoeken over de beschikbare oliën. Bijkomend is de maximale dosering aak niet gekend met overdosering tot gevolg. Om de informatie aan etherische oliën zo beperkt mogelijk te houden, is er een selectie gemaakt aan acht oliën voor de verstuiving en wordt er een makkelijk verstuivingssysteem aangeboden. Vier activerende en vier kalmerende oliën zijn voorhanden. Onderstaande oliën zijn diegene die op elke dienst aanwezig zijn: -
Pompelmoes Deze olie is zuiverend en werkt sterk ontgeurend tijdens de verstuiving in ruimten (Rogge, 2011).
-
Rozenhout Het huidverzorgende effect van deze etherische olie is zeker een weldaad voor bewoners. Deze etherische olie is goed bij een gevoelige huid, stimuleert het immuunsysteem (met als gevolg dat het effectief is bij een ontstoken huid) en helpt op het vlak van verstuiving bij angstgevoelens en stress. In het algemeen zorgt ze voor een emotioneel evenwicht en mindert ze op die manier stemmingswisselingen (Hoare, 2001).
-
Lavendel Lavendelolie is de nummer één op de lijst van kalmerende oliën. Daarenboven heeft deze olie een huidherstellende werking en ontsmet het de ruimte. Het vertoont positieve effecten bij depressie, dementie en stress (Rogge, 2011). Lavendelolie zou daarenboven zorgen voor een verminderde agitatie. Wanneer dit in combinatie met massage gebruikt wordt, komt het therapeutische effect maximaal tot zijn recht. In een onderzoek bleek dit effect groter te zijn ten opzichte van de groep die geen massage ontvangen hadden (Smallwood et al., 2001). Het onderzoek van Holmes et al. (2002) bevestigt dit waarbij negen personen met dementie een verbetering vertoonden. Vijf personen lieten geen verschil zien en één
45 persoon (met lewy body dementie) vertoonde zelfs een verergering na twee uur verstuiving met twee procent lavendelolie. Uit het onderzoek van Moss et al. (2003) blijkt dat lavendelolie voor een stijging zorgt van het werkgeheugen en een kortere reactietijd op de geheugen en aandachtgebaseerde taken. -
Ylang ylang Deze etherische olie heeft een kalmerend effect bij stress en vergemakkelijkt het slapen. Ze toont positieve resultaten bij depressie (Rogge, 2011).
-
Cipres De cipres is een antidepressivum dat gebruikt wordt wanneer er zich moeilijkheden voordoen met het leven en de dood. Het werkt troostend en versterkend. Daarenboven werkt ze hoeststillend en stimuleert ze de bloeddoorstroming (Rogge, 2011).
-
Dille Bij dementie heeft deze olie een angststillende werking en vergroot ze de bewustwording van het hier en nu. Bij een depressie werkt ze stimulerend (Rogge, 2011).
-
Mandarijn Deze olie werkt kalmerend en ondersteunend bij verdriet, angsten en crisissituaties (Van Hal, 2004).
Voor elke dienst is er nog een specifieke selectie gemaakt aan etherische oliën voor de verstuiving in de kleine ruimten. Sommige oliën komen wel overeen. In de koffer zijn nog andere oliën aanwezig dan deze die geselecteerd zijn voor de verstuiving.
Dienst 1 Verstuiving: Tabel 6: Etherische oliën voor de verstuiving op dienst 1
Activerende oliën
Kalmerende oliën
Afrikaantje
Lavendel
Bergamot
Mandarijn
Eucalyptus
Marjolein
Pompelmoes
Cipres
46 Algemeen in de koffer van dienst 1: -
Marjoleinolie: Dit is een sterk kalmerende olie die effectief is bij angst, woede en stress. Het is tevens een antidepressivum (Rogge, 2011).
-
Afrikaantje: Deze olie heeft een slijmoplossende werking in geval van luchtwegproblemen. Ze werkt opbeurend en verwarmend bij depressie (Rogge, 2011).
Dienst 2 Verstuiving: Tabel 7: Etherische oliën voor de verstuiving op dienst 2
Activerende oliën
Kalmerende oliën
Dille
Lavendel
Bergamot
Mandarijn
Eucalyptus
Marjolein
Pompelmoes
Salie
Algemeen in de koffer van dienst 2: -
Eucalyptus: De eucalyptusolie heeft een positieve werking op luchtwegklachten. Het werkt stimulerend bij depressie en is effectief tegen agressieproblemen bij personen met dementie (Rogge, 2011). Het meest kenmerkende aan deze olie is dat ze goed is tegen verkoudheden (bronchitis, slijmvlies- en bijholteontstekingen en keelpijn). Ze ontsmet de ruimte en kan hulp bieden bij hoofdpijn en psychische aandoeningen (Hoare, 2001). Bij astmapatiënten wordt deze olie echter afgeraden, omdat ze een aanval kan uitlokken (Rogge, 2011).
-
Salie: De etherische olie salie werkt stimulerend op het geheugen, maar tegelijkertijd ook kalmerend in geval van nervositeit. Uit onderzoek blijkt dat salie het humeur op een positieve manier beïnvloedt (Kennedy et al 2006). Volgens Tildesley (geciteerd door Moss et al., 2003) zou deze olie de geheugenkwaliteit significant kunnen verbeteren. Het bevat echter een hoog gehalte aan thujon, waardoor deze vermeden moet worden wanneer er kans is op epileptische aanvallen (Hoare, 2001).
47 Dienst 3 Verstuiving: Tabel 8: Etherische oliën voor de verstuiving op dienst 3
Activerende oliën
Kalmerende oliën
Dille
Lavendel
Bergamot
Mandarijn
Eucalyptus
Marjolein
Limoen
Cipres
Algemeen in de koffer van dienst 3:
-
Limoen: Deze olie heeft een stimulerende werking, waardoor deze positieve effecten geeft bij dementie en depressie (Rogge, 2011).
-
Bergamot: Deze olie heeft een stabiliserende werking bij stemmingswisselingen (Rogge, 2011).
-
Grove den: De grove den staat bekend om zijn slijmoplossende werking bij luchtwegklachten. Bij depressie is deze olie stimulerend (Rogge, 2011).
-
Rozenolie: De rozenolie heeft verschillende werkingen: ze is een krachtig antidepressivum en angststiller en biedt de nodige troost en steun bij de palliatieve bewoners. Hoare (2001) bevestigt dit. Rozenolie verzacht verdriet dat veroorzaakt kan zijn door emotionele trauma’s. Deze olie is de meest geschikte olie voor ouderen, doordat ze ook vooral verzorgend en vochtinbrengend werkt op de droge en gevoelige huid (Hoare, 2001).
Badzout met lavendel- en rozemarijnolie Om de etherische olie in het badwater op te lossen bij de relaxatiebaden zijn er twee potten badzout geprepareerd: één voor een activerend bad en een ander voor een rustgevend bad: -
Rozemarijnolie voor het activerende badzout: De sterke stimulerende werking van de rozemarijnolie helpt bij depressie en apathie. Het zorgt ook voor een verhoogde concentratie (Rogge, 2011). De rozemarijnolie is opwekkend en ontsmettend. Het vermindert in het algemeen spierpijn, pijn bij artritis en reuma en hartkloppingen (Hoare, 2001). Volgens Moss et al. (2003) zorgt ze daarenboven voor een verbetering in de geheugenkwaliteit en alertheid en heeft het een positieve invloed op het tevredenheidsgevoel. Bij personen met een hoge bloeddruk en epilepsie dient deze olie uit voorzorg vermeden te worden (Hoare, 2001).
48
-
Lavendelolie voor het kalmerende badzout: De linalool in de lavendelolie die via de huid en adem opgenomen wordt, zorgt voor een ontspannen gedrag. In een onderzoek stegen de plasmalevels van linalool en lanalylacetaat wanneer twee procent lavendelolie gemasseerd werd op de buik gedurende 10 minuten. Naast een kalmerende werking zouden deze stoffen bijkomend voor een beter humeur kunnen zorgen (Holmes et al., 2002). Volgens Hoare (2001) zou het helpen tegen slaapstoornissen, reuma, spierpijn, hoofdpijn en hevige emoties.
Voorbereide producten: crèmes Bijkomend is de keuze gemaakt om zoveel mogelijk bereide producten aan te bieden om de veiligheid en de correcte keuze aan etherische oliën te kunnen garanderen. Op die manier zijn vier crèmes samengesteld, elk met hun specifieke werking: -
kalmerende crème: lavendel-, bergamot- en rozenolie; activerende crème: mandarijn-, geranium- en rozenhoutolie; bloedcirculatiestimulerende crème: rozemarijn-, cipres en ylang ylang; gezichtscrème: ylang ylang en rozenhout.
Het verschil tussen de gezichtscrème en de andere crèmes, is dat deze voor het gelaat een lagere dosis aan etherische oliën bevat. Dit omdat de huid van het gezicht gevoeliger en brozer is. Deze vier crèmes zijn steeds in alle drie de koffers aanwezig.
Een duidelijke handleiding Voor de verstuiving van etherische oliën is er in elke koffer een kort overzicht gegeven met de kalmerende en stimulerende oliën. Hierbij staat de werking, de mogelijke gevaren per olie en de dosering opgelijst. Deze handleiding hangt aan de binnenzijde van de kastdeur waar de cartouches en aromastream staan.
Cartouches opsplitsing kleine en grote kamers Een opsplitsing tussen de oliën voor de grote en de kleine kamers vergroot het gebruiksgemak. De personeelsleden vinden makkelijker de nodige oliën terug afhankelijk van hun doel. In samenwerking met een andere stagiaire wellness (Vives) is er een systeem uitgewerkt waarbij er per koffer twee cartouches voorzien worden voor de kleine kamer en vier voor de grote/ leefruimten. Voor beide ruimtes zijn er duidelijke richtlijnen gegeven over de geselecteerde oliën en het gebruik ervan.
Aromastream versus de aromaverstuiver Zowel de gesponsorde aromastream als de aromaverstuiver worden getest op hun gebruiksgemak en duurzaamheid. Beide zijn aanwezig op de dienst, maar de aromastream blijft aanwezig in de wellnesskoffer.
49
Yoga Binnen de yoga ligt de focus vooral op de houdingen en bewegingen, waardoor de noodzaak aan materialen minder groot wordt. Het gevoel van ontspanning kan echter wel vergroot worden met behulp van muziek. Een muziekspeler met een cd met een selectie aan ontspanningsmuziek, zijn zeker een goede aanvulling.
Samenstelling
Een cd-speler zorgt voor de rustgevende achtergrondmuziek die het ontspanningseffect kan ondersteunen en versterken. Een cd met eigen geselecteerde liedjes is beschikbaar in de koffer met als doel de ontspanning te bevorderen. Op basis van eigen ervaringen zijn grote foto’s van de yogahoudingen bijgevoegd om de uitleg rond bepaalde bewegingen en houdingen visueel te ondersteunen. Hoe meer er gebruik gemaakt wordt van verscheidene zintuigelijke kanalen, hoe sneller de aangeboden informatie opgenomen wordt. In elke koffer zit er een pakketje met bezinningskaartjes die gebruikt wordt om de yoga- en relaxatieles te beginnen. Deze kunnen ook voor andere doeleinden gebruikt worden. Een deurhanger laat iedereen weten dat er een yoga- of relaxatieles aan de gang is. Dit voorkomt geluidshinder, zodat de ontspanning verzekerd wordt.
Relaxatie Bij de relaxatieoefeningen is er slechts een kleine selectie aan materialen. Net zoals bij de andere technieken ligt de nadruk vooral op het vergroten van de ontspanning.
Samenstelling
Een cd met kalmerende muziek vergroot het rustgevende gevoel van ontspanning. Ook voor de relaxatie wordt een deurhanger voorzien.
Massage Doordat de aandacht vooral gevestigd wordt op de hand-, gezichts- en voetmassage en het doel eruit bestaat om deze technieken toe te passen op de kamer, zijn vooral handdoeken en massageolie nodig.
Samenstelling
Met twee grote handdoeken en een kleine handdoek voorkomt diegene die masseert dat de olie of crème vlekken maakt op kledij of het meubilair. Om hygiënische redenen is het beter om de handen tussen het masseren van twee mensen na elkaar te ontsmetten met het ontsmettingsmiddel. Er zijn twee massageoliën samengesteld: een stimulerende (bergamot, ylang ylang en mandarijnolie) en een kalmerende (lavendel en marjolein) massageolie .
50
Steekkaarten Algemene opmaak
Korte voorstelling complementaire techniek De betreffende complementaire techniek wordt weergegeven aan de hand van een duidelijke en beknopte betekenis- en doelomschrijving. Het biedt in verstaanbare taal de nodige uitleg aan het personeelslid.
Aandachtspunten Een oplijsting van de belangrijkste opmerkingen zorgt ervoor dat het personeel goed voorbereid is op de techniek om deze toe te passen. Deze zijn afkomstig uit bepaalde aandachtspunten die gegeven worden in de literatuur en persoonlijke ervaringen.
Corpus Steekkaarten met verschillende bewegingen, houdingen, oefeningen, massagetechnieken, gebruikenvormen etc. zijn opgesteld naargelang de complementaire techniek.
Referentielijst Een referentielijst en een vermelding van het sponsorbedrijf ‘B.V.B.A. Sjankara’ vervolledigen de steekkaartpakketten.
Aanvullende steekkaarten naargelang de complementaire techniek
Yogasteekkaarten - Een tijdsverdelingsysteem zorgt ervoor dat de personeelsleden op een effectieve manier het correcte aantal oefeningen kunnen selecteren naargelang de tijd die ze willen inplannen. - Een overzicht van een yogales is aanwezig. - De opwarmingsoefeningen, zittende en staande houdingen met een afbeelding aan de ene zijde en de uitleg aan de achterzijde maken het geheel af.
Aromatherapiesteekkaarten - Een korte weergave van elke mogelijke gebruiksvorm binnen de aromatherapie toont het ruime aanbod aan mogelijkheden die de aromatherapie binnen de verzorging kan bieden. - Het is van belang om binnen de aromatherapie steeds een correcte dosering van de etherische oliën toe te passen. - Verscheidene recepten binnen de gebruiksvormen bieden handvaten aan om zelf makkelijk aan de slag te gaan met aromatherapie en toch de gewenste resultaten te bekomen (op een veilige manier).
51
Relaxatiesteekkaarten - Deze bevatten ook nog oefeningen en een tijdsverdeling zoals de yogasteekkaarten.
Massagesteekkaarten - Op elke steekkaart staat er een oefening met een afbeelding en een uitleg op de voorzijde. Dit is zowel bij de massage van de handen, de voeten en het gezicht. - Ook hier wordt er gebruik gemaakt van een tijdsverdelingsysteem dat advies geeft over de mogelijkheden binnen een bepaalde tijdspanne.
3.3.2 Bijkomende aanpassingen
Materialenlijsten De zijkanten van de koffers zijn voorzien van vier materialenlijsten, één voor elke techniek. Het doel van deze materialenlijsten is het organisatorische aspect. Het zorgt ervoor dat alle nodige materialen zo snel mogelijk teruggevonden en teruggeplaatst kunnen worden.
Volgsysteem (zie ‘Bijlage 9: Volgsysteem’ op pagina 80) Aan de hand van een volgsysteem wordt bijgehouden welke technieken bij welke bewoners op de dienst uitgeprobeerd zijn en wat hun reactie was. Het is zo opgesteld dat het makkelijk in te vullen is en toch een duidelijk overzicht geeft.
Extra steekkaarten voor het relaxatiebad Doordat relaxatiebaden de ontspanning en het welbevinden dienen te verhogen, geven deze extra steekkaarten rond het badmoment nog extra tips. Deze tips gaan zowel over de sfeer als over bepaalde handelingen tijdens de voorbereiding, het wassen en het aankleden. Deze kaarten hangen omhoog in de badkamers van de verschillende diensten en zitten ook in de koffers.
Palliatieve werking Een kleine handleiding over de aromatherapie binnen de palliatieve werking zorgt voor een sterkere integratie van de aromatherapie in alle actoren.
Logo van de ‘Passiflora’ aanpassen naar de dienst Om verdere verwarring te voorkomen is het logo van de ‘Passiflora ‘ op die manier op de koffers geschilderd dat er rekening gehouden werd met de dienst zelf: dienst 1 krijgt één bloem, dienst 2 twee bloemen en dienst 3 drie bloemen.
3.3.3 Kostenplaatje van de wellnesskoffers Het samenstellen van wellnesskoffers brengt verschillende kosten met zich mee: koffers/ kasten, etherische oliën, aromaverstuivers, cd-spelers etc. Dankzij het sponsormateriaal van ‘Sjankara’ zijn deze grotendeels gedekt (zie ‘Tabel 9: Kostenplaatje van de wellnesskoffers’ op de volgende pagina).
52
Sponsormateriaal van ‘Sjankara B.V.B.A.’
etherische oliën (30 stuks), houten kistje (3 stuks), aromastreams (3 stuks), massageolie (9 stuks), hydraterende crèmes (3 stuks), aloë veragel (3 stuks), cartouches (3 stuks). TOTAAL:
475, 68 euro aan materiële sponsoring
Eigen aankoop voor de drie koffers
koffers en organisatiemateriaal : kopies steekkaarten (260 pagina’s): lamineerpapier: cd-spelers (3 stuks): extra’s: - badzoutpotjes: - verf ‘Ambiance lak Satin Mojito’: - ringen opengaand 32 mm 18st: - bijkomende versiering (lintjes, dopjes): vervoerskosten naar Ikea en terug: TOTAAL:
Tabel 9: Kostenplaatje van de wellnesskoffers
.
350,00 euro 73,74 euro 21, 10 euro 120, 00 euro 4,05 euro 27,45 euro 7,90 euro 2,60 euro 16,37 euro 503,21 euro aan eigen kosten
53
4. Discussie 4.1 Testafname Zowel voor de resultaten van de Qualidem als het observatieformulier zijn enkele discussiepunten aanwezig die aantonen dat het onderzoek niet helemaal waterdicht is. Deze punten worden hieronder opgelijst en besproken. Verschillende factoren kunnen onbewust de resultaten van de testen beïnvloeden. Zo spreekt men ook wel van interne als externe factoren.
4.1.1 Interne factoren Bij de bewoner Het humeur en gedrag kan van dag tot dag verschillen afhankelijk van bvb. bepaalde gebeurtenissen waar de bewoner mee geconfronteerd wordt. Om een volledig beeld te verkrijgen van elke cliënt zouden deze observaties met de Qualidem dagelijks dienen te gebeuren. Misschien kan er op die manier een duidelijkere evolutie/ verandering opgemerkt worden in het gedrag van de cliënt. Een tussentijdse evaluatie zou al meer duidelijkheid kunnen scheppen over de evolutie Zo werd het gedrag van N.V. tijdens de postmeting lager gescoord dan bij de premeting. Ook al toont de test negatieve resultaten, is er geen mogelijkheid om eruit af te leiden wat de oorzaak precies is van zijn of haar gedrag. Uit het teamoverleg is ter sprake gekomen dat N. de laatste weken een sterke achteruitgang kent ten gevolge van het dementieproces. Dit zou al één mogelijke oorzaak zijn voor de lagere scores op de levenskwaliteit. Sommige mensen schuwen lichamelijk contact. Bij deze personen zal de spanning waarschijnlijk opbouwen i.p.v. te dalen bij een handmassage. Daarom is het zeker noodzakelijk om hier oog voor het hebben.
Bij de observator/ onderzoeker Er is steeds sprake van een wederzijdse beïnvloeding tussen de therapeut en de cliënt. Dus op die manier kan de observator/ onderzoeker een grote invloed uitoefenen op het gedrag van de cliënt. Aanwezig zijn in dezelfde ruimte kan daarvoor al voldoende zijn. Omgekeerd gebeurt dit ook onbewust, waardoor de therapeut zich op een bepaalde manier gaat gedragen. Door dit te uiten, kan dit ook terug effect hebben op de bewoner. Dat maakt van de therapeutische relatie een cyclusgebeuren. Het vraagt héél wat oefening om zicht te hebben op de verschillende observatie-elementen en kleine veranderingen op te merken. Een bijkomend probleem is dat het niet altijd mogelijk is om non-stop te observeren. Want terwijl moet een massage toegepast worden en eventueel een gesprek. Na verloop van tijd vergroot de vaardigheid in dit alles en is het makkelijk om het
54 formulier in gedachten te overlopen. Het lichaam wordt als het ware gescand, maar op een subtiele manier. Helemaal objectief scoren lukt niet. De therapeut is niet geblindeerd voor de medische achtergrond van de bewoners die deelnemen aan het onderzoek. Met sommige heeft hij zelfs al een therapeutische relatie opgebouwd. Hierdoor is er onbewust al een bepaald beeld gevormd over deze bewoner en worden bepaalde gedragingen verwacht. Het gevaar bestaat er dan uit dat er geen kleine veranderingen opgemerkt worden die een evolutie kunnen betekenen. Daarom zou het beter zijn dat dit observatieformulier met twee onderzoekers wordt afgenomen: één observator en één massagetherapeut. Observaties worden nadien doorgebriefd aan elkaar met een objectievere en volledigere invulling van het observatieformulier als gevolg. Iedereen scoort op een andere manier en afhankelijk van dag tot dag scoort de observator ook anders. Zo kan de ene dag strenger gescoord worden dan de andere. Wat betreft de opstelling van het onderzoek zijn er enkele hiaten aanwezig. Net zoals in verschillende onderzoeken rond complementaire technieken wordt vermeld, is ook hier geen sprake van een controlegroep, is het kortdurend (vier weken), bestaat het uit een kleine testgroep (N=15) en is de therapeut niet geblindeerd voor de achtergrond van de bewoners en de resultaten van de interventie. Hoewel de wellnesskoffer vier complementaire technieken omvat, is deze studie vooral gericht op het massageonderdeel. Dit betekent dus dat er nog verder onderzoek moet gebeuren naar de andere technieken. Alleen op die manier kan gemeten worden of de wellnesskoffer in zijn geheel het welbevinden verhoogd en een invloed uitoefent op het handelen van de cliënt. Ervaringen met de verschillende technieken zijn immers persoonsgeboden. Dit zou kunnen betekenen dat bij het uittesten van de andere technieken wel een groter effect merkbaar is op lange termijn.
4.1.2 Externe factoren Bij de Qualidem is het opvallend dat sommige vragen terugkeren, maar gewoon anders geformuleerd zijn. Op die manier bestaat de mogelijkheid dat er op één vraag verschillende antwoorden gegeven wordt. Ondanks het feit dat het observatieformulier opgesteld is a.d.h.v. de literatuurstudie is het niet zeker hoe hoog de betrouwbaarheid is (test-hertestbetrouwbaarheid). Indien het verder zou gebruikt worden in andere onderzoeken, wordt geopteerd voor een onderzoek naar de validiteit/ betrouwbaarheid van het observatieformulier. Sommige onderdelen zouden misschien anders beoordeeld worden door verschillende personen. Verschillende factoren kunnen hun invloed gehad hebben op de resultaten van dit onderzoek: de medische achtergrond van de bewoner (aanwezigheid van dementie, gebruik van psychoactieve stoffen, fysieke beperkingen etc.), het geslacht, bepaalde gebeurtenissen, plaats waar de massage doorging, omgevingsgeluiden, drukte enz. Bij het invullen van het observatieformulier kan de twijfel ontstaan of bepaalde lichaamssignalen gezien moeten worden als spanning of juist als ontspanning. Deze twee termen zijn dan ook redelijk subjectief.
55 Bij de termen ‘glimlach’ en ‘diep ademen’ komt dit probleem naar boven. Beide termen kunnen op verschillende manieren bekeken worden. De glimlach kan gespiegeld zijn door een persoon met dementie, het kan een vertrokken glimlach zijn, een geforceerde glimlach of echt een openhartige glimlach die het welbevinden weerspiegelt. Het ‘diep ademen’ kan als ontspanning of spanning beoordeeld worden afhankelijk van de context. Sommige bewoners ademen voortdurend diep in t.g.v. hun dementieprofiel. Dit wijst op een grote spanning. Maar anderzijds zijn er ook bewoners die éénmaal diep inademen en vervolgens met een zucht uitademen hetgeen een uiting kan zijn van het loslaten van spanning. Sommige omschrijvingen waren moeilijk van elkaar te onderscheiden en te observeren. Een voorbeeld hierbinnen is het onderdeel ‘ademhaling’ met de termen: gejaagd, oppervlakkig, onregelmatig, rustig en diep. De gejaagde, onregelmatige en oppervlakkige ademhaling sluiten nauw bij elkaar aan en komen vaak samen voor. In de handleiding van het observatieformulier (zie ‘Bijlage 6: Handleiding van het observatieformulier’ op pagina 72) wordt bij het onderdeel ‘handelingskenmerken’ geopteerd om 30 minuten na de interventie nogmaals het handelen te observeren in al zijn facetten. Het probleem bestaat eruit dat het niet altijd lukt om op die manier een correct beeld te hebben van de verandering en zeker niet van de duur van de verandering. Dit is een momentopname, maar ondertussen kunnen al andere gedragingen hebben plaatsgevonden. Ten gevolge van verschillende onvoorziene gebeurtenissen is het niet gelukt om de onderzoeken op de geplande tijdstippen te laten plaatsvinden.
4.2 Wellnesskoffer Hoewel de wellnesskoffer nu helemaal in orde is, dienen er nog bepaalde regelingen getroffen te worden om het gebruik ervan te waarborgen. -
-
-
Op de teamvergadering zijn enkele handmassagetechnieken uitgelegd, gedemonstreerd en ingeoefend. Het is nu aan de personeelsleden om deze zelfstandig verder in te oefenen. Aangezien het de bedoeling is dat het personeel a.d.h.v. de steekkaarten aan de slag kan met de verschillende technieken, is daar niet verder op ingegaan. De steekkaarten zijn zo opgesteld dat elke oefening op een begrijpbare manier is uitgelegd. Het gevaar kan eruit bestaan dat het personeel de tijd niet neemt om de steekkaarten te lezen en alles op eigen houtje uitvoert. Het is immers belangrijk dat er ook rekening gehouden wordt met de opmerkingen die bij elke oefening genoteerd staan. Er dient een wellnessverantwoordelijke aangesteld te worden die de koffer op regelmatige wijze aan een controle onderwerpt en zo nodig de materialen aanvult. Wanneer iemand één van de complementaire technieken uitgevoerd heeft, dient hij/ zij dit in te vullen op het volgsysteemblad. Op die manier kan belangrijke informatie doorgebriefd worden aan de collega’s. Op lange termijn kan er vanuit de dienst een planning opgemaakt worden waarin de ‘wellnessdagen voor de bewoners’ vastliggen. Op die manier zal de koffer zeker gebruikt worden.
56
5. Conclusie De Qualidem geeft aan dat er na een periode van 12 weken een verandering heeft plaatsgevonden in de levenskwaliteit bij elke bewoner. Bij drie van de vier bewoners is deze gestegen, maar bij één persoon is deze gedaald. Deze verandering situeert zich vooral op de onderdelen ‘positief affect’, ‘negatief affect’ en ‘positief zelfbeeld’. Hoewel bij één cliënt niet alle onderdelen ingevuld mochten worden t.g.v. haar dementieel beeld, kan er toch een positieve verandering opgemerkt worden voor de resterende onderdelen. Uit de observatieformulieren kan geconcludeerd worden dat er voorlopig geen langetermijneffecten zichtbaar zijn op het vlak van ontspanning bij de bewoners in het WZC. Op korte termijn (gedurende de massage) treedt het grootste deel van de veranderingen op. Deze veranderingen situeren zich vooral op het vlak van een daling van aanwezige spanningen en een stijging van de ontspanning. Hier zijn enkele uitzonderingen op. Zo zijn er bewoners waarbij de spanningen aanwezig blijven gedurende de massage-interventie of waarbij deze spanningen nadien meteen terugkeren. Wat betreft het onderdeel van de handelingskenmerken is uit de resultaten naar voor gekomen dat wekelijks gemiddeld 35.78% van de bewoners binnen de 30 minuten na de interventie een zekere gedragsverandering vertoonde. Deze verandering situeert zich echter vooral op interpersoonlijke contactname en amper op de activiteitenpatronen. Uit de discussie is naar voor gekomen dat er nog verder onderzoek dient te gebeuren met meerdere bewoners, een controlegroep en een grotere duur om de korte termijneffecten te bevestigen en deze op lange termijn uitgebreider weer te geven. Het kostenplaatje van de wellnesskoffers (zie ‘Tabel 9: Kostenplaatje van de wellnesskoffer’ op pagina 51) laat zien dat het gesponsorde materiaal meer dan de helft van de kosten gedekt heeft. Dit maakt dat de wellnesskoffers niet goedkoop zijn, maar het is ook van belang te onthouden dat ze wel een meerwaarde kunnen betekenen voor het welzijn van de ouderen. Daarom is het zeker geen verloren innovatief project. Uit deze bachelorproef kan geconcludeerd worden dat de massagetechniek binnen de wellnesskoffer effectief is op het vlak van ontspanning, maar niet op het handelingspatroon van de bewoner. De ervaring van deze techniek is wel steeds persoonsgebonden. Andere technieken kunnen dan ook steeds andere resultaten opleveren. Daarom dient er nog verder onderzoek te gebeuren naar de andere technieken van de wellnesskoffer om een volledig beeld te verkrijgen van de effecten op het welzijn van de bewoners in het WZC Huize Sint-Jozef.
57
Lijst met figuren en tabellen Figuren Figuur 1: Servicemanagement-model (eigen bewerking van Normann, 1991) .................................... 12 Figuur 2: Invloed van de integratie van complementaire technieken op de handelingselementen (eigen bewerking van Kinébanian, 2012)...................................................................................... 33
Tabellen Tabel 1: Omschrijving van de geselecteerde cliënten per dienst ....................................................... 356 Tabel 2: Weergave van de premeting met de Qualidem (17/2/2014) .................................................. 38 Tabel 3: Weergave van de premeting met de Qualidem (8/5/2014) .................................................... 39 Tabel 4: Resultaten van de algemene gegevens uit het observatieformulier....................................... 40 Tabel 5: Resultaten van de observaties uit de observatieformulieren ................................................. 41 Tabel 6: Etherische oliën voor de verstuiving op dienst 1 .................................................................... 45 Tabel 7: Etherische oliën voor de verstuiving op dienst 2 .................................................................... 46 Tabel 8: Etherische oliën voor de verstuiving op dienst 3 .................................................................... 47
58
Referentielijst Wetenschappelijke artikels -
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
Brown, K.W. & Ryan, R.M. (2003). The Benefits of Being Present: Mindfulness and Its Role in Psychological Well-Being. Journal of Personality and Social Psychology, 84, nr. 4, pp. 822-848. Brauchli, P., Rüegg, P.B., Etzweiler, F. & Zeier, H. (1995). Electrocortical and Autonomic Alteration by Administration of a Pleasant and an Unpleasant Odor. Chemical Senses, 20, nr. 5, pp. 505-515. Geraadpleegd op 20 november 2013 via http://chemse.oxfordjournals.org/content/20/5/505.short Davidson, J., Kabat-Zinn, J., Schumacher, J., Rosenkranz, M., Muller, D., Storelli, S., Urbanowski, F., Harrington, A., Bonus, K. & Sheridan, J.F. (2003). Alterations in Brain and Immune Function Produced by Mindfulness Meditation. Psychosomatic Medicine, 65, pp. 564–570. Holliday-Welsh, D., Gessert, C.E. & Renier, C.M. (2009). Massage in the Management of Agitation in Nursing Home Residents with Cognitive Impairment. Geriatric Nursing, 30, nr. 2, pp. 108-117. Geraadpleegd op 27 maart 2014 via http://www.sciencedirect.com/science/article/pii/S0197457208002085 Holmes, C., Hopkins, V., Hensford, C., MacLaughlin, V., Wilkinson, D. & Rosenvinge, H. (2002). Lavender oil as a treatment for agitated behavior in severe dementia: a placebo controlled study. International Journal of Geriatric Psychiatry, 17, pp. 305-308. Hongratanaworakit, T. (2004). Physiological effects in aromatherapy. Journal Scientific Technologies, 26, nr. 1, pp. 117-125. Geraadpleegd op 20 december 2013 via http://rdo.psu.ac.th/sjst/journal/26-1/12aromatherapy.pdf Kennedy, D., Pace, S., Haskell, C., Okello, E.J., Milne, A. & Scholey, A.B. (2006). Effects of cholinesterase inhibiting sage (Salvia officinalis) on mood, anxiety and performance on a psychological stressor battery. Neuropsychopharmacology, 31, pp. 845–852. Lazar, S.W., Kerr, C., Wasserman, R., Gray, J.R., Greve, D.N., Treadway, M.T., McGarvey, M., Quinn, B.T., Dusek, J.A., Benson, H., Rauch, S.L., Moore, C.I. & Fischl, B. (2005). Meditation experience is associated with increased cortical thickness. Neuroreport, 16, nr. 17, pp. 1-9. Lynch, T.R., Morse, J., Mendelson,T. & Robins, C. (2003). Dialectical behavior therapy for depressed older adults: a randomized pilot study. American Journal of Geriatric Psychiatry, nr. 11, pp. 33-45. Masago, R., Kikuchi, Y., Miyazaki, Y., Iwanaga, K., Harada, H. & Katsuura, T. Matsuda, T. (2000). Effects of Inhalation of Essential Oils on EEG Activity and Sensory Evaluation. Journal of Physiological Anthropology and Applied Human Science, 19, nr. 1, pp. 35-42. Geraadpleegd op 20 januari 2014 via http://www.ferquima.com.br/pdf/estudos/Massago_et_al_2000.pdf Maskell, B., Shapiro, D.R. & Ridley, C. (2004). Effects of braingym on overhand throwing in first gradestudenst: a preliminary investigation. Physical Educator, 61, nr. 1, pp. 14-22. Moss, L., Rouse, M., Wesnes, K. & Moss, M. (2010). Differential effects of the aromas of Salvia species on memory and mood. Human Psychopharmacology, nr. 25, pp. 388-396. Moss, M., Cook, J., Wesnes, K. & Duckett, P. (2003). Aromas of rosemary and lavender essential oils differentially affect cognition and mood in healthy adults. International Journal Neuroscience, 113, pp. 15-38. Moya, J. & Hanlon, S. (1996). Relaxation training for nursing home patients: suggestions for simplifying and individualizing treatment. Clinical Gerontologist, 16, nr. 3, pp. 37-48. Nguyen, Q. & Paton, C. (2008). The use of aromatherapy to treat behavioral problems in dementia. International Journal of Geriatric Psychiatry, 23, pp. 337-346. Geraadpleegd op 20 december 2013 via http://ot.creighton.edu/community/EBLP/Question4/2010_Update/Nguyen%202008.pdf
59 -
-
-
-
-
-
-
-
Oken, B.S., Zajdel, D., Kishiyama, S., Flegal, K., Dehen, C., Haas, M. et al. (2006). Randomized, controlled, six-month trial of yoga in healthy seniors: effects on cognition and quality of life. Alternative Therapies in Health Medicine, 12, nr. 1, pp. 40-47. Smallwood, J., Brown, R., Coulter, F., Irvine, E. & Copland, C. (2001). Aromatherapy and behavior disturbances in dementia: a randomized controlled trial. International Journal of Geriatric Psychiatry, 16, pp. 1010-1013. Suhr, J., Anderson, S. & Tranel, D. (1999). Progressive Muscle Relaxation in the Management of Behavioural Disturbance in Alzheimer's Disease. Neuropsychological Rehabilitation: An International Journal, 9, nr. 1, pp. 31-44. Geraadpleegd op 4 maart 2014 via http://www.tandfonline.com/doi/abs/10.1080/713755590 Wang, C., Bannuru, R., Ramel, J., Kupelnick, B., Scott, T. & Schmid, C.H. (2010). Tai chi on psychological well-being: systematic review and meta-analysis. BMC Complementary and Alternative Medicine, 10, nr. 23, pp. 1-16. Geraadpleegd op 29 december 2013 via http://www.biomedcentral.com/1472-6882/10/23/ Wang, C., Collet, J.P. & Lau, J. (2004). The Effect of Tai Chi on Health Outcomes in Patients With Chronic Conditions. Arch Intern Med, 164, pp. 493-501. Geraadpleegd op 29 december 2013 via http://archinte.jamanetwork.com/article.aspx?articleid=216794 Wang, C.W., Lin Zhang, A., Rasmussen, B., Lin, L., Dunning, T., Wan Kang, S., Park, B.J. & Kai Lo, S. (2009). The Effect of Tai Chi on Psychosocial Well-being: A Systematic Review of Randomized Controlled Trials. Journal Acupuncture Study, 2, nr. 3, pp. 171-181. Geraadpleegd op 29 december 2013 via http://www.jams-kpi.com/article/S20052901%2809%2960052-2/abstract Van der Ploeg, E.S., Eppingstall, B. & O’Connor, D. (2010). The study protocol of a blinded randomized eicontrolled cross-over trial of lavender oil as a treatment of behavioural symptoms. BMC Geriatrics, 10, nr. 49, pp. 1-5. Wolfsont, C. (2002). Increasing Behavioral Skills and Level of Understanding in Adults: A Brief Method Integrating Dennison’s Brain Gym Balance With Piaget’s Reflective Processes. Journal of Adult Development, 9, nr. 3, pp. 187-203. Geraadpleegd op 7 januari 2014 via http://link.springer.com/article/10.1023/A:1016052026435
Boeken -
-
Didonna, F. (2009). Clinical Handbook of Mindfulness. New York: Springer. Geenen, K., Bouckaert,L., Jansen, G., Van Uytsel, A., Nuytens, L., Collier, C., De Coninck, L., Ghysels, R., Valy, J., Watthy, D., Van Oevelen, P., Vincke, L., Van Acker, M. & Simons, K. (2012). Ergotherapie in de geriatrie: basisboek voor kwaliteitsvolle hulpverlening. (2de dr.). Leuven: Acco. Hoare, J. (2011). Handboek aromatherapie. Utrecht: Veltman. Jacob, W. (2000). Snoezelen: een nieuwe dimensie in de dementie. Diegem: Kluwer. Kinébanian, A., Hartingsveldt, M. & le Granse, M. (2012). Grondslagen in de ergotherapie. Amsterdam: Reed Business. Langedijk, P. (1996). Strelen, masseren en aanraken: noodzaak voor een gezond lichaam en een gezonde geest. Deventer: Ankh-Hermes. McBee, L. (2008). Mindfulness-Based Elder Care: A CAM model for frail elders and their caregivers. New York: Springer. Morency, C. (2010). Yoga op leeftijd. Altamira: Haarlem. Mumford, S. (2010). De massagegids. Utrecht: Veltman Uitgevers. Payne, R. & Donaghy, M. (2010). Handboek relaxatietechnieken [cursus] (vertaald door N. Vandezande). Howest, Opleiding Ergotherapie Wellnesscoaching. Rogge, P. (2011). Aromatherapie in de zorgverlening. Leuven: Acco. Stiles, M. (2000). Yogatherapie voor lichaam en geest. Altamira: Haarlem.
60 -
Wessels, P. (2002). Massage. Turnhout: Proost.
Internet -
-
-
-
-
-
Sensibiliseringscampagne 2006 naar aanleiding van de herdenking van 100 jaar ontdekking van de ziekte van Alzheimer. (2006). Geraadpleegd op 20 december 2013 via http://www.dementie.be/print.asp?page=12 Bodyscan meditatie. (z.j.). Geraadpleegd 6 april 2014 via https://www.youtube.com/watch?gl=BE&v=RpHrpFy37l8 Timmerman, D., Bogaert, H. & Mullie, A. (2009). Pijngedrag Observatieschaal. Geraadpleegd op 13 februari 2014 via http://www.azalma.be/download/20090928_pijnkliniek_003%20Dr%20Bogaert.pdf Braingym. (2014). Geraadpleegd op 25 april 2014 via http://www.topki.nl/paginas/braingym.htm de Jonghe, M. (2013). Het lichaam vertelt. Geraadpleegd op 15 maart 2014 via http://www.academiepsychodrama.com/publicaties/artikelen/het-lichaam-vertelt/ Encyclo. (2014). Geraadpleegd op 13 mei 2014 via http://www.encyclo.nl Etherische olie bij massages. (z.j.). Geraadpleegd op 26 maart 2014 via http://www.aromatheek.be/ etherische_olie_bij_massages.php Ettema, T., de Lange, J., Dröes, R.-M., Mellenbergh, D., Ribbe, M. (2005). Handleiding Qualidem. Geraadpleegd op 5 februari 2014 via http://www.trimbos.nl/~/media/programmas/ouderen/qualidem_handleiding.ashx Fuchs-Lacelle & Hadjistavropoulos. (2004). Nederlandse versie van de Pain Assessment Checklist for Seniors with Severe Dementia (Pacslac-D) (vertaald door Zwakhalen). Geraadpleegd op 10 maart 2014 via http://www.dementieinbeweging.nl/info/pijn/ Gebruik van etherische oliën. (z.j.). Geraadpleegd op 26 maart 2014 via http://www.naturehelps.com/infopage/neder/mi_arox4.htm Geschiedenis van yoga. (2014). Geraadpleegd op 25 april 2014 via http://mens-engezondheid.infonu.nl/spiritueel/132853-geschiedenis-van-yoga-hatha-yoga.html Huize Sint-Jozef. (2014). Geraadpleegd op 24 november 2013 via http://www.huizesintjozef.be/ Jansma, K.R. (z.j.). Jongdementie-Frontotemporale dementie. Geraadpleegd op 9 januari 2014 via http://www.dementie.be/default.asp?page=32 Physalis: etherische oliën. (z.j.). Geraadpleegd op 25 maart 2014 via http://www.volatile.nl/nl/producten/etherische-oli%C3%ABn Relaxatieoefeningen. (z.j.). Geraadpleegd op 15 maart 2014 via http://www.fitinjehoofd.be/uploadedFiles/Fit_in_je_Hoofd/9_relaxatieoefeningen.pdf Stoelyoga voor ms. (2010). Geraadpleegd op 18/02/2014 via http://ebookbrowsee.net/stoelyoga-voor-ms-pdf-d216422396 Svansdottir, H.B., Snaedal, J. (2006). Music therapy in moderate and severe dementia of Alzheimer’s type: a case-control study. Geraadpleegd op 15 maart 2014 via http://www.researchgate.net/publication/7162647_Music_therapy_in_moderate_and_seve re_dementia_of_Alzheimer%27s_type_a_case-control_study Wat is brain gym? (2014) Geraadpleegd op 27 februari 2014 via http://www.braingymbelgium.be/CMS/wat-is-brain-gym/
Andere -
Physialis. (z.j.). Etherische oliën. [brochure]. Van Hal, S. (2003). Aromatherapie in de palliatieve. [syllabus].
61
Bijlagen Bijlage 1: Werking binnen het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef te Ieper 62 Bijlage 2: Sponsorbrief
65
Bijlage 3: Mail naar Sjankara
66
Bijlage 4: Qualidem
67
Bijlage 5: Het observatieformulier
69
Bijlage 6: Handleiding observatieformulier
72
Bijlage 7: De wellnesskoffer
77
Bijlage 8: Poster van de wellnesskoffer
79
Bijlage 9: Volgsysteem
80
62
Bijlage 1: Werking binnen het woonzorgcentrum Huize SintJozef te Ieper Algemene werking binnen de diensten Organisatie Het woonzorgcentrum Huize Sint-Jozef is opgesplitst in drie diensten. Waarbij het team op elke dienst uit een hoofdverpleegkundige en een groep met verpleegkundigen en zorgkundigen bestaat die instaan voor de verzorging en maaltijdbegeleiding. Een kinesist die de bewegingsmogelijkheden van de bewoners zo optimaal mogelijk houdt, hoort er ook bij. Daarnaast staat er ook één woonbegeleider op de dienst die voornamelijk instaat voor de organisatie van verscheidene activiteiten, ontbijtbegeleiding, hulpmiddelen, wellness etc. Elke dienst organiseert dagelijks een overlegmoment, waar belangrijke informatie doorgebriefd wordt. Op die manier kan het behandelplan aangepast worden aan de behoeften van elke bewoner en wordt zo cliëntgericht mogelijk gewerkt. De teamvergaderingen vinden daarentegen maandelijks plaats. De verschillende vakgroepen (voor comfortzorg, ergonomie, woonbegeleiding, wondzorg, wellness etc.) die in het WZC huizen, vergaderen op vaste tijdstippen (ongeveer om de 2 à 4 maanden). Dit alles ten voordele van de bewoners en het personeel, er wordt gestreefd naar een zo kwaliteitsvol mogelijke zorg. . Het WZC organiseert om de 2 à 3 maanden een bewonersraad waarbij er steeds een vast aantal bewoners van elke dienst een extra kans krijgen hun mening door te geven over de werking in het WZC en wat er volgens hen nog kan verbeteren. De brievenbus op elke dienst, geeft aan elke bewoner de kans om bepaalde opmerkingen te posten.
Dienstverlening Om de levenskwaliteit zo optimaal mogelijk te houden voor alle bewoners, worden er verscheidene diensten ter beschikking gesteld. Voorbeelden hierbinnen zijn de sociale, psychologische en pastorale begeleiding. Verder zijn er ook bijkomende diensten die het welzijn kunnen verhogen: de kapper, de pedicure en de Passiflora. De Passiflora is een wellnesscentrum dat zich in het WZC situeert op de tweede verdieping. Het is onderverdeeld in verschillende kamers die allemaal uitkomen op een gang met een zitruimte. De kamers omvatten verschillende materialen en middelen om massages, gezichts- en voetverzorging aan te bieden. Maandagmiddag krijgen de zwaar zorgbehoevende bewoners de kans om zich te laten verwennen. Dinsdagmiddag wordt vrijgehouden voor de andere bewoners die ofwel een volledige wellnessmiddag of het ‘à la carte’ systeem volgen.
63 De algemene grotere activiteiten die door bewoners van alle diensten meegevolgd worden, omvatten onder andere een jaarlijkse uitstap naar de zee, wandelingen, restaurantdag, turnen, relaxatie, ‘Tuin op poten’ etc. Het team wonen staat hiervoor in en bestaat uit de woonbegeleiding, de kinesitherapeuten en de staf. Hieronder vallen de pastorale, de psycholoog en de kwaliteitscoördinator die een coachende functie hebben. De vrijwilligers, familie, scholen en verenigingen worden zoveel mogelijk in de werking betrokken. Doordat Huize Sint-Jozef een Christelijke instelling is, staan er ook pastorale activiteiten centraal. Eucharistievieringen vinden dagelijks plaats in de kapel en volgens het liturgisch jaar zijn er aanvullende vieringen. Op alle dienst worden er dagelijks in de voor- en namiddag activiteiten georganiseerd die terug te vinden zijn in het krantje ‘de Zonnebloem’.
De werking van de verschillende diensten van het woonzorgcentrum Dienst 1 Dit is de grootste dienst binnen het WZC met 35 bewoners in totaal die zich op gelijkvloers situeert. De doelgroep is zeer verscheiden, waardoor men o.a. bewoners heeft met fysieke problematieken, dementie en aanvullend crisisopvang voorziet. De leefruimte wordt de ‘Papaver’ genoemd en is de ruimste leefruimte in vergelijking met die van de andere diensten. Hier vindt voornamelijk het maaltijdgebeuren plaats, maar soms organiseert men ook andere activiteiten in deze ruimte, zoals familiefeesten en dienstoverschrijdende activiteiten waar dus alle diensten aan deelnemen. In vergelijking met de andere diensten is er op dienst 1 geen kookeiland aanwezig. Vlakbij de Papaver bevindt zich de cafetaria die drie namiddagen opengehouden wordt door een vrijwilliger (woensdag, zaterdag en zondag). Hier kunnen de bewoners (en hun familie) even bijpraten en iets drinken. In de zomer wordt ook het terras toegankelijk gemaakt. In deze cafetaria vindt ook een vrij gevarieerd activiteitenaanbod plaats, zoals de turn- (maandag- en donderdagvoormiddag), de kook- (dinsdagvoormiddag en geplande namiddagen), de crea- en spelactiviteiten. Ter ondersteuning van de ROT worden deze ’s ochtends op het krijtbord genoteerd. Naast het feit dat er vaste vrijwilligers helpen met de cafetaria, zijn er ook aangesteld voor de hulp bij de namiddagactiviteiten. Er bevinden zich twee hometrainers op het gelijkvloers die steeds beschikbaar zijn voor de bewoners en vaak gebruikt wordt voor behandelingen door de kinesist.
64
Dienst 2 Op deze afdeling wonen 25 bewoners met o.a. een psychiatrische geschiedenis en/of fysieke zorgbehoevendheid. De leefruimte noemt ‘de Ark’ en omvat een zit-, eet- en kookruimte. Het kookeiland wordt op dinsdag- en vrijdagvoormiddag gebruikt om verse soep, gebakken aardappelen en puree (op woensdag) te maken en voor enkele bakactiviteiten in de namiddag.
Dienst 3 Op deze afdeling bevinden zich 22 bewoners. Ze situeert zich op de eerste verdieping en richt zich specifiek naar personen met dementie. Hoewel in het hele woonzorgcentrum een huiselijke sfeer wordt nagestreefd, is deze dienst vooral dementievriendelijk ingericht. Zo zijn er enkele ROT-elementen aangebracht in de kamer, zoals een dagplanning, de datum, het menu etc. Wat betreft de activiteiten geldt hier dezelfde regeling als bij de andere diensten. Om de 2 weken komen de kleuters van de school Sint-Jozef op dinsdagnamiddag langs om deel te nemen aan het kleuterturnen. In vergelijking met de andere diensten is de leefruimte opgesplitst in twee delen: de eet- en zitruimte zijn van elkaar gescheiden. Het kookeiland situeert zich niet in de eet-, maar in de zitruimte. Tijdens de middag wordt de eetruimte afgesloten, om het ronddwalende gedrag van enkele bewoners te reduceren. Er wordt ook gebruik gemaakt van andere methoden om de veiligheid rond dit dwaalgedrag te vergroten. Een voorbeeld hiervan is een cijfercodesysteem dat ervoor zorgt dat de bewoners de afdeling zelf niet kunnen verlaten.
65
Bijlage 2: Sponsorbrief Geachte bedrijfsleider, Mijn naam is Leila Van Kerckhove, ik ben laatstejaarsstudent binnen de opleiding Bachelor Ergotherapie-Wellnesscoaching te Howest. Binnen mijn eindwerk richt ik me op ouderen die verblijven in woonzorgcentra, meer bepaald op de ouderen binnen het WZC Huize Sint-Jozef te Ieper. Huize Sint-Jozef bestaat uit een rust- en verzorgingstehuis, een centrum voor kortverblijf en Residentie Louise (serviceflats). Er verblijven dus valide, maar ook licht tot zwaar zorgbehoevende ouderen. Eén afdeling is gespecialiseerd in de begeleiding van ouderen met dementie. Men staat garant voor kwalitatieve zorg aangepast aan de individuele behoeften van de bewoners. In het kader van mijn eindwerk heb ik er dan ook voor gekozen een project uit te werken waarbij de integratie van wellness in de dagelijkse verzorging van ouderen centraal staat. Op die manier kan de kwaliteitszorg nog meer geoptimaliseerd worden. Ouderen met een fysieke en mentale zorgbehoevendheid, met dementie of op de palliatieve ondervinden vaak hinder van hun beperkingen, met een laag welzijnsgevoel tot gevolg. Onderzoek heeft uitgewezen dat wellness de levenskwaliteit sterk kan verhogen. Zo kunnen bepaalde etherische oliën zoals lavendel probleemgedrag verzachten bij personen met dementie. Om de bewoners een groter welbevinden en een dieper contact met de hulpverlening te kunnen bieden, is er reeds een wellnessruimte aanwezig in het WZC. Men wil de wellness echter verder doortrekken naar de verschillende diensten met behulp van 3 wellnesskoffers (elk specifiek aangepast aan de noden op elke dienst) waarin alle nodige materialen terug te vinden zijn (o.a. etherische en massage oliën, hotstones, aromadiffuser, verzorgingsproducten etc.). Om dit project te kunnen realiseren, ben ik dringend op zoek naar sponsors die me willen steunen. Het samenstellen van dergelijke gepersonaliseerde koffers is natuurlijk een kostelijk plaatje. Indien u zich geroepen voelt om een steentje bij te dragen en onze bewoners te steunen, is materiële sponsoring altijd welkom. Bovendien kunt u voor giften vanaf 40 euro een fiscaal attest verkrijgen. U kunt ook steeds een storting uitvoeren op het volgende rekeningnummer (rekeningnummer WZC: BE64 4673 8671 6152). Gelieve hierbij echter te vermelden dat het voor de wellnesskoffers is. Natuurlijk krijgt u hier zelf ook iets voor terug! Zo wordt het logo van uw bedrijf in de bijgevoegde handleiding van de wellnesskoffers geplaatst die overal in het woonzorgcentrum gebruikt zullen worden. Wenst u meer informatie, dan kunt u me steeds contacteren op het onderstaande nummer of mailadres. De bewoners van Huize Sint-Jozef zullen u erg dankbaar zijn! Alvast hartelijk bedankt. Met vriendelijke groeten, Leila Van Kerckhove Ergotherapie Wellnesscoaching - Howest Kortrijk
66
Bijlage 3: Mail naar Sjankara Beste, Dit zijn de materialen die in elke koffer aanwezig dienen te zijn om aan aromatherapie en massage te kunnen doen (en dus driemaal nodig zijn): - een aromastream per koffer; - 2 kleine flesjes massageolie per koffer (zodat we zelf ook nog kunnen mengen met etherische oliën voor een kalmerende en een stimulerende massageolie); - een hydraterende crème per koffer; - een houten kistje om de etherische oliën in te bewaren; Etherische oliën (een specifieke selectie per dienst naargelang de werking op emotioneel en fysiek vlak): Dienst 1 (vooral ouderen met een fysieke beperking): - lavendelolie, - marjoleinolie, - pompelmoesolie, - rozenhoutolie, - mandarijnolie, - rozemarijnolie, - ylang ylangolie, - afrikaantje, - cipresolie, - dille.
Dienst 2 (ouderen met een fysieke beperking en een psychiatrisch verleden): - eucalyptus, - dille, - ylang-ylang, - mandarijnolie, - geranium, - rozenhout, - pompelmoes, - lavendelolie, - salie, - cipres.
Dienst 3 (ouderen met dementie): - limoen, - mandarijn, - bergamot, - grove den, - lavendelolie, - rozenolie (ik ben er mij van bewust dat dit de duurste olie is in jullie gamma en is dus zeker niet verplicht, maar ze zou zeker een meerwaarde zijn in de koffer); - cipres, - marjolein, - dille, - eucalyptusolie.
Alvast hartelijk bedankt voor uw materiële sponsoring. Met vriendelijke groeten, Leila Van Kerckhove
67
Bijlage 4: Qualidem1
68
1
Ettema, de Lange, Dröes, Mellenbergh & Ribbe. (2005). Handleiding Qualidem. Amsterdam: VUmc/EMGO-instituut, afdeling Psychiatrie. .
69
Bijlage 5: Het observatieformulier Gelieve de handleiding te raadplegen voor verdere instructies over de afname.
Algemeen Datum van afname: …………………………………….
Initialen observator: …………………… Initialen bewoner: ……………………. Leeftijd: …………. jaar Dementie?
Ja Fase:
Neen
Bedreigde ik Verborgen ik
Verdwaalde ik Verzonken ik
Agitatiegedrag: …………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………………………… Gebruikt deze bewoner psychoactieve stoffen? Score op de Katz-schaal:
Categorie A Categorie B Categorie D
Ja
Neen Categorie C Categorie C dement
Massagetechniek Massage: Gezicht Handen Voeten Gebruikte etherische oliën: …………………..…………………………………………………………………………….. Wat vindt hij/ zij van deze olie? Positief Negatief Gebruik van muziek? Zo ja, Plaats: Leefruimte Andere:……………………….
Observatie -
Ja Radio
Neen Rustgevende muziek op een cd Kamer
Badkamer
Voor
Tijdens
Na
Ademhaling:
Gejaagd
[]
[]
[]
Oppervlakkig
[]
[]
[]
Onregelmatig
[]
[]
[]
70
-
-
-
-
-
Rustig
[]
[]
[]
Diep
[]
[]
[]
Houding:
Gespannen
[]
[]
[]
Ontspannen
[]
[]
[]
Afwezig
[]
[]
[]
Betrokken
[]
[]
[]
Ogen
Gesloten
[]
[]
[]
Staren
[]
[]
[]
Oogcontact
[]
[]
[]
Opgetrokken wenkbrauwen
[]
[]
[]
Frons
[]
[]
[]
Neergeslagen ogen
[]
[]
[]
Kijken naar de handelingen
[]
[]
[]
Rondkijken in de kamer
[]
[]
[]
Mond
Grimas
[]
[]
[]
Glimlach
[]
[]
[]
Neutraal/ ontspannen
[]
[]
[]
Opeengeperste lippen
[]
[]
[]
Open mond
[]
[]
[]
Handen
Onrustige bewegingen
[]
[]
[]
Rustig/ ontspannen
[]
[]
[]
Gespannen (bvb. vuisten)
[]
[]
[]
Stem
Interactie (gesprek)
[]
[]
[]
Herhalende geluiden/ woorden [ ]
[]
[]
Onverstaanbaar
[]
[]
[]
Stil
[]
[]
[]
71
-
Kreunen/ kermen
[]
[]
[]
Verbale agressie
[]
[]
[]
Sociaal emotioneel/ stemming
Oogcontact zoeken
[]
[]
[]
Afgeleid
[]
[]
[]
Afwijzende houding
[]
[]
[]
Vriendelijk
[]
[]
[]
Afwezige houding
[]
[]
[]
Actieve deelname
[]
[]
[]
Agressieve houding
[]
[]
[]
Prikkelbaar
[]
[]
[]
Verdriet
[]
[]
[]
Bijkomende opmerkingen: ………………………………………………………………………………………………. ………………………………………………………………………………………………………………………………………….
-
Handelingskenmerken van de bewoner (na 30 minuten invullen):
Is er na de interventie een verandering merkbaar in het gebruikelijke gedrag? Aspecten Interpersoonlijke contactname
Gebruikelijke gedrag (voor)
Activiteitenpatroon
Persoonskenmerken (intrapersoonlijke kenmerken) Duur van de verandering
/
Verandering (na)
72
Bijlage 6: Handleiding observatieformulier In deze handleiding wordt er verdere uitleg gegeven over het observatieformulier. Dit moet ervoor zorgen een zo objectief mogelijk observatie te verkrijgen. Deze objectiviteit wordt nagestreefd door zoveel mogelijk te focussen op de lichaamstaal in plaats van deze zelf te interpreteren en te linken aan bepaalde emoties. Iedereen interpreteert immers op verschillende manieren. Bovenaan staat er op elke pagina steeds de datum. Dit is om verdere verwarring te vermijden. Op die manier worden de observaties van verschillende datums niet door elkaar gehaald. Het formulier wordt opgesplitst in drie luiken: algemeen, massagetechniek en observatie.
1. Algemeen In dit onderdeel wordt er geprobeerd om zo kort mogelijk een duidelijk beeld te schetsen van de bewoner waarbij de complementaire techniek uitgevoerd wordt. Deze schets laat zien of er bepaalde belangrijk factoren aanwezig zijn die een zekere rol kunnen spelen in de keuze van de techniek, de manier van aanbrengen, hoe de bewoner kan reageren op bepaalde technieken etc. Dit gedeelte wordt best vooraf ingevuld, omdat je aan de hand van deze oplijsting een beter overzicht hebt over mogelijke aanpassingen, valkuilen etc. Dit dient vaak slechts éénmalig ingevuld te worden, want voor de rest van de observaties staat dit zo goed als vast. Zo kunnen steeds de bijhorende observaties toegevoegd worden en eventuele vernieuwingen tussen gevoegd worden.
2
-
Initialen van de bewoner en de observator Met behulp van de initialen bewaak je het beroepsgeheim, maar kan het personeel tegelijkertijd wel weten over welke bewoner het gaat.
-
Leeftijd De leeftijd kan bepalend zijn voor de interesses, ouderdomsklachten etc.
-
Het dementieproces kan onderverdeeld worden in 4 fasen2: het bedreigde, verdwaalde, verborgen en verzonken ik.
Het bedreigde ik In deze fase probeert de persoon de beginnende vergeetachtigheid te verbergen. Dit brengt stress en zorgt ervoor dat men emotioneel uit balans geraakt. Ze zijn meestal goed georiënteerd, maar kunnen op bepaalde momenten even de weg kwijt zijn.
Het verdwaalde ik De vergeetachtigheid neemt toe in deze fase hetgeen ervoor zorgt dat men
De symptomen en de fasen van dementie. (2012). Geraadpleegd op 4 maart 2014 via http://mens-engezondheid.infonu.nl/ziekten/66429-de-symptomen-en-de-fasen-van-dementie.html
73 bijvoorbeeld bepaalde woorden vergeet. Hier situeren zich wel problemen in tijd en ruimte. Ze zijn letterlijk verdwaald en kunnen soms zonder doel ergens heenlopen. Ze kunnen terugtrekkend gedrag vertonen.
Het verborgen ik In deze fase gaat men zich steeds meer terugtrekken en zitten ze in hun eigen wereld. Herhalende bewegingen komen vaak voor. Contactname is moeilijk.
Het verzonken ik Bij de ouderen die zich in dit dementiestadium bevinden, is de interactie volledig afwezig. Ze houden ook vaak hun ogen gesloten. Deze fasen zijn bepalend naar waar zij in die fase behoefte aan hebben en op welke manier zij reageren op contact. Vooral in fase 3 en 4 is de nood aan fysiek contact groot. Het agitatiegedrag kan opgelijst worden, zoals: herhalende bewegingen/ geluiden, zoeken, dwalen, agressie, claimend gedrag, apathie en onrust.
-
Het gebruik van psychoactieve stoffen3 kan ervoor zorgen dat bepaalde therapieën de ene dag helemaal anders kunnen uitpakken dan op andere dagen. Doordat de bewoners sterk beïnvloedt worden door de medicatie. Psychoactieve middelen hebben immers effect op de psyche, zoals een hallucinogene of sedatieve uitwerking.
-
De Katz-schaal4 geeft aan in welke mate de persoon in kwestie hulpbehoevend is. De zwaar hulpbehoevenden kunnen vaak niet meer hun kamer uit en lijden zware pijn. Categorie O: daarin zijn de rechthebbenden ondergebracht die: fysiek volledig onafhankelijk en niet dement zijn; Categorie A: daarin zijn de rechthebbenden ondergebracht die: fysiek afhankelijk zijn: Zij zijn afhankelijk om zich te wassen en/of te kleden; psychisch afhankelijk zijn: Zij zijn gedesoriënteerd in tijd en ruimte; Categorie B: daarin zijn de rechthebbenden ondergebracht die: fysiek afhankelijk zijn: Zij zijn afhankelijk om zich te wassen en/of te kleden; Zij zijn afhankelijk voor de transfer en verplaatsingen en/of om naar het toilet te gaan; psychisch afhankelijk zijn: Zij zijn gedesoriënteerd in tijd en ruimte; Zij zijn afhankelijk om zich te wassen en/of te kleden;
3
Psychoactieve stof. (z.j.). Geraadpleegd op 4 maart 2014 via http://www2.bsl.nl/zorgcontext/ Katzschaal met D-profiel. (2012). Geraadpleegd op 4 maart 2014 via http://www.home-info.be/v4.0/wpcontent/uploads/downloads/2013/05/D-katz-schaal-nieuwe-reglementering-05122012.pdf 4
74
Categorie C: daarin zijn de rechthebbenden ondergebracht die: fysiek afhankelijk zijn: Zij zijn afhankelijk om zich te wassen en/of te kleden; Zij zijn afhankelijk voor de transfer en verplaatsingen en/of om naar het toilet te gaan; én ze zijn afhankelijk wegens incontinentie en/of om te eten; Categorie C dement: daarin zijn de rechthebbenden ondergebracht die: psychisch afhankelijk zijn: Zij zijn afhankelijk om zich te wassen en/of te kleden; én Zij zijn afhankelijk voor de transfer en verplaatsingen en/of om naar het toilet te gaan; én ze zijn afhankelijk wegens incontinentie en/of om te eten; Categorie D: daarin zijn de rechthebbenden ondergebracht die psychisch afhankelijk zijn: zij zijn gedesoriënteerd in tijd én ruimte.
2.
Massagetechniek In deze sectie wordt de situatie in beeld gebracht: de gebruikte complementaire techniek, gebruik van muziek, gebruikte etherische olie en plaatsaanduiding. Want deze onderdelen kunnen een sterke invloed hebben op de bewoner wat betreft o.a. de beleving van de techniek.
Massagetechniek: Op het gezicht, de handen of de voeten.
Gebruikte etherische oliën: Hierbij volstaat het om de Nederlandse naam te gebruiken. Indien men echter correct wil zijn, wordt er geopteerd om de volledige Latijnse naam te noteren. De reden hiervoor is het feit dat er onder één etherische olie vaak meerdere variaties bestaan met onderlinge verschillen in werking. Bvb.: lavandin grosso en lavendula angustifolia/ officinalis.
Reactie van de bewoner: Dit is belangrijk omdat het de geur de beleving van de bewoner gedurende de massage sterk kan beïnvloeden.
Muziek: Achtergrondgeluiden kunnen een grote invloed hebben op de bewoner. Zo kan deze ofwel de bewoner storen of kan deze een ontspannende werking hebben waardoor ze de bewoner tot rust kan brengen. Bijkomend wordt er nog eens een onderscheid gemaakt tussen muziek van de radio en een cd met rustgevende muziek.
Plaats: De complementaire techniek kan op verschillende plaatsen toegepast worden (zoals de kamer, leef- of badruimte). Dit is ook belangrijk om oog te hebben voor eventuele externe beïnvloedingsfactoren.
75 3. Observatie In het onderdeel observatie kan u met behulp van het aanvinken van de passende vakjes (meerdere zijn mogelijk) belangrijke lichaamssignalen samenbundelen. Dit zowel voor, tijdens als na de techniek.
Ademhaling Gejaagd, oppervlakkig en onregelmatig Rustig, diep en ontspannen Houding Gespannen, afwijzend en afwezig Ontspannen en betrokken Ogen Gesloten, staren, opgetrokken wenkbrauwen, frons en neergeslagen ogen Oogcontact, kijken naar handelingen en rondkijken in de kamer Mond Grimas, opeengeperste lippen en open mond Glimlach en neutraal/ ontspannen Handen Onrustige bewegingen en gespannen Rustig/ ontspannen Stem Interactie/ gesprek Herhalende geluiden/ woorden, onverstaanbaar, stil en kermen/ kreunen Contact Afgeleid, afwijzing, afwezig, agressie en verdriet Oogcontact zoeken, vriendelijk en actieve deelname
Bij de bijkomende opmerkingen kunnen bepaalde zaken verduidelijkt worden. Er dient wel rekening gehouden te worden met het feit dat dit een redelijk subjectieve vraag is. Voor de ene persoon kan een specifiek doel bereikt zijn, maar voor de andere bijvoorbeeld niet.
Bijkomend worden ook nog de drie handelingselementen5 van de bewoner benadert: sociale interacties (omgeving), intrapersoonlijke kenmerken (persoon) en handelingsactiviteiten (activiteiten) staan hierbij centraal. Hiermee worden de effecten op ergotherapeutisch vlak nader bekeken, namelijk door de verschillende handelingskenmerken te overlopen: de persoon, de activiteiten en de omgeving. Aan de hand van de volgende vragen kan getoetst worden of er een verandering is opgetreden na de interventie. Interpersoonlijke contactname: Hoe gedraagt de bewoner zich naar andere bewoners, de personeelsleden, de familie toe?
5
Kinébanian, Hartingsveldt & le Granse. (2012). Grondslagen in de ergotherapie. Amsterdam: Reed Business.
76 Activiteitenpatroon: Waaruit bestaan de dagelijkse activiteiten waar deze bewoner aan deelneemt? Persoonskenmerken (intrapersoonlijke kenmerken): Hoe voelt de persoon zich? Wat zijn zijn/ haar typische eigenschappen? Duur van de verandering: Vindt de gedragsverandering meer of minder dan 30 minuten plaats voordat de typische handelingskenmerken terugkeren? Het gebruikelijke gedrag wordt in de eerste kolom genoteerd en dan is het de bedoeling om het handelen te observeren in de 30 minuten na de massage. Het kan zijn dat er bij alle/ enkele/ één/ geen van de kenmerken een verandering opgetreden is, deze mag dan genoteerd worden. Op het einde wordt ook de duur van deze verandering weergegeven met de aanduiding: > of < 30 minuten.
77
Bijlage 7: De wellnesskoffer
78
79
Bijlage 8: Poster van de wellnesskoffer
80
Bijlage 9: Volgsysteem Dienst 1/ 2/ 3 Datum …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../...... …../....../......
Naam bewoner
Techniek
Etherische olie
Reactie bewoner (+/-)