Gemeente Den Haag
Dienst Stedelijke Ontwikkeling RIS174988b_20-OKT-2010
Onderzoek naar de wenselijkheid en de mogelijkheid van een halte voor RandstadRail bij de geplande onderdoorgang Roeleveenseweg – Houtkade september 2004
2
Inhoud 1. 2. 3.
Aanleiding................................................................................................................... 3 Werkwijze ................................................................................................................... 3 De wenselijkheid van de halte..................................................................................... 4 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5
4.
De mogelijkheid van een halte .................................................................................... 6 4.1 4.2 4.3
5.
Het invloedsgebied van de halte ................................................................................................. 4 Openbaar vervoer........................................................................................................................ 4 Vervoerwaarde ............................................................................................................................ 5 Reistijd ......................................................................................................................................... 5 Exploitatie .................................................................................................................................... 5 Uitgangspunten voor het ontwerp................................................................................................ 6 Vier opties.................................................................................................................................... 6 Beschrijving van de halte............................................................................................................. 7
Conclusies .................................................................................................................. 9
Onderzoek "halte Houtkade"
3
1.
Aanleiding
In Leidschenveen wordt in het kader van RandstadRail bij de Roeleveenseweg - Houtkade een gelijkvloerse kruising van de Zoetermeerlijn vervangen door een onderdoorgang voor langzaam verkeer. Het concept Voorlopig Ontwerp is in de inspraak geweest van 15 april tot en met 14 mei 2004. De inspraak heeft drie reacties opgeleverd. Twee van de insprekers (het wijkberaad Leidschenveen en de heer Scheffer) wijzen op de mogelijkheid om op deze plaats een halte voor RandstadRail aan te leggen, en het nut daarvan voor Leidschenveen. Het Voorlopig Ontwerp onderdoorgang Roeleveenseweg – Houtkade van RandstadRail is na de inspraak procedure op 29 juni 2004 door het college van B&W vastgesteld. De twee insprekers die wezen op de mogelijkheid om op deze plaats een halte voor RandstadRail te maken hebben als antwoord gekregen: "De vraag om een halte voor RandstadRail op deze plaats wordt nu niet beantwoord. Dit wordt nog wel bezien op aspecten als vervoerwaarde, bereikbaarheid, kosten, en de inpasbaarheid op het gehele systeem van RandstadRail. De uitkomst daarvan zal kort na het zomerreces beschikbaar komen. De planning van de onderdoorgang vraagt om voortgang van de voorbereidingen voor de aanleg. Het voorlopig ontwerp wordt daarom niet uitgebreid met een halte, omdat nog varianten van een halte denkbaar zijn." In het voorliggende rapport zijn de resultaten opgenomen van een kort onderzoek naar de wenselijkheid en mogelijkheid van een eventuele halte voor RandstadRail bij de onderdoorgang Roeleveenseweg - Houtkade ("halte Houtkade").
2.
Werkwijze
Het onderzoek is opgezet en uitgevoerd door de afdeling Verkeer & Infrastructuur van de Dienst Stedelijke Ontwikkeling en het resultaat van diverse activiteiten: o een interne studie naar het invloedsgebied en de vervoerwaarde; o overleg met het Stadsgewest Haaglanden over de wenselijkheid van een halte; o inschatting van de gevolgen voor exploitatie door het Stadsgewest Haaglanden; o overleg de afdeling ROMZ over de locatie van de eventuele halte en over te verwachten ontwikkeling van Leidschenveen ten zuiden van de halte; o een workshop over de mogelijkheden van aanleg van een halte, met inbreng van deskundigen van Holland Railconsult en van ProRail; o overleg over de ET-systemen met deskundigen van de projectorganisatie RandstadRail en van Holland Railconcult.
Onderzoek "halte Houtkade"
4
3.
De wenselijkheid van de halte
3.1
Het invloedsgebied van de halte
De insprekers suggereren een halte bij de geplande onderdoorgang Houtkade - Roeleveenseweg waarmee een goede ontsluiting van het oostelijk gelegen deel van Leidschenveen ontstaat. De halte zou komen te liggen aan de zuidzijde van de wijk Leidschenveen Waterland B en C, aan het einde van de Houtkade.
Leidschenveen is een ruim opgezette woonwijk met één halte voor RandstadRail. De afstand naar de halte Leidschenveen is maximaal 2200 meter: vanuit het oostelijkste puntje van Leidschenveen naar de halte Leidschenveen. De aanleg van de halte Houtkade zal de maximale afstand naar RandstadRail verkleinen tot ongeveer 1600 meter. Als een "halte Houtkade" wordt aangelegd aan het eind van de Houtkade zal voor een groter deel van de bewoners van Leidschenveen RandstadRail binnen loopafstand liggen. De afstand tussen de "halte Houtkade" en de halte Leidschenveen is 1500 meter. Voor RandstadRail wordt uitgegaan van een gemiddelde halte afstand van 800 à 1000 meter tussen Den Haag en Zoetermeer. De gemiddelde halteafstand in Zoetermeer is 1100 meter. Aan de zuidzijde van de eventuele halte liggen bijna geen woningen. Het is agrarisch gebied. De dichtstbijzijnde woningen van het nog te bouw Rietwijk liggen op 700 meter. Er bestaan geen plannen voor woningbouw van dit gebied. Het aantal woningen in het invloedsgebied van de eventuele halte is ongeveer 1550 woningen in Waterland en 160 woningen in Rietwijk. 3.2
Openbaar vervoer
In 2006 zal RandstadRail gaan rijden en zal via de halte Leidschenveen de wijk op RandstadRail worden aangesloten. Ook zal tramlijn 19 gaan rijden via de nieuwe halte Leidschenveen. Door deze verbeteringen van het openbaar vervoer in Leidschenveen zullen bestaande buslijnen wijkzigen. Het onderstaande plaatje laat het voorstel zien voor de situatie in 2006. In het voorstel heeft buslijn 33 de rotonde Houtkade als eindpunt. Dit betekent dat de bewoners van het oostelijk gelegen deel van Leidschenveen die niet gaan lopen of fietsen deze buslijn kunnen gebruiken om naar de halte Leidschenveen te gaan. Als er een extra halte
Onderzoek "halte Houtkade"
5
voor RandstadRail bij de Houtkade komt zal voor een deel van deze reizigers deze korte busrit niet nodig zijn.
3.3
Vervoerwaarde 1
De vervoerwaarde van de eventuele halte is berekend met de kringenmethodiek . Het resultaat daarvan is dat 1400 à 1700 in- en uitstappers per dag verwacht mogen worden. In het maatgevend ochtendspitsuur zullen 80 à 90 reizigers naar Den Haag en 20 reizigers naar Zoetermeer reizen. De halte Houtkade is daarmee te vergelijken met de RandstadRail haltes in Leidschendam-Voorburg en in Zoetermeer. Echter, van deze in- en uitstappers zijn er ongeveer 400 nieuw voor RandstadRail. Het grootste deel, zo'n 70 %, is afkomstig van de halte Leidschenveen. De halte Leidschenveen, met dagelijks 3500 inen uitstappers, verliest daarmee ongeveer een derde van de in- en uitstappers. 3.4
Reistijd
De aanleg van de halte betekent een extra stop op de lijn Zoetermeer - Den Haag. Dat betekent dat de reistijd langer wordt. In de spits moet met ongeveer 2 minuten extra reistijd rekening worden gehouden en in de daluren met 1 minuut extra reistijd. Een langere reistijd tussen Den Haag en Zoetermeer is niet wenselijk omdat RandstadRail dan voor een deel haar aantrekkelijkheid verliest. 3.5
Exploitatie
De exploitatiekosten van RandstadRail zullen toenemen doordat extra inzet van mensen en materieel nodig is. Het Stadsgewest schat in dat de extra exploitatiekosten ongeveer € 0,65 miljoen per jaar zullen zijn. Daar staat tegenover dat er meer inkomsten te verwachten zijn door de toename van het aantal reizigers. Tegenover de ongeveer 400 in- en uitstappers extra van en naar Leidschenveen staat echter een niet in te schatten daling van het aantal reizigers van en naar Zoetermeer door de langere reistijd.
1 Bron Gegevens aantal woningen en mobiliteitsonderzoek Leidschenveen-Ypenburg
Onderzoek "halte Houtkade"
6
4.
De mogelijkheid van een halte
4.1
Uitgangspunten voor het ontwerp
Bereikbaarheid De halte moet goed bereikbaar zijn voor voetgangers en fietsers. Voor de fietsers zijn beugels en kluizen nodig. De bereikbaarheid voor autoverkeer beperkt zich tot voorzieningen om reizigers te halen en te brengen en enkele parkeerplaatsen voor invaliden. Alle RandstadRail haltes moeten ook goed toegankelijk zijn voor invaliden. Dat betekent dat hellingbanen minimaal 1,80 meter breed zijn, en een maximale helling hebben van 1:16 met een maximale lengte van 8 meter of dat er een lift moet komen. De bereikbaarheid voor autoverkeer moet zo worden vormgegeven dat het geen sluipverkeer aantrekt door de onderdoorgang. Perrons De perrons van RandstadRail zijn 30 cm hoog, 75 meter lang en 3 meter breed. Daarnaast moet er een aansluiting komen op het veiligheids- en inspectiepad. De perrons moeten zettingsvrij worden aangelegd om te voorkomen dat in de loop van de tijd de afstand tussen sporen en perrons wijzigt, waardoor de aansluiting van de voertuigen op de perrons niet meer in orde is. Op de perrons moet standaard meubilair komen, o.a. abri’s, verlichting en ander perronmeubilair. Verder moet dynamische reizigersinformatie geplaatst worden. Overig Bij aanleg van een halte moeten aanpassingen komen aan de beveiliging. Ook moet rekening worden gehouden met de handhaving van de waterberging, het voorkomen van kappen van bomen en grondverwerving van NS-Vastgoed. 4.2
Vier opties
Er zijn vier opties voor de uitvoering van de halte: 1. een halte met een eilandperron en de toegang naar de sporen wordt gemaakt vanuit de onderdoorgang; 2. een halte met zijperrons die aansluiten op de onderdoorgang en richting Den Haag lopen; 3. een halte met zijperrons die aansluiten op de onderdoorgang die richting Zoetermeer lopen met trappen evenwijdig aan het perron; 4. een halte met zijperrons die aansluiten op de onderdoorgang die richting Zoetermeer lopen met trappen haaks op het perron. Optie 1 vervalt omdat daarvoor de sporen moeten worden verlegd, en de onderdoorgang weer moet worden aangepast, waardoor de investeringskosten erg hoog zullen zijn. Optie 2 is niet logisch omdat deze verder weg komt te liggen van de Houtkade. Optie 3 is te verkiezen boven optie 4 vanwege het kleinere ruimtebeslag.
Onderzoek "halte Houtkade"
7
4.3
Beschrijving van de halte
De onderstaande viltstiftschets geeft ongeveer aan hoe de halte zou kunnen liggen.
Bereikbaarheid De onderdoorgang Roeleveenseweg - Houtkade lijkt een logische locatie voor een halte omdat deze dan ligt aan het einde van de Houtkade, die de oostzijde van Leidschenveen ontsluit. Voor voetgangers vanuit de wijk moet een voetpad aangelegd worden vanaf de Houtkade, over de Zoetermeerse Rijweg tot aan de halte. Er ligt een fietspad, dat via de onderdoorgang naar de Roeleveenseweg gaat. Voor autoverkeer zal op de Zoetermeerse Rijweg ten oosten van de rotonde een aansluiting moeten worden gemaakt. Op het voorplein tussen halte en rotonde lijkt genoeg ruimte voor een hellingbaan, een trap naar het noordelijke perron, fietsvoorzieningen, kiss & ride plaatsen en parkeerplaatsen voor invaliden. Een fietsaansluiting is haalbaar via een bruggetje of een duiker. Ook het oppervlaktewater lijkt geen probleem. Voor de oversteek van/naar het perron aan de andere zijde kan gebruik worden gemaakt van de onderdoorgang. Vanaf de perrons kunnen trappen worden gemaakt naar de onderdoorgang die uitkomen op het voetgangersdeel van de onderdoorgang. Om dit te bereiken moet de wand van de onderdoorgang op twee plaatsen worden doorgebroken voor de trappen. Omdat de perrons 3 meter zijn en de trappen ook 3 meter breed zal de aan de noordzijde geplande pompkelder verplaatst moeten worden. Het voetpad in de onderdoorgang kan gebruikt worden als hellingbaan voor minder validen, maar zal wel moeten worden aangepast vanwege de gewenste hellingspercentages. De aanleg van een lift is dan niet nodig. De breedte van het voetpad voldoet niet aan de gestelde eis. In het ontwerp van de onderdoorgang bestaat ruimte om het pad te verbreden. Perrons De constructie van de perrons buiten de onderdoorgang kan alleen na verder onderzoek en ontwerp worden bepaald. De sporen worden op deze plaats dichter bij elkaar gelegd om de onderdoorgang zo smal mogelijk te maken. Ook liggen de sporen hier in een lichte bocht (zie foto). Dat betekent dat de perrons niet geheel recht worden. Op de perrons komt ook een systeem van reizigersinformatie. Standaard worden nu bij RandstadRail niet toegevoegd maatregelen als videobewaking, tourniquetten en een noodoproep. RandstadRail is echter klaar in 2006 en indien de halte Houtkade wordt aangelegd zal het daarna zijn. Het is denkbaar dat deze maatregelen tegen die tijd wel standaard zijn
Onderzoek "halte Houtkade"
8
ET systemen Op de plaats waar de perrons gedacht worden zijn overloopwissels gepland, inclusief daarbij behorende seinen. Het is niet wenselijk om bij een halte overloopwissels en seinen te hebben, dus deze zullen verplaatst moeten worden. Bij de haltes komt een snelheidsbeperking. Daarbij hoort ook een systeem dat ingrijpt als er toch te snel wordt gereden. Dit zal moeten worden aangelegd als de halte wordt gemaakt. Daarnaast zal een systeem van blokbeveiliging worden aangelegd. Bij de aanleg van een halte zal er ook een extra blok moeten worden gemaakt. 4.5
Kosten
De beschrijving van de halte zoals hierboven staat weergegeven is te summier om een kostenraming te maken. Een inschatting van de kosten begint daarom met de kosten van vergelijkbare haltes als Pijnacker-Zuid en Forepark variant 1b. De bouwkosten daarvan zijn ongeveer € 2,5 miljoen. Door de aanleg van een halte moet daarbovenop rekening worden gehouden met grondaankoop, de aanleg van voetpaden, de aanleg en inrichting van het voorterrein voorzieningen, en spoorwerk (totaal ongeveer € 300.000,- bouwkosten). Tenslotte is er een aanpassing nodig van beveiliging en moet dynamische reizigersinformatie worden aangelegd (totaal ongeveer € 400.000,-) Inclusief VAT (16%), OBK (3%) en project onvoorzien (25%) zullen de investeringskosten dan uitkomen op een bedrag met een orde van grootte van € 4 à € 5 miljoen.
Onderzoek "halte Houtkade"
9
5.
Conclusies
1. Een halte voor RandstadRail ter hoogte van de onderdoorgang Roeleveenseweg - Houtkade levert een voordeel op voor de bewoners van Leidschenveen-Oost. 2. Beoordeeld op aspecten als vervoerwaarde en halteafstanden lijkt de aanleg van een halte een logische keuze. 3. De halte zal dagelijks per saldo ongeveer 400 extra in- en uitstappers verwerven voor RandstadRail van/naar Leidschenveen. 4. Door de halte worden de reistijden tussen Zoetermeer en Den Haag langer, waardoor RandstadRail minder aantrekkelijk wordt voor reizigers tussen Zoetermeer en Den Haag. Het effect daarvan op het aantal reizigers is niet in te schatten. 5. De exploitatiekosten zullen stijgen. De extra inkomsten zijn niet in te schatten. 6. De halte lijkt zonder veel problemen aan te leggen. De investeringskosten liggen in een orde van grootte van € 4 à 5 miljoen.
Onderzoek "halte Houtkade"