Onderwijsondersteuning Handboek Bijlagen
Jan Ligthartschool School voor Openbaar Basisonderwijs Bezoekadres Oudeweg 74 9608 PN Westerbroek
Postadres Postbus 530 9600 AM Hoogezand
050 4041903
[email protected] www.janligthartschool.info
INHOUD I
Begrippenlijst Onderwijsondersteuning .................................................................................................... 1
II
Handelingsgericht werken ......................................................................................................................... 3
III
Handleiding Groepszorgdossier ............................................................................................................... 19
IV
Het huidige inspectiekader in relatie tot handelingsgericht werken ....................................................... 29
V
Toetsvoorschriften ................................................................................................................................... 33
VI
Beschrijvingen van ondersteunings- en onderwijsbehoeften.................................................................. 37
VII
Evalueren in schema ................................................................................................................................ 41
VIII Basisondersteuning in swv 20.01 ............................................................................................................. 43 IX
Schoolondersteuningsprofiel (SOP) ......................................................................................................... 47
X
Werkformats ............................................................................................................................................ 54
I
BEGRIPPENLIJST ONDERWIJSONDERSTEUNING (in alfabetische volgorde)
BP
Begeleidingsplan Een BP is een document waarin op overzichtelijke wijze de reeds bekende informatie over de problemen van een leerling ten behoeve van de leraar en de andere zorgfunctionarissen van de school in kaart zijn gebracht. Een BP geeft de leraar en de andere zorgfunctionarissen doelgerichte en concrete aanwijzingen op het gebied van didactisch en diagnostisch handelen. Een BP geeft aan op welke wijze de verschillende ondersteuning- en begeleidingstrajecten op elkaar afgestemd zijn en kan door betrokkenen als hulpmiddel in het overleg met de ouders gebruikt worden.
CJG
Centrum jeugd en Gezin
CLB
Consultatieve Leerlingbegeleiding
GP
Groepsplan Een groepsplan is een hulpmiddel om tegemoet te komen aan de verschillende onderwijsbehoeften van leerlingen in een naar niveau heterogene groep. De school kiest voor de groepen 1 t/m 8 in het algemeen voor convergente differentiatie binnen drie groepen: Groep Instructie afhankelijk Groep Instructie gevoelig Groep Instructie onafhankelijk Een GP is er op gericht om achterstanden te voorkomen (= proactief en preventieve ondersteuning- en begeleidingsactiviteiten). De cruciale leermomenten zijn in het GP beschreven.
DOD
Digitaal overdrachtsdossier
DGO
Didactisch Groeps Overzicht
EC
Expertise Centrum
GZD
GroepsZorgDossier In het groepszorgdossier staat een volledige uitwerking van de 1-zorgroute.
HGW Handelingsgericht werken P-D-C-A cyclus = Plan – do – check – act HP
Handelingsplan 1
Een handelingsplan is een schriftelijke weergave van de planning van het onderwijs ten behoeve van een leerling die speciale ondersteuning nodig heeft. Een handelingsplan gaat uit van de hulpvraag van de zorgleerling en bevat een planning waardoor ouders, leraren en andere zorgfunctionarissen weten wat ze moeten doen. Een HP van de school bevat ten minste een omschrijving van de volgende onderdelen: een probleemanalyse, beginsituatie, concrete doelen, leerinhoud en methodiek, organisatie en evaluatie. De analyse van het HP geeft een onderbouwde planning van het (ortho)pedagogisch, didactisch (en/of therapeutisch) handelen die gericht is op het wegnemen van geconstateerde belemmeringen en/of het op gang brengen van het bij de leerling passende leer- en ontwikkelingsproces. LB
Logboek van de leerkracht, hierin plant en evalueert de leerkracht haar dagelijks onderwijsaanbod
LOVS Landelijk genormeerd Leerlingvolgsysteem voor de tussentijdse resultaten van leerlingen, uitgegeven door het CITO
OGW Opbrengstgericht werken (idem HGW, maar dan met concrete streefdoelen) OP
Ondersteuning plan (= Onderwijsondersteuningplan van het samenwerkingverband Passend Onderwijs tot 2013 ook wel zorgplan geheten).
OPP
Ontwikkelperspectief Ontwikkelingsperspectief voor een leerling met specifieke onderwijsondersteuningsbehoeften
P-P-A-A cyclus Een evaluatiemodel. SMW Schoolmaatschappelijk werk WISC Wechsler Verstandschaal voor Kinderen, een veel gebruikte intelligentietest voor kinderen tussen de 6 en 16 jaar oud. De test kan worden afgenomen zonder dat het kind hoeft te kunnen lezen of te schrijven. De uitslag is een IQ score. De WISC is ontworpen door David Wechsler
2
II
HANDELINGSGERICHT WERKEN
3
Handelingsgericht Werken In dit document maakt u kennis met het doel, de uitgangspunten en de stappen uit de zorgcirkel van de school. De zorgcirkel is een weergave van de procedure waarmee de leerkrachten het onderwijsaanbod en de begeleiding afstemmen op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Op de school wordt deze procedure, vooralsnog, twee keer per schooljaar (septemberjanuari en februari-juni) doorlopen.
De zorgcirkel van de school is gebaseerd op de cyclus van het handelingsgericht werken.
4
Cyclus ‘ Handelingsgericht werken’
Kwadrant Waarnemen Stap 1 → Evalueren en verzamelen Stap 2 → Signaleren Kwadrant Begrijpen Stap 3 → Onderwijsbehoeften benoemen Kwadrant Plannen Stap 4 → Clusteren van leerlingen Stap 5 → Opstellen groepsplan Kwadrant Realiseren Stap 6→ ·Uitvoeren groepsplan
5
Toelichting bij de zorgcirkel We beschrijven hieronder de activiteiten die in de zorgcirkel doorlopen worden. Bij elke stap staat vermeld wat er van de leerkracht verwacht wordt, welke informatiebronnen de leerkracht bij de uitvoering kan gebruiken, hoe en waar de leerkracht die informatie kan vinden en wat de leerkracht ten minste moet doen om verder te kunnen met de volgende stap.
6
Stap 1 Evalueren en verzamelen
In de eerste stap verzamelt de leerkracht relevante leerling-gegevens en beoordeelt de vaardigheden van de leerlingen. Verzamelen van relevante leerling-gegevens Uit een grote hoeveelheid gegevens, afkomstig van testen en toetsen, observaties in de klas, gesprekjes met de kinderen en contacten met de ouders, kiest de leerkracht de informatie die zij nodig heeft om de onderwijsbehoeften van de kinderen in de groep op het vakgebied in kaart te kunnen brengen.
7
Stap 2 Signaleren In de tweede stap van de zorgcirkel gaat het erom kinderen met specifieke zorgbehoeften te signaleren. Kennis van de algemene onderwijsbehoeften Om te kunnen bepalen welke kinderen specifieke onderwijsbehoeften hebben, moet de leerkracht eerst inzicht hebben in de algemene onderwijsbehoeften. Onderwijsdoelen formuleren De leerkracht begint met het formuleren van de onderwijsdoelen voor het vakgebied voor de komende maanden. Hoe doet zij dat? De leerkracht moet voor de leerlingen aangeven welke doelen zij de komende periode wil nastreven. Signaleren van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Nu selecteert de leerkracht de kinderen met specifieke onderwijsbehoeften op het vakgebied. Bij dergelijke behoeften kan de leerkracht onder andere denken aan verlengde instructie, begeleide inoefening, ondersteuning, maar ook aan extra uitdaging of verdieping van de leerstof. Welke kinderen in de groep hebben de komende periode extra aandacht nodig als het om bv. lezen gaat? Wie vertoont opvallend leesgedrag, bijvoorbeeld een vertraagde leesontwikkeling, zwakke spellingsvaardigheden, een discrepantie tussen technisch en begrijpend lezen, of een werkhouding of gedragingen (bijvoorbeeld druk gedrag) die de leesontwikkeling kunnen belemmeren? Realiseer dat niet alleen kinderen die onder het gemiddelde leesniveau presteren specifieke onderwijsbehoeften hebben, maar dat ook kinderen met een goede technische leesvaardigheid door hun werkhouding, motivatie, gedrag of sociaal-emotionele ontwikkeling soms extra aandacht nodig hebben. Specifieke onderwijsbehoeften worden niet alleen bij kinderen met een leerachterstand gesignaleerd, maar bijvoorbeeld ook bij kinderen die een leer- en ontwikkelingsvoorsprong of een eigen leerstijl hebben.
8
Stap 3 Onderwijsbehoeften benoemen
Bestuderen leerlingmappen De leerkracht bestudeert de inhoud van de leerlingmap van de leerlingen. Zij maakt tijdens het bestuderen van de aanvullende informatie in de leerlingmappen voor zichzelf aantekeningen van zaken die mogelijk van belang zijn om de specifieke onderwijsbehoeften van de leerlingen te kunnen begrijpen. Die aantekeningen gebruikt de leerkracht bij de volgende stap, waar zij de specifieke onderwijsbehoeften nader omschrijft en probeert te verklaren. Verklaringen van specifieke onderwijsbehoeften Als de leerkracht meent dat zij te weinig informatie heeft om een verklaring te kunnen geven of uitsluiten, meld zij de leerling aan voor een leerling-bespreking.
9
Stap 4 Clusteren van leerlingen
Ten behoeve van het groepsplan gaat de leerkracht nu de leerlingen van de groep 'clusteren': zij verdeelt ze in groepjes leerlingen met dezelfde of vergelijkbare onderwijsbehoeften op het vakgebied. Bij het vormen van clusters stelt een leerkracht zich vragen als: Welke leerlingen hebben vergelijkbare onderwijsbehoeften?, Hoe kan ik de leerlingen zo indelen dat ze van en met elkaar leren? Hoe kan ik het klassenmanagement in mijn groep zodanig organiseren dat ik, afhankelijk van de activiteit en de onderwijsbehoeften van de kinderen, met homogene of met heterogene groepen kan werken? Een groter aantal dan 3 clusters kan in de dagelijkse onderwijspraktijk lastig te organiseren zijn. De clusters hoeven niet even groot te zijn. NB Wanneer de leerkracht voor een groepsplan leerlingen clustert, betekent dat niet automatisch dat de leerlingen van een cluster altijd met elkaar in dat groepje aan het leren zijn.
10
Stap 5 Opstellen groepsplan In stap 5 maakt de leerkracht voor de groep een groepsplan op het gekozen vakgebied. In een groepsplan wordt het onderwijsaanbod voor een bepaalde periode beschreven, voor de hele groep (het basisaanbod), en daarnaast voor clusters leerlingen en (incidenteel) voor individuele leerlingen (verwijzen naar Individueel Handelingsplan).Een groepsplan bevat doorgaans de volgende onderwerpen: Doelen: Wat wil ik in deze periode bereiken met de groep? Inhoud: Welke materialen, leerstof en middelen gebruik ik daarbij? Aanpak: Hoe geef ik instructie en begeleiding aan de groep? Organisatie: Hoe organiseer ik alle activiteiten? Evaluatie: Hoe en wanneer bepaal ik of de gestelde doelen zijn bereikt?
11
Stap 6 Uitvoeren groepsplan
De zesde en laatste stap in de cyclus van de zorgcirkel bestaat uit het uitvoeren van het groepsplan. De leerkracht voert het opgestelde groepsplan in de afgesproken periode uit. Op basis van waarneming van wat wel of niet werkt stelt de leerkracht het groepsplan zo nodig tussentijds bij. Bijstellingen worden in het (digitaal) groepsplan genoteerd. Uitvoering van het groepsplan is geen vanzelfsprekende zaak. Het is van belang dat het groepsplan de hele periode op de ‘agenda’ van de leerkracht blijft staan en actief gebruikt wordt bij de dagelijkse planning van het onderwijs. Het groepsplan is als ‘werkdocument’ beschikbaar in het groepszorgdossier. Afgeleid van het groepsplan stelt de leerkracht een dag- of weekplanning op.
In deze planning geeft de leerkracht (per subgroepje) kort en krachtig aan welke activiteiten zij de komende week uit het groepsplan uitvoert. De leerkracht koppelt aan de weekplanning een logboek waarin opmerkingen en observaties met betrekking tot uitgevoerde activiteiten genoteerd worden. De leerkracht is voortdurend aan het (handelingsgericht) observeren. Door o.a. met de verschillende groepjes mee te werken en ze te observeren leert de leerkracht steeds beter de kinderen en hun leerstijlen kennen.
12
Duoleerkrachten hebben regelmatig overleg over de uitvoering en de voortgang van het groepsplan en stemmen aan de hand van het groepsplan de activiteiten op elkaar af. Er wordt van (structurele) vervangers verwacht dat zij op de hoogte zijn van het groepsplan en daarnaar handelen.
13
Groepsplanbespreking
De groepsplanbespreking is een belangrijk schakel in het onderwijs en de zorg aan leerlingen. Elke cyclus wordt afgesloten met een groepsbespreking. Deze bespreking is tevens het begin van de nieuwe cyclus. Bij de groepsbespreking zijn de critical friend, de groepsleerkracht en eventueel de intern begeleider aanwezig. De critical friend leidt de bespreking en begeleidt de leerkracht bij het vinden van eigen oplossingen die haalbaar zijn voor de leerkracht. Er wordt een kort verslag van de afspraken en besluiten gemaakt. Over het algemeen duurt een groepsbespreking een half uur tot drie kwartier. De cycli zijn in de jaarplanning van de school opgenomen. Het succes van de groepsbespreking valt of staat met een goede voorbereiding. Voorafgaand aan de groepsbespreking ontvangt de critical friend het ingevulde groepsoverzicht. In dit overzicht staat een eerste clustering van leerlingen uitgetekend en heeft de leerkracht aangegeven welke leerlingen de eerst komende periode extra aandacht nodig hebben en wat de onderwijsbehoeften zijn. Deze clustering is gebaseerd op toetsresultaten en observaties en gesprekken met kinderen en ouders. Tijdens de groepsbespreking komt een aantal vast gesprekpunten aan bod die min of meer de agenda van de groepsbespreking vormen. (zie agenda) Groepsbesprekingen hebben een sterk handelingsgericht karakter. Het is niet de bedoeling dat tijdens de groepsbespreking alle verzamelde gegevens nog eens herhaald worden. Het is 14
de bedoeling dat na afloop van de groepsbespreking de onderwijsbehoeften duidelijk zijn, de clustering van leerlingen afgesproken is en de leerkracht over voldoende handvatten beschikt om een nieuw groepsplan op te stellen. Op de groepsplanbespreking houdt de leerkracht en de critical friend de vinger aan de pols met betrekking tot de uitvoering van de groepsplannen. Bij een begeleidingsvraag van een leerkracht ten aanzien van het uitvoeren van het groepsplan vindt een klassenconsultatie plaats. Na het bezoek heeft de critical friend een nabespreking met de leerkracht. Hierin wordt de uitvoering van het groepsplan in de dagelijkse onderwijspraktijk besproken. Hierbij wordt gekeken naar de voortgang van het groepsplan, de wijze waarop de (extra) instructie plaatsvindt, de didactische- en pedagogische interventies, de organisatie en het klassemanagement.
15
Checklist voor een groepsplan Schooljaar Groep Leerkracht (en) Intern begeleider Aantal leerlingen Datum start Datum einde Datum evaluatie DGP Onderdelen groepsplan Doelen Zijn de doelen concreet? Zijn de doelen meetbaar? Zijn de doelen realistisch? Zijn de doelen uitdagend/stimulerend? Is er aandacht voor cruciale leermomenten? Inhoud (wat) Sluit de leerstof aan bij de doelen? Sluit de (extra) leerstof aan bij het basisaanbod? Is de leerstof uitdagend, stimulerend, motiverend en gevarieerd? Sluit de leerstof aan op de specifieke onderwijsbehoeften van de leerlingen? Aanpak/methodiek (hoe) Is duidelijke welke (extra) instructie gegeven wordt? Is duidelijk welke (extra) begeleiding gegeven wordt? Wordt aan (groepen) leerlingen meer leertijd beschikbaar gesteld om bepaalde vaardigheden te verwerven? Zijn de werkvormen activerend en motiverend? Hoe worden de leerlingen actief betrokken bij de uitvoering van het groepsplan?
Ja/nee ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee ja / nee
ja / nee ja / nee ja / nee
ja / nee
Organisatie Is duidelijk hoe vaak per week en wanneer (subgroepen) leerlingen instructie en begeleiding ontvangen? Is duidelijk bij wie de uitvoering van het groepsplan in de klas betrokken zijn? Zijn er dan ook afspraken over de taakverdeling? Hoe wordt het aanbieden van meer leertijd in het rooster gepland?
ja / nee
ja / nee
ja / nee
Evaluatie Is duidelijk wie, wanneer en hoe evalueert of de gestelde doelen bereikt zijn? Hoe worden de leerlingen betrokken bij de evaluatie? 16
ja / nee
Adviezen voor de leerkracht
Leerlingbespreking
In de groepsbespreking kan het besluit genomen worden om een leerling aan te melden voor de leerlingbespreking. Er kunnen diverse redenen zijn om een leerling aan te melden: een leerling profiteert onvoldoende van het groepsplan de specifieke onderwijsbehoefte van de leerling blijft onduidelijk het (lange termijn) ontwikkelingsperspectief is ongewis er zijn sterke aanwijzingen of vermoedens van een ernstige problematiek of stoornis.
In algemene zin is er sprake van handelingsverlegenheid. De leerkracht weet niet wat de specifieke onderwijsbehoeften van het kind zijn en hoe zij hieraan het beste tegemoet kan komen. De leerkracht vraagt toestemming aan de ouders om de leerling te bespreken met de consultatieve leerlingbegeleider. De begeleiding van de leerkracht staat centraal. Een valkuil is dat alleen de kenmerken van de leerling besproken worden, zonder dat het handelen van de leerkracht ter sprake komt. De leerkracht is de eigenaar van het probleem. Niet alleen belemmerende factoren van een kind worden besproken maar ook stimulerende factoren en positieve kwaliteiten van het kind, de leerkracht en de ouders. 17
Bij een leerlingbespreking zijn de leerkracht, de intern begeleider en de consultatieve leerlingbegeleider aanwezig. Eventueel ook anderen die betrokken zijn bij de zorg aan de leerling in school. Er wordt een kort verslag van de besluiten en afspraken gemaakt. De ouders worden goed op de hoogte gehouden over de ontwikkeling en de aanpak die de kinderen ontvangen. De ouders worden geïnformeerd over de reden van de aanmelding van hun kind voor de leerlingbespreking en het doel van deze bespreking. Tijdens een voorgesprek kunnen ouders informatie inbrengen over het functioneren van het kind thuis en over de opvoedingssituatie, eigen ervaringen inbrengen en meedenken over de aanpak. School en ouders voelen zich dan samen verantwoordelijk. Het besluit om een handelingsplan op te stellen kan in de leerlingbespreking worden genomen. Bijvoorbeeld als de aanpak van de leerling onvoldoende gespecificeerd kan worden in het groepsplan. Dit handelingsplan is een onderdeel van en bijlage bij het groepsplan en erop gericht dat de leerling weer gaat profiteren van het groepsplan. Na afloop van de leerlingenbepreking vindt wederom een gesprek plaats met de ouders, waarin de ouders geïnformeerd worden over de uitkomst, afspraken en besluiten uit de leerlingbespreking. Tevens wordt besproken hoe school en ouders met elkaar kunnen samenwerken. Ouders moeten schriftelijk toestemming geven als externe vervolgstappen moeten worden gezet. Om te kunnen beschikken over een budget leerlinggebonden financiering (rugzakje) is een indicatie nodig van een commissie van indicatiestelling.
18
III
HANDLEIDING GROEPSZORGDOSSIER
Het Groeps Zorgdossier In het groeps zorgdossier (GZD) verzamelt de leerkracht de relevante gegevens van de groep. Het betreft hier de gegevens die worden verzameld en ingezet om tot een passend onderwijsaanbod te komen. Per schooljaar worden de volgende gegevens in deze map verzameld. • • • • • •
NAW –gegevens Overzicht ‘Aandachtspunten en signalen’. Overzicht ‘Orthobeelden’. Groepsplannen Didactisch Groepsoverzicht per vakgebied Overzicht ‘Evaluatie groepsplannen’
Overzicht gegevens
Gegevens
Interne audit
NAW-gegevens
1 oktober en 1 juli
Overzicht ‘Aandachtspunten en signalen
1 oktober en 1 juli
Overzicht ‘Orthobeelden’
1 oktober en 1 juli
‘Groepsplan 1 (sept-jan) per vakgebeid
1 oktober
o o o
o
Technisch lezen Begrijpend lezen Rekenen en Wiskunde Spelling
Groepsplan 2 (feb – jun) per vakgebied o o o
o
1 maart
Technisch lezen Begrijpend lezen Rekenen en Wiskunde Spelling
Didactisch Groepsoverzicht per vakgebied o o o
o
1 maart en 1 juli
Technisch lezen Begrijpend lezen Rekenen en Wiskunde Spelling
Verslag groepsbespreking plan 1 o o o
o
1 maart
Technisch lezen Begrijpend lezen Rekenen en Wiskunde Spelling
19
Verslag groepsbespreking groepsplan 2 o o o
o
1 juli
Technisch lezen Begrijpend lezen Rekenen en Wiskunde Spelling
20
Overzicht ‘Aandachtspunten en signalen’ Groep: _________________________________ Schooljaar: ______________________________ Ingevuld door: ______________op___________ Onderstaande gegevens worden jaarlijks door de leerkracht aangevuld
Nieuwe instroom (vermeld ook startdatum en naam vorige school)
Veelvuldig Schoolverzuim Logopedie Ondersteuning Dyslexie Fysiotherapie Jeugdzorg Algemene gezondheid /schoolarts/ziekenhuis Luisterteam Thuissituatie MRT motoriek LGF / PGB/AB CLB RT Doublure PCL Overig
21
Overzicht ‘Orthobeelden’ Groep: _________________________________ Schooljaar: ______________________________ Ingevuld door: ______________op___________ NB: De leerkracht noteert hier leerlingen die gedrag vertonen dat overeenkomsten heeft met gedrag dat voorkomt bij de genoemde orthobeelden. Er is dus geen sprake van een officiële diagnose; hiertoe zijn leerkrachten niet bevoegd. Indien er wel sprake is van een officiële diagnose wordt dit aangegeven en wordt er verwezen naar het diagnosedocument (dit zal over het algemeen zijn opgenomen in de leerlingmap).
Orthobeeld
Leerling met ‘signaalgedrag’
Albinisme, zeer slechtzien
Blind
Slechthorend, spraak- taal
Verstandelijke handicap
Down-syndroom
Epilepsie
Lichamelijke handicap
Post traumatisch stress syndroom en dissociatie Reactieve hechtingsstoornis
PDD NOS
ADHD
Gilles de la Tourette syndroom
22
Angst, faalangst
Onrust, concentratie
Astma
Dyslexie
Non- verbale leerstoornis
Lezen/taalprobleem
Hoogbegaafd
Hoogbegaafd, gedragsproblemen
Moeilijk lerend
23
Toelichting Didactisch Groepsoverzicht Naam:
Voornaam en achternaam
Toets
Welke toets is afgenomen?
V.S.
Wat was de vaardigheidsscore op deze toets?
Niveau
Welk Cito-niveau wordt behaald?((A t/m E en I, II, III, IV of V)
DL
Wat is de didactische leeftijd? (let op doublures!)
DLE
Wat is het didactische leeftijdsequivalent?
Ontwikkeling in maanden
Is er sprake van achterstand of voorsprong (DL-DLE)
Streefdoel huidig groepsplan
Wat is het streefdoel (in DLE of VS) voor de volgende periode. Afgeleiden van standaarden M en E en ontwikkeling van het kind.
Leerrendement
Wat is het leerrendement? (zie overzicht)
Uitstroomperspectief
Wat is het uitstroomperspectief? (is een resultaatverwachting en geen resultaatverpichting!)
Observaties, gesprekken, toetsen
Beschrijf kernachtig de uitkomsten van observaties in de klas, analyses van werk en gesprekken met kinderen en/of ouders (evt. bijlage toevoegen of verwijzen) Wat kun je kernachtig zeggen over de resultaten op de methodegebonden toetsen? (evt. als bijlage opnemen)
Onderwijsbehoeften
Beschrijf kernachtig over onderstaande behoeften: Pedagogische behoeften: • • • •
Taakwerkhouding Samenwerkend leren Reflectievermogen Leeromgeving
24
Denk ook aan: sociaal-emotioneel, gedrag, motivatie, zelfstandigheid, succeservaringen, zelfreflectie
Instructiebehoeften • • • •
Basis/verlengde of verkorte instructie Teruggrijpen op…. Leerstijl Welke subgroep
Denk ook aan: hulpmiddelen, verdieping/verrijking, automatiseren, vaardigheden, procesgerichte feedback
25
Tabel didactische leeftijden basisschool Didactische leeftijd, groep: Tijdstip 2
3
4
5
6
7
8
VO
begin / 31-08
-10
0
10
20
30
40
50
60
01-09 / 30-09
-9
1
11
21
31
41
51
61
01-10 / 31-10
-8
2
12
22
32
42
52
62
01-11 / 30-11
-7
3
13
23
33
43
53
63
01-12 / 31-12
-6
4
14
24
34
44
54
64
01-01 / 15-02
-5
5
15
25
35
45
55
65
16-02 / 15-03
-4
6
16
26
36
46
56
66
16-03 / 15-04
-3
7
17
27
37
47
57
67
16-04 / 15-05
-2
8
18
28
38
48
58
68
16-05 / 15-06
-1
9
19
29
39
49
59
69
16-06 / 15-07
0
10
20
30
40
50
60
70
26
Didactische Leeftijd Equivalent= DLE De DLE geeft de relatie aan tussen de behaalde leerprestatie en het daarbij behorende aantal maanden onderwijs. Je kunt daarmee dus zien op welk niveau de leerling presteert, uitgedrukt in maanden onderwijs. Vergelijk je dit dan met het werkelijk aantal gevolgde maanden onderwijs (didactische leeftijd, dl), dan kun je zien of de leerling op niveau zit, een achterstand heeft of juist een voorsprong heeft. Je kunt je handelen in de klas hierop beter aanpassen dan op een niveau-indeling in letters (Cito A t/m E) Hoe vind je het dle? Het Cito leerlingvolgsysteem berekent de dle’s. Waar kun je ze vinden? Nadat je de toetsgegevens hebt ingevoerd voor de leerlingen, ga je in het startscherm van het Cito leerlingvolgsysteem naar de bovenste menubalk. (Deze zit gelijk onder de bovenste balk met LOVS4(Startscherm). Kies daar Modules. Maak vervolgens de keuze Onderwijskundig rapport/DOD/ELD. Je maakt vervolgens de keuze Jaargroep, Groep en Schooljaar. Vervolgens selecteer je een leerling en klik je op Volgende. Je kijkt nu onder het kopje Rapport en selecteert het Mini-onderwijskundig rapport aanmaken (OKR). De betreffende leerling komt nu in beeld. Je klikt dan op Voltooien. Je krijgt dan een compleet rapport met daarin verwerkt de gegevens van de laatst ingevoerde toetsen. Alle gegevens staan hier overzichtelijk bij elkaar. In de één na laatste kolom staat dan de dle van de leerling. Let wel op, dit is de dle op het moment van de toetsafname (datum staat erachter). De dl kan dus per toets verschillen!
Dit mini onderwijskundig rapport kun je desgewenst printen en/of opslaan in je leerling-dossier. (Gaat als een gewoon Worddocument). Sluiten van het document door kruisje rechtsboven en je kunt verder met de volgende leerling.
27
Leerrendement (DLE x 100): DL = Leerrendement Uitstroomperspectief (60 x Rendement) : 100 = Uitstroomperspectief
IQ / eindniveau voorgezet onderwijs
PRO
IQ 55-80
Leerrendement lager dan 50%
Eindniveau eind groep 5
LWOO
IQ 75-90
Leerrendement 50%-75%
Eindniveau eind groep 6
IQ 80-90 + specifieke stoornis
Leerrendement 50%-75%
Eindniveau eind groep 6 voor het betreffende vakgebied
IQ 90-120 + sociaal emotionele problemen
Leerrendement 50%-75%
Eindniveau eind groep 7
Leerrendement hoger dan 75%
Eindniveau eind groep 7
VMBO
28
IV
HET HUIDIGE INSPECTIEKADER IN RELATIE TOT HANDELINGSGERICHT WERKEN
Als een school de procedures volgens handelingsgericht werken goed toepast, is de afstemming van het onderwijs meestal voldoende gerealiseerd (zie inspectiekader aspect 6). Bij afstemming gaat het namelijk om een organisatie van het onderwijs, waarbij optimaal wordt aangesloten op verschillen in onderwijsbehoeften van (sub-) groepen leerlingen. Het handelingsgericht werken biedt hier een goede structuur voor en kan daarmee een belangrijke preventieve rol spelen bij het voorkomen van leerachterstanden (indicatoren 6.1 t/m 6/4).
Vrijheid bij inrichting systeem ‘zorg en begeleiding’ Bij de zorg en begeleiding staan bij de inspectie vier vragen centraal: 1. signaleert de school haar zorgleerlingen? (indicator 8.1) 2. analyseert zij de onderliggende problematiek van deze zorgleerlingen? (8.2) 3. biedt de school deze leerlingen planmatige ondersteuning? (indicator 8.3) 4. evalueert de school de effecten van deze ondersteuning (voldoende frequent)? (indicator 8.4)
Scholen zijn volgens de uitgangspunten van de overheid vrij om te kiezen hoe zij de ondersteuning onderbrengen en inrichten. Dit kan dus binnen de systematiek van de ‘1zorgroute’ (met behulp van didactische groepsoverzichten en groepsplannen), individuele handelingsplannen en/of eigen leerlijnen. Ongeacht de gekozen vorm kan elke school aan de vier bovengenoemde kwaliteitscriteria voldoen. Hierbij merkt de inspectie op dat bij de beoordeling van de kwaliteit van de ondersteuning het net als bij afstemming gaat om aansluiting op onderwijsbehoeften Let wel: Een goede afstemming betekent echter niet automatisch goede ondersteuning. De school werkt volgens de richtlijnen van het protocol “Zorg op de school en de richtlijnen van het handboek “Onderwijsondersteuning”. Curatief handelen volgens de inspectie De belangrijke doelstelling bij het curatief handelen van een leraar zal zijn: het verminderen van leerachterstanden. Daartoe dient de school deze leerlingen optimaal te ondersteunen en het onderwijs voor deze leerlingen te intensiveren (tijd, instructie, leerstof, oefening). De school moet voor deze leerlingen expliciet analyseren (GP en HP) wat hun onderliggende probleem is en doelgericht en aantoonbaar werken aan de vermindering van dit probleem 29
(8.3). Ook zal zij met enige regelmaat (= om de twee maanden) moeten nagaan of de ondersteuning voldoende effect heeft (8.4). Dit naast het (eventueel) bij de groep houden van de leerlingen in het kader van convergente differentiatie. Indien leerlingen een eigen leerlijn (ELL) hebben zal het veelal niet mogelijk zijn om alle aspecten van de ondersteuning voor deze leerlingen goed vast te leggen met behulp van (didactische) groepsoverzichten en groepsplannen. Het onderscheid tussen afstemming (aspect 6) en ondersteuning (aspect 8) is in de praktijk niet altijd eenvoudig te maken. Daarom dient de school volgens de inspectie criteria te formuleren, die een zorgleerling onderscheidt van de rest (indicator 8.1). De criteria die de school hanteert staan in het handboek.
Planmatig afstemmen en clusteren van instructiegroepen De school werkt conform de ‘1-zorgroute’ en daarmee is planmatige afstemming in principe gewaarborgd (indicatoren 6.1 t/m 6.4). Het gaat de inspectie erom dat de leraar beredeneerde afwegingen maakt over het omgaan met verschillen tussen leerlingen. Dat betekent, dat er een koppeling is gelegd tussen toetsresultaten, onderwijsbehoeften en kindkenmerken. Ter bevordering van de sociale cohesie in de groep en om het klassenmanagement uitvoerbaar te houden worden bij de 1-zorgroute verschillende onderwijsbehoeften van leerlingen zoveel mogelijk geclusterd en verwerkt in groepsplannen (GP). Op basis van die onderwijsbehoeften worden subgroepen (instructie-afhankelijk, instructiegevoeling, instructie-onafhankelijk) samengesteld en op het onderwijs afgestemd. Het groepsplan (GP) beschrijft in concrete zin welke differentiatie er periodiek wordt toegepast ten aanzien van doelen, gebruikte leermiddelen en oefenstof, instructie en organisatie, waaronder de variatie in leertijd (preventief handelen). Het didactisch of pedagogisch groepsplan (DGP en PGP) zijn werkdocumenten die richtinggevend zijn voor de dag- en weekplanning van leraren. De inspectie gaat ervan uit dat de leraar de voortgang van uitvoering bijhoudt en zo nodig tussentijds bijstelt (proactief handelen). Dus naast het plan, is er de concrete uitvoering in de dagelijks praktijk en registratie van voortgang. Op de school gebruiken we daarvoor het logboek dat is opgenomen in de groepsmap. Leerlingvolgsysteem Naast planmatig afstemmen (aspect 6) op verschillen staat het systematisch volgen en analyseren (aspect 7) van de ontwikkeling van de leerlingen in de 1-zorgroute centraal. De inspectie let op het systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen 30
van prestaties en ontwikkeling (indicator 7.1) en op het volgen en analyseren van de voortgang (indicator 7.2). Naast de gewenste analyse van vorderingen en belemmeringen legt de 1-zorgroute nadruk op het expliciet benoemen van mogelijkheden, talenten en stimulerende factoren. De kwalitetiskaart 1-zorgroute benoemt in tegenstelling tot de inspectie geen eisen ten aanzien van toetsen, observatiesystemen en frequentie van toetsen (indicator 7.1). Ten aanzien van indicator 7.2 stelt de kwaliteitskaart 1-zorgroute meer eisen dan de inspectie. De inspectie legt de nadruk op (fouten-)analyse en het trekken van conclusies daaruit. De 1-zorgroute benoemt nadrukkelijk het benoemen van belemmerende en bevorderende factoren als stap bij het formuleren van de onderwijsbehoeften van leerlingen. Het voeren van (diagnostische) gesprekken met leerlingen en ouders vormen mede bron voor analyse van de ontwikkeling en het vaststellen van onderwijsbehoeften van leerlingen en de groep (indicatoren 7.2 en 8.2). Zorg en begeleiding De kwaliteitskaart biedt in principe voldoende aanknopingspunten om de zorg aan leerlingen binnen de ‘1-zorgroute’ onder te brengen. Een aandachtspunt voor scholen die de ‘1zorgroute’ toepassen, is de mate waarin zij de problemen van individuele zorgleerlingen goed analyseren en daarop passende doelgerichte zorg bieden, evenals de termijn waarop de zorg voor deze leerlingen wordt geboden en geëvalueerd. (indicatoren 8.2, 8.3 en 8.4). De inspectie verwacht dat scholen kunnen aantonen dat de zorg en begeleiding in de dagelijkse praktijk wordt verleend (indicator 8.3). De ‘1-zorgroute’ gaat ervan uit dat het groepsplan (GP) een werkdocument is dat leidend is voor de dag- en weekplanning van leraren en dat de leraar de voortgang van uitvoering bijhoudt en zo nodig tussentijds bijstelt. Tijdens de leerlingenbespreking wordt de leerling ‘gemonitord’ en nagegaan hoe de leraar in een groepsplan (GP) hieraan tegemoet komt. Analyse bepaalt aard van de zorg In het groepszorgdossier (GZD) moet staan wat de aard en achtergrond van de problematiek van een leerling is. De kwaliteitskaart is minder expliciet over criteria voor het al dan niet clusteren van zorgleerlingen in een groepsplan. Het risico bestaat dat in groepsplannen ten onrechte geen individuele accenten worden gelegd. Binnen de subgroep van zorgleerlingen kunnen zowel het niveau als de aard van de doelen wisselen. Het is aan de school om dat ook zichtbaar te maken in groepsplannen en anders de gemeenschappelijkheid van geformuleerde doelen te onderbouwen. Als daarover onvoldoende duidelijkheid wordt verschaft beoordeelt de inspectie indicator 8.2 als onvoldoende.
31
Planmatige uitvoering van ondersteuning Bij de planmatige uitvoering van ondersteuning is het de vraag of het groepsplan (GP) voldoende concreet zijn opgesteld en handvatten bieden voor de ondersteuning aan zorgleerlingen in de praktijk van alledag én of de praktijk overeenstemt met de organisatie en aanpak die in het plan is beschreven. Een ander criterium is dat de handelingsplanning (HP) minimaal concrete doelen, concreet beschreven activiteiten en het tijdstip en de wijze van evaluatie van de extra ondersteuning gericht op het verminderen van het probleem moet bevatten. Tijdstip en wijze van evaluatie staan niet noodzakelijk in een groepsplan beschreven, maar moeten dan bij de groepsbesprekingen of didactische groepsoverzichten zijn beschreven. Er mag niet teveel tijd verloren gaan tussen signalering en de uitvoering van de ondersteuning of begeleiding. Evaluatie en bijstelling Bij het groepsplan (GP) kan de inspecteur de lange termijn (half jaar) van het groepsplan voor zorgleerlingen als een probleem zien. De inspectie verwacht namelijk dat evaluaties regelmatig (om de twee maanden) plaatsvinden; als een school ervoor kiest om individuele handelingsplanning (HP) in de groepsplannen te verwerken, ligt het voor de hand dat de looptijd van het handelingsplan (HP en GHP) beperkt wordt tot omstreeks acht weken, terwijl het groepsplan een veel langere periode beslaat. De inspectie verwacht dat voor zorgleerlingen de effecten van de ondersteuning aantoonbaar en regelmatig worden geëvalueerd. Dat betekent dat de school expliciet vaststelt of de beoogde doelen (gericht op het verminderen van het probleem) zijn behaald en dat zij beredeneerde keuzes maakt voor het vervolgtraject. De uitkomsten van deze evaluatie kan de school vastleggen in het (didactisch)groepsoverzicht. Op de school kiezen we bij leerlingen met ernstige problemen of achterstanden voor het maken van een handelingsplan (HP).
32
V
TOETSVOORSCHRIFTEN
Niet afwijken van de afnamevoorschriften Toetsresultaten zijn alleen betrouwbaar en valide als de toetsen zijn afgenomen volgens de voorschriften, zoals die in de toetshandleiding zijn beschreven. De inspectie veronderstelt dat scholen deze voorschriften kennen en naleven. Indien scholen hiervan afwijken, kan dit betekenen dat de inspectie de leerresultaten niet beoordeelt. Enkele voorbeelden van het afwijken van de voorschriften zijn: • • • • • •
Aanbieden van hulpmaterialen (bijvoorbeeld posters in de klas of een rekenmachine), die niet zijn toegestaan bij het maken van de toets; Voorlezen van (delen van) toetsen; Klassikaal (samen) maken van toetsen; Het door de leraar zodanig beantwoorden van vragen van leerlingen dat er sprake is van hulp bij de toetsafname; Afwijken van de voorgeschreven tijdsduur voor de toets; Afwijken van het voorgeschreven afnamemoment.
33
Toetskalender (voor de meest actuele verse verwijzen wij naar ‘het bord’)
Groep 0/1
Groep 2
Groep 3
Groep 4
Groep 5
Groep 6
Groep 7
Groep 8
September
Oktober
November
Herfst signalering
Checklist BG 1
Checklist BG2
Viseon
BL B8 SP B8 W en ww R&W B8 SV B8
Viseon
Viseon
Viseon
Viseon
Viseon TL B8 WoordenschatB8
BL M4
BL M5
BL M6
BL M7
Cito basisvaardigheden
December
Januari ------------------
----------
---------
---------
----------
---------
---------
Checklist BG 1 TvK 1 RvK 1
Checklist BG 2 TvK 2
WS M3 TL M3 R&W M3
WS M4 TL M4 R&W M4
WS M5 TL M5 R&W M5
WS M6 TL M6 R&W M6
WS M7 TL M7 R&W M7
34
Februari
RvK 2 SP M3 Dyslexie screening (DMT)/AVI
SP M4 (DMT)AVI
SP M5 (DMT)AVI
SP M6 AVI
SP M7 AVI
Cito Eindtoets
----------
- - - -- - - - -
---------
----------
---------
---------
-------------(AVI)
----------(TvK 2) (RvK 2)
---------TL E3 WS E3
--------TL E4 WS E4
---------TL E5 WS E5 SV E5
--------E6 WS E6 SV E6
---------Entreetoets
----------
Checklist BG Praxis SociaalEmotioneel
SP E3 R&W E3 BL E3 (DMT)/AVI
SP E4 R&W E4 BL E4 (DMT)/AVI
SP E5 R&W E5 (DMT)/AVI
SP E6 R&W E6 (DMT)/AVI
Entreetoets (DMT)/AVI
Maart
April
Checklist BG 1
Mei
(TvK 1) (RvK 1)
Juni
Checklist BG 1Praxis Sociaal Emotioneel
Checklist BG 2
35
Toelichting afkortingen
BG
= Beginnende Geletterdheid kleuters
SP
= Spelling
TvK
=Taal voor Kleuters
TL
= Technisch Lezen
RvK
= Rekenen voor Kleuters
WS
= Woordenschat
DMT = Drie Minuten Toets, technisch lezen
SV
= Studievaardigheden
(DMT )= alleen voor leerlingen met III, IV en V scores op TL
W&WW = Woorden en Werkwoorden
AVI = technisch lezen van een tekst
(TvK)
= alleen voor III, IV en V scores in januari
(RvK)
= alleen voor III, IV en V scores in januari
(Behalen van het niveau van het moment of lager) R&W = Rekenen en Wiskunde BL
e
e
------- = 2 helft van de maand/ 1 helft volgende maand
= Begrijpend Lezen
36
VI
BESCHRIJVINGEN VAN ONDERSTEUNINGS- EN ONDERWIJSBEHOEFTEN
dit kind heeft………………….nodig Dit kind heeft:
..een instructie nodig…
Voorbeeldzinnen: -
-
..opdrachten nodig… -
..(leer)activiteiten nodig…
-
..feedback nodig…
-
..groepsgenoten nodig …
..een leraar nodig…
-
waarbij de leraar voordoet en hardop denkt die de betekenis van keersommen verheldert die haar sterke visuele kant benut ter compensatie van het zwakke gehoor (bijv. picto’s, plaatjes, foto’s, stripverhalen) die vooral auditief is (hardop voorlezen, instructie binnen verhaal, liedje of rijmpje) die verkort is (doelen, kernpunten en oplossingsstrategieën kort bespreken waarna kind zelfst. aan het werk kan) die verlengd is (activeren basisvaardigheden, begeleide inoefening, ondersteuning bij het toepassen van de strategie en stimuleren tot het bedenken van eigen voorb.) ………… die op of net onder het niveau liggen zodat hij de komende maand vooral succeservaringen kan opdoen die op of net boven het niveau liggen zodat hij voldoende uitdaging krijgt die overzichtelijk zijn door een sobere lay-out met zo weinig mogelijk afleiding van plaatjes waarbij hij alleen de antwoorden hoeft in te vullen met uitgewerkte voorbeelden ………… die aansluiten bij zijn belangstelling voor de natuur die structuur bieden met een stap-voor-stap-plan en zelfcorrigerend zijn, zodat hij direct feedback krijgt die de denkhandelingen concreet ondersteunen (bijv. getallenlijn) die erop gericht zijn om de leertijd zo goed mogelijk te besteden die opgedeeld zijn in kleinere deelactiviteiten die hem uitdagen (uitbreiding: plustaken of verdieping) die ruimte laten voor eigen keuze en inbreng …………. die consequent en direct op het gewenste gedrag volgt waarbij de inzet/inspanning wordt benadrukt (“Je hebt 10 min, helemaal zelfstandig gewerkt!”) waarbij de succeservaringen worden benadrukt die in een grafiekje is weergegeven zodat hij zijn vorderingen goed kan volgen en zich minder met de andere kinderen gaat vergelijken …………. met wie hij samenwerkend kan leren die accepteren dat hij “anders” reageert in onverwachte situaties die hem vragen mee te spelen in de pauze die zijn clowneske gedrag negeren en er niet om lachen die hem niet uidagen door te rijmen op zijn naam ………….. die de overgangen tussen de activiteiten structureert die de instructie terugvraagt, controleert en samen met hem evalueert (responsieve instructie) 37
-
..overige, zoals…
-
die let op zijn taakbeleving en deze voorafgaand, tijdens en na de taak met hem bespreekt die vriendelijk en beslist is die positieve interne attributies bij succes benadrukt die situaties creëert waarin zijn sterke kanten (behulpzaam en sociaalvaardig) naar voren komen die doelgericht (flexibel) kan differentiëren die hem complimenteert met zijn inzet die hem begrijpt waar hij moeite mee heeft die een neutrale, rustige, wat laconieke houding aanneemt die steun biedt bij het omgaan met zijn vaak heftige emoties(en de strijd negeert die hij soms oproept) die voorspelbaar is in gedrag, houding en activiteitenaanbod die hem voorbereidt op de leswisselingen …………….. een leeromgeving nodig die ….. ondersteuning nodig die …..
38
Pedagogische ondersteuning
Autonomie
Relatie
Competentie
O Betrokkenheid via context O Gesprekje over het werk (vooruitblik) O Zelf maken van tabel, planning, schema O Zelf plannen van aanpak & dag- of weektaak O Eigen inzet ervaren O Gebruik van ondersteunend materiaal O Specifieke interesse O Eigen (leer-) doelen benoemen O Productgerichte/procesgerichte feedback krijgen O Zelfredzaamheid O Hanteren van eigen belemmeringen O Eigen werkwijze toestaan O Uitdaging in leerstof O Zelfcontrole O Automatiseringsoefeningen O Complimenteren
O Beoordelen van werk O Veilig groepsklimaat O Samenwerken O Gezamenlijke projecten O Belangen afwegen en prioriteiten stellen O Omgaan met uitgestelde aandacht O Interactieve groepsactiviteiten O Heterogeen samengestelde (tafel)-groep O Positieve wederzijdse afhankelijkheid O Werken met duo, maatje/tutor/gezel/ O Interactieve instructie O Uitwisselen strategieën O Werken met groepsgenoten
O Selectie v/d meest relevante opdrachten O Digitale oefeningen O Compensatie/dispensatie (protocol/afspraken) O Meer/minder leertijd O Alleen antwoorden invullen O Werken met behulp van voorbeeld O Planmatig werken O Aanschuiven aan instructietafel O Leerstijl
39
Didactische Ondersteuning
Instructiebehoefte en begeleiding
Didactische werkvorm
Hulpmiddelen
O Pré-teaching O Voorkennis ophalen/voorinstructie O Korte instructie (doel, middelen, klaar) O Inoefenen basisstrategieën O Verlengde instructie O Tweede instructie O Begeleid inoefenen O Diagnostisch gesprek O Sturende didactiek O Interactieve instructie O Tussentijdse feedback op produkt O Tussentijds feedback op werkaanpak O Directe feedback O (zelf) correctie O Tussentijds controleren leraar O Extra ondersteuning O Werken met duo, maatje/tutor/gezel. O Inschatten/afbakenen/bewaken leertijd O Eigen (leer-) doelen laten benoemen
O Zelfstandig werken O Zelfstandig verwerken O Beperkt verwerken O Coöperatieve werkvormen O Samenwerkend leren O Dag en/of weektaak O (T)huiswerk
O Computergebruik O Instructietafel O Kaart O Uitgewerkt voorbeeld O Visuele ondersteuning (Plaat) O Auditieve ondersteuning (Geluid)
40
VII
EVALUEREN IN SCHEMA
Leerling- en groepsniveau Onderwerp Dagelijks onderwijsaanbod Preventieve zorg Proactieve zorg
Gegevens Handelingsgerichte observaties Schriftelijk werk leerlingen
Instrument Logboek van de leerkracht Groepsplan is leidraad voor planning
Frequentie Dagelijks
Dagelijks onderwijsaanbod Curatieve zorg
Handelingsgerichte observaties Schriftelijk werk leerlingen
Logboek van de leerkracht Groepsplan is leidraad voor planning
Dagelijks
Dagelijks in logboek Handelingsplan is leidraad voor planning. HP enkel toepassen indien groepsplan (‘leerling X’) niet voldoet. Lengte HP is max. 8 weken. Doelstelling: achterstand inlopen
Periodiek in Handelingsplan
Min. 4x per jaar in ELL Eigen leerlijn (Eigen aangepast programma) Onderwijsaanbod methodisch
Methode gebonden toetsen
Onderwijsaanbod thematisch Halfjaarlijks onderwijsaanbod per vakgebied
TAL-registratie thematisch Registratielijsten LOVS-toetsen (M en E)
Methodetoetsen Foutenanalyse methode toetsen Toetsregistratie Evaluatieformulier thema Cito-toetsen Didactische overzichten Groepsbesprekingsformulier Groepsplan (audit)
41
Per blok in de methode
Per themaperiode (4 á 5 keer per jaar) 2x per jaar
Schoolniveau Onderwerp Onderwijsresultaten Preventieve zorg Proactieve zorg Onderwijsresultaten Curatieve zorg
Gegevens LOVS-toetsen (M en E) REB
Instrument SWOT PPAA-evaluatie
Frequentie 2 x per jaar
LOVS-toetsen (M en E) Evaluaties Handelingsplannen Evaluaties Eigen leerlijnen
SWOT PPAA-evaluatie
2 x per jaar
Onderwijsontwikkeling (per project/traject) Draaiboeken
Relevante gegevens uit logboek, methodegegevens, LOVS etc Uitvoering draaiboek
2 x per jaar per ‘ontwikkeling’. Na uitvoering draaiboek
Rapportage
Rapporten van de verschillende groepen
Kwaliteitsmeter
V. Beekveld en Terpsttra
SWOT PPAA-evaluatie SWOT PPAA-evaluatie SWOT PPAA-evaluatie Analyse SWOT PPAA-evaluatie
42
1 per jaar 1 keer per 2 jaar
VIII
BASISONDERSTEUNING IN SWV 20.01
De inhoudelijke werkgroep 'basisondersteuning' heeft voor het formuleren van de basis- ondersteuning in het samenwerkingsverband 20.01PO gebruik gemaakt van de uitwerking door een of meer samenwerkingsverbanden elders in Nederland; deze uitwerking is gebaseerd op enerzijds de 'ijkpunten basisondersteuning' van Cor Hoffmans e.a. (2010) en anderzijds op het Referentiekader passend onderwijs (2012). De ijkpunten zijn onderverdeeld in 13 kwaliteitskenmerken of kernkwaliteiten. Het bestuur van het samenwerkingsverband stelt vast wat het niveau van de basisondersteuning is, waaraan alle deelnemende scholen moeten voldoen.
Checklist Basisondersteuning voor de scholen van SWV PO 20.01 1.
De Leerlingen ontwikkelen zich in een veilige omgeving. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
2.
Voor leerlingen die een passend curriculum nodig hebben is een ontwikkelingsperspectie vastgesteld. (Dat kan passend binnen de basisondersteuning of in een extra arrangement.) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
3.
De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en in de incidenten die zich voordoen. (indicator 4.2)* De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. (indicator 4.2) De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen en afhandelen van incidenten. (indicator 4.5/4.6) Leerkrachten, ib-ers en directeuren zorgen ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. (indicator 4. 7) De school hanteert regels voor veiligheid en omgangsvormen. Leerkrachten, ib-ers en directeuren gaan vertrouwelijk om met informatie over leerlingen.
De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het OPP en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzes. a. (indicator 7.4) Het OPP is handelingsgericht opgesteld. Het OPP heeft een vaste structuur volgens een vast format. Het OPP bevat in elk geval tussen- en einddoelen. Het OPP bevat in elk geval een leerlijn die gekoppeld is aan de referentieniveaus taal en rekenen en zo nodig voor sociaal-emotionele ontwikkeling en taakwerkhouding. Het OPP bevat evaluatiemomenten. Het OPP maakt deel uit van het leerlingdossier. Het OPP is een leidraad voor het personeel en eventuele externe begeleiders.
De school heeft een effectieve interne onderwijs ondersteuningsstructuur. 1.
De taakomschrijving en verantwoordelijkheden van de ib-er, leerkrachten en directeur op het terrein van onderwijsondersteuning zijn duidelijk en transparant. 43
2. 3. 4. 5. 6. 7.
4.
De leerkrachten, ib-er en directeur werken continu aan hun handelingsbekwaamheid en competenties. 1. 2. 3. 4. 5. 6.
5.
Genoemde professionals beschikken over didactische, pedagogische, organisatorische en communicatieve competenties voor de begeleiding van leerlingen met hun onderwijsbehoeften. Genoemde professionals zijn in staat om te reflecteren op hun eigen handelen en staan open voor ondersteuning bij hun handelen. Genoemde professionals werken continu aan handelingsgerichte vaardigheden. Genoemde professionals krijgen de mogelijkheid in teamverband en individueel te leren en te werken. Genoemde professionals worden gestimuleerd voor deelname aan lerende netwerken.
De school heeft een effectief multidisciplinair overleg gericht op de leerlingenzorg. 1. 2. 3. 4.
6.
Coaching en begeleiding van leraren maken onderdeel uit van de taak van de interne begeleiding. Leerkrachten worden ondersteund bij het opstellen en uitvoeren van het OPP. De ib-er beschikt over tijd en middelen. De ib-er is gekwalificeerd. De school weet waar zij in de regio terecht kan voor leerlingen met extra onderwijsbehoeften. De interne onderwijsondersteuning is afgestemd op de onderwijs ondersteuningstructuur van het samenwerkingsverband.
De school zoekt structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerling niveau haar eigen kerntaak overschrijden. (indicator 8.5) Taken, werkwijze en verantwoordelijkheden van het multidisciplinair overleg zijn vastgelegd. Het multidisciplinair overleg draagt zorg voor het organiseren van de externe hulp. Het multidisciplinair overleg ondersteunt ouders/verzorgers, leerlingen, leerkrachten, ib-er en directeur.
Ouders en leerlingen zijn actief betrokken bij het onderwijs. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
De leerkrachten, ib-er en directeur bevragen ouders over de ervaringen met hun kind thuis en hun kennis van de ontwikkeling van hun kind op school en thuis. De school en de ouders informeren elkaar over hun ervaringen en de ontwikkeling van het kind op school en thuis. De school maakt samen met de leerling en de ouders afspraken over de begeleiding en wie waarvoor verantwoordelijk is. De school streeft ernaar d.m.v. gesprek de leerlingen zoveel mogelijk eigenaar te Iaten zijn van hun eigen onderwijs ontwikkeling. Als een leerling de school verlaat, stelt de school het (onderwijskundig) rapport op en bespreekt het met ouders en kind. De school ondersteunt ouders en leerlingen bij de overgang naar een andere school. De school voert met ouders een intakegesprek bij aanmelding.
44
7.
De school heeft continu zicht op de ontwikkeling van leerlingen. 1. 2. 3. 4. 5.
8.
De school werkt opbrengst- en handelingsgericht aan de ontwikkeling van leerlingen. 1. 2. 3. 4.
9.
Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de ondersteuning voor de zorgleerlingen. (indicator 8.2) De school voert de ondersteuning planmatig uit (indicator 8.3). De school evalueert regelmatig de effecten van de ondersteuning (indicator 8.4) De school past op grond van verzamelde toetsgegevens, observatiegegevens en gesprekken minimaal tweemaal per jaar de handelingsplanning aan.
De school voert beleid op het terrein van de leerling ondersteuning. 1. 2. 3.
10.
De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de cognitieve en sociaal emotionele ontwikkeling van leerlingen. (indicator 7.1) De leerkrachten volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. (indicator 7.2) De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen ondersteuning nodig hebben. (indicator 8.1) De school heeft normen vastgesteld voor de resultaten die zij met de leerlingen nastreeft. De normen leiden tot het behalen van de referentieniveaus taal en rekenen (1F/1S)
De school weet wat de onderwijsbehoeften van haar leerlingen zijn. (indicator 9.3) De school heeft een visie op leerlingenzorg die wordt gedragen door het team. De procedures en afspraken over leerlingenzorg zijn duidelijk.
De school werkt met effectieve methoden en aanpakken. 1.
De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taalleerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. (indicator 2.4 2. De leerkrachten stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. (indicator 6.1) 3. De school stemt de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen indicator 6.2) 4. Het personeel stemt de verwerking af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. (indicator 6.3) 5. Het personeel stemt de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen leerlingen. (indicator 6.4) 6. De school gebruikt materialen en methoden die differentiatie mogelijk maken. 7. De school heeft methoden en materialen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. 8. De leerkrachten stemmen het onderwijsaanbod af op de onderwijsbehoefte van de leerlingen.
45
11.
De school evalueert jaarlijks de effectiviteit van de leerling ondersteuning. 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
12.
De school draagt leerlingen zorgvuldig over. 1. 2. 3. 4.
13.
De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. (indicator 9.2) De school evalueert jaarlijks het onderwijsleerproces (indicator 9.3) De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten (indicator 9.4) De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces (indicator 9.5) De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit (indicator 9.6) De school evalueert jaarlijks de leerlingenzorg. De school evalueert jaarlijks de effectiviteit van de ingezette zorgmiddelen.
Voor aile leerlingen vindt een warme overdracht plaats binnen de school bij de overgang naar een volgende groep of een volgende leraar. Er wordt aangesloten bij de ontwikkelingsdoelen van de voorschoolse voorziening of de vorige school van de leerling. De school koppelt in het eerste jaar de ontwikkeling van leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften terug naar de voorschoolse voorzieningen of de vorige school.
De school heeft haar ondersteuningsprofiel vastgesteld 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Het ondersteuningsprofiel bevat een kopie van hoofdstuk 2.1 uit het laatste rapport kwaliteitsonderzoek van de inspectie, te weten: Hoofdstuk 2.1Bevindingen, kwaliteits- en nalevingsprofiel. Het ondersteuningsprofiel is na overleg met het team vastgelegd. De MR heeft kennisgenomen van het ondersteuningsprofiel en is in de gelegenheid gesteld gebruik te maken van haar adviesrecht. Het ondersteuningsprofiel is onderdeel van het schoolplan en de schoolgids. Het ondersteuningsprofiel bevat een beschrijving van het aanbod van de school aan onderwijs, begeleiding, expertise en voorzieningen. Het ondersteuningsprofiel biedt aanknopingspunten voor verdere ontwikkeling van de leerlingenzorg.
46
IX
SCHOOLONDERSTEUNINGSPROFIEL (SOP)
Inleiding In het schoolondersteuingsprofiel (SOP) beschrijft de school haar mogelijkheden om leerlingen te ondersteunen. Daarvoor worden gegevens opgenomen die direct en indirect betrekking hebben op de mogelijkheden van de school. In dit schoolondersteuningsprofiel leest u welke (on)mogelijkheden onze school heeft voor de ondersteuning van leerlingen met uiteenlopende onderwijsbehoeften. De ondersteuning, die de school kan bieden, wordt beschreven op twee niveaus; basisondersteuning en extra ondersteuning. Basisondersteuning Basisondersteuning omvat vier aspecten. Het gaat om pro-actieve- preventieve- en licht curatieve interventies, de onderwijsondersteuningsstructuur, het planmatig werken en de basiskwaliteit zoals deze gemeten wordt door het toezicht van de inspectie van het onderwijs. Onze school beschrijft haar (basis)ondersteuning in het document “Handboek Onderwijsondersteuning”. Het samenwerkingsverband heeft het niveau van basisondersteuning vastgesteld waaraan de deelnemende scholen zullen voldoen. Deze afspraken zijn terug te vinden in het document “Basisondersteuning in swv 20.01”.
47
Algemene gegevens Contactgegevens
Jan Ligthartschool (14XP) Oudeweg 74 9608 PN Westerbroek 050 4041903 www.janligthartschool.info
[email protected] Directie M.R. Weersma
Arrangement inspectie van onderwijs
Basisarrangement
Jaarlijkse Gegevens
13-14
14-15
Aantal leerlingen per 1-10 (T= -1 systematiek)
65
64
Aantal leerling met 0,3 en 1,2 gewicht per 1-10
3
3
Aantal leerlingen dat de VVE bezocht in het schooljaar
0
0
Aantal leerlingen met LGF op 1-10
2
3
Aantal leerlingen met verklaring dyslexie op 110
2
3
Aantal leerlingen met verklaring dyscalculie op 1-10
0
0
Aantal leerlingen met verklaring hoogbegaafdheid op 1-10
0
0
Aantal leerlingen verwezen naar het SBO
1
0
48
15- 16
16-17
Aantal leerlingen teruggeplaatst vanuit het SBO
0
0
Aantal leerlingen verwezen naar het SO
2
0
Gemiddelde (combinatie)groepsgrootte per 1-10
16
16
Aantal combinatiegroepen per 1-10
4
4
Uitstroomgegevens
chooltype en leerweg
12/13
13/14
Beroepsgericht
0
0
Basis- en kaderberoeps
3
2
Kaderberoeps- en gemengd theoretisch
3
0
Gemengd theoretisch en havo
4
1
havo/vwo
3
1
vwo
4
0
anders
0
0
49
Extra ondersteuning De extra ondersteuning geeft de mogelijkheden van de school weer die de afgesproken basisondersteuning overstijgen. In dit hoofdstuk wordt omschreven welke extra (specifieke) mogelijkheden de school heeft. Extra ondersteuning wordt omschreven in arrangementen die al dan niet structureel onderdeel uitmaken van het onderwijsaanbod van de school. Een arrangement bestaat uit meerdere onderdelen. Het gaat om deskundigheid, aandacht en tijd, voorzieningen, mogelijkheden van het gebouw en samenwerking. Onze school heeft zorgarrangementen, die enkel kunnen worden uitgevoerd indien er wordt voldaan aan de volgende voorwaarden; • •
•
Financiering uit extra middelen vanuit het samenwerkingsverband of een cluster Er is per groep een evenwicht tussen enerzijds het aantal leerlingen met een specifieke ondersteuningsbehoefte en anderzijds de complexiteit van de problematiek van deze leerlingen, De directie neemt hierover een besluit. Voor elke leerperiode worden streefdoelen vastgesteld, beschreven en geëvalueerd. Het bereikte resultaat is bepalend voor het verlengen of beëindigen van een arrangement.
Arrangement
Invulling
Leer- en ontwikkelingsondersteuning
Deskundigheid De school heeft hiermee ervaring opgedaan. De leerkrachten nemen de ondersteuning op in de basisondersteuning. De leerkrachten richten zich op ‘educatief partnerschap’ en werken intensief samen met ouders en hulpverlenende instanties op orthopedagogisch gebied.
Leerlingen met leerachterstanden 1.
Aandacht en tijd De noodzakelijk vorming van combinatiegroepen op onze school maakt het handelingsgericht werken kritisch. De school heeft ervaring met het inzetten van vrijwilligers. Voorzieningen Alle leerkrachten werken op basis van het handelingsgericht werken met groepsplannen waarbij leerlingen ondersteunt worden in de eigen groep. Gebouw Het gebouw heeft beperkte ruimte om werkplekken te creëren. De werkplekken die er zijn kunnen niet altijd benut worden in verband met een gebrek aan toezicht.
50
Samenwerking De school werkt nauw samen met ouders en ketenpartners op het gebied van onderwijsondersteuning zoals een orthopedagoog en ambulante begeleiding vanuit de clusters Fysiek medische ondersteuning Chronisch zieke leerlingen
Deskundigheid De school heeft ervaring met leerlingen die fysieke en medische ondersteuning behoeven. De school werkt volgens het protocol “medisch handelen” van de GGD.
Leerlingen met een fysieke beperking Aandacht en tijd De aandacht en tijd vanuit de leerkracht, met groepsverantwoordelijkheid, is zeer beperkt. Minder tijdrovende ondersteuning kan, met goede afspraken met ouders of ondersteunende instanties, in de basisondersteuning worden opgenomen. Waar mogelijk ondersteunen leerlingen elkaar. Voorzieningen/gebouw Er zijn, naast een miva-toilet, geen specifieke voorzieningen ingericht. Het gebouw is rolstoelvriendelijk maar is zeer beperkt in “privé of behandelruimtes”. Samenwerking De school staat open voor de ondersteuning vanuit zorginstanties mits deze geen druk legt op het onderwijsleerproces van de leerling en de medeleerlingen. Sociaal-emotioneel en gedragsondersteuning Leerlingen met onrust- en concentratieproblemen Leerlingen met problemen in het sociale contact Leerlingen met hechtingsproblematiek
Deskundigheid De school heeft ervaring met leerlingen die extra ondersteuning behoeven op dit gebied. Leerkrachten passen, over het algemeen, deze ondersteuning binnen de basisondersteuning toe om het leerklimaat in de groep niet te verstoren. . Op het gebied van structuur, rust en preventieve maatregelen passen de leerkrachten dit toe binnen de groep. Het komt voor dat leerkrachten in een aparte groep met leerlingen werken op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling. Dit is echter niet altijd realiseerbaar binnen de beperkte formatie. Aandacht en tijd Aandacht en tijd wordt binnen de basisondersteuning opgenomen. De leerkrachten zijn, tot op zekere hoogte, in staat om het gedrag te herkennen en preventieve maatregelen te nemen. Voorzieningen/gebouw Het gebouw is een veilige omgeving. Er wordt door de 51
leerkrachten nadruk gelegd op deze omgeving en het gebruik daarvan en haar materialen. Samenwerking De school werkt nauw samen met ouders en ketenpartners op het gebied van onderwijsondersteuning zoals een orthopedagoog en ambulante begeleiding vanuit de clusters. Ondersteuning in de thuissituatie Leerlingen met een risicovolle ontwikkeling door factoren in de thuissituatie
Deskundigheid De leerkrachten zijn gericht op “educatief partnerschap” waar het de ontwikkeling van de leerlingen betreft. Als er vermoedens zijn dat deze ontwikkeling in het geding komt door de thuissituatie zal de leerkracht dit bespreekbaar maken. Aandacht en tijd Het educatief partnerschap vraagt om een open, regelmatige communicatie van alle betrokkenen. De tijd van de leerkracht is beperkt. Een goede afstemming gebeurt , in overleg, op basis van urgentie en beschikbaarheid. Voorzieningen/gebouw Het gebouw heeft enkele ruimtes waar gespreksvoering kan plaatsvinden. De beschikbaarheid tijdens schooltijd is echter zeer beperkt. Samenwerking De school werkt nauw samen met ouders en ketenpartners op het gebied van onderwijsondersteuning zoals een orthopedagoog en ambulante begeleiding vanuit de clusters. Daarnaast is de school aangesloten bij de Verwijsindex, het zorgbureau Jeugd en Gezin en beschikt over de inzet van een sociaal verpleegkundige van de GGD
Het volgende valt buiten de (zorg)mogelijkheden van onze school Wij kunnen niet aan de onderwijsbehoefte voldoen van kinderen •
•
die niet aanspreekbaar en aanstuurbaar zijn door de leerkracht(en)en die sterk externaliserend gedrag vertonen tijdens het onderwijsleerproces en tijdens het groepsproces. als de klassensituatie niet hanteerbaar is. Wij denken hierbij aan problemen die kunnen ontstaan door meerdere kinderen met een specifieke onderwijsondesteuningsbehoefte in één groep.
52
• • • • • •
Die een sterk individueel gericht orthopedagogische – of orthodactische begeleidingsvraag hebben Waarbij de cognitieve ontwikkeling stagneert en het welbevinden van het kind en het didactisch aanbod niet in balans is Waarbij niet aan (fysieke) zorgbehoefte kan worden voldaan Waarbij de (fysieke) zorgbehoefte van anderen in gevaar komt. Groepsgenoten moeten zich veilig en vertrouwd blijven voelen Als lopende procedures nog moeten worden afgehandeld. Wij denken hierbij aan onderzoeken, verwijzingen naar zorgverlenende instanties. Wanneer ouders zich niet kunnen vinden in de afspraken die de school met hen heeft gemaakt.
Als de school aan specifieke casuïstiek gaat beginnen moet er voorafgaand aan de aanvang van het schoolproces beschreven worden welke onderwijsbehoeften de leerling heeft. Van de start tot wanneer de leerling de school verlaat. Conclusie en ambities In het ontwikkelplan van de school beschrijft de school jaarlijks haar ontwikkelingsplannen en de vereiste nascholing om deze te behalen.
53
X
WERKFORMATS
54
Groepsoverzicht
Naam leerling
Toets
V.S.
Niveau
DL
DLE
Ontwikkeling in maanden tov DL
Streefdoel lhuidig
Leer-
Uitstroom-
Observaties
Rendement
Perspectief
Gesprekken
(v.a. gr. 6
(gr. 6 t/m 8)
Werkgedrag
(in %)
max = 60
Toetsen
Groepsplan (DLE)
55
Onderwijsbehoeften
Groepsplan
Groep:
Datum:
Vakgebied:
Leerkracht:
Periode: M / E
Methode:
Groep/namen
Wat wil ik bereiken? Doel:
Inhoud (wat?)
Materialen:
Aanpak/ methodiek (hoe handelt de leerkracht?)
Instructieonafhankelijk
Instructie-gevoelig
Instructie-afhankelijk
56
Organisatie
Evaluatie
Verslag groepsbespreking
Groep: Groepsplan: Ontwikkelingsgebied: Gesprekspartners:
Evaluatie vorige groepsplan
Aandachtspunten voor de hele groep
Signaleren van leerlingen die extra aandacht nodig hebben
Verhelderen/aanscherpen onderwijsbehoeften
Clusteren van leerlingen
Opstellen nieuw groepsplan
Begeleidingsvraag leerkracht
Aanmelding leerlingenbespreking
57
Oudergespreksformulier
Naam leerling Groep: Invuldatum: Aanwezig Aanleiding gesprek:
Verslag van gesprek (puntsgewijs):
Afspraken en besluiten:
Nieuwe afspraak op ______________________________________________________ Sfeer gesprek: goed overleg / gespannen / verhelderend / wantrouwen / verschil van mening
Ruimte voor ondertekening:
58
Agenda leerlingbespreking
Begeleidingsvraag of werkprobleem van de leerkracht. Wat is al gedaan en met welk resultaat ? Onderwijsbehoeften leerling Groepsplan, individueel handelingsplan Begeleidingsbehoeften leerkracht Aanmelding externe begeleiding of zorg Afstemming ouders Samenvatten afspraken en vervolgstappen
59
Ontwikkelingsperspectief
Ontwikkelingsperspectief
Invulgegevens
Datum opstellen
Opgesteld door
Laatste evaluatie
Gegevens leerling, school, ouders, hulpverleners
Naam leerling
Geboortedatum
Huidige groep + groepsverloop
Naam school
Huidige leerkrachten
Intern begeleider
Gezinssamenstelling
Ouders verzorgers, naam, telefoon, email
Hulpverleners (betrokken bij kind, school, gezin)
60
Uitkomsten onderzoek, diagnose. Vermeld datum en uitvoerder onderzoek.
Extra ondersteuning uit samenwerkingsverband. Vermeld begin- en einddatum, doel, inhoud en omvang.
61
Factoren die de ontwikkeling en het leren van de leerling bevorderen en belemmeren bij de uitvoering van het onderwijs.
Factoren
bevorderend
belemmerend
Cognitieve en didactische ontwikkeling
Sociaal-emotionele en gedrag
Spraak/taalontwikkeling
Werkhouding en taakaanpak
Lichamelijke, motorische, zintuiglijke ontwikkeling
Relevante factoren in school, groep, leerkracht
62
Relevante factoren in gezin, ouders, vrije tijd
Ontwikkelingsperspectief voor: (kruis aan)
o o o o o
Technisch lezen Spelling Begrijpend lezen Rekenen Wiskunde Leergebied overstijgend (sociaal, gedrag, werkhouding)
Onderbouwing/opmerkingen:
Geplande uitstroombestemming:
o o o o o o o o o o
VWO HAVO VMBO theoretische leerweg VMBO gemengde leerweg VMBO kaderberoepsgericht VMBO basisberoepsgericht Praktijkonderwijs VSO cluster 2 VSO cluster 3 VSO cluster 4
o
Met LWOO
63
Onderbouwing/opmerkingen:
Planningsdeel Bij beknopt OPP: verwijs naar groepsplan
Doelen/aanbod die afwijken van datgene wat in het groepsplan is beschreven: 1.
Tussendoelen dit schooljaar in vaardigheidsscores en functioneringsniveau (FN)
Geplande vaardigheidsgroei
Huidige vaardigheidsscores en FN
Geplande vaardigheidsscores en FN
In schooljaar
(M-toets)
(M-toets)
20…. – 20…
(E-toets)
(E-toets
Evaluatie= geplande vaardigheid score en FN behaald? (M-toets) (E-toets
Technisch lezen
Begrijpend lezen
Spelling
64
Rekenen Wiskunde
Doelen en aanbod die afwijken van datgene wat in het groepsplan is beschreven. 2.
Leergebied specifieke tussendoelen en aanbod (komend half jaar) In geval van afwijking van het reguliere programma beknopt de beredeneerde keuzes in (tussen)doelen en aanbod vermelden. (zie bijvoorbeeld Passende Perspectieven of de leerlijnen van CED groep)
Leergebied
Tussendoelen + aanbod
Technisch lezen
Begrijpend lezen
Spelling
Rekenen Wiskunde
3.
Tussendoelen sociaal-emotioneel functioneren gedrag en werkhouding (komend half jaar).
Doelen voor werkhouding, taakaanpak en/of sociaal
Aanbod/aanpak onderwijsbehoeften
65
emotioneel functioneren
Afspraken met de ouders en de leerling:
Evaluatiedeel
Evaluatie (vermeld datum en naam)
• • • •
Geplande vaardigheid scores behaald? (analyse + hoe verder?) Leergebied specifieke tussendoelen bereikt? (analyse + hoe verder?) Leergebied overstijgende doelen behaald? (analyse + hoe verder?) Ontwikkelt de leerling zich conform verwachtingen?
Bijstelling OPP (vermeld datum en naam)
• •
Bijstellen uitstroombestemming + de reden en onderbouwing van dit besluit Is vervolg aanvraag extra ondersteuning nodig?
66
Besproken met de leerling door
Handtekening school
Handtekening ouders
67